FAILLISSEMENTSVERSLAG (gecombineerd) 1. Datum : 8 augustus 2014 Faillissementen : F.05/14/622 Flevolicht en Wonen international B.V. : F.05/14/623 Flevolicht en Wonen Barneveld B.V. : F.05/14/624 Flevolicht en Wonen Ede B.V. : F.16/14/578 Flevolicht en Wonen Amersfoort B.V.1 Datum uitspraak : Het faillissement van Flevolicht Amersfoort B.V. is door de Rechtbank Midden-Nederland uitgesproken op 1 juli 2014. De faillissementen van de overige vennootschappen zijn uitgesproken door de Rechtbank Gelderland op 30 juni 2014 Curator : Mr C.A. Hage Rechter-commissaris : Mr A.M.P.T. Blokhuis Activiteiten onderneming : Winkels in artikelen voor woninginrichting, verlichtingsartikelen, meubelen, bedden, accessoires voor woninginrichting, woningtextiel en bedmode. Omzetgegevens: 2013 - Flevolicht International B.V. - Flevolicht Amersfoort B.V. - Flevolicht Barneveld B.V. - Flevolicht Ede B.V. € € € € Personeel gemiddeld aantal : 33 Saldo boedelrekening : nihil Verslagperiode Bestede uren in verslagperiode Bestede uren totaal : 30 juni 2014 t/m 8 augustus 2014 : nog op te geven : 1. 1. 1 2012 541.580 1.412.817 2.234.945 238.031 € € € € 134.294 1.842.084 2.701.239 330.145 Inventarisatie Directie en organisatie Flevolicht International B.V. is enig aandeelhouder en bestuurder van de vennootschappen Flevolicht Amersfoort, Flevolicht Barneveld en Flevolicht Ede. In het vervolg zal de aanduiding in de namen "en Wonen" worden weggelaten Door deze deelnemingen werden respectievelijk een winkel gedreven te Amersfoort, Barneveld en Ede. Vanuit Flevolicht International B.V. werden de administratieve en logistieke diensten verleend aan de deelnemingen. Aandeelhouder van Flevolicht International B.V. is VDH Vastgoed Holding B.V. te Barneveld en bestuurder is Van de Heg Holding B.V. te Barneveld. Aandeelhouder en bestuurder van Van de Heg Holding is VDH Investments B.V. Aandeelhouder van VDH Investments B.V. is G. van de Heg, bestuurders zijn G. van de Heg en M.H. van de Heg-Niemeijer. Schematisch is deze groep als volgt weer te geven: De winkels zijn gestart omstreeks 2000 als een uitvloeisel van de sinds 1965 bestaande groothandel in verlichtingsartikelen en meubilair G. van de Heg B.V., welke groothandel nog steeds actief is. De winkels betrokken deels hun artikelen van de groothandel Van de Heg B.V., maar in belangrijke mate ook bij andere leveranciers. G. van de Heg B.V. is een deelneming van VDH Vastgoed Holding B.V. 1.2 Winst en verlies Flevolicht International B.V. heeft gezamenlijk met haar deelnemingen Amersfoort, Barneveld, Ede en Harderwijk in 2012 een verlies geleden van € 393.995. Hiervan is € 184.981 toe te rekenen aan de deelneming Harderwijk. Deze vestiging is in 2013 opgeheven. In 2013 heeft Flevolicht International met haar deelnemingen Amersfoort, Barneveld en Ede een verlies geleden van € 743.775. 1.3 Balanstotaal - Flevolicht International B.V. - Flevolicht Amersfoort B.V. - Flevolicht Barneveld B.V. - Flevolicht Ede B.V. 1.4 € € € € 2013 732.394 514.343 779.327 128.767 € € € € 2012 4.191.496 2.012.470 1.003.722 264.942 Lopende procedures Er zijn volgens opgave van gefailleerden geen procedures aanhangig. 1.5 Verzekeringen De WGA eigenrisicodragersverzekeringen zijn per 31 augustus 2014 beëindigd. De brand –en aansprakelijkheidsrisico's van alle gefailleerde vennootschappen zijn verzekerd via een verzamelpolis op naam van Van de Heg Holding B.V. De dekking tegen deze risico's zal worden gecontinueerd zolang het boedelbelang dit vereist. 1.6 Huur De winkels te Ede, Barneveld en Amersfoort worden geëxploiteerd vanuit gehuurde winkelpanden. Flevolicht Ede B.V. De huurovereenkomst van het winkelpand te Ede aan de Molenstraat 134 was reeds opgezegd tegen 31 augustus 2014 vanwege de voorgenomen sluiting van deze winkel. Deze huurovereenkomst eindigt derhalve per 31 augustus a.s. Flevolicht Amersfoort B.V. De huurovereenkomst van het winkelpand te Amersfoort aan de Brabantsestraat 14 is opgezegd op 7 juli 2014 tegen 7 oktober 2014. Flevolicht Barneveld B.V. De winkel in Barneveld bestaat uit 3 aaneengesloten panden aan de Langstraat 12 en Langstraat 18 en Torenplein 5, die zijn gehuurd van 2 verschillende verhuurders. De huurovereenkomst Langstaat 12 was reeds opgezegd tegen 30 juni 2014. De huurovereenkomst van de Langstraat 18 en Torenplein 5 zijn opgezegd tegen 7 oktober 2014. Flevolicht International B.V. Deze vennootschap is gevestigd in het hoofdkantoor van de groep aan de Harselaarseweg 104 A te Barneveld en huurt het door haar in gebruik zijnde gedeelte van VDH Vastgroep Holding B.V. Deze huurovereenkomst zal in onderling overleg beëindigd worden. 1.7 Oorzaak faillissement Het besluit tot aangifte van de het faillissement is genomen omdat de voorlopige resultaten over 2014 ook weer verlies geleden werd en er dus geen einde was gekomen aan de negatieve resultaten over de voorgaande jaren. De omzetdaling die vanaf 2009 is ingetreden duurde voort. De reeds getroffen maatregelen zoals de sluiting van de vestiging Harderwijk en een inkrimping van het personeelsbestand bleken niet toereikend om de negatieve resultaten om te buigen. 2. Personeel 2.1 Aantal ten tijde van faill. Flevolicht en Wonen International B.V.: 7 personeelsleden, waaronder 1 nul-uren contract. Flevolicht en Wonen Amersfoort B.V.: 6 personeelsleden, waaronder 1 nul-uren contract Flevolicht en Wonen Barneveld B.V.: 19 personeelsleden waaronder 6 nul-uren contracten Flevolicht en Wonen Ede B.V.: 1 personeelslid. 2.2 Aantal in jaar voor faill. Gemiddeld 35 personeelsleden. 2.3 Datum ontslagaanzegging Het personeel is ontslag aangezegd bij brief van 2 juli 2014 na verkregen machtiging van de rechter-commissaris. 3. Activa Onroerende zaken 3.1 niet van toepassing Bedrijfsmiddelen 3.5 Beschrijving De bedrijfsmiddelen bestaan uit de gebruikelijke kantoor- en winkelinventaris, zoals balie, kassasystemen, pinautomaat e.d. Voorts zijn er 3 bedrijfsauto's en 1 personenauto. Van de bedrijfsmiddelen is per vennootschap een afzonderlijke beschrijving gemaakt door Van Beusekom taxateurs. 3.6 Verkoopopbrengst Onderzocht zal nog worden op welke wijze de bedrijfsmiddelen op de beste wijze verkocht kunnen worden. Dit zal worden gedaan nadat de uitverkoop van de voorraden zal zijn beëindigd. 3.7 Boedelbijdrage Met de Rabobank als pandhouder van de bedrijfsmiddelen en voorraden is een boedelbijdrage overeengekomen van 3% van de netto opbrengst met een minimum van € 20.000 ex BTW. 3.8 Bodemvoorrecht fiscus De inventaris van de winkels is onderworpen aan het bodemvoorrecht van de fiscus. Voorraden/onderhanden werk 3.9 Beschrijving voorraad De voorraad van de vennootschappen bestaat uit meubelen, verlichting, linnengoed e.d. Van deze voorraad is per vennootschap een afzonderlijke beschrijving en waardering opgemaakt. De oorspronkelijk inkoopwaarde van de gezamenlijke voorraad is geschat op circa € 1.000.000,- waarbij geen rekening is gehouden met eigendomsvoorbehoud van leveranciers. lopende orders Voor het faillissement zijn er bestellingen bij de vennootschappen geplaatst door klanten voor in totaal een bedrag van (afgerond) € 438.000,- waarop reeds is aanbetaald een bedrag ad € 76.000,-. Voor zover er door klanten een aanbetaling is gedaan van 10 tot 20% en de bestelling reeds voor faillissement bij Flevolicht is geleverd, is de klant aangeboden te leveren tegen betaling van de restant koopsom. In geval er sprake is van een geldig eigendomsvoorbehoud van de leverancier, zal in dat geval de leverancier uit de koopsom worden betaald. Indien de leverancier geen eigendomsvoorbehoud heeft, komt de opbrengst toe aan de pandhouder en is hierover de afgesproken boedelbijdrage verschuldigd. Het orderbedrag van reeds aan Flevolicht geleverde bestellingen bedraagt afgerond € 62.500,-, waarop in mindering strekken aanbetalingen van € 12.500,- . De klant wordt de keuze gelaten om al dan niet af te nemen tegen betaling van de restant koopsom. De klant heeft ook de mogelijkheid om zijn aanbetaling aan te melden bij het CBW, waar een garantieregeling geldt voor aanbetalingen tot een maximum van 25% van de koopsom. In dat geval kan de klant elders een nieuw product kopen met de aanbetaling als korting. Het grootste deel van de orders ten bedrage van € 375.000,- waarop is aanbetaald € 64.000,- betreft goederen die door Flevolicht wel al besteld zijn maar nog niet aan Flevolicht zijn geleverd. Geïnventariseerd wordt of en op welke voorwaarden de leveranciers bereid zijn alsnog te leveren en of de klant alsnog wil afnemen tegen betaling van de restant koopsom. Onderzocht wordt dus of de uitvoering van deze orders alsnog kan plaatsvinden op een zodanig wijze dat de boedel daarbij baat heeft. Naar het zich thans laat aanzien zal de uitvoering van deze orders slechts in beperkte mate realiseerbaar zijn. 3.10 Verkoopopbrengst In overleg met de Rabobank is besloten om voor de aanwezige voorraad vanuit de winkels een uitverkoop te houden gedurende een periode van 4 tot 6 weken. De opzegtermijn van het personeel beloopt 6 weken, zodat gedurende de opzegtermijn het personeel zijn werkzaamheden voortzet. De verwachting is dat door het houden van een faillissementsuitverkoop een hogere opbrengst kan worden gerealiseerd dan de executiewaarde. Deze uitverkoop is thans nog niet afgerond. 3.11 Boedelbijdrage Met de pandhouder is overeengekomen dat haar ten goede komt de verkoopopbrengst exclusief de BTW. De BTW wordt dus aan de boedel afgedragen. Voorts zullen de exploitatiekosten die samenhangen met de uitverkoop, zoals huur en personeelskosten, ten laste van de opbrengst strekken en aan de boedel worden vergoed. Met de pandhouder is voorts overeengekomen dat over de netto opbrengst van de verkoop van de voorraad en de bedrijfsmiddelen een boedelbijdrage wordt verstrekt van 3% met een minimum van € 20.000,- ex BTW. Andere activa 3.12 Beschrijving Voorzover thans bekend zijn er geen andere activa van betekenis. 3.13 Verkoopopbrengst niet van toepassing 4. 4.1 5. 5.1 Debiteuren Omvang debiteuren De omvang van de debiteuren bedraagt circa € 8.000,-. De vorderingen zijn verpand aan de bank en de bank heeft te kennen gegeven zelf de incasso te gaan doen. Bank/Zekerheden Vordering van bank(en) De Rabobank heeft een vordering ingediend ad € 1.240.000 zijnde het debetsaldo van het verstrekte rekening- courant krediet en een vordering ad € 80.570,98 voor een afgegeven bankgarantiefaciliteit. In totaal beloopt de vordering een bedrag van € 1.320.570,-. Deze vordering is gebaseerd op een kredietovereenkomst d.d. 9 april 2013. Dit krediet is geadministreerd op naam van G. van de Heg B.V. en dient ook voor de financiering van de groothandel van deze vennootschap. De kredietovereenkomst met G. van de Heg B.V. is ook voortgezet. Ook is kredietnemer VDH Vastgoed Holding BV. Ook de gefailleerde vennootschappen zijn mede kredietnemer. Iedere kredietnemer is hoofdelijk voor de gehele schuld aansprakelijk. Onderzocht zal nog worden wat de onderlinge draagplicht is van de groepsvennootschappen met betrekking tot vordering van de Rabobank. 5.2 Beschrijving zekerheden Naast de hiervoor genoemde hoofdelijke aansprakelijkheid van alle vennootschappen als kredietnemer, heeft de bank als zekerheid bedongen: pandrecht op: - huidige en toekomstige rechten/vorderingen - huidige en toekomstige voorraden - huidige en toekomstige inventaris. Voor verpanding van de vorderingen is gebruik gemaakt van "collectieve verpanding". Op basis van een aan de bank verstrekte volmacht ondertekent de bank dagelijks de vervolgpandakte. Voorts is als zekerheid het recht van eerste hypotheek gevestigd tot een bedrag van € 300.000,- te vermeerderen met rente en kosten op het kantoorpand van VDH Vastgoed aan de Harselaarseweg 104a te Barneveld. 5.3 Leasecontracten n.v.t. 5.4 Separatistenpositie De uitwinning door de bank van haar zekerheden op de voorraad en de inventaris zal via de boedel verlopen. De debiteuren zal de bank zelf incasseren. 5.5 Boedelbijdragen Zie hiervoor onder 3.7 en 3.11. 5.6 Eigendomsvoorbehoud Leveranciers zijn in de gelegenheid gesteld een eigendomsvoorbehoud aan te tonen. Voorzover een beroep op een eigendomsvoorbehoud is gebaseerd op uitsluitend een verwijzing naar gedeponeerde algemene voorwaarden, is dit beroep afgewezen. Een aantal leveranciers heeft daadwerkelijke goederen teruggehaald. Met een aantal leveranciers loopt nog een discussie over de toepasselijkheid van de algemene voorwaarden en daarmee over de vraag of terecht een beroep is gedaan op eigendomsboorbehoud. Van de per datum faillissement aanwezige voorraad is op artikelniveau een administratie voorhanden. Indien alsnog blijkt dat terecht een beroep op eigendomsvoorbehoud is gedaan en ten tijde van het faillissement nog goederen aanwezig waren, zal de inkoopwaarde van deze goederen alsnog worden vergoed. Dit is in het kader van de uitverkoop met de Rabobank overeengekomen, aan wie de opbrengst van de verkochte voorraad ten goede komt. 5.7 Reclamerechten Door enkele leveranciers is (naast een beroep op eigendomsvoorbehoud ), tevens een beroep gedaan op het recht van reclame, voor het geval dat het beroep op eigendomsvoorbehoud niet is gehonoreerd. Voorzover de goederen nog aanwezig waren en de inroeping viel binnen de grenzen van artikel 7:39 BW, is dit gehonoreerd. 5.8 Retentierechten Op de dag van de faillietverklaring zijn door een vervoerder nog diverse goederen bij Flevolicht opgehaald ter aflevering aan klanten. Omdat de vervoerder bekend is geworden met het faillissement en nog een substantiële vordering heeft voor eerdere vervoersopdrachten, heeft de vervoerder de goederen onder zich gehouden. Krachtens de vervoersvoorwaarden claimt de vervoerder een retentie- en een pandrecht op de goederen. De vervoerder heeft gebruik gemaakt van een vrachtauto die door haar gehuurd was van Flevolicht. Ook de vrachtwagen heeft de vervoerder onder zich genomen. Met de vervoerder is een voorlopige regeling getroffen waarbij de vrachtauto en de goederen zijn vrijgegeven onder de conditie dat de opbrengst van de goederen wordt gesepareerd en tot inzet van de discussie wordt gemaakt. Door de curator is het standpunt van de vervoerder afgewezen met name omdat op de dag van het faillissement geen geldig pandrecht meer kan worden gevestigd. De vervoerder zal binnen een afgesproken termijn zijn standpunt nader motiveren. 6. Doorstart/voortzetten Zoals hiervoor onder 3.10 vermeld is de onderneming tijdelijk voortgezet voor het houden van een uitverkoop. De daaraan verbonden exploitatielasten zijn begroot en kunnen uit de opbrengst ruimschoots worden voldaan. 7. Rechtmatigheid 7.1 Boekhoudplicht De administratie is bijgehouden tot datum faillissement. De jaarrekeningen over 2013 zijn in concept opgesteld. 7.2 Depot jaarrekeningen De jaarrekening over 2012 van de vennootschappen is gedeponeerd op 29 januari 2014. 7.3 Goedkeuringsverklaring accountant Niet van toepassing 8. Crediteuren 8.1 Boedelvorderingen Er zijn substantiële boedelvorderingen te verwachten van het UWV terzake de overgenomen loonverplichtingen en van de verhuurders over de opzegtermijn van de huurovereenkomsten. Voorts is de BTW over de verkoop van de voorraden een boedelschuld. De omvang van de totale boedelvorderingen is thans nog niet bekend. 8.2 Preferente vordering van de fiscus Door de fiscus zijn tot op heden de navolgende vorderingen ingediend: - Flevolicht International B.V. Loonheffing € 17.176,- Flevolicht Amersfoort B.V. Loonheffing € 3.699,- Flevolicht Barneveld B.V. Loonheffing € 25.499,- Flevolicht Ede B.V. Loonheffing € 385,- 8.3 Preferente vordering van het UWV Deze vordering is nog niet ingediend. 8.4 Andere preferente crediteuren Zijn tot op heden niet ingediend. 8.5/6 Concurrente crediteuren Tot op heden zijn de navolgende concurrente vorderingen ingediend: - Flevolicht International B.V. 146 crediteuren, totale vordering € 385.504,11 - Flevolicht Amersfoort B.V. 27 crediteuren, totale vordering € 66.335,80 - Flevolicht Barneveld B.V. 45 crediteuren, totale vordering € 238.260,23 - Flevolicht Ede B.V. 8 crediteuren, totale vordering € 7.524,25 8.7 Verwachte wijze van afwikkeling De wijze van afwikkeling is thans nog niet aan te geven. 9. Procedures Voorzover thans bekend zijn er geen procedures aanhangig. 10. Overig 10.1 Termijn afwikkeling De termijn van afwikkeling is thans nog niet aan te geven. 10.2 Plan van aanpak De volgende werkzaamheden zullen in de komende verslagperiode(s) aan de orde komen: 1. Afronding uitverkoop en verkoop van niet verkochte restvoorraad. 2. Afrekenen financieel met Rabobank 3. Afwikkeling claims van particulieren die hebben (aan)betaald, aanspraak maken op garantie etc. 4. Afwikkeling aanspraken van leveranciers op eigendomsvoorbehoud. 5. Verkoop winkelinventaris en bedrijfsmiddelen. 6. Oplevering winkels aan verhuurder. 7. Uitlevering lopende orders voorzover mogelijk. 8. Afwikkeling claim vervoerder op pandrecht. 9. Inventarisatie onderlinge financiële verhoudingen van de groepsvennootschappen. 10.3 Indiening volgend verslag 8 november 2014 Aan dit verslag kunnen geen rechten worden ontleend.
© Copyright 2024 ExpyDoc