Download pdf. - Kamer van Koophandel

Advies
Kamer van Koophandel
juni 2014
Voorstel voor een richtlijn inzake besloten eenpersoonsvennootschappen
met beperkte aansprakelijkheid COM(2014) 212
Inleiding en algemene opmerkingen
Op 9 april 2014 publiceerde de Europese Commissie een voorstel voor een richtlijn inzake besloten
eenpersoonsvennootschappen met beperkte aansprakelijkheid, de SUP. Het voorstel heeft als doel de oprichting van
bedrijven in het buitenland te vereenvoudigen doordat de Lidstaten worden verzocht in hun nationale recht een
rechtsvorm op te nemen van een besloten eenpersoonsvennootschap met beperkte aansprakelijkheid die in alle
lidstaten dezelfde regels volgt en een EU-brede afkorting krijgt: SUP (Societas Unius Personae). Het voorstel bevat
een geharmoniseerde inschrijvingsprocedure (met modelformulier voor inschrijving in het handelsregister), online
inschrijving op afstand, een standaard model voor de statuten en een vereist maatschappelijk kapitaal bij oprichting
van 1 euro. Ter bescherming van crediteuren mogen uitkeringen aan de aandeelhouder slechts worden toegestaan
als de SUP na uitkering aan haar verplichtingen kan voldoen (balanstoets) en moet de directie een
solvabiliteitsverklaring verstrekken aan de aandeelhouder. De SUP kan nieuw opgericht worden of ontstaan door
omzetting van een B.V. of buitenlandse equivalent.
De KvK is het met de Europese Commissie eens dat het voorstel een aanzienlijke vereenvoudiging betekent wat
betreft de formaliteiten om een (dochter)onderneming in het buitenland op te richten en dat daardoor de
oprichtingskosten dalen. Kort gezegd: Voor bedrijven die zich in het buitenland willen vestigen wordt dit dus
beduidend eenvoudiger en minder kostbaar. Ook is het inderdaad zeer waarschijnlijk dat zonder maatregelen op EU
niveau het verschil in wettelijke en administratieve voorschriften om in het buitenland een bedrijf op te richten zou
blijven bestaan en de genoemde kostenbesparingen m.b.t. grensoverschrijdende bedrijfsvestiging niet gerealiseerd
kunnen worden.
Tegelijkertijd moet het aantal ondernemers dat door de richtlijn in het buitenland zal gaan investeren in relatieve zin
niet overschat worden. Slechts een klein percentage MKB bedrijven investeert in het buitenland, namelijk 2%
1
(waarvan 42% met een dochteronderneming, 22% via een joint venture en 20% via een filiaal, rest WN) In het
voorstel worden als redenen voor dit lage percentage m.n. de (per land verschillende) wettelijke en administratieve
voorschriften genoemd en de bijbehorende kosten. De meeste bedrijven doen echter gewoon grensoverschrijdend
2
zaken zonder zich in de andere lidstaat te vestigen (26% exporteert, 29% importeert ). De behoefte van een eigen
vestiging ontstaat vaak pas als men het nodig acht dichtbij klanten te zitten, als men als vertrouwd lokaal bedrijf
3
gezien wil worden of bij lokale productie .
Desalniettemin, voor bedrijven die een dochteronderneming op willen zetten in het buitenland, maakt het voorstel dit
4
aanzienlijk eenvoudiger en goedkoper . Dit komt met name door de mogelijkheid van directe en uniforme
elektronische registratie, standaardstatuten en een kapitaaleis van 1 euro. Ook heeft de SUP potentie voor
binnenlands gebruik, want hier gelden dezelfde voordelen. De KvK is in algemene zin positief over het voorstel.
1
European Commission (2010). Internationalisation of European SMEs, p. 20)
2
Ibid, p. 20
3
Ibid, p. 22
4
Uiteraard moet men wel nog steeds rekening houden met lokale wetgeving op het gebied van belastingen, sociale zekerheid, verzekeringen en
arbeidsrechtelijke zaken.
Pagina 1 van 5
Uitvoerbaarheid van de SUP-registratie in het Handelsregister
In Nederland moet op dit moment de oprichting van een B.V. in persoon gedaan worden bij de notaris, die o.a. de
identiteit van de oprichtende vennoot en andere functionarissen vaststelt. De notaris stelt de notariële akte op met
daarin de statuten. De Europese Commissie schat de kosten hiervan op meer dan 500 euro per rechtspersoon
5
(Impact assessment bij het richtlijnvoorstel, blz. 58 ). Verder moet er minimaal 1 eurocent in de vennootschap gestort
worden. Registratie wordt meestal verzorgd door de notaris. Directe online registratie zonder de betrokkenheid van
6
een notaris is op dit moment nog niet mogelijk .
De eis dat inschrijving volledig online moet kunnen plaatsvinden past binnen het rijksbeleid digitaal 2017 en
het KvK beleid m.b.t. digitale dienstverlening. Voor de SUP is de beschikbaarheid van een betrouwbare
authenticatie en autorisatievoorziening een belangrijke randvoorwaarde voor implementatie. De KvK acht het
haalbaar dat de inschrijving van een nieuw opgerichte SUP binnen 3 dagen voltooid is en een bewijs van inschrijving
is verstrekt.
Controle identiteit en uitwisseling informatie
Ter voorkoming van fraude is het belangrijk dat er voldoende waarborgen zijn dat de oprichtende vennoot en andere
in te schrijven functionarissen van een SUP goed worden geïdentificeerd (middels een gekwalificeerde elektronische
handtekening die in andere lidstaten bruikbaar is en wordt erkend).
De SUP verwerft rechtspersoonlijkheid op de datum van inschrijving in het Handelsregister (zie artikel 14, lid 2). Dit is
een principiële wijziging in het Nederlandse vennootschapsrecht, waar nu nog de rechtspersoonlijkheid van een
besloten vennootschap tot stand komt door middel van vastlegging van de statuten in een notariële akte. Anders
gezegd: een SUP bestaat pas als zelfstandige juridische entiteit als deze in het Handelsregister is ingeschreven.
Het gebruik van standaard-statuten zonder de eis van vastlegging in een notariële akte en de inschrijving als
constitutief vereiste voor het verwerven van rechtspersoonlijkheid maken dat in het oprichtingsproces een zwaardere
verantwoordelijkheid bij de beheerder van het Handelsregister komt te liggen. Een verantwoordelijkheid die tot nu toe
exclusief bij het notariaat is belegd. Bij de jaarlijkse toewijzing van middelen ter financiering van de
handelsregistertaak zal hiermee rekening moeten worden gehouden. Inschrijving als constitutief vereiste voor
rechtspersoonlijkheid zal de kwaliteit/actualiteit van de data in het Handelsregister verder verbeteren.
Binnenlands gebruik
Verwachting is dat de laagdrempeligheid, snelheid en lage kosten van oprichting en rechtspersoonlijkheid het gebruik
van een SUP voor kleine en middelgrote ondernemingen aantrekkelijk zal maken, niet alleen voor
grensoverschrijdende activiteiten maar ook voor puur binnenlands gebruik.
Bedacht moet worden dat de lidstaten bij implementatie de keuze hebben om de SUP naast andere bestaande
besloten eenpersoonsvennootschappen (die niet conform SUP zijn opgericht) te codificeren, danwel de SUP-regels
ook direct van toepassing te verklaren op reeds bestaande eenpersoonsvennootschappen.
Denkbaar beeld SUP inschrijving in Nederland

Je logt in bij KvK of Ondernemingsplein om bij het Handelsregister je SUP op te richten en in te schrijven.

Je maakt gebruik van standaard-statuten die je daar kunt downloaden.

Je krijgt er ook je BTW-nummer en KvK bemiddelt op zijn website om je digitale handtekening waarmee je
digitaal namens je SUP kunt zakendoen en kunt communiceren met de overheid, aan te schaffen.
5
SWD(2014) 124 final
6
Via de notaris kan dit wel, de notaris doet dan opgave (Notarissen Online)
Pagina 2 van 5

KvK garandeert dat dit hele proces binnen drie dagen is voltooid en het bewijs van registratie wordt verstrekt,
zoals in de richtlijn staat
Financiële implicaties
De Europese Commissie schat dat de financiële consequenties voor het mogelijk maken van online-inschrijving van
de SUP in het handelsregister 100.000 euro of meer zijn. Dit bedrag zal naar inschatting van de KvK beduidend
hoger liggen dan 100.000 euro. (o.a. aanpassing van het handelsregistersysteem, mogelijk maken van directe online
registratie, controletaken en voorlichting). Het is wel de vraag of deze kosten geheel toegerekend moet worden aan
7
8
deze richtlijn gelet op het eGovernment Action Plan en implementatie van de eIDAS Verordening . Deze kosten zijn
verder eenmalig, bedrijven kunnen permanent de vruchten plukken van een eenvoudige registratie van de SUP.
Deponering jaarstukken
Er wordt in het voorstel voor de richtlijn niet gesproken over deponering van jaarstukken. Jaarrekeningen bevatten
informatie waarmee liquiditeits- en solvabiliteitsrisico’s ingeschat kunnen worden en zorgen daarmee voor meer
zekerheid bij het zakendoen.. Bedrijven gebruiken deze informatie om het vermogen van hun mogelijke
handelspartners om aan toekomstige betalingsverplichtingen te voldoen in te schatten. In de huidige economische
situatie is dit alleen nog maar belangrijker geworden. Verder is er grote behoefte aan jaarrekeninginformatie: ze
worden jaarlijks ca. 2.000.000 maal bij het Handelsregister opgevraagd (veelal online). Als laatste is het lange tijd
niet deponeren van jaarrekeningen een van de gronden voor ontbinding van lege rechtspersonen (zie artikel 2:19a
Burgerlijk Wetboek).
De KvK pleit daarom voor handhaving van de publicatieplicht voor de SUP door in de tekst van het richtlijnvoorstel
9
de accounting directives op de SUP van toepassing te verklaren en/of door opname van de SUP in bijlage 1 van
10
richtlijn 2013/34/EU . We merken hierbij op dat voor kleine vennootschappen een sterk vereenvoudigd regime geldt
(verkorte balans en beperkte toelichting).
Uniform ondernemingsbegrip
In het handelsregister worden primair ondernemingen ingeschreven. Een onderneming kan worden gedreven in
verschillende rechtsvormen, bijvoorbeeld een BV of NV. Aan elke BV of NV wordt ook geacht een onderneming toe
te behoren. Naar ons inzicht, is de SUP een nieuwe rechtsvorm waarin een onderneming kan worden gedreven en
wordt ook elke SUP geacht een onderneming te drijven. In dit kader pleit de KvK voor een eenduidige definitie van
wat onder een onderneming moet worden verstaan. Dit vergemakkelijkt de informatie-uitwisseling, eenduidige
interpretaties, e.d. Bijvoorbeeld wanneer een SUP ‘leeg’ is en dus (in Nederland) rijp is voor ontbinding.
Terminologie
Omwille van de uniformiteit in de registervoering van rechtspersonen in de Europese bedrijvenregisters pleit de KvK
er voor niet te spreken van enige vennoot, maar van enig aandeelhouder, niet van directie maar van bestuur en niet
van directeur maar van bestuurder. Dit heeft eveneens een drukkend effect op de kosten voor aanpassing van de
ICT-systemen bij de bedrijvenregisters.
7
COM(2010) 743 final
8
Verordeningsvoorstel betreffende elektronische identificatie en vertrouwensdiensten (COM(2012) 238), akkoord bereikt tussen EP en Raad. In
afwachting van formele adoptie in Raad.
9
Dit werd ook gedaan in de richtlijn eenpersoonsvennootschappen 2009/102/EC, zie overwegingen 3 met van toepassing verklaring van richtlijnen
68/151/EEG, 78/660/EEG, 83/349/EEG, 77/91/EEG, 78/855/EEG
10
Richtlijn 2013/34/EU van het Europees Parlement en van de Raad van 26 juni 2013 betreffende de jaarlijkse financiële overzichten, geconsolideerde
financiële overzichten en aanverwante verslagen van bepaalde ondernemingsvormen, tot wijziging van Richtlijn 2006/43/EG van het Europees
Parlement en de Raad en tot intrekking van Richtlijnen 78/660/EEG en 83/349/EEG van de Raad
Pagina 3 van 5
Specifieke artikelsgewijze opmerkingen
Formaliteiten m.b.t. de inschrijving
Artikel 13, lid 1
Aan de lijst met gegevens zouden de volgende gegevens moeten worden toegevoegd:

De handelsnaam

De feitelijke bedrijfsomschrijving. (en niet alleen het ondernemingsdoel)

De communicatiegegevens: tel. nr, email en website
Inschrijving
Artikel 14, lid 5
Dit artikel stelt: “De lidstaten kunnen regels vaststellen voor de controle van de identiteit van de oprichtende vennoot,
en enige andere persoon die de inschrijving namens hem uitvoert, alsook voor de controle van aanvaardbaarheid
van de aan de inschrijvingsinstantie verstrekte documenten en andere gegevens. Elk identificatiebewijs dat in een
andere lidstaat is uitgegeven door of namens de overheid van die lidstaat, met inbegrip van elektronisch uitgegeven
identificatiebewijzen, wordt erkend en, aanvaard ten behoeve van de controle door de lidstaat van inschrijving”.
Ter voorkoming van fraude, stelt de KVK voor hier aan toe te voegen: ”mits de te aanvaarden bewijzen van een
zelfde of hoger betrouwbaarheidsniveau zijn als vereist in de lidstaat van inschrijving.’ ”mits de te aanvaarden
11
bewijzen van een zelfde of hoger betrouwbaarheidsniveau zijn als vereist in de lidstaat van inschrijving” . Voor
legitimatie/ identificatiebewijzen geldt in het elektronisch Europese domein de eis van een ‘elektronisch
gekwalificeerde handtekening erkend in alle lidstaten’, zoals deze momenteel wordt gerealiseerd binnen eID”.
Aandelenkapitaal
Artikel 16, lid 5
Hier staat “de lidstaten schrijven voor dat op briefpapier en bestelformulieren, in papieren of andere vorm, het
geplaatste en gestorte kapitaal wordt vermeld. Indien de vennootschap een website heeft, is de informatie ook
daarop beschikbaar”.
Deze bepaling zou geschrapt kunnen worden omdat hij niet erg zinvol lijkt (onnodige administratieve last)
Uitkeringen en crediteurenbescherming
Artikel 18, lid 4
Artikel 18 (lid 4) stelt: “De solvabiliteitsverklaring wordt openbaar gemaakt. Indien de vennootschap een website
heeft, wordt deze informatie ook daarop beschikbaar gesteld”.
De KvK pleit ervoor om de solvabiliteitsverklaringen via het online handelsregister openbaar te maken, net als alle
andere stukken. Hier is het register immers voor bedoeld. Daarbij heeft niet elke onderneming een internetsite.
Artikel 18 (lid 4) wordt dan: “De solvabiliteitsverklaring wordt openbaar gemaakt via het handelsregister in
de lidstaat van inschrijving. Indien de vennootschap een website heeft, wordt deze informatie ook daarop
beschikbaar gesteld”.
11
Zoals bepaald in de aan te nemen eIDAS verordening betreffende elektronische identificatie en vertrouwensdiensten
Pagina 4 van 5
Uitvoeringshandelingen voor standaardinschrijvingsformulier en uitvoeringshandelingen
Overweging 25, Artikel 11, lid 3 en artikel 13, lid 2
De Commissie stelt voor om twee uitvoeringshandelingen (via onderzoeksprocedure) vast te stellen – ten aanzien
van het standaardinschrijvingsformulier en het model voor de statuten (artikel 11, lid 3 en artikel 13, lid 2). Bij
het opstellen van de formulieren wordt de Commissie bijgestaan door het Comité voor het Vennootschapsrecht
(vertegenwoordigers van de lidstaten). De Commissie stelt dat formulieren in de uitvoeringshandelingen eenvoudiger
kunnen worden aangepast aan veranderingen in de bedrijfsomgeving dan formulieren die worden vastgesteld via de
gewone wetgevingsprocedure (ergo via wijziging van de richtlijn, omdat het dan in de richtlijn zelf opgenomen staat).
De KvK kan zich in principe vinden in de argumentatie van de Commissie om het standaardinschrijvingsformulier en
het model van de statuten via uitvoeringshandelingen (onderzoeksprocedure) te regelen.
Meer informatie m.b.t. deze paper:
Jan Leerling, Stafafdeling Handelsregister, Kamer
van Koophandel
Tel. +31 885853440 E-mail: [email protected]
Remco de Bruijn, EU Public Affairs, Kamer van Koophandel
Tel. +31 885853409 E-mail: [email protected]
Kamer van Koophandel
De Kamer van Koophandel is een modern publieke dienstverlener die ondernemers in staat stelt veilig zaken te doen
en hun start- en groeiambities waar te maken. De Kamer van Koophandel beheert het Nederlandse handelsregister
dat betrouwbare informatie biedt over ieder bedrijf. Met de data, kennis en netwerken van de KVK worden
ondernemers ondersteunt bij het succesvol starten, innoveren en ondernemen, in binnen- en buitenland.
Pagina 5 van 5