De heer Talsma

‘IT MOAT AL HIEL SLIM WURDE,
WOLLE WY HJIRWEI GEAN’
Al ruim tachtig jaar woont meneer Talsma (1928) in Snakkerburen en samen met zijn vrouw
betrok hij 57 jaar geleden het huis waar ze nog altijd in wonen. Dus reken er maar niet op dat ze hier
zomaar vertrekken. Deze woning ademt geschiedenis. Zes kinderen. Twintig kleinkinderen reeds.
Een huiskamer vol planten, want dat was voor hen beiden hun lust en hun leven. En in de zijkamer
staat een prachtige vleugel die de muziek van een leven in zich draagt.
De zwart-wit jeugdfoto’s van de kinderen hangen
in de woonkamer. Vijf meiden, één jongen.
“Dy sil it wol swier krije!”, zeiden ze vroeger.
Maar volgens mevrouw Talsma is dat uiteindelijk
best meegevallen. De hechte familieband ligt
daar ongetwijfeld aan ten grondslag, want de
gezinsleden komen nog altijd graag bij elkaar
over de vloer. Toen ‘pake’ 85 werd, was het
hele spul weer bij mekaar. Talsma’s vrouw ging
achter de vleugel zitten, één van zijn dochters
had haar viool meegebracht en samen speelden
ze speciaal voor zijn verjaardag ‘Träumerei’ van
Schumann.
TUINIEREN EN MUZIEK MAKEN
Hun beide ouders hadden een tuinderij, dus
ze hebben oog voor groen. Mevrouw werd van
huis uit echter ook met muziek grootgebracht en
zou na haar staatsexamen pianolerares worden.
60
Ze studeerde orgel en is sinds 1954 organiste in
de St. Vitus in Stiens. “Ik hâld fan Mozart, mar Bach
is myn favoryt “, lacht ze, terwijl ze de koekjes op
tafel zet. Aan de glinstering in de ogen van Talsma
zie je dat hij iets wil zeggen, maar hij houdt zich
stil, geniet zichtbaar van zijn koekje en pakt
daarna zijn koffiemok.
Grote gestalte, je ziet eraan af dat het een man is
die altijd hard heeft gewerkt. De achtertuin is een
waar pronkstuk, maar in de tuin werken is sinds
een paar jaar geen dagelijkse bezigheid meer, al
had hij het ’t liefst wel gedaan. Hoe het vroeger
eraan toeging? “Hard werken en sober leven”,
zegt hij. Daarmee lijkt hij een man van weinig
woorden, maar niets is minder waar. Dat is te
lezen in de literaire bundel die door de ANBO
(Algemene Nederlandse Bond voor Ouderen,
afdeling Leeuwarden) speciaal voor hem werd
61
samengesteld: Ferdi vertelt ‘Jeugdherinneringen
rond Snakkerburen’. Het zijn de gebundelde
verhalen van Talsma, die hij optekende van 2004
tot 2010. Ferdi schetst mooie tijdbeelden. Over de
oorlog, over zijn schooltijd, over alle jaargetijden
en met dat laatste ook: over de zware winters
van vroeger:
‘De aanloopperiode met koud herfstweer
en nachtvorsten was voorbij,
de wind was naar het noordoosten
en het begon nu echt te vriezen...
De vrachtboten kwamen,
als het niet nodig was, niet meer
van de wal en hier en daar werd
door enkele waaghalzen al een poging
op de schaats gedaan.
Wij stonden als kinderen
belangstellend de dikte van het ijs
in de Dokkumer Ee te aanschouwen
en vroegen ons af of de melkvaarder
nog door het ijs kon komen, of dat hij
zijn pogingen gauw zou staken.
Wij waren natuurlijk niet zo blij
met die ijsschotsen.’
(Bron: Ferdi vertelt, ‘Schaatsen rond Kerstmis’,
jeugdherinneringen rond Snakkerburen)
62
DE TIID HÂLDT GJIN SKOFT
Ze hebben veel zien veranderen zo door de jaren
heen. Talsma werd in het huis hiernaast geboren
en zijn ouders pasten dikwijls op de zes kinderen.
In dat opzicht herhaalt de geschiedenis zich
met de jongste dochter en haar vier kinderen.
“Sa helpe we elkoar wat, no? Ja. Dy bern, dat jout
in soad ferdivedaasje”, zegt mevrouw Talsma.
“Se binne ek gek op pake.” Talsma glimlacht. Dat
is kennelijk geheel wederzijds.
Mar wy rêde ús noch bêst hjir. Ja, it moat al hiel
slim wurde, wolle wy hjirwei gean.”
KLEINE MOEITE
het ding zo weer aan de praat te krijgen. Een
kleine moeite. “Mar wy binne fan in oar tiidrek”,
zegt meneer Talsma, “dus it makke foar ús in grut
ferskil!”
De enige hulp die het echtpaar krijgt, is de
huishoudelijke hulp Greetje, die elke week drie
uurtjes komt helpen. Zij blijkt van alle markten
thuis. Ze werkte lang bij de bank, dus heeft ook
met computers gewerkt. Mooie bijkomstigheid,
want toen de pc van Talsma vastliep, wist Greetje
In de vensterbanken staan talloze bloemen, niet
gek natuurlijk gezien de geschiedenis van deze
twee tuinders. “Dat sjochst hast net mear yn
huzen fan tsjinwurdich, mar it is goed foar dyn
sûnens en foar de fochtichheid yn hûs”, zegt
mevrouw. “Ja, dy planten, dêr piel ik in soad mei
om.” Boven de vensterbank een groot, breed
raam. Talsma kijkt naar de Friese vlakte erachter.
De wolkenluchten die door het levende schilderij
trekken. “Wat in útsicht hè? Ik mei der graach
nei sjen.” In de verte is de gigantische nieuwbouwwijk van Leeuwarden te zien. Gelukkig ver
weg. Hier ademt het nog rust. De melkvaarder is
allang verdwenen, maar in Snakkerburen blijf
je het gevoel hebben dat je een stapje terugzet
in de tijd. Er wonen twee mensen die daarover
kunnen vertellen. “Ja, it libben sjocht der wol
oars út. De wrâld wurdt oars as je âlder wurde.
63