Samenvatting (229 kB, 26 februari 2013)

Samenvatting
BODEMBALANS VAN DE VLAAMSE LANDBOUW
Afdeling Monitoring en Studie
De bodembalans van de Vlaamse landbouw kwantificeert de stikstof- en fosforhoeveelheden
die door de beroepslandbouw op de cultuurgrond enerzijds worden aangevoerd (via
kunstmest, dierlijke mest, andere mest, zaden en plantmateriaal, atmosferische
stikstofdepositie, biologische stikstoffixatie) en anderzijds worden afgevoerd (via
ammoniakemissie en gewasafvoer). Het verschil tussen aan- en afvoer wordt het overschot op
de bodembalans genoemd en kan beschouwd worden als een maat voor de potentiële
vervuiling van bodem, lucht en water vanuit de landbouw. Hoe lager dat overschot, hoe beter
voor het milieu. In het Milieubeleidsplan 2008-2010 werd volgend doel vooropgesteld: 70 kg
stikstof (N) per ha tegen 2010. Voor fosfor (P) werd in de VMM-publicatie MIRA-S 2000 een
wetenschappelijk onderbouwde referentiewaarde voorgesteld van 3,6 kg fosfor per ha. De
vraag is of die doelen werden bereikt in 2009.
Doelstellingen bereikt in 2007 en 2009
De berekeningswijze werd aangepast aan de nieuwe databronnen, wat een knik in de historische reeks tot gevolg
heeft. Bovendien geeft een foutenanalyse op de gewasafvoer aan dat er een minimale marge op het overschot in acht
genomen moet worden (zie ± in onderstaand schema). Immers, alle rekenfouten komen in het overschot terecht.
Tijdens de periode 2007-2009 is het overschot op de bodembalans in Vlaanderen gedaald tot 30,5 miljoen kg N en
2,2 miljoen kg P (inclusief foutenmarge naar boven). Het overschot per hectare kwam in 2009 uit op 46 kg N/ha en
3,3 kg P/ha (inclusief foutenmarge naar boven). Dit resultaat is behaald door het gestegen areaal nateelt,
geregistreerd door landbouwers, en een afnemend gebruik van kunstmest. Hieruit blijkt dat het Vlaamse doel voor N
al in 2007 werd bereikt, voor P was het wachten tot in 2009.
kunstmest
69,0
1,4
gebruik meststoffen
dierlijke mest
100,4 21,2
andere mest
0,4
1,2
zaden en
plantmateriaal
0,1
0,7
atmosferische
depositie
14,2
/
biologische
N-fixatie
5,5
/
ammoniakemissie
14,33
/
Vlaamse landbouwbodem
miljoen kg 2009
overschot
bodembalans
20,3 ± 10,2
-0,5 ± 2,7
legende
N
P
gewasafvoer
156,3 ± 10,2
23,6 ± 2,7
Bodembalans per rivierbekken
Ten behoeve van de rapportering voor de Coördinatiecommissie Integraal Waterbeleid (CIW) werd de bodembalans
ook berekend op niveau van de rivierbekkens. Het IJzerbekken en het Demerbekken hebben de grootste
overschotten, en bevatten ook de meeste landbouwoppervlakte. In volgende rivierbekkens zijn nog extra
inspanningen nodig om de doelstellingen te halen: IJzer (voor N en P) en Leie, Boven-Schelde en Demer (enkel voor
P).
Meer informatie
U kunt het rapport raadplegen en bestellen op de website van Landbouw en Visserij. Voor meer informatie kunt u
terecht bij [email protected] (02/552 78 41).