Aan de ouders van groep 1/2. Bij deze alweer de tweede brief over het volgende thema. Van 12 mei t/m 30 mei gaan we werken over het thema familie. We behandelen dan: ik en mijn familie en familie ver weg. Zoals altijd staat 1 verhaal centraal. Dit keer is dit het boek : de mooiste moeder van Annemarie Bon. ( misschien is dit boek te leen in de bibliotheek?) Korte inhoud van het verhaal: Anne wil haar moeder eens lekker verwennen. Daarom heeft ze allerlei dingen bedacht die ze haar moeder wil laten doen. Dit varieert van een lekker ontbijtje tot een warm bloemenbad. Anne vindt het geweldig, maar haar moeder weet niet goed wat ze er van moet vinden. Als moeder op het eind van de dag wordt gefotografeerd als ‘mooiste moeder’ is Annes plannetjes helemaal gelukt. ( U kunt dit boek op internet vinden via; google digitale prentenboeken- digitale prentenboeken 1- youtube- de mooiste moeder- thema familie de mooiste moeder) Naar aanleiding van dit boek werken we verder het thema “familie” uit. Dit doen we als volgt: Taalontwikkeling: Woordenschat; verwennen, verrassen, geheim, verklappen, mee eens / oneens zijn, jaloers, streng. Familie, opa, oma, vader, moeder, oom, tante, jong, oud, enz. Voorspellen van een verhaal. Wat gebeurt er eerst en daarna. We behandelen de letters d en z met de volgende opzegversjes: De letter d van daan: Wat doet die domme daan? Die domme daan eet een dikke banaan Da,s dom van daan, die,s dom De schil zit er nog om. De letter z van zee: Ik ga met mijn zus naar zee Ik nam een zak met zuurtjes mee Mijn zus een zak met zoute drop We eten alle snoepjes op We spelen heel lang in het zand Lekker zeg, zo’n dagje strand. Verder behandelen we ook de midden en eindklank van een woord. Woorden nastempelen. Lettergrepen klappen van de namen van de kinderen. De eerste letter van je naam en van je achternaam. Rekenen: Sorteren en ordenen op kleur. De plaats van de fotograaf bij het maken van een familiefoto. Ver weg en dichtbij. Voorin en achterin. De weg weten. Korte en lange weg. Terugtellen van 10 naar 0 en van 20 naar 0. Telefoonnummers oefenen Cijfers en aantallen combineren. Zwaarder en lichter. Constructiemateriaal: De kinderen kunnen een huis bouwen waarin iedereen een eigen kamer heeft. De kinderen maken een vervoersmiddel om bij familie op visite te gaan. Wonen zij dichtbij of ver weg. Kunnen we met een auto, bus, trein of moeten we misschien met een boot of vliegtuig? Meten: Dichtbij – ver weg. Meten van afstanden. Wat is zwaarder – lichter. Meetkunde; Wat is de positie van de fotograaf als hij deze heeft gemaakt? Wat kunt u thuis doen: De opzegversjes herhalen. Misschien het boek in de bibliotheek lenen of via internet met het kind bekijken. Spelletjes doen met de familie (of gezin). b.v. u neemt een spel speelkaarten. Daarvan haalt u de kaarten met een cijfer eruit. Daarmee gaan we spelen. Het kind verdeeld de kaarten eerlijk over iedereen. Iedereen draait om de beurt 1 kaart om. Wie heeft het hoogste getal/ die mag de kaarten hebben. Wie heeft aan het eind de meeste kaarten? Dit kan natuurlijk ook met het laagste getal. Of laat het kind kaarten op een rij leggen van 1 t/m 10. Iedereen doet zijn ogen dicht en 1 iemand draait 1 kaart om of verwisseld 2 kaarten. Welke kaart ligt niet goed op de getallenlijn? Wie het weet mag dan kaarten omwisselen. Gezelschapsspelen zijn altijd leuk om met de familie te doen zoals; memory, ganzenbord, enz. Ik zie , ik zie, wat jij niet ziet en het begint met de letter d, z. Oefenen met de dagen van de week, maar ook vandaag, gisteren, eergisteren, morgen en overmorgen. De jaargetijden: de lente, de zomer, de herfst, de winter. Het verhaal van school na laten vertellen. ( zie het boek) Wat is onze achternaam? Wat is ons telefoonnummer? De kinderen hebben al geoefend met de straatnaam waar ze wonen maar een telefoonnummer wordt moeilijk. Maar het is echter wel belangrijk. Is er iemand in de familie waarvan zijn naam begint met de letter……. Hoeveel stukjes hebben hun naam als je hun naam klapt? O-pa heeft 2 stukjes en grootva- der? Kun je rijmen op de naam…….. Hoe heten je broertjes en zusjes. En hoe heten je neefjes en nichtjes?( Voor de kinderen zijn neefjes/nichtjes en broertjes/zusjes vaak hetzelfde.) Als U op familiebezoek gaat: zie je onderweg ergens de letter….. is de straatnaam hetzelfde als onze straatnaam? Hebben ze hetzelfde huisnummer? Is het hoger of lager? Staan erop de verkeersborden ook letters/ cijfers? Wat hebben ze voor vorm? Kleren en schoenen passen van elkaar. Pas jij de schoenen van papa en papa die van jou? Waarom niet? zijn ze te groot te klein? Zet alle schoenen uit het gezin eens van groot naar klein. Wie heeft de grootste/kleinste maat? Maak eens een goede rij van het gezin naast elkaar van groot naar klein. Wie is de grootste/kleinste. Maak die rij ook eens van jong naar oud. Is de rij nu hetzelfde? Of een rij van kort naar lang haar. Wat vragen wij aan u? We willen graag dat de kinderen als het mogelijk is om een familie/gezinsfoto mee te nemen naar school te nemen. Vergeet u niet naar de nieuwe verteltafel van juffrouw Souad en meester Ouchacha te kijken die zoals altijd in de hal van de school staat. Wij hopen dat u bij deze weer wat informatie heeft gekregen over het nieuwe thema : familie. Heeft u nog vragen? U kunt altijd even bij ons in de klas langs komen. Juf Gracia.
© Copyright 2024 ExpyDoc