Lees- en schrijfontwikkeling op het vmbo: de rol van betrokkenheid bij lezen en schrijven op school Middagconferentie ‘Weet wat je wilt met taal! Taalbeleid in het praktijkonderwijs’ Ilona de Milliano Universiteit van Amsterdam - IJsselcollege Ilona de Milliano Aanleiding • Veel jongeren hebben moeite met lezen en schrijven op een niveau dat wordt vereist op school, in de beroepspraktijk en het dagelijks leven. (Alliance for Excellent Education, 2006; Salahu-Din e.a., 2008) • In Nederland is vooral de situatie in het vmbo zorgelijk; 25% heeft moeite met het begrijpen van zijn lesboeken. (Hacquebord, 2004; 2007, Inspectie van het Onderwijs, 2008) Dit roept vragen op: • In hoeverre boeken vmbo-leerlingen vooruitgang in lees- en schrijfvaardigheid? • Welke factoren uit de schoolomgeving kunnen onderlinge verschillen verklaren? Betrokkenheid: gevoelens, gedrag en denken Het resultaat van wisselwerking tussen een leerling en zijn leeromgeving. Gevoelens * Vertrouwen in eigen vaardigheid * Belang en interesse in de taak Gedrag Denken * Participatie tijdens de les * Je uiterste best doen * Strategieën gebruiken Kenmerken effectief taalonderwijs • Taalgericht vakonderwijs en vakgericht taalonderwijs – Taalonderwijs koppelen aan vakinhouden; – bij zaakvakken aandacht voor taalondersteuning. Pluspunt: betekenisvolle leersituaties, verhoogt betrokkenheid • Interactieve taalsituaties – Interactie docent-leerling, en leerling-leerling. Pluspunt: taalproductie, voorbeeldgedrag, feedback • Extra aandacht voor vergroten van begrip – Veel aandacht voor woordenschat en metacognitieve kennis en strategieën; – minder aandacht voor lagere-ordevaardigheden. Pluspunt: Deze kennis essentieel voor begrip en uitvoeren van complexere taken Onderzoeksvragen 1. 2. 3. 4. In hoeverre gaan vmbo’ers vooruit in lees- en schrijfvaardigheid? Hoe betrokken zijn vmbo’ers bij lezen en schrijven op school? Hoe ziet het reguliere lees- en schrijfonderwijs in taal- en zaakvakken er uit en in welke mate zijn leerlingen betrokken? Welke rol speelt betrokkenheid in hun lees- en schrijfontwikkeling? Meerjarige studie Leerlingen • 63 Leerlingen uit basis/kaderberoepsgerichte leerweg van het vmbo; • substantiële achterstanden in lezen en schrijven; • géén leer- of gedragsstoornissen, zoals dyslexie of ADHD. Opzet • Gevolgd begin klas 1 tot en met eind klas 3; • diepte-studie in 2e klas. Instrumenten • SALSA begrijpend lees- en schrijftoets; • lesobservaties, vragenlijsten, docentinterviews en methodeanalyse; • hardop-denktaak met video-observaties. Vmbo’ers boeken vooruitgang in leesvaardigheid Leesvaardigheid Leesvaardigheid (0-65) Vooruitgang: (F(2,124)=37.87, p=.000, partial 2=.38). 48 47 46 45 44 43 42 41 40 39 38 37 7 8 Leerjaar 9 Vmbo’ers boeken vooruitgang in schrijfvaardigheid Schrijfvaardigheid Schrijfvaardigheid (0-450) Vooruitgang: (F(2,124)=16.123, p<.001; partial 2=.206) 350 300 250 200 150 100 50 0 7 8 Leerjaar 9 Denken Tamelijk betrokken bij lezen en schrijven op school Gebruik strategieen Uiterste best doen Gevoelens Belang in de taak Interesse in de taak Vertrouwen in eigen vaardigheid 0 1 2 3 4 5 Tamelijk betrokken bij lezen en schrijven Lesparticipatie MM Gedrag 75 Lesparticipatie NE 80 0 20 40 60 80 100 Nuancering van het stereotype is op zijn plaats: • vmbo’ers zijn wel degelijk betrokken bij lezen en schrijven; • geen stagnatie van lees- en schrijfontwikkeling. Oppervlakkige zelfregulatie • Het leesproces van de meeste vmbo’ers wordt gekenmerkt door oppervlakkige zelfregulatie: • gebrekkige oriëntatie op de tekst; • summiere controle van begrip; • tijdens het lezen weinig koppelingen met voorkennis. • Het schrijfproces van de meeste vmbo’ers heeft kenmerken van knowledge-telling: • locale en summiere planning en revisie; • weinig monitoren en evaluatie. Maar Leerlingen die vaker en meer geavanceerd reguleren hebben meer lees- en schrijfsucces. Beste prestatie Titel lezen Deeltitels lezen Plaatjes bekijken Herlezen Hulp vragen Woordenboek raadplegen Parafraseren Elboreren Indicatie begrip Indicatie onbegrip Gemiddelde prestatie Slechtste prestatie Aantal, type en volgorde van schrijfactiviteiten voor en tijdens het opschrijven van de tekst van de 6 beste, gemiddelde en slechtst presterende vmbo-leerlingen Voor het opschrijven Felicia (TK:95.5, TL:90) Tijdens het opschrijven P P P P P P P P P P P F T M P F T P P P T F T P P P T R T F T T P F T E Frabyen (TK:95.0, TL:70) P P P P P P P P P T F R T P T R F T P P P P P P P T F T E T E Maxime (TK:88.5, TL:82) P P P P P P S F F T F T P P T M T E T E Melissa (TK:80.0, TL:54) P P T S T F T M T S P E P P T S M P M Sabrina (TK:80.0, TL: 50) Ismail (TK:72.5, TL:29) Savannah (TK:36.0, TL:46) P P P P P P P P S P P T M T M T E P P P P P T M P P T M T S E P P P P T M T P P T E Hamza (TK:36.0, TL:26) P P P P P P T E Mustafa (TK:34.0, TL:22) P P P P T S T M Vito (TK:32.0, TL:61) Bresley (TK:30.0, TL:49) Yaser (TK:29.0, TL:28) Brian (TK:8.0, TL:83) Gemiddeld preseterende P P P P T P F M S T M M S E TK = Tekstkwaliteit (0-100) TL = Tekstlengte (aantal woorden) T = Transcriptie P = Plannen F = Formuleren M = Monitoren R = Reviseren E = Evalueren S = Stilte P P P T F T P P T S T M P P P P P P P P P T E P P T R T E Houda (TK:7.0, TL:27) P P P T F F T E Semmi (TK:6.5, TL:24) P P P P T P P T P M P M Rob (TK:6.0, TL:48) P T S T P P T P P P T E Fred (TK:5.5, TL:33) P P S P P P P S F T M P Jamal (TK:4.0, TL:17) Best presterende Slechtst presterende P P T P P M T F T F E 5 10 15 20 25 30 35 Weinig kenmerken van effectief taalonderwijs Nederlands (I) Instrumenteel lezen en schrijven 4% (I) Instrumenteel lezen 8% (I) Instrumenteel lezen 8% (T) Oefenen technisch begrijpend lezen en schrijven 23% (T) Spelling, grammatica en interpunctie 35% I = Instrumenteel T = Taalgericht (T) Woordenschat 6% (T) Strategieën en tekstsoorten 16% Weinig kenmerken van effectief taalonderwijs I = Instrumenteel T = Taalgericht Mens & Maatschappij (I) Instrumenteel schrijven 10% (I) Instrumenteel lezen 13% (I) Maken opdrachten in vakmethode 52% (I) Instrumenteel lezen en schrijven 16% (T) Spelling, grammatica en interpunctie 1% (T) Woordenschat 5% (T) Strategieën en tekstsoorten 3% Weinig interactieve taalsituaties Nederlands Mens & Maatschappij 9 Klassikaal 30 13 In groepjes Individueel 61 6 78 Mate van betrokkenheid •klassikale instructie: gemiddeld 90% van de tijd on-task; •individuele instructie: gemiddeld 67% van de tijd on-task. Beperkte bijdrage aan verklaren van verschillen Slechts enkele aspecten leveren bijdrage aan verschillen in niveau: • alleen plezier, participatie bij MM en gebruik van bepaalde strategieën maken een verschil. Betrokkenheid heeft zeer beperkte bijdrage aan verschillen in ontwikkeling: • alleen klassikale instructie gericht op metacognitieve kennis bij NE levert kleine bijdrage aan schrijfontwikkeling. Dat meer betrokken leerlingen vaardiger zijn, betekent niet automatisch dat deze leerlingen ook meer vooruitgang boeken. Mogelijke verklaringen De aard van de betrokkenheid van leerlingen en het onderwijs is zodanig dat het de lees- en schrijfontwikkeling onvoldoende stimuleert. Betrokkenheid leerlingen • Te hoge inschatting van eigen lees- en schrijfvaardigheid; • slechts gematigd plezier in lezen en schrijven; • te oppervlakkige zelfregulatie. Leeromgeving op school Onvoldoende uitdagend, betekenisvol en interactief om daadwerkelijk een verschil te maken in deze fase van de lees- en schrijfontwikkeling. Aanbevelingen voor het (praktijk)onderwijs Streven naar: • Vergroten van plezier in lezen en schrijven; • Uitbreiding repertoire lees- en schrijfstrategieën; • Naast vertrouwen geven ook blijven uitdagen. Hoe? • Uitdagende taken die aansluiten bij zaakvakken en leefwereld en toekomstige beroepspraktijk van vmbo-jongeren; • veel meer aandacht voor woordenschat en geavanceerde lees- en schrijfstrategieën; • minder nadruk op lage orde vaardigheden, zoals: technische vaardigheden, grammatica en spelling; • veel meer inhoudelijke interactie tussen docent en leerlingen, en leerlingen onderling. Ilona de Milliano Contact [email protected]
© Copyright 2024 ExpyDoc