Schoolgids Scheldemond College 2014-2015 Inhoudsopgave 1. De organisatie 5 2. Een openbare school 6 3. De schooltijden en vakanties 9 4. Hoe we met elkaar omgaan 11 5. Het onderwijs op het Scheldemond College 14 6. Het onderwijs in de afdeling VWO – HAVO 24 7. Samenwerkingsverband VO 34 8. De Mediatheek 34 9. Leerlingenbegeleiding 35 10. Contact met de school 40 11. De financiële zaken 43 12. Het Scheldemond College overige activiteiten 48 13. Nuttige namen en adressen 49 14. Protocollen op onze scholengemeenschap 53 2 Kwaliteit voor alles Het Scheldemond College is niet de grootste school van onze provincie. Steeds meer mensen vinden echter wel dat het een van de betere scholen is. De school krijgt daarvoor steeds meer de erkenning die ze verdient, in de Volkskrant bij het jaarlijkse onderzoek, maar ook van de inspectie. Zeeland heeft te maken met bevolkingskrimp. ’Groei’ krijgt in deze tijd steeds meer een nieuwe betekenis. Onze school zoekt die groei in kwaliteit. Daarbij koesteren we onze kleinschaligheid. Daardoor zijn we in staat om bijzondere activiteiten te ondernemen, zoals ons highschool programma. Die kleinschaligheid helpt ons ook om goed en persoonlijk te blijven communiceren met onze allerbelangrijkste samenwerkingspartners: de ouders van onze leerlingen. Een goede school maak je samen. Het Scheldemond College zoekt die samenwerking, juist ook in het jaar dat voor ons ligt, in de regio, met het bijzonder onderwijs, maar ook met het speciaal onderwijs. Goed onderwijs is voor ons ook Passend Onderwijs. Dat maken we op onze school waar. We zoeken die samenwerking echter in de allereerste plaats als team, met onze leerlingen en natuurlijk hun ouders. Kunnen we ook dit jaar weer op u rekenen? Ik wens onze leerlingen, u en ons een uitstekend jaar toe! H.J. van Arenthals Rector Scheldemond College Bestuurder Mondia Scholengroep 3 Het gebruik van deze Schoolgids Deze Schoolgids is een verplicht document, waarin ouders en andere belanghebbenden belangrijke gegevens over het onderwijsaanbod, de organisatie en andere aspecten van het Scheldemond College kunnen vinden. De Schoolgids is bedoeld als ‘naslagwerk’ en alleen digitaal verkrijgbaar. Desgewenst kunt u een exemplaar printen of een geprint exemplaar kan verkregen worden, door een mailbericht daartoe te sturen naar [email protected]. Ouders en andere belanghebbenden ontvangen jaarlijks een gedrukte samenvatting van deze Schoolgids. Hoe bereikt u het Scheldemond College Scheldemond College School voor VWO (Gymnasium – Atheneum), HAVO, MAVO en VMBO (incl. LWOO), Onderdeel van de Mondia Scholengroep Bezoekadres: Weyevlietplein 7-13 4385 CH Vlissingen Postadres: Postbus 69 4380 AB Vlissingen Telefoon: Fax: (0118) 47 94 00 (0118) 47 94 44 E-mailadres: [email protected] Internet:: http://www.scheldemondcollege.nl http://www.mondiascholengroep.nl Bankrekening: Girorekening: Rabobank: 34.93.29.699 Postbank: 2145254 Telefoon absentenregistratie: VWO-HAVO, mevrouw S.A. van Drongelen-de Leeuwen Gebouw A (0118) 48 68 84 MAVO-VMBO, de heer J.M. van Dam Gebouw B (0118) 48 68 92 4 Wanneer u het als ouders en/of verzorgers op prijs stelt om de informatie vanuit het Scheldemond College ook per e-mail te ontvangen, kunt u een verzoek richten aan het managementteam, via [email protected] U wordt dan op de maillijst van het Scheldemond College geplaatst. 1. De organisatie A. Stichting voor Openbaar Voortgezet Onderwijs op Walcheren en bestuur De school gaat uit van een zelfstandige rechtspersoon, een stichting voor Openbaar Onderwijs, de Stichting voor Openbaar Voortgezet Onderwijs op Walcheren. De statuten van de stichting zijn te vinden op de website en te verkrijgen bij de managementassistente. Deze stichting realiseert tevens Nehalennia Stedelijke Scholengemeenschap. Het bestuur wordt gevormd door dhr. H.J. van Arenthals. B. Management Eindverantwoordelijk schoolleider is de rector, dhr. H.J. van Arenthals. Dhr. E.J.A. Fagg is als locatiedirecteur verantwoordelijk voor de aansturing en ontwikkeling van het onderwijsproces. Hij geeft leiding aan de teamleiders. Nehalennia SSG heeft twee locatiedirecteuren, die samen met de heer Fagg onder leiding van de rector het Centraal Managementteam (CMT) van de Mondia Scholengroep vormen. C. Het middenmanagement Ouders en leerlingen hebben bij de dagelijkse gang van zaken vooral te maken met de teamleiders. Zij zijn, na de mentor van de klas, het eerste aanspreekpunt. De docenten zijn ingedeeld in zogenaamde ‘teams’. Ieder team wordt geleid door een of twee teamleiders, die direct leidinggevende(n) zijn van de docenten in dat team. Het gaat om de volgende teams en teamleiders: • • • Team VWO- HAVO onderbouw (klas 1 & 2) wordt geleid door dhr. J.C. Schalkwijk Team VWO- HAVO bovenbouw (klas 3 t/m 6) wordt geleid door mevr. M. Roose Team VMBO - MAVO wordt geleid door mevr. R.W. van Oost De teamleiders vormen samen het middenmanagement van de school. D. Hoofd bedrijfsvoering Verantwoordelijk voor de aansturing van de administratieve en faciliterende afdelingen is dhr. A. Mondeel, Hoofd Bedrijfsvoering van de Mondia Scholengroep. 5 E. Raad van Toezicht Op het bestuur van de stichting wordt toegezien door de Raad van Toezicht. Deze bestaat uit: • • • • • • • Dhr. L.M. Adriaanse (voorzitter) Mevr. M. te Roller (vicevoorzitter) Dhr. D.J. van den Bout Dhr. M. Minekus Mevr. J.J.M. Seijbel Dhr. C. Verheijen Vacature, wordt vervuld F. Bereikbaarheid Het bestuur, het management en de Raad van Toezicht zijn bereikbaar via de managementassistente, mevr. C.K. van Sighem-Minderhoud. Tel. 0118-486894 / 06-41584182, e-mail [email protected] De teamleiders zijn daarnaast rechtstreeks via e-mail bereikbaar: Mevr. R.W. van Oost - [email protected] Dhr. J.C. Schalkwijk - [email protected] Mevr. M. Roose - [email protected] G. De inspectie De Inspecteur voor het Voortgezet Onderwijs is ook vertrouwensinspecteur. Het adres van de Inspectie vindt u elders in deze schoolgids. 2. Een openbare school A. Ons uitgangspunt Het Scheldemond College heeft als ‘missie’, steeds meer aan het volgende beeld te voldoen: het Scheldemond College is een prettige school, waar je als leerling volop kansen krijgt je talenten te ontwikkelen. De school biedt degelijk, kwalitatief goed onderwijs met inzet van de meest moderne middelen en een uitstekende zorg en begeleiding. Het is een gezonde school, die je wil activeren binnen en buiten de lessen. Daarmee is het ook een gezellige school. Het Scheldemond College is een school die in de omgeving is verankerd en daarin actief is. Het Scheldemond College wil een school zijn, die in haar beleid en organisatie de ‘balans’ zoekt en weet te vinden, in de eerste plaats voor haar leerlingen, maar zeker ook voor haar medewerkers en ‘stakeholders’, de andere belanghebbenden. We zoeken, als school ‘middenin de samenleving’, de balans tussen enerzijds innovaties en moderniseringen in zowel onderwijsprogramma als fysieke leeromgeving en leermiddelen en anderzijds een degelijke kwaliteit en een stevige structuur. We zoeken op dezelfde manier de juiste verhouding tussen competentiegericht leren en het oefenen van voor het vervolgonderwijs en de 6 informatiemaatschappij nodige vaardigheden aan de ene kant en een solide kennisbasis aan de andere kant. Het Scheldemond College investeert al jaren veel in onderwijsvernieuwing, zeker waar het gaat om het programma-aanbod. Hetzelfde geldt voor leermiddelen, vooral op het gebied van ICT en multimedia. Daarnaast is er een sterk accent komen te liggen op interne kwaliteitszorg, ‘borgen wat goed is’, zonder daarbij relevante maatschappelijke ontwikkelingen uit het oog te verliezen. ‘Leren leren’ is ‘leren’ tegen de directe behoefte aan ‘consumptie en vermaak’ in. De degelijke basis en structuur zijn iets wat geen leerling kan missen. De middelbare schoolperiode is een belangrijke tijd in de ontwikkeling van een mens, waar het enerzijds gaat om ‘ontdekken en ontwikkelen,’ maar anderzijds ook om gezelligheid, ontspanning en plezier. Het Scheldemond College wil een gezellige school zijn, op een gezonde en actieve manier. Het Scheldemond College geeft leerlingen kansen echt iets te ‘doen’ met hun talenten. Tegelijk wil de school blijvend een goede kwaliteit leveren. B. ‘Openbaar’ De school is ‘algemeen toegankelijk’, wat naar voren komt in onder andere de toelating van leerlingen, de aanstelling van personeel, de benoeming van bestuursleden en de verkiezing van leden van de medezeggenschapsraad. Het karakter van het onderwijs is ‘actief pluriform’: we benadrukken samen de waarde van de eigenheid en veelzijdigheid van mensen. ‘Je mag er zijn’, ongeacht je ras, sekse, geaardheid, levensovertuiging of wat dies meer zij. Dat staat ook zo in ons leerlingenstatuut verwoord. We proberen onze multiculturele samenleving daarin op een positieve manier te benaderen, vanuit de meerwaarde die ze geeft, in plaats van vanuit de problematiek. Het ‘openbare karakter’ van onze school komt verder naar voren in het ‘open karakter’, waar we aan willen werken, de gerichtheid op onze omgeving. We vinden een veilige leer- en werkomgeving erg belangrijk. Mensen dienen daar met elkaar met respect om te gaan. C. Bestuur, toezicht en verantwoording Het Scheldemond College gaat uit van de Stichting voor Openbaar Voortgezet Onderwijs op Walcheren en wordt bestuurd door de rector. Een Raad van Toezicht houdt toezicht op het bestuur. Het bestuur en de Raad van Toezicht overleggen geregeld. Bij dat overleg komen de financiële jaarstukken, maar ook opbrengsten van kwaliteitszorg aan de orde. Kwaliteitszorg is het zicht houden op en verbeteren van kwaliteit, volgens het systematisch doorlopen van de PDCA-cirkel: Plan Do Check Act. We doen dat door het hanteren van beleidscycli, door het vormgeven en uitvoeren van kwaliteitsbeleid: op systematische wijze en continu nagaan of de school waarmaakt wat zij in plannen en beleid voornemens schetst. Het management is verantwoordelijk voor het opzetten en uitvoeren van kwaliteitsbeleid, gebruikmakend van de teamstructuur en de aansturing daarvan. Docenten zijn bij uitstek degenen die een oordeel kunnen geven over de kwaliteit van leren en onderwijzen. De basis is gelegen in het kritisch kijken naar het eigen handelen en de effecten daarvan. Uitvoering hiervan vindt plaats door middel van 7 een systeem van interne kwaliteitszorg in secties en binnen teams. Daarnaast is er een combinatie van functioneringsgesprekken en beoordelingsgesprekken. Belangrijke feedbackinstrumenten zijn regelmatige leerlingenenquêtes over docentengedrag en cijfermateriaal afkomstig uit de registratie van ziekteverzuim, lesuitval, lesvervanging, verwijderingen en dergelijke. Daarnaast bepalen docenten mede de ontwikkeling van de kwaliteit van het onderwijs door scholing, deelname aan studiedagen, deelname aan het overleg in platforms en het meewerken aan onderzoeken. Het primaire proces in de school is het leerproces van onze leerlingen. De kwaliteit van de school komt vooral tot uiting in de kwaliteit van het leren door de leerlingen. Centraal in de kwaliteitszorg staat daarom de vraag aan leerlingen: wat heb je geleerd en in hoeverre heeft de school daar een bijdrage aan geleverd? Zelfevaluatie betekent voor leerlingen enerzijds reflectie op het eigen leren, anderzijds feedback geven aan degenen die geacht worden hen bij het leren te ondersteunen. De leerlingen vervullen deze rol door deelname aan overleg over de kwaliteit van de school en door het invullen van vragenlijsten. Ouders leveren een bijdrage aan het kwaliteitsbeleid door hun deelname aan het georganiseerd overleg (via ouderraad en medezeggenschapsraad), door hun deelname aan thema-avonden over de kwaliteit van de school en door het geven van feedback aan de school. Om dit laatste vorm te geven wordt eenmaal per twee jaar een enquête afgenomen onder een representatieve groep ouders. Basisonderwijs enerzijds en vervolgonderwijs, bedrijfsleven en instellingen anderzijds vervullen naar het voortgezet onderwijs de rol van respectievelijk ‘leverancier’ en ‘afnemer’. Door regelmatige contacten, zowel van formele als van informele aard, dient de school op de hoogte te blijven van de mogelijkheden en wensen van deze relaties en, zo mogelijk, de eigen kwaliteit daarop af te stemmen. Indien nodig kunnen basisonderwijs, vervolgonderwijs en bedrijfsleven bevraagd worden, om zo feedback te verkrijgen op de door de school geleverde kwaliteit. Het bestuur en management verantwoorden zich naar de samenleving in het jaarverslag (te vinden op de website), middels de website ‘Vensters voor verantwoording’ en door speciale bezoeken aan belanghebbenden en door het organiseren van avonden in dit kader. D. Medezeggenschap, ouderraad De medezeggenschapsraad van de school (MR) kent een personeelsgeleding (PMR), een leerlingengeleding en een oudergeleding. De Mondia Scholengroep heeft een Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR), met alle drie de genoemde geledingen. De ouderraad heeft een adviserende en een klankbordfunctie voor de schoolleiding. Ze helpt verder mee bij het organiseren van tal van activiteiten, waaronder Open Huis en diploma-uitreiking. Het bestuur en management vergaderen met de GMR, de MR, de PGMR en de PMR, de teamleiders vergaderen met de ouderraad en een van de teamleiders begeleidt de leerlingenraad. Alle vergaderingen zijn openbaar, tenzij vooraf anders bepaald. 8 E. Betrekken van ouders en leerlingen Algemeen Leerlingen en hun ouders (waarmee we ook ‘mentoren’, ‘verzorgers’ en dergelijke bedoelen) zijn de belangrijkste ‘klanten’ van de school, naast anderen. ‘De leerling staat centraal’, is ons credo. De leerlingenenquêtes worden structureel gebruikt in het systeem van kwaliteitszorg, tot en met functioneringsgesprekken toe. De ouders hebben als belangrijkste contactpersoon de mentor en daarna de teamleider. Er zijn voorlichtingsavonden en spreekavonden. Er is een nieuwsbrief en informatie via de website. Er is een klachtenregeling. Deze is te downloaden van de website en verkrijgbaar bij de managementassistente. Het management houdt jaarlijks een oudertevredenheidonderzoek, waarvan de uitkomsten te vinden zijn op de eerder genoemde website ‘Vensters voor verantwoording’: www.schoolvo.nl Topsporters De ouders en de topsportleerlingen ondertekenen bij de start van het schooljaar een zogenaamd studiepaspoort waarin duidelijke afspraken worden gemaakt tussen ouders, topsporter, vereniging en school. Daarin staan o.a. afspraken over het aantal keren dat er structureel overleg is tussen hiervoor genoemde partijen. Ook is er structureel overleg tussen de topsportcoördinator van de school en de trainers van onze topsporters. 3. De schooltijden en vakanties A. Het lesrooster Een goed lesrooster is belangrijk voor de hele organisatie. Om te zorgen voor een goede verdeling van bijvoorbeeld het huiswerk, worden de lessen zo goed mogelijk over de week gespreid. De schooltijden zijn van maandag tot en met vrijdag tussen 08.30 en 16.45 uur. Je kunt op deze tijden beter geen andere afspraken maken, ook niet waar het gaat om ‘bijbaantjes’ of bijvoorbeeld een sportclub. Je kunt als leerling tijdens deze schooltijden namelijk altijd op school worden verwacht! B. Lestijden Het Scheldemond College heeft steeds meer leerlingen die een behoorlijke tijd onderweg zijn om op school te komen. Verder traint een aantal sportverengingen waarmee we samen werken ’s morgens vroeg. De lestijden zijn mede daarom als volgt: 9 Lessen 1 2 Pauze 3 4 Pauze 5 6 7 8 Tijden OB 08.30 – 09.20 09.20 – 10.10 10.10 – 10.25 10.25 – 11.15 11.15 – 12.05 12.05 – 12.35 12.35 – 13.25 13.25 – 14.15 14.15 – 15.05 15.05 – 15.55 Lessen 1 2 3 Pauze 4 5 Pauze 6 7 8 9 Tijden BB 08.30 – 09.20 09.20 – 10.10 10.10 – 11.00 11.00 – 11.15 11.15 – 12.05 12.05 – 12.55 12.55– 13.25 13.25 – 14.15 14.15 – 15.05 15.05 – 15.55 15.55 – 16.45 C. Het overblijven Je kunt je lunch in de voor jou aangewezen aula gebruiken. Ook tussenuren kun je daar doorbrengen. In de aula’s kun je broodjes, soep, gekoelde frisdranken en andere levensmiddelen kopen. Als je in de onderbouw zit mag je het schoolterrein niet verlaten en ook niet roken . D. Vakanties 2014-2015 Herfstvakantie Kerstvakantie Voorjaarsvakantie Goede Vrijdag / 2e Paasdag Meivakantie Hemelvaartsdag + vrijdag 2e Pinksterdag Zomervakantie ma oktober 20 t/m vr 24 oktober 2014 ma 22 december t/m vr 2 januari 2015 ma 16 februari t/m vr 20 februari 2015 vr 3 april t/m ma 6 april 2015 ma 27 april t/m vr 8 mei 2015 do 14 mei en vr 15 mei 2015 ma 25 mei 2015 ma 20 juli t/m vr 28 augustus 2015 Verlof bijzondere feestdagen Je kunt als leerling voor zowel het Suikerfeest als het Offerfeest maximaal 1 dag verlof krijgen. Ouders/verzorgers dienen dat minimaal een week van tevoren schriftelijk bij de absentencontroleur aan te vragen. De school houdt rekening met beide genoemde feesten, door op die dagen geen tentamens of andere voor leerlingen onmisbare activiteiten te plannen. Wanneer er verlof wordt aangevraagd, dienen ouders/verzorgers minimaal twee weken van tevoren schriftelijk een verzoek in te dienen bij de teamleider. Verlof tot 10 dagen moet worden aangevraagd bij de school. Verlof meer dan 10 dagen moet worden aangevraagd bij de Leerplichtambtenaar. Let wel: ‘Buiten de schoolvakanties om mogen leerlingen niet van school wegblijven, bijvoorbeeld om op wintersport te gaan of om familie in het buitenland te bezoeken. Soms kunnen ouders/verzorgers vanwege hun werk per se niet weg in de zomervakantie. Zij werken bijvoorbeeld in de horeca. Alleen dan kunnen jongeren maximaal tien dagen per jaar extra vrij krijgen om met hen op vakantie te gaan. Bij 10 het verzoek dient dan en verklaring van de werkgever meegestuurd te worden. Als dat maar niet valt in de eerste twee weken na de zomervakantie. Ook hiervoor moeten ouders eerst toestemming vragen aan de schoolleiding minimaal 1 week voor de vakantie.’ 4. Hoe we met elkaar omgaan "Respect voor elkaar en voor je omgeving" Overal waar mensen samen leven, moeten afspraken worden gemaakt over de manier waarop ze met elkaar omgaan. Zo ook op het Scheldemond College. Regels zijn gebaseerd op wederzijds respect en zijn er verder voor de noodzakelijke rust in en om onze gebouwen. Voor iedereen gelden de regels van het huishoudelijk reglement van de school. Je wordt geacht de regels en afspraken te kennen. En, schoolregels zijn ook mediatheekregels! Van jou als leerling vragen we vooral aandacht voor de volgende ‘spelregels’. A. De huisregels van het Scheldemond College 2014 - 2015 De uitgangspunten HET SCHELDEMOND COLLEGE IS VAN ONS ALLEMAAL Je bent met iedereen samen verantwoordelijk voor de sfeer, de netheid van het terrein en het gebouw. OP TIJD IS OP TIJD Je houdt je aan afspraken daarover. EEN PRETTIGE EN GOEDE SCHOOL BEGINT BIJ JEZELF Je doet wat je kunt, zo goed als mogelijk, roddelt en discrimineert niet en luistert naar de mensen om je heen. AFSPRAAK IS AFSPRAAK We maken redelijke afspraken. Je houdt je aan de gemaakte afspraken en doet wat je zegt. HET SCHELDEMOND COLLEGE IS VEILIG VOOR IEDEREEN Je blijft van de spullen van een ander af, scheldt en pest of bedreigt een ander niet. Enkele belangrijke regels 1. Je behoort op tijd aanwezig te zijn. Ben je te laat, dan ga je naar de les en van de absetencontroleur hoor je of er een sanctie volgt. 2. Je rijdt op het schoolterrein alleen op je (brom)fiets of scooter, daar waar toegestaan is en wanneer dat verantwoord is. Wanneer een medewerker van de school je daartoe opdracht geeft, stap je af. 3. Zet je (brom)fiets altijd op slot. De school is niet aansprakelijk voor schade aan je (brom)fiets of scooter en/of vermissing ervan! 11 4. In de gebouwen, dus ook de mediatheek, mag je geen mutsen, petten of bandana’s dragen. Je mag op school geen kleding dragen, die door teksten of op een andere manier aanzet tot discriminatie, seksuele intimidatie en/of geweld. Het is verboden kleding te dragen die eigendommen van de school kunnen beschadigen, zoals bijvoorbeeld naaldhakken. 5. Je mag geen geluidsdragers, afstandsbedieningen, en andere "lesverstorende" dingen gebruiken buiten de aula. Geluidsdragers en dergelijke bewaar je in je locker of houd je bij je in je tas. Laat ze niet in je jas zitten! Ze mogen in school nooit aan staan. Laserpennen zijn verboden. 6. Jassen/Jacks worden in de garderobe opgehangen of in je locker opgeborgen. De school is niet aansprakelijk voor vermissing en/of schade. 7. .Het is verboden, zonder toestemming van de schoolleiding met je mobiele telefoon of anderszins, beeld- of geluidsopnamen te maken. Laat een mobiele telefoon nooit in je jaszak zitten! Tijdens schoolonderzoeken, eindexamens of andere toetsen mag je ze zelfs niet bij je hebben (lever ze dan tijdelijk in). Een medewerker van de school heeft het recht je telefoon af te nemen bij overtreding van deze regels. Je kunt de telefoon aan het einde van de lesdag (16.45 uur) terughalen. Daarbij kan een sanctie worden opgelegd. 8. In de schoolgebouwen mag je niet snoepen, behalve in de aula. Eten en drinken doe je alleen in de aula of buiten. MAAK ER GEEN ROMMEL VAN: RUIM ALTIJD ALLES OP! Je bent als leerling, samen met de anderen, verantwoordelijk voor de netheid van het gebouw. Je kunt daar door het personeel van de school (surveillanten, conciërges, etc.) op aangesproken worden. 9. Het in bezit hebben van of handelen in drugs en/of wapens is verboden. Bij overtreding zal de politie worden ingelicht en zal het bevoegd gezag mogelijk overgaan tot schorsing en/of verwijdering van school. Dit alles ter beoordeling van de rector. 10. De leerlingen van de onderbouw mogen op school niet roken. De overige leerlingen mogen alleen op het plein, op de daarvoor aangewezen plaatsen roken. PEUKEN NIET OP DE GROND, MAAR IN DE SPECIALE AFVALBAKKEN! 11. Je mag een lokaal alleen in met toestemming van een docent of teamleider. Hetzelfde geldt voor het verlaten van het lokaal. Als een docent 10 minuten na aanvang van de les er niet is, gaat één leerling uitzoeken wat er aan de hand is. De overige leerlingen gaan naar de aula en wachten op nadere instructies. Wanneer je zonder opdracht weggaat, word je beschouwd als spijbelaar. 12. Pauzeren doe je in ‘je eigen gebouw’, dat is het gebouw waar je meestal les hebt. Leerlingen die in pauzes of tijdens tussenuren het terrein van het Scheldemond College verlaten en buiten het terrein enige vorm van overlast veroorzaken, kunnen door de teamleider een sanctie worden opgelegd. Die sanctie kan eruit bestaan, dat de leerling zich een bepaalde periode tijdens pauzes en tussenuren onder toezicht van de teamleider stelt. Ook het onnodig door de gangen lopen is niet toegestaan. 13. Ziekte en/of andere reden van afwezigheid moet voor 09.00 uur door een van je ouders/verzorgers telefonisch aan het absentenkantoor van gebouw A of B 12 worden doorgegeven. Wanneer je tijdens een tentamen afwezig bent, moet dat voor 08.00 uur door een van je ouders, je mentor of voogd worden gemeld. 14. Wanneer je tijdens de lesuren de school wilt verlaten (bezoek arts, orthodontist, "ziek naar huis" e.d.) moet je je altijd eerst afmelden bij het absentenbureau. 15. Bij terugkeer van ziekte, moet je altijd beter worden gemeld, bij voorkeur telefonisch en anders een ondertekend briefje van een van je ouders/verzorgers, je mentor of voogd meenemen en inleveren op het absentenbureau. 16. Mis je door ziekte of andere geldige reden een toets/schoolonderzoek, dan maak je zo snel mogelijk, uiterlijk de eerstvolgende les een afspraak met de betreffende docent om deze in te halen. Doe je dat niet, dan loop je het risico dat je eindcijfer niet kan worden vastgesteld. Je kunt dan als sanctie ook het cijfer 1,0 krijgen toegewezen voor het betreffend tentamen! Bij gedeeltelijke afwezigheid op de dag van een schoolexamen mag er diezelfde dag niet deelgenomen worden aan dat schoolexamen. Dit ter beoordeling van de betreffende teamleiders. Wanneer een leerling het met een besluit in deze van de teamleider niet eens is, heeft hij of zij de mogelijkheid bezwaar aan te tekenen bij de voorzitter van de examencommissie, zijnde de locatiedirecteur van de school. 17. Tijdens toetsen (en/of bij werkstukken) zijn fraude en ongeoorloofd verzuim verboden! Er zal altijd een sanctie volgen na overleg tussen de docent en de teamleider. 18. Verwijdering uit de les is een ernstige zaak. Er zijn twee vormen: 1. de 10 minuten verwijdering 2. de definitieve verwijdering: je moet altijd een verwijderingformulier ophalen bij het Bureau Absentencontrole, invullen en inleveren bij de docent na afloop van de les. Je ouders/verzorgers worden door de docent op de hoogte gesteld. De gemiste les wordt dezelfde week (liefst dezelfde dag) door opdrachten of op een andere manier ingehaald. Daarnaast kunnen aanvullende sancties worden opgelegd. 19. De lift mag je alleen gebruiken met toestemming van de conciërge, de teamleider of het Hoofd Bedrijfsvoering. 20. Na de lessen ga je naar huis of naar de mediatheek, tenzij je onder begeleiding van een docent of een andere medewerker van de school activiteiten in de school verricht zoals het inhalen van achterstallig schoolwerk of het uitvoeren van een straf. Je blijft niet ´rondhangen’ in (de buurt van) de school, bij het tunneltje of bij het winkelcentrum. 21. De school draagt geen verantwoordelijkheid voor eigendommen van leerlingen. Dat geldt ook voor de kleedkamers bij de gymzalen en externe sportlocaties. De directie heeft altijd het recht een locker te laten openen. 22. Bij diefstal en/of ernstige overtredingen wordt altijd aangifte bij de politie gedaan. 23. Haal geen buitenstaanders naar school. 24. Lees altijd de monitor voordat je naar huis gaat! Deze huisregels zijn van kracht met ingang van 1 augustus 2014. 13 B. Lesuitval en opvang tijdens lesuitval Het voorkomen van lesuitval is belangrijk voor ons allemaal. Bij het organiseren van vergaderingen en dergelijke proberen we daarmee zoveel mogelijk rekening te houden. Waar toch lesuitval ontstaat, bijvoorbeeld door ziekte van een docent, worden de leerlingen van klas 1 en 2 zo mogelijk onder toezicht aan het werk gezet. Ook worden onderwijsassistenten ingezet. C. 18 jaar! Informeren wij jou of de ouders? Op je 18e jaar ben je voor de wet volwassen. Tot die leeftijd wordt alle informatie van het Scheldemond College naar je ouders of verzorgers gestuurd. Maar, nadat je als 18+ leerling schriftelijk aan de teamleider hebt verzocht zelf te worden geïnformeerd, zal de school daar, met medeweten van je ouders of verzorgers, voor zorgen. Indien de leerplicht niet meer van toepassing is kan het bevoegd gezag bij structureel te laat komen of spijbelen het besluit nemen een procedure te starten om de betreffende leerling van school te verwijderen. Deze procedure staat beschreven in de Leerplichtwet en is bij de administratie op te vragen. In de procedure kan de leerling uitgesloten worden van (verdere) deelname van het examen. D. De gebouwen en de schoolindeling Dankzij twee moderne, er nog steeds als nieuw uitziende gebouwen, is het Scheldemond College prachtig gehuisvest. Natuurlijk zijn we één school, maar voor een duidelijke routeaanduiding zijn we gewend om, als het gaat over het Weyevlietplein, over GEBOUW A (VWO-HAVO) en GEBOUW B (MAVO-VMBO) te praten. E. De Opbrengstenkaart De Inspectie voor het Voortgezet Onderwijs heeft een Opbrengstenkaart (voorheen Kwaliteitskaart geheten) ontwikkeld waarmee ouders/verzorgers scholen onderling kunnen vergelijken. Deze Opbrengstenkaart kun je hier bekijken op de website van Vensters voor Verantwoording. 5. Het onderwijs op het Scheldemond College A. De leerling en zijn totale ontwikkeling centraal Het Scheldemond College is natuurlijk in de eerste plaats ‘een school’. Dat betekent dat we je goed onderwijs geven en goed begeleiden. Wij gaan er daarbij van uit dat je als mens verantwoordelijk bent voor je eigen handelen. Het Scheldemond College houdt daarbij rekening met je mogelijkheden en streeft ernaar jou zo goed mogelijk te begeleiden op je weg naar zelfstandigheid en verantwoordelijkheid. Het overbrengen van kennis, cultuurbegrip en intellectuele bagage is dus niet ons enige doel. Wij vinden ook een praktische houding, je sociale vaardigheden, je 14 creatieve en emotionele ontwikkeling belangrijk. Daarom krijg je een gevarieerd aanbod van activiteiten buiten de lessen om. B. De structuur van de school 1. Twee afdelingen De school heeft twee afdelingen: de afdeling VWO-HAVO en de afdeling MAVOVMBO. In de afdeling MAVO-VMBO kun je leerwegondersteuning krijgen, het zogenaamde Leerwegondersteunend Onderwijs (LWOO). De afdeling VWO-HAVO heeft haar meeste lessen in gebouw A, de afdeling MAVOVMBO in gebouw B. 2. Van brugklas tot examen Leerjaar 1. 2. 3. 4. 5. 6. BK M Hkans H/V V BK M = = = = = = = Afdeling MAVO-VMBO Afdeling HAVO/VWO BK, M BK, M B, K, M B, K, M Hkans, H(V), V H, V H, V H, V H, V V brugklas VMBO Basis-Kaderstroom brugklas MAVO burgklas HAVO-kansklas brugklas HAVO met doorstroommogelijkheid naar VWO brugklas VWO tweede leerjaar VMBO Basis-Kaderstroom tweede leerjaar MAVO. Leerwegondersteunend Onderwijs (LWOO) wordt in principe in het VMBO in alle leerjaren en leerstromen aangeboden. In de onderbouw zijn er in alle leerstromen speciale highschool- ,sportklas- en dansklasprogramma’s. 15 3. Toelatingscriteria en plaatsing Instroommogelijkheden (beide afdelingen) Om zoveel mogelijk recht te doen aan de individuele capaciteiten van leerlingen, kent het Scheldemond College vijf verschillende instroommogelijkheden in de eerste klas: A. Afdeling MAVO- VMBO: • VMBO B/K (VMBO), inclusief LWOO . MAVO B. Afdeling VWO-HAVO: • HAVO - kansklas • HAVO/VWO • VWO Toelating (beide afdelingen) Op welk niveau een eerste klas leerling start, wordt in eerst instantie bepaald door het advies van de basisschool en aanvullend door de resultaten van de Cito-toets of SEO-test. Naast het advies van de basisschool is een testadvies verplicht. Een onafhankelijke toelatingscommissie bepaalt in welke richting een leerling wordt geplaatst. Bij twijfel, bijvoorbeeld als het advies van de basisschool en de test elkaar tegenspreken, kan een onafhankelijke test worden afgenomen. Het resultaat is bindend voor alle scholen voor voortgezet onderwijs op Walcheren. High School sport: Sportklassen (beide afdelingen) Als leerlingen in aanmerking willen komen voor het sportklasprogramma moeten zij een toelatingstest doen en hebben zij een intakegesprek met onze LO docenten. Op basis daarvan wordt wel of niet positief besloten. 16 Topsportleerlingen en Dans (Dansklassen) Topsportleerlingen Het Scheldemond College is een Topsport Talentschool, voorheen LOOT school (Landelijke Organisatie Onderwijs en Topsport), de eerste en enige in Zeeland. Daarnaast is de school een Sportaccentschool en is ze gecertificeerd als topsportvriendelijke school. Dit betekent dat topsportleerlingen die door het Olympisch Netwerk Zeeland volgens de NOC/NSF normen zijn gekwalificeerd, in aanmerking kunnen komen voor extra faciliteiten waardoor studie en sport zo optimaal mogelijk kunnen worden gecombineerd. Dansklassen De school heeft sinds 2009-2010 de succesvolle Dansklassen. Dit houdt in dat leerlingen die middels een auditie blijk hebben gegeven over speciale danstalenten te beschikken, de gelegenheid krijgen om deels onder en deels na schooltijd danslessen te kunnen volgen. Het gaat daarbij om diverse dansstijlen (jazz, modern en klassiek ) met als basis klassieke dans. De auditie gebeurt door onafhankelijke, hoog gekwalificeerde dansdocenten. Ons streven is om bij voldoende aanmeldingen een volwaardig, vierjarig programma aan te bieden. Vijfde en zesdejaars dansers kunnen gebruik maken van de Danstalentklas die het Scheldemond College i.s.m. MBO dans van het Scalda aanbiedt. Leerwegondersteunend onderwijs (afdeling MAVO-VMBO) Het Scheldemond College heeft haar LWOO geïndiceerde leerlingen zo veel mogelijk heterogeen geplaatst in relatief kleine VMBO BK 1 klassen. Alle leerlingen krijgen zo aan de ene kant een zo groot mogelijke kans hun talenten te ontwikkelen en een diploma te halen. Aan de andere kant profiteren alle leerlingen, ook de nietgeïndiceerde, van de zorg en begeleiding die leerwegondersteuning geeft. Ook leerlingen met een indicatie LWOO kunnen het sportklas –of dansklasprogramma volgen, mits ze aan de voorwaarden voldoen. In deze sportklas kan, bij grote belangstelling, de groepering van de leerlingen homogeen zijn. De school doet echter in alle gevallen, ook in deze sportklas, haar uiterste best te zorgen voor de individuele zorg en begeleiding die leerlingen nodig hebben. Overige bepalingen (beide afdelingen) Het Scheldemond College vindt, naast aantoonbare studie- en testresultaten, ook de aanleg en belangstelling van de leerling en de wensen van ouders belangrijk. Leerlingen die tijdens het studiejaar worden aangemeld, worden in principe op hetzelfde niveau geplaatst als op hun vorige school. Ook hierbij beslist echter de toelatingscommissie. Bij hoge uitzondering worden leerlingen op contractbasis of op basis van detachering op onze school toegelaten. Leerlingen kunnen vanuit het Scheldemond College alleen tot het VAVO (Voortgezet Algemeen Volwassenen Onderwijs) van bijvoorbeeld Scalda worden toegelaten, wanneer zij eerder bij onze school als leerling ingeschreven zijn (geweest) en aan nog een aantal specifieke voorwaarden voldoen. 17 4. De aanmelding Beide afdelingen De aanmelding voor de brugklas van onze school verloopt over het algemeen via de basisschool. Aanmeldingsformulieren van onze school zijn op alle basisscholen verkrijgbaar en zijn ook te downloaden van onze website. Rechtstreekse aanmelding is ook mogelijk. De aanmelding voor de andere klassen van onze school loopt via de teamleider en/of de decaan. Leerwegondersteunend onderwijs (afdeling MAVO-VMBO) Na aanmelding van een LWOO leerling op het Scheldemond College wordt er een dossier samengesteld en wordt de plaatsing van de leerling in het LWOO aangevraagd via het Onderwijsloket van het samenwerkingsverband Passend Voortgezet Onderwijs Walcheren (PVOW).. Nadat via het Onderwijsloket toestemming is verkregen krijgt de leerling in het MAVO-VMBO leerwegondersteuning: optimale individuele zorg en begeleiding. Aangezien het hele traject van aanmelding tot plaatsing tijdrovend is, is het verstandig uw kind zo snel mogelijk aan te melden, maar uiterlijk 1 maart. C. Onderwijsaanbod en onderwijstijd 1. De eerste twee leerjaren (beide afdelingen) Alle leerlingen van de school volgen een aantal vakken verplicht. Door middel van deze vakken, maar ook door projectonderwijs en activiteiten buiten de lessen om, bieden we alle leerlingen een goede basis voor hun totale ontwikkeling. De ‘totale ontwikkeling’ wil zeggen: cognitief, sociaal-emotioneel, lichamelijk, cultureel en maatschappelijk. Ook de ontwikkeling van een eigen individueel ‘patroon’ van waarden en normen vinden we belangrijk. In de onderbouw vinden we een aantal uitgangspunten belangrijk: • • • • • • alle leerlingen krijgen drie jaar lang tenminste 32* uur per week onderwijs in vakken die een basis geven in weten, begrijpen, kunnen en doen als eerste stap op weg naar het behalen van een diploma VMBO, MAVO, HAVO of VWO, of certificaten daarvan de leerling leert actief en in toenemende mate zelfstandig de leerling leert samen met anderen de leerling leert in samenhang met andere vakken de leerling oriënteert zich op zichzelf en zijn toekomst de leerling leert in een uitdagende en veilige leeromgeving Leerlingen in beide afdelingen hebben in ieder geval de volgende vakken of een combinatie daarvan 1: • • 1 Nederlands Engels • • Lichamelijke opvoeding Economie De onderbouw VMBO BK kent een aantal zogenaamde ‘Leergebieden’, combinaties van vakken. 18 • • • • ⋅ Frans en/of Duits Geschiedenis Aardrijkskunde Wiskunde Highschooluren • • • • * Flexibele uren Natuurscheikunde Culturele en Kunstzinnige Vorming Biologie Rekenen/ taal *32 Uur is het wettelijke minimum. Het Scheldemond College biedt echter iedere leerling in de onderbouw een of meerdere flexuren, om extra begeleiding en kwaliteit te kunnen geven. Daarmee biedt de school leerlingen in haar planning ook ruimschoots de vereiste onderwijstijd per jaar. De onderwijstijd is voor de examenklassen ruim 700 uur, en voor de overige klassen meer dan 1000 uur. 2. De brugklassen Onderwijs op maat (beide afdelingen) De naam zegt het al: de brugklas vormt een ‘brug’ tussen de basisschool en het voortgezet onderwijs. De brugklassen worden zo veel mogelijk aan de hand van het advies van de basisschool en aanvullend door de Cito-toets of SEO-test samengesteld. Zo wordt het mogelijk vanaf de start optimale aandacht te besteden aan plaatsing in een van de vier leerstromen in klas 2: VMBO BK (inclusief LWOO), MAVO, HAVO en VWO . Het Scheldemond College biedt onderwijs en zorg op maat. Iedere leerling komt zo op zijn of haar plek! Highschool In klas 1 en 2 krijgen alle leerlingen de keus uit 3 soorten highschoolprogramma’s: - Da Vinci: media-educatie, brainiacs, techniek, technisch lego of koken Creative: tekenen/schilderen, beeldend, foto, film, drama, dance, zaalvoetbal (Groene Ster), of muziek Sport: basketbal (BC Vlissingen), tennis (WOTT), sportklas Leerlingen die een module kiezen uit Da Vinci of Creative, doen dat voor een periode van 8 weken ( 4 uur per week) en sluiten die module af met een clinicdag. Daarna mogen ze weer een nieuwe module kiezen. De sportleerlingen kiezen voor een heel jaar hun favoriete sport of voor de sportklas. Ook zij hebben minstens 4 clinicdagen! Sportklassen (beide afdelingen) Het sportklasprogramma valt onder het highschoolaanbod en is bedoeld voor die leerlingen die gek zijn op sporten, een redelijke bewegingsvaardigheid en een goede sportieve instelling hebben. Je hoeft dus geen topsporter te zijn. Natuurlijk zijn goede sportprestaties wel van belang, maar vaardigheden als samenwerken, organiseren, elkaar helpen, etc. zijn minstens zo belangrijk. Dansklassen (beide afdelingen) De dansklas is bedoeld voor leerlingen die gek zijn op dansen, die benodigde kwaliteiten hiervoor bezitten en d.m.v. een auditie geselecteerd zijn door onafhankelijke dansdocenten. 19 De doelstelling van het Scheldemond College, voor jonge mensen met ambitie, is om leerlingen met danstalent alle kansen te geven hun passie verder te ontwikkelen, zo mogelijk tot en met het vierde leerjaar. Tegelijkertijd wil het Scheldemond College er voor zorgen dat deze talentvolle dansers een schooldiploma halen op een zo hoog mogelijk niveau. Flexibele uren In alle VMBO leerstromen hebben de leerlingen een aantal flexibele uren, die we in VMBO BK ‘flexuren’. Deze uren zijn de leerlingen onder goede begeleiding van vakdocenten en/of onderwijsassistenten bezig met projecten op het gebied van technologie, cultuur, oriëntatie op de omgeving, media- en ICT-gebruik, krijgen ze bijles, remedial teaching, rekenen en taal, enzovoort, kortom: onderwijs op maat. De manier en de mate van begeleiding sluit aan bij de leerling en is zo afhankelijk van de leerstroom. Iedere leerling ontwikkelt die competenties, die hij of zij nodig heeft in de vervolgopleiding. Beroepencollege (VMBO) Binnen het ‘Beroepencollege’, in klas 1 en 2 BK, oriënteren de leerlingen zich op beroepen uit de sectoren, techniek, gastvrijheid, zorg en economie. Op een levensechte wijze maken leerlingen kennis met de bedrijven en instellingen en met beroepsbeoefenaars uit de sector. Leerlingen krijgen een aantal ambachtelijke vaardigheden en competenties aangeleerd die passen bij de betreffende sectoren en worden op een praktische wijze bewust gemaakt van hun mogelijk- en onmogelijkheden. Advies (beide afdelingen) In de loop van het eerste leerjaar wordt, in nauw overleg tussen school, ouders/verzorgers en leerling een leerroute gevonden, waarbinnen de leerling zich maximaal kan ontwikkelen. Aan het eind van de brugklas brengt de school aan de ouders een bindend advies uit over de leerroute die de leerling in het tweede leerjaar zal volgen. 3. De tweede klassen Beide afdelingen Het tweede leerjaar heeft vier leerstromen: BK, MAVO, HAVO en VWO . In dit leerjaar krijgen de leerlingen van het VWO (gymnasium) onderwijs in de klassieke talen (Grieks en Latijn). Afdeling MAVO-VMBO Aan het einde van het leerjaar brengt de school een bindend advies uit aan de ouders en de leerling over de in het derde leerjaar te volgen leerweg en de verdere studie. Leerlingen maken in klas 2 nader kennis met drie sectoren van het VMBO: Techniek, Zorg & Welzijn en Economie en met de diverse bovenbouwprogramma’s van de Mondia Scholengroep. Ze doen dat mede in de verschillende praktijkafdelingen van het Scheldemond College en Nehalennia, in gebouw B, de locatie Kruisweg van Nehalennia en in het Technum. 20 4. De leerwegen in de afdeling MAVO-VMBO Het Voorbereidend Middelbaar Beroepsonderwijs (VMBO) is een onderwijssoort waarin je vooral leert door ‘te doen’. Het leidt op voor alle niveaus van de beroeps opleidende of beroepsbegeleidende leerwegen van het secundair beroepsonderwijs (het vroegere MBO). Leerwegen Het Voorbereidend Middelbaar Beroepsonderwijs is, de naam zegt het al, geen eindopleiding. Wanneer je na klas 2 in klas 3 verder gaat binnen het VMBO, word je zo goed mogelijk voorbereid op je vervolgopleiding. Het VMBO geeft je de route die het best bij jou past. Zo’n ‘route’ verschilt bij sommige vakken qua niveau en is vaak anders qua programma. Het Scheldemond College heeft drie routes: - De Basisberoepsgerichte Leerweg De Kaderberoepsgerichte Leerweg De MAVO Sectoren Net als bij het beroepsonderwijs zijn alle leerwegen van het VMBO ingedeeld in ‘sectoren’. Er zijn er vier: - Techniek Zorg & Welzijn Economie Landbouw (alleen MAVO) In het VMBO krijg je onderwijs dat aansluit bij de door jou gekozen sector. Je volgt vakken waar je later in die sector echt iets aan hebt, op een manier die bij jou past en op je eigen niveau. Hoe ziet dat er voor iedere leerweg uit? 4.1 De Basisberoepsgerichte Leerweg ‘Leren door te doen’, daar draait het om. Je leert veel praktische vaardigheden, waaronder veel beroepsvaardigheden. Een stage is daarbij belangrijk. Naast de algemene en de in jouw sector verplichte vakken krijg je in klas 3 en in klas 4 een groot aantal uren les in een beroepsgericht programma. Deze leerweg sluit aan op niveau 2 van het secundair beroepsonderwijs, vooral het MBO. De meeste leerlingen kiezen daar voor een ‘beroepsbegeleidende leerweg’. Ze gaan daar ‘leren en werken’. LWOO (leerwegondersteunend onderwijs) Leerwegondersteunend onderwijs geeft extra steun bij de Leerwegen VMBO om een zo hoog mogelijk resultaat te bereiken. Dat kan zijn een diploma of zoveel mogelijk certificaten. Dat houdt een brede vorming in en in ieder geval een gemotiveerde leerling die tenminste een leuke schooltijd heeft. LWOO is zorg en begeleiding op maat, vooral binnen de Basisberoepsgerichte Leerweg maar, waar dat mogelijk is, ook op andere niveaus. Het Scheldemond College plaatst de leerlingen zo veel mogelijk in zogenaamde ‘heterogene’ groepen. 21 Dat houdt in dat leerlingen met een LWOO indicatie geplaatst worden in een BK klas. We doen er zo alles aan om ervoor te zorgen, dat iedere leerling binnen de Basisberoepsgerichte Leerweg bij instroom een zo groot mogelijke kans heeft op een diploma. ‘Daar gaan we voor’. 4.2 De Kaderberoepsgerichte Leerweg Ook hier zijn je vaardigheden belangrijk. Bij het beroepsgericht programma, waar je in beide leerjaren iedere week vele uren les in krijgt, moet je ook het ‘verrijkingsdeel’ doen. Daarin wordt veel van je zelfstandigheid en planning gevraagd. Ook de theorievakken krijg je echter op een hoog niveau. Deze leerweg sluit aan op niveau 3 van het secundair beroepsonderwijs. 4.3 De Beroepsgerichte Programma’s De naam van de leerwegen verraadt het eigenlijk al een beetje. In de Basisberoepsgerichte Leerweg en de Kaderberoepsgerichte Leerweg moet je een beroepsgericht programma kiezen. Op Het Scheldemond College kun je voor het schooljaar 2014-2015 in klas 3 het beroepsgerichte programma Dienstverlening & Commercie volgen. Dat heeft de volgende elementen: - Service & Sport Business & Leisure Wellness & Hospitality. 4.3.1 Dienstverlening & Commercie Leerlingen kiezen aan het einde van klas twee voor een keuzegebied. Binnen het keuzegebied hebben de leerlingen 12 tot 15 uur per week les. Ieder keuzegebied heeft een eigen vakinhoudelijk specialisme en biedt inzicht in de opleidings -en beroepsmogelijkheden in die sector. Bij Service en Sport ligt de nadruk op de sport en uniformberoepen. Bij het keuzegebied Welness en Hospitality ligt de nadruk op de beroepen binnen de sector Zorg en Welzijn en uiterlijke verzorging. Bij Business en Leisure wordt de aandacht gevestigd op het ondernemen en het werken in gastvrijheidsindustrie, zoals horeca en recreatie. Naast het volgen van onderwijs in het keuzegebied krijgt de leerling iedere periode de mogelijkheid om te ‘shoppen’. Het schooljaar wordt verdeeld in 5 periodes. Iedere periode worden er thematische keuzemodules van D&C aangeboden. De leerling krijgt de mogelijkheid om over de grenzen van het eigen keuzegebied heen te kijken. Hierdoor is het voor de leerling mogelijk zich te oriënteren en te verdiepen in opleidings -en beroepsmogelijkheden buitenom de keuzesector. Uiteraard kan de leerling ook beslissen de keuzemodule te volgen in de eigen keuzesector. Kortom: meer kansen voor leerlingen om hun talenten te ontwikkelen. Wellness en Hospitality Wanneer je voor Welness en Hopitality kiest, krijg je een opleiding die gericht is op het verzorgen van of zorgen voor mensen op lichamelijk en sociaalpsychisch gebied. Zowel voor jongens als meisjes zijn er beroepen als verpleegkundige, ziekenverzorgende, gezinsverzorgende, voedingsassistent en medewerker facilitaire diensten, klassenassistent en beroepen betreffende uiterlijke verzorging, kapper, pedicure en schoonheidsspecialiste. Je kunt ook werken in ziekenhuizen, verpleeghuizen, zorgcentra, conferentieoorden en scholen, peuterspeelzalen, kinderdagverblijven en gezinsvervangende tehuizen. 22 Business en Leisure Bij Business en Leisure wordt de aandacht gevestigd op het ondernemen en het werken in gastvrijheidsindustrie, zoals horeca en recreatie. De opleiding is veelzijdig en richt zich op het werken in een winkel, de horeca en recreatie. Je leert er met gasten om te gaan, de basis kook- en serveertechnieken en het runnen van een eigen business. Verkoop- en presentatietechnieken vormen daarbij een zeer belangrijk onderdeel. Enkele mogelijke beroepen zijn: algemeen administratief medewerker, bankemployé, verkoopchef, winkelbediende, etaleur, vertegenwoordiger en receptionist, gastheer, gastvrouw, kok, recreatief medewerker. Service en Sport Deze opleiding is bedoeld voor leerlingen die sociaal vaardig zijn, die het leuk vinden om anderen te helpen, die graag les en leiding willen geven en die niet bang zijn om voor een groep te staan. Ook leerlingen uit andere klassen dan de sportklassen zijn vaak erg enthousiast over dit programma. Bij deze opleiding verwachten we dat leerlingen zelf actief aan de slag gaan, samen met andere leerlingen opdrachten uitvoeren en het resultaat daarvan presenteren. Je laat dus zien dat je een bepaalde klus tot een goed einde kunt brengen. Leerlingen die voor ‘sport’ kiezen gaan vaak naar de opleiding ‘Sport en Bewegen’ (CIOS), weer anderen gaan bijvoorbeeld naar Facilitaire Dienstverlening. Kies je voor de uniformberoepen (politie, brandweer, marechaussee, beveiliging, het leger) dan ga je bijvoorbeeld naar de opleiding ‘Vrede en Veiligheid’ op het ROC. Vakkenpakket Binnen de afdeling D&C is het vak economie verplicht. Daarnaast kun je een keuze maken tussen biologie en wiskunde. 4.5 De MAVO De MAVO op het Scheldemond College is een studierichting voor leerlingen met een theoretische leerstijl, cognitief op het hoogste niveau van het VMBO. De MAVO onderscheidt zich van dat VMBO, doordat het ‘algemeen vormend onderwijs’ biedt, net als de HAVO dat op het naastliggend hogere niveau doet. De MAVO is echter meer dan de ‘oude MAVO’ van voor de invoering van het VMBO, omdat de positieve verworvenheden van het VMBO volledig behouden blijven. Het Scheldemond College noemt dit concept dan ook ‘meer dan MAVO’ De ‘plus’ is er, gerelateerd aan het verleden. Ze is er ook, gerelateerd aan het ‘heden’. De school richt de MAVO dusdanig in, dat niet alleen de doorstroming naar de HAVO wordt verbeterd, maar binnen het ROC eveneens een snellere doorstroming, tijdwinst mogelijk is of dat er ruimte ontstaat voor extra modules. Leerlingen binnen de MAVO hebben de keuze uit twee varianten, ieder met eigen modules. Ten aanzien van de doorstroming naar de HAVO gaat het om verbetering van inhoud van de aansluitmodules en van de organisatie van het aanleren daarvan. Ten aanzien van de doorstroming naar en binnen het MBO zou het kunnen gaan om de realisatie van modules waarbij de leerlingen een betere aansluiting en slaagkans krijgen. 23 Voor zowel de doorstroom naar de HAVO (Zeeuwse VO code) als naar het MBO zal een speciaal LOB traject aangeboden worden, zodat de leerlingen nog bewuster een keuze maken voor een vervolgopleiding. Leerlingen die na MAVO 4 naar HAVO 4 willen zullen aan de eisen die de Zeeuwse VO code stelt, moeten voldoen. Deze code vindt u terug in het Reglement van Bevordering. 4.6 VMBO Walcheren Het Scheldemond College, CSW en Nehalennia SSG willen het VMBO, zowel de beroepsgerichte leerwegen als het MAVO, samen vorm gaan geven. Ze willen daarmee zorgen voor een breed aanbod, van hoge kwaliteit dat ook in tijden van bevolkingskrimp te realiseren is en voor alle leerlingen op Walcheren toegankelijk is. Ze willen daarbij niet meer concurreren maar samenwerken. De besturen van CSW en de Mondia Scholengroep hebben een convenant ondertekend en in het afgelopen schooljaar onderzoek laten uitvoeren naar de haalbaarheid van een scenario, waarin alle gebouwen en voorzieningen van het VMBO in Walcheren samen zo goed mogelijk gebruikt gaan worden. Dat scenario is op grond van dit onderzoek haalbaar gebleken. In dat scenario zullen in Vlissingen het MAVO van CSW en het Scheldemond College gebruik maken van het nieuwe gebouw Bestevaêr en zullen de beroepsgerichte leerwegen samen ons huidige gebouw B gebruiken. De Walchersen scholen streven ernaar een en ander voor het schooljaar 2016-2017 te realiseren. Dat zou betekenen dat de eerste en tweede klassen ermee te maken zullen krijgen. 6. Het onderwijs in de afdeling VWO - HAVO Zowel VWO als HAVO zijn gericht op het behalen van een zo goed mogelijke kwalificatie voor het vervolgonderwijs, respectievelijk het WO (Wetenschappelijk Onderwijs) en het HBO (Hoger Beroepsonderwijs). Binnen beide opleidingen wordt gestreefd naar een doorlopende leerlijn. Die ‘lijn’ zit in de opleidingen waar het gaat om de onderwijsinhoud, de ontwikkeling van voor het vervolgonderwijs essentiële competenties, maar ook wat betreft de zorg en begeleiding. 6.1 De Tweede Fase In de Tweede Fase zijn er samenhangende, doorstroom relevante vakkenpakketten, die helemaal passen in die eerder genoemde ‘doorlopende leerlijn’. Centraal staan daarmee de vier profielen: • • • • Cultuur en Maatschappij Economie en Maatschappij Natuur en Techniek Natuur en Gezondheid 6.2 HAVO De afdeling HAVO omvat in de bovenbouw de leerjaren 3, 4 en 5, waarin je wordt opgeleid voor het Hoger Beroepsonderwijs. In het derde leerjaar maak je de keuze voor het profiel waarin je examen aflegt. 24 6.3 VWO De afdeling VWO omvat in de bovenbouw de leerjaren 4, 5 en 6, waarin je wordt opgeleid voor het Wetenschappelijk Onderwijs. Doorstroming naar het Hoger Beroepsonderwijs is ook mogelijk. In het derde leerjaar maak je de keuze voor het profiel, waarin je examen aflegt. D. Vakkenpakketten/profielen: de keuzemogelijkheden 1. Algemeen Voor alle afdelingen in de bovenbouw zijn de vakken Nederlands en Engels verplicht. Bij de keuzemogelijkheden die leerlingen in het VMBO hebben gelden een paar beperkingen. Die zijn vooral roostertechnisch. De school kan verder voor alle schooltypes altijd besluiten om, wanneer een vak niet of nauwelijks gekozen wordt, of om roostertechnische redenen dat vak niet aan te bieden. In de afdeling VWO-HAVO kiezen de leerlingen - als voorbereiding op hun voort te zetten opleiding - een profiel, waarmee zij de Tweede Fase ingaan. Ook hier geldt het bovengenoemde voorbehoud ten aanzien van rooster- of organisatieproblemen. 2. Afdeling MAVO-VMBO De school geeft je uiterlijk in de maand mei van het tweede leerjaar een bindend advies voor een leerweg. Van dat advies wordt in principe niet afgeweken. De resterende periode van het leerjaar werkt de leerling voor de overgang naar klas 3. Je kiest een sector en maakt, indien van toepassing, een keuze uit een paar vakken binnen die sector. Daarnaast kies je met een advies Basisberoepsgerichte of Kaderberoepsgerichte Leerweg een beroepsgericht programma. Je volgt binnen de MAVO in klas 3 een paar vakken waarin je geen examen doet. Je bepaalt aan het einde van klas 3 welke vakken je ‘laat vallen’. 3. Afdeling VWO-HAVO HAVO In het vierde en vijfde leerjaar volg je de lessen in het door jou gekozen profiel in de Tweede Fase. Het curriculum moet minimaal 3200 studielasturen omvatten. VWO In het vierde, vijfde en zesde leerjaar volg je o.a. de lessen in het door jou gekozen profiel in de Tweede Fase. Het curriculum moet minstens 4800 studielasturen bevatten. Extra vakken In de Tweede Fase mag je, als je het aankunt, de studielast overschrijden. Mentor, decaan, intern begeleider en teamleider samen zorgen er, in goed overleg met jou, voor dat je niet voor een te grote studielast of ongewenste vakkencombinatie kiest. Keuzebeperkingen In principe kun je in de Tweede Fase uit alle vakken van het vrije deel kiezen, zolang er geen bezwaren van roostertechnische of organisatorische aard bestaan. 25 E. Vakkenpakketten/profielen: de procedure 1. Algemeen Bij het samenstellen van vakkenpakketten en profielen worden de leerlingen begeleid door de decanen. Zij zien erop toe dat: • leerlingen een pakket/profiel kiezen dat hen in staat zal stellen tot de gewenste studierichting of opleiding toegelaten te worden; • pakketten/profielen voldoen aan de school wettelijke eisen. In de maanden maart en april kiezen de leerlingen een pakket of studieprofiel. Voorafgaand daaraan ontvangen zij en hun ouders/verzorgers een schriftelijk overzicht van het advies dat vakdocenten onafhankelijk van elkaar hebben gegeven. 2. Afdeling MAVO- VMBO Na het volgen van het programma ‘Beroepencollege’ in VMBO BK klas 1 en 2 en het kennismaken met de mogelijkheden die de afdelingen bieden, kiest de leerling aan het eind van het tweede leerjaar in overleg met de ouders voor een sector met een opleiding die twee jaar duurt. De leerling doet dat binnen de leerweg die de school aangeeft. 3. Afdeling VWO-HAVO HAVO In het derde leerjaar moet voor 1 april opgegeven worden welk profiel de leerling in de Tweede Fase zal gaan volgen. VWO In het derde leerjaar moet voor 1 april opgegeven worden welke richting, welke keuzevakken en/of modules de leerling in de Tweede Fase zal gaan volgen. F. Wijzigingen in keuze vakkenpakket/profiel 1. Algemeen Na 1 mei is wijziging in de gekozen pakketten en profielen alleen nog mogelijk als dat geen problemen voor roosters of organisatie geeft. De teamleider beslist daarover. In de bovenbouw VWO-HAVO beslist de decaan in overleg met de teamleiders. 2. Afdeling MAVO - VMBO Binnen de leerwegen VMBO zijn in klas 3 en 4 in principe geen wijzigingen meer mogelijk. De programma’s zijn twee jaar ‘doorlopend’. Tentamens starten direct in klas 3 in VMBO en MAVO. Leerlingen van de MAVO laten aan het eind van klas 3 wel vakken ‘vallen’. 26 3. Afdeling VWO-HAVO In overleg met de decaan kan bij hoge uitzondering, uiterlijk tot de herfstvakantie, in het vierde leerjaar een leerling verandering in zijn pakket aanbrengen. Er mogen daarbij geen problemen van roostertechnische en/of organisatorische aard optreden. G. Doorstroming naar een volgende opleiding 1. MAVO - VMBO Verbetering van leerwegkeuze is in het VMBO wel mogelijk. 2. MAVO - HAVO Doorstroming van MAVO naar HAVO staat vermeld in het ‘Reglement van Beoordeling, Bevordering en Plaatsing’. Dit Reglement staat gepubliceerd in het ouderportaal op de website www.scheldemondcollege.nl. 3. Doorstroming HAVO-VWO Bezitters van een HAVO diploma kunnen worden toegelaten tot 5VWO.:Doorstroming van HAVO naar VWO staat vermeld in het ‘Reglement van Beoordeling, Bevordering en Plaatsing’. Dit reglement staat gepubliceerd in het ouderportaal op de website www.scheldemondcollege.nl. H. Vrijstelling lichamelijke opvoeding (beide afdelingen) Het bevoegd gezag kan leerlingen vrijstellen van het onderwijs in lichamelijke opvoeding, mits zij een medische verklaring overleggen, waaruit blijkt dat zij lichamelijk ongeschikt zijn dit onderwijs te volgen. Mocht de huisarts weigeren een dergelijke verklaring af te geven, dan kunnen de ouders of verzorgers van de betrokken leerling het management van de school verzoeken een aanvraag tot keuring in te dienen. Lichamelijke Opvoeding is een verplicht examenvak. Leerlingen die niet aan de reguliere exameneisen (kunnen) voldoen, dienen vervangende opdrachten uit te voeren, anders kunnen zij geen diploma krijgen. I . Schoolonderzoeken en examens (beide afdelingen) Het eindexamen kent twee onderdelen per vak: het Schoolexamen (SE) en het Centraal Examen (CE). In het MAVO-VMBO is dat twee jaar, in de Tweede Fase, voor HAVO leerlingen eveneens 2 jaar en voor VWO leerlingen omvat het 3 jaar. Er worden overal verschillende schoolexamens afgenomen. Het CSE (1e tijdvak) vindt plaats in de maand mei van het laatste schooljaar. Iedere leerling mag 1 vak herkansen en deze herkansing vindt plaats in juni (2e tijdvak). Aan het begin van het schooljaar, voor 1 oktober, ontvangen de kandidaten die eindexamen gaan doen het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA) en het Eindexamenreglement. 27 Lessentabel 2014-2015 1e klassen Vak/Opleiding/klas BK1 M1 HK1 HV1 V1 Nederlands Engels Frans Duits Wiskunde Aardrijkskunde Geschiedenis Biologie Economie Rekenen Taal M&M M&N CKV Lich. Opvoeding Beroepencollege Highschool Flexuren Mentor SBU * 4 3 4 3 4 3 3 4 3 3 4 3 3 4 2 2 2 4 2 2 2 4 2 2 2 1 1 1 1 1 1 1 2 3 2 3 2 3 2 3 4 2 1 4 4 4 1 1 1 TOTAAL 33 32 32 32 32 3 2 2 2 4 2 2 2 2 2 2 7 4 1 1 * SBU is vrijwillig en wordt betaald vanuit het taakmenu 28 Lessentabel 2014-2015 2e klassen Vak \ Opleiding/klas Nederlands Engels Frans Duits Aardrijkskunde Geschiedenis Biologie M&M M&N Economie Wiskunde Natuur/-Scheikunde Rekenen Taal BK2 M2 H2 V2 4 3 4 3 4 3 3 3 2 2 2 3 2 3 3 2 2 2 3 2 0,5 0,5 3 2 0,5 0,5 3 2 2 2 2 2 2 3 2 2 3 2 1 Klassieke Talen 4 Lich. Opvoeding CKV Beroepencollege Highschool Mentor SBU * 2 3 1 3-2** 0-1** 3 0 7 4 1 1 4 1 4 2 TOTAAL 33 33 29 32 *SBU is vrijwillig en betaald uit taakuren ** afhankelijk van sport of niet -sport 29 Lessentabel 2014-2015 3e klas HAVO en VWO Vak \ Opleiding/klas HAVO HAVO REG XLO VWO REG VWO XLO Nederlands Latijn Frans Duits Engels Geschiedenis Aardrijkskunde Biologie Wiskunde Natuurkunde Scheikunde Economie Rekenen Taal CKV Lich. Opvoeding XLO Planuur 3 0 3 3 3 2 2 1 3 3 2 3 0,5 0,5 2 1 0 1 3 0 3 3 3 2 2 1 3 3 2 3 0,5 0,5 0 1 2 1 3 3 3 3 3 1 1 1 3 3 2 2 0,5 0,5 2 1 0 1 3 3 3 3 3 1 1 1 3 3 2 2 0,5 0,5 0 1 2 1 Totaal 33 33 33 33 de vakken Ak, Gs geperiodiseerd. 30 Urenverdeling per vak in bovenbouw HAVO / VWO 2014-2015 Vak \ Opleiding/klas Nederlands Latijn Frans Duits Engels Aardrijkskunde Geschiedenis Maatschappijleer Economie M&O CKV Natuurkunde Scheikunde Biologie Rekenen LO-1 BSM KCV Planuur H4 H5 V4 V5 V6 4 3 3 3 3 3 3 2** 4 4 2** 3 3 3 2** 2 2 3 3 3 3 3 3 3 3 3 2 2 3 2** 4 3 4 3 3 3 3 3 3 5 3 3 3 3 3 4 *4 (5) 3 3 3 4 4 3 2 2 1 1 1 1 1 1 5 4 4 4 4 1 2 2** 3 3 3 2** 2 2 2** 1 Wiskunde A 4 4 4 4 Wiskunde B 4 4 4 4 Wiskunde C 4 4 Wiskunde D * schooljaar 14/15 heeft V6 nog 5 uur volgens de overgangstabel ** deze vakken worden in de C band aangeboden 31 *4 (5) *4 (5) *4 (5) Lessentabel 2014-2015 3e en 4e klassen M Vak \ Opleiding/klas M3 M4 Nederlands Engels Maatschappijleer 1 CKV Lich. Opvoeding 1 LO 2 Wiskunde 4 3 2 1 2 2 4 4 4 Economie Z uren Duits Biologie Natuurscheikunde 1 Natuurscheikunde 2 Geschiedenis Aardrijkskunde Rekenen 3 4 4 4 4 4 4 4 4 Totaal 32 3 3 3 3 3 3 1 2 2 4 30 Men kiest naast de verplichte vakken, nog 4 andere vakken. LO 2 wordt aangeboden bovenop de tabel voor de liefhebbers. 32 Lessentabel 2014-2015 3e en 4e klassen B en K D&C Vak \ Opleiding/klas DC3B DC4B DC3K DC4K Nederlands Engels Maatschappijleer 1 CKV Lich. Opvoeding 1 Wiskunde biologie Economie Rekenen 3 3 2 1 2 3 3 3 4 3 2 1 2 4 4 4 3 1 3 3 1 4 D & C ** SBU * TOTAAL 14 1 33 16 1 31 12 1 33 12 1 31 2 3 2 4 * dit uur wordt op vrijwillige basis opgenomen in het taakmenu van de docent, 40 uur per schooljaar 35 uur voor docenten examenklas ** Binnen D&C wordt ook rekenen aangeboden , komend schooljaar mogelijk een gemengde D&C 3BK groep. 33 7. Samenwerkingsverband VO 7.1 OPDC Er wordt de leerlingen die extra onderwijszorg en aandacht nodig hebben, de mogelijkheid geboden les te volgen op de onderwijslocatie van het door het Samenwerkingsverband Walcheren in stand gehouden orthopedagogisch didactisch centrum (OPDC) Griffioen. We streven ernaar om leerlingen zo veel en zo lang mogelijk binnen het reguliere onderwijs, op onze eigen school les te laten volgen. Het gaat bij lessen in het OPDC dan ook om ‘zo lang en zo veel als nodig’, maar maximaalom (een deel van) de onderbouw, de eerste twee leerjaren. In uitzonderlijke gevallen kan een leerling langer op het OPDC, aan de Griffioenstraat in Middelburg, les krijgen. De leerlingen die vanuit het Scheldemond College naar het OPDC gaan, blijven ‘gewoon’ op de school ingeschreven staan. De school blijft ook verantwoordelijk voor ze. Het samenwerkingsverband Passend Voortgezet Onderwijs Walcheren (PVOW) bestaat uit de besturen van de Mondia Scholengroep, CSW, Respont en De Korre. PVOW realiseert het Onderwijsloket, een aantal bovenschoolse voorzieningen (OPDC en Rebound, waarover zo meer) en draagt mede verantwoordelijkheud voor het (voortgezet) speciaal onderwijs en het praktijkonderwijs op Walcheren. Meer informatie over het OPDC kunt u krijgen via de ondersteuningscoördinator. Voor leerlingen die aangewezen zijn op het OPDC Griffioen, is een aparte schoolgids beschikbaar. 7.2 Rebound PVOW heeft een reboundvoorziening. Dit is een gezamenlijke onderwijsvoorziening van de vier besturen, eveneens in de Griffioenstraat gelegen, een dislocatie van het Scheldemond College. Leerlingen kunnen hier in bijzondere situaties als regel voor maximaal 12 lesweken door de school geplaatst worden. Het gaat dan om acute crisissituaties en andere gevallen waarin de school niet meer weet hoe ze met de leerling moet handelen. In de Rebound volgt de leerling zo veel als praktisch gezien mogelijk is, het reguliere lesprogramma. Daarnaast wordt gekeken wat het beste vervolg is voor de leerling. Uitgangspunt is terugplaatsing op het Scheldemond College, liefst ook in de eigen klas. Helaas is dat niet in alle gevallen mogelijk. Zo nodig wordt daarom in overleg voor een alternatief vervolg gekozen. Samen met de Rebound trachten we ervoor te zorgen dat een leerling bij een plaatsing in de Rebound zo min mogelijk studievertraging oploopt, maar ook hier geldt weer: ‘we doen wat we kunnen.’ De ouders worden bij het Reboundtraject betrokken, evenals de mentor. In een situatie waarin een leerling een ‘time out’ nodig heeft, het beter voor hem of haar is even elders lessen te volgen, kan er door de directie ook voor gekozen worden om de leerling en bepaalde tijd te plaatsen op een van de andere scholen, bijvoorbeeld Nehalennia. 8. De Mediatheek 1. Algemeen Een eigentijdse school als het Scheldemond College biedt natuurlijk ruimte om zelfstandig te kunnen leren en werken. Maar zelfstandig werken wordt nog leuker als 34 je dat met goede en up to date hulpmiddelen kunt doen. Er is een kleine collectie boeken en tijdschriften; maar ook mooie computerruimtes met meer dan 100 pc’s. Met de modernste middelen en aangesloten op Internet wordt de hele wereld in digitale vorm naar het Weyevlietplein gebracht. In onze mediatheek kunnen iedere schooldag van 08.30 tot 16.00 uur in totaal zo’n honderd leerlingen tegelijk studeren, werken aan presentaties, zelfstandig cursussen doen op cd-rom, bladeren in tijdschriften of kijken naar video’s. Tegen een (kleine) vergoeding kan men informatie printen . Ook hier moet je je natuurlijk houden aan de schoolregels. De aula is voor lunch en gezelligheid; de mediatheek voor werken, studeren of zomaar wat lezen (er zijn folders, kranten, leuke tijdschriften en leuke software). De mediatheek is er in de eerste plaats ter ondersteuning van het onderwijs, daarna voor ontspanning. 2. Studiemogelijkheden • • individueel of in groepjes in een ruimte, die je vooraf moet reserveren; individueel of in tweetallen aan pc’s, die je vooraf moet bespreken. De computers in de computerlokalen zijn aangesloten op de centrale computer van de mediatheek, zodat extra werkplekken voor de meest zelfstandige vorm van werken (bijv. uitwerken scripties) beschikbaar zijn. 9. Leerlingenbegeleiding A. Het mentoraat (beide afdelingen) 1. Algemeen Vanaf de kennismaking, nog voor de zomervakantie, tot en met de diplomering speelt de mentor een belangrijke rol bij de begeleiding van jou, als leerling. De mentor is de spil van onze begeleiding. Je mentor is een vraagbaak voor de hele klas. Je kunt er terecht met al je vragen, problemen en opmerkingen. Je mentor geeft naast zijn eigen vak in klas 1 ook nog een mentor/studieles. 2. Hulpmentor In klas 1 Havo (kans) en VWO kennen we verder een hulpmentoraat, door een jongen en een meisje uit de bovenbouw van onze school. De bedoeling is dat deze leerlingen ‘drempelverlagend’ werken: ze helpen je in de brugklas gewend te raken aan hoe alles op onze school gaat. Zij doen mee tijdens de introductiedagen, tijdens mentoruren, sportdagen, enz. Als je als brugklasser ergens mee zit (schoolse of huiselijke problemen) dan kun je ook naar een van de hulpmentoren gaan. Het is niet de bedoeling dat deze de ’grote’ problemen oplost. Het gaat erom dat de hulpmentor helpt problemen op tijd op te sporen, zodat we jou zo snel mogelijk kunnen helpen daar iets aan te doen. Aan het eind van hun ‘stageperiode’ krijgen de hulpmentoren een beoordeling. 3. Mentoraat bovenbouw Ook in de bovenbouw krijg je als leerling een mentor. Regelmatig heb je overleg over hoe het gaat met je studie, over het niveau en de keuzes die je als leerling moet 35 maken. Je mentor bewaakt de samenhang tussen de vakken, vertegenwoordigt je in de docenten- en rapportenvergadering en onderhoudt contacten met je ouders. Bij problemen wordt er samen met jou naar een oplossing gezocht. B. Het decanaat (beide afdelingen) Onze school heeft meerdere decanen. Zij adviseren jou en je ouders bij je pakket-, studie- en beroepskeuze. Elke afdeling heeft een decaan, het zijn: de heer drs. L.W. Gabriëlse mevrouw E. Bouwense-Boogaarts afdeling VWO - HAVO afdeling MAVO - VMBO C. De ondersteuningscoördinatoren Iedere locatie heeft een ondersteuningscoördinator , die de teamleiders op allerlei manieren ondersteunt in de directe zorg voor de dagelijkse gang van zaken. Ondersteuningscoördinatoren begeleiden docenten binnen hun afdeling, met name mentoren, bij het uitoefenen van hun taken. De begeleiding richt zich specifiek op leerlingenzorg, zowel cognitief als sociaal-emotioneel. De ondersteuningscoördinator kan zelf ook een docent zijn. Hij of zij geeft soms een deel van de week les, of training in vaardigheden of iets dergelijks, waardoor hij of zij midden tussen de collega’s staat. De ondersteuningscoördinator ondersteunt en coacht docenten en in het bijzonder mentoren. Hij of zij heeft steeds het overzicht van de bijzondere zorg en aandacht die onze leerlingen op allerlei terreinen nodig hebben. Vanuit die rol onderhoudt hij of zij contacten binnen school met het Sociaal Medisch Team, Team ondersteuningslokaal en Zorg Advies Team, de counselor, ambulante begeleiders, trajectbegeleiders, trainers sociale vaardigheden en remedial teachers. Contacten buiten school zijn er veel, waarvan die met het OPDC Griffioen,de Stichting Respont en de Stichting De Korre tot de belangrijkste horen. De ondersteuningscoördinatoren zijn voor ouders en verzorgers een bron van informatie op het gebied van zorg en begeleiding binnen en buiten de school. Het zijn: afdeling MAVO-VMBO dhr. P.J.H.M.J. Timmermans afdeling VWO-HAVO dhr. L.P. van Duivendijk D. Schoolmaatschappelijk werk en counselor De schoolmaatschappelijk werk(st)er heeft een speciale taak in de leerlingbegeleiding. Daarbij gaat het om problemen die niet direct met de schoolprestaties of studie- en beroepskeuze te maken hebben: daar zijn andere begeleiders voor. Het gaat hier om allerlei persoonlijke zaken en zorgen. Is je mentor niet in staat je te helpen en/of te begeleiden, dan word je via het Zorgadviesteam (ZAT), meestal via de interne begeleider naar haar doorverwezen. Jij of je ouders/verzorgers kunnen natuurlijk ook zelf hulp komen vragen. De schoolmaatschappelijk werk(st)er is een professional die vier dagdelen in de school beschikbaar is. Hij/zij is ook degene die een leerling kan doorverwijzen naar hulpverlening buiten de school. Schoolmaatschappelijk werksters: 36 mevr. S. Huibregtse en mevr. M. van den Berge. Zij is te bereiken via de interne begeleider en desgewenst via het Algemeen Maatschappelijk Werk te Vlissingen (telefoon: 0118-448844). Daarnaast heeft ook de counselor een speciale taak in de leerlingbegeleiding. Het gaat hier om allerlei persoonlijke zaken en zorgen. Is je mentor niet in staat je te helpen en/of te begeleiden, dan word je bij wat ‘lichtere problematiek’, waar snel aandacht vereist is doorverwezen naar de counselor. Voor VWO/HAVO is dat mevrouw Pattipeiluhu en voor het MAVO/VMBO is dat mevrouw Huibregtse en mevrouw Van den Berge. Via je mentor of de intern begeleider kun je een afspraak maken met de counselor: mevr. J. Pattipeiluhu. Het werk van de counselor wordt gecoördineerd door de ondersteuningscoördinator. Deze heeft het overzicht van de zorgstructuur en wat daarin gebeurt, rapporteert aan de teamleiders en, indien nodig, rechtstreeks aan het management. E. Ondersteuningslokalen In beide afdelingen is er een lokaal waar leerlingen met een bijzondere zorgvraag in principe de hele week terecht kunnen voor extra begeleiding. Het gaat dan in het bijzonder om leerlingen met een indicatie van een van de clusters van de regionale expertisecentra, leerlingen met leerlinggebonden financiering (LGF), de zogenaamde ‘rugzakjes’. Het Scheldemond College werkt hierin nauw samen met de Dienst Ambulante Begeleiding van De Korre, met Qwestor van Respont en met het OPDC De Griffioen. G. Zorgadviesteam (ZAT) Als je als leerling een probleem hebt waar de docent, je mentor, de counselor of de ambulante begeleider (zie later) niet zelf uit kunnen komen of er moet op een breder front naar gekeken worden, dan wordt zo’n probleem besproken door het Zorgadviesteam. In dat team zitten de counselor, de schoolarts, de schoolmaatschappelijk werkster, de leerplichtambtenaar de trajectbegeleider(weg) de ondersteuningscoördinatoren , leerlingbegeider, psycholoog, jeugdpolitie, Bureau Jeugd Zorg . Door de brede samenstelling van dit team wordt er vanuit verschillende invalshoeken naar het probleem gekeken en dat kan zeer verhelderend zijn. Het ZAT kan bijvoorbeeld verwijzen naar externe hulpverlening als Emergis, Odyzee, orthopedagoog, enz. De ondersteuningscoördinator is voorzitter van het ZAT. Natuurlijk kun je als leerling, of je ouders of verzorgers, ook zelf contact opnemen met de jeugdarts of maatschappelijk werkster. De schoolarts, mevr. E. Peek-de Visser is driemaal per maand op school aanwezig. Voor het maken van een afspraak kun je haar bereiken via de GGD, afdeling Jeugdgezondheidszorg in Goes (telefoon:0113- 249420) 37 H. Regeling ongewenste intimiteiten, racisme en geweld In deze regeling staat beschreven dat als je als leerling ongewenst gedrag op school ervaart met betrekking tot de bovengenoemde gebieden de mogelijkheid bestaat bij de vertrouwenspersoon het probleem te bespreken of een klacht in te dienen. Je kunt de vertrouwenspersoon bellen en/of een afspraak maken. Het probleem wordt vanzelfsprekend strikt vertrouwelijk behandeld. De vertrouwenspersoon is mevrouw M.T. Caljouw . Je kunt haar bereiken onder telefoonnummer (0113) 88 66 37 of 06 52502098. Ook kun je eerst contact opnemen met mevrouw M. Willems Zij onderhoudt namens de school de contacten met de vertrouwenspersoon. Meldpunt vertrouwensinspecteurs: 0900 – 1113111 Voor meldingen over seksuele intimidatie, seksueel misbruik, fysiek en psychisch geweld, discriminatie, onverdraagzaamheid, fundamentalisme, radicalisering, extremisme en dergelijke. I. Jeugdgezondheidszorg De jeugdverpleegkundige van de school is mevr. L. van Aken. Zij doet de Preventieve Gezondheids Onderzoeken onder de tweedejaarsleerlingen (13 jarigen). Dat onderzoek gebeurt op school. Er wordt dan gekeken of je je als leerling lichamelijk, geestelijk en sociaal goed en gezond ontwikkelt. Jij of je ouders/verzorgers, kunnen dan ook zelf vragen stellen. Je kunt haar bereiken via de mentor, een van de interne begeleiders, of direct via de afdeling Jeugdgezondheidszorg van de GGD in Goes. Daarnaast onderzoekt ze absentie op basis van medische problematiek. J. Ambulante Begeleider (AB) In de dagelijkse praktijk van de school zijn er soms leerlingen die vanwege leerproblemen en/of sociaal emotionele problemen niet zo goed mee kunnen komen. Dit kunnen problemen zijn die te maken hebben met hun taal- of rekenontwikkeling, maar ook bijvoorbeeld met hun motivatie. Op een of meerdere dagdelen is de ambulante begeleider op school aanwezig om individueel met deze leerlingen te werken. Voor de afdeling VWO-HAVO is dit mevrouw A. Duifhuizen (dyslexie, dyscalculie) en voor de afdeling MAVO-VMBO is dit op dit moment nog niet bekend.. Het doel is, vast te stellen wat er aan de hand is om vervolgens een handelingsplan op te stellen, dat helpt te werken aan een oplossing van of het omgaan met de problematiek van de leerling. K. RMC Trajectbegeleider en leerplichtfunctie Via een van de ondersteuningscoordinatoren kan, uitsluitend met toestemming van de locatiedirecteur trajectbegeleiding ingezet worden. De trajectbegeleider zorgt met de bij de betreffende leerling betrokken instanties en personen voor een op de school aansluitend, alternatief individueel zorgtraject, met als doel de leerling zo goed mogelijk verder te helpen via scholing en werk. Zo’n traject kan bestaan uit: een leerwerktraject, instromen in of schakelen naar een andere school of ander onderwijs, beroeps oriënterende stages of werk. 38 Trajectbegeleiding is een onderdeel van de RMC, regionale meld- en coördinatiefunctie, van de onderwijsafdelingen van de gemeenten Vlissingen, Veere en Middelburg gezamenlijk. De trajectbegeleider voor onze school is nog onbekend L. Steunlessen Voor sommige leerlingen kan het helpen als zij een beetje extra aandacht bij een bepaald vak kunnen krijgen. Deze extra ondersteuning kunnen zij krijgen in de steunlessen Nederlands, Frans, Duits, Engels en wiskunde/rekenen. Leerlingen, ouders, mentoren of vakdocenten kunnen via een van de coördinatoren steunlessen aanvragen. M 1. Voorschoolse Huiswerkklas klas 1 en 2 Sommige leerlingen vinden het moeilijk om na schooltijd hun huiswerk te maken. De verleiding om iets leukers te gaan doen is vaak (te) groot. Het komt ook voor dat leerlingen door omstandigheden niet in staat zijn thuis rustig en geconcentreerd te werken. Voor deze leerlingen is het mogelijk op school, onder toezicht van een bovenbouwleerling, huiswerk te maken in de voorschoolse huiswerkklas. Je kunt via de ondersteuningscoördinator in aanmerking komen voor de huiswerkklas op advies van je mentor of docenten. Ook je ouders/verzorgers kunnen een verzoek tot deelname indienen wanneer de highschoolkeuze vastligt. De huiswerkklas draait op de 2 morgens als er geen highschool is. Het gaat steeds om de 2de lesuren. M2. Studie-uur (SU) klas 1 en 2 in Havo-Vwo. De mentor bepaalt of een leerling onder presteert en plaatst een leerling in de SU, De leerling komt dan tijdens de niet highschool uren extra werken op school om de leerattitude te versterken N. Remedial teaching Voor leerlingen met bijzondere problemen, zoals dyslexie en dyscalculie, is er een aanbod van extra begeleiding. De hulp is er vooral op gericht dat deze leerlingen de gewone leertaken door een aangepaste manier van werken tot een goed einde brengen. In speciale gevallen en onder bepaalde voorwaarden kan de Inspectie toestaan dat het lesprogramma wordt aangepast. Ouders en verzorgers van een leerling met een bijzonder leerprobleem doen er goed aan, de school daarvan zo snel mogelijk op de hoogte te stellen. Contactpersonen hiervoor zijn de mentoren en de ondersteuningscoördinatoren. Remedial Teaching in de afdeling MAVO-VMBO Vanuit de missie die we als de school voor openbaar onderwijs in Vlissingen en omgeving hebben geformuleerd, willen we onze leerlingen goed onderwijs bieden. Bij ‘goed onderwijs’ streven we naar degelijk onderwijs ‘op maat’, met individuele zorg en aandacht, ‘dicht bij huis’. We zijn een ‘kleine school met grote mogelijkheden’ die de, vaak zware, verantwoordelijkheid voor onze leerlingen niet uit de weg gaat. We beseffen, dat dit veel van alle medewerkers vraagt, maar willen juist ook bij deze kinderen ‘eruit halen wat erin zit’. Flexibilisering is hierbij het kernwoord. Het is mogelijk dat leerlingen extra hulp en begeleiding krijgen van daarvoor gespecialiseerde docenten (remedial teachers). Zij 39 kunnen leerlingen met hun hulpvragen op maat bedienen, soms ondersteund door een onderwijsassistent. O. Motorische Remedial Teaching (MRT) In de lessen MRT krijgen leerlingen extra hulp op het gebied van de lichamelijke opvoeding. Het doel van deze hulp is: • • • oplossen van achterstanden op het motorische vlak inhalen van achterstanden bij andere leervakken, voor zover deze mede veroorzaakt worden door motorische stoornissen of achterstanden (gebrek aan zelfvertrouwen of schaamte in de groep) bestrijden van gedragsproblemen voor zover die voortkomen uit motorische stoornissen of achterstanden. Eind september wordt er door docenten lichamelijke opvoeding een motoriektest afgenomen bij alle brugklasleerlingen. Naar aanleiding daarvan wordt zo nodig contact opgenomen met de ouders of verzorgers en vindt plaatsing in de MRT-groep plaats. P. Faalangst Reductie Training (FRT) Faalangst is angst, die je voelt als je iets moet doen waarbij iets kan mislukken, of als je iets moet presteren. Deze angst kan zo groot zijn dat hierdoor je leerprestaties worden beïnvloed. Daarbij voel je je als leerling meestal erg ongelukkig. Basiselementen van de FRT- training zijn: • • • • verbeteren van het zelfbeeld, wat meer zelfvertrouwen geeft; verbeteren van de zelfbeoordeling (snappen leerlingen dit?); leren wennen aan faalangst verwekkende situaties door oefeningen, spreekbeurten, etc; leren omgaan met faalangstgevoelens, o.m. door ontspanningsoefeningen. Als wij het zinvol achten dat je deze training gaat volgen, nemen wij eerst contact met je ouders/verzorgers op. Hieraan kunnen extra kosten verbonden zijn. Voor VMBO-leerlingen worden de training intern aangeboden. 10. CONTACT MET DE SCHOOL A. Spreekuren 1. Management en middenmanagement De bestuurder/rector en de locatiedirecteur zijn, na telefonische afspraak via de managementassistente, te spreken tijdens de schooltijden. Indien nodig kunnen afspraken op andere tijdstippen worden gemaakt. De teamleiders zijn te spreken tijdens de schooltijden. Indien nodig kunnen afspraken op andere tijdstippen worden gemaakt. 2. De docenten 40 Na het eerste en het tweede rapport worden de ouders/verzorgers in de gelegenheid gesteld de docenten op de zogenaamde ‘10-minuten’-avonden te spreken. In principe kun je als leerling bij dit gesprek aanwezig zijn. Als ouders docenten langer willen spreken, kunnen zij een afspraak maken via de administratie. Uiteraard kunt u op dit soort avonden ook een afspraak maken met de teamleiders, de ondersteunings coördinatoren en de absentencontroleurs. B. Informatie- en ouderavonden In september worden er voor ieder leerjaar ouderavonden georganiseerd. Je ouders/verzorgers ontvangen hiervoor begin september een uitnodiging. Tijdens die avonden ontvangt men uitgebreide informatie over de gang van zaken in dat schooljaar. In leerjaren waar dat speelt, houden we in de januari t/m maart voorlichtingsavonden over de studie- en/of pakketkeuzes in dat jaar. De school zorgt maandelijks voor een Nieuwsflits. Daarin staan voor jou en je ouders belangrijke dingen. Ook krijg je informatie over de nieuwste ontwikkelingen binnen de school. C. Rapportages en rapporten 1. Cijfer- en afwezigheidsrapportage Ouders kunnen via het ouderportaal op de website van onze school inzage krijgen in de cijferkaart van hun kind. Daarnaast biedt het ouderportaal de mogelijkheid om inzage te krijgen in de afwezigheidregistratie van uw kind. 2. Cijferrapportage derde klassen Afdeling MAVO-VMBO De derde en vierde klassen MAVO-VMBO zijn bezig met het schoolexamen. Daarvoor gelden andere regels, die je na kunt lezen in het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA), dat je als leerling van klas 3 en klas 4 na 1 oktober kunt lezen op onze website. 3. Rapporten voor alle klassen (beide afdelingen) Driemaal per cursusjaar krijg je een rapport. Alleen in het vooreindexamenjaar is dat anders. Op het eerste en tweede rapport staat het gewogen gemiddelde (in één decimaal nauwkeurig) van alle tussen het begin van het schooljaar en de laatste rapportvergadering behaalde en meetellende cijfers. Op het eindrapport staan de op een geheel getal afgeronde eindcijfers. Voor de afronding van eindcijfers geldt het volgende: Is de eerste decimaal van het berekende eindcijfer een 0, 1, 2, 3 of 4, dan wordt het eindcijfer naar beneden afgerond. Is de eerste decimaal een 5, 6, 7, 8 of 9, dan wordt het eindcijfer naar boven afgerond. 41 Dus: 6,4 wordt 6; 6,5 wordt 7. (N.B. 6,49 wordt dus 6!) De regels voor het Schoolexamen en het Centraal Examen staan in het Examenreglement van de verschillende afdelingen: VMBO, MAVO, HAVO en VWO. 4. Infostaten (beide afdelingen) Minimaal tweemaal per jaar vindt er in beide afdelingen een leerlingbespreking plaats. Daarbij komen zaken zoals het sociaal-emotionele functioneren, inzet, motivatie, huiswerkhouding en concentratie van de leerling aan bod. Voor leerlingen met bijzondere problemen wordt een handelingsplan opgesteld. De bevindingen van het docententeam worden naar ouders/verzorgers toe op passende wijze gecommuniceerd. D. De medezeggenschapsraad (MR) In de MR zijn het personeel, de leerlingen en de ouders vertegenwoordigd met respectievelijk 8, 4 en 4 leden. De MR vergadert 4 à 6 keer per jaar met het management. Deze vergaderingen zijn in principe openbaar. Goedgekeurde MR verslagen kunt u terugvinden op de website van de school. De MR is bereikbaar via de secretaresse van de MR, mevrouw Van Rooijen, e-mail: @scheldemondcollege.nl. De raad bestaat in het schooljaar 2014-2015 uit de volgende leden: namens het personeel: PM. namens de ouders: PM. namens de leerlingen: PM. E. De gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) Ook in de GMR zijn het personeel, de leerlingen en de ouders vertegenwoordigd met respectievelijk 8, 4 en 4 leden. De GMR overlegt gemiddeld eenmaal per zes weken met het management. Deze vergaderingen zijn in principe openbaar. Goedgekeurde GMR verslagen kunt u terugvinden op de website van de scholengroep. De GMR is bereikbaar via de secretaris dhr. Roelandschap van de GMR: [email protected] De raad bestaat in het schooljaar 2014-2015 uit de volgende leden: namen volgen later namens het personeel: PM namens de ouders: PM namens de leerlingen: PM 42 F. De ouderraad (OR) De ouderraad behartigt de belangen van ouders en leerlingen in de school. Het dagelijks bestuur vormt ook het bestuur van de Stichting Ouderraad SCHELDEMOND. Het dagelijks bestuur bestaat uit: - mevr. T. Dingemanse - mevr. I. Faragpour - dhr. E. le Peru - mevr. C. de Weert Adviserende leden namens het management zijn de teamleiders. Vergaderingen van de OR zijn openbaar. 11. De financiële zaken Informatie over de kosten schooljaar 2014-2015 Vertegenwoordigers van de scholen en ouderorganisaties hebben gezamenlijk een gedragscode opgesteld, die bestaat uit richtlijnen over de hoogte en opbouw van de schoolkosten. De code vraagt van scholen om transparantie en beheersing van de kosten voor ouders. De Mondia scholengroep (Nehalennia SSG en Scheldemond College) vraagt geen bijdragen voor kosten waar we al bekostiging (geld) voor ontvangen. Over de vrijwillige ouderbijdragen die wij vragen, hebben wij o.a. vooraf open gesproken met en de goedkeuring ontvangen van de oudergeleding van de medezeggenschapsraad en informeren wij u als ouders. In vergelijking met andere Zeeuwse scholen vragen wij geen hoge bedragen. Dat willen wij graag zo houden. Echter zonder deze vrijwillige bijdragen zijn de extra’s die wij bieden niet mogelijk. U heeft een keuze om de vrijwillige bijdragen wel of niet (gedeeltelijk) te betalen. Echter bij niet betalen zal uw kind van deze geboden extra’s geen gebruik kunnen maken of er helaas niet aan kunnen deelnemen. Een alternatief programma zal dan worden aangeboden, indien nodig. Schoolboeken “gratis” We lenen schoolboeken, een gemiddeld boekenpakket kost ruim 300 euro, kosteloos uit. De boeken blijven echter het eigendom van de school. Om de kosten voor de school te beheersen, heeft de Mondia scholengroep (Nehalennia SSG en Scheldemond College) met Van Dijk Educatie (voorheen Studieboekhandel De Ruiter & Fanoy) een boekenfonds ingericht. De boeken in dat fonds zijn van de school, maar de boekhandel heeft een belangrijke taak bij de verspreiding en de behandeling ervan. De school zorgt er samen met de boekhandel voor dat de leerlingen het juiste boekenpakket krijgen. De boekhandel reikt de boeken uit en neemt ze ook weer in, maar zorgt er in de zomervakantie ook voor dat alle nieuwe pakketten keurig klaargelegd worden. Vermiste en/of beschadigde boeken worden bij uw in rekening gebracht. De staat van de boeken wordt door deskundige mensen van de boekhandel bekeken. Een boek wordt maar een keer per schooljaar zonder kosten aangeboden, dat zult u begrijpen. Bij schade aan en/of verlies van boeken worden de kosten bij u in rekening gebracht, daar ouders wettelijk aansprakelijk blijven voor de veroorzaakte schade door hun kind aan schooleigendommen. Naast het huren en kopen van boeken schaft de school ook werkboeken of werkschriften voor eenmalig gebruik aan en betalen we licenties voor het gebruik van digitaal leermateriaal, die steeds meer voor boeken in de plaats komen. Dit valt allemaal onder het “gratis” lesmateriaal. 43 Niet ‘gratis’ lesmateriaal Helaas voor u is niet al het lesmateriaal ‘gratis’. Dat is landelijk zo bepaald. U betaalt nog steeds de kosten voor bijvoorbeeld een atlas, een woordenboek, een agenda, een eventuele eigen laptop, een memory stick, een rekenmachine, sportkleding, gereedschap, schriften/multomap, pennen etc. Indien niet anders vermeld zult u dit nog steeds zelf aan moeten schaffen. In enkele gevallen gebeurt dat op aanwijzing van de docent. Zo moeten alle leerlingen in het bezit zijn van een rekenmachine TI-30 XB Multiview (ca. € 19,=). voor HAVO-VWO 4 en hoger met het vak Wiskunde is een rekenmachine TI-84+ (ca. € 115,=) nodig. Voor het HAVO-VWO vanaf klas 1 is de grote Bosatlas (ca. € 70,=) nodig en voor het VWO vanaf klas 4 met het vak Latijn is een Latijn-Nederlands woordenboek (ca. 79,95) nodig. Deze spullen kunnen ook gekocht of besteld worden via www.deruiterenfanoy.nl Voor de opleiding Dienst & Commercie en voor sport wordt in overleg met de docenten kleding aangeschaft. Zo wordt er voor alle eerste en derde klassers een nieuw “uniform” sportshirt aangeschaft waar we een bijdrage van € 5,= voor vragen. Nadere informatie over wat nodig is volgt nog. Voor het schooljaar 2014-2015 vragen wij de volgende (vrijwillige) ouderbijdragen: Schoolkosten kunt u hier bekijken 44 Hieronder volgt een uitgebreide toelichting op de gevraagde vrijwillige ouderbijdragen: Schoolfonds Het vrijwillige schoolfondsbedrag is ook voor komend schooljaar vastgesteld op € 50,=. De besteding van dit bedrag is goedgekeurd door de oudergeleding van de medezeggenschapsraad. Het schoolfondsbedrag is als volgt opgebouwd: a - een collectieve schoolverzekering (incl. reis) voor de leerlingen b - bijdrage ouderraad c - bijdrage computergebruik, ELO en Wifi. d - bijdrage voor extra leerlingactiviteiten e - bijdrage ten behoeve van extra toezicht € 5,= € 5,= € 10,= € 20,= € 10,= Toelichting: Ad. a Scholierenverzekering Voor alle leerlingen is een collectieve scholierenongevallen- en reisverzekering afgesloten die geldig is gedurende de schooltijd. Deze verzekering is geldig op de weg van en naar school en tijdens de door de school georganiseerde activiteiten. In de meeste gevallen gaat het om een aanvullen¬de verzekering, afhankelijk van de verzekering(en) die u al heeft. Het betreft een verzekering die alleen dekking geeft aan de gevolgen die voortvloeien uit lichamelijk letsel en bij schoolreizen (incl. buitenlanddekking) ook voor beschadigd geraakte of verloren bagage (hier geldt wel een eigen risico van € 75,-). Daarnaast hebben we een WAverzekering afgesloten voor de leerlingen die stage lopen, ook deze is aanvullend. Ad. b Ouderraad De ouderraad vraagt voor de Stichting Ouderraad een vrijwillige ouderbijdrage van € 5,=. De stichting is in het leven geroepen om allerlei zaken voor de leerlingen te betalen, die niet door de overheid worden vergoed. Het gaat dan om culturele of recreatieve activiteiten, waar de leerlingen aan kunnen deelnemen. De geldmiddelen van de stichting bestaan onder andere uit bijdragen, schenkingen en rente. Jaarlijks wordt op de jaarvergade¬ring over de besteding verantwoording afgelegd. De ouderraad is er overigens zeker niet alleen voor de financiën! Op de regelmatig gehouden bijeenkomsten van de ouderraad wordt over allerlei dingen die de school betreffen gesproken. Verder helpt de ouderraad de school bij activiteiten. Ad. c Computergebruik, ELO en Wifi Gezien de ICT-ontwikkelingen willen wij binnen onze mogelijkheden gebruik maken van een elektronische leeromgeving en ook zoveel mogelijk computers ten behoeve van het onderwijs up to date houden. En voor leerlingen een gratis platform te bieden op internet. Ad. d. Extra leerlingactiviteiten Gedurende het schooljaar worden er een aantal extra activiteiten georganiseerd, waaronder bijvoorbeeld culturele activiteiten (leerlingen ontvangen ook een cultuurpas), schoolavonden (disco’s), sinterklaasviering en kerstfeest. Elke leerling krijgt ieder schooljaar een persoonlijke schoolpas waarop diens naam en foto zijn afgedrukt. Deze pas moet je kunnen laten zien bij bijv. schoolavonden, computergebruik of printopdrachten. Ad. e. Extra toezicht Dit is een bijdrage in de kosten die de school maakt voor een veiligere leeromgeving. U moet dan o.a. denken aan kosten van toezicht, kosten van absentencontroleurs, een omroepinstallatie en een camerabewakingssysteem. Het gaat hier dus slechts om een bijdrage, daar de werkelijke kosten hoger liggen. De Mondia scholengroep (Nehalennia SSG en Scheldemond College) krijgt voor deze kosten geen bekostiging, maar vindt deze onderdelen, net als de medezeggenschapsraad, wel belangrijk. 45 Volgens het Ministerie van OC&W bent u niet verplicht deel te nemen aan het schoolfonds, maar gaat het ook hier om een vrijwillige ouderbijdrage. Voor het geval u niet deelneemt aan het schoolfonds en toch gebruik wilt maken van de hierboven genoemde faciliteiten zijn wij genoodzaakt om de werkelijke kosten in rekening te brengen. Voor uw en ons gemak en in het belang van de leerling hopen wij dat u aan het schoolfonds deelneemt. Bijdrage voor een locker Voor elke leerling staat er een kluisje (locker) klaar om spullen in op te bergen. Om de veiligheid van de persoonlijke spullen zo goed mogelijk te waarborgen, maken we gebruik van een systeem van sleutelbeheer waarbij elke leerling een locker toegewezen krijgt evenals de daarbij behorende 2 sleutels. De leerling behoudt deze locker in principe gedurende de rest van zijn/haar schoolperiode en is hier dus zelf verantwoordelijk voor. Bij verlies of beschadiging van sleutel of slot kan bij de conciërge tegen betaling van € 7,50 een nieuw slot met 2 sleutels aangeschaft worden. Klas gebonden bijdragen en bijdragen voor specifieke studierichtingen Voor diverse richtingen per studiejaar wordt een “vrijwillige” bijdrage in rekening gebracht voor het gebruik van extra faciliteiten, accommodaties, activiteiten en kleding. Het is ook gebruikelijk dat we aan ouders vooraf een bedrag vragen voor de klassenactiviteiten, eendaagse schoolreizen en extra specifieke activiteiten waaronder excursies. Mocht een activiteit niet doorgaan of de kosten van deze of de vervangende activiteit lager uitvallen, dan zullen wij dit (resterende) bedrag aan u terugbetalen. De kosten voor klassenactiviteiten Elk jaar organiseren we klassikale activiteiten zoals de introductiedagen, , een kerstontbijt, een klassenavond, een sportdag of iets dergelijks. De totale kosten van de benodigdheden voor deze activiteiten bedragen tezamen ongeveer € 15,= per jaar. Enkele klassen gaan aan het eind van het schooljaar uit eten. Dan zal er nog een extra bijdrage gevraagd kunnen worden. De kosten voor eendaagse schoolreizen, bijzondere activiteiten en (culturele) excursies Voor het nieuwe schooljaar hebben we een inventarisatie gemaakt van alle reizen, extra bijzondere activiteiten en excursies per klas en uitgezocht welke leerlingen daar gebruik van maken. Op deze manier kunnen deze bijdragen in de begrote kosten één maal per jaar aan de ouders doorberekend worden. Meerdaagse buitenlandse schoolreizen Tijdens het schooljaar zijn er voor een aantal klassen ook weer meerdaagse buitenlandse schoolreizen. Over de kosten hiervan ontvangt u gedurende het schooljaar informatie. Het geld dat u als ouders gespaard heeft via de spaarregeling bij de Stichting Reisgelden wordt hier uiteraard voor aangewend. Ouders van nieuwe leerlingen ontvangen in september informatie over deze aantrekkelijke spaarmogelijkheid. Let op! Legitimatieplicht Door veranderde regelgeving heeft ieder kind een eigen reisdocument (paspoort of identiteitskaart) nodig wanneer het naar het buitenland gaat. Zonder een eigen ID-bewijs kan het kind helaas niet mee op schoolreis of kamp, wanneer dat in het buitenland plaatsvindt, dit om problemen tijdens de reis te voorkomen. Reisverzekering De school heeft een doorlopende collectieve reisverzekering (inclusief buitenlanddekking). Het eigen risico bij bagagedekking is € 75,= per persoon. Bij ongevallen is deze secundair, d.w.z. dat alleen de door de eigen ziektekostenverzekering niet vergoede kosten verhaald kunnen worden. Bijdrage Beroepencollege 46 Deze vrijwillige bijdrage wordt gevraagd voor de aan te schaffen kleding en de bezoeken. Bijdrage Dienstverlening & Commercie Deze vrijwillige bijdragen worden besteed aan o.a. ‘uniforme” kleding en excursies. Bijdrage sportklassen/LO2/BSM Aan leerlingen die in een sportklas zitten wordt een extra bijdrage gevraagd. Deze bijdrage wordt besteed aan clinics, extra sportkleding, gekwalificeerde trainers/coaches, accommodaties, sportmaterialen en reiskosten. In de tweede klas zit in de bijdrage de kosten voor een driedaags outdoorkamp. Leerlingen die in de derde en vierde klas het vak LO2 of BSM (Bewegen, Sport en Maatschappij) hebben, betalen ook een bijdrage voor extra sportactiviteiten. Vanaf de bovenbouw wordt er geen kleding meer aangeschaft en neemt het aantal clinics af en dus ook de gevraagde bijdrage. De bijdrage voor leerlingen met het vak BSM in de vijfde klas is bestemd voor een clinic. Bijdrage JVOZ /Geelhoed/TOZ en andere topsporttalenten Het Scheldemond College werkt o.a. samen met de Jeugd Voetbal Opleiding Zeeland, sportschool Geelhoed en Tennis Organisatie Zeeland. De jonge talenten doen de eerste jaren niet mee met de sportklasclinics en betalen een bijdrage van € 75,= en niet de sportklasbijdrage. Deze bijdrage wordt besteed aan extra (huiswerk)begeleiding, extra lessen, begeleiding door de topsportcoördinator, mogelijkheid spreekuur fysiotherapeut en voedingsdeskundige, een thema-avond, studiepaspoort en extra grote lockers. Daar waar nodig worden individuele afspraken gemaakt. Dit geldt ook voor de andere topsporttalenten (o.a. LOOT). Vanaf de klassen MAVO 3, MAVO 4, HAVO 4, VWO 4 en hoger betalen topsporttalenten ook de bijdrage LO2 of BSM omdat vanaf dan de activiteiten verplichte examenstof zijn. Bijdrage Dansklas Voor de dansers wordt een bijdrage gevraagd van € 150,= voor de extra lessen per week en aan te schaffen kleding. Bijdrage Highschool sporten Bij de keuze voor een highschool sport wordt een bijdrage gevraagd van € 150,= voor de extra faciliteiten (kosten trainers, zaalhuur, begeleiding, kleding etc.). Bijdrage Highschool Creative / Da Vinci Voor deze highschool wordt een vrijwillige bijdrage gevraagd van € 50,= voor de extra faciliteiten (o.a. speciaal materiaal hiervoor en clinicdagen) Betaling schoolkosten Met de studieboekhandel is afgesproken dat zij, namens de school, voor de inning van de ouderbijdragen zorgen. Hiervoor is een speciaal bankrekeningnummer geopend NL82RABO0137709382 t.n.v. Van Dijk Educatie (De Ruiter & Fanoy is een onderdeel van Van Dijk Educatie) dat uitsluitend bestemd is voor alles wat daarmee te maken heeft. U vindt dit nummer ook op de factuur die u in de zomervakantie (via de email) krijgt toegestuurd. Indien u voor bepaalde “vrijwillige” diensten/activiteiten niet wil betalen, kunt u dat van het bedrag afhalen. Wel is het zo dat de leerling dan helaas aan deze extra activiteiten niet zal kunnen meedoen of van deze extra diensten kan profiteren en indien nodig een alternatief programma zal krijgen. Er is ook een betalingsmogelijkheid (d.m.v. pinnen) bij het afhalen van de boeken. U moet dan wel rekening houden met mogelijke wachttijden. Gespreide betaling Hoewel wij er vanuit gaan dat betaling in één keer plaatsvindt, kan het zijn dat de hoogte van de bijdrage ten opzichte van het gezinsinkomen zo hoog blijkt te zijn dat het bezwaarlijk wordt deze in één keer te betalen. Indien dat het geval is, kunt u voor het treffen van een betalingsregeling contact opnemen met de financiële administratie vanaf 18 augustus 2014 (telefoon 0118-479400). 47 12. Het Scheldemond College overige activiteiten Zoals je mag verwachten van een echte Zeeuwse school bruist het Scheldemond College als de zee. Buitenschoolse activiteiten vinden wij dan ook erg belangrijk. En niet alleen voor de pret, maar ook omdat ze de onderlinge band op school en je leerprestaties bevorderen. We zijn trots op onze actieve leerlingenvereniging, onze sportactiviteiten en onze culturele avonden. Zeg maar gerust dat het leuk is op het Scheldemond College. A. De leerlingenvereniging "FLESJ" De leerlingenvereniging organiseert in de loop van het schooljaar een heleboel activiteiten. Diverse docenten begeleiden de leerlingen hierbij. Van alle avonden die voor klas een of twee worden georganiseerd ontvangen je ouders/verzorgers vooraf schriftelijk bericht. B. Klassenavonden en schoolfeesten In overleg met de teamleider en je mentor kan voor de leerjaren 1 en 2 een klassenavond op school georganiseerd worden. De leerlingen moeten dan een programma maken, dat aan een paar door de mentor te stellen eisen voldoet. Dag, uur en plaats van de klassenavonden worden schriftelijk aan je ouders/verzorgers meegedeeld. C. Excursies en schoolreizen Excursies en schoolreizen zijn belangrijk in het leerproces. In bijna iedere klas vindt er wel een excursie plaats, afhankelijk van het lesprogramma. Dat betekent dat we vooraf niet precies kunnen vertellen waar de excursies naartoe gaan, maar we kunnen er wel een paar noemen: • fort Rammekens • musea in Rotterdam • excursie Lille • dansacademie Rotterdam • diverse bedrijven in Vlissingen-Oost Ook onze schoolreizen zijn beroemd in Vlissingen en omstreken. Wat te denken van: Walibi, de Efteling, Engeland, Barcelona, Rome en de alom bekende wintersportreizen. Zij leveren een belangrijke bijdrage in de sociaal-culturele ontwikkeling en vooral aan een goede, positieve sfeer. D. Sportactiviteiten In de loop van het jaar organiseert onze vakgroep L.O. veel sportactiviteiten, zoals: • atletiekwedstrijden • basketbaltoernooi • zaalvoetbaltoernooi • indoor skiën. 48 E. Culturele activiteiten Iedere leerling ontvangt ook dit schooljaar een cultuurpas ter waarde van € 15,--, waarmee gezamenlijk vanuit school verschillende culturele activiteiten worden georganiseerd. Per leerjaar worden professionele culturele activiteiten en/of workshops tijdens de CKV-lessen aangeboden. Tevens kunnen leerlingen vanaf klas 4 deelnemen aan het project HZ Cult-VO. Dit culturele programma van de Hogeschool Zeeland biedt een gevarieerd aanbod aan culturele activiteiten. Zij kunnen zelf een keus maken uit dit programma waarbij theater, films en concerten tegen een gereduceerd tarief worden aangeboden. Ook wordt er - in samenwerking met Moviezone - voor een aantal leerjaren een filmvoorstelling geregeld. Deze films worden tijdens de lessen CKV voor- en nabesproken. De sectie CKV zorgt elk jaar voor een tentoonstelling in de school van werk van beeldend kunstenaars. Tijdens de lessen wordt daar extra aandacht aan besteed. Leerlingen werken in de loop van het schooljaar ook aan een voorstelling met toneel, dans en muziek. Dit gebeurt onder leiding van professionals en enthousiaste docenten. F. De website Het Scheldemond College heeft een uitgebreide website met zeer veel actuele informatie over de school zelf, maar ook over heel veel schoolactiviteiten. Bij veel van deze activiteiten worden foto’s genomen, die daarna zo vlug mogelijk op de website worden geplaatst. Veel leerlingen vinden het leuk om hun ouders of vrienden mee te laten genieten van de activiteiten waaraan ze hebben deelgenomen. Het kan zijn dat een leerling het niet op prijs stelt dat zijn of haar foto op de site geplaatst wordt. In dat geval kan dit gemeld worden bij de mediatheek. De webmaster zorgt er dan voor dat de betreffende foto wordt verwijderd. 13. Nuttige namen en adressen A. Bestuur Correspondentie aan het bestuur kunt u adresseren aan het postadres van de school ter attentie van de bestuurder, dhr. H.J. van Arenthals. Telefonisch contact loopt ook via de managementassistente, mevr. C.K. van Sighem-Minderhoud. Tel. 0118 – 486894 / 06-41584182, e-mail: [email protected]. B. Management De rector is de heer H.J. van Arenthals E-mail: [email protected]. De locatiedirecteur is de heer E.J.A. Fagg 49 E-mail: [email protected]. De managementassistente is mevrouw C.K. van Sighem-Minderhoud E-mail: [email protected]. C. Middenmanagement Mevr. R.W. van Oost teamleider MAVO-VMBO E-mail : [email protected]. Dhr. J.C. Schalkwijk teamleider HAVO-VWO onderbouw E-mail: [email protected]. Mevr. M.E. Roose teamleider HAVO-VWO bovenbouw E-mail: [email protected]. D. Staf Het Hoofd Bedrijfsvoering van de scholengroep is de heer A. Mondeel E-mail: [email protected]. E. Vertrouwenspersonen en Klachtenregeling De school heeft een interne vertrouwenspersoon, mevrouw M. Willems telefoon, waar mensen terecht kunnen met meldingen van en vragen over ongewenste intimiteiten, racisme en geweld. Zij is bereikbaar via het telefoonnummer 0118479400 en het e-mailadres: [email protected]. Daarnaast heeft de school een externe vertrouwenspersoon (bij de Arbo Unie), mevrouw M.T. Caljouw. De school heeft een Klachtenregeling. Deze is verkrijgbaar bij de Administratie en via website en [email protected]. F. Inspectie en vertrouwensinspectie Rijksinspectiekantoor Nijverheidssingel 317, 4811 ZV Breda Postbus 7447 4800 GK Breda Telefoon: (076) 524 44 77 G. Mentoren Het overzicht van de mentoren staat vermeld op de informatiekalender van het Scheldemond College. H. Het onderwijs ondersteunend personeel Mevr. W. van Antwerpen Mevr. R.C.M. Becks-van Westerop onderwijsassistent medewerker secretariaat 50 Dhr. H. Belhadj conciërge / mediatheek medewerker onderwijsassistent mediatheek medewerker catering technisch onderwijsassistent onderwijsassistent medewerker time-out B absenten controleur gebouw B absentencontroleur geb. A ICT coördinator en systeembeheerder conciërge ICT medewerker conciërge medewerkster time-out A medewerker catering medewerker onderwijsadministratie hoofd conciërge receptioniste / telefoniste roostermaker hoofd bedrijfsvoering instructeur receptioniste / telefoniste technisch onderwijsassistent medewerker personeelsadministratie / salarisadministratie onderwijsassistent managementassistente personeelsfunctionaris medewerker onderwijsadministratie medewerker financiële administratie medewerker financiële administratie medewerker financiële administratie Mevr. G.K. Bhaghu Dhr. W.P. Bimmel Mevr. Brasser-Tax Dhr. J.M. Butijn Dhr. J.M. van Dam Mevr. S.A. van Drongelen-de Leeuwen Dhr. H.J. van Druenen Dhr. M. Ekan Dhr. R.R.L. Hardeman Dhr. P.J.C. Geus Mevr. R. de Groot-Lazaroms Mevr. C.M. van den Heuvel Mevr. K.M. Bliek-Lambermont Dhr. H. Noevers Mevr. E. Noevers-de Looze Dhr. C. Marjee Dhr. A. Mondeel Dhr. E.F. Oranje Mevr. P. Otte-Geervliet Mevr. L.H.E. Plummen Mevr. S.E. Koppejan Mevr. C.E. de Rijk Mevr. C.K. van Sighem-Minderhoud Dhr. M. de Veen Mevr. M.C. Vermeeren Dhr. J.A. de Wolf Hans Vreeke Richard Simons I. Personeel met afkorting schooljaar 2014-2015 mw. mw. dhr. mw. dhr. mw. dhr. mw. mw. mw. mw. Naam J.L. Aarnoutse W. van Antwerpen H.J. van Arenthals S.M. Baas M. Besuyen W.J. Boogaard Th.J. Borgs G.K. Bhaghu R.C.M. Becks-van Westerop K.M. Bliek-Lambermont B. de Blok Personeelscode ANS ANW ATS BAS BSN BGD BGS BGU BKW BLK BLO 51 dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. mw. dhr. dhr. mw. mw. mw. dhr. mw. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. mw dhr. dhr. dhr. mw. dhr. dhr. mw. dhr. dhr. mw. mw. mw. mw. dhr. mw. dhr. dhr. mw. mw. dhr. dhr. mw. dhr. dhr. dhr. mw. dhr. mw. mw. mw. mw. mw. C. van Belzen W.P. Bimmel R. Boddaert M. J. Bronner J.M. Butijn E. Bouwense-Boogaarts J.M. van Dam H.J. van Druenen R.K. Dorland J.R. van Doorn S.A. van Drongelen-de Leeuwen P.B.J. van den Dries B. de Dreu L.P. van Duivendijk K. Ebert J. A. Elfrink M. Ekan F.M. de Haan E.J.A. Fagg M.T. Flipse L.W. Gabriëlse E.L.T. Gideonse P. J. C. Geus J.C.G. Gillissen D. Glisovic H. Groeneveld D.C.J.M. Goossen A. El Gauadi G.C. Geuze R.R.L. Hardeman W. Houkamp F.M. van Leeuwen-Hordijk M. C. W. Hirdes C.M. van de Heuvel Y. Koch-van Dam H.G. Koekkoek S.E. Koppejan P.A. Koster S. Kramer M.P.A. Lazaroms P. J. M. de Looze J. Manten A. Mondeel J. J. J. van der Meule A. Miljoen C. Marjee J.C. Nieuwdorp N. van Neste E.F. Oranje R.W. van Oost P.J. Geervliet J. Pattipeiluhu-van der Kolk K. van der Peijl L.H.E. Plummen BLZ BMM RBO BNR BTN BTS DAM DNN DRD DON DRO DRS DRU DVK KEB EFK EKN FDH FGG FLP GBR GDS GES GLN GLV GND GSN GUD GZE ? HDM HKP HRD HRS HVL KOC KOK KPJ KSR KRA LRS LZE MAN MDL MLE MLN MRJ NDP NST ORJ OST OTT PAT PLY PLM 52 dhr. dhr. dhr. mw. mw. dhr. mw. dhr. mw. dhr. mw. mw. mw. dhr. dhr. mw. mw. dhr. dhr. dhr. mevr. dhr. mw. mw. dhr. mw. mw. mw. dhr. mw. dhr. E. van Rees B.W.G. Remkes P.R.J. van de Riet M.V. Reijnierse-Boon T. van Rooijen J. Roelse C.E. de Rijk S. Schrier C.K. van Sighem-Minderhoud J.C. Schalkwijk C.P.M. Slieker-Battut M.M. Clarisse-Simons S.W. Schipper-van den Bosch D.H.A. Sepers M.W. Siereveld A.C.P. Stadhouders-Grootjans G.P. Brasser-Tax P.J.H.M.J. Timmermans N.J.M. Terra D.C.F. van Tussenbroek E. van de Voorde-Scheppers A. Vucic S. Verhulst M.C. Vermeeren M. de Veen A. Grootjans-Wisse G. Wisse M.A. Willems J.A. de Wolf K.E. Witvliet P.J. Wevers ERE RMK RIE RNS ROY RSE RYK SCR SGM SKW SLB SMS SPP SPS SRD STG TAX TMS TRR TSK EAM VCC VHL VMN VEE WIS WSE WLM WOF WTT WVS U kunt rechtstreeks contact opnemen met de docenten via e-mail. Het e-mailadres is de docentenafkorting gevolgd door @scheldemondcollege.nl, bijvoorbeeld [email protected]. Dit geldt ook voor de andere medewerkers. 14. Protocollen op onze scholengemeenschap A. Pestprotocol Het Scheldemond College De ouderraad, leerlingenraad, medezeggenschapsraad, management en het personeel van het Scheldemond College verklaren in het pestprotocol het volgende: pesten is een wezenlijk en groot probleem. Pestgedrag is schadelijk tot zeer schadelijk voor kinderen, zowel voor slachtoffers als voor de pesters. Dat ernstige probleem moet aangepakt worden, in het bijzonder door de ouders en de leerkrachten. Ouderraad, leerlingenraad, medezeggenschapsraad, management en personeel moeten zo goed mogelijk samenwerken om het probleem "pesten" op te lossen. Daarbij is betrokkenheid van leerlingen, ouders en medewerkers van de school onmisbaar. 53 De ondertekenaars van dit protocol hebben zich tot het volgende verplicht: • hulp bieden aan het gepeste kind • hulp bieden aan de pester • hulp bieden aan de zwijgende middengroep • hulp bieden aan de leerkracht • hulp bieden aan de ouders • het bewust maken en bewust houden van alle betrokkenen van het probleem • het gericht voorlichten van alle betrokkenen bij de school • het aanstellen van een vertrouwenspersoon op school • het aanleggen van toegankelijke, goede informatie over het probleem "pesten". Leerlingen en docenten ondertekenen een Contract in de klas. Ze zullen zich aan de volgende afspraken moeten houden, zowel op school als daarbuiten. 1. We zien er allemaal anders uit, toch hebben we respect voor elkaar. 2. Iedereen maakt deel uit van de klas. 3. We blijven van de spullen van de ander af. 4. We blijven van iemand af, als ons dat gezegd wordt. 5. Roddelen over een ander vinden we gemeen, want je doet er een ander verdriet mee. 6. Als we ruzie hebben: cool down! Kijk, luister en denk na voordat je wat doet. 7. Vechten, schelden of lelijke gebaren maken lokt ruzie uit. Stop de agressie bij jezelf. 8. Als we gepest worden of iemand zien pesten, vertellen we het aan de mentor of leerkracht. Dat is geen klikken, maar het stoppen van agressie. 9. Als we gepest worden, praten we er thuis over, of met iemand die we vertrouwen. 10. Als je iets vriendelijk vraagt, zal de ander dat eerder doen. 11. Op school praten we allemaal Nederlands, dat maakt een hoop duidelijk. B. Dyslexieprotocol Er zijn leerlingen die na deskundig onderzoek door een orthopedagoog als dyslectisch worden aangemerkt. Zij hebben een officiële dyslexieverklaring. Daarmee kan, op grond van artikel 55 van het Eindexamenbesluit, verlenging van de examentijd voor deze leerlingen worden aangevraagd. 54 Dyslectische leerlingen hebben over het algemeen in vergelijking met leeftijdgenoten met een zelfde intelligentieniveau een achterstand in hun taalontwikkeling. Individueel uit dyslexie zich in diverse vormen van schrijf-, spellingsen leesproblemen. De dyslectische leerlingen ondervinden problemen bij de talen maar kunnen ook bij andere vakken hinder ondervinden van hun leerstoornis. De volgende afspraken worden, in de onderbouw zowel als in de bovenbouw (bij het schoolexamen en overige toetsen) zo veel mogelijk gehanteerd om te realiseren dat deze leerlingen minder nadeel ondervinden van hun probleem. Bij de diverse vormen van toetsing 1. Zet opgaven getypt op papier. Gebruik een duidelijke lay-out. Vergroot desgewenst de tekst. 2. Overhoor idioom zoveel mogelijk mondeling. 3. Beoordeel schriftelijk werk fonetisch. Vermeld vervolgens op het rapport dat het onderdeel spelling in verband met de dyslexie niet is meegerekend. 4. Geef de leerling voldoende tijd om het werk volledig af te maken, of verminder het aantal opgaven per onderdeel. 5. Probeer bij toetsen lange teksten te vermijden. Geef anders, indien mogelijk, teksten vooraf mee naar huis, zodat de leerling zich de tekst inhoudelijk ‘eigen’ kan maken. Dat levert tijdwinst op en voorkomt vaak veel spanningen. 6. Maak afspraken in overleg met desbetreffende leerling. Tijdens de lessen en bij het huiswerk. 7. Geef aantekeningen zoveel mogelijk getypt op papier. 8. Zet het huiswerk ruim voor de bel duidelijk en op een vaste plaats op het bord. 9. Maak zo mogelijk gebruik van materiaal van het Blindeninstituut. Alle methodes zijn daar op Cd beschikbaar. 10. Of zet woordenlijsten en oefeningen op Cd, zodat de leerling thuis de juiste uitspraak kan horen en oefenen. Bij (school)examens streeft de school ernaar voor de leerlingen optimaal gebruik te maken van ICT (Informatie- en Communicatie Technologie). Bij gebruik van de computer dient er door de school volgens vastgestelde regels op te worden toegezien, dat er door de leerlingen geen spellingcontrole wordt gebruikt, waar dat niet is toegestaan. Waarom punt 3, dus niet maximaal 12,5 % spelling? Een dyslectische leerling zal over het algemeen, ook na urenlange studie niet boven die norm uitkomen. Dat houdt in dat dyslexie automatisch "bestraft " wordt met een korting van 12,5 % op het cijfer. Waarom punt 4, dus niet 10 minuten extra per lesuur? Tien minuten extra is voor een dyslectisch kind met leesproblemen vaak te weinig. Hierdoor ervaart de leerling een extra tijdsdruk, die een negatieve uitwerking heeft op de kwaliteit van het werk. Bovenbouw (beide afdelingen) Het bovenstaand protocol geldt als regel en uitgangspunt ook voor de bovenbouw, inclusief het schoolexamen (tentamens) zoals dat in het Programma van Toetsing en Afsluiting staat weergegeven. 55 Bij examinering wordt voor deze leerlingen zo veel en zo gunstig mogelijk binnen wat is toegestaan gebruik gemaakt van de computer en andere mogelijkheden van ICT. Bij examinering wordt het protocol verder toegepast voor zover wettelijk toegestaan. Verder geldt het onderstaande: Examenbesluit artikel 55 ‘ Afwijking wijze van examineren’: 1. De plaatsvervangend rector kan toestaan dat een gehandicapte kandidaat het examen geheel of gedeeltelijk aflegt op een wijze die is aangepast aan de mogelijkheden van die kandidaat. In dat geval bepaalt de directeur de wijze waarop het examen zal worden afgelegd. Hij doet hiervan zo spoedig mogelijk mededeling aan de inspectie. 2. Tenzij sprake is van een objectief waarneembare lichamelijke handicap, geldt ten aanzien van de in het eerste lid bedoelde aangepaste wijze van examineren dat: a. er een deskundigheidsverklaring is die door een ter zake deskundig psycholoog of orthopedagoog is opgesteld b. de aanpassing voor zover betrekking hebbend op het centraal examen in ieder geval kan bestaan uit een verlenging van de duur van de desbetreffende toets van het centraal examen met ten hoogste 30 minuten, en c. een andere aanpassing slechts kan worden toegestaan voor zover daartoe in de onder a. genoemde deskundigenverklaring ten aanzien van betrokkene een voorstel wordt gedaan dan wel indien de aanpassing aantoonbaar aansluit bij de begeleidingsadviezen, vermeld in die deskundigenverklaring. C. Dyscalculie protocol Dyscalculie volgens Ruijssenaars, Van Luit & Van Lieshout (2004): “Dyscalculie is een stoornis die gekenmerkt wordt door hardnekkige problemen met het leren en vlot/accuraat oproepen/toepassen van reken-wiskundekennis (feiten/afspraken).” Dyscalculie is een complexe stoornis van blijvende aard met grote individuele verschillen. Het heeft te maken met zowel de technische kant (rekenprocedures) als met de inhoudelijke kant (begrip van de betekenis van getallen en hoeveelheden) van het rekenen. Doel van dit protocol: het doel van dit protocol is het vastleggen van een integrale aanpak voor leerlingen met dyscalculie binnen het samenwerkingsverband Passend Voortgezet Onderwijs Walcheren (PVOW). Uitgangspunten voor dit protocol: • het ‘Protocol Ernstige RekenWiskunde-problemen en Dyscalculie VO’ (ERWD2, 2012) dat in opdracht van het ministerie van OCW is geschreven met betrekking tot het rekenbeleid en het rekenonderwijs voor de signalering en begeleiding van leerlingen met rekenproblemen, wordt gevolgd. • Leerlingen met dyscalculie mogen de opleiding volgen waartoe ze op grond van hun cognitieve capaciteiten in staat zijn, mits hun functionele rekenwiskunde vaardigheid voor hun opleiding toereikend is, zo nodig met toegestane hulpmiddelen en remedial teaching. • Dyscalculie wordt alleen erkend op basis van een rapport opgesteld door een orthopedagoog of psycholoog met een erkende bekwaamheidsregistratie. Een dergelijk rapport is onbeperkt geldig. 56 • • • • Faciliteiten en hulpmiddelen gedurende de schoolloopbaan en het examen worden alleen toegestaan indien deze expliciet vermeld worden in de handelingsgerichte adviezen in het rapport en realiseerbaar zijn door de school. De ruimte voor voorzieningen bij het centraal examen wordt begrensd door de exameneisen (Eindexamenbesluit VO). Leerlingen moeten leren omgaan met hun dyscalculie. Niet onderkennen van dyscalculie kan leiden tot emotionele problemen, bijvoorbeeld faalangst. De betrokkenen De belangrijkste rol is weggelegd voor de leerling, die zich (vergeleken met zijn klasgenoten) extra zal moeten inspannen om de leerstof onder de knie te krijgen. Hij zal daartoe passende strategieën moeten leren (gebruiken) en mogelijk gebruik moeten maken van hulpmiddelen. Van bijna even groot belang is de rol van de leraren en de mentor, die rekening houden met de dyscalculie en waar mogelijk hun leerlingen steunen. De mentor is de spil in de begeleiding en onderhoudt de contacten met de ouder(s)/verzorger(s), samen met de ondersteuningscoördinator en coördinator dyscalculie. Op elke school van het samenwerkingsverband PVOW is er een coördinator dyscalculie*, die de intake van leerlingen verzorgt, de faciliteitenkaarten opstelt en met de mentor de dossiervorming bewaakt. Deze coördinator werkt nauw samen met remedial teachers (RTers), die in samenwerking met de leraren, leerlingen de best bij hen passende strategieën aanleren om met hun stoornis om te gaan. * De term ‘coördinator dyscalculie’ wordt verduidelijkt in de taakomschrijving Aanwijzingen voor leerlingen: • als een leerling meent dat er, ondanks overleg, onvoldoende rekening gehouden wordt met zijn handicap, kan hij terecht bij zijn coördinator dyscalculie. • Bij een leerling met dyscalculie kan de rapportvergadering bij de overgang vanklas 2 naar 3 VMBO/MAVO of van klas 3 naar 4 HAVO besluiten het cijfer van wiskunde niet mee te tellen. Voorwaarde voor het niet meetellen van het cijfer wiskunde is dat het vak wiskunde in de bovenbouw niet meer gekozen wordt. In de bovenbouw van VWO is wiskunde verplicht. • Voor de bovenbouw moet aangeraden worden een vakkenpakket te kiezen zonder wiskunde (in het VWO niet mogelijk) en evt. zonder economie. Aanwijzingen voor leraren In het algemeen zullen leraren geen remediale hulp geven, wel kunnen ze rekening houden met de stoornis en ondersteuning bieden. Leerlingen met dyscalculie hebben extra baat bij: • gestructureerd onderwijs en eenduidige instructie (een zelfde wijze van berekenen en omschrijven van rekentermen door het hele docententeam). • Steun bij het leren kiezen van een passende rekenprocedure en het opschrijven van tussenstappen. Deze informatie kan in een strategieënmap waarin tafelkaart, rekenregels, rekenstrategieën, aandachtspunten, geheugenkaarten staan. • Pre-teaching (bijv. vooraf de moeilijkheidsgraad voor de leerling aangeven van de opgaven, zodat deze eerst de eenvoudige onderdelen maakt). • Het huiswerk ruim voor het eind van de les op het bord, met een mondelinge toelichting of studiewijzers op papier of in het leerlingvolgsysteem. 57 • • De mogelijkheid tot het inzien en bespreken van de toets en het gemaakte werk met docent en/of ouders/verzorgers, remedial teacher. Emotionele ondersteuning, positieve feedback (om vertrouwen te krijgen in eigen kunnen). Faciliteitenkaart De leerlingen met dyscalculie krijgen van de coördinator dyscalculie een faciliteitenkaart, waarmee zij een beroep kunnen doen op bijzondere faciliteiten en/of hulpmiddelen (zoals het toekennen van extra tijd bij toetsen). Dit voorkomt dat de leerlingen steeds uitleg moeten geven omtrent hun handicap. De kaart is gebaseerd op de handelingsadviezen in het rapport van een deskundige, aangepast aan wat de leerling zelf als zinvol ervaart en aan wat de school kan en mag realiseren. De handelingsgerichte adviezen in het rapport zullen soms aangepast worden en daarom zal er jaarlijks bekeken worden of er bijstellingen door de coördinator dyscalculie nodig zijn. De ondersteuningscoördinator maakt voor de leraren een overzicht van de leerlingen met een faciliteitenkaart. Bij een ernstig vermoeden van dyscalculie kan door de ondersteuningscoördinator op basis van een onderbouwde indicatie, een tijdelijke faciliteitenkaart verstrekt worden, lopende het onderzoek. De leerlingen hebben recht op extra tijd (20%) en/of minder opgaven bij repetities en SO’s. Daarbij mogen de leerlingen afhankelijk van de invulling van de faciliteitenkaart: • gebruik maken van een rekenmachine, behalve wanneer het juist om het rekenen zonder rekenmachine gaat. • In de leerjaren 1 en 2 gebruik maken van een formulekaart en/of strategieënmap die is goedgekeurd door de docent. • In de leerjaren 3 en hoger de officiële rekenkaart van de Commissie van Examens (CvE) gebruiken. Het examen Voor de regelgeving wordt uitgegaan van artikel 55 van de wet examenbesluit VO: “Artikel 55. Afwijking wijze van examineren 1. De directeur kan toestaan dat een gehandicapte kandidaat het examen geheel of gedeeltelijk aflegt op een wijze die is aangepast aan de mogelijkheden van die kandidaat. In dat geval bepaalt de directeur de wijze waarop het examen zal worden afgelegd, met dien verstande dat aan de overige bepalingen in dit besluit wordt voldaan. Hij doet hiervan zo spoedig mogelijk mededeling aan de inspectie. 2. Tenzij sprake is van een objectief waarneembare lichamelijke handicap, geldt ten aanzien van de in het eerste lid bedoelde aangepaste wijze van examineren dat: a. er een deskundigenverklaring is die door een ter zake deskundige psycholoog of orthopedagoog is opgesteld, b. de aanpassing voor zover betrekking hebbend op het centraal examen of de rekentoets in ieder geval kan bestaan uit een verlenging van de duur van de desbetreffende toets van het centraal examen met ten hoogste 30 minuten, en c. een andere aanpassing slechts kan worden toegestaan voor zover daartoe voorstel wordt gedaan dan wel indien de aanpassing aantoonbaar aansluit bij de begeleidingsadviezen, vermeld in die deskundigenverklaring.” Voor het examen geldt verder: 58 • • • dat de vorm zo gekozen moet worden dat de kandidaat het maximale uit zichzelf kan halen - in aanmerking genomen de voorwaarden van artikel 55, de wettelijk toegestane faciliteiten voor leerlingen met dyscalculie en de mogelijkheden van de school; dat aan de inhoud niet getornd mag worden (geen vragen overslaan, onderdelen anders beoordelen); dat bij de onderdelen waar het rekenwerk een stevige rol speelt alleen 30 minuten verlenging van de examentijd en de officiële rekenkaart van de CVE is toegestaan (naast de rekenmachine die iedere kandidaat mag gebruiken). D. Sociale Media protocol De Mondia Scholengroep is zich ervan bewust dat sociale media een onlosmakelijk onderdeel zijn van de huidige samenleving en de leefomgeving van haar leerlingen, hun ouders, haar medewerkers en andere belanghebbenden zoals omwonenden en gemeente. De Mondia Scholengroep ziet het als haar verantwoordelijkheid om leerlingen en medewerkers de voordelen van sociale media te leren benutten alsmede de nadelen bespreekbaar te maken. Bovendien ziet de Mondia Scholengroep de kansen die sociale media bieden om de school te profileren in de markt en om de communicatie met belanghebbenden toegankelijker en interactiever te maken. De Mondia Scholengroep faciliteert haar medewerkers voldoende om kennis van sociale media en de manier waarop deze ingezet kan worden op peil te houden. Profilering: 1. de Mondia Scholengroep zet berichtgeving op sociale media in met het doel positieve informatie te verspreiden over de (activiteiten) van de school of organisatie; 2. de Mondia Scholengroep monitort sociale media actief om de ervaringen van leerlingen en andere belanghebbenden met de school te vernemen; 3. de Mondia Scholengroep kan naar aanleiding van deze ervaringen in real life in gesprek gaan om, waar mogelijk, de goede punten te versterken en de zwakke te verbeteren. Behalve in geval van onjuistheden wordt op negatieve discussies niet gereageerd via sociale media; 4. de Mondia Scholengroep vraagt toestemming van ouders voor het publiceren van foto-, film- en geluidsopnamen van school gerelateerde situaties (projectweek, schoolreisje etc.) op sociale media. Curriculum: 1. de Mondia Scholengroep verwacht van haar medewerkers dat zij over voldoende kennis beschikken om de leerlingen de benodigde sociale mediavaardigheden aan te leren die waardevol zijn voor het leerproces; 2. de Mondia Scholengroep integreert sociale media waar mogelijk in de lessen en gebruikt deze o.a. om in te spelen op actualiteiten; 3. de Mondia Scholengroep spant zich in om de leerlingen zelf de (on)mogelijkheden van sociale media te laten ervaren; 4. de Mondia Scholengroep moedigt leerlingen en medewerkers aan om tijdens schooltijd actief gebruik te maken van sociale media voor zover deze gebruikt 59 worden voor het leerproces. Uitzondering is wanneer een medewerker expliciet vraagt de gebruikte devices (smartphone, tablet, iPod, laptop) ‘uit te zetten’. Communicatie: 1. de Mondia Scholengroep zet sociale media in om de dialoog met belanghebbenden aan te gaan, met als doel betere informatieverstrekking, het verhogen van ouderparticipatie en betrokkenheid van de buurt; 2. de Mondia Scholengroep moedigt medewerkers en leerlingen aan om over school gerelateerde onderwerpen te publiceren, voor zover er rekening mee wordt gehouden dat geen informatie verspreid wordt over derden die daar geen toestemming voor hebben gegeven; 3. de Mondia Scholengroep moedigt haar medewerkers aan om sociale media in te zetten om leerlingen te informeren over school gerelateerde onderwerpen als opdrachten, roosterwijzigingen en activiteiten; 4. de Mondia Scholengroep laat de inzet van sociale media door medewerkers over niet-school gerelateerde onderwerpen met de belanghebbenden over aan de inschatting van de medewerker. De medewerkers zijn zich hierbij bewust dat zij ambassadeurs zijn van de school. De integriteit van de berichtgeving op sociale media is essentieel en vanzelfsprekend; 5. de Mondia Scholengroep respecteert de vrijheid van meningsuiting van al haar medewerkers. In het geval dat de medewerker communiceert via sociale media vanuit zijn of haar professie, wordt kenbaar gemaakt dat dit gebeurt als medewerker en namens de school. E. Leerlingenstatuut Het leerlingenstatuut is verkrijgbaar bij de administratie van de school en staat gepubliceerd op de website van de school www.scheldemondcollege.nl. D. Schoolgids als wettelijk document Deze Schoolgids is een wettelijk verplicht document. Het Scheldemond College heeft daar in vastgelegd hoe ze een aantal zaken heeft geregeld en georganiseerd. 60
© Copyright 2024 ExpyDoc