2014 05 07 Flyer Meedoen In Een Participatiemaatschappij Vanuit

Meedoen in een ‘participatiesamenleving’
Wat betekent dit voor burgers met een GGZ-achtergrond?
Wat is volgens hen nodig om mee te kunnen doen?
Een advies voor gemeenten – welzijnsorganisaties – zorgaanbieders – zorgverzekeraars – geïnteresseerden
Meedoen leidt tot:
- een gevoel van trots
- inzetten van bestaande talenten
- nieuwe talenten ontplooien
- het gevoel als mens ertoe te doen
- iets kunnen betekenen voor je medemens
Meedoen vergroot en versterkt dus de weerbaarheid van mensen, geeft invulling aan diverse levensdomeinen,
helpt om uit passiviteit te komen en vormt daardoor ook een preventie voor terugval: meedoen maakt actief!
Meedoen vanuit verbondenheid
Burgers brengen graag tijd door met gelijkgestemden en zoeken dus mensen met eenzelfde belangstelling op.
Dat geldt natuurlijk ook voor GGZ-cliënten.
Meedoen krijgt vaak vorm samen met gelijkgestemden, bijvoorbeeld op basis van:
een gezamenlijke hobby
gedeelde levensomstandigheden
een GGZ-achtergrond
Meedoen vanuit verbondenheid vraagt wijkcentra die, naast algemeen toegankelijke voorzieningen, ook
besloten gelegenheden bieden waar GGZ-cliënten elkaar kunnen ontmoeten.
Meedoen kan grillig zijn en dan niet vanzelfsprekend
GGZ-problematiek kenmerkt zich door:
Onzichtbaarheid: de problematiek is vaak niet aan de buitenkant te zien
Bij tijd en wijle een terugval
Initiatiefloosheid: problemen met initiatief nemen – ook bij kleine dingen
Prikkels – ook van leuke dingen – komen harder binnen en maken sneller moe
Mogelijk ook angst voor niet-GGZ burgers: angst voor stigmatisering door vertekend beeld van GGZproblematiek
Stimulerende ondersteuning betekent dan:
Present zijn: naast de cliënt staan, zodat diegene zich door een vertrouwd iemand zich gesteund voelt in de
periode dat het minder goed gaat.
Vertrouwen op de oerkracht die ieder mens in zich heeft. Deze is aanwezig, ook in mindere tijden.
Er bewust van zijn dat vanuit ‘pamperen’ geen oerkracht kán ontstaan.
Dus, langzaam aan meer verantwoordelijkheid aan cliënten zelf overlaten, maar wel als vangnet op de
achtergrond aanwezig blijven.
Cliënten begeleiden vanuit de vragen: wat wil je bereiken – wat heb je nodig – hoe pak je het aan?
De prestatiemaatschappij nodigt niet uit tot meedoen
Meedoen bestaat uit tweerichtingsverkeer en gedijt bij échte belangstelling voor elkaar. Als de ander na een
snel gesteld ‘Hoe gaat het?’ doorloopt en geen oog voor je heeft als het wat minder gaat, is dat weinig
inspirerend en motiverend om je deel te voelen van de samenleving.
Wees bewust dat er een precaire balans is tussen wat iemand kan en wat niet. Als het moeilijk in te schatten is
wat iemand aankan, vraag dit dan gewoon na – vul niets in voor een ander!
Pas op voor uitsluitende beleidsmaatregelen!
Beleidsmaatregelen
Meedoen in maatschappij



Indicatiestellingen worden aangescherpt, waardoor uiteindelijk alleen de inloopmogelijkheid bestaat
bij collectieve voorzieningen. De afname van activiteiten bij dagactiviteitencentra voor
gelijkgestemden, kan leiden tot thuisblijven, vereenzaming en daardoor terugval. Dit heeft
vermindering van kwaliteit van leven tot gevolg en meer zorgkosten.
Sluiting van dagactiviteitencentra dicht bij huis leidt tot hogere transportkosten waarvoor het inkomen
ontoereikend kan zijn. Gevolg kan zijn dat cliënten besluiten om maar thuis te blijven.
Er is sprake van bezuinigingen op allerlei toeslagen (huursubsidie, vervoersvergoedingen,
zorgtoeslagen, compensatie eigen risico voor omschreven doelgroepen (Wtcg)). Daarnaast is er een
stijging van kosten door verhoogd eigen risico, verplichte eigen bijdragen voor voorzieningen en
toename van accijnzen. Dit alles geeft een flinke stapeling van negatieve inkomenseffecten.
Voor mensen met een minimale uitkering belemmert dit het gewoon mee kunnen doen. Immers,
activiteiten zoals samen een kopje koffie buitenshuis met vrienden, theaterbezoek en sportclubs
kosten geld.
Gemeenten, zorgaanbieders, zorgverzekeraars zouden zich bewust moeten zijn op de stapelingseffecten van
hun eigen beleid en de gevolgen daarvan op het meedoen: welke bevorderende dan wel beperkende effecten
heeft het op het totale inkomensplaatje van de cliënt?
Voorwaarden creëren om mee te doen: Kwartiermaken & Educatie
Mensen die met de GGZ in aanraking zijn (geweest) merken dat anderen hen stigmatiseren met ‘een steekje
los’. Psychiatrie wordt vaak gelijk gesteld aan eng, onbetrouwbaar en gevaarlijk. Dit stigma belemmert hen bij
het meedoen aan de samenleving.
Om dit stigma te doorbreken kunnen gemeenten inzetten op het versterken van passend contact tussen
burgers, op bewustwording van wijkbewoners, vrijwilligerscentrales, scholen en werkgevers.
Organisaties en initiatieven zoals het Zelfregiecentrum, de Kentering – een belangenorganisatie van en door
GGZ-cliënten-, het Kwartiermakersfestival, Firma Zorgbehang en andere theatergezelschappen, kunnen en
willen u daarbij behulpzaam zijn.
Deze flyer is opgesteld door Zorgbelang Gelderland met medewerking van ervaringsdeskundigen GGZ, vanuit
De Kentering, RIBW, Bureau Herstel.
Voor meer informatie: zie www.zorgbelanggelderland.nl