Export-update Januari 2014 1. Samenvatting en conclusies De Nederlandse uitvoerwaarde is over de periode januari-augustus 2013 met 0,1% gestegen t.o.v. dezelfde periode in 2012. Deze bescheiden groei is te danken aan met name de iets hogere afzet (+0,8%) in Europa. Op de meeste andere continenten was per saldo sprake van een terugloop. Afrika en Oceanië (specifiek Nieuw-Zeeland) lieten wel een flinke groei zien. Het onderliggende beeld wisselt sterk van land tot land, ongeacht het continent. Krimp- en groeimarkten liggen naast elkaar. De vooruitlopende indicatoren – als het Nederlandse producentenvertrouwen en de orderportefeuille van Europese industriële ondernemingen – wijzen op gunstigere omstandigheden voor Nederlandse exporteurs dan enkele maanden geleden. Van uitbundigheid is echter geen sprake. Volgens het CPB versnelt de Nederlandse uitvoergroei in 2014. De exportkansen voor Nederlandse ondernemers verbeteren met name in Europa. Zo ontwikkelen de importen (=exportkansen) van belangrijke handelspartners als België, Duitsland, Frankrijk, Italië en het Verenigd Koninkrijk zich dit en volgend jaar aanmerkelijk gunstiger dan in 2013. Ook buiten Europa bieden exportmarkten in 2014 en 2015 duidelijke afzetkansen, zo blijkt uit importramingen van de EIU. Wel blijft de voor 2014 verwachte Nederlandse uitvoergroei onder het langjarige gemiddelde liggen. 2. Exportrealisaties De Nederlandse uitvoer maakte in 2013 in feite een pas op de plaats met een volumestijging van naar verwachting 0,5%. Daarbij kromp de binnenlands geproduceerde export – Made in Holland – zelfs met 0,75%. Vooral veel exporterende industriële ondernemingen beleefden een moeilijk jaar1. De wederuitvoer boekte wel een stijging ter grootte van 1,75% (in volume). Per saldo resulteerde hierdoor een bescheiden plusje voor de totale Nederlandse goederenuitvoer in 2013 van zo’n 0,5%2. De exportgroei is afgelopen jaar uiteindelijk aanmerkelijk lager uitgevallen dan het CPB eerder had voorzien3. Een belangrijke oorzaak van de lagere uitvoergroei is de wereldhandel. De wereldhandel heeft zich in 2013 minder voorspoedig ontwikkeld dan het CPB eerder raamde4. 1 In 2013 lag de industriële productie ruwweg op hetzelfde niveau als in 2010. In 2012 zagen exporteurs het uitvoervolume met 1,9% toenemen. 3 In april 2013 voorzag het CPB voor 2013 nog een uitvoerstijging van 3,25%. 4 Volgens het CPB is de wereldhandelsgroei lager uitgekomen door vooral “slechte realisaties van de handel van de opkomende economieën” (CPB, december 2013). 2 Bescheiden groei dankzij hogere afzet in Europa Naast het macroplaatje van hierboven is het interessant om onderliggend te kijken hoe de bescheiden uitvoergroei over 2013 is opgebouwd. Dus hoe hebben afzonderlijke Nederlandse exportmarkten zich het afgelopen jaar ontwikkeld. Dit microbeeld kunnen we schetsen aan de hand van CBS-cijfers van de waarde-ontwikkeling van de Nederlandse goederenuitvoer naar een groot aantal landen. Alvorens we de uitvoer meer in detail beschrijven nog enkele macro-cijfers: Uit CBS-cijfers blijkt dat over de periode januari-augustus Nederland voor 284,6 miljard euro aan goederen exporteerde, tegenover 282,3 miljard euro in dezelfde periode in 2012. Daarmee lag de uitvoerwaarde krap 0,1% hoger (zie tabel 1)5. Het groeitempo lag hiermee duidelijk lager dan in geheel 2012. Toen nam de Nederlandse exportwaarde met 5,4% toe t.o.v. 2011. De lichte groei in de eerste acht maanden van 2013 is vooral het resultaat van een iets grotere vraag naar Nederlands goederen in Europa. Europese landen - gezamenlijk waren deze goed voor 79,2% van de totale Nederlandse goederenuitvoer - namen voor 0,8% meer af (t.o.v. dezelfde periode in 2012). Daardoor steeg de uitvoerwaarde naar Europese afzetmarkten over de periode januari-augustus 2013 met 1,9 miljard euro tot ruim 225 miljard euro. Buiten Europa kromp de Nederlandse afzet per saldo. Aziatische markten tezamen namen voor 1,8% minder af, terwijl naar het Amerikaanse continent voor 9,0% minder (in euro’s gemeten) werd geëxporteerd. Doordat deze markten relatief groot zijn, kon de uitvoergroei naar de kleinere afzetcontinenten - Afrika (+9,0%) en Oceanië (+3,0%) – dit niet compenseren. Tabel 1 – Nederlandse exportontwikkeling (goederenuitvoer, bedragen x 1.000 euro, tenzij anders aangegeven) 2012 Jan.-aug. 2012 Jan.-aug. 2013 %-mutatie jan-aug. 2013 t.o.v. jan-aug. 2012 Totale waarde Nederlandse goederenexport 429.716.592 284.272.000 284.562.681 0,1 Totaal Europa 338.616.469 223.490.013 225.367.152 0,8 Totaal Afrika 14.656.126 9.400.409 10.262.980 9,2 Totaal Amerika 32.796.516 22.280.063 20.276.051 -9,0 Totaal Azië 41.028.261 27.363.724 26.865.717 -1,8 2.619.219 1.737.790 1.790.780 3,0 Totaal Oceanië Bron: CBS, 2014 en Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, 2014. 5 Dit gematigde groeitempo van de goederenexport spoort met de pas op de plaats in de goederenoverslag in de Rotterdamse haven. In 2013 werd op de haventerminals 442 miljoen ton overgeslagen. Dit is evenveel als in 2012. President-directeur Hans Smits verwacht voor 2014 een overslaggroei van 1 tot 1,5%. Verder is de goederenexportontwikkeling over 2013 ruwweg in lijn met de ontwikkeling van de uitvoer van bloemen. Volgens het Hoofdbedrijfschap Agrarische Groothandel zal de exportwaarde over geheel 2013 met 4% krimpen (t.o.v. 2012) tot 5,4 miljard euro. Onderliggend uiteenlopend beeld Onderliggend is sprake van een uiteenlopende uitvoerontwikkeling; krimp- en groeimarkten liggen naast elkaar (zie tabel 3 in de bijlage voor een uitgebreid landenoverzicht). Onze verreweg grootste handelspartner Duitsland nam in de periode januari-augustus 2013 voor 0,4% meer af (t.o.v. dezelfde periode in 2012). Daarmee ging voor 70,2 miljard euro naar onze Oosterburen, wat overeenkwam met 24,7% van de totale Nederlandse goederenexport. Exportmarktnummer 2 – België – was goed voor een toename van 1,8%. De uitvoerwaarde naar de nummer 3, Frankrijk, kromp echter met 1,2%. Frappant was de uitvoerstijging naar diverse eurocrisislanden. Zo steeg de goederenexport naar Italië met 2,5%, naar Griekenland met 2,9% en naar Portugal met 3,9%. Ierse importeurs namen in de periode januari-augustus 2013 zelfs voor 12,0% meer aan Nederlandse goederen af (t.o.v. dezelfde periode in 2012). Cyprus (min 9,3%) en Spanje (min 7,4%) lieten echter een daling zien. De positieve geluiden over de ontwikkeling van de Britse economie zijn in onze export terug te zien: naar het Verenigd Koninkrijk steeg de Nederlandse goederenuitvoer over de eerste acht maanden met 4,8%. Naar Zweden ging voor 6,1% meer aan Nederlands product en Polen – de 8e Nederlandse exportmarkt - boekte een plus van 8,4%. De export naar andere Oost-Europese landen liet een wisselend beeld zien: Rusland nam voor 0,4% minder af6, net als Hongarije (min 3,3%) en Tsjechië (min 7,1%). Daarentegen steeg de uitvoer naar Estland (+54,7%) en Letland (+43,5%) spectaculair7. Ook bij Bulgarije (+4,7%), Litouwen (+2,7%), Slowakije (+5,5%) en Roemenië (+7,5%) kon een stijging worden opgetekend. Voorts daalde de Nederlandse goederenexport naar de twee Alpenstaten Oostenrijk en Zwitserland over de periode januari-augustus met respectievelijk 2,0% en 4,2% in waarde (t.o.v. dezelfde periode in 2012). Wisselend beeld op Amerikaanse continent Afgezien van Afrika en Oceanië daalde de export naar alle niet-Europese landen gezamenlijk. Vooral op het Amerikaanse continent daalde de uitvoer in de periode januari-augustus 2013 met 9,2% stevig (zie tabel 1). De VS waren daarbij met een teruggang met 18,6% (overeenkomend 6 Alle BRIC’s lieten over de eerste acht maanden van 2013 een waardedaling zien (t.o.v. dezelfde periode in 2012). 7 Ook over een langere periode gezien zijn deze twee Baltische Staten – net als Litouwen – groeimarkten. Estland loopt hierbij voorop. Zo lag de export over de eerste acht maanden van 2013 op ruim 562 miljoen euro, tegenover krap 358 miljoen euro over geheel 2008. Als de stijging over de eerste acht maanden van 2013 zich over geheel 2013 heeft doorgezet, lag de Nederlandse goederenexport naar Estland afgelopen jaar 57,3% hoger dan in 2008. Voor Litouwen zou deze stijging 31,2% en voor Letland 26,3% bedragen. Voor de gehele Nederlandse goederenexport zou dit groeipercentage 15% bedragen. met 2,6 miljard euro) een van de grootste dalers8. Ook Brazilië behoorde met een waardedaling van 22,0% tot deze categorie. Daarentegen liep de exportwaarde naar Canada in de genoemde periode met 44,7% op9. Argentinië en Chili lieten met een plus van respectievelijk 31,5% en 39,9% een vergelijkbare hoge groei zien. Verder noteerde de exportwaarde naar Mexico een toename van 6,4% (t.o.v. januariaugustus 2012). Ook in Azië en Afrika liggen groei- en krimpmarkten naast elkaar De Nederlandse goederenuitvoer naar Azië leverde in de eerste acht maanden van 2013 eveneens een wisselend plaatje op. Hongkong pluste 4,2%, terwijl de uitvoerwaarde naar China met 0,9% daalde. De export naar Vietnam liep met 2,6% terug. De goederenuitvoer naar Taiwan groeide in euro’s juist met 7,3% (t.o.v. de eerste acht maanden van 2012). Net als bij de andere drie BRIClanden daalde onze uitvoer naar India met 13,4%. Thailand nam voor 11,0% minder aan Nederlands product af, terwijl de goederenexport naar Singapore met 6,0% in waarde kromp. De uitvoer naar Japan liep in de periode januari-augustus 2013 met 4,4% in waarde terug (t.o.v. dezelfde periode in 2012). In Afrika was het beeld vergelijkbaar. Wel liet dit continent per saldo een flinke waardegroei (+9,2% overeenkomend met ruim 860 miljoen euro) zien (zie tabel 1). Enkele Afrikaanse groeimarkten ter illustratie: de uitvoerwaarde naar Nigeria – de grootste Nederlandse afzetmarkt op het Afrikaanse continent - steeg met 12,9% en de exportwaarde naar Senegal groeide met 161,0%. Ook in Ghana, Rwanda en Sri Lanka werd meer afgezet. Tegelijkertijd waren er ook krimpende afzetmarkten. Zo importeerde Zuid-Afrika over de periode januari-augustus 2013 11,0% minder aan Nederlandse goederen (t.o.v. dezelfde periode in 2012). Tevens lieten onder meer Egypte, Soedan, Somalië en Togo een waardedaling van hun invoer aan Nederlandse goederen zien (zie tabel 3 in de bijlage). 3. Vooruitlopende indicatoren Vooruitlopende indicatoren – als het Nederlandse producentenvertrouwen, de orderportefeuille van Europese industriële ondernemingen en de DNB-conjunctuurindicator – wijzen op gunstigere omstandigheden voor internationaal ondernemende Nederlandse bedrijven dan enkele maanden geleden10. Van uitbundigheid is echter geen sprake. Hieronder wordt een tweetal indicatoren 8 Doordat de VS een grote- vijfde - exportmarkt voor Nederland zijn, tikt een daling op deze markt sterk door in de totale Nederlandse goederenuitvoer. In de periode januari-augustus 2013 bedroeg de export naar de VS 11,5 miljard euro. Daarmee zijn de VS de grootste afzetmarkt buiten Europa. 9 De export naar Canada steeg in de eerste acht maanden van 2013 met zo’n 600 miljoen euro (t.o.v. dezelfde periode van 2012) tot krap 2 miljard euro. Hiermee lag de uitvoer reeds op hetzelfde niveau als over geheel 2012. 10 Hetzelfde geldt voor de zogeheten CBS-Conjunctuurklok. Deze schetst aan de hand van een groot aantal indicatoren een beeld van de gehele Nederlandse economie. Indicatoren zijn onder meer de ontwikkeling van uitgelicht. A. Exportradar Volgens de CBS-Exportradar11 van december 2013 waren de exportomstandigheden gunstiger dan begin 2013. In de loop van het afgelopen jaar zijn de meeste indicatoren verbeterd (vaak was daarbij sprake van minder negatief worden). Van november op december was opnieuw sprake van een – zeer bescheiden – verbetering (zie http://www.cbs.nl/nlNL/menu/themas/dossiers/conjunctuur/cijfers/kerncijfers/exportradar.htm). B. Producentenvertrouwen De stemming van ondernemers in een sterk exportgeoriënteerde sector, de industrie, verbeterde in december eveneens licht. Daarmee steeg het producentenvertrouwen in de afgelopen maanden van -2,8 in september naar -0,1 in december. Dat is het hoogste niveau sinds oktober 2011 (zie figuur 1). Figuur 1 – Vertrouwen Nederlandse producenten Recent WTO-akkoord geeft krachtige handelsimpuls het aantal vacatures, werkgelegenheid, uitvoer, investeringen, consumentenvertrouwen. Het conjunctuurbeeld van eind december wijst volgens het CBS op de fase economisch herstel (zie http://www.cbs.nl/nlNL/menu/themas/dossiers/conjunctuur/publicaties/conjunctuurbericht/inhoud/conjunctuurklok/conjunctuurklok 2.htm). 11 De CBS-exportradar geeft aan de hand van zes indicatoren een beeld van de exportomstandigheden op een bepaald moment. Op deze manier kan ook de ontwikkeling in de tijd worden gevolgd. De omstandigheden voor Nederlandse exporteurs worden in sterke mate bepaald door de ontwikkelingen op de belangrijkste afzetmarkten voor Nederlandse export (Duitsland en de rest van het eurogebied) en door de ontwikkeling van de Nederlandse concurrentiepositie. De zes indicatoren zijn: 1) Het saldo van positieve en negatieve antwoorden van de Nederlandse ondernemers in de industrie op de vraag: “Beoordeelt u de buitenlandse orderpositie als groot, normaal of klein?”; 2) De jaar-op-jaar-mutatie van de reële effectieve wisselkoers; 3) Het niveau van het producentenvertrouwen van de Duitse industrie; 4) De jaar-op-jaar-mutatie van de industriële productie in Duitsland; 5) Het niveau van het producentenvertrouwen van de industrie in de eurozone; en 6) Het saldo van positieve en negatieve antwoorden van de Europese ondernemers in de industrie op de vraag: “Beoordeelt u de buitenlandse orderpositie als groot, normaal of klein?”. “Een historisch akkoord”. Zo betitelde de Britse premier David Cameron de overeenkomst die de 159 WTOleden vorig maand op Bali sloten. De leden verplichten zich met het akkoord tot versoepeling van procedures bij de import en export van goederen in hun land. Vanuit het Nederlandse bedrijfsleven waren dan ook positieve reacties te beluisteren, zoals van verladersorganisatie EVO, belangenbehartiger van 20.000 handelsen productiebedrijven, en VNO-NCW12. Momenteel vormen transactiekosten aan de grens circa 15% van de prijs van een product. Bij deze kosten kan worden gedacht aan administratieve lasten die bedrijven bij het inklaren van goederen ondervinden. Een voorbeeld hiervan is het moeten invullen van allerlei formulieren. Ook is de douane-afhandeling in sommige landen bijzonder tijdrovend. Dit is kostenverhogend (denk aan lange rijen wachtende vrachtwagens voor de grens). Tevens maakt een lange afhandeling aan de grens de handel van bepaalde goederen, zoals bederfelijke waar, oninteressant. Volgens de WTO kan het akkoord de wereldeconomie een impuls ter grootte van 1.000 miljard US dollar geven. Tevens kunnen 20 miljoen nieuwe banen ontstaan. Het lijkt volgens economen aannemelijk dat Nederland met zijn open economie relatief sterk van deze impuls kan profiteren. Bron: BBC News, FD en Leidsch Dagblad, 2013. 12 Beide organisaties waren betrokken bij de Nederlandse inzet tijdens de WTO-onderhandelingen. 4. Exportramingen 2013 was voor de uitvoer een gematigd jaar. 2014 belooft aanmerkelijk gunstiger uit te pakken. Volgens het CPB groeit het uitvoervolume dit jaar met 4% (zie tabel 2 en figuur 2). De versnelling hangt nauw samen met de groeiversnelling van de wereldeconomie en in het verlengde daarvan de aantrekkende wereldhandel. Het groeitempo van de wereldhandel loopt op van 0,7% in 2012 via 1,5% vorig jaar tot 3,75% in 2014, aldus het CPB. Ondanks de versnelling ligt de verwachte groei van zowel de Nederlandse uitvoer als de wereldhandel onder het langjarige gemiddelde. Figuur 2 – Nederlandse goederenuitvoer ‘Made in Holland’ Bovenstaande groeiverwachting baseert het CPB vooral op de economische ontwikkelingen in het eurogebied. Die laten voorzichtige tekenen van conjunctureel herstel zien. Het CPB verwacht dat de Nederlandse exportsector kan ‘meevaren’ op het groeiherstel in Europa. Nederland is immers sterk verweven met de Europese economie. Ramingen van de Economist Intelligence Unit (EIU) voor afzonderlijke landen illustreren de positieve CPB-voorspelling. Zo laat de importgroei van belangrijke Europese handelspartners als België, Duitsland, Italië, het Verenigd Koninkrijk, Zweden en Zwitserland een versnelling zien van 2013 op 2014 en 2015 (zie tabel 4 van de bijlage. In deze tabel staan ook importramingen (=exportkansen) voor veel andere landen13). 13 Belangrijk is om bij de importramingen te bedenken dat in afzetmarkten die vanuit macroperspectief krimpen er toch ruimte kan zijn voor afzetgroei voor Nederlandse exporteurs. Italië was hiervan in de afgelopen jaren Buiten Europa lopen de groeivooruitzichten uiteen. De VS lieten de afgelopen kwartalen een hogere groei zien dan veel analisten eerder dachten. Ook de groeiraming voor de Amerikaanse economie voor 2014 en 2015 is opwaarts herzien. Aan de andere kant zwakt het groeitempo in belangrijke opkomende economieën juist af. Brazilië, Rusland en Zuid-Afrika zijn hiervan illustraties. Toch duiden de EIU-importramingen voor verschillende opkomende economieën voor 2014 en 2015 op duidelijke exportkansen (zie tabel 4). Voorbeelden zijn Chili, Colombia, India, Indonesië, Turkije en Vietnam. Daarnaast lijken er kansen te liggen in landen als Australië, de Baltische Staten, Canada, Hong Kong, Kenia, Marokko en Servië; volgens EIU groeit in deze landen de import stevig. Tabel 2 - CPB-ramingen (%-volumemutaties t.o.v. het voorgaande jaar, tenzij anders aangegeven) Gemiddelde 2012 2013 2014 jaarlijkse groei 1996-2012 BBP 2,0 -1,2 -1 0,5 Relevante 4,5 0,7 1,5 3,75 5,6 1,9 0,5 4 2,1 0,7 -0,75 2,75 10,1 3 1,75 5,25 wereldhandel Nederlandse goederenuitvoer (excl. energie) -w.v. 'Made in Holland' -w.v. wederuitvoer Bron: CPB, december 2013 en Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, 2014. DNB: bescheiden herstel in 2014 en 2015 Na ruim twee jaar van economische krimp is de Nederlandse economie in de tweede helft van 2013 de weg omhoog ingeslagen, aldus de Nederlandsche Bank (DNB) in haar decemberraming. DNB verwacht dat het herstel zich in 2014 en 2015 in bescheiden mate doorzet. Van inhaalgroei lijkt nog geen sprake; de groei blijft een illustratie. Andersom geldt hetzelfde. Op exportmarkten die sterk groeien, kan de afzet van bepaalde Nederlandse goederen toch teruglopen. Het hangt sterk af van de sector waarin een Nederlandse exporteur actief is. Daarbij komt dat de feitelijk afzetontwikkeling ook weer afhangt van de individuele concurrentiepositie van Nederlandse exporteurs. Daarbij kan worden gedacht aan zijn prijs/kwaliteit-verhouding en het al dan niet goed kennen van de do's en don'ts van het lokale zakendoen. gematigd. Bovendien zijn de onzekerheden groot14. Drijfveer achter het gematigde herstel is onze buitenlandse handel15. Doordat de wereldhandel volgens DNB in 2014 en 2015 verder aantrekt, meer dan het CPB voorziet, blijft de export de motor achter de economische groei. Daarbij worden opkomende landen steeds belangrijkere afzetmarkten, aldus DNB. DNB voorziet voor 2014 een verdubbeling van het groeitempo van de uitvoer van goederen en diensten (zie tabel A). In 2015 versnelt de exportgroei nog iets; DNB verwacht dat het uitvoervolume dan met een fraaie 4,5% toeneemt. Tabel A - DNB-groeiraming (%-volumemutaties t.o.v. voorgaand jaar) 2012 2013 2014 2015 BBP -1,2 Consumptie huishoudens -1,6 -1,0 0,5 0,9 -2,1 -1,3 0,3 Relevante wereldhandel Uitvoer van goederen en diensten 1,1 1,2 4,1 5,1 3,2 1,7 3,5 4,5 Bron: DNB, 2013. Den Haag, januari 2014 Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Concernstaf/Digitale Media & Informatie (DM&I) Ron Hogenboom 14 DNB merkt hierbij op dat in de voorbije jaren vaker herstel werd aangekondigd. Maar de raming werd echter iedere keer neerwaarts bijgesteld. De huidige signalen lijken positiever te zijn dan voorgaande jaren. Maar het is volgens de centrale bank verstandig de eerdere neerwaartse bijstellingen in gedachten te houden. 15 Ook ING deelt deze zienswijze. Volgens ING is in de exporterende sectoren, industrie, groothandel en transport, de stemming van ondernemers aan de beterende hand. Vooral de machinebouw en transportmiddelenindustrie zagen hun productie in de afgelopen maanden aantrekken (ING, Visie op sectoren 2014, december 2013). Bijlagen Tabel 3 – Ontwikkeling goederenuitvoer (bedragen x 1.000 euro, tenzij anders aangegeven) 2012 Jan.-aug. 2012 Jan.-aug. 2013 %-mutatie jan-aug. 2013 t.o.v. jan-aug. 2012 Totale waarde Nederlandse goederenexport 429.716.592 284.272.000 284.562.681 0,1 Totaal Europa 338.616.469 223.490.013 225.367.152 0,8 Totaal Afrika 14.656.126 9.400.409 10.262.980 9,2 Totaal Amerika 32.796.516 22.280.063 20.276.051 -9,0 Totaal Azië 41.028.261 27.363.724 26.865.717 -1,8 2.619.219 1.737.790 1.790.780 3,0 Afghanistan 84.971 66.985 37.494 -44,0 Albanië 38254 24880 27911 12,2 Algerije 764.537 408.540 800.495 95,9 Andorra 17898 11659 11231 -3,7 Angola 435252 202637 244850 20,8 Argentinië 728.688 575.077 755.967 31,5 42701 30225 24595 -18,6 Totaal Oceanië Armenië Aruba 81525 50752 53436 5,3 2.295.083 1.522.068 1.505.796 -1,1 Azerbeidzjan 164.639 104.070 139.664 34,2 Bahamas 111587 89720 19490 -78,3 Bahrein 140260 98525 85134 -13,6 Bangladesh 142117 97405 95308 -2,2 8748 5948 4693 -21,1 48.518.421 31.916.113 32.495.943 1,8 Australië Barbados België Belize 4767 3404 6725 97,6 Benin 147666 71349 70439 -1,3 11698 10090 2644 -73,8 516 448 221 -50,7 5735 4475 5296 18,3 Bermuda Bhutan Birma Bolivia Bosnië-Herzegovina Botswana Brazilië Brunei Darussalam Bulgarije Burkina Faso 52.694 34.661 102.391 195,4 100.023 63.837 68.305 7,0 5345 3255 7702 136,6 3.082.096 1.936.753 1.509.977 -22,0 16.735 10.662 20.600 93,2 626.694 413.856 433.265 4,7 47112 29953 33353 11,4 Burundi 6494 3112 5450 75,1 12013 7787 8249 5,9 1.967.480 1.360.791 1.968.487 44,7 - - 31.075 2012 Jan.-aug. 2012 Jan.-aug. 2013 %-mutatie jan-aug. 2013 t.o.v. jan-aug. 2012 Caymaneilanden Centraal-Afrikaanse Republiek 227.851 119.618 247.501 106,9 81006 41549 39829 -4,1 Chili 449.034 253.555 354.844 39,9 Cambodja Canada Caribisch Nederland China 7.646.530 4.836.137 4.793.206 -0,9 Colombia 327941 193650 270526 39,7 Congo Congo (Democratische Republiek) 106446 72484 70905 -2,2 111.295 70.287 77.336 10,0 Costa Rica 74913 45298 55803 23,2 Cuba 92904 55259 59515 7,7 467572 339731 308281 -9,3 5.268.420 3.484.038 3.687.149 5,8 26606 17506 19491 11,3 2832 1862 1713 -8,0 86387 58433 66717 14,2 106.140.802 69.943.840 70.193.766 0,4 Cyprus Denemarken Djibouti Dominica Dominicaanse Republiek Duitsland Ecuador 139538 97267 150114 54,3 Egypte 1.334.837 955.728 924.269 -3,3 El Salvador 24579 18541 22089 19,1 Equatoriaal-Guinee 39732 25018 29331 17,2 Eritrea 2637 1677 2116 26,2 Estland 626.088 363.459 562.340 54,7 Ethiopië 90782 53687 67057 24,9 8075 5873 10938 86,2 331013 222369 255236 14,8 Faeröereilanden Filipijnen Finland 4253266 2862741 2827360 -1,2 36.246.827 24.172.140 23.893.785 -1,2 100449 59441 112427 89,1 Gambia Gebied onder Palestijnse autoriteit 25739 17011 19507 14,7 6243 3977 4249 6,8 Georgië 76386 47373 50253 6,1 1163920 747981 763706 2,1 Frankrijk Gabon Ghana Gibraltar Griekenland 1634394 1285378 819930 -36,2 2.058.686 1.345.817 1.385.169 2,9 Guatemala 53459 33638 37526 11,6 365516 192712 359395 86,5 Haïti 28839 20141 16369 -18,7 Honduras 27074 13219 17870 35,2 Hongarije 2625068 1735166 1677706 -3,3 Hongkong 1824174 1174880 1224176 4,2 Ierland 2889127 1848132 2069760 12,0 Guinee 2012 Jan.-aug. 2012 Jan.-aug. 2013 %-mutatie jan-aug. 2013 t.o.v. jan-aug. 2012 304785 212522 195834 -7,9 1915688 1265514 1095607 -13,4 Indonesië 628046 444546 563228 26,7 Irak Iran (Islamitische Republiek) 313959 174799 213954 22,4 364716 255026 168153 -34,1 Israël 1317426 907637 883527 -2,7 Italië 19.581.769 13.075.659 13.398.202 2,5 165439 107881 131426 21,8 14602 9607 12487 30,0 Japan 3.539.660 2.208.399 2.110.487 -4,4 Jemen 212124 102141 74118 -27,4 Jordanië 264676 182534 174124 -4,6 Kaapverdië 122841 70393 113973 61,9 Kameroen 155808 125110 65794 -47,4 Kazachstan 488259 312534 287342 -8,1 Kenia 180268 116128 147268 26,8 IJsland India Ivoorkust Jamaica Kirgizische Republiek 30731 21633 18530 -14,3 Koeweit Korea (Noord/Democratische Volksrepubliek) 391525 267006 318394 19,2 1420 1263 746 -40,9 Korea (Zuid/Republiek) 3369747 2524938 2223651 -11,9 23850 14194 24086 69,7 434065 298739 274912 -8,0 1700 1371 1173 -14,4 Lesotho 1929 1794 503 -72,0 Letland 393.871 250.901 360.000 43,5 Libanon 476.892 287.073 271.859 -5,3 Liberia 127.927 117.256 22.338 -80,9 Libië 402.001 231.110 334.013 44,5 18282 11.716 13.594 16,0 Kosovo Kroatië Laos (Democratische Volksrepubliek) Liechtenstein Litouwen 784.112 520.574 534.789 2,7 1.312.629 960.843 650.661 -32,3 Macau 34.323 23.408 15.545 -33,6 Macedonië 78.096 53.078 51.577 -2,8 Madagaskar Luxemburg 14.636 9.445 12.018 27,2 Malawi 9.695 4.967 7.129 43,5 Maleisië 888.451 592.630 564.700 -4,7 40.546 23.755 33.887 42,7 Mali Malta 264.795 160.125 174.630 9,1 Marokko 922.168 68.1269 450.784 -33,8 1957 1565 40969 2012 Jan.-aug. 2012 Jan.-aug. 2013 2517,8 %-mutatie jan-aug. 2013 t.o.v. jan-aug. 2012 298.903 191.562 286.388 49,5 Marshalleilanden Mauritanië Mauritius 28.908 19.485 21.669 11,2 2.932.697 1.873.346 1.994.118 6,4 Moldavië 51267 31.571 39.648 25,6 Mongolië 30743 24.855 20.266 -18,5 Montenegro 37267 24.401 25.248 3,5 Mozambique 45.346 36.173 24.554 -32,1 Namibië 49.408 14.082 22.182 57,5 Nepal 11.236 7.448 8.099 8,7 Nicaragua 44.227 39.195 11.390 -70,9 Mexico Nieuw-Caledonië 15.034 9.943 9.102 -8,5 Nieuw-Zeeland 258.412 170.064 207.097 21,8 Niger 110584 103246 21402 -79,3 Nigeria 2.686.921 1.747.479 1.972.903 12,9 Noorwegen 3.752.185 2.533.157 2.538.057 0,2 Oeganda 51.866 29.573 34.500 16,7 Oekraïne 1.272.761 779.133 820.386 5,3 52.220 31.613 40.146 27,0 346.570 209.632 207.490 -1,0 Oezbekistan Oman Oostenrijk 4.926.635 3.326.009 3.259.930 -2,0 Pakistan 296.747 203.364 211.878 4,2 Panama 163.833 100.943 62.738 -37,8 23.355 18.015 12.294 -31,8 Papoea-Nieuw-Guinea Paraguay 28.121 15.229 30.972 103,4 Peru 203.710 92.577 118.100 27,6 Polen 8.537.932 5.524.745 5.988.260 8,4 Portugal 2.481.468 1.652.680 1.716.883 3,9 361.574 217.183 256.089 17,9 Roemenië 1.655.083 1.061.033 1.140.337 7,5 Russische Federatie 7.067.907 4.582.353 4.565.783 -0,4 Rwanda 27740 11610 22423 93,1 San Marino 42837 27204 25729 -5,4 Qatar Saoedi-Arabië 2.232.984 1.484.459 1.583.850 6,7 Senegal 300.117 193.066 503.875 161,0 Servië 278.505 183.218 203.930 11,3 14976 10294 10493 1,9 Seychellen Sierra Leone 35.524 23.537 34.002 44,5 4.170.279 2.919.893 2.745.007 -6,0 Slovenië 657.832 438.474 461.671 5,3 Slowakije 1.325.735 870.426 918.024 5,5 Soedan 89.869 60.413 54.513 -9,8 Somalië 3881 2877 2377 2012 Jan.-aug. 2012 Jan.-aug. 2013 -17,4 %-mutatie jan-aug. 2013 t.o.v. jan-aug. 2012 11.847.092 7.928.681 7.340.889 -7,4 55307 38618 46628 20,7 238.374 157.535 146.028 -7,3 77906 57920 18931 -67,3 6932 4420 4631 4,8 Taiwan Tanzania (Verenigde Republiek) 2.869.190 1.906.562 2.046.631 7,3 103.401 58.425 59.692 2,2 Thailand 1.045.467 692.660 616.314 -11,0 Togo Singapore Spanje Sri Lanka Suriname Syrië (Arabische Republiek) Tadzjikistan 1.284.429 724.846 625.966 -13,6 Trinidad en Tobago 91506 41248 37617 -8,8 Tsjaad 19701 13364 13448 0,6 Tsjechië 5.992.196 3.906.642 3.628.290 -7,1 Tunesië 243435 156292 188355 20,5 Turkije 4.672.055 3.049.111 3.154.119 3,4 Turkmenistan 85.768 43.079 38.432 -10,8 Uruguay 90.136 57.633 44.847 -22,2 655.424 490.371 317.702 -35,2 34.644.158 22.513.524 23.583.356 4,8 2.373.793 1.610.501 1.542.704 -4,2 20.259.164 14.077.285 11.457.349 -18,6 Vietnam 573.216 403.274 392.606 -2,6 Wit-Rusland 322.433 199.591 220.367 10,4 Zambia 43541 27899 35574 27,5 Zimbabwe 22919 14812 16280 9,9 Zuid-Afrika 2.175.252 1.484.821 1.321.805 -11,0 Zweden 7.137.404 4.674.077 4.960.857 6,1 Zwitserland 5.725.245 3.854.796 3.692.244 Bron: CBS, 2014 en Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, 2014. -4,2 Venezuela Verenigd Koninkrijk VEA Verenigde Staten Tabel 4 – Importramingen (%-volumemutaties van de goederenimport t.o.v. het voorgaande jaar) 2013 2014 2015 Algeria 8,60 7,20 4,40 Angola 4,80 5,70 5,90 Argentina 9,20 7,40 5,60 Australia -2 5,30 5,50 Austria -0,20 3,50 4,80 Azerbaijan 14,60 6 6 Bahrain 5,60 5,90 5,80 Bangladesh 5,20 8,80 11 Belgium -0,30 1,90 1,80 Brazil 8,60 8,40 7,90 Bulgaria 2,30 3,90 4,10 Canada 0,80 2,50 4,30 Chile 6,80 6,30 6,80 China 7,40 7,80 8,30 Colombia 2,20 6,10 7,20 Costa Rica 3,50 6,40 6,90 Croatia -0,70 5,60 5,80 Cuba 1,50 5,80 5 -19,50 -1,10 0,10 Czech Republic -0,10 2,60 4,10 Denmark 2,50 2,60 2,90 -1 3 5,50 Ecuador 4,20 6,40 7,20 Egypt -2,30 3,40 5,10 El Salvador 5,80 5,80 6 Estonia 5,30 5,40 5,50 Finland -2,30 3,10 4,60 France 1 2,90 3,70 Cyprus Dominican Republic Germany 1,10 3 4,10 Greece -9,60 -2,20 1 Hong Kong 6,40 6,50 6,60 Hungary 1,80 2 3,40 India 1,20 8 12,10 Indonesia 1 5,20 9,70 -14 3 1,70 Ireland -0,90 1,10 1,50 Israel -2,20 5,60 6,40 -3 1,40 1,70 3,50 3,40 3 Iran Italy Japan Jordan 3 3,90 4,30 Kazakhstan 5,80 4,20 6,40 Kenya 8,40 7,00 6,00 2013 2014 2015 2,50 3,50 6,40 Latvia 1,50 4,50 5,30 Libya 14,80 13 14,50 Lithuania 4 4,50 4,80 Malaysia 3 4 6,10 3,50 7 8,10 1 3 6,50 Netherlands -0,10 2,50 4 New Zealand 4,10 5,20 4,40 4 8,40 7,60 Norway 1,90 3,20 4 Pakistan -2,41 6,80 8,60 Peru 6,30 5,30 6,20 Philippines 4,60 6,50 6 Poland 0,40 5,10 6,80 Portugal -0,50 0,50 1,50 Qatar 7 6,50 8 Romania 4 4,40 5,50 Russia 6,70 8,10 7,20 Saudi Arabia 5,50 5,20 5,30 4 5 6,40 Singapore 2,50 4,60 7,40 Slovakia 1,70 6 8,20 Slovenia 2,90 3,50 2,70 South Africa 4,80 5 6,10 South Korea 4,20 4,60 5,10 Spain 0,50 3,80 1,80 Sri Lanka -1,80 3,90 4 Sweden -2,40 1,90 4,80 Switzerland 0,30 2,70 4,20 Taiwan 3,10 2,80 5,10 Thailand 3,60 3,90 5,30 Tunisia 5,80 5,40 5,50 Turkey 7,10 5,20 6,90 Ukraine -4,50 0,20 2,90 8 7 7,80 United Kingdom 1,40 2,10 3,20 United States 1,30 3,40 3,80 Kuwait Mexico Morocco Nigeria Serbia UAE Venezuela -9 0,80 3,40 Vietnam 14 15,60 14 Bron: Economist Intelligence Unit, 2014.
© Copyright 2024 ExpyDoc