Informatie n.a.v. workshops Schoolpleinspelen Studiedag Buitenspelen – 14 mei 2014 Oud Hollandse spelen ter inspiratie: https://www.youtube.com/watch?v=uMryAdR2gmI Activiteit Methodische opbouw/volgorde Elastieken Zorg voor dynamiek Twee of drie rondgangen of in 8-vorm Differentiatie door hoogte van elastieken en afstand tussen elastieken (van laag naar hoog en/of van smal naar breed) en type beweging (+ snelheid van uitvoering).. Basismoves: - Binnen (twee voeten er tussen) - Buiten (Twee voeten aan weerzijde eruit) - Tussen (elastiek tussen benen) - Op = op elastiek (twee voeten/één voet) - Dubbel op één - Dubbel op twee - Uit = twee voeten aan een zijde buiten elastieken - Schaatsmove Draaien tussen veranderingen Armen/lijf/hoofd Combinaties/levels Level 1 – een basismove Level 2 - twee basismoves (a,b,c,d) - Binnen en uit - Op – uit - Tussen – uit Level 3 – drie basis moves Level 4 – vier basis moves - Op – tussen – op - uit - Draaien - Kruisen - Ook op handen - Opdrachten voor één voet/twee voeten - liedjes Level/niveaukaarten Niveau 1 = 1 move 2=2 3=3 Stap voor stap In tempo Kaatstend Kaatsend op muziek Swingend Op muziek Variatie - Kruis (ronddraaien) - Dubbelkruis/9-grid Filmpjes Chinese ropeskipping: https://www.youtube.com/watch?v=H48DTWOlmw0 https://www.youtube.com/watch?v=gJuELrFOyXU https://www.youtube.com/watch?v=0vl8sjP3ezg Elastiekspel Hinkel/opdrachtbanen Touwtje springen Dynamische organisatie: in 8 vorm of twee cirkels of snel in een uit of met meerdere tegelijk 4 kant - Schone voeten halen - Overheen springen in stroomvorm - Draaiende lijn - Draaiend kruis Variaties Stappen/sprongen) - Stappen - Springen been voor been - Springen met twee benen - Stophinkel - Doorhinkel - Afwisseling van bovenstaande Richting - Draaien - Achterwaarts - Zijwaarts Ook handen Met opdrachten Let op de intensiteit; werk in stroomvorm (bijvoorbeeld een achtje) en in kleine groepen (max 6). Voorkom lange rijen wachtende kinderen Opbouw: Slangetje Golfje Heen en weer schommelen Draaien door de leerkracht en 1 keer springen Meerdere keren springen Springen met opdracht (halve draai, grond aan tikken) Springen en eruit komen Inspringen en uitspringen Double dutch (twee springtouwen) Opmerking: Draaien is voor sommige kinderen moeilijk, leer ze draaien. ‘Lange arm (grote molen) en tik de grond aan met het touw’. Liedjes Tingelingeking de schoolbel gaat, rekenen , tekenen taal gedaan, ...(naam kind) waar kom jij zo laat vandaan? Ik heb met mijn vrijer op de hoek gestaan, hoeveel kusjes gaf je hem/haar? 1,2,3, etc. Springen tot af In spin de bocht gaat in. Uit spuit de bocht gaat uit. Beertje, beertje, Beertje, beertje, Beertje, beertje, Beertje, beertje, Beertje, beertje, Beertje, beertje, was je handen. poets je tanden. draai je om. maak je krom. hoge hoed. sta je goed ? beertje, beertje beertje, beertje beertje, beertje beertje, beertje beertje, beertje beertje, beertje beertje, beertje beertje, beertje spring maar in, draai je om, tik de grond, poets je tanden was je handen droog ze af, maak je kruis, ga naar huis De dikke burgemeester Die kon niet bij de bel Toen gaf ik hem een duwtje Toen zei die dank je wel Toen gaf ik hem een schop Toen zei die donder op… met tweeën inspringen, burgemeester voorop. Eerst geef je hem een duwtje, dan geef je hem een schop en zorg je ervoor dat je snel weer uitspringt.) Met wie zal ik trouwen: edelman, bedelman, dokter, pastoor, koning, keizer, schutter, majoor? Karel 1, brak zijn been, Karel 2, sprong in zee, Karel 3, brak zijn knie, Karel 4, dronk een glas bier, Karel 5, sloeg zijn wijf, Karel 6, kurk op de fles, Karel 7, klok op zeven, Karel 8, soldaat op wacht, Karel 9, gaf de zegen, Karel 10, wie niet weg is, is gezien! Rode bessen lust ik graag, maar zwarte nog veel liever Zaterdagavond zat ik in de bus mooie meisjes kus ik graag Toen kwam er een jongen, die gaf me een kus maar jongens nog veel liever Die jongen heette ……. raad eens wie ik tegenkwam? Wil je van me houwen ........ naam meisje met haar jongeman Wil je met me trouwen ik zou wel willen weten Ja? Nee? Misschien? Okay? hoe die man zou heten.. Ja? Nee? Misschien? Okay? A, b, c, d, e, f.........enz ( Eruit springen bij de eerste leter van de naam van degene waar je verliefd op bent). Kaatsballen Met een tennisbal tegen een (blinde) muur. Muur – stuit – stuit – vang Muur – stuit – vang Muur – vang Van vangen met twee handen naar één hand Snel achter elkaar Met truukjes Met liedjes Met mikplekken: https://www.youtube.com/watch?v=fsIuZtbnXbg Voor de zeer vaardigen (en de juffen van een zekere leeftijd ..) Karel 1, brak zijn been, Karel 2, sprong in zee, Karel 3, brak zijn knie, Karel 4, dronk een glas bier, Karel 5, sloeg zijn wijf, Karel 6, kurk op de fles, Karel 7, klok op zeven, Karel 8, soldaat op wacht, Karel 9, gaf de zegen, Karel 10, wie niet weg is, is gezien! Eitje leg 3 tot 6 spelers Alle spelers staan in een rij achter elkaar voor de muur. De eerste speler gooit de (tennis)bal tegen de muur. Als de bal terugkomt, moet hij/zij er overheen springen of de bal tussen zijn benen door laten gaan. De bal mag 1 x stuiteren. De speler, die erachter staat, probeert nu de bal te vangen. De speler die heeft gegooid, gaat achteraan staan. De speler die heeft gevangen, gooit de bal tegen de uur en springt er overheen. Etc. Als je de bal aanraakt bij het springen, of niet kan vangen: 1. Heb je één punt minder (alle kinderen tellen af vanaf 5. Wie heeft meeste punten als één van de kinderen nul staat. 2. Bij meerder groepjes: af = groepje naar rechts. Laatste die over zijn: groepje naar links. Move up move down .. 3. Ga je tegen de muur staan. De volgende ballen moeten dan boven jouw hoofd gegooid worden. Makkelijker • gooi onderhands en rustig • de bal mag nog 1 x extra stuiteren Moeilijker • met opdracht: bijvoorbeeld in je handen klappen of een rondje draaien. • elke keer dat het lukt, moet je verder naar achter lopen (met krijt, pylonen of tegels aangeven). Voetbal Kingen Onderbouw Keeperspelen (1 : 1) Klein kampioenen : één keeper twee spelers die spelen om 2 doelpunten Paaltjes voetbal - Paaltje omschieten is paaltje erbij krijgen Partijenvoetbal (randvoorwaarden) - Regels - Scoren uit assist - Hoe differentiëren (homogene groepen) - Move up- move down Bovenbouw: Belgisch voetbal (omgekeerde doelen) Barcelona voetbal (scoren door een driehoek) Voetvolley (kan ook op groot kingveld) Vijven (1 doel met keeper en vanuit assist scoren) Tienen (1 doel met keeper en scoren vanuit de lucht) - 4 – 6 kids - Wie eerst 3 x gescoord = winnaar, moet daarna 4 x scoren - Of verdient een handicap - Bijv maximaal 3 x aanraken van de bal - Verschillende doelgroottes - Move up move down (Eerlijk) Kampioenen - In teams 2 x 2 met één keeper Voetvolley lijkt erg op kingen Voor filmpje van groot kingen met een grote bal zie: http://www.basislessen.nl/buitenlessen (scroll naar beneden) Boompje wisselen Vijf of zes bomen; gebruik tapijttegels (IKEA deurmatjes), teken met krijt of hoepels (alleen op gras) Opbouw - Rennen van boom naar boom zonder zoeker (jongste kleuters), eventueel op commando - Wisselsignaal afspreken, bijvoorbeeld handen draaien of oogcontact en wisselen. - Met een zoeker (de leerkracht speelt mee, evt met verplicht rennen) - Idem zonder leerkracht - Met punten, elke boom is een punt. Als zoeker verlies je je punten niet. - Als je alle bomen gehad hebt verdubbelen je punten - Als je zoeker bent verlies je je punten Geverfd op het plein Getekend met stoepkrijt Op het gras met ‘eilandjes’ Als de zoeker en de loper tegelijk bij een boom komen: -heeft de zoeker voorrang of -steen papier schaar
© Copyright 2024 ExpyDoc