FYSIOTHERAPIE STUDIEJAAR 2014 - 2015 Domein Health Instituut Paramedische Studies LEVEN IS BEWEGEN Een directe bijdrage leveren aan het functioneren van mensen. Het verschil tussen niet werken en wel werken, sporten of niet sporten, een hobby uitoefenen of thuis blijven. Om maar een paar voorbeelden te noemen. ERGOTHERAPIE FYSIOTHERAPIE LOGOPEDIE VOEDING & DIËTETIEK MONDZORGKUNDE FYSIOTHERAPIE Inhoudsopgave INLEIDING3 2 2 FYSIOTHERAPIE 1. Zo kijken wij naar onderwijs 4 2. Daarom horen deze beroepen bij elkaar 9 3. Het beroep Fysiotherapeut 11 4. Majorcompetenties Fysiotherapie 13 5. Onderwijsaanbod Fysiotherapie 16 6. Onderwijseenheden propedeuse Fysiotherapie 19 Introductie Fysiotherapie, accent Vaardigheden (FYS-IFV) 19 Introductie Fysiotherapie, accent Kennis (FYS-IFK) 22 Introductie Fysiotherapie, accent Performance (FYS-IFP) 25 Eerstelijn 1 (FYS-V1LN1a) 28 Ergotherapie en Fysiotherapie in de Arbozorg (FYS-VEFAR) 33 Samen Gezonder (IPS SG) 36 Eerstelijn 1 (integrale toets) (FYS-V1LN1a) 40 7. Onderwijseenheden Hoofdfase Fysiotherapie 45 Ziekenhuis 2 (FYS-VZH2) 45 Eerstelijn 2 (FYS-V1LN2) 49 Revalidatie en Geriatrische Revalidatie (FYS-VRGR) 52 Eerste lijn 3 (FYS-V1LN3) 55 Beroepsvoorbereidende Periode 1 (FYS-VBVP1) 60 Praktijkgericht onderzoek (IPS-VPO) 63 Beroepsvoorbereidende Periode 2 (Integrale toets) (FYS-VBVP2) 66 Eerste lijn 3 (integrale toets 2) (FYS-V1LN3) 70 Beroepsvoorbereidende Periode 2 (Integrale toets) (FYS-VBVP2) 74 8. Minoraanbod van het Instituut Paramedische Studies 77 9. Tentamens en examens 79 10. Studieloopbaanbegeleiding 81 Domein Health Instituut Paramedische Studies | Domein Nursing Instituut Verpleegkunde Studies FYSIOTHERAPIE Inleiding Deze Studiegids is onderdeel van het Opleidingsstatuut van Instituut Paramedische Studies 2014-2015. Dit Opleidingsstatuut bestaat uit vier delen. In deel 1 wordt het onderwijs bij de HAN beschreven. Deel 2 bevat onder meer het Onderwijsen Examenreglement. Deel 3 omvat de Studiegids; deze is per opleiding apart beschreven. Deel 4 beschrijft de interne organisatie van de HAN, de faculteit en de instituten. Deel 1, 2 en 4 zijn terug te vinden op de websites van de vijf IPS-opleidingen: http://specials.han.nl/themasites/ips-studiewijzer/fysiotherapie/studiegids/ Ook de Studiegids (deel 3) is op deze site te vinden voor studenten in de hoofdfases van de vijf opleidingen. Alle startende propedeuse-studenten krijgen de Studiegids van hun opleiding tevens in een gedrukte Magazine-versie uitgereikt. FYSIOTHERAPIE 3 FYSIOTHERAPIE 1. Zo kijken wij naar onderwijs Het beheersen van een vak heeft alles te maken met het toepassen van de theorie in de dagelijkse praktijk. Met boekenwijsheid kom je er niet. Om maar een voorbeeld te noemen: lezen over de behandeling van een aandoening is iets heel anders dan daadwerkelijk zelf behandelen. Je gaat de theorie in de praktijk toepassen en je begint daarmee, wat ons betreft, meteen al bij aanvang van je studie. Theorie en praktijk vormen dus de basis van je studie bij de HAN. We werken daarom bij de HAN met realistische beroepstaken. Zelfstandig denken en doen Je doet niet alleen nieuwe kennis op, maar spiegelt deze ook aan de mening van anderen. Hierdoor verbind je nieuwe informatie aan dat wat je al weet en dat wat anderen weten. Op deze manier leer je zelfstandig keuzes te maken en een mening te vormen over je vakgebied. Dit is straks belangrijk, je kunt dan je vakkennis en vakvaardigheden ook toepassen in nieuwe, onbekende en deels onvoorziene situaties. De moderne maatschappij heeft behoefte aan vakmensen die nieuwe oplossingen kunnen bedenken voor bestaande of nieuwe problemen. Verschil fysiotherapeut en een goede fysiotherapeut kennis, ook bepaalde vaardigheden van je. Deze vaardighe- Leven in de 21ste eeuw betekent blijven leren den helpen je bij het zo goed mogelijk uitoefenen van je In de tijd waarin wij leven, veranderen allerlei zaken in een beroep. Om een goede diagnose te kunnen stellen moet je hoog tempo. Denk maar aan de veranderingen die de bijvoorbeeld goed leren luisteren naar je cliënten. Daarbij computer, het internet en de mobiele telefoon hebben is ook je houding – je attitude – van groot belang. Een teweeggebracht. Deze veranderingen hebben niet alleen voorbeeld: je helpt mensen met een handicap niet met een grote invloed op ons werk, maar op heel ons leven. Om medelijden. Door je professionele houding zoek je de beste bij te blijven moet je in staat zijn om deze veranderingen manier om cliënten optimaal te laten functioneren in te begrijpen en op bepaalde gebieden moet je misschien beroep en maatschappij. Deze samenhang tussen kennis, ook wel leidinggeven aan of helpen bij de uitvoering van vaardigheden en attitude noemen we een competentie. Het veranderingen. Om dit te kunnen moet je blijven leren. zijn die bijkomende, maar altijd vakgerelateerde vaardighe- Kennis en vaardigheden die je vandaag leert kunnen den, die het verschil maken tussen een fysiotherapeut en ‘morgen’ al weer verouderd zijn. In ons onderwijs proberen een goede fysiotherapeut. Bij de HAN vormen deze we je daarom vaardigheden aan te leren die je helpen om vaardigheden een wezenlijk onderdeel van je studie. te blijven werken aan je professionele ontwikkeling. Maar er komt nog wat bij. We verwachten, naast vakmatige 4 FYSIOTHERAPIE FYSIOTHERAPIE De uitgangspunten van de studie: in Zuid Afrika of het ‘Skol Salu’ project op Curaçao. Je kunt ook een deel van je studie in het buitenland uitvoeren, door te studeren aan een andere hogeschool of universiteit in Europa of daarbuiten. • Je verwerft beroepscompetenties omdat de dagelijkse praktijk van je vak het uitgangspunt Maar je kunt ook intern internationale ervaring opdoen: vormt van je studie. Dit komt zowel in de Internationalisering@home (I@H) betekent het leren in begeleiding als in de toetsing tot uitdrukking: je een internationale omgeving op de HAN in Nijmegen. Denk spiegelt je als student continu aan de eisen van bijvoorbeeld aan digitale vergelijkingsopdrachten binnen het beroep. onderwijseenheden met buitenlandse studenten, of • Je ontwikkelt een houding waarin ‘life long uitwisselingsbijeenkomsten met buitenlandse studenten op learning’ (levenslang leren) een vanzelfsprekend- de HAN. I@H is een speerpunt van de HAN, en krijgt heid is. binnen je opleiding de komende jaren steeds meer body. • Je bent in toenemende mate in staat om je eigen leerproces te sturen. • De opleiding die je volgt, voert een continue Iedere opleiding heeft een contactpersoon Internationalisering waar je terecht kunt voor informatie. Ook kun je dialoog met het werkveld. Er zijn nauwe met vragen terecht bij het International Office. Kom zeker contacten met het werkveld op alle niveaus van langs op de jaarlijkse ‘ Wil Weg Dag’ in oktober op de HAN de opleiding. Zo zullen ook beroepsbeoefenaars in Nijmegen. uit het werkveld meewerken aan de beoordeling van jouw inspanningen. • Je leert voor een beroep waarin het vraaggericht handelen het paradigma is. Onderwijs in onderzoek – onderzoek in onderwijs In de beroepspraktijk van de fysiotherapeut neemt • Een professional in de dienstverlening werkt onderzoek een steeds belangrijkere plaats in. Je zult je vraaggericht. De vraag van de cliënt staat als fysiotherapeut steeds beter moeten kunnen verant- centraal bij het zoeken naar een oplossing. woorden tegenover de cliënt en de zorgverzekeraar. Ook De professional helpt de cliënt de goede vraag maatschappelijke ontwikkelingen, zoals bijvoorbeeld de te formuleren. opkomst van e-health en de toenemende vergrijzing, vragen niet alleen van jou, maar ook van het beroep zelf een voortdurende bereidheid tot verdere ontwikkeling. Je Je zult het druk krijgen en hard moeten werken, maar de wordt opgeleid tot een fysiotherapeut die zijn beslissin- beloning is hoog: je beheerst straks een prachtig vak waar gen neemt op basis van het best beschikbare bewijs, in je je hele leven plezier van hebt. combinatie met de kennis en ervaring als therapeut en de Internationalisering waarden en voorkeur(en) van de individuele cliënt. Maar ook tot een fysiotherapeut die zichzelf kan blijven In je toekomstige beroep krijg je steeds meer te maken ontwikkelen en een bijdrage kan leveren aan de ontwikke- met internationalisering. Denk maar aan de internationale ling en innovatie van het eigen beroep. literatuur die je gebruikt om je behandelplan te onderbouwen of de deelname van je beroepsgroep aan In het onderwijs kom je vanaf het begin van je studie in internationale congressen of een Europese beroepsvereni- aanraking met onderzoek en onderzoeksvaardigheden. Denk ging. Je kunt bij internationalisering ook denken aan de daarbij bijvoorbeeld aan het leren lezen en interpreteren toekomstige cliënten met verschillende culturele achter- van (wetenschappelijke) artikelen, waar je een behandeling gronden die je in je praktijk tegenkomt. Je opleiding of advies op kunt baseren. Of een hoorcollege waarin de bereidt je voor op deze internationale omgeving. We basis van onderzoeksvaardigheden worden gepresenteerd. hebben verschillende mogelijkheden voor uitgaande Ook leer je zoekvragen opstellen, zodat je zelf de theoreti- studenten. Zo kun je via een minor participeren in sche verdieping en de meest recente ontwikkelingen kunt buitenlandse projecten zoals het ‘ Theewaterskloofproject’ vinden in bepaalde onderwerpen. Daarnaast leer je ook zelf FYSIOTHERAPIE 5 FYSIOTHERAPIE onderzoek te doen, waarbij je een vraagstuk uit de praktijk bejegend en een actieve rol hebben in het eigen leerpro- gaat beantwoorden en het product direct resultaat oplevert ces maar ook in dat van hun toekomstige collega’s. Er voor de beroepspraktijk. wordt daarmee veel van hen verwacht en gevraagd. Er is gedurende de gehele opleiding een actieve coaching op De lectoren en kenniskringen van de HAN verrichten “zich ontwikkelende professionaliteit”. Het gerealiseerde dagelijks praktijkgericht onderzoek naar verschillende eindniveau is een resultaat van deze samenwerking van thema’s op het gebied van de gezondheidszorg. Om de student, docent en de begeleiding vanuit het werkveld. meest actuele kennis te verwerken in het onderwijs en om Met het werkveld is een project “Samen werken aan te kunnen participeren in projecten vanuit de praktijk, kwaliteit” begonnen. werkt de opleiding fysiotherapie nauw samen met de lectoraten neurorevalidatie, musculoskeletale revalidatie, Maar we willen de lat hoger leggen. Dus vinden er in arbeid en gezondheid, langdurige zorg en lokale dienst- diverse teams binnen de opleiding discussies plaats, over verlening vanuit klantperspectief. Soms staat de lector wat een PLG is en hoe we daar nog beter vorm aan dan ook letterlijk voor de klas. Onderzoek lijkt nu kunnen geven. Moet er bijvoorbeeld ook aandacht zijn misschien nog erg theoretisch en ver weg, maar je zult voor bedrijfsprocessen, zoals roostering en cijferinvoer? zien dat het een praktische invulling krijgt als het je Die vormen immers onlosmakelijk onderdeel van de helpt een behandeling vorm te geven of om de beroeps- kwaliteit en de betrouwbaarheid van onderwijs en praktijk te verbeteren! onderzoek. Het groeien naar een PLG vraagt een open Professionele Leergemeenschap (PLG): een top zorgverlener vraagt een top samenwerking houding en veranderbereidheid. Op die manier werken we aan een inspirerend werkklimaat dat stimulerend en uitdagend is voor alle betrokkenen. Waarin ruimte wordt gemaakt voor leren en verbeteren. Ook verwachten we dat In de opleiding Fysiotherapie wordt toegewerkt naar een studenten vanuit deze aanpak betere resultaten bereiken Professionele Leergemeenschap (PLG). Een PLG bestaat op vakinhoudelijke kennis en vaardigheden, op het leren uit een groep studenten, docenten, onderzoekers, andere communiceren, op het leren problemen op te lossen en op medewerkers en mensen vanuit het werkveld die intensief ethische en sociale aspecten van het beroep. De PLG met elkaar samenwerken. Dit zie je tijdens de lessen, in speelt daarmee een belangrijke rol in de studieloopbaan- de praktijkcoaching, bij de student-studentbegeleiding, begeleiding van de student. tijdens de beroepsvoorbereidende stage en in het afstudeertraject. De PLG-gedachte zit al in het didactisch Belangrijk aspecten van de PLG zijn voor ons in elk geval: concept van de opleiding: van intensieve begeleiding naar • de veiligheid van de leersituatie, toenemende zelfsturing. Dit betekent dat studenten al • het bewust maken van studenten van hun eigen invloed, tijdens hun opleiding als aankomend professional worden • de voorbeeldfunctie van de docent. Student Hoofdfase “Ik dacht voordat ik aan het onderzoek begon, dat het erg vaag en theoretisch zou zijn. Ik zag er enorm tegenop. Maar nu ik klaar ben, ben ik eigenlijk best trots op het resultaat en vind ik het geweldig dat ik mee heb kunnen helpen deze vraag uit de praktijk op te lossen!” 6 FYSIOTHERAPIE FYSIOTHERAPIE Extra ondersteuning nodig is kan hij je verwijzen naar de senior SLB’er. Deze Soms zijn er omstandigheden waardoor je extra onder- persoon kan je verder op weg helpen bij jouw vraag naar steuning nodig hebt om je studie succesvol te kunnen extra ondersteuning. volgen. Voorbeelden daarvan zijn: • Je wilt gebruikmaken van de faciliteiten voor topsporters. In sommige gevallen is het handig om je vraag in te • Je hebt een functiebeperking, zoals dyslexie, dyscalculie, brengen voordat je aan de studie begint. Als je bijvoor- ADHD, een chronische ziekte of een psychische ziekte. beeld nu al weet dat je dyslectisch bent en om die reden • Je bent hoogbegaafd. extra tentamenfaciliteiten nodig hebt, dan is het verstan- • Je komt uit een ander land, bijvoorbeeld de Neder- dig om die vraag te stellen vóórdat je aan de opleiding landse Antillen, en bent nog niet gewend in de begint. Of je zit in een rolstoel en je hebt extra aanpassin- Nederlandse maatschappij. gen nodig om bijvoorbeeld naar het toilet te kunnen. Of je wilt je studie combineren met je topsportactiviteiten. Ook Je studieloopbaanbegeleider (SLB’er) is in deze gevallen dan is het handig dat de voorzieningen getroffen kunnen de persoon aan wie je je vraag kunt stellen. Als het worden voordat jij de eerste dag op school komt. FYSIOTHERAPIE 7 FYSIOTHERAPIE Het voorkomt veel ongemak als je je vroegtijdig meldt. Dan Instroom kunnen de extra voorzieningen op tijd worden geregeld en Studenten hebben het naar hun zin op de HAN. Steeds daarmee voorkom je dat je meteen bij de start van je meer studenten Fysiotherapie melden zich aan bij ons studie al vertraging oploopt. Je hoeft niet te wachten tot opleidingsinstituut. Als je de cijfers hierna bekijkt, kun je je weet wie de SLB’ers zijn, maar kunt met je vraag terecht zien dat het grootste deel van de studenten hun opleiding bij Marjan van Roon: [email protected] . bij ons ook afmaakt. Instroom Instroom opleiding Fysiotherapie 2009 2010 2011 2012 2013 229 225 230 216 210 2010 2011 2012 2013 Fysio Rendement Propedeuse (na 2 jaar studeren) 2009 Fysio HAN 63% 57% 53% 59% 79% 58% 71% 59% 79% 59% Hoofdfase rendement (na 5 jaar studeren) 2009 2010 2011 2012 2013 Fysio HAN 93% 81% 80% 78% 86% 73% 80% 76% 81% Zie ook www.hbo-raad.nl/hbo-raad/feiten-en-cijfers voor interessante gegevens, kijk bij Feiten en cijfers Onderwijs. 8 FYSIOTHERAPIE 75% FYSIOTHERAPIE 2. Daarom horen deze beroepen bij elkaar Het Instituut voor Paramedische Studies valt binnen het domein Health. De opleidingen in dit domein richten zich op het lichamelijke en geestelijke welzijn van de mens. Beroepsbeoefenaren in het domein proberen mensen te genezen en ze proberen te voorkomen dat mensen ziek worden. De competenties die studenten ontwikkelen binnen de opleidingen van het domein zijn vergelijkbaar en kunnen zelfs voor een deel hetzelfde zijn. Ergotherapie, Fysiotherapie, Logopedie, Mondzorgkunde en Voeding en Diëtetiek verzorging of begeleiding betrokken zijn. Je werkt dus Deze opleidingen zitten natuurlijk niet voor niets bij paramedici). Zo lever je een bijdrage aan een keten van elkaar in hetzelfde domein. Wat ze met elkaar gemeen zorg. Het belang van het functioneren in netwerken is hebben, is dat ze allemaal een aanvullende rol hebben dan ook groot. Deze samenwerking tussen verschillende naast de algemene medische zorg. Ze richten zich er (para)medische beroepsbeoefenaren zal in de toekomst voornamelijk op mensen (weer) te laten deelnemen aan alleen maar toenemen. nauw samen met andere professionals (artsen, bedrijfsartsen, verpleegkundigen, psychologen en andere de maatschappij, zodat ze weer mee kunnen doen na een ziekte of ongeluk. Maar het kan ook om preventie gaan. Uniek in Nederland is dat opleidingen van het Instituut Dan ligt de focus op het voorkómen van klachten, of Paramedische Studies gezamenlijke onderwijseenheden voorkomen dat klachten verergeren. aanbieden, waarbij studenten niet alleen gezamenlijke Multidisciplinair samenwerken colleges volgen, maar ook multidisciplinair samenwerken in projecten en opdrachten. Om deze samenwerking te In deze beroepen werk je zelfstandig of in een organisa- bevorderen, werken studenten binnen het Instituut tie. Je werkt voor individuele klanten, maar ook voor Paramedische Studies aan het ontwikkelen en versterken organisaties of personen die bij de behandeling, van gezamenlijke majorcompetenties. Chiel Hamann, in 2010 afgestudeerd als fysiotherapeut aan de HAN “Het fijne van mijn studie was de combinatie van theorie en praktische vaardigheden, waarbij de docenten dicht bij je staan en altijd te raadplegen zijn om je te helpen een vakbekwame fysiotherapeut te worden.” FYSIOTHERAPIE 9 FYSIOTHERAPIE 10 Praktijkhuis maakt kennis met elkaars vakgebied en werkt samen in Het Praktijkhuis is een moderne, multidisciplinaire diverse praktijkgerichte situaties. Dat is belangrijk leeromgeving binnen de HAN. Het Instituut Verpleeg- omdat je straks in de beroepspraktijk elkaar met grote kundige Studies en het Instituut Paramedische Studies regelmaat zult tegenkomen. In het Praktijkhuis worden hebben dit samen gerealiseerd. Als student leer je hier ook regelmatig lezingen, demonstraties en workshops werken in realistische praktijksituaties die herkenbaar gegeven over actuele ontwikkelingen in de gezondheids- zijn voor jouw vakgebied. Met je vragen kun je altijd zorg. Hier ontmoet je naast de zorgprofessionals uit het terecht bij bijvoorbeeld de praktijkcoach. Je ontmoet werkveld, ook de lectoren die verbonden zijn aan de uiteraard studenten en docenten van je eigen opleiding HAN. Het Praktijkhuis is dé plek waar studenten, maar ook studenten van veel andere opleidingen die docenten, patiënten/cliënten en het regionale werkveld behoren tot de hierboven genoemde Instituten. Je elkaar ontmoeten en inspireren. FYSIOTHERAPIE FYSIOTHERAPIE 3. Het beroep Fysiotherapeut Als fysiotherapeut ben je gespecialiseerd in het begeleiden en beïnvloeden van het bewegend functioneren van de mens. Dat wordt actueel wanneer dat functioneren wordt belemmerd of dreigt te worden belemmerd. Op dat moment ontstaan er aan het bewegingsapparaat gerelateerde gezondheidsproblemen. Mensen ervaren deze problemen als belemmerend in hun dagelijkse leven. Daarbij kunnen ze een vraag hebben voor behandeling, begeleiding of ondersteuning. Je bent een coach de cliënt, maar ook aan zijn of haar omgeving. Zo kan je Het is de taak van de fysiotherapeut om de hulpvraag in een bijvoorbeeld een familielid leren hoe deze een cliënt kan gesprek met de cliënt helder te krijgen. Dit gesprek is helpen bij een transfer. Zo kan je ook een ziekenverzor- bepalend voor de intensiteit van de begeleiding. Het gende leren hoe deze een cliënt een spastisch been kan zelfregulerende vermogen van de cliënt staat centraal. De rol laten ontspannen tijdens de verzorging. van de fysiotherapeut is daarmee ook die van coach. De omgeving van de cliënt De vraag naar sturing staat centraal in het gehele fysiotherapeutische proces. De mate waarin en de wijze waarop gebeurt De begeleiding van de fysiotherapeut richt zich niet in overleg. De fysiotherapeut is in samenspraak met de cliënt alleen op de cliënt als individu, maar ook op de omgeving (en diens omgeving) in staat om allerhande belangrijke van de cliënt. Als fysiotherapeut geef je voorlichting aan aspecten op elkaar af te stemmen. Denk hierbij aan een rijk FYSIOTHERAPIE 11 FYSIOTHERAPIE geschakeerd klinisch redeneerproces, referentiekaders, komt tot uiting in een intensivering van bijvoorbeeld doelstellingen en de rolverdeling binnen de relatie. doorverwijzingen naar gespecialiseerde fysiotherapeuten, gerichte doorverwijzing naar medische specialisten, Als fysiotherapeut creëer je altijd een veilige omgeving die multiprofessionele samenwerkingsverbanden en transmu- zich kenmerkt door vertrouwen, rust en hygiëne. rale projecten. Waar kun je werken? Je kunt o.a. fysiotherapeut zijn in een: Beroepstaken en competenties • Eerstelijns praktijk in een woonwijk • Gezondheidscentrum • Ziekenhuis Het beroepenveld verwacht nieuwe en andere • Revalidatiecentrum kwaliteiten van hbo-afgestudeerden dan voor- • Verpleeghuis heen. Straks ben je als fysiotherapeut niet alleen • Instituut voor geestelijke gezondheidszorg vakbekwaam, maar ook in staat om nieuwe • School voor speciaal onderwijs kennis en oplossingen te produceren in soms • Bedrijf nieuwe, onbekende en deels onvoorziene • Sportcentra of -verenigingen situaties. De HAN wil daar recht aan doen door gebruik te maken van realistische beroepstaken, Fysiotherapeuten zijn ook actief als begeleider en waarvan de complexiteit naadloos aansluit bij de adviseur in organisaties waar specifieke eisen gesteld praktijk. Het verwerven van de competenties die worden aan het bewegend functioneren, zoals bij je nodig hebt voor het uitvoeren van deze sportclubs. Fysiotherapeuten zijn direct toegankelijk beroepstaken en het verbeteren van je vakbe- (zonder verwijzing van een medicus) en stemmen hun kwaamheid zijn de kern van je opleiding. handelen proactief af op andere actoren in het veld. Dit 12 FYSIOTHERAPIE FYSIOTHERAPIE 4. Majorcompetenties Fysiotherapie Elke hbo-studie bestaat uit een majordeel en een minordeel. In het majordeel leer je de basiskennis en basisvaardigheden van het toekomstige beroep. Het majordeel beslaat 210 studiepunten en is dus 7/8 deel van je studie. In het minordeel kies je, in overleg met je studieloopbaanbegeleider, een keuzevak of minor. Dit kan een minor zijn van je eigen opleiding, maar je kunt ook kiezen voor een minor van een andere opleiding van Paramedische Studies, bij een ander HAN-instituut of zelfs bij een andere Hogeschool of Universiteit. Op deze manier kun je je competenties verbreden of verdiepen op een manier die aansluit bij je eigen capaciteiten en interesses. Een minor bij de HAN beslaat altijd 30 studiepunten en is dus 1/8 deel van je studie. Om de studie Fysiotherapie succesvol af te ronden, ga je op Per domeincompetentie kennen we majorcompetenties. verschillende terreinen aan de slag. Je gaat leren om diverse Dit zijn concrete uitwerkingen van de domeincompe- aspecten van het vak -de beroepstaken- onder de knie te tentie. Deze majorcompetenties staan uitgebreid krijgen. De beroepstaken bij het beroep fysiotherapeut zijn: beschreven in het opleidingsprofiel van de opleiding • Werken met en voor cliënten Fysiotherapie. Je krijgt dit bij aanvang van je studie • Werken in en voor een organisatie via HAN-Scholar uitgereikt. • Werken aan professionalisering De opleiding Fysiotherapie neemt als vertrekpunt van haar onderwijs de domeincompetenties van het Competenties zijn nodig om een beroepstaak Instituut Paramedische Studies (IPS) en van het KNGF adequaat uit te voeren. beroepsprofiel. Dit in samenhang met elkaar. Het Hiervoor zijn de volgende domeincompetenties KNGF beroepsprofiel is tot stand gekomen door een ontwikkeld: samenwerking van de beroepsvereniging, het Konink- • Diagnosticeren lijk Nederlands Genootschap voor Fysiotherapie • Behandelen en begeleiden (KNGF) en het Studierichtingsoverleg Fysiotherapie • Voorlichten (SROF). Deze beroepscompetenties zijn voor de • Adviseren opleiding Fysiotherapie de majorcompetenties. • Werken aan kwaliteit • Kennisontwikkeling en professionalisering Hierna volgt een zogenoemde conversietabel waarin • Ondernemen per domeincompetentie de majorcompetenties • Samenwerken in professionele organisaties Fysiotherapie zijn gerangschikt. Hierbij is aangege- • Persoonlijke ontwikkeling ven wat de verschillen zijn. Onder de conversietabel • Organiseren volgt een tabel met omschrijving van de majorcompetenties Fysiotherapie. FYSIOTHERAPIE 13 FYSIOTHERAPIE Domeincompetenties versus majorcompetenties (conversietabel) Domeincompetentie Majorcompetentie Fysiotherapie Diagnosticeren Screenen, diagnosticeren, plannen Opmerking Binnen het KNGF beroepsprofiel wordt ook het opstellen van een behandelplan hiertoe gerekend. Rol Domeincompetentie Werken met en voor cliënten Behandelen en begeleiden Majorcompetentie Fysiotherapie Therapeutisch handelen Preventief handelen Opmerking Binnen het KNGF beroepsprofiel is een onderscheid gemaakt tussen therapeutisch en preventief handelen. Binnen het KNGF beroepsprofiel is het opstellen van een behandelplan onderdeel van het eerste deel van het proces en wordt de bijstelling van behandelplan uitgevoerd na evaluatie van effecten tijdens het therapeutisch handelen. Rol Domeincompetentie Werken met en voor cliënten Voorlichten Majorcompetentie Fysiotherapie Therapeutisch handelen Preventief handelen Opmerking Binnen het KNGF beroepsprofiel is er geen apart onderscheid ten aanzien van voorlichten. Het is een onderdeel van het therapeutische - en preventieve handelen. Rol Domeincompetentie Majorcompetentie Fysiotherapie Werken met en voor cliënten Adviseren Screenen, diagnosticeren, plannen Therapeutisch handelen Preventief handelen OpmerkingBinnen het KNGF beroepsprofiel is het advies van de fysiotherapeut een resultaat (beroepsproduct). Rol Domeincompetentie Werken met en voor cliënten Werken aan kwaliteit Majorcompetentie Fysiotherapie Professioneel handelen Binnen KNGF beroepsprofiel wordt werken aan kwaliteit gezien als algemene norm van Opmerking professionaliteit en komt als zodanig terug binnen alle fysiotherapeutische competenties. Rol Werken met en voor cliënten Werken in en voor een organisatie Werken aan professionalisering 14 FYSIOTHERAPIE FYSIOTHERAPIE Domeincompetentie Kennisontwikkeling en professionalisering Majorcompetentie Fysiotherapie Onderzoeken Innoveren Opmerking Binnen het KNGF beroepsprofiel wordt van een professional verwacht dat hij ontwikkelingen binnen zijn vakgebied bijhoudt en dat hij bijdraagt aan de ontwikkeling van zijn vak. Rol Werken aan professionalisering Ondernemen Domeincompetentie Ondernemen Majorcompetentie Fysiotherapie Ondernemen Binnen het KNGF beroepsprofiel wordt de nadruk bij deze competentie gelegd op het Opmerking verbeteren van de kwaliteit van het aanbod en de verbetering van de positie van de eigen organisatie in de omgeving. Rol Domeincompetentie Werken in en voor een organisatie Samenwerken in professionele relaties Majorcompetentie Fysiotherapie Professioneel handelen Binnen het KNGF beroepsprofiel wordt samenwerken in professionele relaties als algemene Opmerkingen norm van professionaliteit genoemd en ook als zodanig uitgebreid beschreven. Rol Werken met en voor cliënten Werken in en voor een organisatie Werken aan professionalisering Domeincompetentie Persoonlijke ontwikkeling Majorcompetentie Fysiotherapie Professioneel handelen Binnen het KNGF beroepsprofiel wordt de persoonlijke ontwikkeling als algemene norm van Opmerkingen professionaliteit genoemd en beschreven onder de kop ‘omgang met het eigen functioneren / ontwikkelingsgericht’. Rol Werken met en voor cliënten Werken in en voor een organisatie Werken aan professionalisering Domeincompetentie Geen 1 op 1 relatie met de IPS domeincompetenties Majorcompetentie Fysiotherapie Organiseren De domeincompetenties onderscheiden geen vergelijkbare competentie. In vertaling valt de Opmerkingen majorcompetentie Fysiotherapie onder de beroepstaak ‘werken in en voor een organisatie’. Rol Werken in en voor een organisatie FYSIOTHERAPIE 15 FYSIOTHERAPIE 5. Onderwijsaanbod Fysiotherapie De studie Fysiotherapie duurt vier studiejaren. Elk jaar is verdeeld in vier periodes. Het eerste jaar, de propedeuse, wordt gevolgd door drie hoofdfasen. In elke fase volg je een aantal onderwijseenheden. Dit zijn modules die je volgt om je bepaalde beroepstaken eigen te maken. De vereiste competenties komen in deze onderwijseenheden aan bod. Voor elke onderwijseenheid kun je studiepunten (STP) behalen. Het aantal studiepunten kan per onderwijseenheid verschillen. Dit is afhankelijk van het aantal uur dat je (gemiddeld genomen) moet besteden aan de onderwijseenheid: het aantal studiebelastingsuren (SBU). In hoofdfase 3 kun je kiezen: je volgt in de eerste twee periodes ‘Praktijkgericht onderzoek’ óf een minor. Als je start met een minor, volg je ‘Praktijkgericht onderzoek’ in periode 3 en 4. Topsportklas opleiding Fysiotherapie De wekelijkse studiebelasting ligt lager dan de studiebe- De opleiding Fysiotherapie heeft voor topsporters met een lasting van de reguliere opleiding, waardoor de oplei- omvangrijk trainings- en wedstrijdprogramma een speciale ding geen vier, maar vijf jaar duurt. Bij een vijfjarige voorziening: de Topsportklas Fysiotherapie. Lesrooster, studieduur (inclusief de reguliere vakanties) ligt de locatie, onderwijsmethode en studiecontract zijn studiebelasting rond 35 uur per week. De studie sneller aangepast aan het topsportprogramma. De lessen vinden afronden dan in vijf jaar of juist wat extra verlenging, voor een deel plaats op het CTO (Centrum voor Topsport hoort ook tot de mogelijkheden. en Onderwijs) op Papendal. Het lesrooster is zodanig 16 ingericht dat zowel in de ochtend als in de namiddag kan Kenmerkend voor de Topsportklas is de intensieve worden getraind. De (vooral) praktijklessen zijn tussen begeleiding, wat studeren ‘op maat’ mogelijk maakt: 11.15 – 14.15 uur, met ervoor en erna een uur individuele afgestemd op het Topsportprogramma. Zie ook het begeleiding voor onder andere praktisch oefenen, vragen Onderwijsaanbodschema van de Topsportklas en de of bespreking van de studievoortgang. OWE-beschrijvingen in bijlage 1. FYSIOTHERAPIE FYSIOTHERAPIE Honours Programma je zelf ook extra tijd in je agenda vrijmaken om het De studie Fysiotherapie past helemaal bij jou! Wellicht Honours Programma succesvol te doorlopen. kun je deze studie gemakkelijk aan en wil je nog meer diepgang of breedte in je studie om daarmee je talenten Een uitgebreide beschrijving van het programma met verder te ontwikkelen? daarin o.a. de OWE-beschrijving is terug te vinden in de Speciaal voor studenten die extra in zichzelf willen aparte brochure van het Honoursprogramma. investeren en die ook in de propedeuse hebben laten zien Contactpersoon: Marieke Isendam [email protected] dat zij de studie ruimschoots aankunnen, heeft het Instituut Paramedische Studies een specifiek opleidingsprogramma ontwikkeld: het Honours Programma. Excellentprogramma (EP) Ondernemendheid en Leiderschap Voor de paramedische student die zich extra wil profileren, Het Instituut wil extra in je talenten investeren en door is het ‘Excellent Programma Ondernemendheid en Leider- middel van dit programma jou uitdagen “ambassadeur” van schap ontwikkeld. Met dit programma kunnen gemotiveerde je opleiding en je instituut te worden. Je verwerft een en ondernemende studenten extra competenties verwerven surplus aan kennis, inzicht en zelfreflectieve vaardigheden op het gebied van ondernemen en leidinggeven in multidis- dat je een voorsprong geeft op je medestudenten. ciplinaire settings binnen de (para)medische zorg. Met andere toptalenten en topdocenten uit het werkveld Door het volgen van het programma ontwikkel je en de opleidingen doorloop je in anderhalf jaar in een competenties op het gebied van multidisciplinair multidisciplinaire groep het Honours Programma. samenwerken, ondernemen, managen en leidinggeven. Het programma start in het eerste semester van hoofdfase 1 Als je toegelaten wordt tot dit progamma besteed je en eindigt in het tweede semester van hoofdfase 1. Dit vanaf de tweede helft van het tweede studiejaar gedu- betekent een extra studielast van ongeveer 3 uur per week rende anderhalf jaar ongeveer 10 uur extra per week gedurende 8 maanden. Wanneer je het programma succesvol buiten het normale lesprogramma aan je verdere ontwik- hebt afgesloten, heb je 7,5 ECTS (studiepunten) extra keling. In totaal is de studielast voor dit programma 22,5 verdient, bovenop de 240 ECTS van je complete hbo-opleiding. studiepunten. Deze extra uitbreiding van studielast wordt Je wordt toegelaten tot het programma op basis van een vermeld op je bachelordiploma Fysiotherapie. motivatiebrief en intakegesprek. Voorwaarde is wel, dat je geslaagd bent voor de propedeuse van je opleiding. Ook Je leert in het eerste deel om over de grenzen van je moet je bereid zijn om een buitenlandse reis te maken als eigen vak heen te kijken en je ontwerpt een multidiscipli- onderdeel van het programma. nair ‘topzorg’-behandelprogramma voor jouw patiënt die je gedurende een half jaar regelmatig ontmoet. Aan het Er nemen 20 tot 40 studenten deel aan het programma. einde van dit onderwijsblok organiseer je samen met je Naast groepsgewijze activiteiten zoals trainingen, medestudenten een symposium waar je jouw ‘topzorg’- werkbezoeken en hoorcolleges zijn er individuele behandelprogramma presenteert. opdrachten. Tussentijdse toetsing geschiedt door middel In het tweede gedeelte van het programma ga je meer van werkstukken en presentaties. Het programma wordt grensoverschrijdend werken: interculturele en internatio- afgesloten met een symposium. nale competenties worden daarbij vergeleken. Je werkt mono- of multidisciplinair aan de hand van opdrachten De EP student ontvangt aan het einde van zijn opleiding met een internationale of interculturele insteek. naast zijn bachelordiploma een certificaat waaruit blijkt Deel 3 staat in het teken van een hogere mate van dat hij/zij het EP heeft gevolgd en welke activiteiten hij/ reflectie. Samen met je medestudenten, lectoren, promo- zij daarin heeft uitgevoerd. vendi en professionals die een rolmodel vervullen werk je aan projecten met een innovatief of onderzoekend karakter. Een uitgebreide beschrijving van het programma met daarin o.a. de OWE-beschrijving is terug te vinden in de Het lesprogramma vindt deels plaats in de avonduren, aparte brochure van het Excellentprogramma. Contactper- aansluitend aan het reguliere onderwijs. Daarnaast moet soon: Marjan Kindt-van Esch [email protected] FYSIOTHERAPIE 17 FYSIOTHERAPIE Onderwijsaanbod Fysiotherapie In het schema hieronder staan alle onderwijseenheden weergegeven die je in de verschillende fases van je studie volgt. Periode 1 Hoofdfase 3 Periode 2 Periode 3 Periode 4 Praktijkgericht onderzoek* (30 STP - 840 SBU) Beroepsvoorbereidende periode context 2 (Integrale toets 3) Minor (30 STP – 840 SBU) * (30 STP - 840 SBU) Hoofdfase 2 Minor Beroepsvoorbereidende (30 STP - 840 SBU) periode context 1 (30 STP - 840 SBU) Praktijkgericht Onderzoek (30 STP - 840 SBU) Hoofdfase 1 Propedeuse Eerste lijn 2 Eerste lijn 3 (Integrale toets 2) (15 STP - 420 SBU) (15 STP -420 SBU) Ziekenhuis 2 Revalidatie en geriatrische revalidatie (15 STP - 420 SBU) (15 STP - 420 SBU) Introductie Fysiotherapie: Accent: Performance (15 STP - 420 SBU) Introductie * Eerstelijn 1 ( Integrale toets 1) (17,5 STP - 420 SBU) Introductie Ergotherapie en Fysiotherapie: Fysiotherapie: Fysiotherapie in de Samen Gezonder Accent: Vaardigheden Accent: Kennis Arbozorg (5 STP - 210 SBU) (7,5 STP–210 SBU) (7,5 STP–210 SBU) (7,5 STP–210 SBU) Na de beroepsvoorbereidende periode context 1, kun je kiezen. Je volgt in de twee semesters hierna ‘Praktijkgericht Onderzoek’ OF een Minor. Wanneer je start met een minor, volgt daarna ‘Praktijkgericht Onderzoek’. Andersom kan ook. De beroepsvoorbereidende periode, context 2, is het allerlaatste en afsluitende onderdeel van de opleiding Fysiotherapie. 18 FYSIOTHERAPIE FYSIOTHERAPIE 6. Onderwijseenheden propedeuse Fysiotherapie In dit hoofdstuk staan de onderwijseenheden (OWE’s) op een rij die je volgt in de propedeutische fase van je opleiding Fysiotherapie. De beschrijvingen zijn een onderdeel van Bijlage 1 van het OER en als zodanig een uitwerking van art. 4.1 lid 2. De Integrale toets van de propedeutische fase is een onderdeel van de toetsing van de OWE ‘Eerste lijn 1’. Het is een uitwerking van Bijlage 2 van het OER conform art. 4.1 lid 5. Overal waar ‘hij’ staat, bedoelen we ook ‘zij’. FYS-IFV (Introductie Fysiotherapie, accent Vaardigheden) 1. Opleiding Fysiotherapie 2. Doelgroep Voltijd propedeusestudenten 3. Beroepstaak/beroepstaken In deze OWE staat de beroepstaak “De fysiotherapeut als hulpverlener” centraal. Tegelijkertijd is deze OWE bedoeld om de oriëntatie op beroep en studie zodanig te presenteren dat studenten na afloop weten wat beroep en studie inhouden en student en opleiding een verantwoorde keuze voor het vervolg kunnen maken. 4. Centrale beroepstaak ‘De fysiotherapeut als hulpverlener’ vormt het uitgangspunt bij de samenstelling van de leerarrangementen. In enge zin betreft dit het ontwikkelen van vakmatige expertise, in bredere zin betreft het de ontwikkeling van klinisch redeneren ten behoeve van onderzoek en behandeling, waarbij uitdrukkelijk gebruik gemaakt wordt van de overige genoemde competenties. 5. (Beroeps)Producten In deze OWE wordt aan verschillende beroepsproducten gewerkt: • Verslag ministage • Diploma reanimatie • Verslag peerassessment • groepsfunctioneren Gedemonstreerde vaardigheden 6. Studiepunten/studielast De volledige OWE beslaat 7.5 studiepunten en dus 210 studiebelastingsuren, verdeeld over een onderwijsblok (= 10 kalenderweken). Wekelijks vinden er vijf praktijklessen van 90 minuten plaats. Twee lessen van 90 minuten in het kader van de leerlijn en drie les in het kader van toegepaste vaardigheden (RIV). In het kader van student-student begeleiding (SSB) worden kennis en vaardigheden wekelijks minimaal twee x 90 minuten geoefend. Daarnaast zijn er gedurende elke onderwijsweek drie x 90 minuten geroosterd waarin de studenten gebruik kunnen maken van gereserveerde praktijklokalen waar ze onder begeleiding van hun klassencoaches de aangeleerde vaardigheden kunnen oefenen. Propedeuse - OWE Introductie Fysiotherapie, accent Vaardigheden FYSIOTHERAPIE 19 FYSIOTHERAPIE 7. Samenhang met andere OWE’s Deze OWE vorm de basis voor de praktijk van het fysiotherapeutisch handelen, inclusief de onderliggende competenties uit het Beroepsprofiel Fysiotherapeut. Deze OWE heeft een nauwe samenhang met de OWE Introductie Fysiotherapie, accent Theorie en de OWE Introductie Fysiotherapie, accent Performance. Deze OWE is voorbereidend op de OWE Eerste Lijn-1 8. Ingangseisen N.v.t. 9. Algemene omschrijving In deze OWE staat de oriëntatie op beroep en studie centraal. Na afloop weet de student wat het beroep inhoudt en op welke wijze de studie succesvol kan worden doorlopen. Naast oriënterende stages staat in de leerarrangementen het fysiotherapeutische handelen centraal, niet alleen wat betreft fysiotherapie in de eerste lijn, maar ook wat betreft fysiotherapie in ziekenhuis en andere intramurale instellingen. Fysiotherapeutisch handelen richt zich met name op diagnostiek en behandeling/begeleiding van cliënten uit verschillende leeftijdsgroepen. 10. Competenties Bij de centrake beroepstaak “De fysiotherapeut als hulpverlener’ gaat het om het in kaart brengen van een gezondheidsprobleem middels de volgende competenties: • Screenen • Diagnosticeren • Plannen • Therapeutisch handelen • Preventief handelen • Professioneel handelen 11. Beoordelingscriteria Beschrijf de criteria waaraan de prestatie / het handelen / de uitvoering / de producten van de student worden beoordeeld. 1. De student laat een goede uitgangshouding, lokalisatie, fixatie, dosering en gebruik van hulpmiddelen zien passend bij de doelstelling van de vaardigheid en afgestemd op het gezondheidsprobleem en wensen van de patiënt. Indien een hands off vaardigheid: De student laat effectieve gesprekstechnieken zien passend bij de daarbij behorende doelstelling en afgestemd op de patiënt en maakt evt gebruik van passende hulpmiddelen. 2. De student voert de vaardigheden vlot en vloeiend uit. 3. De student onderbouwt de werking en uitkomst van de vaardigheid op basis van relevante kennis en een logische en consistente redenering. 4. De student gaat professioneel om met patiënt en examinator (o.a. respectvol gedrag, duidelijke instructies/uitleg, veiligheid etc.) 12. Tentaminering Instapeis vaardigheidsstation Portfolio Tentamencode PF Toetsvorm Beroepsproduct Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Voldaan/Niet voldaan Cesuur Er dient voldaan te zijn aan eis van authenticiteit en minimum aantal producten in het DPF. De producten die in het DPF aanwezig moeten zijn, zijn: Verslag ministage Diploma reanimatie Verslag peerassessment groepsfunctioneren Een link naar de persoonlijke OSV site met 4 One-Shot-Video’s van vaardigheden Weging N.v.t. Minimaal vereiste resultaat Voldaan/niet voldaan Aantal kansen per jaar 2 20 FYSIOTHERAPIE Propedeuse - OWE Introductie Fysiotherapie, accent Vaardigheden FYSIOTHERAPIE Tentamen Vaardigheidsstation Tentamencode VS Toetsvorm Vaardigheidsopdrachten Aantal examinatoren 1 Instapeis Een volledig gevuld DPF Beoordelingswijze Cijfer Cesuur Er dient voldaan te zijn aan de Uitvoeringseisen van vaardigheden Weging N.v.t. Minimaal vereiste resultaat 6.0 Aantal kansen per jaar 2 13. Verplichte literatuur • Boiten, J.C. e.a. (2009). Diagnostiek in de fysiotherapie. Pg 21-28. Maarssen: Elsevier Gezondheidszorg. • Sassen S. (2007). Gezondheidsvoorlichting voor paramedici. Hoofdstuk 1 Gezondheid, gezondheidsindicatoren en volksgezondheid pg 13-21, 31-33. Maarssen: Elzevier Gezondheidszorg. • Burken Van P. (2010) Gezondheidspsychologie voor de fysiotherapeut. Hoofdstuk 1 Fysiotherapie in relatie tot het biopsychosociale model pg 20-22. Houten: Bohn Stafleu van Loghum. • Burgt, Van der, M., Verhulst, F. (2009). Houten: Bohn Stafleu Van Loghum. • Morree, J.J. e.a. (2006). Inspanningsfysiologie oefentherapie en training. Hs 7, Hs 11pg 139-149 en Hs 12 pg 150-154. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum. • Richtlijn Diagnostiek en behandeling van obesitas bij volwassenen en kinderen. Kwaliteitsinstituut voor de Gezondheidszorg CBO. • Bant, H., Beenen, P. (2008). Trainingscirkels. Nijmegen: Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. • Burken Van P. (2004) Gezondheidspsychologie voor de fysiotherapeut. deel 2 van Visie naar Intervisie. Hs 4 Motivationele processen pg 87-109. Houten: Bohn Stafleu van Loghum. • De stappenreeks en persoonsgebonden factoren, Fysiopraxis januari 2008 • Boiten, J.C. e.a. (2009). Diagnostiek in de fysiotherapie. Pg 21-28, 65-83. Maarssen: Elsevier Gezondheidszorg. • Morree, J.J. e.a. (2006). Inspanningsfysiologie oefentherapie en training. Hs 13 Meten en testen. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum. • Wilmore, J.H. e.a. ( 2009) Inspannings- en sportfysiologie. Pg 489-503. Maarssen: Elsevier Gezondheidszorg. • Burken Van P. (2010) Gezondheidspsychologie voor de fysiotherapeut. pg 184-188. Houten: Bohn Stafleu van Loghum. • Burken Van P. (2000) Gezondheidspsychologie voor de fysiotherapeut. Hoofdstuk 7 de psychologie v stress pg 34-42. Houten: Bohn Stafleu van Loghum. • Van Cranenburgh, B. Nieuwe wegen in Motorisch leren I en II. Haarlem: Instituut voorlichting voor toegepaste neurowetenschappen ITON • Bernards, J.A., Bouman, L.N. (1994). Fysiologie van de mens. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum. • Morree, J.J. e.a. (2006). Inspanningsfysiologie oefentherapie en training. pg 150-159. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum. • Wetering, Van de, B, Quernhorst, J. ea. Implementeren Graded Activity in eerstelijns praktijk, Graded Activity. Nijmegen: afstudeeropdracht Bachelor Fysiotherapie 2009-2010 • Burgt, Van der, M. , Verhulst, F. (2009). Doen en blijven doen. Hoofdstuk 1 en 2 Voorlichting en pg 74 leertheorieën. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum. 14. Aanbevolen literatuur N.v.t. 15. Software N.v.t. 16. Overige materialen Propedeuse - OWE Introductie Fysiotherapie, accent Vaardigheden FYSIOTHERAPIE 21 FYSIOTHERAPIE 17. Activiteiten lke leerarrangement bestaat uit een aantal voorbereidende studieopdrachten die uitgevoerd zijn alvorens de begeleide werkgroepsbijeenkomst start. Deze opdrachten betreffen het verwerven van noodzakelijke voorkennis en vaardigheden en het beschrijven van delen van onderzoek of behandeling Op basis van deze opdrachten wordt in de begeleide werkgroepen feedback op deze producten verstrekt en worden noodzakelijk vaardigheden in de context geoefend. In de aanpalende leerlijnen wordt de noodzakelijke voorkennis in verdiepende en verbredende zin aangeboden. 18. Werkvormen De volgende werkvormen vinden gedurende de OWE plaats: • Tutorgroep (TG) • Responsie-Instructie-Vaardigheden (RIV) • Hoorcollege (HC) • Responsiecollege (RC) • Student-Student-Begeleiding (SSB) Parallel aan de OWE vinden meerdere leerlijnen plaats waarbij de inhoud aansluit bij de OWE. Voor de leerlijnen zijn wekelijks hoorcolleges en vaardigheidslessen gepland. 19. Les-/ contacturen 19 lesweken 210 studiebelastingsuren 160 uur contacttijd 20.Onderwijsperiode De OWE is gepland in de eerste twee onderwijsblokken van de propedeuse (eerste semester) 21. Maximum aantal deelnemers Aantal deelnemers aan de OWE: de volledige jaargroep. FYS-IFK (Introductie Fysiotherapie, accent Kennis) 1. Opleiding Fysiotherapie 2. Doelgroep Voltijd propedeusestudenten 3. Beroepstaak/beroepstaken In deze OWE staat de beroepstaak ‘de fysiotherapeut als hulpverlener’ centraal. Tegelijkertijd is deze OWE bedoeld om de oriëntatie op beroep en studie zodanig te presenteren dat studenten na afloop weten wat beroep en studie inhouden en student en opleiding een verantwoorde keuze voor het vervolg kunnen maken. 4. Centrale beroepstaak ‘De fysiotherapeut als hulpverlener’ vormt het uitgangspunt bij de samenstelling van de leerarrangementen. In enge zin betreft dit het ontwikkelen van vakmatige expertise, in bredere zin betreft het de ontwikkeling van klinisch redeneren ten behoeve van onderzoek en behandeling, waarbij uitdrukkelijk gebruik gemaakt wordt van de overige genoemde competenties. 5. (Beroeps)Producten N.v.t. 22 FYSIOTHERAPIE Propedeuse - OWE Introductie Fysiotherapie, accent Vaardigheden FYSIOTHERAPIE 6. Studiepunten/studielast De volledige OWE beslaat 7.5 studiepunten en dus 210 studiebelastingsuren, verdeeld over 2 onderwijsblokken (=20 kalenderweken). Studiepunten zijn als volgt over de 2 onderwijsblokken verdeeld: Na onderwijsblok 1: QMP-1 Na onderwijsblok 2: QMP-2 Wekelijks worden minimaal 4x90 minuten werkgroepbijeenkomsten en 4x90 minuten hoorcolleges verzorgd. Daarnaast vinden er wekelijks een responsiecollege van 45 minuten plaats. In elk leerarrangement zijn voorbereidende studieopdrachten en specifieke opdrachten (producten) opgenomen 7. Samenhang met andere OWE’s Deze OWE vorm de basis voor met name de theorie van het fysiotherapeutisch handelen, inclusief de onderliggende competenties uit het Beroepsprofiel Fysiotherapeut Deze OWE heeft een nauwe samenhang met de OWE Introductie Fysiotherapie, accent vaardigheden en de OWE Introductie Fysiotherapie, accent Performance. Deze OWE is voorbereidend op de OWE Eerste Lijn-1 8. Ingangseisen Er zijn geen ingangseisen 9. Algemene omschrijving In deze OWE staat de oriëntatie op beroep en studie centraal. Na afloop weet de student wat het beroep inhoudt en op welke wijze de studie succesvol kan worden doorlopen. Naast oriënterende stages staat in de leerarrangementen het fysiotherapeutische handelen centraal, niet alleen wat betreft fysiotherapie in de eerste lijn, maar ook wat betreft fysiotherapie in ziekenhuis en andere intramurale instellingen. Fysiotherapeutisch handelen richt zich met name op diagnostiek en behandeling/begeleiding van cliënten uit verschillende leeftijdsgroepen. 10. Competenties Bij de centrake beroepstaak “De fysiotherapeut als hulpverlener’ gaat het om het in kaart brengen van een gezondheidsprobleem middels de volgende competenties: • Screenen, diagnosticeren, plannen • Therapeutisch handelen • Preventief handelen • Professioneel handelen 11. Beoordelingscriteria De student kent en herkent de basisprincipes betreffende anatomie, fysiologie, pathofysiologie en gedragswetenschappen die nodig zijn binnen het klinisch redeneren binnen de context Introductie Fysiotherapie. 12. Tentaminering Je krijgt voor deze OWE studiepunten toegekend als het eindcijfer een 5,5 of hoger is en je aan de minimale eisen van alle deeltentamens hebt voldaan. Berekening van het eindcijfer: Vermenigvuldig het cijfer van ieder deeltentamen met de bijbehorende wegingsfactor. Tel de uitkomsten van alle deeltentamens bij elkaar op. Deel de som van deze uitkomst vervolgens door honderd. Dit heet het ‘gewogen gemiddelde’. Deeltentamen Kennistoets Tentamencode QMP-1 Toetsvorm Kennistoets Aantal examinatoren Geen Beoordelingswijze Geautomatiseerd Cesuur 70% Weging 50% Minimaal vereiste resultaat 5,5 Aantal kansen per jaar 2 Propedeuse - OWE Introductie Fysiotherapie, accent Kennis FYSIOTHERAPIE 23 FYSIOTHERAPIE Deeltentamen Kennistoets Tentamencode QMP-2 Toetsvorm Kennistoets Aantal examinatoren Geen Beoordelingswijze Geautomatiseerd Cesuur 70% Weging 50% Minimaal vereiste resultaat 5,5 Aantal kansen per jaar 2 13. Verplichte literatuur • Boiten, J.C. e.a. (2009). Diagnostiek in de fysiotherapie. Pg 21-28. Maarssen: Elsevier Gezondheidszorg. • Sassen S. (2007). Gezondheidsvoorlichting voor paramedici. Hoofdstuk 1 Gezondheid, gezondheidsindicatoren en volksgezondheid pg 13-21, 31-33. Maarssen: Elzevier Gezondheidszorg. • Burken Van P. (2010) Gezondheidspsychologie voor de fysiotherapeut. Hoofdstuk 1 Fysiotherapie in relatie tot het biopsychosociale model pg 20-22. Houten: Bohn Stafleu van Loghum. • Burgt, Van der, M., Verhulst, F. (2009). Houten: Bohn Stafleu Van Loghum. • Morree, J.J. e.a. (2006). Inspanningsfysiologie oefentherapie en training. Hs 7, Hs 11pg 139-149 en Hs 12 pg 150-154. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum. • Richtlijn Diagnostiek en behandeling van obesitas bij volwassenen en kinderen. Kwaliteitsinstituut voor de Gezondheidszorg CBO. • Bant, H., Beenen, P. (2008). Trainingscirkels. Nijmegen: Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. • Burken Van P. (2004) Gezondheidspsychologie voor de fysiotherapeut. deel 2 van Visie naar Intervisie. Hs 4 Motivationele processen pg 87-109. Houten: Bohn Stafleu van Loghum. • De stappenreeks en persoonsgebonden factoren, Fysiopraxis januari 2008 • Boiten, J.C. e.a. (2009). Diagnostiek in de fysiotherapie. Pg 21-28, 65-83. Maarssen: Elsevier Gezondheidszorg. • Morree, J.J. e.a. (2006). Inspanningsfysiologie oefentherapie en training. Hs 13 Meten en testen. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum. • Wilmore, J.H. e.a. ( 2009) Inspannings- en sportfysiologie. Pg 489-503. Maarssen: Elsevier Gezondheidszorg. • Burken Van P. (2010) Gezondheidspsychologie voor de fysiotherapeut. pg 184-188. Houten: Bohn Stafleu van Loghum. • Burken Van P. (2000) Gezondheidspsychologie voor de fysiotherapeut. Hoofdstuk 7 de psychologie v stress pg 34-42. Houten: Bohn Stafleu van Loghum. • Van Cranenburgh, B. Nieuwe wegen in Motorisch leren I en II. Haarlem: Instituut voorlichting voor toegepaste neurowetenschappen ITON • Bernards, J.A., Bouman, L.N. (1994). Fysiologie van de mens. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum. • Morree, J.J. e.a. (2006). Inspanningsfysiologie oefentherapie en training. pg 150-159. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum. • Wetering, Van de, B, Quernhorst, J. ea. Implementeren Graded Activity in eerstelijns praktijk, Graded Activity. Nijmegen: afstudeeropdracht Bachelor Fysiotherapie 2009-2010. • Burgt, Van der, M. , Verhulst, F. (2009). Doen en blijven doen. Hoofdstuk 1 en 2 Voorlichting en pg 74 leertheorieën. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum. 14. Aanbevolen literatuur N.v.t. 15. Software N.v.t. 16. Overige materialen Laken, handdoeken, massageolie 17. Activiteiten Elke leerarrangement bestaat uit een aantal voorbereidende studieopdrachten die uitgevoerd zijn alvorens de begeleide werkgroepsbijeenkomst start. Deze opdrachten betreffen het verwerven van noodzakelijke voorkennis en vaardigheden en het beschrijven van delen van onderzoek of behandeling Op basis van deze opdrachten wordt in de begeleide werkgroepen feedback op deze producten verstrekt en worden noodzakelijk vaardigheden in de context geoefend. In de aanpalende leerlijnen wordt de noodzakelijke voorkennis in verdiepende en verbredende zin aangeboden. 24 FYSIOTHERAPIE Propedeuse - OWE Introductie Fysiotherapie, accent Kennis FYSIOTHERAPIE 18. Werkvormen De volgende werkvormen vinden gedurende de OWE plaats: • Tutorgroep (TG) • Responsie-Instructie-Vaardigheden (RIV) • Hoorcollege (HC) • Responsiecollege (RC) • Student-Student-Begeleiding (SSB) Parallel aan de OWE vinden meerdere leerlijnen plaats waarbij de inhoud aansluit bij de OWE. Voor de leerlijnen zijn wekelijks hoorcolleges en vaardigheidslessen gepland. 19. Les-/ contacturen 19 lesweken 420 studiebelastingsuren 320 uur contacttijd 20.Onderwijsperiode De OWE is gepland in het eerste twee onderwijsblokken van de propedeuse (eerste semester) 21. Maximum aantal deelnemers Aantal deelnemers aan de OWE: de volledige jaargroep. FYS-IFP (Introductie Fysiotherapie, accent Performance) 1. Opleiding Fysiotherapie 2. Doelgroep Voltijd propedeusestudenten 3. Beroepstaak/beroepstaken In deze OWE staat de beroepstaak ‘de fysiotherapeut als hulpverlener’ centraal. Tegelijkertijd is deze OWE bedoeld om de oriëntatie op beroep en studie zodanig te presenteren dat studenten na afloop weten wat beroep en studie inhouden en student en opleiding een verantwoorde keuze voor het vervolg kunnen maken. 4. Centrale beroepstaak ‘De fysiotherapeut als hulpverlener’ vormt het uitgangspunt bij de samenstelling van de leerarrangementen. In enge zin betreft dit het ontwikkelen van vakmatige expertise, in bredere zin betreft het de ontwikkeling van klinisch redeneren ten behoeve van onderzoek en behandeling, waarbij uitdrukkelijk gebruik gemaakt wordt van de overige genoemde competenties. 5. (Beroeps)Producten In deze OWE wordt aan één beroepsproduct gewerkt: • Performance assessment, waarin de volgende competenties in een simulatie wordent getoetst: • Screenen • Diagnosticeren • Plannen • Therapeutisch handelen • Preventief handelen • Professioneel handelen Propedeuse - OWE Introductie Fysiotherapie, accent Kennis FYSIOTHERAPIE 25 FYSIOTHERAPIE 6. Studiepunten/studielast De volledige OWE beslaat 15 studiepunten en dus 420 studiebelastingsuren, verdeeld over twee onderwijsblokken (= 20 kalenderweken). Studiepunten zijn als volgt over de twee onderwijsblokken verdeeld: Wekelijks worden minimaal 4x90 minuten werkgroepbijeenkomsten en 4x90 minuten hoorcolleges verzorgd. Daarnaast vinden wekelijks lessen van 2x90 minuten plaats in het kader van de leerlijn. In het kader van student-student begeleiding (SSB) worden kennis en vaardigheden wekelijks minimaal twee x 90 minuten geoefend. Daarnaast zijn er gedurende elke onderwijsweek drie x 90 minuten geroosterd waarin de studenten gebruik kunnen maken van gereserveerde praktijklokalen waar ze onder begeleiding van hun klassencoaches de aangeleerde vaardigheden kunnen oefenen. In elk leerarrangement zijn voorbereidende studieopdrachten en specifieke opdrachten (producten) opgenomen, waarvan de studiebelasting wekelijks geschat wordt op 20-25 uur. 7. Samenhang met andere OWE’s Deze OWE vorm de basis voor zowel theorie als praktijk van het fysiotherapeutisch handelen, inclusief de onderliggende competenties uit het Beroepsprofiel Fysiotherapeut. Deze OWE heeft een nauwe samenhang met de OWE Introductie Fysiotherapie, accent vaardigheden en de OWE Introductie Fysiotherapie, accent Kennis. Deze OWE is voorbereidend op de OWE Eerste Lijn-1 8. Ingangseisen Er zijn geen ingangseisen 9. Algemene omschrijving In deze OWE staat de oriëntatie op beroep en studie centraal. Na afloop weet de student wat het beroep inhoudt en op welke wijze de studie succesvol kan worden doorlopen. Naast oriënterende stages staat in de leerarrangementen het fysiotherapeutische handelen centraal, niet alleen wat betreft fysiotherapie in de eerste lijn, maar ook wat betreft fysiotherapie in ziekenhuis en andere intramurale instellingen. Fysiotherapeutisch handelen richt zich met name op diagnostiek en behandeling/begeleiding van cliënten uit verschillende leeftijdsgroepen. 10. Competenties Bij de centrake beroepstaak “De fysiotherapeut als hulpverlener’ gaat het om het in kaart brengen van een gezondheidsprobleem middels de volgende competenties: • Screenen, diagnosticeren, plannen • Therapeutisch handelen • Preventief handelen • Professioneel handelen 11. Beoordelingscriteria Aan het eind van deze OWE toont de student het volgende aan: Screenen, diagnosticeren, plannen • De student verzamelt relevante gegevens in een gesimuleerde situatie bij een patiënt met een eenvoudig gezondheidsprobleem (niveau 1) in de context van Introductie Fysiotherapie en maakt een analyse op basis van kennis, vaardigheden en attitudes die nodig zijn om het gezondheidsprobleem te verhelderen. Therapeutisch handelen en preventief handelen • De student stelt in een gesimuleerde situatie bij een patiënt met een eenvoudig gezondheidsprobleem (niveau 1) in de context van Introductie Fysiotherapie een behandelplan op en voert dit uit op basis van kennis, vaardigheden en attitudes die nodig zijn om een adequate behandeling te kunnen geven. Professioneel handelen • De student gaat op een professionele wijze om met een patiënt in een gesimuleerde situatie. 12. Tentaminering 26 Tentamen Performance assessment Tentamencode PA Toetsvorm Performance Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Cijfer FYSIOTHERAPIE Propedeuse - OWE Introductie Fysiotherapie, accent Performance FYSIOTHERAPIE Cesuur Alle te beoordelen competenties moeten voldoende zijn. Een competentie is voldoende als een vastgesteld minimum aantal criteria voldoende beoordeeld is. Weging 100% Minimaal vereiste resultaat 6 Aantal kansen per jaar 2 13. Verplichte literatuur • Boiten, J.C. e.a. (2009). Diagnostiek in de fysiotherapie. Pg 21-28. Maarssen: Elsevier Gezondheidszorg. • Sassen S. (2007). Gezondheidsvoorlichting voor paramedici. Hoofdstuk 1 Gezondheid, gezondheidsindicatoren en volksgezondheid pg 13-21, 31-33. Maarssen: Elzevier Gezondheidszorg. • Burken Van P. (2010) Gezondheidspsychologie voor de fysiotherapeut. Hoofdstuk 1 Fysiotherapie in relatie tot het biopsychosociale model pg 20-22. Houten: Bohn Stafleu van Loghum. • Burgt, Van der, M., Verhulst, F. (2009). Houten: Bohn Stafleu Van Loghum. • Morree, J.J. e.a. (2006). Inspanningsfysiologie oefentherapie en training. Hs 7, Hs 11pg 139-149 en Hs 12 pg 150-154. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum. • Richtlijn Diagnostiek en behandeling van obesitas bij volwassenen en kinderen. Kwaliteitsinstituut voor de Gezondheidszorg CBO. • Bant, H., Beenen, P. (2008). Trainingscirkels. Nijmegen: Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. • Burken Van P. (2004) Gezondheidspsychologie voor de fysiotherapeut. deel 2 van Visie naar Intervisie. Hs 4 Motivationele processen pg 87-109. Houten: Bohn Stafleu van Loghum. • De stappenreeks en persoonsgebonden factoren, Fysiopraxis januari 2008 • Boiten, J.C. e.a. (2009). Diagnostiek in de fysiotherapie. Pg 21-28, 65-83. Maarssen: Elsevier Gezondheidszorg. • Morree, J.J. e.a. (2006). Inspanningsfysiologie oefentherapie en training. Hs 13 Meten en testen. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum. • Wilmore, J.H. e.a. ( 2009) Inspannings- en sportfysiologie. Pg 489-503. Maarssen: Elsevier Gezondheidszorg. • Burken Van P. (2010) Gezondheidspsychologie voor de fysiotherapeut. pg 184-188. Houten: Bohn Stafleu van Loghum. • Burken Van P. (2000) Gezondheidspsychologie voor de fysiotherapeut. Hoofdstuk 7 de psychologie v stress pg 34-42. Houten: Bohn Stafleu van Loghum. • Van Cranenburgh, B. Nieuwe wegen in Motorisch leren I en II. Haarlem: Instituut voorlichting voor toegepaste neurowetenschappen ITON • Bernards, J.A., Bouman, L.N. (1994). Fysiologie van de mens. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum. • Morree, J.J. e.a. (2006). Inspanningsfysiologie oefentherapie en training. pg 150-159. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum. • Wetering, Van de, B, Quernhorst, J. ea. Implementeren Graded Activity in eerstelijns praktijk, Graded Activity. Nijmegen: afstudeeropdracht Bachelor Fysiotherapie 2009-2010 • Burgt, Van der, M. , Verhulst, F. (2009). Doen en blijven doen. Hoofdstuk 1 en 2 Voorlichting en pg 74 leertheorieën. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum. 14. Aanbevolen literatuur N.v.t. 15. Software N.v.t. 16. Overige materialen Laken, handdoeken, massageolie 17. Activiteiten Elke leerarrangement bestaat uit een aantal voorbereidende studieopdrachten die uitgevoerd zijn alvorens de begeleide werkgroepsbijeenkomst start. Deze opdrachten betreffen het verwerven van noodzakelijke voorkennis en vaardigheden en het beschrijven van delen van onderzoek of behandeling Op basis van deze opdrachten wordt in de begeleide werkgroepen feedback op deze producten verstrekt en worden noodzakelijk vaardigheden in de context geoefend. In de aanpalende leerlijnen wordt de noodzakelijke voorkennis in verdiepende en verbredende zin aangeboden. 18. Werkvormen De volgende werkvormen vinden gedurende de OWE plaats: • Tutorgroep (TG) • Responsie-Instructie-Vaardigheden (RIV) • Hoorcollege (HC) • Responsiecollege (RC) • Student-Student-Begeleiding (SSB) Parallel aan de OWE vinden meerdere leerlijnen plaats waarbij de inhoud aansluit bij de OWE. Voor de leerlijnen zijn wekelijks hoorcolleges en vaardigheidslessen gepland. Propedeuse - OWE Introductie Fysiotherapie, accent Performance FYSIOTHERAPIE 27 FYSIOTHERAPIE 19. Les-/ contacturen 19 lesweken 420 studiebelastingsuren 320 uur contacttijd 20.Onderwijsperiode De OWE is gepland in het eerste twee onderwijsblokken van de propedeuse (eerste semester) 21. Maximum aantal deelnemers Aantal deelnemers aan de OWE: de volledige jaargroep. FYS-V1LN1a (Eerstelijn 1) 1. Opleiding Fysiotherapie 2. Doelgroep Voltijd propedeusestudenten 3. Beroepstaak/beroepstaken Werken met en voor cliënten (hulpverlener) Werken in en voor een organisatie (manager) Werken aan professionalisering (beroepsontwikkelaar) 4. Centrale beroepstaak Werken met en voor cliënten (hulpverlener) 5. (Beroeps)Producten • • • • • • Een schriftelijke analyses of behandelplan Een Performance bij een simulatiepatiënt Feedback gegeven op beroepsproduct van een medestudent Een persoonlijk ontwikkelingsplan (POP) Zoekstrategie + interpretatie gevonden literatuur One shot video’s van vaardigheden 6. Studiepunten/studielast 17,5 STP, 490 SBU Geprogrammeerde contacttijd: 170 uur Geprogrammeerde onderwijstijd voor zelfstudie: 320 uur De studiebelastingsuren zijn verdeeld over de OWE en de daaraan parallel lopende leerlijnen. 7. Samenhang met andere OWE’s Deze onderwijseenheid volgt op de OWE ‘Introductie Fysiotherapie’ Deze OWE gaat vooraf aan de OWE ‘Eerstelijn 2’. Deze OWE hoort bij de extramurale lijn. 8. Ingangseisen Geen 9. Algemene omschrijving 28 FYSIOTHERAPIE Propedeuse - OWE Introductie Fysiotherapie, accent Performance FYSIOTHERAPIE Deze onderwijseenheid heeft als werkcontext een fysiotherapiepraktijk binnen de 1e lijns-gezondheidszorg. Centraal in Eerstelijn 1 staan het methodisch fysiotherapeutisch handelen en klinisch redeneren. Dit gebeurt bij de volgende thema’s: artrose knie/heup, aspecifieke lagerugpijn, enkelletsel (acuut en chronisch), menisectomie, primaire schouder impingement op basis van tendinose rotatorcuff, epicondylis lateralis en medialis, jumpers knee / patella tendinopathie, achillespees tendinose en polsfractuur, conservatief behandeld. 10. Competenties 1 Screenen, diagnosticeren, plannen 2 Therapeutisch handelen 3 Preventief handelen 6 onderzoeken 8 Professioneel handelen 11. Beoordelingscriteria Aan het eind van deze OWE toont de student het volgende aan: 1. Screenen, diagnosticeren, plannen • De student verzamelt relevante gegevens in een gesimuleerde situatie bij een patiënt met een eenvoudig gezondheidsprobleem (niveau 1) in de context van Eerstelijn 1 en maakt een analyse op basis van kennis, vaardigheden en attitudes die nodig zijn om het gezondheidsprobleem te verhelderen. (PA, casustoets en feedbacklus). 2. en 3. Therapeutisch handelen en preventief handelen • De student stelt in een gesimuleerde situatie bij een patiënt met een eenvoudig gezondheidsprobleem (niveau 1) in de context van Eerstelijn 1 een behandelplan op en voert dit uit op basis van kennis, vaardigheden en attitudes die nodig zijn om een adequate behandeling te kunnen geven. (PA, casustoets en feedbacklus). 6. Onderzoeken • De student zoekt methodisch in gangbare databases naar kennis en beoordeeld bronnen globaal op relevantie en betrouwbaarheid. • De student weet wat plagiaat is en verwijst naar gebruikte bronnen volgens de APA richtlijnen. 8. Professioneel handelen • De student gaat op een professionele wijze om met een patiënt in een gesimuleerde situatie. (PA) • De student beoordeelt een medestudent en voorziet deze van concrete bruikbare feedback, waarmee het leerproces van de medestudent bevorderd wordt. (Feedbacklus, peerassessment groepsfunctioneren en peerassessment vaardig fysiotherapeutisch handelen). • De student reflecteert kritisch op het eigen functioneren in verschillende situaties en contexten, maakt SMART-verbeterdoelen voor de eigen ontwikkeling en werkt ze uit in een concreet verbeterplan. (POP) 12. Tentaminering Je krijgt voor deze OWE studiepunten toegekend als het eindcijfer een 5,5 of hoger is en je aan de minimale eisen van alle deeltentamens hebt voldaan. Berekening van het eindcijfer: Vermenigvuldig het cijfer van ieder deeltentamen met de bijbehorende wegingsfactor. Tel de uitkomsten van alle deeltentamens bij elkaar op. Deel de som van deze uitkomst vervolgens door honderd. Dit heet het ‘gewogen gemiddelde’. Bij de beoordeling van deeltentamens waarbij sprake is van een cesuur, wordt gebruik gemaakt van criteria. De criteria staan beschreven in de toetsformulieren van de deeltentamens, te vinden op de informatiesite toetsing van de opleiding Fysiotherapie. Deeltentamen Performance assessment Tentamencode PA Toetsvorm Performance Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Cijfer Cesuur Alle 3 te beoordelen competenties moeten voldoende zijn. Een competentie is voldoende als een vastgesteld minimum aantal criteria met een voldoende beoordeeld is. Zie het toetsformulier PA 1ln1. Weging 30% Minimaal vereist resultaat Het cijfer moet minimaal 6 zijn Aantal kansen per jaar 2 Propedeuse - OWE Eerstelijn 1 FYSIOTHERAPIE 29 FYSIOTHERAPIE 30 Deeltentamen Persoonlijk Ontwikkelingsplan Tentamencode POP Toetsvorm Presentatie en gesprek Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Voldaan / Niet Voldaan Cesuur 3 van de 6 criteria zijn voldoende. Weging N.v.t. Minimaal vereiste resultaat Voldaan Aantal kansen per jaar 2 Deeltentamen Casustoets Tentamencode Prod1 Toetsvorm Schriftelijke toets Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Cijfer Cesuur Afhankelijk van de aangeboden toetscasus en opdracht. De cesuur wordt gegeven bij de opdracht. Weging 15% Minimaal vereiste resultaat N.v.t. Aantal kansen per jaar 2 Deeltentamen Feedbacklus Tentamencode Prod2 Toetsvorm Schriftelijke toets Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Cijfer Cesuur Afhankelijk van het beroepsproduct van de medestudent waarop feedback gegeven moet worden. De cesuur wordt gegeven bij de opdracht. Weging 15% Minimaal vereiste resultaat N.v.t. Aantal kansen per jaar 2 FYSIOTHERAPIE Propedeuse - OWE Eerstelijn 1 FYSIOTHERAPIE N Deeltentamen Kennistoets blok 3 T Tentamencode QMP 3 Toetsvorm Schriftelijke toets Aantal examinatoren N.v.t. Beoordelingswijze Cijfer Cesuur 70% Weging 20% Minimaal vereiste resultaat 5,5 Aantal kansen per jaar 2 Deeltentamen Kennistoets blok 4 Tentamencode QMP 4 Toetsvorm Schriftelijke toets Aantal examinatoren N.v.t. Beoordelingswijze Cijfer Cesuur 70% Weging 20% Minimaal vereiste resultaat 5,5 Aantal kansen per jaar 2 Deeltentamen Opleiding Kwaliteitspunten Fysiotherapie Tentamencode OKFT Toetsvorm Registratie van activiteiten Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Voldaan / Niet Voldaan Cesuur Minimaal behalen van 80 kwaliteitspunten Weging N.v.t. Minimaal vereiste resultaat Voldaan Aantal kansen per jaar 2 Propedeuse - OWE Eerstelijn 1 FYSIOTHERAPIE 31 FYSIOTHERAPIE Deeltentamen Peerassessment groepsfunctioneren Tentamencode peerg Toetsvorm peerassessment Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Voldaan / Niet Voldaan Cesuur N.v.t. Weging N.v.t. Minimaal vereiste resultaat Voldaan Aantal kansen per jaar 2 Deeltentamen Informatie Vaardigheden Tentamencode IV Toetsvorm schriftelijk Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Voldaan / Niet Voldaan Cesuur Minimaal behalen van 40 punten op processcore en minimaal 55 punten op totale score. Weging N.v.t. Minimaal vereiste resultaat Voldaan Aantal kansen per jaar 2 13. Verplichte literatuur • • • • • • • KNGF richtlijn lage-rugpijn 2012, enkelletsel, meniscectomie, fysiotherapeutische verslaglegging 2011 en arthrose heup-knie KNGF evidencestatement subacromiale klachten Morree, J.J. de (2008). Dynamiek van het menselijk bindweefsel. Functie, beschadiging en herstel. (5e herziene druk). Huoten: Bohn Stafleu Van Loghem Morree, J.J. de, Jongert, M.W.A., Poel, G. van der (2006). Inspanningsfysiologie oefentherapie en training. Houten: Bohn Stafleu van Loghum Boiten, J.C. et al. (2009). Diagnostiek in de fysiotherapie. Proces en werkwijze. (3e druk). Maarssen: Elsevier gezondheidszorg. Burgt, Van der, M. , Verhulst, F. (2009). Doen en blijven doen. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum. Diverse artikelen opgenomen in de opdrachten van de OWE Eerstelijn 1 14. Aanbevolen literatuur • Diverse aanbevolen literatuur waarnaar verwezen wordt in de leerarrangementen van de OWE. 15. Software N.v.t. 32 FYSIOTHERAPIE Propedeuse - OWE Eerstelijn 1 FYSIOTHERAPIE 16. Overige materialen Eigen bezit student: (waar gewenst meenemen naar SSB en riv-lessen) • Laken en handdoek voor op behandeltafel (zonder laken/handdoek geen toegang tot praktijkruimtes) • Huidpotlood, meetlint en goniometer • voorlichtingsmap • Videorecorder (Mag ook kwalitatief goede camera op smartphone zijn. Videocamera kan ook geleend worden bij de HAN. De filmpjes moeten in WM afgespeeld kunnen worden en van goede kwaliteit zijn) In bruikleen: • Alle door de opleiding beschikbaar gestelde materialen in de praktijklokalen. 17. Activiteiten In deze OWE maak je individuele opdrachten en groepsopdrachten. Veelal zijn het analyses en behandelplannen. De student geeft daarbij geregeld feedback op elkaars beroepsresultaten. Daarnaast vindt er tijdens de OWE een oriënterende snuffelstage plaats en doet de student een cursus informatievaardigheden. 18. Werkvormen De volgende werkvormen vinden gedurende de OWE plaats: • Tutorgroep (TG) • Responsie-Instructie-Vaardigheden (RIV) • Hoorcollege (HC) • Student-Student-Begeleiding (SSB) • Snuffelstage Parallel aan de OWE vinden meerdere leerlijnen plaats waarbij de inhoud aansluit aan de OWE eerstelijn 1. Voor de leerlijnen zijn wekelijks hoorcolleges en vaardigheidslessen gepland. 19. Les-/ contacturen 19 lesweken 490 studiebelastingsuren 170 uur contacttijd 20.Onderwijsperiode Periode 3 en 4 21. Maximum aantal deelnemers N.v.t. FYS-VEFAR-Ergotherapie en Fysiotherapie in de Arbozorg 1. Opleiding Ergotherapie en Fysiotherapie 2. Doelgroep Voltijd propedeusestudenten P 3. Beroepstaak/beroepstaken • Werken met en voor cliënten (hulpverlener) • Werken in en voor een organisatie (manager) 4. Centrale beroepstaak Werken met en voor cliënten (hulpverlener) Propedeuse - OWE Eerstelijn 1 FYSIOTHERAPIE 33 FYSIOTHERAPIE 5. (Beroeps)Producten • Portfolio 6. Studiepunten/studielast 7,5 STP, 210 SBU Geprogrammeerde contacttijd: 35 uur Geprogrammeerde onderwijstijd voor zelfstudie: 175 uur 7. Samenhang met andere OWE’s Deze OWE behoort tot de extramurale lijn en loopt parallel aan de OWE ‘eerstelijn 1’ uit dezelfde lijn. Deze OWE bereidt voor op het onderdeel ondernemen uit de BVP (stage). 8. Ingangseisen Geen 9. Algemene omschrijving In deze OWE gaan studenten multidisciplinair aan de slag met een beroepstaak die gericht is op arbeid en gezondheid. Dit doen ze vanuit een eigen onderneming, waarin studenten van beide opleidingen samenwerken. Studenten profileren zich met hun onderneming bij een bedrijf om tot een opdracht voor onderzoek te komen en om voorlichting en advies te kunnen geven. Het doel van het advies is het voorkomen en/of terugdringen van gezondheidsrisico’s bij een groep werknemers. Om tot voorlichting en adviezen te komen doen studenten een onderzoek (met meetinstrumenten) naar arbeids¬risico’s. De studenten schrijven een adviesrapport met aanbevelingen voor verbetering en verzorgen een presentatie bij de opdrachtgever. Om veranderingen in de arbeidsomstandigheden te realiseren wordt invulling gegeven aan implementatie van adviezen. 10. Competenties • • • • 1.screenen diagnosticeren en plannen 3.preventief handelen 5.ondernemen 8.professioneel handelen 11. Beoordelingscriteria De student laat het volgende zien: 1. Screenen, diagnosticeren en plannen • De student is zich ervan bewust dat de vraagstelling van de opdrachtgever uitgangspunt is voor de opdracht en heeft dit inzichtelijk gemaakt in het adviesproces. • De student heeft inzicht in de kenmerken van het bedrijf, kan een werkanalyse maken en conclusies trekken over arbeidsrisico’s. • De student onderbouwt de keuze van de meetinstrumenten en trekt conclusies op basis van de meetresultaten. • De student kan methodisch werken. 3. Preventief handelen • De student is zich bewust van de rol van voorlichting in het proces van adviseren • De student legt een duidelijke relatie tussen de conclusies uit de meetinstrumenten en de onderbouwing van verschillende oplossingen (mede op basis van wet- en regelgeving). • De student heeft aandacht besteed aan implementatie en het realiseren van veranderingen in de werksituatie. • De student geeft aan op welke wijze het adviesrapport een antwoord geeft op de vraag/opdracht van de opdrachtgever en de gezondheidssituatie van de werknemer bevordert. 5. Ondernemen • De student heeft zicht op de eigen kwaliteiten op het gebied van ondernemen en gebruikt dit om zich met een onderneming een positie op de markt te verwerven. • De student is in staat de identiteit van de onderneming te profileren. • De student weet hoe een adviesrelatie met de opdrachtgever professioneel opgebouwd en onderhouden wordt. 8. Professioneel handelen • De student geeft aan hoe hij een substantiële rol in de samenwerking heeft gehad. • De student is actief bezig met leren, bijvoorbeeld door het serieus nemen van feedback, het uitvoeren van peerassessments en maken van reflecties. • De student heeft een visie op de rol van fysiotherapie bij arbeid en heeft relevant bewijsmateriaal van de manier waarop het bewijs de competentie-ontwikkeling ondersteunt. 34 FYSIOTHERAPIE Propedeuse - OWE Ergotherapie en Fysiotherapie in de Arbozorg FYSIOTHERAPIE 12. Tentaminering Deeltentamen Digitaal Portfolio Tentamencode DPF Toetsvorm DPF Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Cijfer Cesuur Minimaal drie van de vier competenties zijn met een voldoende beoordeeld en de onvoldoende mag geen ruim onvoldoende zijn. 70% van de items is voldoende. Weging 100% Minimaal vereiste resultaat Het cijfer moet minimaal 6 zijn Aantal kansen per jaar 2 13. Verplichte literatuur • Kuiper, C., Heerkens, Y. et al Arbeid en gezondheid, preventie, behandeling, reïntegratie (2011) Lemma. ISBN 90 31343579 14. Aanbevolen literatuur Recente (wetenschappelijke) literatuur over Arbeid en gezondheid 15. Software N.v.t. 16. Overig materiaal N.v.t. 17. Activiteiten In deze OWE zet de student samen met andere studenten een onderneming op. Ze zoeken een bedrijf/opdrachtgever, doen een onderzoek naar werkomstandigheden, geven een advies en voorlichting. Ze krijgen hoorcolleges en werkcolleges aangeboden. Daarnaast organiseren ze veel bijeenkomsten met de eigen onderneming, ook bij het bedrijf waar onderzoek wordt gedaan. 18. Werkvormen • • • • Hoorcollege (HC) Werkcolleges (WC) Consultmomenten Onderwijsgroepen 19. Les-/ contacturen Per week zijn drie dagdelen vrijgepland voor studieactiviteiten voor deze OWE. De contacttijd: 7 x 2 uur werkcollege en 3 uur hoorcollege per week Studenten kunnen docenten raadplegen in consultmomenten Zelfstudie 175 uur 210 studiebelastingsuren 20.Onderwijsperiode Periode 3 21. Maximum aantal deelnemers N.v.t. Propedeuse - OWE Ergotherapie en Fysiotherapie in de Arbozorg FYSIOTHERAPIE 35 FYSIOTHERAPIE Samen Gezonder IPS SG 1. Opleiding Voeding en Diëtetiek; Logopedie; Fysiotherapie; Ergotherapie 2. Doelgroep Voltijd propedeuse studenten 3. Beroepstaak/beroepstaken • Werken in en voor een organisatie 4. Centrale beroepstaak Werken in en voor een organisatie 5. Competenties • Samenwerken in professionele organisaties • Werken aan kwaliteit 6. (Beroeps)Producten Verslag van de samenwerking tussen organisaties en professionals bij de behandeling van een cliënt met een beschrijving hoe de kwaliteit van de behandeling geborgd wordt. 7. Studiepunten/studielast 5 STP 140 SBU 8. Samenhang met andere OWE’s Deze OWE bouwt voort: OWE’s die in eerste jaar aan de orde zijn geweest met onderwerpen: basiskennis COPD, dementie, ICF model De onderwijseenheid is voorbereidend op: de OWE’s waar kennis van de organisatie van de zorg en kennis van de PDCA-cyclus een vereiste is. De OWE maakt onderdeel uit van de beroepstaak ‘werken in en voor een organisatie’. 9. Ingangseisen Geen ingangseisen 10. Competenties In deze onderwijseenheid staat het multidisciplinair samenwerken met betrekking tot de behandeling van een cliënt centraal. Er worden ondersteunende lessen gegeven op het gebied van organisatie van de zorg in Nederland en kwaliteitszorg. Daarnaast zijn er practica rondom het thema ‘praktijkhuis - kennismaken paramedische beroepen’. (voor meer informatie: zie onder kopje activiteiten). 11. Beoordelingscriteria De student kan ten behoeve van de behandeling van cliënten: • beschrijven hoe de gezondheidszorg in Nederland is georganiseerd. • het eigen professioneel handelen plaatsen binnen de structuur van de gezondheidszorg. • aangeven hoe en met wie binnen de gezondheidszorg samengewerkt kan worden aan het verbeteren van de kwaliteit van de zorg met behulp van de kwaliteitscyclus. • reflecteren op de samenwerking en de eigen bijdrage binnen het project en op grond hiervan een persoonlijk verantwoordingsverslag schrijven. 36 FYSIOTHERAPIE Propedeuse - OWE Samen Gezonder FYSIOTHERAPIE 12. Tentaminering Berekening eindcijfer: - Voorwaardelijk: Peerfeedback = Voldaan - (1x Kennistoets + 1 x Kwaliteitsverslag)/2 = eindcijfer Examinatoren 1 voor alle deeltentamens Aantal kansen per jaar 2 kansen per deeltentamen Kennistoets Toetscode CT Toetsvorm Schriftelijk: meerkeuze vragen Beoordelingswijze Cijfer Cesuur Cesuur = gokscore + 0,60 * (P95 - gokscore). Minimaal vereiste resultaten Minimaal 5.5 Kwaliteitsverslag Toetscode KV Toetsvorm Schriftelijk: verslag Beoordelingswijze Cijfer Cesuur Zie toetsformulier (scholar): • Voldaan aan voorwaarden voor beoordeling • Minimaal 55 van de 100 punten = 5,5 Individuele cijfer wordt berekend door het groepscijfer te vermenigvuldigen met individuele bijdrage (verantwoordingsverslag) van elke student aan de totstandkoming van het product (maximaal 100%). Minimaal vereiste resultaten 5,5 Beoordeling Samenwerking Toetscode BSW Toetsvorm Schriftelijk: verslag Beoordelingswijze Voldaan/Niet voldaan Cesuur Zie toetsformulier (Scholar) - voldaan aan de instapeisen. - minimaal 14 punten van de 25 Minimaal vereiste resultaten Voldaan 13. Verplichte literatuur Boeken • M. van der Burgt, E. Van Mechelen, M. Te Lintel Hekkert (2013). 8e herziene druk. Introductie in de gezondheidszorg. Bohn, Stafleu van Loghum. 14. Aanbevolen literatuur Zie scholar Propedeuse - OWE Samen Gezonder FYSIOTHERAPIE 37 FYSIOTHERAPIE 15. Software N.v.t. 16. Overig materiaal N.v.t. 17. Activiteiten Projectopdracht: stel een behandelplan op voor een cliënt en breng in kaart welke instanties en zorgverleners zorg verlenen die voldoet aan de eisen van kwalitatieve goede zorg. Ondersteunende lessen over: • marktwerking, wetgeving, kwaliteitszorg, organisatie zorg, samenwerking in de zorg, beroepsverenigingen. • practica: kennismaking paramedische beroepen. 18. Werkvormen • • • • • Hoorcolleges Tutorgroepen Werkgroepen Practica Project 19. Les-/ contacturen Uren/week Aantal weken Totaal Hoorcolleges 1 7 7 (les)uren Tutor/werkgroepen 3 8 24 (les)uren Practica 4 2 8 (les)uren Project 3 8 24 (les)uren Zelfstudie +/- 8 10 +/- 80 uur 20.Onderwijsperiode Periode 4 21. Maximum aantal deelnemers Geen 38 FYSIOTHERAPIE Propedeuse - OWE Samen Gezonder FYSIOTHERAPIE Gelijkgestelde onderwijseenheden Propedeutische fase Aan huidige onderwijseenheden gelijkgestelde oude onderwijseenheden in het propedeusejaar van de opleiding Fysiotherapie. Dit is een uitwerking van Bijlage 3 van het OER conform art. 4.1 lid 5 OWE(en) en/of (deel) tentamens in studiejaar 2013-2014 Gelijkgesteld aan OWE(en) en/of (deel) tentamens in studiejaar 2014-2015 Titel OWE: FYS-VV (Via Vitalis) Beknopte toelichting Mogelijkheid tot afleggen oude deeltentamen Afwijkende bepalingen m.b.t. oude owe en (deel)tentamens Titel OWE: FYS-IFP (Introductie Fysiotherapie, accent Performance) Naam OWE, inhoud onderwijs, aantal en soort deeltentamens zijn veranderd Ja; Alleen als je door bent naar hoofdfase 1 en nog niet aan alle eisen van deze oude OWE hebt voldaan. Alle oude deeltentamens mogen dan nog 1 studiejaar volgens oude inhoud, wegingen en met oude beoordelingsformulieren worden afgelegd Doubleurs volgen de nieuwe OWE en leggen deeltentamens af volgens de nieuwe OWE. Doubleurs kunnen vrijstelling vragen voor reeds behaalde deeltentamens uit het vorige jaar. Er wordt geen onderwijs meer aangeboden volgens lesopbouw van de oude OWE. Wel komt de inhoud van de oude OWE grotendeels aan bod in de nieuwe OWE FYS-IFP,. Daarnaast komen delen van de inhoud terug in de twee andere nieuwe OWE’s (FYS-IFV en FYS-IFK) . Het is in overleg met de opleiding mogelijk delen van de nieuwe OWE’s die aansluiten bij de inhoud van de oude OWE te volgen. Titel OWE: FYS- ZH1 (Ziekenhuis 1) Titel OWE: FYS-IFV (Introductie Fysiotherapie, accent Vaardigheden) Naam OWE, inhoud onderwijs, aantal en soort deeltentamens zijn veranderd Ja; Alleen als je door bent naar hoofdfase 1 en nog niet aan alle eisen van deze oude OWE hebt voldaan. Alle oude deeltentamens mogen dan nog 1 studiejaar volgens oude inhoud, wegingen en met oude beoordelingsformulieren worden afgelegd Doubleurs volgen de nieuwe OWE en leggen deeltentamens af volgens de nieuwe OWE. Doubleurs kunnen vrijstelling vragen voor reeds behaalde deeltentamens uit het vorige jaar. Er wordt geen onderwijs meer aangeboden volgens lesopbouw van de oude OWE. Wel komt de inhoud van de oude OWE grotendeels aan bod in de nieuwe OWE FYS-IFP,. Daarnaast komen delen van de inhoud terug in de twee andere nieuwe OWE’s (FYS-IFV en FYS-IFK) . Het is in overleg met de opleiding mogelijk delen van de nieuwe OWE’s die aansluiten bij de inhoud van de oude OWE te volgen. Titel OWE: FYS-LLH (Life Long Health) Titel OWE: FYS-IFK (Introductie Fysiotherapie, accent Kennis) Naam OWE, inhoud onderwijs, aantal en soort deeltentamens zijn veranderd Ja; Alleen als je door bent naar hoofdfase 1 en nog niet aan alle eisen van deze oude OWE hebt voldaan. Alle oude deeltentamens mogen dan nog 1 studiejaar volgens oude inhoud, wegingen en met oude beoordelingsformulieren worden afgelegd Doubleurs volgen de nieuwe OWE en leggen deeltentamens af volgens de nieuwe OWE. Doubleurs kunnen vrijstelling vragen voor reeds behaalde deeltentamens uit het vorige jaar. Er wordt geen onderwijs meer aangeboden volgens lesopbouw van de oude OWE. Wel komt de inhoud van de oude OWE grotendeels aan bod in de nieuwe OWE FYS-IFP,. Daarnaast komen delen van de inhoud terug in de twee andere nieuwe OWE’s (FYS-IFV en FYS-IFK) . Het is in overleg met de opleiding mogelijk delen van de nieuwe OWE’s die aansluiten bij de inhoud van de oude OWE te volgen. OWE Samen gezonder OWE Samen gezonder Verandering in HAN-SIS code en codering HAN SiS Deeltentamen Kennistoets N.v.t. N.v.t. FYSIOTHERAPIE 39 FYSIOTHERAPIE Eerstelijn 1 Integrale toets De beschrijving is een onderdeel van Bijlage 2 van het OER en als zodanig een uitwerking van art. 4.1 lid 4. FYS-V1LN1a (Eerstelijn 1) (integrale toets) 1. Opleiding Fysiotherapie 2. Doelgroep Voltijdstudenten fysiotherapie Propedeuse (niveau 1) 3. Beroepstaak/beroepstaken • Werken met en voor cliënten (hulpverlener) • Werken in en voor een organisatie (manager) • Werken aan professionalisering (beroepsontwikkelaar) 4. (Beroeps)Producten • • • • • • Een schriftelijke analyses of behandelplan Een Performance bij een simulatiepatiënt Feedback gegeven op beroepsproduct van een medestudent Een persoonlijk ontwikkelingsplan (POP) Zoekstrategie + interpretatie gevonden literatuur One shot video’s van vaardigheden 5. Studiepunten/studielast 17,5 STP, 490 SBU Geprogrammeerde contacttijd: 170 uur Geprogrammeerde onderwijstijd voor zelfstudie: 320 uur De studiebelastingsuren zijn verdeeld over de OWE en de daaraan parallel lopende leerlijnen. 6. Samenhang met andere OWE’s Deze onderwijseenheid volgt op de OWE ‘Introductie Fysiotherapie’ Deze OWE gaat vooraf aan de OWE ‘Eerstelijn 2’. Deze OWE hoort bij de extramurale lijn. 7. Ingangseisen Geen 8. Algemene omschrijving Deze onderwijseenheid heeft als werkcontext een fysiotherapiepraktijk binnen de 1e lijns-gezondheidszorg. Centraal in Eerstelijn 1 staan het methodisch fysiotherapeutisch handelen en klinisch redeneren. Dit gebeurt bij de volgende thema’s: artrose knie/heup, aspecifieke lagerugpijn, enkelletsel (acuut en chronisch), menisectomie, primaire schouder impingement op basis van tendinose rotatorcuff, epicondylis lateralis en medialis, jumpers knee / patella tendinopathie, achillespees tendinose en polsfractuur, conservatief behandeld. 9. Competenties 1 Screenen, diagnosticeren, plannen 2 Therapeutisch handelen 3 Preventief handelen 6 onderzoeken 8 Professioneel handelen 40 FYSIOTHERAPIE Propedeuse - OWE Integrale toets FYSIOTHERAPIE 10. Beoordelingscriteria Aan het eind van deze OWE toont de student het volgende aan: 1. Screenen, diagnosticeren, plannen • De student verzamelt relevante gegevens in een gesimuleerde situatie bij een patiënt met een eenvoudig gezondheidsprobleem (niveau 1) in de context van Eerstelijn 1 en maakt een analyse op basis van kennis, vaardigheden en attitudes die nodig zijn om het gezondheidsprobleem te verhelderen. (PA, casustoets en feedbacklus). 2. en 3. Therapeutisch handelen en preventief handelen • De student stelt in een gesimuleerde situatie bij een patiënt met een eenvoudig gezondheidsprobleem (niveau 1) in de context van Eerstelijn 1 een behandelplan op en voert dit uit op basis van kennis, vaardigheden en attitudes die nodig zijn om een adequate behandeling te kunnen geven. (PA, casustoets en feedbacklus). 6. Onderzoeken • De student zoekt methodisch in gangbare databases naar kennis en beoordeeld bronnen globaal op relevantie en betrouwbaarheid. • De student weet wat plagiaat is en verwijst naar gebruikte bronnen volgens de APA richtlijnen. 8. Professioneel handelen • De student gaat op een professionele wijze om met een patiënt in een gesimuleerde situatie. (PA) • De student beoordeelt een medestudent en voorziet deze van concrete bruikbare feedback, waarmee het leerproces van de medestudent bevorderd wordt. (Feedbacklus, peerassessment groepsfunctioneren en peerassessment vaardig fysiotherapeutisch handelen). • De student reflecteert kritisch op het eigen functioneren in verschillende situaties en contexten, maakt SMART-verbeterdoelen voor de eigen ontwikkeling en werkt ze uit in een concreet verbeterplan. (POP) 11. Integrale toetskenmerken en –vormen: Je krijgt voor deze OWE studiepunten toegekend als het eindcijfer een 5,5 of hoger is en je aan de minimale eisen van alle deeltentamens hebt voldaan. Berekening van het eindcijfer: Vermenigvuldig het cijfer van ieder deeltentamen met de bijbehorende wegingsfactor. Tel de uitkomsten van alle deeltentamens bij elkaar op. Deel de som van deze uitkomst vervolgens door honderd. Dit heet het ‘gewogen gemiddelde’. Bij de beoordeling van deeltentamens waarbij sprake is van een cesuur, wordt gebruik gemaakt van criteria. De criteria staan beschreven in de toetsformulieren van de deeltentamens, te vinden op de informatiesite toetsing van de opleiding Fysiotherapie. Deeltentamen Performance assessment Tentamencode PA Toetsvorm Performance Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Cijfer Cesuur Alle 3 te beoordelen competenties moeten voldoende zijn. Een competentie is voldoende als een vastgesteld minimum aantal criteria met een voldoende beoordeeld is. Zie het toetsformulier PA 1ln1. Weging 30% Minimaal vereist resultaat Het cijfer moet minimaal 6 zijn Aantal kansen per jaar 2 Deeltentamen Performance assessment Tentamencode PA Toetsvorm Performance Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Cijfer Cesuur Alle 3 te beoordelen competenties moeten voldoende zijn. Een competentie is voldoende als een vastgesteld minimum aantal criteria met een voldoende beoordeeld is. Zie het toetsformulier PA 1ln1. Propedeuse - OWE Integrale toets FYSIOTHERAPIE 41 FYSIOTHERAPIE 42 Weging 30% Minimaal vereist resultaat Het cijfer moet minimaal 6 zijn Aantal kansen per jaar 2 Deeltentamen Casustoets Tentamencode Prod1 Toetsvorm Schriftelijke toets Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Cijfer Cesuur Afhankelijk van de aangeboden toetscasus en opdracht. De cesuur wordt gegeven bij de opdracht. Weging 15% Minimaal vereiste resultaat N.v.t. Aantal kansen per jaar 2 Deeltentamen Feedbacklus Tentamencode Prod2 Toetsvorm Schriftelijke toets Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Cijfer Cesuur Afhankelijk van het beroepsproduct van de medestudent waarop feedback gegeven moet worden. De cesuur wordt gegeven bij de opdracht. Weging 15% Minimaal vereiste resultaat N.v.t. Aantal kansen per jaar 2 Deeltentamen Kennistoets blok 3 Tentamencode QMP 3 Toetsvorm Schriftelijke toets Aantal examinatoren N.v.t. Beoordelingswijze Cijfer Cesuur 70% van alle beoordeelde vragen Weging 20% FYSIOTHERAPIE Propedeuse - OWE Integrale toets FYSIOTHERAPIE Minimaal vereiste resultaat 5,5 Aantal kansen per jaar 2 Deeltentamen Kennistoets blok 4 Tentamencode QMP 4 Toetsvorm Schriftelijke toets Aantal examinatoren N.v.t. Beoordelingswijze Cijfer Cesuur 70% van alle beoordeelde vragen Weging 20% Minimaal vereiste resultaat 5,5 Aantal kansen per jaar 2 Deeltentamen Opleiding Kwaliteitspunten Fysiotherapie Tentamencode OKFT Toetsvorm Registratie van activiteiten Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Voldaan / Niet Voldaan Cesuur Minimaal behalen van 80 kwaliteitspunten Weging N.v.t. Minimaal vereiste resultaat Voldaan Aantal kansen per jaar 2 Deeltentamen Peerassessment groepsfunctioneren Tentamencode peerg Toetsvorm peerassessment Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Voldaan / Niet Voldaan Cesuur N.v.t. Weging N.v.t. Minimaal vereiste resultaat Voldaan Aantal kansen per jaar 2 Propedeuse - OWE Integrale toets FYSIOTHERAPIE 43 FYSIOTHERAPIE Deeltentamen Informatie Vaardigheden Tentamencode IV Toetsvorm schriftelijk Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Voldaan / Niet Voldaan Cesuur Minimaal behalen van 40 punten op processcore en minimaal 55 punten op totale score. Weging N.v.t. Minimaal vereiste resultaat Voldaan Aantal kansen per jaar 2 12a.Verplichte literatuur • • • • • • • KNGF richtlijn lage-rugpijn 2012, enkelletsel, meniscectomie, fysiotherapeutische verslaglegging 2011 en arthrose heup-knie KNGF evidencestatement subacromiale klachten Morree, J.J. de (2008). Dynamiek van het menselijk bindweefsel. Functie, beschadiging en herstel. (5e herziene druk). Huoten: Bohn Stafleu Van Loghem Morree, J.J. de, Jongert, M.W.A., Poel, G. van der (2006). Inspanningsfysiologie oefentherapie en training. Houten: Bohn Stafleu van Loghum Boiten, J.C. et al. (2009). Diagnostiek in de fysiotherapie. Proces en werkwijze. (3e druk). Maarssen: Elsevier gezondheidszorg. Burgt, Van der, M. , Verhulst, F. (2009). Doen en blijven doen. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum. Diverse artikelen opgenomen in de opdrachten van de OWE Eerstelijn 1 12b.Aanbevolen literatuur • Diverse aanbevolen literatuur waarnaar verwezen wordt in de leerarrangementen van de OWE. 12c.Overig materiaal Eigen bezit student: (waar gewenst meenemen naar SSB en riv-lessen) • Laken en handdoek voor op behandeltafel (zonder laken/handdoek geen toegang tot praktijkruimtes) • Huidpotlood, meetlint en goniometer • voorlichtingsmap • Videorecorder (Mag ook kwalitatief goede camera op smartphone zijn. Videocamera kan ook geleend worden bij de HAN. De filmpjes moeten in WM afgespeeld kunnen worden en van goede kwaliteit zijn) In bruikleen: • Alle door de opleiding beschikbaar gestelde materialen in de praktijklokalen. 13.Onderwijsperiode Periode 3 en 4 44 FYSIOTHERAPIE Propedeuse - OWE Integrale toets FYSIOTHERAPIE 7. Onderwijseenheden Hoofdfase Fysiotherapie In dit hoofdstuk staan alle onderwijseenheden (OWE’s) op een rij die je volgt tijdens de drie hoofdfasen van je opleiding Fysiotherapie. In hoofdstuk 5 vind je deze onderwijseenheden terug in een schema. Zo zie je in welke fase elke onderwijseenheid thuishoort. De beschrijvingen zijn een onderdeel van Bijlage 4 van het OER en als zodanig een uitwerking van art. 6.1 lid 2. De Integrale toetsen (IT) zijn een onderdeel van de toetsing van de owe’s ‘Eerste lijn 3’ (IT2) en ‘Beroepsvoorbereidende Periode context 2’ (IT 3). Het zijn uitwerkingen van Bijlage 5 van het OER conform art. 6.1 lid 4 Overal waar ‘hij’ staat, bedoelen we ook ‘zij’. FYS-VZH2 (Ziekenhuis 2) 1. Opleiding Fysiotherapie 2. Doelgroep Voltijdstudenten Hoofdfase 1 (niveau 2) 3. Beroepstaak/beroepstaken • Werken met en voor cliënten (hulpverlener) 4. Centrale beroepstaak Werken met en voor cliënten (hulpverlener) 5. (Beroeps)Producten • Een Videoboodschap die een onderbouwing geeft op het klinisch redeneerproces over de fysiotherapeutische diagnose of het behandelplan uit je beste zorgdossier. • Een Performance Assessment bij een simulatiepatiënt • One shot video’s van vaardigheden 6. Studiepunten/studielast 15 STP, 420 SBU Geprogrammeerde contacttijd: 120 uur Geprogrammeerde onderwijstijd voor zelfstudie: 300 uur De studiebelastingsuren zijn verdeeld over de OWE en de daaraan parallel lopende leerlijnen. Hoofdfase - OWE Ziekenhuis 2 FYSIOTHERAPIE 45 FYSIOTHERAPIE 7. Samenhang met andere OWE’s Deze OWE is onderdeel van de intramurale lijn. Deze OWE sluit aan op de OWE’s Introductie Fysiotherapie en is voorbereidend op de BVP. 8. Ingangseisen Geen ingangseisen 9. Algemene omschrijving Bij deze OWE staat de patiënt in de context van het ziekenhuis op de casusgebonden verpleegafdelingen centraal. Intensive (medium) care wordt summier onder de aandacht gebracht Het gaat het om de competentieontwikkeling op niveau 2 (stage-bekwaam) voor de beroepsrollen hulpverlener, adviseur en het managen van het primaire proces. Het ontwikkelen van het professioneel handelen en klinisch redeneren nemen een centrale plaats in. Tijdens de OWE wordt gestart met enkelvoudige casuïstiek en toegewerkt naar meervoudig en complexe casuïstiek die representatief is voor het ziekenhuis. De competentieontwikkeling binnen de rol van hulpverlener is vooral gericht op diagnostiek en behandeling, waarbij advisering naar patiënt en andere disciplines een aandachtspunt is. 10. Competenties 1 Screenen, diagnosticeren, plannen 2 Therapeutisch handelen 3 Preventief handelen 8 Professioneel handelen 11. Beoordelingscriteria 11. Beoordelingscriteria Aan het eind van deze OWE toont de student het volgende aan: 1. Screenen, diagnosticeren, plannen • De student verzamelt relevante gegevens in een gesimuleerde situatie bij een patiënt met een complex gezondheidsprobleem (niveau 2) in de context van Eerstelijn Ziekenhuis 2 en maakt een analyse op basis van kennis, vaardigheden en attitudes die nodig zijn om het gezondheidsprobleem te verhelderen. (PA, Best Product). 2. en 3. Therapeutisch handelen en preventief handelen • De student stelt een behandelplan op in een gesimuleerde situatie bij een patiënt met een complex gezondheidsprobleem (niveau 2) in de context van Ziekenhuis 2 en voert dit uit op basis van kennis, vaardigheden en attitudes die nodig zijn om een adequate behandeling te kunnen geven. (PA en Best Product). 8. Professioneel handelen • De student gaat op een professionele wijze om met een patiënt in een gesimuleerde situatie (PA). • De student beoordeelt een medestudent en voorziet hem van concrete bruikbare feedback waarmee het leerproces van de medestudent bevorderd wordt. (peerassessment vaardig fysiotherapeutisch handelen). 12. Tentaminering Je krijgt voor deze OWE studiepunten toegekend als het eindcijfer een 5,5 of hoger is en je aan de minimale eisen van alle deeltentamens hebt voldaan. Berekening van het eindcijfer: Vermenigvuldig het cijfer van ieder deeltentamen met de bijbehorende wegingsfactor. Tel de uitkomsten van alle deeltentamens bij elkaar op. Deel de som van deze uitkomst vervolgens door honderd. Dit heet het ‘gewogen gemiddelde’. Bij de beoordeling van deeltentamens waarbij sprake is van een cesuur, wordt gebruik gemaakt van criteria. De criteria staan beschreven in de toetsformulieren van de deeltentamens, te vinden op de informatiesite toetsing van de opleiding Fysiotherapie. Deeltentamen Performance assessment Tentamencode PA Toetsvorm Performance Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Cijfer Cesuur Alle drie te beoordelen competenties moeten voldoende zijn. Een competentie is voldoende als een vastgesteld minimum aantal criteria voldoende beoordeeld is. Zie het toetsformulier PA ZH2. Weging 45% 46 FYSIOTHERAPIE Hoofdfase - OWE Ziekenhuis 2 FYSIOTHERAPIE Minimaal vereiste resultaat Het cijfer moet minimaal 6 zijn Aantal kansen per jaar 2 Deeltentamen Videoboodschap Tentamencode VB Toetsvorm Videobeoordeling Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Cijfer Cesuur Beoordelingsformulier bij dit schrijven nog in ontwikkeling. Bij start studiejaar is de cesuur terug te vinden in het beoordelingsformulier te vinden op de informatiesite toetsing Weging 25% Minimaal vereiste resultaat N.v.t. Aantal kansen per jaar 2 Deeltentamen Kennistoets blok 1 Tentamencode QMP 5 Toetsvorm Schriftelijke toets Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Cijfer Cesuur 70% Weging 15% Minimaal vereiste resultaat 5,0 Aantal kansen per jaar 2 Deeltentamen Kennistoets blok 2 Tentamencode QMP 6 Toetsvorm Schriftelijke toets Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Cijfer Cesuur 70% Hoofdfase - OWE Ziekenhuis 2 FYSIOTHERAPIE 47 FYSIOTHERAPIE Weging 15% Minimaal vereiste resultaat 5,0 Aantal kansen per jaar 2 13. Verplichte literatuur • • • • • • KNGF richtlijnen (Verslaglegging, Beroerte, COPD, Hartrevalidatie, Beweeginterventie coronaire hartziekten, Postoperatief Lumbosacraal syndroom) CBO richtlijnen (Diagnostiek, behandeling en zorg bij een beroerte, Lumbosacraal radiculair syndroom, Preventie van peri operatieve pulmonale complicaties) Kuks J.B.M. e.a. Klinische Neurologie. BSL Zestiende herziene druk 2007. Verhaar J.A.N. e.a. Orthopedie. BSL 1e druk, vierde oplage, 2005. Orthopedic physical assessment, Magee, DJ. St. Louis: Saunders/Elsevier, 2008. Physical rehabilitation, Cameron, MH. St. Louis: Saunders/Elsevier, 2007. 14. Aanbevolen literatuur De literatuurlijsten staan per opdracht op de Scholar omgeving van OWE Ziekenhuis 2 15. Software N.v.t. 16. Overig materiaal Eigen bezit student: (waar gewenst meenemen naar SSB en riv-lessen) • Laken en handdoek voor op behandeltafel (zonder laken/handdoek geen toegang tot praktijkruimtes) • Huidpotlood, meetlint en goniometer • Voorlichtingsmap • Videorecorder (Mag ook kwalitatief goede camera op smartphone zijn. Videocamera kan ook geleend worden bij de HAN. De filmpjes moeten in WM afgespeeld kunnen worden en van goede kwaliteit zijn) In bruikleen: • Alle door de opleiding beschikbaar gestelde materialen in de praktijklokalen. 17. Activiteiten In deze OWE maak je individuele opdrachten en groepsopdrachten. Zie verder algemene omschrijving 18. Werkvormen De volgende werkvormen vinden gedurende de OWE plaats: • Tutorgroep (TG) • Responsie-Instructie-Vaardigheidslessen (RIV) • Hoorcollege (HC) • Gastcolleges • Patiëntendemonstraties • Student-Student-Begeleiding (SSB) Parallel aan de OWE vinden meerdere leerlijnen plaats waarbij de inhoud aansluit aan de OWE. Voor de leerlijnen zijn wekelijks hoorcolleges en vaardigheidslessen gepland. 19. Les-/ contacturen 19 lesweken 420 studiebelastingsuren 120 uur contacttijd 20.Onderwijsperiode Periode 1 en 2 21. Maximum aantal deelnemers N.v.t. 48 FYSIOTHERAPIE Hoofdfase - OWE Ziekenhuis 2 FYSIOTHERAPIE FYS-V1LN2 (Eerstelijn 2) 1. Opleiding Opleiding fysiotherapie 2. Doelgroep Voltijd studenten Hoofdfase 1 (niveau 2) 3. Beroepstaak/beroepstaken • Werken met en voor cliënten (hulpverlener) 4. Centrale beroepstaak Werken met en voor cliënten (hulpverlener) 5. (Beroeps)Producten • Klinisch redeneren a.d.h.v. casuïstiek • Een Performance bij een simulatiepatiënt • One shot video’s van vaardigheden 6. Studiepunten/studielast 15 STP, 420 BSU Geprogrammeerde contacttijd: 120 uur Geprogrammeerde onderwijstijd voor zelfstudie: 300 uur De studiebelastingsuren zijn verdeeld over de OWE en de daaraan parallel lopende leerlijnen. 7. Samenhang met andere OWE’s Deze onderwijseenheid volgt op de OWE ‘Eerstelijn 1’ Deze OWE gaat vooraf aan de OWE ‘Eerstelijn 3’. Deze OWE hoort bij de extramurale lijn. 8. Ingangseisen Geen 9. Algemene omschrijving De onderwijseenheid is gericht op het verwerven van kennis, vaardigheden en attitudes die de fysiotherapeut in de 1e lijn nodig heeft om adequate zorg te kunnen bieden. Daarbij staat het methodisch handelen centraal. • De cliënt met aspecifieke lage rugklachten • De cliënt met traumatische knieproblemen • De cliënt met arbeidsgerelateerde schouderpijn • De cliënt met traumatische nekklachten • De cliënt met arbeidsgerelateerde klachten van de nek en bovenste extremiteit CANS. • De cliënt met pols- en handproblemen 10. Competenties 1 Screenen, diagnosticeren, plannen 2 Therapeutisch handelen 3 Preventief handelen 8 Professioneel handelen 11. Beoordelingscriteria Aan het eind van deze OWE toont de student het volgende aan: 1. Screenen, diagnosticeren, plannen • De student verzamelt relevante gegevens in een gesimuleerde situatie bij een patiënt met een complex gezondheidsprobleem (niveau 2) in de context van Eerstelijn 2 en maakt een analyse op basis van kennis, vaardigheden en attitudes die nodig zijn om het gezondheidsprobleem te verhelderen. (PA, casustoets). Hoofdfase - OWE Eerstelijn 2 FYSIOTHERAPIE 49 FYSIOTHERAPIE 2. en 3. Therapeutisch handelen en preventief handelen • De student stelt een behandelplan op in een gesimuleerde situatie bij een patiënt met een complex gezondheidsprobleem (niveau 2) in de context van Eerstelijn 2 en voert dit uit op basis van kennis, vaardigheden en attitudes die nodig zijn om een adequate behandeling te kunnen geven. (PA, casustoets). 8. Professioneel handelen • De student gaat op een professionele wijze om met een patiënt in een gesimuleerde situatie. (PA) • De student beoordeelt een medestudent en voorziet hem van concrete bruikbare feedback waarmee het leerproces van de medestudent bevorderd wordt. (peerassessment vaardig fysiotherapeutisch handelen) • De student reflecteert kritisch op het eigen functioneren in verschillende situaties en contexten en maakt SMART-verbeterdoelen voor de eigen ontwikkeling en werkt deze doelen uit in een concreet verbeterplan. (POP) 12. Tentaminering Je krijgt voor deze OWE studiepunten toegekend als het eindcijfer een 5,5 of hoger is EN je aan de minimale eisen van ALLE deeltentamens hebt voldaan. Berekening van het eindcijfer: Vermenigvuldig het cijfer van ieder deeltentamen met de bijbehorende wegingsfactor. Tel de uitkomsten van alle deeltentamens bij elkaar op. Deel de som van deze uitkomst vervolgens door honderd. Dit heet het ‘gewogen gemiddelde’. Bij de beoordeling van deeltentamens waarbij sprake is van een cesuur, wordt gebruik gemaakt van criteria. De criteria staan beschreven in de toetsformulieren van de deeltentamens, te vinden op de informatiesite toetsing van de opleiding Fysiotherapie. 50 Deeltentamen Performance assessment Tentamencode PA Toetsvorm Performance Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Cijfer Cesuur Alle drie te beoordelen competenties moeten voldoende zijn. Een competentie is voldoende als een vastgesteld minimum aantal criteria voldoende beoordeeld is. Zie het toetsformulier PA 1ln2. Weging 50% Minimaal vereiste resultaat Het cijfer moet minimaal 6 zijn Aantal kansen per jaar 2 Deeltentamen Casustoets Tentamencode Prod1 Toetsvorm Casustoets Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Cijfer Cesuur Afhankelijk van de aangeboden toetscasus en opdracht. De cesuur wordt bij de opdracht gegeven. Weging 50% Minimaal vereiste resultaat N.v.t. Aantal kansen per jaar 2 FYSIOTHERAPIE Hoofdfase - OWE Eerstelijn 2 FYSIOTHERAPIE 13. Verplichte literatuur • • • • KNGF richtlijnen aspecifieke lage rugklachten, fysiotherapeutische verslaglegging, KANS, Whiplash, Osteoporose KNGF Evidence Statement Subacromiale klachten Magee et al. Orthopedic Physical Assessment, Elsevier, 2007. Magee et al. Scientific foundations and principles of practice in musculoskeltal rehabitation. Chapter 1 Kapandji I.A. Bewegingsleer, deel I bovenste extremiteit, Bohn Stafleu van Loghum, 2009. • Kapandji I.A. Bewegingsleer deel II onderste extremiteit. Bohn Stafleu van Loghum, 2009 • Morree J.J. De dynamiek van het menselijk bindweefsel. Bohn Stafleu van Loghum, Houten – 2008. 14. Aanbevolen literatuur • Sassen, B. (2007). Gezondheidsvoorlichting voor paramedici. (2e druk). Maarsen: Elsevier gezondheidszorg. • Burgt, M. van der, & Verhulst F.J.C.M. (2003). Doen en blijven doen : voorlichting en compliancebevordering door paramedici (3e druk). Houten: Bohn, Stafleu, van Loghum. • Burken, P. van. (2000). Gezondheidspsychologie voor de fysiotherapeut. Houten: Bohn, Stafleu, van Loghum. 15. Software N.v.t. 16. Overig materiaal Eigen bezit student: (waar gewenst meenemen naar SSB en riv-lessen) • Laken en handdoek voor op behandeltafel (zonder laken/handdoek geen toegang tot praktijkruimtes) • Huidpotlood, meetlint en goniometer • Voorlichtingsmap • Digitale camera (mag ook kwalitatief goede camera op smartphone zijn. Digitale camera kan ook geleend worden bij de HAN. De filmpjes moeten in WM afgespeeld kunnen worden en van goede kwaliteit zijn) In bruikleen: • Alle door de opleiding beschikbaar gestelde materialen in de praktijklokalen 17. Activiteiten • • • • • • • • • • College volgen Werken aan probleemtaken Werken aan strategietaken Werken aan producten Peer feedback geven en ontvangen Praktisch oefenen onder begeleiding Zelfstandig oefenen Zelfstandig kennis verwerven Patiëntendemonstraties bijwonen Reflecteren 18. Werkvormen • • • • • Responsiecollege Tutor-begeleide bijeenkomsten Begeleide vaardigheidstraining Student-student begeleiding Patiëntdemonstratie 19. Les-/ contacturen 19 lesweken 420 studiebelastingsuren 120 uur contacttijd 20.Onderwijsperiode Periode 1 en 2 21. Maximum aantal deelnemers N.v.t. Hoofdfase - OWE Eerstelijn 2 FYSIOTHERAPIE 51 FYSIOTHERAPIE FYS-VRGR (Revalidatie en Geriatrische Revalidatie) 1. Opleiding Fysiotherapie 2. Doelgroep Voltijdstudenten Hoofdfase 1 (niveau 2) 3. Beroepstaak/beroepstaken • Werken met en voor cliënten (hulpverlener) 4. Centrale beroepstaak Werken met en voor cliënten (hulpverlener) 5. (Beroeps)Producten • Een Performance bij een simulatiepatiënt • Feedback gegeven op beroepsproduct van een medestudent • One shot video’s van vaardigheden 6. Studiepunten/studielast 15 STP, 420 BSU Geprogrammeerde contacttijd: 120 uur Geprogrammeerde onderwijstijd voor zelfstudie: 300 uur De studiebelastingsuren zijn verdeeld over de OWE en de daaraan parallel lopende leerlijnen. 7. Samenhang met andere OWE’s Deze OWE is onderdeel van de intramurale lijn. Deze onderwijseenheid volgt op de OWE ‘Ziekenhuis 2’ Deze OWE gaat vooraf aan de OWE ‘BVP 1’. 8. Ingangseisen Geen 9. Algemene omschrijving Deze OWE bestaat uit twee delen. Het eerste deel staat in het teken van Revalidatie. Het tweede deel staat in het teken van Geriatrische Revalidatie Bij Revalidatie staat de revaliderende cliënt centraal. De casuïstiek komt voort uit de context van het revalidatiecentrum. Er worden verschillende thema’s behandeld, zoals dwarslaesie, amputatie en centraal neurologisch lijden. Een belangrijk kenmerk van een revalidatiecentrum is het multidisciplinaire karakter. Een belangrijk thema-overstijgend onderdeel betreft kennis over motorische ontwikkeling en motorisch leren en de toepassing daarvan bij genoemde thema’s. Bij Geriatrische revalidatie staat de geriatrische cliënt centraal. De casuïstiek komt voort uit de context van de dagbehandeling, de verpleegafdeling en de psychogeriatrische afdeling in het verpleeghuis. De rode draad is behoud van kwaliteit van leven bij de toenemende kwetsbaarheid van de patiënt door de bestaande comorbiditeit. Speciale aandacht gaat uit naar cognitie van de patiënt, multidisciplinair samenwerken in het team en mantelzorg. 10. Competenties 1 Screenen, diagnosticeren, plannen 2 Therapeutisch handelen 3 Preventief handelen 8 Professioneel handelen 52 FYSIOTHERAPIE Hoofdfase - OWE Revalidatie en Geriatrische Revalidatie FYSIOTHERAPIE 11. Beoordelingscriteria Aan het eind van deze OWE toont de student het volgende aan: 1. Screenen, diagnosticeren, plannen • De student verzamelt relevante gegevens in een gesimuleerde situatie bij een patiënt met een complex gezondheidsprobleem (niveau 2) in de context van Revalidatie en Geriatrische Revalidatie en maakt een analyse op basis van kennis, vaardigheden en attitudes die nodig zijn om het gezondheidsprobleem te verhelderen. (PA, Pvideo en feedbacklus) 2. en 3. Therapeutisch handelen en preventief handelen • De student stelt een behandelplan op in een gesimuleerde situatie bij een patiënt met een complex gezondheidsprobleem (niveau 2) in de context van Revalidatie en Geriatrische Revalidatie en voert dit uit op basis van kennis, vaardigheden en attitudes die nodig zijn om een adequate behandeling te kunnen geven. (PA, Pvideo en feedbacklus) 8. Professioneel handelen • De student gaat op een professionele wijze om met een patiënt in een gesimuleerde situatie. (PA, Pvideo) • De student beoordeelt een medestudent en voorziet hem van concrete bruikbare feedback waarmee het leerproces van de medestudent bevorderd wordt. (peerassessment vaardig fysiotherapeutisch handelen) 12. Tentaminering Je krijgt voor deze OWE studiepunten toegekend als het eindcijfer een 5,5 of hoger is en je aan de minimale eisen van alle deeltentamens hebt voldaan. Berekening van het eindcijfer: Vermenigvuldig het cijfer van ieder deeltentamen met de bijbehorende wegingsfactor. Tel de uitkomsten van alle deeltentamens bij elkaar op. Deel de som van deze uitkomst vervolgens door honderd. Dit heet het ‘gewogen gemiddelde’. Bij de beoordeling van deeltentamens waarbij sprake is van een cesuur, wordt gebruik gemaakt van criteria. De criteria staan beschreven in de toetsformulieren van de deeltentamens, te vinden op de informatiesite toetsing van de opleiding Fysiotherapie. Deeltentamen Performance assessment Tentamencode PA Toetsvorm Performance Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Cijfer Cesuur Alle 3 te beoordelen competenties moeten voldoende zijn. Een competentie is voldoende als een vastgesteld minimum aantal criteria met een voldoende beoordeeld is. Zie het toetsformulier PA RGR. Weging 40% Minimaal vereiste resultaat Het cijfer moet minimaal 6 zijn Aantal kansen per jaar 2 Deeltentamen Portvideo – Geriatrische Revalidatie Tentamencode Pvideo Toetsvorm Schriftelijke toets Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Cijfer Cesuur Beide te beoordelen competenties moeten voldoende zijn. Een competentie is voldoende als een vastgesteld minimum aantal criteria voldoende beoordeeld is. Zie het toetsformulier RGR - PVideo. Weging 30% Hoofdfase - OWE Revalidatie en Geriatrische Revalidatie FYSIOTHERAPIE 53 FYSIOTHERAPIE Minimaal vereiste resultaat 1 Aantal kansen per jaar 2 Deeltentamen Feedback - Revalidatie Tentamencode Prod1 Toetsvorm Schriftelijke toets Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Cijfer Cesuur Afhankelijk van de keuze van de student op welk beroepsproduct feedback gegeven moet worden. Weging 30% Minimaal vereiste resultaat 1 Aantal kansen per jaar 2 13. Verplichte literatuur • KNGF richtlijnen (Verslaglegging, Beroerte, COPD, Hartrevalidatie, Beweeginterventie coronaire hartziekten) • CBO richtlijnen (Diagnostiek, behandeling en zorg bij een beroerte, Preventie van peri-operatieve pulmonale complicaties, Acute traumatische wervelletsels, Amputatie en prothesiologie onderste extremiteit ) • Kuks J.B.M.. Snoek J.W. Klinische neurologie. Bohn Stafleu Van Loghum 16e herziene druk 2007. • Verhaar J.A.N., Linden van der A.J. Orthopedie. Bohn Stafleu Van Loghum. 1e druk, vierde oplage, 2005. • Orthopedic physical assessment, Magee, DJ. St. Louis: Saunders/Elsevier, 2008 • Physical rehabilitation, Cameron, MH. St. Louis: Saunders/Elsevier, 2007 • Amputatie en prothesiologie van de onderste extremiteit, Geertzen JHB. Den Haag: Boom/Lemma, 2008 • Hemiplegie, Davies, P.; Houten: BSL, 2001 14. Aanbevolen literatuur • Herwaarde van H., ’t Leven van N., Paramedische zorgverlening aan ouderen. Lemma 2008. (Thema 2 en Thema 3) • Eulderink F., Heeren T.J., Knook D.L. , Ligthart G.J. Inleiding gerontologie en geriatrie. Bohn Stafleu Van Loghum. Vierde, herziene druk. Hoofdstuk 5. • Cranenburgh van B. Neurowetenschappen, een overzicht. Elsevier Gezondheidszorg. 2e editie 1997. 15. Software N.v.t. 16. Overig materiaal Eigen bezit student: (waar gewenst meenemen naar SSB en riv-lessen) • Laken en handdoek voor op behandeltafel (zonder laken/handdoek geen toegang tot praktijkruimtes) • Huidpotlood, meetlint en goniometer • Voorlichtingsmap • Videorecorder (Mag ook kwalitatief goede camera op smartphone zijn. Videocamera kan ook geleend worden bij de HAN. De filmpjes moeten in WM afgespeeld kunnen worden en van goede kwaliteit zijn) In bruikleen: • Alle door de opleiding beschikbaar gestelde materialen in de praktijklokalen 17. Activiteiten In deze OWE maak je diverse opdrachten, zowel individuele als groepsopdrachten 54 FYSIOTHERAPIE Hoofdfase - OWE Revalidatie en Geriatrische Revalidatie FYSIOTHERAPIE 18. Werkvormen De volgende werkvormen vinden gedurende de OWE plaats: • Tutorgroep (TG) • Responsie-Instructie-Vaardigheidslessen (RIV) • Hoorcollege (HC) • Gastcolleges • Patiëntendemonstraties • Student-Student Begeleiding (SSB) • Werkveldoriëntatie Parallel aan de OWE vinden meerdere leerlijnen plaats waarbij de inhoud aansluit aan de OWE Revalidatie en Geriatrische Revalidatie. Voor de leerlijnen zijn wekelijks hoorcolleges en vaardigheidslessen gepland. 19. Les-/ contacturen 19 lesweken 420 studiebelastingsuren 120 uur contacttijd 20.Onderwijsperiode Periode 3 (Revalidatie) en periode 4 (Geriatrische Revalidatie) 21. Maximum aantal deelnemers N.v.t. FYS-V1LN3 (Eerste lijn 3) 1. Opleiding Fysiotherapie 2. Doelgroep Voltijdstudenten Hoofdfase 1 (niveau 2) 3. Beroepstaak/beroepstaken • Werken met en voor cliënten (hulpverlener) 4. Centrale beroepstaak Werken met en voor cliënten (hulpverlener) De studiebelastingsuren zijn verdeeld over de OWE en de daaraan parallel lopende leerlijnen. 5. (Beroeps)Producten • • • • Een Performance bij een simulatiepatiënt Een EBP verslag Een persoonlijk ontwikkelingsplan (POP) One shot video’s van vaardigheden Hoofdfase - OWE Revalidatie en Geriatrische Revalidatie FYSIOTHERAPIE 55 FYSIOTHERAPIE 6. Studiepunten/studielast 15 STP, 420 BSU Geprogrammeerde contacttijd: 120 uur Geprogrammeerde onderwijstijd voor zelfstudie: 300 uur De studiebelastingsuren zijn verdeeld over de OWE en de daaraan parallel lopende leerlijnen. 7. Samenhang met andere OWE’s Deze onderwijseenheid volgt op de OWE Eerstelijn 2’ Deze OWE gaat vooraf aan de OWE ‘BVP 1’. Deze OWE hoort bij de extramurale lijn. 8. Ingangseisen Geen 9. Algemene omschrijving Deze OWE heeft als werkcontext een fysiotherapiepraktijk binnen de eerstelijns gezondheidszorg. Binnen het onderwijs worden gezondheidsproblemen behandeld die zich kenmerken door een matige tot grote complexiteit. Dat betekent dat er sprake is van belemmerende factoren en vertraagd herstel. Ook komen systeemaandoeningen, zoals reuma aan de orde. De gezondheidsproblemen komen uit de praktijk en de cases worden veelal aangeboden aan de hand van video-opnames. Er worden ook patiëntendemonstraties tijdens de lessen gegeven. Bij het oplossen van de gezondheidsproblemen wordt de student aangestuurd door een diversiteit aan opdrachten waarbij steeds op een verschillend onderdeel van het fysiotherapeutisch handelen wordt gefocust. Centraal in het eerste blok staat het onderbouwen van klinische beslissingen aan de hand van het best beschikbare (wetenschappelijke) bewijs. De student leert literatuur zoeken in wetenschappelijke databases en deze gebruiken bij de besluitvorming. De thema’s in deze onderwijseenheid zijn: Evidence Based Practice: het zoeken naar literatuur, het beoordelen van artikelen en het trekken van conclusies. Daarnaast worden patiënten met de volgende klachtenbeelden bestudeerd: M. Bechterew, Aspecifieke nekklachten, Frozen Schoulder, Bekkeninstabiliteit, Reuma, Fibromyalgie en het Complex Regionaal Pijnsyndroom. 10. Competenties 1 Screenen, diagnosticeren, plannen 2 Therapeutisch handelen 3 Preventief handelen 6 Onderzoeken 8 Professioneel handelen 11. Beoordelingscriteria Aan het eind van deze OWE toont de student het volgende aan: 1. Screenen, diagnosticeren, plannen • De student verzamelt relevante gegevens in een gesimuleerde situatie bij een patiënt met een complex gezondheidsprobleem (niveau 2) in de context van Eerstelijn 3 en maakt een analyse op basis van kennis, vaardigheden en attitudes die nodig zijn om het gezondheidsprobleem te verhelderen. (PA) 2. en 3. Therapeutisch handelen en preventief handelen • De student stelt een behandelplan op in een gesimuleerde situatie bij een patiënt met een complex gezondheidsprobleem (niveau 2) in de context van Eerstelijn 3 en voert dit uit op basis van kennis, vaardigheden en attitudes die nodig zijn om een adequate behandeling te kunnen geven. (PA) 6. Onderzoeken • De student werkt a.d.h.v. een casus een klinische vraag uit, formuleert hier een bruikbare PICOvraag bij, zoekt efficiënt naar relevante wetenschappelijke literatuur, beoordeelt die literatuur op methodologische kwaliteit en trekt conclusies over de toepasbaarheid van de gevonden informatie voor het klinische probleem. (EBP verslag). In blok-4 wordt het bovenstaande toegepast tijdens een praktijkbezoek. 8. Professioneel handelen • De student gaat op een professionele wijze om met een patiënt in een gesimuleerde situatie. (PA) • De student beoordeelt een medestudent en voorziet hem van concrete bruikbare feedback waarmee het leerproces van de medestudent bevorderd wordt. (peerassessment vaardig fysiotherapeutisch handelen) • De student reflecteert kritisch op het eigen functioneren in verschillende situaties en contexten en maakt SMART-verbeterdoelen voor de eigen ontwikkeling en werkt die doelen uit in een concreet verbeterplan. (POP) 56 FYSIOTHERAPIE Hoofdfase - OWE Eerste lijn 3 FYSIOTHERAPIE 12. Tentaminering Je krijgt voor deze OWE studiepunten toegekend als het eindcijfer een 5,5 of hoger is EN je aan de minimale eisen van ALLE deeltentamens hebt voldaan. Berekening van het eindcijfer: Vermenigvuldig het cijfer van ieder deeltentamen met de bijbehorende wegingsfactor. Tel de uitkomsten van alle deeltentamens bij elkaar op. Deel de som van deze uitkomst vervolgens door honderd. Dit heet het ‘gewogen gemiddelde’. Bij de beoordeling van deeltentamens waarbij sprake is van een cesuur, wordt gebruik gemaakt van criteria. De criteria staan beschreven in de toetsformulieren van de deeltentamens, te vinden op de informatiesite toetsing van de opleiding Fysiotherapie Deeltentamen Performance assessment Tentamencode PA Toetsvorm Performance Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Cijfer Cesuur Alle 3 te beoordelen competenties moeten voldoende zijn. Een competentie is voldoende als een vastgesteld minimum aantal criteria voldoende beoordeeld is. Zie het toetsformulier PA 1ln3. Weging 30% Minimaal vereiste resultaat Het cijfer moet minimaal 6 zijn Aantal kansen per jaar 2 Deeltentamen Persoonlijk Ontwikkelingsplan Tentamencode POP Toetsvorm Presentatie en gesprek Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Voldaan / Niet Voldaan Cesuur 5 van de 6 criteria zijn voldoende. Weging N.v.t. Minimaal vereiste resultaat Voldaan Aantal kansen per jaar 2 Deeltentamen EBP Tentamencode Prod1 Toetsvorm Schriftelijke toets Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Cijfer Cesuur Beide te beoordelen competenties moeten voldoende zijn. Een competentie is voldoende als een vastgesteld minimum aantal criteria voldoende beoordeeld is. Zie het toetsformulier EBP-verslag. Hoofdfase - OWE Eerste lijn 3 FYSIOTHERAPIE 57 FYSIOTHERAPIE 58 Weging 30% Minimaal vereiste resultaat N.v.t. Aantal kansen per jaar 2 Deeltentamen Kennistoets blok 3 Tentamencode QMP 7 Toetsvorm Schriftelijke toets Aantal examinatoren N.v.t. Beoordelingswijze Cijfer Cesuur 70% Weging 20% Minimaal vereiste resultaat 5,0 Aantal kansen per jaar 2 Deeltentamen Kennistoets blok 4 Tentamencode QMP 8 Toetsvorm Schriftelijke toets Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Cijfer Cesuur 70% Weging 20% Minimaal vereiste resultaat 5,0 Aantal kansen per jaar 2 Deeltentamen Opleiding Kwaliteitspunten Fysiotherapie Tentamencode OKFT Toetsvorm Registratie van activiteiten Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Voldaan / Niet Voldaan Cesuur Minimaal behalen van 80 kwaliteitspunten Weging N.v.t. Minimaal vereiste resultaat Voldaan Aantal kansen per jaar 2 FYSIOTHERAPIE Hoofdfase - OWE Eerste lijn 3 FYSIOTHERAPIE 13. Verplichte literatuur • Magee, D.J. (2008). Orthopedic Physical Assessment. St. Louis: Saunders Elsevier. • Magee, D.J, Zachazeweski J.E, Quillen W.S. Scientific Foundation and principles of practice in musculoskeletal rehabilitation. St. Louis. Elsevier 2007. • KNGF Richtlijnen ; CBO-richtlijnen 14. Aanbevolen literatuur • Artikelen opgenomen in de opdrachten van de OWE Eerstelijn 3 • De studenten zorgen zelf voor aanvullende literatuur om zich hierin vaardig te trainen 15. Software N.v.t. 16. Overig materiaal Eigen bezit student: (waar gewenst meenemen naar SSB en riv-lessen) • Laken en handdoek voor op behandeltafel (zonder laken/handdoek geen toegang tot praktijkruimtes) • Huidpotlood, meetlint en goniometer • Voorlichtingsmap • Digitale camera (mag ook kwalitatief goede camera op smartphone zijn. Digitale camera kan ook geleend worden bij de HAN. De filmpjes moeten in WM afgespeeld kunnen worden en van goede kwaliteit zijn) In bruikleen: • Alle door de opleiding beschikbaar gestelde materialen in de praktijklokalen • Diverse video’s van patiënten 17. Activiteiten Deze OWE bevat individuele opdrachten en groepsopdrachten. Daarnaast vinden er tijdens de OWE patiëntendemonstraties plaats. Er wordt een cliënt geobserveerd op video waarvan een EBP-verslag wordt gemaakt en er wordt een praktijkbezoek afgelegd. Ter afsluiting van het eerste blok van de OWE wordt een symposium georganiseerd door de studenten zelf. Daarbij kunnen gastsprekers worden uitgenodigd. 18. Werkvormen • • • • • • • Tutorgroepen Responsie-Instructie-vaardigheden Hoorcolleges Student-student-begeleiding Online peer assessment Life performance peer assessment Symposium 19. Les-/ contacturen 19 lesweken 420 studiebelastingsuren 120 uur contacttijd 20.Onderwijsperiode Periode 3 en 4 21. Maximum aantal deelnemers N.v.t. Hoofdfase - OWE Eerste lijn 3 FYSIOTHERAPIE 59 FYSIOTHERAPIE FYS-VBVP1 (Beroepsvoorbereidende Periode 1) 1. Opleiding Fysiotherapie 2. Doelgroep Voltijdstudenten Hoofdfase 2 (beginniveau 3) 3. Beroepstaak/beroepstaken • Werken met en voor cliënten (hulpverlener) • Werken in en voor een organisatie (manager) • Werken aan professionalisering (beroepsontwikkelaar) 4. Centrale beroepstaak Werken met en voor cliënten (hulpverlener) 5. (Beroeps)Producten • • • • • • • • Leeswijzer Beoordeling van de stage Fysiotherapeutische verslag EBP-verslag Product organiseren Reflectieopdracht 2x beoordeelde performance bij een patiënt uit de stage Verslag Ethiek 6. Studiepunten/studielast 30 STP, 840 BSU Geprogrammeerde contacttijd: 100 uur Geprogrammeerde onderwijstijd voor zelfstudie en stage: 740 uur (waarvan 480 uur stage = 24 uur per week) 7. Samenhang met andere OWE’s BVP 1 is de eerste OWE waarbij in de beroepspraktijk gewerkt wordt op niveau 3. BVP 1 is voorbereidend voor BVP 2. 8. Ingangseisen Studenten hebben hun propedeuse + minimaal 45 studiepunten uit hoofdfase 1 behaald. Ook moet de student toelating hebben verkregen van de VVE. 9. Algemene omschrijving Kenmerkend voor deze onderwijseenheid is dat de student stage loopt en met beide benen in de praktijk staat. Naast de stage-uren zijn er wekelijkse terugkomactiviteiten in de vorm van ‘Action Learning’ met als werkvorm intervisie, workshops klinisch redeneren en vakinhoudelijke hoorcolleges. Het doel is om zo veel mogelijk te leren van de ervaring die de student opdoet tijdens de stage-uren. Om dit voor elkaar te krijgen moet de student reflecteren op zijn eigen handelen. Dit wordt tijdens de intervisielessen gefaciliteerd. Tijdens praktijkcoaching werkt de student aan zijn competenties door middel van praktisch oefenen. 10. Competenties 1 Screenen, diagnosticeren, plannen 2 Therapeutisch handelen 3 Preventief handelen 4 Organiseren 6 Onderzoeken 8 Professioneel handelen 60 FYSIOTHERAPIE Hoofdfase - OWE Beroepsvoorbereidende Periode 1 FYSIOTHERAPIE 11. Beoordelingscriteria De indicatoren zijn contextafhankelijk. Studenten lopen stage in de verschillende werksettingen van de fysiotherapeut. BVP 1 wordt afgesloten op beginniveau 3, waarbij de student moet voldoen aan de onderstaande algemene eisen ( gerelateerd aan hbo-kenmerken). De aankomend beroepsbeoefenaar toont het volgende aan: • Hij handelt zelfstandig adequaat in verschillende contexten van de beroepspraktijk in een complexe omgeving. • Hij communiceert met experts en niet-experts over ideeën, problemen en keuzes. • Hij heeft inzicht in en legt verbanden tussen ervaringen en theoretische concepten, en hij is in staat inzichten generaliseerbaar te verwoorden. • Hij ziet alternatieve mogelijkheden om te handelen in praktijksituaties en kan op een professionele manier afwegingen maken. • Hij verwoordt een genuanceerde visie op de beroepstaak. • Hij herkent morele dilemma’s en gaat daar zorgvuldig mee om. • Hij reflecteert kritisch op eigen handelen en stuurt de persoonlijke ontwikkeling (bij). Als BVP1 niet behaald wordt, moet deze in het opvolgende semester herkanst worden. Voor beoordelingscriteria per (beroeps)product: zie de toets-handleiding. BVP1 wordt afgesloten op beginniveau 3. Zie de toetshandleiding voor de indicatoren. 12. Tentaminering Je krijgt voor deze OWE studiepunten toegekend als het eindcijfer een 5,5 of hoger is EN je aan de minimale eisen van ALLE deeltentamens hebt voldaan. Bij de beoordeling van deeltentamens waarbij sprake is van een cesuur, wordt gebruik gemaakt van criteria. De criteria staan beschreven in de toetsformulieren van de deeltentamens, te vinden op de informatiesite toetsing van de opleiding Fysiotherapie Deeltentamen DPF + eindgesprek Tentamencode DPF+ES Toetsvorm DPF + eindgesprek Aantal examinatoren 2 Beoordelingswijze Cijfer Cesuur Alle te beoordelen competenties moeten voldoende zijn. Een competentie is voldoende als een vastgesteld minimum aantal criteria voldoende beoordeeld is. Zie het toetsformulier DPF BVP1. Weging 100% Minimaal vereiste resultaat Het cijfer moet minimaal 6 zijn Aantal kansen per jaar 2 Deeltentamen Kennistoets 9 BVP1 Tentamencode QMP 9 Toetsvorm Kennistoets Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Cijfer Cesuur 70% Weging 0% Minimaal vereiste resultaat 5,5 Aantal kansen per jaar 2 Hoofdfase - OWE Beroepsvoorbereidende Periode 1 FYSIOTHERAPIE 61 FYSIOTHERAPIE Deeltentamen Ethiek Tentamencode Ethiek Toetsvorm Schriftelijke toets Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Cijfer Cesuur N.v.t. Weging 0% Minimaal vereiste resultaat 5,5 Aantal kansen per jaar 2 13. Verplichte literatuur Geen 14. Aanbevolen literatuur Geen 15. Software Geen 16. Overig materiaal Geen 17. Activiteiten In deze OWE loopt de student 20 tot 24 uur per week stage in de beroepspraktijk. Naast de stage-activiteiten volgt hij de terugkomactiviteiten die de opleiding aanbiedt. Deze bestaan uit: • Intervisiebijeenkomsten. Hiervoor schrijft de student 1 x per twee weken een casus ter bespreking tijdens de bijeenkomst • Workshops klinisch redeneren • Hoorcolleges met daaraan gekoppeld studieopdrachten • Responsiecolleges, hier worden de opdrachten behorende bij de hoorcolleges besproken • Vaardigheden oefenen tijdens praktijkcoaching • Individuele opdrachten en groepsopdrachten • Bewijsmateriaal verzamelen om competenties aan te tonen in de dpf: daarvoor maakt de student diverse opdrachten zoals bijvoorbeeld een casestudy 18. Werkvormen • • • • • • • Stage Intervisie Workshops Hoorcollege Praktijkcoaching Schriftelijke opdrachten Responsiecolleges 19. Les-/ contacturen 20 lesweken 840 studiebelastingsuren 100 uur contacttijd 480 uur stage 62 FYSIOTHERAPIE Hoofdfase - OWE Beroepsvoorbereidende Periode 1 FYSIOTHERAPIE 20.Onderwijsperiode Semester 1 of semester 2; is afhankelijk van de leerroute van de student 21. Maximum aantal deelnemers Geen Praktijkgericht onderzoek IPS-VPO 1. Opleiding Fysiotherapie 2. Doelgroep Voltijdstudenten Hoofdfase 3 (Niveau 3) 3. Beroepstaak/beroepstaken Om de studie Fysiotherapie succesvol af te ronden, ga je op verschillende terreinen aan de slag. Je gaat leren om diverse aspecten van het vak en de beroepstaken onder de knie te krijgen. De beroepstaken bij het beroep fysiotherapeut zijn: • Met en voor cliënten • Werken in en voor een organisatie • Werken aan professionalisering 4. Centrale beroepstaak Werken aan professionalisering (beroepsontwikkelaar) 5. (Beroeps)Producten Een schriftelijke verantwoording. Dit is een schriftelijk product waarin onderbouwing en afweging van keuzes voor het (onderzoeks)project zijn beschreven 6. Studiepunten/studielast 30 STP, 840 SBU Geprogrammeerde contacttijd: totaal 77 uur (53 uur ondersteunend onderwijs, 24 uur projectgroepbijeenkomsten) Geprogrammeerde onderwijstijd voor zelfstudie en het werken aan het project: 763 uur. 7. Samenhang met andere OWE’s De OWE is een verdieping op alle voorgaande OWE’s en de BVP fase. Competenties uit deze owe’s komen op een hoger niveau terug in de OWE Praktijkgericht Onderzoek. 8. Ingangseisen Voor deelname aan de onderwijseenheid moeten de propedeuse en hoofdfase 1 geheel behaald zijn. Ook moet BVP1 volledig zijn gevolgd plus getoetst. Het is echter niet noodzakelijk dat studiepunten aan de BVP1 zijn toegekend. 9. Algemene omschrijving Onderzoek neemt een steeds belangrijkere plaats in de beroepspraktijk van de paramedicus in. Maatschappelijke ontwikkelingen, zoals bijvoorbeeld de opkomst van e-health en de groeiende vergrijzing, nodigen uit tot ontwikkeling en innovatie van de beroepen. In de bacheloropleidingen van de paramedische studies is praktijkgericht onderzoek dan ook een essentieel onderdeel in het majorprogramma. De student werkt in deze onderwijseenheid in een team bestaande uit een aantal studenten en een docentbegeleider. Dit projectteam werkt de hele periode samen aan een opdracht uit de beroepspraktijk. Het uitvoeren van dit onderzoek levert een bijdrage aan de oplossing van het betreffende praktijkprobleem. De ontwikkelde ‘toegepaste producten’ (onderzoeksartikel, onderzoeksrapport, adviesrapport, richtlijn, etc..) leveren een bijdrage aan de verhoging van de kwaliteit van zorg. Het team verantwoordt de gemaakte keuzes en geeft een eindpresentatie voor de opdrachtgever. Hoofdfase - OWE Praktijkgericht onderzoek FYSIOTHERAPIE 63 FYSIOTHERAPIE 10. Competenties Competenties zijn nodig om een beroepstaak adequaat uit te voeren. Hierbij zijn de volgende domeincompetenties ontwikkeld: • Diagnosticeren • Behandelen en begeleiden • Voorlichten • Adviseren • Werken aan kwaliteit • Kennisontwikkeling en professionalisering • Ondernemen • Samenwerken in professionele organisaties • Persoonlijke ontwikkeling 11. Beoordelingscriteria • De student kan op methodische en systematische wijze een voor de praktijk/opdrachtgever relevante vraagstelling te beantwoorden, waarbij praktijkgerichtheid en onderzoekskwaliteit worden gewaarborgd • De student is in staat professioneel te handelen in de projectgroep en in de betrokken organisatie. Communicatief vaardig, ontwikkelingsgericht, zelfstandig, zorgvuldig, verantwoording nemen en ondernemendheid zijn hierbij de hoofdkenmerken. • De student is in staat de projectaanpak en projectresultaten op een adequate manier te presenteren. • De producten worden getoetst volgens de criteria zoals die zijn opgenomen in de toetshandleiding. 12. Tentaminering De OWE is voldoende als alle twee de deelproducten voldoende zijn. Deeltentamen 1: Beoordeling Eindproducten Tentamencode E Toetsvorm Schriftelijke beoordeling Aantal examinatoren 3 (docent begeleider, onafhankelijke onderzoeksdeskundige en onafhankelijke werkvelddeskundige) Beoordelingswijze Beoordeling in cijfers Cesuur Minimaal 30 punten (vd 50) Weging deeltentamens 60% Minimaal vereiste resultaat met deeltentamen Minimaal 5.5 Aantal kansen per jaar 2 kansen per jaar Deeltentamen 2: Beoordeling van de individuele prestatie van de studenten. Tentamencode I Toetsvorm Schriftelijke beoordeling Aantal examinatoren 1 (docent begeleider) Beoordelingwijze Beoordeling in cijfers Cesuur Minimaal 24 punten (vd 40) Weging 40%. 64 FYSIOTHERAPIE Hoofdfase - OWE Praktijkgericht onderzoek FYSIOTHERAPIE Minimaal vereiste resultaat per deeltentamen Minimaal 5.5 Aantal kansen per jaar 2 kansen per jaar 13. Verplichte literatuur • • • • • Basisboek kwalitatief onderzoek . Auteur: Baarda Druk: 2 - 9789020733150 Basisboek methoden en technieken 49,95 3 3 Auteur: Baarda, D. Druk: 4 - 9789035228528 Implementatie 64,50 3 3 Auteur: Grol, R. Druk: 3 Ondernemen En Innoveren 12,50 3 3 Auteur: Pijnappels, C. Vries, K. De Druk: 1 Zorgbasics kwaliteitszorg 17,35 3 3 Auteur: Foendoe Aubel, G. Druk: 1 14. Aanbevolen literatuur Diverse literatuur op het gebied van onderzoek, kwaliteitszorg en ondernemen. 15. Software N.v.t. 16. Overig materiaal N.v.t. 17. Activiteiten In deze onderwijseenheid staat projectmatig werken en het doen van praktijkgericht onderzoek centraal. Tijdens het project kunnen verschillende activiteiten je ondersteunen. Enerzijds heb je projectgroepbijeenkomsten en onderwijsgroepen waarin je het proces en de inhoud van het project bespreekt. Anderzijds krijg je ondersteuning in de vorm van cursussen op het gebied van onderzoek, kwaliteit en ondernemen en kun je experts raadplegen. Verder zijn de feedbackmomenten belangrijke mijlpalen tijdens het werken aan je project. 18. Werkvormen • • • • • • Projectgroepbijeenkomsten (kenniskringbijeenkomsten en onderwijsgroepen) Hoorcolleges en kennisclips projectmatig werken en onderzoek. Workshops rondom kwalitatief onderzoek kwantitatief onderzoek, statistiek, kwaliteit van zorg en de ondernemende professional Responsiecolleges Individuele consultatie experts. Scholar discussiegroepen. 19. Les-/ contacturen 18 lesweken 840 studiebelastingsuren 71 uur contacttijd 20.Onderwijsperiode Semester 1 of 2 21. Maximum aantal deelnemers N.v.t. Hoofdfase - OWE Praktijkgericht onderzoek FYSIOTHERAPIE 65 FYSIOTHERAPIE FYS-VBVP2 (Beroepsvoorbereidende Periode 2) (Integrale toets) 1. Opleiding Fysiotherapie 2. Doelgroep Voltijdstudenten Hoofdfase 3 (eindniveau 3) 3. Beroepstaak/beroepstaken • Werken met en voor cliënten (hulpverlener) • Werken in en voor een organisatie (manager) • Werken aan professionalisering (beroepsontwikkelaar) 4. Centrale beroepstaak Werken met en voor cliënten (hulpverlener) 5. (Beroeps)Producten • • • • • • • Leeswijzer Beoordeling van de stage Fysiotherapeutische verslag EBP-verslag Zelf te kiezen product ondernemen Reflectieopdracht 2x beoordeelde performance bij een patiënt uit de stage 6. Studiepunten/studielast 30 STP, 840 BSU Geprogrammeerde contacttijd: 100 uur Geprogrammeerde onderwijstijd voor zelfstudie en stage: 740 uur (waarvan 560 uur stage = 28 uur per week) 7. Samenhang met andere OWE’s BVP 2 hoort bij de afstudeerfase van de opleiding. 8. Ingangseisen Student moet Propedeuse, Hoofdfase 1 en BVP1 behaald hebben voordat hij kan starten met BVP2. 9. Algemene omschrijving Kenmerkend voor deze onderwijseenheid is dat de student stage loopt en met beide benen in de praktijk staat. Naast de stage-uren zijn er wekelijkse terugkomactiviteiten in de vorm van ‘Action learning’ met als werkvorm intervisie, workshops klinisch redeneren en vakinhoudelijke hoorcolleges. Het doel is om zo veel mogelijk te leren van de ervaring die de student opdoet tijdens je stage-uren. Om dit voor elkaar te krijgen moet de student reflecteren op zijn eigen handelen. Dit wordt tijdens de intervisielessen gefaciliteerd. Tijdens praktijkcoaching werkt de student aan zijn competenties door middel van praktisch oefenen. 10. Competenties 1 Screenen, diagnosticeren, plannen 2 Therapeutisch handelen 3 Preventief handelen 5 Ondernemen 6 Onderzoeken 8 Professioneel handelen 66 FYSIOTHERAPIE Hoofdfase - Integrale toets FYSIOTHERAPIE 11. Beoordelingscriteria De indicatoren zijn contextafhankelijk. Studenten lopen stage in de verschillende werksettingen van de fysiotherapeut. BVP 2 wordt afgesloten op eindniveau 3, waarbij voldaan moet worden aan de onderstaande algemene eisen (gerelateerd aan hbo-kenmerken). De aankomend beroepsbeoefenaar toont het volgende aan: • Hij handelt zelfstandig adequaat in verschillende contexten van de beroepspraktijk in een complexe omgeving. • Hij communiceert met experts en niet-experts over ideeën, problemen en keuzes. • Hij heeft inzicht in en legt verbanden tussen ervaringen en theoretische concepten, en hij is in staat inzichten generaliseerbaar te verwoorden. • Hij ziet alternatieve mogelijkheden om te handelen in praktijksituaties en kan op een professionele manier afwegingen maken. • Hij verwoordt een genuanceerde visie op de beroepstaak. • Hij herkent morele dilemma’s en gaat daar zorgvuldig mee om. • Hij reflecteert kritisch op eigen handelen en stuurt de persoonlijke ontwikkeling (bij). Voor beoordelingscriteria per (beroeps)product: zie de Toetshandleiding. BVP2 wordt afgesloten op eindniveau 3. Zie de toetshandleiding voor de indicatoren. 12. Tentaminering Je krijgt voor deze OWE studiepunten toegekend als het eindcijfer een 5,5 of hoger is EN je aan de minimale eisen van ALLE deeltentamens hebt voldaan. Bij de beoordeling van deeltentamens waarbij sprake is van een cesuur, wordt gebruik gemaakt van criteria. De criteria staan beschreven in de toetsformulieren van de deeltentamens, te vinden op de informatiesite toetsing van de opleiding Fysiotherapie. Deeltentamen DPF + eindgesprek Tentamencode DPF+ES Toetsvorm DPF + eindgesprek Aantal examinatoren 2 Beoordelingswijze Cijfer Cesuur Alle te beoordelen competenties moeten voldoende zijn. Een competentie is voldoende als een vastgesteld minimum aantal criteria voldoende beoordeeld is. Zie het toetsformulier DPF BVP2. Weging 100% Minimaal vereiste resultaat Het cijfer moet minimaal 6 zijn Aantal kansen per jaar 2 Deeltentamen SSB-kwaliteitsuren Tentamencode OKFT Toetsvorm Registratie van activiteiten + bestede uren Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Voldaan / Niet Voldaan Cesuur Minimaal behalen van 120 SSB-kwaliteitsuren Weging N.v.t. Minimaal vereiste resultaat Voldaan Aantal kansen per jaar 2 Hoofdfase - Integrale toets FYSIOTHERAPIE 67 FYSIOTHERAPIE 13. Verplichte literatuur • • • • • Basisboek kwalitatief onderzoek . Auteur: Baarda Druk: 2 - 9789020733150 Basisboek methoden en technieken 49,95 3 3 Auteur: Baarda, D. Druk: 4 - 9789035228528 Implementatie 64,50 3 3 Auteur: Grol, R. Druk: 3 Ondernemen En Innoveren 12,50 3 3 Auteur: Pijnappels, C. Vries, K. De Druk: 1 Zorgbasics kwaliteitszorg 17,35 3 3 Auteur: Foendoe Aubel, G. Druk: 1 14. Aanbevolen literatuur Geen 15. Software Geen 16. Overig materiaal Geen 17. Activiteiten In deze OWE loop je 28 uur stage in de beroepspraktijk. Naast de stage-activiteiten volgt de student de terugkomactiviteiten aangeboden door de opleiding. Deze bestaan uit: • Intervisiebijeenkomsten. Hiervoor schrijft de student 1 x per twee weken een casus ter bespreking tijdens de bijeenkomst • Workshops klinisch redeneren • Hoorcolleges met daaraan gekoppeld studieopdrachten • Responsiecolleges, hier worden de opdrachten behorende bij de hoorcolleges besproken • Vaardigheden oefenen tijdens praktijkcoaching • Individuele opdrachten en groepsopdrachten. • Bewijsmateriaal verzamelen om competenties aan te tonen in de dpf. Hiervoor maakt de student diverse opdrachten zoals bijvoorbeeld een casestudy 18. Werkvormen • • • • • • • Stage Intervisie Workshops Hoorcollege Praktijkcoaching Schriftelijke opdrachten Responsiecolleges 19. Les-/ contacturen 20 lesweken 840 studiebelastingsuren 100 uur contacttijd 560 uur stage 20.Onderwijsperiode Semester 1 of semester 2; is afhankelijk van de leerroute van de student 21. Maximum aantal deelnemers Geen 68 FYSIOTHERAPIE Hoofdfase - Integrale toets FYSIOTHERAPIE Aan huidige onderwijseenheden gelijkgestelde oude onderwijseenheden in de postpropedeuse van de opleiding Fysiotherapie De beschrijving is een uitwerking van Bijlage 6 van het OER en als zodanig een uitwerking van art. 6.1 lid 5 OWE(en) en/of (deel) tentamens in studiejaar 2013-2014 Gelijkgesteld aan OWE(en) en/of (deel) tentamens in studiejaar 2014-2015 FYS-VREVLS (Revalidatie & Long Stay) FYS-VRGR (Revalidatie en Geriatrische Revalidatie) OWE: FYS-VZH2 (ziekenhuis 2) Deeltentamen: BP (Best Product) OWE: FYS-VZH2 (ziekenhuis 2) Deeltentamen: VB (Videoboodschap) Mogelijkheid tot afleggen oude deeltentamen Afwijkende bepalingen m.b.t. oude owe en (deel)tentamens De naam van de OWE en het tentamen zijn veranderd. N.v.t. N.v.t. De toetsvorm, beoordelingsformulier, cesuur en naam van het deeltentamen BP (Best Product) zijn veranderd. De weging van het deeltentamen is gelijk gebleven. nee N.v.t. Beknopte toelichting FYSIOTHERAPIE 69 FYSIOTHERAPIE Integrale toets 2 en 3 De hieronderstaande beschrijvingen zijn een uitwerking van Bijlage 5 van het OER conform art. 6.1 lid 4. FYS-V1LN3 (Eerste lijn 3) (integrale toets 2) 1. Opleiding Fysiotherapie 2. Doelgroep Voltijdstudenten Fysiotherapie Hoofdfase 1 (niveau 2) 3. Beroepstaak/beroepstaken • Werken met en voor cliënten (hulpverlener) • Werken in en voor een organisatie (manager) • Werken aan professionalisering (beroepsontwikkelaar) 4. (Beroeps)Producten • • • • Een Performance bij een simulatiepatiënt Een EBP verslag Een persoonlijk ontwikkelingsplan (POP) One shot video’s van vaardigheden 5. Studiepunten/studielast 15 STP, 420 BSU Geprogrammeerde contacttijd: 120 uur Geprogrammeerde onderwijstijd voor zelfstudie: 300 uur De studiebelastingsuren zijn verdeeld over de OWE en de daaraan parallel lopende leerlijnen. 6. Samenhang met andere OWE’s Deze onderwijseenheid volgt op de OWE Eerstelijn 2’ Deze OWE gaat vooraf aan de OWE ‘BVP 1’. Deze OWE hoort bij de extramurale lijn. 7. Ingangseisen Geen 8. Algemene omschrijving Deze OWE heeft als werkcontext een fysiotherapiepraktijk binnen de eerstelijns gezondheidszorg. Binnen het onderwijs worden gezondheidsproblemen behandeld die zich kenmerken door een matige tot grote complexiteit. Dat betekent dat er sprake is van belemmerende factoren en vertraagd herstel. Ook komen systeemaandoeningen, zoals reuma aan de orde. De gezondheidsproblemen komen uit de praktijk en de cases worden veelal aangeboden aan de hand van video-opnames. Er worden ook patiëntendemonstraties tijdens de lessen gegeven. Bij het oplossen van de gezondheidsproblemen wordt de student aangestuurd door een diversiteit aan opdrachten waarbij steeds op een verschillend onderdeel van het fysiotherapeutisch handelen wordt gefocust. Centraal in het eerste blok staat het onderbouwen van klinische beslissingen aan de hand van het best beschikbare (wetenschappelijke) bewijs. De student leert literatuur zoeken in wetenschappelijke databases en deze gebruiken bij de besluitvorming. De thema’s in deze onderwijseenheid zijn: Evidence Based Practice: het zoeken naar literatuur, het beoordelen van artikelen en het trekken van conclusies. Daarnaast worden patiënten met de volgende klachtenbeelden bestudeerd: M. Bechterew, Aspecifieke nekklachten, Frozen Schoulder, Bekkeninstabiliteit, Reuma, Fibromyalgie en het Complex Regionaal Pijnsyndroom. 70 FYSIOTHERAPIE Hoofdfase - Integrale toets FYSIOTHERAPIE 9. Competenties 1 Screenen, diagnosticeren, plannen 2 Therapeutisch handelen 3 Preventief handelen 6 Onderzoeken 8 Professioneel handelen 10. Beoordelingscriteria Aan het eind van deze OWE toont de student het volgende aan: 1. Screenen, diagnosticeren, plannen • De student verzamelt relevante gegevens in een gesimuleerde situatie bij een patiënt met een complex gezondheidsprobleem (niveau 2) in de context van Eerstelijn 3 en maakt een analyse op basis van kennis, vaardigheden en attitudes die nodig zijn om het gezondheidsprobleem te verhelderen. (PA) 2. en 3. Therapeutisch handelen en preventief handelen • De student stelt een behandelplan op in een gesimuleerde situatie bij een patiënt met een complex gezondheidsprobleem (niveau 2) in de context van Eerstelijn 3 en voert dit uit op basis van kennis, vaardigheden en attitudes die nodig zijn om een adequate behandeling te kunnen geven. (PA) 6. Onderzoeken • De student werkt a.d.h.v. een casus een klinische vraag uit, formuleert hier een bruikbare PICOvraag bij, zoekt efficiënt naar relevante wetenschappelijke literatuur, beoordeelt die literatuur op methodologische kwaliteit en trekt conclusies over de toepasbaarheid van de gevonden informatie voor het klinische probleem. (EBP verslag). In blok-4 wordt het bovenstaande toegepast tijdens een praktijkbezoek. 8. Professioneel handelen • De student gaat op een professionele wijze om met een patiënt in een gesimuleerde situatie. (PA) • De student beoordeelt een medestudent en voorziet hem van concrete bruikbare feedback waarmee het leerproces van de medestudent bevorderd wordt. (peerassessment vaardig fysiotherapeutisch handelen) • De student reflecteert kritisch op het eigen functioneren in verschillende situaties en contexten en maakt SMART-verbeterdoelen voor de eigen ontwikkeling en werkt die doelen uit in een concreet verbeterplan. (POP) 11. Integrale toetskenmerken en –vormen Je krijgt voor deze OWE studiepunten toegekend als het eindcijfer een 5,5 of hoger is EN je aan de minimale eisen van ALLE deeltentamens hebt voldaan. Berekening van het eindcijfer: Vermenigvuldig het cijfer van ieder deeltentamen met de bijbehorende wegingsfactor. Tel de uitkomsten van alle deeltentamens bij elkaar op. Deel de som van deze uitkomst vervolgens door honderd. Dit heet het ‘gewogen gemiddelde’. Bij de beoordeling van deeltentamens waarbij sprake is van een cesuur, wordt gebruik gemaakt van criteria. De criteria staan beschreven in de toetsformulieren van de deeltentamens, te vinden op de informatiesite toetsing van de opleiding Fysiotherapie. Deeltentamen Performance assessment Tentamencode PA Toetsvorm Performance Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Cijfer Cesuur Alle 3 te beoordelen competenties moeten voldoende zijn. Een competentie is voldoende als een vastgesteld minimum aantal criteria voldoende beoordeeld is. Zie het toetsformulier PA 1ln3. Weging 30% Minimaal vereiste resultaat Het cijfer moet minimaal 6 zijn Aantal kansen per jaar 2 Deeltentamen Persoonlijk Ontwikkelingsplan Tentamencode POP Hoofdfase - Integrale toets FYSIOTHERAPIE 71 FYSIOTHERAPIE 72 Toetsvorm Presentatie en gesprek Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Voldaan / Niet Voldaan Cesuur 5 van de 6 criteria zijn voldoende. Weging N.v.t. Minimaal vereiste resultaat Voldaan Aantal kansen per jaar 2 Deeltentamen EBP Tentamencode Prod1 Toetsvorm Schriftelijke toets Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Cijfer Cesuur Beide te beoordelen competenties moeten voldoende zijn. Een competentie is voldoende als een vastgesteld minimum aantal criteria voldoende beoordeeld is. Zie het toetsformulier EBP-verslag. Weging 30% Minimaal vereiste resultaat 6 Aantal kansen per jaar 2 Deeltentamen Kennistoets blok 3 Tentamencode QMP 7 Toetsvorm Schriftelijke toets Aantal examinatoren N.v.t. Beoordelingswijze Cijfer Cesuur 70% van alle beoordeelde vragen Weging 20% Minimaal vereiste resultaat 5,0 Aantal kansen per jaar 2 Deeltentamen Kennistoets blok 4 Tentamencode QMP 8 Toetsvorm Schriftelijke toets FYSIOTHERAPIE Hoofdfase - Integrale toets FYSIOTHERAPIE Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Cijfer Cesuur 70% van alle beoordeelde vragen Weging 20% Minimaal vereiste resultaat 5,0 Aantal kansen per jaar 2 Deeltentamen Opleiding Kwaliteitspunten Fysiotherapie Tentamencode OKFT Toetsvorm Registratie van activiteiten Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Voldaan / Niet Voldaan Cesuur Minimaal behalen van 80 kwaliteitspunten Weging N.v.t. Minimaal vereiste resultaat Voldaan Aantal kansen per jaar 2 12a. Verplichte literatuur • Magee, D.J. (2008). Orthopedic Physical Assessment. St. Louis: Saunders Elsevier. • Magee, D.J, Zachazeweski J.E, Quillen W.S. Scientific Foundation and principles of practice in musculoskeletal rehabilitation. St. Louis. Elsevier 2007. • KNGF Richtlijnen ; CBO-richtlijnen 12b. Aanbevolen literatuur • Artikelen opgenomen in de opdrachten van de OWE Eerstelijn 3 • De studenten zorgen zelf voor aanvullende literatuur om zich hierin vaardig te trainen 12c. Overig materiaal Eigen bezit student: (waar gewenst meenemen naar SSB en riv-lessen) • Laken en handdoek voor op behandeltafel (zonder laken/handdoek geen toegang tot praktijkruimtes) • Huidpotlood, meetlint en goniometer • Voorlichtingsmap • Digitale camera (mag ook kwalitatief goede camera op smartphone zijn. Digitale camera kan ook geleend worden bij de HAN. De filmpjes moeten in WM afgespeeld kunnen worden en van goede kwaliteit zijn) In bruikleen: • Alle door de opleiding beschikbaar gestelde materialen in de praktijklokalen • Diverse video’s van patiënten 13. Onderwijsperiode Periode 3 en 4 Hoofdfase - Integrale toets FYSIOTHERAPIE 73 FYSIOTHERAPIE FYS-VBVP2 (Beroepsvoorbereidende Periode 2) (Integrale toets) 1. Opleiding Fysiotherapie 2. Doelgroep Voltijdstudenten Fysiotherapie Hoofdfase 2 (eindniveau 3) 3. Beroepstaak/beroepstaken • Werken met en voor cliënten (hulpverlener) • Werken in en voor een organisatie (manager) • Werken aan professionalisering (beroepsontwikkelaar) 4. (Beroeps)Producten • • • • • • • Leeswijzer Beoordeling van de stage Fysiotherapeutische verslag EBP-verslag Zelf te kiezen product ondernemen Reflectieopdracht 2x beoordeelde performance bij een patiënt uit de stage 5. Studiepunten/studielast 30 STP, 840 BSU Geprogrammeerde contacttijd: 100 uur Geprogrammeerde onderwijstijd voor zelfstudie en stage: 740 uur (waarvan 560 uur stage = 28 uur per week) 6. Samenhang met andere OWE’s BVP 2 hoort bij de afstudeerfase van de opleiding. 7. Ingangseisen Student moet Propedeuse, Hoofdfase 1 en BVP1 behaald hebben voordat hij kan starten met BVP2. 8. Algemene omschrijving Kenmerkend voor deze onderwijseenheid is dat de student stage loopt en met beide benen in de praktijk staat. Naast de stage-uren zijn er wekelijkse terugkomactiviteiten in de vorm van ‘Action learning’ met als werkvorm intervisie, workshops klinisch redeneren en vakinhoudelijke hoorcolleges. Het doel is om zo veel mogelijk te leren van de ervaring die de student opdoet tijdens je stage-uren. Om dit voor elkaar te krijgen moet de student reflecteren op zijn eigen handelen. Dit wordt tijdens de intervisielessen gefaciliteerd. Tijdens praktijkcoaching werkt de student aan zijn competenties door middel van praktisch oefenen. 9. Competenties 1 Screenen, diagnosticeren, plannen 2 Therapeutisch handelen 3 Preventief handelen 5 Ondernemen 6 Onderzoeken 8 Professioneel handelen 74 FYSIOTHERAPIE Hoofdfase - Integrale toets FYSIOTHERAPIE 10. Beoordelingscriteria De indicatoren zijn contextafhankelijk. Studenten lopen stage in de verschillende werksettingen van de fysiotherapeut. BVP 2 wordt afgesloten op eindniveau 3, waarbij voldaan moet worden aan de onderstaande algemene eisen (gerelateerd aan hbo-kenmerken). De aankomend beroepsbeoefenaar toont het volgende aan: • Hij handelt zelfstandig adequaat in verschillende contexten van de beroepspraktijk in een complexe omgeving. • Hij communiceert met experts en niet-experts over ideeën, problemen en keuzes. • Hij heeft inzicht in en legt verbanden tussen ervaringen en theoretische concepten, en hij is in staat inzichten generaliseerbaar te verwoorden. • Hij ziet alternatieve mogelijkheden om te handelen in praktijksituaties en kan op een professionele manier afwegingen maken. • Hij verwoordt een genuanceerde visie op de beroepstaak. • Hij herkent morele dilemma’s en gaat daar zorgvuldig mee om. • Hij reflecteert kritisch op eigen handelen en stuurt de persoonlijke ontwikkeling (bij). Voor beoordelingscriteria per (beroeps)product: zie de Toetshandleiding. BVP2 wordt afgesloten op eindniveau 3. Zie de toetshandleiding voor de indicatoren. 11. Integrale toetskenmerken en –vormen Je krijgt voor deze OWE studiepunten toegekend als het eindcijfer een 5,5 of hoger is EN je aan de minimale eisen van ALLE deeltentamens hebt voldaan. Bij de beoordeling van deeltentamens waarbij sprake is van een cesuur, wordt gebruik gemaakt van criteria. De criteria staan beschreven in de toetsformulieren van de deeltentamens, te vinden op de informatiesite toetsing van de opleiding Fysiotherapie. Deeltentamen DPF + eindgesprek Tentamencode DPF+ES Toetsvorm DPF + eindgesprek Aantal examinatoren 2 Beoordelingswijze Cijfer Cesuur Alle te beoordelen competenties moeten voldoende zijn. Een competentie is voldoende als een vastgesteld minimum aantal criteria voldoende beoordeeld is. Zie het toetsformulier DPF BVP2. Weging 100% Minimaal vereiste resultaat Het cijfer moet minimaal 6 zijn Aantal kansen per jaar 2 Deeltentamen SSB-kwaliteitsuren Tentamencode OKFT Toetsvorm Registratie van activiteiten + bestede uren Aantal examinatoren 1 Beoordelingswijze Voldaan / Niet Voldaan Cesuur Minimaal behalen van 120 SSB-kwaliteitsuren Weging N.v.t. Minimaal vereiste resultaat Voldaan Aantal kansen per jaar 2 Hoofdfase - Integrale toets FYSIOTHERAPIE 75 FYSIOTHERAPIE 12a. Verplichte literatuur Geen 12b. Aanbevolen literatuur Geen 12c. Overig materiaal Geen 13. Onderwijsperiode Semester 1 of semester 2; is afhankelijk van de leerroute van de student 76 FYSIOTHERAPIE Hoofdfase - Integrale toets FYSIOTHERAPIE 8. Minoraanbod van het Instituut Paramedische Studies Deelname aan minoren en vrije minoren minoren zijn er? In die notitie is een toestemmingsformulier Voor het volgen van een minor moet je toestemming vragen bijgesloten waarmee je de examencommissies om toestem- aan de studieloopbaanbegeleider en je vervolgens inschrij- ming kunt vragen voor het volgen van een vrije minor. Een ven bij het instituut van de HAN waar je de minor gaat semester geeft twee periodes aan. S1 omvat periode 1 & 2, volgen. Voor een HAN-minor schrijf je je in op de minor in S2 omvat periode 3 & 4 HAN-SIS. De spelregels voor het volgen van een vrije minor Niet alle IPS-minoren zijn geschikt voor studenten van de vind je in de notitie ‘Regeling vrije minor en toestemmings- vijf opleidingen. Voor meer informatie over minoren, zie formulier’, te vinden op HAN-insite/minoren/welke soorten tabel 2. Tabel 1: Minoraanbod IPS 2014-2015 SIS code Minor Soort Niveau 2014-2015 M_IPS04 Neurorevalidatie Verdiepend 3 S1 en S2 M_IPS05 Manueel Therapeutisch Handelen Verdiepend 3 S1 M_IPS06.. Kind & Omgeving: een multidisciplinaire aanpak Verdiepend 3 S2 M_IPS07 Gedrag bij leefstijl en gezondheid Verdiepend 3 S2 M_IPS08 Pijn voor health professionals Verdiepend 3 S2 M_IPS09 Klinische Voeding Verdiepend 3 S2 M_IPS10 Logopädische Therapie bei Kinder und Erwachsenen Verdiepend 3 S1 M_IPS11 De stem centraal Verdiepend 3 S1 M_IPS12 Die Stimme im Mittelpunkt Verdiepend 3 S2 M_IPS14 Sport Physiotherapy & Active Aging (SPAA) Verdiepend 3 S2 M_IPS15 Health professionals in international perspective Verdiepend 3 S2 MZK-MO9 Jeugd en mondzorg Verdiepend 3 S2 14-15 en S1 15-16 MZK-M10 Mondzorg bij volwassenen in specifieke zorggroepen Verdiepend 3 S2 14-15 en S1 15-16 FYSIOTHERAPIE 77 FYSIOTHERAPIE Minor Manueel Therapeutisch Handelen (bron: HBO-Spiegel) “Ga zo door! Ik heb op de Fontys al aan enkele docenten door laten schemeren dat de structuur van de minor een voorbeeld is van goed onderwijs...” Tabel 2: Doelgroep per IPS minor IPS Opleidingen SIS code Minor Ergo Fysio Logo MZK V&D M_IPS04 Neurorevalidatie x x x M_IPS05 Manueel therapeutisch handelen M_IPS06.. Kind en Omgeving: een multidisciplinaire aanpak x x x x M_IPS07 Gedrag bij leefstijl en gezondheid x x x x M_IPS08 Pijn voor health professionals x x M_IPS09 Klinische Voeding M_IPS10 Logopädische Therapie bei Kinder und Erwachsenen x M_IPS11 De stem centraal x M_IPS12 Die Stimme im Mittelpunkt x M_IPS14 Sport Physiotherapy & Active Aging (SPAA) M_IPS15 Health professionals in international perspective MZK-M09 Jeugd en mondzorg x MZK-M010 Mondzorg bij volwassenen in specifieke zorggroepen x x x x x x x x x Voor de minoren van het Instituut voor Paramedische Studies geldt als instapvoorwaarde dat je tenminste 90 studiepunten hebt behaald voordat je aan een minor kunt meedoen. Ook heeft het de voorkeur dat je voorafgaand aan een minor stage-ervaring hebt opgedaan. Voor de monodisciplinaire minoren MTH en SPAA geldt daarnaast als instapvoorwaarde dat tenminste de BVP1-periode volledig moet zijn doorlopen.. Een uitgebreidere beschrijving van de minoren is vind je terug op de minorensite van de HAN, KiesOpMaat en in het volledige Opleidingsstatuut op www.han.nl. Het minoraanbod is gedurende dit studiejaar uitgebreid. Deze minor(en) moet(en) nog worden toegevoegd aan bovenstaande tabel. 78 FYSIOTHERAPIE FYSIOTHERAPIE 9. Tentamens en examens In je opleiding ontwikkel je competenties om de beroepstaken uit te kunnen voeren. Binnen de onderwijseenheden (OWE) werk je aan competenties die je in staat stellen om in je latere beroep de beroepstaken uit te kunnen voeren. Aan het eind van zo’n OWE stellen we vast of jouw competenties het vereiste niveau hebben bereikt. Dit doen we door tentamens of via integrale toetsen. Tijdens de opleiding doorloop je een toetsprogramma, waarin per onderwijseenheid een of meerdere tentamens zijn opgenomen. Competenties bewijzen Tijdens de hele opleiding voer je opdrachten uit, waarbij we zoveel mogelijk de beroepspraktijk nabootsen. Je werkt dan vanaf het begin aan competenties die bij je beroep horen. Tijdens de opleiding moet je ook steeds bewijsmateriaal verzamelen, zodat je kunt laten zien dat je de competenties beheerst. Er zijn vele typen bewijsstukken rondom de competentiebeheersing zoals: • Ervaringsverslagen • Getuigschriften • Referenties • Beroepsproducten • Video-opnamen van beroepshandelingen • Reflectieverslagen • Feedback van studenten/docenten/praktijkbegeleiders • Werkstukken • Certificaten en cursusbeschrijvingen van derden • Observatie van het handelen en interviews. Beroepstaken staan niet los van elkaar, ze hebben vaak heel direct met elkaar te maken. De beroepstaak ‘werken Dit bewijsmateriaal kun je gebruiken bij leerwegafhanke- met cliënten’ bijvoorbeeld, zal door een fysiotherapeut lijke- en leerwegonafhankelijke tentamens. Bij de die werkzaam is in een ziekenhuis anders ingevuld worden leerwegafhankelijke tentaminering beoordelen de dan door een fysiotherapeut die een eigen praktijk heeft. docenten die de tentamens afnemen of het bewijsmateri- In integrale toetsen wordt het verband tussen beroepsta- aal aan de voorwaarden voldoet. De examencommissie ken getoetst. Integrale toetsen kunnen gekoppeld zijn bepaalt of het bewijsmateriaal wat je aandraagt aan de aan onderwijseenheden, maar ook onafhankelijk zijn van formele voorwaarden voldoet voor deelname aan leer- de onderwijseenheden. wegonafhankelijk tentamen. De examencommissie legt FYSIOTHERAPIE 79 FYSIOTHERAPIE deze voorwaarden vast in de Uitvoeringsregeling van het fase beoordeeld wordt als overgang naar een nieuwe fase. HAN-reglement examencommissies. Uitgangspunt in dit verbindende verhaal zijn de beroeps- Studiepunten taken (beroepsrollen) en competenties zoals beschreven in het beroepsprofiel Fysiotherapie van het KNGF Je krijgt studiepunten (STP) nadat je een OWE met een (Koninklijke Nederlands Genootschap Fysiotherapie). voldoende hebt afgerond. Hoeveel studiepunten aan een Binnen IPS spreken we over beroepstaken. In het onderwijseenheid gekoppeld zijn, kun je vinden in beroepsprofiel van het KNGF spreekt men van beroepsrol- hoofdstuk 5. len. Deze zijn voor een groot deel hetzelfde. Wij gebrui- Tentamens ken de beroepstaken en beroepsrollen naast elkaar. Voor studenten staan de beroepsrollen centraal. Een tentamen kan bestaan uit deeltentamens Daarnaast zijn er minimaal drie keer tijdens de opleiding Integrale toets 1 ‘Eerste lijn 1’ integrale toetsen: aan het eind van de propedeuse, aan De eerste integrale toets ‘Eerste lijn 1’ vindt plaats aan het het eind van de opleiding en nog één of meerdere keren eind van de Propedeuse (eerste studiejaar). Het verbin- tussen einde propedeuse en einde studie. Tentamens en dende verhaal waarin je de samenhang van de beroepsta- integrale toetsen kun je op twee manieren afleggen. ken (rollen) beschrijft, is een integrale deeltoets van de Tentamens verbonden aan de onderwijseenheden integrale toets ‘Eerste lijn 1’. De basis voor het beschrijven De studenten zullen gebruik maken van genoemde van het verbindende verhaal wordt gevormd door de tentamens verbonden aan de onderwijseenheden, om aan onderwijseenheden, aangeboden in de propedeutische fase, te tonen dat ze de relevante competenties beheersen. Dit de bewijsmaterialen die je gedurende het eerste studiejaar is het zogenaamde leerwegafhankelijke tentamen. hebt verzameld en de ervaringen die je hierin hebt Leerwegonafhankelijk tentamen opgedaan. Het aangeboden onderwijs in de propedeutische fase is voornamelijk op niveau 1 (studiebekwaam). Je kunt ook bij de examencommissie aanvragen om op een andere manier dan de bij de onderwijseenheden Integrale toets 2 ‘Eerste lijn 3’ horende tentamens aan te tonen over de relevante De tweede integrale toets ‘Eerste lijn 3’ vindt plaats aan competenties te beschikken. Dan toon je ten overstaan het eind van de Hoofdfase 1 (2e studiejaar). Het verbin- van de examinator(en) met andere bewijsstukken aan dat dende verhaal waarin je de samenhang van de beroepsta- je de competenties beheerst. ken (rollen) beschrijft, is een integrale deeltoets van de Integrale toetsing integrale toets ‘Eerste lijn 3’. De basis voor het beschrijven van het verbindende verhaal wordt gevormd door de Het onderwijs van de opleiding Fysiotherapie is gebaseerd onderwijseenheden uit Hoofdfase 1, de bewijsmaterialen op praktijkgerichte opdrachten uit de fysiotherapeutische die je gedurende het tweede studiejaar hebt verzameld en beroepspraktijk. In het onderwijs staan telkens één of de ervaringen die je hierin hebt opgedaan. Het aangeboden meerdere beroepstaken (beroepsrollen) centraal. We dagen onderwijs in Hoofdfase 1 is op niveau 2 (stagebekwaam). je uit om in een realistische context, passend bij de beroepstaak/beroepstaken, competenties te ontwikkelen. Integrale toets 3 ‘Beroeps Voorbereidende Periode 2 Deze contexten zijn representatief voor de praktijk van de (BVP2)’ fysiotherapeut. Vanaf het begin van de opleiding is het De derde integrale toets ‘BVP 2’ vindt plaats in Hoofdfase 2 of onderwijs ingericht met gesimuleerde beroepssituaties en 3. Het verbindende verhaal waarin je de samenhang van de opdrachten, waarin je buitenschools leerervaringen opdoet. beroepstaken (rollen) beschrijft, is een integrale deeltoets van de integrale toets ‘BVP 2’. De basis voor het beschrijven van 80 Tijdens de opleiding zijn er drie integrale toetsen waarin het verbindende verhaal wordt hier gevormd door de je in een verbindend verhaal de samenhang van de onderwijseenheden in Hoofdfase 2 en 3, de bewijsmaterialen beroepstaken (beroepsrollen) beschrijft over meerdere die je gedurende deze periode hebt verzameld en de ervarin- onderwijseenheden. Iedere integrale toets is aan het eind gen die je hierin hebt opgedaan. Het aangeboden onderwijs in van een studiefase, waarbij de beroepsontwikkeling in die de Hoofdfase 2 en 3 is op niveau 3 (startbekwaam). FYSIOTHERAPIE FYSIOTHERAPIE 10. Studieloopbaanbegeleiding Aan het begin van je opleiding krijg je een studieloopbaanbegeleider (SLB’er) toegewezen. Dit is een docent die je begeleidt tijdens één of meer studiejaren. De studieloopbaanbegeleiding vindt plaats in individuele gesprekken én in groepsbijeenkomsten. Het is de ‘rode draad’ in jouw leerproces. Taken van de studieloopbaanbegeleider jou behaalde niveau aantoont. In het portfolio De studieloopbaanbegeleider fungeert als schakel verzamel je het bewijsmateriaal dat je wilt gebruiken tussen jouw onderwijsvraag (POP) en het aanbod van voor tentamens en examens. Het portfolio vervult de opleiding (toetsprogramma, onderwijseenheden). verschillende functies: Hij houdt je leerproces in de gaten, helpt je bij het • Persoonlijke leerarchivering maken van keuzes en hij stimuleert of adviseert je • Interactie tussen jou en de opleiding over jouw wanneer zich problemen voordoen tijdens je studie. Ook kan hij je begeleiden bij het ontwikkelen of verbeteren van studievaardigheden. planning, ontwikkeling en prestaties • Beoordeling Persoonlijk Ontwikkelingsplan (POP) Hierbij zijn de volgende uitgangspunten geformuleerd: In het Persoonlijk Ontwikkelingsplan (POP) beschrijf je de • De opleiding is verantwoordelijk voor de waarborging manier waarop je jouw eigen opleidingsprogramma wilt van de continuïteit van de begeleiding. vormgeven. Het POP is regelmatig onderwerp van gesprek • De student is verantwoordelijk voor zijn met de studieloopbaanbegeleider (SLB’er). Een belangrijk eigen leerproces. element in je begeleiding is het leren reflecteren. In alle • Er zijn groepsbijeenkomsten en individuele gesprekken. onderwijseenheden reflecteer je samen met je docent(en) • De studieloopbaanbegeleiding is zowel in de prope- op de stand van zaken in de onderwijseenheid. deuse als in de hoofdfasen intensief. • De studieloopbaanbegeleiding neemt over het algemeen in intensiteit af gedurende de opleiding. Studiecontract In het studiecontract wordt vastgelegd op welke tentamens/ • Resultaatgerichte studieloopbaanbegeleiding: vastleggen examens jij je in het komende halfjaar gaat voorbereiden. van de studievoortgang in de SLB-voortgangsverslagen. In Hoofdfase 2-3 maak je een studiecontract op, met daarin de onderwijseenheden die je gaat volgen, de Om je te begeleiden tijdens je leertraject, hebben we een stage die je gaat lopen, welke minorkeuze je maakt en aantal instrumenten ontwikkeld. Opleidingen hebben zelf de of er andere (buitenschoolse) activiteiten zijn die je keus óf en hoe ze deze instrumenten inzetten. Het gebruik gaat ondernemen. maken van HAN-SIS is voor een aantal zaken verplicht. Hierna zijn de belangrijkste instrumenten kort beschreven. Portfolio HAN studie-informatiesysteem Het studie-informatiesysteem van de HAN (HAN-SIS) is een online informatie- en registratiesysteem dat compe- Het portfolio is een bewaarplaats van bestanden/ tentiegericht onderwijs ondersteunt. Met dit systeem kun documenten waarmee je jouw eigen individuele je informatie oproepen over het onderwijsaanbod en je ontwikkeling (leerproces) zichtbaar maakt en het door resultaten. Je kunt je studiecontract inzien en je kunt je FYSIOTHERAPIE 81 FYSIOTHERAPIE inschrijven voor deelname aan leerroutes, onderwijseen- vervangen door een nieuw studie-informatiesysteem: heden en tentamens/examens. Docenten en examinatoren Alluris (zie hieronder). gebruiken HAN-SIS ook voor het vastleggen van tentamens/examens, die je dan als student weer kunt bekijken. HAN-SIS is voor studenten overal bereikbaar via de link: In de loop van studiejaar 2014-2015 wordt HAN-SIS http://sis.han.nl Alluris vervangt HAN-SIS worden ingevoerd in HAN-SIS. Alle resultaten uit In december 2014 gaan we over op het nieuwe studie- HAN-SIS die vóór 1 december 2014 zijn ingevoerd, informatiesysteem Alluris. Deze studiegids is hierop nog zullen worden overgezet naar Alluris. niet aangepast. Lees per 2015 ‘Alluris’ voor ‘HAN-SIS’ . • Vanaf 1 december 2014 kun je wel nog steeds je Informatievoorziening overstap naar Alluris • Met ingang van 5 januari 2015 zul je je studievoortgang studieresultaten bekijken in HAN-SIS. In november 2014 en in januari 2015 ontvang je meer bekijken via Alluris. Uiteraard zorgt de HAN ervoor dat informatie met betrekking tot de overstap naar Alluris. Hierin jouw behaalde resultaten worden overgezet van HAN-SIS wordt duidelijk vermeld wanneer welke actie van studenten naar Alluris. Het is echter van belang dat je de resulta- wordt verwacht en wat te doen bij vragen of problemen. ten zelf controleert. Bekijk daarom vanaf 5 januari 2015 jouw cijferlijst in Alluris om vast te stellen dat al jouw Overstap naar Alluris: check je studievoortgang/ behaalde resultaten ook daadwerkelijk goed zijn resultaten overgezet naar Alluris. Let er wel op dat alle resultaten De informatie die je rond live-gang ontvangt, betreft de die je hebt behaald in de periode na 1 december 2014 volgende acties: vanaf 5 januari 2015 in Alluris worden ingevoerd. • Controleer je cijferlijst in HAN-SIS voor 1 december 82 2014. Missen er resultaten of constateer je fouten? Voor alle instituten: Neem dan zo spoedig mogelijk contact op met de Minoren en Alluris desbetreffende docent. Inschrijven voor een minor kan in 2014 in HAN-SIS. Vanaf • Op 1 december 2014 zal HAN-SIS sluiten. Dit betekent 2015 vindt de inschrijving op een minor in Alluris plaats. dat er vanaf dat moment geen cijfers meer kunnen Zie t.z.t. www.han.nl/insite/alluris voor de handleidingen FYSIOTHERAPIE FYSIOTHERAPIE FYSIOTHERAPIE 83 HAN VOORLICHTINGSCENTRUM Postbus 6960, 6503 GL Nijmegen T (024) 353 05 00 [email protected] Contactgegevens: Instituut Paramedische Studies Postbus 6960, 6503 GL Nijmegen Bezoekadres Nijmegen Kapittelweg 33, 6525 EN Nijmegen T (024) 353 11 11 F (024) 353 13 53 Redactie Opleidingsstatuut 2014 - 2015 Piet Leermakers, OS/OER redacteur IPS [email protected] Algemene informatie HAN VoorlichtingsCentrum (HVC) T (024) 353 05 00 [email protected] I www.han.nl
© Copyright 2024 ExpyDoc