Projectvoorstel Heerenveen 1 Projectvoorstel: Heerenveen Status

Projectvoorstel Heerenveen
Projectvoorstel: Heerenveen
Status: definitief
Datum: 29 april 2014
1
Projectvoorstel Heerenveen
Inhoudsopgave
GROEP 1: ALGEMEEN .............................................................................................................................. 4
1. Naam indiener of indieners ............................................................................................................. 4
Duurzaamheidsplatform Heerenveen .................................................................................... 4
De Wolff Nederland Windenergie .......................................................................................... 4
Eneco ................................................................................................................................... 4
A-Warefoodgroup ................................................................................................................. 5
Lidl Nederland GmbH ............................................................................................................ 5
Noordenwind........................................................................................................................ 5
Staatsbosbeheer ................................................................................................................... 5
Omrin ................................................................................................................................... 6
Feriening Fryske Doarpsmûnen (Vereniging Friese dorpsmolens) ........................................... 6
2. Contactpersoon ............................................................................................................................... 6
3. Postadres ......................................................................................................................................... 6
4. Telefoon en emailadres ................................................................................................................... 6
5. Datum en handtekening (en) indieners(s)....................................................................................... 6
GROEP 2: WINDPARK .............................................................................................................................. 7
6. Het plan heeft globaal betrekking op de volgende gebieden ......................................................... 7
7. Aantal windturbines ........................................................................................................................ 7
8. Opstelling......................................................................................................................................... 8
9. Juridische status indieners ............................................................................................................ 10
10. Sanering ....................................................................................................................................... 10
GROEP 3: OMGEVING ............................................................................................................................ 11
11. Onderzoeken windpark ............................................................................................................... 12
12. Effecten natuur en milieu ............................................................................................................ 14
13. Betrokkenheid omgeving ............................................................................................................ 16
14. Afspraken omgeving .................................................................................................................... 16
2
Projectvoorstel Heerenveen
15. Financiële participatie ................................................................................................................. 18
GROEP 4: BESLUITVORMING ................................................................................................................. 19
16. Standpunt Gemeente .................................................................................................................. 19
17. Formele besluitvorming .............................................................................................................. 19
18. Grondpositie en Financiële analyse windpark............................................................................. 19
19. Garantie sanering ........................................................................................................................ 20
3
Projectvoorstel Heerenveen
GROEP 1: ALGEMEEN
1. Naam indiener of indieners
Introductie
Dit projectvoorstel komt voort uit een, door het Duurzaamheidsplatform Heerenveen gevormde
Initiatiefgroep. Deze groep bestaat verder uit potentiele afnemers van groene stroom,
ontwikkelbedrijven en/of producenten, een grondeigenaar en dienstverlenende organisatie. Deze
partijen hebben elkaar gevonden in hun belangen en ambities in het betreffende gebied en
verduurzaming van de energievoorziening.
Een zeer belangrijke randvoorwaarde voor de Initiatiefgroep is draagvlak en participatie (niet alleen
in de financiële zin, maar ook in het planproces zélf) van lokale bewoners en bedrijven. Door de
omgeving actief te betrekken bij de planontwikkeling streven wij naar een windenergieproject voor,
door en met het gebied te realiseren. Dit initiatief moet worden gezien als onderdeel van een breder
traject waarin de verduurzaming van de Heerenveense energievoorziening centraal staat. Wij
nodigen lokale bewoners, belanghebbenden, dorpsbelangen en bedrijven uit om zich aan te melden
om actief mee te ontwikkelen in dit proces.
Duurzaamheidsplatform Heerenveen
Het Duurzaamheidsplatform Heerenveen(DPH) pleit m.b.t. windenergie al
langer voor een maatschappelijk haalbaarheidsonderzoek waarbij ook
rekening wordt gehouden met alternatieve vormen van duurzame energie.
Uitgangspunt van DPH is dat ook de regio Heerenveen in 2020 voldoet aan
de nationale doelstelling van 14 % duurzame energieopwekking. De
opwekking van groene energie is zeer belangrijk vanwege de noodzakelijke
terugdringing van de CO2 uitstoot en voor de toekomstige energievoorziening. Dit is zowel van
groot belang voor de bevolking alsook voor de vergroening van de bedrijfsvoering van
bedrijven en hun producten en diensten. Daarmee is duurzame energie dus ook van
levensbelang voor de ontwikkeling van de werkgelegenheid in onze regio.
De Wolff Nederland Windenergie
De Wolff Nederland Windenergie (WNW) heeft ruim 20 jaar ervaring op
alle vlakken in de windenergiemarkt. WNW is actief in het gehele traject
van de windenergiemarkt; van projectontwikkeling, beheer en realisatie
tot aan service en onderhoud. Sinds 1995 is WNW één van de marktleiders in Nederland, en
zijn circa 350 windturbines gerealiseerd; zowel solitaire windturbines als lijn- en
clusteropstellingen.
Eneco
Eneco is een geïntegreerd Nederlands energiebedrijf met o.a. 6
aandeelhoudende gemeenten uit Friesland. Onze visie is om samen een
duurzame en decentrale energievoorziening te realiseren. De focus ligt
hierbij momenteel op de goedkoopste duurzame energiebron, onze Wind. Hierbij zijn wij actief
4
Projectvoorstel Heerenveen
van ontwikkeling tot beheer. Eneco wekt met behulp van windenergie al voor ruim 500.000
mensen aan elektriciteit op.
A-Warefoodgroup
A-ware Food bouwt een kaasfabriek in Heerenveen. Voor de productie is zeer
veel energie nodig. Vanuit het maatschappelijk ondernemen wordt groene
energie zeer wenselijk geacht. Indien omwonenden hier mee kunnen instemmen
is energie uit wind zeer toepasbaar.
Lidl Nederland GmbH
Lidl is één van de grootste supermarktketens van Nederland met inmiddels ruim 380 filialen.
We bieden onze klanten ‘de hoogste kwaliteit voor de laagste prijs’. Vandaag en in de
toekomst. Daarom nemen we in ons dagelijks handelen onze verantwoordelijkheid en
hebben we zowel bij de inkoop van onze producten als bij bouw van filialen aandacht voor
duurzame aspecten. Afgelopen jaar heeft Lidl in Heerenveen het meest duurzame
distributiecentrum van Nederland geopend. Op het dak staan 2.300 zonnepanelen waarmee
het distributiecentrum van duurzame energie wordt voorzien. Lidl vindt het belangrijk om
samen met de omgeving meer initiatieven voor een duurzame energietransitie te ontplooien
en wil vanuit deze gedachte een bijdrage leveren aan de realisatie van windenergie in
Heerenveen. Lidl is met u ‘Op weg naar morgen!’.
Noordenwind
Noordenwind is een Vereniging voor Collectief Bezit van Windmolens,
die zich richt op het bevorderen van duurzame energieprojecten in
Noord-Nederland en speciaal voor windenergie. De vereniging
exploiteert al meer dan 25 jaar windturbines in Noord-Nederland.
Daarnaast is Noordenwind bezig met een aanvraag voor een AFM vergunning om het
realiseren van financiële participaties van burgers en organisaties in nieuwe projecten voor
windenergie mogelijk te maken. Noordenwind heeft een aantal van haar turbines beschikbaar
voor opschaling in nieuwe projecten voor wind op land.
Staatsbosbeheer
Staatsbosbeheer levert – naast natuur, recreatie en landschap - bijdragen in de
behoefte aan duurzame grondstoffen (zoals hout en biomassa) en duurzame
energie. Staatsbosbeheer beheert 7% van het Nederlandse oppervlak en
daarmee kunnen we ook een wezenlijke bijdrage leveren aan de productie van
windenergie op onze terreinen. In- en rond het initiatiefgebied Heerenveen heeft
Staatsbosbeheer een aantal bosjes in beheer (of in erfpacht uitgegeven aan de gemeente).
Hierdoor is Staatsbosbeheer betrokken bij het initiatief. Als een windmolen op grond van
Staatsbosbeheer geplaatst zou worden, dan zal de financiële opbrengst een bijdrage leveren
aan o.a. het beheer van recreatieve voorzieningen in het gebied en zal het ten goede komen
aan participanten in de omgeving.
5
Projectvoorstel Heerenveen
Omrin
Omrin is de publieke afvalinzamelaar en – verwerker van de Friese gemeenten.
Omrin, de handelsnaam van twee juridisch gescheiden N.V.’s (N.V. Fryslân
Milieu (afvalinzameling) en Afvalsturing Friesland (afvalverwerking) heeft als
visie geformuleerd: ‘Toonaangevend in inzameling en verwerking, terugwinning
van grondstoffen en de productie van duurzame energie’. Toepassing van
windenergie sluit hier naadloos bij aan.
Feriening Fryske Doarpsmûnen (Vereniging Friese dorpsmolens)
Feriening Fryske Doarpsmûnen is een overkoepelende vereniging van 9 dorpsmolenclubs in
Fryslân met 10 windturbines en een opgesteld vermogen van 3,3 MW. Participatie van
omwonenden in een windpark vergroot het draagvlak en kan een bijdrage leveren aan de
financiering en leefbaarheid. De FFD wil het participatieve concept van 'dorpsmolens' graag
uitdragen aan andere dorpen en stadswijken.
Bovenstaande partijen hebben de handen ineen geslagen om een verkenning op te starten om te
komen tot de realisatie van windenergie. Het belangrijkste uitgangspunt van deze samenwerking is
draagvlak en participatie van lokale bewoners. Door de omgeving actief te betrekken bij het planproces
wordt er toegewerkt naar een windenergieproject voor, door en met het gebied.
2. Contactpersoon
Dirk van den Berg, Voorzitter Duurzaamheidsplatform Heerenveen
3. Postadres
Fonteinkruid 18, 8445 RT Heerenveen
4. Telefoon en emailadres
Tel. 06-23284224
Email: [email protected]
5. Datum en handtekening (en) indieners(s)
6
Projectvoorstel Heerenveen
GROEP 2: WINDPARK
6. Het plan heeft globaal betrekking op de volgende gebieden
Noordoost
Wierde
Kanaal
IBF
Haskerveen
Het zoekgebied omvat globaal het Internationaal Bedrijventerrein Friesland (IBF), Klaverblad
Noordoost en bedrijventerreinen het Kanaal, Haskerveen en de Wierde.
In een masterplan zullen de mogelijkheden voor windenergie onderzocht worden. Elk van de vijf
zoekgebieden heeft gebiedspecifieke kenmerken. Deze kenmerken, de samenhang tussen de gebieden
en de belangen van omwonenden bepalen de inpassing van windenergie.
7. Aantal windturbines
In het totale zoekgebied wordt uitgegaan van 4 - 10 windturbines, conform de richtlijn van ‘Fryslan
foar de wyn’. Het aantal, de opstellingsmogelijkheden en de afmetingen van de windturbines zullen
nader onderzocht worden.
Nominale vermogen:
- Er wordt uitgegaan van een vermogen van de windturbines liggend tussen de 2 en 3,5 MW, de
exacte mogelijkheden moeten verder worden onderzocht.
Ashoogte:
- Er wordt uitgegaan van een ashoogte van de windturbines tussen de 80 en 100 meter, de
exacte hoogte zal nader onderzocht en uitgewerkt worden.
Rotordiameter:
- Er wordt uitgegaan van een rotordiameter van de windturbine die ligt tussen de 100 en 120
meter maar dient nader onderzocht en uitgewerkt te worden.
Rotatiesnelheid:
- Maximale rotatiesnelheid zal liggen tussen de 13 en de 16 omwentelingen per minuut maar
dient nader onderzocht en uitgewerkt te worden.
7
Projectvoorstel Heerenveen
8. Opstelling
Het geniet de voorkeur om met de windturbines herkenbare patronen te creeren. Dit zal in het proces
met de omgeving worden bepaald. Om een goed beeld te krijgen van een windpark zijn van de twee
mogelijke locaties visualisaties gemaakt. Deze visualisaties zijn gemaakt op basis van mogelijke
opstellingen en zegt dus niets over het eindresultaat. In eerste instantie wordt uitgegaan van een
zichtpunt per locatie. In het vervolgproces kunnen de visualisaties aangepast worden naar de wens
van bijvoorbeeld de omgeving. Als opstelling van de windturbines wordt uitgegaan van de
conceptopstelling zoals op onderstaande afbeelding wordt aangegegeven. De zichtlocaties zijn in
onderstaande afbeelding weergegeven. Tevens is gekozen voor de maximale opzet; in de visualisaties
wordt uitgegaan van windturbines met een ashoogte van 100 meter en een rotordiameter van 120
meter.
Zichtpunt 2
Zichtpunt 1
8
Projectvoorstel Heerenveen
Foto 1: visualisatie zichtpunt 1
Foto 2: visualisatie zichtpunt 2
9
Projectvoorstel Heerenveen
9. Juridische status indieners
Er zijn nog geen formele stappen gezet richting een juridische samenwerking. De initiatiefnemers
hebben de intentie om windenergie middels een integraal plan ten westen en ten oosten van het
klaverblad met elkaar te gaan ontwikkelen, mits er voldoende draagvlak bij de lokale bevolking en
bedrijven is.
De initiatiefnemers willen een bijdrage leveren aan de verduurzaming van Heerenveen. De
initiatiefnemers zetten in op de realisatie van windenergie op de genoemde bedrijfsterreinen. De
samenwerking is uniek; door het brede consortium aan partijen, wordt er ingezet op een gedragen
windenergie-initiatief. Voor de initiatiefnemers staat buiten kijf dat draagvlak in de omgeving het
belangrijkste uitgangspunt is bij het ontwikkelen van dit windenergieproject. De initiatiefnemers willen
op korte termijn hun samenwerking formaliseren door middel van een intentieverklaring.
De initiatiefnemers willen gezamenlijk met de omgeving de windenergieplannnen uitwerken. Op dit
moment ligt het planproces volledig open; hier zal met de omgeving invulling aan gegeven worden.
Gezamenlijk worden de mogelijkheden uitgewerkt en wordt het vervolgproces bepaald. In het
vervolgproces wordt duidelijk hoe de samenwerking met elkaar en voor de belanghebbende gebieden
eruit gaat zien. Een processchema is bijgevoegd als bijlage.
Samenwerking andere initiatieven in de buurt
Er is gebleken dat er rond Heerenveen verscheidene initiatieven in ontwikkeling zijn. Initiatiefnemers
zijn bereid om de samenwerking te zoeken met de andere initiatiefnemers om zo, in nauwe
samenwerking met de omgeving, een (breed) draagvlak te creëren voor een gezamenlijk gekozen en
uitgewerkt windinitiatief. Dit zouden we graag uitvoerig willen uitwerken en goed de tijd nemen voor
overleg met de omgeving en de andere initiatiefnemers. Gezien het korte tijdspad en de veelvoud
aan ingediende initiatieven, was het niet mogelijk om vóór eind april al tot concrete afspraken te
komen. De eerste gesprekken met de andere 2 initiatieven rond deze locatie hebben plaats
gevonden.
10. Sanering
Saneringsmogelijkheden kunnen gevonden worden binnen:
 het netwerk van De Wolff Groep. Binnen dit netwerk worden er 28 windturbines geheel of
gedeeltelijk geëxploiteerd. Totaal vermogen is circa 17,3 MW. Er kan hiervoor dus 17,3 x 4 =
69,2 MW voor worden teruggeplaatst. Verder kunnen de windturbines van de verschillende
initiatiefnemers die een samenwerking met De Wolff groep zijn aangegaan ook ingezet
worden voor sanering. Het gaat hier om 10 windturbines met een totaal vermogen van circa
6,5 MW, hiervoor kan dus 6,5 x 4 = 26 MW worden teruggeplaatst. Hieronder is in de
saneringskaart aangeven waar de verschillende windturbines ongeveer staan in Friesland.
Daarnaast zijn er door de Wolff in Friesland circa 80 windturbines ontwikkeld en gebouwd
met een totaal vermogen van ongeveer 55 MW. Aan een groot aantal van deze windturbines
wordt ook service en onderhoud verricht. Volgens de overzichten staan in Friesland circa
340 windturbines met een totaal vermogen van 170 MW. De Wolff is dus betrokken geweest
bij bijna 25% van alle windturbines en bij 25% - 30% van het vermogen. Kortom het netwerk
van De Wolff groep is groot, waardoor aan de saneringsopgave voldaan kan worden bij de
realisatie van het initiatief. De insteek is om zoveel mogelijk te saneren in de buurt van het
ingediende initiatief. De Wolff Groep is in principe bereid en in staat om in Fryslân elders te
saneren als dat nodig en/of mogelijk zou zijn om zo aan de provinciale doelstellingen te
kunnen voldoen. Daarnaast wordt voor de bestaande windturbine-eigenaren de
mogelijkheid geboden om te participeren in het windpark. Afhankelijk van het uiteindelijk
aantal te realiseren windturbines wordt bepaald hoeveel bestaande windturbines
10
Projectvoorstel Heerenveen


daadwerkelijk gesaneerd moeten worden. Verder dient er rekening te worden gehouden
met de technische en financiele levensduur van een windturbine. Om kapitaalvernieting te
voorkomen zal er in sommigge gevallen moeten worden dubbelgedraaid. Door hier voor te
kiezen kan het enthousiasme van turbineeigenaren worden vergroot en wordt de financiele
haalbaarheid verbeterd.
de Vereniging Noordenwind. Noordenwind exploiteert 7 turbines in Friesland en heeft
neemt deel in het windpark A7 met een gezamenlijk vermogen van circa 2 MW in Friesland.
Dit vermogen kan, afhankelijk van de slagingskans van dit en andere projecten worden
benut om de saneringsopgave in te vullen;
de Feriening Fryske Doarpsmûnen (FFD). De FFD vertegenwoordigt 9 windturbines met een
totaal vermogen van 2,3 MW. Ook voor dit vermogen geldt dat het, afhankelijk van de
kansrijkheid van dit project en overige initiatieven ingezet kan worden voor sanering. Een
besluit daarover ligt bij de individuele leden van FFD
11
Projectvoorstel Heerenveen
GROEP 3: OMGEVING
11. Onderzoeken windpark
Om een windpark mogelijk te maken zijn verschillende onderzoeken noodzakelijk. Een deel van deze
onderzoeken kan pas starten als de opstellingsvariant bekend is. Momenteel is er een concept
opstelling welke met omwonenden besproken wordt.
Geluid
Voor de concept opstelling is een geluidscontour opgesteld volgens het werkelijke geluidsniveau
(Strenger dan de huidige norm), deze vindt u terug in de bijlage 1 A en B. Geluidscontouren zijn voor
elke turbine merk en type verschillend. Zo kan het zijn dat een ander merk / type meer of minder
geluid produceert. Windturbines kunnen ook worden terug geregeld zodat deze minder geluid
produceren. Terug regeling is in de bijgevoegde geluidscontour nog niet voorzien maar is wel
noodzakelijk.
Het jaargemiddelde geluidniveau Lden veroorzaakt door een windturbine of windpark mag bij een
geluidgevoelig object (bijvoorbeeld een woning) niet meer bedragen dan 47 dB. Daarnaast geldt een
ten hoogst toelaatbare waarde voor het jaargemiddelde geluidniveau in de nachtperiode Lnight van
41 dB. De geluidnorm geldt per inrichting, ongeacht het aantal turbines of het type turbine. Wel kan
het bevoegde gezag voor een inrichting een lagere norm stellen om zo rekening te houden met
cumulatie vanwege meerdere inrichtingen met windturbines. Meer informatie vindt u op;
http://www.rvo.nl/onderwerpen/duurzaam-ondernemen/duurzame-energieopwekken/windenergie-op-land/milieu-en-omgeving/geluid/geluidnormering
Slagschaduw
Voor de concept opstelling is een slagschaduwcontour opgesteld. Voor het gemiddeld aantal zonuren
is gebruikt gemaakt van gegevens van het KNMI. De slagschaduwcontour vindt u in bijlage 1 C en D.
In de huidige concept optelling is een stilstandvoorziening noodzakelijk.
Ten behoeve van het voorkomen of beperken van slagschaduw en lichtschittering is de windturbine
voorzien van een automatische stilstandvoorziening die de windturbine afschakelt indien
slagschaduw optreedt ter plaatse van gevoelige objecten voor zover de afstand tussen de
windturbine en de gevoelige objecten minder dan 12 maal de rotordiameter bedraagt en gemiddeld
meer dan 17 dagen per jaar gedurende meer dan 20 minuten per dag slagschaduw kan optreden en
voor zover zich in de door de slagschaduw getroffen uitwendige scheidingsconstructie van gevoelige
gebouwen of woonwagens ramen bevinden.
12
Projectvoorstel Heerenveen
Aan de hand van rekenmethodes is van tevoren vast te stellen op welke dagen en op welk moment
van de dag een slagschaduw kán optreden. Of de slagschaduw ook echt optreedt op de voorspelde
dagen, hangt af van de volgende punten:
 of die dagen onbewolkt zijn;
 of er op die dagen genoeg wind is om de molens te laten draaien;
 of de wind precies waait uit de richting waar de zon staat, omdat de oppervlakte van de
schaduw die de windturbine werpt dan het grootste is;
 de windturbine wordt uitgerust met een stilstandvoorziening, die geïmplementeerd is in de
besturingssoftware. Hierdoor schakelt de turbine alleen uit als slagschaduw daadwerkelijk
optreedt.
In de praktijk blijkt dat de stilstandvoorziening de financiële exploitatie niet in gevaar brengt wanneer
de windturbines vanwege de geluidsnormen al op ruim voldoende afstand van huizen staan.
Meer informatie vindt u op; http://www.rvo.nl/onderwerpen/duurzaam-ondernemen/duurzameenergie-opwekken/windenergie-op-land/milieu-en-omgeving/slagschaduw
Een greep uit onderzoeken die nog niet zijn uitgevoerd zijn onder andere;
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
Luchtvaart toets
Radarverstoringstoets Defensie
Landschaps onderzoek
Planschade onderzoek
Onderzoek Externe veiligheid
Meetcampagne windsnelheid op locatie
Effecten op beschermde gebieden
Effecten op beschermde soorten
Milieu Effect Rapportage
Onderzoek Aansluiting openbaar elektriciteitsnet
Uitwerking financiële participatie
Deze onderzoeken zijn nog niet uitgevoerd.
13
Projectvoorstel Heerenveen
12. Effecten natuur en milieu
Technische beoordeling
Om de haalbaarheid van een windpark te bepalen is voor de aangegeven locatie een quickscan
gemaakt. Hieronder zijn de punten weergegeven die zijn meegenomen in de technische beoordeling
en het resultaat daarvan.
Rijkswegen
Bij het plaatsen van genoemde windturbines dient rekening gehouden te worden met de
beleidsregel voor het plaatsen van windturbines op, in of over rijkswaterstaatwerken. In deze
beleidsregel wordt aangegeven dat windturbines minimaal 30 meter uit de rand van een
rijkswaterstaatwerk moeten worden geplaatst. Een windturbine met een rotordiameter tot 120
meter moet minimaal 60 meter uit de rand van een rijkswaterstaatwerk worden geplaatst. Doordat
het dichtstbijzijnde rijkswaterstaatwerk op ruim meer dan 60 meter ligt, wordt voldaan aan deze
beleidsregel.
Archeologie
De cultuurhistorische kaart van de provincie Friesland geeft inzicht in de archeologische waarden die
aanwezig zijn in het landschap in de vorm van vlakken/lijnen of punten. Er wordt door de
cultuurhistorische waardenkaart onderscheid gemaakt tussen de steentijd – bronstijd en de ijzertijd
– middeleeuwen. Een deel van het plangebied van het windenergieproject is in de cultuurhistorische
waardenkaarten ingedeeld in categorie 3. Bij categorie 3 beveelt de provincie aan om bij ingrepen
van meer 5000m² een historisch en karterend onderzoek te verrichten. Mochten er, als gevolg van
het karterend archeologisch onderzoek, een of meerdere vindplaatsen worden aangetroffen, dan zal
uit nader (waarderend) onderzoek moeten blijken hoe waardevol deze vindplaatsen zijn. De aard van
dit waarderend (vervolg)onderzoek hangt af van het type aangetroffen vindplaats en de strategie van
onderzoek dient te worden bepaald door het desbetreffende onderzoeksbureau. Indien de
vindplaats een nieuw aangetroffen terp betreft, geldt het advies: waarderend onderzoek op terpen.
De resultaten van het karterend onderzoek kunnen ook uitwijzen dat de voorgenomen ingreep niet
bezwaarlijk is of met welke randvoorwaarden in het plan rekening dient te worden gehouden.
Aangezien er in het plangebied geen ingreep van meer dan 5000m² gepland staat, is er geen
noodzaak tot nader onderzoek. Er zijn op het gebied van archeologie dan ook geen beperkingen te
verwachten.
Natuur
Bij de ontwikkeling van het windpark zijn wettelijke regels van toepassing op het gebied van
natuurbescherming. De natuurbescherming gaat in op een tweetal aandachtsgebieden, de
bescherming van dieren en planten en de bescherming van natuurgebieden.
De Flora- en Faunawet regelt de bescherming van dieren en planten (soortenbescherming). In de
Flora- en Faunawet is onder andere het soortenbeschermingsdeel van de (Europese) Habitatrichtlijn
en Vogelrichtlijn geïmplementeerd.
De soortenbescherming is geregeld in de Flora- en Faunawet, en de gebiedsbescherming is geregeld
in de Natuurbeschermingswet. De Natuurbeschermingswet regelt de bescherming van gebieden die
in het kader van de Vogelrichtlijn en Habitatrichtlijn beschermd moeten worden. Alleen binnen die
aangewezen gebieden is de wet van toepassing. De ecologische hoofdstructuur bevindt zich op circa
2 km van de dichtstbijzijnde windturbine. Het windpark zal met de inpassing rekening houden met
deze ecologische hoofdstructuur.
14
Projectvoorstel Heerenveen
Bij het vervolg van het project wordt uiteraard nader onderzoek gedaan naar de flora en fauna. Op
basis van de uit te voeren MER procedure wordt duidelijk in hoeverre het nodig is om een ontheffing
aan te vragen op basis van de Flora- en Faunawet en de natuurbeschermingswet.
Straalpaden en vliegroutes
Windturbines kunnen in sommige gevallen voor storing zorgen bij plaatsing in bepaalde straalpaden
voor telecommunicatie (KPN). Er wordt met de plaatsing van de opstelling voldoende ruimte
gehouden naar het dichtstbijzijnde straalpad, zodat door de plaatsing van de beoogde windturbines
geen verstoring plaats zal vinden. Niet alleen straalpaden van telecommunicatie kunnen verstoord
worden, de defensie radar kan ook verstoord worden. De aangegeven locatie ligt in het
radarverstoringsgebied van de vliegbasis Leeuwarden en Radarstation Wier. Door de geruime afstand
van ca. 25 km tot zowel de vliegbasis en als het Radarstation Wier zijn er op het gebied van
radarverstoring geen problemen te verwachten. In het vervolgproces zal er toetsing plaatsvinden
door TNO inzake de eventuele radarverstoring. Tevens zijn in het plangebied geen laagvliegroutes
aanwezig, er zijn hiervoor dus geen beperkingen.
Externe veiligheid
Een belangrijk aspect in de vervolgprocedures is de externe veiligheid. Voor het plaatsen van
windturbines gelden regels en eisen ten aanzien van de externe veiligheid. In het handboek
Risicozonering 2013 (actualisatie van het handboek risicozonering 2005) worden advies afstanden en
risicozoneringen benoemd voor de plaatsing van windturbines nabij objecten. Zo moet er rekening
gehouden worden met gasleidingen, spoorlijnen, hoogspanningskabels en rijkswaterstaatwerken. In
het vervolgproces wordt er uitgebreid onderzoek gedaan naar externe veiligheid. Op voorhand
worden er geen beperkingen verwacht op het gebied van externe veiligheid.
In het handboek risicozonering wordt aangegeven dat de afstand tot de hoogspanningslijn ongeveer
131-250 meter moet bedragen afhankelijk van de gekozen turbine.
MER (Milieu Effect Rapportage)
De MER procedure zal gestart worden nadat er planologische medewerking wordt verleend door de
provincie. In deze MER procedure zal onderzocht worden welke opstelling van windturbines het
beste tot zijn recht komt in het plangebied. Uiteraard wordt er nauw overleg gevoerd met de
omgeving zodat tot een optimale variant wordt gekomen.
CO2 reductie
De groene Elektriciteit die met het windpark wordt opgewekt is CO2 vrij! In vergelijking met de
gemiddelde elektriciteitsproductie in Nederland bespaart het windpark 27,2 miljoen Kg CO2 uitstoot.
De opbrengsten en milieueffecten van het windpark zijn groot! Het windpark zal, indien er 10
windturbines worden gesitueerd jaarlijks ongeveer 80.000.000 kWh aan groene stroom produceren.
Bij een gemiddeld gezinsverbruik van 3.300 kWh per jaar is dit gelijk aan het jaarlijkse
energieverbruik van ruim 24.000 gemiddelde huishoudens!
Behalve de opbrengsten en besparingen die de windturbines opbrengen, is er nog een aspect
waarmee meer en meer rekening moet worden gehouden. Dit zijn de maatschappelijke kosten die de
productie van energie met zich mee brengen bij opwekking van stroom uit fossiele brandstoffen.
Deze maatschappelijke kosten (zoals gezondheidsklachten door de mindere luchtkwaliteit en
aanwezige fijnstof, verwerking en langjarige opslag van radioactief afval, etc.), komen (nog) niet voor
rekening van de elektriciteitsproducent. Deze kosten zijn derhalve ook niet verwerkt in de prijs van
elektriciteit en worden bij de opwekking uit (schone) windenergie geheel vermeden. Opwekking van
duurzame (wind)energie is dan ook van groot belang voor heden en de toekomst.
15
Projectvoorstel Heerenveen
13. Betrokkenheid omgeving
Omwonenden en belanghebbenden zijn vanaf het begin betrokken bij de planontwikkeling.
Gestart is met twee verkennende gesprekken (26 februari en 19 maart) tussen de Initiatiefgroep en
vertegenwoordigers van besturen van Plaatselijk Belang en Wijken rond het zoekgebied. Op hun
verzoek is een derde bijeenkomst georganiseerd op 8 april waarin proefpresentaties zijn gegeven
gericht op de informatie avonden voor de bevolking. Aan de hand van de discussie en ingebrachte
suggesties worden de presentaties verder geconcretiseerd. In mei worden in 7 dorpen en wijken
informatieavonden georganiseerd, beginnend op 13 mei in Vegelinsoord. Dan staat het nader
informeren van de bevolking en het inventariseren van wensen, verwachtingen en randvoorwaarden
centraal met het oog op het gewenste draagvlak en participatie. Daarnaast is inmiddels afgesproken
door de Energiecoöperatie Aengwirden, A-ware, Lidl, Omrin en DPH een A7 Werkgroep Duurzame
Energie op te richten die zich naast andere duurzame energie alternatieven ook richt op
energiebesparing.
Uit een eerste overleg met het bedrijfsleven rond het zoekgebied bleek bij meerdere bedrijven
belangstelling voor het afnemen van windenergie. Ala de dorpen rond het zoekgebied worden in mei
informatiebijeenkomsten met bedrijven georganiseerd.
Voor wat betreft het lokale bedrijfsleven zijn gesprekken gevoerd met de OKH(Ondernemers Kring
Heerenveen). Op grond daarvan staat vast dat de OKH de wens heeft om een bijdrage te leveren aan
de energiediscussie binnen de gemeente Heerenveen. Er bestaat nadrukkelijk de wens om een
bijdrage te leveren aan verlaging van energiekosten voor ondernemers mede door het stimuleren
van lokale opwekking van duurzame energie al dan niet in de vorm van windenergie. Nadrukkelijke
participatie van de OKH is mogelijk als de planvorming en randvoorwaarden duidelijk zijn en er
voldoende draagvlak bestaat bij de achterban.
14. Afspraken omgeving
Participatie van omwonenden is een essentiële voorwaarde voor het realiseren van dit windpark. Het
maken van afspraken met omwonenden en andere belanghebbenden vooraf kan de formele
besluitvorming achteraf zeer bespoedigen.
De initiatiefnemers vinden het belangrijk dat de omwonenden zo goed mogelijk worden
geïnformeerd. Door open en transparant te handelen kan er een hoop wantrouwen bij de
omwonenden en andere belanghebbenden worden weggehaald. Het is belangrijk dat er een
discussie wordt gevoerd op basis van feiten en niet op basis van emoties. Dit is de reden waarom de
initiatiefnemers de omwonenden en de belanghebbenden willen betrekken in het proces. De
initiatiefnemers willen op een faire en open manier de discussie opstarten met de omwonenden en
direct belanghebbenden.
Deze partijen zijn gevraagd om mee te denken over het proces om tot een gedragen gezamenlijke
invulling te komen. Daarnaast worden gesprekken gevoerd over hoe de participatie ingevuld moet
worden. Hierbij wordt gedacht aan de regelingen die onderstaand uitgewerkt zijn. In het
vervolgproces zal verder ingegaan worden op het windenergieproject. De direct omwonenden die
geen initiatiefnemer zijn, kunnen mogelijk in aanmerking komen voor compensatie. Het gaat om de
omwonenden of direct belanghebbenden in een straal van 1 km om een windturbine.
16
Projectvoorstel Heerenveen
Het lokaal laten neerslaan van de inkomsten kan op de volgende manieren vorm gegeven worden;
Lokale energiecoöperatie
Een coöperatie heeft als doel om windenergie te bevorderen en burgers bij elkaar te brengen. In een
bestuur dat gezamenlijk met haar leden beslissingen neemt kunnen omwonenden optimaal worden
betrokken. Doordat de leden investeren, profiteren zij optimaal van onder andere de financiële de
voordelen van windenergie. Indien er een lokale energie coöperatie wordt opgericht zijn
initiatiefnemers bereid om hiermee samen te werken en kunnen de inkomsten in het gebied blijven.
Gebiedsgebonden bijdragen
In dit principe komt er een deel van de inkomsten van het windpark ten goede aan de omgeving
zonder dat hiervoor hoeft te worden geïnvesteerd. Een vooraf afgesproken bedrag per gerealiseerde
MW wordt gestort in een daartoe op te richten fonds. De gelden van dit fonds worden gebruikt voor
investeringen in het gebied en bijvoorbeeld voor een jaarlijkse bijdrage aan de dorpsbelangen. Als
referentie kan er worden gekeken naar de Windenergie Hoeksche Waard waar een éénmalige
fondsbijdrage van €15.000,- per MW werd gedaan. De provincie Flevoland en Groningen hanteren een
gebiedsgebonden bijdrage van € 1050, -/MW/jaar.
Compensatie omwonenden. Een jaarlijkse bijdrage leveren aan de omwonenden. Hierbij wordt
differentiatie op basis van de woonafstand tot het windpark toegepast per huishouden. Deze kan
bijvoorbeeld als volgt zijn;
<500 meter. Deze omwonenden kunnen participeren in het project
>500 meter - <750 meter = vergoeding nader uit te werken
<1000 meter = vergoeding nader uit te werken
Voor het compenseren van omwonenden en/of direct belanghebbenden zal er circa € 1500, - per
gerealiseerde MW per jaar vrij gemaakt worden. In samenspraak met deze belanghebbenden zal
besproken worden welke vorm van compensatie gekozen gaat worden en welke bedragen voor welke
vorm beschikbaar gesteld worden. Initiatiefnemers kiezen ervoor om uit te gaan van een hoger bedrag
dan wat gebruikelijk is in de markt. De provincies Flevoland en Groningen vragen een gebiedsgebonden
bijdrage van € 1050, - per MW per jaar. Er van uitgaande dat het initiatief windpark zal bestaan uit 10
windturbines van elk 3 MW, zal dat globaal een besteedbaar bedrag opleveren van € 45.000, - per jaar.
De verdeling van dit bedrag en de keuze voor de vorm (bovenstaande regelingen) waarin de bijdrage
wordt gegeven willen initiatiefnemers in het vervolgtraject overleggen en afspreken met omwonenden
en dorpsbelangen. Voor een praktijkvoorbeeld, kijk op (http://projecten.eneco.nl/windparkhouten/fonds/). Het genoemde bedrag is een reële inschatting op basis van de marktomstandigheden
van 2014 (bijvoorbeeld SDE+ regeling, turbine prijzen, rente tarieven, etc.).
Daarnaast zal de gemeente inkomsten gaan ontvangen vanuit het windpark via legesheffing en jaarlijkse
OZB. Uitgaande van het model van Fryslan foar de Wyn zal er vanuit de leges (eenmalig) globaal
€600.000 binnen komen. Daarnaast zal er vanuit OZB op basis van ongeveer 30 MW ongeveer € 40.000 –
45.000 per jaar worden ontvangen door de gemeente.
17
Projectvoorstel Heerenveen
15. Financiële participatie
Vormen van participatie waar aan gedacht kan worden is onder andere:
Obligatie uitgifte
Met de uitgifte van obligaties wordt het mogelijk gemaakt voor belanghebbenden om obligaties te
kopen. Met deze obligaties kunnen geïnteresseerden een aandeel nemen in het windpark. Voor een
vooraf af te spreken bedrag worden tegen een vaste rente voor een vaste periode obligaties
uitgegeven. Voor bijvoorbeeld het project de Nieuwe Waterweg wordt deze participatiemogelijkheid
opgenomen. (http://www.windparknieuwewaterweg.nl/#./meedoen_participatie). Voor Windpark
Houten zijn de obligaties eerder al uitgegeven
(http://projecten.eneco.nl/windpark-houten/obligaties/).
Het eventuele percentage wat vrij gemaakt wordt voor participatie door omwonenden zal minimaal
5% van het project bedragen. Hierop wordt een jaarlijks rendement gegeven van 5%. Er zal worden
uitgegaan van obligaties met een looptijd van minimaal 5 jaar. Als we kijken naar referentie
projecten, dan zien we dat bijvoorbeeld in Flevoland en op Goeree-Overflakkee uitgegaan wordt van
participatie van 2,5 %. De initiatiefnemers vinden het belangrijk om hier ruim boven te zitten.
Daarnaast is het erg belangrijk dat een project op een goede manier gefinancierd kan worden. Mocht
er een hoger percentage op een redelijke manier financierbaar zijn, dan zijn initiatiefnemers bereid
om het percentage te verhogen. Als we uitgaan van het model van Fryslan foar de Wyn is de totale
investering van dit plan van ongeveer 30MW circa € 41.000.000, -. 5 % hiervan wordt beschikbaar
gesteld voor obligaties. Dit is ongeveer €2.050.000. Hierop wordt een jaarlijks rendement gegeven
van 5 %. Hiermee vloeit jaarlijks nog ongeveer €102.500 terug naar de omgeving.
Ook zou er bijvoorbeeld gedacht kunnen worden aan een meer maatschappelijke vorm van
compensatie en participatie. Hierbij kunnen we denken aan de volgende vormen:
Garantie van Oorsprong certificaten voor bedrijven
Voor de opgewekte duurzame stroom van de windturbines worden certificaten afgegeven. Met deze
certificaten, ook wel garanties van oorsprong genoemd, kan aangetoond worden dat de stroom
duurzaam opgewekt is. Door de bedrijven in het plangebied certificaten aan te bieden van de
opgewekte stroom van de windturbines, leveren de windturbines direct haar bijdrage aan het
verduurzamen van de bedrijven.
Stroom afname door Bedrijven
Bedrijven in de regio kunnen in de gelegenheid worden gesteld om de plaatselijk opgewekte
windenergie direct af te nemen. Duurzaamheid komt daarmee dichterbij het bedrijf en is ook
zichtbaar voor eigen klanten.
Educatie
Educatie is een belangrijk middel voor de bewustwording omtrent duurzame energie. Door
informatie te verstrekken en het organiseren van open dagen tot het inrichten van een educatief
duurzaam centrum behoren tot de opties om mensen goed te informeren over de voordelen van
duurzame energie. Een voorbeeld van een educatieplek: http://windlab.eneco.nl/.
Gebiedsontwikkeling
Door het windpark een recreatieve functie mee te geven, worden omwonenden en belangstellenden
betrokken bij het windpark. Door het plaatsen van informatie borden, picknickplaatsen en fietspaden
wordt het windpark betrokken in de recreatieve functie die het gebied heeft. Er kan echter ook gedacht
worden aan het ontwikkelingen van natuur.
18
Projectvoorstel Heerenveen
Met belanghebbenden wordt besproken welke regelingen toegepast kunnen worden. Dit vergroot de
draagvlak voor het windenergieproject omdat de participatiemogelijkheden zijn afgestemd op de
behoeften van de belanghebbenden. Belangrijk is dat met de in de punten 14 en 15 genoemde
regelingen een mix gemaakt kan worden waardoor voldoende compensatie wordt geboden voor
omwonenden die binnen een straal van 1 kilometer van het windpark wonen, maar ook voldoende
biedt voor omwonenden buiten de 1 kilometer grens. Oprecht een park dat voor het gebied is. Als
mogelijke referentie hebben we een folder van windpark ‘Nieuwe Waterweg’ toegevoegd aan de
bijlage. Hierin wordt onder andere weergegeven hoe omwonenden kunnen participeren in het
project
GROEP 4: BESLUITVORMING
16. Standpunt Gemeente
De gemeente Heerenveen heeft in het verleden altijd aangegeven medewerking te willen verlenen
aan een windinitiatief op het bedrijventerrein Het Kanaal. De verouderde structuurvisie van de
provincie Fryslân “Windstreek 2000” stelde echter dusdanige beperkende voorwaarden waardoor
het windinitiatief nooit van de grond is gekomen.
De provincie heeft eerder in de “ontwerpstructuurvisie Windstreek 2012” een groot zoekgebied
aangewezen voor windenergie in Heerenveen. De beperkte communicatie en grootte van dit plan
heeft voor veel weerstand gezorgd. De gemeenteraad van Heerenveen heeft hierop besloten een
zienswijze in te dienen tegen dit provinciale plan.
Inmiddels heeft de Initiatiefgroep contact gehad met het College van B&W en de raadsfracties. Qua
aanpak van de Initiatiefgroep kan het College zich vinden in de gehanteerde methode om van
onderop de realisatiemogelijkheden van een klein windmolenpark te verkennen. Dit standpunt wordt
ook gedeeld door een meerderheid van de raadsfracties waarmee informele gesprekken zijn
gevoerd. Het uiteindelijke standpunt van de gemeente wordt mede bepaald door de uitkomsten van
het overleg met de bevolking en het bedrijfsleven. Omdat het zoekgebied grenst aan de gemeenten
De Friese Meren en Opsterland zijn daarmee inmiddels ook contacten gelegd en zijn deze ook
uitgenodigd voor de informatie avonden in Vegelinsoord en Luxwoude.
17. Formele besluitvorming
Er zijn momenteel nog geen stappen gezet tot formele besluitvorming/vergunning. Dit kan pas als er
breed draagvlak is in de omgeving en de Provincie Friesland besluit dat een windpark bestemd kan
worden in de gemeente Heerenveen.
18. Grondpositie en Financiële analyse windpark
Een deel van de betreffende gronden zijn in eigendom van de initiatiefnemers. Zo brengen
bijvoorbeeld Omrin, Lidl, A-ware en WNW hun eigen grondposities in waar mogelijk turbines kunnen
worden gesitueerd. Het andere deel van de benodigde grond is van de gemeente Heerenveen. Tussen
initiatiefnemers, grondeigenaren (waaronder de gemeente Heerenveen) en bedrijven zijn in beperkte
mate samenwerkingsverbanden afgesloten. Deze overeenkomsten zijn ondergeschikt aan het belang
van de omgeving. De financiële situatie van het windpark is beperkt verkend. Gezien de windsnelheid
en beschikbare infrastructuur achten wij een windpark haalbaar. Afhankelijk van de verschillende
initiatiefnemers zal gekozen worden voor projectfinanciering en/ of balansfinanciering. Bij de realisatie
zal alle ruimte zijn voor deelname door verschillende partijen zoals lokale bedrijven en lokale
19
Projectvoorstel Heerenveen
energiecoöperatie(s). Indien de wens bij lokale partijen niet uit gaat naar deelname in het eigen
vermogen (maar het karakter heeft van bijvoorbeeld (achtergestelde) leningen) zijn de ontwikkelende
partijen in ieder geval bereid en in staat om het project te financieren.
De Wolff Nederland Windenergie (www.de-wolff.nl; hierna: WNW) heeft in de afgelopen jaren een
uitstekend track record opgebouwd en een groot aantal projecten gefinancierd. Tevens heeft WNW
een groot aantal windturbines in exploitatie. Een aantal projecten dat door WNW ontwikkeld en
gerealiseerd is, zijn bijvoorbeeld:
- Windpark Zuidwal op de maasvlakte in het havengebied van Rotterdam
http://www.de-wolff.nl/referentie.php?ref=148
- Windpark Landtong in het Havengebied van Rotterdam
http://www.de-wolff.nl/referentie.php?ref=177
WNW heeft de afgelopen jaren bewezen een solide en ervaren marktpartij te zijn voor de financiering
van projecten. Projecten worden door middel van een projectfinanciering gerealiseerd. Door de
huidige moeizame financiële markt wordt het steeds belangrijker dat ervaren partijen met een
uitgebreid trackrecord betrokken zijn bij de ontwikkeling en realisatie van windenergie.
Eneco zet vol in op duurzame energie. Naast Zon, Waterkracht, Geothermie, Restwarmte en
Biomassa is Windenergie een harde groeier. Momenteel heeft Eneco ruim 600MW aan
windenergieprojecten gerealiseerd en wordt er in 2014 en 2015 ruim 250MW bijgebouwd. Deze
projecten bevinden zich voornamelijk in Nederland maar ook in België en in Schotland. Aantal
recentelijk gerealiseerde of in ontwikkeling zijn windparken;
- Windpark Hoevensche beemden, provincie Brabant gemeente Ettenleur
http://projecten.eneco.nl/windpark-hoevensche-beemden/
- Windpark Luchterduinen, Wind op Zee in ontwikkeling
- http://projecten.eneco.nl/eneco-luchterduinen
-
Greep uit andere duurzame projecten
http://www.eneco.com/nl/activiteiten/projecten-portfolio/
Eneco financiert haar projecten grotendeels vanuit haar eigen balans.
19. Garantie sanering
Voor de afbraak van de turbines na 27,5 jaar is het gebruikelijk dat er een civielrechtelijke
overeenkomst wordt afgesloten met de gemeente waarin een verplichting wordt opgenomen voor
een reservering tot afbraak.
20
Projectvoorstel Heerenveen