Scan deze QR-code en surf naar www.ac-hop.nl • Lees in dit bulletin alles over de Algemene Vergadering van 2014! • Interview met Paul Bodelier! Nr. 3 • 2014 AC-HOP, de belangenorganisatie voor medewerkers bij Universiteiten, Onderzoekinstellingen en Universitair Medische Centra INHOUD Column pagina 3 I am not Dutch, why I should be a member of AC-HOP? pagina 4 ‘Oud gereedschap’ pagina 4 Openingsrede AV-2014(verkorte versie) pagina 5 AC-HOP Stabiel! pagina 6 Interview met Paul Bodelier Werkzaam als microbieel-ecoloog bij het KNAW-instituut NIOO te Wageningen pagina 9 Individuele Belangenbehartiging pagina 11 Het bestuur van de AC-HOP wenst u een heerlijke zomer! 2 COLUMN “Liefde voor de democratie, is liefde voor gelijkheid”, of: Hoe de VVD een bom legt onder het nieuw te vormen belastingstelsel Het eerste gedeelte van de titel van mijn column, stamt uit het beroemde werk van de Franse politieken sociaal filosoof Charles de Montesquieu (1689-1755), in zijn boek “L’esprit des lois” (“De geest der wetten”) uit 1748, dat de grondslag legde voor de moderne democratie, in het tijdperk van de Verlichting. Meer dan tweeënhalve eeuw later blijkt dat deze beschouwing, ‘gelijkheid als voorwaarde voor democratie’, nog niets aan actualiteit heeft ingeboet. De Montesquieu’s argumentatie in bovenvermeld boek was dat “overmatige rijkdom en onrechtvaardigde ongelijkheid, een democratie kapot kunnen maken”. Hij pleitte voor het ‘gladstrijken’ van ongelijkheden door het opleggen van lasten aan de rijken en het bieden van verlichting aan de minder draagkrachtigen. De staat was - naar de visie van De Montesquieu - verantwoordelijk voor een herverdelende rol om uitdijende individuele vermogens af te romen. Soortgelijke bevindingen zijn ook traceerbaar in de verkennende studie van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR), welke begin juni 2014 verscheen onder de titel: “Hoe ongelijk is Nederland?”. Een auteur van dit rapport, hoogleraar sociologie aan de Universiteit van Amsterdam Herman G. van de Werfhorst (1972-), geeft te kennen dat het vertrouwen in de democratische instituties wordt ondergraaft door de ‘hogere statusgroepen’. Vermogende mensen hebben, volgens Van de Werfhorst, het meeste te verliezen. Zij hebben in de laatste economische crisis ‘de dans ontsprongen’ óf zijn er zelfs op vooruit gegaan. Toch staan zíj steeds wantrouwender tegenover de democratie en haar instituties. Dit rapport van de WRR bevestigt de bevindingen van de Franse econoom Thomas Piketty (1971-) in zijn (nu al) geruchtmakende boek “Le capital au XXIe siécle” (“Capital in the twenty-first century”, helaas nog niet vertaald in het Nederlands) uit 2013. Piketty concludeert dat ‘vermogen’ bepalender is voor individueel-economisch succes dan ‘inkomen-uit-arbeid’. De ideeën van Piketty zijn speelbal geworden in de strijd die ontstaat in Nederland over de komende herziening van ons belastingstelsel, waar ‘links tegenover rechts’ komt te staan (en waarop het huidige kabinet van VVD en PvdA wel eens zou kunnen ‘stuklopen’). Belastingheffing is tenslotte ‘zwaar belast’ met ideologie. Zo wil VVD-fractievoorzitter der Tweede Kamer, Halbe Zijlstra, vooral een ‘vereenvoudiging’ (i.c. bezuiniging) op het gebied van huur-, zorg- en kinderopvangtoelagen (citaat Zijlstra: “onzinnig rondpompen van geld”) maar de PvdA wil het belastingstelsel vereenvoudigen door de individuele (geërfde) vermogens zwaarder te gaan belasten maar daarentegen loon-uit-arbeid juist minder (i.c. lagere loonkostenheffing). PvdA-fractievoorzitter Tweede Kamer, Diederik Samson, noemde het voorstel van Zijlstra derhalve ‘van een ongelooflijke lompheid’. Het zal u bekend zijn dat in de VVD-partij en bij haar electoraat, het begrip ‘vrijheid’ altijd véél zwaarder heeft gewogen dan de begrippen ‘gelijkheid’ en ‘broederschap’ maar dat Zijlstra direct de komende onderhandelingen omtrent een nieuw belastingstelsel ondermijnt, wordt door vele ‘Binnenhof-watchers’ als uiterst negatief ervaren. In het verlengde hiervan, kan gemeld worden dat de werkgeversverenigingen VSNU en WVOI een bom leggen onder een goed gevolg van de slepende cao-onderhandelingen voor respectievelijk universitair- en onderzoekinstellingspersoneel. Er valt - tot op heden - met de delegaties van de werkgeversverenigingen niet te praten over een cao die het lager- en middeninkomenspersoneel voorziet van minstens een compensatie van koopkrachtverlies, ontstaan door alle (premie)verhogingen die het kabinet sinds haar aantreden heeft doorgevoerd (denk aan: eigen risico/eigen bijdrage in geval van ziektekosten). Een cao wordt niet ‘kostbaar’ door circa 2% verhoging te verstrekken op de maximumsalarissen van personeel in de schalen 1 tot en met 10. Een cao zou betaalbaar blijven door de ‘politieke wil’ te ontplooien om het percentage salarisverhoging eens niet door te voeren voor het (reeds) bemiddelde personeel in de schalen 14 tot en met 18! Prettige (sport)zomer toegewenst, namens bestuur AC-HOP, Ger Ruigrok, voorzitter Misschien toch nog een zomerse leestip?! Een prachtig boek over de geschiedenis van de Baltische landen (Estland, Letland en Litouwen), aan de hand van allerlei lotgevallen van bekende en minder bekende landspersonen, onder de titel: “Baltische zielen”, door publicist Jan Brokken (1949-) én een hilarisch reisboek door het huidige Rusland, waarbij de ‘gangen’ van literator Anton Tsjechov (1860-1904) worden gevolgd door slavist en NRC-redacteur Michel Krielaars (1961-): “Het brilletje van Tsjechov”. 3 I am not Dutch, why I should be a member of AC-HOP? by Fred Veer Voor de ‘Nederlandse lezers’: normaal is mijn artikel in het Nederlands gesteld, echter deze keer is het gericht op onze buitenlandse collega’s. Als je ‘klaar’ bent met het bulletin, geef met name dit artikel gerust aan een niet-Nederlandse collega. The first reason is because you are not Dutch. All rules are in Dutch and assuming the Human Resources (HR)-department is there to help you, is a dangerous assumption. One of the first cases I took on dealt with a Russian citizen working at the TU Delft on a ‘two year contract’. When his contract expired, the Human Resources-department told him he had no right to unemployment benefits and had to leave the Netherlands in a month. This despite the fact that his wife was working in the Netherlands and because of his wife employment status, he had right to continue living here. The HR-consultant did not want to listen. Finally I had to take the problem to a higher level by directly putting the problem to the head of the HR-department. This resulted in a telephone call to me one day later from this head. Within 24 hours, the application for the unemployment benefits had been arranged. In the past 10 years, I have dealt with five non-Dutch nationals with problems with their university. In four cases the problem could be solved quickly, by simply pointing out the rules to the HR-staff and demanding correct implementation of the rules. For these four cases, it is questionable if a Dutch person would have been handled in the same way. Also statistically non-Dutch people have more problems than Dutch ones. The AC-HOP bureau contains people who Fred Veer, individueel belangenbehartiger van de AC-HOP are expert in the regulations and who speak English at C1 or C2 level. So, basically, being a member of AC-HOP is good insurance for a problem that might happen at any moment. As the AC-HOP membership costs are taxdeductible and can be put into the University IKA-system, the cost comes to some 60 euro a year. A Dutch lawyer charges 250 euro an hour to look at a problem. A simple case usually takes four hours at a minimum. Do the math and join AC-HOP. dr.ir. Fred Veer, member management AC-HOP, trade union for employees at Dutch universities, research institutes and university hospitals ‘Oud gereedschap’ door: Fred Veer, kaderlid Individuele Belangenbehartiging (IB) Als kind leerde ik van mijn grootvader - die drukmachines repareerde - het belang en respect voor gereedschap. Ik bezit een vrij volledige set gereedschap, waarmee ik bijna ‘alles’ kan doen. Ik ga met dit gereedschap zorgvuldig om en vervang een artikel alleen als het kapot is en bovendien niet gerepareerd kan worden. Oók in mijn werkomgeving (TU Delft) is dit een normale attitude. Gereedschap is belangrijk en is datgene wat ons onderscheidt van de dieren: ‘Man is a tool using animal’. Toen mijn oudste zoon een spreekbeurt moest houden in groep 8, vroeg hij of ik een onderwerp wist te bedenken. Ik vertelde hem dat ‘de hamer’ een ideaal onderwerp was omdat het de ‘kern van de techniek’ is. Het werd een fantastische spreekbeurt; ook door de hulp mijn assistent, die mijn zoon een ‘cursus hameren’ had gegeven met behulp van de grote voorraad hamers die ik van de TU had 4 geleend. Vaak zie ik mensen die geen respect voor gereedschap hebben. Gereedschap misbruiken, overbodig weggooien, om niets vervangen etcetera. Vaak weet men amper hoe ze het betreffende gereedschap moeten gebruiken. Het is tragikomisch om er naar te kijken. Tegenwoordig zie ik hetzelfde disrespect ten opzichtige van oudere medewerkers. Een ‘nieuwe medewerker’ zou productiever zijn dus ‘de oude’ moet als oud gereedschap worden afgedankt (i.c. ontslagen). De oudere medewerker ‘vervult de functie niet meer goed’. Er is dus ‘een beter passend gereedschap’ nodig. De medewerker heeft een ‘aandoening’ of is ziek en derhalve dient het ‘beschadigd gereedschap’ te worden vervangen door ‘glimmend nieuw gereedschap’. Afgezien van het feit dat dit gewoon excuses zijn ten aanzien van onwil om te scholen (i.c. investeren in medewerkers), de werkplek en werkomgeving adequaat in te richten voor (senior-)medewerkers óf daadwerkelijke leeftijdsdiscriminatie: dit is feitelijk een enorm disrespect!!! De medewerker wordt steeds minder ‘als mens’ behandeld maar als een ‘werkverrichtingsinstrument’ voor managers. Het gaat niet meer om de mens; de mens is het gereedschap voor de manager, die zelf amper weet hoe hij het betreffende zou moeten doen. Een vakman heeft respect voor zijn gereedschap. Een werkleider heeft respect voor de mensen die voor hem werken. Voor de manager is ‘de mens’ slecht een vervangbaar stuk gereedschap dat gevoelloos kan worden weggegooid. Ik ben blij dat bij AC-HOP de leden ‘nog mensen zijn’ en de kaderleden hen derhalve mogen helpen. OPENINGSREDE AV-2014 (verkorte versie) Het verenigingsjaar-2013 nam aanvang voor ons met een ledenraadpleging over het onderhandelaarsakkoord cao-Universiteiten 2011-2013, welke met terugwerkende kracht in december 2012 werd overeengekomen tussen werkgeversvereniging VSNU en de onderhandelaars van de vier vakbonden. De cao had dus een terugwerkende looptijd van drie jaar, waarin de 52.000 universitaire personeelsleden in 2013 twee keer een 1%-structurele loonsverhoging ontvingen (welke doorloopt in hun pensioenen). Hier stond echter tegenover als verslechtering dat alle zogenaamde ‘leeftijdsarrangementen’ (zoals seniorenregeling, leeftijdsdagen en 60-plusregeling) versneld werden opgeheven of afgebouwd. Tevens werd de Bovenwettelijke Wachtgelduitkering voor universitair personeel bij ontslag (de BWNU), per 1 januari 2014 versoberd. Dit zal met name de ontslaggevallen treffen die in het huidige jaar plus in de toekomst door de vele reorganisaties welke zich voltrekken óf gaan voltrekken bij de 14 universiteiten alsmede bij de volgers van de cao-NU, bijvoorbeeld de KNAW. Het onderhandelaarsakkoord werd door deze verslechteringen op secundair arbeidsvoorwaardelijk gebied derhalve met ‘neutraal advies’ door de vakbonden aan hun leden voorgelegd bij de gememoreerde ledenraadpleging in februari 2013. Niettegenstaande de zojuist opgesomde aanzienlijke minpunten, werd door de vakbondsleden bij meerderheid ingestemd met het voorliggende onderhandelaarsakkoord. Dit kwam natuurlijk in het bijzonder doordat de woedende economische crisis, de meeste Nederlanders verlangend had gemaakt naar verhoging van hun primaire arbeidsvoorwaarden, salarisverhoging dus!!! De belangrijkste afspraak die in het onderhandelaarsakkoord is opgenomen, is een verplichting van de werkgevers omtrent ‘intensivering en verdere professionalisering in de van werk-naar-werkbegeleidingstrajecten’. Deze ‘harde eis’ van de vakbondsonderhandelaars, is bedoeld om de boventallige-/niet-plaatsbare personeelsleden, die bij reorganisaties van universitaire onderdelen tussen ‘wal en schip’ dreigen te vallen, een zekere garantie te verstrekken dat werkgevers verplicht worden inspanningen te verrichten niet op een eenvoudige manier van met name oudere personeelsleden ‘af te komen’. Daardoor zijn er ook zogenaamde ‘ontwikkelingsdagen’ in de cao-NU opgenomen, zodat het personeel zich kan her- of bijscholen op werkgevers’ kosten. Ten behoeve van het personeel bij de twee Van links naar rechts. Ans Matze- van der Lans, Peter Bloemendaal, Tjeerd Janssen en Marc Fluttert. Onderzoekinstellingen (de Koninklijke Bibliotheek en werkgever-NWO), met in totaliteit 2650 personeelsleden, lukten het de vier vakbondsonderhandelaars namens AC/FBZ (waarbinnen AC-HOP ressorteert), AbvaKabo FNV, CNV Publieke Zaak en VAWO/CMHF tijdens het voorjaar 2013 niet om een nieuwe cao overeen te komen met de betreffende werkgeversvereniging WVOI. Breekpunten waren de salariseisen van de vakbonden, alsmede de consequenties ten laste van het personeel met betrekking tot invoer van de ‘Werkkostenregeling’ (welke verplichting door het kabinet echter voorlopig werd doorgeschoven naar 1 januari 2015). Gevolg was dat de WVOI en de vakbondsonderhandelaars, de vigerende cao-OI 2010-2012 met één jaar ongewijzigd verlengden. Zodoende zat er dus géén salarispluspunt in voor het personeel werkzaam bij NWO of de KB over 2013. Personeel werkzaam bij de derde onderzoekinstelling in Nederland, de KNAW, is sinds 2005 ‘volger’ van de caoNederlandse Universiteiten. Aan het begin van de zomer, op 5 juli 2013, werd bekend gemaakt dat er een onderhandelaarsakkoord was overeengekomen tussen de werkgeversvereniging van de acht academische ziekenhuizen, de NFU, en de vakbondsonderhandelaars namens de vier vakbonden. Het betreft een cao over de jaren 2013-2015 en lopende tot 1 april 2015. Voor de 65.000 werknemers bij deze 8 universitair medische centra, was dit een gunstig uitpakkend akkoord. Onderhandelaars namens AC/ FBZ, de juristen Brigitte Sprokholt en Maaike Langerak, wisten met hun kompanen van de andere drie vakbonden in dit overleg het volgende te bereiken op salarisgebied: 2x een salarisverhoging (doorwerkend in hun pensioenen) van 1% en 2x een bruto (niet-pensioengevende) uitkering van respectievelijk 300,- en 200,- euro. Op secundair arbeidsvoorwaardelijk niveau hoefde er door het personeel niet veel te worden ‘ingeleverd’. Gevolg was dat de achterban van de vakbonden, tijdens de ledenraadpleging in augustus 2013, het onderhandelaarsakkoord cao-UMC 2013-2015 fiatteerden. Boven de markt voor het personeel werkzaam bij de academische ziekenhuizen in Nederland, hangt nog steeds het langlopende proces omtrent de overgang van hun huidige pensioenfonds ABP naar opbouw van hun pensioenen bij het pensioenfonds PFZW. In dit proces zijn echter in 2013 opnieuw bestuurlijke problemen zich gaan openbaren. Het bondsbestuur van AC-HOP is benieuwd op welk moment zich deze overheveling dus gaat voltrekken. Ondanks de thans licht aantrekkende economie, verwacht het UWV dat in 2014 toch nog ca. 66.000 banen verdwijnen. Volgens geactualiseerde prognoses treedt het banenverlies, net als in 2013, vooral op in de publieke sectoren. Het UWV verwacht dat ook in de sector Zorg en Welzijn de werkgelegenheid gaat afnemen. Dit was in 2013 nog niet het geval. Met uitzondering van het zuivere onderwijsveld (basis- en voorgezet onderwijs, buitengewoon onderwijs en middelbaar- en hoger beroepsonderwijs), waar in totaliteit het aantal banen op peil blijft, neemt de werkgelegenheid in het gehele collectieve domein af. Zo verdwijnen ca. 13.000 banen in 5 het openbaar bestuur door bezuinigingen en door het kabinetsstreven naar een compacte overheid. Dit laatste banenverlies vindt vooral plaats bij de ministeries én de ministeriële buitendiensten. In de ouderenzorg, de thuiszorg en de kinderopvang, zullen ca. 21.000 banen (=1,5% van het totaal) verdwijnen, doordat de zorgaanbieders hun zorgaanbod verminderen en daarmee hun formatie navenant zullen verminderen (met name door het kabinetsbeleid om het zojuist genoemde zorgaanbod neer te leggen bij de gemeenten in Nederland). Door teruglopende werkgelegenheid, zullen dit jaar ca. 678.000 mensen een WW-uitkering moeten aanvragen. Deze cijfers zijn gebaseerd op de meest recente macro-economische getallen van het Centraal Planbureau. Terug naar onze vereniging. Het aantal Individuele Belangenbehartigingsgevallen neemt ieder jaar toe. Dit geeft het bondsbestuur vanzelfsprekend enige benauwdheid. Kaderlid IB Fred Veer en landelijk vakbondsconsulent Marty Smits hebben er maar druk mee én Leo Gerrése coördineert deze IB-zaken met Fred en Marty in hun ‘zenuwcentrum’ in Delft. Het InstellingsOverleg, waar kaderleden van AC-HOP, die zitting hebben in ondernemings- raden en/of organen van Lokaal Overleg, bij elkaar komen om gezamenlijke agendapunten te bespreken én informatie verstrekt krijgen door de vakbondsjuristen van Bureau AC/FBZ, wordt 1x per kwartaal prima voorbereid en voorgezeten door Hans Bartels. Het afgelopen jaar zagen we gelukkig ook weer een klein aantal nieuwe gezichten tijdens het InstellingsOverleg. Het bondsbestuur kwam 6 ochtenden hier in Vredenburg Zalencomplex bij elkaar. Als bondsbestuur willen wij de contributie van onze vereniging bewust zo laag mogelijk houden. In ieder geval het laagst van de vier vakbonden in onze drie sectoren. Gevolg hiervan is dat wij als bestuur constant zoekende zijn waar wij kosten kunnen besparen. gegeven is. Het afgelopen jaar hebben we (zoals u in deze vergaderstukken hebt kunnen lezen) weliswaar een kleine nettowinst qua ledenaanwas kunnen bewerkstelligen. Het Bulletin, wat wij 5x per jaar laten uitkomen, wordt nog altijd gewaardeerd, zowel qua vormgeving als qua inhoud. Kaderlid Fred Veer gaat onder andere met lid Anton Hulst, zich bezig houden met het meer interactief maken en actualiseren van onze website. Fred zal de hulp gaan inschakelen van informaticastudenten bij de Technische Universiteit Delft. Een website moet ook om de vijf jaar ‘op de schop’. Ger Ruigrok, 11 april 2014 U begrijpt, wij zitten niet stil en daarom gaat het middagprogramma van deze AV onder andere over het gebruik van ‘sociale media’ ten behoeve van onze informatieverstrekking aan onze leden maar ook het ten dienste maken van sociale media bij ledenwerving onder onze jongere collega’s. Want dat AC-HOP (net al de andere vakbonden in Nederland) qua populatie ‘vergrijst’ mag u duidelijk zijn, alsook dat dit voor de toekomst géén goed AC-HOP Stabiel! In dit artikel blikken we terug op 2013: ‘FNV bonden bereiden fusie voor tot één FNV’. ‘CNV samen met De Unie?’ Vakbondsland is volop in beweging. Hoe deed de AC-HOP het in 2013? Het gaat niet goed in vakbondsland. Vakbonden vergrijzen, ledenaantallen dalen en steeds meer werkgevers vinden dat hun huidige ‘sociale partners’ niet (zo) representatief meer is. Het antwoord van de vakbeweging daarop: stevige looneisen stellen om nut en noodzaak van het lidmaatschap aan te tonen en mensen te verleiden in te stappen. Voor FNV is 3% salarisgroei voor alle sectoren de ondergrens. Resultaat: begin 2014 is nog maar een klein deel van de cao’s over 2013-2014 afgesloten. Veel overleggen liggen stil en op plekken waar medewerkers verleid kunnen worden tot acties wordt er actie gevoerd. Bijvoorbeeld bij de schoonmaak. Baat dat de vakbeweging? De toekomst zal het leren. Actievoerende vakbonden zullen ongetwijfeld oorlogswinst overhouden, maar het is de vraag of het aantal leden dat uiteindelijk lid blijft opweegt tegen de enorme kosten van het voeren van acties. Deze opstelling leidt daarnaast tot veel reputatieschade. Vraag je een collega waaraan hij denkt als je het woord ‘vakbond’ noemt, dan zegt hij waarschijnlijk: strakke T-shirts, petjes en acties. Die reputatie straalt af op alle vakbonden in Nederland. Veel mensen willen daar niet bij horen. 6 Een andere trend die je in vakbondsland ziet is samenwerken en fuseren. Onderstaande citaten laten aan duidelijkheid niets te wensen over: ‘De vakbeweging was een bepalende machtsfactor in een groot aantal belangrijke bedrijven en sectoren. We hadden invloed op het overheidsbeleid. Er kwamen regelingen voor arbeidstijd, minimumloon, kinderopvang, sociale vangnetten en arbeidsomstandigheden. Publieke voorzieningen staan echter onder druk en overal wordt bezuinigd. Ons ledental daalt en onze organisatiegraad is in veel bedrijven niet op peil’. Aldus de begintekst van een congresnota van onze collega’s van de FNV. Ger Ruigrok (voorzitter) en Leo Gérrese (penningmeester) ‘Vandaag zetten CNV en de Unie een belangrijke stap voorwaarts. Enige maanden geleden werd al gemeld dat de Unie en CNV met elkaar in gesprek waren over verregaande samenwerking. Nu kunnen wij melden dat wij een volgende stap zetten en wel door de intentie uit te spreken om te onderzoeken of we een nieuwe federatie tot stand kunnen brengen tussen CNV en De Unie. De vakbeweging in Nederland is de laatste jaren heftig in beweging. Zoals vele organisaties met een lang verleden en vele maatschappelijke instituten, is ook de vakbeweging op zoek naar vormen en diensten die aansluiten bij de maatschappelijke veranderingen die zich voltrekken. Dat is een spannend proces en daar zijn we regelmatig getuige van.’ Aldus een persbericht van onze collega’s van het CNV en De Unie. Samenwerkingsverbanden die tot voor kort ondenkbaar waren worden nu gerealiseerd. Reden: krachten bundelen en minder kosten maken. Voelt het lid zich thuis bij zo’n kolos? Waarschijnlijk steeds minder. Hoe groter de vakorganisatie, hoe minder aandacht en betrokkenheid er kan zijn met jouw werkveld. Talloze voorbeelden uit de historie bewijzen dat fusies zelden leiden tot de gewenste resultaten. Maar kennelijk is de nood hoog. Hoe deed de AC-HOP het in 2013? In relatie met de andere Nederlandse vakbonden is de AC-HOP een baken van stabiliteit. Al tientallen jaren behartigt de AC-HOP de belangen van medewerkers van Universiteiten, Onderzoekinstellingen en Universitair Medische Centra (UMC’s). Als vereniging zijn wij een trouwe partner van onze categorale zusterbonden, verenigd in het Ambtenarencentrum en De Federatie van Beroeporganisaties in de Zorg (FBZ). Samen met hen behartigen wij via deze koepelverenigingen de collectieve belangen van onze leden. AC-HOP is daardoor partij bij de cao’s voor de medewerkers van de Nederlandse Universiteiten, de Onderzoek instellingen en de UMC’s. De lijnen zijn kort, via cao-platforms kunnen onze leden direct contact hebben met onze onderhandelaars. Sinds jaar en dag is de individuele belangenbehartiging het paradepaardje van de AC-HOP. In samenwerking met de juristen van Copgroep arbeidsverhoudingen & arbeidsrecht staat ons team individuele belangenbehartigers op de bres voor jou indien je onverhoopt te maken krijgt met ‘gedoe’ op het werk. Dat kan van alles zijn: een beoordeling waar je het niet mee eens bent, een verschil van mening over je arbeidsvoorwaarden, of het verliezen van je werk of deel van je inkomen als gevolg van arbeidsongeschiktheid. Het is maar een greep van de zaken die bij ons de revue passeren… Onze IB-ers zijn altijd dichtbij en kennen jouw werkveld van haver tot gort. Eén mail of telefoontje is voor hen genoeg om voor jou in actie te komen! Gaat dat allemaal vanzelf? Nee, daar is veel actie van ons bondsbestuur en de kaderleden voor nodig. Maar dat is andere actie als onze collega’s propageren… AC-HOP heeft geen strakke T-shirts of petjes nodig om haar toegevoegde waarde te bewijzen. Dat doen wij op een heel andere manier, door voortdurend actief te zijn voor onze leden en daarmee indirect ook voor de ongeorganiseerde collega’s. De leden van het bondsbestuur, bijvoorbeeld, zijn verantwoordelijk voor het besturen van de AC-HOP. Het bestuur van de AC-HOP is gekozen door en uit de leden en komt periodiek bijeen. Naast de normale afhandeling van de ingekomen en verzonden stukken, bespreekt het bestuur de stand van zaken binnen de diverse portefeuilles en de agendapunten die door de portefeuillehouders worden ingebracht. Het bestuur legt jaarlijks in de maand april verantwoording af aan ‘het hoogste gezag’ Ger Ruigrok, bedankt Anton Hulst binnen de vereniging, de algemene ledenvergadering. Gedurende de ochtend staat de ‘huishouding’ van de AC-HOP centraal. De middag wordt doorgaans opgeluisterd door een lezing, vorig jaar bijvoorbeeld verzorgd door Fred Veer. Fred was daarvoor in de analen van de AC-HOP gedoken: ‘Waar komt de ACHOP vandaan, wat voor organisatie is de ACHOP, wat doet de AC-HOP goed en wat doen wij minder goed? Fred Veer legde aan de hand van een aantal praktijkvoorbeelden uit waarin de AC-HOP zich onderscheidt ten opzichte van de grote vakbonden en wat de grote kracht van onze belangenvereniging is. Met name betreffende de kwaliteit van de ledenservice en de individuele belangenbehartiging steekt de AC-HOP volgens Fred met kop en schouders boven andere belangenorganisaties uit. De bestuurssamenstelling was in het verenigingsjaar 2013 als volgt: GER RUIGROK aandachtsveld Onderzoekinstellingen voorzitter/secretaris, portefeuille CAOzaken en landelijk actiecoördinator LEO GERRÉSE aandachtsveld Universiteiten Penningmeester en portefeuille IB RON TEMPELAARS aandachtsveld Universiteiten, portefeuille ledenadministratie en automatisering HANS BARTELS aandachtsveld Universiteiten, portefeuille LO-zaken ANKO V.D. WAL aandachtsveld Universiteiten, portefeuille werving, portefeuilles post-actieve zaken en sociale zaken Sociale media Een bedreiging voor de medewerkers en daarmee een kans voor de AC-HOP zit hem in het veranderend management bij onze instellingen. Er lijkt sluipenderwijs een managementklasse te ontstaan die nauwelijks binding of begrip heeft met de primaire werkzaamheden van onze instellingen en de daarbij werkzame medewerkers. Dit zien we terug aan mate van (on-) zorgvuldigheid waarmee reorganisaties worden ingezet en het gebrek aan begrip voor de nadelige sociale gevolgen die daarmee ontstaan voor medewerkers. Daarom zouden veel meer medewerkers betrokken moeten worden bij de lokale medezeggenschap. We moeten ons eigentijds gaan organiseren, ‘Sociale media’ kan ons daarbij behulpzaam zijn. Om die reden heeft het bestuur van de 7 AC-HOP besloten om eind 2013 het project AC-HOP en sociale Media op te starten. In de loop van 2014 zullen daarvan de eerste resultaten gepresenteerd worden. Cao’s Het jaar 2013 was rustig jaar betreffende cao’s. Slechts voor het personeel bij de acht academische ziekenhuizen (63.000 personeelsleden) werd een onderhandelaarsakkoord over een nieuwe cao bereikt. Dat akkoord werd in september 2013 door partijen ondertekend. De looptijd van de cao UMC’s bedraagt 24 maanden - met terugwerkende kracht – over de periode van 1 april t/m 31 maart 2015. Dat dit akkoord bereikt zou worden, zag er in juni 2013 nog helemaal niet naar uit. Op 14 juni 2013 vond er namelijk een InstellingsOverleg (IO) van AC-HOP plaats, waarbij onderhandelaar AC/FBZ aan de cao tafel bij de UMC’s, juriste Brigitte Sprokholt, aan de aanwezige kaderleden van AC-HOP te kennen gaf dat de onderhandelingen zeer stroef verliepen en dat de delegatie van de vakbonden zelfs een keer ‘kwaad was weggelopen’ vanwege de halsstarrige houding van de werkgeververeniging NFU. In de cao-UMC 2013-2015 is afgesproken dat het personeel bij de academische ziekenhuizen per 01-10-2013 een structurele salarisverhoging (doorwerkend in pensioenen en uitkeringen) ontvangt van 1%. Ook per 0108-2014 ontvangen zij een salarisverhoging van 1%. De medewerkers ontvangen per 1 juli 2014 een eenmalige uitkering van 300,-- euro bruto en per 1 januari 2015 een eenmalige uitkering van 200,-- euro bruto (beiden nietpensioengevend). Kortom: een prima caoresultaat op primair-arbeidsvoorwaardelijk gebied! De onderhandelingen omtrent een nieuwe cao-NU (55.000 personeelsleden) en een nieuwe cao-OI (2500 personeelsleden) verliepen uiterst moeizaam in 2013. Voorjaar 2013 werd de cao-OI (voor personeel bij KB en NWO)-2010-2012 daarom ongewijzigd verlengd met één jaar tot en met 31 december 2013. Dit was het maximale wat de vakbondsonderhandelaars namens de vier vakbonden met de WVOI konden bereiken. Thans vinden schoorvoetend onderhandelingen plaats voor een cao-OI 2014-en verder. De werkgeversvereniging voor het universitaire personeel, de VSNU, houdt helaas nog steeds de voet op de rem. Instellingsoverleg In het IO worden de actuele zaken die in de diverse instellingen spelen door de kaderleden met elkaar afgestemd. De voorzitter van de AC-HOP en de voorzitter van het IO stemmen de agendapunten af met het bureau van AC/ FBZ. Maaike Langerak, Brigitte Sprokholt, Joyce Kuijpers en Bert Steehouder waren 8 vanuit de FBZ bij deze vergaderingen aanwezig. In de vergaderingen werd onder andere gesproken over: - Het moeizame verloop van de CAO onderhandelingen NU; - Werkkosten regelingen bij de div instellingen; - hoorzitting SOFAKLES; - CAO-UN definitieve tekst; - Verder waren er mededelingen vanuit de verschillende instellingen. AC-HOP-bulletin / website Ook het afgelopen jaar werd de redactie van het AC-HOP bulletin weer tot volle tevredenheid door Yvonne van der Kaay van de Copgroep verzorgd. Het magazine is inmiddels voorzien van de ‘QR-code’. Hiermee kan de lezer met zijn smartphone direct naar de website van AC-HOP worden geleid. De QR-code is inmiddels ook geplaatst op ACHOP wervingsfolders en in advertenties. Het magazine verscheen vijf maal, in de maanden februari, april, juni, oktober en december. In 2013 werd ook het algemene wervingsnummer/infonummer geheel vernieuwd. Die speciale uitgave van het magazine kan langer mee en wordt gebruikt voor ledenwerving en aan nieuwe leden gestuurd. De AC-HOP beschikt over een website, die aangepast is aan de sociale media. Nieuwe leden kunnen zich via de site opgeven. Yvonne onderhoudt de website. Informatie kan door haar direct vanaf de werkvloer en/of vanuit instellings-overleggen openbaar worden gemaakt en de op de site worden geplaatst. Tevens is de website interactief door het plaatsen van artikelen en verwijzingen naar aanverwante sites met het doel de bezoeker langer vast te houden of om door te klikken van het ene artikel naar het andere. Ambtenarencentrum Zoals bekend is AC-HOP sinds jaar en dag aangesloten bij het Ambtenarencentrum (AC). Het AC vormt voor de AC-HOP het scharnier naar het lokaal en centraal overleg. De AC-HOP ontvangt periodiek publicaties van of namens het AC die met de leden kunnen worden gecommuniceerd. In de AC/FBZ-vergaderingen worden de ontwikkelingen rond de cao’s van Universiteiten, Onderzoekinstellingen en Universitair Medische Centra besproken tussen AC-vakorganisaties en onze onderhandelaars besproken. PR en Ledenwerving Wat heeft de AC-HOP het afgelopen jaar ingezet om nieuwe leden te werven? • Op de zich steeds vernieuwende website met een moderne uitstraling wordt actuele informatie direct geplaatst. Er kan direct ingespeeld worden op alles wat in de instellingen of maatschappij speelt en relevant is voor de AC-HOP. • De ledenwerffolder is verfrissend vernieuwd en wordt bij ledenwerfacties ingezet. • Ook kleinschalige werving is belangrijk. Als een belangrijke zaak van een lid wordt opgelost (ook LO kwesties)dan vragen we dit met zijn collega’s te delen en wervingsfolders uit te delen om leden te winnen. • Het ledenwerfnummer of infonummer is dit jaar in een eigentijds jasje gestoken met een verbeterd aanmeldingsformulier en wordt bij mondelinge werving en nieuwe leden ingezet. • Er is een plan van aanpak gemaakt voor ACHOP voor de sociale media. Dit wordt nog nader uitgewerkt door het Bondsbestuur. • In het kader van het vergroten van onze naamsbekendheid zijn in de universiteitsbladen van Wageningen (Resource), Nijmegen (Vox) en Maastricht (Observant) advertenties met onze QRcode geplaatst. Eén van de belangrijkste momenten waarop mensen naar een website van de vakbond gaan is wanneer ze een probleem hebben. Wat de AC-HOP bij ledenwerfacties vooral benadrukt is dat juridische rechtsbijstand via de bond veel beter is dan een gewone rechtsbijstandsverzekering. In de praktijk blijkt vaak dat de bond een veel grotere kennis heeft van de instellingen en de structuur van de organisaties. Rechtshulp rondom arbeidsgerelateerde zaken is de primaire beweegreden om lid te worden van de vakbond. Ook vinden medewerkers financiële advisering en rechtshulp rondom niet-arbeidsgerelateerde zaken aantrekkelijk. ’Een ‘trigger’ om jongeren, gezien hun vaak onzekere positie op arbeidsmarkt, lid te laten worden van de AC-HOP is het inspelen op hun werk- en inkomenszekerheid. Terugkijkend kunnen we vaststellen dat de ACHOP ook het afgelopen jaar weer in geslaagd is om – volledig op eigen kracht, zonder noodzakelijke fusies, petjes, t-shirts of andere toeters en bellen op een goede wijze vorm en inhoud te geven aan de belangenbehartiging voor onze leden. AC-HOP hoopt daar samen met haar partners nog jarenlang mee door te gaan, wij blijven voor u klaar staan! AC-HOP, de belangenorganisatie voor medewerkers bij Universiteiten, Onderzoekinstellingen en Universitair Medische Centra Interview met Paul Bodelier Werkzaam als microbieel-ecoloog bij het KNAW-instituut NIOO te Wageningen Kun je iets over jezelf vertellen? Ik woon nu 4 jaar in het Utrechtse IJsselstein en ben getrouwd en heb een dochter van 19 en een zoon van 17. Ik ben geboren en getogen in de Limburgerse mijnstad Kerkrade en opgegroeid in een echt mijnwerkersgezin. Als ex-mijnwerker was mijn vader al vroeg afgekeurd (WAO-golf in de jaren zeventig) waardoor hij veel tijd had voor zijn hobbies: voetbal (trouwe fan van profclub Roda JC), wandelen en het houden van tropische vogels. Ik ben daar sterk door beïnvloed en heb mijn jeugd dan ook doorgebracht met voetbal (spelen en kijken) vogels verzorgen en wandelen. Op mijn 18de had ik niet echt een idee wat ik wilde worden maar gezien mijn achtergrond leek me ‘iets met natuur’ wel leuk. De dichtsbijzijnde universiteit was Nijmegen waar ik in 1985 ben begonnen met biologie te studeren. Colleges en practica waren leuk maar het begon pas echt te leven na een stage op het toenmalige Instituut voor Oecologie te Heteren. Daar werd me duidelijk hoe belangrijk en boeiend bacteriën zijn die in de bodem zitten en hoe deze samenleven met bijvoorbeeld planten. Ik ben dan ook afgestudeerd als microbieel ecoloog in 1991 aan de KU Nijmegen en ben meteen met een promotiebaan begonnen in Heteren en heb deze afgerond in 1997. Onmiddellijk na de geboorte van mijn zoon, zijn we met zijn vieren naar het Duitse Marburg vertrokken voor een post-doc baan aan het Max-Planck Instituut voor terrestrische microbiologie. Daar heb ik gewerkt aan bacteriën die methaan afbreken in rijstvelden. Een mooie en succesvolle tijd. Ik ontdekte per toeval iets onverwachts en schreef mijn eerste ‘Nature publicatie’. In 1999 keerde we terug naar Nederland en zijn we gaan wonen in Nieuwegein. Ik had een post-doc baan bij het Centrum voor Limnologie te Nieuwersluis, dat onderdeel uitmaakte van het Nederlands Instituut voor Ecologie (NIOO) van de KNAW. Hier zette ik mijn werk voort aan bacteriën die betrokken zijn bij methaan-omzettingen in ‘wetlands’ (natte bodems). mensen op zoek gegaan naar een andere baan. Daar kwam nog bij dat we in 2009 werden gereorganiseerd en het Centrum voor Mariene en Estuariene Ecologie (CEME) te Yerseke, afsplitste van het NIOO én van de KNAW. Dat waren roerige tijden en voor mij aanleiding om in de OC-NIOO (=onderdeelcommissie) te gaan. Ná de verhuizing naar Wageningen ben ik voorzitter van de OC geworden en omdat we dreigden geen vertegenwoordiger meer in de OR-KNAW te hebben, heb ik me voor dit gremium verkiesbaar gesteld. Ik zit nu sinds 2012 in de OR-KNAW en dat vind ik zeer boeiend én ik vind het belangrijk om iets extra’s voor de organisatie te doen, die ons onderzoekers in staat stelt om onze (weliswaar maatschappelijk relevante hobby) ‘na te gaan’. Veel onderzoekers piekeren er niet over om in een ondernemingsraad te gaan (aangezien dat ‘tijd kost’ en ze derhalve alleen maar aan hun onderzoek denken). Ik vind dat erg kortzichtig! Hoe kan de medezeggenschap in een onderzoeksorganisatie goed draaien zonder onderzoekers? Dan mis je toch een belangrijke bevolkingsdeel van je organisatie in de medezeggenschap? ‘Bovendien is het samen uit samen thuis’ en hoor je de organisatie meer terug te geven dan slechts publicaties. Wat zijn je hobby’s? Tja, dat is een goede vraag. Als onderzoeker glij je langzaam af in een moeras van heel veel zaken die je leuk vind en waar je stiekem heel veel uren in steekt. Je kunt er eigenlijk altijd mee bezig zijn! Dus structureel ‘iets aan hobbies’ doen is lastig. Maar in de vrije tijd die ik heb, vlag en fluit ik bij jeugd- voetbalwedstrijden, voetbal ik zelf één keer per week met collega’s en kijk ik graag naar voetbal. Vervolgens wandel ik graag en vind ik het ‘racefietsen’ erg leuk. Daarnaast ‘moet’ ik minstens één keer per jaar bergen zien en gaan we dus meestal in Oostenrijk op vakantie. Gewoon het bijhouden van het nieuws -in zijn algemeenheid- vind ik ook leuk. Kun je meer vertellen over je loopbaan? Mijn loopbaan is eigenlijk gegaan zoals van veel wetenschappers. Je gaat van tijdelijke baan naar tijdelijke baan en je hoopt ooit een vaste positie te krijgen. Dat gebeurde voor mij toen ik veertig werd en kwam doordat de KNAW zich aansloot (‘als volger’) bij de caoVSNU, waarin de ‘geclausuleerde aanstellingen’ (waarvan ik er ook een had) niet werden erkend. Derhalve had ik in één keer een vaste aanstelling. Wat een luxe! Wetenschappelijk gezien was mijn tijd in Duitsland toch de mooiste. Aan het Max-Planck Instituut kon ik ‘doen en laten’ wat ik wilde en dat pakte goed uit. Ik schreef een publicatie die zonder problemen in het wetenschappelijk tijdschrift “Nature” werd geaccepteerd. Ik was toen nog zó jong dat ik me niet helemaal realiseerde hoe invloedrijk dat tijdschrift eigenlijk was. ‘Je doet iets’ en wereldwijd gaan er heel veel andere mensen mee aan de slag. Dat was geweldig en voor mij het ‘aha-moment’. Maar belangrijker dan artikels en impact-factors, zijn de mensen waar je het onderzoek mee doet. Voor mij is dat laatste altijd het belangrijkst geweest. Goede sfeer en leuke collega’s! Bij het NIOO-KNAW is dat zeker het geval. Ik werk derhalve vanaf 1999 bij het Vervolgens kreeg ik een ‘vaste positie’ als senioronderzoeker. In Nieuwersluis hadden we een geweldige sfeer en unieke saamhorigheid onder het personeel. Daar kwam vanaf 2006 verandering in. Toen bekend werd dat ‘we’ zouden verhuizen naar Wageningen en zouden samengaan met het Centrum voor terrestrische Ecologie te Heteren, zijn veel 9 NIOO (en haar ‘voorlopers’) en kan ‘met de hand op mijn hart’ zeggen dat ik nooit een moment heb gehad van: ‘hier wil ik weg’. We hebben een familiaire sfeer en géén ‘haat en nijd’ tussen collega’s. Onze onderzoeksgroep en ons instituut floreert en het is leuk om bij het NIOO te werken. Ik heb nu een eigen onderzoeksgroepje en zal dat in de komende jaren proberen uit te bouwen. Wie weet ligt er nog een hoogleraarschap ergens in het verschiet?! Kun je meer vertellen over je huidige baan? Ik ben senior onderzoeker bij de afdeling Microbiële Ecologie. Ik onderzoek de ecologie van bacteriën die betrokken zijn bij de productie en afbraak van broeikasgassen. Dat is een enorm boeiend vakgebied. Alle ecosystemen draaien uiteindelijk op de activiteiten van bacteriën maar er is nog heel weinig bekend over hoe bacteriën functioneren in de natuur. Sterker nog: we kennen waarschijnlijk maar 1% van alle bacteriën die bestaan. Eigenlijk weten we meer van het heelal dan van bacteriën op aarde. Das toch eigenlijk gek?! We gebruiken tegenwoordig heel veel DNA-technieken om bacteriën te bestuderen. Daarnaast zijn er nog heel veel andere vaak complexe methoden om bacteriën in de natuur te bestuderen. Dat maakt het vak complex en zeer boeiend. Ik kom zelf niet meer zoveel in het laboratorium en hou me vooral bezig met het aansturen van mensen, het managen van projecten, het schrijven van artikels en -onderzoeksaanvragen, het beoordelen van artikels voor tijdschriften en natuurlijk het bezoeken van congressen. Daarnaast ben ik nog editor bij een aantal wetenschappelijke tijdschriften. Op het NIOO zit ik in een aantal commissies (ARBO, OC) en in de OR-KNAW, wat de nodige afwisseling brengt en wat voor mij het gevoel geeft van meer belang voor de organisatie te zijn. Is er een spreekwoord welke voor jou in je dagelijks werk van toepassing is? Dat zijn er denk ik een heleboel. Maar, als ik er twee zou mogen uitkiezen dan zou ik zeggen: ‘niet over een nacht ijs gaan’ en ‘de aanhouder wint’. Ik heb vaak in het onderzoek meegemaakt dat ik naar mijn begeleider liep als ik dacht ‘iets moois’ te hebben gevonden. Maar als je het dan beter uitwerkte ...of het experiment nog eens overdeed, dan bleek er in een keer iets heel anders uit te komen. Dat is dan zuur als je weer naar de baas moet.... Maar als je ergens van overtuigd bent dan moet je er ook ‘voor gaan’ en het niet bij een aantal pogingen laten. Dus ‘niet de dag loven voor de avond is gevallen’ en ‘niet te snel de handdoek in de ring gooien’. Oh... dat zijn nog twee gezegdes. Nou mijn punt is nu wel duidelijk denk ik. 10 Kun je vertellen over een leermoment in je carrière? Dat is moeilijk want je leert eigenlijk elke dag. Maar als ik er een moet uitpikken: een aantal jaren geleden werkte ik samen met een Indische post-doc die toen werkte op het instituut te Marburg, waar ik ook post-doc was. Wij hebben voor hem een groot aantal analyses gedaan en maanden hieraan gewerkt. Het schrijven van een publicatie over deze analyses, schoot maar niet op waardoor ik besloot het zelf ter hand te nemen. We hadden niets afgesproken met betrekking tot auteurschap. Toen ik hem het stuk stuurde (waar ik mezelf logischerwijs als ‘eerste auteur’ had geplaatst), was hij ontdaan dat hij niet als ‘eerste auteur’ stond vermeld. Na wat heen en weer ge-mail, dreigde hij met zelfmoord als hij niet ‘eerste auteur’ zou zijn. Bemiddeling van zijn direct-leidinggevende, hielp ook niet. Hij zou nooit meer naar India terugkunnen en ‘kon zich dus net zo goed van kant maken”. Dat was voor mij een ‘leermoment’. Ik zou nooit zó wanhopig worden én derhalve zou ik direct stoppen en uit de wetenschap stappen. Daarnaast maak ik vanaf dat moment goede afspraken over auteurschappen. Uiteindelijk heb ik hem ‘eerste auteur’ gemaakt, met een voetnoot dat beide auteurs in gelijke mate hebben bijgedragen (voor wat het waard is!). Wat maakt het werk wat je doet leuk? Nou daar kan ik heel kort over zijn. Als je het goed doet, dan bepaal je zelf wat je doet, hoe je het doet, wanneer je het doet en met wie. In het fundamenteel onderzoek is het over het algemeen zo dat je toch via aanvragen geld vraagt voor jouw ideeën die je vervolgens kunt gaan uitvoeren. Nou, wie heeft nou een baan waar die kan doen en laten wat hij wil en wat hij zelf heeft bedacht? Kortom: je hebt veel vrijheid en het werk is ook nog eens afwisselend. Als je wilt kun je de ene dag in het laboratorium staan of ‘monsters nemen in het veld’ en de andere dag -op kantoor- als leidinggevende werkzaam zijn en de derde dag voor een groep mensen op een congres vertellen over je werk. Kortom het is gewoon boeiend. Het heeft ook een keerzijde. Als je inspiratie even minder is en je niets nieuws bedenkt, ‘dan houd het ook snel op’. Kun je iets vertellen over een bijzondere gebeurtenis op je werk? Tja, ik heb nu twee reorganisaties meegemaakt. Dat was ‘niet bijzonder leuk’ en heeft ook veel indruk op me gemaakt. In beiden gevallen had ik een tijdelijke functie maar was mijn eigen positie niet bedreigd. Maar als je ziet wat zoiets allemaal teweeg brengt?! Wat me ook altijd zal bijblijven is het overlijden van een aantal dierbare collega’s. In Nieuwersluis werden wij door ons afdelingshoofd op een maandagochtend naar de kantine geroepen; één van onze senioronderzoekers was plotseling overleden. Zijn echtgenote werkte ook op het instituut; kinderen die in één keer zonder vader zitten, aio’s ineens zonder begeleider, een hele onderzoekslijn die stopt, een kamer die leeg blijft. Dat zal ik nooit meer vergeten. Welk boek heeft indruk op jou gemaakt? Ik moet heel eerlijk zeggen dat ik niet verder kom dan de columnbundels van Youp van het Hek. Ik ben geen grote lezer. Maar als het gaat om films, dan kan ik er wel een aantal opnoemen. La Vita e bella, bijvoorbeeld. Een meesterwerk! Hoe je dit scenario bedenkt?! Die tragisch-komische combinatie! Geweldig! The World according to Garp is ook zo’n meestwerk. De overgang van in- en in tragische-, naar zeer komische momenten is geweldig. The Boy in the striped pyjamas, is ook zo’n film die niet meer van je netvlies gaat. Het maakt de waanzin van de Holocaust op een indringende manier duidelijk. Waar heb je de AC-HOP leren kennen en waarom ben je lid? Ik heb AC-HOP leren kennen via Ger Ruigrok. We hadden een OR-KNAW-cursus in Zandvoort waar Ger tot in de late uurtjes vurige betogen hield over waarom je lid van een bond moet zijn en zo ja, waarom je dan zou kunnen kiezen voor AC-HOP. Ik moet zeggen het knaagde al jaren aan me. Zoon van een mijnwerker en dan geen lid van een vakbond! Wetenschappers die van tijdelijk- naar tijdelijk contract gaan, zijn niet zo georganiseerd. Ik dus ook niet. Je gaat er altijd vanuit dat een vakbond toch ‘niets voor je kan doen’. Maar Ger heeft het sluimerende solidariteitsgevoel in mij wakker gemaakt. Zijn fanatisme en -gedrevenheid werken aanstekelijk. Ik kreeg ook het gevoel dat AC-HOP niet zo’n grote vakbond is maar juist met een persoonlijke aanpak. Dat spreekt me wel aan. Ik ben nu niet alleen lid ‘voor het geval dat’ maar eveneens om een ‘club’ te steunen die voor ons allemaal (universitair- en onderzoekinstellingspersoneel) opkomt. Hopelijk heb ik AC-HOP nooit nodig maar kan ik met mijn lidmaatschap anderen helpen, te vergelijken met een ziektekostenverzekering. Daarnaast, zie ik ook dat met name in het onderzoeksveld weinig vakbondsleden zijn en dat is wellicht niet zo verstandig! Individuele Belangenbehartiging Bij problemen in de werksituatie kunt u, als lid van de AC-HOP, een beroep doen op de kennis en ervaring van Individuele Belangenbehartigers (IB’ers). Zij zijn op de hoogte van uw rechtspositie en kunnen u met raad en daad terzijde staan. Het is dan wel van belang dat u weet waar u de IB’er in uw sector kan vinden. Vandaar dat we dat nog een keer op een rijtje zetten. Is uw ‘eigen’ IB’er na herhaalde pogingen niet bereikbaar, dan kunt u - zeker wanneer het om een spoedeisende kwestie gaat - contact opnemen met een van de andere mensen die op de lijst staan: Sector: Naam IB’er: Nederlandse Universiteiten (NU) Nederlandse Universiteiten (NU, UMC Groningen) Nederlandse Universiteiten (NU) Technische Universiteit Eindhoven (TUe) Universitair Medische Centra (UMC) Onderzoekinstellingen OI (KB, NWO en KNAW) Fred Veer Hans Bartels (privé) Leo Gerrése, coördinator Anita Neijzen Peter Bloemendaal Ger Ruigrok Marty Smits, landelijk vakbondsconsulent telefoonnummer: 015-2781358 050-5344128 015-2782471 040-2474093 071-5263628 070-3156461 06-24556250 e-mailadres: [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] A A N M E L D FO R M U L I E R AC-HOP Postbus 941 2300 AX Leiden Nederland KvK 40477405 • NL39 INGB 0000 1752 76 • incassant ID: NL30ZZZ404774050000 Doorlopende machtiging De belangenorganisatie voor medewerkers bij Universiteiten, Onderzoekinstellingen en Universitair Medische Centra Reden betaling: Contributie AC-HOP Door ondertekening van dit formulier geeft u toestemming aan de AC-HOP om doorlopende incasso-opdrachten te sturen naar uw bank om een bedrag van uw rekening af te schrijven en aan uw bank om doorlopend een bedrag van uw rekening te schrijven overeenkomstig de opdracht van de AC-HOP. Als u het niet eens bent met deze afschrijving kunt u deze laten terugboeken. Neem hiervoor binnen 8 weken na afschrijving contact op met uw bank. Vraag uw bank naar de voorwaarden. Mandaat ID: (*) Naam en voorletters : ......................................................................................................................................... Adres : ......................................................................................................................................... Postcode :[ E-mail werk Werkzaam bij ][ ][ ][ ] [ ][ ] Woonplaats: : ................................................................................ : . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Geboortedatum: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . : . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Telefoonnummer: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . IBAN Rekeningnummer : . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Plaats en datum: : . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Handtekening: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Bruto salaris < 1950> 5 euro. Meer dan 1950 euro 10 euro. Postactieven betalen 3,40 eur. Maak uw keuze: 10 Euro per maand (Bruto salaris 1950 euro p/m of meer ) 5 Euro per maand (Bruto salaris minder dan 1950 euro p/m, jaarlijks kopie salarisstrook verplicht) 3,40 Euro per maand (Postactief) Ik wil dat de contributie per maand [ ] per jaar [ ] wordt ingehouden Insch kan o rijven www ok via .ac-h op.nl (*) Het Mandaat ID vullen wij later in. Indien van toepassing – Ik ben opgegeven door: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Ik ben wel/niet geïnteresseerd in het vervullen van activiteiten als kaderlid van de AC-HOP. AC-HOP Antwoordnummer 10034 U kunt het volledig ingevulde formulier in een ongefrankeerde enveloppe opsturen (postzegel is niet nodig) naar: 2300 VB LEIDEN 11 COLOFON Het AC-HOP-Bulletin is het ledenorgaan van de AC-HOP. Leden van de AC-HOP zijn personen die werkzaam zijn bij Universiteiten, Onderzoekinstellingen en Universitair Medische Centra. In principe verschijnt het bulletin zes maal per jaar. De redactie heeft de vrijheid artikelen op te nemen die niet altijd hoeven te stroken met de opvattingen van het Bondsbestuur. Voor vragen en/ of opmerkingen over de inhoud van het HOP-Bulletin kan men zich wenden tot de redactie, e-mail [email protected] . REDACTIE: Copgroep, eindredactie Leo Gerrése | Yvonne van der Kaay DAGELIJKS BESTUUR: Ger Ruigrok, voorzitter / secretaris Leo Gerrése, penningmeester Ron Tempelaars, ledenadministrateur, e-mail: [email protected] REDACTIEADRES: Postbus 941 2300 AX Leiden Tel. 015-2782471 e-mail: [email protected] INTERNETSITE: www.ac-hop.nl ISSN 1570-1859 VORMGEVING EN DRUK: Compact Drukwerken, Lanaken Contributietarieven: 1. € 5,- per maand voor leden die per maand minder dan € 1950,- bruto verdienen. 2. € 10,- per maand voor mensen die € 1950,- bruto of meer verdienen 3. € 3,40 per maand voor Postactieven. (gepensioneerden) Leden die in aanmerking willen komen voor het lage tarief van € 5,- dienen jaarlijks een fotokopie van hun salarisstrook te overleggen. Wilt u geen bewijsstuk overleggen dan valt u automatisch in het € 10,- tarief. Ma Inleveren kopij voor het volgende nummer: Uiterlijk 15 augustus 2014 Overname van artikelen, mits met bronvermelding, is toegestaan. ak AC-HOP, de belangenorganisatie voor medewerkers bij Universiteiten, Onderzoekinstellingen en Universitair Medische Centra v je an st ww ar w tp .a ag c-h in op a .n l Heeft u vragen of zijn er zaken onduidelijk dan kunt u contact opnemen met onze ledenadministrateur Ron Tempelaars. E-mail: [email protected] • Telefoon: 040-2475362
© Copyright 2024 ExpyDoc