Betekenis Woorden kunnen soms hetzelfde klinken, maar kunnen een andere betekenis hebben. Hieronder zie je steeds een zin. Maak van hetzelfde woord een andere zin. In deze zin moet het woord een andere betekenis hebben. Weet je geen andere betekenis kun je het opzoeken in het woordenboek. reist De directeur reist voor zijn werk de hele wereld rond. rijst ..................................................................................................................... das Opa heeft elke dag nog een pak aan met een mooie das. das ..................................................................................................................... vieren We gaan vrijdag met zijn vieren naar het feest. vieren ...................................................................................................................... voet Toen ik drie was ben ik met mijn voet tussen de spaken gekomen. voed ...................................................................................................................... leiden De baas van de club moet het toernooi in goede banen leiden. lijden ....................................................................................................................... wijken Bijna elke stad is onderverdeeld in verschillende wijken. wijken ....................................................................................................................... weken Het duurt nog wel een paar weken voor het weer vakantie is. weken ....................................................................................................................... bod Het eerste bod op het dure schilderij was direct het hoogste. bot ....................................................................................................................... garen Mijn moeder heeft nieuw garen nodig om het gat in mijn trui te maken. garen ....................................................................................................................... noot Boven op de chololadetaart zit een grote lekkere noot. noot ....................................................................................................................... nood ....................................................................................................................... ANTWOORDEN De antwoorden zijn voorbeelden. Andere antwoorden kunnen ook goed zijn. reist De directeur reist voor zijn werk de hele wereld rond. rijst In Azië eten ze bijna elke dag wel een keer rijst. das Opa heeft elke dag nog een pak aan met een mooie das. das In Drenthe zagen we ’s avonds een das over de weg lopen. vieren We gaan vrijdag met zijn vieren naar het feest. vieren De vieren mijn verjaardag op zaterdagmiddag. voet Toen ik drie was ben ik met mijn voet tussen de spaken gekomen. voed Ik voed de baby voor ik haar naar bed breng. leiden De baas van de club moet het toernooi in goede banen leiden. lijden Bij het slachten van de dieren mogen ze niet onnodig lijden. wijken Bijna elke stad is onderverdeeld in verschillende wijken. wijken Het oude stadhuis moet wijken voor een nieuw winkelcentrum. weken Het duurt nog wel een paar weken voor het weer vakantie is. weken De enveloppen moeten eerst weken voor de postzegels los komen. bod Het eerste bod op het dure schilderij was direct het hoogste. bot Toen ik het bot van de hond wilde pakken wilde hij mij gaan bijten. garen Mijn moeder heeft nieuw garen nodig om het gat in mijn trui te maken. garen De rolade moet nog minstens een uur garen voor hij echt lekker is. noot Boven op de chololadetaart zit een grote lekkere noot. noot De eerste noot op het muziekblad is een C. nood Toen ik uit het vliegtuig kwam had ik hele hoge nood!
© Copyright 2024 ExpyDoc