50 jarig jubileum Autodelta 21-22 september te Monza

50 jarig jubileum Autodelta 21-22 september te Monza
Rob Janzen, Velja Mijatovic & Harry van Weering namens de Scuderia Cuore Sportivo.
Het RIAR (Registro Italiano Alfa Romeo) organiseerde op
21 en 22 september jl. ter ere van het 50-jarig jubileum
van Autodelta een evenement onder de naam “Le leggende tornano in pista” op het circuit van Monza. Een
mooi en aantrekkelijk programma. Veel oud Alfa Romeocoureurs zouden hun opwachting maken.
Autodelta was vanaf 1963 de sportafdeling van Alfa Romeo met jarenlang aan het hoofd de bekende ingenieur
(ex Ferrari-ingenieur) Carlo Chiti. Een grote forse man,
altijd gekleed in een te groot en slecht passend (zeker
geen Italiaans) kostuum, vaak met een lange regenjas.
Een grote hoed en de eeuwige sigaar completeerden het
beeld. Dit is de man die met de TZ1 en TZ2 de basis legde
voor de ontelbare Alfa-successen in de jaren 1970-1990
zowel met toerwagens als met de sportscars voor de
lange-afstandraces en ook de Formule 1-wagens.
Medio juni werd dit op 21 en 22 september te houden
Autodelta-evenement bij ons (Harry van Weering, Velja
Mijatovic en Rob Janzen, samen het net nieuw gevormde
“Scuderia Cuore Sportivo”) bekend. We hadden ons echter in het voorjaar voor een vergelijkbaar evenement op
het circuit van Balocco begin september ingeschreven.
Best mooi twee van zulke samenkomsten. Maar om
tweemaal in veertien dagen naar Italië te gaan is in ieder
geval voor ons te veel van het goede. Dat zou dus kiezen
worden, maar hulp voor dit duivelse dilemma werd ons
geboden door afgelasting
van het evenement op Balocco. In diezelfde periode
ontving Velja van de directie van AFRA het verzoek
om met zijn door Autodelta
gebouwde en ook binnen
de SCARB bekende ARBoxer te komen rijden. Als
tweede auto namen we de
Giulia van Rob mee, die
zeer goed geschikt is om
op circuits te rijden.
Op de verder zeer voorspoedige heenreis met prachtig weer in de Alpen maakten
we nog een typisch Italiaans voorval mee aan de grens
van Italië. Harry gaf ons vooraf als advies, “kom je bij
de grens, kijk dan recht vooruit, maak vooral geen oogcontact met de douaniers en rijd gestaag door”. Echter,
Harry die voorop reed, werd door druk gebarende en
fluitende beambten tot stoppen gedwongen en de rij
uitgestuurd. Velja, vloeiend Italiaans sprekend, nam voor
ons drieën de honneurs waar en overlegde de gevraagde
documenten. Vooralsnog mochten wij niet vertrekken,
eerst werd namelijk de hoogste in rang zijnde ambtenaar
erbij gehaald, die ook eerst zelf persoonlijk een strenge
controle uitvoerde. Nadat alles in orde bevonden was,
De formule Boxer.
180
HET
KLAVERBLAADJE
144
was hij niet meer bij de Giulia van Rob weg te slaan. Wat
bleek, zijn vader had er namelijk ook zo eentje gehad
toen hij klein was.
Zo kwamen wij zaterdagmiddag rond de lunch bij het circuit van Monza aan en werden zeer vriendelijk ontvangen
door de secretaris van het RIAR. Het evenement bleek
kleinschalig van opzet te zijn, met zo’n tachtig meest
unieke Alfa’s bij elkaar. Er waren in ruime mate tijdens
beide dagen gratis drankjes en hapjes; bij inschrijving
ontving iedere deelnemer een genummerde aquarel van
een Alfa tipo 33 tijdens de Targo Florio. Hierna werden
de auto’s van de trailers afgereden en konden we ons
gereedmaken voor de eerste verkennende rondes op het
beroemde circuit. Wat een geweldige entourage om te
rijden en wat een heerlijk circuit met snelle bochten en
chicanes. Na deze eerste kennismaking hebben we de
Rob in zijn Giulia.
Oud en nieuw staan klaar om
het circuit op te gaan.
HET
KLAVERBLAADJE
144
181
uitgebreide display van Scuderia Portello met een hele
sloot GTA’s, Guilietta’s, een formule-één-wagen en een
aantal T33’s bekeken. Verder was er een grote stand van
het Centro Storico met auto’s uit hun collectie, waarvan er
helaas niet veel rijvaardig waren. Ook was er een Amerikaanse Alfa uit de Indy car-racerij, die na uren sleutelen
en testen 2 rondjes reed en daarna het hele circuit in de
rook en de olie zette, waarvoor dank.
Na deze eerste kennismaking werd ons een zeer goed
georganiseerd diner aangeboden met als enige dissonant
een “one man show” van een tweetal speechende RIAR
bestuursleden, dit terwijl de warme maaltijd al geserveerd
was. Na de eerste twee zinnen maakten de heren geen
gebruik meer van de tolk, maar bleven zonder te stoppen
in het Italiaans doorspreken. We zaten aan tafel met vijf
andere Nederlandse SCARB leden, een Japanse ingenieur
en James Wheeler, de eigenaar van de bekende Engelse
Alfa-specialist “Black & White”.
Via onze Italiaans-Nederlandse tafeldame, die ook nog
de secretaris van het RIAR goed bleek te kennen, kregen
Wat een geweldig ervaring, de
Tipo 33 in de pitstraat.
182
HET
KLAVERBLAADJE
144
wij de mogelijkheid een persoonlijk door Nino Vaccarella
aan tafel gesigneerd boek te kopen. Hoewel dit geheel
tegen het afgesproken protocol in bleek te gaan, lieten
wij deze kans niet voorbij gaan.
Zondagmorgen vroeg op en snel naar het circuit, waar de
ongedwongen sfeer en wederzijdse interesses bijzonder
opvallend waren. Of het nu de eigenaar was van een
unieke miljoenen kostende auto uit de jaren dertig of
het bestuur van het RIAR, een ieder deelde in deze fijne
sfeer zijn passie voor Alfa Romeo, waarbij deze drie man-
nen uit het verre Nederland wel erg bijzonder waren. We
hadden een bijzonder leuk gesprek met Flavio Balabio,
inderdaad de man van de prachtige rit van Stresa naar
Dommodossola tijdens het Centennial bezoek in 2010.
Flavio blijkt familiebanden te hebben met de laatste eigenaar en berijder van Velja’s boxer, die daarmee in 1990
kampioen van Italië was geworden. Ook uitgebreid met
Marco Fazio van het Centro Storico gesproken en last but
not least “Mr Theo” (Meinster), zoals die in het buitenland
genoemd wordt en hier voor een kort bezoek was.
De aanwezigheid van twee
formule 1’s was indrukwekkend.
Helaas vatte 1 van de motoren
vlam.
HET
KLAVERBLAADJE
144
183
De ochtendrijsessie van 25 minuten ging al veel sneller
dan op zaterdag, waarbij mijn volledig relaxte medepassagier Harry, mij midden in de pittige eerste chicane na
het rechte eind, je komt toch met 180 kilometer aanrijden, fijntjes wees op de ingang van de oude kombaan.
Hem toen maar even luchtigjes gewezen op het feit dat
ik de aandacht liever op de weg hield en dat we voor de
lunch wel een kijkje bij de kombaan zouden gaan nemen
indien hij dat wenste. Deze kombaan, hoewel al jaren
niet meer in gebruik, ligt er nog steeds ogenschijnlijk
heel fris bij, waarbij de grote hoogte en steile helling
184
pas echt opvallen als je er overheen loopt of naar boven
probeert te klimmen. Het geheel maakte erg veel indruk
als je beseft dat grote namen als Clark, Fangio en Moss
hier gereden hebben.
Na de wederom prima verzorgde lunch een demo gereden
met alle auto’s, hetgeen wel erg goed opletten vergde.
Soms ging de pace car harder om vervolgens weer alle
vaart er uit te halen, waarop de hele stoet als een harmonica in elkaar schoof.
Verder deze middag veel kijken en praten, sfeer snuiven
en bovenal genieten en je vervolgens weer voorbereiden
HET
KLAVERBLAADJE
144
op de volgende stint, want bij het rijden op een circuit,
gaat het er toch altijd ietsje pittiger aan toe dan op de A2.
Uiteraard hielpen wij Velja in zijn monoposto op weg en
stonden wij na afloop klaar om hem binnen te halen. Met
zo’n eenzitter gaat het door de menigte rijden en het
parkeren nu eenmaal wel een stuk lastiger. Velja stond op
deze namiddag gepland om nog in de allerlaatste groep te
rijden. Van deze groep waren er al veel naar huis gegaan.
Velja ging uiteindelijk samen met één andere auto de
baan op. Omdat die voortijdig afhaakte, had Velja in de
ondergaande zon, het gehele Monza circuit voor zichzelf.
Tijdens het opladen rond zes uur zondagavond hoorden
wij bij toeval dat de Gotthard-tunnel deze nacht gesloten
zou zijn wegens onderhoudswerkzaamheden. Restte ons
nog maar één mogelijkheid, namelijk om over de San
Bernardino-pas via Chur en Zürich naar Basel te rijden.
Met onze twee trailers een tocht over de alpen in volledige
duisternis, met zware regen en mist. Maandag rond het
middaguur waren we weer veilig in Nederland.
Hiermede kwam een einde aan een onvergetelijk weekend. Nu maar snel alle foto’s en films gaan monteren en
dan alles wederom gaan herbeleven.
Aan tafel bij Nino Vaccarella.
Foto’s: Xavier Havaux, John en Ine Pisters, Theo Meinster en
het Scuderia Cuore Sportivo.
HET
KLAVERBLAADJE
144
185