Raadsvoordracht Onderwerp: Drank- en horecaverordening Diemen 2014 Datum: 30 januari 2014 Steller: S. van Dongen Portefeuillehouder: A.E. Koopmanschap Gevraagde beslissing 1. In te stemmen met het concept "Drank- en horecaverordening Diemen 2014"; 2. Deze conceptverordening voor inspraak vrij te geven conform de Inspraakverordening; 3. De “Drank- en horecaverordening Diemen 2014” vast te stellen en in werking te laten treden direct na afronding van de inspraak, indien geen zienswijzen ten aanzien van het concept van deze verordening zijn ingediend. Relevante achtergrondinformatie Voorgeschiedenis Op 1 januari 2013 is de gewijzigde Drank- en Horecawet in werking getreden. Met deze wetswijziging hebben gemeenten enkele juridische instrumenten gekregen om het algehele alcoholmatigingsbeleid nader vorm te geven en in het bijzonder het alcoholgebruik onder jongeren terug te dringen. De gemeente Diemen voert alcoholmatigingsbeleid wat onder andere vastligt in de Gezondheidsnota 2013 - 2016. Dit beleid richt zich zowel op volwassenen als jongeren. Om het alcoholmatigingsbeleid vorm te geven kunnen onderwerpen rondom alcoholverstrekking bij gemeentelijke verordening worden geregeld. Dit betreft onder andere het verbod op happy hours en het koppelen van toegangsleeftijden aan sluitingstijden van horecabedrijven. Ter voorkoming van oneerlijke mededinging moeten bij gemeentelijke verordening in ieder geval regels worden gesteld waaraan paracommerciële instellingen (sportkantines, buurthuizen etc.) zich moeten houden bij de verstrekking van alcoholhoudende drank. Regels ten aanzien van dit thema liggen nu vast in vergunningvoorschriften. Naast de bevoegdheid en verplichting om regels te stellen in een verordening, is het toezicht op de Drank- en Horecawet overgekomen van de Nieuwe Voedsel en Warenautoriteit (NVWA) naar de gemeente (burgemeester). In dat kader wordt een horecasanctiebeleid opgesteld. Op 1 januari 2014 is de Drank- en Horecawet wederom gewijzigd. De leeftijdsgrens voor het verstrekken van alcoholhoudende drank is verhoogd naar 18 jaar. In de wet is geregeld dat gemeenten vanaf 1 juli 2014 moeten beschikken over een preventie- en handhavingsplan alcohol. Deze verplichting volgt uit een andere wetswijziging en wordt later aan uw raad voorgedragen. Op 16 januari 2014 is het voorstel in de informatieve raad besproken. Die avond is de afspraak gemaakt dat opnieuw met de sportclubs zal worden gesproken over het verstrekken van sterke drank en de schenktijden. Dat is op 30 januari 2014 gebeurd. Dit voorstel bevat een aangepaste schenktijdenregeling. Het verbod op het verstrekken van sterke drank is verwijderd nadat met de sportclubs afspraken zijn gemaakt over het borgen van verantwoorde alcoholverstrekking in hun bestuursreglementen. Zij zullen de bepalingen in hun bestuursreglementen heroverwegen, gelet op de actualiteit van het thema “terugdringen van alcohol onder jongeren”. 1 Concrete aanleiding De aanleiding voor dit raadsvoorstel is gelegen in de verplichting die de gewijzigde Drank- en Horecawet aan de gemeenten hiertoe oplegt en de mogelijkheden die deze wet daartoe biedt. Toelichting Inhoud van de voordracht De voorgestelde verordening bevat de volgende bepalingen: Verordenende verplichting: 1. Paracommerciële instellingen mogen alleen alcoholhoudende drank verstrekken van 11.00 uur tot 24.00 uur. Wanneer een activiteit, waarvoor de betreffende vereniging of stichting is opgericht, eindigt na 23.00 uur mag nog maximaal één uur worden verstrekt. 2. a. Paracommerciële instellingen mogen maximaal vier maal per jaar alcoholhoudende drank verstrekken tijdens een bijeenkomst van persoonlijke aard. b. Paracommerciële instellingen mogen alcoholhoudende drank verstrekken tijdens bijeenkomsten gericht op personen die niet of niet rechtstreeks bij de activiteiten van de betreffende rechtspersoon betrokken zijn voor zover dit charitatieve instellingen uit Diemen betreft. Hiervoor moeten zij tenminste vier weken van te voren een melding indienen bij de burgemeester. Verordenende bevoegdheid: 3. Prijsacties in de horeca (zowel commerciële horeca als paracommerciële instellingen), waarbij alcoholhoudende drank voor minder dan 60% van de reguliere prijs wordt aangeboden, worden verboden. Argumenten en keuzemogelijkheden Algemeen Doordat gemeenten nu eigen beleid voeren, wat in de regio ook verschillend is, kunnen problemen zich verplaatsen (waterbedeffect). Een te soepel beleid ten opzichten van de regio kan leiden tot een verplaatsing van alcoholgerelateerde problemen naar Diemen. Daarnaast stellen sportclubs met een eigen kantine dat te streng beleid ten opzichten van de regio kan leiden tot dalende ledenbestanden. Om die reden is gezocht naar een evenwichtig beleid wat aansluit bij dat van de omliggende gemeenten. Toelichting voorgestelde bepalingen 1. Schenktijden bij activiteiten in verenigingsverband Bij verordening moeten, ter voorkoming van oneerlijke mededinging, de schenktijden van de paracommerciële instellingen worden geregeld. De huidige schenktijden voor paracommerciële instellingen zijn geregeld in de vergunningvoorschriften. Daarin is geregeld dat zij alcoholhoudende drank mogen verstrekken van één uur vóór tot één uur na de activiteiten waarvoor de vereniging of stichting is opgericht. Het nieuwe voorstel, na overleg met de sportclubs, is om vaste tijden te hanteren. Daarbij is de regel dat alcohol mag worden verstrekt tot uiterlijk 24.00 uur. Wanneer verenigingsactiviteiten in het laatste uur vóór 24.00 uur eindigen, mag nog één uur worden geschonken. In het kader van oneerlijke concurrentie is tevens overwogen dat veel clubs in de praktijk eerder stoppen met schenken. Koninklijke Horeca Nederland afdeling Diemen (KHN) geeft aan, in het kader van oneerlijke mededinging, geen problemen te zien met variabele schenktijden en ook niet met vaste schenktijden. 2 Overzicht beleid omliggende gemeenten Gemeente Ouder-Amstel Beleid ten aanzien van schenktijden Paracommerciële instellingen van sportieve aard: - maandag tot en met donderdag van 14:00 tot 23:00 uur, en; - vrijdag, zaterdag en zondag van 14:00 tot 24:00 uur. Overig paracommerciële instellingen (buurthuizen, kerkgenootschappen etc.): - één uur vóór en na activiteiten Amstelveen/Aalsmeer Haarlemmermeer Uithoorn 12 maal per jaar ontheffing Eén uur vóór en na activiteiten Eén uur vóór en na activiteiten Vaste schenktijden van 12:00 tot 01:00 uur Zoals voorgesteld aan Raad, besluit onbekend Amsterdam Eén uur vóór en na activiteiten Zoals voorgesteld aan Raad, besluit onbekend Weesp Zoals voorgesteld aan Raad, besluit onbekend - maandag tot en met vrijdag 17:00 uur tot 23:00 uur - zaterdag, zondag en feestdagen 13:00 uur tot 23:00 uur 6 maal per jaar ontheffing 2. Feesten, partijen en overige niet verenigingsgebonden bijeenkomsten In de verplicht op te stellen verordening moeten, ter voorkoming van oneerlijke mededinging, regels worden gesteld ten aanzien van: a. in de inrichting te houden bijeenkomsten van persoonlijke aard, zoals bruiloften en partijen; b. in de inrichting te houden bijeenkomsten die gericht zijn op personen die niet of niet rechtstreeks bij de activiteiten van de betreffende rechtspersoon betrokken zijn. Hiervan is bijvoorbeeld sprake als de kantine wordt verhuurd aan een andere vereniging, stichting (bijvoorbeeld de Zonnebloem) of bedrijf of wanneer feesten worden gegeven die geen verband houden met het doel van de vereniging of stichting zoals een Halloweenfeest of live optreden van een band. Momenteel is in de vergunningen bepaald dat bijeenkomsten van persoonlijke aard, zoals bruiloften en partijen, niet zijn toegestaan. Ten aanzien van bijeenkomsten, die gericht zijn op personen die niet of niet rechtstreeks bij de activiteiten van de betreffende rechtspersoon betrokken zijn, hoeft in de oude situatie niets te worden geregeld. Ondanks de huidige bepalingen is bekend dat bij sommige sportclubs genoemde activiteiten plaatsvinden. Aangezien voorheen het toezicht niet bij de gemeente lag en de Voedsel- en Warenautoriteit over onvoldoende handhavende capaciteit beschikte, is hier nimmer tegen opgetreden. Met de bepaling om jaarlijks vier bijeenkomsten van persoonlijke aard en bijeenkomsten voor charitatieve instellingen toe te staan, wordt aangesloten bij de huidige praktijk. KHN pleit voor een algeheel verbod op deze bijeenkomsten en het huidige beleid niet te verruimen. Ondanks dat de sportclubs graag de mogelijkheid hebben om meer dan vier bijeenkomsten per jaar te laten organiseren, kunnen zij zich vinden in het aantal van vier bijeenkomsten per jaar. Om enerzijds de paracommerciële rechtspersonen geen onnodige beperkingen op te leggen en anderzijds regels te stellen ten aanzien van oneerlijke mededinging, wordt voorgesteld om vier bijeenkomsten van persoonlijke aard per jaar toe te staan. Om de oneerlijke concurrentie met de horeca te beperken, wordt de beperking opgenomen dat bruiloften en partijen alleen mogen worden gehouden door leden van een vereniging. Tevens is in dat kader opgenomen dat bijeenkomsten, gericht op personen die niet of niet rechtstreeks bij de activiteiten van de betreffende rechtspersoon betrokken zijn, alleen mogen worden gehouden ten behoeve van charitatieve instellingen. 3 De voorgestelde verruiming van de huidige (formele) situatie zal gepaard gaan met een strikte handhaving en passende sancties ter voorkoming van oneerlijke mededinging. Hiervoor wordt op dit moment een horecasanctiebeleid ontwikkeld. Om na te gaan wanneer het aantal van vier wordt behaald, moeten de activiteiten worden gemeld. Samengevat houdt dat het volgende in. Alcohol mag worden verstrekt tijdens: • jaarlijks 4 bijeenkomsten van persoonlijke aard zoals feesten en partijen; • een onbeperkt aantal bijeenkomsten van charitatieve instellingen uit Diemen; • geen andere niet verenigingsgebonden activiteiten. Overzicht beleid omliggende gemeenten Gemeente Ouder-Amstel Amstelveen/Aalsmeer Haarlemmermeer Uithoorn Zoals voorgesteld aan Raad, besluit onbekend Amsterdam Beleid ten aanzien van niet verenigingsgebonden bijeenkomsten bij paracommerciële inrichtingen 4 maal per jaar toegestaan mits tijdig gemeld * 4 maal per jaar toegestaan met ontheffing * Niet toegestaan 5 maal per jaar toegestaan, meldingsplicht van commerciële activiteiten Niet toegestaan Zoals voorgesteld aan Raad, besluit onbekend Weesp 6 maal per jaar toegestaan met ontheffing * Zoals voorgesteld aan Raad, besluit onbekend * genoemde aantallen gelden voor het totaal van bijeenkomsten van persoonlijke aard en bijeenkomsten die gericht zijn op personen die niet of niet rechtstreeks bij de activiteiten van de betreffende rechtspersoon betrokken zijn. 3. Verbod op prijsacties horeca De bevoegdheid om prijsacties te reguleren is nieuw sinds de wijziging van de Drank- en Horecawet. Hiermee kunnen gemeenten op lokaal niveau invulling geven aan het alcoholmatigingsbeleid. De conclusie uit verschillende onderzoeken naar het effect van prijs op consumptie (zie toelichting verordening) is helder: hoe lager de prijs hoe hoger de consumptie. Om overmatig alcoholgebruik tegen te gaan wordt voorgesteld om het verbod op prijsacties in de horeca (commerciële horeca en paracommerciële instellingen) op te nemen in de verordening. Dit verbod geldt uiteraard ook voor de paracommerciële instellingen. Ter voorkoming van een waterbedeffect (alcoholtoerisme) is aansluiting gezocht bij het beleid in de regio. Zowel de sportclubs met een eigen kantine als KHN hadden geen bezwaar tegen deze voorgestelde bepaling. Overzicht beleid omliggende gemeenten Gemeente Ouder-Amstel Amstelveen/Aalsmeer Haarlemmermeer Uithoorn Beleid ten aanzien van prijsacties waarbij alcohol voor minder dan 60% van de reguliere prijs wordt aangeboden Verbod op prijsacties bij paracommerciële inrichtingen Verbod op prijsacties in alle horeca Geen verbod op prijsacties in de horeca Geen beperking Zoals voorgesteld aan Raad, besluit onbekend Amsterdam Geen verbod op prijsacties in de horeca Zoals voorgesteld aan Raad, besluit onbekend Weesp Verbod op prijsacties in alle horeca en detailhandel Zoals voorgesteld aan Raad, besluit onbekend 4 Gevolgen en risico’s Financieel Niet van toepassing Juridisch Regels ter regulering van oneerlijke mededinging werden voorheen als voorschriften aan de drank- en horecavergunning verbonden. Daarop was de openbare voorbereidingsprocedure uit afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing. Belanghebbenden konden hun zienswijzen kenbaar maken en een beroepschrift indienen wanneer zij het niet eens waren met de verleende vergunning en de daaraan verbonden voorschriften. Met de wetswijziging moet dit bij verordening worden geregeld, waartegen geen bezwaar of beroep kan worden ingesteld. Andere risico’s Doordat gemeenten nu eigen beleid voeren, dat in de regio ook verschillend is, kunnen problemen zich verplaatsen (waterbedeffect). Sportclubs stellen dat een te streng schenktijdenregime ten opzichten van de regio kan leiden tot dalende ledenbestanden. KHN stelt dat een verruiming van het aantal te houden bijeenkomsten leidt tot inkomstenderving bij de horeca. Tegelijkertijd stellen de sportclubs dat zij de inkomsten uit die bijeenkomsten nodig hebben in verband met afnemende subsidie. Wat merkt de burger van de te nemen beslissing? • • Leden van sportverenigingen (of andere paracommerciële instellingen) kunnen (beperkt) feesten van persoonlijke aard houden, zoals een het vieren van een verjaardag, bij hun vereniging. Dit mocht voorheen alleen bij een commercieel horecabedrijf. Bezoekers van de horeca (incl. paracommerciële instellingen) kunnen geen prijsacties meer verwachten waarbij alcoholhoudende drank voor minder dan 60% van de reguliere prijs wordt verstrekt. Opmerkingen over de uitvoering Communicatie Proces tot nu toe Aanvankelijk was het streven om met de AM-gemeenten tot eenduidige verordeningen te komen. In 2013 hebben medewerkers van deze gemeenten met elkaar gesproken over hoe zo’n verordening in te vullen. Dit heeft geleid tot een verordening waarover in beginsel consensus was. Gelet op de verschillen in het alcoholbeleid en verschillende samenstelling van de horeca, is dit per gemeente anders ingevuld. Allereerst is ambtelijk gesproken met vertegenwoordigers van de taakvelden welzijn, openbare orde en veiligheid, sport en vergunningen, toezicht en handhaving. Deze gesprekken hebben geleid tot een eerste aanzet om met de belanghebbenden over in gesprek te gaan. Met de belangrijkste belanghebbenden, de sportclubs met een eigen kantine en de reguliere commerciële horeca, hebben gesprekken plaatsgevonden over de invulling van de verordenende verplichtingen en bevoegdheden. Daarin is hen naar hun standpunt gevraagd. Tijdens de informatieve raadsvergadering van 16 januari 2014 is het voorstel reeds behandeld. Daarin is afgesproken dat opnieuw met de sportclubs wordt gesproken over de schenktijden. Dit overleg heeft plaatsgevonden op 30 januari 2014 Vervolg Ondanks de gevoerde gesprekken met de belangrijkste belanghebbenden in de voorbereiding, wordt voorgesteld om de inspraakprocedure uit de inspraakverordening te volgen. Tijdens de informatieve raad van 16 januari 2014 is ingesproken door enkele partijen. Hierin zijn niet alle standpunten naar voren gebracht (m.n. die van de horeca) die in de voorbereiding naar voren zijn gebracht. Om alle standpunten van alle belanghebbenden inzichtelijk te maken ten behoeve van een goede 5 besluitvorming, wordt voorgesteld de conceptverordening voor inspraak open te stellen. Dat wil zeggen dat de concept-verordening ter visie wordt gelegd en een termijn van 2 weken de gelegenheid wordt gegeven zienswijzen in te dienen. Als er geen zienswijze wordt ingediend, treedt de verordening, in verband met de noodzakelijke spoedeisendheid om aan de wet te voldoen, in werking. Als er wel een zienswijze wordt ingediend, volgt een nieuw voorstel aan de gemeenteraad. Na vaststelling van de definitieve verordening (na de inspraakprocedure): • worden de belangrijkste belanghebbenden geïnformeerd over wat de wijziging voor hen betekent; • wordt de verordening gepubliceerd in het Diemer Nieuws. Na publicatie treedt de verordening in werking; • wordt de verordening het eerste half jaar van 2015 wordt geëvalueerd. Handhaving Toezicht op de Drank- en Horecawet komt over van de Nieuwe Voedsel en Warenautoriteit (nVWA) naar de burgemeester. Separaat aan deze gestelde regels wordt het toezicht en handhaving op de Drank- en Horecawet geïmplementeerd. Nu het toezicht decentraal wordt uitgevoerd kan de pijler “handhaving” van het alcoholmatigingsbeleid beter vorm worden gegeven. Hiervoor worden een preventie- en handhavingsplan en een horecasanctiebeleid opgesteld. Bijlagen • • Drank- en Horecaverordening Diemen Toelichting op Drank- en Horecaverordening Diemen Burgemeester en wethouders van Diemen, de secretaris, J.D. de Kort de burgemeester, mw. drs. A.E. Koopmanschap 6 Raadsbesluit Onderwerp: 14-03 Drank- en horecaverordening Diemen 2014 De gemeenteraad van Diemen in vergadering bijeen, Gelet op de voordracht van het college d.d. 4 februari 2014; Overwegende dat deze verordening niet eerder in werking treedt dan na afronding van de inspraakprocedure onder het voorbehoud dat deze inspraakprocedure geen zienswijze(n) oplevert. Gelet op de artikelen 4 eerste tot en met derde lid en 25d van de Drank- en Horecawet Besluit De "Drank- en horecaverordening Diemen 2014" vast te stellen. Hoofdstuk 1: Begripsbepalingen Artikel 1.1 Begripsbepaling 1. Voor toepassing van deze verordening wordt verstaan onder: a. de wet: Drank- en Horecawet; b. paracommerciële inrichting: een inrichting waarin een paracommerciële rechtspersoon in eigen beheer het horecabedrijf exploiteert; 2. Voor toepassing van deze verordening wordt onder overige begrippen in deze verordening verstaan hetgeen de wet daaronder verstaat. Hoofdstuk 2: Bepalingen voor inrichtingen waarin het horecabedrijf wordt uitgeoefend Artikel 2.1 Prijsacties horeca Ter bescherming van de volksgezondheid of in het belang van de openbare orde is het verboden bedrijfsmatig of anders dan om niet alcoholhoudende dranken te verstrekken voor gebruik ter plaatse tegen een prijs die voor een periode van 24 uur of korter lager is dan 60% van de prijs die in de betreffende horecalokaliteit of op het betreffende terras gewoonlijk wordt gevraagd. Hoofdstuk 3: Aanvullende bepalingen voor paracommerciële inrichtingen Artikel 3.1 Schenktijden paracommerciële inrichtingen 1. Paracommerciële rechtspersonen verstrekken uitsluitend alcoholhoudende drank tussen 11.00 uur en 24.00 uur 2. Voor zover er bij paracommerciële rechtspersonen als bedoeld in het eerste lid stichtings- of verenigingsactiviteiten plaatsvinden die eindigen na 23.00 uur, is het deze paracommerciële rechtspersonen toegestaan, in aanvulling op de schenktijden genoemd in lid 1, alcoholhoudende drank te verstrekken tot één uur na beëindiging van deze activiteiten. Artikel 3.2 Bijeenkomsten van persoonlijke aard en bijeenkomsten voor derden 1. In afwijking van het bepaalde in artikel 3.1 kunnen paracommerciële rechtspersonen maximaal viermaal per jaar alcoholhoudende drank verstrekken tijdens bijeenkomsten van persoonlijke aard. 7 2. In afwijking van het bepaalde in artikel 3.1 kunnen paracommerciële rechtspersonen alcoholhoudende drank verstrekken tijdens bijeenkomsten welke niet van persoonlijke aard zijn en die gericht zijn op personen die niet of niet rechtstreeks bij de activiteiten van de desbetreffende rechtspersoon betrokken zijn, voor zover dit ten gunste is van een charitatieve instelling uit de gemeente Diemen. 3. De paracommerciële rechtspersoon doet uiterlijk 4 weken vóór een bijeenkomst als bedoeld in het eerste en tweede lid hiervan melding aan de burgemeester. 4. Voor zover bijeenkomsten, zoals bedoeld in het eerste lid onder, worden gehouden bij een vereniging, mogen deze slechts worden gehouden ten gunste van een lid van die vereniging. Hoofdstuk 4: Bepalingen voor detailhandel (gereserveerd) Hoofdstuk 5: Overgangs- en slotbepalingen Artikel 5.1 Inwerkingtreding Deze verordening treedt in werking na afronding van de inspraakprocedure, mits tegen het concept van deze verordening geen zienswijze(n) is (zijn) ingediend, met ingang van de dag na die van bekendmaking. Artikel 5.2 Citeertitel Deze verordening wordt aangehaald als: Drank- en horecaverordening Diemen 2014 Aldus besloten tijdens de gemeenteraadsvergadering van 20 februari 2014, De voorzitter, De griffier, 8 Toelichting Drank- en horecaverordening Diemen 2013 Algemeen Deze verordening bevat bepalingen die zijn gebaseerd op de artikelen 4, 25a en 25d van de Dranken Horecawet (DHW). Veel gemeenten nemen deze bepalingen op in de APV, overeenkomstig het model van de VNG. Omdat de APV voornamelijk de openbare orde reguleert en de bepalingen op grond van de gewijzigde DHW betrekking hebben op alcoholmatiging en het voorkomen van oneerlijke mededinging, is ervoor gekozen om hiervoor een aparte drank- en horecaverordening vast te stellen. Deze verordening is ingedeeld naar domeinen (horeca, paracommerciële inrichtingen en detailhandel) en niet een indeling volgens de artikelen van de Drank- en Horecawett. Dit sluit beter aan bij de praktijk, waar zaken zich afspelen bij een bepaalde verstrekker in een bepaalde setting. Zo staan alle bepalingen voor een specifieke verstrekker bij elkaar. Om deze reden is bijvoorbeeld ook hoofdstuk 4 “Bepalingen voor detailhandel” gereserveerd. Bij het opstellen van deze verordening is aangesloten bij de doelen op de beleidsterreinen alcoholmatiging, openbare orde, veiligheid en handhaving. Bij de invulling van de verordenende verplichtingen en bevoegdheden is tevens gekeken naar het beleid van omliggende gemeenten. Dit om te voorkomen dat een waterbedeffect optreedt. De verordening bevat geen bepaling over het toezicht omdat de bevoegdheid voor het toezicht rechtstreeks voortvloeit uit artikel 41 van de Drank- en Horecawet. Artikelgewijze toelichting Hoofdstuk 1: Begripsbepalingen Artikel 1.1 Begripsbepalingen In artikel 1.1 van deze verordening is een aantal begripsbepalingen opgenomen. Eerste lid Door de begripsbepaling ‘de wet’ kan op diverse plaatsen in deze modelverordening op eenvoudige wijze verwezen worden naar de Drank- en Horecawet. Het begrip ‘paracommerciële inrichting’ staat voor alle kantines die door paracommerciële rechtspersonen in eigen beheer worden geëxploiteerd. Paracommerciële rechtspersonen richten zich per definitie primair op activiteiten van recreatieve, sportieve, sociaal-culturele, levensbeschouwelijke of godsdienstige aard. De exploitatie in eigen beheer van de kantine is een nevenactiviteit. Tweede lid Voor de niet in het eerste lid genoemde begrippen die in deze modelverordening worden gebruikt wordt verwezen naar de begripsbepalingen opgenomen in artikel 1 van de Drank- en Horecawet. Hoofdstuk 2: Bepalingen voor inrichtingen waarin het horecabedrijf wordt uitgeoefend Artikel 2.1 Prijsacties horeca Artikel 25d van de Drank- en Horecawet biedt gemeenten de mogelijkheid prijsacties, zoals happy hours, gedeeltelijk te beperken. Happy hours zijn doorgaans afgebakende tijden (enkele uren, één dag in de week) waarop alcohol tegen een gereduceerd tarief wordt aangeboden. In veel gemeenten zijn er uitgaansgelegenheden waar happy hours worden georganiseerd. De maatregel kan – zo bepaalt de Drank- en Horecawet - alleen betrekking hebben op het bedrijfsmatig of anders dan om niet verstrekken van alcoholhoudende dranken voor gebruik ter plaatse tegen een prijs die voor een periode van 24 uur of korter lager is dan 60% van de prijs die in de betreffende horecalokaliteit of op het betreffende terras gewoonlijk wordt gevraagd. Met artikel 25d van de Drank- en Horecawet kan de gemeente bijvoorbeeld ook prijsacties als ‘2 drankjes voor de prijs van 1’ verbieden. Ook kan men er bepaalde arrangementen mee tegengaan, 9 zoals één avond onbeperkt drinken voor € 15, althans als het onbeperkt drinken gedurende één avond normaal gesproken voor meer dan € 25 wordt aangeboden en er in het kader van een actie tijdelijk een prijs van € 15 wordt gevraagd. De zogenaamde ladies nights (avonden waarop vrouwen gratis mogen drinken) worden met dit artikel ook verboden. Het in artikel 2.1 van deze verordening opgenomen verbod heeft uitsluitend betrekking op prijsacties in horecalokaliteiten en op terrassen en geldt dus niet voor goedkoop schenken op andere plaatsen, bijvoorbeeld met een artikel 35-ontheffing tijdens bijzondere gelegenheden van zeer tijdelijke aard (evenementen). Het gaat bij dit verbod ook uitdrukkelijk om de korting op de prijs die normaal daar in die horecalokaliteit of op dat terras wordt gevraagd. Dat is in de horeca na te gaan door de actieprijs te vergelijken met de prijs die wordt vermeld op de (op grond van het Besluit prijsaanduiding producten) verplichte prijslijst. Achtergrond Met de nieuwe verordenende bevoegdheid krijgen gemeenten voor het eerst de mogelijkheid om invloed uit te oefenen op prijsacties in de horeca. Prijs en betaalbaarheid zijn belangrijke factoren voor alcoholconsumptie (Meijer, e.a., 2008). De conclusie uit verschillende onderzoeken naar het effect van prijs op consumptie is helder: hoe lager de prijs hoe hoger de consumptie. Happy hours zijn een bekend voorbeeld van een tijdelijke prijsverlaging van alcoholhoudende drank. Tijdens happy hours wordt de consumptie van drank direct en actief gestimuleerd. Uit veldonderzoek is gebleken dat prijsacties voorkomen in 26% van de Nederlandse cafés (STAP, 2009). Het grote voordeel van de inzet van dit artikel is dat gemeenten een effectieve alcoholpreventiemaatregel in handen krijgen. De Wereldgezondheidsorganisatie geeft al jaren aan dat het beïnvloeden van de prijs het meest effectief is in het terugdringen van (schadelijk) alcoholgebruik. Prijsbeleid zou daarom een kerndoel moeten zijn van elk effectief alcoholbeleid. Consequentie van het toepassen van dit artikel is dat het ook gehandhaafd dient te worden. De gemeente zal met de handhavers een werkwijze daarvoor moeten ontwikkelen. Deze werkwijze hoeft niet ingewikkeld te zijn, maar vraagt uiteraard wel om capaciteit. Een verbod op prijsacties in de horeca geldt voor alle kopers, dus ook volwassenen. Deze bepaling kan alleen worden ingezet ter bescherming van de volksgezondheid of in het belang van de openbare orde. In de gemeente Diemen is het aantal meldingen van alcoholgerelateerde overlast laag. Om die reden is er geen reden om in het belang van de openbare orde deze maatregel op te leggen. Tegelijkertijd is ook het alcoholgebruik in Diemen hoger dan elders 1 in de regio . Daarom worden prijsacties in de horeca, gelet op alcoholmatiging, beperkt. Hierbij is eveneens aangesloten bij het beleid van omliggende gemeenten. Dit om te voorkomen dat happy hours en het daarmee gepaard gaande alcoholgebruik zich verplaatsen van deze gemeenten naar Diemen. Hoofdstuk 3: Aanvullende bepalingen voor paracommerciële inrichtingen Een paracommerciële rechtspersoon is een rechtspersoon - geen NV of BV zijnde - die zich naast activiteiten van recreatieve, sportieve, sociaal-culturele, educatieve, levensbeschouwelijke of godsdienstige aard richt op de exploitatie in eigen beheer van een horecabedrijf. Hieronder vallen onder meer: sportkantines, dorps- en buurthuizen, kerkelijke centra, studentenverenigingen. Wanneer een stichting/vereniging ervoor kiest de exploitatie van de kantine te verpachten of in een BV (of NV) onder te brengen is dit hoofdstuk niet van toepassing. Dit geldt eveneens voor verenigingen of stichtingen die zich richten op andere activiteiten dan genoemd in artikel 4 van de Drank- en Horecawet. In deze paragraaf wordt uitvoering gegeven aan artikel 4 van de Drank- en Horecawet waarin aan gemeenten wordt opgelegd in een verordening regels vast te stellen voor paracommerciële inrichtingen. De regels hebben als doel het voorkomen van oneerlijke mededinging en gelden bij het verstrekken van alcoholhoudende drank. De volgende onderwerpen moeten volgens de wet in elk geval geregeld worden: • de schenktijden voor alcoholhoudende drank; 1 Gemeente Diemen, Gezondheidsnota 2013-2016, Pagina 13 10 • • het schenken van alcoholhoudende drank tijdens bijeenkomsten van persoonlijke aard, zoals bruiloften en partijen; het schenken van alcoholhoudende dranken tijdens bijeenkomsten gericht op personen die niet of niet rechtstreeks bij de activiteiten van de betreffende rechtspersoon betrokken zijn. Volgens de memorie van toelichting bij de wijziging van de Drank- en Horecawet mogen de lokale regels rond paracommercialisme naar de aard van de paracommerciële rechtspersoon verschillend zijn. Dit betekent dat studentenverenigingen andere regels kunnen worden opgelegd door een gemeente, dan sportverenigingen of buurthuizen. Wel is uitdrukkelijk opgenomen dat het niet is toegestaan onderscheid te maken tussen stichtingen en verenigingen uit Nederland en die uit andere lidstaten, evenals rechtspersonen uit de Europese Economische Ruimte en Zwitserland. De regering verwacht dat de nieuwe wettelijke eis dat elke gemeente een paracommerciële verordening moet vaststellen, zal leiden tot een maatschappelijke discussie op gemeentelijk niveau. De gemeente kan daarbij recht doen aan de verschillen tussen bijvoorbeeld sportverenigingen en overige paracommerciële instellingen. De regering gaat er vanuit dat gemeenten bij deze afweging de belangrijke maatschappelijke functie van de verschillende paracommerciële instellingen in acht neemt en geen onnodige beperkingen zullen opleggen daar waar de mededinging niet in het geding is en er geen sprake is van onverantwoorde verstrekking van alcohol, met name aan jongeren. Artikel 3.1 Schenktijden paracommerciële inrichtingen Dit artikel is gebaseerd op artikel 4 (derde lid onder a) van de Drank- en Horecawet en behandelt de schenktijden in paracommerciële inrichtingen, zowel sportverenigingen als overige paracommerciële instellingen zoals de buurthuizen en kerkelijke instanties. In deze verordening is ervoor gekozen om voor alle inrichtingen hetzelfde schenktijdenregime te hanteren. Gekozen is voor vaste schenktijden vanwege de duidelijkheid en handhaafbaarheid. Uit gesprek met de sportclubs met een eigen kantine is gebleken dat de sportverenigingen in de gemeente Diemen behoefte hebben aan deze duidelijke vaste schenktijden. Binnen deze tijden is ook ruimte voor andere verenigingsactiviteiten zoals een feestavond voor vrijwilligers, afscheidsfeest van het bestuur/een bestuurslid, jaarfeest of de afsluiting van het seizoen. Activiteiten zoals een Halloweenfeest of het kijken van het Nederlands elftal (tijdens het WK) vallen hier niet onder. Bij de activiteiten die na 23.00 uur eindigen, is ervoor gekozen om nog tenminste één uur door te laten schenken. Dit komt in de praktijk weinig voor en bied de sporters die laat hun sportactiviteit eindigen na afloop ook nog de mogelijkheid om één uur in de kantine te blijven. Artikel 3.2 Bijeenkomsten van persoonlijke aard en bijeenkomsten voor derden Met bijeenkomsten van persoonlijke aard wordt gedoeld op: bijeenkomsten, waarbij meestal alcoholhoudende drank wordt genuttigd, die geen direct verband houden met de activiteiten van de desbetreffende paracommerciële instelling, zoals bruiloften, feesten, partijen, recepties, jubilea, verjaardagen, bedrijfsfeesten, koffietafels, condoleancebijeenkomsten en dergelijke. Voor zover die bijeenkomsten ook een zakelijk karakter hebben dat direct verband houdt met de activiteiten van de rechtspersoon, zoals het afscheid van de voorzitter van een vereniging, vallen deze niet onder het bereik van deze bepaling. Onder “bijeenkomsten die gericht zijn op personen die niet of niet rechtstreeks bij de activiteiten van de desbetreffende rechtspersoon betrokken zijn” wordt verstaan: activiteiten die niet verenigingsgebonden zijn en ook geen activiteiten van persoonlijke aard. Dit doet zich voor als een paracommerciële rechtspersoon zijn kantine of een andere ruimte verhuurt aan derden om bijvoorbeeld een feest te geven (voor niet-leden van de vereniging of niet-betrokkenen bij de stichting). In de gemeente Diemen komt het voor dat sportkantines worden verhuurd voor activiteiten van bijvoorbeeld andere stichtingen zoals de Zonnebloem. De regering gaat er vanuit dat gemeenten bij deze afweging de belangrijke maatschappelijke functie van de verschillende paracommerciële instellingen in acht neemt en geen onnodige beperkingen zal opleggen daar waar de mededinging niet in het geding is en er geen sprake is van onverantwoorde 11 2 verstrekking van alcohol, met name aan jongeren. Gelet hierop is ervoor gekozen om alcoholverstrekking toe te staan tijdens: • jaarlijks 4 bijeenkomsten van persoonlijke aard zoals feesten en partijen; • een onbeperkt aantal bijeenkomsten van charitatieve instellingen uit Diemen; • geen andere niet verenigingsgebonden activiteiten Bij een groter aantal treedt oneerlijke mededinging op, is het uitgangspunt. Vanwege dat uitgangspunt is het niet nodig om het openlijk aanprijzen van de toegestane bijeenkomsten te verbieden. Vanwege de controleerbaarheid is met het derde lid een (zo licht mogelijke) meldplicht opgenomen. Als er geen melding hoeft te worden gedaan is het voor de burgemeester, als wordt geconstateerd dat er een dergelijke bijeenkomst wordt gehouden, immers niet goed na te gaan of er dat jaar al meer van zulke bijeenkomsten zijn geweest en zo ja, hoe veel. Als de instelling een bijeenkomst niet meldt overtreedt zij in ieder geval het bepaalde in het derde lid. Om de oneerlijke mededinging te beperken, wordt in het vierde lid geregeld dat verenigingen slechts alcoholhoudende drank mogen verstrekken bij bijeenkomsten van persoonlijke aard, voor zover de bijeenkomst wordt gehouden ten gunste van een van de leden. Tevens Hoofdstuk 4: Bepalingen voor detailhandel Dit hoofdstuk is gereserveerd voor eventueel toekomstige bepalingen ten aanzien van detailhandel (slijtersbedrijven, supermarkten, etc.). Hoofdstuk 5: Overgangs- en slotbepalingen De Wijzigingswet Drank- en Horecawet (terugdringing alcoholgebruik) voorziet reeds in het overgangsrecht. Daarin is bepaald dat voorschriften en beperkingen, verbonden aan vergunningen voor paracommerciële inrichtingen, komen te vervallen op het moment van inwerkingtreding van deze verordening. Artikel 5.1 Inwerkingtreding In dit artikel wordt geregeld wanneer de verordening in werking treedt. Artikel 5.2 Citeertitel In dit artikel wordt geregeld hoe de verordening wordt aangehaald. 2 Memorie van toelichting op het wijzigingsvoorstel van de Drank- en Horecawet, Pagina 10 12
© Copyright 2024 ExpyDoc