Bekijk het hele onderzoeksverslag (pdf)

Verslag van onderzoek naar achterbanraadpleging bij ambulante cliënten
Januari 2014
Inleiding
In het beleidsplan ‘Cliënt Centraal’ stelt de cliëntenraad van Altrecht zich ten doel manieren te
vinden voor de achterbanraadpleging van ambulante cliënten.
De cliëntenraad besloot een projectteam op te richten met de opdracht dit te onderzoeken. Met
deze opdracht ging het Projectteam Achterbanraadpleging Ambulante Cliënten in mei 2013 van
start. De leden van het team, Annabelle van Willenswaard, Saïda de Jager en Hubert Rosenbaum
hadden alle drie ervaring als cliëntenraadslid bij de divisie Cura. Rinie Blauw, de ondersteuner van
het projectteam, had ervaring als ondersteuner bij de cliëntenraden van Altrecht.
De leden van het projectteam hadden al in de raad Cura de ambitie om de ambulante cliënten
beter bij de cliëntenraad te betrekken. Het projectteam werkte de opdracht uit in een
projectplan(bijlage 1).
In dit verslag kunt u lezen wat onze bevindingen, conclusies en adviezen zijn aan de cliëntenraad.
Naast het doen van onderzoek hebben wij methoden van achterbanraadpleging die er kansrijk
uitzagen uitgeprobeerd
In hoofdstuk 1 vindt u onze beschrijving van de methoden voor achterbanraadpleging, die wij
hebben onderzocht en per methode onze adviezen. Hoofdstuk 2 geeft in een matrix een
samenvatting van de methoden voor achterbanraadpleging, de doelgroepen waar deze geschikt zijn,
sterke en zwakke punten en voorwaarden waaraan moet worden voldaan voor een succesvolle
toepassing. Onze conclusies en aanbevelingen vindt u in hoofdstuk 3. Hier evalueren wij ook de
organisatie van ons werk in een apart projectteam, buiten de cliëntenraad. Drie methoden van
achterbanraadpleging, de Vraag van de Maand, het Spiegelgesprek en het Interview, hebben wij zelf
uitgevoerd. De resultaten hiervan zijn beschreven in hoofdstuk 4.
1
Verslag van onderzoek naar achterbanraadpleging bij ambulante cliënten
Januari 2014
In bijlage 1 vindt u het projectplan, in bijlage 2 een bronvermelding per hoofdstuk en in bijlage 3 een
lijstje met contactpersonen voor mogelijke vervolgactiviteiten. Van bijna alle bronnen hebben wij
verslagen, die bij ons kunnen worden opgevraagd. De bijlagen zijn aangegeven als volgt (3).
Zonder de medewerking van een groot aantal afdelingen, medewerkers en cliënten hadden wij dit
onderzoek niet kunnen uitvoeren. Hun aantal is te groot om hier te vermelden. U komt hen tegen in
de hoofdstukken en bij de bronvermelding. Op deze plaats mag een vermelding van de bijdrage van
Jos van der Meer niet ontbreken. Hij wijdde ons in de kunst van het interviewen in en nam de acht
interviews voor zijn rekening. Met Geert Jan Bongers, Karien Heijstek, Eelko van Harten en Peter van
Velthoven zochten we naar manieren om goede spiegelgesprekken te organiseren. Hun bijdrage was
van grote waarde. Astrid Oostveen hielp ons op weg bij de sociale media en Renske Visscher bij E
Health. De cliëntenraden en hun ondersteuners voorzagen ons van suggesties, commentaar en
praktische hulp. Maar uiteindelijk zijn wij natuurlijk zelf verantwoordelijk voor dit verslag.
In tweewekelijkse bijeenkomsten hebben wij in ons projectteam onze werkwijze vastgesteld, de
taken verdeeld, de voortgang en de resultaten besproken. De teksten van hoofdstuk 4.1 en 4.3 zijn
van Annabelle van Willenswaard. De overige teksten van Rinie Blauw.
Zeist, januari 2014
Cliëntenraad Altrecht
Projectteam Achterbanraadpleging Ambulante Cliënten
Rinie Blauw
Saïda de Jager
Hubert Rosenbaum
Annabelle van Willenswaard
Cliëntenraad Altrecht
Vuurvlinder 4
3734 AB Den Dolder
030-2256398 of 06-51858759
[email protected]
www.twitter.com/clientenraad
www.facebook.com/ClientenraadVanAltrecht
2
Verslag van onderzoek naar achterbanraadpleging bij ambulante cliënten
Januari 2014
Inhoud
Hoofdstuk 1
Pagina
Methoden voor achterbanraadpleging
1.1
1.2
1.3
1.4
1.5
1.6
1.7
1.8
1.9
1.10
Digitaal cliëntenpanel
Cliëntenpanel in de vorm van een groepsgesprek
Spiegelgesprek
Interview
Wachtkamergesprek
Meldpunt
Poll op het Internet
Altris, jaarverslag van de Klachtencommissie
Deelnemen aan activiteiten van afdelingen
Internet, sociale media
4
4
7
8
10
11
12
12
13
13
14
Hoofdstuk 2
Matrix van methoden en doelgroepen
15
Hoofdstuk 3
Conclusies en aanbevelingen voor vervolgstappen
16
3.1
3.2
3.3
3.4
16
16
17
17
Hoofdstuk 4
Methoden die naar verhouding weinig tijd kosten
Altrecht breed digitaal cliëntenpanel
Feedback van cliënten van afdelingen
Organisatie
Resultaten van de uitgevoerde achterbanraadpleging
19
4.1
4.2
4.3
19
19
20
Vraag van de Maand
Spiegelgesprekken bij Brinkveld en RPC Woerden
Interviews
Bijlagen
1
2
3
23
Projectplan
Bronnen, gerangschikt naar hoofdstuk
Contactpersonen
3
23
27
29
Verslag van onderzoek naar achterbanraadpleging bij ambulante cliënten
Januari 2014
Hoofdstuk 1
Methoden voor achterbanraadpleging
Hoe ervaren de cliënten de geboden zorg van Altrecht in relatie tot hun behoefte aan zorg? Naar
het antwoord op deze vraag zijn we op zoek gegaan bij de raadpleging van de cliënten in onze
achterban. De motivatie van de cliëntenraad om deze vraag te stellen is, dat de raad bij zijn adviezen
en contacten met het management goed op de hoogte wil zijn van de ervaringen en behoeften van
de cliënten.
Overzichten van de verschillende mogelijkheden voor achterbanraadpleging vonden we bij de
Nederlandse Patiënten en Consumenten Federatie(NPCF, 1) en het Kwaliteitsinstituut voor de
Gezondheidszorg CBO(2). Om een indruk te krijgen van de verschillende categorieën cliënten en om
te verkennen welke vormen van achterbanraadpleging passen bij de verschillende afdelingen,
spraken we met afdelingsmanagers, teamleiders en medewerkers uit de drie divisies van Altrecht(3).
Informatie over doelgroepen, die in het algemeen kunnen worden onderscheiden vonden we in
twee brochures van Motivaction(4).
Achterbanraadpleging kan worden uitgevoerd door cliënten- en patiëntenraden, maar ook de
zorginstellingen zelf onderzoeken uit het oogpunt van kwaliteitsverbetering de ervaringen van hun
cliënten met de geboden zorg. De Consumentenbond is een toonaangevende organisatie bij het
verzamelen van feedback van klanten op geleverde producten en diensten. Hierom hebben wij ook
onderzoek door de zorginstellingen en door de Consumentenbond in ons onderzoek betrokken.
We beschrijven hieronder de methoden van achterbanraadpleging die we het meest zagen
toegepast. Omdat het zelf opzetten en uitvoeren van een achterbanraadpleging veel tijd en energie
kost onderzochten we ook alternatieven, zoals de informatie die door Altrecht is vastgelegd in het
programma Altris en de deelname van vertegenwoordigers van de cliëntenraad aan activiteiten die
afdelingen voor hun cliënten organiseren. Tevens onderzochten we de mogelijkheden van contact
met onze achterban door gebruik te maken van sociale media .
Bij de beschrijving van de verschillende methoden geven we eerst een omschrijving. Daarna volgt er
een blok met concrete informatie, gevolgd door een samenvatting en een advies.
1.1
Digitaal cliëntenpanel
In een digitaal cliëntenpanel wordt een groep cliënten via digitale media bevraagd op een aantal
thema’s. De meeste digitale panels gebruiken enquêtes met gesloten vragen. Een uitzondering
hierop is onze eigen Vraag van de Maand(5). Hierin stelden we elke maand één open vraag. Digitale
enquêtes van cliënten- en patiëntenraden vonden we bij de patiëntenraad van het Onze Lieve
Vrouwe gasthuis(OLVG) in Amsterdam(6), Onderzoek cliëntenperspectief van de cliëntenraad
Centrum Autisme Rivierduinen(7) en de cliëntenraad van Psy Q(8). Binnen Altrecht vonden we het
cliëntenpanel E Health van Altrecht(9). Buiten de cliëntenraden en de GGZ gingen we te rade bij het
Internetpanel van de Consumentenbond(10).
Het organiseren en uitvoeren van een Altrecht breed digitaal cliëntenpanel zou te veel tijd kosten
om binnen de looptijd van ons onderzoek te kunnen uitvoeren. Hierom hebben we dit niet zelf
uitgeprobeerd.
4
Verslag van onderzoek naar achterbanraadpleging bij ambulante cliënten
Januari 2014
Middel
Digitaal cliëntenpanel
Doel
De grote panels van OLVG en Psy Q: concrete informatie om de directie te
kunnen adviseren.
Cliëntenpanel E health: gebruikerservaringen en –wensen voor verbetering van
het E health aanbod.
Vraag van de maand: informatie over wat er leeft onder de cliënten, vooral de
zaken die in het onderzoek van Altrecht naar de cliënttevredenheid niet naar
voren komen.
Werving
De cliëntenpanels van het OLVG en de Consumentenbond maken gebruik van
de communicatiemiddelen van de organisatie, zoals elektronische
nieuwsbrieven, Twitter, Facebook, een filmpje op de schermen in de
1
wachtkamers en op de gratis TV’s in het beddenhuis , flyers, stukjes in het
patiëntenmagazine en op de website van het ziekenhuis.
Bij het Cliëntenpanel E health leverde een oproep in de Routine Outcome
Measurement (ROM) bij JOVO in één keer ongeveer 20 van de 30 deelnemers
aan het panel op.
De Cliëntenraad van Psy Q zet vooral in op een actieve benadering van het
contactennetwerk van de ondersteuner en de leden van de raad.
Deelnemers en
frequentie
Het patiëntenpanel van het OLVG heeft 100 deelnemers. De respons is wat
lager afhankelijk van het onderwerp. De frequentie is één à twee keer per jaar,
Het panel van Psy Q heeft 117 deelnemers(naast de 15 raadsleden). Hier
worden alleen de panelleden benaderd waar het advies voor geldt(geen
panelleden in Goes benaderen voor een vraag over Beverwijk). De respons
altijd 100%.
Het Cliëntenpanel E health heeft 30 deelnemers.
De Vraag van de maand heeft een gemiddelde maandelijkse respons van 11.
Continuïteit,
deelnemers
vasthouden
De Patiëntenraad van het OLVG en de Consumentenbond informeren de
deelnemers over de resultaten.
De Cliëntenraad van Psy Q beloont elke reactie met een gadget, of kleine
beloning(bijvoorbeeld een pakje chocolade door de brievenbus)
De Vraag van de Maand geeft vooral persoonlijke aandacht. De maandelijkse
vraag zet aan tot reflectie. Deelnemers stellen contact hierover vaak op prijs.
1
Hierbij wordt gebruik gemaakt van narrow casting: het door middel van audiovisuele displays
benaderen van een of meer specifieke doelgroepen, op een specifieke plaats en op specifieke
momenten. De bedoeling is dat de content zo veel mogelijk op maat is gesneden voor de
ontvanger(bron: Wikipedia)
5
Verslag van onderzoek naar achterbanraadpleging bij ambulante cliënten
Januari 2014
Aanleiding tot de
vragen
Adviesaanvragen van de directie, ervaringen van raadsleden, signalen van
patiënten, informatie uit de resultaten van Cliëntenthermometer(ook
bijgeschreven suggesties) en CQ index.
Voorbereiding
Bij het OLVG stelt een commissie van de patiëntenraad de vragenlijst op. Deze
commissie bestaat uit het team Achterbanraadpleging van de patiëntenraad en
raadsleden die geïnteresseerd zijn in het onderwerp van de enquête. De lijst
wordt opgesteld in één of meer brainstormsessies. Dit is veel werk, vooral voor
de vrijwilligers. Ze zijn er vaak meer middagen mee bezig .
Bij het testen van de vragenlijst betrekt deze commissie deskundigen, of
afdelingen en de patiëntenraad. Zo zorgen zij ervoor, dat er geen verwarrende
vragen worden gesteld. Door afdelingen te betrekken wordt de kwaliteit van de
vragen beter en wordt er draagvlak gecreëerd voor veranderingen, als de
resultaten van het onderzoek hiertoe aanleiding geven. Zo betrok de commissie
bijvoorbeeld de apotheek bij een vragenlijst over medicatie.
Vorm van de
enquête,
verwerking van
gegevens
De Patiëntenraad van het OLVG werkt met gesloten vragen, aangevuld met de
uitnodiging tips en suggesties te noteren. Het waarderen van stellingen met een
cijfer is één van de werkwijzen, die zij hierbij toepassen. Door te werken met
een systeem, waarbij vragen die niet van toepassing zijn worden overgeslagen,
wordt minimale tijd gevraagd van de deelnemers aan het panel. Het invullen van
de vragenlijst kost de deelnemer maximaal10 minuten.
De Patiëntenraad werkt met de onderzoeksapplicatie van het ziekenhuis. In het
OLVG is dit het MWM2 systeem, dat ook gebruikt wordt bij de CQ index.
De Patiëntenraad Autismecentrum Rivierduinen adviseert om gebruik te maken
van bestaande programma’s voor de verwerking van de gegevens(zie
bijvoorbeeld https://nl.surveymonkey.com/,).
De Vraag van de Maand werkt met één maandelijkse open vraag.
Representativiteit
Waarschijnlijk komt de respons niet precies overeen met de verdeling van de
verschillende categorieën cliënten binnen de totale populatie. Zo verwacht de
Patiëntenraad van het OLVG dat er naar verhouding iets meer hoog opgeleiden
deelnemen aan het panel. In ons gesprek bij het FACT Zeist kwam naar voren,
dat verhoudingsgewijs veel FACT cliënten een angst hebben voor digitale
media. Op grond hiervan mag een lagere deelname dan gemiddeld aan een
digitaal cliëntenpanel worden verwacht. Als het aantal cliënten in het panel groot
is(bijvoorbeeld 100) zijn de resultaten voldoende representatief. Eén
cliëntenpanel voor de hele organisatie is hierom beter geschikt, dan meer
panels voor delen van de organisatie.
De Vraag van de Maand is een kleinschalig middel, dat geen representatieve
resultaten oplevert, maar wel ideeën, waar de cliëntenraad verder mee kan
gaan. Door samenwerking met de besloten Facebookpagina’s van JOVO en
ABC kan dit middel mogelijk versterkt worden.
6
Verslag van onderzoek naar achterbanraadpleging bij ambulante cliënten
Januari 2014
Samenvatting en advies:









Een groot panel is geschikt ter ondersteuning van advisering van de directie.
Een cliëntenpanel kan het best voldoen aan de informatiebehoefte van de cliëntenraad,
wanneer de raad zelf de input voor de vragenlijsten levert. Voor het vinden van geschikte
thema’s kan gebruik worden gemaakt van de eigen ervaringen van de raadsleden, het
beleidsplan van de cliëntenraad, informatie uit contacten met cliënten, Altris en de Vraag van de
Maand.
Betrek bij het voorbereiden en testen van de vragen afdelingen en personen die verstand
hebben van het onderwerp.
Zorg voor een vragenlijst, die binnen tien minuten kan worden ingevuld.
Communiceer naar de panelleden over de resultaten van de raadpleging .
Gebruik bij de werving het netwerk van de cliëntenraad en de kanalen van de organisatie. Vraag
de directie om toestemming voor een oproep in de ROM.
Als je een panel instelt, doe het dan niet voor een eenmalige enquête. Onderhoud je
netwerk(geef de deelnemers aandacht en gadgets).
Gebruik voor de verwerking van de gegevens bestaande programma’s.
Als je behoefte hebt aan nieuwe signalen en ideeën, onderzoek dan wat een samenwerking
tussen de Vraag van de Maand en de besloten Facebookpagina’s van JOVO en ABC kan
opleveren.
1.2
Cliëntenpanel in de vorm van een groepsgesprek
Bij een cliëntenpanel in de vorm van een groepsgesprek wordt een groep cliënten in de vorm van
een groepsgesprek bevraagd op één of meer onderwerpen.
Wij kennen binnen Altrecht drie cliëntenpanels: het panel Willem Arntsz(WA, 11), het Cliëntenpanel
van JOVO(12) en de Klankbordgroep Rintveld(13).
Doel
Advies aan de directie over zaken die de leden van het panel, de directie en/of
de cliëntenraad belangrijk vinden.
Werving
Het WA panel ontstond op initiatief van leden van de cliëntenraad WA en werd
gevuld door de initiatiefnemers en leden uit hun netwerk. Voor de twee laatste
panels zijn cliënten uit de divisies Aventurijn en Cura persoonlijk gevraagd door
hun behandelaar. Bij de klankbordgroep Rintveld en het Cliëntenpanel JOVO
vond de werving op de afdeling plaats op initiatief van de afdelingsleiding.
Deelnemers en
frequentie
3 tot 6 leden. Het WA panel heeft sinds haar oprichting zes adviezen
uitgebracht, waarvan drie op eigen initiatief en drie op verzoek van de
cliëntenraad. De Klankbordgroep Rintveld komt acht keer per jaar bijeen,
waarvan vier keer met de afdelingsleiding. Het panel van JOVO is in 2012 twee
keer bijeen geweest met de afdelingsleiding.
7
Verslag van onderzoek naar achterbanraadpleging bij ambulante cliënten
Januari 2014
Continuïteit,
deelnemers
vasthouden
Bij de Klankbordgroep Rintveld is de ondersteuner een stabiele factor. Bij
Rintveld en JOVO zijn de deelnemers gehecht aan de veilige sfeer van de
afdeling. Hun adviezen hebben een direct en praktisch resultaat, doordat de
afdelingsleiding ermee aan de slag gaat. Dat motiveert de deelnemers aan het
panel. Het panel JOVO kwam in 2013 niet bijeen vanwege veranderingen op de
afdeling. Bij één van de laatste WA panels hebben twee deelnemers afgehaakt.
Zij misten duidelijkheid over de te volgen werkwijze en beoogde resultaat, en
een onafhankelijk en kundig voorzitter.
Aanleiding tot de
vragen
Beleidsplan Cliënt Centraal van de Centrale Cliëntenraad
Representativiteit
Omdat er aan de laatste twee adviezen,over Cliënt Centraal, van het panel WA
per advies slechts twee cliënten uit de betrokken divisie hebben bijgedragen,
kan worden getwijfeld aan de representativiteit voor de divisie. Wanneer de
adviezen voor de drie divisies bij elkaar gelegd worden, ontstaat een
aannemelijk beeld. De afdelingsleiding van JOVO en Rintveld ervaren hun
panels als representatief, al streeft Rintveld wel naar een uitbreiding van het
aantal leden.
Samenvatting en advies:
Als de cliëntenraad zelf niet toe komt aan het uitdiepen van complexe vraagstukken, kan het een
oplossing zijn hiervoor opdracht te geven aan een cliëntenpanel in de vorm van een groepsgesprek.
Aanbevelingen hierbij zijn:
 Een eenmalig panel is niet efficiënt. Wanneer een panel opgeroepen kan worden voor het geven
van meer adviezen levert de tijd en energie die het kost om een panel op te richten en in stand
te houden verhoudingsgewijs meer op.
 Een onafhankelijk en kundig voorzitter en overeenstemming over de werkwijze zijn voorwaarden
voor continuïteit in het panel;
 Bewaak bij de samenstelling van het panel de representativiteit van het panel voor de afdeling
of de groep cliënten waar het advies over gaat.
 Maak het panel verantwoordelijk voor ledenwerving en voldoende leden.
 Ga in gesprek met de bestaande afdelingspanels en hun afdelingen om de mogelijkheden van
samenwerking te verkennen. Hun sterke kant is, dat de afdelingsmanagers graag met hun
adviezen aan de slag gaan. De panels willen hun zelfstandigheid behouden en niet opgaan in de
cliëntenraad. De Klankbordgroep Rintveld heeft belangstelling voor een spiegelgesprek.
Misschien kan en wil de cliëntenraad iets betekenen bij de ondersteuning van het Cliëntenpanel
van JOVO, waardoor de continuïteit van dit panel versterkt wordt.
1.3
Spiegelgesprek
Tijdens een spiegelgesprek(2, 14) zitten de cliënten in een halve kring met hun gezicht naar een
onafhankelijke gespreksleider toe. Daarachter zitten medewerkers van de afdeling in de rol van
toehoorder. De opstelling maakt het gemakkelijker voor de cliënten om vrijuit te spreken. De
gesprekken draaien om de beleving van cliënten, zij houden de toehoorders een spiegel voor. Er kan
aandacht worden besteed aan specifieke thema’s, als de afdeling of de cliëntenraad dat willen, zoals
bijvoorbeeld de informatievoorziening, of de organisatie van de behandeling.
8
Verslag van onderzoek naar achterbanraadpleging bij ambulante cliënten
Januari 2014
Bij een spiegelgesprek brengen de cliënten naar voren wat voor hen het belangrijkste is bij de zorg.
Het is een open manier van vragen. Het spiegelgesprek biedt gelegenheid om door te vragen en
ruimte voor een onderlinge gedachtewisseling tussen de deelnemers. De betrokken medewerkers,
die als toehoorder in de zaal zitten, horen de ervaringen van de cliënten uit de eerste hand. Dit
stimuleert hen vast te houden wat door de cliënten gewaardeerd wordt en, waar mogelijk, te
veranderen, waar zij dit wensen. Ook voor de vertegenwoordigers van de cliëntenraad is het
persoonlijk ervaren van het spiegelgesprek waardevol. Dit is maar gedeeltelijk over te brengen in
een verslag.
Spiegelgesprekken worden toegepast in de somatische zorg en in de geestelijke gezondheidszorg op
initiatief van het management en in het kader van kwaliteitsbeleid. Samen met de betrokken
afdelings- en teamleiding hebben wij spiegelgesprekken georganiseerd bij Brinkveld en de
deeltijdbehandeling van het RPC Woerden. De afdeling Marketing en Communicatie heeft ons hierbij
ondersteund. Een tweede spiegelgesprek bij Brinkveld en een spiegelgesprek bij JOVO zijn niet
doorgegaan wegens te weinig belangstelling bij de (ex)cliënten om aan het gesprek deel te nemen.
Doel
Feedback van cliënten van een afdeling aan afdelingsmanagement en –
medewerkers over hun ervaring met de geboden zorg. In het spiegelgesprek is
het mogelijk om door te vragen en kunnen de cliënten met elkaar in gesprek,
waardoor je inzicht krijgt in de verschillen in hun beleving.
Werving
Door een schriftelijke uitnodiging, ondersteund door contact met de
behandelaar(Brinkveld, JOVO), door mondelinge uitleg door de coördinator van
de deeltijdbehandeling en mondelinge toelichting hierop door de
cliëntenraad(RPC Woerden).
Deelnemers
Vijf ex cliënten(Brinkveld, 20 uitnodigingen verstuurd) en 14 cliënten(RPC
Woerden, alle uitgenodigde deelnemers).
Presentje voor
deelnemers
Het boek Herstel Bestaat
Aanleiding tot de
vragen
Bij beide afdelingen en ook bij JOVO wilde de leiding van de cliënten weten hoe
zij de geboden zorg ervaren, wat hierbij voor hen belangrijk is en of het aansluit
bij hun behoeften. Vanuit de teams van medewerkers was er behoefte om dit
van de (ex) cliënten te horen.
Voorbereiding
Er zijn veel partijen en personen bij de voorbereiding betrokken. Dit kost bij de
afdeling tijd en aandacht(secretariaat, medewerkers) en het kost doorlooptijd.
We hebben gewerkt met een draaiboek en vooraf afgestemd over onze
verwachtingen en wensen.
Representativiteit
Bij Brinkveld hebben alle betrokkenen de deelnemers als representatief ervaren.
Bij het RPC Woerden was de representativiteit 100%. (Al hadden we hier wel de
indruk, dat de cliënten hier soms iets positiever formuleerden, dan zij eigenlijk
bedoelden)
9
Verslag van onderzoek naar achterbanraadpleging bij ambulante cliënten
Januari 2014
Samenvatting en advies:







Een spiegelgesprek is een goed middel, als je wilt weten hoe de cliënten van een afdeling de zorg
ervaren, als je hierbij wilt doorvragen en als je draagvlak voor veranderingen wilt hebben bij het
management en de medewerkers.
Een spiegelgesprek kan alleen van de grond komen, als het management van de afdeling het net
zo graag wil als de cliëntenraad. Bespreek met het management wie het voortouw neemt bij de
organisatie: de afdeling of de cliëntenraad.
Een voorwaarde om een spiegelgesprek te kunnen organiseren is, dat het past in het proces op
de afdeling. Spreek af, dat ze het In het jaarplan zetten.
Bij veel veranderingen op de afdeling, zoals wisseling van management, of onrust rond
reorganisaties, krijg je een spiegelgesprek niet georganiseerd.
Een kundig en onafhankelijk voorzitter is essentieel. Ons is het duo voorzitterschap van één van
de leden van ons team met het hoofd van Marketing en Communicatie goed bevallen.
Ex cliënten zijn geen geschikte groep om uit te nodigen: je moet teveel moeite doen voor te
weinig respons.
Nodig de deelnemers breed uit en gebruik hiervoor verschillende communicatiemiddelen.
1.4
Interview
Wij hebben acht persoonlijke interviews gehouden met cliënten van afdelingen, waar wij op een
andere manier moeilijk feedback konden krijgen. Onze werkwijze is afgeleid van de
onderzoeksmethode ‘shadowing’: degene die ‘shadowt’ loopt met de patiënt mee in zijn
behandelproces. Dit kan een letterlijk meelopen zijn, maar hij kan ook de verschillende stappen in
het zorgproces in kaart brengen en de cliënt vragen naar zijn ervaringen en mening.
Shadowing is vooral geschikt bij onderwerpen, die het zicht van één afdeling of persoon overstijgen.
Het kan gebruikt worden bij de evaluatie van een proces of specifieke aandachtspunten, als
bijvoorbeeld bewegwijzering of informatievoorziening. Het is een geschikt middel bij het checken
van coördinatie, afstemming, samenhang en continuïteit. Het geeft inzicht in lacunes en
overlappingen in een totaalproces(2c).
De Centrale Cliëntenraad gaf ons de opdracht mee de cliënten te bevragen op hun ervaring met
‘cliënt centraal’, ‘ervaringsdeskundigheid’ en ‘aandacht voor lichamelijke gezondheid’. De interviews
zijn afgenomen door Jos van der Meer, professioneel interviewer, en één van de leden van ons
projectteam. De interviews duurden één tot anderhalf uur.
Doel
12 interviews met cliënten van FACT, Jeugd en Aventurijn over hun ervaringen
met het behandelproces en de aansluiting ervan op hun behoeften en andere
activiteiten.
Werving
Verzoek van de behandelaar aan de cliënten, bij Jeugd aan de cliënten en hun
ouders.
Deelnemers
4 cliënten van FACT Zeist, 2 cliënten samen met een ouder van Jeugd en 2
cliënten van het Ambulant Centrum van Aventurijn
10
Verslag van onderzoek naar achterbanraadpleging bij ambulante cliënten
Januari 2014
Presentje voor
deelnemers
Het boek Herstel Bestaat en een cadeaubon van € 10,-.
Aanleiding tot de
vragen
Wens van het projectteam te vragen naar het proces van de behandeling en
inbreng van de Centrale Cliëntenraad vanuit het Beleidsplan Cliënt Centraal.
Voorbereiding
Afspraken met interviewer Jos van der Meer, afspraken met de afdelingen en
cliënten over werving, doel van het onderzoek, verslaglegging, voorwaarden en
praktische zaken.
Representativiteit
De aantallen zijn te klein voor een representatief beeld. We hebben de indruk,
dat door deze interviews, ook al zijn het er maar twee per afdeling, een
waardevol inzicht ontstaat in wat de cliënten van een specifieke afdeling
belangrijk vinden, wat de sterke punten zijn van de aanpak van de afdeling en in
mogelijke verbeterpunten, al vinden niet alle cliënten dat er verbeterpunten zijn.
Samenvatting en advies:






1.5
Interviews geven, ondanks kleine aantallen, toch een beeld van de cliëntengroep en ervaringen
met het behandelproces.
Waar het niet lukt om een spiegelgesprek te organiseren, lukt dit met interviews mogelijk wel,
omdat het gemakkelijker te organiseren is. Interviews kunnen een goed middel zijn bij
afdelingen, waar het niet gemakkelijk lukt om cliënten te vinden, die mee willen doen aan een
cliëntenpanel.
De afdelingen deden de werving ‘erbij’, waardoor het er wel eens bij in schoot om cliënten voor
een interview te interesseren. Lange termijnafspraken, bijvoorbeeld door interviews op te
nemen in het jaarplan van het team, kunnen helpen de wervingsactiviteiten te integreren in de
werkwijze van het behandelteam.
Enthousiasme bij de afdeling is een voorwaarde voor het vinden van deelnemers aan de
interviews. (Wij zullen aan de betrokken afdelingen voorstellen om de resultaten van de
gehouden interviews in een teamoverleg toe te lichten. Tevens willen wij dan de belangstelling
voor volgende interviews bij de afdelingen peilen).
Betrokkenheid van de cliëntenraad is belangrijk, voor de evaluatie met de afdeling achteraf en
voor het benoemen van thema’s en vragen, die passen in het beleid van de raad.
Een kundige interviewer is een voorwaarde voor een geslaagd interview.
Wachtkamergesprek
Bij een wachtkamergesprek vraagt een vertegenwoordiger van de cliëntenraad aan een cliënt, die op
een afspraak met een behandelaar wacht, of hij of zij aansluitend aan dit behandelcontact in contact
wil treden. Bijvoorbeeld door een persoonlijk gesprek of het invullen van een enquête in de
wachtkamer of een naastgelegen ruimte. Het projectteam heeft deze methode niet uitgevoerd,
omdat de teamleden deze benadering te belastend vinden voor de cliënten.
De cliëntenraad van Palier benadert cliënten van de forensische polikliniek op deze manier. De leden
van de raad nemen voor enkele dagen plaats in de wachtkamer en maken het de cliënten naar de zin
met broodjes en versnaperingen. De leden van de cliëntenraad waarderen de ontmoetingen die dit
11
Verslag van onderzoek naar achterbanraadpleging bij ambulante cliënten
Januari 2014
oplevert. Veel informatie over de ervaringen en de wensen van de cliënten levert dit niet op aan de
raad.
Het Projectteam Quick Fit van de cliëntenraad Altrecht organiseerde een inloopmiddag over sport en
bewegen voor cliënten, die hun depot kwamen halen bij het FACT in Utrecht. De cliënten werden
hiervoor in de wachtkamer uitgenodigd. Een lunch en gadgets maakten de bijeenkomst extra
aantrekkelijk. De opkomst van 10 deelnemers(vooral mensen die al actief waren) stelde de
organisatoren teleur(15).
Samenvatting en advies:

1.6
Wij adviseren om wachtkamergesprekken niet toe te passen, omdat weinig cliënten aansluitend
aan het behandelcontact in gesprek willen.
Meldpunt
Bij een meldpunt worden burgers, consumenten of patiënten opgeroepen hun ervaringen met een
dienst of een product te melden. Altrecht roept de cliënten op hun ervaringen te melden bij
Zorgkaart Nederland. Het Landelijk Platform GGZ heeft het meldpunt Meldjezorg en wanneer een
klacht niet goed is afgehandeld door een zorginstelling kunnen mensen terecht bij het Landelijk
Meldpunt Zorg(16). Om binnen Altrecht een meldpunt voor cliënten op te zetten moet veel werk
worden verricht om de cliënten te bewegen hieraan mee te doen. Met dezelfde inspanning kan een
digitaal cliëntenpanel worden opgezet. Wij verwachten dat de cliëntenraad met een digitaal
cliëntenpanel meer specifiek feedback op kan halen bij de cliënten dan met een meldpunt. Een
meldpunt levert met dezelfde investering minder op.
De Zorgkaart Nederland vermeldt ervaringen van Altrecht cliënten met de zorg van afdelingen van
Altrecht. De respons per afdeling is klein en de inhoud van de reacties vaak extreem positief of
negatief. Hierdoor is de waarde van de informatie van dit meldpunt beperkt.
Samenvatting en advies:

1.7
Het opzetten van een Meldpunt levert weinig informatie op in relatie tot de energie die erin
gestoken moet worden. Als je de tijd en energie hebt, kun je beter kiezen voor een digitaal
cliëntenpanel.
Poll op het Internet
Door een poll op het Internet kunnen de mensen reageren op een stelling, of een vraag. Een poll
werkt met een gesloten manier van vragen. Meestal zijn er twee of drie antwoordmogelijkheden.
Om het meedoen aan een poll aantrekkelijk te maken komen de aanbieders van zo’n poll frequent
met een nieuwe stelling of vraag. Een klein gedeelte van de cliënten bezoekt de digitale media van
de cliëntenraad. Het steeds weer verzinnen van nieuwe stellingen of vragen is veel werk.
Samenvatting en advies:

Een poll levert weinig feedback op voor de tijd en energie die je erin steekt.
12
Verslag van onderzoek naar achterbanraadpleging bij ambulante cliënten
Januari 2014
1.8
Altris, jaarverslag van de Klachtencommissie, jaarverslag van Stichting PVP
Een snelle methode om feedback te vinden is gebruik te maken van het programma Altris(17). Hier
vind je, op het niveau van het team, de afdeling, de divisie en de gehele organisatie de scores op de
prestatie indicatoren Zichtbare Zorg, drop out en wachttijden(18).
Om verslag te kunnen doen over de resultaten en de kwaliteit van de zorg hanteren de instellingen
in de Geestelijke Gezondheidszorg en de Verslavingszorg een Kernset Prestatie-indicatoren. Deze
prestatie-indicatoren leveren informatie over drie thema’s: effectiviteit van zorg, veiligheid en
cliëntervaring.
De informatie over de cliëntervaring wordt verzameld door de Cliëntenthermometer en de CQ index.
Hier vind je informatie over ‘informed consent’(de vastgelegde toestemming van de cliënt met het
behandelplan), de keuzevrijheid ten aanzien van de behandelaar en het zorgaanbod, de aanpak in de
behandeling, de bejegening en de informatievoorziening.
Het thema Effectiviteit van Zorg bevat informatie over het oordeel van de cliënt over de verandering
van de ernst van de problematiek, in het dagelijks functioneren en de kwaliteit van leven. Informatie
over drop out valt ook onder dit thema.
Wachttijden zijn niet opgenomen in de prestatie-indicatoren Zichtbare Zorg. Altris geeft hierover
informatie op de vier niveaus van Altrecht breed tot teamniveau.2
Ook klachten zijn een vorm van feedback. De jaarverslagen van de Klachtencommissie en de
Stichting PVP geven hiervan het overzicht.
Samenvatting en advies:

1.9
De gegevens over de cliëntervaring en drop out en de informatie over wachttijden uit Altris en
het jaarverslag van de Klachtencommissie zijn voor de cliëntenraad een startpunt om bij de
cliënten door te vragen op specifieke thema’s.
Deelnemen aan activiteiten van afdelingen
Familiebijeenkomsten van de Es
Ongeveer twee keer per jaar organiseert de Es informatiebijeenkomsten voor familie en
betrokkenen, waar ook de cliënt welkom is. Wij hebben twee avonden bezocht, in het Antonius
Ziekenhuis Leidsche Rijn en in Zeist(19). Na een algemene inleiding voor de pauze, werd de groep
gesplitst. Wij hebben toen meegedaan aan de groep voor cliënten.
Culturele middag van FACT Zeist
Fact Zeist organiseert twee keer per jaar een culturele middag: onder andere met muziek door
cliënten en medewerkers, hapjes en volop mogelijkheden tot contact zonder bijbedoelingen.
Eetcafé van Kade 17
Op de maandagavond organiseert Kade 17 een eetcafé voor cliënten in buurthuis Sterrenwijk
2
Informatie over wachttijden is geen feedback van cliënten. Omdat wij gemerkt hebben, dat veel
cliënten korte wachttijden erg belangrijk vinden, vermelden wij dit hier toch.
13
Verslag van onderzoek naar achterbanraadpleging bij ambulante cliënten
Januari 2014
Besloten Facebookpagina’s van JOVO en ABC
JOVO en ABC hebben een eigen besloten Facebookpagina. De beheerders van deze pagina’s staan
open voor een verdere verkenning van de mogelijkheden tot samenwerking met de cliëntenraad.
Samenvatting en advies:

Activiteiten van afdelingen bieden de mogelijkheid om gemakkelijk contact te maken met
cliënten. De cliënten en de afdelingen waarderen de aanwezigheid van vertegenwoordigers van
de cliëntenraad. Je kunt er een indruk krijgen van wat cliënten van deze afdelingen bezig houdt.
1.10
Internet, sociale media
De pagina’s van de cliëntenraad op het Internet, op Facebook en Twitter worden door een zeer klein
gedeelte van de cliënten van Altrecht gelezen(20). Ze worden vooral gebruikt om informatie op te
halen. De cliënten komen ermee in aanraking, nadat zij op een andere manier zijn geïnformeerd
over de cliëntenraad, als zij op zoek zijn naar meer informatie. Het contact tussen de cliëntenraad en
een cliënt komt bijna altijd tot stand via de afdeling waar de cliënt in behandeling is, meestal na een
tip van de behandelaar.
De besloten Facebookpagina’s van JOVO en ABC worden goed bezocht door de cliënten.
Samenvatting en advies:



De afdeling en de behandelaar zijn de belangrijkste kanalen waardoor de cliënt in contact komt
met de cliëntenraad
De open pagina’s van de cliëntenraad op Internet, Facebook en Twitter bieden de mogelijkheid
om informatie te verspreiden en gevonden te worden. Als middel om met cliënten in contact te
komen hebben zij weinig kracht. Besloten pagina’s van de eigen afdeling zijn bij cliënten wel
populair
Onderzoek samen met JOVO, ABC en de klankbordgroepen van JOVO en Rintveld, of de cliënten
van deze afdelingen door samen te werken beter kunnen worden bereikt.
14
Verslag van onderzoek naar achterbanraadpleging bij ambulante cliënten
Januari 2014
Hoofdstuk 2
Matrix van methoden en doelgroepen
Methode
Doelgroep
Sterk
Zwak
Voorwaarden
Digitaal
cliëntenpanel



Representatief
Goede input
voor advies
Je kunt
doorvragen

Opzetten en
onderhouden
van het panel
vraagt veel tijd

Goede input
voor advies
Je kunt
doorvragen

Continuïteit

Alle cliënten van
Altrecht

Cliëntenpanel in
groepsgesprek


Alle cliënten van
Altrecht
Cliënten van
afdeling




Spiegelgesprek

Cliënten van
een afdeling, of
een behandelteam



Interviews
Wachtkamergesprek


Cliënten die je
op een andere
manier moeilijk
bereikt
Cliënten van
een afdeling of
team



Draagvlak bij
management
en
medewerkers
Representatief
Je kunt
doorvragen
Je kunt diep
doorvragen
Je krijgt een
indruk van
cliënten van
een afdeling,
of team
Je kunt
doorvragen



Alle cliënten van
Altrecht

Poll op Internet

Alle cliënten van
Altrecht

Altris
Verslag klachtencie
Verslag St. PVP

Alle cliënten van
Altrecht
(team- tot
organisatieniveau)


Specifieke
afdelingen

Activiteiten van
afdelingen





Antwoord op
vraag van de
cliëntenraad
Antwoord op
vraag van de
cliëntenraad

Representatief
Veel informatie
met relatief
weinig moeite

Veel contact
met weinig
moeite
Beeld van de
doelgroep

15




Meldpunt
Organisatie kost
veel tijd
Continuïteit


Minimaal 80
deelnemers
Werving via
Altrecht
kanalen,
waaronder
ROM
Bewaak:
kwaliteit van
de voorzitter
en representativiteit
Panel werft
zelf leden
Lange termijn
afspraken
met afdeling
Rust op
afdeling
Kwaliteit
voorzitter
Lange
termijnafspra
ken met de
afdeling
Kwaliteit
interviewer
Kost veel tijd per
cliënt
Niet representatief

Weinig
informatie voor
veel moeite
Niet cliënt
vriendelijk
Weinig
informatie voor
veel moeite
Weinig
informatie voor
veel moeite

Deelnemers

Minimaal 80
deelnemers


Cliëntenraad
bepaalt niet zelf
de thema’s en
de vragen
Geen persoonlijk
contact
Geen antwoord
op specifieke
vragen

Deelnemers
Minimaal
maandelijks
een nieuwe
vraag
Toegang tot
Altris


Afspraken
met de
afdeling
Verslag van onderzoek naar achterbanraadpleging bij ambulante cliënten
Januari 2014
Hoofdstuk 3
Conclusies en aanbevelingen
Het vinden van voldoende cliënten, die mee willen doen aan een achterbanraadpleging bleek een
moeilijke en tijdrovende opgave te zijn. We adviseren de cliëntenraad gebruik te maken van een
combinatie van methoden: methoden die naar verhouding weinig tijd en energie kosten, maar
relatief weinig informatie geven en methoden, die meer informatie geven, maar ook bewerkelijker
zijn.
In de laatste paragraaf van dit hoofdstuk schenken we aandacht aan de organisatie van de
achterbanraadpleging bij de cliëntenraden en projectteams van Altrecht.
We vermelden steeds eerst onze bevindingen en daarna ons advies.
3.1
Methoden die naar verhouding weinig tijd kosten
Altris geeft een beperkte hoeveelheid informatie over veel cliënten.
Het zelf organiseren van contacten met cliënten kost veel tijd. Meedoen aan activiteiten die
afdelingen voor hun cliënten organiseren biedt een gemakkelijke mogelijkheid tot contact, maar niet
altijd de feedback waarnaar we op zoek zijn.
Advies:
 Maak gebruik van de informatie uit Altris en de jaarverslagen van de Klachtencommissie en
de Stichting PVP.
 Neem deel aan mogelijkheden tot contact, die de afdelingen organiseren(culturele middag,
eetcafé, familiebijeenkomsten).
3.2
Altrecht breed digitaal cliëntenpanel
Voor Altrecht brede vragen, bijvoorbeeld naar de ervaringen van cliënten met de gevolgen van een
reorganisatie, of wensen ten aanzien van E health, kun je een Altrecht breed digitaal cliëntenpanel
opzetten. Dit levert informatie op om adviezen aan de directie te onderbouwen. Een geslaagd panel
voor heel Altrecht heeft minimaal tachtig deelnemers. Het werven en vasthouden van de
deelnemers kost veel tijd en energie. Het is de moeite waard, als je kunt en wilt voldoen aan de deze
voorwaarden:
 Toestemming van de directie aan de Centrale Cliëntenraad om bij de ROM de vraag te
mogen opnemen, of de cliënt bereid is om deel te nemen aan een digitaal
cliëntenpanel(uiteraard met een korte toelichting);
 Minstens één maal per jaar een vraagstelling vanuit de Centrale Cliëntenraad, die we
kunnen uitwerken in een enquête;
 Intensief relatiebeheer bij alle contacten met cliënten: vragen of ze aan het panel mee willen
doen en reacties van cliënten belonen met gadgets en informatie.
Advies:
 Een besluit van de Centrale Cliëntenraad over het al of niet opzetten van een Altrecht breed
digitaal cliëntenpanel.
16
Verslag van onderzoek naar achterbanraadpleging bij ambulante cliënten
Januari 2014
3.3
Feedback van cliënten van afdelingen
Voor de cliënten is de afdeling, waar zij in behandeling zijn bekend en veilig. De cliëntenraad staat
verder van hen af. De medewerking van de afdeling en de behandelaars is nodig om cliënten te
werven, die feedback willen geven. De wijze van communiceren kan bij de afdelingen gevoelig
liggen. Als de focus is: ‘het opsporen van dingen, die niet goed gaan’ strandt de samenwerking. Als
je samen wilt onderzoeken hoe de cliënten de geboden zorg beleven en als hierbij verbeterpunten
naar voren komen, zal niemand daar tegen zijn.
De samenwerking met afdelingen lukt het beste, als de achterbanraadpleging een antwoord biedt op
vragen van zowel cliëntenraad als van de afdeling, als ze er dus allebei belang bij hebben. Als er
onrust is op de afdeling, bijvoorbeeld door wisseling van management, kan het verstandig zijn om de
samenwerking uit te stellen, totdat de rust is weergekeerd.
Het spiegelgesprek, het interview, het cliëntenpanel in de vorm van een groepsgesprek, een
klankbordgroep van een afdeling en een besloten Facebookpagina bieden mogelijkheden tot contact
en feedback.
Afspraken maken met de afdelingen is belangrijk. Als het Projectteam Achterbanraadpleging weet
welke activiteiten eraan komen, kan de inzet van mensen en hun training hierop worden afgestemd.
Bij de afdelingen zal de uitvoering van afspraken er minder bij in schieten, als de samenwerking met
het projectteam is opgenomen in de planning van de afdeling en de activiteiten zijn ingepast in
bestaande contactmomenten en routines. Cliënten en afdelingen worden reageer-moe, als ze op
onverwachte momenten en op onverwachte manieren verzoeken om medewerking krijgen.
Kansen voor samenwerking met afdelingen zitten bij het Lean Netwerk van Altrecht(21), de
cliëntenpanels bij Rintveld, JOVO en E health en de besloten Facebookpagina’s van JOVO en ABC. De
gedachte, dat de cliëntenraad en de afdelingen een gezamenlijk belang hebben bij
achterbanraadpleging past binnen Lean, omdat je op een efficiënte manier kunt werken aan
kwaliteit als je weet hoe de cliënt de geboden zorg ervaart en zijn wensen kent. De contactpersonen
in bijlage 3 kunnen worden benaderd voor vervolgstappen en informatie.
Advies:


3.4
Onderzoek de samenwerkingsmogelijkheden met afdelingen. Benoem gemeenschappelijke
belangen en maak afspraken over gezamenlijke activiteiten, beoogde resultaten en de
onderlinge samenwerking.
Maak afspraken met afdelingen voor een langere termijn, bijvoorbeeld voor de periode van
een jaar. Werk bij het maken van deze afspraken samen bij de verschillende raden en teams
binnen de cliëntenraden, zodat ook de afdelingen de samenwerking niet als ‘ad hoc’
ervaren.
Organisatie
Het werken met een gespecialiseerd team voor achterbanraadpleging is ons goed bevallen: ieder
doet waar hij goed in is en het team kan focussen op zijn taak. Voor de duur van het onderzoek
hebben we, als dit nodig was, op ad hoc basis samengewerkt met de cliëntenraden en het
Projectteam Quick Fit.
17
Verslag van onderzoek naar achterbanraadpleging bij ambulante cliënten
Januari 2014
Een team voor de achterbanraadpleging heeft voeding nodig uit de cliëntenraad: vragen die de raad
aan de cliënten wil stellen en informatie over wat er met de feedback van de cliënten is gedaan door
het management en door de cliëntenraad zelf.
Vooral bij persoonlijke methoden van achterbanraadpleging, zoals het spiegelgesprek en het
interview, bereikt er informatie de cliëntenraad niet, doordat hier de persoonlijke ervaring en indruk
maar beperkt in een verslag kan worden overgebracht.
Afspraken die naar aanleiding van een achterbanraadpleging worden gemaakt met de leiding van
een afdeling moeten worden gevolgd.
En er zijn goede afspraken nodig tussen het team achterbanraadpleging en de cliëntenraad over de
opvolging van de afspraken, die het team maakt met het management in de nabespreking van een
achterbanraadpleging.
Advies:





Houd een gespecialiseerd team voor achterbanraadpleging bij ambulante cliënten voor het
opzetten van een Altrecht breed digitaal cliëntenpanel(als de cliëntenraad hiertoe besluit)
en voor het onderzoeken en experimenteren met de samenwerking met de afdelingen.
Spreek af wie de gegevens uit Altris onderzoekt: de Centrale Cliëntenraad, de divisieraden,
of het Team Achterbanraadpleging.
De cliëntenraden van de divisies pakken de activiteiten op, die het experimenteerstadium
voorbij zijn, zoals bijvoorbeeld deelname aan bijeenkomsten voor familie en cliënten en
culturele middagen.
Zorg voor voeding van het Team Achterbanraadpleging vanuit de Centrale Cliëntenraad,
bijvoorbeeld door het taakgebied achterbanraadpleging te beleggen bij één of meer leden
van de raad, of door een vertegenwoordiging van het team achterbanraadpleging in de
Centrale raad.
De cliëntenraden van de divisies en het Projectteam Quick Fit maken afspraken met het
Team Achterbanraadpleging Ambulante Cliënten over samenwerking en taakverdeling met
als doel: opvolging van afspraken met afdelingen naar aanleiding van achterbanraadpleging,
gebruik maken van elkaars kennis en sterke kanten, elkaar helpen en een zorgvuldig beheer
van de relaties met cliënten en afdelingen.
18
Verslag van onderzoek naar achterbanraadpleging bij ambulante cliënten
Januari 2014
Hoofdstuk 4
4.1
Resultaten van de uitgevoerde achterbanraadpleging
Vraag van de Maand
In maart 2013 hebben we het project De vraag van de maand opgestart wat heeft doorgelopen tot
en met december. Elke maand hebben we een vraag gesteld aan (ex)cliënten van Altrecht. Dit ging
via de E-mail, via Internet en via het verspreiden van flyers. De respons was laag, tussen de vijf en elf
deelnemers per keer. De resultaten werden elke maand verwerkt tot een eindverslag welke de
deelnemers via de e-mail gestuurd kregen(5). De deelnemers vinden de vraag van de maand leuk, ze
voelen zich gestimuleerd om bewust te worden van het behandelproces en hun eigen inbreng daarin
en een aantal van hen waardeerde de mogelijkheid om hierover met de projectleider van gedachten
te wisselen. Hiermee kreeg de Vraag van de Maand ook een aspect van lotgenotencontact.
Voor de cliëntenraad biedt de Vraag van de Maand weinig nuttige informatie. Dit heeft ook te
maken met de hoeveelheid reacties, door het lage aantal is het niet representatief. Vanuit de
cliëntenraden kregen we nauwelijks reacties op de resultaten van de Vraag van de Maand.
Waarschijnlijk hing dit samen met het feit, dat de vragen die we aan de cliënten voorlegden niet
afkomstig waren van de cliëntenraden, maar door ons zelf waren bedacht. Soms brengt de vraag van
de maand een onverwacht inzicht, of idee. Bijvoorbeeld bij de vraag naar de ervaringen van de
cliënten met wachten. Naar aanleiding van één van de reacties onderzocht de projectleider effecten
van kleurgebruik in de gebouwen(22). De cliëntenraad Jeugd Cura Senior(JCS), die betrokken was bij
de opening van een nieuwe afdeling in het Antonius Ziekenhuis in de Leidsche Rijn, pakte dit op. Bij
de Vraag van de Maand, zoals wij hem hebben uitgevoerd kost het in verhouding met wat er uit
komt veel inspanning om dit middel toe te passen, er gaat veel tijd zitten in het bedenken van goede
vragen en het werven van deelnemers.
De Vraag van de Maand kan dus bruikbare ideeën opleveren en het heeft een waarde bij
lotgenotencontact. Een voorwaarde voor een goede Vraag van de Maand, is dat de vragen aan de
cliënten aansluiten bij een informatiebehoefte bij de cliëntenraad en dat het wat efficiënter werkt.
Mogelijk biedt een samenwerking met de besloten Facebookpagina’s van JOVO en ABC hiervoor
kansen.
4.2
Spiegelgesprekken bij Brinkveld en RPC Woerden
Op 3 juli 2012 organiseerde de cliëntenraad samen met Brinkveld voor de eerste keer een
spiegelgesprek. Het tweede spiegelgesprek, op 16 september 2013, vond plaats bij het RPC
Woerden. Hier was het spiegelgesprek een samenwerking tussen de cliëntenraad, het RPC en de
afdeling Marketing en Communicatie. De deelnemers waren ex cliënten van de klinieken(Brinkveld)
en cliënten van de deeltijdbehandeling.
Bij beide afdelingen reageerden de cliënten positief op de behandeling: goede behandeling,
duidelijkheid over het behandelplan en een evenwichtig samengesteld behandelteam.
Wensen waren er ook. Beide afdelingen gingen hiermee aan de slag. Brinkveld met de intake en het
betrekken van familie en relaties. Het RPC met praktische zaken, zoals het verbeteren van de
bereikbaarheid van de receptie op de maandagmorgen en een strakkere organisatie van de
begeleiding bij medicatie.
19
Verslag van onderzoek naar achterbanraadpleging bij ambulante cliënten
Januari 2014
4.3
Interviews
Afdelingen:
Polikliniek Jeugd,
2 cliënten
FACT Zeist,
4 cliënten
Ambulant Centrum Aventurijn, 2 cliënten
Projectmedewerkers, interviewers en verslagleggers:
Jos van der Meer, Rinie Blauw Griffoen, Annabelle van Willenswaard
Interviews
In totaal hebben er 8 interviews plaatsgevonden.
Hierbij werd de cliënt individueel bevraagd over de zorg van Altrecht. De gegevens zijn verwerkt in
een interview samenvatting per afdeling(23). Dit verslag is de samenvatting van deze
samenvattingen.
De verwerkte interviews
We hebben de interviews per afdeling verwerkt tot een aantal punten. Deze punten waren:
1-Wat levert de hulp van Altrecht de cliënt op/heeft het de cliënt opgeleverd?
2-Wat komt als extra aandachtpunten naar boven bij de individuele interviews van de cliënt?
3-Wat is belangrijk voor de cliënt om Altrecht heen?
En als extra punten:
4-Cliënt centraal
5-Ervaringsdeskundigheid
In dit verslag staan de meest naar voren komende punten, dus niet de individuele punten van
cliënten/afdelingen. En zal ik dieper ingaan op de extra punten (4 en 5) cliënt centraal en
ervaringsdeskundigheid.
20
Verslag van onderzoek naar achterbanraadpleging bij ambulante cliënten
Januari 2014
1. Wat levert de hulp van Altrecht de cliënt op/ heeft het de cliënt opgeleverd?
Je verhaal kwijt kunnen: Iemand die naar je luistert, die je serieus neemt, die begrip heeft. Er niet
meer alleen voor staan.
Een diagnose. Een diagnose geeft de cliënt houvast, duidelijkheid en erkenning. “Dankzij de diagnose
kon ik verder.” En ook voor de omgeving is het vaak prettig. Zo vertelt een moeder van een cliënte
“De diagnose gaf me rust. Ik wist eindelijk wat er aan de hand was.”
Medicatie. De cliënten slikken allen medicatie die hen ondersteunt.
Een behandelplan. Het behandelplan geeft structuur en duidelijkheid aan de cliënt. Ze kunnen
terugblikken op waar ze vandaan komen en doelen stellen voor het komende jaar.
Inzicht. De cliënten krijgen meer inzicht in de problematiek en meer inzicht in zichzelf. Ze leren
omgaan met problemen, signalen herkennen en ingrijpen wanneer nodig. Hierdoor kan de cliënt
groeien en in zijn/haar eigen kracht gaan geloven.
Vertrouwen in de toekomst. Dankzij de hulp hebben de cliënten vertrouwen in de toekomst. De ene
gaat weer naar school, de ander rondt de therapie vol vertrouwen af om het vervolgens alleen te
gaan doen. Weer een ander “Zonder Altrecht had ik hier nu niet gezeten.” Altrecht is voor velen de
voorwaarde om verder te kunnen.
2. Wat komt als extra aandachtpunten naar boven bij de individuele interviews van de cliënt:
De intake. Het binnenkomen bij Altrecht en het eerste intake gesprek gaat enkele keren zeer
moeizaam. Hierbij duurt het wachten op een eerste gesprek lang. Bij de ene een paar weken bij de
ander zelfs een paar maanden. Ook moet er door enkele cliënten actief achteraan worden gezeten.
“Ik moest meerdere keren erachteraan bellen voor ik eindelijk een afspraak had.”(als deze
opmerking de fam. van der Nie betreft, stel ik voor hem weg te laten. Ze hebben het wachten als heel
lang ervaren, maar in de praktijk zijn ze snel geholpen(
Informatie verstrekking. Informatie over een diagnose, over medicatie maar ook bijvoorbeeld over
de mogelijkheid voor lotgenoten contact of activiteiten.
Het wisselen van hulpverleners. Het wordt als zeer onprettig ervaren wanneer de cliënt vaak moet
wisselen tussen hulpverleners. De cliënt moet dan telkens weer opnieuw wennen, vertrouwen
opbouwen en opnieuw zijn/haar verhaal doen.
3. Wat is belangrijk voor de cliënt om Altrecht heen:
Voor de cliënt zijn vooral dingen belangrijk als invulling geven aan zijn/haar leven zoals studie, werk
en sport. Verder zijn sociale contacten belangrijk, zowel voor de gezelligheid als voor steun.
Extra punten:
4. Cliënt centraal:
De cliënt staat/voelt zich vaak centraal staan. De voorwaarden hiervoor zijn:
De hulpverlening kijkt naar de cliënt als mens, naar het geheel en niet alleen naar een etiket. Er
wordt van de cliënt uitgegaan als individu en er is ruimte voor de behoefte van de cliënt.
De hulpverlener luistert goed en neemt de cliënt serieus.
De cliënt groeit en er wordt uitgegaan van zijn/haar eigen kracht.
Er is inspraak op het behandelplan, deze wordt samen opgesteld en besproken.
Een voorwaarde waar extra aandacht aan mag worden besteed is de informatieverstrekking aan de
cliënt. Deze informatie kan gaan over medicatie, informatie over de psychische stoornis en
informatie over mogelijkheden voor de cliënt.
Waardoor de cliënten zich nog meer centraal voelen is de flexibele mogelijkheden die Altrecht biedt.
Er kan in bijna alle gevallen tussendoor gemaild worden met de hulpverleners en er is mogelijkheid
21
Verslag van onderzoek naar achterbanraadpleging bij ambulante cliënten
Januari 2014
om extra gesprekken in te plannen wanneer dit nodig is. De cliënten vinden het erg fijn dat dit kan,
ook als ze er nauwelijks gebruik van maken. Het geeft vertrouwen en een veilig gevoel.
5. Ervaringsdeskundigheid:
Er zijn enkele cliënten die ervaring hebben met ervaringsdeskundigheid. Verder is er weinig bij de
cliënt bekend over de mogelijkheden hierover.
22
Verslag van onderzoek naar achterbanraadpleging bij ambulante cliënten
Januari 2014
Bijlage 1 Projectplan
Doel
Antwoord op deze vragen:
Ambulante cliënten bereiken, hoe doe je dat?



Welke middelen zijn er om ambulante cliënten te bereiken? Denk hierbij ook aan digitale
middelen en aan wat er gebeurt bij andere instellingen.
Welke middelen werken waar het beste?
Welke middelen zetten we waar in? Als je dit weet, maak dan een keuze voor de combinatie
van middelen en doel groepen die je gaat uitproberen.
Stappen
1. Inventarisatie: Welke middelen zijn er? Welke middelen zijn waar toepasbaar?
2. Selectie van een aantal middelen die er voor onze doelgroep kansrijk uitzien.
3. Kansrijke middelen nader onderzoeken en uitproberen.
4. Eindrapportage
Stap 1, inventarisatie
Overzicht van wat er op het Internet te vinden is:
1. Bij ons zelf en collega cliëntenraden in de GGZ
2. Bij organisaties van cliëntenraden in de GGZ(bijv. LOC)
3. In de somatische zorg
4. Feedback van cliënten die binnen Altrecht wordt verzameld(bijv. cliëntenpanels en meting
van cliënttevredenheid)
Resultaat
Beschrijving van de meest toegepaste middelen voor het bereiken van ambulante cliënten, met
informatie over:
 Waar we de toepassing van het middel gevonden hebben
 Doelgroepen van ambulante cliënten
 Toegepaste media en werkwijzen.
Stap 2, Selectie van kansrijke middelen
Bij het kiezen van de middelen die we nader willen onderzoeken en uitproberen gebruiken we een
aantal criteria. Allereerst stellen we de vraag, in hoeverre het middel bijdraagt aan het doel, dat we
hebben als we ambulante cliënten benaderen. Het belangrijkste doel is:
 Input leveren voor de cliëntenraden: hoe ervaren zij de geboden zorg en wat zijn hun
wensen ten aanzien van de zorg.
Bijkomende doelen zijn:
 (Naams)bekendheid van de cliëntenraad
 Ledenwerving voor de cliëntenraad
 Informatie verstrekken aan ambulante cliënten
Andere criteria zijn:
 We verwachten dat het middel aanslaat bij cliënten in de GGZ, die gebruik maken van 2e en
3e lijnszorg.
23
Verslag van onderzoek naar achterbanraadpleging bij ambulante cliënten
Januari 2014

We verwachten dat het middel uitvoerbaar is voor onze cliëntenraad, met de financiële
middelen en de menskracht waarover wij kunnen beschikken.
Resultaat
Opsomming van de middelen, waarvan we verwachten dat ze kansrijk zijn met de verantwoording
hiervoor.
Stap 3, Nader onderzoek en beproeven van kansrijke middelen
In deze stap maken we een uitgebreide beschrijving van het van de middelen, waarvan we
verwachten dat ze kansrijk zijn, we onderzoeken, of de middelen werken in de praktijk, aan welke
voorwaarden moet worden voldaan voor een succesvolle toepassing. Hier komen vragen aan de
orde als:
 Is de doelgroep breed, of specifiek?
 Welke informatie levert het op, bijvoorbeeld een algemeen beeld of een uitgewerkt advies?
 Is het middel gemakkelijk en snel toe te passen, of heeft het een lange doorlooptijd en zijn
er veel partijen betrokken bij de uitvoering?
 Heeft het middel veel of weinig invloed, als je management en medewerkers wilt
overtuigen van de noodzaak van bepaalde veranderingen?
 Hoe kunnen de cliëntenraden de toepassing van dit middel het beste organiseren?3
Naast desk research, zullen we in gesprek gaan met anderen binnen en buiten Altrecht over hun
kennis van en ervaring met de toepassing van middelen om ambulante cliënten te bereiken. Tevens
zullen we zelf middelen, waarvan we verwachten dat ze kansrijk zijn, beproeven. Wanneer we ons
hierbij richten op doelgroepen binnen de categorie van ambulante cliënten, zoeken we zoveel
mogelijk afdelingen en teams die representatief zijn. Naar verwachting is dit binnen divisies
Cura(poliklinieken binnen de oude divisies Cura en Ouderen) en Willem Arntsz(FACT teams). Bij
Aventurijn en Jeugd vragen wij welke afdelingen wij het beste in ons onderzoek kunnen betrekken.
Resultaat
Uitgebreide beschrijving van de middelen die wij kansrijk achten en hun toepassing. Verslag van de
uitgevoerde onderzoeksactiviteiten en experimenten.
3
Wij werken als een projectteam. Als we een middel uitproberen krijgen we een indruk van de vooren nadelen van de toepassing door een projectteam. Bijvoorbeeld, door de communicatie die er nodig
is met de cliëntenraden(een extra schijf) en door het Altrecht breed werken van het projectteam.
24
Verslag van onderzoek naar achterbanraadpleging bij ambulante cliënten
Januari 2014
Stap 4, eindrapportage
Presentatie van de resultaten en verantwoording van de werkwijze in een onderzoeksrapport en een
power point presentatie.
Een beschrijving van de kansrijke middelen, hun voor- en nadelen en de voorwaarden die nodig zijn
voor een succesvolle toepassing. Als er middelen zijn, die succesvol in combinatie kunnen worden
toegepast, zullen wij dit aangeven.
We beschrijven hoe we te werk zijn gegaan, welke keuzen we gaandeweg het onderzoek hebben
gemaakt en de verantwoording van deze keuzen.
Werkwijze
Bij de start van het project is een aantal activiteiten reeds in gang gezet door de voormalige
cliëntenraad Cura: de Vraag van de Maand en het spiegelgesprek. Met managers van de polikliniek
JOVO en van Rintveld zijn afspraken gemaakt over de oriëntatie op middelen die hier worden
toegepast en op samenwerking hierbij: een klankbordgroep, een cliëntenpanel op afdelingsniveau
en het informeren van cliënten door een TV scherm in de wachtkamer. Als we met deze activiteiten
zouden stoppen om eerst stap 1 en 2 af te werken kan dit nadelig zijn voor opgebouwde kennis en
contacten. Het uitproberen van middelen heeft soms een lange doorlooptijd, waardoor je tijdverlies
krijgt als je dit later, bij stap 3, pas weer kunt oppakken. Hierom gaan we stap 1 en 2 uitvoeren,
terwijl we de hierboven vermelde activiteiten door laten lopen. Wel zijn we bij de bestaande
activiteiten alert op signalen, dat het toegepaste middel niet kansrijk is. Dan zetten we de activiteit
stop.
Het uitvoerende team bestaat uit Saïda de Jager, Annabelle Willenswaard, Hubert Rosenbaum en
Rinie Blauw(ondersteuner). Hubert is de voorzitter binnen het team. Rinie coördineert de contacten
naar buiten het team.
De Centrale Cliëntenraad functioneert als stuurgroep voor dit project. Rinie presenteert de
tussenresultaten in de Centrale raad, eens per 2 maanden, of bij elke volgende stap. In de planning
staat een voorstel voor rapportage.
De Centrale raad staat dus enigszins op afstand. Daardoor kunnen de leden met een frisse blik
commentaar en advies geven bij de gepresenteerde tussenresultaten. Omdat in het projectteam
inbreng van de divisie Willem Arntsz gemist wordt, zal Wouter Ruberg gevraagd worden de plannen
en activiteiten van het projectteam wat intensiever te volgen en hen te voorzien van specifieke
kennis en contacten vanuit Willem Arntsz.
De coördinatie naar de divisie cliëntenraden gaat via de Centrale Cliëntenraad. Rinie informeert de
ondersteuners van de divisie cliëntenraden over afspraken binnen de divisies, als dit aan de orde is.
Naar mijn indruk is de planning mei – december te krap. Ook doordat de vakanties vooral in deze
periode vallen(en niet in het begin van het jaar). Door de feestdagen aan het eind van het jaar is eind
december een slechte periode voor een eindpresentatie. Hierom stel ik voor de presentatie van het
concept eindrapport in de Centrale Cliëntenraad te plannen in de tweede week van januari en het
verschijnen van het definitieve eindrapport met bijbehorende communicatie twee weken daarna te
plannen. Hiermee loopt het project na 1 januari dus nog even door.
Vanwege de krappe planning zal bij de uitvoering van de onderzoeksactiviteiten steeds worden
geprobeerd in zo weinig mogelijk tijd informatie te verzamelen, waarmee we antwoord kunnen
geven op de gestelde vragen. We streven dus niet naar volledigheid. Als we tijdens het onderzoek de
wens ontstaat om activiteiten toe te voegen of te schrappen, zullen steeds inschatten welke
gevolgen dit zal hebben voor de planning en dan een afweging maken.
25
Verslag van onderzoek naar achterbanraadpleging bij ambulante cliënten
Januari 2014
Planning
Week Datum
20
15 mei
22
21 mei
26
31
35
43
51
2 van
2014
4 van
2014
27 aug
22 okt
18 dec
Activiteit
Projectplan bespreken in projectteam
Projectplan bespreken in Centrale Cliëntenraad4
Desk research(voornamelijk stap 1) in grote lijnen gereed. Resultaten hiervan
schriftelijk ingebracht bij de Centrale Cliëntenraad.
Reactie van de Centrale raad, vooral over wat zij nog missen in de toegestuurde
resultaten, ingebracht bij Rinie
Tussenrapportage in Centrale Raad
Tussenrapportage in Centrale Raad
Concept eindrapport gereed
Eindpresentatie van concept eindrapport in Centrale Raad
Eindrapport gereed
Plan voor communicatie van resultaten van het project(indien gewenst)
4
Met Wouter Ruberg aparte afspraken maken, nadat Pieter Stapels Wouter hierover gesproken heeft,
als Wouter hiermee instemt en als Wouter weer in staat is om hierbij zijn inbreng te leveren.
26
Verslag van onderzoek naar achterbanraadpleging bij ambulante cliënten
Januari 2014
Bijlage 2: Bronnen van informatie
Hoofdstuk 1
1. Achterbanraadpleging theorie en praktijk, PLC, NPCF mei 2002
2. Bronnen van CBO, www.cbo.nl
a. Handboek Patiënten- cliëntenparticipatie CBO maart 2013
b. Handleiding Patiëntenenquêtes december 2007
c. Patiënt Centraal, ervaringen met patiëntenparticipatie in Sneller Beter Ziekenhuizen
2008
d. Toolbox patiëntenparticipatie in ketenzorg februari 2007
3. Gesprekken bij afdelingen van de Altrecht divisies:
a. Willem Arntsz, FACT Zeist, Christa van Rossum en Cassandra Barkman, 13 juni 2013
b. Cura, de Es, Antonie van de Moosdijk, 12 juni 2013
c. Cura, Jeugd, Harm Bakker, 13 juni 2013
d. Cura, Poli Jongvolwassenen, Ineke Bijkerk, 29 juli 2013
e. Aventurijn, Ambulant Centrum, Harriet Poot, 17 juni 2013
4. Motivaction
a. Mentality brochure, via http://www.motivaction.nl/mentality
b. Brochure: Wat werkt bij wie in de zorg, via http://www.motivaction.nl/downloads/Watwerkt-bij-wie.pdf
5. http://www.altrecht.nl/ggz/61706/Vraag_van_de_maand!
6. Telefoongesprek met Yvonne van Roon, ambtelijk ondersteuner van de patiëntenraad op 20-082013; Patiëntenraad OLVG: Advies op basis van de resultaten panelmeting wachten in het OLVG
2012; persbericht OLVG: Patiëntenraad onderzoek naar medicatiegebruik en veiligheid 13 maart
2012
7. Onderzoek cliëntenperspectief Centrum Autisme Rivierduinen
8. Telefonische informatie van de ondersteuner van de Cliëntenraad Antoinette Goes en op
www.uwmeningtelt.org
9. Informatie van Renske Visscher op 10-09-2013, E health vragenlijst voor cliënten van het
Cliëntenpanel E health van Altrecht
10. Informatie per E mail van Mariëlle Schröduer van de Consumentenbond op 21-08-2013
11. Cliëntenpanel Willem Arntsz:
a. Projectaanvraag voor Cliëntenpanel WA voor de CCR, Mieke Jansen, 12 februari 2012
b. Profielschetsen cliëntenpanel WA divisie Altrecht, Mieke Jansen, 28 mei 2012
c. Advies Cliëntenpanel WA over Cliënt Centraal, De cliënt is in de eerste plaats mens
d. Aventurijn Centraal
e. Cura Centraal, Marja Tack
f. De (on-)bereikbaarheid van ambulante cliënten, maart 2013
g. Gesprekken met twee cliënten die zijn afgehaakt bij het cliëntenpanel Cura, Rinie Blauw,
augustus 2012
12. Gesprek met Ineke Bijkerk van JOVO op 29 november 2012
13. Gesprek met de Klankbordgroep Rintveld, 15 mei 2013, gesprek tussen de cliëntenraden Cura en
Jeugd en Lucas Heijs, Algemeen Manager van Eetstoornissen Rintveld op 12-12-2012
14. Spiegelgesprekken:
a. http://www.altrecht.nl/ggz/60555/Spiegelgesprekken.
b. Een spiegel voor de zorg, leren van patiënten in spiegelbijeenkomsten, Femke de Wit,
Erasmus Universiteit Rotterdam, 15 juni 2007.
c. http://www.sintlucasandreasziekenhuis.nl/sites/default/files/spiegelbijeenkomsten.pdf .
27
Verslag van onderzoek naar achterbanraadpleging bij ambulante cliënten
Januari 2014
15.
16.
17.
18.
19.
20.
21.
d. Draaiboek spiegelbijeenkomsten Herlaarhof(Reinier van Arkelgroep), Arianne van Hoorn,
mei 2008.
Gesprek met Mariecken Groeneveld, projectleider Quick Fit, over inloopmiddag op 12 november
over sport en bewegen, Vragenlijst thema avond en ‘Wat beweegt jou’, folder themamiddag.
Meldpunten:
a. http://www.zorgkaartnederland.nl/
b. http://www.meldjezorg.nl/
c. http://www.loc.nl/actueel/nieuws/nieuwsartikel/1313
Altris programma op het netwerk van Altrecht
Zichtbare zorg, geestelijke gezondheidszorg. Kernset prestatie-indicatoren 2013 voor Geestelijke
Gezondheidszorg en Verslavingszorg van Stuurgroep Zichtbare Zorg GGZ/VZ, den Haag,
december 2013
Verslagen van de informatieavonden van de Es op 6 en 20 november 2013 over kinderen van
ouders met een psychische stoornis
Facebook en social media, notitie van Annabelle van Willenswaard, 04-09-2013
http://altranet/66/Zoeken, Verslag van gesprek met Moniek Rook en Ghazaleh Shahrizadeh op
25-11-2013
28
Verslag van onderzoek naar achterbanraadpleging bij ambulante cliënten
Januari 2014
Bijlage 3:
Contactpersonen
Onderwerp
Afdeling/instelling
Contactpersoon
Altris
Raad van Bestuur,
kwaliteitszorg
Kees Dekker
Besloten Facebookpagina
ABC
Kornelis Jan van der Vaart
JOVO
Peter van Andel
Cliëntenpanel JOVO
JOVO
Mirjam Sikkema
Cliëntenraad Palier
Palier
Hein van der Kamp,
[email protected],
088- 357 82 75
Cliëntenraad Psy Q
Psy Q
Antoinette Goes,
[email protected],
06-13241091
Culturele middag
FACT Zeist
Anja Postma
Eetcafé
Ambulant Centrum van
Aventurijn, Kade 17
Minie de Vries
Bijeenkomsten voor familie en
cliënten
Altrecht Senior, de Es
Marian Zegwaard
Klankbordgroep Rintveld
Altrecht Eetstoornissen
Rintveld
Rashmi de Lusenet
Lean
Raad van Bestuur
Monique Rook en Sharizadeh
Ghazaleh
Onderzoek naar ervaringen van
cliënten na afloop van de
therapie
Altrecht Psychosomatiek
Jacqueline Valentijn(via Joep
ter Horst)
Patiëntenraad OLVG
OLVG
Yvonne van Roon,
patië[email protected],
020-5992908
Spiegelgesprekken
Brinkveld
Geert Jan Bongers
RPC Woerden
Eelko van Harten en Peter
van Velthoven
Marketing en Communicatie
Karien Heijstek
29