Schoolgids 2014-2015 - Scheldemond College

Schoolgids
Scheldemond College
2014-2015
Inhoudsopgave
1. De organisatie
5
2. Een openbare school
6
3. De schooltijden en vakanties
9
4. Hoe we met elkaar omgaan
11
5. Het onderwijs op het Scheldemond College
14
6. Het onderwijs in de afdeling VWO – HAVO
24
7. Samenwerkingsverband VO
34
8. De Mediatheek
34
9. Leerlingenbegeleiding
35
10. Contact met de school
40
11. De financiële zaken
43
12. Het Scheldemond College overige activiteiten
48
13. Nuttige namen en adressen
49
14. Protocollen op onze scholengemeenschap
53
2
Kwaliteit voor alles
Het Scheldemond College is niet de grootste school van onze provincie. Steeds
meer mensen vinden echter wel dat het een van de betere scholen is. De school
krijgt daarvoor steeds meer de erkenning die ze verdient, in de Volkskrant bij het
jaarlijkse onderzoek, maar ook van de inspectie. Zeeland heeft te maken met
bevolkingskrimp. ’Groei’ krijgt in deze tijd steeds meer een nieuwe betekenis.
Onze school zoekt die groei in kwaliteit. Daarbij koesteren we onze kleinschaligheid.
Daardoor zijn we in staat om bijzondere activiteiten te ondernemen, zoals ons
highschool programma. Die kleinschaligheid helpt ons ook om goed en persoonlijk te
blijven communiceren met onze allerbelangrijkste samenwerkingspartners: de ouders
van onze leerlingen.
Een goede school maak je samen. Het Scheldemond College zoekt die
samenwerking, juist ook in het jaar dat voor ons ligt, in de regio, met het bijzonder
onderwijs, maar ook met het speciaal onderwijs. Goed onderwijs is voor ons ook
Passend Onderwijs. Dat maken we op onze school waar. We zoeken die
samenwerking echter in de allereerste plaats als team, met onze leerlingen en
natuurlijk hun ouders. Kunnen we ook dit jaar weer op u rekenen?
Ik wens onze leerlingen, u en ons een uitstekend jaar toe!
H.J. van Arenthals
Rector Scheldemond College
Bestuurder Mondia Scholengroep
3
Het gebruik van deze Schoolgids
Deze Schoolgids is een verplicht document, waarin ouders en andere
belanghebbenden belangrijke gegevens over het onderwijsaanbod, de organisatie
en andere aspecten van het Scheldemond College kunnen vinden. De Schoolgids is
bedoeld als ‘naslagwerk’ en alleen digitaal verkrijgbaar. Desgewenst kunt u een
exemplaar printen of een geprint exemplaar kan verkregen worden, door een
mailbericht daartoe te sturen naar [email protected]. Ouders en andere
belanghebbenden ontvangen jaarlijks een gedrukte samenvatting van deze
Schoolgids.
Hoe bereikt u het Scheldemond College
Scheldemond College
School voor VWO (Gymnasium – Atheneum), HAVO, MAVO en VMBO (incl. LWOO),
Onderdeel van de Mondia Scholengroep
Bezoekadres:
Weyevlietplein 7-13
4385 CH Vlissingen
Postadres:
Postbus 69
4380 AB Vlissingen
Telefoon:
Fax:
(0118) 47 94 00
(0118) 47 94 44
E-mailadres:
[email protected]
Internet::
http://www.scheldemondcollege.nl
http://www.mondiascholengroep.nl
Bankrekening:
Girorekening:
Rabobank: 34.93.29.699
Postbank: 2145254
Telefoon absentenregistratie:
VWO-HAVO, mevrouw S.A. van Drongelen-de Leeuwen
Gebouw A (0118) 48 68 84
MAVO-VMBO, de heer J.M. van Dam
Gebouw B (0118) 48 68 92
4
Wanneer u het als ouders en/of verzorgers op prijs stelt om de informatie vanuit het
Scheldemond College ook per e-mail te ontvangen, kunt u een verzoek richten aan
het managementteam, via [email protected] U wordt dan op de maillijst
van het Scheldemond College geplaatst.
1. De organisatie
A. Stichting voor Openbaar Voortgezet Onderwijs op Walcheren en bestuur
De school gaat uit van een zelfstandige rechtspersoon, een stichting voor Openbaar
Onderwijs, de Stichting voor Openbaar Voortgezet Onderwijs op Walcheren. De
statuten van de stichting zijn te vinden op de website en te verkrijgen bij de
managementassistente. Deze stichting realiseert tevens Nehalennia Stedelijke
Scholengemeenschap.
Het bestuur wordt gevormd door dhr. H.J. van Arenthals.
B. Management
Eindverantwoordelijk schoolleider is de rector, dhr. H.J. van Arenthals.
Dhr. E.J.A. Fagg is als locatiedirecteur verantwoordelijk voor de aansturing en
ontwikkeling van het onderwijsproces. Hij geeft leiding aan de teamleiders.
Nehalennia SSG heeft twee locatiedirecteuren, die samen met de heer Fagg onder
leiding van de rector het Centraal Managementteam (CMT) van de Mondia
Scholengroep vormen.
C. Het middenmanagement
Ouders en leerlingen hebben bij de dagelijkse gang van zaken vooral te maken met
de teamleiders. Zij zijn, na de mentor van de klas, het eerste aanspreekpunt.
De docenten zijn ingedeeld in zogenaamde ‘teams’. Ieder team wordt geleid door
een of twee teamleiders, die direct leidinggevende(n) zijn van de docenten in dat
team. Het gaat om de volgende teams en teamleiders:
•
•
•
Team VWO- HAVO onderbouw (klas 1 & 2) wordt geleid door
dhr. J.C. Schalkwijk
Team VWO- HAVO bovenbouw (klas 3 t/m 6) wordt geleid door
mevr. M. Roose
Team VMBO - MAVO wordt geleid door
mevr. R.W. van Oost
De teamleiders vormen samen het middenmanagement van de school.
D. Hoofd bedrijfsvoering
Verantwoordelijk voor de aansturing van de administratieve en faciliterende
afdelingen is dhr. A. Mondeel, Hoofd Bedrijfsvoering van de Mondia Scholengroep.
5
E. Raad van Toezicht
Op het bestuur van de stichting wordt toegezien door de Raad van Toezicht. Deze
bestaat uit:
•
•
•
•
•
•
•
Dhr. L.M. Adriaanse (voorzitter)
Mevr. M. te Roller (vicevoorzitter)
Dhr. D.J. van den Bout
Dhr. M. Minekus
Mevr. J.J.M. Seijbel
Dhr. C. Verheijen
Vacature, wordt vervuld
F. Bereikbaarheid
Het bestuur, het management en de Raad van Toezicht zijn bereikbaar via de
managementassistente, mevr. C.K. van Sighem-Minderhoud.
Tel. 0118-486894 / 06-41584182, e-mail [email protected]
De teamleiders zijn daarnaast rechtstreeks via e-mail bereikbaar:
Mevr. R.W. van Oost
- [email protected]
Dhr. J.C. Schalkwijk
- [email protected]
Mevr. M. Roose
- [email protected]
G. De inspectie
De Inspecteur voor het Voortgezet Onderwijs is ook vertrouwensinspecteur. Het
adres van de Inspectie vindt u elders in deze schoolgids.
2.
Een openbare school
A.
Ons uitgangspunt
Het Scheldemond College heeft als ‘missie’, steeds meer aan het volgende beeld te
voldoen:
het Scheldemond College is een prettige school, waar je als leerling volop kansen
krijgt je talenten te ontwikkelen. De school biedt degelijk, kwalitatief goed onderwijs
met inzet van de meest moderne middelen en een uitstekende zorg en begeleiding.
Het is een gezonde school, die je wil activeren binnen en buiten de lessen. Daarmee
is het ook een gezellige school. Het Scheldemond College is een school die in de
omgeving is verankerd en daarin actief is.
Het Scheldemond College wil een school zijn, die in haar beleid en organisatie de
‘balans’ zoekt en weet te vinden, in de eerste plaats voor haar leerlingen, maar zeker
ook voor haar medewerkers en ‘stakeholders’, de andere belanghebbenden.
We zoeken, als school ‘middenin de samenleving’, de balans tussen enerzijds
innovaties en moderniseringen in zowel onderwijsprogramma als fysieke
leeromgeving en leermiddelen en anderzijds een degelijke kwaliteit en een stevige
structuur. We zoeken op dezelfde manier de juiste verhouding tussen
competentiegericht leren en het oefenen van voor het vervolgonderwijs en de
6
informatiemaatschappij nodige vaardigheden aan de ene kant en een solide
kennisbasis aan de andere kant.
Het Scheldemond College investeert al jaren veel in onderwijsvernieuwing, zeker
waar het gaat om het programma-aanbod. Hetzelfde geldt voor leermiddelen, vooral
op het gebied van ICT en multimedia. Daarnaast is er een sterk accent komen te
liggen op interne kwaliteitszorg, ‘borgen wat goed is’, zonder daarbij relevante
maatschappelijke ontwikkelingen uit het oog te verliezen.
‘Leren leren’ is ‘leren’ tegen de directe behoefte aan ‘consumptie en vermaak’ in. De
degelijke basis en structuur zijn iets wat geen leerling kan missen. De middelbare
schoolperiode is een belangrijke tijd in de ontwikkeling van een mens, waar het
enerzijds gaat om ‘ontdekken en ontwikkelen,’ maar anderzijds ook om gezelligheid,
ontspanning en plezier. Het Scheldemond College wil een gezellige school zijn, op
een gezonde en actieve manier. Het Scheldemond College geeft leerlingen kansen
echt iets te ‘doen’ met hun talenten. Tegelijk wil de school blijvend een goede
kwaliteit leveren.
B.
‘Openbaar’
De school is ‘algemeen toegankelijk’, wat naar voren komt in onder andere de
toelating van leerlingen, de aanstelling van personeel, de benoeming van
bestuursleden en de verkiezing van leden van de medezeggenschapsraad. Het
karakter van het onderwijs is ‘actief pluriform’: we benadrukken samen de waarde
van de eigenheid en veelzijdigheid van mensen.
‘Je mag er zijn’, ongeacht je ras, sekse, geaardheid, levensovertuiging of wat dies
meer zij. Dat staat ook zo in ons leerlingenstatuut verwoord. We proberen onze
multiculturele samenleving daarin op een positieve manier te benaderen, vanuit de
meerwaarde die ze geeft, in plaats van vanuit de problematiek. Het ‘openbare
karakter’ van onze school komt verder naar voren in het ‘open karakter’, waar we aan
willen werken, de gerichtheid op onze omgeving. We vinden een veilige leer- en
werkomgeving erg belangrijk. Mensen dienen daar met elkaar met respect om te
gaan.
C.
Bestuur, toezicht en verantwoording
Het Scheldemond College gaat uit van de Stichting voor Openbaar Voortgezet
Onderwijs op Walcheren en wordt bestuurd door de rector. Een Raad van Toezicht
houdt toezicht op het bestuur. Het bestuur en de Raad van Toezicht overleggen
geregeld. Bij dat overleg komen de financiële jaarstukken, maar ook opbrengsten
van kwaliteitszorg aan de orde.
Kwaliteitszorg is het zicht houden op en verbeteren van kwaliteit, volgens het
systematisch doorlopen van de PDCA-cirkel: Plan  Do Check  Act. We doen
dat door het hanteren van beleidscycli, door het vormgeven en uitvoeren van
kwaliteitsbeleid: op systematische wijze en continu nagaan of de school waarmaakt
wat zij in plannen en beleid voornemens schetst.
Het management is verantwoordelijk voor het opzetten en uitvoeren van
kwaliteitsbeleid, gebruikmakend van de teamstructuur en de aansturing daarvan.
Docenten zijn bij uitstek degenen die een oordeel kunnen geven over de kwaliteit van
leren en onderwijzen. De basis is gelegen in het kritisch kijken naar het eigen
handelen en de effecten daarvan. Uitvoering hiervan vindt plaats door middel van
7
een systeem van interne kwaliteitszorg in secties en binnen teams. Daarnaast is er
een combinatie van functioneringsgesprekken en beoordelingsgesprekken.
Belangrijke feedbackinstrumenten zijn regelmatige leerlingenenquêtes over
docentengedrag en cijfermateriaal afkomstig uit de registratie van ziekteverzuim,
lesuitval, lesvervanging, verwijderingen en dergelijke. Daarnaast bepalen docenten
mede de ontwikkeling van de kwaliteit van het onderwijs door scholing, deelname
aan studiedagen, deelname aan het overleg in platforms en het meewerken aan
onderzoeken.
Het primaire proces in de school is het leerproces van onze leerlingen. De kwaliteit
van de school komt vooral tot uiting in de kwaliteit van het leren door de leerlingen.
Centraal in de kwaliteitszorg staat daarom de vraag aan leerlingen: wat heb je
geleerd en in hoeverre heeft de school daar een bijdrage aan geleverd? Zelfevaluatie
betekent voor leerlingen enerzijds reflectie op het eigen leren, anderzijds feedback
geven aan degenen die geacht worden hen bij het leren te ondersteunen. De
leerlingen vervullen deze rol door deelname aan overleg over de kwaliteit van de
school en door het invullen van vragenlijsten.
Ouders leveren een bijdrage aan het kwaliteitsbeleid door hun deelname aan het
georganiseerd overleg (via ouderraad en medezeggenschapsraad), door hun
deelname aan thema-avonden over de kwaliteit van de school en door het geven van
feedback aan de school. Om dit laatste vorm te geven wordt eenmaal per twee jaar
een enquête afgenomen onder een representatieve groep ouders.
Basisonderwijs enerzijds en vervolgonderwijs, bedrijfsleven en instellingen anderzijds
vervullen naar het voortgezet onderwijs de rol van respectievelijk ‘leverancier’ en
‘afnemer’. Door regelmatige contacten, zowel van formele als van informele aard,
dient de school op de hoogte te blijven van de mogelijkheden en wensen van deze
relaties en, zo mogelijk, de eigen kwaliteit daarop af te stemmen. Indien nodig
kunnen basisonderwijs, vervolgonderwijs en bedrijfsleven bevraagd worden, om zo
feedback te verkrijgen op de door de school geleverde kwaliteit.
Het bestuur en management verantwoorden zich naar de samenleving in het
jaarverslag (te vinden op de website), middels de website ‘Vensters voor
verantwoording’ en door speciale bezoeken aan belanghebbenden en door het
organiseren van avonden in dit kader.
D.
Medezeggenschap, ouderraad
De medezeggenschapsraad van de school (MR) kent een personeelsgeleding
(PMR), een leerlingengeleding en een oudergeleding.
De Mondia Scholengroep heeft een Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad
(GMR), met alle drie de genoemde geledingen.
De ouderraad heeft een adviserende en een klankbordfunctie voor de schoolleiding.
Ze helpt verder mee bij het organiseren van tal van activiteiten, waaronder Open
Huis en diploma-uitreiking. Het bestuur en management vergaderen met de GMR, de
MR, de PGMR en de PMR, de teamleiders vergaderen met de ouderraad en een van
de teamleiders begeleidt de leerlingenraad. Alle vergaderingen zijn openbaar, tenzij
vooraf anders bepaald.
8
E.
Betrekken van ouders en leerlingen
Algemeen
Leerlingen en hun ouders (waarmee we ook ‘mentoren’, ‘verzorgers’ en dergelijke
bedoelen) zijn de belangrijkste ‘klanten’ van de school, naast anderen. ‘De leerling
staat centraal’, is ons credo. De leerlingenenquêtes worden structureel gebruikt in
het systeem van kwaliteitszorg, tot en met functioneringsgesprekken toe.
De ouders hebben als belangrijkste contactpersoon de mentor en daarna de
teamleider. Er zijn voorlichtingsavonden en spreekavonden. Er is een nieuwsbrief en
informatie via de website. Er is een klachtenregeling. Deze is te downloaden van de
website en verkrijgbaar bij de managementassistente. Het management houdt
jaarlijks een oudertevredenheidonderzoek, waarvan de uitkomsten te vinden zijn op
de eerder genoemde website ‘Vensters voor verantwoording’: www.schoolvo.nl
Topsporters
De ouders en de topsportleerlingen ondertekenen bij de start van het schooljaar een
zogenaamd studiepaspoort waarin duidelijke afspraken worden gemaakt tussen
ouders, topsporter, vereniging en school. Daarin staan o.a. afspraken over het aantal
keren dat er structureel overleg is tussen hiervoor genoemde partijen. Ook is er
structureel overleg tussen de topsportcoördinator van de school en de trainers van
onze topsporters.
3. De schooltijden en vakanties
A. Het lesrooster
Een goed lesrooster is belangrijk voor de hele organisatie. Om te zorgen voor een
goede verdeling van bijvoorbeeld het huiswerk, worden de lessen zo goed mogelijk
over de week gespreid. De schooltijden zijn van maandag tot en met vrijdag tussen
08.30 en 16.45 uur. Je kunt op deze tijden beter geen andere afspraken maken, ook
niet waar het gaat om ‘bijbaantjes’ of bijvoorbeeld een sportclub. Je kunt als leerling
tijdens deze schooltijden namelijk altijd op school worden verwacht!
B. Lestijden
Het Scheldemond College heeft steeds meer leerlingen die een behoorlijke tijd
onderweg zijn om op school te komen. Verder traint een aantal sportverengingen
waarmee we samen werken ’s morgens vroeg. De lestijden zijn mede daarom als
volgt:
9
Lessen
1
2
Pauze
3
4
Pauze
5
6
7
8
Tijden OB
08.30 – 09.20
09.20 – 10.10
10.10 – 10.25
10.25 – 11.15
11.15 – 12.05
12.05 – 12.35
12.35 – 13.25
13.25 – 14.15
14.15 – 15.05
15.05 – 15.55
Lessen
1
2
3
Pauze
4
5
Pauze
6
7
8
9
Tijden BB
08.30 – 09.20
09.20 – 10.10
10.10 – 11.00
11.00 – 11.15
11.15 – 12.05
12.05 – 12.55
12.55– 13.25
13.25 – 14.15
14.15 – 15.05
15.05 – 15.55
15.55 – 16.45
C. Het overblijven
Je kunt je lunch in de voor jou aangewezen aula gebruiken. Ook tussenuren kun je
daar doorbrengen. In de aula’s kun je broodjes, soep, gekoelde frisdranken en
andere levensmiddelen kopen. Als je in de onderbouw zit mag je het schoolterrein
niet verlaten en ook niet roken .
D. Vakanties 2014-2015
Herfstvakantie
Kerstvakantie
Voorjaarsvakantie
Goede Vrijdag / 2e Paasdag
Meivakantie
Hemelvaartsdag + vrijdag
2e Pinksterdag
Zomervakantie
ma oktober 20 t/m vr 24 oktober 2014
ma 22 december t/m vr 2 januari 2015
ma 16 februari t/m vr 20 februari 2015
vr 3 april t/m ma 6 april 2015
ma 27 april t/m vr 8 mei 2015
do 14 mei en vr 15 mei 2015
ma 25 mei 2015
ma 20 juli t/m vr 28 augustus 2015
Verlof bijzondere feestdagen
Je kunt als leerling voor zowel het Suikerfeest als het Offerfeest maximaal 1 dag
verlof krijgen. Ouders/verzorgers dienen dat minimaal een week van tevoren
schriftelijk bij de absentencontroleur aan te vragen.
De school houdt rekening met beide genoemde feesten, door op die dagen geen
tentamens of andere voor leerlingen onmisbare activiteiten te plannen.
Wanneer er verlof wordt aangevraagd, dienen ouders/verzorgers minimaal twee
weken van tevoren schriftelijk een verzoek in te dienen bij de teamleider. Verlof tot 10
dagen moet worden aangevraagd bij de school. Verlof meer dan 10 dagen moet worden
aangevraagd bij de Leerplichtambtenaar. Let wel:
‘Buiten de schoolvakanties om mogen leerlingen niet van school wegblijven,
bijvoorbeeld om op wintersport te gaan of om familie in het buitenland te bezoeken.
Soms kunnen ouders/verzorgers vanwege hun werk per se niet weg in de
zomervakantie. Zij werken bijvoorbeeld in de horeca. Alleen dan kunnen jongeren
maximaal tien dagen per jaar extra vrij krijgen om met hen op vakantie te gaan. Bij
10
het verzoek dient dan en verklaring van de werkgever meegestuurd te worden. Als
dat maar niet valt in de eerste twee weken na de zomervakantie. Ook hiervoor
moeten ouders eerst toestemming vragen aan de schoolleiding minimaal 1 week
voor de vakantie.’
4. Hoe we met elkaar omgaan
"Respect voor elkaar en voor je omgeving"
Overal waar mensen samen leven, moeten afspraken worden gemaakt over de
manier waarop ze met elkaar omgaan. Zo ook op het Scheldemond College. Regels
zijn gebaseerd op wederzijds respect en zijn er verder voor de noodzakelijke rust in
en om onze gebouwen.
Voor iedereen gelden de regels van het huishoudelijk reglement van de school. Je
wordt geacht de regels en afspraken te kennen. En, schoolregels zijn ook
mediatheekregels! Van jou als leerling vragen we vooral aandacht voor de volgende
‘spelregels’.
A. De huisregels van het Scheldemond College 2014 - 2015
De uitgangspunten
HET SCHELDEMOND COLLEGE IS VAN ONS ALLEMAAL
Je bent met iedereen samen verantwoordelijk voor de sfeer, de netheid van het
terrein en het gebouw.
OP TIJD IS OP TIJD
Je houdt je aan afspraken daarover.
EEN PRETTIGE EN GOEDE SCHOOL BEGINT BIJ JEZELF
Je doet wat je kunt, zo goed als mogelijk, roddelt en discrimineert niet en luistert naar
de mensen om je heen.
AFSPRAAK IS AFSPRAAK
We maken redelijke afspraken. Je houdt je aan de gemaakte afspraken en doet wat
je zegt.
HET SCHELDEMOND COLLEGE IS VEILIG VOOR IEDEREEN
Je blijft van de spullen van een ander af, scheldt en pest of bedreigt een ander niet.
Enkele belangrijke regels
1. Je behoort op tijd aanwezig te zijn. Ben je te laat, dan ga je naar de les en van de
absetencontroleur hoor je of er een sanctie volgt.
2. Je rijdt op het schoolterrein alleen op je (brom)fiets of scooter, daar waar
toegestaan is en wanneer dat verantwoord is. Wanneer een medewerker van de
school je daartoe opdracht geeft, stap je af.
3. Zet je (brom)fiets altijd op slot. De school is niet aansprakelijk voor schade aan je
(brom)fiets of scooter en/of vermissing ervan!
11
4. In de gebouwen, dus ook de mediatheek, mag je geen mutsen, petten of
bandana’s dragen. Je mag op school geen kleding dragen, die door teksten of op
een andere manier aanzet tot discriminatie, seksuele intimidatie en/of geweld.
Het is verboden kleding te dragen die eigendommen van de school kunnen
beschadigen, zoals bijvoorbeeld naaldhakken.
5. Je mag geen geluidsdragers, afstandsbedieningen, en andere "lesverstorende"
dingen gebruiken buiten de aula. Geluidsdragers en dergelijke bewaar je in je
locker of houd je bij je in je tas. Laat ze niet in je jas zitten! Ze mogen in school
nooit aan staan. Laserpennen zijn verboden.
6. Jassen/Jacks worden in de garderobe opgehangen of in je locker opgeborgen.
De school is niet aansprakelijk voor vermissing en/of schade.
7. .Het is verboden, zonder toestemming van de schoolleiding met je mobiele
telefoon of anderszins, beeld- of geluidsopnamen te maken. Laat een mobiele
telefoon nooit in je jaszak zitten! Tijdens schoolonderzoeken, eindexamens of
andere toetsen mag je ze zelfs niet bij je hebben (lever ze dan tijdelijk in). Een
medewerker van de school heeft het recht je telefoon af te nemen bij overtreding
van deze regels. Je kunt de telefoon aan het einde van de lesdag (16.45 uur)
terughalen. Daarbij kan een sanctie worden opgelegd.
8. In de schoolgebouwen mag je niet snoepen, behalve in de aula. Eten en drinken
doe je alleen in de aula of buiten. MAAK ER GEEN ROMMEL VAN: RUIM
ALTIJD ALLES OP! Je bent als leerling, samen met de anderen, verantwoordelijk
voor de netheid van het gebouw. Je kunt daar door het personeel van de school
(surveillanten, conciërges, etc.) op aangesproken worden.
9. Het in bezit hebben van of handelen in drugs en/of wapens is verboden. Bij
overtreding zal de politie worden ingelicht en zal het bevoegd gezag mogelijk
overgaan tot schorsing en/of verwijdering van school. Dit alles ter beoordeling
van de rector.
10. De leerlingen van de onderbouw mogen op school niet roken. De overige
leerlingen mogen alleen op het plein, op de daarvoor aangewezen plaatsen
roken.
PEUKEN NIET OP DE GROND, MAAR IN DE SPECIALE AFVALBAKKEN!
11. Je mag een lokaal alleen in met toestemming van een docent of teamleider.
Hetzelfde geldt voor het verlaten van het lokaal. Als een docent 10 minuten na
aanvang van de les er niet is, gaat één leerling uitzoeken wat er aan de hand is.
De overige leerlingen gaan naar de aula en wachten op nadere instructies.
Wanneer je zonder opdracht weggaat, word je beschouwd als spijbelaar.
12. Pauzeren doe je in ‘je eigen gebouw’, dat is het gebouw waar je meestal les hebt.
Leerlingen die in pauzes of tijdens tussenuren het terrein van het Scheldemond
College verlaten en buiten het terrein enige vorm van overlast veroorzaken,
kunnen door de teamleider een sanctie worden opgelegd. Die sanctie kan eruit
bestaan, dat de leerling zich een bepaalde periode tijdens pauzes en tussenuren
onder toezicht van de teamleider stelt. Ook het onnodig door de gangen lopen is
niet toegestaan.
13. Ziekte en/of andere reden van afwezigheid moet voor 09.00 uur door een van je
ouders/verzorgers telefonisch aan het absentenkantoor van gebouw A of B
12
worden doorgegeven. Wanneer je tijdens een tentamen afwezig bent, moet dat
voor 08.00 uur door een van je ouders, je mentor of voogd worden gemeld.
14. Wanneer je tijdens de lesuren de school wilt verlaten (bezoek arts, orthodontist,
"ziek naar huis" e.d.) moet je je altijd eerst afmelden bij het absentenbureau.
15. Bij terugkeer van ziekte, moet je altijd beter worden gemeld, bij voorkeur
telefonisch en anders een ondertekend briefje van een van je ouders/verzorgers,
je mentor of voogd meenemen en inleveren op het absentenbureau.
16. Mis je door ziekte of andere geldige reden een toets/schoolonderzoek, dan maak
je zo snel mogelijk, uiterlijk de eerstvolgende les een afspraak met de betreffende
docent om deze in te halen. Doe je dat niet, dan loop je het risico dat je eindcijfer
niet kan worden vastgesteld. Je kunt dan als sanctie ook het cijfer 1,0 krijgen
toegewezen voor het betreffend tentamen! Bij gedeeltelijke afwezigheid op de
dag van een schoolexamen mag er diezelfde dag niet deelgenomen worden aan
dat schoolexamen. Dit ter beoordeling van de betreffende teamleiders. Wanneer
een leerling het met een besluit in deze van de teamleider niet eens is, heeft hij
of zij de mogelijkheid bezwaar aan te tekenen bij de voorzitter van de
examencommissie, zijnde de locatiedirecteur van de school.
17. Tijdens toetsen (en/of bij werkstukken) zijn fraude en ongeoorloofd verzuim
verboden! Er zal altijd een sanctie volgen na overleg tussen de docent en de
teamleider.
18. Verwijdering uit de les is een ernstige zaak. Er zijn twee vormen:
1. de 10 minuten verwijdering
2. de definitieve verwijdering:
je moet altijd een verwijderingformulier ophalen bij het Bureau
Absentencontrole, invullen en inleveren bij de docent na afloop van de
les. Je ouders/verzorgers worden door de docent op de hoogte gesteld.
De gemiste les wordt dezelfde week (liefst dezelfde dag) door opdrachten
of op een andere manier ingehaald. Daarnaast kunnen aanvullende
sancties worden opgelegd.
19. De lift mag je alleen gebruiken met toestemming van de conciërge, de teamleider
of het Hoofd Bedrijfsvoering.
20. Na de lessen ga je naar huis of naar de mediatheek, tenzij je onder begeleiding
van een docent of een andere medewerker van de school activiteiten in de
school verricht zoals het inhalen van achterstallig schoolwerk of het uitvoeren van
een straf. Je blijft niet ´rondhangen’ in (de buurt van) de school, bij het tunneltje
of bij het winkelcentrum.
21. De school draagt geen verantwoordelijkheid voor eigendommen van leerlingen.
Dat geldt ook voor de kleedkamers bij de gymzalen en externe sportlocaties. De
directie heeft altijd het recht een locker te laten openen.
22. Bij diefstal en/of ernstige overtredingen wordt altijd aangifte bij de politie gedaan.
23. Haal geen buitenstaanders naar school.
24. Lees altijd de monitor voordat je naar huis gaat!
Deze huisregels zijn van kracht met ingang van 1 augustus 2014.
13
B. Lesuitval en opvang tijdens lesuitval
Het voorkomen van lesuitval is belangrijk voor ons allemaal. Bij het organiseren van
vergaderingen en dergelijke proberen we daarmee zoveel mogelijk rekening te
houden. Waar toch lesuitval ontstaat, bijvoorbeeld door ziekte van een docent,
worden de leerlingen van klas 1 en 2 zo mogelijk onder toezicht aan het werk gezet.
Ook worden onderwijsassistenten ingezet.
C. 18 jaar! Informeren wij jou of de ouders?
Op je 18e jaar ben je voor de wet volwassen. Tot die leeftijd wordt alle informatie van
het Scheldemond College naar je ouders of verzorgers gestuurd. Maar, nadat je als
18+ leerling schriftelijk aan de teamleider hebt verzocht zelf te worden geïnformeerd,
zal de school daar, met medeweten van je ouders of verzorgers, voor zorgen. Indien
de leerplicht niet meer van toepassing is kan het bevoegd gezag bij structureel te laat
komen of spijbelen het besluit nemen een procedure te starten om de betreffende
leerling van school te verwijderen. Deze procedure staat beschreven in de
Leerplichtwet en is bij de administratie op te vragen. In de procedure kan de leerling
uitgesloten worden van (verdere) deelname van het examen.
D. De gebouwen en de schoolindeling
Dankzij twee moderne, er nog steeds als nieuw uitziende gebouwen, is het
Scheldemond College prachtig gehuisvest. Natuurlijk zijn we één school, maar voor
een duidelijke routeaanduiding zijn we gewend om, als het gaat over het
Weyevlietplein, over GEBOUW A (VWO-HAVO) en GEBOUW B (MAVO-VMBO) te
praten.
E. De Opbrengstenkaart
De Inspectie voor het Voortgezet Onderwijs heeft een Opbrengstenkaart (voorheen
Kwaliteitskaart geheten) ontwikkeld waarmee ouders/verzorgers scholen onderling
kunnen vergelijken.
Deze Opbrengstenkaart kun je hier bekijken op de website van Vensters voor
Verantwoording.
5. Het onderwijs op het Scheldemond College
A. De leerling en zijn totale ontwikkeling centraal
Het Scheldemond College is natuurlijk in de eerste plaats ‘een school’. Dat betekent
dat we je goed onderwijs geven en goed begeleiden. Wij gaan er daarbij van uit dat
je als mens verantwoordelijk bent voor je eigen handelen. Het Scheldemond College
houdt daarbij rekening met je mogelijkheden en streeft ernaar jou zo goed mogelijk te
begeleiden op je weg naar zelfstandigheid en verantwoordelijkheid.
Het overbrengen van kennis, cultuurbegrip en intellectuele bagage is dus niet ons
enige doel. Wij vinden ook een praktische houding, je sociale vaardigheden, je
14
creatieve en emotionele ontwikkeling belangrijk. Daarom krijg je een gevarieerd
aanbod van activiteiten buiten de lessen om.
B. De structuur van de school
1. Twee afdelingen
De school heeft twee afdelingen: de afdeling VWO-HAVO en de afdeling MAVOVMBO. In de afdeling MAVO-VMBO kun je leerwegondersteuning krijgen, het
zogenaamde Leerwegondersteunend Onderwijs (LWOO).
De afdeling VWO-HAVO heeft haar meeste lessen in gebouw A, de afdeling MAVOVMBO in gebouw B.
2. Van brugklas tot examen
Leerjaar
1.
2.
3.
4.
5.
6.
BK
M
Hkans
H/V
V
BK
M
=
=
=
=
=
=
=
Afdeling MAVO-VMBO
Afdeling HAVO/VWO
BK, M
BK, M
B, K, M
B, K, M
Hkans, H(V), V
H, V
H, V
H, V
H, V
V
brugklas VMBO Basis-Kaderstroom
brugklas MAVO
burgklas HAVO-kansklas
brugklas HAVO met doorstroommogelijkheid naar VWO
brugklas VWO
tweede leerjaar VMBO Basis-Kaderstroom
tweede leerjaar MAVO.
Leerwegondersteunend Onderwijs (LWOO) wordt in principe in het VMBO in alle
leerjaren en leerstromen aangeboden.
In de onderbouw zijn er in alle leerstromen speciale highschool- ,sportklas- en
dansklasprogramma’s.
15
3. Toelatingscriteria en plaatsing
Instroommogelijkheden (beide afdelingen)
Om zoveel mogelijk recht te doen aan de individuele capaciteiten van leerlingen, kent
het Scheldemond College vijf verschillende instroommogelijkheden in de eerste klas:
A.
Afdeling MAVO- VMBO:
•
VMBO B/K (VMBO), inclusief LWOO
.
MAVO
B.
Afdeling VWO-HAVO:
•
HAVO - kansklas
•
HAVO/VWO
•
VWO
Toelating (beide afdelingen)
Op welk niveau een eerste klas leerling start, wordt in eerst instantie bepaald door
het advies van de basisschool en aanvullend door de resultaten van de Cito-toets of
SEO-test. Naast het advies van de basisschool is een testadvies verplicht. Een
onafhankelijke toelatingscommissie bepaalt in welke richting een leerling wordt
geplaatst. Bij twijfel, bijvoorbeeld als het advies van de basisschool en de test elkaar
tegenspreken, kan een onafhankelijke test worden afgenomen. Het resultaat is
bindend voor alle scholen voor voortgezet onderwijs op Walcheren.
High School sport: Sportklassen (beide afdelingen)
Als leerlingen in aanmerking willen komen voor het sportklasprogramma moeten zij
een toelatingstest doen en hebben zij een intakegesprek met onze LO docenten. Op
basis daarvan wordt wel of niet positief besloten.
16
Topsportleerlingen en Dans (Dansklassen)
Topsportleerlingen
Het Scheldemond College is een Topsport Talentschool, voorheen LOOT school
(Landelijke Organisatie Onderwijs en Topsport), de eerste en enige in Zeeland.
Daarnaast is de school een Sportaccentschool en is ze gecertificeerd als
topsportvriendelijke school. Dit betekent dat topsportleerlingen die door het
Olympisch Netwerk Zeeland volgens de NOC/NSF normen zijn gekwalificeerd, in
aanmerking kunnen komen voor extra faciliteiten waardoor studie en sport zo
optimaal mogelijk kunnen worden gecombineerd.
Dansklassen
De school heeft sinds 2009-2010 de succesvolle Dansklassen. Dit houdt in dat
leerlingen die middels een auditie blijk hebben gegeven over speciale danstalenten
te beschikken, de gelegenheid krijgen om deels onder en deels na schooltijd
danslessen te kunnen volgen. Het gaat daarbij om diverse dansstijlen (jazz, modern
en klassiek ) met als basis klassieke dans. De auditie gebeurt door onafhankelijke,
hoog gekwalificeerde dansdocenten. Ons streven is om bij voldoende aanmeldingen
een volwaardig, vierjarig programma aan te bieden. Vijfde en zesdejaars dansers
kunnen gebruik maken van de Danstalentklas die het Scheldemond College i.s.m.
MBO dans van het Scalda aanbiedt.
Leerwegondersteunend onderwijs (afdeling MAVO-VMBO)
Het Scheldemond College heeft haar LWOO geïndiceerde leerlingen zo veel
mogelijk heterogeen geplaatst in relatief kleine VMBO BK 1 klassen. Alle leerlingen
krijgen zo aan de ene kant een zo groot mogelijke kans hun talenten te ontwikkelen
en een diploma te halen. Aan de andere kant profiteren alle leerlingen, ook de nietgeïndiceerde, van de zorg en begeleiding die leerwegondersteuning geeft.
Ook leerlingen met een indicatie LWOO kunnen het sportklas –of
dansklasprogramma volgen, mits ze aan de voorwaarden voldoen. In deze sportklas
kan, bij grote belangstelling, de groepering van de leerlingen homogeen zijn. De
school doet echter in alle gevallen, ook in deze sportklas, haar uiterste best te zorgen
voor de individuele zorg en begeleiding die leerlingen nodig hebben.
Overige bepalingen (beide afdelingen)
Het Scheldemond College vindt, naast aantoonbare studie- en testresultaten, ook de
aanleg en belangstelling van de leerling en de wensen van ouders belangrijk.
Leerlingen die tijdens het studiejaar worden aangemeld, worden in principe op
hetzelfde niveau geplaatst als op hun vorige school. Ook hierbij beslist echter de
toelatingscommissie.
Bij hoge uitzondering worden leerlingen op contractbasis of op basis van detachering
op onze school toegelaten.
Leerlingen kunnen vanuit het Scheldemond College alleen tot het VAVO (Voortgezet
Algemeen Volwassenen Onderwijs) van bijvoorbeeld Scalda worden toegelaten,
wanneer zij eerder bij onze school als leerling ingeschreven zijn (geweest) en aan
nog een aantal specifieke voorwaarden voldoen.
17
4. De aanmelding
Beide afdelingen
De aanmelding voor de brugklas van onze school verloopt over het algemeen via de
basisschool. Aanmeldingsformulieren van onze school zijn op alle basisscholen
verkrijgbaar en zijn ook te downloaden van onze website. Rechtstreekse aanmelding
is ook mogelijk. De aanmelding voor de andere klassen van onze school loopt via de
teamleider en/of de decaan.
Leerwegondersteunend onderwijs (afdeling MAVO-VMBO)
Na aanmelding van een LWOO leerling op het Scheldemond College wordt er een
dossier samengesteld en wordt de plaatsing van de leerling in het LWOO
aangevraagd via het Onderwijsloket van het samenwerkingsverband Passend
Voortgezet Onderwijs Walcheren (PVOW).. Nadat via het Onderwijsloket
toestemming
is verkregen krijgt de leerling
in het MAVO-VMBO
leerwegondersteuning: optimale individuele zorg en begeleiding.
Aangezien het hele traject van aanmelding tot plaatsing tijdrovend is, is het
verstandig uw kind zo snel mogelijk aan te melden, maar uiterlijk 1 maart.
C. Onderwijsaanbod en onderwijstijd
1. De eerste twee leerjaren (beide afdelingen)
Alle leerlingen van de school volgen een aantal vakken verplicht. Door middel van
deze vakken, maar ook door projectonderwijs en activiteiten buiten de lessen om,
bieden we alle leerlingen een goede basis voor hun totale ontwikkeling. De ‘totale
ontwikkeling’ wil zeggen: cognitief, sociaal-emotioneel, lichamelijk, cultureel en
maatschappelijk. Ook de ontwikkeling van een eigen individueel ‘patroon’ van
waarden en normen vinden we belangrijk.
In de onderbouw vinden we een aantal uitgangspunten belangrijk:
•
•
•
•
•
•
alle leerlingen krijgen drie jaar lang tenminste 32* uur per week onderwijs in
vakken die een basis geven in weten, begrijpen, kunnen en doen als eerste
stap op weg naar het behalen van een diploma VMBO, MAVO, HAVO of
VWO, of certificaten daarvan
de leerling leert actief en in toenemende mate zelfstandig
de leerling leert samen met anderen
de leerling leert in samenhang met andere vakken
de leerling oriënteert zich op zichzelf en zijn toekomst
de leerling leert in een uitdagende en veilige leeromgeving
Leerlingen in beide afdelingen hebben in ieder geval de volgende vakken of een
combinatie daarvan 1:
•
•
1
Nederlands
Engels
•
•
Lichamelijke opvoeding
Economie
De onderbouw VMBO BK kent een aantal zogenaamde ‘Leergebieden’, combinaties van vakken.
18
•
•
•
•
⋅
Frans en/of Duits
Geschiedenis
Aardrijkskunde
Wiskunde
Highschooluren
•
•
•
•
*
Flexibele uren
Natuurscheikunde
Culturele en Kunstzinnige Vorming
Biologie
Rekenen/ taal
*32 Uur is het wettelijke minimum. Het Scheldemond College biedt echter iedere
leerling in de onderbouw een of meerdere flexuren, om extra begeleiding en kwaliteit
te kunnen geven. Daarmee biedt de school leerlingen in haar planning ook
ruimschoots de vereiste onderwijstijd per jaar. De onderwijstijd is voor de
examenklassen ruim 700 uur, en voor de overige klassen meer dan 1000 uur.
2. De brugklassen
Onderwijs op maat (beide afdelingen)
De naam zegt het al: de brugklas vormt een ‘brug’ tussen de basisschool en het
voortgezet onderwijs. De brugklassen worden zo veel mogelijk aan de hand van het
advies van de basisschool en aanvullend door de Cito-toets of SEO-test
samengesteld. Zo wordt het mogelijk vanaf de start optimale aandacht te besteden
aan plaatsing in een van de vier leerstromen in klas 2: VMBO BK (inclusief LWOO),
MAVO, HAVO en VWO .
Het Scheldemond College biedt onderwijs en zorg op maat. Iedere leerling
komt zo op zijn of haar plek!
Highschool
In klas 1 en 2 krijgen alle leerlingen de keus uit 3 soorten highschoolprogramma’s:
-
Da Vinci: media-educatie, brainiacs, techniek, technisch lego of koken
Creative: tekenen/schilderen, beeldend, foto, film, drama, dance, zaalvoetbal
(Groene Ster), of muziek
Sport: basketbal (BC Vlissingen), tennis (WOTT), sportklas
Leerlingen die een module kiezen uit Da Vinci of Creative, doen dat voor een periode
van 8 weken ( 4 uur per week) en sluiten die module af met een clinicdag. Daarna
mogen ze weer een nieuwe module kiezen.
De sportleerlingen kiezen voor een heel jaar hun favoriete sport of voor de sportklas.
Ook zij hebben minstens 4 clinicdagen!
Sportklassen (beide afdelingen)
Het sportklasprogramma valt onder het highschoolaanbod en is bedoeld voor die
leerlingen die gek zijn op sporten, een redelijke bewegingsvaardigheid en een goede
sportieve instelling hebben. Je hoeft dus geen topsporter te zijn. Natuurlijk zijn goede
sportprestaties wel van belang, maar vaardigheden als samenwerken, organiseren,
elkaar helpen, etc. zijn minstens zo belangrijk.
Dansklassen (beide afdelingen)
De dansklas is bedoeld voor leerlingen die gek zijn op dansen, die benodigde
kwaliteiten hiervoor bezitten en d.m.v. een auditie geselecteerd zijn door
onafhankelijke dansdocenten.
19
De doelstelling van het Scheldemond College, voor jonge mensen met ambitie, is om
leerlingen met danstalent alle kansen te geven hun passie verder te ontwikkelen, zo
mogelijk tot en met het vierde leerjaar. Tegelijkertijd wil het Scheldemond College er
voor zorgen dat deze talentvolle dansers een schooldiploma halen op een zo hoog
mogelijk niveau.
Flexibele uren
In alle VMBO leerstromen hebben de leerlingen een aantal flexibele uren, die we in
VMBO BK ‘flexuren’. Deze uren zijn de leerlingen onder goede begeleiding van
vakdocenten en/of onderwijsassistenten bezig met projecten op het gebied van
technologie, cultuur, oriëntatie op de omgeving, media- en ICT-gebruik, krijgen ze
bijles, remedial teaching, rekenen en taal, enzovoort, kortom: onderwijs op maat. De
manier en de mate van begeleiding sluit aan bij de leerling en is zo afhankelijk van
de leerstroom. Iedere leerling ontwikkelt die competenties, die hij of zij nodig heeft in
de vervolgopleiding.
Beroepencollege (VMBO)
Binnen het ‘Beroepencollege’, in klas 1 en 2 BK, oriënteren de leerlingen zich op
beroepen uit de sectoren, techniek, gastvrijheid, zorg en economie. Op een
levensechte wijze maken leerlingen kennis met de bedrijven en instellingen en met
beroepsbeoefenaars uit de sector. Leerlingen krijgen een aantal ambachtelijke
vaardigheden en competenties aangeleerd die passen bij de betreffende sectoren en
worden op een praktische wijze bewust gemaakt van hun mogelijk- en
onmogelijkheden.
Advies (beide afdelingen)
In de loop van het eerste leerjaar wordt, in nauw overleg tussen school,
ouders/verzorgers en leerling een leerroute gevonden, waarbinnen de leerling zich
maximaal kan ontwikkelen. Aan het eind van de brugklas brengt de school aan de
ouders een bindend advies uit over de leerroute die de leerling in het tweede leerjaar
zal volgen.
3. De tweede klassen
Beide afdelingen
Het tweede leerjaar heeft vier leerstromen: BK, MAVO, HAVO en VWO . In dit
leerjaar krijgen de leerlingen van het VWO (gymnasium) onderwijs in de klassieke
talen (Grieks en Latijn).
Afdeling MAVO-VMBO
Aan het einde van het leerjaar brengt de school een bindend advies uit aan de
ouders en de leerling over de in het derde leerjaar te volgen leerweg en de verdere
studie. Leerlingen maken in klas 2 nader kennis met drie sectoren van het VMBO:
Techniek, Zorg & Welzijn en Economie en met de diverse bovenbouwprogramma’s
van de Mondia Scholengroep. Ze doen dat mede in de verschillende
praktijkafdelingen van het Scheldemond College en Nehalennia, in gebouw B, de
locatie Kruisweg van Nehalennia en in het Technum.
20
4. De leerwegen in de afdeling MAVO-VMBO
Het Voorbereidend Middelbaar Beroepsonderwijs (VMBO) is een onderwijssoort
waarin je vooral leert door ‘te doen’. Het leidt op voor alle niveaus van de beroeps
opleidende of beroepsbegeleidende leerwegen van het secundair beroepsonderwijs
(het vroegere MBO).
Leerwegen
Het Voorbereidend Middelbaar Beroepsonderwijs is, de naam zegt het al, geen
eindopleiding. Wanneer je na klas 2 in klas 3 verder gaat binnen het VMBO, word je
zo goed mogelijk voorbereid op je vervolgopleiding. Het VMBO geeft je de route die
het best bij jou past. Zo’n ‘route’ verschilt bij sommige vakken qua niveau en is vaak
anders qua programma. Het Scheldemond College heeft drie routes:
-
De Basisberoepsgerichte Leerweg
De Kaderberoepsgerichte Leerweg
De MAVO
Sectoren
Net als bij het beroepsonderwijs zijn alle leerwegen van het VMBO ingedeeld in
‘sectoren’. Er zijn er vier:
-
Techniek
Zorg & Welzijn
Economie
Landbouw (alleen MAVO)
In het VMBO krijg je onderwijs dat aansluit bij de door jou gekozen sector. Je volgt
vakken waar je later in die sector echt iets aan hebt, op een manier die bij jou past en
op je eigen niveau. Hoe ziet dat er voor iedere leerweg uit?
4.1 De Basisberoepsgerichte Leerweg
‘Leren door te doen’, daar draait het om. Je leert veel praktische vaardigheden,
waaronder veel beroepsvaardigheden. Een stage is daarbij belangrijk. Naast de
algemene en de in jouw sector verplichte vakken krijg je in klas 3 en in klas 4 een
groot aantal uren les in een beroepsgericht programma. Deze leerweg sluit aan op
niveau 2 van het secundair beroepsonderwijs, vooral het MBO. De meeste leerlingen
kiezen daar voor een ‘beroepsbegeleidende leerweg’. Ze gaan daar ‘leren en
werken’.
LWOO (leerwegondersteunend onderwijs)
Leerwegondersteunend onderwijs geeft extra steun bij de Leerwegen VMBO om een
zo hoog mogelijk resultaat te bereiken. Dat kan zijn een diploma of zoveel mogelijk
certificaten. Dat houdt een brede vorming in en in ieder geval een gemotiveerde
leerling die tenminste een leuke schooltijd heeft.
LWOO is zorg en begeleiding op maat, vooral binnen de Basisberoepsgerichte
Leerweg maar, waar dat mogelijk is, ook op andere niveaus. Het Scheldemond
College plaatst de leerlingen zo veel mogelijk in zogenaamde ‘heterogene’ groepen.
21
Dat houdt in dat leerlingen met een LWOO indicatie geplaatst worden in een BK klas.
We doen er zo alles aan om ervoor te zorgen, dat iedere leerling binnen de
Basisberoepsgerichte Leerweg bij instroom een zo groot mogelijke kans heeft op een
diploma. ‘Daar gaan we voor’.
4.2 De Kaderberoepsgerichte Leerweg
Ook hier zijn je vaardigheden belangrijk. Bij het beroepsgericht programma, waar je
in beide leerjaren iedere week vele uren les in krijgt, moet je ook het ‘verrijkingsdeel’
doen. Daarin wordt veel van je zelfstandigheid en planning gevraagd. Ook de
theorievakken krijg je echter op een hoog niveau. Deze leerweg sluit aan op niveau 3
van het secundair beroepsonderwijs.
4.3 De Beroepsgerichte Programma’s
De naam van de leerwegen verraadt het eigenlijk al een beetje. In de
Basisberoepsgerichte Leerweg en de Kaderberoepsgerichte Leerweg moet je een
beroepsgericht programma kiezen. Op Het Scheldemond College kun je voor het
schooljaar 2014-2015 in klas 3 het beroepsgerichte programma Dienstverlening &
Commercie volgen. Dat heeft de volgende elementen:
-
Service & Sport
Business & Leisure
Wellness & Hospitality.
4.3.1 Dienstverlening & Commercie
Leerlingen kiezen aan het einde van klas twee voor een keuzegebied. Binnen het
keuzegebied hebben de leerlingen 12 tot 15 uur per week les. Ieder keuzegebied
heeft een eigen vakinhoudelijk specialisme en biedt inzicht in de opleidings -en
beroepsmogelijkheden in die sector. Bij Service en Sport ligt de nadruk op de sport
en uniformberoepen. Bij het keuzegebied Welness en Hospitality ligt de nadruk op
de beroepen binnen de sector Zorg en Welzijn en uiterlijke verzorging. Bij Business
en Leisure wordt de aandacht gevestigd op het ondernemen en het werken in
gastvrijheidsindustrie, zoals horeca en recreatie.
Naast het volgen van onderwijs in het keuzegebied krijgt de leerling iedere periode
de mogelijkheid om te ‘shoppen’. Het schooljaar wordt verdeeld in 5 periodes. Iedere
periode worden er thematische keuzemodules van D&C aangeboden. De leerling
krijgt de mogelijkheid om over de grenzen van het eigen keuzegebied heen te kijken.
Hierdoor is het voor de leerling mogelijk zich te oriënteren en te verdiepen in
opleidings -en beroepsmogelijkheden buitenom de keuzesector. Uiteraard kan de
leerling ook beslissen de keuzemodule te volgen in de eigen keuzesector. Kortom:
meer kansen voor leerlingen om hun talenten te ontwikkelen.
Wellness en Hospitality
Wanneer je voor Welness en Hopitality kiest, krijg je een opleiding die gericht is op
het verzorgen van of zorgen voor mensen op lichamelijk en sociaalpsychisch gebied.
Zowel voor jongens als meisjes zijn er beroepen als verpleegkundige,
ziekenverzorgende, gezinsverzorgende, voedingsassistent en medewerker facilitaire
diensten, klassenassistent en beroepen betreffende uiterlijke verzorging, kapper,
pedicure en schoonheidsspecialiste. Je kunt ook werken in
ziekenhuizen,
verpleeghuizen, zorgcentra, conferentieoorden en scholen, peuterspeelzalen,
kinderdagverblijven en gezinsvervangende tehuizen.
22
Business en Leisure
Bij Business en Leisure wordt de aandacht gevestigd op het ondernemen en het
werken in gastvrijheidsindustrie, zoals horeca en recreatie. De opleiding is veelzijdig
en richt zich op het werken in een winkel, de horeca en recreatie. Je leert er met
gasten om te gaan, de basis kook- en serveertechnieken en het runnen van een
eigen business. Verkoop- en presentatietechnieken vormen daarbij een zeer
belangrijk onderdeel. Enkele mogelijke beroepen zijn: algemeen administratief
medewerker,
bankemployé,
verkoopchef,
winkelbediende,
etaleur,
vertegenwoordiger en receptionist, gastheer, gastvrouw, kok, recreatief medewerker.
Service en Sport
Deze opleiding is bedoeld voor leerlingen die sociaal vaardig zijn, die het leuk vinden
om anderen te helpen, die graag les en leiding willen geven en die niet bang zijn om
voor een groep te staan. Ook leerlingen uit andere klassen dan de sportklassen zijn
vaak erg enthousiast over dit programma.
Bij deze opleiding verwachten we dat leerlingen zelf actief aan de slag gaan, samen
met andere leerlingen opdrachten uitvoeren en het resultaat daarvan presenteren. Je
laat dus zien dat je een bepaalde klus tot een goed einde kunt brengen.
Leerlingen die voor ‘sport’ kiezen gaan vaak naar de opleiding ‘Sport en Bewegen’
(CIOS), weer anderen gaan bijvoorbeeld naar Facilitaire Dienstverlening. Kies je voor
de uniformberoepen (politie, brandweer, marechaussee, beveiliging, het leger) dan
ga je bijvoorbeeld naar de opleiding ‘Vrede en Veiligheid’ op het ROC.
Vakkenpakket
Binnen de afdeling D&C is het vak economie verplicht. Daarnaast kun je een keuze
maken tussen biologie en wiskunde.
4.5 De MAVO
De MAVO op het Scheldemond College is een studierichting voor leerlingen met een
theoretische leerstijl, cognitief op het hoogste niveau van het VMBO. De MAVO
onderscheidt zich van dat VMBO, doordat het ‘algemeen vormend onderwijs’ biedt,
net als de HAVO dat op het naastliggend hogere niveau doet. De MAVO is echter
meer dan de ‘oude MAVO’ van voor de invoering van het VMBO, omdat de positieve
verworvenheden van het VMBO volledig behouden blijven. Het Scheldemond
College noemt dit concept dan ook ‘meer dan MAVO’
De ‘plus’ is er, gerelateerd aan het verleden. Ze is er ook, gerelateerd aan het
‘heden’. De school richt de MAVO dusdanig in, dat niet alleen de doorstroming naar
de HAVO wordt verbeterd, maar binnen het ROC eveneens een snellere
doorstroming, tijdwinst mogelijk is of dat er ruimte ontstaat voor extra modules.
Leerlingen binnen de MAVO hebben de keuze uit twee varianten, ieder met eigen
modules. Ten aanzien van de doorstroming naar de HAVO gaat het om verbetering
van inhoud van de aansluitmodules en van de organisatie van het aanleren daarvan.
Ten aanzien van de doorstroming naar en binnen het MBO zou het kunnen gaan om
de realisatie van modules waarbij de leerlingen een betere aansluiting en slaagkans
krijgen.
23
Voor zowel de doorstroom naar de HAVO (Zeeuwse VO code) als naar het MBO zal
een speciaal LOB traject aangeboden worden, zodat de leerlingen nog bewuster een
keuze maken voor een vervolgopleiding.
Leerlingen die na MAVO 4 naar HAVO 4 willen zullen aan de eisen die de Zeeuwse
VO code stelt, moeten voldoen. Deze code vindt u terug in het Reglement van
Bevordering.
4.6
VMBO Walcheren
Het Scheldemond College, CSW en Nehalennia SSG willen het VMBO, zowel de
beroepsgerichte leerwegen als het MAVO, samen vorm gaan geven. Ze willen
daarmee zorgen voor een breed aanbod, van hoge kwaliteit dat ook in tijden van
bevolkingskrimp te realiseren is en voor alle leerlingen op Walcheren toegankelijk is.
Ze willen daarbij niet meer concurreren maar samenwerken.
De besturen van CSW en de Mondia Scholengroep hebben een convenant
ondertekend en in het afgelopen schooljaar onderzoek laten uitvoeren naar de
haalbaarheid van een scenario, waarin alle gebouwen en voorzieningen van het
VMBO in Walcheren samen zo goed mogelijk gebruikt gaan worden. Dat scenario is
op grond van dit onderzoek haalbaar gebleken. In dat scenario zullen in Vlissingen
het MAVO van CSW en het Scheldemond College gebruik maken van het nieuwe
gebouw Bestevaêr en zullen de beroepsgerichte leerwegen samen ons huidige
gebouw B gebruiken. De Walchersen scholen streven ernaar een en ander voor het
schooljaar 2016-2017 te realiseren. Dat zou betekenen dat de eerste en tweede
klassen ermee te maken zullen krijgen.
6. Het onderwijs in de afdeling VWO - HAVO
Zowel VWO als HAVO zijn gericht op het behalen van een zo goed mogelijke
kwalificatie voor het vervolgonderwijs, respectievelijk het WO (Wetenschappelijk
Onderwijs) en het HBO (Hoger Beroepsonderwijs). Binnen beide opleidingen wordt
gestreefd naar een doorlopende leerlijn. Die ‘lijn’ zit in de opleidingen waar het gaat
om de onderwijsinhoud, de ontwikkeling van voor het vervolgonderwijs essentiële
competenties, maar ook wat betreft de zorg en begeleiding.
6.1 De Tweede Fase
In de Tweede Fase zijn er samenhangende, doorstroom relevante vakkenpakketten,
die helemaal passen in die eerder genoemde ‘doorlopende leerlijn’. Centraal staan
daarmee de vier profielen:
•
•
•
•
Cultuur en Maatschappij
Economie en Maatschappij
Natuur en Techniek
Natuur en Gezondheid
6.2 HAVO
De afdeling HAVO omvat in de bovenbouw de leerjaren 3, 4 en 5, waarin je wordt
opgeleid voor het Hoger Beroepsonderwijs. In het derde leerjaar maak je de keuze
voor het profiel waarin je examen aflegt.
24
6.3 VWO
De afdeling VWO omvat in de bovenbouw de leerjaren 4, 5 en 6, waarin je wordt
opgeleid voor het Wetenschappelijk Onderwijs. Doorstroming naar het Hoger
Beroepsonderwijs is ook mogelijk. In het derde leerjaar maak je de keuze voor het
profiel, waarin je examen aflegt.
D. Vakkenpakketten/profielen: de keuzemogelijkheden
1. Algemeen
Voor alle afdelingen in de bovenbouw zijn de vakken Nederlands en Engels verplicht.
Bij de keuzemogelijkheden die leerlingen in het VMBO hebben gelden een paar
beperkingen. Die zijn vooral roostertechnisch. De school kan verder voor alle
schooltypes altijd besluiten om, wanneer een vak niet of nauwelijks gekozen wordt,
of om roostertechnische redenen dat vak niet aan te bieden.
In de afdeling VWO-HAVO kiezen de leerlingen - als voorbereiding op hun voort te
zetten opleiding - een profiel, waarmee zij de Tweede Fase ingaan. Ook hier geldt
het bovengenoemde voorbehoud ten aanzien van rooster- of organisatieproblemen.
2. Afdeling MAVO-VMBO
De school geeft je uiterlijk in de maand mei van het tweede leerjaar een bindend
advies voor een leerweg. Van dat advies wordt in principe niet afgeweken. De
resterende periode van het leerjaar werkt de leerling voor de overgang naar klas 3.
Je kiest een sector en maakt, indien van toepassing, een keuze uit een paar vakken
binnen die sector. Daarnaast kies je met een advies Basisberoepsgerichte of
Kaderberoepsgerichte Leerweg een beroepsgericht programma. Je volgt binnen de
MAVO in klas 3 een paar vakken waarin je geen examen doet. Je bepaalt aan het
einde van klas 3 welke vakken je ‘laat vallen’.
3. Afdeling VWO-HAVO
HAVO
In het vierde en vijfde leerjaar volg je de lessen in het door jou gekozen profiel in de
Tweede Fase. Het curriculum moet minimaal 3200 studielasturen omvatten.
VWO
In het vierde, vijfde en zesde leerjaar volg je o.a. de lessen in het door jou gekozen
profiel in de Tweede Fase. Het curriculum moet minstens 4800 studielasturen
bevatten.
Extra vakken
In de Tweede Fase mag je, als je het aankunt, de studielast overschrijden. Mentor,
decaan, intern begeleider en teamleider samen zorgen er, in goed overleg met jou,
voor dat je niet voor een te grote studielast of ongewenste vakkencombinatie kiest.
Keuzebeperkingen
In principe kun je in de Tweede Fase uit alle vakken van het vrije deel kiezen, zolang
er geen bezwaren van roostertechnische of organisatorische aard bestaan.
25
E. Vakkenpakketten/profielen: de procedure
1. Algemeen
Bij het samenstellen van vakkenpakketten en profielen worden de leerlingen begeleid
door de decanen.
Zij zien erop toe dat:
• leerlingen een pakket/profiel kiezen dat hen in staat zal stellen tot de gewenste
studierichting of opleiding toegelaten te worden;
• pakketten/profielen voldoen aan de school wettelijke eisen.
In de maanden maart en april kiezen de leerlingen een pakket of studieprofiel.
Voorafgaand daaraan ontvangen zij en hun ouders/verzorgers een schriftelijk
overzicht van het advies dat vakdocenten onafhankelijk van elkaar hebben gegeven.
2. Afdeling MAVO- VMBO
Na het volgen van het programma ‘Beroepencollege’ in VMBO BK klas 1 en 2 en het
kennismaken met de mogelijkheden die de afdelingen bieden, kiest de leerling aan
het eind van het tweede leerjaar in overleg met de ouders voor een sector met een
opleiding die twee jaar duurt. De leerling doet dat binnen de leerweg die de school
aangeeft.
3. Afdeling VWO-HAVO
HAVO
In het derde leerjaar moet voor 1 april opgegeven worden welk profiel de leerling in
de Tweede Fase zal gaan volgen.
VWO
In het derde leerjaar moet voor 1 april opgegeven worden welke richting, welke
keuzevakken en/of modules de leerling in de Tweede Fase zal gaan volgen.
F. Wijzigingen in keuze vakkenpakket/profiel
1. Algemeen
Na 1 mei is wijziging in de gekozen pakketten en profielen alleen nog mogelijk als dat
geen problemen voor roosters of organisatie geeft. De teamleider beslist daarover. In
de bovenbouw VWO-HAVO beslist de decaan in overleg met de teamleiders.
2. Afdeling MAVO - VMBO
Binnen de leerwegen VMBO zijn in klas 3 en 4 in principe geen wijzigingen meer
mogelijk. De programma’s zijn twee jaar ‘doorlopend’. Tentamens starten direct in
klas 3 in VMBO en MAVO. Leerlingen van de MAVO laten aan het eind van klas 3
wel vakken ‘vallen’.
26
3. Afdeling VWO-HAVO
In overleg met de decaan kan bij hoge uitzondering, uiterlijk tot de herfstvakantie, in
het vierde leerjaar een leerling verandering in zijn pakket aanbrengen. Er mogen
daarbij geen problemen van roostertechnische en/of organisatorische aard optreden.
G. Doorstroming naar een volgende opleiding
1. MAVO - VMBO
Verbetering van leerwegkeuze is in het VMBO wel mogelijk.
2. MAVO - HAVO
Doorstroming van MAVO naar HAVO staat vermeld in het ‘Reglement van
Beoordeling, Bevordering en Plaatsing’. Dit Reglement staat gepubliceerd in het
ouderportaal op de website www.scheldemondcollege.nl.
3. Doorstroming HAVO-VWO
Bezitters van een HAVO diploma kunnen worden toegelaten tot 5VWO.:Doorstroming van HAVO naar VWO staat vermeld in het ‘Reglement van
Beoordeling, Bevordering en Plaatsing’. Dit reglement staat gepubliceerd in het
ouderportaal op de website www.scheldemondcollege.nl.
H. Vrijstelling lichamelijke opvoeding (beide afdelingen)
Het bevoegd gezag kan leerlingen vrijstellen van het onderwijs in lichamelijke
opvoeding, mits zij een medische verklaring overleggen, waaruit blijkt dat zij
lichamelijk ongeschikt zijn dit onderwijs te volgen.
Mocht de huisarts weigeren een dergelijke verklaring af te geven, dan kunnen de
ouders of verzorgers van de betrokken leerling het management van de school
verzoeken een aanvraag tot keuring in te dienen.
Lichamelijke Opvoeding is een verplicht examenvak. Leerlingen die niet aan de
reguliere exameneisen (kunnen) voldoen, dienen vervangende opdrachten uit te
voeren, anders kunnen zij geen diploma krijgen.
I . Schoolonderzoeken en examens (beide afdelingen)
Het eindexamen kent twee onderdelen per vak: het Schoolexamen (SE) en het
Centraal Examen (CE). In het MAVO-VMBO is dat twee jaar, in de Tweede Fase,
voor HAVO leerlingen eveneens 2 jaar en voor VWO leerlingen omvat het 3 jaar. Er
worden overal verschillende schoolexamens afgenomen. Het CSE (1e tijdvak) vindt
plaats in de maand mei van het laatste schooljaar. Iedere leerling mag 1 vak
herkansen en deze herkansing vindt plaats in juni (2e tijdvak). Aan het begin van het
schooljaar, voor 1 oktober, ontvangen de kandidaten die eindexamen gaan doen het
Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA) en het Eindexamenreglement.
27
Lessentabel 2014-2015 1e klassen
Vak/Opleiding/klas
BK1
M1
HK1
HV1
V1
Nederlands
Engels
Frans
Duits
Wiskunde
Aardrijkskunde
Geschiedenis
Biologie
Economie
Rekenen
Taal
M&M
M&N
CKV
Lich. Opvoeding
Beroepencollege
Highschool
Flexuren
Mentor
SBU *
4
3
4
3
4
3
3
4
3
3
4
3
3
4
2
2
2
4
2
2
2
4
2
2
2
1
1
1
1
1
1
1
2
3
2
3
2
3
2
3
4
2
1
4
4
4
1
1
1
TOTAAL
33
32
32
32
32
3
2
2
2
4
2
2
2
2
2
2
7
4
1
1
* SBU is vrijwillig en wordt betaald vanuit het taakmenu
28
Lessentabel 2014-2015 2e klassen
Vak \
Opleiding/klas
Nederlands
Engels
Frans
Duits
Aardrijkskunde
Geschiedenis
Biologie
M&M
M&N
Economie
Wiskunde
Natuur/-Scheikunde
Rekenen
Taal
BK2
M2
H2
V2
4
3
4
3
4
3
3
3
2
2
2
3
2
3
3
2
2
2
3
2
0,5
0,5
3
2
0,5
0,5
3
2
2
2
2
2
2
3
2
2
3
2
1
Klassieke Talen
4
Lich. Opvoeding
CKV
Beroepencollege
Highschool
Mentor
SBU *
2
3
1
3-2**
0-1**
3
0
7
4
1
1
4
1
4
2
TOTAAL
33
33
29
32
*SBU is vrijwillig en
betaald uit taakuren
** afhankelijk van sport of niet -sport
29
Lessentabel 2014-2015 3e klas HAVO en VWO
Vak \
Opleiding/klas
HAVO HAVO
REG
XLO
VWO
REG
VWO
XLO
Nederlands
Latijn
Frans
Duits
Engels
Geschiedenis
Aardrijkskunde
Biologie
Wiskunde
Natuurkunde
Scheikunde
Economie
Rekenen
Taal
CKV
Lich. Opvoeding
XLO
Planuur
3
0
3
3
3
2
2
1
3
3
2
3
0,5
0,5
2
1
0
1
3
0
3
3
3
2
2
1
3
3
2
3
0,5
0,5
0
1
2
1
3
3
3
3
3
1
1
1
3
3
2
2
0,5
0,5
2
1
0
1
3
3
3
3
3
1
1
1
3
3
2
2
0,5
0,5
0
1
2
1
Totaal
33
33
33
33
de vakken Ak, Gs geperiodiseerd.
30
Urenverdeling per vak in bovenbouw HAVO / VWO
2014-2015
Vak \ Opleiding/klas
Nederlands
Latijn
Frans
Duits
Engels
Aardrijkskunde
Geschiedenis
Maatschappijleer
Economie
M&O
CKV
Natuurkunde
Scheikunde
Biologie
Rekenen
LO-1
BSM
KCV
Planuur
H4
H5
V4
V5
V6
4
3
3
3
3
3
3
2**
4
4
2**
3
3
3
2**
2
2
3
3
3
3
3
3
3
3
3
2
2
3
2**
4
3
4
3
3
3
3
3
3
5
3
3
3
3
3
4
*4 (5)
3
3
3
4
4
3
2
2
1
1
1
1
1
1
5
4
4
4
4
1
2
2**
3
3
3
2**
2
2
2**
1
Wiskunde A
4
4
4
4
Wiskunde B
4
4
4
4
Wiskunde C
4
4
Wiskunde D
* schooljaar 14/15 heeft V6 nog 5 uur volgens de overgangstabel
** deze vakken worden in de C
band aangeboden
31
*4 (5)
*4 (5)
*4 (5)
Lessentabel 2014-2015 3e en 4e klassen M
Vak \ Opleiding/klas
M3
M4
Nederlands
Engels
Maatschappijleer 1
CKV
Lich. Opvoeding 1
LO 2
Wiskunde
4
3
2
1
2
2
4
4
4
Economie
Z uren
Duits
Biologie
Natuurscheikunde 1
Natuurscheikunde 2
Geschiedenis
Aardrijkskunde
Rekenen
3
4
4
4
4
4
4
4
4
Totaal
32
3
3
3
3
3
3
1
2
2
4
30
Men kiest naast de verplichte vakken, nog 4 andere vakken.
LO 2 wordt aangeboden bovenop de tabel voor de liefhebbers.
32
Lessentabel 2014-2015 3e en 4e
klassen B en K
D&C
Vak \
Opleiding/klas
DC3B DC4B DC3K DC4K
Nederlands
Engels
Maatschappijleer 1
CKV
Lich. Opvoeding 1
Wiskunde biologie
Economie
Rekenen
3
3
2
1
2
3
3
3
4
3
2
1
2
4
4
4
3
1
3
3
1
4
D & C **
SBU *
TOTAAL
14
1
33
16
1
31
12
1
33
12
1
31
2
3
2
4
* dit uur wordt op vrijwillige basis opgenomen in het taakmenu van de
docent, 40 uur per schooljaar
35 uur voor docenten
examenklas
** Binnen D&C wordt ook rekenen aangeboden , komend schooljaar mogelijk een
gemengde D&C 3BK groep.
33
7. Samenwerkingsverband VO
7.1 OPDC
Er wordt de leerlingen die extra onderwijszorg en aandacht nodig hebben, de
mogelijkheid geboden les te volgen op de onderwijslocatie van het door het
Samenwerkingsverband Walcheren in stand gehouden orthopedagogisch didactisch
centrum (OPDC) Griffioen. We streven ernaar om leerlingen zo veel en zo lang
mogelijk binnen het reguliere onderwijs, op onze eigen school les te laten volgen. Het
gaat bij lessen in het OPDC dan ook om ‘zo lang en zo veel als nodig’, maar
maximaalom (een deel van) de onderbouw, de eerste twee leerjaren. In uitzonderlijke
gevallen kan een leerling langer op het OPDC, aan de Griffioenstraat in Middelburg,
les krijgen. De leerlingen die vanuit het Scheldemond College naar het OPDC gaan,
blijven ‘gewoon’ op de school ingeschreven staan. De school blijft ook
verantwoordelijk voor ze.
Het samenwerkingsverband Passend Voortgezet Onderwijs Walcheren (PVOW)
bestaat uit de besturen van de Mondia Scholengroep, CSW, Respont en De Korre.
PVOW realiseert het Onderwijsloket, een aantal bovenschoolse voorzieningen
(OPDC en Rebound, waarover zo meer) en draagt mede verantwoordelijkheud voor
het (voortgezet) speciaal onderwijs en het praktijkonderwijs op Walcheren.
Meer informatie over het OPDC kunt u krijgen via de ondersteuningscoördinator.
Voor leerlingen die aangewezen zijn op het OPDC Griffioen, is een aparte schoolgids
beschikbaar.
7.2 Rebound
PVOW heeft een reboundvoorziening. Dit is een gezamenlijke onderwijsvoorziening
van de vier besturen, eveneens in de Griffioenstraat gelegen, een dislocatie van het
Scheldemond College. Leerlingen kunnen hier in bijzondere situaties als regel voor
maximaal 12 lesweken door de school geplaatst worden. Het gaat dan om acute
crisissituaties en andere gevallen waarin de school niet meer weet hoe ze met de
leerling moet handelen. In de Rebound volgt de leerling zo veel als praktisch gezien
mogelijk is, het reguliere lesprogramma. Daarnaast wordt gekeken wat het beste
vervolg is voor de leerling. Uitgangspunt is terugplaatsing op het Scheldemond
College, liefst ook in de eigen klas. Helaas is dat niet in alle gevallen mogelijk. Zo
nodig wordt daarom in overleg voor een alternatief vervolg gekozen. Samen met de
Rebound trachten we ervoor te zorgen dat een leerling bij een plaatsing in de
Rebound zo min mogelijk studievertraging oploopt, maar ook hier geldt weer: ‘we
doen wat we kunnen.’ De ouders worden bij het Reboundtraject betrokken, evenals
de mentor.
In een situatie waarin een leerling een ‘time out’ nodig heeft, het beter voor hem of
haar is even elders lessen te volgen, kan er door de directie ook voor gekozen
worden om de leerling en bepaalde tijd te plaatsen op een van de andere scholen,
bijvoorbeeld Nehalennia.
8. De Mediatheek
1. Algemeen
Een eigentijdse school als het Scheldemond College biedt natuurlijk ruimte om
zelfstandig te kunnen leren en werken. Maar zelfstandig werken wordt nog leuker als
34
je dat met goede en up to date hulpmiddelen kunt doen. Er is een kleine collectie
boeken en tijdschriften; maar ook mooie computerruimtes met meer dan 100 pc’s.
Met de modernste middelen en aangesloten op Internet wordt de hele wereld in
digitale vorm naar het Weyevlietplein gebracht.
In onze mediatheek kunnen iedere schooldag van 08.30 tot 16.00 uur in totaal zo’n
honderd leerlingen tegelijk studeren, werken aan presentaties, zelfstandig cursussen
doen op cd-rom, bladeren in tijdschriften of kijken naar video’s. Tegen een (kleine)
vergoeding kan men informatie printen .
Ook hier moet je je natuurlijk houden aan de schoolregels. De aula is voor lunch en
gezelligheid; de mediatheek voor werken, studeren of zomaar wat lezen (er zijn
folders, kranten, leuke tijdschriften en leuke software). De mediatheek is er in de
eerste plaats ter ondersteuning van het onderwijs, daarna voor ontspanning.
2. Studiemogelijkheden
•
•
individueel of in groepjes in een ruimte, die je vooraf moet reserveren;
individueel of in tweetallen aan pc’s, die je vooraf moet bespreken.
De computers in de computerlokalen zijn aangesloten op de centrale computer van
de mediatheek, zodat extra werkplekken voor de meest zelfstandige vorm van
werken (bijv. uitwerken scripties) beschikbaar zijn.
9. Leerlingenbegeleiding
A. Het mentoraat (beide afdelingen)
1. Algemeen
Vanaf de kennismaking, nog voor de zomervakantie, tot en met de diplomering
speelt de mentor een belangrijke rol bij de begeleiding van jou, als leerling. De
mentor is de spil van onze begeleiding. Je mentor is een vraagbaak voor de hele
klas. Je kunt er terecht met al je vragen, problemen en opmerkingen. Je mentor geeft
naast zijn eigen vak in klas 1 ook nog een mentor/studieles.
2. Hulpmentor
In klas 1 Havo (kans) en VWO kennen we verder een hulpmentoraat, door een
jongen en een meisje uit de bovenbouw van onze school. De bedoeling is dat deze
leerlingen ‘drempelverlagend’ werken: ze helpen je in de brugklas gewend te raken
aan hoe alles op onze school gaat. Zij doen mee tijdens de introductiedagen, tijdens
mentoruren, sportdagen, enz.
Als je als brugklasser ergens mee zit (schoolse of huiselijke problemen) dan kun je
ook naar een van de hulpmentoren gaan. Het is niet de bedoeling dat deze de ’grote’
problemen oplost. Het gaat erom dat de hulpmentor helpt problemen op tijd op te
sporen, zodat we jou zo snel mogelijk kunnen helpen daar iets aan te doen. Aan het
eind van hun ‘stageperiode’ krijgen de hulpmentoren een beoordeling.
3. Mentoraat bovenbouw
Ook in de bovenbouw krijg je als leerling een mentor. Regelmatig heb je overleg over
hoe het gaat met je studie, over het niveau en de keuzes die je als leerling moet
35
maken. Je mentor bewaakt de samenhang tussen de vakken, vertegenwoordigt je in
de docenten- en rapportenvergadering en onderhoudt contacten met je ouders. Bij
problemen wordt er samen met jou naar een oplossing gezocht.
B. Het decanaat (beide afdelingen)
Onze school heeft meerdere decanen. Zij adviseren jou en je ouders bij je pakket-,
studie- en beroepskeuze. Elke afdeling heeft een decaan, het zijn:
de heer drs. L.W. Gabriëlse
mevrouw E. Bouwense-Boogaarts
afdeling VWO - HAVO
afdeling MAVO - VMBO
C. De ondersteuningscoördinatoren
Iedere locatie heeft een ondersteuningscoördinator , die de teamleiders op allerlei
manieren ondersteunt in de directe zorg voor de dagelijkse gang van zaken.
Ondersteuningscoördinatoren begeleiden docenten binnen hun afdeling, met name
mentoren, bij het uitoefenen van hun taken. De begeleiding richt zich specifiek op
leerlingenzorg, zowel cognitief als sociaal-emotioneel. De ondersteuningscoördinator
kan zelf ook een docent zijn. Hij of zij geeft soms een deel van de week les, of
training in vaardigheden of iets dergelijks, waardoor hij of zij midden tussen de
collega’s staat.
De ondersteuningscoördinator ondersteunt en coacht docenten en in het bijzonder
mentoren. Hij of zij heeft steeds het overzicht van de bijzondere zorg en aandacht die
onze leerlingen op allerlei terreinen nodig hebben. Vanuit die rol onderhoudt hij of zij
contacten binnen school met het Sociaal Medisch Team, Team ondersteuningslokaal
en Zorg Advies Team, de counselor, ambulante begeleiders, trajectbegeleiders,
trainers sociale vaardigheden en remedial teachers. Contacten buiten school zijn er
veel, waarvan die met het OPDC Griffioen,de Stichting Respont en de Stichting De
Korre tot de belangrijkste horen.
De ondersteuningscoördinatoren zijn voor ouders en verzorgers een bron van
informatie op het gebied van zorg en begeleiding binnen en buiten de school. Het
zijn:
afdeling MAVO-VMBO
dhr. P.J.H.M.J. Timmermans
afdeling VWO-HAVO
dhr. L.P. van Duivendijk
D. Schoolmaatschappelijk werk en counselor
De schoolmaatschappelijk werk(st)er heeft een speciale taak in de
leerlingbegeleiding. Daarbij gaat het om problemen die niet direct met de
schoolprestaties of studie- en beroepskeuze te maken hebben: daar zijn andere
begeleiders voor. Het gaat hier om allerlei persoonlijke zaken en zorgen. Is je mentor
niet in staat je te helpen en/of te begeleiden, dan word je via het Zorgadviesteam
(ZAT), meestal via de interne begeleider naar haar doorverwezen. Jij of je
ouders/verzorgers kunnen natuurlijk ook zelf hulp komen vragen. De
schoolmaatschappelijk werk(st)er is een professional die vier dagdelen in de school
beschikbaar is. Hij/zij is ook degene die een leerling kan doorverwijzen naar
hulpverlening buiten de school.
Schoolmaatschappelijk werksters:
36
mevr. S. Huibregtse en mevr. M. van den Berge.
Zij is te bereiken via de interne begeleider en desgewenst via het Algemeen
Maatschappelijk Werk te Vlissingen (telefoon: 0118-448844).
Daarnaast heeft ook de counselor een speciale taak in de leerlingbegeleiding. Het
gaat hier om allerlei persoonlijke zaken en zorgen. Is je mentor niet in staat je te
helpen en/of te begeleiden, dan word je bij wat ‘lichtere problematiek’, waar snel
aandacht vereist is doorverwezen naar de counselor. Voor VWO/HAVO is dat
mevrouw Pattipeiluhu en voor het MAVO/VMBO is dat mevrouw Huibregtse en
mevrouw Van den Berge.
Via je mentor of de intern begeleider kun je een afspraak maken met de counselor:
mevr. J. Pattipeiluhu.
Het werk van de counselor wordt gecoördineerd door de ondersteuningscoördinator.
Deze heeft het overzicht van de zorgstructuur en wat daarin gebeurt, rapporteert aan
de teamleiders en, indien nodig, rechtstreeks aan het management.
E. Ondersteuningslokalen
In beide afdelingen is er een lokaal waar leerlingen met een bijzondere zorgvraag in
principe de hele week terecht kunnen voor extra begeleiding. Het gaat dan in het
bijzonder om leerlingen met een indicatie van een van de clusters van de regionale
expertisecentra, leerlingen met leerlinggebonden financiering (LGF), de zogenaamde
‘rugzakjes’. Het Scheldemond College werkt hierin nauw samen met de Dienst
Ambulante Begeleiding van De Korre, met Qwestor van Respont en met het OPDC
De Griffioen.
G. Zorgadviesteam (ZAT)
Als je als leerling een probleem hebt waar de docent, je mentor, de counselor of de
ambulante begeleider (zie later) niet zelf uit kunnen komen of er moet op een breder
front naar gekeken worden, dan wordt zo’n probleem besproken door het
Zorgadviesteam.
In dat team zitten de counselor, de schoolarts, de schoolmaatschappelijk werkster,
de leerplichtambtenaar de trajectbegeleider(weg) de ondersteuningscoördinatoren ,
leerlingbegeider, psycholoog, jeugdpolitie, Bureau Jeugd Zorg . Door de brede
samenstelling van dit team wordt er vanuit verschillende invalshoeken naar het
probleem gekeken en dat kan zeer verhelderend zijn. Het ZAT kan bijvoorbeeld
verwijzen naar externe hulpverlening als Emergis, Odyzee, orthopedagoog, enz.
De ondersteuningscoördinator is voorzitter van het ZAT.
Natuurlijk kun je als leerling, of je ouders of verzorgers, ook zelf contact opnemen
met de jeugdarts of maatschappelijk werkster.
De schoolarts, mevr. E. Peek-de Visser is driemaal per maand op school aanwezig.
Voor het maken van een afspraak kun je haar bereiken via de GGD, afdeling
Jeugdgezondheidszorg in Goes (telefoon:0113- 249420)
37
H. Regeling ongewenste intimiteiten, racisme en geweld
In deze regeling staat beschreven dat als je als leerling ongewenst gedrag op school
ervaart met betrekking tot de bovengenoemde gebieden de mogelijkheid bestaat bij
de vertrouwenspersoon het probleem te bespreken of een klacht in te dienen. Je
kunt de vertrouwenspersoon bellen en/of een afspraak maken. Het probleem wordt
vanzelfsprekend strikt vertrouwelijk behandeld.
De vertrouwenspersoon is mevrouw M.T. Caljouw . Je kunt haar bereiken onder
telefoonnummer (0113) 88 66 37 of 06 52502098.
Ook kun je eerst contact opnemen met mevrouw M. Willems Zij onderhoudt namens
de school de contacten met de vertrouwenspersoon.
Meldpunt vertrouwensinspecteurs: 0900 – 1113111
Voor meldingen over seksuele intimidatie, seksueel misbruik, fysiek en psychisch
geweld, discriminatie, onverdraagzaamheid, fundamentalisme, radicalisering,
extremisme en dergelijke.
I. Jeugdgezondheidszorg
De jeugdverpleegkundige van de school is mevr. L. van Aken. Zij doet de
Preventieve Gezondheids Onderzoeken onder de tweedejaarsleerlingen (13 jarigen).
Dat onderzoek gebeurt op school. Er wordt dan gekeken of je je als leerling
lichamelijk, geestelijk en sociaal goed en gezond ontwikkelt. Jij of je
ouders/verzorgers, kunnen dan ook zelf vragen stellen. Je kunt haar bereiken via de
mentor, een van de interne begeleiders, of direct via de afdeling
Jeugdgezondheidszorg van de GGD in Goes. Daarnaast onderzoekt ze absentie op
basis van medische problematiek.
J. Ambulante Begeleider (AB)
In de dagelijkse praktijk van de school zijn er soms leerlingen die vanwege
leerproblemen en/of sociaal emotionele problemen niet zo goed mee kunnen komen.
Dit kunnen problemen zijn die te maken hebben met hun taal- of rekenontwikkeling,
maar ook bijvoorbeeld met hun motivatie. Op een of meerdere dagdelen is de
ambulante begeleider op school aanwezig om individueel met deze leerlingen te
werken. Voor de afdeling VWO-HAVO is dit mevrouw A. Duifhuizen (dyslexie,
dyscalculie) en voor de afdeling MAVO-VMBO is dit op dit moment nog niet bekend..
Het doel is, vast te stellen wat er aan de hand is om vervolgens een handelingsplan
op te stellen, dat helpt te werken aan een oplossing van of het omgaan met de
problematiek van de leerling.
K. RMC Trajectbegeleider en leerplichtfunctie
Via een van de ondersteuningscoordinatoren kan, uitsluitend met toestemming van
de locatiedirecteur trajectbegeleiding ingezet worden. De trajectbegeleider zorgt met
de bij de betreffende leerling betrokken instanties en personen voor een op de school
aansluitend, alternatief individueel zorgtraject, met als doel de leerling zo goed
mogelijk verder te helpen via scholing en werk. Zo’n traject kan bestaan uit: een
leerwerktraject, instromen in of schakelen naar een andere school of ander
onderwijs, beroeps oriënterende stages of werk.
38
Trajectbegeleiding is een onderdeel van de RMC, regionale meld- en
coördinatiefunctie, van de onderwijsafdelingen van de gemeenten Vlissingen, Veere
en Middelburg gezamenlijk. De trajectbegeleider voor onze school is nog
onbekend
L. Steunlessen
Voor sommige leerlingen kan het helpen als zij een beetje extra aandacht bij een
bepaald vak kunnen krijgen. Deze extra ondersteuning kunnen zij krijgen in de
steunlessen
Nederlands,
Frans,
Duits,
Engels
en
wiskunde/rekenen.
Leerlingen, ouders, mentoren of vakdocenten kunnen via een van de coördinatoren
steunlessen aanvragen.
M 1. Voorschoolse Huiswerkklas klas 1 en 2
Sommige leerlingen vinden het moeilijk om na schooltijd hun huiswerk te maken. De
verleiding om iets leukers te gaan doen is vaak (te) groot. Het komt ook voor dat
leerlingen door omstandigheden niet in staat zijn thuis rustig en geconcentreerd te
werken. Voor deze leerlingen is het mogelijk op school, onder toezicht van een
bovenbouwleerling, huiswerk te maken in de voorschoolse huiswerkklas.
Je kunt via de ondersteuningscoördinator in aanmerking komen voor de
huiswerkklas op advies van je mentor of docenten. Ook je ouders/verzorgers kunnen
een verzoek tot deelname indienen wanneer de highschoolkeuze vastligt. De
huiswerkklas draait op de 2 morgens als er geen highschool is. Het gaat steeds om
de 2de lesuren.
M2. Studie-uur (SU) klas 1 en 2 in Havo-Vwo.
De mentor bepaalt of een leerling onder presteert en plaatst een leerling in de SU,
De leerling komt dan tijdens de niet highschool uren extra werken op school om de
leerattitude te versterken
N. Remedial teaching
Voor leerlingen met bijzondere problemen, zoals dyslexie en dyscalculie, is er een
aanbod van extra begeleiding. De hulp is er vooral op gericht dat deze leerlingen de
gewone leertaken door een aangepaste manier van werken tot een goed einde
brengen. In speciale gevallen en onder bepaalde voorwaarden kan de Inspectie
toestaan dat het lesprogramma wordt aangepast. Ouders en verzorgers van een
leerling met een bijzonder leerprobleem doen er goed aan, de school daarvan zo
snel mogelijk op de hoogte te stellen. Contactpersonen hiervoor zijn de mentoren en
de ondersteuningscoördinatoren.
Remedial Teaching in de afdeling MAVO-VMBO
Vanuit de missie die we als de school voor openbaar onderwijs in Vlissingen en
omgeving hebben geformuleerd, willen we onze leerlingen goed onderwijs bieden. Bij
‘goed onderwijs’ streven we naar degelijk onderwijs ‘op maat’, met individuele zorg
en aandacht, ‘dicht bij huis’. We zijn een ‘kleine school met grote mogelijkheden’ die
de, vaak zware, verantwoordelijkheid voor onze leerlingen niet uit de weg gaat. We
beseffen, dat dit veel van alle medewerkers vraagt, maar willen juist ook bij deze
kinderen ‘eruit halen wat erin zit’.
Flexibilisering is hierbij het kernwoord. Het is mogelijk dat leerlingen extra hulp en
begeleiding krijgen van daarvoor gespecialiseerde docenten (remedial teachers). Zij
39
kunnen leerlingen met hun hulpvragen op maat bedienen, soms ondersteund door
een onderwijsassistent.
O. Motorische Remedial Teaching (MRT)
In de lessen MRT krijgen leerlingen extra hulp op het gebied van de lichamelijke
opvoeding. Het doel van deze hulp is:
•
•
•
oplossen van achterstanden op het motorische vlak
inhalen van achterstanden bij andere leervakken, voor zover deze mede
veroorzaakt worden door motorische stoornissen of achterstanden (gebrek
aan zelfvertrouwen of schaamte in de groep)
bestrijden van gedragsproblemen voor zover die voortkomen uit motorische
stoornissen of achterstanden.
Eind september wordt er door docenten lichamelijke opvoeding een motoriektest
afgenomen bij alle brugklasleerlingen. Naar aanleiding daarvan wordt zo nodig
contact opgenomen met de ouders of verzorgers en vindt plaatsing in de MRT-groep
plaats.
P. Faalangst Reductie Training (FRT)
Faalangst is angst, die je voelt als je iets moet doen waarbij iets kan mislukken, of als
je iets moet presteren. Deze angst kan zo groot zijn dat hierdoor je leerprestaties
worden beïnvloed. Daarbij voel je je als leerling meestal erg ongelukkig.
Basiselementen van de FRT- training zijn:
•
•
•
•
verbeteren van het zelfbeeld, wat meer zelfvertrouwen geeft;
verbeteren van de zelfbeoordeling (snappen leerlingen dit?);
leren wennen aan faalangst verwekkende situaties door oefeningen,
spreekbeurten, etc;
leren omgaan met faalangstgevoelens, o.m. door ontspanningsoefeningen.
Als wij het zinvol achten dat je deze training gaat volgen, nemen wij eerst contact
met je ouders/verzorgers op. Hieraan kunnen extra kosten verbonden zijn. Voor
VMBO-leerlingen worden de training intern aangeboden.
10. CONTACT MET DE SCHOOL
A. Spreekuren
1. Management en middenmanagement
De bestuurder/rector en de locatiedirecteur zijn, na telefonische afspraak via de
managementassistente, te spreken tijdens de schooltijden. Indien nodig kunnen
afspraken op andere tijdstippen worden gemaakt.
De teamleiders zijn te spreken tijdens de schooltijden. Indien nodig kunnen
afspraken op andere tijdstippen worden gemaakt.
2. De docenten
40
Na het eerste en het tweede rapport worden de ouders/verzorgers in de gelegenheid
gesteld de docenten op de zogenaamde ‘10-minuten’-avonden te spreken. In
principe kun je als leerling bij dit gesprek aanwezig zijn. Als ouders docenten langer
willen spreken, kunnen zij een afspraak maken via de administratie. Uiteraard kunt u
op dit soort avonden ook een afspraak maken met de teamleiders, de
ondersteunings coördinatoren en de absentencontroleurs.
B. Informatie- en ouderavonden
In september worden er voor ieder leerjaar ouderavonden georganiseerd. Je
ouders/verzorgers ontvangen hiervoor begin september een uitnodiging. Tijdens die
avonden ontvangt men uitgebreide informatie over de gang van zaken in dat
schooljaar.
In leerjaren waar dat speelt, houden we in de januari t/m maart voorlichtingsavonden
over de studie- en/of pakketkeuzes in dat jaar.
De school zorgt maandelijks voor een Nieuwsflits. Daarin staan voor jou en je ouders
belangrijke dingen. Ook krijg je informatie over de nieuwste ontwikkelingen binnen de
school.
C. Rapportages en rapporten
1. Cijfer- en afwezigheidsrapportage
Ouders kunnen via het ouderportaal op de website van onze school inzage krijgen in
de cijferkaart van hun kind.
Daarnaast biedt het ouderportaal de mogelijkheid om inzage te krijgen in de
afwezigheidregistratie van uw kind.
2. Cijferrapportage derde klassen
Afdeling MAVO-VMBO
De derde en vierde klassen MAVO-VMBO zijn bezig met het schoolexamen.
Daarvoor gelden andere regels, die je na kunt lezen in het Programma van Toetsing
en Afsluiting (PTA), dat je als leerling van klas 3 en klas 4 na 1 oktober kunt lezen op
onze website.
3. Rapporten voor alle klassen (beide afdelingen)
Driemaal per cursusjaar krijg je een rapport. Alleen in het vooreindexamenjaar is dat
anders. Op het eerste en tweede rapport staat het gewogen gemiddelde (in één
decimaal nauwkeurig) van alle tussen het begin van het schooljaar en de laatste
rapportvergadering behaalde en meetellende cijfers. Op het eindrapport staan de op
een geheel getal afgeronde eindcijfers.
Voor de afronding van eindcijfers geldt het volgende:
Is de eerste decimaal van het berekende eindcijfer een 0, 1, 2, 3 of 4,
dan wordt het eindcijfer naar beneden afgerond.
Is de eerste decimaal een 5, 6, 7, 8 of 9,
dan wordt het eindcijfer naar boven afgerond.
41
Dus: 6,4 wordt 6; 6,5 wordt 7. (N.B. 6,49 wordt dus 6!)
De regels voor het Schoolexamen en het Centraal Examen staan in het
Examenreglement van de verschillende afdelingen: VMBO, MAVO, HAVO en VWO.
4. Infostaten (beide afdelingen)
Minimaal tweemaal per jaar vindt er in beide afdelingen een leerlingbespreking
plaats. Daarbij komen zaken zoals het sociaal-emotionele functioneren, inzet,
motivatie, huiswerkhouding en concentratie van de leerling aan bod. Voor leerlingen
met bijzondere problemen wordt een handelingsplan opgesteld. De bevindingen van
het docententeam worden naar ouders/verzorgers toe op passende wijze
gecommuniceerd.
D. De medezeggenschapsraad (MR)
In de MR zijn het personeel, de leerlingen en de ouders vertegenwoordigd met
respectievelijk 8, 4 en 4 leden. De MR vergadert 4 à 6 keer per jaar met het
management. Deze vergaderingen zijn in principe openbaar.
Goedgekeurde MR verslagen kunt u terugvinden op de website van de school.
De MR is bereikbaar via de secretaresse van de MR, mevrouw Van Rooijen, e-mail:
@scheldemondcollege.nl.
De raad bestaat in het schooljaar 2014-2015 uit de volgende leden:
namens het personeel: PM.
namens de ouders: PM.
namens de leerlingen: PM.
E. De gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR)
Ook in de GMR zijn het personeel, de leerlingen en de ouders vertegenwoordigd met
respectievelijk 8, 4 en 4 leden. De GMR overlegt gemiddeld eenmaal per zes weken
met het management. Deze vergaderingen zijn in principe openbaar.
Goedgekeurde GMR verslagen kunt u terugvinden op de website van de
scholengroep.
De GMR is bereikbaar via de secretaris dhr. Roelandschap van de GMR:
[email protected]
De raad bestaat in het schooljaar 2014-2015 uit de volgende leden: namen volgen
later
namens het personeel: PM
namens de ouders: PM
namens de leerlingen: PM
42
F. De ouderraad (OR)
De ouderraad behartigt de belangen van ouders en leerlingen in de school. Het
dagelijks bestuur vormt ook het bestuur van de Stichting Ouderraad
SCHELDEMOND.
Het dagelijks bestuur bestaat uit:
- mevr. T. Dingemanse
- mevr. I. Faragpour
- dhr. E. le Peru
- mevr. C. de Weert
Adviserende leden namens het management zijn de teamleiders. Vergaderingen van
de OR zijn openbaar.
11. De financiële zaken
Informatie over de kosten schooljaar 2014-2015
Vertegenwoordigers van de scholen en ouderorganisaties hebben gezamenlijk een
gedragscode opgesteld, die bestaat uit richtlijnen over de hoogte en opbouw van de
schoolkosten. De code vraagt van scholen om transparantie en beheersing van de kosten
voor ouders. De Mondia scholengroep (Nehalennia SSG en Scheldemond College) vraagt
geen bijdragen voor kosten waar we al bekostiging (geld) voor ontvangen. Over de vrijwillige
ouderbijdragen die wij vragen, hebben wij o.a. vooraf open gesproken met en de goedkeuring
ontvangen van de oudergeleding van de medezeggenschapsraad en informeren wij u als
ouders. In vergelijking met andere Zeeuwse scholen vragen wij geen hoge bedragen. Dat
willen wij graag zo houden. Echter zonder deze vrijwillige bijdragen zijn de extra’s die wij
bieden niet mogelijk.
U heeft een keuze om de vrijwillige bijdragen wel of niet (gedeeltelijk) te betalen. Echter bij
niet betalen zal uw kind van deze geboden extra’s geen gebruik kunnen maken of er helaas
niet aan kunnen deelnemen. Een alternatief programma zal dan worden aangeboden, indien
nodig.
Schoolboeken “gratis”
We lenen schoolboeken, een gemiddeld boekenpakket kost ruim 300 euro, kosteloos uit. De
boeken blijven echter het eigendom van de school. Om de kosten voor de school te
beheersen, heeft de Mondia scholengroep (Nehalennia SSG en Scheldemond College) met
Van Dijk Educatie (voorheen Studieboekhandel De Ruiter & Fanoy) een boekenfonds
ingericht. De boeken in dat fonds zijn van de school, maar de boekhandel heeft een
belangrijke taak bij de verspreiding en de behandeling ervan. De school zorgt er samen met
de boekhandel voor dat de leerlingen het juiste boekenpakket krijgen. De boekhandel reikt de
boeken uit en neemt ze ook weer in, maar zorgt er in de zomervakantie ook voor dat alle
nieuwe pakketten keurig klaargelegd worden.
Vermiste en/of beschadigde boeken worden bij uw in rekening gebracht. De staat van de
boeken wordt door deskundige mensen van de boekhandel bekeken. Een boek wordt maar
een keer per schooljaar zonder kosten aangeboden, dat zult u begrijpen. Bij schade aan en/of
verlies van boeken worden de kosten bij u in rekening gebracht, daar ouders wettelijk
aansprakelijk blijven voor de veroorzaakte schade door hun kind aan schooleigendommen.
Naast het huren en kopen van boeken schaft de school ook werkboeken of werkschriften voor
eenmalig gebruik aan en betalen we licenties voor het gebruik van digitaal leermateriaal, die
steeds meer voor boeken in de plaats komen. Dit valt allemaal onder het “gratis” lesmateriaal.
43
Niet ‘gratis’ lesmateriaal
Helaas voor u is niet al het lesmateriaal ‘gratis’. Dat is landelijk zo bepaald. U betaalt nog
steeds de kosten voor bijvoorbeeld een atlas, een woordenboek, een agenda, een eventuele
eigen laptop, een memory stick, een rekenmachine, sportkleding, gereedschap,
schriften/multomap, pennen etc. Indien niet anders vermeld zult u dit nog steeds zelf aan
moeten schaffen. In enkele gevallen gebeurt dat op aanwijzing van de docent.
Zo moeten alle leerlingen in het bezit zijn van een rekenmachine TI-30 XB Multiview (ca. €
19,=). voor HAVO-VWO 4 en hoger met het vak Wiskunde is een rekenmachine TI-84+ (ca. €
115,=) nodig. Voor het HAVO-VWO vanaf klas 1 is de grote Bosatlas (ca. € 70,=) nodig en
voor het VWO vanaf klas 4 met het vak Latijn is een Latijn-Nederlands woordenboek (ca.
79,95) nodig.
Deze spullen kunnen ook gekocht of besteld worden via www.deruiterenfanoy.nl
Voor de opleiding Dienst & Commercie en voor sport wordt in overleg met de docenten
kleding aangeschaft. Zo wordt er voor alle eerste en derde klassers een nieuw “uniform”
sportshirt aangeschaft waar we een bijdrage van € 5,= voor vragen.
Nadere informatie over wat nodig is volgt nog.
Voor het schooljaar 2014-2015 vragen wij de volgende (vrijwillige) ouderbijdragen:
Schoolkosten kunt u hier bekijken
44
Hieronder volgt een uitgebreide toelichting op de gevraagde vrijwillige ouderbijdragen:
Schoolfonds
Het vrijwillige schoolfondsbedrag is ook voor komend schooljaar vastgesteld op € 50,=. De
besteding van dit bedrag is goedgekeurd door de oudergeleding van de
medezeggenschapsraad.
Het schoolfondsbedrag is als volgt opgebouwd:
a - een collectieve schoolverzekering (incl. reis) voor de leerlingen
b - bijdrage ouderraad
c - bijdrage computergebruik, ELO en Wifi.
d - bijdrage voor extra leerlingactiviteiten
e - bijdrage ten behoeve van extra toezicht
€ 5,=
€ 5,=
€ 10,=
€ 20,=
€ 10,=
Toelichting:
Ad. a Scholierenverzekering
Voor alle leerlingen is een collectieve scholierenongevallen- en reisverzekering afgesloten die
geldig is gedurende de schooltijd. Deze verzekering is geldig op de weg van en naar school
en tijdens de door de school georganiseerde activiteiten. In de meeste gevallen gaat het om
een aanvullen¬de verzekering, afhankelijk van de verzekering(en) die u al heeft. Het betreft
een verzekering die alleen dekking geeft aan de gevolgen die voortvloeien uit lichamelijk
letsel en bij schoolreizen (incl. buitenlanddekking) ook voor beschadigd geraakte of verloren
bagage (hier geldt wel een eigen risico van € 75,-). Daarnaast hebben we een WAverzekering afgesloten voor de leerlingen die stage lopen, ook deze is aanvullend.
Ad. b Ouderraad
De ouderraad vraagt voor de Stichting Ouderraad een vrijwillige ouderbijdrage van € 5,=. De
stichting is in het leven geroepen om allerlei zaken voor de leerlingen te betalen, die niet door
de overheid worden vergoed. Het gaat dan om culturele of recreatieve activiteiten, waar de
leerlingen aan kunnen deelnemen. De geldmiddelen van de stichting bestaan onder andere
uit bijdragen, schenkingen en rente. Jaarlijks wordt op de jaarvergade¬ring over de besteding
verantwoording afgelegd. De ouderraad is er overigens zeker niet alleen voor de financiën!
Op de regelmatig gehouden bijeenkomsten van de ouderraad wordt over allerlei dingen die
de school betreffen gesproken. Verder helpt de ouderraad de school bij activiteiten.
Ad. c
Computergebruik, ELO en Wifi
Gezien de ICT-ontwikkelingen willen wij binnen onze mogelijkheden gebruik maken van een
elektronische leeromgeving en ook zoveel mogelijk computers ten behoeve van het onderwijs
up to date houden. En voor leerlingen een gratis platform te bieden op internet.
Ad. d. Extra leerlingactiviteiten
Gedurende het schooljaar worden er een aantal extra activiteiten georganiseerd, waaronder
bijvoorbeeld culturele activiteiten (leerlingen ontvangen ook een cultuurpas), schoolavonden
(disco’s), sinterklaasviering en kerstfeest. Elke leerling krijgt ieder schooljaar een persoonlijke
schoolpas waarop diens naam en foto zijn afgedrukt. Deze pas moet je kunnen laten zien bij
bijv. schoolavonden, computergebruik of printopdrachten.
Ad. e. Extra toezicht
Dit is een bijdrage in de kosten die de school maakt voor een veiligere leeromgeving. U moet
dan o.a. denken aan kosten van toezicht, kosten van absentencontroleurs, een
omroepinstallatie en een camerabewakingssysteem.
Het gaat hier dus slechts om een bijdrage, daar de werkelijke kosten hoger liggen. De Mondia
scholengroep (Nehalennia SSG en Scheldemond College) krijgt voor deze kosten geen
bekostiging, maar vindt deze onderdelen, net als de medezeggenschapsraad, wel belangrijk.
45
Volgens het Ministerie van OC&W bent u niet verplicht deel te nemen aan het schoolfonds,
maar gaat het ook hier om een vrijwillige ouderbijdrage. Voor het geval u niet deelneemt aan
het schoolfonds en toch gebruik wilt maken van de hierboven genoemde faciliteiten zijn wij
genoodzaakt om de werkelijke kosten in rekening te brengen. Voor uw en ons gemak en in
het belang van de leerling hopen wij dat u aan het schoolfonds deelneemt.
Bijdrage voor een locker
Voor elke leerling staat er een kluisje (locker) klaar om spullen in op te bergen. Om de
veiligheid van de persoonlijke spullen zo goed mogelijk te waarborgen, maken we gebruik van
een systeem van sleutelbeheer waarbij elke leerling een locker toegewezen krijgt evenals de
daarbij behorende 2 sleutels. De leerling behoudt deze locker in principe gedurende de rest
van zijn/haar schoolperiode en is hier dus zelf verantwoordelijk voor. Bij verlies of
beschadiging van sleutel of slot kan bij de conciërge tegen betaling van € 7,50 een nieuw slot
met 2 sleutels aangeschaft worden.
Klas gebonden bijdragen en bijdragen voor specifieke studierichtingen
Voor diverse richtingen per studiejaar wordt een “vrijwillige” bijdrage in rekening gebracht
voor het gebruik van extra faciliteiten, accommodaties, activiteiten en kleding.
Het is ook gebruikelijk dat we aan ouders vooraf een bedrag vragen voor de
klassenactiviteiten, eendaagse schoolreizen en extra specifieke activiteiten waaronder
excursies. Mocht een activiteit niet doorgaan of de kosten van deze of de vervangende
activiteit lager uitvallen, dan zullen wij dit (resterende) bedrag aan u terugbetalen.
De kosten voor klassenactiviteiten
Elk jaar organiseren we klassikale activiteiten zoals de introductiedagen, , een kerstontbijt,
een klassenavond, een sportdag of iets dergelijks. De totale kosten van de benodigdheden
voor deze activiteiten bedragen tezamen ongeveer € 15,= per jaar. Enkele klassen gaan aan
het eind van het schooljaar uit eten. Dan zal er nog een extra bijdrage gevraagd kunnen
worden.
De kosten voor eendaagse schoolreizen, bijzondere activiteiten en (culturele) excursies
Voor het nieuwe schooljaar hebben we een inventarisatie gemaakt van alle reizen, extra
bijzondere activiteiten en excursies per klas en uitgezocht welke leerlingen daar gebruik van
maken. Op deze manier kunnen deze bijdragen in de begrote kosten één maal per jaar aan
de ouders doorberekend worden.
Meerdaagse buitenlandse schoolreizen
Tijdens het schooljaar zijn er voor een aantal klassen ook weer meerdaagse buitenlandse
schoolreizen. Over de kosten hiervan ontvangt u gedurende het schooljaar informatie. Het
geld dat u als ouders gespaard heeft via de spaarregeling bij de Stichting Reisgelden wordt
hier uiteraard voor aangewend. Ouders van nieuwe leerlingen ontvangen in september
informatie over deze aantrekkelijke spaarmogelijkheid.
Let op!
Legitimatieplicht
Door veranderde regelgeving heeft ieder kind een eigen reisdocument (paspoort of
identiteitskaart) nodig wanneer het naar het buitenland gaat. Zonder een eigen ID-bewijs kan
het kind helaas niet mee op schoolreis of kamp, wanneer dat in het buitenland plaatsvindt, dit
om problemen tijdens de reis te voorkomen.
Reisverzekering
De school heeft een doorlopende collectieve reisverzekering (inclusief buitenlanddekking).
Het eigen risico bij bagagedekking is € 75,= per persoon. Bij ongevallen is deze secundair,
d.w.z. dat alleen de door de eigen ziektekostenverzekering niet vergoede kosten verhaald
kunnen worden.
Bijdrage Beroepencollege
46
Deze vrijwillige bijdrage wordt gevraagd voor de aan te schaffen kleding en de bezoeken.
Bijdrage Dienstverlening & Commercie
Deze vrijwillige bijdragen worden besteed aan o.a. ‘uniforme” kleding en excursies.
Bijdrage sportklassen/LO2/BSM
Aan leerlingen die in een sportklas zitten wordt een extra bijdrage gevraagd. Deze bijdrage
wordt besteed aan clinics, extra sportkleding, gekwalificeerde trainers/coaches,
accommodaties, sportmaterialen en reiskosten.
In de tweede klas zit in de bijdrage de kosten voor een driedaags outdoorkamp.
Leerlingen die in de derde en vierde klas het vak LO2 of BSM (Bewegen, Sport en
Maatschappij) hebben, betalen ook een bijdrage voor extra sportactiviteiten. Vanaf de
bovenbouw wordt er geen kleding meer aangeschaft en neemt het aantal clinics af en dus
ook de gevraagde bijdrage.
De bijdrage voor leerlingen met het vak BSM in de vijfde klas is bestemd voor een clinic.
Bijdrage JVOZ /Geelhoed/TOZ en andere topsporttalenten
Het Scheldemond College werkt o.a. samen met de Jeugd Voetbal Opleiding Zeeland,
sportschool Geelhoed en Tennis Organisatie Zeeland. De jonge talenten doen de eerste jaren
niet mee met de sportklasclinics en betalen een bijdrage van € 75,= en niet de
sportklasbijdrage. Deze bijdrage wordt besteed aan extra (huiswerk)begeleiding, extra lessen,
begeleiding door de topsportcoördinator, mogelijkheid spreekuur fysiotherapeut en
voedingsdeskundige, een thema-avond, studiepaspoort en extra grote lockers. Daar waar
nodig worden individuele afspraken gemaakt. Dit geldt ook voor de andere topsporttalenten
(o.a. LOOT). Vanaf de klassen MAVO 3, MAVO 4, HAVO 4, VWO 4 en hoger betalen
topsporttalenten ook de bijdrage LO2 of BSM omdat vanaf dan de activiteiten verplichte
examenstof zijn.
Bijdrage Dansklas
Voor de dansers wordt een bijdrage gevraagd van € 150,= voor de extra lessen per week en
aan te schaffen kleding.
Bijdrage Highschool sporten
Bij de keuze voor een highschool sport wordt een bijdrage gevraagd van € 150,= voor de
extra faciliteiten (kosten trainers, zaalhuur, begeleiding, kleding etc.).
Bijdrage Highschool Creative / Da Vinci
Voor deze highschool wordt een vrijwillige bijdrage gevraagd van € 50,= voor de extra
faciliteiten (o.a. speciaal materiaal hiervoor en clinicdagen)
Betaling schoolkosten
Met de studieboekhandel is afgesproken dat zij, namens de school, voor de inning van de
ouderbijdragen zorgen. Hiervoor is een speciaal bankrekeningnummer geopend
NL82RABO0137709382 t.n.v. Van Dijk Educatie (De Ruiter & Fanoy is een onderdeel van
Van Dijk Educatie) dat uitsluitend bestemd is voor alles wat daarmee te maken heeft. U vindt
dit nummer ook op de factuur die u in de zomervakantie (via de email) krijgt toegestuurd.
Indien u voor bepaalde “vrijwillige” diensten/activiteiten niet wil betalen, kunt u dat van het
bedrag afhalen. Wel is het zo dat de leerling dan helaas aan deze extra activiteiten niet zal
kunnen meedoen of van deze extra diensten kan profiteren en indien nodig een alternatief
programma zal krijgen. Er is ook een betalingsmogelijkheid (d.m.v. pinnen) bij het afhalen van
de boeken. U moet dan wel rekening houden met mogelijke wachttijden.
Gespreide betaling
Hoewel wij er vanuit gaan dat betaling in één keer plaatsvindt, kan het zijn dat de hoogte van
de bijdrage ten opzichte van het gezinsinkomen zo hoog blijkt te zijn dat het bezwaarlijk wordt
deze in één keer te betalen. Indien dat het geval is, kunt u voor het treffen van een
betalingsregeling contact opnemen met de financiële administratie vanaf 18 augustus 2014
(telefoon 0118-479400).
47
12. Het Scheldemond College overige activiteiten
Zoals je mag verwachten van een echte Zeeuwse school bruist het Scheldemond
College als de zee.
Buitenschoolse activiteiten vinden wij dan ook erg belangrijk. En niet alleen voor de
pret, maar ook omdat ze de onderlinge band op school en je leerprestaties
bevorderen. We zijn trots op onze actieve leerlingenvereniging, onze sportactiviteiten
en onze culturele avonden. Zeg maar gerust dat het leuk is op het Scheldemond
College.
A. De leerlingenvereniging "FLESJ"
De leerlingenvereniging organiseert in de loop van het schooljaar een heleboel
activiteiten. Diverse docenten begeleiden de leerlingen hierbij. Van alle avonden die
voor klas een of twee worden georganiseerd ontvangen je ouders/verzorgers vooraf
schriftelijk bericht.
B. Klassenavonden en schoolfeesten
In overleg met de teamleider en je mentor kan voor de leerjaren 1 en 2 een
klassenavond op school georganiseerd worden. De leerlingen moeten dan een
programma maken, dat aan een paar door de mentor te stellen eisen voldoet. Dag,
uur en plaats van de klassenavonden worden schriftelijk aan je ouders/verzorgers
meegedeeld.
C. Excursies en schoolreizen
Excursies en schoolreizen zijn belangrijk in het leerproces. In bijna iedere klas vindt
er wel een excursie plaats, afhankelijk van het lesprogramma. Dat betekent dat we
vooraf niet precies kunnen vertellen waar de excursies naartoe gaan, maar we
kunnen er wel een paar noemen:
• fort Rammekens
• musea in Rotterdam
• excursie Lille
• dansacademie Rotterdam
• diverse bedrijven in Vlissingen-Oost
Ook onze schoolreizen zijn beroemd in Vlissingen en omstreken. Wat te denken van:
Walibi, de Efteling, Engeland, Barcelona, Rome en de alom bekende
wintersportreizen. Zij leveren een belangrijke bijdrage in de sociaal-culturele
ontwikkeling en vooral aan een goede, positieve sfeer.
D. Sportactiviteiten
In de loop van het jaar organiseert onze vakgroep L.O. veel sportactiviteiten, zoals:
•
atletiekwedstrijden
•
basketbaltoernooi
•
zaalvoetbaltoernooi
•
indoor skiën.
48
E. Culturele activiteiten
Iedere leerling ontvangt ook dit schooljaar een cultuurpas ter waarde van € 15,--,
waarmee gezamenlijk vanuit school verschillende culturele activiteiten worden
georganiseerd.
Per leerjaar worden professionele culturele activiteiten en/of workshops tijdens de
CKV-lessen aangeboden. Tevens kunnen leerlingen vanaf klas 4 deelnemen aan het
project HZ Cult-VO. Dit culturele programma van de Hogeschool Zeeland biedt een
gevarieerd aanbod aan culturele activiteiten. Zij kunnen zelf een keus maken uit dit
programma waarbij theater, films en concerten tegen een gereduceerd tarief worden
aangeboden.
Ook wordt er - in samenwerking met Moviezone - voor een aantal leerjaren een filmvoorstelling geregeld. Deze films worden tijdens de lessen CKV voor- en
nabesproken.
De sectie CKV zorgt elk jaar voor een tentoonstelling in de school van werk van
beeldend kunstenaars. Tijdens de lessen wordt daar extra aandacht aan besteed.
Leerlingen werken in de loop van het schooljaar ook aan een voorstelling met toneel,
dans en muziek. Dit gebeurt onder leiding van professionals en enthousiaste
docenten.
F. De website
Het Scheldemond College heeft een uitgebreide website met zeer veel actuele
informatie over de school zelf, maar ook over heel veel schoolactiviteiten. Bij veel
van deze activiteiten worden foto’s genomen, die daarna zo vlug mogelijk op de
website worden geplaatst. Veel leerlingen vinden het leuk om hun ouders of vrienden
mee te laten genieten van de activiteiten waaraan ze hebben deelgenomen. Het kan
zijn dat een leerling het niet op prijs stelt dat zijn of haar foto op de site geplaatst
wordt. In dat geval kan dit gemeld worden bij de mediatheek. De webmaster zorgt er
dan voor dat de betreffende foto wordt verwijderd.
13. Nuttige namen en adressen
A. Bestuur
Correspondentie aan het bestuur kunt u adresseren aan het postadres van de school
ter attentie van de bestuurder, dhr. H.J. van Arenthals. Telefonisch contact loopt ook
via de managementassistente, mevr. C.K. van Sighem-Minderhoud.
Tel. 0118 – 486894 / 06-41584182, e-mail: [email protected].
B. Management
De rector is de heer H.J. van Arenthals
E-mail: [email protected].
De locatiedirecteur is de heer E.J.A. Fagg
49
E-mail: [email protected].
De managementassistente is mevrouw C.K. van Sighem-Minderhoud
E-mail: [email protected].
C. Middenmanagement
Mevr. R.W. van Oost teamleider MAVO-VMBO
E-mail : [email protected].
Dhr. J.C. Schalkwijk teamleider HAVO-VWO onderbouw
E-mail: [email protected].
Mevr. M.E. Roose
teamleider HAVO-VWO bovenbouw
E-mail: [email protected].
D. Staf
Het Hoofd Bedrijfsvoering van de scholengroep is de heer A. Mondeel
E-mail: [email protected].
E. Vertrouwenspersonen en Klachtenregeling
De school heeft een interne vertrouwenspersoon, mevrouw M. Willems telefoon,
waar mensen terecht kunnen met meldingen van en vragen over ongewenste
intimiteiten, racisme en geweld. Zij is bereikbaar via het telefoonnummer 0118479400 en het e-mailadres: [email protected].
Daarnaast heeft de school een externe vertrouwenspersoon (bij de Arbo Unie),
mevrouw M.T. Caljouw.
De school heeft een Klachtenregeling. Deze is verkrijgbaar bij de Administratie en via
website en [email protected].
F. Inspectie en vertrouwensinspectie
Rijksinspectiekantoor
Nijverheidssingel 317, 4811 ZV Breda
Postbus 7447
4800 GK Breda
Telefoon: (076) 524 44 77
G. Mentoren
Het overzicht van de mentoren staat vermeld op de informatiekalender van het
Scheldemond College.
H. Het onderwijs ondersteunend personeel
Mevr. W. van Antwerpen
Mevr. R.C.M. Becks-van Westerop
onderwijsassistent
medewerker secretariaat
50
Dhr. H. Belhadj
conciërge / mediatheek
medewerker
onderwijsassistent mediatheek
medewerker catering
technisch onderwijsassistent
onderwijsassistent
medewerker time-out B
absenten
controleur gebouw B
absentencontroleur geb. A
ICT coördinator en
systeembeheerder
conciërge
ICT medewerker
conciërge
medewerkster time-out A
medewerker catering
medewerker
onderwijsadministratie
hoofd conciërge
receptioniste / telefoniste
roostermaker
hoofd bedrijfsvoering
instructeur
receptioniste / telefoniste
technisch onderwijsassistent
medewerker
personeelsadministratie /
salarisadministratie
onderwijsassistent
managementassistente
personeelsfunctionaris
medewerker
onderwijsadministratie
medewerker financiële
administratie
medewerker financiële
administratie
medewerker financiële
administratie
Mevr. G.K. Bhaghu
Dhr. W.P. Bimmel
Mevr. Brasser-Tax
Dhr. J.M. Butijn
Dhr. J.M. van Dam
Mevr. S.A. van Drongelen-de Leeuwen
Dhr. H.J. van Druenen
Dhr. M. Ekan
Dhr. R.R.L. Hardeman
Dhr. P.J.C. Geus
Mevr. R. de Groot-Lazaroms
Mevr. C.M. van den Heuvel
Mevr. K.M. Bliek-Lambermont
Dhr. H. Noevers
Mevr. E. Noevers-de Looze
Dhr. C. Marjee
Dhr. A. Mondeel
Dhr. E.F. Oranje
Mevr. P. Otte-Geervliet
Mevr. L.H.E. Plummen
Mevr. S.E. Koppejan
Mevr. C.E. de Rijk
Mevr. C.K. van Sighem-Minderhoud
Dhr. M. de Veen
Mevr. M.C. Vermeeren
Dhr. J.A. de Wolf
Hans Vreeke
Richard Simons
I. Personeel met afkorting schooljaar 2014-2015
mw.
mw.
dhr.
mw.
dhr.
mw.
dhr.
mw.
mw.
mw.
mw.
Naam
J.L. Aarnoutse
W. van Antwerpen
H.J. van Arenthals
S.M. Baas
M. Besuyen
W.J. Boogaard
Th.J. Borgs
G.K. Bhaghu
R.C.M. Becks-van Westerop
K.M. Bliek-Lambermont
B. de Blok
Personeelscode
ANS
ANW
ATS
BAS
BSN
BGD
BGS
BGU
BKW
BLK
BLO
51
dhr.
dhr.
dhr.
dhr.
dhr.
mw.
dhr.
dhr.
mw.
mw.
mw.
dhr.
mw.
dhr.
dhr.
dhr.
dhr.
dhr.
dhr.
dhr.
dhr.
mw
dhr.
dhr.
dhr.
mw.
dhr.
dhr.
mw.
dhr.
dhr.
mw.
mw.
mw.
mw.
dhr.
mw.
dhr.
dhr.
mw.
mw.
dhr.
dhr.
mw.
dhr.
dhr.
dhr.
mw.
dhr.
mw.
mw.
mw.
mw.
mw.
C. van Belzen
W.P. Bimmel
R. Boddaert
M. J. Bronner
J.M. Butijn
E. Bouwense-Boogaarts
J.M. van Dam
H.J. van Druenen
R.K. Dorland
J.R. van Doorn
S.A. van Drongelen-de
Leeuwen
P.B.J. van den Dries
B. de Dreu
L.P. van Duivendijk
K. Ebert
J. A. Elfrink
M. Ekan
F.M. de Haan
E.J.A. Fagg
M.T. Flipse
L.W. Gabriëlse
E.L.T. Gideonse
P. J. C. Geus
J.C.G. Gillissen
D. Glisovic
H. Groeneveld
D.C.J.M. Goossen
A. El Gauadi
G.C. Geuze
R.R.L. Hardeman
W. Houkamp
F.M. van Leeuwen-Hordijk
M. C. W. Hirdes
C.M. van de Heuvel
Y. Koch-van Dam
H.G. Koekkoek
S.E. Koppejan
P.A. Koster
S. Kramer
M.P.A. Lazaroms
P. J. M. de Looze
J. Manten
A. Mondeel
J. J. J. van der Meule
A. Miljoen
C. Marjee
J.C. Nieuwdorp
N. van Neste
E.F. Oranje
R.W. van Oost
P.J. Geervliet
J. Pattipeiluhu-van der Kolk
K. van der Peijl
L.H.E. Plummen
BLZ
BMM
RBO
BNR
BTN
BTS
DAM
DNN
DRD
DON
DRO
DRS
DRU
DVK
KEB
EFK
EKN
FDH
FGG
FLP
GBR
GDS
GES
GLN
GLV
GND
GSN
GUD
GZE ?
HDM
HKP
HRD
HRS
HVL
KOC
KOK
KPJ
KSR
KRA
LRS
LZE
MAN
MDL
MLE
MLN
MRJ
NDP
NST
ORJ
OST
OTT
PAT
PLY
PLM
52
dhr.
dhr.
dhr.
mw.
mw.
dhr.
mw.
dhr.
mw.
dhr.
mw.
mw.
mw.
dhr.
dhr.
mw.
mw.
dhr.
dhr.
dhr.
mevr.
dhr.
mw.
mw.
dhr.
mw.
mw.
mw.
dhr.
mw.
dhr.
E. van Rees
B.W.G. Remkes
P.R.J. van de Riet
M.V. Reijnierse-Boon
T. van Rooijen
J. Roelse
C.E. de Rijk
S. Schrier
C.K. van Sighem-Minderhoud
J.C. Schalkwijk
C.P.M. Slieker-Battut
M.M. Clarisse-Simons
S.W. Schipper-van den Bosch
D.H.A. Sepers
M.W. Siereveld
A.C.P. Stadhouders-Grootjans
G.P. Brasser-Tax
P.J.H.M.J. Timmermans
N.J.M. Terra
D.C.F. van Tussenbroek
E. van de Voorde-Scheppers
A. Vucic
S. Verhulst
M.C. Vermeeren
M. de Veen
A. Grootjans-Wisse
G. Wisse
M.A. Willems
J.A. de Wolf
K.E. Witvliet
P.J. Wevers
ERE
RMK
RIE
RNS
ROY
RSE
RYK
SCR
SGM
SKW
SLB
SMS
SPP
SPS
SRD
STG
TAX
TMS
TRR
TSK
EAM
VCC
VHL
VMN
VEE
WIS
WSE
WLM
WOF
WTT
WVS
U kunt rechtstreeks contact opnemen met de docenten via e-mail. Het e-mailadres is
de docentenafkorting gevolgd door @scheldemondcollege.nl, bijvoorbeeld
[email protected]. Dit geldt ook voor de andere medewerkers.
14. Protocollen op onze scholengemeenschap
A. Pestprotocol Het Scheldemond College
De ouderraad, leerlingenraad, medezeggenschapsraad, management en het
personeel van het Scheldemond College verklaren in het pestprotocol het volgende:
pesten is een wezenlijk en groot probleem. Pestgedrag is schadelijk tot zeer
schadelijk voor kinderen, zowel voor slachtoffers als voor de pesters. Dat ernstige
probleem moet aangepakt worden, in het bijzonder door de ouders en de
leerkrachten. Ouderraad, leerlingenraad, medezeggenschapsraad, management en
personeel moeten zo goed mogelijk samenwerken om het probleem "pesten" op te
lossen. Daarbij is betrokkenheid van leerlingen, ouders en medewerkers van de
school onmisbaar.
53
De ondertekenaars van dit protocol hebben zich tot het volgende
verplicht:
•
hulp bieden aan het gepeste kind
•
hulp bieden aan de pester
•
hulp bieden aan de zwijgende middengroep
•
hulp bieden aan de leerkracht
•
hulp bieden aan de ouders
•
het bewust maken en bewust houden van alle betrokkenen van het
probleem
•
het gericht voorlichten van alle betrokkenen bij de school
•
het aanstellen van een vertrouwenspersoon op school
•
het aanleggen van toegankelijke, goede informatie over het probleem
"pesten".
Leerlingen en docenten ondertekenen een Contract in de klas. Ze zullen zich aan de
volgende afspraken moeten houden, zowel op school als daarbuiten.
1.
We zien er allemaal anders uit, toch hebben we respect voor elkaar.
2.
Iedereen maakt deel uit van de klas.
3.
We blijven van de spullen van de ander af.
4.
We blijven van iemand af, als ons dat gezegd wordt.
5.
Roddelen over een ander vinden we gemeen, want je doet er een ander
verdriet mee.
6.
Als we ruzie hebben: cool down! Kijk, luister en denk na voordat je
wat doet.
7.
Vechten, schelden of lelijke gebaren maken lokt ruzie uit. Stop
de agressie bij jezelf.
8.
Als we gepest worden of iemand zien pesten, vertellen we het aan de
mentor of leerkracht. Dat is geen klikken, maar het stoppen van agressie.
9.
Als we gepest worden, praten we er thuis over, of met iemand die we
vertrouwen.
10.
Als je iets vriendelijk vraagt, zal de ander dat eerder doen.
11.
Op school praten we allemaal Nederlands, dat maakt een
hoop duidelijk.
B. Dyslexieprotocol
Er zijn leerlingen die na deskundig onderzoek door een orthopedagoog als
dyslectisch worden aangemerkt. Zij hebben een officiële dyslexieverklaring. Daarmee
kan, op grond van artikel 55 van het Eindexamenbesluit, verlenging van de
examentijd voor deze leerlingen worden aangevraagd.
54
Dyslectische leerlingen hebben over het algemeen in vergelijking met
leeftijdgenoten met een zelfde intelligentieniveau een achterstand in hun
taalontwikkeling. Individueel uit dyslexie zich in diverse vormen van schrijf-, spellingsen leesproblemen. De dyslectische leerlingen ondervinden problemen bij de talen
maar kunnen ook bij andere vakken hinder ondervinden van hun leerstoornis.
De volgende afspraken worden, in de onderbouw zowel als in de bovenbouw (bij het
schoolexamen en overige toetsen) zo veel mogelijk gehanteerd om te realiseren dat
deze leerlingen minder nadeel ondervinden van hun probleem.
Bij de diverse vormen van toetsing
1. Zet opgaven getypt op papier. Gebruik een duidelijke lay-out. Vergroot
desgewenst de tekst.
2. Overhoor idioom zoveel mogelijk mondeling.
3. Beoordeel schriftelijk werk fonetisch. Vermeld vervolgens op het rapport dat het
onderdeel spelling in verband met de dyslexie niet is meegerekend.
4. Geef de leerling voldoende tijd om het werk volledig af te maken, of verminder
het aantal opgaven per onderdeel.
5. Probeer bij toetsen lange teksten te vermijden. Geef anders, indien mogelijk,
teksten vooraf mee naar huis, zodat de leerling zich de tekst inhoudelijk ‘eigen’
kan maken. Dat levert tijdwinst op en voorkomt vaak veel spanningen.
6. Maak afspraken in overleg met desbetreffende leerling. Tijdens de lessen en bij
het huiswerk.
7. Geef aantekeningen zoveel mogelijk getypt op papier.
8. Zet het huiswerk ruim voor de bel duidelijk en op een vaste plaats op het bord.
9. Maak zo mogelijk gebruik van materiaal van het Blindeninstituut. Alle methodes
zijn daar op Cd beschikbaar.
10. Of zet woordenlijsten en oefeningen op Cd, zodat de leerling thuis de juiste
uitspraak kan horen en oefenen.
Bij (school)examens streeft de school ernaar voor de leerlingen optimaal gebruik te
maken van ICT (Informatie- en Communicatie Technologie). Bij gebruik van de
computer dient er door de school volgens vastgestelde regels op te worden
toegezien, dat er door de leerlingen geen spellingcontrole wordt gebruikt, waar dat
niet is toegestaan.
Waarom punt 3, dus niet maximaal 12,5 % spelling?
Een dyslectische leerling zal over het algemeen, ook na urenlange studie niet boven
die norm uitkomen. Dat houdt in dat dyslexie automatisch "bestraft " wordt met een
korting van 12,5 % op het cijfer.
Waarom punt 4, dus niet 10 minuten extra per lesuur?
Tien minuten extra is voor een dyslectisch kind met leesproblemen vaak te weinig.
Hierdoor ervaart de leerling een extra tijdsdruk, die een negatieve uitwerking heeft op
de kwaliteit van het werk.
Bovenbouw (beide afdelingen)
Het bovenstaand protocol geldt als regel en uitgangspunt ook voor de bovenbouw,
inclusief het schoolexamen (tentamens) zoals dat in het Programma van Toetsing en
Afsluiting staat weergegeven.
55
Bij examinering wordt voor deze leerlingen zo veel en zo gunstig mogelijk binnen wat
is toegestaan gebruik gemaakt van de computer en andere mogelijkheden van ICT.
Bij examinering wordt het protocol verder toegepast voor zover wettelijk toegestaan.
Verder geldt het onderstaande:
Examenbesluit artikel 55 ‘ Afwijking wijze van examineren’:
1. De plaatsvervangend rector kan toestaan dat een gehandicapte kandidaat het
examen geheel of gedeeltelijk aflegt op een wijze die is aangepast aan de
mogelijkheden van die kandidaat. In dat geval bepaalt de directeur de wijze
waarop het examen zal worden afgelegd. Hij doet hiervan zo spoedig mogelijk
mededeling aan de inspectie.
2. Tenzij sprake is van een objectief waarneembare lichamelijke handicap, geldt ten
aanzien van de in het eerste lid bedoelde aangepaste wijze van examineren dat:
a. er een deskundigheidsverklaring is die door een ter zake deskundig
psycholoog of orthopedagoog is opgesteld
b. de aanpassing voor zover betrekking hebbend op het centraal examen in
ieder geval kan bestaan uit een verlenging van de duur van de
desbetreffende toets van het centraal examen met ten hoogste 30
minuten, en
c. een andere aanpassing slechts kan worden toegestaan voor zover
daartoe in de onder a. genoemde deskundigenverklaring ten aanzien van
betrokkene een voorstel wordt gedaan dan wel indien de aanpassing
aantoonbaar aansluit bij de begeleidingsadviezen, vermeld in die
deskundigenverklaring.
C. Dyscalculie protocol
Dyscalculie volgens Ruijssenaars, Van Luit & Van Lieshout (2004):
“Dyscalculie is een stoornis die gekenmerkt wordt door hardnekkige problemen met
het leren en vlot/accuraat oproepen/toepassen van reken-wiskundekennis
(feiten/afspraken).” Dyscalculie is een complexe stoornis van blijvende aard met
grote individuele verschillen. Het heeft te maken met zowel de technische kant
(rekenprocedures) als met de inhoudelijke kant (begrip van de betekenis van getallen
en hoeveelheden) van het rekenen.
Doel van dit protocol:
het doel van dit protocol is het vastleggen van een integrale aanpak voor leerlingen
met dyscalculie binnen het samenwerkingsverband Passend Voortgezet Onderwijs
Walcheren (PVOW).
Uitgangspunten voor dit protocol:
• het ‘Protocol Ernstige RekenWiskunde-problemen en Dyscalculie VO’
(ERWD2, 2012) dat in opdracht van het ministerie van OCW is geschreven
met betrekking tot het rekenbeleid en het rekenonderwijs voor de signalering
en begeleiding van leerlingen met rekenproblemen, wordt gevolgd.
• Leerlingen met dyscalculie mogen de opleiding volgen waartoe ze op grond
van hun cognitieve capaciteiten in staat zijn, mits hun functionele rekenwiskunde vaardigheid voor hun opleiding toereikend is, zo nodig met
toegestane hulpmiddelen en remedial teaching.
• Dyscalculie wordt alleen erkend op basis van een rapport opgesteld door een
orthopedagoog of psycholoog met een erkende bekwaamheidsregistratie.
Een dergelijk rapport is onbeperkt geldig.
56
•
•
•
•
Faciliteiten en hulpmiddelen gedurende de schoolloopbaan en het examen
worden alleen toegestaan indien deze expliciet vermeld worden in de
handelingsgerichte adviezen in het rapport en realiseerbaar zijn door de
school.
De ruimte voor voorzieningen bij het centraal examen wordt begrensd door
de exameneisen (Eindexamenbesluit VO).
Leerlingen moeten leren omgaan met hun dyscalculie.
Niet onderkennen van dyscalculie kan leiden tot emotionele problemen,
bijvoorbeeld faalangst.
De betrokkenen
De belangrijkste rol is weggelegd voor de leerling, die zich (vergeleken met
zijn klasgenoten) extra zal moeten inspannen om de leerstof onder de knie te
krijgen. Hij zal daartoe passende strategieën moeten leren (gebruiken) en mogelijk
gebruik moeten maken van hulpmiddelen.
Van bijna even groot belang is de rol van de leraren en de mentor, die rekening
houden met de dyscalculie en waar mogelijk hun leerlingen steunen. De mentor is de
spil in de begeleiding en onderhoudt de contacten met de ouder(s)/verzorger(s),
samen met de ondersteuningscoördinator en coördinator dyscalculie.
Op elke school van het samenwerkingsverband PVOW is er een coördinator
dyscalculie*, die de intake van leerlingen verzorgt, de faciliteitenkaarten opstelt en
met de mentor de dossiervorming bewaakt. Deze coördinator werkt nauw samen met
remedial teachers (RTers), die in samenwerking met de leraren, leerlingen de best bij
hen passende strategieën aanleren om met hun stoornis om te gaan.
* De term ‘coördinator dyscalculie’ wordt verduidelijkt in de taakomschrijving
Aanwijzingen voor leerlingen:
• als een leerling meent dat er, ondanks overleg, onvoldoende rekening
gehouden wordt met zijn handicap, kan hij terecht bij zijn coördinator
dyscalculie.
• Bij een leerling met dyscalculie kan de rapportvergadering bij de overgang
vanklas 2 naar 3 VMBO/MAVO of van klas 3 naar 4 HAVO besluiten het cijfer
van wiskunde niet mee te tellen. Voorwaarde voor het niet meetellen van het
cijfer wiskunde is dat het vak wiskunde in de bovenbouw niet meer gekozen
wordt. In de bovenbouw van VWO is wiskunde verplicht.
• Voor de bovenbouw moet aangeraden worden een vakkenpakket te kiezen
zonder wiskunde (in het VWO niet mogelijk) en evt. zonder economie.
Aanwijzingen voor leraren
In het algemeen zullen leraren geen remediale hulp geven, wel kunnen
ze rekening houden met de stoornis en ondersteuning bieden.
Leerlingen met dyscalculie hebben extra baat bij:
• gestructureerd onderwijs en eenduidige instructie (een zelfde wijze van
berekenen en omschrijven van rekentermen door het hele docententeam).
• Steun bij het leren kiezen van een passende rekenprocedure en het
opschrijven van tussenstappen. Deze informatie kan in een strategieënmap
waarin tafelkaart, rekenregels, rekenstrategieën, aandachtspunten,
geheugenkaarten staan.
• Pre-teaching (bijv. vooraf de moeilijkheidsgraad voor de leerling aangeven
van de opgaven, zodat deze eerst de eenvoudige onderdelen maakt).
• Het huiswerk ruim voor het eind van de les op het bord, met een
mondelinge toelichting of studiewijzers op papier of in het
leerlingvolgsysteem.
57
•
•
De mogelijkheid tot het inzien en bespreken van de toets en het gemaakte
werk met docent en/of ouders/verzorgers, remedial teacher.
Emotionele ondersteuning, positieve feedback (om vertrouwen te krijgen in
eigen kunnen).
Faciliteitenkaart
De leerlingen met dyscalculie krijgen van de coördinator dyscalculie een
faciliteitenkaart, waarmee zij een beroep kunnen doen op bijzondere faciliteiten en/of
hulpmiddelen (zoals het toekennen van extra tijd bij toetsen). Dit voorkomt dat de
leerlingen steeds uitleg moeten geven omtrent hun handicap. De kaart is gebaseerd
op de handelingsadviezen in het rapport van een deskundige, aangepast aan wat de
leerling zelf als zinvol ervaart en aan wat de school kan en mag realiseren.
De handelingsgerichte adviezen in het rapport zullen soms aangepast worden en
daarom zal er jaarlijks bekeken worden of er bijstellingen door de coördinator
dyscalculie nodig zijn. De ondersteuningscoördinator maakt voor de leraren een
overzicht van de leerlingen met een faciliteitenkaart. Bij een ernstig vermoeden van
dyscalculie kan door de ondersteuningscoördinator op basis van een onderbouwde
indicatie, een tijdelijke faciliteitenkaart verstrekt worden, lopende het onderzoek.
De leerlingen hebben recht op extra tijd (20%) en/of minder opgaven bij repetities en
SO’s. Daarbij mogen de leerlingen afhankelijk van de invulling van de
faciliteitenkaart:
• gebruik maken van een rekenmachine, behalve wanneer het juist om het
rekenen zonder rekenmachine gaat.
• In de leerjaren 1 en 2 gebruik maken van een formulekaart en/of
strategieënmap die is goedgekeurd door de docent.
• In de leerjaren 3 en hoger de officiële rekenkaart van de Commissie van
Examens (CvE) gebruiken.
Het examen
Voor de regelgeving wordt uitgegaan van artikel 55 van de wet examenbesluit VO:
“Artikel 55. Afwijking wijze van examineren
1. De directeur kan toestaan dat een gehandicapte kandidaat het examen
geheel of gedeeltelijk aflegt op een wijze die is aangepast aan de
mogelijkheden van die kandidaat. In dat geval bepaalt de directeur de wijze
waarop het examen zal worden afgelegd, met dien verstande dat aan de
overige bepalingen in dit besluit wordt voldaan. Hij doet hiervan zo spoedig
mogelijk mededeling aan de inspectie.
2. Tenzij sprake is van een objectief waarneembare lichamelijke handicap, geldt
ten aanzien van de in het eerste lid bedoelde aangepaste wijze van
examineren dat:
a. er een deskundigenverklaring is die door een ter zake deskundige
psycholoog of orthopedagoog is opgesteld,
b. de aanpassing voor zover betrekking hebbend op het centraal examen of
de rekentoets in ieder geval kan bestaan uit een verlenging van de duur van
de desbetreffende toets van het centraal examen met ten hoogste 30
minuten, en
c. een andere aanpassing slechts kan worden toegestaan voor zover daartoe
voorstel wordt gedaan dan wel indien de aanpassing aantoonbaar aansluit bij
de begeleidingsadviezen, vermeld in die deskundigenverklaring.”
Voor het examen geldt verder:
58
•
•
•
dat de vorm zo gekozen moet worden dat de kandidaat het maximale uit
zichzelf
kan halen - in aanmerking genomen de voorwaarden van artikel 55, de
wettelijk toegestane faciliteiten voor leerlingen met dyscalculie en de
mogelijkheden van de school;
dat aan de inhoud niet getornd mag worden (geen vragen overslaan,
onderdelen anders beoordelen);
dat bij de onderdelen waar het rekenwerk een stevige rol speelt alleen 30
minuten verlenging van de examentijd en de officiële rekenkaart van de CVE
is toegestaan (naast de rekenmachine die iedere kandidaat mag gebruiken).
D. Sociale Media protocol
De Mondia Scholengroep is zich ervan bewust dat sociale media een
onlosmakelijk onderdeel zijn van de huidige samenleving en de leefomgeving van
haar leerlingen, hun ouders, haar medewerkers en andere belanghebbenden zoals
omwonenden en gemeente.
De Mondia Scholengroep ziet het als haar verantwoordelijkheid om leerlingen en
medewerkers de voordelen van sociale media te leren benutten alsmede de nadelen
bespreekbaar te maken. Bovendien ziet de Mondia Scholengroep de kansen die
sociale media bieden om de school te profileren in de markt en om de communicatie
met belanghebbenden toegankelijker en interactiever te maken.
De Mondia Scholengroep faciliteert haar medewerkers voldoende om kennis van
sociale media en de manier waarop deze ingezet kan worden op peil te houden.
Profilering:
1. de Mondia Scholengroep zet berichtgeving op sociale media in met het doel
positieve informatie te verspreiden over de (activiteiten) van de school of
organisatie;
2. de Mondia Scholengroep monitort sociale media actief om de ervaringen van
leerlingen en andere belanghebbenden met de school te vernemen;
3. de Mondia Scholengroep kan naar aanleiding van deze ervaringen in real life
in gesprek gaan om, waar mogelijk, de goede punten te versterken en de
zwakke te verbeteren. Behalve in geval van onjuistheden wordt op negatieve
discussies niet gereageerd via sociale media;
4. de Mondia Scholengroep vraagt toestemming van ouders voor het publiceren
van foto-, film- en geluidsopnamen van school gerelateerde situaties (projectweek, schoolreisje etc.) op sociale media.
Curriculum:
1. de Mondia Scholengroep verwacht van haar medewerkers dat zij over
voldoende kennis beschikken om de leerlingen de benodigde sociale
mediavaardigheden aan te leren die waardevol zijn voor het leerproces;
2. de Mondia Scholengroep integreert sociale media waar mogelijk in de lessen
en gebruikt deze o.a. om in te spelen op actualiteiten;
3. de Mondia Scholengroep spant zich in om de leerlingen zelf de
(on)mogelijkheden van sociale media te laten ervaren;
4. de Mondia Scholengroep moedigt leerlingen en medewerkers aan om tijdens
schooltijd actief gebruik te maken van sociale media voor zover deze gebruikt
59
worden voor het leerproces. Uitzondering is wanneer een medewerker
expliciet vraagt de gebruikte devices (smartphone, tablet, iPod, laptop) ‘uit te
zetten’.
Communicatie:
1. de Mondia Scholengroep zet sociale media in om de dialoog met
belanghebbenden aan te gaan, met als doel betere informatieverstrekking,
het verhogen van ouderparticipatie en betrokkenheid van de buurt;
2. de Mondia Scholengroep moedigt medewerkers en leerlingen aan om over
school gerelateerde onderwerpen te publiceren, voor zover er rekening mee
wordt gehouden dat geen informatie verspreid wordt over derden die daar
geen toestemming voor hebben gegeven;
3. de Mondia Scholengroep moedigt haar medewerkers aan om sociale media
in te zetten om leerlingen te informeren over school gerelateerde
onderwerpen als opdrachten, roosterwijzigingen en activiteiten;
4. de Mondia Scholengroep laat de inzet van sociale media door medewerkers
over niet-school gerelateerde onderwerpen met de belanghebbenden over
aan de inschatting van de medewerker. De medewerkers zijn zich hierbij
bewust dat zij ambassadeurs zijn van de school. De integriteit van de
berichtgeving op sociale media is essentieel en vanzelfsprekend;
5. de Mondia Scholengroep respecteert de vrijheid van meningsuiting van al
haar medewerkers. In het geval dat de medewerker communiceert via sociale
media vanuit zijn of haar professie, wordt kenbaar gemaakt dat dit gebeurt als
medewerker en namens de school.
E. Leerlingenstatuut
Het leerlingenstatuut is verkrijgbaar bij de administratie van de school en staat
gepubliceerd op de website van de school www.scheldemondcollege.nl.
D. Schoolgids als wettelijk document
Deze Schoolgids is een wettelijk verplicht document. Het Scheldemond College heeft
daar in vastgelegd hoe ze een aantal zaken heeft geregeld en georganiseerd.
60