Spoel, werk aan het - WaterlinieKENNIS

Nieuwe Hollandse Waterlinie
Werk aan het Spoel
Naslagwerk
Dirk de Groot.
Voorwoord
Nadat ik 4 jaar lang op het mooie fort Erfprins in
den Helder had gediend en de nodigde wachtjes
had geklopt op fort Oostbatterij ben ik na enkele
omzwervingen weer in Bunnik gaan wonen. In
het plaatselijke krantje las ik in 1989 een
oproep van Staatsbosbeheer. Het was de
bedoeling om het fort bij Rijnauwen te gaan
openen voor bezoekers en men zocht daar
gidsen voor. Ik heb niet lang hoeven nadenken
en heb mij aangemeld. We zijn in eerste
instantie gestart met meer dan 60 gidsen. We
kregen cursussen in presentatie, fortkennis,
flora en fauna. We moesten leren wat er wel- en
vooral niet mocht op het fort.
Na de winter starten we in april 1990 met de eerste rondleiding. Vanaf het
begin is dit een groot succes en honderdduizenden hebben inmiddels
kunnen genieten van het fort bij Rijnauwen.
Vanaf 2010 ben ik begonnen met het schrijven van naslagwerken over de
forten en andere objecten van de nieuwe Hollandse Waterlinie.
Ik heb geprobeerd om alle denkbare informatie over het werk aan het
Spoel te documenteren om deze door te kunnen geven aan
belangstellenden. De handleiding is nog niet compleet en zal dat
waarschijnlijk nooit worden. Ook zullen er mogelijk fouten in staan of zijn
verhalen niet compleet. Ik hou mij dus ten alle tijde aanbevolen voor
aanvullingen, verbeteringen en bijzondere foto’s, tekeningen documenten,
correspondentie en nieuwsberichten.
Citaten uit het register zijn geschreven in de die tijd gebruikelijke
spelling.
Dirk de Groot
[email protected]
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
2
Algemene gegevens
Algemeen:
Stelling:
Object:
Adres:
Postcode:
Plaats:
Website:
Eigenaar:
Nieuwe Hollandse Waterlinie
Werk aan het Spoel
Goilberdingendijk 4 a
4106 LC Culemborg
Culemborg
www.werkaanhetspoel.nl
Gemeente Culemborg
Gebouwd:
Gemoderniseerd:
Gerestaureerd:
Afmeting:
Toegankelijk:
1816 - 1824
1879 en 1940
2011
4,8 hectare
Het werk is vrij toegankelijk
Object:
Luchtfoto van het werk uit 1923.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
3
Waar bouwde men dit fort.
Het werk ligt langs de Lek op een kilometer ten oosten van Fort Everdingen,
vlakbij de stad Culemborg.
Waarom bouwde men dit fort.
Het fort dient:
Het werk Het werk dient ter verdediging van de op 100M. vóór het werk gelegen
waaiersluis, het hoofdinlaatpunt voor het stellen van de inundatie tusschen Lek
en Waal.
Naamgeving
Veel forten zijn genoemd naar de streek of een plaats waar het gebouwd is.
De naam is: Werk aan het spoel. De oorspronkelijke benaming was Dijkpost aan
het Spoel, later post aan het Spoel.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
4
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
5
De geschiedenis
In eerste instantie lag hier in 1759 al een redoute. Dit is afgebroken omstreeks
1785. Op ongeveer dezelfde plaats is later het 1816-1824 is het werk aangelegd.
In 1848 is het aardwerk aangepast omdat het werk in de voorliggende periode
last had gehad van overstromingen en illegale grondafgravingen.
De Dijkpost aan het Spoel werd in 1795 in opdracht van de Fransen afgebroken.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
6
Deze situatie veranderde weer in 1815. Bij de aanleg van de Nieuwe Hollandse
Waterlinie werd op dezelfde plek een Batterij aangelegd die als bescherming
moest dienen van de waaiersluis die op het zelfde moment werd gebouwd.
In 1867 werd begonnen met de bouw van een viertal bomvrije gebouwen. In
1879 was dit werk gereed. De gebouwen B en C zijn gesloopt.
In 1879 zijn werkzaamheden uitgevoerd om de inundatiemiddelen te
verbeteren. Zodra het fort gemobiliseerd was moest de weg, die normaal door
het fort heen liep worden omgelegd. Dat deed men door de weg binnen de dijk
langs de fortgracht om te leggen. In 1865 werd de spoorlijn Utrecht - den Bosch
aangelegd. De hoge spoordijk vormde een behoorlijke bedreiging voor dit deel
van de waterlinie. De vijand zou achter de hoge dijk ongezien kunnen naderen
terwijl deze ook een zeer goede dekking bood tegen het geschut van het werk
maar ook van dat van fort Everdingen.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
7
Geschiedenis uit het Genieregister
De in blauw geschreven teksten zijn kanttekeningen uit het register en zijn dus
van latere datum als de zwartgeschreven teksten uit het originele register.
In 1794 werd voor den inval der Franschen eene post aan het Spoel opgeworpen.
Het jaar van aanleg blijkt uit de quitanties der eigenaren, te zamen groot, f
7406.10, van de ingenomen gronden.
De post werd in 1795 ook verdedigd; uit eene aantekening in een register van
den Pastoor der Roomsch Katholieke gemeente te Everdingen, blijkt dat daar in
1795 soldaten begraven werden, die gesneuveld waren bij de verdediging van
den Post aan het Spoel.
In den dijk was eene coupure gemaakt, die spoedig weder gedicht werd.
In 1815 of 1816 kwam de Post onder beheer van den Eerstaanwezend Ingenieur
te Gorinchem, doch werd in 1n 1818, krachtens Koninklijk Besluit van 28
Februari 1818 No 95, aan het domein overgegeven, onder bepaling dat het
materieel beheer aan het Departement van Oorlog bleef en dat de aardenwerken
onder profiel moesten gehouden worden.
In 1835 bleek echter, dat de buitenglooiïngen door overstrooming afgeslagen
waren en dat men aan de binnenzijde was begonnen met aardhaling uit den
walgang.
Verder waren de grachten volgeslibt en beplant, van de buitendijksche gracht
hadden aangrenzende eigenaren gedeelten in bezit genomen en afgekruind.
In 1821 moet de gracht nog 7 á 8 M. breed geweest zijn.
In 1836 werden de terreinen aan de bezitters overgelaten aangezien zij niet
belangrijk genoeg waren om er processen over te voeren.
In 1848 nam de Eerstaanwezend Ingenieur bij procesverbaal van 7 en 8
Augustus, de gronden van den Post aan het Spoel weder van het bestuur der
Domeinen over.
Daarop is de Post verbeterd en hersteld voor de som van f 17196,10.
De aanbesteding hiervan werd op 16 September 1848 onder No 54 B
goedgekeurd en het wek uitgevoerd onder leiding van den 2en LuitenantIngenieur van Assendelft de Coningh.
In 1850 werden de grenzen bij proces verbaal met de aangrenzende eigenaars
vastgesteld.
Een der eigenaars weigerde hiertoe mede te werken bewerende dat zijne
gronden in 1795 zonder betaling waren in bezit genomen.
In 1875 en 1876 werden de gronden, nodig tot verbetering van het
verdedigingswerk aangekocht waaronder de terreinen langs de in 1850 betwiste
grenslijn.
Ingevolge het op 14 Juni 1876 onder No 70 G goedgekeurde contract werd
daarop onder meer het verdedigingswerk verbeterd en werden daarin 4
bomvrije gebouwen gemaakt, onder leiding van den Kapitein-Ingenier P.G. van
Schermbeek, den 2en Luitenant-Ingenieur J.P Koolemans en den civiel Ingenieur
G.P.E. Ribius.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
8
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
9
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
10
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
11
Ingevolge het op 20 Mei 1882 onder No 44 G. goedgekeurd contract werd, de
loods tot berging van Artilleriematerieel gemaakt onder leiding van den 1 e
Luitenant-Ingenieur R.J. Nooduijn.
Voorts worden nog de navermelde voorzieningen uitgevoerd:
a. het maken van een dakbeschot met dakramen op de bergloods b en van een
steunmuurtje lang se wachterswoning a (bestek 1892);
b. het versterken van de zolderbalken der bergloods b. (bestek 1896-1897);
c. het inrichten van lokaal 4 in gebouw A tot dag- en nachtverblijf voor 3
officieren en van lokaal 3 in gebouw D tot arrestlokaal alsmede het maken van
een fornuis e.a. in lokaal 5 van gebouw G en van stookgelegenheid in lokaal 1
van elk der gebouwen A t/m D (bestek No 211/1899);
d. het maken van een nieuwen privaatput bij de wachterswoning a (bestek No
34/1904);
e. het vervangen van de kranjang bekleding der bergloods b door eene bekleding
van planken (bestek No 167/1905);
f. het vervangen van 2 houten duikers in den rondweg door ijzeren en het maken
van een ijzeren verbindingsduiker tusschen kwelkom en gracht (bestekken No
167/1905, 133/1906 en 120/1908);
g. het verbeteren van de watervoorziening (bronbuis vóór gebouw G) (declaratie
1908, overigens bestek No 39/1909);
h. het vervangen van palissadeeringen en houten glintingen door glintingen met
stijlen van profielijzer (bestekken No 135/1909 en 40/1911);
i. het maken van eene opstelling voor een mitrailleur in elk der frontbastions
(oefeningen Lek-acces 1910).
Reeds in 1795 bestond ter plaatse waar thans het Verdedigingswerk ligt eene
batterij genaamd Post aan ’t Spoel.
In het jaar 1848 is die post verbeterd en hersteld vaar de som van f 17196,10 of
101/4 % onder de prijzen van het tarief. De aanbesteding hiervan werd op 16
September 1848 onder No 54 B goedgekeurd en het werk uitgevoerd onder de
leiding van den 2en Luitenant-ingenieur van Assedelfh de Coningh.
Ingevolge het op 15 juni 1979 onder No 78 G goedgekeurde contract werd, onder
meer het Verdedigingswerk verbeterd en werden daarin 4 bomvrije gebouwen
gemaakt onder leiding van den Kapitein-ingenieur P.G. van Schermbeek, den 2en
Luitenant-ingenieur J.P Koolemans Beijnen en den Civiel-ingenieur G.P.E.
Ribbens.
Bewapening
De artillerie bewapening van het verdedigingswerk is, volgens de
armeeringsstaat, goedgekeurd op den 14en April 1880 onder Ln S11 kabinet, als
volgt vastgesteld:
6 kanons van 12 cM K,
4 kanons van 8 cM. A en
4 Coehoornmortieren.
De bewapening is aangegeven in den armeeringsstaat van de groep Vreeswijk
(gedeelte bezuiden de Lek), goedgekeurd bij Kabinetsaanschrijving van 22
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
12
Augustus 1907. Litt N60 en gewijzigd bij de aanschrijving van het Departement
van Oorlog van 22 Februari 1908 Litt N 15.
Na de modernisering in 1876 bestond de bewapening van het fort uit:
6 kanons van 12 cM. Kort.
4 kanons van 8 cM. A.
4 Coehoornmortieren.
Het kanon van 12 cM. KA. (kaliber van12 cM, kort, achterlaad). Met opklapbare
verhogingen.
Algemene gegevens volgens het Legermuseum.
Het wapen is 2,10 m lang en weegt 915 kg. Bekend zijn de hoge-, de lage- en de
kazemataffuit. Het wapen verschoot buskruitgranaten en granaatkartetsen.
Effectieve dracht 3000 meter. Bediening 4 man.
Kanon Br. Getr. van 12 cM. K.A. en vanaf 1895 Kanon van 12 cM. K.
Bij Kanonnen van 12 cM. K. (1903) staat:
Vestinggeschut. Grootste dracht: 3600 M. Kaliber: 12 cM. Lengte in kalibers:
17,5. Gewicht: 915 KG. Metaal: gewoon en hardbrons. Constructie: enkelvoudig.
Herkomst: ‘sGravenhage. Jaartal van invoering: 1873. Sluiting: platte Wigsluiting
Ontstekingswijze: radiaal. Ontstekingsmiddel: pijpje No. 2. Affuiten van 12 cM.
K. Hooge VM. (hooge radaffuit) (ijzer) Affuiten van 12 cM. K. Hooge BM.
(hooge radaffuit) (hout) Affuiten van 12 cM. K. Kazemat- (ijzer)
Affuiten van 12 cM. K. Uitlegger(raamaffuit) (ijzer) Affuiten van 12 cM. K. Lage
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
13
(lage radaffuit) (ijzer) Geschutlading: 1,1 tot 0,4 KG. No. 1.projectielen:
Granaat, Granaatkartets en Kartets.
Het kanon van 8 cM A. (Kaliber van 8 cM Achterlaad).
Algemene gegevens volgens het Legermuseum.
Is zowel als St (staal) als Br (brons) bekend. Het kaliber is 8,4 cm. De staal is
gemaakt bij Krupp. De Brons bij Oerlikon in Zwitserland. De stalen werden
ingevoerd om de bronzen te vervangen.
Het (achterlaad-) kanon van 8 centimeter brons werd in 1874 ingevoerd bij
Koninklijk Besluit van 9 april. Het was het eerste achterlaadkanon met getrokken
loop bij de bereden artillerie en kwam als opvolger van het kanon van 8
centimeter (de 4-ponder). Het was ook het eerste stuk met een geheel metalen
affuit. De schietbuis heeft een kaliber van 84 millimeter, is 24 kalibers lang (201
centimeter) en gaf het projectiel een aanvangssnelheid (V°) van 361 meter per
seconde.
De schietbuis is van brons en in Den Haag gegoten. Hij is voorzien van een
horizontale platte wigsluiting met sluitschroef. De ontsteking geschiedde radiaal
met een wrijvingspijpje Nº 2. Er konden kartetsen, granaatkartetsen en
buskruitgranaten mee worden verschoten. In 1880 werd het wapen al weer
vervangen door het stuk van 8 cM staal.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
14
Coehoornmortier
Algemene gegevens volgens het Legermuseum:
Vestinggeschut (glad voorlaadgeschut) Kaliber: 13,1 cM. Lengte in kalibers: 2.
Gewicht: 35 KG. Metaal: brons. Constructie: enkelvoudig. Ontstekingsmiddel:
aanvuursel. Blokken tot Coehoornmortieren. Projectielen: lichtkogels.
Zijn gladde Br. cylindervormige vuurmonden, aan de monding voorzien van een
band en van achteren eindigend in een loodrecht op de as van de vuurmond
staande plaat. De Coehoorn-mortier. (Pl. XI, Fig. 4) is met de voetplaat a uit één
stuk gegoten en daarmede zoodanig op een houten blok bevestigd, dat de as der
ziel een hoek van 45° maakt met den bovenkant van het blok.
De kamer is cylindervormig en door een bolvormig segment gesloten.
De as van het zundgat staat loodrecht op die der ziel; het zundgat is
rechtstreeks in den vuurmond geboord.
Uitrusting: 10 tot 20 per Coehoornmortier. Gewicht: 4,2 KG. L. 0,1777, Ml.
0,128; bestaan uit een uitwendig verniste Zk. buis, gevuld met lichtgevende
sas; het deksel is voorzien van twee oogen, waardoor een draaglis is
aangebracht, de bodem waarin 3 brandgaten met aanvuring, is verkapt met
kardoespapier en hilversum; het verkapsel is zwart.
Die nà 1899 zijn aangemaakt, zijn gemerkt met het jaartal van aanmaak; de
vroeger aangemaakte zijn bovendien gemerkt op het deksel: Pyrot. Werkpl.
Onder deze worden, met vermelding in de kolom Aanmerkingen van den
Magazijn-Inventaris, gevoerd die van vroeger model met linnen zak, wegende
2,85 KG. Zijn herstelbaar als het verkapsel of de aanvuring beschadigd is, of de
lis gebroken is; onbekwaam als de bus of de zak sterk beschadigd is.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
15
Vaste bezetting
De bezetting van het werk is als volgt vastgesteld:
De vaste bezetting is aangegeven in den strategische aanwijzingen over de
Landmacht hoofdstuk I, bezettingstaat B, met gesteld bij de aanschrijving van
den minister van Oorlog dd. 7 October 1910, Kabinet Litt D90
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
16
Wapen
Officieren
Onderofficieren
Artillerie
2
Tevens 1 waschvrouw en 1
hoornblazer
3
Korporaals
En
Manschappen
59
1
Waaronder 1 tamboer
2
52
1
10
Infanterie
Genie
Waaronder 1
hospitaalsoldaat en 1
telegrafist
Vesting artillerie
Militairen van de Vestingartillerie zijn hier bezig met het lichten van een stuk
geschut met behulp van een zogenaamde bok. Hierna kregen de affuit en het
stuk afzonderlijk onderhoud. De bok werd ook gebruikt voor het wisselen van
affuit als deze defect was om voor het wisselen van een vesting- naar een
veldaffuit. Tijdens een artilleriegevecht moest dit zeer snel kunnen worden
uitgevoerd. Deze exercitie werd tot uit de treuren beoefend.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
17
De Waschvrouw
De marketentster werd vervangen door de
Waschvrouw. Om haar status te geven en
respect af te dwingen was dit meestal een
echtgenote van een onderofficier. In het
geval van de waterlinie woonde zij ook op
het fort. In diverse registers wordt
beschreven waar zij gehuisvest waren. Het
was een officiële niet combatante functie in
het leger. De waschvrouw droeg een
penning als “legitimatie”
De legitimatiepenning
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
18
Hoornblazer der onbereden Artillerie.
Hoornblazer
Infanterie
Infanterist 1906
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
19
Infanteristen 1918
Genie
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
20
Borstweringen
De borstweringen zijn samengesteld uit gemengden grond en hebben
eene dikte van 7 M. met uitzondering van de keelborstwering die 3 M. dik is. De
hellingen zijn van de bovenvlakken van 1:10 van de binnentaluds van 1:1 voor
de buitentaluds van de 7 M. dikke borstweringen van 2:3 en voor de overige
buitenglooiïngen van 4:5.
De kleibekleedingen zijn dik 0.80 M. op de hellingen van 1:2 op steiler 0.3 M. op
de overige vlakken.
met kleibekledingen, dik 0.8 M. op hellingen van 1 op 2 of steiler en 0.3 M. op de
overige vlakken. De hellingen der binnentaluds zijn van 1 op 1, met uitzondering
van die der 4 geschutemplacementen, van der beide opstellingen welke met
hout bekleed zijn onder hellingen van 10 op 1; de hellingen der buitentaluds zijn
aan de frontzijde van 2 op 3, overigens van 4 op 5.
Geschutbanken Emplacementen
De geschutbanken zijn allen breed 5 M. of meer. De diepte van uit den teen van
het binnentalud gemeten, is 5 à 5.5 M., zij liggen alle 1.6 M. beneden de
vuurlijn.
De bestemming van de emplacementen alsmede de bijbehoorende
hoofdrooilijnen en schootsvelden zijn aangegeven in den bewapeningsstaat van
de groep Vreeswijk (gedeelte bezuiden de Lek), vastgesteld bij
Kabinetsaanschrijving van het Departement van Oorlog van 22 Augustus 1907
Litt U60.
Banketten
De banketten hebben een breedte van 1.50 M. en zijn 1.30 M. beneden de
daarvoor gelegen vuurlijnen gelegen.
Berm Beslagwerk
De berm ligt op 4.- M + A.P. en heeft een breedte van 1.50 M. aan den voet der
hellingen van 2:3 en een breedte van 1 M. aan den voet der taluds van 4:5.
Op het buitendijksch buitentalud van den hoofdwal ligt een beslagwerk, lang 93.M. van 4.65 tot 7.15 M. + N.A.P.
Beplantingen
548 M. en met 112 schietwilgen. In de binnenruimte zijn 24, op de rondweg zijn
47 iepen telgen geplant.
In de binnenruimte van het werk staan iepenboomen, op de taluds van
gronddekkingen van alle gebouwen en op het plongee van de infanterie
borstwering staan hagen van Virginische kers ter gezamenlijke lengte van 214
M;
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
21
op het buitentalud van de borstwering staat een strook wilgenhakhout breed 0.5
-, lang 219 M;
op den berm staan een doornenhaag, lang 597 M. en 146 schiet knotwilgen;
binnen de grenzen van den Militairen landsgond staan voorts buiten de gracht
van het werk:
104 31 iepenboomen, 40 20 Canadesche populieren 63 braamstuiken, en 50 M.
wilgenhakhout.
In den tuin van den Militaire wachter staan enkele vruchtboomen en struiken.
Grachten
Van de buitendijks gelegen gracht ligt de bodem op 0.25 0,15 M. + N.A.P. terwijl
de wederzijdsche glooiingen een helling hebben van 1:2. Van de binnendijksche
gracht ligt de bodem op 0.90 1.- ÷ N.A.P. en hebben de wederzijdsche
glooiingen ebeneens hellingen van 1:2. Bij de aansluiting van de grachten tegen
den Zuider Lekdijk is langs den dijk op 4 3.9 M. + N.A.P. een berm gelegen ter
breedte van 5 M. het daarbeneden gelegen talud helt onder 1:3.
De noordelijke gracht staat door een steenen duiker met houten schuif op den
platten grond van het verdedigingswerk gemerkt c in verbinding met het water
van den uiterwaard.
De zuidelijke gracht staat door 2 houten ijzeren duikers gemerkt a a-b en b c-d
in verbinding met het polderwater.
In den dam tusschen de kwelkom en de binnendijksche gracht is een cunette
lang 33 M., gelegen op 2.2 M + N.A.P. en met wederzijdsche glooiingen van 1 op
1. Deze cunette staat door een ijzeren duiker gemerk g-h met de kwelkom in
verbinding.
Dijken
Het verdedigingswerk ligt à cheval op den Zuider Lekdijk, welke het werk in 2
nagenoeg gelijke deelen verdeeld.
De dijk ter plaatse heeft een 5 M. breede kruin op 0.1 M. + A.P. 7.7- tot 8.45 M.
+ N.A.P. en aan weerszijden den hierboven beschreven berm. Boven deze berm
zijn de hellingen van 1:2, daaronder van 1:3.
Wegen
Op de kruin van den Zuider Lekdijk ligt een 3 M. breede grindweg.
Om de zuidelijke helft van het verdedigingswerk is de Rondweg gelegen, met een
bovenbreedte van 5 M., en ten ronte van 0.15 M., wederzijdsche glooiingen van
1:2 en een grindverharding van 3 M. breedte.
Het laagste gedeelte van den weg ligt op 2.90 2.25 M. + N.A.P.. terwijl hij met
opritten onder een helling van 1:20 met dien op de Lekdijk verbonden is. De
glintingen op den rondweg en de palissadeering, hoog 1.8 M., langs de kruin van
den Zuider Lekdijk zijn op den platten grond van het verdedigingswerk
aangegeven.
In de palissadeering zijn 2 openingen wijd 3 M., welke door hekken eveneens
van palissaden kunnen worden gesloten.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
22
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
23
Grenzen
De grenzen van de Militaire Landsgronden, gelegen in de sectie H gemeente
Culemborg, sluiten aan de noordzijde aan tegen de rivier de Lek en vormen met
die van de Militaire Landsgronden, waarin het Inundatiekanaal met toebehoren is
gelegen één gesloten figuur. Bij het hierna gestelde omtrent die Landsgronden is
aangenomen dat het gedeelte ten noorden van de lijn welke de grenspalen 7 en
10 verenigt, tot het verdedigingswerk behoort, terwijl het overige tot het
Inundatiekanaal bij ´t Spoel behoort en in dat Hoofddeel nader wordt behandeld.
De grenzen zijn aangeduid met eene kettinglijn op den platten grond van het
verdedigingswerk (blad 56.) bij 6 processen verbaal opgemaakt op den 31 sten
Maart 1850 tusschen den Staat der Nederlanden en
1e Bartholomeus van den Mandele fungerend Dijkgraaf en Johan Henrich Carl
Horn. Heemraad van het polderdistrict van Culemborg.
2e Johan Cornelis Francous van Hoitema en Aleid Johan van Hoitema,
grondbezitters.
3e Dominicus Numina Renoud van Hoitema te Nijmegen en Johan Cornelis
Francois van Hoitema te Culemborg, grondbezitters.
4e Maria Bierhaar weduwe Anthonij Wijnen en Gerard Marinus Wijnen,
grondeigenaren te Culemborg.
5e De Administratie van de Roomsch Caholieke Gemeente te Culemborg en
6e Wilhelmina van Tusshenbroel weduwe Nicolaas van den Hoeff c.1. en bij
proces verbaal opgemaakt op den op den 28sten Februari 1850 Tusschen de
Militaire Genie en ’s Rijks Waterstaat zijn de grenzen van de Rijks militaire
gronden vastgesteld. Later zijn die grenzen gewijzigd en wel ingevolge de
volgende processen verbaal, koopakten en overeenkomsten:
1e Proces verbaal van overgave door het bestuur van ’s Rijks Waterstaat en
overname door het Departement van Oorlog van de Rijks defensieve
inundatiesluis in den Zuider Lekdijk aan het Spoel en al hetgeen tot die sluis
behoort, welk proces verbaal is opgemaakt op den 28sten December 1972;
2e Koopakte gesloten op 18 December 1875 met Johannes van Sterkenburg,
landbouwer wonend te Culemborg betreffende de perceelen H 331 en 613;
3e Koopakte gesloten den 30sten December 1875 met Johan Cornelis Fracois van
Hoijtema en Aleid Johan van Hoijtema betreffende onder anderen de perceelen
en perceelsgedeelten sectie H No 325 (thans 1049), 617, 600 (thans 1037) 329,
732, 318, 597, 601 (thans 1065) 602, 1010 (thans 1038) en 603;
4e Koopakte gesloten op den 30sten December 1875 met Johannes Adrianus Klein
wonende te Culemborg betreffende de perceelsgedeelten H 615 en 616 (thans
1042 en 10410;
5e Overeenkomst gesloten op 31 October 1975 tusschen den Staat der
Nederlanden en den Dijkstoel van het Polderdistrict Culemborg, betreffende het
maken van een Rondweg, het graven van een inundatiekanaal, het maken van 2
schotbalksluizen met bruggen en het maken van eene brug alles behoorende tot
de verbetering van de werken aan ´t Spoel. Op deze Rijksgronden rusten de
volgende erfdienstbaarheden:
De eigenaren van perceel M, No 914, bezitten het recht van uitweg over het hek
op Rijksterrein gelegen jaagpad; de brug hierin over het toeleidingskanaal en de
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
24
kade langs de oostzijde van dit kanaal, die van de perceelen 1043, 1040, 1045
en 1039 bezitten hetzelfde recht op den Rondweg.
Het rijk is verplicht langs de grensafscheiding met de perceelen 914 en 764 een
afheining te onderhouden tot keering van vee. De Rondweg moet aan
weerszijden met den Zuider Lekdijk door opritten onder 1:20 verbonden zijn
eene breedte hebben van 5 M. en ter breedte van 3 M. begrind zijn.
Het lichaam van den Zuider lekdijk voor zooverre dat op Rijksgrond is gelegen,
behoort onder het beheer van den dijkstoel van het polderdistrict van Culemborg
en blijft ten laste van de perceelen land welke voor 1848 met den dijk belast
waren en die o.a. zijn opgenoemd in het “slot van de Tweede Afdeling van het
Aanhangsel op de Beschrijving van Militaire Landsgronden van den Post aan het
Spoel”. Van enkele dier perceelen is de staat (Departement van Oorlog) eigenaar
en deze moet mitsdien in verhouding van de grootte dier perceelen tot de
overigen bijdragen in de bovengenoemde lasten. Dijkvak No 27, lang 37.35 M. en
gelegen aan weerszijden van de inundatiesluis in den Zuider Lekdijk is in beheer,
toezicht en onderhoud bij den Staat (Departemen van Oorlog.) Het bovenvlak
van den Zuider Lekdijk met de daarin gelegen grindweg, tusschen de grenslijnen
14-15 en 2-3 met uitzondering van het dijkvak No 27, behoort aan en is in
onderhoud bij den dijkstoel van het polderdistrict Culemborg.
Het rijk bezit dezelfde rechten van uitwatering, als bezeten hebben de eigenaren
der gronden, welke in het jaar 1848 of later zijn aangekocht of overgenomen.
Bij het doen van herstellingen als anderszins, waarbij de Departementen van
Waterstaat en van Oorlog met elkander in aanraking komen, zijn zij gehouden
als naar gewoonte, elkander behulpzaam te zijn en al het mogelijke gemak te
verschaffen.
De hardsteenen dijkpalen en de hectometerpalen staande op Militairen
Landsgrond op de binnenhelling van den Zuider Lekdijk behoren aan den
Dijkstoel van het Polderdistrict Culemborg.
6e Proces-verbaal van overgave en overname van gronden, behoorende tot het
Werk aan het Spoel onder de gemeente Culemborg, gesloten op 28/31 October
1910 tusschen het Domeinbestuur, ’s Rijks Waterstaat en de Genie.
7e Proces-verbaal van grensbepaling, opgemaakt den 3den October 1911, met de
firma Renaud van Hoijtema en Co te Culemborgf, betreffende de perceelen,
kadastraal Gemeente Culemborg, sectie H. Nos 1570, 1310, 1311 en 1312.
Erfdienstbaarheid
De staat der Nederlanden en de firma Renoud van Hoijtema en Co erkennen in
het onder 7e genoemde Proces-verbaal en grensbepaling, ieder voor zoover zijn
eigendom betreft, elkanders recht tot het gebruik van den uitweg, voerende van
den Zuider Lekdijk naar het jaagpad langs den voomaligen oever der rivier de
Lek en verbinden zich dien uitweg, als op het aangehecht plan aangeduid, ieder
voor het gedeelte op zijn eigen grond gelegen, in behoorlijken toestand en
geschikt voor het verkeer met voertuigen te onderhouden.
De staat der Nederlanden veroorlooft aan de firma Renaud van Hoijtema en C o
het gebruik van de los- en laadplaats op den Rijksgrond, ten noorden van het
jaagpad, ten oosten van- en langs het aanvoerkanaal uit de Lek, met vergunning
in dit aanvoerkanaal door vaartuigen, waarin geladen of vanuit gelost wordt, te
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
25
doen ligplaats nemen, een en ander voor zoover de los- en laadplaats, als mede
het aanvoerkanaal, naar het oordeel van den betrokken EerstaanwezendIngenieur door het Departement van Oorlog, voor welk doeleinde ook, zijn
benoodigd, en zonder eenige verplichting van den staat met betrekking tot het
onderhoud dier werken, zullende alle schade, daaraan door voormeld gebruik
toegebracht, vanwege de firma van Renaud van Hoijtema en Co op eerste
aanzegging en ten genoegen van voornoemend Ingenieur voor hare rekening
worden hersteld.
Positie van de Gebouwen
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
26
Gebouw A
Het gebouw bestaat uit eene verdieping en bevat 6 vertrekken verdeeld als
volgt:
Indeeling:
Nr.
Bestemming
van
het
lokaal
1
Remise, Logies, tevens
schuilplaats
2
Munitiemagazijn
Lang
In M
Breed Hoog
In M
in
top
Aanmerkingen
7.-
4.5
2.5
Voor 2 vuurmonden.
1.6
4.5
2.5
3
Munitiemagazijn
1.88
2.67
2.5
4
Soldatenverblijf
Logies officieren
Officiersverblijf
Telegraafkantoor
4.28
4.5
2.5
3.6 M. rakken gevende
3.6 M2 oppervlakte.
2.4 M. rakken gevende
2.4 M2 oppervlakte.
Om de lokalen 2 en 3
loopt een spouwgang
wijd 0.11 M.
Voor 3 officieren.
1.-
0.9
1.9
5
Hieronder ligt een
privaatput lang 1.8
breed 0.9 hoog in top
0.75 M. met een inhoud
van 1.2 M3.
Het gebouw heeft 2 vleugelmuren, waarvan de een aan de zijde van lokaal 1
langs de voorzijde gemeten 3.- M. lang is, de ander aan de zijde van lokaal 5, 2
M. langs is.
Tegen eerstgenoemden vleugelmuur is een pisbak aangebracht.
Boven op de voorzijde bezit het gebouw een steunmuur met een horizontaal
gedeelte lang 10.25 M., waarvan de rollaag met den bovenkant op 13.- M. + A.P.
ligt en die verder noordwaarts daalt tot 10.60 M. + A.P., zuidwaarts tot 11.60 M.
+ A.P.
Constructie
De fundeering van het gebouw bestaat uit een betonlaag dik 1 M. rustende op
een zandbed dik 2 M. met het ondervlak op 3.9 M. + A.P. gelegen. Het betonblok
steekt rondom 0.50 M. buiten de fundamenten van het gebouw uit, terwijl het
zandbed 10 M. langer en 10 M. breeder is dan de betonfundering. De
fundamenten zijn aangelegd tot de volgende breedten:
de fundamenten der eindrechtstanden tusschen rechtstanden en sluitmuren ter
breedte van die der schoone muren opgeteld aan beide zijden met 1 M., de
fundamenten der vleugelmuren ter breedte van die der schoone muren aan de
voorzijde opgeteld met 1 M., aan de achterzijde met 0.5 M.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
27
De fundamenten der tusschenrechtstanden aan de binnenzijde en vleugelmuren
zijn opgetrokken, 4 lagen te lood en van daar met gelijke versnijdingen zoodanig
dat zij op 8.39 M. + A.P. de breedte verkrijgen der schoone muren, aan iedere
zijde opgeteld met 0.11 M. De fundamenten der eindrechtstanden aan de
buitenzijde zijn opgetrokken eerst met 4 lagen te lood en daarna met
versnijdingen zoodanig dat op 9.62 M. + A.P. de breedte der schone muren
vermeerderd met 0.11 M. verkregen wordt. Onder de vertrekken 2 en 3 en de
scheimuren 2-4 en 3-5 zijn éénsteens aardbogen met ongeveer 1/10 pijl
aangebracht, met den top der binnenwelflijn op 8.17 M. + A.P. gelegen.
De vertrekken 2 en 4 zijn gedekt met een segmentgewelf waarvan de
binnenwelflijn met een straal van 2.7 M. is beschreven en de top op 11.- M. +
A.P. ligt. De vertrekken 1, benevens 3 en 5 zijn gedekt voor de eene helft met
een segments- voor de andere helft met een half cirkelvormig gewelf.
Bij vertrek 1 is de straal van den segmentsboog 2.7 M., bij de vertrekken 3 en 5
1.6 M. Alle gewelven zijn dik 3 steen. Het privaat is gedekt met een
segmentswelf dik 0.33 M., met den top der binnenwelflijn gelegen op 10.4 M. +
A.P. en beschreven met een straal van 0.84 M.
Ventilatie, verwarming, verlichting, enz.
In de lokalen 2 en 3 is door spouwmuren dik 0.22 M. een spouwgang wijd 0.11
M. gevormd, die in afsluitbare verbinding gebracht is met lokaal 1 en lokaal 5.
In de lokalen 4 en 5 kan gestookt worden. De schoorsteen boven het rechtstand
4-5 is tevens ventilatiekoker. Voor de verlichting zijn in de lokalen 1, 4 en 5
lamphaken ingemetseld. In alle vertrekken liggen steenen Vloeren. Die in de
vertrekken 2 en 3 en in de doorgangen 1-2 en 2-3 zijn gedekt met een
cementlaag en die in lokaal 4 met een houten vloer. Het peil der steenen vloeren
is 8.5 M. + A.P. Het gebouw watert af in de omliggende grondmassa. De ruggen
de afwateringsvlakken zijn gelegen op 12 M. + A.P. Zij zijn van holle vloeren
voorzien. De gronddekking bestaat uit zand met bekleeding van klei, dik op het
bovenvlak 0.3 M., op de taluds 0.8 M. Langs de voorzijde van het gebouw ligt
een gemetseld rabat breed 1.2 M.
Registertekeningen van gebouw A.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
28
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
29
Onderstaande tekening van de lokaal indeling is van voor de verbouwing in 1892
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
30
Vooraanzicht van gebouw A.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
31
Sculptuur van Anneke Wessels.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
32
Opschriften uit de tijd dat de EOD op het werk was gehuisvest.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
33
Sculptuur van Anneke Wessels.
Lokaal 5 als magazijn.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
34
Lokaal 3
Deur naar portaal 4.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
35
Om de munitiebergplaats heen is een spouwmuur aangebracht.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
36
Gebouw B
Het gebouw bestaat uit eene verdieping en bevat 4 vertrekken verdeeld als
volgt:
Nr.
Bestemming
van
het
lokaal
1
Remise Logies, tevens
schuilplaats
Lang
In M
Breed Hoog
In M
in
top
Aanmerkingen
7.-
4.5
2.5
2
Artillerie en Genie
munitiemagazijn
1.6
4.17
2.5
3
Soldatenverblijf Logies
4.28
4.50
2.5
Voor 2 vuurmonden
Waarin een Douglaspomp met gootsteen, de
pomp door een
aanzuigleiding, wijd
0.038 M., aangesloten
op de bronbuis.
4.8 M. rak gevende 4,8
M2 oppervlak. Om het
lokaal loopt een
spouwgang wijd 0.11 M.
Hieronder ligt een
privaatput lang 1.8
breed 0.9 hoog in top
0.75 M. met een inhoud
van 1.2 M3.
Het gebouw heeft 2 vleugelmuren waarvan één, aan de zijde van lokaal 1 langs
de voorzijde gemeten 3 M., de andere aan de zijde van lokaal 3 langs de
voorzijde gemeten 1.8 M. lang is. Tegen eerstgenoemden vleugelmuur is een
pisbak aangebracht.
Het gebouw bezit aan de bovenvoorzijde een steunmuur met een horizontaal
gedeelte lang 5.5 M., waarvan de bovenkant rollaag ligt op 13 M. + A.P. en die
verder noordwaarts daalt tot 10.60 M. + A.P., zuidwaarts tot 11.60 M. + A.P.
Constructie
Fundering en fundamenten zijn op gelijke wijze ingericht als bij gebouw A. Onder
vertrek 2 en de scheimuur 2-3 is een éénsteenaardboog met ongeveer 1/10 pijl
aangebracht, met de top der binnenwelflijn op 8.17 M. + A.P. gelegen.
De vertrekken zijn gedekt voor de eene helft met segments- voor de andere helft
met een halfcirkelvormig gewelf, de top der binnenwelflijn ligt op 11.- M. + A.P.
De straal van de segmentsboog is 2.7 M., de dikte der gewelven is 3 steen.
Het privaat is gedekt als bij gebouw A.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
37
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
38
Ventilatie, Verwarming, enz.
In lokaal 2 is door een spouwmuur, dik 0.22 M. een spouwgang wijd 0.11 M.
gevormd, die in afsluitbare gemeenschap is gebracht met de lokalen 1 en 3.
Boven het tusschenrechtstand is een schoorsteen, tevens ventilatiekoker
aangebracht, waardoor in lokaal 3 gelegenheid tot stoken bestaat.
In de lokalen 1 en 3 zijn lamphaken ingemetseld.
In alle vertrekken liggen steenen vloeren. In het vertrek 2 en den doorgang 1-2
is die vloer met een cementlaag overdekt. Het pijl der vloeren is 8.5 M. + A.P.
De afwatering is als bij gebouw A. De gronddekking bestaat uit zand met
bekledingen van klei dik op het bovenvlak 0.3 M. op de taluds 0.8 M.
Langs de voorzijde van het gebouw ligt een gemetseld rabat breed 1.2 M.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
39
Registertekeningen van gebouw B. Het gebouw B is in 1960 gesloopt nadat er
een explosie had plaatsgevonden. Ook gebouw C is verdwenen onder de
slopershamer.
Gebouw B tijdens de sloop.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
40
Gebouw C
Het gebouw bestaat uit eene verdieping en bevat
volgt:
Nr.
Bestemming
Lang Breed Hoog
van
In M
In M
in
het
top
lokaal
1
Remise Logies,
7.4.5
2.5
tevens schuilplaats
2
Munitiemagazijn
1.6
4.5
2.5
van levensmiddelen
3
Munitiemagazijn
1.88
2.17
2.5
van levensmiddelen
4
4.28
4,50
2.5
5
Geniemagazijn
Logies
Keuken
4.-
3.-
2.5
6
Privaat
0.90
1.5
1.9
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
6 vertrekken verdeeld als
Aanmerkingen
Voor 2 vuurmonden
3.6 M. rak gevende 3.6 M2
oppervlak.
2.4 M. rak gevende 2.4 M2
oppervlak. Om het lokaal
loopt een spouwgang wijd
0.11 M.
Waarin een Douglaspomp
met gootsteen en 2 kasten
van latwerk te zamen met
3.9 M2 oppervlak aan
bergplanken. De pomp staat
op den welput van een
vroeger hier gestaan
hebbende boerenhofstede en
is op de plattengrond op blad
2 aangegeven is door een
zuigleiding wijd 0.008 M.
aangesloten op de bronbuis
de gootsteen onder de pomp
staat in verband met een
zinkput op het zandbed van
het gebouw en is op de
tekening van gebouw c
aangegeven. In die keuken is
een gemetseld fornuis,
inhoed van den ketel 270
Liter, alsmede een ijzeren
fornuisketel, inhoudende 85
liter op gemetselde voet.
Hieronder is een privaatput
lang 1.80,- breed 0,8- hoog
in top 0.75 M. met een
inhoud van 1.2 M3.
41
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
42
Vleugelmuur als bij gebouw A. Steunmuur idem.
Constructie
De fundeering van het gebouw bestaat uit een betonlaag, dik 1 M., rustende op
een zandbed, dik 4 M., met het ondervlak op 1.9 M. + A.P. gelegen.
Het betonblok steekt rondom 0.50 M. buiten de fundamenten van het gebouw
uit, terwijl het zandbed 20 M. langer en 20 M. breeder is dan de
betonfundeering.
De gewelven zijn als bij gebouw A.
De ventilatie is als bij gebouw A.
De verlichting is als bij gebouw A.
De vloeren zijn als bij gebouw A.
De afwatering is als bij gebouw A.
Drinkwater
Het water uit de pomp in lokaal 5 is na filtering bruikbaar, het grachtwater
eveneens. In het verdedigingswerk zijn bovendien 3 filtertoestellen.
De gronddekking bestaat uit zand met bekledingen van klei, dik op het
bovenvlak 0.3 M. op de taluds 0.8 M.
Langs de voorzijde van het gebouw ligt een gemetseld rabat breed 1.2 M.
Filtreertoestellen
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
43
Gebouw C is in 1974 gesloopt. In het gebouw was de keuken gevestigd. Hierin
stond een gemetseld fornuis met ketel met 270 liter en een ijzeren fornuisketel.
De meeste andere lokalen waren bestemd als magazijn voor levensmiddelen en
munitie. Verder was er een artillerie- en later geniemagazijn dat uiteindelijk
bestemd werd als logiesruimte. Lokaal 1 was een remise waarin twee
vuurmonden gestald konden worden. Als het geschut buiten stond opgesteld kon
de remise als schuilplaats gebruikt worden.
Gebouw D
Het gebouw bestaat uit eene verdieping en bevat 6 vertrekken verdeeld als
volgt:
Nr.
van
het
lo-kaal
1
Bestemming
Lang
In M
Breed Hoog
In M
in
top
Aanmerkingen
7.-
4.5
2.5
Voor 2 vuurmonden
2
Remise Logies, tevens
schuilplaats
Munitiemagazijn
1.6
4.5
2.5
3
Arrestlokaal
1.6
4.17
2.5
4
Soldaten zieken
verblijf
4.28
4,5
2.5
3.6 M. rak gevende
3.6 M2 oppervlak.
3.6 M. rak gevende
3.6 M2 oppervlak. Om
het lokaal loopt een
spouwgang wijd 0.11
M.
Hieronder is een
privaatput lang 1.80,breed 0,8- hoog in
top 0.75 M. met een
inhoud van 1.2 M3.
5
6
Logies
Privaat
4.28
1.-
4.5
0.9
2.5
1.9
Het gebouw heeft 2 vleugelmuren, één aan de zijde van lokaal 1 is langs de
voorzijde gemeten 3.- M. lang, terwijl de ander, aan de zijde van lokaal 5, 18 M.
lang is, terwijl de ander, aan de zijde van lokaal 5, 18.- M. lang is. Tegen
eerstgenoemden vleugelmuur is een pisbak aangebracht.
Het gebouw bezit aan de bovenvoorzijde een steunmuur met een horizontaal
gedeelte lang 11.- M., waarvan de bovenkant rollaag ligt op 13,- M. + A.P. en die
verder noordwaarts daalt tot 10.60 M. + A.P. , zuidwaarts tot 11.60 M. + A.P.
Constructie
De fundeering en fundamenten zijn als bij gebouw C.
De vertrekken 2 en 4 zijn gedekt met segmentsgewelven. De vertrekken 1, 3 en
5 zijn voor de eene helft gedekt met een segments- voor de andere helft met
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
44
een halfcirkelvormig gewelf. De binnenwelflijnen der segmentsgewelven zijn
beschreven met een straal van 2.7 M.
De toppen der binnenwelflijnen liggen op 11.- M. + A.P. De gewelven zijn dik 3
steen. Het privaat is gedekt als bij gebouw A. De ventilatie is als bij gebouw A.
De verlichting is als bij gebouw A. De vloeren zijn als bij gebouw A. De
afwatering is als bij gebouw A. Langs de voorzijde van het gebouw ligt een rabat.
Het rabat van straatklinkers in zand.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
45
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
46
De aanwezigheid van buskruit in de munitiebergplaatsen was erg gevaarlijk. Een
groot aantal maatregelen en voorschriften moesten voorkomen dat dit explosieve
goedje de lucht in vloog.
Zo was al het hang en sluitwerk in de munitiebergplaats van brons, het gaaswerk
van de tweede deur (niet meer aanwezig) was van koperdraad en ook de
buskruitkisten waren van dit materiaal. Dit voorkwam vonkvorming als er contact
was van metaal op metaal. De vloeren waren over het algemeen van hout om te
voorkomen dat spijkertjes in de zolen van de soldatenschoenen zouden vonken
op de stenen vloer.
De verlichting werd geregeld met behulp van olielampen. Deze mochten nooit in
de munitiemagazijnen komen. Ze stonden dan ook in een nis die vanuit een
aangrenzende ruimte bereikbaar was. Het licht van de lamp scheen door een
glazen plaat van 2 cm. dik de kruitruimte in. Door de glazen plaat kon het vuur
van de lamp niet bij het kruit komen.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
47
Wachterswoning
De wachterswoning voor en na de restauratie
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
48
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
49
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
50
Deze woning was vroeger de sluiswachterswoning onder beheer van den
waterstaat, zij bevat eene beganegrondsverdieping en een zolder en bestaat uit
6 vertrekken verdeeld als volgt:
Nr.
Bestemming
van
het
lokaal
1
Woonkamer
Lang
In M
Breed Hoog
In M
in
top
Aanmerkingen
4.20
3.95
2.60
2
3
Keuken
Slaapkamer
4.2.10
2.90
2.75
2.75
2.55
Hierin een bedstede, diep 1.17 M.
en eene kast
Hierin een kleine bakoven.
Hierin een bedstede, diep 0.90 M.
en een kast en hieronder een
toegang tot den kelder, lang 1.95, breed 2.52-, hoog 1.67.
4
5
Gang
Directiekamer
5.4.17
1.15
3.95
2.55
2.55
6
Privaat
0.95
0.95
2.31
Het alkoof, waarin een bedstede,
diep 1.17 M.
Met nabijgelegen cementsteenen
inhoudende 1.5 M3 Hieronder een
privaatput lang 1.05, breed 0.83,
diep 0.9 M. met een inhoud van
0.75 M3.
Constructie
Het gebouw is op staal gefundeerd en met pannen gedekt, het dak is niet
beschoten.
In de lokalen 2 en 6 zijn cementvloeren in de overige vertrekken houten vloeren.
Vóór het privaat 6 ligt een cementrabat, overigens zijn de rabatten van
straatklinkers in zand.
Het bovenvlak van den keldervloer ligt op 5.25 M. + A.P., van de
beganegrondvloeren in de lokalen 3, 4 en 5 op 6.95 M. + A.P., in lokaal 2 op
6.75 M. + A.P. en in lokaal 1 op 6.90 M. + A.P. en van den zolder op 9.53 M. +
A.P.
In de lokalen 2 en 6 zijn cementvloeren, in de overige vertrekken zijn houten
vloeren. De zolder rust op balken zwaar 0.10 bij 0.15 M. De vloerliggers zijn
zwaar 0.10 bij 0.15 M., de vloeren zijn dik 0.03 M. de zolderplanken eveneens
dik 0.03 M.
De kap bestaat uit 6 binten elk bestaande uit 2 kapspruiten, een bintbalk en een
hanebalk. De gebinten en hoekkepers zijn verbonden door 6 gordingen en een
nok. Op de spanribben rusten de belatting waarop het pannendak.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
51
Verwarming
In de vertrekken 1, 2 en 5 kan gestookt worden. Vóór lokaal 6 is een
cementvloer langs de gevels is een rabat in zand, van de afmetingen welke op de
tekening zijn aangegeven.
Bergloods b
De bergloods op steenen voet is binnenwerks breed 7.5 lang 12.- M.
De loods is bestemd tot berging van Artillerie en Genie-materieel, voor dit laatste
is het noordelijk gedeelte van den zolder door een latwerk met deur
afgescheiden.
Constructie
De fundamenten ter breedte van 0.45 M. op 4.76 M. + A.P. zijn 4 lagen hoog en
op het bovenvlak 0.33 M. breed. Hierop zijn de voetmuren, ter dikte van 0.22 M.
en ter hoogte van 0.33 M. opgetrokken met, in een der korte zijden van de
loods, twee uitsparingen, elk ter breedte van 2.5 M., welke met ½ steens rollaag
bevloerd zijn en voor deuropeningen dienen. Het bovenvlak der rollagen ligt op
5.10 M. + A.P. Op de voetmuren liggen grenenhouten muurplaten. Hierop zijn
geplaatst 4 hoekstijlen en 1 middenstijl tusschen de deur openingen, elk zwaar
0.22 bij 0.22 M., 6 stijlen elk zwaar 0.17 bij 0.22 M., 5 idem elk zwaar 0.065 bij
0.10 M. en 12 idem elk zwaar 0.065 bij 0.09 M. elk van vurenhout.
Van de 11 eerstgenoemde stijlen zijn 4 paar gekoppeld door bintbalken, elk
verbonden met de stijlen door 2 korbeelen. Verder zijn tot onderlinge koppeling
van de stijlen, kruisschoren en horizontale regels aangebracht.
De stijlen zijn aan weerszijden bekleed met kranjangs, tot welker bevestiging
aan de binnenzijde richels zijn aangebracht; terwijl tot dekking van de
buitennaden der kranjangs latten en regels zijn aangebracht.
De ruimte tusschen de binnen- en de buiten kranjang bekleeding is met
houtkrullen aangevuld. Op de 4 bintbalken zijn even zoo veel kapgebinten
gesteld, elk bestaande uit 2 spruiten, 1 hanebalk en 2 korbeelen. Deze gebinten
zijn onderling verbonden door 4 gordingen, 2 spanplaten, 1 nok en 16 klossen.
De 2 middelste bintbalken zijn ter versterking van den zoldervloer met ijzeren
hangers aan de samenkomst der spruiten opgehangen en zijn aan hunne
uiteinden door ijzeren beugels met den voet der spruiten verbonden.
Tegen de gordingen zijn spanribben aangebracht, waarop een pannendak met
belasting rust. Alle bovengenoemde samenstellende deelen van de kap zijn van
vurenhout. In één der lange zijden zijn 3 dubbele schuifglasramen aangebracht,
in de andere lange zijden zijn 3, in elk der eindgevels is boven den zolder 1
lichtopening aangebracht, welke door houten luiken in twee bladen kunnen
gesloten worden. De zolder wordt verlicht door 12 glazen dakpannen.
In één van de korte zijden der loods bevinden zich 2 deuropeningen, elk breed
2,5 hoog 3 M. De benedenvloer welke op 5.1 M. + A.P. is gelegen bestaat uit
eene 0.1 M. dikke leemlaag, waarop een 0.06 M. dikke grindlaag is aangebracht.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
52
Gedragen door 6 zolderbalken, die op hunne beurt op de bintbalken steunen, is
in het midden van die loods eene zoldering aangebracht, lang als de loods en 5.1
M. breed. In een van de hoeken dezer zoldering is een trapgat gespaard waarin
een vurenhouten trap, met eiken treden is geplaatst.
Het noordelijk gedeelte van den zolder is door een latwerk met deur afgeschoten
en bestemd tot magazijn voor geniegereedschappen.
Voor de deuropening ligt een gemetseld rabat van 8 M2 oppervlak.
De loods is aan alle zijden omgeven door een 0.05 M. dik grindpad, ter breedte
van 1 M.
Vervallen tekening
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
53
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
54
Peilmerken
Tot het doen van opnemingen kan gebruik gemaakt worden van de 2 peilschalen
aan de inundatiesluis.
Het N.A.P. wordt gerekend ter plaatse te liggen op 0.04 M. + A.P.
Tuingrond
De tuingrond van den wachter is groot 20 aren en voorgesteld op den
plattengrond van het verdedigingswerk.
Telegraafkabel
De ligging van den telegraafkabel is aangeduid op den plattengrond van het
verdedigingswerk.
Tuingrond en telegraafkabel moeten behouden blijven ingevolge eene
bijschrijving in rood van den I.d.G. in de ontwerpbeschrijving.
Palissadenkap
De palissadenkap bestaat uit 2 houten jukken elk gevormd door een grondbalk,
zwaar 0.3 bij 0.3 M. waarop 3 stijlen, zwaar 0.15 bij 0.15 M. hoog 3.- M.
onderling gekoppeld door een hoekijzer. Over de 2 jukken is aangebracht een
dekking, lang 6.1 breed 3.75 M., van gebogen gegalvaniseerd gegolfd ijzeren
platen. Het geheel is door ijzeren trekstangen, alsmede door houten en ijzeren
schoren versterkt. De kap is in top, onder de dekking ongeveer 3.5-, on de
trekstangen ongeveer 2.9 M. hoog.
De overige loodsen
Op het fort hebben verschillende loodsen gestaan. Dit waren onder andere
klassieke genie en artillerieloodsen. Ook was er een zogenaamde Romney-loods.
Bij het begin van de restauraties verkeerden ze in zeer verschillende staat van
onderhoud. Nu is er nog een gerestaureerde loods over.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
55
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
56
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
57
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
58
Waaiersluis
Tijdens de duikverzwaring in 1978 is helaas de waaiersluis afgebroken. Een deel
bestaat nog maar is ondergewerkt in de huidige dijk.
Waaiersluis, principe
Een waaiersluis is een speciale sluis, die als voornaamste eigenschap heeft dat
hij tegen de waterdruk in geopend en gesloten kan worden. Dit type sluis is
uitgevonden door Jan Blanken (1755-1838), de zoon van een dorpstimmerman
uit Bergambacht. Blanken was Inspecteur-Generaal bij de Waterstaat van 1808
tot 1826, ten tijde van Napoleon. De uitvinding werd betwist door enkele
personen die claimden dat zij dit idee eerder hadden geopperd. De uitvoering
hiervan heeft echter nooit eerder plaatsgevonden. Blanken heeft zijn recht met
succes kunnen verdedigen. Van dit type sluis zijn nog maar enkele exemplaren in
Nederland te vinden.
Werking
Een waaierdeur bestaat uit twee aan elkaar verbonden delen, die rond kunnen
draaien in een komvormige inkassing. Het ene blad heeft een breedte van 5/6
van het andere blad. De delen vormen samen een soort waaier. De waaierdeuren
kunnen naar beide zijden het water keren. Door de waaierkas via buizen met
water te vullen verandert de druk op de deuren zodanig dat deze zowel tegen de
stroom in als met de stroom mee open en dicht gedraaid kunnen worden.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
59
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
60
De waterstanden van de Lek waren van groot belang voor het uitvoeren van
inundaties.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
61
In de omgeving van het werk waren een groot aantal inundatievoorzieningen
aanwezig. Dit waren een inundatiekanaal, bruggen over het inundatiekanaal,
schotbalksluizen.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
62
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
63
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
64
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
65
Mobilisatie 1870
Bij het uitbreken van de Frans-Duitse oorlog worden de forten van de Nieuwe
Hollandse Waterlinie gemobiliseerd. Een aantal forten waaronder Pannerden,
Vechten, Rijnauwen en het Hemeltje waren toen nog niet klaar. Nederland raakte
niet betrokken bij deze oorlog en men ging gewoon verder met de bouw. Tijdens
de mobilisatie van de andere forten van de waterlinie kwam men er wel achter
dat er op die forten enorme tekortkomingen waren. Vooral bomvrije ruimten
voor logies en opslag van buskruit en projectielen waren er veel te weinig. Dit
leidde ertoe dat in de periode daarna veel forten ingrijpend gemoderniseerd zijn.
Ook het werk aan het Spoel werd gemobiliseerd. De soldaten waren voornamelijk
militieleden. Dit waren soldaten die nog door middel van loting opgeroepen
werden voor dienst. Dit verliep allemaal volgens de Wet omtrent de inrigting der
Nationale Militie uit 1817. Deze wet is tussentijds wel een aantal malen
gewijzigd. In deze wet werden onder andere het uitloten, plaatsvervanging door
nummer-verwisseling, vrijstelling, diensttijd, en beroepmogelijkheden
vastgelegd.
WET van den 8sten Januari 1817,
omtrent de inrigting der Nationale Militie.
Wij WILLEM, bij de gratie GODS, KONING der Nederlanden, Prins van OranjeNassau, Groot Hertog van Luxemburg, enz. enz., enz.
Allen die deze zullen zien of hooren lezen; salut!
doen te weten:
Alzoo Wij in overweging genomen hebben de bepalingen ten opzigte der
nationale
militie, bij de navolgende artikelen der grondwet van het Koningrijk der
Nederlanden,
gemaakt.
,, Art. 206. Behalve de vaste zee- en landmagt, is er steeds eene nationale
militie,
waarvan, in vredestijd, jaarlijks een vijfde gedeelte wordt ontslagen."
,, 207. De militie wordt, zoo veel mogelijk genomen uit vrijwilligers, op de wijze
als bij de wet bepaald wordt."
,,Bij gebrek van genoegzame vrijwilligers, wordt de militie voltallig gemaakt bij
loting uit ingezetenen, die op den eersten Januarij van elk jaar ongehuwd zijn,
hun
negentiende jaar ingetreden zijn, en hun drie-en-twintigste jaar nog niet hebben
volbragt; zij die hun ontslag bekomen hebben, kunnen, onder geen voorwendsel,
tot
eenigen anderen dienst, dan de hierna te melden schutterijen, worden
opgeroepen."
,, 208. De militie komt, in gewone tijden, jaarlijks eenmaal te zamen, om,
gedurende eene maand of daaromtrent, in den wapenhandel te worden
geoefend;
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
66
blijvende het nogtans aan den Koning voorbehouden, om, wanneer Hij zulks voor
's
Rijks belangen mogt geraden oordeelen, een vierde van het geheele getal te
doen
zamen blijven."
,, 209. Indien het bij dreigend oorlogs-gevaar, of andere buitengewone
omstandigheden, noodig mogt zijn, de geheele militie bijeen te roepen en te
doen te
zamen blijven, zal zulks, indien de Staten-Generaal niet vergaderd zijn, gepaard
gaan met eene buitengewone bijeenroeping van dezelve, ten einde van het
verrigtte
opening te geven en de verdere daartoe betrekkelijke maatregelen met de
vergadering te beramen."
,, 210. De militie mag nimmer en in geen geval naar de kolonien worden
gezonden."
,, 211. De militie kan nimmer, zonder bijzondere toestemming der StatenGeneraal, buiten de grenzen van het Rijk worden gezonden, ten zij in een
oogenblikkelijk dringend gevaar, of ook wanneer bij garnizoens-veranderingen de
kortste marsch-route over vreemden bodem loopt. In beide deze gevallen geeft
de
Koning van de door Hem deswege gestelde orders, zoodra mogelijk, kennis aan
de
Staten-Generaal."
,, 214. De bepalingen welke door den Koning, zoo omtrent het getal en de
inrigting der militie, als opzigtelijk het geen de schutterijen en den landstorm
betreft,
noodig geoordeeld worden, zijn het voorwerp eener door Hem voor te dragen
wet."
Zoo is het dat Wij, den Raad van State gehoord, en met gemeen overleg van de
Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en
verstaan bij deze:
Van de Nationale Militie in het algemeen.
Art. 1.
Behalve de zee- en landmagt zal er in het Koningrijk der Nederlanden, ingevolge
artikel 206 van de grondwet, bestaan het korps nationale militie, waar van de
sterkte
altijd zal staan in evenredigheid van één man voor iedere honderd zielen der
geheele
bevolking van het Rijk;
Dit korps zal zijn zamengesteld uit infanterie, artillerie, kavallerie en trein.
Keuring
Uiteraard werden deze militairen gekeurd. De keuringseisen stonden in de
Militieregisters – Keuringseisen van 1862. Deze zijn opgetekend in het staatsblad
34 van 25 maart 1862.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
67
(N°. 34.) BESLUIT van den 25sten Maart 1862, houdende vaststelling van
een nieuw reglement op het geneeskundig onderzoek omtrent de
geschiktheid voor de krijgsdienst te land en te water..
Wij WILLEM III, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje
Nassau, Groot Hertog van Luxemburg, enz. enz. enz.
Op de gemeenschappelijke voordragt van de Departementen van Binnenlandsche
Zaken en Oorlog, van den 19/24 Februarij 1862, N° 45B / lit. E, 4de afd.;
Overwegende dat er, gelet op de vorderingen der wetenschap en de verandering
in de bewapening en uitrusting der troepen, en wel inzonderheid ook ten gevolge van
de veranderde wetgeving op het stuk der nationale militie, nooodzakelijkheid bestaat
tot wijziging van de bestaande reglementaire voorschriften op het geneeskundig
onderzoek der manschappen, ter beoordeeling van hunne geschiktheid voor de
krijgsdienst.
Den Raad van State gehoord, (advies van 4 Maart 1862, n°. 2).
Gezien het nader gemeenschappelijk rapport van Onze Ministers van Oorlog, van
Binnenlandsche Zaken en van Marine, van den 22sten Maart 1862, n°. 40 B, 23
Maart 1862, lit. A, en den 24sten Maart 1862, n°. 54.
Hebben goedgevonden en verstaan:
Enz, enz enz. Hieronder een aantal keuringseisen. Deze zijn nu nog steeds van
toepassing maar de beschrijving is wel anders geworden:
N°. 1. * Geheel of gedeeltelijk gemis van hoofdhaar in zoodanigen graad, dat het
hoofd niet genoegzaam is beschut, of het dragen van het hoofdtooisel bemoeijelijkt
wordt.
N°. 2. Te groote lichaamsomvang door vetvorming gepaard met stoornis in de
verrigtingen.
N°. 3. * Algemene of plaatselijke vermagering, gepaard met lichaamszwakte.
N°. 4. * Hoornuitwassen.
N°. 5. * Hoofdzeer (tinea)
N°. 6. Poolsche vlecht (pica)
N°. 7. * Verouderde en hardnekkige huidziekten, bijv. baardvin (mentarga),
schrub-uitslag (psoriasis), visch-schub-uitslag in den hoornachtichen vorm
(ichthyosis cornea) en de zoogenaamde yaws.
N°. 8. * verouderde en hardnekkige venerische huidziekte (syphilides,
condylomata).
N°. 9. Melaatsheid (lepra).
N°. 10. * Hardnekkige drooge kloven (rhagedes).
N°. 11. * Kwaadaardige nagelzweer.
N°. 12. Splijting, misvorming en ontaarding der nagels, met pijn of belemmering
in de bewegingen.
N°. 13. Gemis van alle of de meeste nagels aan handen of voeten.
N°. 14. * Verouderde hardnekkige zweren aan het been of andere
ligchaamsdelen.
N°. 15. Uitgebreide versterving.
N°. 16. Likteekens gepaard met stoornis in de verrigtingen, of met neiging tot
weder openbreken.
N°. 17. * Uitgebreide verouderde verharding of verdikking van de huid of het
onderhuids-bindweefsel.
N°. 18. Belangrijke of veelvuldige vet- of beursgezwellen.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
68
N°. 19. Koude en verzakkings-ettergezwellen.
N°. 20. Huidkanker (epitheliomata) en andere kwaadaardige woekeringen, zoo als
het vezel- of zoogenaamde vleesch-gezwel, het spek-gezwel, merg- en
bloedsponsgezwel.
N°. 21. * Zeer stinkend algemeen of plaatselijk zweet, voorall aan de voetzool,
vergezeld van een roosachtigen toestand.
N°. 22. * Algemeene zuchtige zwelling (huidwaterzucht) en plaatselijke zuchtige
zwelling in belangrijken graad.
§ II. Ziekten en gebreken van de watervaten en watervaatsklieren,
van de mam- en schildklier.
N°. 23. Sterk uitgedrukte klierziekige ligchaamsgesteldheid.
N°. 24. * Hardnekkige klierzwelling, verharding of verzwering aan den hals, in de
oksels, in de liezen, enz.
N°. 25. Kanker der watervaatsklieren.
N°. 26. Buitengewone ontwikkeling der borsten, waardoor het dragen van de
uniform bemoeijelijkt wordt.
N°. 27. Kanker van de mamklier.
N°. 28. Kropgezwel (struma).
N°. 29. Kanker van de schildklier.
N°. 30. * Tegennatuurlijke verwijding van de watervaten (lymphangiectasia) en
watervaats-pijpzweer (fistula lymphatica).
§ III. Ziekte en gebreken van de spieren, banden, beenderen
en andere werktuigen tot beweging.
N°. 31. Te groote gestalte met eene zwakke ligchaamsgesteldheid (het
zoogenaamd uit de krachten gegroeid zijn).
N°. 32. Te kleine (dwergvormige) ligchaamsgestalte.
N°. 33. * Vergroeijing van den eerste halswervel met den tweeden, of met het
achterhoofdsbeen (onbewegelijkheid van het hoofd).
N°. 34. * Aanmerkelijk verdraaide of scheeve stand van het hoofd
(halsverkromming) (caput obstipum).
N°. 35. * Onwillekeurige beweging van het hoofd (zoogenaamd waggelhoofd).
N°. 36. * Verstijving van wervelgewrichten (anchylosis spinae).
N°. 37. Aanmerkelijk misvormde ligchaamsgestalte, ten gevolge van Engelsche
ziekte of beenverweeking.
N°. 38. * Belangrijke misstand van den schouder of van de heup (zoogenaamde
hooge schouder of hooge heup).
N°. 39. Buitengewone zijdelingsche kromming van de ruggegraat (scoliosis),
buitengewoon hooge rug, (cyphosis), buitengewoon ingevallen rug (lordosis).
N°. 40. Zeer platte of zeer ingevallen borst; zeer ingedrukt borstbeen
(sternentupoma): buitengewone welving van de borst; zeer uitpuilend borstbeen
(zoogenaamde kippenborst); buitengewone afplating van de zijden der borstkas.
N°. 41. Belangrijke misvorming van het sleutelbeen of van het schouderblad.
N°. 42. * Algemeen of plaatselijk rheumatismus in belangrijken graad.
N°. 43. Verouderde jicht en jichtknobbels.
N°. 44. * Verslapping van spieren en banden met herhaalde (zoogenaamde
atonische) onvwrichting.
N°. 45. Belangrijke vermagering van één der bovenste of onderste ledematen,
bijv. de progressieve spier-atrophie.
Deze lijst gaat verder tot punt No 357.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
69
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
70
Mobilisatie 1914
Nederland was in de Eerste Wereldoorlog neutraal. Er was een algemene
mobilisatie gedurende de periode 1914 – 1918 om deze neutraliteit te behouden.
Veel linies en forten, waren in verhoogde staat van paraatheid gebracht. Van
krijgshandelingen was geen sprake. Door de bewapeningswedloop waren door de
vijand ook wapens ontwikkeld waartegen deze forten nauwelijks bestand waren.
Van de mobilisatie op het werk aan het Spoel is zeer weinig bekend. Er zijn
gedurende 4 jaar militairen paraat geweest. Zij hielden zich in eerste instantie
voornamelijk bezig met het in staat van paraatheid brengen van het fort. Dit
ging conform de memorie van verdediging waarin exact stond vastgesteld wie er
welke werkzaamheden moest uitvoeren, met welke middelen en met welke
prioriteit. In die periode zijn is veel van de beplanting van het fort verdwenen in
verband met het vrije zicht en schootsveld.
Het
mobilisatiekrui
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
71
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
72
Tijdens de mobilisatie kwamen er regelmatig fotograven land de forten. Zij
mochten foto’s maken van de soldaten. Meestal waren dit geposeerde
groepsfoto,s van soldaten die aan het aardappel schillen waren. Op een
schoolbordje stond dan een passende tekst. De fotograaf moet er voor zorgen
dat de locatie niet herkenbaar in beeld kwamen. Ook de aardewerk industrie
wilde een centje meepakken. Er is van een aantal forten herinnerings aardewerk
gemaakt.
Het interbellum
Na de eerste wereldoorlog werd er niet veel aandacht meer besteed aan
defensie. Deze oorlog had immers geleerd hoe fout en rampzalig oorlog was. Dit
zou nooit meer gebeuren. Maar Duitsland roerde zich opnieuw. Internationale
spanningen liepen op. In 1939 riep de regering een algemene mobilisatie uit.
Troepen kwamen in beweging, men reisde naar zijn mobilisatie bestemming. De
mannen werden geregistreerd en gingen bij de foerier hun uitrusting ophalen.
Daarna moest men naar de plek waar hun legeronderdeel moest zorgen voor de
verdediging van het vaderland. Als dat een fort van de Nieuwe Hollandse
Waterlinie was begon alles met een desillusie. De forten waren verwaarloost
stelling moesten gebouwd worden, schoots- en zichtvelden geruimd. Wel was
men in 1939 begonnen met het bouwen van gewapend betonnen
groepschuilplaatsen en gietstalen koepelkazematten. De verbindingsloopgraven
moesten nog wel even met handkracht aangelegd worden.
Bouw van een groepschuilplaats
Bouw van een koepelkazemat waarvan
de restanten van twee stuks op het werk
te vinden zijn.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
73
De gietstalen koepel
De fortcommandant, reservekapitein G.
Jansen.
Versperringen werden aangelegd.
De kanonnen werden in stelling
gebracht.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
74
Vechtwagen versperringen kwamen op
de toegangswegen.
Even tijd voor een groepsfoto.
De wapens werden geïnspecteerd.
De sluizen gingen open.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
75
Inundaties werden zichtbaar.
Verbinding werden tot stand gebracht.
De keukenploeg kookte.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
76
En de soldaten aten en dronken. Het zal
zeker niet altijd zo geweest zijn als de
onderstaande menukaart laat denken.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
77
Overzicht van de rond 1939 - 1940 gebouwde groepschuilplaatsen en G kazematten
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
78
Restanten van de G - kazemat
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
79
Groepschuilplaats P in het amfitheater. De uitstulping bovenop is de doorvoer
voor een periscoop, deze zijn vanwege de hoge kosten nooit geplaatst.
Tweede Wereldoorlog
Het onderstaande gevechtsverslag uit de omgeving van het werk geeft maar een
heel klein beeld van wat er allemaal gebeurd is in de meidagen van 1940.
In het kort samengevat schrijft de reserve Kapitein P. Verheijen hoe hij zich
voorbereidt had op de strijd op en in de omgeving van het werk aan het Spoel.
Tijdens de dienst is bij vergissing een soldaat beschoten door zijn eigen
commandant. Het schot kwam terecht in de patroontas van de man die daar op
ontplofte. De soldaat is aan zijn verwondingen bezweken.
Vervolgens is er een verslag van de verplaatsing van zijn groep naar Rotterdam.
Van enige strijd op het werk is weinig bekend behalve dat het onder vuur heeft
gelegen tijdens een artilleriebeschieting met 15 cm granaten
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
80
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
81
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
82
De Duitse schietbaan
Zoals zo veel forten en werk van de waterlinie is het werk tijdens de bezetting
gebruikt door het Duitse leger. Even ten zuiden van het werk is in het weiland
een vreemde muur te zien. Het is een overblijfsel van een schietbaan die daar
door de Duitsers is gebouwd. Deze bestond uit Schietpoorten en een
kogelvanger. De schietpoorten moesten eventuele afzwaaiers opvangen. De
kogelvanger stond aan het eind van de schietbaan net achter de schietschijven.
Op deze schijven werd geschoten vanaf de schietstand. Hier moest men staand,
liggend en geknield series schoten afgeven op de schijven.
Het werk na de tweede wereldoorlog.
In eerste instantie werd het werk rond 1951 in gebruik genomen door de genie.
Zij vestigden hier hun vaar- en duikschool. Met een grote rivier in de directe
nabijheid was dit een logische keus. Dit duurde tot 1957. Toen kwam de
Explosieven Opruiming Dienst (EOD) op het werk. Het was de afdeling Munitie
School Technische Dienst. Men gebruikte de voormalige wachterswoning als
kantoor. Vanaf 1962 kwam ook het fort Everdingen in handen van de EOD.
Tijden het leegbranden van patronen in 1960 is er een ernstig ongeval gebeurd.
De groepschuilplaats waarin de verbranding plaats vond explodeerde. Bij dit
ongeval vielen 3 gewonden waarvan er een aan de gevolgen is overleden.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
83
Vaarschool der Genie
Bijzondere gebeurtenissen werden op passende wijze gevierd. Hieronder een foto
genomen tijdens het afscheid van korporaal van Oostrum in 1992.
Het embleem van de
EOD.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
84
Omdat de rivierdijk verzwaard moest worden is in 1978 de waaiersluis voor een
deel afgebroken. Voor een deel is de sluis ondergewerkt in de dijk.
Na dat het werk door defensie definitief verlaten is wordt het werk ingenomen
door een groep krakers uit de omgeving van Tiel. Dit duurde ongeveer een jaar
waarna het terrein, dat inmiddels eigendom was van de dienst Domeinen, werd
ontruimt. Vrijwel direct daarna werd het werk opnieuw gekraakt. Er kwam onder
andere een garage voor “Lelijke eenden”. Uiteindelijk zijn de krakers, na overleg
met de gemeente, in 2009 vertrokken.
De gemeente Culemborg nam het fort over van de dienst de Domeinen. Zij
wilden er een publieke functie aan geven. Rietveld Landscape maakte een nieuw
ontwerp voor het werk en MONIKA architecten ontwierpen het Forthuis. In 2011
en 2012 was het fort gereed.
Werk aan het Spoel
Chronologisch
Jaar
1759
1785
1795
1816
1848
1870
1876
1879
1879
1914
1939
1940
1951
1957
1960
1974
1978
1993
2001
2009
2011
Gebeurtenis
Bouw van een redoute
Afbraak van het redoute
Afbraak van het aardwerk door de Fransen
Start van de bouw van het werk
Aanpassing van het aardwerk
Mobilisatie Frans – Duitse oorlog
Vaststellen van de bewapeningsstaat
Modernisering van het werk
Verbetering van de inundatiemiddelen
Mobilisatie 1e wereldoorlog
Mobilisatie 2e wereldoorlog
Bouw van groepschuilplaatsen en G – kazematten
De vaar en duikschool van de Genie komt op het werk
De EOD komt op het werk
Ongeval bij het leegbranden van patroonhulzen
Sloop van gebouw B
Afbraak waaiersluis i.v.m. de dijkverzwaring
De EOD verlaat het werk, het werk wordt gekraakt
De gemeente Culemborg koop het werk van de dienst der
Domeinen.
De krakers verlaten het werk
Restauratie van het werk
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
85
Werk aan het spoel in het nieuws
1852, aanbesteding onderhoud
1861, aanbesteding onderhoud
1864, aanbesteding onderhoud
1882, verkoop directiekeet
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
86
1889, oefeningen
1895, schipbreuk
1895, schipbreuk
1923, verdrinking
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
87
1924, verdrinking
1926, ongeval
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
88
1939, verdrinking
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
89
1960, explosie
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
90
1960, explosie
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
91
Bronnen, bijdragen en
literatuur
Totaal overzicht alle
naslagwerken
Literatuur
De NHW in Bussum
Fort Werk IV
Erfgoedreeks
Vechten
Erfgoedreeks
Rijnauwen
Erfgoedreeks
Asperen
Fort bij Rijnauwen,
de Parel van de
Hollandse
Waterlinie
Fort Pannerden
Fort Pannerden
Geniebestekken
Genieregisters
Handleiding tot de
Burgelijke
Bouwkunst
Memorie van
verdediging
Nederlands geschut
sinds 1677
Nederlandse
Vuurwapens,
Landmacht, Marine
en koloniale
troepen 1866-1895,
Arnhem 2000.
Nieuwersluis
Van Starreschans
tot starfbastion.
Registers
Auteur
H.J. van Welsen
Uitgever
Historische Kring Bussum
Chris Will
Dirk de Groot
Dirk de Groot
Stokerkade
Chris Will
Stokerkade
Arie van der Gaag
Henk Reinders
Gert Huting
H.E. Wanting
Genie
Genie
Stokerkade
Stichting fort Pannerden
Ministerie van Oorlog
Ministerie van Oorlog
Tot nut van ‘t algemeen
Genie
Ministerie van Oorlog
Stokerkade
J. Albarda en F.L. Kroesen.
van drs. B.J. Martens en drs.
G. de Vries
Douwe Koen
Phoenix Publishers.
Genie
Defensie
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
92
Terminologie
Een herziene en uitgebreide
Verdedigingswerken bewerking van
Vestingbouwkundige termen
van A.H. Mohr.
Van
artilleriesteunpunt
tot
infanteriesteunpunt
Vestingbouwkundige termen
Bronnen
Beeldbank
Ministerie van
Defensie
Bibliotheek
Hollandse
Waterlinie
De Gelderlander
De Koninklijke
Bibliotheek
Ergens in
Nederland
Gemeente Utrecht
Het
Artilleriemuseum
Het Geniemuseum
Het legermuseum
Het Utrechts
archief
Landmachtstaf s’
Gravenhage
Leger 1939 – 1940
NIMH
Provincie Utrecht
Rene Ros
Rijksdienst
Cultureel Erfgoed
Rijksdienst
Cultureel Erfgoed
Stichting de Greb
Dick Leegwater
A.H. Mohr
Stichting Menno van
Coehoorn
Met dank aan de stichting
voor het beschikbaar
stellen van dit werk.
Stichting Menno van
Coehoorn
Stichting Menno van
Coehoorn
Website
http://nimhbeeldbank.defensie.nl/
Materiaal
Foto’s
http://www.hollandsewaterlini
e.nl/
Kaarten en tekeningen
http://www.gelderlander.nl/
http://kranten.kb.nl/results
Krantenknipsels
Krantenknipsels
http://www.ergensinnederland
1939-1945.nl/home
http://www.utrecht.nl/
http://www.nederlandsartilleri
emuseum.nl/
Foto’s
http://www.legermuseum.nl/g
et?site=legermuseum.nl
http://www.hetutrechtsarchief.
nl/
Foto’s en tekeningen.
Foto’s
Foto’s
Foto’s en definities
Foto’s en tekeningen
Tekeningen
Website
http://www.forten.info
http://www.cultureelerfgoed.nl
http://beeldbank.cultureelerfg
oed.nl/
http://www.grebbeberg.nl/ind
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
Beheerder onbekend
Foto’s
Foto’s en tekeningen.
Foto’s, wetgeving
Beschrijvingen van
onderdelen van de
Waterlinie
Foto’s en kaarten
Foto en tekst: Vickers
93
Stichting Menno
van Coehoorn
Technische dienst
Website Stichting
fort aan den Klop.
Website WKU
ex.php?page=stichting-degreb-introductie
http://www.coehoorn.nl
Genieregisters
Luchtvaart
http://www.fortaandeklop.nl
Luchtfoto’s
Foto’s en tekeningen.
http://www.fortwku.nl/wat-ishet-wku
Foto’s en informatie
Wikipedia
De vrije encyclopedie
Met dank aan
Albert Folkerts
Albert Polman
Andries van
Barneveld
Arthur van
Beveren
Bart Bondam
Betrokken bij
Fort Asperen
Fort bij Rijnauwen
Fort bij Rijnauwen
Materiaal
Informatie en foto’s
Foto’s en verhalen
Foto’s en informatie
Lunetten op de Houtense vlakte
Foto’s
Fortificatieforum
Bert
Groeneveld
Bert van Dijk
Chris Will
Coco van
Donkelaar
Daniëlle
Snellenberg
Dirk
Hoogendoorn
Douwe Koen
Fort aan de Biltstraat
Fort bij Rijnauwen
Foto’s, tekeningen
kaarten enz.
Rondleiding en
verhalen.
Informatie
Foto’s en tekeningen
Verklaring
bouwkundige termen
Foto’s en verhalen
Fort Vossegat
Informatie
Het Utrechts Archief
Douwe Tijsma
Familie van K.
Kapitein
Brouwer
Familie van
Luitenant J.J.
Koerts
Fedor de Vries
Frank Sidler
Fort aan den Ruigenhoekschedijk
Fort bij Vechten
Foto’s en
archiefmateriaal
Verhalen
Foto’s
Fort bij Vechten
Foto’s
Batterijen aan de Overeindse weg
Fort bij Rijnauwen
Foto’s
Foto’s en
Fort bij Tienhoven
Projectbureau NHW
Bouwkunde
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
94
Chris van Keulen
Voorschriften omtrent
de verpleging
Foto’s, tekeningen en
reglementen
Eigen web-site
Stelling van Honswijk
Prentbriefkaarten
Fort bij Rijnauwen
Verdedigingswerk te Vreeswijk
Foto’s
Verhalen
Fort Pampus
Tekening
kanon van 24 cM.
Foto’s en kaarten
Frits
Duinkerke
Genealogie
van KeulenPolman
H.J.J.
Steenman
Hans Nap
Harry
Koppelrath
Henk Tol
Waterlinie
Het geheugen
van Nederland
Algemene info
J. Spanjaard
Fort te Jutphaas
Website
Jan Wullink
Fortificatieforum
Janus van
Lunteren
Jos Rams
Fort bij Vechten
Jurrie de Vos
Kees Reehost
Leontine
Jansen
Marinus
Buiten en
W.J. Jeurissen
Martijn
Binnenveld
Michel Ronden
Michel
Verhoeks
Peter Claesens
Staatsbosbeheer
Fort Honswijk
Werk aan de Korte uitweg
http://www.fortwku.nl/
Fort bij Vechten
Remco
Lablance
Rinus Verweij
Rob Meeuwisz
Ruud Mosk
Collega auteur, Genie, uniformen,
uitrusting, enz!
Friese verzetstrijders
– bevrijders en
andere betrokkenen
Versperringen in de
Waterlinie
Foto’s
Foto’s, interviews,
inlichtingen
archiefstukken.
Info, foto’s en Blog
Foto’s
Materiaal van de
website
Foto’s mobilisatie
Lunetten aan de Houtense vlakte
Documenten en
informatie
Fort Everdingen
Foto’s G-kazemat
Waterlinie
Tekeningen met
http://www.mverhoeks.com/index2.html lokaalindelingen
Fort aan het Pampus
Informatie en
tekeningen
Fort ’t Hemeltje
Foto’s en info
Fort Asperen
Fort Pannerden
Collega auteur
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
“de Grenadier”
Info en foto’s S3
kazemat
Foto’s/beschrijvingen
95
Sander van
den Berg
Stichting
Herstellingen
Teus van
Toorn
Truus KleijnWillemse
Veron,
vereniging
van
Zendamateurs
Willemijn
Simon van
Leeuwen
Fortificatieforum
Fort Nieuwersluis
3 D tekeningen en
Foto’s
Foto
Fort Asperen
Informatie
Fort bij Vechten
Lunetten aan de Houtense vlakte
Fort aan de Gagel
Foto’s en verhalen
Fort aan de Nieuwe Steeg
Register en foto’s
Foto’s
Ik heb mijn uiterste best gedaan de bronnen van citaten, foto’s, tekeningen en
dergelijke te achterhalen en te benoemen. In een aantal gevallen is dat niet
gelukt.
Mocht een lezer van de naslagwerken iets herkennen als zijn eigen werk, verzoek
ik u contact op te nemen met: [email protected] om overleg te plegen.
Dirk de Groot.
Werk aan het spoel, versie 2, 2014
Naslagwerk, door Dirk de Groot
96