Carpale tunnelsyndroom Inleiding Deze folder geeft een globaal overzicht van de oorzaak en klachten van het carpale tunnelsyndroom en hoe dit wordt behandeld. Ook vindt u hier instructies voor een eventuele operatie. Het is goed u te realiseren dat de situatie voor iedereen anders kan zijn. Wat is het carpale tunnelsyndroom? Dit is een beknelling van de middelste zenuw (nervus medianus) van de hand. Deze zenuw loopt van de onderarm naar de handpalm via een tunnel die wordt gevormd door de handwortelbeentjes en een stevig peesblad (de dwarse polsband) aan de handpalmzijde van de pols. Door die tunnel lopen ook de buigpezen van de vingers. De beknelling van de zenuw ontstaat door zwelling van het bindweefsel, waardoor de druk in de tunnel toeneemt. • een uitstralende pijn aan de onderarm, elleboog en schouder; • soms krachtsverlies in uw hand, waardoor u zomaar dingen kunt laten vallen. Vaak ontstaan deze klachten in de loop van de nacht en kunt u er wakker van worden. Overdag treden de klachten vaak op tijdens fietsen, een krant/boek lezen of autorijden. De klachten kunnen zowel eenzijdig als aan beide handen optreden. De klachten komen vaker voor bij zwangere vrouwen of bij vrouwen in de overgang. Onderzoek Op grond van de klachten wordt vaak al vermoed dat het om het carpale tunnelsyndroom gaat. Om zeker te weten of er sprake is van het carpale tunnelsyndroom, is een spieronderzoek nodig: het zogenaamde ElectroMyoGram (EMG). Behandeling Als het carpale tunnelsyndroom is vastgesteld kunnen verschillende behandelingen worden toegepast: • polsspalk; • injectie; • operatie. Klachten De klachten die hiervan het gevolg zijn, kunnen nogal uiteenlopen. Zo kunt u last hebben van: • prikkelingen, pijn of tintelingen in de hand en in de vingers; • een doof gevoel in de hand en in de vingers. Soms een gevoel alsof de hand opgezwollen is; Polsspalk Een deel van de patiënten heeft baat bij een polsspalk. Deze spalk moet gedurende tenminste 6 weken ’s nachts gedragen worden. U kunt de spalk op recept van de specialist of huisarts bij een winkel voor medische hulpmiddelen kopen. De spalk wordt niet door alle verzekeraars vergoed. Injectie Een injectie met corticosteroïden in de pols verhelpt bij circa 50% van de patiënten de klachten op langere termijn. De prik kan vaak in aansluiting op het EMG-onderzoek door de neuroloog worden gegeven. In de prik zit een verdovingsmiddel dat tot enkele uren een verdoofd gevoel in de hand kan geven. Na ongeveer vier weken wordt een effect verwacht. Operatie De operatie is er op gericht de druk op de zenuw weg te nemen. Een kleine snede wordt gemaakt in de handlijn aan de basis van de handpalm. De dwarse polsband wordt open gesneden waardoor de tunnel wordt verwijd. De operatie duurt ongeveer 20 minuten. De ingreep wordt meestal onder plaatselijke verdoving op de behandelkamer verricht, waarbij alleen de hand gevoelloos is. Soms vindt de operatie plaats onder narcose in dagbehandeling. Na de operatie • Het drukverband dat na de operatie is aangelegd, kunt u na één dag verwijderen. Plak dan een pleister op de hand. • De hand mag weer nat worden tijdens het douchen als er geen wondlekkage meer is. Dit is meestal na ongeveer drie dagen. Na het douchen moet u de wond droog deppen met een droge, schone handdoek en bedekken met een schone pleister. • Het is verstandig dat u de arm drie dagen in een mitella houdt. Dit voorkomt pijn en stuwing en zorgt er voor dat de wondgenezing voorspoedig verloopt. • U kunt al snel beginnen met oefeningen van de vingers: ‘pianospelen’, buigen/strekken, de vingertoppen naar de duim toe bewegen. Dit is ter voorkoming van stijfheid in uw pols en vingers. In het begin gaat dit wat moeizaam, maar na enkele dagen gaat dat al veel beter. Rekent u er op dat u lange tijd veel minder kracht in uw duim zult hebben. Dit komt omdat de spieren van de duimmuis, doordat de dwarse polsband is gekliefd, meer ruimte hebben gekregen. Het litteken aan de pols blijft vaak langer gevoelig, met name bij druk ter plaatse, zoals bij het steunen op de pols. Bestelnummer 3340 Versie: september 2013 Resultaat De klachten die u tevoren had, zijn na de operatie vaak snel verdwenen. Maar niet iedereen heeft baat bij de operatie. Soms zijn er achteraf toch andere (zenuw)aandoeningen die de klachten veroorzaken. Pijn Enige pijn na de ingreep is normaal. U kunt paracetamol tabletten van 500 mg nemen. Neem niet meer dan vier tabletten per 24 uur. Wanneer contact opnemen? Mochten uw vingers de dag van de operatie of de dag er na blauw en koud worden of krijgt u veel meer pijn, dan dient u zo snel mogelijk contact op te nemen met het ziekenhuis. Controle U krijgt een afspraak mee voor controle op de polikliniek na ongeveer tien tot veertien dagen. De hechtingen worden dan verwijderd. Hierna kunt u geleidelijk aan weer alles met uw hand gaan doen. Vragen en / of problemen Als u nog vragen heeft over de operatie dan kunt u overdag bellen met de polikliniek van de arts door wie u behandeld bent (orthopedie of chirurgie). ’s Avonds, ’s nachts en in het weekend kunt u contact opnemen via het algemene nummer van het ziekenhuis, 020 - 755 7000 en vragen naar de dienstdoende chirurg of orthopeed. Meer informatie over Ziekenhuis Amstelland vindt u op www.ziekenhuisamstelland.nl. Opmerkingen over deze folder Ontbreekt er informatie in deze folder of is iets onduidelijk beschreven, dan horen wij dat graag. U kunt uw opmerkingen doorgeven via [email protected]. Polikliniek Orthopedie Telefoon 020 - 755 7034 Polikliniek Chirurgie Telefoon 020 - 755 7014 Polikliniek Neurologie Telefoon 020 - 755 7032
© Copyright 2024 ExpyDoc