Het spookhuis t. Hans Andreus (1926-1977) m. Willem Vogel (1920-2010) #6 & 8 œJ œ œj œ j œ œ œJ œ j œ œ œj œ œ œ œJ œ J # j & œ œ œ œJ œ œj œ œj œ œj œ™ œ™ œ ™ œ™ œ ™ œ™ œ ™ œ™ œ œ œ œ œ œ J J J 1. In on - ze straat daar staat een huis, daar is het he - le - maal niet pluis. Daar wo - nen ook geen 6 men - sen in; daar woont een spook met zijn ge- zin. Hoei, boe- boe! Hoei boe- boe! 2. De ramen stuk, de muren scheef, het dak lekt altijd als een zeef. Maar vader spook vindt dat juist goed, net als een spookhuis wezen moet! Hoei, boe–boe! Hoei, boe-boe! 3. Maar volgend jaar wordt er een flat voor 't spookhuis in de plaats gezet. En vader spook klaagt: “Hoei en boe, waar moeten wij dan weer naartoe?” Aaach, boe–boe! Aaach, boe-boe! ook opgenomen in Eigen-wijs uitg. SMV, Born gedownload van www.vrijeschoolliederen.nl, het verzamelde liedrepertoire van vrijescholen in Nederland
© Copyright 2024 ExpyDoc