Opmaak 1

16
DE TIJD VRIJDAG 23 MEI 2014
Ondernemen
Een bootcamp voor creatieve starters
Drie ondernemers hebben samen een intiatief opgestart om beloftevolle start-ups in de creatieve
sector intensief - en kosteloos - te begeleiden. ‘We willen bewijzen dat het in Vlaanderen nog kan.’
STEPHANIE DE SMEDT, WAASMUNSTER
‘E
r bestaan inderdaad vandaag al initiatieven om
starters te begeleiden.
Vanuit de overheid, Voka,
Unizo. Maar onze visie is
anders’, meent Wouter
Desmet, een van de initiatiefnemers achter
het project Porta Creatio. ‘Wij willen selectiever zijn. Focussen op een paar topstarters die echt het verschil kunnen maken. De
Studio 100’s van morgen. Als men elk jaar
in Vlaanderen zo’n succesverhaal uit de
grond kan stampen, kunnen we ons wapenen tegen drama’s zoals Ford Genk.’
Desmet, een ingenieur die zijn eigen subsidieadviesbureau Subsideaal uitbouwde,
zette Porta Creatio in maart op vanuit de vzw
Dag 1, samen met collega-ondernemers Jeroen Jespers (media- en entertainmentbureau De Tondeldoos) en Wim Hubrechtsen
(evenementenbureau All Events). Ze trokken ex-onderneemster dSandra Ruyssinck
aan als projectmanager.
Met nieuwe Vlaamse
succesverhalen kunnen we
ons wapenen tegen drama’s
zoals Ford Genk.
Het is de bedoeling om verspreid over de
komende twee jaar alles samen twaalf startups uit de creatieve sector te begeleiden. In
juni worden de eerste selectiedagen georganiseerd. De uitverkoren ondernemers stappen in een traject - een ‘bootcamp’ - van negen maanden, waarbij workshops worden
georganiseerd, er een-op-eenadvies op maat
wordt gegeven en ze een mentor krijgen toegewezen.
Family and friends
Porta Creatio wordt - gespreid over twee jaar
- gefinancierd met een half miljoen euro
subsidies vanuit het Agentschap Ondernemen. ‘Dat is goed voor 80 procent van onze
werkingsmiddelen’, zegt Desmet. ‘De rest
komt van vijf externe partners: de uitzendgroep Randstad, de bank Belfius, het advocatenkantoor NautaDutilh, het consultancybureau EY en mijn bedrijf Subsideaal.’
Die vijf partners engageren zich niet louter financieel, maar stappen ook mee in het
begeleidingstraject. ‘Zo kunnen we een
enorme hefboom creëren’, zegt Jeroen Jespers. ‘Veel starters zijn op zoek naar een netwerk, naar advies. Maar er zijn vandaag zoveel gefragmenteerde initiatieven dat ze
door de bomen het bos niet meer zien.’
‘Ze zijn ook vaak niet goed geïnformeerd’,
zegt Desmet. ‘Ze toetsen hun idee aan hun
omgeving, maar die is meestal niet objectief.
Voor geld kloppen ze aan bij friends, fools
and family, dan komen ze aan een paar tienduizend euro’s waarmee ze moeten overleven.’ Of ze durven geen professioneel advies
PORTA CREATIO
Project van vzw Dag 1. De komende
twee jaar zullen twaalf starters elk
negen maanden intensief begeleid
worden. In juni, dit najaar en begin
volgend jaar worden er telkens vier
uitgekozen.
Het gaat om starters uit de creatieve
industrie: audiovisuele sector, muziek, mode, architectuur, media, podium- en beeldende kunst. Die sector
was in 2013 in Vlaanderen goed voor
een omzet van 22,6 miljard euro, een
toegevoegde waarde van 6,9 miljard
euro, 73.800 werknemers, 8.500 bedrijven en 52.800 zelfstandigen, zo
bleek onlangs uit een studie.
Porta Creatio krijgt gespreid over
twee jaar 500.000 euro subsidies van
Agentschap Ondernemen, goed voor
80 procent van het budget. De rest
wordt gefinancierd door vijf partners: Randstad, Belfius, NautaDutilh, EY en Subsideaal. Zij engageren
zich ook tot dienstverlening.
© TOM VERBRUGGEN
PORTA CREATIO-INITIATIEFNEMER
WOUTER DE SMET
Het Porta Creatio-team: Sandra Ruyssinck, Wouter De Smedt (tweede links) en Jeroen Jespers (links) naast Planza-bedenker Jeroen De Smet (uiterst rechts).
in te winnen, omdat het te duur is. ‘Ze doen
het via-via’, zegt Jespers. ‘Voor een contract
met een klant doen ze een beroep op een
kennis die advocaat is, maar misschien niet
gespecialiseerd is in de materie. Terwijl net
die eerste stappen cruciaal zijn. Veel behoeftes in het begin zijn bepalend voor verder
succes, voor hoe ze hun business gaan uitrollen.’
Porta Creatio wil ‘het netwerk en de middelen’ bieden aan de starters, om ze zo een
voorsprong te geven. De eerste starter in het
traject wordt zo goed als zeker Jeroen De
Smet, de ondernemer achter de planningapp Planza (lees hiernaast). ‘Het klopt dat je
als starter in het begin met meer vragen dan
antwoorden zit’, getuigt hij. ‘Het is ook goed
om een objectief klankbord te hebben. De
eerste keer dat ik hier kwam met mijn businessplan hebben ze er na vijf minuten
brandhout van gemaakt. Dat is even hard,
maar het helpt je wel vooruit. In het begin
steek je ook enorm veel energie in het losweken van een lening, het zoeken naar advies.
Als je daar professioneel in begeleid wordt,
is dat toch een stuk comfortabeler.’
Een beetje kwaad
‘We willen vooral bewijzen dat starters in
Vlaanderen nog succesvol kunnen zijn’, zegt
Desmet. Want daar wordt soms aan getwijfeld: er is in ons land te weinig ondernemerschap, mensen worden afgeschrikt door de
hoge kosten en administratieve lasten, en
start-ups geraken moeilijk aan middelen. ‘Ik
word daar soms een beetje kwaad van’, zegt
Planza-bedenker De Smet. ‘Als investeerders
hier langs komen met een rekenmachine en
vragen wat de ebitdacijfers over zeven jaar
zullen zijn, voor een product dat gratis is,
dan mis ik visie. In Vlaanderen denkt men te
veel in termen van directe inkomsten in
plaats van ‘waarde’. Al merk ik stilaan wel
een shift. Ik ken veel starters en geleidelijk
aan voelen we toch dat er iets aan het veranderen is. Dat men anders gaat denken.’
Bij Porta Creatio maakt men zich geen
zorgen dat het zal lukken om genoeg goede
dossiers te vinden voor hun project. ‘We krijgen nu al geregeld vragen’, zeggen Jespers en
Desmet. ‘We geloven dat er genoeg ideeën
zijn. Natuurlijk kunnen we geen garantie
bieden op succes over vijf jaar. Maar we zullen wel streng zijn in de selectie, als er niet
genoeg potentieel is, zijn we daar duidelijk
over. Dat is ook belangrijk. Durven zeggen:
dit zal niet lukken.’
Waar gaan we barbecuen? Wanneer?
En wie zorgt voor de cocktails?
Jeroen De Smet startte twee jaar geleden
met Planza. Via de app kunnen mensen
samen een activiteit plannen, van datum tot locatie en taakverdeling. ‘Intussen loopt er een testversie in meer dan
80 landen.’
STEPHANIE DE SMEDT
De nu 30-jarige Jeroen De Smet kwam in
2011 op het idee om een onlineplanning-app
te ontwikkelen. ‘Ik merkte dat als ik dingen
wou plannen samen met vrienden en familie we altijd vastliepen in mails. Tegen de tijd
dat het skiweekend er was, waren we er bij
wijze van spreken nog niet uit.’ Er is vandaag
wel al de webapplicatie Doodle, waarmee in
overleg met vrienden een datum kan geprikt worden voor een activiteit, maar dat
volstaat volgens hem niet. ‘Daarna moet je
toch nog 60 e-mails heen en weer sturen om
een locatie te vinden en andere dingen te regelen.’
Dus rijpte het plan om een app te ontwikkelen waarmee dat wel allemaal kan. Waarmee je bijvoorbeeld samen collega’s een barbecue kan organiseren: je kiest een weekend, iedereen kan voorstellen doen over
wiens tuin er dienst zal doen als locatie, wie
voor cocktails zorgt en wie voor het vlees.
De Smet, aan de slag in het vertaalbureau
Oneliner van zijn ouders, kreeg in z’n omgeving steun voor het idee en begon in 2012 de
eerste gesprekken met enkele ontwikkelaars
voor de app. In de zomer van 2013 ging een
eerste testversie online. ‘Omdat Planza is opgericht in de schoot van het vertaalbureau
Oneliner konden we heel snel ook versies
maken in andere talen. We zitten nu al aan
twaalf talen. In 80 à 90 landen lopen momenteel bètaversies. Voor een app als deze is
die schaalbaarheid erg belangrijk.’
Planza werkt intussen met acht mensen.
De opstart werd gefinancierd met eigen
middelen - van Oneliner - en een banklening. Het bedrijf haalde ook een subsidie
van 250.000 euro binnen van het Agentschap voor Innovatie door Wetenschap en
Technologie (IWT). De Smet stapte in het
Er zijn nu zoveel starters in
Silicon Valley dat het daar
wel lijkt op het Hollywood
van de jaren 90, waar
iedereen zijn plaats wil
veroveren.
JEROEN DE SMET
PLANZA
jongerennetwerk Bryo van Voka en maakt
nu kans om een van de twaalf projecten te
worden die Porta Creatio zal begeleiden.
Eenmaal de testfase is afgelopen, zal het
erop aankomen Planza breed en snel in de
markt te zetten. ‘We willen eerst lokaal deals
sluiten om de app op sites van andere partijen te plaatsen. Dat gaan we dat uitbreiden
in het buitenland. Daarvoor leggen we contacten’, zegt De Smet.
Intussen is hij bezig met een parallel traject in Silicon Valley, waar Planza eind vorig
jaar een van de finalisten was van de startupwedstrijd voor apps van de Node Summit.
Hij legde er contacten en begon een kantoor
bij een Amerikaanse partner. ‘Het traject in
de VS loopt parallel met dat in Vlaanderen’,
zegt hij. ‘Het is daar gewoon anders. Daar
draait het niet rond businessplannen, maar
om visie. Al is succes er ook niet gegarandeerd. Anno 2014 is het daar nu veel moeilijker dan vijf jaar geleden. Er zijn nu zoveel
starters dat het daar wel lijkt op het Hollywood van de jaren 90, waar iedereen zijn
plaats wil veroveren.’
Vlaamse nuchterheid
PLANZA
Jeroen De Smet (1983) studeerde
economie, aangevuld met een opleiding internationale economie en ontwikkelingssamenwerking. Hij trok
daarna voor anderhalf jaar naar India.
Eenmaal terug ging hij aan de slag in
het vertaalbureau Oneliner van z’n ouders.
In 2011 lanceerde hij het idee voor
Planza met steun van z’n vader. In
2012 voerde hij de eerste gesprekken
met app-ontwikkelaars en zette hij
een kantoor op in Gent. Sinds de zomer van 2013 loopt er een testversie
van de app.
De Vlaamse nuchterheid heeft trouwens wel
zijn voordelen, vindt hij. ‘Een businessplan
schrijven is ook wel goed. Het maakt dat je
goed nadenkt over de dingen. Alleen wordt
het wel gevaarlijk als je er voortdurend mee
bezig moet zijn. Het is een kwestie van een
evenwicht te vinden. En flexibel te zijn. Het
beste advies dat ik het voorbije jaar kreeg is
‘pack light and move fast’. Ons businessplan
is al wel twintig keer herschreven. Omdat je
telkens bijleert.’
Over de manier waarop Planza inkomsten kan genereren, wil De Smet nog niet
veel kwijt. Maar het verdienmodel is intussen uitgekristalliseerd, geeft hij mee. ‘De app
blijft sowieso gratis voor gebruikers.’ Met de
inbreng van het IWT en een aantal investeerders is het de bedoeling om een wereldwijde
marketingstrategie uit te stippelen. Na de
zomer zullen externe partijen hun producten en diensten volgens verschillende formules kunnen aanbieden op Planza (gerichte advertenties).