vanderbeyl Installatiehandleiding OLB typen: OLB-200 dds, OLB-200 es OLB-300 dds, OLB-300 es OLB-500 dds, OLB-500 es Inhoud 1 vanderbeyl boilers, type OLB 1.1 Beschrijving 1.2 Levering 1.3 Technische informatie 1.4 Toepassingsmogelijkheden 1.5 Voorwaarden voor cv-ketel installatie 1.6 Regeltechniek 1.6.1 Instellen gewenste temperatuur 1.6.2 Jumper instelling ketelcontact 1.6.3 Toerentalregeling oplaadpomp 1.6.4 Display weergave 1.6.5 Storingen 1.7 Onderhoud 4 4 4 4 6 6 6 6 6 7 7 7 7 2 Installeren 2.1 Plaatsen OLB oplaadboiler 2.2 Aansluiten cv-zijdig 2.3 Aansluiten tapwaterzijdig 2.4 Elektrisch aansluiten 8 8 8 8 9 3 In bedrijf stellen 3.1 Tapwaterzijdig vullen en ontluchten 3.2 CV-installatie vullen 3.3 Instellen regelaar 3.4 In bedrijf nemen van de installatie 10 10 10 10 10 4 Garantievoorwaarden 11 Veiligheidsrichtlijnen Let op! Bij de installatie van de vanderbeyl boilers moet rekening gehouden worden met de volgende voorschriften: Het is de verantwoordelijkheid van de installateur NEN 1010 om de gebruiker van de installatie op de volgende veiligheidsbepalingen voor laagspanningsinstallaties en plaatselijke gedragsregels te wijzen. elektrische veiligheidsrichtlijnen. De boilerthermostaat of (ketel)regelaar dient niet lager te worden ingesteld dan 60 °C. De boiler- NEN 1006 temperatuur mag niet langer dan 1 dag lager zijn algemene voorschriften voor drinkwaterinstallaties AVWI dan 60 °C. Is dit wel het geval, bijvoorbeeld als met bijbehorende werkbladen gevolg van een storing of uitschakeling tijdens een vakantieperiode, dan dient men voorafgaand NEN 3028 aan het warmwatergebruik allereerst: veiligheidseisen voor centrale verwarmingsinstallaties - De inhoud van de boiler te verhitten (hoger dan 65 °C). De VEWIN werkbladen - Het water in de boiler te verversen door middel van het openzetten van een warmwaterkraan. Voorkom hierbij verneveling van het water tijdens het spoelen van de tappunten. Na een vakantieperiode bevelen wij aan om het Dit document is met alle mogelijke zorg samengesteld. gehele leidingnet (zowel koud als warm water) Er kunnen echter geen rechten aan worden ontleend. te doorspoelen met vers water. Itho bv kan geen verantwoording op zich nemen voor eventuele fouten of gevolgen daarvan. 1 vanderbeyl boilers, type OLB 1.1 Bovenaanzicht Beschrijving B3 B1 B3 B1 B2 De vanderbeyl OLB boiler maakt gebruik van het zogenaamde oplaad principe. In ditCVA +systeem wordt het tapwater door middel CVR CVA van een warmtewisselaar buiten het opslagvat inEPSeen keer van koud naar de gewenste tapwatertemperatuur WWgebracht L7 L8 en vervolgens in het vat opgeslagen. Dit principe garandeert WW + KW + REC I EPP CVR een correcte, stabiele tapwater aanvoertemperatuur naar de REC tappunten en een optimale maximale warmte-overdracht van S L1 L6 het cv-water aan het tapwater. De ingebouwde regeling zorgt L2 ervoor dat pomp en cv-ketel wanneer nodig ingeschakeld worden. KW = koudwater 1” buitendraad (OLB-200) L3 KW De warmtewisselaar, oplaadpomp en regeltechniek zijn L4 1V” buitendraad (OLB-500) 1W” buitendraad (OLB-300) WW = warmwater 1” buitendraad (OLB-200) geïsoleerd gemonteerd op het opslagvat. De OLB oplaadboiler AF L5 wordt volledig bedrijfsklaar geleverd en de installateur dient alleen zorg te dragen voor het aansluiten op de sanitair -, 1V” buitendraad (OLB-500) cv –installatie en geaarde wandcontactdoos. CVA = cv-aanvoer 22 mm voor dds en 28 mm voor es Deze installatiehandleiding is van toepassing op de typen: REC = recirculatie X” binnendraad AF = aftap OLB200dds, OLB300dds en OLB500dds S OLB200es, OLB300es en OLB500es 1.2 I Levering ◆ ◆ de boiler de installatie- en montagehandleiding keerklep knel plus instructie 1.3 Technische informatie Maatschets " " %03 1216 mm 1746 mm 1823 mm L2 1002 mm 1532 mm 1537 mm L3 772 mm 1125 mm 1142 mm L4 259 mm 259 mm 299 mm L5 50 mm 50 mm 55 mm 1152 mm 1682 mm 1687 mm L7 100 mm 100 mm 100 mm L8 317 mm 317 mm 317 mm 77 606 mm +7 2%# 734 mm 500 mm 635 mm 250 mm 250 mm B1 B2 %00 2%# , , , , B3 !& , , +7 " " 606 mm , , 77 OLB-200 dds/es OLB-300 dds/es OLB-500 dds/es L1 L6 " #6! #62 = inspectie opening Afmetingen De levering bestaat uit: ◆ = V” sok t.b.v. thermometer #6! ◆ CVR = cv-retour 22 mm voor dds en 28 mm voor es #62 ◆ 1W” buitendraad (OLB-300) ondergebracht in een plaatstalen behuizing en thermisch 500 mm ) 250 mm 3 Tapwater prestaties OLB200 dds OLB300 es OLB500 dds es liter Warmteoverdracht 10 -65°C kW Maximaal tapmoment l/m Drukval bij maximaal tapmoment kPa <3 <3 <2 <2 <2 <2 Opbrengst 10 minuten l/65°C 310 402 400 492 580 672 Opbrengst 60 minuten l/65°C 960 1512 1050 1602 1230 1782 Opbrengst 120 minuten l/65°C 1740 2844 1830 2934 2010 3114 op 65 °C en 20 °C ruimtetemperatuur 50 85 W/h 85 50 45 85 60 72 100 175 OLB200 OLB300 OLB500 dds Minimale cv-water hoeveelheid 500 50 35 Voorwaarden Minimale cv-aanvoertemperatuur 300 es Inhoud Afstraalverlies, bij de gehele tankinhoud 200 dds es dds °C es dds es 85 m3/h 1,7 2,9 1,7 2,9 1,7 2,9 Benodigd drukverschil kPa 25 22 25 22 25 22 Minimaal benodigd vermogen kW 50 85 50 85 50 85 Regeling / elektrische aansluiting OLB200 dds Tapwater temperatuurinstelling min./max./fabrieksinstelling Voeding via stekker in wandcontactdoos Uitgang optionele boilerpomp Uitgang ketelsturing Beveiligingsklasse EMC ontstoringsgraad Beschermingsklasse Keurmerk °C OLB300 es dds OLB500 es dds es 50 / 75 / 65 230 VAC +/- 10% max. 100 W (excl. Boilerpomp) 230 VAC, maximaal 10 Amp. Max. 24 VAC / DC 150 mA II volgens IEC 1010 Emissie EN55082-1 Immuniteit EN55082-1 IP 40 CE volgens EU richtlijnen 1.4 Toepassingsmogelijkheden 1.6 Regeltechniek De oplaadboilers zijn uitstekend toepasbaar in luxe woonhuizen, De vanderbeyl OLB is voorzien van een eigen regelaar die de De noodzakelijke koppeling met een cv-ketel kan gerealiseerd ketelregelaar activeert en de boilerpomp aanstuurt. utiliteitsgebouwen, sportaccommodaties en sauna’s. worden door de oplaadboiler te voorzien van een cv-pomp en aan te sluiten op een verdeler. De ingebouwde regeling schakelt bij warmtevraag de cv-pomp in en het beschikbare potentiaal vrij warmtevraagcontact kan gebruikt worden om de noodzakelijke 85°C cv-watertemperatuur te realiseren via de boileringang van de cv-ketel. Zie hiervoor ook punt 1.6.2. laadpomp in toerental regelt, de boilervraag op de ketel of Zodra de temperatuur in de boiler te laag wordt, start het laadproces. Het koude tapwater onder in de boiler wordt in één keer naar de gewenste temperatuur gebracht. Het opladen van de boiler stopt pas zodra de gehele oplaadboiler op de juiste temperatuur is gebracht. Indien er gebruik gemaakt wordt van een “stand-alone” cv-ketel OLB of wisselklepschakeling, is het aan te bevelen gebruik te maken van een moderne modulerende gasgestookte cv-ketel met TT3 voldoende regelbereik en geringe waterinhoud. Het warmtevraag contact kan worden gebruikt om het boilervraagprogramma van de ketel te activeren. Zie hiervoor ook punt 1.6.2. TT2 TT1 OLB N1 TT3 m KW TT2 TT1 = starttemperatuur TT1 TT2 = stoptemperatuur N1 m TT3 = laadtemperatuur KW OLB aangesloten op een “stand-alone” cv-ketel 1.6.1 Instellen gewenste laadtemperatuur Met behulp van de potmeter kan de gewenste laadtemperatuur worden ingesteld (instelbaar van 50 .... 75°C). De gewenste temperatuur staat vanaf de fabriek ingesteld op 65°C. OLB Tijdens het instellen van de gewenste temperatuur wordt deze TT3 weergegeven in het display. Zodra er langer dan 5 seconden niet meer aan de potmeter wordt gedraaid, wordt de gemeten temperatuur weer zichtbaar. TT2 TT1 N2 Open het toestel als volgt als de instelling aangepast moet N1 worden: KW OLB aangesloten op een open verdeler 1.5 1. open een zijkap door de schroef aan de onderkant te verwijderen 2. kantel de zijkap omhoog 3. schuif het rode glaasje opzij Randvoorwaarden van de cv-ketel Voor een optimaal resultaat is het noodzakelijk dat de cv-ketel voldoet aan de volgende eisen: bij toepassing OLB-dds minimaal 50 kW vermogen leverbaar bij ◆ 20 K temperatuursverschil tussen aanvoer en retour op de ketel bij toepassing OLB-es minimaal 85 kW vermogen leverbaar bij ◆ 20 K temperatuursverschil tussen aanvoer en retour op de ketel bij boilervraag 85°C cv - aanvoer wenswaarde ◆ ◆ geringe < 25 liter waterzijdige inhoud 60 65 55 70 50 75 JP1 NO NC 1.6.2 Jumperinstelling ketelcontact 1.6.5 Storingen ketel. Het ketelcontact wordt afhankelijk van de jumperstand weer. De foutcode wordt gedurende 5 seconden weergegeven, De OLB regelaar functioneert als een boilerthermostaat voor de ‘normally open’ (NO) of ‘normally closed’ (NC) gestuurd. Standaard staat de jumper JP1 op ‘normally open’ (NO). ‘Normally open’ betekent dat het contact gesloten wordt bij warmtevraag. Open het toestel als volgt indien de instelling aangepast moet worden: 1. open een zijkap door de schroef aan de onderkant te verwijderen 2. kantel de zijkap omhoog Het display geeft afwisselend de temperatuur en de foutcode de temperatuur gedurende 3 seconden. Als er meerdere storingen gelijktijdig actief zijn, dan worden deze achtereenvolgend weergegeven. De volgende storingen kunnen worden weergegeven: Storingscode Omschrijving Actie E1 Starttemperatuuropnemer is defect De regeling functioneert door. De laadtemperatuuropnemer neemt de startfunctie van de starttemperatuuropnemer over. E2 Stoptemperatuuropnemer is defect De regeling functioneert door. De stopfunctie wordt overgenomen door de laadtemperatuuropnemer. E3 Laadtemperatuuropnemer is defect De regeling functioneert door. Het toerental van de laadpomp is 100%. De pompen draaien 180 seconden na. E4 Laadtemperatuur blijft te laag De regeling functioneert door. E5 Vorstbeveiliging actief Ten minste één van de gemeten temperaturen is lager dan 3°C. De warmtebron, de cv-pomp en de laadpomp worden ingeschakeld. De laadpomp draait op laagtoeren. Zodra alle gemeten temperaturen hoger zijn dan 5°C worden de warmtebron en de pompen uitgeschakeld. (na afloop nadraaiperiode) 3. schuif het rode glaasje opzij 60 65 55 70 50 75 JP1 NO NC Jumper JP1 1.6.3 Toerentalregeling oplaadpomp De regelaar is voorzien van een elektronische uitgang voor het in toerental regelen van de oplaadpomp. Met behulp van een PI-regeling wordt op basis van het verschil tussen de gewenste en gemeten laadtemperatuur het gewenste toerental bepaald. Bij een te hoge laadtemperatuur neemt het toerental toe en bij een te lage laadtemperatuur neemt het toerental af. De pompschakelaar op de pomp dient in stand 3 te staan. 1.6.4 Display weergave In het display wordt de temperatuur weergegeven die hoort bij Opmerking: De toestand van de laadpomp wordt weergegeven door de regeling uit. De pompen en ketel zullen niet aangestuurd worden. de toestand waarin de regelaar zich bevindt (zie tabel hieronder). achterste punt. ◆ ◆ ◆ punt licht niet op: laadpomp is uit punt continu aan: laadpomp draait met maximaal toerental punt knippert: Toestand laadpomp draait in modulatie bedrijf Ketel CV-pomp Laadpomp Temperatuur Vat op temperatuur Uit Uit (of draait na) Uit (of draait na) starttemperatuur Overgang naar laden Aan Aan Uit laad‑ temperatuur Start laden Aan Aan Minimum- laad‑ toerental temperatuur Laden Aan Aan Toeren‑ geregeld Vorstbeveiliging Aan Aan Minimum- laad‑ toerental temperatuur weergave Als er meerdere opnemers gelijktijdig defect zijn, schakelt de 1.7 Onderhoud Dankzij het gebruik van duurzaam materiaal (RVS 444) en de eenvoudige constructie heeft de tank geen onderhoud nodig en kan een uitzonderlijk lange garantietermijn worden verleend. Zo wordt er 10 jaar garantie verleend op de tank tegen doorroesten. De garantie op de regelaar de pomp en de warmtewisselaar bedraagt 1 jaar. laad‑ temperatuur 2 Installeren 2.1 Plaatsen OLB-200, OLB-300 en OLB-500 Zorg ervoor dat de opstellingsruimte vorstvrij is als de boiler tapwaterzijdig gevuld is! De OLB-200, OLB-300 en OLB-500 dienen staand op een vlakke ondergrond met voldoende draagvermogen neergezet te worden. Plaats de boiler zo dicht mogelijk bij de tappunten om waterverspilling te voorkomen. Als dit niet mogelijk is, dient de tapwaterinstallatie met een circulatiepomp uitgevoerd te worden (zie voor richtlijnen de VEWIN werkbladen). Aan beide zijden van de wisselaarbehuizing dient 50 cm ruimte te zijn om de kappen te kunnen openen. Zorg er tevens voor dat de warmwater-, de koudwater- en recirculatie-aansluiting bereikbaar zijn. 2.2 Aansluiten cv-zijdig 1) Sluit de cv-aanvoerleiding aan op de aansluiting met de rode radiator aanduiding. Plaats de meegeleverde keerklep in de cv-aanvoerleiding, zo dicht mogelijk bij de oplaadboiler. Deze voorkomt dat de oplaadboiler warmte terug levert aan het cv-circuit. 2) Sluit de cv-retourleiding aan op de aansluiting met de blauwe radiator aanduiding 2.3 Aansluiten tapwaterzijdig 1) Spoel eerst de koudwaterleiding in het gebouw. 2) Plaats vervolgens een inlaatcombinatie voor de koudwateraansluiting. NB. De inlaatcombinatie is niet meegeleverd. 3) Sluit de koudwaterleiding van het gebouw aan op de aansluiting met de blauwe kraan aanduiding. (1” buitendraad bij OLB-200, 1W” buitendraad OLB-300, 1V” buitendraad OLB-500) 4) Sluit de warmwaterleiding van het gebouw aan op de aansluiting met de rode kraan aanduiding. (1” buitendraad bij OLB-200, 1W” buitendraad OLB-300, 1V” buitendraad OLB-500) 5) Sluit de recirculatieleiding van het gebouw aan op de aansluiting met de rode circulatie aanduiding. (X” binnendraad) 2.4 Elektrisch aansluiten 2EGELAAR 3TOP 3TART MAX 6!# ! , . 6AT 0% GL GR MAX 6!# 7BOILERPOMP "OILER VRAAG +ETELOF REGELAAR BR ,AADPOMP BW GR GL 0% BR 0% MAX 6!# M! BW 0% ,AAD 44 STARTTEMPERATUUROPNEMER 44 STOPTEMPERATUUROPNEMER 44 LAADTEMPERATUUROPNEMER BR BW . GR GL , 44 44 44 /," "OILER POMP Sluit de regelaar aan volgens de geldende richtlijnen. Schakel bij werkzaamheden eerst de netspanning uit. 3 In bedrijf stellen 3.1 Tapwaterzijdig vullen en ontluchten Vul de boiler tapwaterzijdig door de hoofdkraan, de stopkraan en alle warmwaterkranen te openen. De boiler is gevuld en de leidingen zijn ontlucht zodra er water uit alle warmwaterkranen stroomt. Draai vervolgens alle warmwaterkranen weer dicht en controleer de aansluitingen op lekkage. 3.2 CV-installatie vullen Vul de cv-installatie volgens de instructie van de cv-ketel. De warmtewisselaar van de boiler zal hierdoor gevuld worden. 3.3 Instellen regelaar Controleer de jumperstand ten behoeve de keteluitgang (zie 1.5.2). Controleer de gewenste temperatuur (zie 1.5.1). 3.4 In bedrijf nemen van de installatie Zorg ervoor dat het rode glaasje voor het display teruggeschoven is en dat de twee zijkappen op de juiste wijze teruggeplaatst zijn. 10 4 Garantievoorwaarden Van toepassing is de garantieregeling zoals opgenomen in onze algemene leveringsvoorwaarden, nader gespecificeerd met de volgende artikelen: Dekking De garantie beperkt zich tot het lek raken van de boilertank en de hierop vast aangebrachte sanitair aansluitingen en opnemer dompelbuis als gevolg van doorroesten. Omvang De garantie omvat het zonder kosten herleveren van het defecte product. Garantietermijn tank De totale termijn voor garantieaanspraak bedraagt 120 maanden na de op het toestel vermelde productiedatum. Garantietermijn op regelaar, de pomp en de wamtewisselaar De totale termijn voor garantieaanspraak bedraagt 36 maanden na de aankoop datum van het toestel. Afhandeling Aanspraak op afhandeling onder garantie dient altijd door het bedrijf dat het product bij Itho gekocht heeft ingediend te worden. Uitsluitingen Er is nimmer sprake van garantie indien: ◆ Het toestel niet gebruikt is conform de installatie- en ◆ Het defect is ontstaan door overdruk, onderdruk, te hoge montagehandleiding en/of de gebruiksaanwijzing. temperatuur of bevriezing. ◆ Het typeplaatje verwijderd of onleesbaar gemaakt is. ◆ Er sprake is van corrosie veroorzaakt door waterlekkage ◆ Er tapwater is toegepast, anders dan door een in Nederland of agressieve vloeistoffen of gassen van buitenaf. erkend waterleidingbedrijf geleverd. ◆ Het chloridegehalte van het tapwater > 200 mg/l is. Op verzoek verstrekken wij u de uitgebreide garantievoorwaarden. Afvoer van afgedankte apparatuur door de gebruikers in de Europese Unie. Het logo van de afvalcontainer op het product of op de verpakking geeft aan dat dit product niet mag worden gedeponeerd bij het afval. Het is uw verantwoordelijkheid als gebruiker uw afgedankte apparatuur af te leveren op een aangewezen inzamelpunt. De gescheiden inzameling en verwerking van uw afgedankte apparatuur draagt bij tot het sparen van natuurlijke bronnen en tot het hergebruik van materiaal op een wijze die de volksgezondheid en het milieu beschermt. Meer informatie over het afvoeren van uw oude apparaat kunt u opvragen bij de reinigingsdienst van uw gemeente. Voor meer informatie over bovenstaande, verwijzen wij u, naar onze website: www.Itho.nl 11 Itho bv Adm. de Ruyterstraat 2 3115 HB Schiedam Postbus 21 P544LI0315/0306/MDM 3100 AA Schiedam
© Copyright 2024 ExpyDoc