Jaarboek 2013 - Pen Vlaanderen

AUTEURS
IN DE BRES
VOOR
AUTEURS
JAARBOEK 2013
INHOUD
JAARBOEK 2013
Woord vooraf
Blijf knarsen, David Van Reybrouck
Even voorstellen…, Joke van Leeuwen
4
5
10
Observatorium voor de vrije meningsuiting
Inleiding, Jeroen Theunissen
De vrije markt versmoort het vrije woord
Rondetafelgesprek
12
13
16
20
Dag van de gevangen schrijver
Dag van de gevangen schrijver, Peter Theunynck
Schrijvers maak je niet monddood, Catherine Vuylsteke
Je wacht op me met ’t stof, Liu Xiaobo
31
32
34
41
Internationale contacten
Impressie van de WiPC-conferentie in Kraków, Annmarie Sauer
Verslag van het ICORN-programma in Kraków, Dimitri Bontenakel
Ontmoeting met een erelid, Hilde Keteleer
Impressie van het PEN-congres in Reykjavik, Annmarie Sauer
PEN-verklaring over digitale vrijheid
43
44
48
51
58
61
PEN-flat65
Geduld en visumperikelen, Dimitri Bontenakel en Sven Peeters
66
Stad van dromen en smart, Adam Alhadi Agabeldour
71
De flat, In-Koli Jean Bofane
73
De daken van het vlinderpaleis, Jelica Novakovic
75
Onze werking in 2013
Activiteitenverslag, David Van Reybrouck
Financieel verslag, Xavier Roelens
76
77
91
Poëzie94
Inleiding bij het werk van Fatena Al-Ghorra
95
Gods bedrog, Fatena Al-Ghorra
99
Gedichten, Adam Alhadi Agabeldour
104
Gedicht, Enoh Meyomesse
107
3
WOORD
VOORAF
JAARBOEK 2013
BLIJF KNARSEN
DAVID VAN REYBROUCK
© Stephan Vanfleteren
Beste lezer,
Wat een jaar! 2013 was voor PEN Vlaanderen in
alle opzichten het jaar van de stroomversnelling.
Kijkt u even mee naar de talrijke hoogtepunten, en
u zult begrijpen wat ik bedoel.
33 Januari: op onze talrijk bijgewoonde Algemene
Vergadering presenteert bestuurslid Marleen
Teugels de resultaten van haar terreinverkenning naar de grenzen van de vrije meningsuiting in de Belgische media. Ze gaat
daarover in debat met erevoorzitter Geert van
Istendael en PEN-lid Dirk Verhofstadt. Het
Observatorium van Vrije Meningsuiting komt
weer een stapje dichterbij.
33 Februari: De Morgen bericht grootschalig over
de gevluchte Congolese schrijver Antoine
Vumilia, voor wie PEN Vlaanderen zich al
jaren inzet. Antoine verbleef in de zomer van
2012 in onze flat, wij hielpen hem in zijn zoektocht naar papieren. Het artikel wordt overgenomen door Belga, Metro en zelfs GrenzEcho.
Er komen twee parlementaire vragen van:
Peter Luyckx (N-VA), ondervoorzitter van de
Commissie Buitenlandse Betrekkingen in de
federale Kamer, interpelleerde minister van
Buitenlandse Zaken Didier Reynders, kamerlid
Zoé Génot (Ecolo) vroeg aan staatssecretaris
voor asiel en migratie Maggie De Block tekst en
uitleg. Het is voor het eerst dat PEN Vlaanderen
doordringt tot het parlementaire halfrond.
5
David Van Reybrouck,
aftredend voorzitter
van PEN Vlaanderen, is
de gelauwerde auteur
van o.a. Slagschaduw
(2007), Pleidooi voor
populisme (2008) en het
monumentale Congo. Een
geschiedenis (2010), en
mede-initiatiefnemer van de
G1000. In 2013 verscheen
Tegen verkiezingen.
33 Maart: op het Passa Porta Festival is PEN Vlaanderen pro-
minent aanwezig. Walter Zinzen modereert in de KVS een uitstekend debat tussen Tahar Ben Jalloun en Isabelle Durant.
Bestuurslid Olivia Rutazibwa ontvangt in het Ethiopische restaurant Toukoul vier jonge Afrikaanse schrijvers die in de lage
landen wonen: Jean Bofane (Congo), Babah Tarawally (Sierra
Leone), Alphonse Muambi (Congo) en Sayadin Hersi (Somalië).
Ikzelf mag in de foyer van de Muntschouwburg Koenraad Tinel
en Simon Gronowski interviewen, de hoogbejaarde auteurs
van het boek Eindelijk bevrijd. Een ongelooflijke ervaring. We
bereiken die dag meer dan 700 mensen. Het jaarboek, andermaal verzorgd door Jeroen Theunissen, wordt voorgesteld.
33 April: Tade Ipadeola, de fantastische voorzitter van PEN
Nigeria en tevens een gewaardeerd jurist, zou in onze flat
verblijven. Van de Belgische diensten in Abuja krijgt hij echter geen visum. PEN Vlaanderen reageert verontwaardigd. De
Morgen, Knack en Trouw nemen het bericht over.
33 We zetten verdere stappen op het vlak van professionali-
sering: in het voorjaar komt Miriana Frattarola tijdelijk de
gelederen versterken op vlak van campagne en communicatie,
even later voegt Kris Berwouts zich bij ons aan om de activiteiten mee te coördineren.
33 Mei: Op 3 mei, Internationale Dag van de Persvrijheid, vra-
gen honderd auteurs van PEN Vlaanderen aandacht voor de
kwaliteit van onze kwaliteitsjournalistiek. Hun petitie ’De
vrije markt versmoort het vrije woord’ is een knuppel in
het hoenderhok. De Standaard, De Morgen, La Libre Belgique,
Apache en Knack.be besteden er ruim aandacht aan. Geert
van Istendael mag het gaan uitleggen bij de Standaard en op
NCRV-radio, Walter Zinzen trekt naar Terzake, Ides Debruyne
staat De Tijd te woord, Saskia de Coster geeft uitleg voor televisie. ’s Avonds in het RITS café organiseren we samen met het
Fonds Pascal Decroos een levendig debat met de Nederlandse
hoofdredacteur Rob Wijnberg (De Correspondent), de Deense
topjournalist Nils Mulvad en PEN-bestuurslid Marleen Teugels.
Margo Smit (VVOJ) modereert. Als maanden later het stof is
gaan liggen, keert Tom Naegels op het onderwerp terug met
de woorden: ’Met enige vertraging: dank, PEN.’
6
JAARBOEK 2013
33 In het kader van onze speciale aandacht voor Oost-Europa
trekken we van 9 tot 12 mei naar het Subversive Festival in
Zagreb. Ik treed er in debat met onze internationale voorzitter John Ralston Saul en met Nadežda Cacinovic, de wonderlijke voorzitster van PEN Croatia. Onze delegatie bestaat ook
uit ondervoorzitter Annelies Verbeke en regioverantwoordelijke Peter Vermeersch. Ook de in Brussel woonachtige Poolse
schrijfster Grazyna Plebanek gaat mee.
33 Van 14 tot 17 mei gaat de tweejaarlijkse wereldconferentie
van het Writers in Prison Committee in Kraków door.
PEN Vlaanderen is er aanwezig met een driekoppige delegatie:
onze nieuwe WiPC-voorzitster Annmarie Sauer, onze flatverantwoordelijke Dimitri Bontenakel en onze regioverantwoordelijke voor Oost-Europa Johan De Boose.
33 Juni: op 26 juni vieren we de honderdste geboortedag
van Aimé Césaire. Deze dichter-politicus uit Martinique
had een enorme impact op de literatuur van Centraal-Afrika.
Bestuurslid Sarah De Mul bokst een mooi programma ineen
bij Passa Porta: Antoine Tshitungu Kongolo, Joris Note, Omar
Ba, Younouss Diallo en ikzelf mogen er een bomvolle zaal
toespreken.
33 Juli: onze flat heeft pech. De tweede helft van 2013 hebben
we helemaal opengehouden om een schrijver in nood op te
vangen, maar de kandidaten die ons via Icorn worden voorgesteld blijken telkens al elders geholpen te zijn. Zoveel te beter
voor hen, maar voor ons is het jammer. We hebben de flat
dan maar tijdelijk gevuld met erg welgekomen, maar minder
urgente gasten.
33 Augustus: in het kader van de International Beijing Book Fair
trekt PEN Vlaanderen naar China. Wij hebben kort daarvoor het Vlaams Fonds voor de Letteren gebrieft over welke
houding wenselijk was vanuit het Vlaamse letterenbeleid. OudWiPC-voorzitster Hilde Keteleer gaat er op bezoek bij Zheng
Yichun, de Chinese dissident die wij tijdens de lange jaren
van zijn gevangenschap ondersteunden. Na zijn vrijlating is zijn
toestand nog steeds erg precair. Hij kan nog steeds niet over
zijn volle burgerrechten beschikken.
7
33 September: Annmarie Sauer en ikzelf trekken naar het wereld-
congres van PEN International in Reykjavik. Het is mijn
vierde congres en in mijn ogen het beste: de uitwisseling van
best practices met andere centra levert heel veel ideeën op
voor ons bestuurlijke werk, de kennismaking met schrijvers
uit de hele wereld biedt inzicht over dossiers waar onze media
nooit over berichten. En IJsland is prachtig.
33 Oktober: onder de titel ‘Koop censuur!’ organiseert PEN
Vlaanderen voor het eerst een grootschalige campagne
rond verboken boeken. De gelijknamige box bevat werken
van striptekenaar Marjane Satrapi (Iran), Nobelprijswinnaar
Liu Xiaobo (China), jeugdauteur Sherman Alexie (USA) en
dichter Abdellatif Laâbi (Marokko). Vier uitgeverijen werken
eraan mee, drie van hen herdrukken zelfs op ons verzoek.
PEN gaat in zee met De Morgen en Confituur, het netwerk
van onafhankelijke boekhandels. De campagne krijgt de steun
van Tom Lanoye, Michaël Borremans, Annelies Verbeke, Judith
Vanistendael en ikzelf en mag op ruime aandacht rekenen in
De Morgen en op de Antwerpse Boekenbeurs.
33 November: op de Dag van de Gevangen Schrijver treedt PEN
naar buiten met een uniek filmpje waaraan dertig prominente Vlaamse auteurs, allen lid van PEN, hun medewerking
hebben verleend. Samen brengen zij het prachtige gedicht ’Je
wacht op mij met ’t stof’ van Liu Xiaobo. Het filmpje verschijnt
op de websites van De Standaard, Knack en De Redactie.
WiPC-ondervoorzitter Peter Theunynck praat erover op het
Radio1-programma Joos.
33 December: een eerste vertaling van de gedichten van Fatena
Al Ghorra komt binnen. Karel Segers is met haar de afgelopen maanden naar scholen en hogescholen getrokken. Hij
nam haar ook mee naar het Literair Café Intercultureel in
Amsterdam. In 2014 moet haar bundel bij uitgeverij P verschijnen: een prachtig vooruitzicht!
33 Januari 2014: We naderen de kaap van 200 leden. Dat is
mooi, maar de afgelopen maanden is ook duidelijk geworden
dat PEN Vlaanderen voor een generatiewissel staat. Olivia
Rutazibwa is verhuisd naar Engeland, Xavier Roelens, Bart
8
JAARBOEK 2013
Van Loo en ikzelf leggen onze taken neer. De opvolging is
evenwel verzekerd: met Joke van Leeuwen aan het roer en
met nieuwe mensen als Ruben Mersch, Kris Berwouts, Ides
Debruyne, Annemarie Estor en Maarten Inghels aan boord kan
PEN Vlaanderen met vertrouwen de toekomst tegemoet zien.
Beste lezer, dit is het derde jaarboek van PEN Vlaanderen en
tevens de laatste keer dat ik dit voorwoord tot u mag richten.
Na drie jaar als voorzitter heb ik begin 2014 de presidentiële
hamer overgedragen aan mijn voortreffelijke opvolger, Joke van
Leeuwen. Het was een voorrecht om PEN Vlaanderen de voorbije jaren te mogen leiden. Ik heb het erg graag gedaan. We zijn
allen slechts kruimels, maar dit kunnen we soms zijn: kruimels
die knarsen.
Dank voor het vertrouwen – en blijf knarsen.
9
EVEN VOORSTELLEN…
JOKE VAN LEEUWEN
Joke Van Leeuwen, geboren
in Den Haag, woont
momenteel in Antwerpen.
In 1978 publiceerde ze
haar eerste kinderboek.
In 1994 kwam haar
eerste dichtbundel voor
volwassenen uit. Ze
stelde tentoon, schreef en
bracht verhalen voor tv ,
schreef voor theater en
bracht literair-cabareteske
voorstellingen. Haar werk is
in vele talen vertaald.
PEN Vlaanderen is bijzonder blij en trots dat Joke
Van Leeuwen onze nieuwe voorzitter wil worden.
Voor haar veelzijdige oeuvre heeft zij vele prijzen
gekregen. Haar recente roman, Feest van het begin,
werd onlangs bekroond met de AKO literatuurprijs. In
een kort interview hebben we haar de kans gegeven,
zich aan onze leden voor te stellen. Haar affiniteit
met de idealen van PEN Vlaanderen is duidelijk.
Iedereen van het bestuur kijkt dan ook zeer uit naar
de samenwerking met Joke.
Wanneer ben je voor het eerst met PEN in
contact gekomen?
Dat is al lang geleden. Ik was eerst lid van PEN
Nederland. Mijn overstap naar PEN Vlaanderen
is van minder lang geleden. Destijds was ik geen
actief lid van de PEN, ik was wel jarenlang actief
voor Amnesty International. Toen ik door PEN
Vlaanderen benaderd werd om mee te doen met
de acties van het Writers in Prison Committee
klonk hun werking me vertrouwd in de oren.
Waarom is het voor jou – als schrijfster in een
taalgebied waar de vrijheid van meningsuiting min of meer gegarandeerd is – belangrijk
om voor de waarden van PEN op te komen?
Omdat het zeer zinvol is om verder te kijken dan
je eigen taalgebied. Niet alleen uit solidariteit met
schrijvers en journalisten die geen vrijheid van
expressie kennen, maar ook als aanscherping van
wat wij hier met die vrijheid doen. Democratie
vraagt om het openlijk kunnen uitwisselen van
meningsverschillen, zonder dat andere meningen
als aanvallen worden geëtiketteerd.
10
JAARBOEK 2013
Heb je PEN Vlaanderen de laatste jaren gevolgd?
Ja, en ik heb de indruk gekregen van een goed werkende organisatie met een actief bestuursteam.
Je voorganger, David Van Reybrouck, heeft de werkzaamheden van PEN in een stroomversnelling gebracht. Heb je
al nagedacht over de eigen accenten die je in je periode als
voorzitter wil leggen?
Ik zie dat het bestuur goed werkt en dat die stroomversnelling alle
betrokkenen naar goed bevaarbaar water heeft gebracht. Nu ik dit
opschrijf, ben ik nog niet aan mijn mandaat begonnen. Ik denk er
wel over na, maar vind het nog te vroeg om mij in gedrukte letters
over accenten uit te spreken. In eerste instantie hoop ik op een
goede samenwerking en wil ik uitdragen waar PEN voor staat. We
zijn creatieve mensen, dus plannen komen wel in onze hoofden
op (al zal ik er ook voor willen waken dat die niet ten koste gaan
van ons werk als auteurs).
Heb je lang geaarzeld alvorens toe te zeggen?
Ik heb me eerst goed laten voorlichten. Maar nee, het enthousiasme van David Van Reybrouck is natuurlijk onweerstaanbaar.
Zijn de waarden van PEN direct of indirect in je eigen
werk aanwezig? En zie je jezelf als een geëngageerde artieste? (Vergeef mij dat nogal dwaze woord ‘geëngageerd’).
Ja, ik denk, al zeg ik het zelf, dat ik een betrokken schrijver
ben. Ik heb geen boodschappen, maar de wereld komt wel op
mijn manier in mijn boeken terecht. Heel letterlijk trouwens in
Bezoekjaren, een boek dat is voortgekomen uit de periode dat
ik correspondeerde met een Marokkaanse gewetensgevangene,
wiens brieven door zijn moeder onder haar grote borsten uit de
gevangenis werden gesmokkeld.
11
OBSERVATORIUM
VOOR DE VRIJE
MENINGSUITING
JAARBOEK 2013
INLEIDING
Op 26 januari 2013, op de algemene vergadering van PEN Vlaanderen, stelde Marleen Teugels,
bestuurslid van PEN Vlaanderen, haar in opdracht
van PEN opgestelde zoektocht voor over de vraag
of en hoe PEN Vlaanderen een observatorium van
de vrije meningsuiting zou kunnen oprichten. Haar
analyse en het debat dat op de algemene vergadering plaatsvond, lieten er geen twijfel over bestaan
dat een observatorium een nuttig en zelfs noodzakelijk instrument is, en dat PEN Vlaanderen die
rol op zich kan nemen. Het bijzonder interessante
onderzoek van Marleen Teugels, de voorbeschouwing van Dirk Voorhoof en de nabeschouwingen
van Dirk Verhofstadt en Geert van Istendael kunnen nagelezen worden in het jaarboek van vorig
jaar en op onze website. Vrijheid van meningsuiting, zo besloot het onderzoek, is nooit voor eeuwig en altijd verworven, en ook in Vlaanderen
blijft waakzaamheid geboden. Marleen Teugels
stelde op basis van haar analyse drie pijlers voor:
‘Het Observatorium kan een draagvlak creëren
voor het debat over vrijheid van meningsuiting,
met invloed op de media en de publieke opinie.
Het kan een anoniem Meldpunt oprichten dat problemen observeert, registreert en analyseert en
het kan diepgaand onderzoek naar vrijheid van
meningsuiting stimuleren.’
We zijn een jaar verder. PEN Vlaanderen heeft
intussen niet stilgezeten. In haar analyse had
Marleen Teugels 3 mei, internationale dag van de
persvrijheid, als startpunt voorgesteld ‘voor het
aanzwengelen van het debat over expressievrijheid en vrijheid van informatie.’ Op 3 mei 2013
uitten honderd Vlaamse auteurs in een petitie hun
bezorgdheid over de toestand van de media in
13
© Koen Broos
JEROEN THEUNISSEN
Jeroen Theunissen
publiceerde vier romans,
een verhalenbundel
en twee dichtbundels.
Hij is ook docent in het
RITS. Zijn recentste
roman, De omwegen, een
picareske naoorlogse
familiegeschiedenis,
verscheen in maart 2013.
Hij is bestuurslid van
PEN Vlaanderen.
Vlaanderen. Ze vonden dat de media de persvrijheid uithollen
door zich ‘te onderwerpen aan een losgeslagen vrijemarktdenken.’ Hoewel geen enkele krant de tekst van onze petitie wenste
af te drukken (online verscheen die enkel bij De Morgen, Knack
en La Libre Belgique), was de berichtgeving erover massaal.
Opiniestukken voor en tegen, een debat in Terzake, ingezonden
brieven van Luc Rademakers, hoofd van de VRT-nieuwsdienst,
aandacht tot in Nederland en Franstalig België: we hebben duidelijk een gevoelige snaar geraakt.
Een overzicht:
33 3 mei – Petitie in De Morgen, Knack en La Libre Belgique.
Ruime berichtgeving
33 10 mei – Karl van den Broeck komt in zijn colum in De Morgen
terug op die petitie: ‘Ik teken meteen voor meer subsidies voor
non-fictie.’
33 5 juni – ook bij een interview met Jef Lambrecht en Dirk
Tieleman komt De Morgen er op terug. Niet alleen de auteurs
van PEN Vlaanderen maken zich zorgen over de media in ons
land. Ook de VRT-coryfeeën Jef Lambrecht en Dirk Tieleman
luiden de alarmklok. ‘Het publiek is chronisch ondergeïnformeerd. Dat heeft dramatische gevolgen voor de democratie.’
33 17 juli – Tom Naegels maakt de balans op van zijn tweede jaar
als ombudsman van De Standaard. Hij keert daarvoor terug
naar een mediadebat dat er nooit een mocht worden. Het is
terecht dat mensen méér verwachten van het nieuws, schrijft
hij. Vraag is dan hoeveel meer is, wie wat moet doen en hoe
we dat gaan organiseren. ‘Erop terugblikkend denk ik wel dat
het kind met het badwater is weggegooid. Daarom wil ik de
waardevolle bedenkingen van PEN alsnog als leidraad nemen
in deze terugblik op mijn tweede jaar als ombudsman van De
Standaard. (...) Met enige vertraging: dank, PEN.’
In dit jaarboek kunt u de petitie nalezen. Het belang ervan blijft in
2014 onverminderd geldig.
Door de de zomermaanden lag de organisatie van het observatorium na 3 mei even stil. Maar vanaf het najaar besloot PEN
Vlaanderen op de ingeslagen weg verder te gaan. Op 3 januari
2014 organiseerden wij een rondetafelgesprek op het congres
van de Vlaamse auteursvereniging (VAV). Daarbij werd aan Ides
14
JAARBOEK 2013
Debruyne, Marleen Teugels, Baldwin Van Gorp en Flip Voets
gevraagd om aan de hand van de tekst van vorig jaar verder te
denken en te discussiëren over de concrete uitwerking van ons
observatorium. Een licht ingekorte versie van dit gesprek kunt
u hier lezen. PEN Vlaanderen is bovendien verheugd dat Ides
Debruyne toegezegd heeft om bestuurslid te worden en mee de
kar te trekken voor de concrete realisatie van ons observatorium.
15
DE VRIJE MARKT VERSMOORT
HET VRIJE WOORD
Deze petitie verscheen op 3 mei, Dag van de Gevangen Schrijver.
Vandaag is het World Press Freedom Day, een dag die in België
nooit werd gevierd. Toen in 1993 de Verenigde Naties 3 mei
uitriepen tot internationale dag van de persvrijheid hadden ze
vooral landen in gedachten waar de staat het vrije woord brutaal
verdrukte.
Maar dit jaar trekt PEN Vlaanderen aan de alarmbel: 3 mei
moet helaas ook hier gevierd worden. Want wij, schrijvers van
Vlaanderen, zijn ernstig bezorgd over de kwaliteit van de journalistiek. Rechtstreekse verstikking van de persvrijheid door
de staat gebeurt hier eerder incidenteel. Het is hier China niet.
Maar wat niet van buitenaf komt, knaagt van binnenuit. De
media zijn in toenemende mate hun persvrijheid zélf aan het
uithollen.
De reden is eenvoudig. Overal in het Westen kampen commerciële media met dalende inkomsten – consumenten keren zich naar
gratis nieuws, adverteerders haken af – en die verliezen moeten
gecompenseerd worden met steeds spannender verhalen, dramatischer conflicten en heftiger verslaggeving, opgesteld door steeds
kleinere en goedkopere redacties die onder steeds grotere tijdsdruk moeten presteren.
Tekenend in dat opzicht is dat Offshore-leaks, de grootste journalistieke onthulling in jaren, niet in de commerciële media maar in
de nonprofit-sector ontstond. Er was geen enkele Vlaamse journalist bij betrokken.
Bijna alle massamedia in Vlaanderen (kranten, radiostations, televisiezenders) zijn commerciële media: hun primaire logica is die
van de kijkcijfers, de verkoopsaantallen, de luisterdichtheid of de
unieke geregistreerde gebruikers. Door het eigen marktaandeel
systematisch boven het algemeen belang te plaatsen, geraakt de
persvrijheid allengs in de verdrukking. De vrije markt versmoort
zo stilaan het vrije woord.
16
JAARBOEK 2013
Voor wat het waard is: in de Press Freedom Index van Reporters
Zonder Grenzen zakte België dit jaar naar de 21ste plaats. We staan
er naast Polen. Tien jaar geleden stonden we nog op de 7de plaats.
Een opstoot aan mediakritiek enkele jaren geleden heeft het
tij niet kunnen doen keren. De pertinente analyses van onderzoekers als Geert Buelens, Frank Thevissen, Jan Blommaert
en Luc Huyse vonden weliswaar weerklank bij kleinschaliger
kanalen als Apache, DeWereldMorgen, Rekto:Verso, Actua-TV,
Doorbraak, Mo* en Liberales maar zorgden bij de mainstream
media enkel voor cosmetische aanpassingen. Tekenend is het
dat de site mediakritiek.be, ons belangrijkste forum voor systematische analyse van de journalistiek, dit jaar ophoudt te
bestaan.
Ziehier de paradox: de crisis van de afgelopen jaren maakt een
vrije kwaliteitspers meer dan ooit noodzakelijk, maar meer dan
ooit zien we hoezeer die pers deel is van de crisis. Zij bericht
niet enkel over het roekeloze casinokapitalisme, maar neemt
eraan deel. Net zoals de banken zich in de vernieling hebben
gereden door blindelings een marktlogica te volgen, zo zijn de
media zichzelf aan het verwoesten door cijfers te laten primeren op relevantie. Dit is erg omdat banken en kranten ook een
maatschappelijke rol vervullen, en dus nooit alleen maar commerciële instellingen mogen zijn. Zoals een gezond bankwezen
essentieel is voor de economie, zijn vrije media cruciaal voor de
democratie.
Net daarom zijn we zo bezorgd. In de praktijk zijn de media
niet langer de vierde macht, maar de eerste. Politici worden er
gemaakt en gekraakt, misdaden worden er berecht en beslecht,
de politieke agenda en de publieke opinie krijgen er grotendeels
vorm. Maar wat betekent het als die macht hoofdzakelijk wordt
bepaald door de markt?
Nochtans kan het ook anders. Inzetten op diepgravende journalistiek loont. TIME publiceerde in maart een dossier van maar liefst
36 pagina’s over de Amerikaanse gezondheidszorg. Dat zorgde
voor de beste verkoop in twee jaar en 16 keer meer digitale verkoop dan anders. Dichter bij huis is het fenomenale succes van
De Correspondent – 17.000 mensen die 60 euro storten voor een
17
ernstig medium – een inspirerend voorbeeld. Het bewijst dat veel
mensen serieus willen worden genomen door de media, het verraadt een verlangen naar journalistiek die de waan van de dag
overstijgt.
Omdat wij schrijvers dagelijks met teksten omgaan, hebben
we enkele suggesties. PEN Vlaanderen pleit voor:
1. meer onderzoeksjournalistiek, minder steekvlamjournalistiek
2. meer duiding (kaarten, dossiers, infographics,
achtergronden), minder opiniëring (columns, tweets, polls)
3. meer buitenland- en Europaberichtgeving, minder tunnelvisie
op Wetstraat: de macht is verschoven
4. meer zelfregulering (factchecking, ombudsman), minder
aversie voor externe kritiek
5. meer inzicht in reële conflicten, minder opkloppen van futiele
conflicten
Ondertekenaars:
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
Benno Barnard
Els Beerten
Daniel Billiet
Suzanne Binnemans
Gie Bogaert
Dimitri Bontenakel
Stefan Boonen
Hugo Bousset
Stefan Brijs
Frans August Brocatus
Diane Broeckhoven
Guy Commerman
Geertrui Daem
Johan de Boose
Ides Debruyne
Pieter De Buysser
Saskia De Coster
Jozef Deleu
Mieke de Loof
Sarah De Mul
Gita Deneckere
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
18
Frans Denissen
Josse De Pauw
Wouter Deprez
Janine De Rop
Patrick De Rynck
Lukas De Vos
Katelijne De Vuyst
Bruno De Wever
Annemarie Estor
Joris Gerits
Frank Hellemans
Kristien Hemmerechts
Stefan Hertmans
Peter Holvoet-Hanssen
Pol Hoste
Joris Iven
Dirk Jacobs
Hilde Keteleer
Willy Laes
Caroline Lamarche
Patrick Lateur
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
Delphine Lecompte
Simone Lenaerts
Elisabeth Marain
Bart Moeyaert
Koen Peeters
Sven Peeters
Michel Perquy
Yves Petry
Piet Piryns
Leo Pleysier
Guy Poppe
Guy Posson
Anne Provoost
Erik Raspoet
Marc Reugebrink
Xavier Roelens
Jean-Pierre Rondas
Olivia Rutazibwa
Silvain Salamon
Annmarie Sauer
Willy Schuyesmans
Gerd Segers
Karel Sergen
Kris Smet
Rudy Soetewey
Walter Soethoudt
Ina Stabergh
Piet Teigeler
Peter Terrin
Marleen Teugels
Jeroen Theunissen
Peter Theunynck
Rose Vandewalle
© Michel Cambon
JAARBOEK 2013
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
19
Stefaan van den Bremt
Denise Van den Broeck
Stefan van den Broeck
Luckas Vander Taelen
Ingrid Vander Veken
Ann Van Dessel
André Van Halewyck
Tom Van Imschoot
Geert Van Istendael
Judith Vanistendael
Bob Van Laerhoven
Joke van Leeuwen
Bart Van Loo
Monika b. van Paemel
David Van Reybrouck
Peter Vermeersch
Annelies Verbeke
Erik Vlaminck
Bart Vonck
Walter Zinzen
Deelnemers aan
het Debat waren
Ides Debruyne (moderator),
Marleen Teugels,
Baldwin Van Gorp
en Flip Voets.
Van de stemmen
in het publiek zijn er
enkele in deze weergave
opgenomen:
Tom Naegels,
Ingrid Vander Veken
en Hilde Keteleer.
RONDETAFELGESPREK
Deze tekst is een weergave van het open
rondetafelgesprek dat PEN Vlaanderen
op 3 januari 2014 organiseerde op het werkcongres
van de Vlaamse Auteursvereniging (VAV).
Ides Debruyne is medestichter van het Fonds
Pascal Decroos, van de Nederlands-Vlaamse
Vereniging van Onderzoeksjournalisten (VVOJ)
en van Journalismfund.eu. Momenteel is hij managing director van Journalismfund.eu. Vanaf 2014
wordt hij ook bestuurslid van PEN Vlaanderen.
Marleen Teugels is onderzoeksjournalist en
auteur. In 2002 publiceerde ze het boek Met stille
trom, over de toxische effecten van de hoog­
technologische oorlogvoering bij de Balkan- en
Golfoorlogveteranen. Haar onderzoeksartikelen
verschijnen hoofdzakelijk in het tijdschrift Knack,
soms ook in Le Monde Diplomatique. De voorbije
zes jaar is ze als docent onderzoeksjournalistiek
verbonden aan meerdere journalistieke opleidingen. Ze is bestuurslid van PEN Vlaanderen.
In 2012 schreef ze voor PEN Vlaanderen het
onderzoek ‘Naar een Observatorium van de vrije
meningsuiting’, dat als basis heeft gediend voor
deze discussie.
Flip Voets is secretaris-generaal en ombudsman
van de Raad voor de Journalistiek. Hij is jurist en hij
is jarenlang radiojournalist en eindredacteur televisie bij de openbare omroep geweest. Hij was ook
enkele jaren eindredacteur van De Juristenkrant.
Baldwin Van Gorp is als hoofddocent verbonden aan het Instituut voor Mediastudies van de KU
Leuven. Hij doet vooral onderzoek naar framing
en naar journalistiek.
20
JAARBOEK 2013
vlnr. Marleen Teugels, Baldwin Van Gorp, Flip Voets, Ides Debruyne
Ides Debruyne: Dames en heren, welkom op dit rondetafelgesprek van PEN Vlaanderen. Wij willen ons afvragen hoe ver het
academisch onderzoek inzake persvrijheid in Vlaanderen staat.
En hoe zou het georganiseerd moeten zijn? Hoe kunnen we de
persvrijheid hier te lande verbeteren? De basis voor deze oefening
is het rapport dat panellid Marleen Teugels vorig jaar in opdracht
van PEN Vlaanderen heeft geschreven, en dat gepubliceerd is in
het jaarboek van 2012. Maar bestaat er al wel academisch onderzoek in Vlaanderen, in België, in Europa? Bestaat er internationaal
of Europees al zoiets als een observatorium van de persvrijheid?
Baldwin Van Gorp: Ik ben een initiatief als dit nog niet tegengekomen. Er bestaan wel enkele initiatieven, bijvoorbeeld in de
VS, die hun best doen om dingen in kaart te brengen. Vrijheid
van meningsuiting is natuurlijk een niet duidelijk gedefinieerd
concept, en dat maakt het voor een academicus moeilijk. Er is
geen eenduidigheid, dat blijkt ook in de rechtspraak en in het
rapport van Marleen. Het is heel moeilijk om de vinger precies
op de wonde te leggen. Wij academici hebben graag concepten
die we strak kunnen definiëren, duidelijk kunnen meten, kunnen
kwalificeren. We hebben onder minister van media Ingrid Lieten
geprobeerd bepaalde aspecten in de media te meten, bijvoorbeeld
diversiteit en etniciteit, en daaruit is gebleken dat dit zeer moeilijk
is. Je verzandt heel snel in discussies over hoe je zoiets goed kunt
onderzoeken. En dat zal ook hier het geval zijn. Wat ik bovendien
vrees, is dat heel wat media zich, bijvoorbeeld bij de oprichting
21
van een observatorium, niet aangesproken zullen voelen. In de
psychologie wordt dat het third person effect genoemd, waarbij
men eerder de ander beschuldigt dan zichzelf verwijten te maken.
Ik pleit er dan voor, niet te veel op macroniveau te werken, maar
heel gericht te werken. Hoe zijn bepaalde zeer concrete trends,
concepten en mechanismen te verklaren? Als wij erin willen slagen, journalisten een hart onder de riem te steken, zal het met
concrete voorstellen moeten gebeuren.
ID: Marleen, is er in Vlaanderen wel een probleem op het vlak
van vrijheid van meningsuiting? Wat waren de bevindingen van
je rapport?
Marleen Teugels: Wanneer we onszelf vergelijken met verre landen, dan is er bij ons niet echt een probleem. Er zitten geen
mensen achter de tralies. Maar je merkt toch dat er een aantal
uitspraken zijn geweest, bijvoorbeeld recent het geval rond Yves
De Smet en de (echtgenote van de) Antwerpse procureur-generaal
Yves Liégois, en het geval rond Mo* in verband met een cartoon
over Georges Forrest. En wanneer je door het landschap wandelt,
is het duidelijk dat er hoe dan ook druk is op de pers. Er is heel
duidelijk commerciële druk. Ik denk dat het in deze tijden van
schaarste voor media belangrijk is om te scoren, een trend die
zich niet alleen in België voordoet, maar ook in het buitenland.
Daardoor krijg je vaak journalistiek die niet veel verder meer gaat
dan het invullen van formats, waarbij je een heel sterke sturing
van boven hebt. Hoofdredacties zitten heel dicht bij directies,
waardoor je een heel sterke top-downstructuur krijgt. Natuurlijk
niet permanent en niet overal, het hangt af van de mensen aan de
top. Maar er is zeker een probleem.
ID: Is er ook druk van de lezers?
MT: Men denkt dat men weet wat de lezer wil lezen of de kijker
wil zien, en men stemt zijn aanbod daarop af. Er zijn daarbij toch
zeker ook voorbeelden van zelfcensuur. Wanneer over bepaalde
politici negatief wordt bericht, krijgt men bijvoorbeeld haatmail,
en dreigen mensen hun abonnement op te zeggen. Dat is een
factor die wel degelijk invloed heeft.
ID: Flip, er zijn ook structurele problemen, vind jij?
22
JAARBOEK 2013
Flip Voets: Als er zo’n meldpunt
of observatorium komt, moeten we
ons in de eerste plaats ook richten
op het institutionele kader waarbinnen de vrijheid van meningsuiting zich ontwikkelt, zowel de
wetgeving als de rechtspraak en
de toepassing van de rechtspraak
in concrete cases. Er zijn al enkele
problematische cases opgenoemd,
de zaken rond Yves De Smet en
Mo*. Maar ook de wetgeving is niet
onproblematisch. Ook in de wetgeving zie je dat er hier en daar
beperkingen zijn, soms met de
beste bedoeling. Over een maand
gaan wij samen zitten met de commissaris van de kinderrechten om
na te denken over de wet die verbiedt om de namen te noemen van jongeren die voor de jeugdrechter verschijnen. Dat is een wet die in 95% van de gevallen
goed is, maar soms zijn er wel degelijk kinderen en jongeren die
onder eigen naam met hun verhaal naar buiten willen komen. In
de media moeten die mensen anoniem gemaakt worden. Maar
onlangs was er in de Gazet van Antwerpen een indrukwekkende
reeks over wantoestanden in de jeugdinstellingen. Er waren daar
mensen van zestien die hun stem wilden laten horen, en die dat
enkel anoniem konden doen. Beperk je hier niet ook de vrijheid
van meningsuiting? Dit is dus een pervers effect van een in se
goede wetgeving.
Daarnaast duiken nog altijd af en toe wetsvoorstellen op om de
vrijheid van meningsuiting te beperken, vaak ook met de beste
bedoelingen, bijvoorbeeld om het vermoeden van onschuld te
beschermen. Nu is er bijvoorbeeld sprake van een wetsvoorstel
om te verbieden namen te noemen van mensen die nog niet veroordeeld zijn. Voor onderzoeksjournalistiek kan deze maatregel
nefast zijn.
Naast dit eerste aspect, de wetgeving, is er onze rechtspraak.
Iemand als professor Dirk Voorhoof volgt vrij systematisch de
23
Ides Debruyne
uitspraken van het Europees hof van de Rechten van de mens.
Maar ook daar zijn er soms uitspraken die bedenkingen oproepen, ik denk aan een recente veroordeling van een Estse website
omdat die haatcommentaren had opgenomen. Nochtans waren
alle mogelijke voorzorgen genomen; wanneer ze gewaarschuwd
werden, verwijderden ze commentaren onmiddellijk. Ze zijn desondanks veroordeeld. De website is naar Straatsburg getrokken,
waar die uitspraak bevestigd is. Mijns inziens een bedenkelijke
zaak. Nu is een petitie op komst om aan het hof in Straatsburg te
vragen de zaak te herzien, omdat deze uitspraak een gevaarlijk
precedent zou zijn voor websites die commentaar opnemen. Ook
op binnenlands vlak moeten we zeggen dat er veel gunstige maar
toch ook enkele ongunstige uitspraken zijn, er zit niet echt een lijn
in, het hangt vaak af van de persoonlijkheid van de rechter. Het is
dus, denk ik, sowieso nodig om ook het institutioneel kader goed
te blijven opvolgen en te blijven monitoren. Dirk Voorhoof levert
hier al goed werk, maar het zou geen kwaad kunnen dat dit nog
systematischer gebeurt. Ik kan bijvoorbeeld de kwestie noemen
van een journalist die een schadevergoeding van 15.000 euro zou
moeten betalen.
ID: Genereert dit een chilling effect?
FV: Ik denk het wel. Onlangs las ik in een interview met Yves
De Smet nog dat hij in de toekomst twee keer zal nadenken. Hij
heeft de vraag gesteld of het parket generaal zich niet te veel liet
beïnvloeden door de diamantindustrie, en die vraag op zich werd
beschouwd als een belediging van de echtgenote. Dat gaat toch
wel ver.
ID: Tegelijkertijd zijn ook niet alle beperkingen slecht…
FV: Nee, niet elke beperking is verkeerd. Wij leggen onszelf in
de journalistieke code veel beperkingen op omdat wij vinden dat
een journalist een aantal regels moet volgen. Ik kan de racismewet noemen. De wet op het negationisme vind ik al een stuk
moeilijker.
Tom Naegels: Er zijn twee verschillende dingen, denk ik.
Enerzijds heb je de kwestie dat mensen vinden dat journalisten te
veel vrijheid wordt geboden, dat het heel moeilijk is om journalis24
JAARBOEK 2013
ten te veroordelen. Ik heb er begrip voor dat mensen die negatief
in de media komen, zich gefrustreerd voelen. Je moet het maar
meemaken. Onlangs bijvoorbeeld viel Stijn Helsen van een balkon, waarna direct geschreven werd dat het ‘niet kon uitgesloten
worden’ dat het om een wanhoopsdaad ging, en een dag later
dat het ‘waarschijnlijk’ een wanhoopsdaad is. De code zegt dat
men eigenlijk met zelfmoordberichtgeving zeer voorzichtig moet
omspringen. Voor die man kan dat onmogelijk leuk zijn. En hij
zal daar waarschijnlijk niets tegen kunnen doen. Anderzijds is er
de positionering van de krant in de markt. Dat is een keuze van
het bedrijf over hoe men als geheel naar buiten wil komen, en de
journalisten moeten zich daaraan houden. Er is dus geen onbeperkte vrije meningsuiting in de krant. Dat wil overigens niet zeggen dat een krant het alleen maar doet om geld te verdienen, deze
positionering is niet alleen maar commercieel. Mensen die voor
een krant werken, kennen die positionering. Stel nu dat een krant
vier columnisten heeft die kritisch over de N-VA schrijven, dan
zeggen ze misschien dat de vijfde dat niet ook nog moet doen. Is
dat een beperking van de vrijheid van meningsuiting? Niet noodzakelijk. Die persoon kan zijn kritiek altijd elders publiceren.
ID: Klopt het dat we, nu we meer platforms hebben, makkelijker
onze mening en onze kritiek kunnen uiten dan vroeger? Wordt
daar rekening mee gehouden in het onderzoek?
MT: Ik herken zeker wat Tom zegt. Maar tegelijkertijd gebeurt het
ook dat sommige journalisten zelf denken: ik moet dit niet doen.
Dan krijg je een chilling effect.
TN: Is dit wel chilling effect?
MT: In vele gevallen wel degelijk.
TN: De vraag is: wanneer is vrijheid van meningsuiting werkelijk
op schadelijke wijze beperkt? Wanneer bepaalde meningen niet
meer opkomen of zeer duidelijk gemarginaliseerd worden. Maar
als je onderling afspraken maakt, is het dat niet noodzakelijk.
FV: Ik denk dat Tom een reëel probleem signaleert. Niet elke
klacht over mijn-stukje-mag-niet-in-de-krant is terecht. Een krant
of een medium heeft een bepaalde lijn, heeft bepaalde afwegingen
25
van commerciële of andere, redactionele aard. Je moet dit duidelijk op
voorhand analyseren. In hoeverre zijn
de signalen van de werkvloer economische druk of beslissingen binnen
de groep? Iedereen legt zichzelf voortdurend beperkingen op, we doen dat
automatisch.
Baldwin Van Gorp
BV: Ik doe vooral onderzoek naar
framing van allerhande thema’s in
de media, en specifiek in de journalistiek, bijvoorbeeld wanneer er over
onderwerpen als alzheimer of oudere
werknemers wordt bericht. Ik vind dit
intrigerend. Wie bepaalt de richtlijnen? En in welke mate houden kranten zich aan een format, aan een mal
of een container die door de markt is
vastgelegd, en waarbinnen alles moet
passen? Ik vind de evolutie toch verontrustend. Je ziet dat VRT
en VTM naar elkaar kijken, De Standaard en De Morgen ook, de
eigenheid van Humo is pure marketing. Jan Boesman, hier aanwezig, een doctorandus, heeft gedurende zes weken op vier redacties
tijd doorgebracht, heeft er journalisten van de binnenlandredactie
gevolgd, en is nagegaan hoe een bepaald stuk tot stand is gekomen. En dan zie je bepaalde patronen waarbij nieuwsmanagers ’s
morgens opdrachten geven, waarbij de manager ook diegene is
die de andere media in het oog houden. Tegelijkertijd vind ik het
ook boeiend, te horen dat vele journalisten niet puur onafhankelijk willen werken. De redacties en het overleg is erg belangrijk.
Maar wie zijn de key players? In welke mate kan een journalist het
stuk schrijven dat hij of zij wil schrijven?
ID: Zijn er onderscheiden te vinden tussen verschillende soorten
journalistiek?
MT: Mijn onderzoek heeft uitgewezen dat er bijvoorbeeld in lifestyle-journalistiek een veel grotere druk is. Tessa Vermeiren heeft
mij bijvoorbeeld verteld over de druk van adverteerders in de
weekendbijlagen bij kranten. En ander probleem is de lokale jour26
JAARBOEK 2013
nalistiek. Hoe dichter je bij de bronnen staat, hoe moeilijker het
is om autonoom te blijven, en te weerstaan aan bronnen die je
dreigen te beïnvloeden. Zo krijg je op lokaal niveau vaak bijna
uitsluitend een goednieuwsshow: een burgemeester deed dit, een
schepen deed dat. Dit is een probleem omdat het lokale niveau als
basis voor het nationaal niveau dient. We zien ook problemen in
sommige specifieke domeinen, zoals het leger, waar je niet meer
mee mag op reis als je te kritisch bent, of de gastronomie.
FV: Ook bij justitie bestaat dit probleem. Officiële woordvoerders kunnen nog altijd discrimineren, en bepaalde media op hun
persconferenties weigeren omdat ze te kritisch zijn. Eigenlijk is
zo’n maatregel stuitend, omdat we hier over een openbare dienst
spreken die iedereen te woord zou moeten staan.
ID: Als we een nieuwsmonitor aanstellen, wat zal die dan precies
monitoren?
MT: Ondermeer de klachten, maar ook bijvoorbeeld de uitspraken. Dirk Voorhoof volgt dat al op, maar kan niet alles volgen en
niet alles weten.
FV: Er is nog een ander aspect waarover we te weinig gesproken
hebben. We hebben veel gesproken over commerciële en economische druk, maar een ander probleem is toch ook de concentratie die het afgelopen jaar heeft plaatsgevonden. Er zijn maar twee
krantengroepen over. In hoeverre zullen onafhankelijke redacties
in deze context nog blijven bestaan? Hebben redacties een statuut,
een autonomie ten opzichte van de uitgever? Ook dit moet gemeten kunnen worden. In hoeverre zijn er binnen die twee grote
concerns nog onafhankelijke titels?
TN: Iedereen spreekt over verschraling, maar eigenlijk wordt
dat nooit gemeten. Stel nu dat niet langer drie journalisten over
een bepaald onderwerp schrijven, maar dat een enkele journalist
voor drie kranten hetzelfde stuk afgeeft. Is dit dan verschraling
of gewoon efficiëntie? Zijn het, wanneer drie mensen hetzelfde
onderwerp behandelen, drie verschillende invalshoeken, of niet?
De consensus over wat er in een populaire krant moet staan is
bijvoorbeeld nu al vrij groot, zelfs al zijn het andere mensen die
de stukken schrijven. De vier kranten maken nu al min of meer
27
hetzelfde soort krant, al hebben ze andere eigenaars. Iedereen is
naar het midden opgeschoven. De consensus over wat nieuws is,
hoeveel pagina’s voor een bepaald onderwerp uitgespaard moeten worden, is eigenlijk vrij groot. Er is geen onderling overleg,
maar omdat als concurrenten zijn zullen ze proberen op elkaar te
lijken, en te verschillen slechts in enkele specifieke details. Een
geweldig interessant onderzoek lijkt me: hoe hard verschilden
kranten vroeger, en hoe verschillen ze vandaag. Dat vereist dan
een zeer degelijke tekstanalyse.
ID: We hebben het nu vooral over de pers gehad, maar PEN
Vlaanderen is ook een organisatie voor auteurs, voor kunstenaars.
Hoe zit het met hen?
MT: Ook hier moet onderzoek gebeuren. In hoeverre is het nog
mogelijk een waardevol boek te publiceren waarvan men vermoedt dat het niet bijzonder goed zal verkopen. Vroeger werkte
men vaak met innerlijke subsidie. Hoe zit het vandaag? Een vergelijkbare vraag stelt zich in cultuurcentra. In hoeverre durven
cultuurcentra het in een periode van schaarste nog aan om moeilijkere genres te boeken?
ID: Is er hiernaar al academisch onderzoek verricht, Baldwin?
BV: Niet echt. Maar ik heb toevallig wel een broer die in een cultureel centrum de programmering doet. Het is interessant te zien
dat daar in feite de commerciële producten per definitie verlieslatend zijn. Als er geen tickets worden verkocht, krijgen die artiesten
hun geld, en als ze wel worden verkocht, krijgen ze zeker hun
geld. Vaak zitten culturele centra vast aan een soort wurgcontracten. Culturele centra werken met zeer weinig geld.
ID: Zijn hier mensen aanwezig die nog opmerkingen of vragen
hebben?
Ingrid Vander Veken: Wat ik vaststel (of vaststelde, voor mijn
pensioen), is dat heel veel journalisten vooraf wordt meegegeven
waarover ze moeten schrijven, maar ook in welke zin ze moeten
schrijven, en bijna net niet met welke titel. Er zijn heel vaak journalisten die niet meer worden uitgestuurd om te vertellen wat er
gebeurt, maar met een andere boodschap: dit is wat er gebeurt,
28
JAARBOEK 2013
het gebeurt zo en zo, en jij zult je stuk zo en zo schrijven. Het
werkt niet altijd en overal zo, en uiteraard zijn jongere collega’s
veel minder geneigd om tegen dergelijke praktijken te protesteren.
Jonge mensen hebben niet altijd de moed en/of de praktische
mogelijkheden om het risico te nemen dat ze aan de deur worden
gezet. Ik vind dit zeer reële problemen.
MT: Ik heb inderdaad dergelijke verhalen gehoord, waar journalisten bepaalde concepten vooraf moesten invullen. Ik ken een
voorbeeld waar iemand een stuk moest schrijven over het feit
dat er in theaterland problemen zijn door de hype rond standupcomedians. Dit leek een vaststaand feit, het was de briefing die
alleen nog maar uitgevoerd moest worden.
Hilde Keteleer: Men mag niet vergeten dat tijdens de ontslagronde in De Morgen, enkele jaren geleden, specifiek die journalisten werden geviseerd die kritisch waren.
ID: Is niet ook de beperking van het aantal mensen een probleem? Sinds kort bijvoorbeeld brengt De Standaard een extra
avondeditie uit met (nagenoeg) hetzelfde aantal mensen.
BV: Ja, maar verhoudingsgewijs heeft De Standaard nog een
grote redactie.
ID: Wie moet zo’n observatorium organiseren? Is dit wel de taak
van PEN Vlaanderen?
FV: Als PEN het zou kunnen, zou ik dat zeer knap vinden. Maar
PEN kan dit niet alleen, maar moet partners zoeken in de academische en de artistieke wereld.
MT: De bestaande voorbeelden in het buitenland tonen zeer duidelijk een nauwe samenwerking met de academische wereld.
FV: Er moet ook steun gezocht worden bij auteurs- en journalistenverenigingen.
MT: En daarnaast moeten we opiniestukken blijven schrijven.
PEN Vlaanderen is het voorbije jaar op dit vlak heel actief geweest.
Maar we mogen niet vergeten dat PEN een hele kleine organisatie
29
is, die met vrijwilligers werkt. Als we dit serieus willen opbouwen,
denk ik dat we extra financiële middelen nodig hebben.
ID: Hoe zit het in de academische wereld, Baldwin?
BV: Tja, ook wij hebben te weinig geld. Bijvoorbeeld via het FWO
zijn er wel mogelijkheden. Ik denk wel dat dit thema een kans
zou maken, waardoor iemand zich voor een periode van vier jaar
met het onderwerp zou kunnen bezighouden. Als we kijken naar
hoe we de discussie hier hebben ingevuld, naar de verschillende
issues die we hier hebben aangeraakt, lijkt me de zin hiervan zeer
duidelijk.
MT: Het zou bovendien goed zijn dat we hiervan een Belgische
aangelegenheid maken. Het kan waardevol zijn om ons niet tot
Vlaanderen te beperken. De problemen spelen zich immers in de
twee landsgedeelten af. Een breed platform zal veel meer wegen.
FV: Ik zie ook een groot heil in een jaarlijks onderzoek.
IVDV: Maar als je de kwestie in de aandacht wil houden, moet
je ook een urgentiecel hebben. Nu gebeurt dit al, maar eerder ad
hoc, niet systematisch.
FV: En er mag geen beperking zijn tot alleen maar een nieuwsmonitor. Er zijn ook kunstenaars die zich bedreigd kunnen voelen in
hun vrijheid van meningsuiting.
ID: Ik zie zeer veel interessante uitgangspunten voor een volgende discussie. Dit interessante gesprek ronden we hier af. Ik
dank de panelleden en alle aanwezigen.
30
DAG VAN
DE GEVANGEN
SCHRIJVER
DAG VAN DE GEVANGEN SCHRIJVER
PETER THEUNYNCK
© K. Ghyselinck
Sinds enkele jaren treedt PEN Vlaanderen op
15 november, de ‘Dag van de Gevangen Schrijver’
met een actie naar buiten. Dit jaar hadden we
onze meest succesvolle campagne ooit, bestaande
uit twee delen: de prachtige literaire box ‘Koop
Censuur!’ en het filmpje ‘Je wacht op mij met ‘t
stof’.
Peter Theunynck woont en
werkt in Antwerpen. Hij is
freelance copywriter, dichter
en biograaf. Hij publiceerde
zes dichtbundels. In
september 2010 verscheen
zijn biografie van Karel
van de Woestijne. Hij
is bestuurslid van PEN
Vlaanderen, en co-voorzitter
van het WiPC.
Met deze campagne wilden we gecensureerde
auteurs en boeken aanbieden aan een groot
publiek en ervoor zorgen dat ze zoveel mogelijk
gelezen worden, bijdragen aan een breder maatschappelijk debat rond censuur en beknotting
van de vrije meningsuiting, en inzicht geven in de
complexiteit van censuur. Daarnaast wilden wij
uitgeverijen aanmoedigen om actief te investeren
in gecensureerde boeken en de media aanmoedigen om er meer zichtbaarheid aan te geven.
De campagne ‘Koop Censuur!’ werd in gang
geschoten op 1 november 2013, bij de opening
van de boekenbeurs. We zorgden ervoor dat vier
actuele schrijvers die in eigen land het zwijgen
wordt opgelegd, toch gelezen kunnen worden.
We hadden vier boeken geselecteerd en presenteerden die op de boekenbeurs aan het publiek.
Het boekenpakket wordt ook aangeboden via
het verbond van onafhankelijke boekhandels
Confituur en De Morgen. De laatste exemplaren
van deze prachtige, exclusieve box zullen worden aangeboden op Mind The Book, eind februari in Gent. In de aanloop naar de boekenbeurs
wijdde De Morgen vier weken lang een bladzijde
aan de campagne in de boekenbijlage, waarbij
telkens een auteur die lid is van PEN Vlaanderen
het boek besprak.
32
JAARBOEK 2013
De boeken waren:
33 Liu Xiaobo, Ik heb geen vijanden, ik ken geen haat, De
Geus, 2010 (China), verzamelde geschriften, aanbevolen door
Annelies Verbeke
33 Sherman Alexie, Dagboek van een halve Indiaan, Lemniscaat
2008 (USA), jeugdroman, aanbevolen door Tom Lanoye.
33 Abdellatif Laâbi, Het continent van de gave, Uitgeverij P.
2008 (Marokko), bloemlezing met gedichten, aanbevolen door
David Van Reybrouck.
33 Marjane Satrapi, Persepolis, Atlas, 2008 (Iran), de klassieke
graphic novel, aanbevolen door Judith Vanistendael.
Het pakket wordt aangeboden in een prachtig vormgegeven box,
geïllustreerd door Michaël Borremans, in een beperkte oplage van
1000 exemplaren.
Het tweede hoogtepunt van de campagne was een filmpje
waarin dertig prominente Vlaamse schrijvers elk één vers voorlazen van het gedicht ‘Je wacht op me met ’t stof’ van mensenrechtenactivist en Nobelprijswinnaar Liu Xiaobo. Deze werd op
25 december 2009 veroordeeld tot elf jaar gevangenisstraf omdat
hij betrokken was bij het opstellen van Charta 08, een manifest
voor democratisering in China. Het filmpje werd verspreid via
Youtube, onze site en Facebook-pagina en werd overgenomen
op een hele reeks andere sites. Zelf gaf ik een interview bij Joos
(Radio 1), De Standaard drukte het gedicht ook af.
33
SCHRIJVERS MAAK JE
NIET MONDDOOD
© Dieter Telemans
Op 9 oktober verscheen onderstaand interview in
De Morgen naar aanleiding van de campagne ‘Koop
Censuur!’ Wij nemen het interview volledig over.
Nadien volgden vier weken lang in de boekenbijlage
van De Morgen interviews met David Van Reybrouck,
Tom Lanoye, Judith van Istendael en Annelies
Verbeke over de boeken die in het pakket zitten. Uit
deze teksten nemen we enkele citaten over.
Catherine Vuylsteke is
sinologe, journaliste
en schrijfster van
Volksrepubliek van
Verlangen (2007), Onder
Mannen, het verzwegen
leven van Marokkaanse
homo’s (2008), Het gewicht
van Hemelse Vrede, vrijheid
en verzet sinds Tiananmen
(2009) en Vroeger is een
ander land, relaas van acht
aangespoelde jonge levens
(2011).
DE MORGEN, WOENSDAG 9 OKTOBER,
DOOR CATHERINE VUYLSTEKE.
Over precies drie weken opent de 77ste Boekenbeurs. In het licht daarvan besloten schrijvers actie
te voeren tegen censuur. Hoezo censuur? ‘Het is
een sluipend gif. De censuur wordt diffuser, maar
daarom niet minder doeltreffend.’
Weet u wat beroemde boeken als Adventures of
Huckleberry Finn (Mark Twain), Het Achterhuis
(Anne Frank), Brave New World (Aldous Huxley),
Candide (Voltaire), Catcher in the Rye (J.D.Salinger)
en Grapes of Wrath (John Steinbeck) met elkaar
gemeen hebben? Ze werden stuk voor stuk verboden. En zij niet alleen. Censuur hangt als een schaduw over de hele geschiedenis. Kreeg de Griekse
wijsgeer Socrates tweeënhalf millennium geleden
de gifbeker omdat hij de jeugd zou hebben gecorrumpeerd met zijn visie, dan publiceerden twintig
opeenvolgende kerkvorsten vanaf 1559 de zogenaamde Index Librorum Prohibitorum, een lijst
van voor katholieken verboden werken. De laatste
keer was in 1948, en toen ging het om meer dan
vierduizend boeken met een ‘moreel verwerpelijk’
of ‘seksueel te expliciet’ karakter. Dat laatste was
34
JAARBOEK 2013
altijd breed interpreteerbaar en bovenal afhankelijk van de mores
en machthebbers van het moment. Hoe verklaar je anders dat
er in het Hollywood van de jaren dertig zelfs een scène werd
weggeknipt uit Tarzan and His Mate, met de beroemde Johnny
Weismüller in de hoofdrol? Censuur is van alle tijden, niet het
minst van de onze. Terwijl u dit leest zitten 343 journalisten en
bloggers in de gevangenis, zo blijkt uit de Vrijheidsbarometer van
‘Reporters sans Frontières’ (RSF). Achtendertig journalisten vonden
in de voorbije negen maanden de dood wegens hun pen. Vijf van
hen stierven in Brazilië en Rusland, oorden die je moeilijk als oorlogsgebied kan kwalificeren.
ZELFMOORD
Bovendien begrijpen overheden steeds beter hoe ze stoute stemmen het zwijgen kunnen opleggen zonder op de vingers te worden getikt voor censuur. Neem de bekende dissidente Chinese
kunstenaar Ai Weiwei. Toen hij in april 2011 voor drie maanden in een staatskerker verdween, repte de Chinese overheid
met geen woord over zijn gedurfde uitspraken en acties. Officieel
werd Ai gearresteerd wegens belastingontduiking, een doodgewoon en moeilijk internationaal aanvechtbaar crimineel vergrijp.
Ai was de laatste noch de eerste. Menige Chinese schrijver of
kunstenaar werd met een vergelijkbare aanklacht tot zwijgen
gebracht of zag dat familieleden onder druk werden gezet. De
enen konden plots geen lening meer krijgen, anderen verloren in
merkwaardige omstandigheden hun werk of zagen zich gedegradeerd. In Vietnam, dat na China de grootste gevangenis voor het
vrije woord is, gaat het net zo. 35 mensen zitten daar momenteel
wegens subversieve meningen achter de tralies en hun families
worden onderworpen aan intimidatie en lastercampagnes. In één
geval liep dat zelfs tragisch af. De moeder van blogger Ta Phong
Tan pleegde vorig jaar zelfmoord omdat ze niet langer kon leven
met het vreselijke lot van haar gevangen dochter.
BOEKVERBRANDING
Intimidaties, arrestaties. En vaak blijft het daar niet bij, Heinrich
Heine zei het al. Waar ze boeken hebben verbrand, eindigden ze
met het verbranden van mensen. Soms is er even aandacht, zoals
voor het verhaal van de Russische journaliste en schrijfster Anna
Politkovskaya. Ze werd deze week precies zeven jaar geleden
in de lift van haar appartementsgebouw overhoop geschoten
35
omdat ze een luis was in de pels van Poetin. Haar moordenaars lopen tot op heden vrij rond. Veel minder aandacht was er
vorige maand voor Sushmita Banerjee, de Bengaalse auteur van
A Kabuliwala’s Bengali Wife, over het leven onder de taliban.
Ze keerde recent terug naar Afghanistan voor een documentaire
over vrouwen en werd op 5 september haar huis in Paktika
uit gesleurd en met 24 kogels doorzeefd. Censuur is bovendien
geen louter verhaal van the usual suspects. Toegegeven, totalitaire staten als Eritrea, Noord-Korea en Turkmenistan vormen
de trieste top drie van minst vrije landen ter wereld maar ook in
een moderne, democratische natie als bijvoorbeeld Japan worden mensen monddood gemaakt. Minoru Tanaka (52), een freelance journalist die in zijn artikels de relatie uitspitte tussen de
nucleaire industrie en de politici, riskeert daarvoor nu een boete
van omgerekend 600.000 euro, een som die hij nooit ofte nimmer zal kunnen betalen.
CENSUURBOX
Precies tegen deze achtergrond hebben PEN Vlaanderen, het verbond van onafhankelijke boekhandels Confituur en De Morgen de
handen in elkaar geslagen om nu de box ‘Koop Censuur’ op de
markt te brengen. ‘Het is een kwestie van noodzaak’, zo meent PEN
Vlaanderen-voorzitter David Van Reybrouck. ‘Al jaren strijden we
voor vrije meningsuiting, we vangen schrijvers op in de PEN-flat
in Antwerpen en schrijven brieven naar ambassades om auteurs
vrij te krijgen. Met dit initiatief willen we de literatuur centraal stellen. Hoewel deze auteurs stuk voor stuk het slachtoffer werden
van censuur, schreven ze ware meesterwerken. De Censuurbox
bevat Het continent van de gave van de naar Frankrijk gevluchte
Marokkaanse dichter Abdellatif Laâbi; Ik heb geen vijanden van
de Chinese gevangen dissident en Nobelprijswinnaar Liu Xiaobo;
Dagboek van een halve indiaan van de Amerikaanse schrijver
Sherman Alexie en Persepolis van de naar Frankrijk uitgeweken
Iraanse Marjane Satrapi. ‘Een alternatieve lijst was zeker mogelijk,
alles hangt natuurlijk af van de criteria die je hanteert. Wij wilden boeken die in de voorbije vijf jaar werden gepubliceerd, die
afkomstig waren uit verschillende continenten en die behoorden
tot diverse genres. We wilden mannelijke en vrouwelijke schrijvers,
poëzie evengoed als fictie, een essaybundel en een graphic novel.’
‘De dagen van De Goelagarchipel van Aleksandr Solzjenitsyn liggen
misschien achter ons, maar de censuur vindt zichzelf voortdurend
36
JAARBOEK 2013
opnieuw uit, zowel qua technische middelen als
wat betreft de instanties die er zich aan bezondigen.
Steeds vaker betreft het zelfs commerciële bedrijven
waarvan niet eens duidelijk is in wiens opdracht ze
handelen. Kijk naar YouTube. Vorige maand werd
de trailer van Thank God It’s Friday, een Belgische
documentaire van Jan Beddegenoodts en Niel Iwens
over het Israëlisch-Palestijnse conflict, verwijderd
na een anonieme klacht. Hoezo? Wat gaat straks
voor de bijl en welk verweer hebben we daartegen?
De censuur wordt duidelijk diffuser maar daarom
niet minder doeltreffend.’
ELF JAAR CEL
De vier gecensureerde boeken hebben elk een peter of meter.
Van Reybrouck neemt Het continent van de gave onder zijn
hoede, Judith Vanistendael tekende voor Persepolis. ‘Als lesgever
beeldverhaal had ik vorig jaar een studente uit Iran, die ondanks
haar zo specifieke interesse voor dit genre nog nooit had gehoord
van Marjane Satrapi. Toen ze het las, vond ze het geweldig. Maar
het deed me wel beseffen hoe goed censuur eigenlijk werkt. Er
wordt zowaar een muur opgetrokken tussen kunstenaars en hun
publiek’, zegt Vanistendael. Datzelfde kan gezegd worden van Ik
heb geen vijanden, het boek waarvan Annelies Verbeke meter
is. Liu mag dan de Nobelprijs voor de Vrede hebben gewonnen en scherpe, interessante inzichten hebben in de Chinese
maatschappij en politiek, hij kan niet deelnemen aan het debat
in zijn eigen land. De gewezen literatuurcriticus zit niet alleen
een elfjarige celstraf uit, bovendien is zijn hele oeuvre verboden
in China. En dat is het al sinds de eerste keer dat hij gevangen
werd gezet, twee dagen na het Tiananmenbloedbad van 1989.
‘Precies daarom geloof ik dat het essentieel is dat we monddode schrijvers ondersteunen. We hadden zelf evengoed in hun
schoenen kunnen staan, dat maakt solidariteit een plicht’, zegt
Verbeke.
Tom Lanoye, die zich ontfermt over Dagboek van een
halve indiaan, ziet deze actie als een evidentie. ‘Hoe meer schrijvers uit de hele wereld ik ontmoet, hoe meer ik ervan overtuigd
ben dat we dit soort dingen moeten doen’, meent Lanoye. ‘De
discussie is voor mij begonnen met Zuid-Afrika en mensen als
Antjie Krog. Moet je boycotten, waarom en wat levert het op?
Fundamenteel is het belangrijk dat schrijvers in moeilijke tijden
37
weten dat ze niet alleen staan.’ ‘Boeken zijn onze beste wapens’,
besluit Vanistendael.
PEN Vlaanderen, De Morgen en het verbond van onafhankelijke
boekhandels Confituur brengen met vereende krachten de nieuwe
boekenbox ‘Koop Censuur’ uit. Speciaal voor de lezers van deze
krant, in een limited edition van 1.000 exemplaren, met een tekening van Michaël Borremans, die de box signeerde. De Morgen
biedt de box aan voor 29,95 i.p.v. 88,80 euro. Via webshop www.
demorgen.be/koopcensuur en via de Confituurboekenwinkels.
David van Reybrouck, Tom Lanoye, Annelies Verbeke en Judith
Vanistendael lichten op de Boekenbeurs hun actie toe op de stand
van De Morgen & Confituur, 3 november, 12-14 uur, hal 4 - 400C.
ANNELIES VERBEKE OVER LIU XIAOBO
(DE MORGEN, 23 OKTOBER)
In het Westen is Liu Xiaobo vooral bekend als onverwachte
Nobelprijswinnaar (2010) en als initiatiefnemer van Charter
08, een internetdocument dat uitmondde in elf jaar celstraf.
Annelies Verbeke: ‘Ik heb geen vijanden is absoluut een heel
bijzonder boek. Liu geeft ook aan mensen die weinig afweten van China een heel opmerkelijke inkijk in de maatschappij. Het opmerkelijke is dat hij informatief is maar tegelijk
heel persoonlijk getuigt, en aldus krijg je het complete, erg
genuanceerde verhaal. Ik vond de manier waarop hij de dingen verwoordt heel treffend. Neem het stuk over de Chinese
obsessie met gouden medailles, het geeft je de indruk dat het
zelfbeeld het midden houdt tussen zelfverachting en zelfverheerlijking. (…) Wat ik ook ontzettend mooi vind, is het
verhaal dat hij over zichzelf heeft gemaakt. Liu bekijkt zichzelf vanuit een westers perspectief maar ergert zich tegelijk
aan de vooroordelen die veel westerlingen hebben. (…) Het
is moeilijk te aanvaarden dat Liu Xiaobo onder 1,3 miljard
Chinezen zo ongeveer onbekend is, en bovenal geen invloed
heeft op het maatschappelijk debat, terwijl zijn inzichten juist
zo interessant en genuanceerd zijn.’
38
© Karoly Effenberger
JAARBOEK 2013
David Van Reybrouck, Judith Vanistendael,
Tom Lanoye en Annelies Verbeke
TOM LANOYE OVER SHERMAN ALEXIE
(DE MORGEN, 30 OKTOBER)
Dagboek van een halve indiaan (2008) van de Amerikaanse
auteur Sherman Alexie is het enige jeugdboek in de censuurreeks. Het is het geromantiseerde, autobiografische verhaal over
ene Arnold Spirit, die opgroeit in het behoorlijk troosteloze en
verzopen Spokane-indianenreservaat. (…) Het boek veroorzaakte een storm van protest in de zogenaamde Bible Belt (…) Tom Lanoye: ‘Ik heb een boek ontdekt dat geweldig is voor
14- en 15-jarigen en ook geen straf voor een 55-jarige. Het
boek is onwaarschijnlijk geestig en behandelt tevens de
belangrijke kwesties waarmee mensen worstelen, zeker in
deze tijden van migratie. Hoe kan ik van biotoop veranderen en mezelf ontwikkelen zonder dat ik al wie mij dierbaar
is, voorgoed verlies. Alexie brengt dat op een fantastische
manier. Stilistisch mag hij geen echte hoogvlieger zijn, hij
bedient zich van een droge humor die echt overtuigt. (…)
Wat me ook treft in dit boek is dat het bewijst dat je niet te
39
snel moet zijn met censuur of spreken daarover. Die neiging
bestaat ook. Weiger een slecht columnist in je kolommen
en je wordt geheid beschuldigd van censuur. Idem dito met
cabaretiers. Het blijft belangrijk dat we een secure definitie
hanteren van censuur. Ook daarom was het uitbrengen van
deze box belangrijk.’
JUDITH VANISTENDAEL OVER MARJANE SATRAPI
(DE MORGEN, 16 OKT. 2013)
Marjane Satrapi is zonder meer de beroemdste Iraanse auteur
van graphic novels. Ze groeide in Teheran op in een middenklassegezin, als kind van linkse in0tellectuelen die in
de jaren zeventig ageerden tegen de sjah. In 1994 vertrekt
Satrapi naar Frankrijk om er aan de Ecole des Arts Décoratifs
van Straatsburg te studeren, waar ze de graphic novel ontdekt. Zeven jaar later volgt haar debuut, het autobiografische
Persepolis. Het boek werd in het Nederlands vertaald door
Toon Dohmen.
Judith Vanistendael: ‘Ik was er ontzettend van onder de
indruk, zelfs in die mate dat het me zin gaf om zelf met
dit genre aan de slag te gaan. (…) Je ziet de grote politieke
gebeurtenissen in Iran door de ogen van een kind, waardoor
je een intiem beeld krijgt van de impact ervan op een middenklassegezin in Teheran. Bovendien beschikt Satrapi over
de gave om ook haar vijanden menselijk en genuanceerd neer
te zetten, waardoor ze nooit pamflettair wordt.
(…) Maar ik
kan me voorstellen dat Teheran niet gelukkig was met haar
openhartige portret van haar geboorteland. Ze vertelt over de
martelingen van linkse opposanten, over de zedenpolitie die
genadeloos toeziet op het dragen van hoofddoeken... Blijkbaar
is dat bedreigend.”
40
JAARBOEK 2013
JE WACHT OP ME MET ‘T STOF
Elk jaar op 15 november organiseert PEN wereldwijd de Dag van de Gevangen Schrijver. Daarmee
wil PEN de aandacht vestigen op de bijna duizend
schrijvers, journalisten en bloggers die opgesloten zitten of bedreigd worden, omdat ze gebruik
maakten van hun recht op vrije meningsuiting. Een
van die auteurs is de Chinese Nobelprijswinnaar
Liu Xiaobo. In de gevangenis schreef hij voor
zijn vrouw het aangrijpende gedicht: ‘Je wacht op
mij met ’t stof’. In november 2013 lanceerde PEN
Vlaanderen een unieke video, waarin 30 prominente Vlaamse auteurs een regel uit het gedicht
van Liu Xiaobo voorlezen. U vindt de video op de
website van PEN Vlaanderen.
De deelnemende auteurs waren de volgende:
Monica Van Paemel, Josse De Pauw, Saskia De
Coster, David Van Reybrouck, Annelies Verbeke,
Bob Van Laerhoven, Delphine Lecompte, Joke
Van Leeuwen, Bart Van Loo, Hilde Keteleer, Peter
Holvoet-Hanssen, Alhadi Agabeldour, Geertrui
Daem, Erik Vlaeminck, Els Beerten, Frans
Denissen, Leo Pleysier, Wouter Deprez, Annmarie
Sauer, Xavier Roelens, Kristien Hemmerechts, Karel
Sergen, Annemarie Estor, Geert Van Istendael,
Jeroen Theunissen, Bruno De Wever, Mieke De
Loof, Sven Peeters, Anne Provoost, Peter Terrin en
Gerda Dendooven.
41
Liu Xiaobo is een Chinese
auteur, docent en
mensenrechtenactivist.
Op 25 december 2009 werd
hij veroordeeld tot 11 jaar
gevangenisstraf omwille
van zijn betrokkenheid
bij het opstellen van
Charta 08, een manifest
voor democratisering in
China. In 2010 werd hem
de Nobelprijs voor de Vrede
toegekend.
voor mijn vrouw, die elke dag wacht
niets rest je in jouw naam, niets dan op me te wachten,
samen met het stof van ons thuis
al die lagen bijeen, overlopend, in elke hoek
je wil de overgordijnen niet opentrekken
want het licht zou hun stilte verstoren
boven de boekenplank is het met de hand geschreven etiket verstoft
op het tapijt ademt het patroon het stof in
wanneer je me een brief schrijft
en je de pen graag een stofpunt wilt geven
worden mijn ogen door pijn gestoken
je zit daar de hele dag lang
durft niet te bewegen
uit angst dat je voetstappen het stof zullen vertrappen
je probeert je adem in te houden
en gebruikt de stilte om een verhaal te schrijven.
In ogenblikken als deze is het verstikkende stof de enige bondgenoot
jouw visie, adem en tijd doordringen het stof
in de diepte van je ziel wordt de tombe centimeter na centimeter
vanaf de voeten opgestapeld
komt tot aan de borst staat tot aan de keel
jij weet dat de tombe je beste rustplaats is
waar je op me wacht zonder bron van angst of paniek
daarom verkies je stof in het donker, in kalm verstikken
wachtend, wachtend op me
je wacht op me met stof
jij die het zonlicht en de werveling van lucht weigert
laat het stof je maar helemaal begraven
laat jezelf maar inslapen in ’t stof
tot ik terugkom en jij wakker wordt
en het stof afveegt van je huid en je ziel.
Een wonder – ontwaakt uit de dood.
Vertaling Job Degenaar & Annmarie Sauer
42
INTERNATIONALE
CONTACTEN
IMPRESSIE VAN DE
WiPC-CONFERENTIE IN KRAKÓW
ANNMARIE SAUER
Kraków is een mooie stad en wordt terecht gezien als
Unesco Cultureel Werelderfgoed. Het is hier dat van
14 tot 17 mei 2013 de internationale WiPC-conferentie
plaatsvond. Wij waren voor PEN-Vlaanderen met vier
mensen aanwezig: Peter Theunynck en ikzelf voor het
WiPC, Dimitri Bontenakel voor ICORN, en Johan De
Boose als Ruslandexpert.
Annmarie Sauer is geboren
in Dayton, Ohio, woont in
Antwerpen en gaat geregeld
terug naar de V.S. Zij is
dichter, vertaalde toneel en
poëzie naar het Nederlands
en het Engels. Zij schrijft
ook literaire non-fictie over
het Zuidwesten van de VS.
Ze is bestuurslid van PEN
Vlaanderen en co-voorzitter
van het WiPC.
Op de lege stoel stond gedurende de hele week
de foto van Enoh Meyomesse (zie verder in dit
jaarboek).
De vraag van Timothy Garton Ash voor de openingstoespraak luidde: Hoe kunnen wij vrijheid
van meningsuiting garanderen in deze geheel
veranderde wereld? In ons globale dorp zijn wij
namelijk allemaal buren geworden. Vrijheid van
meningsuiting kan niet meer nationaal geregeld
worden en ook niet door meer en meer wetten
met uitzonderingen erop. China bewijst bijna
dagelijks dat het Internet niet vrij is, en privékrachten als Facebook en Google beslissen wat wel en
niet gepost kan worden, en oefenen zo een vorm
van ‘privécensuur’ uit. Bloggen, posten, publiceren
op Internet geeft ons een vorm van macht. Maar
niet iedereen ‘is in staat’ dit te doen. En wat is
de vrijheid van iemand die een spreker met lastige vragen bestookt of van een moordenaar. Wat
godsdienstvrijheid betreft moeten we de gelovige
respecteren, maar niet de inhoud van het geloof.
De diversiteit omarmen betekent dat wij leren,
openhartig te spreken en hoffelijk samen te leven.
Overgeërfde taboes moeten worden ontmanteld.
44
JAARBOEK 2013
De beperkende wetten, bedoeld om de
gevoeligheden van bepaalde groepen te
beschermen, moeten worden afgeschaft.
Maar ware democratie is ook een vorm
van persoonlijke ontplooiing en/of ontvoogding. Schrijvers kunnen het leven
van anderen aan hun lezers laten zien,
en zo meewerken aan het benaderen
van diversiteit met sympathie, verbeelding en zorgzaamheid.
Peter Theunynck en Johan De Boose in Krakow
Hoe is het gesteld met vrije meningsuiting na de Arabische
lente? Vele auteurs krijgen er te maken met censuur, of doen aan
een vorm van zelfcensuur. Vrouwelijke dichters in Iran worden
als hoeren beschouwd. Woorden als lip, mond of kus worden
gecensureerd.
De Palestijnse dichter Mazen Maarouf en de Algerijn Noufel
Bouzeboudja schatten de Moslimbroerderschap zeer verschillend
in. Mazen Maarouf gaat ervan uit dat de kiezers hen bij de volgende verkiezing zullen laten vallen omdat ze het niet goed doen.
Noufel Bouzeboudja gelooft niet in de Arabische Lente omdat die
gevolgd zal worden door een islamitische winter. In de scholen
wordt de nieuwe ‘ideologie’ aangeleerd. De regio bevindt zich
in een voortdurende staat van revolutie. Ali Amar uit Marokko
betwist dat Marokko de status van model voor de regio verdient:
journalisten hebben er vele problemen, en de koning in Marokko
is bovendien Commander of the Faithful.
Besluit van dit debat: de revolutie is ook een revolutie in de hoofden. Het gaat vaak meer om waarden dan om procedures of verkiezingen. Voorlopig blijft het zeer moeilijk, hier een evenwicht
te vinden.
PEN gaat over solidariteit tussen schrijvers. Sommige verhalen zijn
schrijnend. Chokta Lobsang uit Tibet vertelt dat hij zeventien was
toen hij in een gevaarlijke tocht met 56 mensen het land verliet.
Hij heeft zijn moeder niet meer gezien. Een van zijn nichtjes werd
door soldaten gedood, twee van zijn neefjes, monniken, stierven
in een act van zelfverbranding. Hieronder kunt u zijn toespraak
op de conferentie nalezen.
45
Goedenavond iedereen.
Ik ben Lobsang Chokta, vicevoorzitter van PEN Tibet in
ballingschap.
Ik beschik over gedetailleerde informatie over meer dan veertig gekende Tibetaanse schrijvers, zangers en kunstenaars, die
op dit ogenblik door de Chinese autoriteiten gevangen worden
gehouden. Het precieze aantal kan ik niet bevestigen omdat wij
geen vrije toegang hebben tot het nieuws en de gebeurtenissen
in Tibet. De Chinese censuur is er extreem strak en er is overal
bewaking.
Kort vermeld ik slechts enkele auteurs:
33 Dolma Kyab is een leraar en schrijver. Het boek dat hij
schreef Himalaya in chaos werd als een daad van ‘separatisme’ beschouwd. Hij werd officieel aangehouden op
9 maart 2005 en tot 10 jaar gevangenschap veroordeeld. Hij
verkeert in slechte gezondheid.
33 Tsering Woeser is een bijzonder beroemde schrijfster, geboren in 1966 in Lhassa. In 2003 schreef en publiceerde zij een
verzameling van uitgesproken essays en nota’s over Tibet
in Guangdong. Hierdoor verloor ze in 2004 haar baan, en
verhuisde naar Peking, waar ze via het Internet bleef publiceren. Verschillende van haar boeken werden in Taiwan
gepubliceerd, in het bijzonder Forbidden memory, A History
of the Cultural Revolution in Tibet, geïllustreerd met verbazende foto’s door haar vader. Op dit ogenblik is zij onder
huisarrest en mag niet naar het buitenland reizen.
33 Gudrup was een schrijver/dichter. Hij werd in 2005 gearresteerd en in de gevangenis opgesloten. Hij is één van de
117 moedige Tibetanen die sinds 2009 aan zelfverbranding
deden. In zijn testament schreef hij:
Tibetanen in Tibet worden gearresteerd en zwaar
gefolterd, zelfs wanneer zij slechts hun stem laten horen
omwille van hun eigen welzijn. Tibetanen die duidelijk
niet geneigd zijn de Dalai Lama te veroordelen of Tibet als
deel van China te beschouwen, worden nog steeds gedood,
ontvoerd en verdwijnen. Bovendien is er geen bezorgdheid om het welzijn van het Tibetaanse volk. Daarom, om
46
JAARBOEK 2013
de kracht van ons vreedzaam protest te vergroten – en om
de werkelijke situatie van de Tibetanen in Tibet te onthullen en te tonen aan de buitenwereld – bega ik deze daad
van zelfverbranding.
Als er werkelijk vrije meningsuiting bestond in Tibet, waarom
zou hij dan verkiezen zichzelf in brand te steken?
Tibetanen leven in zeer moeilijke tijden, meer in het bijzonder die moedige Tibetaanse schrijvers en kunstenaars die zich
verzetten tegen de onderdrukking en schending van mensenrechten van Tibetanen door de Chinese regering. Daarom zou
ik op deze conferentie uw steun willen vragen voor volgende
drie resoluties:
PEN Tibet roept op tot:
1. de onvoorwaardelijke vrijlating van de gevangen Tibetaanse
schrijvers, zangers en kunstenaars in Tibet (bijvoorbeeld
Dolma Kyab, Tashi Rapten en Jonzey Dhonko) wiens enige
misdaad was dat zij de beperkingen van de vrije meningsuiting in vraag stelden door hun scheppend werk.
2. het opheffen van de pijnlijke beperkingen opgelegd aan
bepaalde schrijvers – bijvoorbeeld Tsering Woeser en
Jamyang Kyi – zij hebben geen vrijheid van beweging, noch
om met anderen te communiceren en dit vormt een bedreiging voor hun fysisch en psychisch welzijn.
3. het naleven door China van artikel 19 van de Universele
Verklaring van de Rechten van de Mens – een verklaring die
China HEEFT ondertekend – dat de Tibetaanse schrijvers en
kunstenaars ‘het recht geeft op een vrije mening–en eveneens het zoeken naar onpartijdige informatie en ideeën via
om het even welk medium en ongeacht grenzen.’
Ik hoop dat ik uw oprechte steun heb. Dank u wel.
Lobsang Chokta
47
VERSLAG VAN HET ICORNPROGRAMMA IN KRAKÓW
DIMITRI BONTENAKEL
DAG 1: DINSDAG 14 MEI
Dimitri Bontenakel woont
en werkt in Antwerpen.
Hij schreef de romans Een
zwerver met pleinvrees
(2004) en Mijn ontmantelde
wereld (2007). In januari
2013 verscheen de
komische roman noir De
steek van de schorpioen.
Hij is bestuurslid van PEN
Vlaanderen.
Peter Theunynck, Annmarie Sauer en Johan De
Boose namen de PEN-bijeenkomsten voor hun
rekening. Ikzelf heb het ICORN-programma
gevolgd. ICORN staat voor International Cities of
Refuges Network. Wij streven ernaar, onze PENflat om te bouwen tot een ICORN-residentie, of in
een (voorlopig nog vage) toekomst twee flats open
te houden, een voor gevluchte ICORN-schrijvers
en een voor andere schrijvers.
De eerste ICORN-bijeenkomsten heb ik helaas
gemist. Omdat we alle vier als PEN-afgevaardigden
geregistreerd stonden, hadden we enkel het PENprogramma in ons bezit, dat officieel aanving met
de speech van Garton Ash. Dit terwijl het ICORNprogramma reeds dinsdagnamiddag van start
ging. Op zich heb ik weliswaar enkel een verwelkoming en twee werkgroepen (over globalisering
en netwerkuitbreiding in tijden van crisis) gemist.
Wij pikten met ons groepje ’s avonds in voor de
welkomstspeech van Timothy Garton Ash, getiteld
Free Speech in a Crowded World.
Voor meer info: www.freespeechdebate.com.
DAG 2: WOENSDAG 15 MEI
SPEECH ‘FREE EXPRESSION AND THE INTERNET’,
DOOR WILLIAM ECHIKSON
Speech van de in Brussel gehuisveste Echikson,
die me tijdens de koffiepauze vroeg of ik bekend
was met de Gentse en Leuvense universiteit en
48
JAARBOEK 2013
zijn bewondering voor beide instellingen niet onder stoelen of
banken stak.
ICORN WERKGROEP O.L.V. ELISABETH DYVIK OVER ICORN EN
VISUMAANVRAGEN.
Voor ons meteen de meest interessante werkgroep, waarin de werking van ICORN binnen Europa werd behandeld, en meer bepaald
hoe steden met visumaanvragen omgaan. Uit deze werkgroep
bleek al snel dat elk land – en in sommige landen zelfs elke stad
– een andere aanpak heeft. Reden: in sommige landen is ICORN
een rechtstreeks initiatief van het stadsbestuur (Parijs), in andere
wordt ICORN volledig door steden zelf gefinancierd (Scandinavië,
Krakau zelf), nog andere steden steunen op jarenlange ervaring
en hebben een eigen netwerk uitgebouwd. Sommige steden vangen een gezin op, sommigen zelfs een kroostrijk gezin, anderen
enkel de schrijver zelf en niet zijn familie.
WORKSHOP FREEDIMENSIONAL DOOR SIDD JOAQ (NY).
Freedimensional is een Amerikaanse NGO met een levensduur
van exact 10 jaar. Dan moet haar doel bereikt zijn en houdt zij op
te bestaan.
Doel: “To host activist artists in art spaces and use cultural resources to strengthen their work. To protect critical voices under attack
& increase chances they can continue their creative practice in the
country of exile.”
Zij zoeken kortetermijnverblijven in een kunstomgeving zodat
artiesten in problemen niet alleen onderdak vinden maar ook
artiest kunnen blijven. Probleem is vaak dat kunstgalerijen en
musea de artiesten voor hun eigen artistiek-politieke agenda willen gebruiken, en te weinig rekening houden met de psychologische en andere problemen waarmee de artiesten vaak te kampen
hebben. Zo wist een New Yorkse galerij zich absoluut geen raad
met een artieste die bij hen onderdak had gevonden en in een
zware depressie was gesukkeld.
Elisabeth Dyvik vulde dit aan met verhalen over writers in residence die bij hun aankomst zwanger bleken, schrijvers met multiple personality disorder… Aandachtspuntje!
49
DAG 3: DONDERDAG 16 MEI:
PANELGESPREK
Met Ali Amar (Marokko), Mazen Maarouf (Palestina), Nasrin
Madaanizad (Iran) en Noufel Bouzeboudja (Algerije).
Interessant gesprek over de Arabische lente en de moeilijke transitieperiode die volgt, en in sommige media de Arabische winter
genoemd wordt. De panelleden hadden moeite met beide benamingen. Interessante discussie met een korte rel tussen Palestina
en Algerije, maar niet ter zake voor dit verslag.
SPEECH VAN PEN-PRESIDENT JOHN RALSTON SAUL
Interessant discours over het einde van de NGO zoals we die
thans kennen (top-down) en een pleidooi voor de bottom-up
benadering van organisaties als PEN en ICORN.
SHELTER 2020 PANELGESPREK
Over toekomstige scenario’s en strategieën, met Luigia di Gisi
(EU), Sidd Joaq (Freedimensional) en Frederik Elg (Swedish Art
Council).
Iets minder interessant, want panelleden praatten naast elkaar, en
hadden zichzelf in eerdere sessies mogen voorstellen, waardoor
het een beetje opgewarmde kost leek.
50
JAARBOEK 2013
ONTMOETING MET EEN ERELID
HILDE KETELEER
Voor zijn gevangenschap in 2001 publiceerde Zheng
Yichun in China twee dichtbundels, waarvan de
Engelse titels luiden: The Fate of the Continental Shelf
en The Brain-washing Era. Als politiek commentator
publiceerde hij een aantal belangrijke documenten,
onder anderen ’On Cycling of Dynasties’, ‘The outline of Reforming the Chinese Political System’, ‘The
outline of Reforming the Chinese Constitutional
System’, ‘On the Ten Systematic Lies Governing China’
en ‘How to deal with the Unclear Threats caused by
North Korea’. Hilde Keteleer, oud-bestuurslid van PEN
Vlaanderen, kreeg in augustus 2013 de mogelijkheid
om samen met het Vlaams Fonds voor de Letteren
naar China af te reizen, waar ze hoopte om Zheng
Yichun te ontmoeten op de boekenbeurs van Beijing.
Het liep echter anders.
Het was de bedoeling dat Zheng Yichun, erelid
van PEN Vlaanderen, naar Beijing zou komen om
deel te nemen aan de internationale boekenbeurs
en daar collega-schrijvers uit de hele wereld zou
ontmoeten. Hij keek er ontzettend naar uit. Niet
verwonderlijk als je zeven jaar in de gevangenis
hebt gezeten vanwege je geschriften en sinds je
vrijlating nog steeds een publicatieverbod en
beperking van je rechten hebt.
Het leek of het zou lukken. Hij zou vanuit zijn
thuisstad Yingkou met de trein naar Beijing reizen,
zeshonderd kilometer daarvandaan, we zouden
elkaar ontmoeten in het hotel. Maar kennelijk hebben de autoriteiten lucht gekregen van de kamerreservatie op zijn naam.
51
Hilde Keteleer was jarenlang
de drijvende kracht achter
het WiPC. Ze is auteur en
literair vertaalster uit het
Duits en het Frans. In 2001
verscheen Al wat winter is
en waar, haar poëziedebuut,
en in 2009 haar
debuutroman Puinvrouw in
Berlijn.
Drie dagen voor de geplande ontmoeting komt er een telefoontje
dat hij vijf politieagenten aan zijn deur heeft gekregen die hem
hebben verboden Yingkou te verlaten. Er zit dus niets anders op
dan zelf vanuit Beijing naar ginder te reizen. Geen boekenbeurs
voor hem, maar als troostprijs dan toch een live ontmoeting met
een vertegenwoordiger van PEN Vlaanderen, na de intensieve
skype- en mailcontacten van de voorbije maanden.
Een rechtstreekse trein naar Yingkou is er niet, we hebben een
afspraak in het station van Panjin met zijn broer Xiaochun, die
ons naar hem zal brengen. We vertrekken ‘s ochtends vroeg uit
het hotel, maar zitten in de metro toch al in het piekuur, wat in
Beijing betekent dat je voetje voor voetje door de gangen schuifelt
tot je door de veiligheidscontrole heen bent en eindelijk naar je
lijn kunt. Met de metro reizen is overigens makkelijk en vlot, je
moet alleen voldoende duwkracht hebben om op sommige stellen
binnen en buiten te raken. Hier wordt duidelijk wat het betekent,
in een miljoenenstad te wonen, en ik krijg bewondering voor
het organisatietalent van de Chinezen. Het openbaar vervoer is
overigens een grote bron van tewerkstelling. En meteen ook controle, dat is duidelijk en niet verwonderlijk als je weet dat bijna 10
procent van alle Chinezen partijlid is en dus wakend oog, dat de
geringste afwijking meteen doorgegeven wordt aan de centrale
inlichtingendienst. (dat wordt ons overigens later bevestigd door
een jonge vakbondsman die in Londen studeerde en in Beijjing
docent arbeidsverhoudingen is: zijn vrouw is partijlid, om zuiver
opportunistische redenen, geeft hij lachend toe, maar hijzelf is
een van de twee enige niet-partijleden op zijn departement, omdat
hij anders verplicht zou zijn aan de partijleiding door te geven wat
hij allemaal hoort van NGO- en vakbondsmilitanten.)
We vertrekken uit Beijing in een dikke grijze smog, die lang blijft
hangen. Pas halverwege de vier uur durende reis in een supersnelle trein – qua comfort vergelijkbaar met onze HST maar tjokvol en met ook hier massa’s personeel – begint de lucht helder
te worden. Het landschap wordt geleidelijk groener, elke strook
land is bebouwd. Samen met de mist verdwijnt ook de relatieve
ochtendlijke stilte. De ringtones van de buren beginnen meer en
meer te klingelen. Zowat elke Chinees die wij zagen – we waren
niet op het platteland – liep, stond of hing voortdurend te bellen
of te mailen of op zijn tablet of ipad te spelen. Af en toe komt er
52
JAARBOEK 2013
in de trein een mevrouw met koffiebekertjes of vers gepofte popcorn voorbij.
De trein stopt in elk station keurig op
tijd, na vijf haltes is het onze beurt om
uit te stappen.
In Panjin staat Xiaochun ons op te
wachten aan de uitgang, een kleine man
met een dunne baard en kleurrijke kleren. In de taxi waarmee hij is gekomen
om ons naar zijn broer in Yingkou te
brengen vertelt hij meteen dat hij een
lama is, een boeddhistische monnik.
Gedurende de twee uur durende rit
komen we al heel wat te weten over zijn
grote broer, over wie hij met verering
praat. Xiaochun is leraar Engels, heeft
een klein taleninstituut, maar zijn voornaamste taak is momenteel zorgen voor
zijn broer, vertelt hij in vloeiend Engels met een voor ons perfect
begrijpelijk accent – wat hier niet evident is. Omgekeerd is het
voor ons haast onmogelijk om de Chinese namen correct uit te
spreken (Yichun klinkt min of meer als Jietzun en het betekent
‘gelukkige lente’), ik begrijp nu beter hoe moeilijk het voor de
mensen hier moet zijn om Engels te leren. Hij is zijn vader, die
legerofficier was, heel dankbaar dat hij zijn zonen met een vooruitziende blik de taal van de communicatie met de buitenwereld
leerde. Ook Yichun leefde tot aan zijn gevangenneming van zijn
inkomsten als leraar Engels. Met het schrijven van gedichten en
essays kun je in China kennelijk evenmin je brood verdienen als
bij ons. Omdat hij tot eind 2014 nog steeds geen beroep mag uitoefenen, is hij tot zolang afhankelijk van zijn familie en van steun
van stichtingen uit het buitenland. Die tijd gebruikt hij voor het
schrijven van een grote roman, die drie generaties omspant. Hij
wil er de hele recente geschiedenis van zijn land in verwerken. De
roman zal vermoedelijk in Taiwan worden gepubliceerd dankzij
de goede zorgen van het Independent Chinese Centre.
Dit alles vertelt Xiaochun ons met trots, en hij voegt eraan toe
dat hij Nobelprijswinnaar Liu Xiaobo een paar dagen voor diens
arrestatie nog in een café heeft ontmoet en dat die hem toen
53
Zheng Yichun
Hilde Keteleer en Zheng Yichun
voorspelde dat het niet meer lang zou duren voor ze hem zouden oppakken. Over Yichun zei Liu Xiaobo dat die meer dan
een schrijver is, eerder een chirurg die de Chinese maatschappij opensnijdt en laat zien wat er binnenin zit. Het land is een
economische grootmacht geworden, maar de geesten van de
mensen zitten nog in het verleden. Daarom is het zo belangrijk
dat mensen als zijn broer ervoor vechten dat China een meer
menselijk gelaat krijgt. ‘Toen hij gevangenzat, troostte ik hem
met te verwijzen naar Nelson Mandela, die ook jarenlang in zijn
cel heeft moeten hopen dat het anders zou worden in zijn land.’
Van zichzelf zegt hij dat hij minder moedig is, dat hij vaak bang
is geweest als hij het gevoel kreeg dat hij werd achtervolgd. Een
keer was hij zo bang omdat hij zag dat hij werd opgewacht door
een maffiabende – die volgens hem vaak samenwerken met de
politie – dat hij de eerste vlucht naar Tibet nam. Hij verbleef een
tijdje in Lhasa, maar kwam ziek terug, kon er niet wennen aan
de hoogte. Hij heeft een gezin dat, evenals zijn zus, lijdt onder
de problemen van zijn broer. En hij is zijn mandaat in de plaatselijke volksvertegenwoordiging kwijtgeraakt toen Yichun werd
opgepakt.
54
JAARBOEK 2013
Yingkou is naar Chinese maatstaven een kleine stad, maar heeft
wel 2,3 miljoen inwoners. Het ligt in de noordoostelijke provincie
Liaoning, aan de monding van de rivier Liao, en aan de Bohai
zee. Een havenstad dus, maar omringd door een rijk landbouwgebied en met belangrijke mijnbouw in de buurt, vooral magnesium.
Een vluchtige indruk van de stad tijdens de taxirit: ze lijkt minder kosmopolitisch dan Beijing, maar dankzij het mildere klimaat
een aangenamere stad om te wonen. Hoogbouw is er hier net zo
goed. De wijk waar onze gastheer woont heeft lagere woningen,
er staan ook nogal wat bomen, maar eens we de trap oplopen
naar zijn woning is die indruk van relatieve aangenaamheid voorbij. Donkere trapgangen, volgestouwd met allerlei dingen die de
mensen in hun flat niet kwijt kunnen. De flat beslaat in totaal
zowat 25 vierkante meter. We komen binnen in het ene vertrek,
tegelijk inkom en keukentje (een tweepit om te koken en een aanrechtje), met een smerig hok dat een wc met een kapotte spoeling
en een wastafeltje bevat. In het andere vertrek staat een tafel met
zijn pc, een bed en een wankel vouwtafeltje waarop vers fruit op
ons ligt te wachten en waaraan we met z’n vieren – zijn vriendin
is er ook om ons te begroeten – net kunnen zitten.
Na de verwelkoming overhandigen we onze geschenken: we hebben een stapel romans meegebracht, waaronder ook een paar
Engelse vertalingen van Claus, Boon, Mortier en Brijs, een kalender voor het komende jaar met foto’s van Belgische steden en
een mooi gebonden Engelse vertaling van Montaignes essays. Hij
is er erg blij mee. Nadien geeft hij ons de sleutel van zijn flat en
zegt dat we die nacht in zijn bed kunnen slapen. Ontroerd zie ik
hoe hij nieuwe lakens heeft gekocht, nieuwe huissloffen voor zijn
gasten, twee nieuwe handdoekjes, een nieuw stuk zeep en zelfs
twee tandenborstels en tandpasta. Ik slik als ik denk aan onze
luxe hotelkamer, een kamer zoals die hem had gewacht in Beijing
als ze hem hadden laten reizen. Een groter contrast is nauwelijks
denkbaar.
Terwijl we eten van de watermeloen laat hij ons delen in zijn
ideeën over de huidige toestand in zijn land. Hij is tot mijn verbazing erg optimistisch: het kan hooguit nog vijf jaar duren eer
de democratie het haalt, denkt hij. Ik kan me dat niet voorstellen,
maar zwijg. Misschien heb je dit soort optimisme nodig om te
blijven vechten waar je in gelooft. Rancuneus of haatdragend is hij
55
niet, wel droef om het vele geweld in zijn land. Van zichzelf zegt
hij dat hij een symbool is voor veel mensen. Als ik hem zeg hoe
moedig wij hem in Vlaanderen – ik mag namens PEN spreken –
vinden, antwoordt hij dat het geen kwestie van moed is. ‘Ik doe
gewoon wat ik aanvoel als mijn verantwoordelijkheid. Ik moet dit
doen en ik zal het blijven doen. Ik ben niet bang van de gevangenis.’ Ik moet denken aan de anekdote die zijn broer aanhaalde
om hem te tekenen: er lag een kapot glas op straat, hij raapte de
scherven op omdat er anders misschien kinderen met hun blote
voeten in zouden trappen.
Als ik hem vraag of ik alles wat hij vertelt over zijn gevangenisverblijf – de foltering, de isolatie, honderden kilometer van zijn
familie en met alleen bezoekrecht van directe verwanten – mag
schrijven, zegt het overtuigd dat ik dat vooral moet doen. En dat
hij graag zou hebben dat ik in het Europees Parlement lobby om
hem te nomineren voor de Sacharovprijs. Het zou een signaal van
Europa naar de Chinese overheid zijn. Ik moet hem antwoorden
dat er heel weinig kans is dat het zal gebeuren, dat ik maar een
kleine schrijfster ben met een beperkt netwerk, maar dat ik mijn
best zal doen. Hij laat ook verstaan dat verdere financiële ondersteuning door PEN Vlaanderen heel welkom zou zijn omdat hij nu
afhankelijk is van zijn broer en van het geld dat hij af en toe van
stichtingen krijgt. Het geld van het Emergency Fund was voor hem
erg belangrijk. Het is niet moeilijk om te zien hoe deze man, die
ooit een goed inkomen had als professor aan de universiteit en
het provinciaal instituut voor Economisch Management, nu echt
nood heeft aan geld van buitenaf om te overleven. Zo lang zijn
straf niet helemaal voorbij is, zal hij op geen enkele manier iets
kunnen verdienen. Des te pijnlijker is het voor ons dat hij ons
absoluut wil trakteren op een lunch in een restaurant en ‘s avonds
op een sauna en een scrub massage in een groot hotel. Soms veroorlooft hij zich die luxe met een paar vrienden, zegt hij. Het is
zijn manier om van het leven te genieten en zijn sociale contacten
te onderhouden.
De sauna is een belevenis op zich, inderdaad lekker ontspannend,
geen enkele van de meisjes die er werken begrijpt een woord
Engels maar hun glimlach en vaardige handen zijn een weldaad.
Als we echter in het harde bed gaan liggen – het is niet veel
meer dan een houten plank, kan ik de slaap niet vinden. Het
56
JAARBOEK 2013
zal zeker ook nog de jetlag
en het vreemde eten zijn
maar ik ben de hele nacht
ziek, en heb alle tijd om te
overdenken hoe het moet
zijn in een cel, wachtend
tot het ochtendlicht komt.
Een beetje paranoïde ben
ik ook, wachtend op een
klop op de deur, want
onze gastheer heeft ons
uitdrukkelijk verzocht voor
niemand open te doen tot
hij ons om 8 uur ontbijt
De woning van Zheng Yichun
komt brengen. Als rond
vier uur samen met het eerste licht ook een geur van zee binnenwaait en ik de silhouetten van de populieren kan zien wuiven,
denk ik hoe het dit soort kleine dingen zijn die je overeind houden. Ik neem me voor om zoveel mogelijk kleine dingen te geven
die hem kunnen helpen. Het laten vertalen van nog een aantal
van zijn gedichten hoort daar zeker bij. Ik zag hoe blij hij was met
de vertaling van het mooie gedicht dat Iege Vanwalle al maakte,
dat ik hem met de boeken mocht overhandigen.
Samen met het ontbijt, warme sojamelk in bekertjes en een soort
broodstengels, brengt hij ook geneeskrachtige thee mee, omdat ik
hem de vorige avond al verteld had dat ik maagproblemen heb.
Het is een geschenk dat ik zal koesteren als we weer thuis zijn.
Voor we aan de lange terugweg beginnen, nemen we afscheid in
het portiek van zijn flatgebouw, in de stromende regen. Het is een
omhelzing die me lang zal bijblijven. Chinezen zijn niet gewend
aan lichamelijk contact in het openbaar en het gaat wat houterig,
maar ik ben trots dat ik deze moedige man heb mogen omhelzen.
Hij zou zijn land kunnen verlaten en een veel makkelijker leven
kunnen leiden, zoals heel wat van zijn collega-schrijvers hebben
gedaan, maar hij kiest ervoor om te blijven en aan de toekomst
van een democratischer China te werken. Dat verdient onze volle
steun.
57
IMPRESSIE VAN HET PEN-CONGRES
IN REYKJAVIK
ANNMARIE SAUER
Van 9-12 september bezochten Annmarie Sauer
en David Van Reybrouck het congres van PEN
International plaats in Reykjavik.
Annmarie Sauer is geboren
in Dayton, Ohio, woont in
Antwerpen en gaat geregeld
terug naar de V.S. Zij is
dichter, vertaalde toneel en
poëzie naar het Nederlands
en het Engels. Zij schrijft
ook literaire non-fictie over
het Zuidwesten van de VS.
Ze is bestuurslid van PEN
Vlaanderen en co-voorzitter
van het WiPC.
Eerste indruk: Reykjavik ziet er uit als een speelgoedstadje voor kleine meisjes, schoon en fris,
met veel pasteltinten... Aangenaam, zelfs in de
motregen. Omdat David en ik laat aankomen, en
echt honger hebben, houden we een soort kroegentocht op zoek naar een keuken die nog open
is. We zien een feest, horen live muziek, vinden
een Jazzcafé, en eten in de enige plek die nog
open is: een Marokkaanse kebabtent. De eigenaar
is een boeiende, intelligente man. Zeven jaar geleden kwam hij naar IJsland. Hij vertelt dat Spaanse
mensen geregeld een baan komen vragen bij hem.
Het gaat dus niet zo goed in Europa...
Wij werken in het ‘Harpa’, een gebouw uit glas,
staal en beton. De eerste vergadering waaraan ik
deelneem is van het Writers in Prison Committee.
De lege stoel is voor Alex Bialetzki uit Wit-Rusland.
Het is prettig, mensen die ik in Kraków ontmoette
terug te zien.
In de VS werkt men aan het opnemen van Irakese
schrijvers: auteurs, vertalers en journalisten, een niet
evidente taak. De getuigenis van een Irakese vrouw
was indrukwekkend: nu de Amerikanen weg zijn,
is er minder vrijheid. Zij zei: ‘Toen de Amerikanen
er waren, was er een zweem van normaliteit en nu
zijn er weer vele aanslagen en is er andermaal geen
vrije meningsuiting.’ In Turkije zitten er 64 journalisten in de gevangenis. Met artikel 301 kan men
zowat iedereen in de gevangenis stoppen.
58
JAARBOEK 2013
Een discussiepunt: wie is ‘schrijver’? Zijn dat enkel auteurs, journalisten, bloggers en uitgevers? Of moeten we de klokkenluiders
mee verdedigen? Bradley Manning en Edward Snowden moeten
we toch even goed verdedigen.
Een indrukwekkende actie van PEN International is dat zij nu een
rol spelen in de UPR (Universal Periodic Review) bij de Verenigde
Naties. PEN biedt specifieke informatie aan over landen waar
schrijvers in de gevangenis zitten. PEN voert campagne tegen de
straffeloosheid in landen waar journalisten en auteurs worden
gefolterd en vermoord. In Honduras werden er sinds 2009 dertig
journalisten omgebracht. Mexico en Brazilië zijn ook bijzonder
gevaarlijk voor auteurs. Het blijkt ook dat de omstandigheden van
de vrouwen van Pussy Riot zijn verslechterd. En uit China komen
45 bladzijden met cases.
De plenaire vergaderingen vormen van ieder congres het saaiste deel: stemmingen over nieuwe centra, kiezen van het nieuwe
bestuur, het lezen van de al te lange lijst van overleden leden
(Bernlef, Chinua Achebe), slecht functionerende centra en pogin-
Lobsang Chokta (Tibet in ballingschap), David Van Reybrouck,
Alain Mabanckou (Congo-Brazzaville), Woeser (Tibet in ballingschap)
59
gen om nieuwe centra op te richten. PEN Kameroen wordt gesloten
vanwege een periode van acht jaar
zonder activiteit. Ook het Griekse
PEN-centrum wordt gesloten, maar
volgend jaar staat al een nieuwe
ploeg klaar voor de oprichting van
een nieuw PEN-centrum. Voorts
werd een verklaring gestemd over
Het Congrescentrum in Reykjavik
de mensenrechten in Noord Korea,
en zijn er resoluties over Hongarije,
de Verenigde Staten, Turkije, China, Syrië en Wit-Rusland. De hele
vergadering wandelde naar de nabijgelegen ambassade van WitRusland om er de net goedgekeurde resolutie af te geven. Er waren
ook resoluties over verdwijnende talen.
Centraal-Afrika blijft voor PEN een blinde vlek. Vanwege Enoh
Meyomesse wordt Kameroen gevolgd. Ook Tanzania, Zambia en
Angola worden min of meer opgevolgd. Het blijft te weinig.
Er werd een impromptu vergadering opgezet met de centra van
het Europese netwerk. Je merkt affiniteiten tussen centra (voor
ons vooral met de Schotse, Engelse en Noorse PEN-centra). Wij
spraken ook met onze Nederlandse collega’s.
En ja, lieve collega’s, het Internet loopt gevaar: ga ervan uit dat je
mails gelezen worden.
We luisterden naar de drie jonge finalisten van de New Voices
Award: een jonge man uit Mexico en één uit Zuid-Afrika en een
jonge vrouw uit Canada. Sterk. Elk van hen schreef over de eigen
plek op een intense manier, ieder hadden ze een indrukwekkende eigen schriftuur.
60
JAARBOEK 2013
PEN-VERKLARING
OVER DIGITALE
VRIJHEID
PEN erkent de belofte van de digitale media als een manier om
het fundamentele recht op vrije meningsuiting te verdedigen.
Tegelijkertijd stelt PEN vast dat dichters, toneelauteurs, essayisten, romanciers, schrijvers, bloggers en journalisten ondervinden dat hun recht op vrije meningsuiting wordt geschonden
wanneer ze digitale media gebruiken.
In vele landen wordt burgers ernstige beperkingen opgelegd,
zowel in hun toegang tot als in hun gebruik van de digitale
media. Overheden van hun kant hebben de digitale technologieën aangewend om de vrijheid van meningsuiting te onderdrukken en burgers onder toezicht te houden. De privésector
en in het bijzonder private technologiebedrijven hebben overheden af en toe geholpen om hun censuur en toezicht in de
praktijk om te zetten.
In september 2012 heeft PEN op zijn Internationaal Congres
in Gyeongju, Zuid-Korea, de volgende Verklaring over Digitale
Vrijheid goedgekeurd. Het is een beknopt document waarin
PEN zijn houding tegenover de bedreigingen voor vrije
meningsuiting in dit digitaal tijdperk heeft vastgelegd.
ARTIKEL 1 – INDIVIDUEN ALS MIKPUNT
1. Alle personen hebben het recht om zichzelf via digitale media vrij uit te drukken, zonder angst voor
wraak of vervolging.
a. Individuen die digitale media gebruiken moeten ten volle
van de bescherming op het recht van vrije meningsuiting
kunnen genieten, zoals gewaarborgd onder internationale
wetten en normen.
61
b. Overheden mogen geen vervolging instellen of represailles
nemen tegenover individuen die via digitale media informatie,
meningen of ideeën verspreiden.
c. Overheden moeten actief bijdragen om de vrijheid van
meningsuiting via digitale media te beschermen door hiervoor
doeltreffende wetten op te stellen en af te dwingen.
ARTIKEL 2 – CENSUUR
1. Alle personen hebben het recht informatie op te zoeken
en te verkrijgen via digitale media.
a. Overheden mogen de inhoud van digitale media niet censureren, beperken of controleren, met inbegrip van de inhoud die
komt van zowel binnenlandse als buitenlandse bronnen.
b. In uitzonderlijke omstandigheden kunnen bepaalde beperkingen op de inhoud van digitale media passen bij internationale
wetten en normen die grenzen opleggen aan de vrijheid van
meningsuiting, zoals ‘aansporing tot geweld’.
c. Overheden mogen de toegang tot digitale media blokkeren
noch beperken, zelfs in periodes van onrust of crisis. De toegang tot digitale media weigeren, in het bijzonder op grote
schaal, treedt de vrijheid van meningsuiting sowieso met
voeten.
d. Overheden horen de volledige toegang tot digitale media voor
iedereen te verzorgen en te promoten.
ARTIKEL 3 – TOEZICHT
1. Alle personen hebben het recht vrij te zijn van enig overheidstoezicht op digitale media.
a. Toezicht, al dan niet met medeweten van het specifiek gezochte
‘doelwit’, werkt belemmerend op de vrije meningsuiting omdat
de mogelijkheid tot vervolging en de angst voor represailles
zo reëel wordt. Wanneer het geweten is, werkt toezicht een
klimaat van zelfcensuur in de hand, wat de vrije meningsuiting
nog meer belemmert.
b. Als algemene regel zouden overheden niet mogen proberen toegang te krijgen tot de communicatie tussen of onder
afzonderlijke individuen. Ze zouden evenmin het persoonlijk
62
JAARBOEK 2013
gebruik van digitale media mogen controleren, de bewegingen van individuen op digitale media natrekken, de meningsuiting van individuen wijzigen of gewoon in het algemeen
bewaken.
c. Wanneer overheden toch toezicht uitoefenen –in uitzonderlijke omstandigheden en in overeenstemming met de wet of
in het kader van nationaal veiligheidsonderzoek- moet elk
toezicht op individuen en alle controle op communicatie via
digitale media de internationale wetten en normen van het
gerechtelijk onderzoek volgen, zoals het verkrijgen van een
bevelschrift.
d. Volledige vrijheid van meningsuiting houdt het recht op privacy in; alle bestaande internationale wetten en normen over
privacy moeten toegepast worden op digitale media, en er
zijn waarschijnlijk nieuwe wetten en normen evenals nieuwe
bescherming nodig.
e. Als de overheid gegevens en andere informatie verzamelt en
bewaart die via digitale media zijn verkregen, met inbegrip van
data mining, moet ze voldoen aan internationale wetten en
normen met betrekking tot privacy, zoals de vereisten dat een
gegevensbank proportioneel verantwoord moet zijn, beperkt
in de tijd, en dat ze kennisgeving verschaft aan de betrokken
personen.
ARTIKEL 4 – BEDRIJVEN EN DE RECHTEN VAN DE MENS
1. De privésector, en technologiebedrijven in het bijzonder, zijn gebonden aan het recht op vrije meningsuiting
en de rechten van de mens.
a. De principes die in deze verklaring staan opgesomd zijn ook
van toepassing op de privésector.
b. Bedrijven moeten de rechten van de mens respecteren, met
inbegrip van het recht op vrije meningsuiting, en zij moeten ze
verdedigen, zelfs wanneer nationale wetten en regels ze niet
beschermen.
c. Technologiebedrijven hebben de plicht om na te gaan hoe
hun producten, diensten en beleid de rechten van de mens
beïnvloeden in de landen waar zij van plan zijn te opereren.
Als overtredingen waarschijnlijk zijn, of inbreuken onafscheidelijk verbonden zijn aan het gebruik van hun producten of
63
diensten, horen bedrijven hun vooropgestelde plannen te wijzigen of terug te trekken teneinde de rechten van de mens te
respecteren.
d. Technologiebedrijven zouden de principes van vrijheid
van meningsuiting moeten belichamen in hun kernactiviteiten, zoals het ontwerpen van producten met ingebouwde
privacybescherming.
e. Als vastgesteld wordt dat hun activiteiten het recht op vrije
meningsuiting hebben geschonden, zouden technologiebedrijven moeten zorgen voor teruggave aan wie in zijn rechten werd aangetast, zelfs wanneer de overheid daartoe geen
rechtsmiddelen voorziet.
Vertaling: Karel Sergen
64
PEN-FLAT
GEDULD EN VISUMPERIKELEN
DIMITRI BONTENAKEL EN SVEN PEETERS
Dimitri Bontenakel woont en
werkt in Antwerpen.
Hij schreef de romans
Een zwerver met pleinvrees
(2004) en Mijn ontmantelde
wereld (2007). In januari
2013 verscheen de komische
roman noir De steek van de
schorpioen. Hij is bestuurslid
van PEN Vlaanderen.
Sven Peeters is leraar NT2
en freelance schrijver met
bijzondere interesse voor
de Balkan. Hij is auteur
van de Belgrado-gids
Het Kafana-Tribunaal
(2006, samen met Jelica
Novakovic), en beheerder
van de blog Balkanboeken.
Hij is bestuurslid van PEN
Vlaanderen.
Geduld. Dat heeft het vorige PEN-flatjaar ons
bijgebracht. 2013 luidde immers een nieuwe
fase in voor onze schrijversflat en haar langdurige opvang van voortvluchtige auteurs. Van juli
2013 tot juli 2014 wilden we de flat omvormen
tot een ICORN-residentie. Voor zij die deze zusterorganisatie van PEN niet kennen: ICORN staat
voor International Cities Of Refuge Network. Elke
stad in het netwerk richt zich specifiek op één
bedreigde of vervolgde schrijver en voorziet hem
of haar van een verblijfplaats en een vorm van
financiële zekerheid gedurende een periode van
maximaal twee jaar.
In 2012 werd de flat al een keer een tijdelijke
ICORN-residentie toen we de Azerbeidzjaanse
journalist Mirze Sakit en zijn zoon opvingen. Zij
kregen intussen politiek asiel en wonen tegenwoordig in Gent. Nu willen we daar een vervolg
aan breien. Maar tussen droom en daad staan
wetten in de weg en praktische bezwaren, en bij
ons mag u Elsschot letterlijk nemen. Omdat we in
onze huidige flat slechts de schrijver en niet zijn
gezin kunnen onderbrengen, omdat we rekening
moeten houden met praktische beslommeringen
als ziekteverzekeringen, taalproblemen en medische dossiers, en omdat we in dit land niet over
de meest gastvrije verblijfsprocedures beschikken
(lees zo meteen wat er met Tade Ipadeola gebeurd
is) bleek het niet evident om een geschikte kandidaat te vinden. Onze eerste ICORN-resident
diende zich pas aan in januari 2014.
Nu ja, ook de flat zelf heeft recht op een adempauze. De lege momenten konden we goed
gebruiken om meubilair te vervangen, een nieuwe
66
JAARBOEK 2013
pc aan te schaffen, potten en pannen te vernieuwen. Want een
resident moet ook smakelijk kunnen eten.
In het voorjaar was Ramsey Nasr twee maanden te gast in de
flat. Ook de grootste namen hebben nood aan rust en stilte om
te kunnen werken. Zo ‘vluchtte’ Nasr naar de Scheldestad. In het
gastenboek schreef hij:
Ik voelde me, omringd door de herinneringen van vervolgde
schrijvers, hun nagelaten kruiden, foto’s, plattegronden – ietwat misplaatst wellicht - ontheemd. Pas bij mijn vertrek realiseerde ik me terdege wat het betekent om vrij te zijn: te kunnen
thuiskomen op een plek die wellicht je huis niet is, maar waar
je niettemin welkom bent.
Tade Ipadeola, jurist, schrijver en voorzitter van PEN Nigeria, hadden we al leren kennen op het Zuid-Koreaanse PEN-congres vorig
jaar. Hij wilde meer weten over onze werking, en we nodigden
hem uit naar Antwerpen. Dat was echter buiten de grillen van het
Belgische consulaat ter plaatse gerekend. Op het allerlaatste nippertje weigerden de Belgen Ipadeola zijn uitreisvisum. De reden?
Ze hadden nog nooit van een visumaanvraag voor culturele uitwisseling gehoord. PEN Vlaanderen was woedend. Ipadeola, blijkbaar filosofischer van aard, schreef:
Greetings, Sven,
I’m afraid there is still no news of my visa or passport till now. It
is 3:30pm Nigerian time so it doesn’t look good. Days, too, can
get lost in translation. Everything is on hold.
At this rate I will have to write a special letter to the embassy
and also to the airline to hold on. This is more than three weeks
after the visa is due.
Please bear with us in Nigeria. It appears, as I informed you
earlier, that I am the first to appear for a cultural visa ever. I
can understand the embassy. Everyone applies for business or
tourism or sports visas.
Pioneers must learn to wait.
Regards, Tade. Thu, Mar 28, 2013
67
Pioniers moeten leren wachten. We schreven het al: 2013 was het
jaar van het geduld. De verontwaardiging was echter zo groot dat
De Morgen op 20 april een paginagroot, vlammend stuk over de
zaak schreef. Knack volgde op 23 april.
In mei keerde een oude Antwerpenaar uit Parijs terug naar zijn
roots. Veelschrijver en wereldreiziger Werner Lambersy besloot al
in zijn kindertijd geen woord Vlaams meer te spreken, beschaamd
over het collaboratieverleden van zijn vader. Maar Vlaams spreken
kan hij nog, zo konden we vaststellen tijdens de talloze gesprekken op de flat, op café of in De Groene Waterman. En als je hem
zo bekijkt, lijkt Ernest Hemingway nog in leven...
In mei reisden we af naar Kraków, naar het congres dat het WiPC
er samen met ICORN organiseerde. We leerden er hoe andere
landen elk op hun eigen manier met visumproblemen hadden
af te rekenen, we luisterden naar pakkende getuigenissen van
gevluchte schrijvers en herinneren ons de Tibetaanse dichter die
op zeventienjarige leeftijd voorgoed afscheid moest nemen van
zijn moeder, we luisterden naar het hoofd van de Free Expression
Policy en PR van Google die kwam spreken over de vrijheid van
meningsuiting op het internet, en realiseren ons nu dat hij deze
speech gaf toen Edward Snowden nog een anonieme werknemer
bij de NSA was. Het engagement dat zich drie dagen lang in de
historische Poolse stad verzameld had, viel niet te meten.
In Koli Jean Bofane is de auteur van Congolese wiskunde, een
hilarisch boek over propaganda en corruptie in de hedendaagse
miljoenenstad Kinshasa. In juni kwam de auteur – een van de
ZebrArt-auteurs van Vluchtelingenwerk Vlaanderen – werken aan
een theaterstuk en aan zijn volgende roman Congo Inc. Wij namen
Jean Bofane mee naar het Felix Poetry Festival in de schaduw van
het MAS. Bofanes tekst over zijn verblijf leest u verderop.
Bij gebrek aan een geschikte ICORN-gast nam de flat tijdens de
zomermaanden vakantie. We gebruikten de tijd om ervaringen uit
te wisselen met Passa Porta en hun residentiewerking in Brussel.
In september arriveerde Adam Alhadi Agabeldour, mensenrechtenactivist, dichter-schrijver uit Soedan, én ZebrArt-auteur.
Agabeldour woont al enkele jaren als politiek vluchteling in Brussel,
68
JAARBOEK 2013
en kwam omwille van verschillende redenen naar Antwerpen
(‘ook om mijn Nederlands te oefenen’). Hij is zowat de meest zichtbare want meest enthousiaste resident van het jaar geweest. Hij
viel op tijdens de openingsavond van de Boekenbeurs (te midden
van een exclusief blank publiek), hij gaf optredens in boekhandel
De Groene Waterman, op de Antwerpse lokale Radio Centraal en
op ATV, bezocht PEN-op-school, en trad op in het PEN-filmpje dat
op de Dag van de Gevangen Schrijver werd gelanceerd ter ondersteuning van de Chinese dissident Liu Xiaobo. Tijdens een bezoek
aan het Letterenhuis liet hij zich op het einde ontvallen: ‘en waar
zijn jullie allochtone schrijvers?’ Terechte vraag. We hebben er een
handvol, maar ze zijn vooralsnog niet opgenomen in de canon.
Agabeldours oeuvre is doortrokken van zijn engagement jegens de
mensenrechten, jegens Soedan én jegens zijn nieuwe land België.
Getuige daarvan het gedicht ‘Droeve Kaarsen’ dat hij schreef na
het Zwitserse busongeval te Sierre. Een fragment:
We bewenen de herinneringen
aan deze geknakte bloemen.
met het licht van onze
onschuldige gedichten.
Gedragen worden ze
onder de bleke
naaldbomen
in de schrijn van onmetelijke pijn.
In het najaar kwamen oude vrienden op bezoek in Antwerpen.
De Britse dichter, Zweig- en Verhaerenvertaler en België-fan Will
Stone werkte gestaag verder aan zijn bundeling reisessays over
Belgische steden: The Undisclosed Anatomy of Belgium. Benno
Barnard stond hem bij. De Servische docente Neerlandistiek
(Universiteit Belgrado), vertaalster en schrijfster Jelica Novakovi´c
keerde na een afwezigheid van tien jaar naar de PEN-flat terug.
Het werd een hartelijk weerzien, ook met onze voorgangster
Ingrid Vander Veken. Ach, ingewijden weten al langer dat een
onzichtbaar spoor Antwerpen met Belgrado verbindt.
Uit het Servische noorden ten slotte kwam schrijver en muzikant
Borislav Čičovački het jaar afsluiten. Voor ons allen werd die laatste maand er onverwachts een van warmte en verbondenheid. Op
69
Werner Lambersy aan het werk
exact de voorlaatste dag van het jaar vonden ondergetekenden en
Čičovački elkaar in de studio van Radio Centraal en keuvelden
we een uur lang over de werking van PEN – hier en elders – over
de flat en over die ene, belangrijke pijler van het PEN-charter: het
stimuleren van interculturele uitwisseling.
En zo was het plaatje op die mooie avond compleet. Iedereen passeerde de revue: de collega’s van het PEN-bestuur, de residenten
van Antwerpen en die van Brussel, die we afgelopen jaar sporadisch uitnodigden op ontbijtgesprekken in De Groene Waterman,
waar PEN vriend-aan-huis is (met dank aan Diane en haar collega’s!), ontmoetingen allerhande in de stad. En met Borislav kregen
we er een nieuwe vriend bij.
In 2014 beginnen we aan het ernstige werk. Als u deze tekst leest,
is onze ICORN-gast uit Tadzjikistan gearriveerd in de flat. Hij zal
er een half jaar blijven om te bekomen van de levensbedreigende
problemen die zijn regimekritische teksten aldaar hebben veroorzaakt. Hij hoopt dat de omstandigheden in Rusland tegen de
zomer veiliger zullen zijn. Wij hopen het met hem mee …
70
JAARBOEK 2013
STAD VAN DROMEN EN SMARTEN
ALHADI AGABELDOUR
Toen ik alleen door het raam naar buiten zat te kijken, bedacht ik plots dat het gerechtsgebouw voor
me lijkt op dat beroemde operagebouw in het
Australische Sydney dat sinds lang in mijn geheugen gegrift staat. Ik heb rechten gestudeerd en kijk
door het venster naar het gerechtsgebouw. Ben ik
in mijn kamer of bevind ik me op het strand terwijl ik naar de mooie geometrische vormen van
het gerechtsgebouw kijk? Soms lijkt het op een
schip dat voor anker gaat in een haven, vol reizigers die een aangename zeereis tegemoet zien.
Nu bevind ik me hier opnieuw in Antwerpen,
de oude haven vanwaar massa’s mensen vertrokken naar het nieuwe land. Ik bezocht het
Bonapartedok, speciaal voorzien voor bepaalde
schepen en zo genoemd omdat het gebouwd werd
ten tijde van Napoleon. Het geheugen verdwaalt
niet tussen Sydney en Antwerpen. Het doet een
belletje rinkelen van herinneringen en vervlogen
dagen. De stad blijft levendig, vol beweging, lichtjes en de geur van regen, geluiden van meeuwen
en zeevogels die nog niet vertrokken zijn. Ik verzink in mijn verbeelding, op reis, terwijl ik het
aroma opsnuif van
de stad van dromen en smarten
die me parfumeert met de ochtenden
[van prachtige dagen
en de zon met haar eeuwige transparante
[verbeelding
tekent me een tatoeage aan de horizon
en de dag is een wieg van honingzoete dauw
zeg me, sprookjesachtige warme stad, wie ben jij?
en de soepele woorden uit de diepten van jouw
[hartenklop roepen me
71
Alhadi Adam Agabeldour
is een Soedanese
mensenrechtenactivist,
dichter en schrijver van
kortverhalen. In Soedan was
zijn werk vaak onderhevig
aan censuur en zelfcensuur.
Uiteindelijk moest hij
zijn land verlaten om de
veiligheid van zijn familie en
hemzelf te garanderen. Hij
leeft sinds 2009 als politiek
vluchteling in Brussel.
van achter jouw eeuwige oogopslag
oh, parel van alle havens en minnende steden
schenk uit het glas van de roes de volheid van heupwiegende dagen
schenk me jouw band met de maan en de echo van wonderlijke
[symfonieën
de blauwe lucht inspireert me tot hunkering naar jou
onder de wangen van de regen
al leunend smeltend op de wegen van de ziel dans ik met jou
ik draag mijn hart als een fakkel van een heilige mis
wij zijn jou en wie ben jij terwijl jouw magie in ons binnensijpelt?
wat ben je van een fabelachtige glanzende schoonheid
via jouw kanaal wachten schepen op ons als een geheim onder
[wimpers van afstand
we ontmoeten elkaar achter de muur van smart
en de liederen stromen als watervallen
het gefluister van het verleden laat zich met ons inspireren door
[geurige hymnen
en zuivere harten zijn een kaars voor vervulling
we zijn een dialectiek van het koppige gisteren
en jij het holletje waarin liederen van regen en zachte woorden
[zich nestelen
oh stad van warme kruidige geuren en gitaren van dichters
het geduld is een sprookjesachtige belofte en onze woorden zijn
[een zuil voor ziel en smart
in het geheim ontmoeten we elkaar in stralende bossen en zeeën
[van geurige kussen.
Terwijl ik met blik en verbeelding staar in pracht en helderheid,
laat ik de bootjes van mijn gedichten, reizen en omzwervingen
los.
Plotseling rinkelt mijn GSM. Eén van mijn vrienden in Brussel
vraagt me of ik thuis ben in Brussel en of hij me kan bezoeken.
Maar ik zeg hem: neen, ik ben momenteel in Antwerpen te gast
bij PEN-Vlaanderen. En ik begin uitvoerig de stad en mijn indrukken van haar uitzicht en algemene sfeer te beschrijven. Het is een
heerlijk gesprek omdat het deel uitmaakt van de hartenklop van
de stad.
Vertaling: Annmarie Sauer. Met dank aan Helge Daniëls.
72
JAARBOEK 2013
DE FLAT
IN-KOLI JEAN BOFANE
Voor ik naar hier kwam, was ik al bezig met mijn
nieuwe roman Congo Inc. Antwerpen kwam goed
uit om dat boek af te werken. Het is tenslotte
hier dat zich ooit de Congo-havens bevonden.
Stanley, Conrad, Casement, Kuifje, het koper voor
Hoboken, de diamanten van de Hoveniersstraat:
ze zijn hier allemaal op een of ander tijdstip gepasseerd. Nu de haven niet meer het grote avontuur
belichaamt, paste de schrijfplek in Antwerpen me
perfect.
Gezeten aan mijn computer zag ik door het open
raam dezelfde golven als die van de Congostroom,
zoals wanneer je in de buurt van Kinsuka wandelt
op een winderige dag bij aanvang van het regenseizoen. De kolossale driehoeken op het dak van
het nieuwe Justitiepaleis aan de overkant stelden
me in staat om, zoals bij een zeiltuig, nooit de
koers van mijn vertelling te verliezen, en vooral
om altijd enige nederigheid te bewaren jegens
mijn personages. Ondanks de pronkzuchtige stijl
van het gebouw zijn niet alleen het recht en de
mensen die het spreken of ondergaan, maar ook
wat ik schrijf, gedoemd om te evolueren, om zich
soms tegen te spreken en tenslotte te verdwijnen.
De hoog neergestreken rivier op het gebouw verandert nooit. Zij verzet zich tegen de elementen
als het nodig is, maar vloeit daarna weer in haar
bedding en vervolgt haar weg richting zee.
Is het dat niet wat je zoekt wanneer je moet
schrijven? Sereniteit. Auto’s die de hele dag braaf
langs de Bolivarplaats rijden? Het stelt niets voor
in vergelijking met de herrie van de Avenue du
Commerce in Kinshasa die ik moet beschrijven.
Wanneer je het geroep van de marktkraamsters
73
In-Koli Jean Bofane schreef
diverse romans, waarvan
de bekendste Congolese
wiskunde is. Zijn werk werd
vertaald in de Verenigde
Staten, Duitsland, GrootBrittannië, Brazilië, Korea
en Slovenië. Hij woont in
Brussel.
op de Vogeltjesmarkt hoort, lijkt dat zelfs op een gedempte stilte.
Maak op de middag maar eens een ommetje op de Boulevard du
30 Juin en je zal weten wat een concert van claxons, een kabaal
van grommende motors is. De flikken die aan de overkant een
sigaretje roken en discussiëren over baas Bart de Wever? Niet te
vergelijken met die van Kin’! Zeker niet te vergelijken met korporaal Zembla of kolonel Mosisa.
Tijdens de kalmte van de nacht veranderen de reusachtige kegels
op het justitiepaleis in pinguïnvleugeltjes, en dan is men verbaasd
dat mijn verhaal een gevaarlijke toon dreigt aan te slaan. Niet
slecht allemaal om fictieve waanzin te voeden. Dat komt me eerder goed uit, vooral omdat ik overal stickers zie met Verboden
te roken! En de Hollandse grens ligt maar een boogscheut van
hier. Wat me omringt, buiten en binnen deze flat – zoals dit plafond waarnaar Lieve Joris, Bibish Mumbu of Marc-Antoine Vumilia
moeten hebben gestaard – draagt in zekere zin bij tot een grotere
harmonie. Je zou bijna van perfectie kunnen spreken. Maar die
duurt naar verluidt maar een maand.
Vertaling: Bart Van Loo
74
JAARBOEK 2013
DE DAKEN VAN HET VLINDERPALEIS
JELICA NOVAKOVIC´
Ze scheuren met hun punten
zachte onderbuiken open
donzen vrachten storten
op geschubde daken
van stalen vinnen parelt
trage avondgloed
stollend hemelbloed
dat afdruipt van de klingen
Jelica Novakovi´c is een
Servische vertaalster
en publiciste. Zij is
oprichtster van de richting
Neerlandistiek aan de
universiteit van Belgrado,
waar ze nog altijd doceert.
In 2001 kreeg Novakovi´c de
Vlaamse PEN-prijs voor de
brugfunctie die ze vervult
tussen de Servische cultuur
en literatuur en de onze.
en door hun ingewanden
dolen zuchtend de verslonden
eisers en gedaagden
November 2013
75
ONZE
WERKING
IN 2013
JAARBOEK 2013
ACTIVITEITENVERSLAG
DAVID VAN REYBROUCK
(m.m.v. Sven Peeters, Annmarie Sauer, Karel Sergen,
Marleen Teugels, Kris Berwouts, Bart Van Loo, Peter
Vermeersch en Xavier Roelens)
1. de schrijversflat in Antwerpen
2. het Writers in Prison Committee
3. het werken met naar Vlaanderen gevluchte
auteurs
4. het Observatorium voor de Vrije Meningsuiting
5. campagnes en communicatie.
Tevens besloten we in te zoomen op drie regio’s:
Centraal-Afrika, Oost-Europa en België. Die regionale accenten vormen geen aparte programmaonderdelen, maar zijn accenten die we zoveel
mogelijk willen leggen in onze vijf projecten.
Schematisch ziet dat er ongeveer als volgt uit:
Centraal-Afrika
Oost-Europa
Flat
+
+
WiPC
+
+
België
Gevluchte
auteurs
+
Observatorium
+
Campagne
+
+
77
+
© Stephan Vanfleteren
Snoeien om te bloeien: dat was het belangrijkste
besluit van de Algemene Vergadering waarmee het
werkjaar 2013 startte. In plaats van alles een beetje
te doen, konden we beter een paar dingen goed
doen. We kozen ervoor om ons te focussen op vijf
projecten:
David Van Reybrouck,
aftredend voorzitter
van PEN Vlaanderen, is
de gelauwerde auteur
van o.a. Slagschaduw
(2007), Pleidooi voor
populisme (2008) en het
monumentale Congo. Een
geschiedenis (2010), en
mede-initiatiefnemer van de
G1000. In 2013 verscheen
Tegen verkiezingen.
1. PEN SCHRIJVERSFLAT
De activiteiten in onze schrijversflat werden dit jaar andermaal
enthousiast gecoördineerd door Sven Peeters, die voor het eerst
werd bijgestaan door Dimitri Bontenakel. Een uitstekende tandem. Dit zijn hun belangrijkste wapenfeiten:
33 Achtereenvolgens waren er de volgende gasten: Ramsey
Nasr (NL), Werner Lambersy (FR), Jean Bofane (DRC), Alhadi
Agabeldour (Soedan), Will Stone (UK), Jelica NovakovićLopušina (Servië) en Borislav Čičovački (Servië)
33 Het verblijf van Alhadi Agabeldour was een vruchtbare samen-
werking tussen onze flatwerking en ons werk met gevluchte
auteurs. Alhadi vluchtte uit Soedan naar België en maakte
dankbaar gebruik van onze flat om te kunnen schrijven.
33 Jean Bofanes aanwezigheid paste binnen onze aandacht voor
Centraal-Afrika, het verblijf van Aleš Šteger (Slovenië), Jelica
Novaković-Lopušina (Servië), Borislav Čičovački (Servië) sloot
aan bij onze Oost-Europa-werking.
33 Met de meeste flatgasten traden we ook naar buiten in de vorm
van auteursontmoetingen in de Groene Waterman. Een aantal
van hen publiceerde nieuw werk in Gierik/NVT (dit jaar ging
het om Werner Lambersy, Julien Bal en Rodolfo Alonso – die
twee laatste waren voormalige residenten).
33 Onze vorige ICORN-gast, Mirze Sakit (jan-april 2012), heeft zijn
politiek asiel ontvangen en woont momenteel in Gent.
De flat had ook wat conjuncturele tegenkantingen te
verduren:
33 De Nigeriaanse PEN-voorzitter Tade Ipadeola was ingepland
voor april maar door visumweigering vanuit de Belgische autoriteiten is hij hier niet geraakt; het heeft ons wel een mooi artikel
over deze problematiek opgeleverd in De Morgen en Knack.
33 De tweede helft van het jaar hielden we bewust leeg om een
Icorn-auteur te kunnen opnemen; helaas haakten drie opeenvolgende kandidaten af omdat ze al elders onderdak hadden
78
JAARBOEK 2013
gevonden. Voor hen zoveel te beter, voor ons bevestigde het
de les: nood laat zich slecht plannen. De lege maanden werden
vervolgens succesvol opgevuld met niet-vervolgde auteurs.
Tevens verstevigden we de fundamenten van onze werking:
33 We hebben de enkele maanden leegstand gebruikt om meubi-
lair en pc te vervangen.
33 We onderhandelden en ondertekenden een erg belangrijk
samenwerkingsakkoord met de vicerector van Universteit
Antwerpen over de financiering van de loonlast en de visibiliteit van onze flatwerking.
33 Met ICORN hebben we betere afspraken gemaakt over de
toekomstige samenwerking, tevens zaten we samen met
verantwoordelijken van de ICORN-flat in Brussel bij Passa
Porta. Dimitri heeft nuttige contacten gelegd op de ICORNbijeenkomst in Kraków.
33 Momenteel onderzoeken we de mogelijkheid voor de oprich-
ting van een tweede flat die exclusief voor vervolgde auteurs
zou dienen. Daarover wordt onderhandeld, onder anderen met
Lessius en de stad Antwerpen.
2. WRITERS IN PRISON COMMITTEE
Onder het co-voorzitterschap van Annmarie Sauer en Peter
Theunynck heeft ons Writers in Prison Committee (WiPC) een
nieuw elan verkregen. De activiteiten bestonden uit de volgende
zaken:
33 We reageerden op alle RANs (Rapid Action Network) die ons
vanuit het hoofdkwartier in Londen bereikten en betrekking
hadden op de regio’s waarop het bestuur wil focussen: CentraalAfrika en Oost-Europa (met inbegrip van Rusland). In het totaal
ging het om 17 RANs waarop we soms met drie of vier mensen reageerden. Bovendien schreven we ook telkens met twee
of drie leden de diplomatieke diensten aan van die landen die
aan een UPR onderworpen werden. UPRs of Universal Periodic
Reviews zijn tussentijdse evaluaties van alle VN-lidstaten op het
79
vlak van mensenrechten. Ze gebeuren sinds 2006 onder toezicht
van de Human Rights Council van de VN. PEN International is
een van de ngo’s die de officiële rapporten mogen stofferen met
hun analyses.
33 Het ging om volgende landen (voor de RANs en voor de vier of vier
VN-reviews): Kameroen (drie acties), Mali, Somalië, Oezbekistan
(twee/drie acties), Rusland (drie acties), Azerbeidzjan, Tsjaad,
Saoedi-Arabië (twee acties) Turkije (twee acties), Kazachstan
(drie acties), Tunesië. Er zijn twee maanden geweest waarin er
geen RANs kwamen, door de wisseling van mensen die het
werk deden in Londen.
33 We bleven ook ijveren voor onze ereleden: Zheng Yichun
(China) en Naziha Rjiba (Tunesië). Hilde Keteleer toog naar
China om Zheng Yichun voor het eerst live te ontmoeten. Enoh
Meyomesse uit Kameroen kwam erbij als erelid, in 2014 willen we zijn gevangenislyriek Poème carcéral vertalen naar het
Nederlands.
33 We organiseerden een campagne rond de Dag van de Gevangen
Schrijver. Een gedicht van Nobelprijswinnaar Liu Xiaobo werd
ingelezen door een dertigtal leden.
33 We bezochten congressen in Kraków en Reykjavik.
33 We participeerden andermaal in de internationale actie van-
uit Londen om nieuwjaarskaarten te versturen naar schrijvers
in de gevangenis: dit is meer dan een naïeve feelgood-geste.
We krijgen regelmatig berichten van schrijvers in gevangenschap die de kaart erg gewaardeerd hebben. Bovendien weten
de gevangenisautoriteiten dat er mensen bezig zijn met de
gevangen schrijvers. Dat heeft soms een positief effect op hun
toestand.
3. GEVLUCHTE AUTEURS
PEN Vlaanderen heeft zich voor haar werking rond gevluchte
auteurs in België in 2013 toegespitst op het coachen van twee
auteurs: de uit Gaza gevluchte Fatena Al-Ghorra en de Soedanees
Adam Agabeldour Alhadi. Beiden werden in 2011 opgevist door
80
JAARBOEK 2013
ZebrART, dat ook een literaire werking had. We hebben beide
dichters met PEN verder ondersteund.
Met Fatena Al-Ghorra, die sinds 2009 in Antwerpen woont, maakten we in 2012 al kennis: ze trad op tijdens onze sessie op het
werkcongres van de VAV (Vlaamse auteursvereniging), en dat
was zo goed dat we haar programmeerden voor ‘Berichten uit
Newtopia’, onze literaire avond in Mechelen. In 2013 besloten we,
haar te helpen in de zoektocht naar een eerste Nederlandse vertaling van haar werk. We vonden Uitgeverij P bereid om haar te
publiceren, en we bekostigden mee de vertaling uit het Arabisch.
In februari 2014 zal ze haar bundel Gods bedrog voorstellen op
‘Mind The Book’ in Gent. We hebben Fatena ook een buitenlands optreden bezorgd, in samenwerking met het Nederlandse
Fonds voor de Letteren (Ronald Bos) op het Intercultureel Café in
Amsterdam (27 maart).
Alhadi Agabeldour, die vooral als mensenrechtenactivist
zijn land moest verlaten, verblijft sinds vier jaar in Brussel.
Hij trad twee keer op in scholen: in Oudenaarde (in april)
en Schaarbeek (in oktober). Hij leest voor uit eigen werk en
gebruikt een powerpoint-presentatie waarin hij de situatie in
zijn land toelicht. We nodigden hem in september uit in onze
PEN-flat in Antwerpen en als gast voor onze video van de Dag
van de Gevangen Schrijver’.
Beide auteurs gaven dit jaar een lezing in De Groene Waterman
en kwamen samen met Karel Sergen naar de opening van de
Antwerpse Boekenbeurs, waar ze een aantal mensen uit het
literaire veld leerden kennen (onder meer Marieke Roels van de
Auteurslezingen). Ze werden ook voorgesteld als te subsidiëren
auteurs via een inhoudelijk en financieel projectplan dat aan het
Fonds werd voorgelegd en in december 2013 door de werkgroep
aldaar werd/wordt bediscussieerd.
De werking met gevluchte auteurs ervaren we als erg zinnig en
willen we in 2014 verder uitbouwen. Van Poëziekrant kwam het
verzoek om kwalitatief hoogstaande gedichten aan te leveren van
gevluchte schrijvers die in België verblijven. Voor zover die tot
onze beschikking zijn, zullen we op die vraag ingaan.
81
4. OBSERVATORIUM
2013 was een belangrijk jaar in de ontwikkeling van ons
Observatorium voor de Vrije Meningsuiting. In januari presenteerde Marleen Teugels op de Algemene Vergadering de resultaten
van haar eerste terreinverkenning: een haalbaarheidsstudie gebaseerd op online desk research en op interviews met vijftien stakeholders (professoren mediarecht, auteurs, journalisten, mediawatchers). De conclusie was dat ook in Vlaanderen waakzaamheid
inzake vrije meningsuiting geboden is.
Het rapport van Marleen Teugels verscheen in het Jaarboek 2012,
dat begin maart 2013 op het Passa Porta festival werd voorgesteld.
Sindsdien kan het gedownload worden van de website van PEN
Vlaanderen.
Op 3 mei viert de wereld ‘World Press Freedom Day’. Niet zo in
Vlaanderen. Daarom wou PEN Vlaanderen op die bijzondere dag
een open brief publiceren: ‘De vrije markt versmoort het vrije
woord’, getekend door 100 auteurs, allen lid van PEN. Geen enkele
Vlaamse of Franstalige krant wenste de open brief af te drukken,
nochtans betrof het een hartstochtelijk pleidooi voor meer kwaliteit
in de pers, meer diepgang, meer onderzoeksjournalistiek. Maar zo
had de pers het blijkbaar niet begrepen, zoals ook ’s avonds bleek
tijdens het debat op Terzake (VRT) tussen Walter Zinzen en Bart
Brinckman, Wetstraatjournalist van De Standaard. Tom Naegels
(ombudsman van De Standaard) omschreef de inhoud van de brief
in de uitzending als ‘cafékritiek voor intellectuelen’. Enkele maanden later, toen hij de balans opmaakte van zijn tweede jaar als
ombudsman van De Standaard, herzag Tom Naegels zijn mening.
Op de avond van 3 mei stelde PEN Vlaanderen ter ere van de
World Press Freedom Day in het Brusselse Rits Café de studie voor
tijdens een debat in de marge van de Data Harvest Conference
van Journalismfund.eu. Het debat met David Van Reybrouck,
Margo Smit, Nils Mulvad, Rob Wijnberg en Marleen Teugels kon
de schare buitenlandse journalisten zeer bekoren. Het aantal
Belgische journalisten was op een hand te tellen.
In december ondersteunden we de oproep van Peter Noorlander
(the Media Legal Defence Initiative), Darian Pavli (Open Society
82
JAARBOEK 2013
Institute), Gabrielle Guilemin (Article 19) en Dirk Voorhoof
(Universiteit Gent, Center for Journalism Studies and Human
Rights Centre) om de zaak van ‘Delfi AS versus Estland’ door te
verwijzen naar the Grand Chamber van het Europees Hof van de
Rechten van de Mens in Straatsburg. Delfi AS is een Estse portaalsite die in eigen land werd veroordeeld voor bijdragen gepost
door derden. Hier zitten we in het hart van een materie die PEN
International sinds enkele jaren aankaart: de digitale rechten van
burgers in het internettijdperk.
In 2014 willen we op het gedane onderzoek voortbouwen. Daarom
debatteerden we op 3 januari op het werkcongres van de VAV over
het academisch onderzoek over persvrijheid. Hoe kan dit onderzoek in de toekomst verruimd en uitgewerkt worden? Hoe kan de
wetenschap meehelpen in de broodnodige strijd voor persvrijheid
en vrijheid van meningsuiting in het algemeen? Panelleden waren
Marleen Teugels (PEN Vlaanderen), Baldwin Van Gorp (KUL) en
Flip Voets (Raad voor de Journalistiek). Gespreksleider was Ides
Debruyne (PEN Vlaanderen / Fonds Pascal Decroos).
5. CAMPAGNE EN COMMUNICATIE
PEN Vlaanderen was in 2013 erg visibel in het publieke debat.
Onze aanwezigheid uitte zich in twee grote campagnes, diverse
lezingen en veel persaandacht.
CAMPAGNES
PEN Vlaanderen voerde in 2013 twee grote campagnes:
33 Op 3 mei, Internationale Dag van de Persvrijheid, traden we
naar buiten met ‘De vrije markt versmoort het vrije woord’.
33 Op 15 november, Dag van de Gevangen Schrijver, liep onze
actie ‘Koop Censuur!’ Deze campagne bestond uit twee luiken: de box ‘Koop Censuur!’ en het filmpje ‘Je wacht op mij
met ‘t stof’. Met deze campagne wilden we gecensureerde
auteurs/ boeken aanbieden aan een groot publiek en ervoor
zorgen dat ze zoveel mogelijk gelezen worden. Daarnaast
hoopten we bij te dragen aan een breder maatschappelijk
debat rond censuur en beknotting van de vrije meningsuiting,
en inzicht te geven in de complexiteit van censuur door de
keuze van de landen van herkomst van de auteurs, de literaire
genres die ze beoefenen en de manier waarop hun werk aan
83
banden wordt gelegd wordt. We hoopten ook, uitgeverijen
aan te moedigen om actief te investeren in gecensureerde
boeken en de media aan te sporen om er meer zichtbaarheid
aan te geven.
LEZINGEN EN DEBATTEN
PEN Vlaanderen voerde in 2013 verschillende lezingen en debatten rond diverse thema’s:
33 Op 24 maart was PEN Vlaanderen prominent aanwezig op het
Passa porta festival in Brussel.
33 Walter Zinzen modereert in de KVS een uitstekend debat tussen Tahar Ben Jalloun en Isabelle Durant (400 aanwezigen).
33 Bestuurslid Olivia Rutazibwa ontvangt in het Ethiopische
restaurant Toukoul vier jonge Afrikaanse schrijvers die in de
Lage Landen wonen: Jean Bofane (Congo), Babah Tarawally
(Sierra Leone), Alphonse Muambi (Congo) en Sayadin Hersi
(Somalië). (100 aanwezigen)
33 Koenraad Tinel en Simon Gronowski, de hoogbejaarde
auteurs van het boek Eindelijk bevrijd, worden door David
Van Reybrouck geïnterviewd in de foyer van de Munt (200
aanwezigen).
33 Op 3 mei organiseerden we op de Internationale Dag van
de Persvrijheid in het RITS café te Brussel samen met het
Fonds Pascal Decroos een levendig debat met de Nederlandse
hoofdredacteur Rob Wijnberg (De Correspondent), de Deense
topjournalist Nils Mulvad en PEN-bestuurslid Marleen Teugels.
Margo Smit (VVOJ) modereerde. (150 aanwezigen)
33 Op 26 juni, honderdste geboortedag van Aimé Césaire,
mochten we bij Passa Porta een bomvolle zaal toespreken. Deze
dichter-politicus uit Martinique had een enorme impact op de
literatuur van Centraal-Afrika. Bestuurslid Sarah De Mul bokste
een mooi programma ineen met Antoine Tshitungu Kongolo,
Joris Note, Omar Ba, Younouss Diallo en David Van Reybrouck.
Persaandacht was er bij DeWereldMorgen, Mo, La Libre Belgique.
(130 aanwezigen)
33 Op 3 november was er in het kader van de actie ‘Koop
Censuur!’ een debat in de stand van De Morgen en Confituur
op de Antwerpse Boekenbeurs. Deelnemers waren Tom
84
JAARBOEK 2013
Lanoye, Annelies Verbeke, David Van Reybrouck en Judith
Vanistendael. Het gesprek werd gemodereerd door Catherine
Vuylsteke.
ANDERE MEDIA-AANDACHT
33 Op 2 februari berichtte De Morgen grootschalig over de ter
dood veroordeeld en gevluchte Congolese schrijver
Antoine Vumilia, voor wie PEN Vlaanderen zich al jaren
inzet. Antoine verbleef in de zomer van 2012 in onze flat.
Wij hielpen hem in zijn zoektocht naar papieren. Hij beantwoordde aan alle criteria om erkend te worden als vluchteling, en toch weigerde België hem in het voorjaar van 2011 de
nodige papieren om naar Europa te ontsnappen. Het artikel
werd overgenomen door Belga, Metro en zelfs GrenzEcho. Er
kwamen twee parlementaire vragen: Peter Luyckx (NVA),
ondervoorzitter van de Commissie Buitenlandse Betrekkingen
in de federale Kamer, interpelleerde minister van Buitenlandse
Zaken Didier Reynders, kamerlid Zoé Genot (Ecolo) vroeg aan
staatssecretaris voor asiel en migratie Maggie De Block tekst en
uitleg. Het is voor het eerst dat PEN Vlaanderen doordringt tot
het parlementaire halfrond.
33 Op 20 april zou Tade Ipadeola, de fantastische voorzit-
ter van PEN Nigeria, en tevens een gewaardeerd jurist, in
onze flat verblijven. Van de Belgische diensten in Abuja kreeg
hij echter geen visum. PEN Vlaanderen reageerde bij monde
van voorzitter David Van Reybrouck verontwaardigd. ‘Wanneer
zullen onze instanties eindelijk inzien dat Afrikaanse artiesten niet per se potentiële illegalen zijn?’ De Morgen, Knack en
Trouw namen het bericht over.
33 Onze website mocht zich in 2013 verheugen op zo’n 12.000
bezoekers, veel meer dan we ooit eerder hebben gehaald. De
campagnes ‘De vrije markt versmoort het vrije woord’ en ‘Koop
Censuur!’ lokten heel wat volk. Op Facebook stegen we van
200 naar 800 volgers. Dat is nog steeds redelijk bescheiden,
maar het gaat wel om een verviervoudiging. De campagne ‘De
vrije markt versmoort het vrije woord’ zorgde voor de grootste
sprong voorwaarts. Berichten bereikten vaak meerdere duizenden mensen. Een kort bericht over Julian Assange en Mark
Zuckerberg werd door 33.764 mensen bekeken.
85
6. REGIONALE WERKING
Onze regionale werking in Oost-Europa en Centraal-Afrika vormt
geen apart programmaonderdeel, maar zorgt voor een reeks
accenten in onze lopende programma’s.
OOST-EUROPA
33 Subversive Literature: Engagement Today (Zagreb, Kroatië, 9-11
mei 2013). PEN Vlaanderen was medeorganisator (met Hrvatski
PEN Centar) van een driedaags internationaal discussieforum
over literatuur en maatschappelijke betrokkenheid. Met o.a. John
Ralston Saul (Canada), Igor Štiks (Kroatië), Karl Markus Gauss
(Oostenrijk), Grażyna Plebanek (Polen). Delegatie PEN Vlaanderen:
David Van Reybrouck, Annelies Verbeke en Peter Vermeersch.
Een essay over dit forum is beschikbaar op http://citsee.eu/
citsee-story/tweet-or-not-tweet-role-writer-engaged-citizen
33 PEN-flat: Jelica Novaković-Lopušina verbleef in 2013 in de
PEN-flat. Er was ook een ontbijtontmoeting in De Groene
Waterman. Met ICORN (International Cities of Refuge Network)
werden gesprekken gevoerd over een toekomstig verblijf van
Oost-Europese schrijvers in verdrukking in de PEN-flat.
33 Tweejaarlijkse conferentie WiPC en ICORN (Kraków, 14-17 mei
2013). Opvolging van Oost-Europese contacten door Johan De
Boose.
33 The Right to Freedom of Artistic Expression and Creation
(Europees Parlement, Brussel, 2 oktober 2013). PEN Vlaanderen
participeerde aan deze voorstelling van het VN-rapport over
vrijheid van artistieke expressie. Tijdens de discussie werd
onder meer aandacht besteed aan Oost-Europa (Rusland).
86
JAARBOEK 2013
CENTRAAL-AFRIKA
33 WiPC: in 2013 kwam er een nieuw erelid bij, Enoh Meyomesse
uit Kameroen. PEN Vlaanderen attendeerde tevens het hoofdkwartier in Londen op de casus van Tembos Yatama uit
Butembo (Congo), die kortstondig gearresteerd was voor zijn
berichten op Facebook. Tevens starten we onderzoek naar
François-Xavier Byuma, een Rwandese mensenrechtenactivist
die al jaren achter de tralies zit en tevens voorzitter is van
Barwa, de liga van Rwandese schrijvers.
33 PEN-flat: Jean Bofane, de succesvolste auteur van het moment
uit Congo (Mathématiques congolaises, vertaald bij de Geus als
Congolese wiskunde) verbleef in 2013 in onze flat.
33 Lezing: 24 maart. Bestuurslid Olivia Rutazibwa ontvangt in het
Ethiopische restaurant Toukoul vier jonge Afrikaanse schrijvers
die in de Lage Landen wonen: Jean Bofane (Congo), Babah
Tarawally (Sierra Leone), Alphonse Muambi (Congo) en Sayadin
Hersi (Somalië). (100 aanwezigen)
33 Debat: 26 juni: honderdste geboortedag van Aimé Césaire.
Deze dichter-politicus uit Martinique had een enorme impact
op de literatuur van Centraal-Afrika. Bestuurslid Sarah De Mul
bokst een mooi programma ineen bij Passaporta: Antoine
Tshitungu Kongolo, Joris Note, Omar Ba, Younouss Diallo en
David Van Reybrouck mogen er een bomvolle zaal toespreken.
(130 aanwezigen)
7. LEDENWERVING
Het ledenaantal evolueerde de afgelopen jaren als volgt:
33 dec 2010: 125
33 dec 2011: 137
33 dec 2012: 163
33 dec 2013: 181
Het is verheugend om zien dat gevestigde namen uit de Vlaamse
literatuur, bijvoorbeeld Tom Lanoye of Lieve Joris, de weg vinden naar PEN Vlaanderen. En dat daarnaast ook een heel nieuwe
generatie jonge auteurs zich bij ons voegt, bijvoorbeeld de socialemedia-experte Clo Willaerts of stand-upcomedian Bert Kruismans.
In het werkingsjaar 2014 zal PEN Vlaanderen voor het eerst
over een stageplaats beschikken. Ruth Soens van de opleiding
87
Cultuurmanagement aan de Universiteit Antwerpen zal zich gedurende vier maanden buigen over het vernieuwen van onze ledenwerving en het uitbreiden van het ledenbestand.
8. FONDSENWERVING
INKOMSTEN
Onderstaande tabel geeft een goede indruk in de financiële groei
van PEN Vlaanderen:
PEN
Flat
2010
16602,07
32801,96
2011
26032,84
28547,47
2012
30096,95
31998,82
2013
38139,40
29242,48
LIDGELDEN
De inkomsten van ledenbijdragen evolueerden de afgelopen jaren
als volgt:
2010
1780 euro
(89 bijdragen)
2011
5992 euro
(131 bijdragen)
2012
4649 euro
(99 bijdragen)
2013
6.913 euro
(164 bijdragen)
Door het herzien van ons contributiestelsel en de invoering van
een actievere ledenwerving zijn onze jaarlijkse inkomsten uit lidgelden stelselmatig gestegen. De mate waarin een vereniging in
staat is eigen middelen te genereren wordt vaak beschouwd als
een indicator van de financiële gezondheid van een vereniging.
Ledenverenigingen die meer dan 10 procent van de middelen zelf
bijeen brengen genieten structureel meer vertrouwen van potentiële subsidiënten.
In 2013 betaalden reguliere leden 50 euro (39 euro indien ze betalen per domiciliëring), steunende leden 100 euro, auteurs die krap
bij kas zaten 20 euro. Het goede nieuws is dat nagenoeg alle
nieuwe leden per domiciliëring betalen: dit garandeert een vlotte
incasso en langere engagementen, zonder dat onze administra88
JAARBOEK 2013
tie voortdurend aanmaningen moet uitsturen. Op dit ogenblik is
onze groep van wanbetalers herleid tot twintig. (Ooit waren het
er bijna honderd!)
SUBSIDIES
De afgelopen jaren zijn onze subsidiebijeenkomsten gestaag
gegroeid.
Vlaams Fonds voor de Letteren
2010
11.250 euro
2011
12.500 euro
2012
19.000 euro
2013
30.000 euro
(2014)
(39.000 euro)
Andere
Provincie Antwerpen
8.000 euro
Stad Antwerpen
5.000 euro
Universiteit Antwerpen
betaling van de maandelijkse huur
GIFTEN
Eind 2012 diende PEN Vlaanderen bij de FOD Financiën een dossier in om erkend te worden als instelling die attesten voor fiscale aftrekbaarheid mag uitschrijven. In 2013 werd onze aanvraag
onderzocht door de administratie. Begin 2014 krijgen we uitsluitsel.
9. SAMENSTELLING VAN HET BESTUUR
Het bestuur telt momenteel veertien leden. Op 1 december 2013
was de samenstelling als volgt:
KERNBESTUUR
33
33
33
33
David Van Reybrouck, voorzitter
Annelies Verbeke, ondervoorzitter
Bart Van Loo, secretaris
Xavier Roelens, penningmeester
89
BESTUURSLEDEN
33 Sven Peeters, verantwoordelijke PEN-flat
33 Dimitri Bontenakel, verantwoordelijke PEN-flat
33 Annmarie Sauer, verantwoordelijke Writers in Prison
Committee
33 Marleen Teugels, verantwoordelijke Observatorium
33 Geertrui Daem, verantwoordelijke Observatorium
33 Jeroen Theunissen, verantwoordelijke Communicatie
33
33
33
33
(nieuwsbrief en jaarboek)
Karel Sergen, verantwoordelijke Gevluchte auteurs
Sarah De Mul, regioverantwoordelijke Centraal-Afrika
Peter Vermeersch, regioverantwoordelijke Oost-Europa
Johan De Boose, regioverantwoordelijke Oost-Europa
MEDEWERKERS
33 Natalie Ariën, stafmedewerkster
33 Kris Berwouts, directeur
33 Miriana Frattarola, vrijwilliger communicatie
Bestuurslid Olivia Rutazibwa heeft door een verhuis naar Engeland
in september 2014 het bestuur van PEN Vlaanderen verlaten. Eind
2013 leggen David Van Reybrouck, Bart Van Loo, Xavier Roelens
hun taken neer. Deze belangrijke generatiewissel wordt opgevangen doordat Ides Debruyne, Ruben Mersch, Joke Van Leeuwen,
Maarten Inghels en Annemarie Estor opkomen als kandidaatbestuurslid bij de AV van januari 2014.
10. CONGRESBEZOEKEN
Van 14 tot 17 mei ging de tweejaarlijkse wereldconferentie van
het Writers in Prison Committee in Kraków door. PEN Vlaanderen
was aanwezig met een vierkoppige delegatie: onze nieuwe WiPCvoorzitters Annmarie Sauer en Peter Theunynck, onze flat-verantwoordelijke Dimitri Bontenakel en onze Oost-Europa regioverantwoordelijke Johan De Boose. Van 9 tot 12 september vond
onder de noemer ’Digital Frontiers: Linguistic Rights and Freedom
of Speech’ het wereldcongres van PEN International in Reykjavik
plaats. Annmarie Sauer en David Van Reybrouck togen erheen.
90
JAARBOEK 2013
FINANCIEEL VERSLAG
XAVIER ROELENS
OVERZICHT INKOMSTEN/UITGAVEN 2013
Totaal inkomsten___________________________ €38.139,40
+ overdracht 2012__________________________ €1.263,29
= totaal inkomsten________________________ €39.402,69
Totaal uitgaven___________________________ €38.025,04
Saldo:__________________________________ €1.377,65
Xavier Roelens publiceerde
samen met Maarten De
Inkomsten 164 lidmaatschapsbijdragen__________ €6.913,00
Pourcq de bloemlezing
Subsidie VFL______________________________ €30.400,00
Op het oog, 21 dichters voor
Tussenkomst NFL lezing Fatena________________ €150,00
de 21ste eeuw (2005) en de
Tussenkomst lezing 16/11/12__________________ €400,00
poëziebundels Er is een
Giften (Persgroep, Bezige Bij)__________________ €260,00
spookrijder gesignaleerd
Interesten________________________________ €16,40
Overdracht saldo 2012______________________ €1.263,29 (2007) en Stormen,
olielekken, motetten (2012).
Saldo:__________________________________ €39.402,69
Hij is afscheidnemend
bestuurslid van PEN
DETAIL UITGAVEN
Vlaanderen.
DETAIL INKOMSTEN
Organisatiekosten
Administratiekosten_________________________ €129,14
Kosten medewerkers (Natalie, Miriana, Kris)______ €12.919,47
Algemene ledenvergadering 2013______________ €487,06
Kosten website____________________________ €32,05
Ledencommunicatie________________________ €396,82
Reiskosten RvB____________________________ €1035,30
Bankkosten (verrichtingskosten, portkosten, …)___ €39,75
Verzekering P&V___________________________ €136,57
Activiteitskosten
Contributie PEN International 2013______________ €1.946,00
PEN-jaarboek_____________________________ €3.311,50
Internationaal PEN-congres Reykjavik
(inschrijving, hotel, reis)*_____________________ €3.298,81
Subversive Festival Zagreb (vliegtickets 2 personen)_€971,74
Onderzoek observatorium____________________ €1.200,00
91
© Tessa Posthuma De Boer
NORMALE WERKING VAN PEN (STAND OP 31.12.13)
Lezingen*________________________________________________ €2.260,23
Steun aan MO* n.a.v. dreigende rechtszaak_______________________ €200,00
Koop Censuur-actie_________________________________________ €5.716,50
WiPC: algemene kosten______________________________________ €63,10
WiPC: congres Krakow (inschrijving, hotel, reis)*___________________ €2.431,50
WiPC: Hilde in China________________________________________ €1.096,55
ZebrArt: algemene kosten____________________________________ €106,95
ZebrArt: optreden Fatena Amsterdam____________________________ €246,00
TOTAAL uitgaven_________________________________________ €38.025,04
*Detail hieronder
WiPC-congres Krakow
Inschrijving voor vier personen_________________________________ €600,00
Reiskosten_______________________________________________ €1.377,69
Hotelkosten_______________________________________________ €733,17
Andere kosten ter plaatse____________________________________ €20,64
TOTAAL_________________________________________________ €2.731,50
Internationaal PEN-congres Reykjavik
Inschrijving voor twee personen________________________________ €1.143,40
Reiskosten_______________________________________________ €1.158,41
Hotelkosten_______________________________________________ €997,00
TOTAAL_________________________________________________ €3.298,81
Lezingen
Sprekers UGent rond idee van observatorium (sept. 2012)____________ €600,00
Lezingen Groot Beschrijf_____________________________________ €1.089,00
Vrijkaarten Groot Beschrijf____________________________________ €132,00
Lezing Aimé Césaire________________________________________ €439,23
TOTAAL_________________________________________________ €2.260,23
92
JAARBOEK 2013
WERKING VAN DE PEN-FLAT (STAND OP 31/12/13)
OVERZICHT INKOMSTEN/UITGAVEN 2013
Totaal inkomsten___________________________________________ €13.014,97
+ overdracht 2011__________________________________________ €16.227,51
= totaal inkomsten________________________________________ €29.242,48
Totaal uitgaven___________________________________________ €20.345,45
Saldo___________________________________________________ €8.897,03
DETAIL INKOMSTEN
Subsidie Stad Antwerpen_____________________________________ €5.000,00
Subsidie Provincie Antwerpen_________________________________ €8.000,00
Interesten________________________________________________ €14,97
Overdracht saldo 2011_______________________________________ €16.227,51
Totaal__________________________________________________ €29.242,48
DETAIL UITGAVEN
Uitgaven flat via penningmeester_____________________________ Aan flatbeheerder*_________________________________________ €10.000,00
Brandverzekering Andes_____________________________________ €296,26
Huurlast + onderhoud_______________________________________ €3.540,00
Huurwaarborg_____________________________________________ €2.676,00
WiPC-congres: inschrijvingskosten_____________________________ €300,00
Kosten medewerker_________________________________________ €3.500,00
Beheerskosten/verrichtingskosten bank__________________________ €33,19
TOTAAL uitgaven PEN flat-rekening__________________________ €20.345,45
* Uitgaven via flatbeheerder (=detail)_________________________
Schrijverstoelagen__________________________________________ €3.900
Startpakket voeding________________________________________ €169,67
Benodigdheden flat (wasmiddel, pictogram rookverbod, wc-papier,
herstel gordijnen, elektriciteit, tafelkleed, vuilniszakken, poetsgerei,
boekenkast)______________________________________________ €256,59
Flatrenovatie (meubels, matras…)______________________________ €732,71
nieuwe pc en printer________________________________________ €1.031,43
Telefoon (opladen GSM)______________________________________ €15,00
Lunchkosten______________________________________________ €202,30
Transportkosten___________________________________________ €84,60
Abonnement Telenet________________________________________ €530,18
Kosten presentaties_________________________________________ €97,40
registratie hernieuwd huurcontract_____________________________ €235,49
TOTAAL uitgaven via flatbeheerder__________________________ €7.255,37
93
POËZIE
JAARBOEK 2013
INLEIDING BIJ HET WERK
VAN FATENA AL-GHORRA
In 2009 vluchtte Fatena Al-Ghorra uit Gaza naar
België, waar ze sindsdien als vluchteling leeft. Ze
publiceerde vier dichtbundels en haar werk werd in
verschillende talen vertaald. Ze trad ondertussen
op vele internationale festivals op. PEN Vlaanderen
ontdekte haar werk, heeft haar gecoacht en is
samen met haar op zoek gegaan naar een uitgever.
Leo Peeraer heeft in Vlaanderen en Nederland een
stevige reputatie opgebouwd als uitgever van grote
vertaalde poëzie. Met de financiële en redactionele
hulp van PEN Vlaanderen wou hij zich achter het
project Al-Ghorra scharen. Haar bundel Gods bedrog
wordt aan het publiek voorgesteld op Mind The Book
2014 in Gent (wanneer ook dit jaarboek verschijnt).
De bundel is grotendeels vertaald door de dichteres
Nisrine Mbarki, die net als Fatena de El Hizjraprijs
voor poëzie heeft gewonnen.
Wie van literatuur houdt, begrijpt dat schrijvers en
lezers er door de eeuwen en over de staatsgrenzen heen door worden verbonden. Het verdedigen
van het recht op vrije meningsuiting is bijgevolg
een mondiale vorm van solidariteit. PEN zet zich
als onafhankelijke vereniging voor en door auteurs
al vele decennia in om opgesloten en vervolgde
schrijvers en journalisten steun te bieden en vrij
te pleiten, én om het publiek van hun situatie en
oeuvre op de hoogte te brengen.
De wereld lijkt vandaag kleiner dan ooit, de mensheid mobieler. Dat heeft uiteraard ook gevolgen
voor een organisatie als PEN Vlaanderen. Wij zetten ons onverminderd in voor collega’s die in verre
95
© Koen Broos
ANNELIES VERBEKE
Annelies Verbeke schreef
de romans Slaap!
(2003), Reus (2006) en
Vissen redden (2009)
en de verhalenbundels
Groener gras (2007) en
Veronderstellingen (2012).
Haar werk won een
aantal prijzen, werd vaak
genomineerd en
verschijnt in 22 talen.
Ze is ondervoorzitter van
PEN Vlaanderen.
vreemde landen in gevaar zijn en blijven met een kritische blik de
vrijheid van meningsuiting in eigen land bewaken. Daarnaast stellen wij echter vast dat nogal wat gevluchte auteurs in België verblijven. Vaak doen zij dat in grote anonimiteit; voor velen geldt dat,
eens zij hun land verlaten, zij ook hun status van gevestigde auteur
verliezen, en daar horen pijnlijke en absurde nevenwerkingen bij.
Zo werkte Fatena Al-Ghorra, de auteur van Gods bedrog, een tijdje
als hondenverzorgster, gecombineerd met haar journalistieke werk
voor Al-Jazeera en andere nieuwssites. Zij is een van de gevluchte
auteurs die zich aansloot bij ZebrArt, een kunstenaarsorganisatie
binnen Vluchtelingenwerk Vlaanderen, waarmee PEN Vlaanderen
al enige tijd samenwerkt.
Wie Fatena Al-Ghorra ooit aan het werk heeft gezien en gehoord
tijdens een literair evenement, hoeft geen Arabisch te kennen om
te begrijpen met een bevlogen persoonlijkheid te maken te hebben, die je halsoverkop meesleurt in het wilde, hypnotiserende
ritme van haar verzen. Deze vrouw is een storm, of, om het met
een veel voorkomend beeld uit haar bundel te zeggen, een brand.
Fatena Al-Ghorra groeide op in de Palestijnse gebieden. Ze kwam
bij herhaling in contact met oorlog, terreur en onderdrukking, en
werd meermaals van nabij geraakt. Zo is er de bange, onaflatende
zoektocht naar haar broer, eveneens een dichter, die jaren geleden spoorloos verdween en sindsdien wordt vastgehouden op een
geheime locatie.
Voor haar geboortegrond voelt Fatena Al-Ghorra sterke, tegenstrijdige emoties. Als nieuwsanker, radiopresentatrice en correspondente voor het nieuwsagentschap Wafa nam ze geen blad
voor de mond, iets wat haar niet in dank werd afgenomen toen
de politieke partij Hamas in 2009 aan de macht kwam en alle
media overnam. Fatena Al-Ghorra vluchtte en vond in België
politiek asiel.
Over het leven in het oog van de storm vertelde ze mij: ‘Het verdriet dat je overkomt en de woede die oplaaien zijn enorm, maar
net daardoor zoek je voortdurend naar hoopgevende lichtpunten
en schoonheid. Al je zintuigen, al je gedachten en gevoelens zijn
op leven gericht.’
96
JAARBOEK 2013
Die schreeuw om leven is voelbaar in alle opeenvolgende cycli
van Gods Bedrog. De emoties bulderen in deze gedichten, die veel
op gebeden lijken: ‘Dit huilen is een gebed, word een ermee en
het wordt een met jou en is je toegewijd.’ In elk gedicht roept de
dichter iemand aan. De ‘God’ uit de titel is een veelgelaagde God:
de ene keer lijkt het om de schepper te gaan, de andere keer is het
een dictator, dan weer is het een echte vader die door zijn dochter
ter orde wordt geroepen, of een geliefde van vlees en bloed, die
door een jaloerse minnares wordt bezworen. Nu en dan hebben
we te maken met een God in het diepst van iemands gedachten.
Al-Ghorra, die zichzelf gelovig noemt, zegt daarover: ‘Er is geen
grens tussen de persoonlijke God en de schepper. Mensen doen
voortdurend alsof ze God zijn.’ In een andere cyclus richt ze zich
tot Fatima, of spreekt ze met bemoedigende imperatieven tot een
algemeen ‘jij’.
Wat al deze gedichten gemeen hebben is de intensiteit. Of de toon
nu bemoedigend, beschuldigend of ontredderd is, elk gedicht is
onomwonden bedoeld om te raken. De dichter is een slapeloze
met een verhoogd bewustzijn, die erop uit trekt om elkeen te
wekken die een rol bekleedt in het waanzinnige schouwspel dat
haar omgeeft. ‘Ik ben wakker’, klinkt het aan het eind van een
gedicht. Nu de rest nog, hoor je haar er binnensmond aan toevoegen. ‘Mensen weten niet hoe zwak ze zijn voor ze met een
machtiger partij geconfronteerd worden’, zegt Al-Ghorra. Voor
haar is haar dichterschap op geen manier te scheiden van haar
persoon. Ze wil machthebbers laten weten dat ze begrijpt waar
ze mee bezig zijn, en met haar gedichten tevens de onwetende,
meegaande massa aansporen. Een van de gedichten begint met
een helder: ‘Leg je schaapskleren af, laat de wolf huilen.’ Ze roept
hen ook op om te reizen: ‘Ga op pad en kijk niet om.’
De grootste dichter uit de Arabische literatuur leefde volgens
Fatena Al-Ghorra, en velen met haar, in de tiende eeuw: de
Iraakse Almotanabi (of Al-Mutannabi) blijft haar grote voorbeeld.
In Arabische culturele middens wordt hij voortdurend geparafraseerd en op handen gedragen om de moed en ‘pure wijsheid’ die
uit zijn woorden spreekt. Hij schokte de samenleving, onderhield
een liefde-haat verhouding met de khalifa en werd uiteindelijk
vermoord om een vermeende belediging in een van zijn verzen.
97
Soms haalt de woede in Gods Bedrog de overhand: ‘De smaak van
bloed zal je bevallen, maak je geen zorgen’ gooit Al-Ghorra haar
lezer ergens bitter in het gezicht. Terugdenkend aan de afwijzingen die bij haar jeugd als ‘jongensmeisje’ hoorden, stelt ze zonder
verpinken brutale, gerichte vragen: ‘Is spelen halal, Fatima? / Is
lachen halal?’
In enkele gedichten is de spirituele liefde duidelijk naar de romantische en vleselijke liefde overgegaan, en daarbij horen de tegenstrijdigheden die we allemaal herkennen. Ergens verwoordt ze het
als volgt: ‘Zijn armen dragen mij als het kind dat hij begeerde /
en geven mij een klinkende klap / waarna hij niet slaapt / en ik
evenmin’. Als een terugkerend ‘Ne me quitte pas’, stuwt de regel
‘Meisjes, breng mijn lief terug’ een van de cycli voort.
Het werd de hoogste tijd voor een Nederlandse vertaling van Gods
Bedrog, een bundel die eerder verscheen in het Frans, Italiaans
en Spaans en in 2012 de El Hizjra Literatuurprijs wegkaapte, een
Nederlandse literatuurprijs voor auteurs met een (deels) Arabische
achtergrond. Bij PEN Vlaanderen zijn we blij en trots deze bundel samen met de fantastische Uitgeverij P. te kunnen aanbieden,
omdat we zo het woord kunnen geven aan een getalenteerde
gevluchte auteur, maar ook, en vooral, voor u en voor ons, de
lezers, die het meeslepende appèl en de krachtige beeldtaal van
Fatena Al-Ghorra nu kunnen ervaren, en er rijkere mensen van
kunnen worden.
98
JAARBOEK 2013
GEDICHTEN UIT GODS BEDROG
FATENA AL-GHORRA
Trek je schaapskleren uit, laat de wolf huilen
de weg is gemaakt voor wolven
laat hem vrij, volg nauwlettend zijn stappen
struikel, sta op
laat je knieën en enkels bloeden
let niet op de doorns, de steeg is bereid om je
[bloed op te zuigen
en als het zwaar wordt schud het stof af
van wie je hield
wie je vergat en om wie je huilde
want de tocht zal alleen voortgezet worden door
[het vuur van het geheugen
laat het uit je poriën, je oren, je ogen, je mond
[komen
en vooral uit dat wat je schitterende geheim omvat.
99
Fatena Al-Ghorra werd
geboren in de bezette
Palestijnse gebieden, en
werkte er als nieuwsanker
en radiopresentatrice. In
2009 vluchtte ze toen de
politieke partij Hamas aan
de macht kwam. Vanuit
België maakt ze artikels
voor Al-Jazeera en andere
nieuwssites. In 2014
verschijnt haar dichtbundel
Gods bedrog bij Uitgeverij P.
Bewapen je met het overige gefluister
draag in je tas een handvol gebeden
van een vrouw die de pijn lang geleden heeft omarmd
en als suiker in je heeft gezaaid.
Neem een vochtige zakdoek mee om je sijpelend bloed
[op te vangen
dat door de weg een andere vorm heeft gekregen
zuig het op als de zon recht boven je brandt
niets zal jullie scheiden dan een flinterdunne wolk
en de smaak van bloed zal je bevallen, wees niet ongerust.
100
JAARBOEK 2013
Loop verder en schrik niet als de roosjes bloeien
bij elke stap die je zet
bloed vloeit niet voor niets, bloed behoort tot de aarde
raap een steen op, geen gladde steen,
als je dat wel doet, raak je van je doel af
kies een knobbelige steen die scherp is als een valk
laat hem je lichaam schrobben
telkens als de zonde van nostalgie je overvalt
of als de herinnering je bij de haren grijpt
maak hem tot je trouwe metgezel
en je zult zien dat er geen andere vriend is.
101
O dochter van wind en woestijn, mijn dochter trouw
[aan mijn zout
omarm je lichaam telkens als de kou je bijt
bescherm het goed tegen het ijlen
jij kent zijn geheim
alleen jij bedaart het van zijn hijgen
en beschut het tegen je gillende geesten
want jij bent geen onbekende in de steeg
onthoud mijn raad
wees veilig.
102
JAARBOEK 2013
Zet je tocht voort ook al valt de nacht,
in het duister schijnt het licht
en de waarheid toont haar ivoren haren
steek je verborgen licht aan
laat je leiden
vuurvliegjes staan zij aan zij en zoemen om je te vergezellen
loop door, ook al krijg je kippenvel van het geratel in de verte
dit geluid gaat voorbij, laat het je hartslag horen
en luister naar zijn galmen
dit janken is een gebed
verenig je ermee en het verenigt zich met jou
het zal zich aan je toewijden.
Uit: Gods Bedrog, uitgeverij P, Leuven 2014, p. 9-13.
Vertaling: Nisrine Mbarki
103
GEDICHTEN
ALHADI ADAM AGABELDOUR
Alhadi Adam Agabeldour
is een Soedanese
mensenrechtenactivist,
dichter en schrijver van
kortverhalen. In Soedan was
zijn werk vaak onderhevig
aan censuur en zelfcensuur.
Uiteindelijk moest hij
zijn land verlaten om de
veiligheid van zijn familie en
hemzelf te garanderen. Hij
leeft sinds 2009 als politiek
vluchteling in Brussel.
Alhadi Adam Agabeldour (Soedan, 1971) is mensenrechtenactivist, dichter en schrijver van kortverhalen. Hij leeft sinds 2009 als politiek vluchteling in Brussel. Agabeldour studeerde rechten in
Libië en internationaal crimineel recht in Soedan.
Agabeldour publiceerde als erg actief mensenrechtenactivist in talloze Arabische media en werd als
expert inzake Soedan geïnterviewd door grote
internationale kranten als de Washington Post en
de New York Times. Agabeldour publiceerde daarnaast een tiental dichtbundels en kortverhalen.
Maar in Soedan was zijn werk vaak onderhevig
aan censuur en zelfcensuur. Uiteindelijk moest hij
zijn land verlaten om de veiligheid van zijn familie en hemzelf te garanderen. Vanuit België blijft
Agabeldour zijn opinies over de situatie in Soedan
publiceren op het internet (o.a. voor de VN). Hij
blijft poëzie en kortverhalen schrijven en zoekt zijn
weg in het Nederlandstalige literaire landschap. In
september verbleef hij in de PEN-flat. Ook werkte
hij in november mee aan de video-opname van
het ‘Je wacht op me met ’t stof’ van Liu Xiaobo.
104
JAARBOEK 2013
GITAARMIJMERINGEN
In de wijde vlaktes van Darfur
Smaakt het leven naar een godendrank
nippend aan het vuurrode zonlicht.
Het leven is een parel die naar de boomgaard geurt,
een parfum schitterend van hoop.
De heldere hemel is een rendez-vous voor diepe warmte,
een symfonie van droom en verlangen.
De simpele duiven koeren vaag en aan een stuk door.
De zandige lelieblanke rotsen in de valleien
zijn een schouwspel die je verbeelding tarten.
De herfstbries is een melodieuze gitaar die zonder afspraak speelt,
zij voert melodieuze klanken en warme regen mee.
De tover van de wondermooie savanne geurt
naar de schoonheid van het uitgepuurde leven.
Wat een grootse ebbenhouten zang vol lof.
En de ferme sprongen van de panters lijken op festivals van de
[vroege koningen
zoals bruiloften van dichters op verre eilanden.
Daar op de steile heuvels van Darfur
piept de regenboog regelmatig als de nectar valt
en de weerspiegeling van het ochtendlicht schijnt over de groene vlakten.
Dit zijn de herinneringen aan Darfur
voordat het seizoen van tranen en foltering alles neertrok naar het slijk,
vóór de tragedie en de dood van het kaarslicht,
het was voordat het geweten van de mensheid
geschokt haar ogen sloot
105
OPSPRINGENDE TRANEN
Ginds in het verre Darfur
is het land geen land meer.
Het is doorweekt van de tranen van wezen.
De hemel is er geen hemel meer.
De smaak is door en door droevig.
Bittere pijn wordt als een brandmerk gegraveerd
op het zwakke geweten van de mensheid.
Daar is het, boven de grove zandduinen
dat de tranen plechtig begraven liggen.
Op de uitgestrekte vlaktes kreunen de dorpen van angst en pijn
ze liggen aan de voet van de blauwe bergen
waar pijlen naar hen wijzen.
Ach, wat een bleke triestige zaak is het
dat je de heerlijke oogstliederen niet meer kan horen.
De zwerfhymnen vol van strijd zijn ook verdwenen,
vernietigd door de tirannie van drukdoende dictators.
En de ogen van onschuldige slachtoffers en van de bange weduwen
zijn gekleurd door ontzet verdriet
gekleurd door de vreeswekkende geur van buskruit
gekleurd door de schok van zoveel zinloze doden.
Alles huilt daar zonder ophouden
Alles daar smaakt naar de bitterheid van tranen en dood
Alles daar ligt vertrapt onder de laarzen van corrupte generaals.
106
JAARBOEK 2013
GEDICHTEN
ENOH MEYOMESSE
PEN Vlaanderen focust de laatste jaren op CentraalAfrika. Enoh Meyomesse, nieuw erelid van PEN,
werd in 1955 in Kameroen geboren. Net als de
heersende president Paul Biya, die het bijzonder
corrupte land al 32 jaar regeert, studeerde hij in
Frankrijk politieke wetenschappen. Hij is stichtend
lid van de schrijversvereniging in Kameroen, en
was enkele keren Biya’s tegenkandidaat bij de verkiezingen. Hij heeft een vijftiental boeken geschreven, zowel analyses van de toestand in zijn land
als poëzie. Op 22 november 2011 werd hij op
de luchthaven van Yaoundé opgepakt en naar de
gevangenis gebracht. Hij werd beschuldigd van
een vermeende roof. Dertig dagen lang zat hij in
voorhechtenis in Bertua, waar hem vaak voedsel werd onthouden. Hij zat er dagenlang in een
donker betonnen kot. Nu verblijft hij in precaire
omstandigheden in de hoogste veiligheidsgevangenis Kondengui. Wij nemen hem als erelid op (net
als PEN Amerika) omdat hij het prototype is van
een schrijver die met zijn geweldloze doch strijdbare uitstraling hoop voor de bevolking kan bieden. Er bestaat reeds een Duitse vertaling van zijn
boek met gevangenisgedichten. Er wordt gewerkt
aan een Engelse versie. Annmarie Sauer (voorzitter
WiPC) en Karel Sergen (Kameroen-kenner) vertalen zijn gevangenisgedichten nu in het Nederlands.
De bescherming van een dichter in de gevangenis
ligt in zijn naamsbekendheid en bijgevolg ten dele
in vertalingen van zijn werk.
107
Enoh Meyomesse is
schrijver, blogger, historicus
en politiek activist.
Hij heeft meer dan
15 boeken gepubliceerd.
Eind 2012 werd hij
veroordeeld tot zeven jaar
gevangenis. Naar eigen
zeggen ‘zonder enig bewijs,
zonder getuigen, zonder
burgerlijke partij, en na
dertig dagen foltering.’
HET FOUILLEREN
hun vervloekte vingers zijn al op weg
ze stoppen niet
en toch
hebben ze alles meegenomen
wat we hadden
oh telefoons
oh sigaretten
oh Indische hennep
oh zakjes whisky
jullie die ons gevangenisverblijf
vrolijker maken
jullie waren verstopt onder hun oksels
jullie waren verstopt onder hun shorts
jullie waren verstopt onder hun jurken
en ze zijn er langs geweest
ze knipoogden
GEEF!
IK ZEG GEEF!
VOOR IK ME KWAAD MAAK
en ik zie opnieuw dezelfde vervloekte vingers die
mijn matras openrijten
en ik zie opnieuw dezelfde vervloekte vingers die
mijn broek scheuren
en ik zie opnieuw dezelfde vervloekte vingers die
verwoed mijn schoenen aanvallen
ZE RICHTEN ZICH OP
GRINNIKEND
mijn telefoon in beslag genomen
oh God in de hemel
hun vervloekte vingers zijn op weg
ze stoppen niet
en toch
hebben ze alles meegenomen
wat we hadden
108
JAARBOEK 2013
WAARMEE ZOU JIJ BETALEN
wel
CACHOT
ACHT DAGEN
wel
KETENS OM JE ENKELS
zij hebben weggenomen
alles wat we hadden
ze hebben alles bovengehaald
telefoons
sigaretten
Indische hennep
zakjes whisky
en hun vervloekte vingers
blijven op weg
hun vervloekte vingers
tasten
tasten
tasten
onvermoeibaar
vandaag
is het vrijdag
hun weekend is lang
en kondigt zich aan als
MOEILIJK
109