Beëindiging van diensten in de Christelijke Gereformeerde Kerk te Vlissingen Geschiedenis De Christelijke Gereformeerde Kerk te Vlissingen mocht 116 jaar bestaan. De gemeente kon gezien worden als een voortzetting van de kerk die ontstaan is uit de Afscheiding. We komen de namen tegen van ds. H. de Cock (te Ulrum) en ds. H. J. Buddingh, de vader van vele Zeeuwse afgescheiden gemeenten. In Vlissingen werd in het midden van de negentiende eeuw door ds. C. van den Oever een zogenaamde kruisgemeente geïnstitueerd. De eerste predikant was ds. J. Holster, het eerste kerkgebouw een verbouwd pakhuis in de Palingstraat. In 1869 kreeg de gemeente een nieuwe naam: Christelijke Gereformeerde Kerk. De Doleantie ging niet aan Vlissingen voorbij; er ontstond een dolerende kerk. In 1892 vond de Vereniging plaats van de Christelijke Gereformeerde Kerken en de Dolerende Kerken. In Vlissingen gingen de kerken van de Afscheiding en de Doleantie officieel mee in de Vereniging, maar ze bleven wel lange tijd afzonderlijk functioneren. Een klein groepje van de kerk van de Afscheiding ging helemaal niet mee en hield huisgodsdienstoefening. Dit groepje vormde het begin van de huidige Christelijke Gereformeerde Kerk. Zoals vaker in Zeeland, was er drie keer per zondag kerk. Bovendien werd in de wintermaanden op een avond in de week nog een kerkdienst gehouden. Men kwam samen in een timmermanswerkplaats. Het was allemaal vrij primitief. De Heere wilde de eenvoudige en persoonlijke, bevindelijke prediking gebruiken tot bekering. De gemeente groeide. Er werden preken gelezen uit de oefeningen van Wulfert Floor. We krijgen de indruk dat er in die beginperiode veel gesproken werd over het leven met de Heere. Op 21 augustus 1898 werd de Christelijke Gereformeerde Kerk van Vlissingen opgericht. Kerkgebouw: Eben-Haëzer In 1910 werd een nieuw en stijlvol kerkgebouw betrokken, de huidige Eben-Haëzer-kerk, Kasteelstraat 109. In 1920 werd een nieuw pijporgel in gebruik genomen voor de zangbegeleiding tijdens de dienst. De eerste jaren was er overigens nog geen orgelspel voor aanvang van de dienst. Vrouwen en kinderen zaten gescheiden van de mannen; vrouwen en kinderen in de middenbanken, mannen in de zijbanken. Een vrouw die een beetje doof was, zette onder de preek een grote koperen hoorn aan het oor om beter te kunnen horen. Reeds in 1924 gold een rookverbod tijdens de ledenvergadering. Treffend is te lezen dat een ouderling die kletste over kerkenraadszaken, voor straf zes weken niet in de ouderlingenbank mocht zitten. Een ouderling las een preek vanaf een lessenaar, niet vanaf de kansel. Gasthuiskerk te Middelburg In 1936 kon ook in Middelburg een Christelijke Gereformeerde Kerk worden opgericht. Men zou deze kerk dus een dochtergemeente van Vlissingen kunnen noemen. In Middelburg werd de monumentale Gasthuiskerk aangekocht. Kort voor de oorlog verscheen een eigen kerkblaadje: "Eben-Haëzer". Oorlog Op 10 mei 1940 vielen de Duitsers vanuit de lucht aan. Vele gemeenteleden vluchtten Vlissingen uit. De pastorie werd door een Duitse bom getroffen. Ds. Meijnhout schuilde met het hele gezin in rioolbuizen langs de weg. Alle oorlogsjaren door kwamen er vliegtuigen over en werden er bombardementen uitgevoerd op de door de Duitsers gebruikte haven en scheepswerf. Regelmatig werden er leesdiensten gehouden in de consistorie. Niet iedere dominee kwam even graag naar het gevaarlijke Vlissingen. Evangelisatie Opvallend is door de jaren heen de grote aandacht voor evangelisatie. Mede door de sterke secularisatie werd de nood diep gevoeld. In de haven- en industriestad heeft de secularisatie zich al vroeg ingezet, maar in de jaren vijftig werden de gevolgen steeds meer zichtbaar. Vlak na de oorlog kwam op initiatief van ds. Slofstra de straatevangelisatie op gang, waartoe werd samengewerkt met de evangelisatiecommissie van de Gereformeerde Synodale Kerk. De gemeente groeide in deze tijd sterk. Tot in de jaren '60 is er op het Bellamypark geëvangeliseerd, op het laatst hoofdzakelijk in de zomermaanden. In die zelfde tijd werd ook campingevangelisatiewerk gedaan in Dishoek onder de naam "Strandpastoraat", eveneens in samenwerking met andere kerken uit Vlissingen en Koudekerke. Het initiatief lag bij een aantal studenten van de Theologische Hogeschool te Apeldoorn. In 1980 moest men toch stoppen met dit werk, vanwege allerlei moeilijkheden, zoals het werven van teamleden. Ten tijde van ds. Maris werkten de Vlissingse jongeren soms ook mee bij evangelisatie-acties In Antwerpen. Eind jaren tachtig werden zomeracties gehouden door de St. Agapè, die met een "Er is Hoop"bus naar Vlissingen kwam. Medewerkers werden bij gemeenteleden ondergebracht en de acties werden ook vanuit de gemeente ondersteund. Rond het Kerstfeest vond regelmatig lectuurverspreiding plaats, waarbij soms deur aan deur werd aangebeld en een kaars werd aangeboden met een uitnodiging voor de komende kerkdiensten. Een nieuwe activiteit in de 90-er jaren werd ook "Vlissingen Zingt". Ds. Van der Wal maakt deel uit van het organiserend comité. In januari 1994 werd voor het eerst een sing-in gehouden, waarbij mensen van buitenaf werden uitgenodigd. Daarna werd binnen de evangelisatiecommissie nagedacht wat er verder gedaan kon worden, daarbij rekening houdend met het kleine aantal mensen dat de activiteiten moest ondersteunen. Besloten werd met een gitaar onder de arm het centrum in te gaan en daar met een groepje enkele liederen te zingen. Korte tijd later kwam er versterking van een groep jonge mensen uit de Gereformeerde Gemeente, die dezelfde plannen hadden. Nog steeds staan maandelijks zo'n 10 à 15 mensen te zingen in de Lange Zelke. Tijdens de straatzang worden folders uitgedeeld en wordt geprobeerd met voorbijgangers in gesprek te komen. Gedurende de laatste jaren werd in de evangelisatieactiviteiten steeds meer samengewerkt met de Gereformeerde Gemeente en met de Gereformeerde Kerk Vrijgemaakt te Vlissingen. In 2013 werd hiertoe de stichting Hoop voor Vlissingen opgericht. 13 Dominees en een kerkelijk werker De kerk te Vlissingen werd in haar bestaan in totaal door dertien dominees en tenslotte door een kerkelijk werker gediend. Het betreft de predikanten: B. van den Berg 1911-15; J.B.G. Croes 1918-21; A. Gruppen 1923-26; L. Kleisen 1931-38; W. Meijnhout 1939-41; R. Slofstra 1946-49; J. de Vuyst 1951-56; A.W. Drechsler 1958-63; J.W. Maris 1967-75; C.A. den Hertog 1976-81; A. Brons 1983-91; J. van der Wal 1993-99 en F.W. van der Rhee 2003-07, alsmede kerkelijk werker J.P. Rozema 2009-14. Ledental Met name onder ds. Croes maakte de gemeente een forse groei door en telde ongeveer 300 leden. Daarna, waarschijnlijk mede door de crisisjaren en het teruglopen van de werkgelegenheid, is het ledental weer gedaald. Na de oorlog, in de tijd van ds. Slofstra, trok het ledental van de gemeente weer behoorlijk aan. Het bedroeg toen iets meer dan 250. Dat ledental bleef een aantal jaren op peil. Geleidelijk aan zette echter een daling in, waarbij de conjunctuur van de economie ook wel enigszins in de lijn van het ledental is af te lezen. Vanaf de jaren 90 varieerde het ledental tussen de 120 en 140 leden. Vanaf 2012 is het ledental echter sterk gedaald. Heden: moeder trekt bij dochter in De gemeente van Vlissingen is nu met zestig, meest oudere leden te klein geworden om zelfstandig te blijven bestaan. De kerkenraad heeft daarom helaas moeten besluiten om in november de diensten te beëindigen en de gemeente zo spoedig mogelijk daarna op te heffen. In dit kader werd een dienst van Woord en gebed belegd op 1 november 2014 in het eigen kerkgebouw, waarin ds. A. Hakvoort als consulent van de gemeente is voorgegaan. Aan alle leden is de keuze voorgelegd van welke kerk men lid wil worden. De meeste leden hebben besloten om voortaan te kerken in de Christelijke Gereformeerde Kerk te Middelburg. De kerkenraad, 1 november 2014
© Copyright 2024 ExpyDoc