OliE-H ONMiSBAAr iN StAMMENtEElt

Gegrond
Nieuwsbrief van Certis Europe B.V. voor de Akkerbouw en de Vollegrondsgroenteteelt
Overzichtelijke
productwijzer app
pagina 3
Nieuwe informatiebronnen
Het lijkt zo vanzelfsprekend, maar we zijn weer
een stap verder gekomen door niet stil te
staan. Een nieuw teeltseizoen is aangebroken,
de voorjaarswerkzaamheden zijn door het
vroege voorjaar al ver gevorderd. De basis
voor een geslaagde teelt is daarmee gelegd.
Daarbij koersen we meestal op de ervaringen
van voorgaande jaren. Kennis die in het verleden is opgedaan is van onschatbare waarde.
Maar om vooruit te kunnen geeft alleen het
verleden onvoldoende informatie. Door stappen voorwaarts te maken, voorkom je stilstand in je onderneming. Het draait bij goed
ondernemerschap niet om elk jaar hetzelfde
kunstje doen. Wie bij wil blijven, zal zich ook
moeten verdiepen in nieuwe informatiebronnen. Die zijn gelukkig ruimschoots beschikbaar. Diverse voorbeelden zijn te vinden op
het internet, in vakbladen en natuurlijk in deze
uitgave van Gegrond.
Neem nu het gebruik van moderne communicatiemiddelen als de smartphone. Zelfs
met een goede inrichting van een smartphone
kun je als landbouwer al stappen voorwaarts
maken. Welke informatie-apps zijn beschikbaar? Hoe zorg je dat je apps snel kunt raadplegen om de juiste beslissingen te kunnen
nemen op het moment suprême? Certis heeft
informatieve en gratis te downloaden apps
beschikbaar. Wie actuele en in het seizoen
relevante productinformatie beschikbaar wil
hebben kan de Certis Productwijzer app downloaden. Of voor informatie over schilbrandgevoeligheid is de Gro-Stop app beschikbaar. Stel
niet uit, maar download deze nieuwe informatiebronnen nu. Weer een stap vooruit!
Harry Salomons, Crop Manager
Jaargang 10 - Nr. 17 - april 2014
Positieve reacties
Nissodium
pagina 5
Mocap 15G
werkt doeltreffend
pagina 6
Olie-H onmisbaar in
stammenteelt
Om virusaantastingen te voorkomen, gebruikt stammenteler Gert Boomsma al heel wat jaren Olie-H in combinatie met een luizenmiddel.
Arrow,
Arnova,
Fresco,
Diamant,
Maranca, Luisa, Santé, Fontana, Signaum,
Ambassador, Markies, Esmee, Picasso.
Bij zo’n opsomming aan aardappelrassen
kun je er al bijna zeker van zijn dat je
terecht bent gekomen bij een stammenteler. Dit rijtje van dertien namen hoort bij
akkerbouwer Gert Boomsma uit het Friese
Minnertsga. Voor hem is OIie-H daarbij een
onmisbaar middel om de stammen virusvrij
te houden.
100 procent als
S-materiaal afleveren
Alweer ruim twintig jaar lang teelt Boomsma
pootaardappelen. De laatste jaren heeft hij
zich voor de volle 100 procent gespeciali-
seerd in stammenteelt. Inmiddels is de totale
oppervlakte die hij met dit hoogwaardige
uitgangsmateriaal verbouwt 32 hectare. “Wil
je zo’n flink areaal aan stammenteelt kunnen blijven bolwerken, dan moet je op alle
fronten in de teelt secuur te werk gaan”,
meent de stammenteler. Boomsma begint
de opbouw van het rassenarsenaal met de
aankoop van miniknollen. “Dat is de eerste
stap voor een zuivere start van de stamselectie.” Daarna teelt hij elke oogst nog vier
keer na, voordat ze als S-klasse pootgoed het
bedrijf verlaten. “Het is de grootste kunst om
ervoor te zorgen dat de pootgoedstammen
ziektevrij blijven. Een van de maatregelen
betreft het virusvrij houden van de knollen”,
vertelt de stammenteler. Belangrijk daarbij is
ervoor te zorgen dat luizen die virus met zich
vervolg op pagina 2
Gegrond
1
vervolg van pagina 1
meedragen geen kans krijgen om aardappelplanten te infecteren. Om dat te voorkomen
gebruikt Boomsma al heel wat jaren Olie-H
in combinatie met een luizenmiddel. Door
Olie-H te spuiten, krijg je een dunne oliefilm
op de bladeren. Wanneer dan een luis in het
aardappelblad prikt, strijkt het virus – dat aan
de steeksnuit zit – er door de olie af.”
Ik wil 100 procent S’en afleveren
Van groot belang bij de toepassing is een
goede verdeling van de olie over het blad. Dat
weet Boomsma heel goed uit eigen ervaring.
“Vanaf het moment dat 50 - 90 procent van
de planten boven staat totdat de stammen
dood zijn, spuit ik wekelijks 6,25 liter Olie-H
per hectare samen met de luizenbestrijding.
Ik wil namelijk graag 100 procent van de
stammen als S’en afleveren. Olie-H is daarvoor
onmisbaar”, aldus de stammenteler.
n
Luizendruk in bloembollen is signaal
voor bestrijding in pootaardappelen.
“Bloembollentelers in Noord-Holland kiezen in
veel gevallen voor Gazelle, omdat het steeds
goed uit de proeven komt”, licht vertegenwoordiger Marco van Soesbergen van CAV
Agrotheek uit Wieringerwerf toe. Uit de meest
recente resultaten van onderzoek door proeftuin Zwaagdijk blijkt het weer de beste luizenbestrijder te zijn.
waarop speciale plakplaatjes zijn aangebracht.
Hiermee kunnen we veel sneller luizen in een
gewas signaleren. We hebben ontdekt dat de signalering met vangbakken zelfs vaak te laat komt.
Zet je de twee methoden naast elkaar, dan zie je
in de vangbak nog niets, terwijl op de plakplaatjes
al de eerste luizen kleven. Wat betreft de dosering
van Gazelle adviseren we in tafelaardappelen
0,25 kilogram per hectare en in bloembollen 0,23
kilogram per hectare. In bloembollen gaat het om
een behandeling een keer per twee tot drie weken
en in pootaardappelen vier keer. Bij beide teelten
raden we aan met zo veel mogelijk water te spuiten, minimaal 400 liter per hectare.”
n
Tijdig starten
“Gazelle is vooral stabieler gebleken dan middelen
van de concurrentie. Dat zit ’m dan voornamelijk
in de betere hechting van het middel en de snellere opname door de aardappelplant. Voor het
tijdig inzetten van Gazelle is het belangrijk om te
kijken naar de luizendruk”, weet Van Soesbergen
uit ervaring. In bloembolgewassen is een toepassing zeker een maand eerder nodig dan in de
aardappelteelt. “Hier in Noord-Holland hoeven we
eigenlijk alleen maar de luizentellingen voor de
bloembollenteelt in de gaten te houden. De start
van deze teelt gaat namelijk vooraf aan die van
aardappelen. Zodra de luizendruk in het voorjaar
begint op te lopen gaat een bericht uit naar al
onze bloembollentelers: zet nu Gazelle in. Voor
gebruik in pootgoed hanteren we standaard het
advies om tijdig te starten met een bespuiting.”
Alert op luizen bij de groeistart
“Sommige pootaardappeltelers denken nog steeds
dat begin mei de luizendruk nog zo laag is dat ze
nog wel even kunnen wachten met spuiten”, vervolgt Van Soesbergen. “Maar dat uitstel verhoogt
juist het risico op virusaantasting. Luizen tellen hoef
hier je dan zeker niet meer te doen, want die zijn
er al volop vanwege de veel vroegere bloembollenteelt. Daarin hebben we dan al lang Gazelle
ingezet. Zowel voor tulpen als aardappelen geldt
dat het venijn niet in de staart maar in het begin
van de teelt zit. Om virus te voorkomen, moet je
juist bij de start van het groeiseizoen heel alert
zijn op luizen. Dat doen we hier tegenwoordig niet
meer met de gele vangbakken, maar met platen
Gegrond
“Om tijdig en op het juiste moment Gazelle in te zetten, is het belangrijk om te kijken naar de luizendruk”, weet
Marco van Soesbergen uit ervaring.
2
Certis introduceert overzichtelijke
Productwijzer app
Om snel en overal de meest recente informatie over de producten van Certis te kunnen
raadplegen, is sinds kort de Productwijzer
app voor smartphones beschikbaar. Met
de introductie van deze gratis app hebben
telers, adviseurs en vertegenwoordigers alle
gegevens over de producten van Certis altijd
binnen handbereik.
Altijd up-to-date
De Productwijzer app bevat overzichtelijk alle
etiketten, technische informatie en de meest
actuele gegevens over het middelenpakket
van Certis. Gebruikers kunnen eenvoudig en
snel in het menu navigeren. Alle beschikbare
informatie is overzichtelijk gerubriceerd, alfabetisch en op datum. Dat maakt het mogelijk
om à la minute de gewenste productgegevens
op te zoeken. Over de actualiteit hoeven
de gebruikers zich geen zorgen te maken:
Met de Productwijzer app van Certis beschikt de gebruiker à la minute over de gewenste productgegevens.
de Productwijzer app is altijd up-to-date.
Voor geïnteresseerden is de applicatie gratis
beschikbaar voor alle smartphones en tablets.
Voor het downloaden van de Productwijzer
app, gaat u naar de App store, Google play of
Windows store. Vul vervolgens in de zoekregel
‘Productwijzer’ of ‘Certis’ in, om de app direct
te downloaden.
n
“Laat ze maar komen die apps!”
Walter Testers is inkoper bij Kleinjan’s
Aardappelhandel uit Nieuw-Beijerland.
Zijn beroep brengt hem dagelijks in
contact met boeren. Zij stellen hem ook
vragen, bijvoorbeeld over de bewaarbaarheid van aardappelrassen. Vandaag
de dag hoef je niet alle kennis paraat
te hebben, als je deze maar weet te
vinden en daarvoor heb je tegenwoordig diverse apps, lacht Testers. Hij haalt
zijn eigen smartphone tevoorschijn om
te laten zien wat hij zoal beschikbaar
heeft. “Het handige van een smartphone
is dat je alle informatie bij de hand hebt.
Apps zoals die van middelenfabrikanten en laboratoria als het HLB vind ik
hartstikke handig. Die van de Certis
Gro-Stop gebruik ik heel regelmatig om
de schilbrandgevoeligheid te achterhalen. En ook de nieuwe Productapp van
Certis geeft veel informatie. Belangrijk
voor ons werk is dat je snel antwoord
hebt op vragen. Klanten waarderen dat.
Daarmee kunnen bedrijven zich onderscheiden in de markt. Dus ik zeg: laat
ze maar komen die apps! Ik ben er wel
H-app-ig op”, grapt Testers.
3
“Klanten waarderen dat je advies direct paraat hebt. Daarmee kunnen we ons onderscheiden in de markt”,
ervaart Walter Testers.
Gegrond
“Valbon vooral goede gewasverzekering”
Marc Steijn runt een akkerbouwbedrijf in
Zeewolde. Een belangrijk deel van het
bouwplan in zijn onderneming is gereserveerd voor de teelt van 1e-jaars plant- en
zaai-uien. Vooral de 1e-jaars plantuien vragen veel zorg en aandacht. Zeker als het
gaat om het voorkomen van ziekten zoals
valse meeldauw, stemphylium en bladvlekkenziekte. “Die mogen absoluut niet in het
uitgangsmateriaal voorkomen”, aldus Steijn.
Valbon kan ook beginnende infecties
stoppen
“Valbon heeft als voordeel dat het niet alleen
de werkzame stof mancozeb bevat, maar
ook benthiavalicarb”, vult Steijn aan. “Dat
heeft een lokaal systemische werking en
kan daarmee beginnende meeldauwinfecties
stoppen. Stel ik had vanmorgen moeten
spuiten, maar door een fikse regenbui moet
dat worden uitgesteld. In zo’n geval kun je
dan dus Valbon inzetten. Met andere nu
beschikbare middelen die enkel op basis van
mancozeb preventief werken gaat dat niet. Ik
zie Valbon vooral als een goede gewasverzekering. Voor mij telt alleen dat ik een goed
ziektevrij product wil afleveren.”
n
Uitgangsmateriaal
ziektevrij houden
De jonge zeeklei rondom het bedrijf van
Steijn is uitermate geschikt voor de teelt van
uien. Normaal kan de uienteler al vroeg aan
de gang met het uien zaaien. Dit voorjaar is
de ondergrond echter erg nat en taai. Door
de vele neerslag in het najaar en het ontbreken van vorst in de winter laat de structuur te wensen over. Dus restte hem niets
anders dan geduldig te wachten tot ook de
onderlaag voldoende droog was om een fijn
zaaibed te kunnen maken. “Dat is erg belangrijk om een gelijkmatige opkomst te krijgen.
Daarmee creëer je uiteindelijk ook de beste
omstandigheden voor ziektebestrijding”,
weet Steijn. Ook als het gaat om het voorkomen van valse meeldauw. “Hoe sterker de
planten, hoe beter de middelenopname, hoe
zekerder je bent van een goede werking.”
Flexibele afwisseling
Op advies van zijn teeltbegeleider Jorik
Dijksterhuis, werkzaam bij Agrifirm Plant,
gebruikt hij het middel Valbon. Samen leggen ze uit dat het nog maar kort toegelaten
middel in uien een mooie aanvulling vormt
op het bestaande aanbod. In een 4- tot
10-daags spuitschema wisselt Steijn het middel Valbon dit jaar af met een ander middel dat ook op valse meeldauw werkt. “Die
flexibele afwisseling zorgt ervoor dat ook
bij hoge meeldauwdruk de ziekte toch goed
bestreden kan worden”, licht Dijksterhuis toe.
“Het past bovendien prima binnen het etiket.
Met de eerste bespuiting mag je beginnen
vanaf het moment dat de planten in de rij
elkaar beginnen te raken. En dan kun je,
afhankelijk van de ziektedruk, maximaal drie
bespuitingen uitvoeren met een interval van
zeven tot veertien dagen. Als je dan ook
wilt afwisselen met een ander middel, dan
mag dat. Echter als je drie keer Valbon hebt
ingezet, dan moet je een time-out van dertig
dagen in acht nemen voordat je weer Valbon
mag inzetten”.
Gegrond
n
“Ik zie Valbon vooral als een goede gewasverzekering. Voor mij telt alleen dat ik een goed ziektevrij product wil
afleveren”, meent uienteler Marc Steijn (boven). Teeltbegeleider Jorik Dijksterhuis van Agrifirm kan dat beamen.
4
veel positieve reacties over nissodium
Volgens Fokke Smit zijn er jaarlijks grote
regionale verschillen in meeldauwdruk in
granen. In gebieden waar meeldauw toeslaat, kunnen flinke aantastingen zichtbaar
zijn. We geven teeltadviseurs het advies
mee om 0,25 liter Nissodium toe te voegen
aan de reguliere schimmelbestrijding, zeker
als de omstandigheden voor meeldauw
gunstig zijn of als er op het moment van
spuiten al meeldauw aanwezig is. Dat dit
goed werkt, is wel gebleken uit de vele
positieve reacties die we vorig seizoen hebben ontvangen.
Uitkomst voor
gevoelige graanrassen
Combinatiemiddelen hebben volgens Smit
slechts een nevenwerking op meeldauw.
Bovendien is door het veelvuldig toepassen van dezelfde werkzame stof in veel
graanmiddelen de laatste jaren een verminderde gevoeligheid ontstaan. De gevolgen
hiervan zijn in de praktijk merkbaar, vooral
in gebieden waar gevoelige tarwerassen
groeien. Ieder jaar nemen daar de problemen met meeldauw toe, ervaart Smit. “We
zien hierin vooral een opmars van vroege
aantastingen.”
Zowel preventief als curatief
Voor de gevoelige graanrassen is Nissodium
een uitkomst. Met het voor Nederland nog
vrij nieuwe fungicide is de schimmelziekte
namelijk uitstekend onder controle te houden, inclusief de minder gevoelige typen.
“We zien vooral een opmars van vroege aantastingen. Voor de gevoelige graanrassen is Nissodium een uitkomst”, ervaart Fokke Smit.
Dat is mede te danken aan de werkzame
stof in dit middel, cyflufenamid uit de nieuwe
chemische groep van phenyl-acetamides.
Belangrijk is ook dat Nissodium zowel een
sterk preventieve als curatieve werking
heeft. Het beste is natuurlijk om een meeldauwaantasting voor te zijn. De meeste
graantelers weten wel wanneer het erop
aan komt. “Bij een dikke stand, verzwakte
plekken in het gewas, vochtig/warm weer
en dat allemaal aan het eind van de uitstoeling, dan kun je met zekerheid meeldauw
verwachten”, weet Smit. Vlak daarvoor is
dus het aangewezen moment om een preventieve behandeling met Nissodium uit
te voeren. En dat kan in alle belangrijke
graanteelten. “Wanneer de meeldauw al is
toegeslagen, dan is er nog geen man overboord. Nissodium heeft ook een sterke curatieve werking. Dus zodra al een aantasting is
waargenomen, is Nissodium in stadium T1
ook curatief toe te dienen, zowel solo als
in een tankmix. Voor de aparte bespuiting
is de adviesdosering 0,5 liter per hectare.
In de tankmix met andere fungiciden, is de
adviesdosering 0,25 liter per hectare.”
n
Belangrijk is dat Nissodium zowel een sterk preventieve als curatieve werking heeft.
5
Gegrond
Mocap 15G werkt doeltreffend op alle
ritnaalden
Net als veel andere organismen komen
ook ritnaalden in meerdere soorten voor.
Tussen de soorten zijn er verschillen in
ontwikkelingscycli aan te wijzen, geeft
technisch adviseur Harry Hansma aan. Dat
zijn de feiten, evenals het gegeven dat het
aantal meldingen van schade in aardappelen jaar op jaar toeneemt. Met Mocap
15G heeft de sector gelukkig een doeltreffend middel in handen om dat juist te
voorkomen.
Mocap geeft laagste
knolaantasting
Officiële veldproeven en praktijkervaringen
leveren al jaren achtereen het bewijs dat
Mocap 15G de beste werking heeft op
ritnaalden. Dat blijkt ook uit de grote vraag
naar Mocap. Steeds meer telers en afnemers van aardappelen laten weten dat ze
ritnaaldenschade in aardappelen aantreffen. Voor een deel heeft dit te maken met
het verdwijnen van breed werkende insecticiden in de aardappelteelt. Het gevolg
hiervan is dat de populatie ritnaalden in
sommige percelen zover is toegenomen, dat
het vaker tot schadelijke aantastingsniveaus
leidt. Maar er komt nog een factor bij. Het
lijkt er namelijk op dat de aanwezigheid van
verschillende soorten toeneemt. Harde cijfers zijn hierover nog niet voorhanden. Wat
we wel weten, is dat Mocap ook deze goed
weet te bestrijden. Inmiddels kennen we
vier belangrijke soorten binnen het geslacht
Agriotes. Deze kunnen alle vier kwaliteitsverliezen veroorzaken wanneer je ze niet op
tijd aanpakt, aldus Hansma.
Goede werking onomstotelijk bewezen
Problemen doen zich zowel voor in de
tafelaardappel- als in de industrieteelten. In
diverse participatieonderzoeken die Certis
onder meer bij PPO Lelystad, op de locaties
Westerbork en Koekange en recentelijk op
de Oostwaardhoeve heeft uitgevoerd, is de
krachtige werking van Mocap onomstotelijk
bewezen. Het draait bij kwaliteitsbeoordelingen namelijk altijd om de cruciale beslissing:
goedgekeurd of afgekeurd. “Dan zie je dat
na een behandeling met Mocap de wijzer
vaak doorslaat naar een goedkeuring”, laat
Hansma zien. In de genoemde participatieproeven zijn diverse middelen en behandelmethoden tegen ritnaalden met elkaar
vergeleken. Mocap gaf hierbij de laagste
knolaantasting. De knollen uit de Mocap
plotjes zijn voor een praktijkbeoordeling
aangeboden aan de verwerkende industrie.
Daarbij kwam aan het licht dat na schillen
de licht aangetaste knollen van de Mocap-
“Na een behandeling met Mocap 15G slaat de wijzer veelal door naar een goedkeuring”, vertelt Harry
Hansma.
objecten in aanmerking kwamen voor levering en verwerking. De inboringen bleken
bij deze licht aangetaste knollen slechts
ondiep. En dat kan juist het verschil maken
tussen wel of niet kunnen leveren. Het ultieme bewijs dat het middel voor een goede
en rendabele aardappelteelt onmisbaar is bij
n
verwachte problemen met ritnaalden.”
Chloor-ipc onmisbaar in de preiteelt
Om in het voorjaar muur in prei goed
onder controle te houden, willen preitelers graag een toelating voor Certis
Chloor-IPC vloeibaar. Zeker wanneer
het voorjaar koud is, zien preitelers Chloor-IPC als de oplossing in
de strijd tegen onkruiden als muur.
Sectorbetrokkenen als Hans de Keijzer
van Hoofd Productschap Akkerbouw
(HPA) en Piet van der Haas van Mertens
Agro onderstrepen dat belang.
Knelpunten oplossen
“We werken momenteel hard aan een
toelating voor Certis Chloor-IPC in prei”,
laat De Keijzer weten. Dit voorjaar is een
Gegrond
38A-aanvraag (120-dagenregeling) de deur
uitgegaan, omdat een definitieve toelating
via de nieuwe regeling Kleine Uitbreiding
Gewasbeschermingsmiddelen (KUG) helaas
nog op zich laat wachten. De Keijzer herhaalt het nog maar eens: “Het is aan de
sectoren zelf, in dit geval de preisector, om
knelpunten aan te dragen waarvoor een
tijdelijke toelating als via de 38A-regeling
nodig is. Het moet aan alle beoordelende
instanties volstrekt helder zijn dat het om
een noodsituatie gaat. Wil je dat onderstrepen, dan zul je de aanvraag tijdig moeten indienen. Door de onduidelijkheden
rond de opvolging van Miriam Breedeveld
als Coördinator Effectief Middelen Pakket
(CEMP) is de aanvraag voor een vrijstelling dit jaar laat ingediend, waardoor deze
waarschijnlijk ook later beschikbaar komt.”
“Wil je een tijdelijke toelating, dan moet het aan alle
beoordelende instanties volstrekt helder zijn dat het om
een noodsituatie gaat”, benadrukt Hans de Keijzer.
6
Wim van de Ree, Nedato: “We moeten nog
promoveren naar de Eredivisie”
Afgelopen seizoen organiseerde Certis
Europe uit Maarssen een symposium met als
titel ‘Aardappelkwaliteit en bewaring’. “Om
de grote stroom aardappelen in Europa nog
beter te kunnen sturen en hogere kwaliteit
te kunnen leveren, moeten we promoveren
naar de Eredivisie”, liet Nedato-directeur
Wim van de Ree als een van de gastsprekers
weten.
“Ondanks het feit dat we goede, moderne
bewaarschuren en uitstekende kiemremmingsmiddelen hebben, zijn we nog geen wereldkampioen. We zijn opgeklommen naar de
Eerste Divisie, maar zullen nog moeten promoveren naar de Eredivisie. Het is van groot
belang om de kwaliteit van onze aardappelen
beslist nog verder te verbeteren, willen we
mee kunnen blijven spelen aan de top. Nu is
de wisselvalligheid in de kwaliteit nog te groot”,
legt Van de Ree uit. Een afzetorganisatie als
Nedato ziet zichzelf daarbij als ketenregisseur.
Van de Ree wil de klantenbehoeftes graag
vertalen naar optimalisering van de productie
door waardevermeerdering in de keten. “Die
waardevermeerdering willen we verdelen over
de ketenpartners. Leveranciers van gewasbeschermingsmiddelen horen daar ook bij”,
verduidelijkt Van de Ree. “Dat gaat echter niet
zomaar”, is zijn ervaring. “Daar heb je discipline, flexibiliteit, vertrouwen, transparantie en
efficiëntie voor nodig”, legt hij uit. “Wij verkopen
in feite geen aardappelen, maar 365 dagen per
jaar een vol aardappelschap in de supermarkt.
Kortom, we zijn een fullservice-organisatie.”
Om daarbij meer ‘local for local’ te kunnen
werken ziet Van de Ree een groeiende rol voor
lang bewaarde aardappelen van een perfecte
kwaliteit. Hij is van mening dat een kiemremmer als Royal MH hierin een belangrijke rol
kan vervullen.
Bewaring begint op het land
Op het proefveld naast de symposiumtent
heeft Certis diverse proefvelden aangelegd
waarin de aardappelen met het middel zijn
behandeld. “Met Royal MH begint de bewaring al op het land”, legt teeltspecialist Harry
Hansma uit. Het toepassingstijdstip vraagt
daarbij om een goede timing, zo blijkt uit zijn
verdere uitleg. Hij geeft aan dat het optimale
toepassingstijdstip van de eenmalige bespuiting drie tot vijf weken voor loofdoding is. Dan
gaat het om het moment waarop de bloei van
het gewas voorbij is en zeker 80 procent van
de knollen een doorsnee heeft van boven
de 25 millimeter. “Het middel heeft namelijk
minimaal drie weken nodig om voldoende
middel op te bouwen voor een goede werking
in de aardappelknol. Door de toepassing zijn
ze in bewaring een stuk minder kiemlustig. Bij
schilbrandgevoelige rassen blijft daardoor de
kwaliteit behouden. Daarnaast voorkomt het
middel inwendige kieming. Tot slot is er veel
minder aardappelopslag in de volgteelt aanwezig”, somt Hansma als voordelen op. Dit laatste
was ook goed te zien op het proefveld, waar
de uitgeplante knollen van het vorig seizoen
behandelde gewas veel minder opgekomen
planten lieten zien.
n
Wim van de Ree ziet een groeiende rol voor lang
bewaarde aardappelen van een perfecte kwaliteit.
voor bestrijding van muur
Muur drukt ook kwaliteit
Dat de 38a aanvraag wederom een
noodsituatie betreft, zoals De Keijzer
het aanduidt, staat volgens Piet van
der Haas buiten kijf. Als adviseur van
de werkgroep Prei en teeltspecialist bij Mertens Agro uit Horst, weet
hij als geen ander dat preitelers in
Nederland staan te springen om een
toelating van Chloor-IPC. “Certis tracht
via de nieuwe regeling Kleine Uitbreiding
Gewasbeschermingsmiddelen (KUG) een
langdurige toelating te krijgen. Dit blijkt
uiteindelijk voor de start van het seizoen niet haalbaar, vandaar dat we nu
weer een beroep hebben gedaan op de
120-dagenregeling. Voor preitelers is
een toelating van groot belang. ChloorIPC is namelijk het enige middel dat
7
onder koudere weersomstandigheden
afdoende werkt tegen muur. We hebben
nog wel andere contactherbiciden voor
de teelt tot onze beschikking, maar die
werken nauwelijks bij lage temperaturen. Je zou de dosering van de andere
middelen nog wel kunnen verhogen,
maar dat geeft weer schade aan de prei.
Chloor-IPC is onder koude omstandigheden zacht voor prei en is van groot
belang om muur de baas te blijven.
Wanneer dit onkruid een kans krijgt, dan
groeit het helemaal in de prei. Dat kost
niet alleen opbrengst, maar is ook erg
hinderlijk bij de oogst. Je krijgt dan veel
tarra en beschadiging van de planten. Dit
gaat natuurlijk ten koste van kilo’s en van
de kwaliteit", aldus Van der Haas.
n
“Muur in prei gaat ten koste van kilo's en van de
kwaliteit”, weet Piet van der Haas uit ervaring.
Gegrond
Rasbezichtiging zelfs op vrije dag
Zoals ieder jaar trok de Schilbranddag op
het PPO te Lelystad afgelopen winter weer
veel belangstellenden. Zowel kwekers,
afnemers als verwerkers van aardappelen
waren aanwezig om kennis te nemen van
recente onderzoeksresultaten naar schilbrandgevoeligheid op diverse rassen. Velen
willen jaarlijks de rasbezichtiging niet missen en kweker Jan-Eric Geersing offerde er
zelfs zijn vrije dag aan op.
Aardappelrassen testen
op gevoeligheid voor CIPC
Eigenlijk heeft hij vakantie, maar Jan-Eric
Geersing wil als trouw bezoeker van de Certis
Schilbranddag de rasbeoordelingen absoluut
niet missen. Hij is daarom op zijn vrije dag
gewoon present in de kas op het PPO proefbedrijf aan de Edelhertweg in Lelystad. Hier
test Certis als leverancier van Gro-Stop Ready
al jaren vele aardappelrassen op de chloorprofam (CIPC) gevoeligheid voor schilbrand.
Geersing is werkzaam als gewasbeschermingsdeskundige bij Cebeco Agrochemie, en
hij vertegenwoordigt het Schotse handelshuis Caithness Potatoes voor Nederland. Hij
is verantwoordelijk voor rasintroducties van
nieuwe variëteiten en de beproeving hiervan
onder Hollandse omstandigheden. Van datzelfde Caithness liggen ook enkele rassen in
de beproeving. Een zeer gevoelig ras voor
CIPC is de Harmony. Voor Geersing is het een
passend referentieras om goed te kunnen vergelijken met nieuwe rassen. “De Harmony kan
overigens ook prima zonder een inschuurbehandeling, want het is een trage kiemer en hij
kan prima toe met alleen Gro-Stop Fog. Alleen
rassen waarvan we onvoldoende gegevens
hebben leggen we in overleg met Certis hier
in onderzoek”, laat Geersing weten.
n
Jan-Eric Geersing wil als trouw bezoeker van de
Certis Schilbranddag de rasbeoordelingen absoluut
niet missen.
SPNA test Royal MH in vierjarige proef
Op de jaarlijkse Open Dag van proefboerderij
Kollumerwaard te Munnekezijl presenteerden
onderzoekers van SPNA Agroresearch de
voorlopige resultaten van kiemremming met
Royal MH. De eerste twee jaar van beproevingen tonen grote overeenkomsten met
eerdere ervaringen die elders in Nederland
en Europa zijn opgedaan, laat onderzoeker
Douwe Anema weten.
In het kassencomplex dat gebouwd is aan de
grote loods van de proefboerderij, staan kistjes
met aardappelen van vier rassen uitgestald.
Het gaat om de Agria, Annabelle, Innovator en
Asterix. Onderzoeker Douwe Anema van SPNA
Agroresearch legt uit dat het monsters zijn van
jaar nummer 3 van een degelijke vierjarige
proef. Het is nog maar eind januari als ze uitgestald liggen, dus de bewaarproef van dit jaar is
daarmee nog niet afgerond. Toch kan Anema al
wel voorspellen wat de uitkomst zal zijn. “Immers
gedurende al twee jaar van beproeving zijn
goede resultaten op kiemremming geboekt”,
laat hij breed lachend weten. “Zoals bekend
van Royal MH moet je het middel op het juiste
tijdstip spuiten”, vervolgt de onderzoeker. “Je
past de kiemremmer immers al toe in het veld
over het gewas. Het beste moment is drie tot vijf
weken voor de loofdoding. Even onder de grond
kijken of de knollen groot genoeg zijn, is dan een
goede controle. Op dat moment gespoten heeft
het geen invloed op de opbrengst. De reden dat
we hier op de proefboerderij Royal MH testen,
is dat telers hier uit de regio om gevraagd hebben. Ze willen zeker weten dat het middel in de
rassen werkt die zij hebben aangegeven. En dat
dit door een onafhankelijk instituut gebeurt. Over
ruim een jaar zullen de definitieve resultaten
bekend zijn”, aldus Anema.
n
C o l o f o n
Gegrond Nieuwsbrief van Certis Europe B.V. voor
de Akkerbouw en de Vollegrondsgroenteteelt.
Certis biedt systeemoplossingen voor milieubewuste,
geïntegreerde gewasbescherming. De onderneming
levert de kennis en de producten, zoals biologische
en chemische middelen. Certis ondersteunt hiermee
telers van specialistische, hoogwaardige gewassen bij
de ontwikkeling van een gezonde en duurzame teelt.
Postbus 1180 3600 BD Maarssen
Safariweg 55 3605 MA Maarssen
T +31(0)346 29 06 00
E [email protected]
www.certiseurope.nl
“Zoals bekend van Royal MH moet je het middel op het juiste tijdstip spuiten. Spuit je het te vroeg of te laat, dan
Technisch adviseur Akkerbouw (Noord-Nederland):
Fokke Smit (06-13 64 91 95)
Technisch adviseur Akkerbouw (Zuid-Nederland):
Harry Hansma (06-53 70 06 83)
is de kiemremming onvoldoende”, heeft Douwe Anema ook in de SPNA-proeven ervaren
8
Gegrond