Klik hier voor het zorgplan

Zorgplan basisschool De Tweemaster
2014-2015
Inhoudsopgave
1. Inleiding. ........................................................................................................ 2
2. De zorgstructuur van De Tweemaster............................................................. 2
Route van de ondersteuning ................................................................................. 2
Besprekingen over de groepen ............................................................................. 6
Zorgoverleg met het team ................................................................................... 7
De interne zorgcommissie (IZC) ........................................................................... 7
3 Leerlingvolgsysteem/toetsen (LVS). ............................................................... 7
Toetskalender schooljaar 2014/2015 groep 1 t/m 8 ............................................... 8
Afnameperioden CITO toetsen .............................................................................. 9
4. Administratie van de zorg ............................................................................. 10
Groepsplan .......................................................................................................10
Handelingsplan. .................................................................................................10
Ontwikkelingsperspectief ....................................................................................10
Leerlingdossier ..................................................................................................10
Zorgmap ..........................................................................................................10
Leerlingvolgsysteem (CITO) ................................................................................10
5 Contact met andere instanties ....................................................................... 11
Samenwerkingsverband (PPO regio Leiden ............................................................11
De gezinsspecialist (Jeugd- en Gezinswerker). .......................................................11
Adviseur Passend Onderwijs ................................................................................11
De schoollogopediste ..........................................................................................11
6 Leer- en hulpmiddelen. .................................................................................. 12
Orthotheek .......................................................................................................12
7 Beleid en scholing .......................................................................................... 12
Scholing IB .......................................................................................................12
Scholing team ...................................................................................................12
8. Begroting 2014 ............................................................................................. 13
9 Planning interne begeleiding 2014-2015 ...........................................................13
Bijlage: Overzichten handelingsplannen, ontwikkelingsperspectieven,
doorstroom en tussentijdse schoolverlating ..................................................... 14
Overzicht aantal tussentijdse schoolverlaters naar andere bao, sbo, speciaal onderwijs:
.......................................................................................................................15
1
1. Inleiding.
Het is wettelijk verplicht om een zorgplan te hebben over de leerlingenzorg. In dit plan
staat beschreven hoe dat bij ons op school op dit moment geregeld is en hoe we hiermee
verder gaan in de toekomst.
Met ‘zorg’ wordt het onderwijs op didactisch en pedagogisch gebied aan alle leerlingen
bedoeld.
De Tweemaster is een basisschool die valt onder SCOL, Stichting Confessioneel
Onderwijs Leiden. De school is gelegen in de Merenwijk. In het schooljaar 2014-2015 telt
de Tweemaster 342 leerlingen die verdeeld zijn over 14 groepen over twee locaties. De
hoofdlocatie is aan het Broekplein met 8 groepen en de dependance is aan het
Regenboogpad met 6 groepen. De twee locaties opereren als één school. De verdeling is
Broekplein groep 1 t/m 5 en Regenboogpad groep 6 t/m 8.
Volgens de prognose zal in de loop van de komende jaren het aantal leerlingen
langzamerhand teruglopen. Omdat dit nog een tijd duurt, wordt in dit beleidsplan
uitgegaan van wat de school nu nodig heeft voor de interne begeleiding (IB).
Om de interne begeleiding te ondersteunen met beleid is een algemeen beleidsplan
opgesteld waarin de visie en de doelstelling wordt omschreven. Er is uitgebreid in
opgenomen wat de invulling van het takenpakket van de intern begeleider omvat. De
uitgangspunten voor een goede zorgstructuur worden aangegeven. De uitvoering staat in
dit zorgplan beschreven.
De Tweemaster heeft in de organisatie en uitvoering van de zorg (zie inleiding) te
maken met de richtlijnen van het ministerie die gecoördineerd worden via SCOL, maar
zeker ook via het Samenwerkingsverband Primair Passend Onderwijs regio Leiden (PPO)
waarbinnen de school participeert.
2. De zorgstructuur van De Tweemaster.
Route van de ondersteuning
Voordat het proces van ondersteuning toewijzen start, is het van belang dat scholen in
hun visie en handelen aan een aantal voorwaarden voldoen. Deze voorwaarden vormen
het fundament van de systematiek van ondersteuningstoewijzing: als niet aan deze
voorwaarden voldaan is, zal het doorlopen van de route zeer waarschijnlijk niet een
passend of geschikt arrangement opleveren. Met besturen zijn afspraken gemaakt zodat
onderstaande voorwaarden tot de standaarduitrusting van elke school gaan behoren.
Hier horen tevens afspraken bij over wat er gebeurt als een school niet aan deze
voorwaarden voldoet. Afgesproken wordt een periode van twee jaar te nemen om de
basisvoorwaarden volledig op orde te hebben. Per 1 augustus 2016 wordt verwacht dat
alle scholen dat onderstaande voorwaarden gerealiseerd zijn.
Voorwaarde 1 – Handelingsgericht werken
De gewenste visie en werkwijze is een vertaling van de missie en visie van het
samenwerkingsverband en gaat in essentie uit van handelingsgericht werken (HGW).
Deze werkwijze bestaat uit zeven hoofdpijlers, te weten:
1. onderwijsbehoeften staan centraal;
2. het gaat om afstemming en wisselwerking;
3. de leerkracht doet ertoe;
4. positieve aspecten zijn van groot belang;
5. we werken constructief samen;
6. het handelen is doelgericht;
2
7. de werkwijze is systematisch en transparant.
De allereerste voorwaarde voor een goede systematiek van ondersteuningstoewijzing is
dat het mogelijk is te signaleren dat een leerling zich niet ontwikkelt naar vermogen, en
het met behulp van handelingsgericht werken vertalen hiervan naar concrete
ondersteuningsbehoeften. Om dit in praktijk te brengen, zullen scholen daarom altijd
volgens de principes van handelingsgericht werken moeten werken. Dit zorgt ervoor dat,
op basis van een groepsplan, in een ontwikkelingsplan op papier kan worden gezet wat
een leerling extra nodig heeft. Tevens impliceert het dat ouders worden betrokken bij alle
stappen van het proces. Handelingsgericht werken is pas zinvol als het ook
opbrengstgericht is (pijler 6).
Voorwaarde 2 – Werken volgens het inspectiekader / basisarrangement
De tweede voorwaarde voor een school om adequaat in te kunnen spelen op
onderwijsbehoeften van leerlingen is het werken volgens (de zorgindicatoren van) het
inspectiekader. Als de inspectie van mening is dat de school voldoet aan het
inspectiekader, krijgt zij een basisarrangement toegewezen, waaruit blijkt dat zij voldoet
aan de basiskwaliteit die verwacht wordt van scholen.
Voorwaarde 3 – Goede leerkrachten
Een derde voorwaarde voor een geslaagde route is een goede leerkracht. Kenmerken van
een goede leerkracht zijn onder andere:
- kunnen reflecteren op het eigen handelen om systematisch en professioneel op
gesignaleerde ondersteuningsbehoeften te kunnen inspelen, eventueel met behulp van
extern advies.
- benodigde handelingen kunnen internaliseren en weten welke doelen na te streven bij
het bieden van ondersteuning aan een leerling.
Voorwaarde 4 – Een goede/gekwalificeerde interne begeleider
Een laatste voorwaarde betreft een goede en gekwalificeerde interne begeleider. Een
goede interne begeleider vormt het eerste vangnet op school bij handelingsverlegenheid
van leerkrachten. Tevens biedt dit garantie op een effectiever proces (een goede interne
begeleider weet wie wat doet en waar wat te halen valt). Het is van belang dat
schoolbesturen deze noodzaak herkennen en zich inspannen voor continuïteit voor deze
sleutelpositie op school. Dit begint met het beschikbaar stellen van voldoende tijd om de
benodigde interne begeleidingstaken uit te kunnen voeren.
De verdere voorwaarden voor wat we basisondersteuning of autonome ondersteuning
kunnen noemen, zijn opgenomen in hoofdstuk 10 (bijlagen).
De route
Als de basisvoorwaarden op orde zijn, geeft de route van ondersteuningstoewijzing
vervolgens aan welke stappen er worden gezet in het proces van arrangeren, zowel op
het niveau van de school als op het niveau van het samenwerkingsverband. Dit proces
start bij de signalering door een leerkracht of door de ouders van een
ondersteuningsbehoefte bij een leerling en eindigt op het moment dat passend onderwijs
voor deze leerling gerealiseerd is. Bij de signalering is het van belang dat informatie uit
de voorschoolse voorzieningen wordt ingebracht door de ouders bij de aanmelding op de
basisschool. Een adequate overdrachtsprocedure helpt hierbij.
Voor een kleine groep kinderen met een evidente ondersteuningsbehoefte is al in de
eerste levensjaren duidelijk dat zij direct zullen instromen in het speciaal onderwijs. (zie
par. 4.3.6)
Stap 1 – Signalering door de leerkracht en de ouders
De route start met de signalering door de ouders en/of de leerkracht dat de ontwikkeling
van een leerling stagneert. Op dat moment start de route van ondersteuningstoewijzing,
op basis van handelingsgericht werken in de klas (zie diagram voor de bijbehorende
cyclus). Uiteraard betrekt een leerkracht (indien deze degene is die signaleert) op dit
3
moment ook de ouders van de betreffende leerling bij het proces: Leerkracht en ouders
werken constructief samen om een oplossing te vinden.
Stap 2 – In gesprek met de interne begeleider
Op het moment dat de leerkracht handelingsverlegen is, gaat zij in gesprek met de
interne begeleider van de school. De interne begeleider maakt in eerste instantie een
gedegen analyse van de situatie (leerkracht overstijgend) en geeft vervolgens advies
over een mogelijke aanpak. Zij maakt afspraken over terugkoppeling en betrekt
wederom ouders bij het traject. Tevens is de interne begeleider verantwoordelijk voor
professionele dossiervorming. Zij heeft daarmee de rol van trajectbegeleider en
regievoerder in het arrangeerproces.
Stap 3 – Ondersteuningsteam en deskundigenadvies
Indien zowel leerkracht als interne begeleider (en ouders) handelingsverlegen zijn, roept
de interne begeleider de hulp van het ondersteuningsteam in. Tot dit
ondersteuningsteam behoren, naast leerkracht, ouders en interne begeleider:
werkt voor en vanuit de visie van het samenwerkingsverband en kent de
onderwijsondersteuningsmogelijkheden binnen het samenwerkingsverband. Deze
beschikt daarnaast over aanzienlijke kennis van speciale onderwijsbehoeften en heeft de
expertise in huis om tijdig voor gespecialiseerde ondersteuningsvragen het team uit te
breiden met de juiste specialisten. De rol is die van wegwijzer en architect: hij
ondersteunt de school bij het vormgeven en vinden van het juiste arrangement. De
eventueel daarbij benodigde onderzoeken worden uitgevoerd vanuit de
schoolbegeleidingsmiddelen van de school – niet door de adviseur passend onderwijs;
- en Gezinswerker). Deze is de evenknie van de
onderwijsspecialist, maar dan voor de jeugd- en gezinskant (opvoeding). Deze is een
generalist, werkend vanuit een Jeugd- en Gezinsteam, waarin diverse soorten
(specialistischer) jeugdhulp zijn samengevoegd. Hij geeft consultatie en advies, denkt
mee en versterkt professionals in het onderwijs. Hij is gericht op eigen kracht van
kinderen, gezinnen en hun (sociale) omgeving, waaronder nadrukkelijk de school. Hij
weet ‘de weg’ in de opvoed- en opgroeiondersteuning en staat in nauw contact met het
achterveld van aanbieders. Hij kan uit de voeten met de op school gebezigde
handelingsgerichte werkwijze en terminologie.
Het ondersteuningsteam dient niet primair te worden gezien als een
geïnstitutionaliseerde en op gezette tijden terugkerende overlegsituatie. Eerder fungeert
het ondersteuningsteam als collegiaal netwerk van de interne begeleider dat adviseert op
de route, ´de weg wijst´ binnen het samenwerkingsverband en in overleg tot een
arrangement komt dat past bij de ondersteuningsbehoeften van de leerling. Pas op het
moment dat een arrangement daadwerkelijk vormgegeven en vastgesteld gaat worden
gaat het, indien gewenst, om een overlegsituatie. Het is nadrukkelijk niet de bedoeling
een overleg met het ondersteuningsteam als voorwaarde te stellen voor het inroepen van
hulp. Wel zal rekening moeten worden gehouden met de wettelijke verplichting tot het
betrekken van een deskundigenadvies voorafgaand aan een verwijzing.
4
De vervolgstap is afhankelijk van welk soort arrangement uit het ondersteuningsteam
komt: hulp binnen de basisondersteuning van de school of hulp binnen de
basisondersteuning met behulp van de het expertiseteam (stap 4) of verwijzing naar het
gespecialiseerd onderwijs (stap 5). Doordat met de betrokkenheid van de onderwijs- en
gezinsspecialist wordt voldaan aan de wettelijke verplichting tot een deskundigenadvies
hoeft er niet een aanvullend, inhoudelijk oordeel geveld te worden over het voorgenomen
arrangement. De afspraken over de eisen die worden gesteld aan de deskundigheid van
de betrokken functionarissen bij het arrangeren in de school vormen immers een
garantie dat het systeem beheersbaar blijft.
Stap 4a – Arrangement in de basisondersteuning
De basisondersteuning omvat alle mogelijke arrangementen tot aan een verwijzing naar
het gespecialiseerd onderwijs. Van het budget dat de school voor basisondersteuning
beschikbaar heeft, organiseert zij het betreffende arrangement. Hierbij maakt zij, indien
nodig, gebruik van het team van experts dat op het niveau van de kring opereert. Dit
team van experts bestaat uit deskundigen op diverse vakgebieden die inzetbaar zijn voor
de uitvoering van daadwerkelijke hulp. Zij worden betrokken op het moment dat duidelijk
is welke ondersteuning geleverd moet worden (zie ook onder ‘aanbod 4.1.3’).
Stap 4b - Ontwikkelingsperspectief
Iedere school moet in staat zijn, eventueel met behulp van het collegiaal netwerk, een
ontwikkelingsperspectief op te stellen. In het samenwerkingsverband bestaat, door het
niet aanwezig zijn van extra ondersteuning, formeel geen moment meer (behalve bij
aanvraag van een TLV) waarop verplicht een ontwikkelingsperspectief dient te worden
opgesteld. Bij de vraag wanneer dit nuttig en wenselijk is zijn onderstaande vier
uitgangspunten leidend.
a) De eis van de inspectie dat een ontwikkelingsperspectief wordt opgesteld op het
moment dat een leerling op een andere leerlijn geplaatst wordt (vooralsnog alleen
wettelijk geldend voor leerlingen in de huidige groep 8).
b) De situatie waarin een leerling gedrag laat zien waardoor zijn eigen ontwikkeling en
het functioneren van de groep structureel verstoort dreigt te worden;
c) De wenselijkheid van het opstellen van een ontwikkelingsperspectief bij leerlingen
waarvan uitstroom op het niveau van groep 8 niet haalbaar lijkt en/of die als gevolg van
extra ondersteuningsvragen (leren, werkhouding, sociaal-emotioneel functioneren) de
vooraf gestelde doelen herhaaldelijk niet behalen (cognitief, sociaal-emotioneel of
anderszins). Bij jonge leerlingen vormt het reguliere aanbod altijd de basis, aangezien
hun ontwikkeling nog grillig verloopt. Het uitgangspunt is: eerst intensiveren
(intensievere begeleiding), dan compenseren (hulpmiddelen aanbieden), dan dispenseren
(einddoelen bijstellen).
d) De beargumenteerde vraag van ouders tot het opstellen van een
ontwikkelingsperspectief.
Stap 4c – Bezwaar
Indien ouders en school het structureel niet eens worden over de te organiseren
ondersteuning voor een leerling is het mogelijk om bij het samenwerkingsverband
bezwaar aan te tekenen. Hiertoe organiseert het samenwerkingsverband een
adviescommissie voor bezwaarschriften (zie regelingen).
Stap 5a – Gesprek met voorgenomen school voor gespecialiseerd onderwijs
Op het moment dat duidelijk is dat aan de ondersteuningsbehoefte van een leerling het
best tegemoet kan worden gekomen in het gespecialiseerd onderwijs, wordt in eerste
instantie een deskundige van de betreffende (voorgenomen) school voor gespecialiseerd
onderwijs uitgenodigd op de school. Met deze deskundige worden samen met de ouders
de mogelijkheden op de school doorgesproken in termen van duur en intensiviteit van
het arrangement. Daarbij komt aan de orde op welke wijze de school, met haar
specifieke expertise, invulling kan geven aan het benodigde arrangement. Gekeken wordt
naar de mogelijkheden (en onmogelijkheden) van flexibele arrangementen. Het
5
gespecialiseerd onderwijs zal dit met elkaar gaan vormgeven, zodat de kwaliteit van het
onderwijs gewaarborgd blijft. Ten slotte wordt uitgebreid stilgestaan bij het
ontwikkelingsperspectief van de leerling, en de mogelijkheden die dit perspectief op
termijn biedt voor terugplaatsing in het regulier onderwijs.
Stap 5b – Afgeven toelaatbaarheidsverklaring
Als stap 5a is afgerond wordt de toelaatbaarheidsverklaring aangevraagd. Degene die
deze verklaring afgeeft toetst alleen procedureel (marginaal) of alle stappen tot aan stap
5b via de afgesproken procedure zijn doorlopen.
Stap 6 – Evaluatie
Een essentieel onderdeel van handelingsgericht werken betreft een cyclische werkwijze.
Het is daarom van groot belang dat, voordat het arrangement (van klein naar groot)
daadwerkelijk start, er afspraken worden gemaakt over evaluatie. De evaluatie wordt
cyclisch ingericht en de opbrengsten worden opgenomen in het leerlingendossier en
gebruikt als input voor het (eventueel) vormgeven van een ander of vervolgarrangement,
of het beoordelen van mogelijke terugplaatsing. Hiernaast is constante evaluatie van alle
stappen in het proces noodzakelijk om kwaliteit te waarborgen. Vanuit het
samenwerkingsverband zal voor deze cyclische evaluatie een instrument worden
ontwikkeld. Door dit instrument te koppelen aan de monitor van het
samenwerkingsverband kan het een wezenlijke rol spelen in de kwaliteitsontwikkeling op
meerdere niveaus (school, wijk, kring, samenwerkingsverband).
Niet elke stap in bovenstaande route is voorwaardelijk voor de volgende. Een flexibele
werkwijze die passend is bij de situatie en die aansluit bij wat het kind nodig heeft, staat
voorop.
De organisatie van de zorgstructuur sluit aan op de onderwijskundige organisatie van De
Tweemaster; onderwijsaanbod op drie niveaus. Voor rekenen en taal in groep 1-2 en
voor spelling in groep 3 t/m 8 werken we met een groepsplan waarin alle kinderen een
plaats krijgen in niveau 1, 2 of 3 waarop de instructie en verwerking van de leerstof zijn
aagepast. In ons beleidsplan opbrengstgericht werken Spelling zijn de criteria vermeld
voor de indeling van die niveaugroepen. In groep 1-2 zijn de criteria verbonden aan de
ontwikkelingslijnen van KIJK. Heeft een leerling echter meer hulp nodig dan in het
groepsplan past, dan wordt in overleg met de intern begeleider een
ontwikkelingsperspectief of een individueel handelingsplan (als er nog geen groepsplan is
voor het betreffende ontwikkelingsgebied) opgesteld.
Besprekingen over de groepen
Elk schooljaar worden drie gesprekken gepland per groep, gekoppeld aan een
groepsbezoek.
Tijdens het gesprek is overleg met de leerkracht en de intern begeleider over de groep in
zijn totaliteit en specifiek over de leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. De
leerkracht en intern begeleider bespreken het probleem en zoeken gezamenlijk naar een
oplossing. De intern begeleider kan suggesties en tips geven voor de omgang met de
leerling. Om het probleem helder te krijgen is inzet van observatie in de groep en/of
diagnostisch onderzoek mogelijk. Een gesprek met de ouders kan duidelijkheid geven.
Ook kan advies aan collega’s worden gevraagd.
Op dit moment zijn de groepsplannen in ontwikkeling binnen het traject
“Opbrengstgericht werken” waaraan het hele team meedoet. De bouwcoördinatoren
coördineren het werken met groepsplannen. De ontwikkeling van meer groepsplannen in
elke groep heeft als gevolg dat er minder individuele handelingsplannen zullen worden
gemaakt.
De toetsresultaten van het Leerlingvolgsysteem (LVS) spelen een belangrijke rol in dit
traject en zijn natuurlijk onderwerp van het IB -gesprek.
Leerkracht en intern begeleider bespreken eventuele opvallende uitkomsten en
6
bespreken eventuele aanpassingen op zowel individueel als op klassikaal niveau.
Hoe en wanneer eventueel doubleren, terugplaatsen of versnellen wordt besproken is
opgenomen in het beleid doorstroming van groep 1 t/m 8.
Doubleren, terugplaatsen of versnellen gebeurt altijd in overleg met de intern begeleider
en de ouders.
Van iedere klassenconsultatie wordt een verslag gemaakt door de IB-er.
In het schoolgebonden Ondersteuningsteamoverleg (OT) worden leerlingen besproken
met een hulpvraag van school en/of ouders waarover school en/of ouders
handelingsverlegen zijn. Dit overleg vindt plaats met een team van deskundigen
(Adviseur Passend Onderwijs, een vertegenwoordiger van het CJG,directeur, IB-er en
eventuele andere deskundigen op uitnodiging). Ouders moeten toestemming geven voor
dit overleg en zijn zelf ook bij dit overleg aanwezig.
Zorgoverleg met het team
Overleg met het hele team over specifiek IB gerelateerde onderwerpen vindt plaats op de
momenten van zorgoverleg die een paar keer per jaar worden opgenomen in het
vergaderrooster. Onderwerpen kunnen gaan over interne beleidszaken, maar er wordt
door de intern begeleider ook relevante informatie gegeven over bijv. recente
ontwikkelingen vanuit het samenwerkingsverband.
De voorbereiding en uitvoering behoren tot de taak van de intern begeleiders. Zij stellen
de agenda op en zorgen voor een verslag. De agenda dient minimaal een week van
tevoren beschikbaar te zijn.
De interne zorgcommissie (IZC)
De IZC bestaat uit de directeur en de intern begeleiders.
Voor advisering worden afspraken gepland met de Adviseur Passend Onderwijs, de
schoolverpleegkundige en schoolmaatschappelijk werkster. .
De taak vande IZC is het bespreken en optimaliseren van de zorg op leerling-,
leerkracht- en schoolniveau.
3 Leerlingvolgsysteem/toetsen (LVS).
Het LVS is een van de mogelijkheden om problemen te signaleren bij individuele
leerlingen en op groepsniveau. Regelmatig door het hele jaar worden er CITOtoetsen
afgenomen.
We werken in de midden- en bovenbouw met een groepsplan spelling en in de
onderbouw met een groepsplan taal en rekenen. De toetsenTaal voor Kleuters , Rekenen
voor Kleuters, de spelling- en rekentoetsen worden geanalyseerd om zo voor ieder kind
een goede beginsituatie in het volgende groepsplan te kunnen vaststellen.
.Zo wordt duidelijk aan welke deelgebieden van deze vakken gewerkt moet worden in de
periode na de toetsafname.
Voor kinderen die een onvoldoende score halen op welke citotoets dan ook, wordt altijd
een analyse gemaakt. De analyses worden door iedereen in ons digitale LVS Esis
gemaakt.
Naast de citotoetsen wordt gewerkt met het observatie- en registratiemodel KIJK om de
sociaal emotionele ontwikkeling van leerlingen te volgen. In de kleutergroepen wordt met
KIJK gewerkt voor alle ontwikkelingsgebieden Deze KIJK- gegevens zijn medebepalend
voor het maken van de groepsplannen voor de kleuters.
Individuele toetsen (nader diagnostisch onderzoek) worden afgenomen door de intern
7
begeleider of door een externe specialist.
Naast de geplande besprekingen kunnen leerlingen (op afspraak) te allen tijde door de
leerkracht besproken worden met de intern begeleider.
Toetskalender schooljaar 2014/2015 groep 1 t/m 8
okt
Sidi
Rekenen voor
kleuters
Taal voor kleuters
Risicoscreening
****
Signaleringen
groep 3
Nov
mrt
Apr
mei
juni
*E2
M2
*E2
M2
herfst
Winter
M8
B
tabel
LOVS Begrijpend
lezen
M8
B
tabel
M8
M8
B3-B8
lente
Alleen
begr.l
ezen
testje
M3-M7
M4-M5M6**
M4-M5M6
AVI
8
Febr
M2
DMT
Rekenen
basisbewerkingen
Jan
Gr1t/m8
Elke 4
jarige
na 6
weken
onderwi
js
LOVS RekenenWiskunde
LOVS Spelling
LOVS Spelling
werkwoorden
Studievaardighed
en
KIJK***
Eindtoets Cito
de
c
E3-E6
M3-M7M8**
E3E7**
E3E4E5-E6
M4 t/m
M7
E3-E4
M3-M7
E3-E6
E7
M1-M2
E5,
E6, E7
E1-E2
M3-M8
Groep
8
M4-M8
E3-E7
*Taal voor kleuters en Rekenen voor kleuters E2, alleen indien M2 slecht gescoord is
(IV,V).
** DMT ;afname M3 alleen de kaarten 1+2. Doublures groep 3 afname M3 kaarten 1, 2+
3 afnemen i.v.m. evt. dyslexie-onderzoek. In groep 4 worden alle drie de kaarten
afgenomen.
Vanaf groep 5 wordt in principe alleen kaart 3 afgenomen. Mocht een leerling laag scoren
op deze kaart (D- of E-niveau) dan worden ook de kaarten 1 en 2 afgenomen.
*** Bij de kleuters wordt KIJK tweemaal per jaar ingevoerd. Vanaf groep 3 wordt KIJK
eenmaal per jaar ingevoerd na 6 weken van het nieuwe schooljaar, uiterlijk voor de
herfstvakantie. Voor probleemleerlingen of groepen die veel in het oranje/rood scoren zal
KIJK tweemaal per jaar worden ingevoerd; voor de 2e keer rond maart. De overzichten
worden in kleur uitgeprint en er gaat 1 exemplaar naar de intern begeleider.
****Voor de praktische uitvoering van de risicoscreening, zie het afsprakenboekje.
Afnameperioden CITO toetsen
In de toetskalender staat aangegeven hoe de planning van afname van de toetsen is. In
het volgend overzicht zien jullie wat Cito aangeeft over de reikwijdte van die periode.
Rekenen voor kleuters
M2:
E2:
Taal voor kleuters
M2:
E2:
tweede helft januari-eerste helft februari (M1 idem)
tweede helft mei-eerste helft juni (E1 idem)
tweede helft januari-eerste helft februari (M1 idem)
tweede helft mei-eerste helft juni (E1 idem)
Spelling
M3 t/m M7:
E3 t/m E7:
tweede helft januari-eerste week februari
juni
Rekenen-Wiskunde
M3 t/m M7:
E3 t/m E7:
tweede helft januari-eerste week februari
juni
Rekenen Basisbewerkingen
tweede helft januari-eerste week februari
M4 t/m M8
E3 t/m E8
tweede helft mei eerst week juni
Begrijpend lezen
E3:
juni
M4:
januari
E4:
juni
M5 t/m M7:
januari
DMT*
M3 t/m M8:
tweede helft januari-eerste helft februari
E3 t/m E7:
tweede helft mei-juni
*Let op: in de handleiding staat aangegeven welke versie (A,B,C) wanneer gelezen moet
worden.
9
4. Administratie van de zorg
Groepsplan
Voor rekenen en taal (groep 1-2) en voor spelling voor de midden-en bovenbouw hebben
we een groepsplan waarin alle kinderen een plaats krijgen in niveau 1, 2 of 3 waarop de
instructie en verwerking van de leerstof zijn aangepast.
Handelingsplan.
Voor leerlingen die extra zorg nodig hebben en die niet binnen het groepsplan geholpen
kunnen worden of wanneer voor een bepaald ontwikkelingsgebied (nog) geen groepsplan
is, zoals voor ‘gedrag’ wordt een individueel handelingsplan opgesteld door de leerkracht.
Het eerste exemplaar wordt ondertekend door de ouders en wordt bewaard in de
zorgmap. De digitale versie van het handelingsplan wordt opgeslagen in de map Samen
onder IB-handelingsplan in mapje met naam kind (achternaam, voornaam, datum) en
wordt zolang een plan loopt steeds voorzien van een nieuwe evaluatie. Afgehandelde
handelingsplannen worden zowel in het papieren als digitale leerlingdossier gearchiveerd.
Ontwikkelingsperspectief
Met de invoering van het Passend Onderwijs zullen we voor steeds minder kinderen
individuele handelingsplannen en voor steeds meer kinderen in de midden-bovenbouw
een ontwikkelingsperspectief gaan opstellen. Als bekend is dat kinderen mindere
leercapaciteiten hebben en (voor bepaalde vakken) het eindniveau niet gaan halen van
het basisonderwijs, gaan we een prognose van het uitstroomniveau bepalen en passen
we de leerstof daarop aan. Het kind gaat dan zijn eigen leerlijn volgen en gaat
(gedeeltelijk) los van de jaargroep. Een kind verlaat dan bijvoorbeeld de basisschool met
een behaald eindniveau groep 6 voor rekenen en begrijpend lezen.
Leerlingdossier
Het leerlingdossier bevat de volgende gegevens: verslagen van onderzoeken, observaties
en gesprekken met ouders en externe instanties, onderwijskundige rapporten,
afgewikkelde handelingsplannen en eventuele andere vertrouwelijke informatie. Het
leerlingdossier wordt beheerd door en is de verantwoordelijkheid van de intern
begeleider. Voor ieder kind is een papieren en een digitaal dossier. Het streven is om
zoveel mogelijk digitaal te bewaren.
Zorgmap
De leerkracht draagt zorg voor de inhoud van de zorgmap. Wat zich in de zorgmap moet
bevinden staat op de inhoudsopgave die voorin de map zit. De leerkracht zorgt ervoor
dat de benodigde informatie in orde is en bijgehouden wordt. De map zal minstens een
keer per jaar tijdens de klassenconsultaties met de intern begeleider doorgenomen
worden.
Leerlingvolgsysteem (CITO)
De toetsen worden volgens de toetskalender klassikaal door de leerkrachten afgenomen.
De leerkracht zorgt zelf voor de toetsmaterialen, kijkt de toetsen na en verwerkt ze in
het computersysteem Esis.. Van alle leerlingen wordt een recent individueel overzicht van
het LVS bewaard in de zorgmap.
10
5 Contact met andere instanties
Samenwerkingsverband (PPO regio Leiden
De Tweemaster is onderdeel van het samenwerkingsverband PPO regio Leiden. . Het
heeft een bestuur, een directeur, een coördinatieteam, een secretariaat, een groep
adviseurs
De directeur en de intern begeleider vertegenwoordigen de school in het
samenwerkingsverband. Er zijn zowel bijeenkomsten voor de directie (voor beleid ten
aanzien van middelen en visie op zorgverbreding, deelneming in schoolgebonden
ondersteuningsteam e.d.) als voor de intern begeleider (deelneming in schoolgebonden
ondersteuningsteam en IB-netwerkoverleg met verschillende scholen uit de wijk.
De gezinsspecialist (Jeugd- en Gezinswerker).
Deze is de evenknie van de onderwijsspecialist, maar dan voor de jeugd- en gezinskant
(opvoeding). Deze is een generalist, werkend vanuit een Jeugd- en Gezinsteam, waarin
diverse soorten (specialistischer) jeugdhulp zijn samengevoegd. Hij geeft consultatie en
advies, denkt mee en versterkt professionals in het onderwijs. Hij is gericht op eigen
kracht van kinderen, gezinnen en hun (sociale) omgeving, waaronder nadrukkelijk de
school. Hij weet ‘de weg’ in de opvoed- en opgroeiondersteuning en staat in nauw
contact met het achterveld van aanbieders. Hij kan uit de voeten met de op school
gebezigde handelingsgerichte werkwijze en terminologie.
Adviseur Passend Onderwijs
Deze beschikt over ruime onderwijservaring. Deze werkt voor en vanuit de visie van het
samenwerkingsverband en kent de onderwijsondersteuningsmogelijkheden binnen het
samenwerkingsverband. Deze beschikt daarnaast over aanzienlijke kennis van speciale
onderwijsbehoeften en heeft de expertise in huis om tijdig voor gespecialiseerde
ondersteuningsvragen het team uit te breiden met de juiste specialisten. De rol is die van
wegwijzer en architect: hij ondersteunt de school bij het vormgeven en vinden van het
juiste arrangement. De eventueel daarbij benodigde onderzoeken worden uitgevoerd
vanuit de schoolbegeleidingsmiddelen van de school – niet door de adviseur passend
onderwijs;
De schoollogopediste
De schoollogopediste van Onderwijs Advies voert de logopedische screening bij alle 5jarigen uit. Ook kan zij door ouders en school worden gevraagd voor advies en het
bieden van ondersteuning op het gebied van spraak-taalontwikkeling.
In het geval van noodzakelijk onderzoek kunnen we terecht binnen het
samenwerkingsverband of bij externe bureaus.
Overleg met externe contacten gebeurt door de directeur en de interne begeleiders. De
directeur heeft vooral overleg op beleidsniveau, o.a. in de directiekring van het
samenwerkingsverband en binnen het directieberaad van SCOL. De intern begeleiders
gaan naar het schoolgebonden Ondersteuningsteam en IB-netwerk en hebben overleg
met andere noodzakelijke externen.
Voor het vragen van advies aan externen is toestemming van de ouders nodig.
Het is belangrijk dat de directeur en de intern begeleider elkaar regelmatig informeren en
samen tot beslissingen komen. Dit gebeurt door middel van het zorgoverleg minimaal 8
keer per jaar.
11
6 Leer- en hulpmiddelen.
Orthotheek
Een orthotheek is een verzameling systematisch geordend onderzoeks- en
begeleidingsmiddelen, die gebruikt kan worden bij de speciale leerlingbegeleiding voor
kinderen met ontwikkelings-, leer-, en/of gedragsproblemen.
De orthotheek kan gebruikt worden in de signaleringfase en kan een hulpmiddel zijn bij
de daaropvolgende fasen. De orthotheek biedt diagnostische middelen die ingezet
kunnen worden bij nader onderzoek bij geconstateerde problemen. Daarnaast bevat het
remediërende materialen voor verschillende vakgebieden en materialen voor
(hoog)begaafden.
Het beheer en de uiteindelijke verantwoordelijkheid over de orthotheek liggen bij de
intern begeleider.
7 Beleid en scholing
Scholing IB
Beide IB-ers hebben de cursus ‘Werken met ontwikkelingsperspectief’ bij de AED
gevolgd. Tevens nemen ze deel aan de kwaliteitscirkels IB van het SCOL en de IBnetwerkbijeenkomsten van PPO). In het schooljaar 2012-2013 is de cursus Effectieve
leerlingbesprekingen met succes afgerond door beide IB-ers. In schooljaar 2013-2014
hebben de IB’ers scholing gevolgd over Kinderen met gedragsproblemen, Slimme
kleuters, Communicatie, Taakspel, Faalangst, computerprogramma OPP,
Scholing team
Dit schooljaar krijgt het team vervolgbegeleiding van Impuls op de in 2013-2014
ingevoerde methode
Positive Behaviour Support (PBS) waarbij we van afspraken over gedrag in de algemene
ruimtes overgaan naar gedragsafspraken in de klas.
Dit schooljaar heeft het team, gecoördineerd door de bouwcoördinatoren, verder
gewerkt met de groepsplannen in de klas.
12
8. Begroting 2014
Jaarlijks wordt een budget voor de IB begroot. Daarin worden de aankopen voor het
toetsen opgenomen en extra in te zetten materialen. Scholing en leerling onderzoeken
worden begroot op de algemene begroting van De Tweemaster.
Begroting IB2014
Te begroten
bedrag
3500
Cito/lvs toetsen
1300
Eindtoets
1000
Studieboeken:
Groepsplan gedrag
KLein maar dapper
(Filosoferen met kleuters)
22,95
14,90
Werkboek spreekbeeld
73,14
Overig IB-materiaal:
Time-timers
3
Study Buddy
3
135
20
60
Diagnostisch materiaal:
Dyslexieprotocol groep 1-2
Kleine rekenonderzoek
34,95
1
0
39,50
Verrijkingsmateriaal:
Over:
9 Planning interne begeleiding 2014-2015
Aandachtspunten vanuit de school.
Te volgen cursus door de IB-ers
- Flitsbijeenkomsten bij PPO
- Cursus Handelingsgericht Arrangeren bij PPO
- Opleiding Beeldcoaching
Welke scholing krijgt het team?
Begeleiding invoering PBS.
13
862
Bijlage: Overzichten handelingsplannen, ontwikkelingsperspectieven,
doorstroom en tussentijdse schoolverlating
Overzicht individuele handelingsplannen
Groep
1/2 a
1 /2 b
1 /2 c
Gedrag
Taal
1
1
2
Rekenen
Groep
3a
3b
Gedrag
1
1
Techn. Lezen
3
Spelling
Rekenen
1
Groep
4a
4b
Gedrag
Lezen
4
3 techn lez en
1 begr lez
Spelling
Rekenen
Groep
5a
Gedrag
Lezen
Spelling
Rekenen
Groep
5b
Gedrag
Lezen
Spelling
Rekenen
Groep
6a
Gedrag
Lezen
Spelling
Rekenen
Groep
6b
Gedrag
Lezen
Spelling
Rekenen
1
Groep
7a
7b
Gedrag
Lezen
Spelling
Rekenen
1
Groep
8a
Gedrag
Lezen
Spelling
Rekenen
14
1
2
8b
Overzicht ontwikkelingsperspectieven
Groep
Gedrag
Lezen
Spelling
Rekenen
Overzicht doubleurs/ versnellers/terugplaatsingen per jaar
Groep
Verlengers
Doubleurs
Versnellers
1/2a
1/2b
1/2c
1
3a
3b
1
1
1
1
4a
4b
5a
5b
6a
6b
7a
7b
8a
8b
1
1
1
2
Overzicht aantal tussentijdse schoolverlaters naar andere bao, sbo, speciaal
onderwijs:



15
2 leerlingen naar het SBO
1 leerling naar het SO.
2 leerlingen hebben tussentijds de Tweemaster verlaten voor ander bao.