lezen - PKN Angerlo

10
Lastare I jaargang 30 I nummer 3 I augustus 2014
We zijn op I juni te gast in de Protestantse Gemeente
te Angerlo-Doesburg, een 'ongedeelde, open, gastvrije
en vierende geLoofsgemeenschap waar mensen met
eLkaarvreugde beLeven aan Goddelijke inspiratie,
gemeenschappelijke zingeving en maatschappelijke
actie'.
Marjan de Vos - van de Hoef & WiUem de Vos
ls we het prachtige Hanzestadje Doesburg binnenrijden, komen we onverwacht midden in een middeleeuwse
scène terecht. Bedelaars, jonkvrouwen,
handwerkslieden, verkopers, soldaten en boeren. En daartussen een hedendaagse cameraman. We wrijven onze ogen uit. Waarschijnlijk
is het ter voorbereiding op de Doesburgse Hanzefeesten op 14 juni. De dag waarop heel Doesburg zal zijn omgetoverd in een middeleeuwse
stad en de bezoekers in de Martinikerk gratis
een kop soep, een homp brood en een schijf meloen kunnen krijgen.
Hoe zou Doesburg er op een middeleeuwse
zondagochtend hebben uitgezien? Gingen de
boeren en de burgers massaal naar de Sint Maartenskerk? Want aan het eind van de Middeleeuwen stond deze kerk er al. Het was natuurlijk
nog een kerk van Rome, want andere smaken
waren er niet. Er hingen voor zover bekend nog
geen klokken in de toren. En er stonden waarschijnlijk geen stoelen of banken in de kerk.
Hooguit een koorbank. Helemaal aan het einde
van de Middeleeuwen was de kerk zijn eerste orgel rijk, in 1494. Hoe zou dat geklonken hebben?
Welke muziek zou de organist hebben gespeeld?
Hoe klonk het koor? Als de stenen eens konden
spreken en konden prijsgeven wat ze hebben gehoord en gezien ...
A
De prachtige, statige Grote of Martinikerk verwelkomt ons vandaag met welluidend klokgebeier. Ook als je niet naar de kerk gaat kan je
daar niet omheen.
We zijn te gast in de kerkdienst van de PKN-gemeente Angerlo-Doesburg,
Zodra de klokken zwijgen klinkt vanaf het grote
Walckerorgel achter ons een improvisatie over
lied 285:
Het licht is ons voorgegaan
en straalt als een lopend vuur
Het wijst ons de weg hoe wij
in vrede kunnen gaan
Dit licht is voor ons de zon!
Het zegt hoe de goede God
het donker van onze nacht
met liefde overwon.
Een improvisatie, dat is muziek die maar even
bestaat en niet herhaalbaar is. Of het moet zijn
door een muziekopname. Tijdens de improvisatie schijnt de zon nog volop door de hoge ramen
van de kerk. Alsof dat vanzelfsprekend is bij een
lied over het licht van de zon dat straalt als een
lopend vuur.
Maar bij de aanvang van de dienst benemen
wolken het zicht op de zon. Alsof dat hoort bij
de zondag na hemelvaart. Die heeft vaak niet
zulke vrolijke trekken. De naam Wezenzondag
zegt het al: een wat treurige zondag tussen Hemelvaart en Pinksteren. Discipelen van Jezus die
wat verdwaasd naar de hemel staren. En daarna
bedroefd bij elkaar zitten in een bovenzaal, in
afwachting van wat komen gaat. Ook al geeft
het Evangelie geen enkele aanwijzing voor deze
droefheid.
Het is de cantor-organist, Wilbert Berendsen,
die gelukkig een heel andere toon zet. Na zijn
wervelende improvisatie oefent hij met ons lied
663: 'Al heeft hij ons verlaten, hij laat ons niet
Letare I jaargang 30 I nummer 3 I augustus 2014
11
licht door de kaarsen te ontsteken.
Dat bevestigden we in de woorden die we spreken in de bemoediging:
Kom en doe ons ervaren
dat uw spreken
licht en ruimte schept,
vandaag, morgen en altijd,
amen
Bij het zingen van de eerste Psalm. 27. klinkt onverwacht de antifoon vanaf het orgel. door de
heldere stem van de organist. Het is mooi om te
horen en te voelen hoe deze kerkmusicus wezenlijk bijdraagt aan het karakter van de dienst.
Zowel aan het ontroerende van het verweesde
gevoel als aan de vreugde van het licht waar
Psalm 27 over zingt: waar is het duister dat mij
onheil baart?
Grote- of Martinikerk
Protestantse Gemeente
te Angerlo / Doesburg
Kerkdienst:
zondag 10.00 uur
alleen'. Een kerkdienst is van oudsher een 'godsdienstoefening'. Dan hoor je ook iets te oefenen.
Dit lied kennen we overigens al, maar dan op de
melodie van 'Wie soll ich dich empfangen' uit
1653. Het nieuwe Liedboek heeft een goede keuze
gemaakt, want deze oudere melodie van Bartholomäus Gesius (cantor in Frankfurt aan de Oder),
bewerkt door Telemann, past veel beter bij de
sfeer van de tekst. Want: Hij laat ons nooit alleen
en wat wij in hem bezaten is altijd om ons heen,
als zonlicht om de bloemen.
Ongezegd straalt de liturgie licht uit op deze Wezenzondag.
Een wat ouder gemeentelid, met het Downsyndroom, verspreidt aandachtig en zorgvuldig het
I2
lzetare I jaargang 30 I nummer 3 I augustus 2014
'I
"
~
~--------
E
----,
r---
--....,j--
-J __
---
-----
Orgelmuziek: improvisatie over lied 285
De cantor oefent lied 366
Voorbereiding
De (gast)voorganger is drs. Christa Klaver uit
Beek, contextueel therapeut en pastor.
Na bemoediging en kindergebed neemt zij de
kinderen, maar zeker ook de volwassenen, mee
in het verhaal van de ekster, die af en toe een
poosje vertrokken is en dan plotseling weer terug is. Totdat de ekster op een donkere dag aankondigt dat hij echt, voorgoed weggaat. Terwijl
in het bos nog nooit iemand voorgoed vertrokken was. Dat kon ook niet, vonden sommige
dieren. Je kunt niet iemand nooit meer zien.
Alle dieren riepen hem tegelijk, schreven hem
een brief, maar er kwam geen antwoord. Wat
ze ook probeerden, ieder voor zich of gezamenlijk, de ekster kwam niet terug en liet niet van
zich horen. Ook met zijn allen zoeken leverde
niets op. De dieren vergaderden over wat hun te
doen stond, maar werden het niet eens. Tot de
mier voorstelde om de moed maar op te geven.
Er ging een zucht door de vergadering. Iedereen
was het met de mier eens. 'Behalve ik!' kraste
opeens de ekster vanaf de achterste rij. En hij
kondigde aan dat hij nooit meer zou vertrekken.
'Zeg maar niets', zeiden de dieren, 'maar blijf
gewoon.'
Welkom
Aansteken van de kaarsen
Lied 285
Bemoediging
Psalm 27: 1,4,7 met antifoon 640f
Kyriegebed en Gloria van lied 29ge
Groet
Dienst van de Schrift
Gebed bij de opening van de Schrift
Ki nderu itleg
Lied 666
Eerste lezing: Ezechiël 39,21-29
Lied 317
Tweede lezing: Johannes 17, 1-13
Acclamatie
Uitleg en verkondiging
Lied 663
Dienst van de barmhartigheid
Dankgebed-voorbede-stil
gebed-Onze
Vader
Responsie lied 368f
Mededelingen
Inzameling van de gaven
Slotlied: 662: 3 en 4
Wegzending en zegen
Orgelmuziek: Praeludium en Fuga in C, BWV
547, Johann Sebastian Bach
LiEtare I jaargang 30 I nummer 3 I augustus 2014
13
Wat een kracht hebben verhalen als ze verteld
worden. Te meer in deze prachtige kerk met een
nagalm van enkele seconden.
Voorafgegaan door lantaarntjes gaan de kinderen vervolgens naar hun eigen kinderviering.
De voorgangster legt in haar verkondiging een
mooie verbinding tussen het dierenverhaal, Wezenzondag en ons. Want gezien de gemiddelde
leeftijd kent bijna iedereen de ervaring wel van
verweesd zijn. 'Een kerk vol verhalen'. Verhalen
van mensen die als klein kind een ouder verloren, hartverscheurend en onverdraaglijk Maar
ook op latere leeftijd is het verliezen van ouders
ingrijpend en aangrijpend. 'Een moeder sterft
altijd te vroeg' en je blijft altijd kind van je ouders.
Zo legt zij de verbinding met de afscheidsrede
van Jezus in Johannes 17.
Zij sluit de verkondiging af met het beeld van
God die de steun en toeverlaat wil zijn voor
wie nog niet op eigen benen kunnen staan.
Tegenover succes, winst en vernieuwing, de
sleutel(gat)woorden van onze samenleving staan
liefde, ontferming en vrede.
We beantwoorden de verkondiging met het lied
dat we hebben geoefend.
Orgels
De grote of Martinikerk beschikt over maar liefst drie orgels van
naam. Het hoofdorgel, een Walckerorgel dat in deze dienst werd
gebruikt. Een koororgel van orgelbouwer Flentrop en een kabinetorgel van bouwer Freytag uit Groningen dat na een periode
van bruikleen aan de kerk geschonken werd.
De organist is in zijn voorspel in staat om dat
grote, beroemde Walckerorgel te laten fluisteren
en tjilpen als een vogel.
Roerige geschiedenis
De Martinikerk, genoemd naar Martinus van Tours, heeft
een roerige geschiedenis van blikseminslagen, brand, verwoesting en steeds weer herbouw achter de rug. De kerk is
sinds 1586 in protestantse handen.
Tijdens hun terugtocht in 1945 schoten Duitse soldaten de
toren in brand waardoor ook een groot deel van de kerk
zwaar beschadigd raakte. In 1972 werd de kerk, na jarenlange restauratie, weer in gebruik genomen.
Diverse schilderingen op de pilaren herinneren aan de vele
beschadigende gebeurtenissen en de daarop volgende
wederopbouw.
Aan het einde van de dienst ontmoeten we onverwacht bekenden. 'Soms zou je alleen al voor
de organist naar de kerk komen', zegt één van
hen. En voor deze musicus kom je inderdaad
graag je bed uit. Maar we zijn ook van mening
dat de cantor-organist en de voorgangster samen
deze dienst hebben gemaakt.
Als we de kerk verlaten zijn de middeleeuwse
figuranten uit het straatbeeld verdwenen. Waarschijnlijk zoals dat ook in de Middeleeuwen gebeurde. Van de kerk ging je naar de kroeg.
<
De auteurs doen elk kwartaal verslag van hun
Verkenningen in Laetare.
I4
1-
Leerare
I jaargang
30
I nummer
3 I augustus 2014