Zelfzorg - Diabetesvereniging Nederland

Zelfzorg bij patiënten in de 1e en de 2e lijn.
Samenvatting van de lezingen door mw. drs. B. Anema, kaderarts diabetes bij
zorggroep De Ondernemende Huisarts en dr. R. Erdtsieck, internist/endocrinoloog in het
Máxima Medisch Centrum, gehouden op maandag 17 maart 2014 voor de
Diabetesvereniging Nederland, Regio Peel & Kempen.
door J. Kerssen
Drs. Anema
Mw. Anema is kaderarts diabetes. Er werd gevraagd: wat is een kaderarts?
Een kaderarts is een huisarts die na zijn/haar opleiding een extra nascholing van 2 jaar
volgt om meer te weten van een bepaalde ziekte, in het geval van mw. Anema diabetes.
De taak van een kaderarts is andere huisartsen bij te scholen en 1 maal per jaar de
vorderingen bij de behandeling van de betreffende ziekte te rapporteren.
Aspecten van zelfzorg/zelfmanagement:
Zelfmanagement veronderstelt de aanwezigheid bij de patiënt van inzicht, motivatie en
vaardigheden/kennis.
Niet elke patiënt kan of wil zelf de regie over zijn/haar eigen diabetes nemen. Indien een
patiënt daar niet zelf toe in staat is, maar een verzorgende wel, moet de verzorger van
informatie worden voorzien.
De educatie moet worden afgestemd op de bereidheid en mogelijkheden van de
betrokkene.
Vlak na het stellen van de diagnose heeft de patiënt nog te weinig kennis en
zelfvertrouwen om zelf de regie rondom zijn ziekte ter hand te nemen en is intensieve
ondersteuning door zorgprofessionals nodig.
Naarmate de kennis toeneemt, neemt het zelfvertrouwen en de betrokkenheid van de
patiënten toe en komt er meer inzicht in de wijze van werken door de zorgverleners.
De volledig geïnformeerde patiënt is in staat de regie in eigen hand te nemen waardoor
de zorg beter gaat aansluiten bij het dagelijkse leven en de kwaliteit van leven
toeneemt. (De patiënt ziet de huisarts maar 4 maal per jaar maar heeft wel elke dag
diabetes).
Voor zelfzorg relevante vaardigheden:
•
correcte inname/toediening medicatie en/of insuline
•
op juiste wijze uitgevoerde zelfcontrole van de bloedglucose
•
handelen op grond van de verkregen uitkomsten
•
gezond voeding- en beweegpatroon
•
regelmatige controle voeten
Zelfcontrole kan een bijdrage leveren aan zelfmanagement:
•
geeft inzicht in de factoren die de bloedglucose bepalen
•
draagt bij aan het bereiken van een goede bloedglucose-regulatie
•
het is niet aangetoond dat zelfcontrole helpt bij verbeteren van de glucoseinstelling als iemand DM2 heeft en alleen tabletten gebruikt.
Het vermogen tot zelfmanagement kan negatief worden beïnvloed door:
•
leeftijd
•
multimorbiditeit (meerdere ziekten, bijv. ook blind, of reuma, of dement)
•
aanwezigheid van meervoudige beperkingen
•
aanwezigheid depressie
1
Als iemand afhankelijk is van mantelzorg, wordt de educatie gericht op de
mantelzorg(ers)
Zelfzorgondersteuning:
De zorggroep kan op maat ondersteuning leveren voor de zelfzorg.
De mogelijkheden zijn:
1.
Semas
2.
Semas plus
3.
Shared decision making (SDM)
4.
Individueel zorgplan (IZP)
5.
Groepscursussen
6.
eHealth
7.
Professionalisering zorgverleners
1. Semas (Selfmanagement Screening):
•
26 vragen o.a. betreffende angst, depressie, sociale steun (gezinssituatie),
omgaan met problemen en stress, eigen effectiviteit
•
meten van het vermogen tot zelfmanagement
•
in kaart brengen van barrières
•
inzicht in de mogelijkheden van de patiënt voor zelfzorg
•
individuele ondersteuning huisarts/ praktijkondersteuner/ ketenpartners
2. Semas plus
•
Start nieuw project van DOH, Philips Research en IQ healthcare in 2013
•
Borduurt voort op Semas, identificeren van mogelijke barrières therapietrouw
•
Verder ontwikkelen en onderzoek in 2014 in een effectiviteitstudie
•
Door identificeren barrières therapietrouw
•
Specifieke interventies (“ingrepen”) ontwikkelen.
3. SDM, Shared Decision Making (samen beslissen)
•
streven: patiënten ervaren gezamenlijke verantwoordelijkheid met zorgaanbieder
voor de te maken keuzes in (niet) behandelen
•
het model is in concept ontwikkeld en wordt getest in 2014
•
is in samenwerking met InEen, (Kwaliteitsinstituut voor de 1e lijn) en de
Universiteit Maastricht
•
Doel: praktisch toepasbaar model voor SDM in ketenzorg
4. IZP, Individueel Zorgplan
•
De zelfzorgmogelijkheden van de patiënt en de voorkeuren van de patiënt
worden, na samen beslissen (SDM), vastgelegd in het individuele zorgplan (IZP)
van die patiënt.
•
Het IZP wordt ingebracht in het KIS (keten informatie systeem, het
computerprogramma voor uitwisseling van gegevens tussen de partners in de
zorgketen) en is beschikbaar voor de patiënt.
•
Het werken met het IZP vereist scholing van praktijkondersteuner/huisarts/
ketenpartners
•
Het IZP wordt jaarlijks besproken en aangepast:

Aandacht voor valkuilen, belemmeringen en mogelijkheden van de
patiënt.

nieuwe persoonlijke doelen afspreken

MGP (zie p.3): thuis inzien IZP en aanvullingen als zelfmetingen
5. Groepscursussen
•
Zijn bedoeld voor nieuwe DM2 patiënten
2
•
ELDES: “Eindhoven Long Term Diabetes Education Study”: wetenschappelijk
evaluatie op lange termijn (2.5 jaar) op (kosten)effectiviteit door DOH en het
Julius Centrum van UMC Utrecht m.b.v. Europese subsidie
•
200 patiënten nemen deel aan de studie, 100 in interventiegroep
•
Patiënten zijn geselecteerd met behulp van Semas
•
1ste helft van 2014 cursussen in Eindhoven
•
2de helft 2014 cursussen Geldrop/ Mierlo/ Heeze/ Someren
Er is ook een groepscursus “Stoppen met roken”, in samenwerking met Sinefuma.
Deze wordt door de verzekeraar vergoed.
6. eHealth
Informatieve websites en mobiele applicaties
Doel 1: selectie aan te bevelen websites en mobiele applicaties o.b.v. input van
zorgverleners en Patiënten Advies Raad
Doel 2: inzicht in gebruik van en ervaring met apps en websites bij zorgverleners
Doel 3: websites en applicaties via praktijkwebsite en evt. in KIS en HIS (huisarts
informatie systeem) integreren
MGP: “Mijn Gezondheids Platform”: www.mijngezondheidsplatform.nl
•
patiënten portal (toegang) tot de ketenzorgcomputer
•
uitwisselen met de zorgverlener van zelf te meten waarden: bloeddruk, glucose
en gewicht
•
bloeduitslagen digitaal inzien > beter voorbereid op consult
•
e-mail contact tussen patiënt en zorgverlener
•
digitale coaches: - voeding, - bewegen, - stoppen met roken
7. Professionalisering zorgverleners
“Doen en blijven doen”:
Huisartsen, praktijkondersteuners en ketenpartners leren zelfzorg te stimuleren
Per aandachtspunt:
•
doel vastleggen
•
belemmerende factoren in beeld brengen
•
acties afspreken
•
steun/advies geven
•
evalueren
Fasen van gedragsverandering: - openstaan - begrijpen -- willen – kunnen – doen –
blijven doen.
Zelfzorg in de praktijk:
•
inzicht in de mate waarin zelfzorg een plek heeft gekregen in de huisartspraktijk
•
kijken naar gebruik IZP
•
kijken naar registratie van andere zelfzorgactiviteiten:

eHealth interventies

Thuismetingen

MGP gebruik
De digitale praktijk:
•
meer gebruik technische mogelijkheden, ICT en social media > samen met TUE
•
Bij inzetten ICT: aansluiten bij de vraag door patiënten
•
eConsult, online afspraken en herhaalrecepten
•
andere ICT toepassingen:

digitaal invullen vragenlijsten ter voorbereiding consult

individualiseren oproepen: brief, e-mail of sms

uitwisseling informatie ketenpartners
Het sleutelwoord voor succes bij dit alles:
-o-o-o-o-o-o-o-o3
TEAMWORK !
Dr Erdtsieck
Begon zijn presentatie met een filmpje:
http://www.youtube.com/watch?feature=player_detailpage&v=O5tFkHgbCdo
Dat de titel weergeeft:
Zelfmanagement, u staat zelf aan het roer
In het Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement wordt de volgende definitie voor
zelfmanagement gehanteerd:
“Het vermogen van chronisch zieken om zelf te kunnen kiezen in hoeverre men de regie
over het leven in eigen hand wil houden en mede richting wil geven aan hoe
beschikbare zorg wordt ingezet, om een zo optimaal mogelijke kwaliteit van leven te
bereiken of te behouden”.
“In navolging van de American Association of Diabetes Educators (AADE) kunnen
binnen het proces van zelfmanagement zeven zelfzorg gedragingen onderscheiden
worden die uiteindelijk de gezondheidsuitkomsten bepalen, te weten
1) gezond eten,
2) lichamelijk actief zijn,
3) monitoren,
4) medicijnen nemen,
5) problemen oplossen,
6) gezonde ‘coping’, en
7) het reduceren van risico’s.
Het gaat bij diabetes zelfmanagement met andere woorden om een complex van
gedragingen die een beroep doen op zowel medisch-technische als psychosociale
vaardigheden.”
Dit alles is best gecompliceerd; een beeld van de punten waaraan aandacht moet
worden gegeven in het dagelijks leven:
4
Gezondheid wordt beïnvloed door factoren zoals stress, bewegen, eten, slapen en alle
daarmee samenhangende details. Maar als je er niet uitkomt, is er hulp te krijgen.
Een belangrijk onderdeel van zelfmanagement is dat u zelf een rol kunt hebben in
uw behandeling. De zorgverleners zijn er om u te helpen, maar ú staat aan het
roer!
Dit kan betekenen:
• Dat u informatie verzamelt over uw ziekte
• Dat u uw medicijnen juist en op tijd inneemt
• Dat u goed naar uw lichaam luistert
• Dat u hulp zoekt bij anderen als dat nodig is, bijvoorbeeld familie of vrienden
• Dat u samenwerkt met zorgverleners (dat kan .a. via een Individueel Zorgplan,
zie de presentatie van dokter Anema)
• Dat u zelf besluiten neemt
In Nederland zijn er al erg veel manieren om zelfmanagement (bij DM) te ondersteunen:
• Huisarts
• Ziekenhuis
• DVN
• Verzekeraars
• Internet/e-health. Op Internet staan op de site;
http://www.zelfmanagement.com/tools/diabetes/? veel websites die allerlei
informatie bieden over eigen vaardigheden, ervaringskennis, eigenaandeel in de
zorg en leven met diabetes.
• Ook de website van de DVN www.dvn.nl biedt veel informatie.
Wat kan het ziekenhuis bieden?
• Informatie
• Kennis
• Nieuwe(re) behandelingen:
– Medicatie
– Techniek
• Ondersteuning
– Cursussen
• Praktische hulp en advies
• Onderzoek
Wat heeft het Máxima Medisch Centrum?
• Patiënten
• Artsen
• Diabetesverpleegkundigen
• Diëtisten
• Podotherapie
• Voetenteam
• Psychologen
Vooral teamwork.
Maar ook veel ervaring, een internist in het MMC begeleidt ca. 500-700 DM patiënten.
Naast de hier genoemde disciplines die deel uitmaken van het diabetesteam, zijn
er natuurlijk vele andere disciplines in het centrum die ingeschakeld kunnen worden.
Voorbeelden
--- Pomptherapie:
Voor pomptherapie zijn er diverse workshops zoals: keuze van de pomp, omgaan met
de pomp, haal meer uit je pomp.
5
--- Sensor.
Met een glucosesensor wordt iedere 5 minuten de bloedglucosespiegel gemeten. Dit is
een krachtig hulpmiddel voor het instellen. Er is (nog?) geen directe aansturing van een
pompje door een sensor. De software daarvoor probeert men te ontwikkelen.
Een sensor maakt het bloed prikken niet overbodig, dat blijft 4 x per dag nodig om de
ijking van de sensor in orde te houden. Ook is sensor + pomp een dure aangelegenheid,
kosten per jaar 6000 – 8000 euro, Wordt alleen gebruikt voor patiënten met grote
instelproblemen.
---Hypobewust cursus.
Bedoeld voor patiënten (met hun partners!) die veel last van hypo’s hebben en die niet
goed voelen aankomen. In deze, met de VU gemaakte, cursus, leert men beter
aanvoelen. Dat leidt tot minder zorgen over hypo’s en meer zelfvertrouwen in een goede
regeling.
--- Insuline resistentie programma.
Dit is gericht op mensen met overgewicht en relatief hoog insulinegebruik.
Onder intensieve begeleiding door een diëtiste, een fysiotherapeut, een
diabetesverpleegkundige en een psycholoog wordt een blijvende gewichtreductie van
20 % bereikt.
--- Onderzoek en studies:
Onderzoek aan medicatie.
Samen met de TU wordt een diabetessimulator programma ontwikkeld.
Samen met de universiteit van Tilburg wordt aan psychologische vragen gewerkt.
Zelfmanagement en hulpverleners; de rollen veranderen:
Ook hulpverleners zullen zich hieraan moeten aanpassen.
Acceptatie:
• Hoe herken je als hulpverlener het moment dat mensen toe zijn aan zelf
management?
• Zijn hiervoor criteria te definiëren?
• Is er aandacht voor het leren omgaan met tegenvallers en slechte dagen?
Leren omgaan met de ziekte:
• wordt er uitgegaan dat mensen verschillende leerstijlen hebben en wordt niet
iedereen tot dezelfde methode gedwongen?
(bijvoorbeeld in een groep?)
Begeleiding en coaching bij zelfmanagement
• praktisch invullen
 Geef me niet alleen informatie, maar vertel me ook hoe ik het kan doen
 vanuit ervaring van de hulpverlener met de praktijk
• adviezen op het niveau dat de patiënt wil:
 alleen maar 'hoeveel aardappelen, groenten en vlees' of:
 rekenen in koolhydraten en glycemische index
Chroniciteit:
Van mensen met een chronische ziekte kan natuurlijk niet altijd verwacht wordt dat zij
hier continu mee bezig zijn, ook hiervoor moet begrip en aandacht zijn bij de
hulpverleners.
•
•
•
juist op momenten dat ik zelf niet zoveel aandacht heb voor mijn diabetes gaat
het slechter, ik wil graag dat mijn hulpverlener daar alert op is en het dan
aankaart
ik wil niet alleen een berisping als ik niet afval, maar ook een schouderklop als
het goed gaat
mijn leven verandert regelmatig en mijn mate van discipline ook, ik wil aandacht
en hulp van de hulpverlener om steeds opnieuw te kijken of er nog evenwicht is
tussen mijn behandeling en mijn leven
6
•
•
•
•
•
•
ik blijf regelmatig contact met een hulpverlener nodig hebben
acceptatie gaat ook in golven, mijn hulpverlener en ikzelf moeten daar alert op
blijven.
Voor doorgaan met het gewone leven was niet altijd aandacht:
Mijn bedrijf gaat gewoon door, in een spannende tijd is mijn diabetes wel eens
niet zo belangrijk, maar hulpverleners blijven alleen maar gericht op mijn ziekte
Je blijft moeder, ik heb gemerkt dat ik mijn hypo’s kan uitstellen tot ik alles voor
de kinderen goed geregeld heb
Toen mijn vader overleed is de aandacht voor de diabetes en bewegen een tijd
weggevallen, ik was daarna veel minder fit en ging tegen bewegen opzien. Met
de DVK kon ik hier niet over praten.
Conclusie:
Zelfmanagement:
• Biedt veel mogelijkheden
• Niet voor iedereen op dezelfde manier
• Maatwerk
• Goede zorg op het goede moment op de goede plaats
• Geen moeten maar mogen/kunnen
-o-o-o-o-o-o-o-o-
Vragenuurtje: zie pagina 8
7
Enkele notities uit het vragenuurtje:
- Hoe is het met generieke medicijnen?
Bij medicijnsubstitutie is de werkzame stof gelijk. De hulpstoffen kunnen verschillen, ook
de hoeveelheid werkzame stof kan tot 15% verschillen. Met de verzekeraars is recent
afgesproken rust te brengen op medicijngebied en tot januari 2016 geen medicijnen te
substitueren.
- Kan je, als je als medicijn alleen Metformine gebruikt, hypo’s krijgen?
Neen, niet in strikte zin, niet te lage bloedsuikerwaarde, maar als je moe en hongerig
bent kan dat best wel een soort hypo-gevoel geven. Ook als je een tijd lang hoge
glucosewaarden hebt gehad en daalt naar een normaal niveau kan dat een quasi hypogevoel geven.
Metformine verhoogt de gevoeligheid van het lichaam voor insuline, maar stimuleert niet
de insulineproductie.
- Is glucose meten nuttig voor iemand met DM 2?
Ja, kan nuttig zijn, zeker als ook insuline wordt gebruikt. Bij alleen gebruik van tabletten
leidt meten niet tot betere regulatie.
- Worden voor iemand met DM2 die alleen tabletten gebruikt de strips vergoed als
een IZP wordt opgesteld?
Neen. Wel kan er bij de arts wel eens een metertje geleend worden of kan men 50 gratis
strips krijgen om de overgang naar insulinegebruik voor te bereiden.
- Hoe is het met de vergoeding van podotherapie en pedicure?
De verzekeraar koopt bij de zorggroep een totaalpakket, incl. de eventuele podotherapie
en pedicure. Dat betekent dat je van de door de zorggroep gekozen praktijken gebruik
moet maken. Bij classificatie SIMS 0 wordt geen voetzorg vergoed. Bij SIMS 1, slechte
doorbloeding en/of geen gevoel, wordt vergoed als zelfzorg niet gaat.
- Wanneer verwijst de huisarts naar de 2 e lijn?
Daarvoor is een Landelijke Transmurale Afspraak.
Globaal komt het er op neer dat verwijzing plaats vindt voor mensen met DM1 en voor
mensen met DM2 die complicaties krijgen.
Ook kan een “korte loep”, een tijdelijke behandeling bij een specialist tot het probleem
verholpen is en dan weer terug naar de huisarts.
Gebeurt momenteel ook voor instellen op GLP1 therapie.
-o-o-o-o-o-o-o-o-
8