download hier de schoolgids.

Informatiegids
2014 – 2015
Als je iets goeds ziet,
geef een compliment.
Als je iets verkeerds ziet,
bied dan je hulp aan.
Nelson Mandela
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
2
VOORWOORD
Met genoegen presenteren wij u hierbij de informatiegids van Onderwijs Zorg Combinatie
(OZC) Orion. Orion is een voorziening voor kinderen in de basisschoolleeftijd en komt voort
uit een intensieve samenwerking tussen Stichting Openbaar Primair en Speciaal Onderwijs
Leiden (PROO leiden) en Cardea.
OZC Orion biedt een combinatie van onderwijs en zorg aan kinderen van 3 tot en met 12 jaar
uit Leiden en de regio. De kinderen op Orion zijn door Bureau Jeugdzorg geïndiceerd voor
een geïntegreerd aanbod van onderwijs en zorg.
Kinderen op Orion hebben dusdanige gedragsproblemen, dat zij binnen het regulier of
speciaal basisonderwijs niet aan leren toekomen. In kleine groepen werken leerkrachten
samen met pedagogisch medewerkers aan de ontwikkeling van de kinderen. Per kind wordt
bekeken wat de beste combinatie tussen onderwijs en zorg is.
OZC Orion hecht aan een goede samenwerking met de ouders. Wanneer een kind geplaatst
wordt op Orion wordt er een gezinsbegeleider aan het gezin gekoppeld. Op deze manier
zorgen we voor een sluitend netwerk om de kinderen heen.
In onze informatiegids kunt u informatie vinden over onze missie en visie, organisatie,
onderwijs- en zorg aanbod, leerlingenzorg, doelstellingen voor komend schooljaar,
protocollen en overige belangrijke informatie betreffende Orion.
De doelstellingen, die we ons in het komend schooljaar stellen, komen voort uit een
meerjarenplanning 2011 - 2015 (zoals ook vermeld in het schoolplan voor 2011 – 2015).
Waar wij spreken van ouders bedoelen wij alle volwassenen die de zorg hebben over de
kinderen. Als u naar aanleiding van de schoolgids vragen, opmerkingen en/of suggesties
heeft, horen wij die graag! Schroom niet om langs te komen. We maken graag tijd voor u.
Het team van Orion

Onderwijs Zorg Combinatie
Orion
• Stichting Openbaar Primair en
Speciaal Onderwijs Leiden
• Cardea
Simon Smitweg 7
Maresingel 3
Elisabethof 21-23
2353 GA Leiderdorp
Leiderdorp
T 071 589 92 60
F 071 541 89 34
E [email protected]
www.ozc-orion.nl
2316 HA Leiden
353 EW
T 071 524 76 70
F 071 523 07 82
[email protected]
www.prooleiden.nl
T 071 579 50 50
F 071 579 50 59
E [email protected]
www.cardea.nl
INHOUD
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
3
INHOUD
Voorwoord
Inhoud
Inleiding
1
HOE WIJ WERKEN
1.1
Leeftijd kinderen
1.2
Onderwijs-Zorg
1.3
Doelen voor een plaats op Orion
1.4
Aanmelding en plaatsing
2
NA DE PLAATSING
2.1
Groepsindeling
3
ONDERWIJS – ZORG
3.1
Samenwerking in de groep
3.2
Onderwijsaanbod
3.3
Zorgaanbod
3.4
Gebruikte methoden
3.4.1 Algemeen
3.4.2 Orion 3-6
3.4.3 Orion 6-12
4
HANDELINGSPLANNING
4.1
Driehoek
4.2
Gesprek over de voortgang
4.3
Eindgesprek
5
KIND VOLGSYSTEEM
5.1
Orion 3-6
5.2
Orion 6-12
6
HET TEAM
6.1
Overlegvormen
6.2
Het team van OZC Orion
7
ORION EN OUDERS
7.1
Heen – en – weer schrift
7.2
Informatieavond
7.3
Medezeggenschapsraad
8
TIJD VOOR SCHOOL
8.1
Schooltijden
8.2
Onderwijstijd
8.3
Pauze
8.4
Leerplicht
8.5
Verlof aanvragen
8.6
Schoolverzuim
8.7
Vakantierooster
9
OVERIGE BELANGRIJKE ZAKEN
9.1
Geldelijke bijdrage van ouders
9.2
Vervanging van personeel
9.3
Feesten en excursies
`
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
3
4
6
8
8
8
9
10
12
12
15
15
16
16
17
17
18
19
21
21
21
21
22
22
23
24
24
25
27
28
28
28
29
29
29
29
30
30
30
31
32
32
32
32
4
10
11
12
9.4
Vervoer
9.5
Verzekeringen
9.6
Klachten
9.7
Inzagerecht
9.8
Privacy
UITSTROOMGEGEVENS
10.1 Uitstroom Orion 3-6
10.2 Uitstroom Orion 6-12
SPEERPUNTEN 2014-2015
11.1 Voor beide afdelingen
11.2 Orion 3-6
11.3 Orion 6-12
BOVENSCHOOLSE AFSPRAKEN
32
33
33
33
34
35
35
35
36
36
36
36
37
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
5
INLEIDING
Binnen onderwijs zorg combinatie Orion bieden Cardea (jeugdzorg) en PROO Leiden
(onderwijs) een combinatie van zorg en speciaal onderwijs (SO, Cluster IV) aan leerlingen van
3 tot en met 12 jaar met (ernstige) gedragsproblemen. De zorg wordt echter niet alleen aan
de leerlingen geboden maar aan leerling én gezin/systeem. OZC Orion heeft als
schooleenheid één brinnummer. Deze onderwijseenheid bestaat echter uit twee gescheiden - afdelingen.
Orion 3-6 (voor kinderen in de leeftijd van 3 tot en met 6 jaar) en Orion 6-12 (voor kinderen
in de leeftijd van 6 tot en met 12 jaar).
Doorstroom vanuit de afdeling 3-6 naar de afdeling 6-12 is niet gebruikelijk en zeker ook niet
de doelstelling. In 2013 en 2014 is respectievelijk 10% en 5% van de leerlingen van Orion 3-6
doorgestroomd naar de 6 12. Er is dus nadrukkelijk geen sprake van een doorgaande lijn van
onder- naar midden en bovenbouw in de school.
Beide afdelingen hebben dan ook een andere opdracht.
Kinderen binnen Orion 3-6 worden aangemeld vanuit een 'zorgtraject'. De hulpvraag van
ouders, in samenwerking met bureau jeugdzorg richt zich op kind- en systeemfactoren.
Binnen Orion 3-6 is vanuit onderwijs de opdracht om binnen een jaar in de integrale
samenwerking het kind te observeren, de ondersteuningsbehoeften in kaart te brengen, de
ontwikkeling gericht te stimuleren in samenwerking met het systeem en een advies te geven
over een passende onderwijsplek voor het kind.
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
6
Binnen Orion 6-12 is in samenwerking met Cardea de opdracht leerlingen met ernstige
emotie-regulatieproblemen weer succeservaringen op te laten doen in het onderwijs, zodat
zij aan het einde van de basisschool, en waar mogelijk eerder, voldoende zijn toegerust om
te kunnen doorstromen naar een andere onderwijsplek. Veel aandacht wordt besteed aan
het opbouwen van een identiteit als leerling, waarbij naast het stimuleren van de
leerontwikkeling en de werkhouding ook veel aandacht uitgaat naar het reguleren van
gedrag en het aanleren van sociale vaardigheden.
Voor beide afdelingen geldt dat de samenwerking met ouders een noodzakelijke
voorwaarde is, zodat een pedagogische driehoek (en daarmee een eenheid voor het kind)
ontstaat waarin zowel op school als thuis de totale ontwikkeling van het kind gestimuleerd
wordt.
Voorwaarde voor plaatsing op OZC Orion is een BJZ indicatie. Bij Orion 6-12 beschikken de
meeste kinderen daarnaast over een toelaatbaarheidsverklaring voor Cluster IV, of wordt de
aanvraag voor deze indicatie opgestart bij aanmelding (door de verwijzer, eventueel onder
begeleiding van Orion).
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
7
1
HOE WIJ WERKEN
1.1
Leeftijd kinderen
Orion biedt zorg en onderwijs aan kinderen van 3 tot en met 12 jaar. Orion is verdeeld in
twee afdelingen omdat jonge kinderen andere onderwijs- en zorgbehoeften behoefte
hebben dan oudere kinderen. Er is een afdeling voor kinderen van 3 tot en met 6 jaar (3 - 6)
en één voor kinderen van 6 tot en met 12 jaar (6 - 12).
In de gids wordt specifiek vermeld, dat bepaalde informatie alleen geldt voor
Orion 3 – 6 of 6 -12 vanwege verschillen in toeleiding, aanbod en aanpak.
1.2
Onderwijs – Zorg
In de groepen worden onderwijs en behandeling geïntegreerd aangeboden. De aanpak van
leerkrachten en pedagogisch medewerkers is nauw op elkaar afgestemd. Onderwijs en zorg
zijn aanvullend en ondersteunend aan elkaar.
Een kind heeft in een onderwijs-zorggroep te maken met slechts één leefklimaat,
waarbinnen onderwijs- en behandelactiviteiten plaatsvinden.
Uitgangspunt is een zogenaamd ‘groeimodel’, waarin geleidelijk de behoefte aan zorg
afneemt en de deelname aan onderwijs toeneemt.
Multidisciplinaire samenwerking
Zorg
Onderwijs
Dankzij de intensieve behandeling, is een kind steeds beter in staat om zelfstandig in een
onderwijssituatie te functioneren en wordt de onderwijstijd vergroot.
Concreet betekent dit dat kinderen die nog veel behandeling nodig hebben in eerste
instantie veel begeleiding krijgen van de pedagogisch medewerkers.
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
8
Naarmate een kind meer toe is aan onderwijs wordt een op het kind afgestemd
onderwijsprogramma aangeboden. Dit varieert van individueel oefenen van schoolse
vaardigheden (schova/leren leren) tot bijna volledig onderwijs, passend bij de onderwijs- en
zorgbehoeften van een kind.
1.3
Doelen voor een plaats op Orion
Kinderen die Orion bezoeken, hebben naast een onderwijsinhoudelijke hulpvraag ook
behoeften op sociaal-emotioneel gebied. Meestal in combinatie met hulpvragen die
betrekking hebben op het gezin.
Bureau Jeugdzorg indiceert een plaats bij Orion daarom op basis van drie zogenaamde
hoofddoelen waar aan gewerkt wordt:
1 De ontwikkelingsproblemen en -achterstanden zijn verbeterd en/of weggewerkt,
2 De ouders zijn toegerust om beter met het gedrag van het kind om te gaan,
3 De schoolontwikkeling van het kind is verbeterd, op gang gebracht.
Samen met de ouders worden de doelen vastgesteld en bepaald op welke manier daaraan
gewerkt wordt. Steeds wordt per kind bekeken in hoeverre deze doelen kunnen worden
afgestemd op het ontwikkelingsniveau van het kind.
Zorgdoelen
• De zelfredzaamheid van het kind is vergroot;
• Het is duidelijk wat het kind nodig heeft om zich optimaal te kunnen
ontwikkelen;
• Het inzicht in het eigen functioneren van ouders en het functioneren van hun
gezin is vergroot;
• De opvoedingsvaardigheden van ouders zijn versterkt;
• De positieve interactie tussen ouders en kind is vergroot;
• Het sociale netwerk van het gezin is versterkt;
• De balans draagkracht - draaglast is hersteld;
• De gedragsproblematiek van het kind is verminderd en/of hanteerbaar
geworden;
• Het kind heeft zich positief ontwikkeld op cognitief, sociaal-emotioneel en
motorisch gebied.
Onderwijsdoelen
• Wennen aan een schoolse situatie (het functioneren in een klassengroep, het
zich richten op aangeboden taken);
• De schoolvaardigheden van het kind zijn verbeterd of op gang gebracht;
• Het leren samenwerken en -spelen met andere kinderen in een schoolse situatie;
• Het verkrijgen van een goede luisterhouding;
• Bevordering van een actieve en betrokken houding bij activiteiten in de groep;
• Onderwijs op het gebied van de leervoorwaarden ter voorbereiding op vervolg
school;
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
9
• Nastreven van een ononderbroken ontwikkelingsproces en stimuleren van de zone
van de naaste ontwikkeling bij ieder kind;
• Zelfstandigheidbevordering, bevordering van het zelfvertrouwen.
1.4
Aanmelding en plaatsing
Orion 3 - 6
Voor een plaats in een van de groepen is een
indicatie van Bureau Jeugdzorg nodig
(daghulp). Nadat deze indicatie is afgegeven,
neemt een gezinsbegeleider van Orion
contact met u op.
Hij/zij zal met u de indicatie doornemen en de
gestelde doelen verwerken in een
samenwerkingsovereenkomst.
De gezinsbegeleider heeft ondertussen ook
contact met het ondersteuningsteam van
Orion om de plaats in de groep voor te
bereiden. Het ondersteuningsteam bestaat
uit de gedragswetenschappers, teamleider en
intern begeleider. Het team begeleidt het
verblijf van alle kinderen, hun benodigde
onderwijszorgaanbod en alles wat daarvoor
moet
worden
geregeld.
Het
ondersteuningsteam regelt ook de verwijzing
van kinderen naar de vervolgschool.
Voor wat betreft het onderwijs wordt op grond van de dossiergegevens en recente
informatie het ontwikkelingsperspectiefplan opgesteld, waarin doelen voor het onderwijs en
de zorg, zowel op Orion als thuis, worden geformuleerd.
Nadat het eerste OPP is opgesteld, wordt kennisgemaakt en afgestemd met de toekomstige
mentor van het kind (een pedagogisch medewerker) en de groep. Voor zorg en onderwijs
wordt een integraal werkplan opgesteld met werkdoelen. Daarna kan het kind gaan
beginnen in de groep.
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
10
Orion 6 - 12
Kinderen van 6 tot 12 jaar worden doorgaans vanuit een school verwezen naar OZC Orion als
school voor speciaal onderwijs, cluster IV. Voor plaatsing op Orion is een
Toelaatbaarheidsverklaring nodig (TLV). Deze wordt aangevraagd door de verwijzende
school en ouders in samenwerking met het expertteam.
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
11
2
NA DE PLAATSING
2.1
Groepsindeling
 De afdeling Orion 3 – 6 bestaat uit drie groepen, waarvan één groep met een
specialistisch karakter.
De Kleine Beer en de Grote Beer
Beide groepen richten zich op de jonge kinderen, die vaak nog moeten groeien in het
onderwijs en een grote vraag naar orthopedagogische ondersteuning hebben. Waar
mogelijk wordt qua aanbod aangesloten bij een reguliere kleutergroep; dit vooral ter
voorbereiding op de vervolgschool.
Alle kleuters, die van nature nog een grote behoefte aan spelen hebben, worden begeleid
door de pedagogisch medewerkers om de spelontwikkeling op gang te brengen en door te
ontwikkelen. Bij de kinderen die al meer onderwijs aankunnen, kan de orthopedagogische
begeleiding vooral plaatsvinden in de lessituatie, terwijl de leerkracht met de groep werkt.
Naast de groep werken pedagogisch medewerkers veel aan individuele of groepsgerichte
trainingen op sociaal-emotioneel gebied.
Binnen het onderwijs wordt er veel schoolvaardigheid (schova) training geboden om de
leervaardigheden en leervoorwaarden te ontwikkelen bij de kinderen. Er wordt een
uitdagende en leerrijke omgeving gecreëerd die kinderen moet uitdagen tot exploreren en
tot leren te komen.
De Kleine Beer is er voor die kinderen die net de kleuterleeftijd hebben bereikt, die vooral
behoefte hebben aan ondersteuning op sociaal emotioneel gebied en die nog niet schoolrijp
zijn. De Grote Beer richt zich op de kleuters die naar verhouding wat meer onderwijs aan
kunnen en nodig hebben. Kinderen leren om steeds langer en actiever en intensiever deel te
nemen aan onderwijsactiviteiten. Daarbij wordt steeds per kind gekeken hoe we zo goed
mogelijk kunnen aansluiten bij zijn/haar onderwijsbehoeften.
In beide groepen wordt gewerkt met het totaalprogramma IK & KO. Aan de hand van het
programma komen diverse thema’s aan bod, waarbij verschillende ontwikkelingsgebieden
gestimuleerd worden.
Om alle kinderen optimaal te laten profiteren van de omgeving vinden er ook
groepsoverstijgende en groepsdoorbrekende activiteiten plaats.
De Atlas
De Atlas is een gespecialiseerde groep voor kinderen met (een vermoeden van) een autisme
spectrum stoornis (ASS).
De algehele ontwikkeling van de kinderen wordt gestimuleerd door het aanbieden van
behandelings- en onderwijsactiviteiten. De Atlas kenmerkt zich door een hoge mate van
structuur in tijd, ruimte en activiteiten, waarbij voorspelbaarheid, prikkelreductie en een
gedragsmatige aanpak van belang zijn.
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
12
In de behandeling is aandacht voor een individueel gerichte aanpak binnen een
gevisualiseerd dagprogramma (pictogrammen) en duidelijke regels. Elk kind heeft zijn eigen
behandeldoelen die betrekking hebben op het stimuleren van de normale ontwikkeling.
Het stimuleren richt zich op de sociaal-emotionele, cognitieve-, spel-, taal-, en motorische
ontwikkeling, de communicatie en het contact. Sociale vaardigheidstraining wordt ingepast
in de dagelijkse leefsituatie en aan het individuele kind.
Nieuwe vaardigheden worden aangeleerd door deze op te splitsen en aan te bieden in kleine
stapjes, door voor het kind duidelijk te maken wat van hem verwacht wordt, door aan te
sluiten bij zijn interesse en zo nodig eerst te oefenen in een één-op-één situatie. Geleerde
vaardigheden worden uitgebreid en in verschillende situaties geoefend.
Het omgaan met veranderingen, waarbij overgangs- en wachtmomenten worden ingevuld.
Kinderen worden voorbereid op veranderingen.
Stapsgewijs wordt gewerkt aan de verbetering van de concentratie en aandachtspanne en
aan het ontwikkelen van een goede taak/werkhouding. Schova training wordt individueel of
in een groepje van twee à drie kinderen aangeboden. Afhankelijk van wat de kinderen
aankunnen, kan worden uitgebreid naar grotere groepen en/of meer uren onderwijs in het
programma.
De Atlas bestaat uit twee groepen. In allebei de groepen hebben de kinderen individuele
werkplekken waar zij volgens de TEACCH methode werken om de zelfstandigheid en de
concentratie te vergroten.
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
13

De afdeling Orion 6 – 12 bestaat uit vier groepen, waarvan één groep met een
specialistisch karakter.
Pluto
Pluto is een onderbouw/speelleergroep in de schoolvoorwaardelijke fase voor kinderen van
6 à 7 jaar.
Hier wordt geobserveerd in hoeverre het kind al een schoolhouding ontwikkeld heeft. Het
Onderwijszorgplan wordt daarop afgestemd.
De kinderen functioneren op de grens van voorbereidend en aanvankelijk leren en hebben
ook nog extra speeltijd nodig.
Jupiter
Jupiter is een middenbouwgroep in de leervoorwaardelijke fase voor kinderen van
7 - 9 jaar.
In deze groep worden kinderen ondersteund bij de leerstof overstijgende gebieden zoals
taakaanpak, plannen, informatieverwerking en faalangst.
De kinderen zijn gestart met het aanvankelijk leren tot en met de kerndoelen speciaal
onderwijs middenbouw.
Mercurius
Mercurius is een midden- en bovenbouwgroep, in de leer effectuerende fase voor kinderen
van 9 - 12 jaar.
De nadruk in deze groep ligt bij het coachen van leerstrategieën, werkhouding, reflectie,
feedback, zelfstandigheid en samenwerken, maar ook het formuleren van eigen leerdoelen
en profijt hebben van begeleiding. De kinderen kunnen de kerndoelen speciaal onderwijs
van de middenbouw tot de bovenbouw volgen. Er wordt aandacht besteed aan de overgang
naar het voortgezet onderwijs.
Saturnus
Naast de kerngroepen is er één specialistische groep, namelijk Saturnus. Deze groep is
ingedeeld naar het niveau van emotieregulatie en leerbaarheid.
Er wordt getraind op leervoorwaarden en schoolse vaardigheden. De methodieken van de
basisvakken taal, lezen en rekenen zijn in eerste instantie een middel om tot leren te komen.
Er wordt ook getraind op sociaal emotionele vaardigheden, zelfbeheersing en
zelfvertrouwen om de overgang naar een andere groep te kunnen versoepelen. Ook in deze
groep werken onderwijskrachten en pedagogisch medewerkers intensief samen. Er zijn
maximaal zes kinderen in deze groep.
2.2
In,- door- en uitstroom
Zowel voor de afdeling 3-6 als de afdeling 6-12 is de route voor instroom, doorstroom en
uitstroom beschreven in een document waarin alle stappen en verantwoordelijkheden zijn
vastgelegd. Uiteraard zijn deze documenten op Orion aanwezig ter inzage.
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
14
3
ONDERWIJS - ZORG
3.1
Samenwerking in de groep
Binnen de groepen is sprake van een specifiek pedagogisch klimaat, waarbij een heldere
structuur, voldoende veiligheid voor het kind en een responsieve houding van het team de
kernpunten zijn. De omgeving is zodanig dat de kinderen zich veilig voelen, zelfvertrouwen
krijgen en zich (weer) kunnen gaan ontwikkelen. Hiertoe wordt een zekere voorspelbaarheid
nagestreefd door te werken volgens een vast dagritme en met zoveel mogelijk bekende
medewerkers. In de rustige inrichting zijn veel visuele hulpmiddelen aanwezig die de
kinderen helpen zich het dagritme en de groepsregels eigen te maken.
De pedagogisch medewerker en de leerkracht geven samen vorm aan de dag. Zoveel als
mogelijk wordt in de groep gewerkt, maar er zijn ook momenten waarop in kleine groepjes
of individueel gewerkt wordt. Soms is dit buiten de groep in een aparte ruimte. In een
poging beide specialismen te verduidelijken hebben we hieronder zowel het
onderwijsaanbod als het zorgaanbod beschreven. In de dagelijkse praktijk is een en ander zo
verweven en op elkaar afgestemd dat het voor een kind op Orion niet uit moet maken met
welke volwassene hij/zij te maken heeft.
We evalueren ons handelen voortdurend volgens de Plan-Do-Check-Act-principes. We
signaleren problemen en/of mogelijkheden en kansen, we ontwikkelen oplossing en passen
op kleine schaal waar mogelijk veranderingen toe, we controleren of de veranderingen het
gewenste effect hebben en als dat zo is voeren we de veranderingen, in overleg, verder in.
Deze principes dwingen ons steeds weer te kijken of we het goede doen en of we dat ook
goed doen.
Act
Plan
Check
Do
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
15
3.2
Onderwijsaanbod
Wanneer kinderen in de onderwijs-zorggroep toe zijn aan meer onderwijs en in staat zijn aan
onderwijsactiviteiten in een groep deel te nemen, wordt de onderwijstijd aangepast.
Het onderwijs wordt vormgegeven door middel van instructiegroepen. De kinderen die in
aanmerking komen voor de meer groepsgerichte onderwijsactiviteiten dienen over een
zekere taakgerichtheid, luisterhouding en enige mate van leergierigheid te beschikken.
In overleg met ouders, de intern begeleider, de gedragswetenschapper en het team wordt
een geïntegreerd handelingsplan opgesteld. Hierbij wordt een voorlopige planning gemaakt
voor de vorm, de aard en de frequentie van het onderwijs. De leerkracht past zijn/haar
dagelijks handelen en de instructie aan, aan de mogelijkheden van het kind en evalueert,
samen met het multidisciplinaire team en de ouders de vervolgstappen. Passend binnen de
doelen die in het ontwikkelperspectiefplan met ouders zijn geformuleerd, wordt steeds weer
bekeken hoeveel uren onderwijs het kind aankan.
3.3
Zorgaanbod
In de groepen wordt een intensief aanbod gedaan van korte, concrete activiteiten die later
op de dag of in de week worden herhaald. Als kinderen deelnemen aan therapie of
trainingen van externe therapeuten (zoals logopedie, fysiotherapie, speltherapie,
psychomotorische therapie) worden deze therapieën of trainingen bij voorkeur geïntegreerd
in de behandeling.
In de groep wordt met het kind gewerkt aan onder andere het (leren) functioneren in een
grotere groep, de interactie tussen de kinderen onderling en met de medewerkers, het
vergroten van de zelfredzaamheid en de werk- en luisterhouding van het kind.
De pedagogisch medewerker onderhoudt een intensief contact met de ouders (en hun
gezinsbegeleider) en stemt de werkdoelen van het kind in de groep af op de werkdoelen
waaraan het gezin thuis werkt.
Het kan voorkomen dat de pedagogisch medewerker thuis aan een concreet doel komt
werken, wanneer dat voor ouders ondersteuning biedt.
Voor kinderen die doorstromen naar een vervolgschool worden coaching trajecten geboden.
Tijdens de overstap naar de volgende school kan een pedagogisch medewerker deze stap
ondersteunen door op de vervolgschool te trainen op concrete werkpunten van het kind.
De vragen, behoeften en mogelijkheden van de cliënt staan centraal en zodoende houdt hij
de regie over zijn eigen hulpproces.
Op Orion werken we vanuit de visie, die beschreven is in de methodiek “Gezin Centraal”
(Arjan Bolt, 2006). Een methode die ook binnen de rest van Cardea gebruikt wordt.
Uitgangspunt hierbij is een vraag- en oplossingsgerichte houding van de medewerker, die
zijn professionaliteit ten dienste stelt van de ontwikkeling van de cliënt (ouders).
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
16
3.4
Gebruikte methoden
3.4.1 Algemeen
Dagritmepakket en gebruik van pictogrammen
In alle groepen wordt dagelijks gebruik gemaakt van het Dagritmepakket. De dag- routine is
de ‘kapstok’ van onderwijs en zorg. Het is gedefinieerd als ‘terugkerende onderdelen van de
dag die normaal gesproken zo verlopen’.
De bezigheden van kinderen en medewerkers zijn op elkaar afgestemd. Ook wordt gebruik
gemaakt van pictogrammen om de dagindeling en de activiteiten in volgorde zichtbaar te
maken. De kinderen hebben hier veel steun aan vanwege hun dikwijls zwakke tijdsbesef en
behoefte aan overzicht van wat er komen gaat. De leeromgeving wordt hiermee veilig en
voorspelbaar voor de kinderen.
Zelfstandig werken
Zelfstandig werken is een belangrijke vaardigheid voor kinderen die op hun eigen niveau aan
de slag moeten kunnen. Gedurende het schooljaar wordt het zelfstandig werken stapsgewijs
opgebouwd, onder andere met behulp van methodieken als Geon en GIP, zodat de kinderen
minder begeleiding nodig hebben en beter voorbereid zijn op de vervolgschool.
Sociaal-emotionele ontwikkeling
Regelmatig spreken de teamleden met de kinderen over gevoelens. Doel is het vergroten
van het inlevingsvermogen en de sociale competentie van de kinderen en het zichzelf beter
leren uiten.
Voor de sociaal-emotionele activiteiten wordt gebruik gemaakt van het programma “Een
doos vol gevoelens”, interventies rondom emotieregulatie uit “Minder boos en opstandig,”
de interventiemethodiek LSCI, sociale en cognitieve behandelprogramma’s en
(prenten)boeken.
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
17
Mondelinge taal
In de klas wordt veel verteld en voorgelezen over verschillende onderwerpen die aansluiten
bij thema’s die in de groep aan de orde zijn. Hierbij worden de kinderen alert gemaakt op
het woordgebruik en het maken van correcte zinnen en verhaaltjes. Het team kan
ondersteuning krijgen van onze spraak-taalpatholoog.
ICT
Naast de software die door de leerkrachten in de groepen wordt aangeboden, krijgen de
kinderen van Orion 6 - 12 ook ICT-les in de groep. De kinderen werken in een digitale
leeromgeving met onder andere een digi-bord en touch screen. Orion heeft een
internetprotocol.
3.4.2 Orion 3-6
Beginnende geletterdheid
Ook voordat er met het formele leesproces wordt gestart, doen kinderen al veel kennis op
over geschreven taal. Spelenderwijs leren kinderen de betekenis van geschreven taal en
doen hier allerlei ervaringen mee op. Zij leren bijvoorbeeld dat een boek door iemand
geschreven is, dat je naam uit letters bestaat en dat je met het schrijven van een briefje iets
voor elkaar kunt krijgen.
De interesse voor geschreven taal wordt opgewekt met allerlei activiteiten, waarbij onder
andere gebruik wordt gemaakt van materialen uit “De Leeslijn”.
Auditieve training wordt klassikaal door de leerkracht aangeboden, bijvoorbeeld met
programma’s als “Klinkklare Klanken” en “Oorzaak”, maar vindt ook individueel of in kleine
groepjes plaats.
Wanneer kinderen daar aan toe zijn, zijn er mogelijkheden om met het aanvankelijke
leesproces te starten met behulp van de methoden Leessleutel, Letterpret en/of Veilig Leren
Lezen.
De schrijfmotoriek wordt gestimuleerd met behulp van programma’s als “Schrijfdans”,
“Schrijfkriebels” en oefeningen uit de methoden “Handschrift” en “Mijn eigen handschrift”.
Beginnende gecijferdheid
Ervaringen op het gebied van rekenen en wiskunde worden met behulp van verschillende
activiteiten bewust gemaakt en besproken. De belangrijke onderwerpen tellen en
getalbegrip, ruimtelijke relaties en constructies, meten, weten en tijd komen regelmatig aan
de orde.
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
18
Er wordt gebruikt gemaakt van delen van bestaande methoden zoals “Alles telt”, “Operatoir
rekenen”, “Zo reken ik ook”, hulpprogramma’s zoals “Ordenen”, en van een zelf
samengestelde ontdekkist, waarmee allerlei ervaringen worden opgedaan. De computer
wordt daarnaast ingezet ter ondersteuning.
Bewegingsonderwijs
Eenmaal per week geeft de leerkracht van de onderwijs-zorggroep een half uur
kleutergymnastiek.
Doel is de kinderen bekend te maken met hun eigen lichaam, verschillende
bewegingsvormen en oefening te bieden op dat terrein. In de gymzaal zijn verschillende
materialen ter ondersteuning.
De zelfredzaamheid wordt geoefend bij het aan- en uitkleden.
Behandeling van specifieke motorische of psychomotorische problemen gebeurt meestal
door een fysiotherapeut van een externe praktijk al dan niet binnen Orion.
3.4.3 Orion 6-12
Schrijven
Wanneer kinderen starten met aanvankelijk schrijven, wordt gestart met de methoden
“Handschrift” en “Pennestreken”.
Lezen
Kinderen leren lezen volgens de methode “De Leeslijn” en “Veilig Leren Lezen”, zij gaan
vervolgens verder met de methode voor technisch lezen “Speciale Leesbegeleiding”, en voor
begrijpend lezen wordt gebruik gemaakt van “TekstVerwerken”.
Taal
De taalontwikkeling wordt met behulp van de methoden “Blokboek taal”, “Spelling in de Lift
plus” en “Werkwoordspelling in de Lift plus” ondersteund.
Rekenen
Kinderen die starten met rekenen, werken met de methoden “Alles telt” en
“Alles telt - maatschrift”. Daarnaast wordt er gebruik gemaakt van de methode “Maatwerk”.
Natuur en techniek
Met behulp van de methoden “In vogelvlucht” en “Topondernemers” wordt gewerkt aan
natuureducatie en techniek. Naast het werken met de methoden worden lespakketten
gebruikt van de dienst Natuur-en Milieueducatie en wordt regelmatig de heemtuin bezocht.
Aardrijkskunde en geschiedenis
De oudere kinderen werken met de methoden “De trek” en “Land in zicht”. De jonge
kinderen werken vooral ervaringsgericht rondom thema’s die tevens verband houden met
aardrijkskunde en geschiedenis.
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
19
Engels
De midden- en bovenbouwgroepen krijgen Engels met de methode “Real English”.
Speciale spelbegeleiding/Spelmolen
Door speciale spelbegeleiding is er extra aandacht voor de spelontwikkeling van kinderen.
Met gerichte observaties wordt het niveau en de spelkwaliteit van het kind bepaald.
Vervolgens worden de spelmogelijkheden van de kinderen stap voor stap uitgebreid en leren
kinderen hoe zij volgens regels met andere kinderen op een prettige manier kunnen
samenspelen.
17
Gymnastiek
De groepen krijgen twee keer per week gym van een vakleerkracht.
Kunst
Kinderen leren technieken en vaardigheden op het gebied van tekenen, handvaardigheid en
beeldende vorming ontwikkelen en toepassen. Een vakleerkracht begeleidt hen hierbij.
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
20
4
HANDELINGSPLANNING
Tijdens de eerste gesprekken (“startfase”) worden de indicatiedoelen van Bureau Jeugdzorg
“vertaald” naar werkdoelen voor onderwijs, zorg en het gezin.
De doelen van zorg en onderwijs worden op elkaar afgestemd en beschreven in het
ontwikkelperspectiefplan. Dit resulteert in integrale handelingsplanning die systematisch
geëvalueerd wordt.
4.1
Driehoek
Ongeveer elke zes weken hebben ouders een driehoekgesprek met de gezinsbegeleider en
mentor over de voortgang van de werkdoelen van onderwijs en zorg. Samen bespreken zij
wat er eventueel bijgesteld moet worden en op welke manier.
4.2
Gesprek over de voortgang
Drie keer per schooljaar is er een gesprek over de voortgang van de totale ontwikkeling. Het
ontwikkelingsperspectiefplan en het plan van aanpak vormen de leidraad voor deze
bespreking. Tijdens het gesprek worden de lange-termijndoelen van zorg en onderwijs
geëvalueerd.
Hierbij zijn altijd de ouders, gezinsbegeleider, mentor, leerkracht en soms een
gedragswetenschapper, intern begeleider of andere relevante derden aanwezig.
Ook wordt vooruit gekeken naar de mogelijke datum van uitstroom en welke vorm van
vervolgonderwijs en/of dagbesteding het beste bij het kind past.
Deze gesprekken worden op Orion door het multidisciplinaire team voorbereid zodat
iedereen die bij het kind betrokken is steeds weet wat afspraken en doelen zijn.
4.3
Eindgesprek
Wanneer in overleg besloten wordt dat het kind kan doorstromen naar een andere
voorziening of school vindt er een eindgesprek plaats.
Tijdens dit gesprek wordt bekeken of de doelen zijn gerealiseerd en wat er nog nodig is voor
een goede overdracht. De uitstroom wordt gepland en afgesproken.
Het is mogelijk dat het verblijf in Orion wordt afgesloten en dat de
gezinsbegeleider nog enige tijd bij het gezin betrokken blijft.
Hij/zij zal pas afsluiten wanneer ook zijn betrokkenheid niet meer nodig is.
20
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
21
5
KIND VOLGSYSTEEM
Binnen Orion vinden we het heel belangrijk om de totale ontwikkeling van alle kinderen
goed in kaart te brengen om ons handelen zo goed mogelijk af te stemmen op de onderwijsen zorgbehoeften van elk kind. Hiertoe gebruiken we verschillende middelen. Uiteraard zijn
ook de dagelijkse observaties en bevindingen van leerkrachten en pedagogisch medewerkers
van groot belang.
5.1
Orion 3 – 6
De algehele ontwikkeling van het kind wordt gevolgd aan de hand van het Ontwikkeling Volg
Model (OVM). Het OVM is een observatiesysteem waarin allerlei aspecten van de kinderlijke
ontwikkeling in de vorm van ontwikkelingslijnen met ontwikkelingsfasen zijn uitgewerkt.
De volgende ontwikkelingslijnen zijn uitgewerkt:
• identiteitsontwikkeling
• sociaal-emotionele ontwikkeling
• speel- en werkgedrag
• (senso)motorische ontwikkeling
• zintuiglijke ontwikkeling
• spraak- en taal(denk)ontwikkeling
• wereldverkenning
• symboolverkenning.
Het instrument wordt gebruikt in de dagelijkse onderwijsleersituatie bij verschillende
activiteiten en in gevarieerde situaties. In het komende schooljaar wordt het hele team 3-6
geschoold in de nieuwste digitale versie van het OVM.
Naast het OVM gebruikt Orion de Cito-toetsen “taal voor kleuters” en “rekenen voor
kleuters” om het niveau van het kind te bepalen en vaststellen in hoeverre een kind zich
ontwikkelt binnen zijn /haar eigen mogelijkheden. Daarnaast levert het inzicht in de
ontwikkeling van het kind ten opzichte van de scores binnen het reguliere basisonderwijs
Met behulp van deze gegevens doet de leerkracht een niveaubepaling en wordt duidelijk op
welke ontwikkelingsgebieden sprake is van een leerachterstand of -voorsprong. Het
leerkrachtgedrag en het onderwijsaanbod wordt hierop afgestemd, zodat een kind altijd op
zijn eigen niveau werkt en de juiste instructie krijgt.
5.2
Orion 6 – 12
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
22
5.2
Orion 6-12
Vanaf het moment dat kinderen leerstof krijgen aangeboden via onderwijsmethodes,
worden de methode gebonden toetsen afgenomen. De leerkracht houdt de resultaten bij en
gebruikt deze bijvoorbeeld om te kijken of het kind de leerstof beheerst.
Naast de methode gebonden toetsen worden kinderen op vaste momenten, aan de hand
van een toets-kalender, getoetst met behulp van methodeonafhankelijke toetsen van Cito.
Deze toetsen geven aan in hoeverre een kind zich ontwikkelt zoals verwacht mag worden
van een kind van zijn leeftijd.
De resultaten van deze toetsen staan in het leerlingvolgsysteem, zodat de ontwikkeling van
het kind over jaren gevolgd kan worden. Dit is ook de basis om vooruit te kijken naar de
verwachting voor toekomst, een zogenaamd didactisch ontwikkelingsprofiel.
In de 6-12 worden de sociale competenties in kaart gebracht met behulp van de SCOL
(Sociale Competentie Observatie Lijst).
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
23
6
HET TEAM
6.1
Overlegvormen
De teams 3 - 6 en 6 - 12 hebben regelmatig overleg over organisatorische en huishoudelijke
zaken. Daarnaast hebben de teams wekelijks inhoudelijk overleg.
De intern begeleider heeft regelmatig orthodidactisch overleg met de leerkrachten over de
didactische vorderingen, afstemming van methodieken, bepalen van instructiebehoeften en
het leerlingvolgsysteem.
Op basis van alle informatie wordt het handelingsplan opgesteld en wordt op
onderwijsinhoudelijk vlak bekeken hoe bijvoorbeeld een leerachterstand kan worden
ingehaald. De intern begeleider coacht de leerkrachten op leerkrachtvaardigheden en
groepsmanagement.
De gedragswetenschappers van Orion overleggen regelmatig met de gezinsbegeleider en het
team van de groep over de realisatie van de doelen, de benodigde aanpak en het aanbod.
Tevens coacht de gedragswetenschapper de teamleden op vaardigheden ten behoeve van
de samenwerking met kind en gezin tijdens een orthopedagogisch overleg.
Intern begeleider en gedragswetenschapper coachen samen de teams in hun professionele
ontwikkeling op alle gebieden waar zij in de samenwerking mee te maken hebben.
Directeur, teamleider, gedragswetenschappers, schoolpsychologen en intern begeleiders
hebben ongeveer 6 bijeenkomsten per schooljaar om de grote lijnen binnen het onderwijs
en de zorg op Orion af te stemmen en verder te ontwikkelen. Zij komen dan bijeen in het
OZOO (Onderwijs Zorg Ontwikkel Overleg).
Tot slot heeft het ondersteuningsteam (3 – 6) en de Commissie van Begeleiding (6 – 12)
regelmatig afstemming over de in-, door- en uitstroom en de stand van zaken met
betrekking tot alle kinderen.
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
24
6.2
Het team van OZC Orion
Binnen de beide teams werken zowel medewerkers van PROO Leiden als Cardea. Zij zijn over
het algemeen gekoppeld aan één van de afdelingen.
Orion 3 – 6
Leerkrachten
Pedagogisch medewerkers
Onderwijsassistenten
Gezinsbegeleiders
Gedragswetenschappers
Schoolpsycholoog / Intern begeleider
Schoolpsycholoog / Intern begeleider
Secretariaat
Teamleider
Yolanda Bakker
Ria ten Bosch
Rita Langendijk
Yvette Laman
Lyda van ’t Wout
Diny Akkerman
Bianca Nieuwenburg
Marlieke Weima
Melanie de Lange
Jolande van Duijne
Saskia Nauta
Mandy Slingerland
Cilleke van Gijzen
Michelle Kettenis
Brenda Schaeffers
Esther Willemsen
Irin Jacques
Jacqueline van Asperen
Marjan van de Krogt
komen uit het team van Cardea
Ilonka von Rudnay
Lianne Knoben
Chantal de Vries
Elise Hoogenboom
Ellen Beij
Marja Kins
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
25
Orion 6 – 12
Leerkrachten
Gedragswetenschapper
Intern begeleider
Schoolpsycholoog
Secretariaat
Plaatsvervangend directeur
Directeur a.i.
Wilma Sassen
Harold Brand
Simone Faber
Saskia Schakenbos
Esther Valentijn
Marion Franse
Rachèl de Haas
Sanne van Leeuwen
Anne Olivier
Marlou Jenner Reijman
Stefanie Noordhuizen
Annelies Hogewoning
Irina Colpa
Guillaume Slingerland (sport)
Annemarie Polvliet (kunst)
René Broekstra
Mandy Ravensbergen
Marieke Berkheij
Bianca van Dongen
Elise Hoogenboom
Annemiek Konings
Bianca van Dongen
Rob van Haren
Orion algemeen
Administratief medewerker
Conciërge
Spraak-Taalpatholoog
Pien Dol
Michel Kiers
Caroline Nater
Onderwijsassistent
Pedagogisch medewerkers
Vakleerkrachten
Gezinsbegeleiders
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
26
7
ORION EN OUDERS
OZC Orion hecht aan een intensieve samenwerking tussen ouders, onderwijs en jeugdzorg.
Het uitgangspunt is de gelijkwaardigheid in partnerschap van het gezin, het onderwijs en de
jeugdzorg. Ouders beschikken over een ruime ervaringsdeskundigheid met betrekking tot
hun kind en het team beschikt over professionele deskundigheid. In de samenwerking leren
wij van elkaar en zoeken en vinden we gezamenlijk een antwoord op de hulpvragen.
Tijdens het verblijf van een kind in één van de groepen, is veel en intensief contact met de
ouders. De gezinsbegeleider heeft zeer frequent contact, onder andere via huisbezoeken. De
pedagogisch medewerker en leerkracht hebben regelmatig met de ouders contact over de
gestelde werkdoelen.
De mentor van een kind kan soms dagelijks met de ouders contact hebben. Al deze
contacten worden afgestemd op de vragen en behoeften van ouders en kind.
In de groepen geven vaste teams met elkaar vorm aan het onderwijs en de behandeling
volgens een gezamenlijk plan. Het dagprogramma bestaat uit groepsgerichte en individuele
activiteiten en wordt aangeboden in twee geschakelde ruimtes. Het kind verblijft op deze
wijze de hele dag in hetzelfde leefklimaat.
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
27
7.1
Heen-en-weerschrift
Orion is geen gewone buurtschool. Kinderen worden dikwijls gebracht en gehaald door een
taxi (busje). Daarom ontbreken vaak de vanzelfsprekende contacten tussen ouders en team.
Om u toch goed op de hoogte te houden wat er op een dag gebeurt, bestaat er voor Orion 3
- 6 standaard een zogenaamd “heen-en-weerschrift”. Daarin beschrijft het team het verloop
van de dag. Wij verwachten van u dat ook u een kort verslagje schrijft over wat uw kind
heeft gedaan en/of meegemaakt. Ook bij de oudere kinderen wordt soms gebruik gemaakt
van het heen-en-weerschrift.
7.2
Informatieavond
Vlak na de zomervakantie staat een informatieavond gepland. Tijdens deze avond kunt u
kennismaken met de leerkracht(en) en de pedagogisch medewerker(s) van de groep van uw
kind, wordt u geïnformeerd over het programma van de groep van uw kind en de daarbij
behorende activiteiten. Over verdere informatiebijeenkomsten wordt u geïnformeerd
middels de nieuwsbrief.
Over verder27
7.3
Medezeggenschapsraad
Komend schooljaar gaan we inhoud en vorm geven aan een medezeggenschapsraad voor
Orion. De MR geeft invulling aan de inspraak op het beleid. Daarnaast kan de MR zelf
initiatieven ontplooien om bestuur of directie op zaken te attenderen of daarover advies uit
te brengen.
Over de acties die wij zullen gaan ondernemen om de medezeggenschap een actieve rol te
geven binnen Orion zullen wij u middels onze nieuwsbrief informeren.
Voor meer informatie kan contact opgenomen worden met de schooldirecteur / teamleider.
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
28
8
TIJD VOOR SCHOOL
8.1
Schooltijden
Orion 3-6
Maandag, dinsdag
Woensdag
Donderdag, vrijdag
van 08.45 tot 15.00 uur
van 08.45 tot 11.45 uur
van 08.45 tot 15.00 uur
Orion 6-12
Maandag, dinsdag
Woensdag
Donderdag, vrijdag
van 08.30 tot 14.15 uur
van 08.30 tot 12.00 uur
van 08.30 tot 14.15 uur
8.2
Onderwijstijd
Orion 3 - 6
ochtend
middag
woensdag
week
jaar
vrije dagen
3,25
2,50
3
26
1357,75
332,25
Orion 6 - 12
ochtend
middag
woensdag
week
jaar
vrije dagen
3,5
2,0
3,5
25,5
1331,5
326
1357,75 - 361 =
lestijd
marge
996,75
940
56,75
1331,5 - 353,5 =
lestijd
marge
978
940
38
8.3
Pauze
De pauzes maken ook deel uit van het onderwijs-zorgprogramma. Tijdens deze “vrijere”
momenten besteden we onder andere aandacht aan sociale redzaamheid, samenspel met
andere kinderen en het opbouwen en versterken van het spelrepertoire.
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
29
8.4
Leerplicht
Bijna alle kinderen beleven hun eerste schooldag op vierjarige leeftijd. Dit is een spannende
en belangrijke dag voor de ouders en het kind.
De kleuter is op die leeftijd nog niet leerplichtig, maar het is goed voor zijn ontwikkeling om
samen met leeftijdgenootjes al naar school te gaan.
De echte leerplicht begint op de eerste dag van de maand, die volgt op de maand dat een
kind vijf jaar is geworden.
Een kind dat bijvoorbeeld op 10 oktober zijn vijfde verjaardag heeft gevierd, wordt op de
eerste schooldag van de maand november leerplichtig.
Soms is een volledige schoolweek te lang voor jonge kinderen. Daarom biedt de
Leerplichtwet een mogelijkheid tot vrijstelling.
Ouders van een vijfjarige leerling mogen, in overleg met de schooldirecteur, hun kind
maximaal vijf uur per week thuis houden. Mocht dit niet genoeg blijken te zijn, dan mag een
directeur daar nog vijf extra uren vrijstelling per week bovenop doen. De mogelijkheid voor
vrijstelling is uitsluitend bedoeld om overbelasting van de leerling te voorkomen.
Zodra een kind zes jaar is, geldt deze mogelijkheid niet meer. Zesjarige kinderen moeten
allemaal het volledige onderwijsprogramma volgen.
8.5
Verlof aanvragen
Als kinderen de leerplichtige leeftijd van 5 jaar bereikt hebben, kan er in principe buiten de
schoolvakanties geen extra verlof gegeven worden. Indien er gewichtige redenen zijn om
hiervan af te wijken, kan een schriftelijk verzoek ingediend worden bij de schooldirecteur.
Deze toetst het verzoek aan de “Richtlijnen vrijstelling schoolbezoek buiten de
schoolvakanties” en overlegt zo nodig met de teamleden of de leerplichtambtenaar.
Indien een leerling geen verlof heeft gekregen maar desondanks toch niet op school
aanwezig is, zijn wij verplicht hiervan melding te doen bij Bureau Leerplicht. Met vragen,
opmerkingen en bezwaren kunt u bij de directeur of leerplichtambtenaar terecht.
8.6
Schoolverzuim
Wanneer uw kind ziek is en niet naar Orion kan komen, belt u voor kinderen van Orion 3 - 6
vanaf 8.30 uur naar Campus Leiderdorp (071-589 92 60) om dit door te geven. De
receptioniste zal vervolgens de groep hiervan op de hoogte stellen.
Voor de kinderen van Orion 6-12 geldt dit vanaf 08.00 uur en dan belt u naar
06-23 39 86 47, dit is het telefoonnummer van de conciërge van Orion.
Maakt uw kind gebruik van de taxi, dan moet de taxi ook afgebeld worden.
Wanneer uw kind hersteld is, kunt u dit laten weten op dezelfde telefoonnummers.
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
30
8.7
Vakantierooster
Hieronder ziet u een overzicht van de vakanties in het komend schooljaar.
Voor een overzicht van de overige vrije dagen verwijzen wij u naar de kalender.
Leidens Ontzet
Herfstvakantie
Kerstvakantie
Voorjaarsvakantie
Pasen
Koningsdag
Meivakantie
Tweede Pinksterdag
Laatste schooldag
Zomervakantie
3 oktober 2014
18 oktober t/m 26 oktober 2014
20 december 2014 t/m 4 januari 2015
21 februari 2015 t/m 1 maart 2015
3 april t/m 6 april 2015
27 april 2015
2 mei t/m 17 mei 2015
25 mei 2015
10 juli 2015, vanaf 12.00 uur vrij
11 juli t/m 23 augustus 2015
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
31
9
OVERIGE BELANGRIJKE ZAKEN
9.1
Geldelijke bijdragen van ouders
Voor kinderen die onderwijs volgen op Orion wordt geen vrijwillige ouderbijdrage aan
ouders gevraagd, zoals gebruikelijk is op een reguliere school.
Wel is er een bijdrage vanuit de jeugdzorg; deze wordt geïnd door het Landelijk Bureau
Inning Onderhoudsbijdragen (LBIO). Cardea is verplicht aan Bureau Jeugdzorg de start- en
einddatum van de plaatsing van uw kind door te geven. Bureau Jeugdzorg geeft deze
informatie weer door aan het LBIO. Het LBIO is het orgaan dat de hoogte van de bijdrage
vaststelt en deze int. De hoogte van de bijdrage is afhankelijk van een aantal factoren, o.a.
het aantal plaatsingsdagen.
Ook alle wijzigingen ten opzichte van de plaatsingsdagen worden door Cardea aan Bureau
Jeugdzorg doorgegeven die deze informatie ook weer doorstuurt naar het LBIO.
Het LBIO vermeldt o.a. het volgende:
“U bent als (stief)ouders verplicht te voorzien in het onderhoud van uw (stief)kinderen. Deze
onderhoudsplicht blijft bestaan, ook als uw kind buiten het gezin verblijft. U betaalt dan ook
een bijdrage in de kosten van de jeugdzorg. Het maakt daarbij niet uit of dit met of zonder
uw toestemming gebeurt.”
Meer informatie over het LBIO kunt u vinden op www.lbio.nl en met name het gedeelte over
de ouderbijdrage op www.lbio.nl/ouderbijdragen
9.2
Vervanging van personeel
Personeel wordt in eerste instantie intern vervangen. Als de afwezigheid langer duurt, wordt
gezocht naar vervanging buiten Orion. Bij langdurige afwezigheid van een personeelslid
worden de ouders schriftelijk op de hoogte gesteld.
9.3
Feesten en excursies
Regelmatig worden uitstapjes georganiseerd die passen binnen het lopende thema of
project. Dit kan bijvoorbeeld een bezoek aan de bibliotheek, het postkantoor, de heemtuin
of de kinderboerderij zijn. Uiteraard stellen we u op de hoogte van deze uitjes.
9.4
Vervoer
Orion 3 - 6
Ouders brengen hun kind in principe zelf naar Orion. Ouders van kinderen die meer dan 4
kilometer van Orion wonen, kunnen een beroep doen op het vervoer van Cardea. De
gezinsbegeleider bespreekt met u de mogelijkheid van het vervoer van uw kind door Cardea.
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
32
Orion 6 - 12
Kinderen van de 6-12 komen in principe zelfstandig of onder begeleiding van hun ouders
naar school. In sommige gevallen kunnen zij gebruik maken van leerlingenvervoer van de
gemeente waarin zij wonen. Kinderen die op minstens 6 kilometer van de dichtstbijzijnde
toegankelijke school wonen, komen over het algemeen in aanmerking voor deze
gemeentelijke vervoersregeling.
Er zijn twee mogelijkheden: de gemeente kan zelf aangepast vervoer regelen of kan de
kosten van openbaar vervoer voor de leerling (en eventueel de begeleider) vergoeden.
Welke variant geldt is afhankelijk van de persoonlijke situatie.
Ouders moeten zelf de aanvraag voor vervoer indienen bij de gemeente waarin zij wonen.
De gezinsbegeleider kan hierbij wel behulpzaam zijn.
Mogelijk gaat er in het komend schooljaar een en ander veranderen omtrent het taxivervoer.
Wij houden u hiervan op de hoogte.
9.5
Verzekeringen
Voor de kinderen van Orion geldt een collectieve ongevallenverzekering die via Cardea
geregeld is.
De stichting PROOLEIDEN heeft als werkgever een aantal verzekeringen afgesloten die de
wettelijke verplichting dekt tot het vergoeden van schade die in de betreffende
hoedanigheid aan anderen door onrechtmatig handelen is toegebracht en waarvoor
PROOLEIDEN verantwoordelijk kan worden gesteld. Deze verzekeringen zijn van toepassing
op leerkrachten en overig personeel, leden van ouderraden, medezeggenschapsraden en
andere personen die zich in het kader van ouderparticipatie beschikbaar stellen voor
onderwijsactiviteiten.
Uitgebreidere informatie kunt u krijgen bij de directie van Orion.
9.6
Klachten
In het samenwerkingsverband PROOLEIDEN / Cardea, vormgegeven in OZC Orion, is er een
klachtenregeling voor zowel de zorgkant als de onderwijskant.
Met betrekking tot de zorg wordt u hierover schriftelijk geïnformeerd bij de start van de
plaatsing op OZC Orion. Voor het onderwijs verwijzen we hier naar het hoofdstuk over de
bovenschoolse afspraken.
9.7
Inzagerecht
Op grond van de Wet Bescherming Persoonsgegevens hebben ouders of andere wettelijke
vertegenwoordigers een aantal rechten met betrekking tot de over hun kind vastgelegde
gegevens:
• het recht om te weten dat gegevens zijn vastgelegd
• het recht op inzage
• het recht op aanvulling, correctie en verwijdering
• het recht om te weten aan wie gegevens zijn verstrekt
• het recht op verstrekking van gecorrigeerde gegevens aan derden
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
33
• het recht op beroep
• overige rechten (schadevergoeding, rechterlijk verbod, onderzoek door het
College Bescherming Persoonsgegevens).
Als u het dossier van uw kind wenst in te zien, kunt u een afspraak maken om dat op school
te doen. Er zal dan iemand aanwezig zijn om waar nodig uitleg te geven en vragen te
beantwoorden. U kunt dan ook desgewenst aangeven van welke dossierstukken u graag
kopieën wilt hebben.
Regels en overwegingen inzake kopiëren zijn vastgelegd in een informatieblad dat u op
verzoek krijgt overhandigd en of toegestuurd.
9.8
Privacy
Informatie over kinderen wordt niet zonder toestemming van de ouders aan derden
verstrekt.
Medewerkers en stagiaires hebben een geheimhoudingsplicht. Stagiaires krijgen alleen
inzage in het dossier als dit relevant is voor met hun stage-activiteiten zoals onderzoek of
behandeling (onder supervisie). Foto’s en video-opnamen zijn alleen voor intern gebruik. In
geval van extern gebruik (bijvoorbeeld voor onderwijs of publicatie) wordt altijd
toestemming aan ouders/verzorgers gevraagd. Dit geldt ook voor geanonimiseerde
dossiergegevens.
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
34
10
UITSTROOMGEGEVENS
In de onderstaande tabellen staan de gegevens met betrekking tot de uitstroom van het
schooljaar 2013-2014.
10.1 Uitstroom Orion 3 – 6
• basisonderwijs
• speciaal basisonderwijs
• speciaal onderwijs cluster 4
• speciaal onderwijs cluster 3
• Orion 6 - 12 Speciaal onderwijs cluster 4
• KDC
• Curium
1 leerling
2 leerlingen
9 leerlingen
1 leerling
3 leerlingen
1 leerling
1 leerling
10.2 Uitstroom Orion 6 – 12
Tussentijds
• speciaal basis onderwijs
• Curium
2 leerlingen
1 leerling
Vervolgonderwijs
• voortgezet onderwijs
(2 VMBO B/K)
• voortgezet speciaal onderwijs cluster 4
(1 VMBO TL, 1 VMBO B/K)
• praktijk onderwijs
• voortgezet speciaal onderwijs cluster 3
2 leerlingen
2 leerlingen
2 leerlingen
1 leerling
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
35
11
SPEERPUNTEN 2014-2015
In het schoolplan staat het meerjarenplan beschreven.
Voor het schooljaar 2014-2015 gelden de volgende speerpunten.
11.1 Voor beide afdelingen
Diagnostiek
Weerbaarheidstraining alle medewerkers
Doorbreken handelingsverlegenheid op thema seksualiteit
Integrale aanpak optimaal inzetten
Bevorderen mobiliteit
Geïntegreerd school-en zorgplan schrijven
Interne verbredingsscholing voor pedagogisch medewerkers
Borgen nieuwe verslaglegging
Verder uitbouwen werken met executieve functies
Kwaliteitsbevordering via HBO studie Master Educational Needs
11.2 Orion 3 – 6
Opzetten expertisecentrum 0-7 jarigen
Uitwerken en onderbouwen van themagericht werken op alle ontwikkelingsgebieden
Verbreden en verdiepen spelbegeleiding
Borgen van digitaal leerlingvolgsysteem (OVM)
Teamtraining Interne Communicatie
11.3 Orion 6 – 12
School Aan Zet gericht op versterking van het interne leren en het borgen van veranderingen
Kiezen nieuwe taalmethode
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
36
12
BOVENSCHOOLSE AFSPRAKEN
Voor de Openbare scholen voor Primair en Speciaal Onderwijs Leiden geldt een aantal
gemeenschappelijke regels en afspraken. Deze bovenschoolse regels zijn gebundeld in de
map “Protocollen, Regelingen en Afspraken”. Deze map is voor ouders op school ter inzage.
Wanneer een onderwerp voor de ouders van belang is, kunnen zij een kopie vragen. Meer
informatie treft u aan op de site: www.prooleiden.nl.
12.1 Vragen, zorgen en klachten
Het kan voorkomen dat u zich zorgen maakt of klachten heeft over de gang van zaken op
school. Het is belangrijk daarmee niet lang te blijven rondlopen.
Als u zich zorgen maakt over de gang van zaken in de groep van uw kind of over uw kind,
spreekt u eerst met de groepsleerkracht. Als dat niet tot een bevredigend resultaat leidt,
kunt u naar de directie of de interne contactpersoon van de school gaan. En als er ook dan
nog een probleem blijft bestaan, dan kunt u contact opnemen met een van de externe
vertrouwenspersonen of een klacht indienen, bij PROOLeiden of bij de Landelijke
Klachtencommissie Onderwijs.
Klachtenregeling
Op basis van de Kwaliteitswet uit 1998 is iedere school verplicht om een klachtenregeling te
hebben. Met ingang van 1 januari 2010 is er een nieuwe klachtenregeling voor de scholen
die vallen onder het bevoegd gezag van PROOLeiden. PROOLeiden is aangesloten bij de
Landelijke Klachtencommissie Onderwijs. Eenieder die deel uitmaakt van een
schoolgemeenschap kan klagen over gedragingen en beslissingen of het nalaten daarvan.
Klachten kunnen betrekking hebben op gedragingen en beslissingen van de schoolleiding en
het personeel, maar ook op gedragingen van anderen die deel uitmaken van de
schoolgemeenschap. Klachten kunnen bijvoorbeeld gaan over: begeleiding van leerlingen,
toepassing van strafmaatregelen, beoordeling van leerlingen, de inrichting van de
schoolorganisatie, seksuele intimidatie, discriminerend gedrag, agressie, geweld en pesten.
Elke school heeft tenminste één contactpersoon. Deze contactpersoon maakt deel uit van de
schoolorganisatie en wordt in de regeling aangeduid als interne contactpersoon. De interne
contactpersoon heeft tot taak na te gaan of het probleem alsnog door overleg kan worden
opgelost. Daarnaast heeft de contactpersoon ook preventieve en begeleidende taken. Indien
er sprake is van een klacht die niet makkelijk op te lossen is, verwijst de contactpersoon de
klager door naar de externe vertrouwenspersoon.
Veruit de meeste klachten over de dagelijkse gang van zaken op school zullen in onderling
overleg tussen ouders, leerlingen, personeel en schoolleiding op een juiste wijze worden
afgehandeld Maar als dat niet lukt, kan men contact opnemen met een van de externe
vertrouwenspersonen. Ook kan men een klacht indienen bij PROOLeiden of direct bij de
Landelijke Klachtencommissie Onderwijs. Als de klacht bij PROOLeiden wordt ingediend,
wordt de klager doorgaans verwezen naar de externe vertrouwenspersoon.
PROOLeiden heeft de beschikking over twee externe vertrouwenspersonen; die maken geen
deel uit van de schoolorganisatie. De externe vertrouwenspersoon gaat na of het probleem
door overleg of bemiddeling opgelost kan worden. Mocht dit niet lukken dan adviseert hij de
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
37
klager over mogelijke verdere stappen zoals het indienen van een klacht bij de Landelijke
Klachtencommissie. Als de klager dit wenst, begeleidt de externe vertrouwenspersoon
hem/haar bij het indienen van de klacht bij de Landelijke Klachtencommissie Onderwijs; ook
kan de vertrouwenspersoon bijstand verlenen bij het doen van aangifte bij politie of justitie.
Registratie
Het behoort tot de taak van de contactpersonen meldingen en klachten te registreren en
jaarlijks een geanonimiseerde rapportage te overleggen aan het bestuur. Daarnaast zal door
de school een centraal systeem van incidentenregistratie worden bijgehouden dat inzicht
kan verschaffen in de mate en ernst van problemen als bijvoorbeeld agressie. Op basis van
deze gegevens kan de school gerichter maatregelen nemen en beleid maken. Ook de externe
vertrouwenspersonen zijn verplicht om elk jaar ten behoeve van het bestuur een
geanonimiseerd verslag te maken van de door hen behandelde zaken.
Centraal meldpunt vertrouwensinspecteurs
De inspectie van het onderwijs heeft een aantal inspecteurs aangewezen als
vertrouwensinspecteurs. Zij adviseren en ondersteunen bij klachten rond seksueel misbruik,
seksuele intimidatie en ernstig fysiek of geestelijk geweld zoals grove pesterijen. Ook kan
men
de
vertrouwensinspecteur
bellen
voor:
extremisme,
discriminatie,
onverdraagzaamheid, fundamentalisme en radicalisering. Leerlingen, docenten, ouders en
andere betrokkenen bij scholen die met klachten te maken hebben, kunnen een beroep
doen op de vertrouwensinspecteur. Bij een vermoeden van seksueel misbruik is de school
wettelijk verplicht contact op te nemen met de vertrouwensinspecteur. Telefoon: 0900–111
31 11.
Belangrijke adressen zijn:
Landelijke Klachtencommissie onderwijs,
onderdeel van de stichting Onderwijsgeschillen:
Postbus 85191, 3508 AD Utrecht
Telefoon: 030-280 95 90
Email: [email protected]
Website: www.onderwijsgeschillen.nl
Bevoegd gezag
Stichting Openbaar Primair en Speciaal Onderwijs Leiden
2316 HA Leiden
Vertrouwenspersonen
Mevrouw A. Dekker tel. 06-10509038
Mevrouw I. Velthuyzen tel. 06-10508801
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
38
12.2 Protocol “Leerplicht en verlof”
In de leerplichtwet staat dat een kind de school moet bezoeken als er onderwijs wordt
gegeven. Leerlingen mogen nooit zomaar wegblijven van school. In een aantal gevallen is er
een uitzondering mogelijk. De uitzonderingen en de daarbij behorende regels zijn als volgt:
 Vakantieverlof;
 Religieuze verplichtingen;
 Verlof in geval van andere gewichtige omstandigheden;
 Verlof voor ten hoogste tien dagen is de bevoegdheid van de directeur, aanvragen voor
meer dan tien dagen worden doorgestuurd naar de leerplichtambtenaar;
 Afwijzing van extra verlof en de bezwaarprocedure;
 Bij ongeoorloofd verzuim d.w.z. verlof zonder toestemming is de directeur van de school
verplicht dit te melden bij de leerplichtambtenaar.
Voor meer informatie: www.rbl-hollandrijnland.nl
12.3 Protocol “Gedragsregels en afspraken”
In dit protocol zijn de gedragsregels vastgelegd waaraan personeel, ouders en kinderen zich
dienen te houden. Hierbij twee voorbeelden uit het protocol:
“Racistisch gedrag en racistische opmerkingen worden op geen enkele manier getolereerd.
Iedereen die bij de school betrokken is, dient zich te houden aan de antiracisme verklaring
die we in Leiden met alle schoolbesturen hebben ondertekend.”
“De plaatsing van leerlingen in groepen en/of gebouwen valt onder de verantwoordelijkheid
van de directeur van de school”.
12.4 Protocol “Toelating en verwijdering van leerlingen”
De beslissing over toelating en verwijdering van leerlingen berust bij het bevoegd gezag. In
de praktijk zal de directeur van de school de inschrijving van een leerling regelen. De
toelating van een leerling op een school mag niet afhankelijk zijn van een geldelijke bijdrage
van de ouders.
Wanneer er sprake is van een schorsing en/of een verwijdering van een leerling wordt in alle
gevallen het bestuur ingeschakeld.
De regels voor schorsing en verwijdering zijn vastgelegd in het protocol “Toelating en
verwijdering leerlingen PO en SO openbaar onderwijs”. Meer informatie: www.vosabb.nl
12.5 Protocol “Zitten blijven”
In dit protocol is vastgelegd welke stappen er moeten worden genomen voordat besloten
wordt een leerling te laten doubleren. Vooral de gesprekken met de ouders van de leerling
zijn van belang. Uiteindelijk is het de directeur die beslist over doubleren.
Het valt onder het beleid van de school welke leerlingen overgaan van groep twee naar drie.
Overgang van een leerling heeft tegenwoordig niets meer te maken met de leeftijd van het
kind, maar wel met de ontwikkeling die een leerling heeft doorgemaakt. De school zal vooral
kijken naar de werkhouding, concentratie en de cognitieve ontwikkeling. Het oordeel is
onder andere gebaseerd op observaties, toetsen, gesprekken met de interne begeleider (IBer). De school dient te bevorderen (maar is dus niet verplicht) dat de verblijfsduur in het
primair onderwijs acht aaneengesloten jaren bedraagt.
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
39
12.6 Protocol tegen pesten en protocol tegen digitaal pesten
De openbare scholen in Leiden hebben het Nationaal Onderwijsprotocol tegen Pesten
ondertekend. In het protocol wordt in zes aanbevelingen de concrete acties aangegeven op
welke wijze een school pestgedrag kan tegengaan. Onder pesten wordt ook verstaan het
digitaal pesten. Via MSN, sms’jes of internetsites als Hyves komen leerlingen en leerkrachten
in aanraking met ongewenst gedrag.
Meer informatie: www.schoolenveiligheid.nl of www.pestweb.nl
12.7 Protocol “Dossiervorming leerlingen”
Het leerling-dossier is een dossier dat de school bijhoudt over een kind.
Het leerling-dossier bestaat uit de leerlingenadministratie, een onderwijskundig rapport en
soms ook een psychologisch rapport. In dit protocol zijn de regels vastgelegd op welke wijze
de school de privacy van leerlingen en ouders moet waarborgen. Het bevat ook informatie
over bewaartermijnen en inzagerecht van ouders en inzage door derden.
Meer informatie: www.ocwduo.nl
12.8 Protocol “Veiligheid op school” en het veiligheidsplan
Op alle openbare scholen is door de brandweer een gebruiksvergunning afgegeven. Dat
betekent dat onze scholen op het gebied van brandveiligheid zijn onderzocht en
goedgekeurd. Om ongelukken zoveel mogelijk te voorkomen is in het protocol “Veiligheid op
school” een groot aantal voorschriften en tips opgenomen.
Het gaat hierbij om zaken als brandveilige tips voor de kerst, preventie tegen inbraak en
vandalisme, het voorkomen van legionella enzovoort. Naast het protocol beschikt de school
over een veiligheidsplan. Daarin worden alle activiteiten beschreven gericht op het
bevorderen en beschermen van de gezondheid, waaronder de fysieke en sociale veiligheid.
Het veiligheidsplan ligt op school ter inzage.
Regionaal Convenant Schoolveiligheid
In 2007 is een Regionaal Convenant Schoolveiligheid Leidse regio afgesloten. In dit
convenant komen partners overeen dat schoolveiligheid een gezamenlijke
verantwoordelijkheid
is
van
gemeenten,
schoolbesturen,
politie
en
de
samenwerkingsverbanden voor PO/VO/SVO. Handelingsprotocollen voortkomend uit het
convenant zijn de protocollen:
Aangetroffen wapens en drugs
Drugsverbod in en rondom scholen
Aanhouden op school c.q. onder schooltijd
Kluisjes controle
Maatregelen rond de jaarwisseling
De tekst van de protocollen is op school beschikbaar.
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
40
12.9 Protocol tegen agressie en geweld
Er zijn vele soorten van agressie en/of geweld. Ook seksuele intimidatie, discriminatie en
vandalisme zijn vormen van agressie en geweld. Het protocol is een handreiking met
maatregelen ter voorkoming van en hoe te handelen bij geweld en agressie. Het protocol
bevat richtlijnen over opvang en aanpak naar kinderen, collega’s en ouders.
12.10 Protocol “Vervanging bij ziekte en verlof van personeel”
Scholen moeten veel tijd investeren in het oplossen van vervangingsproblemen vanwege
ziekte of verlof van leerkrachten. Een groot landelijk probleem is dat de reserve aan invallers
is uitgeput.
In dit protocol is vastgelegd welke zaken de school moet regelen wanneer er geen
vervangers beschikbaar zijn.
12.11 Protocol “Onderwijsondersteuning zieke leerlingen”
Voor kinderen die in een ziekenhuis zijn opgenomen of ziek thuis zijn, is het belangrijk dat
het gewone leven zoveel mogelijk doorgaat. Onderwijs speelt hierin een cruciale rol. Scholen
zijn verantwoordelijk voor het verzorgen van onderwijs aan zieke leerlingen. Het is van groot
belang dat de zieke leerling op maat wordt begeleid. In een protocol is vastgelegd hoe te
handelen en welke ondersteuning de school kan krijgen van een consulent
Onderwijsondersteuning Zieke Leerlingen(OZL) vanuit het HCO. Meer informatie:
www.ziezon.nl
12.12 Protocol “Medische handelingen”
Onderwijspersoneel wordt regelmatig geconfronteerd met situaties waarin hen verzocht
wordt tot werkelijk medisch handelen, bijvoorbeeld het geven van sondevoeding of injecties.
Met het oog op de gezondheid van de kinderen maar ook in verband met aansprakelijkheid
is het van groot belang dat er zorgvuldig wordt gehandeld. Richtlijnen daarvoor zijn
vastgelegd in het protocol.
12.13 Meldcode Huiselijk geweld en Kindermishandeling
Per 1 juli 2013 wordt de Wetswijziging verplichte meldcode huiselijk geweld en
kindermishandeling van kracht. Dit verplicht scholen een meldcode te hebben en het gebruik
ervan te bevorderen.
De meldcode is bedoeld om mishandeling en huiselijk geweld tegen te gaan. Het eindstation
is dus niet altijd een melding. In de regio Hollands Midden, waar wij deel van uitmaken,
wordt daarom de naam ‘handelingsprotocol ‘ passender gevonden. Samen met de
ketenpartners is gewerkt aan de Regionale Handreiking Hollands Midden (RHAM), waarin de
samenwerking is geconcretiseerd. Voor het basisonderwijs is er een online
handelingsprotocol op maat ontwikkeld, gebaseerd op de Meldcode. Het geeft een aantal
stappen weer voor medewerkers hoe te handelen bij een vermoeden van geweld. Het kan
niet genoeg benadrukt worden hoe belangrijk het is dat iedereen die werkzaam is op een
school weet wat hem/haar te doen staat bij een vermoeden van huiselijk geweld en/of
kindermishandeling en dat dit niet beperkt blijft tot de intern begeleider. Het digitale
handelingsprotocol bevat voor iedere functie in de school een handelingsprotocol.
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
41
Voor meer informatie: http://www. huiselijkgeweldhollandsmidden.nl, of
Meldpunt kindermishandeling: 0900 – 126 26 26
12.14 Protocol “Gezag, omgang en informatie”
De school is verplicht ook de ouder die het kind niet verzorgt te informeren over de
schoolvorderingen en het algemeen welbevinden van het kind. Voorwaarde is dat deze
ouder erom vraagt en dat het belang van het kind er niet door wordt geschaad. De directie
van de school is verantwoordelijk voor de wijze waarop informatie aan de niet-verzorgende
ouder wordt verstrekt. Meer informatie kunt u vinden in de brochure “Gezag, omgang en
informatie”, een uitgave van het ministerie van Justitie.
12.15 Protocol “Verzekeringen”
De stichting PROOLeiden heeft als werkgever een aantal verzekeringen afgesloten die de
wettelijke verplichting dekt tot het vergoeden van schade die in de betreffende
hoedanigheid aan anderen door onrechtmatig handelen is toegebracht en waarvoor
PROOLeiden verantwoordelijk kan worden gesteld.
Deze verzekeringen zijn van toepassing op leerkrachten en overig personeel, leden van
ouderraden, medezeggenschapsraden en andere personen die zich in het kader van
ouderparticipatie beschikbaar stellen voor onderwijsactiviteiten.
Uitgebreidere informatie kunt u krijgen bij de directie van de school.
12.16 Burgerschap en integratie
Leerlingen leren op school meer dan taal en rekenen alleen. Toerusting van leerlingen om op
zinvolle wijze aan de samenleving bij te dragen is een taak die het onderwijs sinds lang
vervult. De laatste jaren zien we een toename in aandacht voor dit onderwerp. Bezorgdheid
over verruwing en geweld, over onverdraagzaamheid en het afbrokkelen van de
maatschappelijke samenhang spelen daarbij een rol. Sinds 1 februari 2006 zijn scholen
verplicht ‘het actief burgerschap en de sociale integratie‘ van leerlingen te bevorderen. Wat
onze school kan bijdragen en welke gerichte aandacht wij geven aan de stimulering van
burgerschap en integratie is beschreven in het schoolplan.
12.17 Godsdienstig- en humanistisch vormingsonderwijs in de openbare school
De openbare school heeft tot taak aandacht te schenken aan de levensbeschouwelijke en
maatschappelijke waarden in de Nederlandse samenleving, met onderkenning van de
verscheidenheid en eerbiediging van ieders godsdienst en levensbeschouwing. Naast de
verplichte lessen geestelijke stromingen zoals opgenomen in het schoolplan, biedt de school
ook de mogelijkheid godsdienstlessen en/of humanistisch vormingsonderwijs te volgen, als
ouders daarom vragen.
Ouders kiezen er vrijwillig voor om hun kind deze lessen te laten volgen. Kinderen die niet
aan enige vorm van GVO/ HVO- lessen meedoen, volgen het reguliere programma.
Regelmatig wordt er een behoeftepeiling gedaan. Als uit een behoeftepeiling blijkt dat
ouders deze lessen wensen, heeft de school een makelaarsrol. Een minimale groepsgrootte
van 7 leerlingen is vereist om met een groep van start te gaan.
Meer informatie: www.gvoenhvo.nl.
Informatiegids OZC Orion 2014-2015
42