Regeling Talentgeld FPP Oktober 2014 Regeling Internationalisering Promovendi en Postdocs Deze regeling stimuleert internationale werkbezoeken van getalenteerde promovendi en postdocs met als doel onderzoek te verrichten in het buitenland. Indien aantoonbaar is dat een cursus die noodzakelijk is voor de voortgang van het onderzoek niet in Nederland maar alleen in het buitenland gevolgd kan worden, kan in uitzonderlijke gevallen een cursusbezoek worden vergoed. Voor vergoeding komen reis- en verblijfkosten (overnachtingen) in aanmerking, en kosten voor visa en verzekeringen. Congresbezoek kan niet worden vergoed. Promovendi dienen congresbezoek uit hun opleidingsbudget te betalen. Voor de regeling komen in aanmerking: Medewerkers die een aanstelling hebben bij FPP als WJGS-promovendus; Medewerkers die bij FPP werkzaam zijn als promovendus, en waarbij de aanstelling uit FPP middelen wordt betaald d.m.v. detachering; Medewerkers die korter dan twee jaar geleden zijn gepromoveerd en aangesteld zijn bij FPP. Aanvragen kunnen uitsluitend worden ingediend door afdelingshoofden. In de aanvraag wordt in ieder geval aangegeven: Waarom wordt de medewerker beschouwd als getalenteerd en heeft hij of zij de capaciteiten om het verblijf succesvol af te ronden? Zijn de 1e begeleider en promotor akkoord met het bezoek? Valt de medewerker aantoonbaar onder de regeling? Waar gaat de medewerker heen en voor hoe lang? Wat is het werkplan van de medewerker voor de uitvoering van het onderzoek in het buitenland? Hoe past het onderzoek van de medewerker in het onderzoek van de afdeling? Welke baten mogen worden verwacht van het verblijf in het buitenland? o Welke kennis/vaardigheden zal de medewerker zich eigen maken die niet in Nederland kunnen worden verworven? o Welke data zal de medewerker genereren die niet in Nederland kunnen worden gegeneerd? o Welke overige baten zal het verblijf naar verwachting opleveren? Wat zijn de kosten van het verblijf? In aanmerking komen reis- en verblijfkosten en kosten voor visa en verzekeringen die buiten de collectieve verzekering van de VU vallen; reiskosten op basis van 2e klas trein (binnen reisafstand van zes uur) of Economy Class vluchten (tijdig geboekt op basis van goedkoopste mogelijkheid); verblijfkosten (overnachtingskosten) op basis van goedkoopste mogelijkheid. Een aanvraag wordt ingediend bij de VCWE portal. De VCWE brengt vervolgens een advies uit aan het faculteitsbestuur, die een definitief besluit neemt voor wat betreft de toekenning. De criteria voor beoordeling zijn: De kwaliteit van het werkplan voor de uitvoering van het onderzoek in het buitenland. De mate waarin het onderzoek past bij onderzoek uitgevoerd in het kader van het proefschrift / de onderzoeksactiviteiten. In geval van een cursus, de mate waarin de cursus zal bijdragen aan het proefschrift / de onderzoekactiviteiten. De meerwaarde van het verblijf in het buitenland. 1 De kwaliteit van de promovendus of postdoc (op basis van cijfers gedurende de universitaire opleiding, kwaliteit van het proefschrift, publicaties, CV en prestaties/werkzaamheden in het eerdere promotietraject). De kwaliteit van het gastinstituut en/of de kwaliteit van de samenwerking met dat instituut De redelijkheid van de opgevoerde kosten. Per persoon kan maximaal € 5000 worden aangevraagd en vergoed. Na toekenning kan een voorschot worden verschaft van maximaal 75% van het toegekende bedrag. Dit voorschot kan worden aangevraagd via E-HRM en dient: - het ordenummer 2503006 te hebben - een volledige begroting te omvatten van alle verwachtte kosten Ter afwikkeling van een Talentgeld aanvraag van FPP dient de kandidaat de volgende documenten te overleggen met de VCWE: - Een kort verslag van het verblijf in het buitenland - Een financiële verantwoording Hieronder wordt per document een verdere richtlijn verstrekt. Richtlijn verslaglegging Talentgeld FPP: De kandidaat dient binnen twee maanden na terugkomst van zijn verblijf in het buitenland de uitkomsten van haar bezoek te presenteren aan de VCWE. Dit dient te gescheiden in een verhalend verslag van maximaal 2 A4-tjes waarin een korte beschrijving wordt geven van: - Waar de kandidaat is geweest en voor hoe lang - Met wie en/of welke groep/afdeling/universiteit is samengewerkt? - Wat heeft het verblijf de kandidaat en de afdeling opgeleverd en komt dat overeen met hetgeen van te voren was verwacht? - Geleerde lessen: aanbevelingen/adviezen voor toekomstige ‘talenten’ o in algemene zin en ten aanzien van de aanvraagprocedure o specifiek ten aanzien van het verblijf Het verslag dient te worden ingediend via de VCWE portal door naar de oorspronkelijke aanvraag te gaan (completed: submissions with a decision) en dan vervolgens via de ‘action links’ de ‘Send E-mail’ optie te kiezen en hierin het verslag op te stellen / in te kopiëren en te versturen. Richtlijn financiële verantwoording Talentgeld FPP: De financiële verantwoording dient binnen 30 werkdagen na terugkeer van de kandidaat te geschieden. Afrekening vindt plaats op basis van werkelijk gemaakte kosten, waarbij het toegekende bedrag per begrotingspost als maximum geldt. Voor de financiële verantwoording dient de kandidaat via E-HRM een declaratie in te dienen. Let op! 1: Indien eerder een voorschot is aangevraagd dan dient nu allereerst de voorschotaanvraag te worden opgehaald via het reisnummer dat is afgegeven bij het invullen van de aanvraag voor het voorschot. Op het declaratieformulier worden vervolgens de gemaakte kosten gespecificeerd en worden alle (kopieën van) originele bonnen toegevoegd. Zonder deze bonnen wordt geen uitbetaling gedaan. 2 Let op! 2: Alle declaraties voor het Talentgeld dienen te worden voorzien van het ordenummer: 2503006. Indien dit nummer niet wordt gebruikt dan zal de declaratie niet worden afgehandeld. De afdeling waar de kandidaat is aangesteld is verantwoordelijk voor tijdige en correcte afrekening en de secretaris van de VCWE zal de declaratie behandelen en erop toezien dat de uitbetaling volgt. -----------------------------------------------------------------------------------------------------------Regeling Acquisitie Postdocs en beginnende UD’s Deze regeling is ingesteld met als doel afdelingen in staat te stellen hun jonge talenten met acquisitiecapaciteit lang genoeg in dienst te houden om die acquisitie ook te realiseren. Het risico ligt bij de afdeling. De regeling beloont succesvolle acquisitie door de afdeling te compenseren voor reeds gemaakte salariskosten uit de 1e geldstroom. Indien een medewerker die in aanmerking komt voor de regeling als hoofdaanvrager een project in de 2e of 3e geldstroom (een onderzoeksproject of een persoonsgebonden subsidie) toegekend krijgt met een projectwaarde van tenminste een jaarsalaris van de aanvrager, krijgt de afdeling waar de medewerker is aangesteld drie maanden salaris van deze medewerker uit facultaire middelen vergoed. Voor de regeling komen in aanmerking: Medewerkers die korter dan twee jaar geleden zijn gepromoveerd en bij FPP een aanstelling hebben als Onderzoeker 3 of 4 en waarvan de aanstelling uit de 1e geldstroom wordt betaald. Medewerkers die korter dan drie jaar zijn gepromoveerd en bij FPP een aanstelling hebben als UD 2, die betaald wordt uit de 1e geldstroom. Aanvragen kunnen uitsluitend worden ingediend door afdelingshoofden. In de aanvraag wordt aangegeven: Welk project met welke projectwaarde is op welke datum toegekend door welke subsidiegever? Is de medewerker aantoonbaar hoofdaanvrager of mede-hoofdaanvrager? Valt de medewerker aantoonbaar onder de regeling? Een aanvraag kan worden ingediend bij de directeur bedrijfsvoering. Deze laat de aangeleverde gegevens controleren op correctheid en brengt de aanvraag in het faculteitsbestuur, dat een besluit neemt. Indien de aanvraag wordt goedgekeurd, ontvangt de afdeling drie maanden salariskosten van de medewerker op het niveau van de drie maanden voorafgaand aan de projecttoekenning. Als datum van projecttoekenning geldt een schriftelijke, getekende toekenning van de subsidiegever. 3
© Copyright 2024 ExpyDoc