DE NATUURKARAVAAN In gesprek met inspirerende initiatieven uit de samenleving NATUUR DOOR DE SAMENLEVING De natuurkaravaan trok van 26 februari tot en met 10 maart 2014 langs initiatieven en initiatiefnemers op het gebied van zorgen, ondernemen, ontspannen, leren, consumeren en wonen in Nederland. Initiatieven die natuur benutten en versterken. Op zes plekken sloeg de natuurkaravaan haar tent op en organiseerde een gesprek. De serie had als doel inspiratie te bieden en tegelijkertijd lessen te verzamelen voor (de uitvoering van) de nieuwe Natuurvisie van het ministerie van Economische Zaken. Consumeren MRT Ontspannen 7 Marktplein Vredenburg Centrum Utrecht Wonen aan rkarav #natuu ravaan MRT Wellnessresort De Veluwse Bron Epe Duurzaam consumeren voelt beter. #natuur ka #nat uurka ra vaan #natuurkaravaan 3.270 berichten 5 Natuur is toegankelijk en van iedereen, om van te genieten én om in te investeren. MRT Buurttuin Emma’s Hof Den Haag 10 Leren 3 Landgoed Het Woldhuis Apeldoorn 4 Natuur brengt mensen samen en voegt waarde toe aan de woonomgeving. 6 5 Natuur koesteren we als bron van inspiratie, inzichten en ideeën. 2 + Slotbijeenkomst MRT 1 Ondernemen Landtong Rozenburg Haven Rotterdam Natuurvriendelijk produceren is een groeimarkt. MRT 4 Zorgen Ziekenhuis Bernhoven Uden Natuur zorgt voor welbevinden en versnelt genezing. FEB 26 6 ZORGEN Een gesprek met Caroline Heijckman (Ziekenhuis Bernhoven), José de Jonge ( IVN), Mieke Ansems (Menzis), Irene Miltenburg (Buitenvitaal), Nelleke den Boon (Zuid-Hollands Landschap), Jan Kluskens (Mutsaersstichting), Elles Kombrink (De Vogellanden), Frank Greeven (Huisarts Oldenzaal) en Ingrid de Graaf (DEToltuin). GEBRUIK NATUUR VOOR BETERE GEZONDHEID Inhoudelijke trekker Elze Hemke, gespreksleider Marjolein Nagel Tijdens het eerste natuurkaravaangesprek op 26 februari bij Bernhoven in Uden ging het over de combinatie natuur en gezondheid. Een van de conclusies was: gewoon doen! Huisarts Frank Greeven wandelt met zijn patiënten twee keer per week tijdens de lunchpauze. Dat was ook het advies van Vera SmitsBruin, de diabetesverpleegkundige die iedere maand met haar patiënten en een vrijwilliger van IVN door De Maashorst wandelt. “Kijk, of je nou in je spreekkamer zit of mensen spreekt tijdens een wandeling, maakt eigenlijk niet uit. Maar een wandeling is natuurlijk veel gezonder en leuker. En laagdrempelig. Op deze manier lopen mensen door het prachtige natuurgebied De Maashorst, die daar uit zichzelf misschien niet zo makkelijk toe zouden komen. Ze krijgen door de wandelingen het vertrouwen om zelf meer te gaan bewegen en dat is fantastisch. En het werkt: als je de bloedsuikerwaarden aan het begin van de wandeling vergelijkt met die aan het einde, zie je dat mensen met minder insuline toe kunnen. En dat is natuurlijk gezondheidswinst”. Weet elkaar te vinden Er kwamen zowel vanuit de natuurbeheerders als vanuit de gezondheidswerkers mooie resultaten van goede samenwerking voorbij op het gebied van benutten van natuur voor verschillende vormen van hulpverlening. Nelleke van den Boon vertelde bijvoorbeeld over Pluk! Den Haag, een kinderboerderij in Loosduinen waar cliënten van GGZ instelling Parnassia werken onder begeleiding van professionals op diverse gebieden: met dieren, in de bloemen-, groente- en fruitpluktuinen, in de lunchroom en in de heemtuin. Het Zuid-Hollands Landschap heeft bij dit initiatief geholpen. Bij de Mutsaersstichting in Limburg wordt werken in natuurgebied De Groote Heide ingezet als methode bij Natuur als recept Het gebruiken van natuur als recept is een andere tak van sport. Mieke Ansems van Menzis legde uit dat het opnemen van natuur op recept (denk aan bewegen in het groen) in het basispakket, alleen kan als daarvoor breed politiek draagvlak is. En daarvoor is meer bewijskracht nodig. Er is onderzoek naar het effect van natuur op gezondheid, maar dat is nog onvoldoende overtuigend. Menzis wil “Of je nou in je spreekkamer zit of mensen spreekt tijdens een wandeling, maakt eigenlijk niet uit. Maar een wandeling is natuurlijk veel gezonder en leuker.” jeugdhulpverlening. Dit gebeurt volgens de methode “Ritalin eruit en natuur erin” zoals Jan Kluskens, coördinator Vrijwillig Landschapsbeheer bij IKL, het noemde. zich daar voor blijven inzetten. Net als bijvoorbeeld Augie Visser van www.hetgroenemedicijn.nl die werkbare voorbeelden verzamelt op haar site, zodat kennisuitwisseling wordt verbeterd. Mooie combinaties Irene Miltenburg van Buiten Vitaal ziet grote kansen in het betrekken van werkgevers. Als zij via de Arboarts hun medewerkers met behulp van de natuur laten reintegreren of het ziekteverzuim terugdringen, besparen ze enorm op kosten. Daar zullen ze makkelijker toe bereid zijn omdat ze er ook zelf voordeel van hebben. Uit de verhalen van Marjan Muller van Zorglandschap van Allure over de activiteiten rond Bernhoven bleek tenslotte dat het vaak ook een samenloop van mensen, ideeën, initiatieven, geld en een aantal aansprekende boegbeelden is die leidt tot mooie combinaties. Het gezamenlijke initiatief van Bernhoven, ondernemers, gemeentes en De Maashorst, gestimuleerd door het investeringsprogramma “Landschappen van Allure” van de provincie Noord-Brabant, lijkt hiervan wel een prachtig voorbeeld te zijn. Natuur in opleidingen Elles Kombrink, fysiotherapeute bij De Vogellanden, pleitte net als de andere deelnemers voor meer kennis van de werking van natuur voor gezondheid bij artsen en fysiotherapeuten. In de opleidingen zou daar veel meer aandacht voor drie kernpunten in het gesprek moeten zijn. Zodat natuur op recept meer toegepast gaat worden. Verder was het advies vooral: gewoon doen. Zorg dat kinderen al van jongs af aan lekker buiten in de natuur komen. Ook gewoon dichtbij huis. Zoals bijvoorbeeld in DE Toltuin in Roosendaal gebeurt. Zorg dat natuur, gezondheid en vitaliteit een normaal onderdeel van ons leven wordt. En maak natuur een beetje sexy. “Niet zo serieus van het is goed voor je. Het is ook gewoon lekker. En hou het wel bij huis-tuin-en-keuken-sexy!” aldus een van de deelnemers. leestips 1. Richt je op werkgevers die natuur willen inzetten voor preventie en verlaging van ziekteverzuim. Zij hebben er direct belang bij; het gaat om hun eigen winst- en verliesrekening. En het is relatief makkelijk te organiseren. Het nationale preventieprogramma dat een impuls wil geven aan meer gezondheid in Nederland Alles is gezondheid >>> 2. Zorg dat er meer kennis beschikbaar komt over de werking van natuur voor gezondheid. Zodat artsen en paramedici beter weten wat natuur voor gezondheid betekent. Dat kan via websites en apps, maar ook via de opleidingen en door verhalen van collega’s. Het Groenfonds schreef een rapport over groeninclusieve ziekenhuizen als verdienmodel voor de natuur. Groenfonds >>> 3 . Combineer functies: een wandelend consult, natuur dichtbij huis, natuur op je bord; het zijn allemaal voorbeelden van natuur als onderdeel van ons dagelijks leven. Brits onderzoek naar de effecten van groen wonen op de gezondheid. Intogreen >>> social #natuurkaravaan @frankhuisarts Hippocrates: het is de natuur die mensen geneest #natuurkaravaan @wandelnet #natuurkaravaan 6,6 miljoen regelmatige wandelaars in Nld. Motivatie: natuurbeleving 53%. Zie nationale wandelmonitor bit.ly/OXBXRo @BuitenVitaal Wens: #Buitenvitaal om natuur duurzaam te verankeren in zorgaanbod via reïntegratie, is gehoord door #Natuurkaravaan! We gaan er mee door! @AugieVissers #Natuurkaravaan start @Bernhoven Mooi vb van een ziekenhuis dat omliggende natuur inzet voor welzijn patiënten. 590 views Deelnemers aan het karavaangesprek over zorgen lopen vanaf Ziekenhuis Bernhoven naar natuurgebied De Maashorst voor een biowalk. De ligging van het ziekenhuis in de natuur, pal aan de A50, is aantrekkelijk voor ondernemers die in de slipstream van Bernhoven in dit gebied zijn neergestreken. Het ambitieuze doel is om een uniek en authentiek gebied te realiseren met als rode draad: gezondheid, voeding, natuur en leefstijl. Een gesprek met Peter Mollema (Havenbedrijf Rotterdam), Jan Kees Vis (Unilever), Manfred Lukkezen (Verstegen Spices & Sauces), Louwe de Boer (Ekofish Group), Paula Koelemij (Simon Lévelt), Bas Rüter (Rabobank), Paul Wolvekamp (Both ENDS), Daan Wensing (IUCN), Daan de Wit (IDH) en Mark van Oorschot (Planbureau voor de Leefomgeving). ONDERNEMEN VAN POLDERMODEL NAAR DUURZAME REGIO Inhoudelijke trekker Martin Lok, gespreksleider Marcel Brosens Op 4 maart streek de natuurkaravaan neer op landtong Rozenburg, middenin het Rotterdamse havengebied. Terwijl de schepen met zeecontainers af en aan voeren, spraken de gasten over het behoud en versterken van natuur in het buitenland via de eigen productie- en handelsketens. Het was een tent vol pioniers en koplopers: Simon Lévelt maakt zich bijvoorbeeld al sinds de jaren tachtig sterk voor biologische teelt van koffie en thee. Ekofish uit Urk was de eerste MSC-gecertificeerde scholvisser in Nederland. Verstegen heeft een lange MVO-historie en doet veel verbeterprojecten met Aziatische specerijenboeren. Unilever is nu bijna twee decennia toonaangevend in de internationale consumentenmarkt voor voedsel en verzorgingsproducten. Havenbedrijf Rotterdam heeft uitgesproken de duurzaamste ter wereld te willen zijn. Rabobank wil zich als financier en adviseur nadrukkelijker laten gelden. En organisaties als Both ENDS, IUCN en Initiatief Duurzame Handel (IDH) spelen al jaren een verbindende rol bij internationale duurzaamheidsprojecten. De hele keten duurzaam Een volledig duurzame keten, van producten tot consument – die ambitie werd breed gedeeld. Uit overtuiging én uit commercieel belang. Manfred Lukkezen van Verstegen: “Wij zijn voor onze toevoer afhankelijk van hoe er met landbouw en natuur wordt omgegaan, dus als we ons daar niet om bekommeren snijden we onszelf in de vingers”. Opvallend was dat met name de laatste schakel in de keten voor het meeste ongemak zorgde. Het deel van producent tot vlak bij de eindgebruiker, daar schrok niemand in de tent voor terug. Maar die laatste stap, die wist niemand echt handen en voeten te geven. “40% van de duurzaamheidswinst van een kopje koffie is te behalen bij de productie en 20% bij de logistiek”, aldus Paula Koelemij van Simon Lévelt. “Dat hebben of krijgen we wel in de vingers. De overige 40% wordt bepaald door hoe een consument dat kopje koffie zet. Met welk apparaat, en op welke manier. Dat laatste deel van de keten is voor ons een stuk lastiger te beïnvloeden.” De rol van consumenten vergt meer aandacht, maar het valt niet mee om te bepalen wie het voortouw moet nemen. Een wijkaanpak op wereldschaal De gespreksdeelnemers benoemden dat het ketenperspectief op duurzaamheid ook haar grenzen heeft. Als iedereen zich alleen op zijn eigen keten richt, is het maar de vraag of je het optimale eindresultaat bereikt. Peper- of palmolieboeren in een bepaald gebied van de wereld kunnen het dan bijvoorbeeld goed doen en hebben, maar hoe zit het met andere sectoren en andere duurzaamheidsaspecten op diezelfde plek? De aanwezigen pleiten voor een regiobenadering: je stelt een bepaald gebied centraal en werkt er met bedrijven, overheden, ngo’s en lokale producenten aan om de hele regio naar een hoger plan te tillen. Een soort inte- grale wijk- of gebiedsaanpak zoals we die in Nederland kennen, maar dan op de schaal van mondiale regio’s. “De rol van de vele keurmerken die we nu kennen wordt dan anders, want we pakken het gebiedsgericht in de landen van herkomst aan. Een soort appellation d’origine contrôlée zou meer impact kunnen hebben op macroniveau”, aldus Jan Kees Vis van Unilever. Mondiaal polderen De regionale benadering is misschien ook een antwoord op het onvermogen om op wereldniveau tot normen te komen. Europa, WTO, de VN, klimaatverdragen; het zijn trage organen en processen, verzuchtten de deelnemers. En het speelt zich hoofdzakelijk tussen overheden af, terwijl de praktijk nu juist leert dat een driehoek van lokale en internationale ondernemers, ngo’s en overheid het beste werkt. Elkaar opzoeken, partners en belangen bij elkaar brengen en samenwerken; daar zijn we in Nederland erg goed in. Dat (polder)model zouden we mondiaal steviger moeten inzetten. Het internationale netwerk van ambassades kan daarbij helpen Verantwoordelijkheid delen Kunnen we natuur eigenlijk aan ondernemers overlaten? “Ondernemers spelen een belangrijke rol”, aldus Jan Kees Vis. “Niemand kan dergelijke problemen alleen oplossen, en moet dat ook niet willen. Daarnaast is het een publiek goed, dus de overheid, maar ook ngo’s hebben altijd een rol. Verantwoordelijkheid delen en het beste van iedere partij benutten kan en moet zeker.” Manfred Lukkezen: “We hebben net rondgelopen op de landtong hier, een prachtig natuurgebied dat de vrije loop krijgt. Een ondernemer zou waarschijnlijk heel iets anders met zo’n stuk grond doen. Tegelijkertijd: het Havenbedrijf Rotterdam biedt er ruimte voor. Dus gezamenlijk verantwoordelijkheid “Wij zijn voor onze toevoer afhankelijk van hoe er met landbouw en natuur wordt omgegaan, dus als we ons daar niet om bekommeren, snijden we onszelf in de vingers.” drie kernpunten in het gesprek dragen, juist op plekken waar belangen elkaar raken of zelfs overlappen, dat gaat prima.” Jan Kees Vis: “Je kunt het als bedrijf immers niet goed doen in een omgeving die het slecht doet.” Louwe de Boer van Ekofish: “Mijn droom is dat we duurzame visserij in Nederland voor elkaar krijgen en tegen de hele wereld kunnen zeggen: zie je wel, het kan.” Met groen buiten de lijntjes Tot slot is de deelnemers gevraagd naar tips voor de staatssecretaris. • Geef het bedrijfsleven meer medeverantwoordelijkheid. Het is in veel boardrooms doorgedrongen dat duurzaamheid een belangrijke strategie is. • Grijp het EU-voorzitterschap over twee jaar aan om verduurzaming van handelsketens flink op de agenda te zetten. Pleit samen met andere vooroplopende landen voor een duurzame interne Europese markt. • Koester het model van samenwerking tussen bedrijfsleven, ngo’s en overheid en stimuleer dat het op meer plekken wordt toegepast. • Denk mee over de positie van de consument. Keuzevrijheid is een groot goed, maar er zijn grenzen aan wat goed is voor mens en natuur. • Zet in op kleinschaligheid op de plaats van productie. Grote eenzijdige landbouwgebieden (monoculturen) zijn een bedreiging voor de natuur. • Biedt ruimte voor koplopers en pioniers om te experimenteren. Geef creatieve mensen de mogelijkheid met groen buiten de lijntjes te kleuren. leestips Het Planbureau voor de Leefomgeving schreef over duurzame internationale handelsketens en over de ecologische voetafdruk van de Nederlandse consumptie. Duurzame handelsketens >>> Ecologische voetafdruk >>> 1. Naast de goedlopende samenwerking binnen de keten is ook regionale samenwerking cruciaal; je stelt een bepaald gebied centraal en werkt er met bedrijven, overheden, ngo’s en lokale producenten aan om de hele regio naar een hoger plan te tillen. Een soort integrale wijk- of gebiedsaanpak zoals we die in Nederland kennen, maar dan op de schaal van mondiale regio’s. 2. Er is brede behoefte om te investeren in de Nederlandse consument, die op het gebied van duurzaam consumeren achterblijft bij die in veel andere landen. Maar dit is een ongemakkelijke behoefte: ondernemers voelen zich niet geëquipeerd en kijken naar de overheid. Retailbedrijven vormen misschien een deel van de sleutel. 3 . ‘Samenwerking’ en ‘polderen’ tussen bedrijven, ngo’s en overheden is Nederlands tweede natuur. Op het mondiale niveau wordt dit gemist; hier hebben bedrijven een beperkte rol, omdat het vooral om afspraken tussen overheden gaat. Nederland kan een gidsrol vervullen. social #natuurkaravaan @JorisLohman ‘WNF werkt samen met @FrieslandCampina en Rabobank om biodiversiteit in de melkveehouderij te verbeteren’ Bas Ruter, Rabo #natuurkaravaan @Sapollar *Zet een pot thee* @Toekomstnatuur meest vervuilend aan koffie is koffiezetapparaat volgens Simon Levelt #natuurkaravaan” @miekejan Natuur en economie gaan samen in de Rotterdamse haven, maar niet vanzelf. http://t.co/CxuSsiYHIb @JorisLohman Biodiversiteit in relatie tot voedselproductie is een van de thema’s op #FFF14 http:// www.foodfilmfestival.nl #natuurkaravaan 266 views Blik op wilde grazers op landtong Rozenburg. De landtong ligt ingeklemd tussen de Nieuwe Waterweg en het Calandkanaal. Het is een door mensen gemaakte, hooggelegen vlakte van gronddepots die zich in enkele decennia spontaan heeft ontwikkeld tot een ruig, duinachtig landschap. ONTSPANNEN Een gesprek met Gert van der Steen (Veluwse Bron), Marieke Fleer (Recreatie Midden-Nederland ), Eric Droogh (Recreatiegemeenschap Veluwe), Joop van Nuijs (Gemeente Epe), Patrick Jansen (Probos/Tracks & Trails), Daphne Willems (Bureau Stroming), Erik Boschman (mountainbike-initiatief Schoorl), Erna Bronsvoort (Manege Snorrewind/KNHS) en Bert Boetes (Wandelnet/Fietsersbond). TROTS OP DE NATUUR Inhoudelijke trekker Louis van Vliet, gespreksleider Bernard Heijdeman In een rustgevende, groene en waterrijke omgeving, met nieuwsgierige wandelaars en saunabezoekers, onderzochten we de mogelijkheden om het genieten en benutten van natuur te combineren met zorgen voor diezelfde natuur. In de yurt zaten twee soorten initiatiefnemers: recreatieondernemers en ondernemende recreanten. Gert van der Steen van De Veluwse Bron ziet het realiseren en beheren van natuur rondom zijn resort als onlosmakelijk onderdeel van zijn wellnessconcept. Die denkwijze werd gedeeld door de twee andere recreatieondernemers , Marieke Fleer (RMN) en Eric Droogh (RGV). Net als Van der Steen, zijn zij op zoek naar partners en mogelijkheden om ontspannen en het versterken van natuur te combineren. Ze hebben concrete plannen waarin de ontwikkeling van recreatievoorzieningen hand in hand kan gaan met het realiseren van meer natuurwaarden en in een geval zelfs voor de waterveiligheid in een uiterwaard. Toegankelijkheid belangrijk Voor recreanten is toegankelijkheid van natuur en landschap het belangrijkste motief om met initiatieven te komen. Mountainbiker Erik Boschman is het gelukt om via lokale werving geld te vinden om een prachtig parcours aan te leggen in de duinen bij Schoorl. Het onderhoud wordt verzorgd door de gebruikers. Erna Bronsvoort vertelde dat de hippische sportbond (KNHS) met Staatsbosbeer in gesprek is over samenwerking om de toegankelijkheid van natuurgebieden voor ruiters en menners te waarborgen. Dat gaat alleen werken als die samenwerking wederzijds meerwaarde oplevert. Bert Boetes zorgt er als vrijwillig coördinator voor dat er zorgeloos kan worden gewandeld op het Zuiderzeepad. Van publiek naar privaat Het rijk en de terreinbeheerders investeren minder in het ontwikkelen en beheren van routes en paden, terwijl de behoefte daaraan juist toeneemt. Dat leidt tot een lappendeken aan initiatieven van de gebruikers van die paden om natuur en landschap toegankelijk te houden. In de discussie klonk soms nog de behoefte door aan zekerheid, aan houvast, nu alles aan het veranderen is. Het verlangen naar een overheid die het voor ons regelt. Of een uniforme aanpak om ervoor te zorgen dat ieder naar belang gaat bijdragen (een OV-jaarkaart voor natuurgenot?). Zowel ondernemers als recreanten zien dat zij er belang bij hebben om samenhang te zoeken tussen de belangen van natuur en van recreatie. Ook ziet men dat het nemen van meer eigen verantwoordelijkheid zal bijdragen aan meer vertrouwen tussen de sectoren en de overheid. Dat levert dan weer meer ruimte op om met eigen initiatieven te komen. Wat is er dan nodig om die beweging te versterken? Wat kan door belanghebbenden gedaan worden en wat “Zorg er voor dat je als recreatieondernemer trots kunt blijven op het landschap waarin je je plannen ontwikkelt.” kan de overheid doen? Natuurwaarden Iedereen leek het erover eens dat het niet gaat om de regels, maar om de te beschermen waarden daarachter. Toetsing van plannen op toegevoegde natuurwaarde blijft nodig zei wethouder Joop van Nuijs uit Epe. Wel was men het eens dat die waarden te weinig bekend zijn in de samenleving. Erik Boschman daagt terreinbeheerders uit om meer vraaggericht te gaan denken. In goed overleg vallen de meeste knelpunten op te lossen volgens hem. Harrie Hekhuis (SBB) ziet ook binnen de terreinen van Staatsbosbeheer ruimte voor investeerders in rode functies. Helaas zijn die moeilijk te vinden. Marieke Fleer en Eric Droogh hebben een andere ervaring. Willem Kraanen (RECRON) stelde dat gespecialiseerde makelaars kunnen helpen om vraag en aanbod bij elkaar te brengen. Er kan meer dan je denkt Het verhaal dat Daphne Willems vertelde over een recreatiegebied in een uiterwaard langs de Lek lijkt een voorbeeld van geslaagd make- laarschap. Met een goed plan en de juiste strategie is het mogelijk te bouwen voor recreatie in een uiterwaard, ook al geven de regels voor natuur en water daar in feite geen ruimte voor. Dat het toch lijkt te lukken komt omdat het plan aantoonbare meerwaarde heeft voor natuur en zorgt voor voldoende doorstroming in het winterbed. Patrick Jansen ziet ruimte voor een keur aan verdienmodellen, zowel generiek als specifiek en regionaal. Niet te lang praten over het ideale model, maar gewoon beginnen en inspireren. Jongeren betrekken Eric Droogh pleitte ervoor om jongeren meer bij natuur te betrekken. Via gratis lespakketten komen jaarlijks veel schoolklassen bij de RGV. En via die kinderen komen ook de ouders weer eens in een van de recreatiegebieden. Ook Erna Bronsvoort ziet dat jongeren nieuwsgierig zijn naar het verhaal van de natuur en cultuurhistorie. Of dat met, of juist zonder social media moet, daarover werd men het niet eens. Misschien zouden alle recreatieondernemers de jeugd naar buiten kunnen lokken social door een (gratis) week van het kamperen te starten opperde Willem Kraanen. Werken in een boomhut Joop van Nuijs had een prachtige toekomstdroom waarmee natuur ons dagelijks leven binnenkomt en in feite overal kan worden ervaren: over 10 jaar werkt hij als wethouder in een boomhut, in alle rust. Zijn contacten vindt hij gemakkelijk via de overal beschikbare communicatiekanalen. Als hij oud wordt en verzorging nodig heeft, is dat op een plek in de natuur en na zijn overlijden wordt hij in de natuur begraven. #natuurkaravaan leestips In 2012 zijn zes Green Deals gesloten die zich richten op het slim combineren van ondernemersactiviteiten op het vlak van recreatie en natuur. Green deals >>> Een vrijwilliger ontwikkelde, samen met natuurorganisaties, een wandelnetwerk in een landschapsinrichting en wist vele kilometers zandweg te behouden. Wandelnetwerk >>> drie kernpunten in het gesprek 1. Voor iedereen die iets wil, geldt: zoek zelfbewust samenwerking met andere sectoren (zoals natuur en waterveiligheid) op basis van wat je elkaar te bieden hebt. Niet blijven praten tot je het eens wordt over het perfecte verdienmodel, maar begin, leer en inspireer elkaar. 2. Recreatieondernemers investeren in natuur die ook rendement oplevert voor het bedrijf. Van belang daarbij is dat zij niet te veel gehinderd worden door (natuur)regelgeving. 3 . Ondernemende recreanten zoals buitensporters maken afspraken met de terreinbeheerders over het gebruik van de routenetwerken waar natuur en buitensport beter van worden. @JanGorterNM Mooi!: @Toekomstnatuur Ruiters willen goed onderhouden paden, willen daar ook voor betalen. #natuurkaravaan”; geen free riders!” @TrailrunningNL Wifi in de natuur? Wat mij betreft een goeie... Alleen met groene energie dan. #natuurkaravaan @ToekomstNatuur @arklop Goed plan, zie ook https://t.co/OOOWP0Fo5D RT @ToekomstNatuur: Zet sport in als crowdfunding voor natuur onderhoud @Bosw8erMarike RT @ToekomstNatuur: Droom: hekloze Veluwe #natuurkaravaan ook jullie droom @BoswachterFrans @BoswachterRob @BoswachterMes 308 views “Het bestaansrecht van de natuur is dat mensen er van kunnen genieten” zegt Daphne Willems, Bureau Stroming. Een gesprek met Judy Vermeulen (Kinderopvang De kleine Beer), Martin Kooijmans (Prinses Julianaschool), David Kranenburg (Kenniscentrum actief ouderschap), Ties Mouwen (Nationale Jeugdraad), Dinand Ekkel (CAH Vilentum), Thomas van Slobbe (Stichting wAarde), Marieke Ankoné (IVN, Natuur Dichterbij), Henk van Dort (Zorgtuin Gorssel), Douwe Jan Joustra (One Planet Architecture Institute), Antoine Heideveld (Het Groene Brein) en Ton Swagten (Atelier 3D). LEREN INVESTEREN IN SOCIAAL KAPITAAL Inhoudelijke trekker Roel van Raaij, gespreksleider Marjolein Nagel Wat kunnen we van de natuur leren? En hoe brengen we leren van de natuur dichter bij huis? Dat was het eigenlijke onderwerp van gesprek. Maar steeds ging het weer over investeren in sociaal kapitaal. In de buurt, in kinderen, in mensen die elkaar en de samenleving versterken. Natuur kan daar heel goed bij helpen of onderdeel van uitmaken. Tijdens de les, in de pauze, als deel van het curriculum op hogeschool en universiteit. Maar ook al in de wieg. Aan tafel mensen uit het onderwijsveld, natuureducatie, maar ook buurtinitiatieven en wetenschappers. Interessant was de inbreng van Douwe Jan Joustra van het One Planet Architecture Institute die pleitte voor de inzet van ‘ecomimicry’. Inmiddels begint de term ‘biomimicry’ voor mensen een vaker gehoorde term te worden: we kunnen veel techniek afkijken van de natuur. Zoals de haaienhuid ons kan leren hoe water van oppervlakte glijdt. En de beroemde ijsvogel, die model stond voor de voorkant van de Japanse hogesnelheidslijn. Maar volgens de pleitbezorger van circulair economisch denken en handelen kunnen we dus veel opsteken van de ecologische systemen in de natuur. Op de puinhopen Ook werd duidelijk dat er juist een directe aanleiding of gebeurtenis nodig is om een inspirerend ini- tiatief te laten ontstaan. In Gorssel was dat de ergernis over een verlaten stuk grond van de voormalige gemeentewerf. Initiatiefnemers Evelien en Henk van Dort zijn begonnen hier tuinen aan te leggen en daar de hele lokale gemeenschap bij te betrekken. Scholen, ondernemers, zorginstellingen, jong en oud komen graag naar de tuin, onderhouden hem en de kinderen brengen de pompoenen naar de voedselbank. Het initiatief draait dankzij de actieve support van alle deelnemers en zonder subsidie. De sleutel tot succes: actieve betrokkenheid van de hele gemeenschap. Een politiek die helpt en niet in de weg zit. En een paar enthousiaste starters die daar tijd voor hebben. Afbraak leidt tot iets nieuws In Zutphen was het stopzetten van de subsidie voor het duurzaamheidshuis de aanleiding voor het oprichten van een coöperatie van scholen, bedrijven, zzp’ers en individuele inwoners onder de noemer 3D Atelier. Ton Swagten van 3D atelier zei letterlijk dat er soms afbraak nodig is om een mooie nieuwe ontwikkeling mogelijk te maken. Van het pad af De deelnemers aan het gesprek zeiden meerdere malen dat de overheid ook niet moet sturen of proberen ontwikkelingen van de grond te krijgen. Dat werkt niet. Het gras gaat ook niet harder groeien als je er aan trekt. Wat wel werkt is randvoorwaarden creëren waardoor het gras lekker kan groeien. In het onderwijs gaat het dan vaak om het wegnemen van regels, of het soepel omgaan met de toepassing ervan. Dat is ook de subsidie voor was of omdat het door iemand gestimuleerd werd. Nee gewoon, omdat hij gelooft dat het de kinderen ruimte biedt om te ravotten, avontuur te beleven, maar ook plekken waar rustig gespeeld kan worden of lekker gekletst. Door de platte koude “We zijn de weg niet kwijt boswachter, de kindjes willen gewoon lekker buiten de gebaande paden lopen.” ervaring van Judy Vermeulen van De kleine Beer, kinderopvang in Apeldoorn die probeert de kleintjes zoveel mogelijk buiten te laten zijn. Het liefst de hele dag en onder alle weersomstandigheden. In de praktijk zijn er diverse belemmeringen in de wettelijke bepalingen, vooral bij kinderen van 0 to 4 jaar. En de kinderen willen zo heel graag buiten de paadjes lopen. Groen schoolplein Ook Martin Kooijmans van de prinses Julianaschool heeft te maken met beperkende regels. Hij probeert daar zo creatief mogelijk mee om te gaan. Hij heeft samen met zijn team en de ouders gezorgd voor een ‘groen schoolplein’. Niet omdat daar ervaring van een stenen schoolplein waar vooral de jongetjes met veel bravoure voetballen is er voor andere behoeften van kinderen letterlijk geen ruimte. Om dit soort initiatieven verder te brengen zou er niet alleen nadruk op leren rekenen en schrijven moeten liggen. In het leven valt nu eenmaal veel meer te leren. Maar de prikkel voor scholen is nu vooral gericht op het halen van zo hoog mogelijke scores op de Citotoets. Dichtbij huis Alle mensen in de tent benadrukten dat de Staatssecretaris gelijk heeft dat ze de natuur als integraal onderdeel van de maatschappij wil inzetten. Niet als iets heel speciaals en bijzonders. Maar gewoon, lekker dichtbij huis. Ook in de grote stad. Onder de stoeptegel zit ook natuur. Net als in andere gesprekken duidelijk werd, is de grote uitdaging: hoe maken we het makkelijk en mogelijk om natuur en dagelijks leven, werken en leren weer meer in elkaar op te laten gaan. Gemeentes kunnen daar bij de inrichting van de openbare ruimte heel goed rekening mee houden. David Kranenburg van het Kenniscentrum Actief Ouderschap benadrukte bijvoorbeeld dat leren niet alleen op school gebeurt, maar ook als kinderen niet op school zitten. Ouders spelen een belangrijke rol bij natuuronderwijs en de school zou daar nog meer op kunnen inspelen. Zelf bepalen Thomas van Slobbe van de Stichting wAarde vertelde over een aantal interessante initiatieven die vooral op de wat oudere jeugd zijn gericht. Daarbij is wel het belangrijkste: geef de jongelui zeggenschap over wat ze willen en belangrijk vinden. Als zij de baas zijn op hun eigen natuurterreintje gaan ze er ook goed en actief mee om. Ties Mouwen van de Nationale Jeugdraad was het daar hartgrondig mee eens: kijk eens om je heen. Hier zitten allemaal middelbare meneren en mevrouwen te bedenken wat goed is voor ons. Laat ons daar alsjeblieft zelf wat over te zeggen hebben. Keelin O’Connor van Staatsbosbeheer had dezelfde ervaring. Thomas van Slobbe gaf nog wel de ‘waarschuwing’ mee dat er dan ook dingen gebeuren waar je misschien helemaal niet blij mee bent of die niet in het klassieke natuurplaatje passen. Zoals takken afbreken of lelijk doen tegen passanten. De initiatieven willen dus vooral gefaciliteerd worden, en geen overheid die in de weg loopt. Over geld is tijdens deze sessie niet gesproken. Wel over regels en over ouderwetse opvattingen over natuur en leren. Dat kan echt anders, moderner, dichterbij huis en meer als onderdeel van het dagelijks leven. Leren leren Lector Dinand Ekkel en Ant0ine Heideveld directeur van Het Groene Brein benadrukten dat ook in het hoger onderwijs en bij de wetenschap meer aandacht komt voor het belang van natuur in ons social leven. Van belang bij het leren over en van natuur is overigens dat de samenleving bewuster en competenter is dan soms wordt aangenomen. Die energieke samenleving bestaat en wil graag aan de slag. #natuurkaravaan @Tiesmouwen Leerlingen van de prinses juliana school maken een bodemprofiel tijdens de #natuurkaravaan over natuur en leren. @Theo_v_Bruggen Natuur, cultuur, economie. Dat is oud onderscheid. Wij vormen samen één planeet. #natuurkaravaan #opai leestip Een publicatie met tien lessen voor doen en denken uit de natuur. Tien perspectieven >>> drie kernpunten in het gesprek 1. Zorg dat natuur integraal onderdeel van een les- en leefdag kan zijn. Begin vroeg en ook dichtbij huis. Leg niet alleen de nadruk op Citoscores. 2. Geef ruimte voor natuurlijk experimenteren bij iedere leeftijdsgroep. 3 . Leer van de natuur, technisch maar ook sociaal. Kijk hoe de natuur zelf leert. Zet in op biomimicry, ecomimicry en social mimicry. @djjoustra #natuurkaravaan met focus op #ecomimicry. Nederland kan snel leidende positie innemen. @jolandapikkaart #natuurkaravaan RT @SvVeldhoven: #selfie op bomvol #jeugdgroendebat, waar kinderen duidelijk hun stem voor natuur laten horen!... @natuurkind Groene schoolpleinen @ToekomstNatuur: Hoe kunnen we jongeren en kinderen meer actief krijgen in de buitenlucht? @natuurkind #natuurkaravaan 265 views Een gesprek met Jasper Gabrielse (Seepje), Talitha Muusse (NMO-Nederland/DJ 100), Jente de Vries (Kromkommer), Jaap Korteweg (Vegetarische Slager), Dorien Soons (Voetprint Cooking), Ernst Jan van Weperen (Haagse Hogeschool voor Duurzame Ontwikkeling), Giulietta Cohen (Crem), Lonneke de Kort (BookDifferent) en Vera Dalm (Milieu Centraal). CONSUMEREN DEFAULT, MAINSTREAM EN SCHAALSPRONGEN Inhoudelijke trekker Patricia Braaksma , gespreksleider Bernard Heijdeman Op 7 maart stond de natuurkaravaan op Het Vre- de Vegetarische Slager. denburg in Utrecht. Het gesprek ging over de Maak duurzaam consumeren mainstream Vanaf het begin van het gesprek deelden de deelnemers hun passie, creativiteit, ondernemerschap en humor met elkaar. Vera Dalm van Milieucentraal vertelde over de samenwerking met supermarkten om producten aan te prijzen als de klimaattoppers van de week, een heldere boodschap zonder de complexiteit van een keurmerk. Ze hoopt dat vegetarisch eten over 10 jaar de default-optie is: “nu vraagt men bij studiedagen nog of je een dieet volgt; dan antwoord ik altijd nee, maar ik eet wel vegetarisch”. De meeste winst voor natuur en milieu is te halen met vegetarisch eten en daarna met het beperken van verspilling. Dorien Soons pleitte voor een “keurmerk” waarop de CO2-voetafdruk is te lezen en voor een overheid die het voorbeeld geeft als inkoper relatie tussen natuur (ecologische voetafdruk, biodiversiteit) en consumeren. De yurt stond tussen de biologische markt en de ingang van Hoog Catharijne en had veel bekijks van het winkelende publiek. In de yurt ontvingen we relatief jonge initiatieven die zich richten op het bevorderen van bewust consumeren. De deelnemers werden uitgenodigd eerst een voedingsproduct te kopen op de markt of in de supermarkt. In de yurt legde Dorien Soons van Voetprint Cooking alle inkopen langs de CO2-meetlat. Per product moeten allerlei factoren gewogen worden om een schatting van de CO2voetafdruk te maken. Soms is dat ondoenlijk door gebrek aan informatie. Omdat nog meer factoren dan de CO2-voetafdruk bepalen of een product duurzaam is, werd nog eens duidelijk dat duurzaam consumeren geen eenvoudige opgave is voor consumenten. Het gesprek zelf vond, vanwege de onrustige omgeving van de yurt, plaats in een vergaderzaal op Hoog Catharijne. Na afloop van het gesprek werd wel weer nagepraat in de yurt met bijzondere hapjes van van producten en diensten. Voor dat laatste krijgt ze later bijval van andere initiatieven. Verspilling, vergroening Verspilling was het motief om Kromkommer te starten. Hoe minder verspilling en hoe meer vegetarisch eten, des te meer grond kunnen we aan de natuur teruggeven zeiden Jente de Vries (Kromkommer) en Jaap Korteweg (De Vegetarische Slager). Jaap Korteweg meende dat vooral mannen kunnen worden verleid tot ‘vleesverlaten’ als er een product is dat er op lijkt en dat overtuigd op smaakbeleving. Hij heeft daarvoor de verbinding gezocht met de culinaire wereld. Lonneke de Kort had een indrukwekkend verhaal over de eenvoud van BookDifferent en de mogelijke impact van hotelboekingen via haar site op zowel de goede doelen die worden ondersteund als de ‘vergroening van het aanbod’. Talitha Muusse heeft, als mede-initiatiefnemer van De Duurzame Jonge 100, innovatieve, inspirerende, jonge ondernemers een platform gegeven waardoor ze winnen aan bekendheid en relaties kunnen leggen met elkaar, financiers en gevestigde ondernemingen. Het initiatief van Jasper Gabrielse (Seepje, 100% natuurlijk wasmiddel) groeit snel, maar moet nu vooral nog niet al te serieus worden genomen, zei Jasper met en pleitte voor een actievere overheid bij gedragsbeïnvloeding. Investeren in bewustwording De vraag wat de initiatieven nodig hebben om een schaalsprong mogelijk te maken waardoor duurzaam consumeren meer mainstream wordt, leidde tot een keur aan ideeën. Directe financiering van initiatieven door de overheid wordt daarbij niet no- “Bij legbatterijen heeft de overheid ook de norm gesteld en dat heeft de consument toch niet ervaren als een beperking van keuzevrijheid.” een glimlach: “dat geeft vrijheid om ons te ontwikkelen op onze manier”. Ernst van Weperen vroeg zich af of de consument wel bereid is om bewustzijn om te zetten in handelen. Hij pleitte voor meer speelruimte om ‘the ability to sustain’ vorm te geven. Giulietta Cohen (CREM) noemde het toevoegen van een duurzaamheidscheck aan de restaurant-website www.iens.nl en de helpdesk www. bedrijfslevenenbiodiversiteit.nl als concrete resultaten van hun werk, dig geacht. De overheid zou wel moeten investeren in bewustwording en kennis van gedragsbeïnvloeding. Soms blijken kleine bijdragen (van bijvoorbeeld de Stichting Doen) al een enorm effect te hebben. Andere initiatieven werken met eigen middelen (geld en tijd), of trekken relatief gemakkelijk extern kapitaal aan op basis van gelijkwaardige participatie in het initiatief. BookDifferent denkt een schaalsprong via marketing te kunnen maken en mikt daarbij op een private bijdrage, maar ook op marketing via de ondersteunde goede doelen. Bijvoorbeeld verdere vergroening van hun product met hulp van natuurorganisaties. De prijs telt De prijs is een belangrijke factor bij de keuze van de consument voor duurzame producten. De Vegetarische Slager heeft een grotere vraag nodig om qua prijs lager te komen dan het vergelijkbare vlees. Dan kan hij investeren in machines en logistiek (aan grondstoffen is geen gebrek). Jaap pleitte voor interventie van de overheid, parallel aan de groene stroom en eieren: “bij legbatterijen is ook de norm gesteld en dat heeft de consument toch niet ervaren als een beperking van keuzevrijheid”. Marketing is voor hem minder belangrijk: “dat gaat wel via de kwaliteit van mijn product”. Hij ziet exportkansen voor de economie van Nederland als voorloper in duurzaamheid, maar dan moet het momentum nu wel benut worden. Beperk je als overheid in het topsectoren beleid dus niet tot de grote ondernemingen. Lonneke ziet dat Nederland voorop loopt als het gaat om initiatieven, zoals BookDifferent, maar niet in gedrag van consumenten. Ook zij ziet goede kansen in het buitenland. Duurzaam inkopen Vrijwel unaniem pleitten de deelnemers ervoor dat de overheid het voorbeeld geeft door duurzaam in te kopen. Daarbij moet ook ruimte worden gemaakt voor kleinere leveranciers. Cateraars moet een grotere duurzaamheidsdoelstelling worden meegegeven. Er is weinig vertrouwen dat meer duurzaamheidslabels en keurmerken gaan helpen. De mainstream Nederlandse consument heeft daar weinig vertrouwen in en heeft al snel associaties met ‘te duur’. 1. Werk stap voor stap aan het bevorderen van duurzame consumptie door: onafhankelijke informatie te bieden (eiwitconversie en verspilling zijn sleutelfactoren); een visie te ontwikkelen (voor ondernemen en consumeren); normen te stellen (vergelijk eieren uit de legbatterij); het voorbeeld te geven (eigen inkoopbeleid) en gedragsbeïnvloeding te ondersteunen. 3 . EZ zou in het topsectorenbeleid meer aandacht moeten hebben voor het midden- en kleinbedrijf. #natuurkaravaan @RosalieRuardy @VegaSlager: “De machine die onze ‘kip’ maakt neemt 20 m2 in beslag. Voor een kippenstal heb je een heel voetbalveld nodig” #natuurkaravaan @ToekomstNatuur Dorien Soons @CookingDo meeste impact heeft het kiezen voor plantaardige in plaats van dierlijke producten #natuurkaravaan @Marieke_Werf Discussie over noodzaak subsidie ter stimulering duurzame consumptie. Meerderheid zegt nee, #natuurkaravaan @ToekomstNatuur Lonneke de Kort @bookdifferent We willen van 5000 naar 15000 duurzame hotels #natuurkaravaan drie kernpunten in het gesprek 2. Op basis van vrijwilligheid alleen lijkt een omslag naar duurzaam niet te halen. Overweeg (onder meer fiscale) maatregelen die duurzaam consumeren bevorderen (vergelijk groene stroom). social 203 views leestips Het Duurzaamheidkompas meet en duidt de publieke opinie over duurzaamheid en duurzaam consumeren. Duurzaamheidskompas >>> Deelnemers eten hapjes van de Vegetarische Slager. Een gesprek met Lonneke Rhodens (De Mobiele Moestuin), Philip Kuypers (de Spoortuin), Friso Klapwijk (Dakdokters), Evert de Boer (De Kersentuin), Martin van der Harst (Emma’s Hof), Carolline Zeevat (Stadslandbouw Schiebroek), Hans Pijls (Stichting De Wending), Rachelle Eerhart (Groen Dichterbij), Irini Salverda (Alterra Wageningen UR) en staatssecretaris Sharon Dijksma. WONEN EEN INITIATIEF LEVERT ALTIJD IETS OP Inhoudelijke trekker Sandra Greeuw, gespreksleider Marcel Brosens Op maandag 10 maart was de natuurkaravaan te gast bij Emma’s Hof in Den Haag. In de yurt zaten aanjagers van uiteenlopende initiatieven, van mobiele moestuin tot duurzame woonwijk. Bij dit afsluitende karavaangesprek schoof ook staatssecretaris Sharon Dijksma aan. Initiatieven van bewoners zijn pas echt succesvol als ze het een tijdje volhouden, ofwel als er continuïteit in zit. “Toen we met onze ambitieuze plannen bij de wethouder kwamen, was hij pas echt bereid ons te steunen toen hij het gevoel kreeg dat we zelf voor continuïteit konden zorgen”, vertelde Martin van der Harst van Emma’s Hof. “Hij zei: ik wil best iets investeren in de aanleg, maar daarna is het beheer en onderhoud aan jullie”. Hoe heeft Emma’s Hof dat voor elkaar gekregen? “Van meet af aan hebben we iedereen duidelijk gemaakt: de tuin is voor jou, maar ook van jou. Mede door die verantwoordelijkheid te benadrukken, hebben we nu een groep van 120 vrijwilligers, van groengroep voor het tuinonderhoud tot sproeigroep voor de bewatering.” De ‘vrienden van’ betalen ook nog een soort contributie waar bijvoorbeeld materialen van kunnen worden gekocht. Een akker als perspectief Andere initiatiefnemers in de tent onderstreepten dat het delen van eigenaarschap de basis is. De initiatiefnemer(s) moet(en) een idee of plan van meet af aan ook van anderen laten zijn. Je moet als het ware de ideeën van de vrijwilligers volgen. Dat kan zowel in de planfase als tijdens en na de uitvoering. “In onze Spoortuin bedacht iemand dat hij een blotevoetenpad wilde maken en ging daar meteen mee aan de slag. Aan zulke dingen moet je ruimte bieden”, zei Philip Kuypers van De Spoortuin in Rotterdam. Lonneke Rhodens van de Mobiele Moestuin in Haarlem voegde toe: “Mensen hebben wel een perspectief nodig waar ze op kunnen instappen. Dat kan heel letterlijk zijn. Nadat bij ons de braakliggende grond was gefreesd, ontstond er een soort kleine akker en toen gingen mensen denken: daar kan ik iets mee”. Martin van der Harst: “Ook be- langrijk is dat wij onze vrijwilligers koesteren. Dat doen we door ze ieder succesje mee te laten vieren , bijvoorbeeld via Facebook, en door één keer per jaar een vrijwilligersfeest in de tuin te organiseren.” Energieke en nog-niet-zoenergieke samenleving Werkt dit op alle plekken in de samenleving? Ook in minder krachtige wijken? Het kan overal, zeiden de deelnemers in de tent. Overal zijn mensen te bewegen een bijdrage te leveren. In bepaalde wijken, zoals rondom Emma’s Hof, wonen mensen die het proces zelf kunnen opstarten en gaande houden. Rachelle Eerhart van Groen Dichterbij noemde dat de energieke samenleving en wees er op dat er ook een nog-niet-zo-energieke samenleving is; op die plekken kunnen mensen prima een tuin aanleggen en onderhouden, maar een initiatief opstarten en gaande houden is lastiger. Daar zijn brede schouders voor nodig, alsook human capital vulde Irini Salverda van Alterra Wageningen UR aan: “Zoals sociale en communicatieve vaardigheden, kennis van het proces, weten hoe de hazen lopen.” Friso Klapwijk van de Dakdokters merkte op: “Hier in Emma’s Hof hebben de initiatiefnemers feitelijk de proceskosten zelf gedragen, want ze hebben alles zelf gedaan. Daarmee zijn die kosten niet zichtbaar. Op andere plekken heb je een intermediair nodig die het initiatief van de grond trekt. Die kost geld en dan zijn de proceskosten wel zichtbaar.” Zelfvertrouwen Caroline Zeevat is zo’n intermediair. Als kind van 4 jaar had ze al een moestuin en die passie is altijd gebleven. Ingehuurd door woningcorporatie Vestia werkt ze nu als stadslandbouwer in de Rotterdamse wijk Schiebroek-Zuid. Tussen de flats zijn sinds de zomer van 2011 moestuinen te vinden. “Allochtone vrouwen, oude volkstuinders, er zijn veel mensen in de wijk die iets hebben met een moestuin. Ik laat het ook allemaal zo snel mogelijk aan hen zelf over. Je moet goed kijken wat bewoners willen, zelf verschillende brillen doordat mensen onderweg vastlopen. Het lukt dan niet om verbindingen te leggen met bijvoorbeeld “Een zaadje in de grond en een zaadje in het hoofd.” kunnen opzetten. Ze zeggen wel eens dat ze het zonder mij niet zouden kunnen, maar volgens mij kunnen ze het prima zelf. Het heeft met zelfvertrouwen te maken denk ik. Het is daarom jammer dat dit soort projecten steeds minder tot de kerntaken van een corporatie wordt gerekend.” Lukt het niet, dan lukt er vaak toch iets Via media en sites worden de succesprojecten aardig over het voetlicht gebracht. Hoe zit het met de mislukkingen? Een groen buurtproject lukt eigenlijk altijd, zeiden de deelnemers, alleen ziet het er soms niet zo uit als je het in het begin had bedoeld. Feitelijk komt er altijd iets uit voort, al is het maar meer sociale cohesie. Toch is er ook een ander perspectief: soms wordt het beoogde eindresultaat niet gehaald. Irini Salverda van Wageningen UR: “Er mislukken best wat initiatieven, medebewoners, maar ook met de gemeente of andere partijen. Daarnaast staan nog lang niet alle ambtenaren echt open voor burgerinitiatieven. Hoe de verhouding geslaagd versus niet-geslaagd ligt valt lastig te zeggen.” De natuur vaart er wel bij Natuur in en rondom steden kan prima bijdragen aan natuurwaarden, vonden de deelnemers. Friso Klapwijk: “Wij denken dat onbenutte daken een ultieme kans bieden voor de aanleg van een Ecologische Hoogstructuur. Samen met de Gemeente Amsterdam, stadsdeel Centrum en De Groene Grachten hebben we een droom: het ontwikkelen van een nieuw Nederlands natuurgebied, midden in de stad Amsterdam. Dit natuurgebied ligt verspreid over verschillende daken, waarbij inheemse beschermde plantensoorten worden gestimuleerd. Dakgroen hoeft zich namelijk niet te beperken tot se- dum. In dit project streven we naar een totaal oppervlak van 1 hectare (10.000 m2), verspreid over 100 daken in de Amsterdamse binnenstad.” “De kleine snippers groen in de stad kunnen met elkaar ook een natuurnetwerk vormen”, zei Philip Kuypers. “Zo’n stedelijk natuurnetwerk kan ook worden gelinkt aan de natuur buiten de stad. Soms zijn daar maar kleine corridors voor nodig, die vaak met een paar simpele ingrepen zijn te realiseren.” Grotere beweging De deelnemers zien dus directe voordelen voor de natuur, maar ook indirecte. De groeninitiatieven zorgen voor bewustwording over wat natuur is en hoe het werkt. Dat beïnvloedt hoe mensen zich gedragen, bijvoorbeeld bij keuzes die ze in de supermarkt maken. De effecten daarvan zijn in potentie nog veel groter. Lonneke Rhodens: “Je plant een zaadje in de grond, maar ook een zaadje in het hoofd.” Liefdevol loslaten Groene initiatieven zijn erbij gebaat als de betrokken overheid Martin van der Harst vertelt hoe Emma’s Hof is ontstaan. social – veelal de gemeente – het initiatief aan de initiatiefnemers laat. Ruimte biedt voor hun ideeën, het niet overneemt. ‘Liefdevol loslaten’, noemde de Spoortuin dat. Evert de Boer van De Kersentuin, een zelfontworpen groene nieuwbouwwijk in Utrecht: “Ons bewonersinitiatief kon ontstaan omdat de gemeente ruimte bood. Een advertentie in de krant met de tekst ‘initiatief zoekt nemer’. In het vervolgproces hebben we nog wel extra speelruimte moeten bevechten, met name voor de inrichting en het beheer van de openbare ruimte, maar daar zijn we prima uitgekomen.” Ruimte bieden is overigens niet hetzelfde als achterover leunen en niks doen. Martin van der Harst: “De gemeente Den Haag heeft ons geholpen met het aanvragen van een Europese subsidie. Zij hadden daar veel meer ervaring mee, dat was ons niet snel gelukt.” Ook werd opgemerkt dat met (een beetje) financiering van de overheid, andere fondsen sneller geneigd zijn om ook bij te dragen. Vaak is een klein kapitaal alleen bij het begin nodig. Veel potentie Inmiddels was staatssecretaris Sharon Dijksma aangeschoven en had een deel van het gesprek meegeluisterd. Ze vulde aan: “De rijksoverheid kan laten zien waar we naartoe willen. Goede voorbeelden omarmen. In actie komen als een regeling anders zou moeten om iets soepeler te laten verlopen.” Gemeenten kunnen initiatieven van inwoners ook ondersteunen: “Ambtelijke blokkades oplossen, ingangen bieden, vertrouwen geven aan initiatieven van mensen. “ De crux is volgens de staatssecretaris dat de overheid mensen zelf verantwoordelijkheid laat nemen voor de natuur en daarvoor goede voorwaarden stelt. “EZ kan dit niet regelen, maar wij kunnen wel ideeën meegeven. In steden als Rotterdam en Apeldoorn zijn veel goede voorbeelden en die kunnen wij in de etalage zetten. Zodat mensen zich meer gaan realiseren welke potentie er is.” Overigens twijfelde de staatssecretaris niet aan het belang van natuur in de stad voor de biodiversiteit. #natuurkaravaan leestips Een online tool die snel inzicht geeft in de letterlijke waarde van groen en water in de stad. TEEB stad >>> De plek waar Wageningen UR al haar onderzoek naar groene burgerinitiatieven deelt, met bijvoorbeeld een publicatie met tips voor overheden. Wageningen UR >>> Meervoudige democratie >>> drie kernpunten in het gesprek 1. Eigenaarschap is cruciaal om mensen betrokken te houden en te zorgen voor continuïteit. 2. De rol van de overheid is vooral die van liefdevol loslaten. Omarm goede voorbeelden, slecht ambtelijke barrières en biedt soms een klein startkapitaal. 3 . Stadsnatuur, inclusief natuur op daken, is een belangrijk onderdeel van het nationaal natuurnetwerk. @stadsnatuur Ook in de stad is de natuur belangrijk, kan buurtinitiatief aan bijdragen met bloementuin en voedsel(kwaliteit). Bewustwording #natuurkaravaan. @judithbokhove De @Spoortuin brengt de ecologische verbindingen in de stad onder de aandacht bij de staatssecretaris #natuurkaravaan @stadsnatuur Volgens @Dakdokters zou aanpassing Bouwbesluit helpen om natuur op daken verder te helpen, zoals regels windbelasting etc. #natuurkaravaan @annemariebor Maak groen&natuur in #gemeenten ook onderdeel @klimaatbeleid. Binden CO2, koelte & wateropl. #natuurkaravaan @ToekomstNatuur @Klimaatagenda 264 views Initiatiefnemers van groen in de woonomgeving in gesprek met staatssecretaris Sharon Dijksma. Op de grond de boodschappenmand, waarin alle karavaandeelnemers oproepen aan de staatsecretaris konden stoppen. Die boodschappen zijn in de gespreksveslagen verwekt Na het karavaangesprek over wonen, verplaatsten de deelnemers zich naar De Nieuwe Regentes. Daar ontmoetten ze deelnemers uit eerdere karavaangesprekken voor het slot van de gespreksreeks. Staatssecretaris Sharon Dijksma vertelde over de nieuwe natuurvisie en eerste lessen uit de natuurkaravaan. TERUG NAAR HET HART Zes karavaangesprekken met tientallen initiatiefnemers en professionals, over uiteenlopende thema’s, met natuur als rode draad. Wat kunnen zowel initiatiefnemers als overheid van deze serie ontmoetingen leren? Vier observaties. 1. Energie In de tent zaten louter mensen die met veel energie bezig zijn. Ze geloven in wat ze doen en zijn vol passie. Ze handelen naar hun overtuiging. Ze leggen verbindingen die er nog niet zijn. Ze laten zich niet tegenhouden door onmogelijkheden en regels. Ze gaan net zolang door tot ze resultaat zien – hoe klein of groot ook. 2. Alledaags De initiatiefnemers zien natuur als iets dat onlosmakelijk verbonden is met het dagelijks leven. Met waar we wonen, hoe we leren, hoe we produceren, hoe we ontspannen. Ze zien natuur niet als iets uitzonderlijks, eerder als iets alledaags. Iets dat logisch samenhangt met de dingen die we toch al doen. Het benutten en beleven van natuur betekent ook zorgen voor natuur. Zo simpel is het voor velen. Het lijkt erop dat deze manier van kijken een succesfactor is. 3. Systeem Veel initiatieven passen niet zomaar binnen bestaande systemen. ‘Groene medicijnen’ krijgen te maken met de stugge zorgstructuur, mensen die kinderen meer over natuur willen leren met overvolle onderwijsprogramma’s. Soms veranderen systemen wel, maar gaat het erg traag, bijvoorbeeld op het vaan urkara #natu n #natuur karavaa an Tot slot: nieuwe initiatieven blijven nodig Kleine initiatieven worden groot, en dat is vanuit het oogpunt van impact erg fijn. Er kleeft evenwel ook een mogelijk nadeel aan. Als dingen groter worden, of groteren mee gaan doen met de kleintjes, dan kan het duurzaamheidsniveau of de natuurkwaliteit wel eens uithollen tot een soort wettelijk mi- uurk arava 4. Netwerk Eerst was er burgerparticipatie. Toen overheidsparticipatie. Maar beide termen zeggen: ‘de een participeert in een initiatief van de ander’. In veel van de besproken initiatieven lijkt dat eigenlijk helemaal niet de situatie te zijn. Rond veel initiatieven zijn participatienetwerken ontstaan waarin allerlei partners – burgers, ondernemers, zzp’ers, overheden – op min of meer gelijkwaardige basis (kunnen) deelnemen. Die participatienetwerken zijn misschien wel de hoeksteen van de energieke samenleving. #nat gebied van internationale duurzame handel. De meeste initiatiefnemers dromen van meer impact, van (nog) meer resultaat, van een betere wereld. Maar ze lopen tegen de onmogelijkheden en soms zelfs ‘perverse prikkels’ van systemen op. Dat frustreert wel eens. Als voorbeeld het ‘systeem’ van consumeren. Duurzaam consumeren wordt nu volledig aan de keuzevrijheid van de consument overgelaten. Zowel in de sessie over ondernemen als over consumeren gingen geluiden op dat de grenzen van die ‘aanpak’ in beeld komen. Op basis van vrijwilligheid alleen lijkt een omslag naar duurzaam niet te slagen. “Legbatterijen waren nooit verdwenen als ze niet verboden waren.” nimum. Of tot precies datgene dat je moet doen voor een keurmerk. Anders gezegd: schaal heeft de neiging op gespannen voet te staan met (natuur)ambitie. Er blijven dus nieuwe initiatieven nodig om te prikkelen, om volgende stappen te zetten, om de gevestigde orde uit te dagen. Zo’n continue aanwas van nieuwe ideeën lijkt voorlopig nog wel even nodig om de natuur terug te brengen waar die volgens velen hoort: in het hart van onze samenleving, in het hart van wat we denken en doen. Energie ‘Hoe houden we de energie erin?’, vroegen we de deelnemers tijdens de afsluitende sessie. Een paar boodschappen uit de mand. “Onschotting, zowel mentaal als beleidsmatig.” “Samenwerken met mensen die dezelfde passie delen: kennis en ervaring uitwisselen en elkaar inspireren.” “Experimenteerruimte.” drie kernpunten in de karavaan “Bij elkaar komen, oploopjes organiseren.” 1. Energie zorgt voor beweging. Koester de energie die er bij initiatiefnemers is en geef het ruimte. “Succesverhalen gebruiken als iconen. Succes geeft energie. Resultaten inspireren.” 2. Verbinding maakt sterker. Stimuleer en ondersteun (kennis) netwerken rondom en tussen initiatieven. “Energie moet je niet vasthouden, maar laten stromen!” 3 . Houd initiatieven praktisch, dichtbij en menselijk. Dan kunnen ze systemen van onderop en binnenuit veranderen. Tegelijkertijd kan de overheid juist op systeemniveau actief zijn, bijvoorbeeld om openingen te creëren in de zorg, in het onderwijs, binnen Europa en bij de WTO. 174 views Colofon Dit is een publicatie van het ministerie van Economische Zaken. Dank aan alle deelnemers die tijd vrijmaakten en enthousiast hun ervaringen wilden delen! De nieuwste ontwikkelingen rondom de natuurvisie zijn te volgen via twitter, @natuurvisie2014. Het creatief concept van de natuurkaravaan kwam van Sprekend Platteland. Wiebe Kiestra maakte de foto’s voor dit verslag. De video’s over de natuurkaravaan werden gemaakt door Westmedia. Publicatiedatum: april 2014.
© Copyright 2024 ExpyDoc