Technische Universiteit Eindhoven AJ s\•8• ûlentenwerk 1986-1987 p-r_:_o -p--a -e-cl- e--"l s e o a f s u cl e r e n ~,____,- I J KSA I I STUDENTENWERK van propaedeuse lol afstudeerwerk 1986-1987 Faculteit Bouwkunde TUE Kommissie Speciale Aktiviteiten Voorwoord Dit boekje, dat een overzicht geeh van hel afstudeerwerk von de jongste generatie Eindhovense bouwkundig ingenieurs, werd samengesteld Ier gelegenheid von het 20-jorig bestoon von de Focuheil Bouwkunde. Voor jongeren die overwegen Bouwkunde Ie goon studeren en voor het bedrijfsleven dot ingenieurs oan wiltrekken is het von belang een goed inzicht te hebben in wol de faculteit te bieden heeh. Omdat informatie doorover doorgaons slechts in beknopte vorm wordt aangereikt hebben wij hel inilioliel genomen zo mogelijk jaarlijks een lentoonstelling in te richten en een catalogus samen te stellen van werk van studenten. Hel vierde lustrum von de Faculteit Bouwkunde vormde de aanleiding voor dit initialief en voor het verschijnen von deze eerste uitgave. Dit boekje bevat een overzicht van olie algestudeerden en hun examencammissies in de periode 1 mei 1986tol1 juni 1987, met een beknopte omschrijving van hun afstudeeronderwerpen. Van ruim 20 studenten is het werk uitgebreider in beeld gebrmht. Vrijwel al het werk dot door pos-olgestudeerden en/ of hun docenten voor publicatie werd aangeboden is in dit boekje in gecomprimeerde vorm opgenomen. KSA Het projektwerk binnen de bouwkundestudie ALGEMEEN De structuur van hel onderwijsprogramma Bouwkunde b~laal uil drie ohonderlijke sludielasen: 1. propaedeuse programma; 2. Dl -programma; 3. D2·programma. Elk van deze fasen word! algesloten mei een examen. Voor olie sludenlen geld! dol hel onderwijs gegeven word! in een lrimeslercursus-indeling. De propaedeuse beslaai uil 3 lrimeslers, de Dl-fase uil 4 trimesfers en de D2-lose uil 5 trimesters. De gehele studie is opgezet vanuil de onderlinge samenhang van enenijds hel verwerven van kennis van en inzicht in de diverse vakgebieden en anderzijds hel verkrijgen van de vaardigheid deze verworvenheden in inlegrooi verband loe Ie passen in ontwerp· en onderzoekprojecten. Leren creoliel om Ie gaan mei de welenschap is een belangrijk aspect gedurende de gehele studie. 5 DE PROPAEDEUSE Voor de propaedeuse luiden de leerdoelen~ h~ ~0, alelierwerk als volgt : Hel P-progromma beslooi uil hoorcolleges, / Anhitectuur-Bouwlechniek: / Inzicht in de problematiek van onhileeluur en eventueel mei instructies en oefeningen als anderdeel Trimester 1 van hel Prakticurn Bouwkunde en alelierwerk. Een Algemene kennismaking mei bouwkundige belangrijk doel van hel atelierwerk is dalstudenten onderwerpen en beoefenen bouwkundige ~ Vaardigheid in hel ontwikkelen van ~ onlwerpuilgangspunlen en hel naor aanleiding kennis maken mei de complexiteit van bouwkundige vaardigheden als voorbereiding op hel 2e en Je ~ problemen, die op zelfstandige wijze aanpakken en trimester alelierwerk aan de hand van hel volgende Dil aan de hand van de volgende programma- daarvoor een odequote werkwijze ontwikkelen. Hel programma : onderdelen : geslelde probleem moel nog in grote male door de 1. introductie; student zelf worden onderzocht en gedefinieerd. Mei I 2. oelening bouwtechniek (thema klein bouwwerk); complexiteit wordt bedoeld, dal bij bouwkundige oelemng sledebouw (thema stad/buurt), probleem-oplossingen een verwevenheid van oelenmg ardutectuur (thema gebouw), bouwtechniek en hun onderlinge samenhang . t daarvan maken van een uilwerking van een onlw 1. onderzoek van een ruimlelijke situolie en hel functioneel gebruik ervan; 2. toepassing architectonische concepten/ ::::: verschillende aspecten oon de orde komt. bouwtechnische aspect-oplossingen ; 3. maken van een architectonisch ontwerp, uilgewerktlol bestek-tekening. Per trimester zijn door middel van projectkaders omschrijvingen gemaakt waaraan de verschillende Stedebouw (en ruimlelijke planning) anhilectuur: projecten moelen voldoen. Zij definiëren hel Inzicht in de problematieken van ruimrelijke leerdoel, helschoolniveau van een project, alsmede planning, stadsvernieuwing en sledebouwkunde, de aspecten die aan de orde komen en helle alsmede hun anhilectoni11he implicaties. verwachten resuhool. Hel alelierwerk wordt intensiel begeleid. No elk trimester worden de progrommaonderdelen die in dallrimesler behandeld zijn, algerond mei een tentomen of werkstuk. ~=====::::Jr--1=====-::::!. Vaardigheid in hel lormuleren van ruimlelijke oplossingen voor enkele zelf gedefinieerde vraagstukken mei betrekking lol deze problematieken en het hanteren van methoden e1 technieken van genoemde disciplines. Dil alles aa de hand van hel volgende programma: onderzoek (verkenning, inventarisatie, analys1 doelstelling per onderdeel); structuurplan (programmering en ontwerp); sledebouwkundig plan (uitwerking). :..~-; , ·. .; f-- ··. -~ ·; , ;r';l~ l -jttlJI~lt . . _ · !r \ ~i -,_ . s 7 8 D-1 FASE Voor Dl zijn de volgende projectkaders geformulee rd: Hel progrom ma von de D1-lose beslooi uil 4 lrimeslers: 1. droogconslructies en gebouwlypen; 3 lrimeslers in hel lweede joor von de sludie en 1 2. gebouwvorm en droogconslructie; lrimesler in hel derde joor_ Hel progrom ma is 3. droogconslructie en bouwfysische processen; opgebouwd uil hoor- en werkcolleges, gecombineerd 4. induslriële produklie en gebouwvorm; mei proctische oefeningen. Doornoosl worden 3 il 4 5. ofbouwlechniek en onderhoud; halve dogen per week besleed oon hel projectwerk. 6. bouwvorm en bouwkundig beheer; HelDl -projectwerk is in die zin een voortzening von 7. sledelijke planning en slodsvernieuwing; hel olelierwerk, dol bouwkundige aspecten hierin 8. orchilectonisch- sledebouwkundig en bouwfysisch opnieuw in hun onderlinge verwevenheid oon de orde komen . Om dol echler hel oonlol aspecten nu word! beperk!, wordl er een grolere diepgong bereik!. De begeleiders von hel Dl -projertwerk zi jn olkomslig uil olie 4 de vakgroepen von de fowlleil. Elk project word! begeleid door 2 begeleiders, elk uil een andere vakgroep. Op basis von deze vakgroep-cambinolies zijn 'projectkoders' geformuleerd. Binnen deze kaders worden de verschillende projecten onlwikkeld. Elk lrimesler kiesleen sludenl voor een projectkader en/of een vokgroep-combinolie, waarbij gedurende hel4e 1/m 7e lrimesler elke vakgroep lenminsle één keer in een project vertegenwoordigd geweesl moel zijn. aniwerpen 10 ,.... ,.... II !I j/ !I f/ !I !I 11 02-FASE Helstuderen bij een vakgroep berekent dar de student, na een brede vorming in her le 1/m 7e Na her 7e trimester, dus aan her begin van her 2e trimester, zich gaar richten op een specifiek deel trimester in her derde jaar, begint her programma her vakgebied bouwkunde. Her anderwijsprograr van de 02-lase. Dil programma is vakgroep-gerichr. van de 02-lase is nauw verbonden mei de Oe student moel dan kiezen bij welke van de onderzoekprogramma's van de vakgroepen. Dil volgende vakgroepen hij of zij gaal studeren. onderwijsprogramma is opgedeeld in twee delen vakgroep BKO: Konstruktief Ontwerpen - her Se en her 9e trimester; vakgroep BFA: Fysische Aspecten van de Gebauwde - herJOe 1/m 12e trimester. Omgeving Her projectwerk in her Se en 9e trimester omval vakgroep BRB: Realisolie en Beheer 6 halve dagen per week. Oe student is in princip1 vakgroep BAU: Architectuur en Urbonisliek in overleg mei zijn of hoor begeleider zijn of h01 project Ie formuleren omdat hij of zij in deze las een vakgroep hoort ligt her voor de hand dat hij zij met zijn of haar projectformulering aansluit t her onderzoekswerk van de vakgroep. Oe project kunnen zowel ontwerp- als onderzoekprojecten z >· ' . ' ,~ . ~lo:..... . .· . : ~: ---~ Î ~ .... I I I .·. .~ ,· ~ ·'· ' ·.· . . Afstudeerprojeden Het IOe t/m 12e trimester wordt vrijwel geheel besteed aan het afstudeerproje(1. In hel afstudeerwerk wordt een ontwerp- of ondenoeksprobleemstelling geheelzelktondig uitgewerkt onder begeleiding van de wetenschappelijke staf van de vakgroep. De student formuleert in principe zelf de probleemstelling da(h om de begeleiding maximooi rendementie geven, wordt aangeraden een probleemstelling te kiezen binnen hel onderzoeksprogramma van de vakgroep. Tijdens hel afstudeerwerk worden de resultaten in een lussencolloquium en eind(olloquium openboor gepresenteerd en verdedigd. 17 A.C.C. van Aert 15-05-1986 18 landsdlap-arch~e<lonisch onlwerp voor Bruinisse. Het tomerwoningencomplex, dat in Bruinisse gesitueerd wordt gedacht, moest door de beeldvorming recht towel het unieke landschop von Zeeland ols het specifieke progrommo. Doortoe is een landschapspion in een arcll~e<!onisch pion aniworpen met uilwerking van een gebouw, woorbij de beeldkwalitM voorop slaat. or Van Aett was een belangrijke doelstelling bij Uiteindelijk is de doelstelling erop gericht de I plori voor een vakantiedorp Ie Bruinisse, het gebruiker een groot oentol verschillende woon- leef- iëren van een situatie waarin de en ervoringsmogelijkheden te bieden: de ontwerper IJQrommaonderdelen op allerlei manieren op reikt de ingrediënten aan en de gebruiker stelt zelf caor en op de omgeving betrokken zouden kunnen z'n maaltijd samen. Moor zoals ook de exploitant 1rden. Op z'n minst moest voorkomen worden dot van een eetgelegenheid er niet aan ontkomt z'n 1nen de te ontwikkelen structuur de dingen slechts gerechten binnen een bepoolde ambiance aan te één eenduidige manier met elkaar in verband bieden, zo komt ook de ontwerper er bij het maken bracht zouden kunnen worden (zoals bijvoorbeeld van een plan niet onderuit bepoolde dingen vostie een boomstructuur), woordoor de betekenis van leggen, woordoor er onherroepelijk een bepaalde Ier onderdeel op zichzelf vost zou komen te liggen. kleur naar voren komt. n Aert motiveert dit streven onder andere vanuit Het is interessant om te zien hoe van Aert binnen dil !wikkelingen in de schilderkunst en de film waarin spanningsveld tussen "keuzevrijheid" (de gebruiker) I aktiveren van een veelzijdige kijk op het en "kleur bekennen" (de ontwerper) opereert. lomeen een steeds belangrijker ploals inneemt. ·opbouw van het grondpatroon waarin de rschillende functies een plaats krijgen, voltrekt zich een sfeer van een welhaast wiskundige precizie. · patronen en configuraties die zich als !gelijkheden in het proces aandienen, worden aan n nauwkeurig onderzoek onderworpen. Alleen wat ntoonbaar tot een verrijking van het plan draagt, wordt in de structuur opgenomen; er is rake van een accumulatie-proces. Het is dan ook !I verwonderlijk dat het plan zich op dit niveau el precies laat beschrijven en beargumenteren in ·men die helder en logisch zijn en die appelleren n voorstellingen die bij verschillende lezers niet cl ver uiteenlopen. Op dit niveau is het plan langs Jische weg controleerbaar. :I: ~- M.A.G.A. Beute lS-liS-19116 D D D D D D D D 20 D D D D [ [ I c oitedonis<h-stedebouwkundig ontwerp voor een lexolie Ie Tiel. oen reële locatie Is een stadskantoor voor de gemeeenle Tiel gesitueerd. Na ondenoek van de lebouwkundlge context is vanuit een programma hel ontwerp gerealiseerd. Voor hel uileindelijke resultaat ook constructieve aspeden en inlerieurkeU1e bepalend geweest. DDD L!1 Lll L!1 rnl Lll L1ll L!1 Lll L!1 LDLll [jfj F.H.W.M. van den Bo 15-05-1986 - --- _] t-1" ..- •... .u..u...."" ln'fL~l . . liiN'UVtT . _ ... ··-f-t-- - -ho/ L--- ·- · - ·- - · - · - · - · -·-· ' I 22 edonisch-stedebovwkundig ontwerp voor een locatie Ie Eindhoven. en studie venichl naar de expositiemogelijkheden voor de Industriële Archeologie in Nederland. DH geresuheerd in het ontwerpen van een museum voor Industrie en Te<hniek Ie Eindhoven. Hel ontwerp is gebaop zowel een algemene con<eplontwikkeling mei betrekking lol musea als een specifiek programma van eisen. Een van de elf woningbouwblokken aan de Zwolleliraolie Scheveningen i1 architektoni1ch vormgegeven . Hel blok, belloonde uil mlagen, i1 opgebouwd uil een kop en een llrook. Een centraal trappenhuil verbindt de twee delen . Hel onllfuil de woningen in de kop direkt, die in de llrook via een __ ~.a~erij of binnengang. De blokken bevallen drie vemhillende woninglypen. In vrijwel alle woningen \laat een één- of twee verdiepingen hoog lerrm centraal. Deze lerra11en zijn door middel van twee glazen 1chuilwanden op vemhillende manieren te gebruiken . Zo kunnen deze ruimten gebruikt worden al1 terra1, vide ol1erre. Het plan i1 ge1itueerd op een voormalig 1poorwegtrace aan de Zwolleltraat te Scheveningen. Deze straat vormt n van de verbindingen tu11en Den Haag en de zee. In dit plan wordt de gren1 tu11en de bebouwing en het duinpark vormgegeven door middel van elf dwar1 op de \fraai geplaat1te woonblokken. Door deze plaalling on111aat een gesloten beeld evenwijdig aan de strooi. Loodrecht op de weg blijh het zicht op de duinen mogelijk. Om hel oplopen van 1tedelijkheid naar de zee toe te benadrukken, i1 de rij blokken in drie 11ukken verdeeld. Per deel ver1chillen de blokken in hoogte. Ze zijn re1pektievelijk vier, 24 lel en achtlagen hoog . M.vanHo• 1S-OS-198ó 1itectonisch-stedebouwkumlig ontwerp te Scheveningen. 1hematiek voor het ontwerp betreh het spanningsveld tussen het architectonische beeld en de bouwkundige isotie hier<an. Bij totstandkoming van het planvoomei is de nadruk gelegd op de wisselwerking lussen stedewkundige situatie, bouwmethode en woningontwerp. Het ontwerp is lol op hel woningniveau uitgewerkt. Dil holelcomplex ligl op de longgerekle noordzijde De meervoudige kromming schenk! hel holel von hel PTT-eiland non hel IJ. Hel richl zich noor de ondanks de geringe dieple von hellerrein een voor- huidige Gemeenlelijke reviloliseringsplonnen voor en ochlerkonl, en bied! helzichlover de volle hoog Ie dil gebied, zonder von de volledige renlisolie von von hel gebouw bij de overwegend kopse deze pionnen nihonkelijk Ie willen zijn. Helluxe benadering. De in principe vrijslaande slolen holel, mei in lolooi vierhonderd kamers, is bouwlichamen holen de uilgeslrekle builenruimie gecombineerd mei een graal aanlol binnen, om deze vervolgens Ie verkleinen lol vides recreolielocilileilen die zowel voor holeigengers als dienoor boven loe breder worden. Hieraan liggen de builensloondersloegonkelijk zijn. verschillende soorten holelkomers. In de belonnen Zo onlllaal een publiekslrekker op een plein oon hel onderbouw zijn de publieks- en dienslenlun<1ies woler, bekroond door de laren mei uitzich I over de ondergebrochl. De cenlrole hol vorm! hierin hel slad. dynamisch middelpunl voor heel hel holel. In hel aniwerp von hel holel werken ruimlelijke ontwikkeling, verschijning, orgonisolie, consirunie en lechniek samen om de omvang van hel gebouw inziehielijk en vanzeilsprekend Ie maken. De voortgoonde geleding von hel gebouw, zowel ruimlelijk ols beeldend, bemiddellslopsgewijslussen de mooi von hel IJ en de mooi von de loeschouwerl gebruiker, en mookl de wimlende posilie von een enkele plek in hel grolere geheel duidelijk. 26 M.P.Rabbie W.J.M. van lngen 19-02-1917 19-02-1987 An:hitertoniS<h-stedebouwkundig ontwerp voor een lo<a1ie te Amsterdam. Bij het ontwerpen wordt de aanda<ht gericht op de samenhang tussen buitenruimte, binnenruimte, const maleriooltoepassing en detaillering. Er is een ontwerp gemaakt voor een hotel<omplex in het centrum v Amsterdam, waarhij de wisselwerking tussen genoemde aspe<1en bepalend is geweest voor het resultaa ~ ~ G. 0 - 27 K.J. de Keij 19-02-1987 ® ® ® ,,.,,. :·,""' ~~~~~~);~; @ ® @> ® @ @ ® ® ® ® 0 @) ~~~-+'--~',--~,,~,~~~~~~~~~~n~ 'lCII __L_I~----L_~~~~~~~~~~ ,-.J ® 0 0 0 CD @) 28 j_[//l~ I I (] ® ® itedonis<h-stedebouwkundig ontwerp voor een locatie te Christchurch, Nieuw-Zeeland. andacht richHe zich op het ontwerpen in een stedelijke context, met de nadNk op de droge" van kenissen. Diver>e ontwerpen u~ het voomodiurn waren van belang bij verkenning van het thema. Bij het voomei voor het hotelcomplex zijn ook uitspraken gedaan over de detaillering en afbouwtechnil<he aspecten. 29 GEDACHTENSTAD De stad is een bolwerk, een nest. De mens verlang! ernaar. Her verlangen naar de stad, is hel verlangen naar de plaats. Haar monumenralileil schrikt nier of, maar rrekr oon. Geeh geborgenheid, b~lorenheid . De srod wordt algebakend en duidelijk. De mensen welen waar ze zi(h kunnen vestigen. Tof de goede maleriolen von een stad behoren her woler, de lu(hf, de grond, de bomen, de gebouwen van steen, van hout, van staal, van gebakken aarde. Hel zijn levende maleriolen die je kan aanraken. Her maleriool adem!. Er zijn drie stedelijke elementen. Een bok mei water. Een bok mei grond. Een bok mei lu(hf. De muren van de srod zijn long en re hoog om er over heen re kijken. Ze begeleiden je weg, je kon er mei je honden langsstrij ken. Je hoeh nier op re lenen waar je loopt, zo rook je in gedo(hfen. Het zijn den km uren. M.C.M· 19-02-198 \i1e<tonisch-s1edebouwkundige on1werpen voor verschillende loca1ies. IUÎ1 aandach1 vaar he1 on1werpen in een s1edelijke con1ex1 zijn een aanlal on1werpen gemaak1 voor reële ~ies. He1 is me1 name de beeldkwali1ei1, als eigenschap van de arch~e<tuur, die bepalend is gewees1 voor de •indelijke planvoors !ellen. 31 ----~----------- ~·-- C.M.Metz 23-04-1987 32 1-~=------------------------------------------ --- --··· Arcllitectonisch-stedebouwkundige ontwerpen voor ver><hillendelocaties. Vanuit de discipline van de arcllitectuurgesclliedenis en -theorie is een persoonlijke arcllitectuuropvaning geformuleerd, op basis waarvan een ontwerpbenadering is ontstaan. Deze is geconaetiseerd in enkele ontwerpen, waarbij naast het vormgeven de aandacht is gendit op het becommentorieëren van de oploss ...In haar hoedanigheid van collectieve herinnering bouwl de stad dagelijks aan zichzelf, op iedere hoek van iedere slroat. Zoals zij dal ook deed in de stad op het aquarel van Cackerell. Telkens wanneer dus vandaag de dag architecten over sledebauw spreken, spreken zij over architectuur. Zij voeren de stad aan in haar ruimlelijke en historische samenhang en pleiten voor formele ontwerpen die zich hierover uitspreken. De stad is "de vorm van de slad, de architectuur van de stad; een historische realiteit en een concreet gegeven waarmee gewerkt wordt" (Bekeert). Als uilspraak is ieder ontwerp vervolgens een stilstaand beeld; een stilslaand beeld van die ontwikkeling woorvan zij deel uilmaokl- noem het weer de geschiedenis von de slod -, geconditioneerd door wal was, conditionerend wal gaal kamen .... . .. Dit ontwerp is exemplarisch voor een architectuuropvaning, of voor een formele uitwerking van een nauwkeurig geformuleerde opgave. In dil geval belrol het een opgave van stedebauw en stadsvernieuwing en werd zij geformuleerd met de stad als uitgangspunt: "in Iermen van concrete ruimlelijke structuren en hun historische geladenheid." Daarna, daarnaast en los daarvan slaat het ontwerp open voor inlerprelalie. 33 M.T.A.Mol 19-02-1987 34 ArchitecloniS<h-s1edebouwkundige ontwerpen voor een baanlo1encentrum en een openbaar gebouw. Vanuit de aandacht voor binnensledelijke bouwopgaven lijn twee projecten geformuleerd. Hergebruik centraal bij de verbouwing van een fabriekscomplex Ie Tilburg tol een baanlo1encentrum. De opgave vo hotelcomplex te Amslerdam als invulling van een 'gaf is een andere interpretatie van de geko1en them l() M N.W. van PuHen 4·09-1986 36 Archilec1oniS<h-stedebouwkundig aniwerp voor een locolie Ie Amslerdom. De oondochl ricfrtre zich op verberering van de relolie lussen hel Slalionsgebied Ie Am sierdam en her hieraan , grenzende IJ. Hiertoe is een bebouwingspion onlworpen, waarin zowel bedrijven, winkels als woningen een ploars vinden. Over enkele onderdelen van hel plan zijn uilsproken gedaan berreHende de constructie en deloillering. \ 37 J. Ramakers 15-05-1986 Archifedonisch-stedebouwkundig ontwerp voor een 1a<atie Ie Nijmegen. Vanuil een oondochf voor ontwerpen binnen een stedelijke canfexf is de opgave geformuleerd voor u~breidir een museum. Na hef vaststellen van randvoorwaarden, voortkomend un de stedelijke omgeving en ontwerpu1 criteria is een planvoorsfel gerealiseerd, rekening houdend mei museumfechniek en essenflële detailleringen Dit projekt betreh een uitbreiding van het Nijmeegs museum 'Commanderie van St. Jan ' te Nijmegen . De uitbreiding bestoot omwille van func1ionele en klimaat -en li<hMe<hnis<he ei1en uit een expo1itie- en een adminillralief deel. Het adminillralieve blok i1ten welten van de wmmanderie geplaalll om het binnenterrein van de aangrenzende woningbouw af te grenzen. Door van het natuurlijk taluud gebruik te maken kan het dak van het expo1itiegedeelte al1 plateau fungeren woordoor de autonomie van de mmmanderie behouden blijh. 39 A. Steketee 19-02-1987 40 Architectonische-stedebouwkundige ontwe",.n voor ve.W.illende locaties. Mede vanuit de orchitectuurges<hiedenis en -theorie is ondenoek verricht naar de beeldende en verholende aspecten van de architectuur in hoor omgeving. De gerealiseerde ontwerpen lijn ontslaan op ba deze ondenaeken, moor dragen levens bij lol ontwikkeling van de visie. De directe fysieke situolie diende zich aan met al zijn terug, moor weet blijkbaar niet hoe. De overheid is merkwaardige malen, symbolen en relaties. Deze niet bereid de gok te nemen: de gok om de moest ik leren kennen. stedelijke economie en handellos te laten. Het is de Ook diende zich de merkwaardig achterliggende enige manier om levendigheid te 'scheppen'. Door wereld van het geld en de wereldhandel aan. Deze de hoge mobilieit is het mogelijk om dil centrum moest ik ook leren kennen. overolie maken waar maar genoeg mensen kunnen Als gevolg hiervan diende de absurditeit van deze komen. Hel kan dus op verkeersknooppunten, op economie zich aan en daaraan gekoppeld de natuurlijke allrocties, overal waar mensen uit onzinnigheid van de gevalgen van de uileengelegde zichzelf naar toe komen. Het is nietlanger gebonden stad. In Rollerdam waar, in legenstelling lal meeste aan het fysieke centrum. Men kan overal Westerse steden, aak de fysieke ruïnes van een socialiseren. vervlagen economische arde 'ausradiert' waren is deze uiteenlegging helder zichtbaar. Maar aak wordt hier de absurditeit van de hang naar vroeger duidelijk: bepaalde functies die voorheen ploalsvonden in hel historisch centrum (af althans, dat beeld leeft in de herinnering) warden in hel gal teruggeplaatst alsof het organisme er nog is, en er slechts een enkel orgaantje teruggeplaatst behoeft Ie warden. Hel organisme is echter daad. De levenskracht is opgedeeld en uitgemolken, de anderdelen opgeborgen in bejaardentehuizen, woonwijken, psychiatrische inrichtingen, gehandicoptencentra, dierentuinen, musea ... leder zijn eigen plek! De enige mensen die je nag ziet zijn NORMALE mensen: economisch verontwaarde investeringen met een afschrijvingtermijn van 67 jaar (mils van het mannelijke geslacht). De enige mensen die je nog ziel zijn bange mensen; bang om iemand aan Ie kijken. DE STAD IS NIETS MEER. De stad is een plek waar je naar toe gaal in de hoop er beter van Ie worden. Het centrum belooft leven. Net als alle andere stadscentra is dat van Rollerdom dood: je komt bedrogen uit. Het gaal niet om het terugplaatsen van functies als bioscopen, schouwburgen, opera's. Wonen is geen functie, is nix. De hoge mobiliteit zorgt er voor dat iedereen die daar naar toe gaat, even snel weer vertrokken is naar het verre thuis. Hetland waar niets gebeurt. Men wil de herinnering P.W.J. Timmermans 29-10-198ó 42 Architedonisch-stedebouwkundig ontwerp voor een locatie te SiHard. In het kader van een ondenoek naar hergebruik van gebouwen is een ontwerp gerealiseerd voor het Bisuhoppelijk College Ie SiHard. Vanuit de kennis van de voorgeuhiedenis is een voorstel gedoon voor ombou van het gebouw lol een woningbouw-winkelcomplex. Hierdoor is een visie ontslaan over toekomstig wonen in Alltuderen bij een bedrijf biedt de mogelijkheid om Het onderzoek is in fasen ingedeeld waarbij per fase aan een lomrele ontwerpopgave Ie werken in een de deelonderzoeken en werkzoomheden zijn reële omgeving. Deze werkwijze legt wel een aantol vermeld : beperkingen op ten opzi!hte van de vrijheid die alltuderen binnen de TU in hel olgemeen biedt. Fase 1. Marktgegevens Desondanks leek het mij zinvol buiten de TU een - globale marktbenadering en plaatsbepaling van bedrijf te zoeken dot bouwprodukten vervaardigt en waar iets gedaan wordt aan produktontwikkeling. het nieuwe dokroom - opstellen Programma von Eisen De firma Ubbink bood mij de gelegenheid om mij vanuil de bouwkunde bezig te houden met Fase 2. Informatie produktontwikkeling. - bedrijfsgegevens Ubbink - te1hnis1he onolyse dokromen Noor aanleiding van een onderzoeksrapport over de dokromenmarkt in Nederland, verri1ht in 1984, is de - te1hni11he analyse dokwnslructies en dokbedekkingen firma Ubbink voornemens een nieuw dokroom Ie - produktiete1hnieken ontwikkelen. In dit ropport werden onder andere - maleriolen aanbevelingen gedaan voor het assortimentsbeleid - voors1hrihen en normen (binnen- en buitenland) op middellonge termijn , geri1ht op het hondhoven of verbeteren von Ubbinks positie op de Fase 3. Ontwerpvoorstellen dokromenmorkt. Een keuze dient gemooktie worden op bos is van het programma von eisen Een kwoliteitsloenome von de bouw in het algemeen en met name von het dokpakketleidt ertoe dot oon Fase 4. Moteriolisotie dokdoorbrekingen en dus ook oon dokromen hogere - uitwerken ontwerpvoorstel eisen gesteld worden. - moleriool/prolotype beproeving De huidige goedkope dokromen uil het assortiment zullen op den duur niet meer kunnen voldoen aan de Fase 5. Definitief ontwerp eisen. Doordoor ontstond er behoehe een nieuw - werkend prototype dokroom Ie ontwikkelen. - produkMekeningen - keuzes materiool en te1hniek Een dolende bouwproduktie in Nederland en het - ontwerpwlculoties en investeringsplan gegeven dot ongeveer 1/3 van de huidige dokromen van Ubbink wordt geëxporteerd leiden ertoe dot het nieuwe dokroom ook voor export bedoeld is. Vanuil deze alhiergrond is de volgende opdro1ht geformuleerd: Het ontwikkelen van een dokroom voor de Europese markt dot kwalilolief voldoeloon nader te spelifi1eren eisen met als belangrijk uiterium de kostprijs. Uitgegaan wordt von een neMoopbrengstprijs von f 135,- 43 Qp W.J.M. van Unen 23-04-1987 44 Archite<loniKh-sledebouwkundige ontwerpen VOO< vOfl<hillende lo<a1ies. Vanuit oondacht voor het bouwen In ontwikkelingslanden is ondenoek verricht naar de bouwkundige verxhijningsvonn van dorpen rondom de slad Djenne, Mali. Mede op bosis van een archite<luurtheoretisdle studie naar het woonbegrip is een visie ontwikkeld en geconaetiseerd in het ontwerpen van medische centra in Moli. Op basis van hel lopende onderzoek naar de or(hilectuur van Djenné en omgeving zijn aniwerpen gemookl voor een ziekenhuis in de slod Djenné en klinieken in 5 orrondissemenlen rondom Ojenné. Kennis van de plooilelijke bouwmelhoden, leefwijze en or(nile(luur leverde aan deze lo(olie aangeposte ooiwerpen op die grolendeels door de ploolselijke bouwers zelf uilgevoerd kunnen worden. Ter verduurzaming van hel ziekenhuis in Djenné worden de lemen wonden bezel mei gebakken leemfi(nels, een lo(ole fe(hniek. Voorts is er voor de vloeren en enkele oonsluilingen beton gebruikt. De dokwnslructie beslooi uil lwee logen: een lemen plofond word! legen regenerosie en Ie grole opwarming bes(hermd door een tweede dokhuid von gollplool. Zowel de gebouwen als hellerrein zijn naar binnen gekeerd, een ploalselijke gewoon Ie. I I I 45 T. Veeger 11-12-1986 46 AnMectonisch-stedebouwkundig ontwerp voor een locatie te Hong Kong. Naar aanleiding van de prijmaag 'the Peak' is een plan uitgewerktvoor een clubgebouw te Hong Kong. Daarnaast zijn u~ interesse voor vormgeving van tentoonstellingen en theaterdecors een aantal planwoontellen ontwikkeld YOOI interieurinridrting. 47 Her sloolbouw!enlrum dien! uileroord in slooi gebouwd Ie worden. Her gebouw moel een bijzonder represenlolief korokler krijgen, her moel als her ware redome maken voor de nieuwe sloo/rijd, een voorbeeld zijn van war er in srool!onslrurties zool mogelijk is. Verder is een zekere flexibilireil in de indelingsmogelijkheden van her gebouw gewensr en dien! er naar geslreefd re worden de bouwkasren en her energieverbruik zo loog mogelijk re houden. 48 M.C.M.Bal 04-09-1986 ructiel-architectonisdl ontwerp vaar een kanlaargebouw in staal en een ondenoek naar web aippling . .,denoek beschrijh web crippling, hel plooien van stalen profielen daar ge<oncenlreerde krachten. een groep van organisaties, afte werluaam in de staalsector, is een kanlaargebouw ontworpen. Vaar dit erp, uilgevoerd in staal, is de nadruk gelegd op de constructieve en architectonische aspecten. 49 Meestol stoot bij het begin van een afstudeerontwerp de constructiewijze nog niet vost. Bij dit project is dil wel het geval geweest. De functie (een bedrijfsgebouw voor de verkoop en reporatie van landbouwmachines) is hier gekozen bij de constructiewijze, nl. een lichte draagconstructie. De keuze viel op een bedrijfsgebouw voor de verkoop en reporatie van landbouwmachines, te situeren op het nieuwe Hondelsterrein aan de Lonumseweg te Grubbenvorst (Noord-Limburg). De opdracht groeide tijdens de ontwerpfase uit van zomaar een bedrijfsgebouw tot een soort supermarkt voor landbouwmachines en voor reporatie en service, voor informatie over de nieuwste ontwikkelingen op landbouwgebied en voor het zelf ontwikkelen van machinesen onderdelen, alles onder één dok. De beide opdrachtgevers mogen tevreden zijn met hun nieuwe accommodatie. Ui~tekende flexibiliteit, primo uitbreidingsmogelijkheden, optimaal op elkoor afgestemde hoofdfuncties en bovendien mag het gebouw gezien worden! Ontwerpuitgangspunten Om tol een helder, eenwichtig ontwerp te komen zijn in de beginfase enkele ontwerpuitgangspunten geformuleerd. 1. Lichte droogconstructie toepossen Als basis voor het afstudeerontwerp is een specifieke [Qnstructiesoort gekozen : namelijk een lichte droogconstructie (een school en een pneumatische constructie of een ruimtevokwerk). Dil lOnstructietype is minder gebruikelijk, moor daarom juist een uitdaging. Mits slim aangepokt kunnen voor grote vrije oversponningen zeer lichte, materioolbesparende constructies gebruikt worden, die misschien zelfs elOnomisch zeer gunstig kunnen uitvallen. P.J.M. van Soest 29-10-1986 50 (onslrucliel ontwerp voor een bedrijfsgebouw en onderzoek van hypan<halen. Dil bes<hrijft hel gedrag van een stalen hyparschaal belast met schuilkrochten langs de rand. Deze hyparschalen Iijn toegepast in een ontwerp voor een show- en reparatie-accommodatie te Grubbenvorst. 0 ontwerp Iiln ook architectonische aspecten van invloed geweest. ------- 2. Uitbreiding Het uitbreidingsuspect is bij een dergelijk bedrijf zeer belangrijk. Men begint klein, maar moet probleemloos kunnen uitbreiden (en 'inbreiden'!). Dit vraagt om een structurering in elementaire units, hetgeen voor een lichte draagconstructie ook gunstig is, omdat doorbij nogal eens grote begininvesteringen voor bijvoorbeeld mollen gedaan moeten worden, die rendubeter zijn bij een grote serie. 3. Flexibiliteit Ook de tegenstrijdige eisen aan de indeling von de showroom en de werkplaats vragen om grotere vrije ruimte-eenheden, die flexibel en doordoor efficiënt in te delen zijn. 4. Expressief karakter Aon het expressieve ka rokter van de lichte draagconstructie moet zo min mogelijk afbreuk worden gedaan. De lichtheid en de doorzichtigheid moeten ols een rode draad door het ontwerp lopen. Zomin mogelijk verstoring door invullingen en gevels, zichtbaarheid en doorzichtigheid van de constructie. ONTWERP voor een VERKOOP- en SERVICEACCOMMODATIE voor LANUBOUWMACHINES (totaal !O,Sha CJverdekt) Na de stadsvernieuwingshausse in de jaren 70 Om te voorkomen dat in de toekomst sprake zal zijn waarin grote delen van de (binnen)steden opnieuw van een onbetaalbare verbeteringsopgave moet werden ingevuld, verbeterd of vervangen, lijken de reeds nu alle aandocht op de bestaande jaren 80 een fase van consolidering te gaan vormen. woningvoorraad (dus ook de recent verbeterde De ergste nood lijkt nu voorbij en men is zich gaan woningen) worden gericht. De bezinnen over hetgeen reeds verbeterd is en dat wol stodsvernieuwingsactiviteiten betrollen en betrellen in de toekomst mogelijk verbeterd zal moeten voornamelijk de voor-oorlogse voorraad. Het worden. Deze tendens is nog versterkt door het grootste deel von de woningvoorraad is echter na de intreden van de economische recessie en het daarmee Tweede Wereldoorlog gebouwd. Bij een onveranderd steeds krapper wordende stadsvernieuwingsbudget. beleid zal ook het na-oorlogse deel von de Daardoor is men van mening dat een woningvoorraad binnen niet al re lange lijd aan een kostenverslindende stadsvernieuwingoperatie zoals verbeterings- of vernieuwingsoperatie toe zijn die die in her verleden heelt plaatsgevonden in ieder wat betrelt kosten en omvang vergelijkbaar is met geval in de nabije toekomst niet meer tot de de stadsvernieuwing. De opgave zal gigantisch zijn. mogelijkheden zal behoren. Het na-oorlogse deel van de woningvoorraad is in We zijn in gaan zien dat het beheer van de zich ook in korte tijd veel woningen voor verbetering betrekkelijk korte tijd gebouwd. Daardoor zullen bestaande woningvoorraad een belangrijker plaats aandienen. Er zal dan echter minder geld voor moet krijgen in het beleid ten aanzien van de stad. verbetering beschikbaar zijn dan in het verleden her Stedelijk beheer en beheer van de woningvoorrood geval was. Naast het beperken van de problematiek zijn nieuwe termet~ die in de plaats van het begrip in de na-oorlogse voorrood moel men voorkomen stadsvernieuwing zijn gekomen. Deze termen dat in gebieden waar stadsvernieuwing reeds heelt overlappen elkaar gedeeltelijk maar geven plaatsgevonden het verval opnieuw toesloot. Hiertoe gedeeltelijk ook onderscheiden probleemvelden moet de voorraad continu in her oog worden weer. gehouden en waar nodig moeten ontwikkelingen worden bijgestuurd opdat de kwaliteit van de Stedelijk beheer heelt tot doel her voorkomen van voorraad constant blijft. Kortom de woningvoorrood verval of meer dan normale achteruitgang van de moet worden beheerd. gebouwde omgeving. Stedelijk beheer omvat de gehele gebouwde omgeving. Het beheer van de nodig de processen die tot verval of achteruitgang staande problematiek gezien de more van van de kwaliteit van de woningvoorraad leiden op te overheidsbemoeienis (zoalssubsidies en sporen, liefst in een zo vroeg mogelijk stadium. Dat regelgeving), vooral wal betrelt de sociale sector, en is overigens niet eenvoudig. In de eerste plaats zoekt de enorme omvang van de woningvoorraad. Daarbij men naar iets dar men in her beginsrodium slecht komt dat de woningvoorraad geen sterke kan waarnemen en in de tweede plaats weer men economische funktie vervult zodat extra aandocht niet precies welke processen doodwerkelijk tor vervol nodig is. zullen leiden, dus wat men moet zoeken. S.A.A. Backx 23-04-1987 52 Voor een goed beheer van de woningvoorraad is het woningvoorraad vormt tevens een op zichzelf Planvorming voor de anderhoudsachtentand binnen de Nede~andse woningvoorraad. Vanuit een behoehe aan duidelijkheid over de onderhoudsachterstand in de Nederlandse woningvoorraad is een model opgezet waarin de woningvoorraad wordt onder«heiden naar eigendomsverhouding, woningtype en s~chtingskosten. Via dit model kan de onderhoudsachtentand warden weergegeven en voorspeld. In deze studie wordt gepoogd te voldoen aan de eis von het zo vroeg mogelijk inzichtelijk maken van de ontwikkelingen van de kwaliteit von de woningvoorraad. Dot kan door middel von een voorspelling over het verloop van de kwaliteit van de voorraad. Er is doorbij gekozen voor een modelmatige benadering van het verloop van de woningvoorraad en de achteruitgang van de kwaliteit daarvan. Het is de bedoeling dot op basis von statistische gegevens vooruitberekeningen gemaakt kunnen worden van zowel het verloop van de omvang van de woningvoorraad als van het verloop van de kwaliteit van de woningvoorraad. Zo'n model wordt zowel op nationaal ols op lokooi niveau gevraagd. In deze studie is het meent gelegd op het nationale niveau. Op nationaal niveau bestnat op dit moment behaeffe aan inzicht in de ontwikkelingen van de woningvoorrood (op langere termijn). Het is de rijksoverheid die in hoge mate de produktie, verbetering en sloop van woningen, door middel van subsidies en contingenteringen, kon beïnvloeden. Men is vooral geinteresseerd in de linondele inspanningen die men moet doen om de voorraad in de toekomst op peil te houden of te brengen. 53 Zoals veranderingen in de maallthoppelijke visie op Deze brede vorm van overheidsbemoeienis, het functioneren van de stad oon het begin van de gekoppeld oon de bureoutrolische wijze van jaren '70 mede aanleiding vormden lol de opkomst besluitvorming op alle overheidsniveous, slooi in van het versthijmei stadsvernieuwing, zo is er de zekere zin hooks op wol als een belangrijke laatste jaren een ot<ent komen te liggen op een lOmponent van het begrip leefboor kon worden meer preventieve en wnlinue zorg voor de stad in de beschouwd: de eigen inbreng von de individuele vorm van stedeliLk beheer. Deze aanpok beoogt het burger als bewoner of gebruiker von de sl.od. Een tijdig ingrijpen in situaties, woor woningen of leefbare stad houdt immers meer in don een buurten in een vervalspirooi (dreigen te) roken. De omgeving die voldoel aan behoeften van opdrotht is dus niet zozeer het 'repareren' van rone bescherming en identifitolie: het moel ook een plekken in de stod, als wel het voortdurend omgeving zijn, die het individu in slooi stelt in aanpossen van de stad oon de wensen en eisen van zekere mate daarin actief in te grijpen en zijn gebruikers en bewoners. Deze eisen en wensen leefwereld naar eigen behoefte Ie modifiteren (zie worden zowel door bewoners als in tol van fig. 2). Om die reden is het ac1ent bij dit onderzoek beleidsnoto's veelal somengevat in de term niet gelegd op hel uileindelijke resultaat van leefbaarheid. Stedelijk beheer kan don ook gezien ingrepen in de stad, maar op de vraag, in hoeverre worden als het voortdurend leefbaar maken en deze een weerspiegeling vormen von de visie van · houden van een stad of wijk. De term 'leefbaar' gebruikers en bewoners. vormt doorbij een subjectieve somenvoning van beoordelingen van de leefomgeving op een vijflol Na een lomelijk uitgebreide theoretische benadering, deelterreinen: hel orbeidsklimool, het grolendeels aan de hand van literatuur, is het verzorgingsklimool, hel fysiek klimaat, helsO<iool- onderzoek toegespitst op de actuele diswssie over de wlturele klimooi en het bestuurlijklorgonisoloristh organisatie van stedelijk beheer. Uitgaande van de klimoot Ditlooflle onderdeel blijkt een uudool eisen die uit het theoretis1h deel konden worden puntte vormen in het begrip 'leefbaar', omdat de gedestilleerd, en aansluitend bij een aantol overheid op diverse niveaus en in tol van voorstellen -zoals die voornomelijk voor Ronerdom vemhijningsvormen in hoge male bepalend is voor zijn voorgesteld-, is voor de praklijk van stedelijk ontwikkelingen op al deze deelterreinen. beheer een llexibel en breed toeposboor organisatiemodel ontwikkeld (zie fig.J), dot een aanlol elementen uit de discussie lol nu toe in zi1h verenigt en mogelijk beter legemoel komt aan de eisen die vanuit het thema leefbaarheid aan sledelijk beheer gesteld mogen worden. 54 P.L.G.M. van Noorc 23-04-1987 mingover de leefbaarheid in stodsvemieuwingsbuurten. "eratuurstudie naar de opvaHingen over leefbaarheid, gebruik en waanlering van de woonomgeving ~ijnen opgesteld voar het stadsvemieuwingsbeleid. Na toetsing van de geformuleerde opvattingen aan rtal praktijnoorbeelden zijn aanbevelingen gedaan voar verbetering van de gesignaleerde knelpunten. 55 ·----------- E. Braat-Eggers 11-12-1986 56 Ondenoek naar het akoestisch gedrog van bouwkundige constructies. De nodruk van het ondenoek ligt op de geluidsvoortplanting door constructies. Een vergelijking is gemaakttussel de resultaten verkregen door metingen en door berekeningen. Met hetverwor-.en inzicht is een methode opgezet het meten van trillingsintensiteitsnivo's op bouwkundige constructies. j Tot voor kort werd de geluidisolotie von Voor het melen van de trillingintensiteit van de scheidingsconstructies elieen gemeten met de buiggolf op een plootvormige constructie zijn genormaliseerde conventionele geluiddrukmethode. theoretisch minimooi 8 opnemm nodig. Eerder Een beperking van deze methode is dol hel een onderzoel: heeft echter loten zien dot onder bepoolde globale methode is die geen informatie vemhoft omstandigheden metingen van de trillingintensiteit over het akoestische gedrag von de met behulp van 2 acceleromelers op plootvormige constructieonderdelen. constructies goede resultaten op kunnen leveren. Een andere meermethode die al ruim veertig jaar in In dit onderzoek is nogegoon of het inderdood onderzoek is, is de geluidinlensiteitsmethade. Deze mogelijk is om mei behulp van 2 occeleromelers de methode geeft meer informatie over het akoestische intensiteit van een buiggolf Ie bepalen op een gedrag van de scheidingsconstructie. De laatste jaren plootvormige constructie. Verder komt naar voren is deze methode echter pas voor de bouwakoestiek wol de eventuele mogelijkheden zijn von hel praktisch geworden door ontwikkelingen op hel loepossen von deze meetmethode voor hel melen gebied van de electroni<a en de digitale technieken von de rrillinginlensileit op bouwkundige woordoor de apparatuur op hel gebied van de constructies. signaalverwerking sterk verbeterd is. In hel uilgevoerde onderzoek worden Een andere meeMechniek die een sterke relolie heeft trillingintensileilsmetingen gedaan op een stolen mei de geluidinlensiteitsmelhode en die veel sandwichplaat. Mei behulp van 2 meelerometers is de informatie verschaft over de voortplanting van lrillingintensileil in een meelpunt bepaald op twee trillingen door een constructie is de verschillende manieren. Ten eerste met de trillinginlensiteitsmethode. Ook oon deze methode 'maximum' methode en ten tweede met de van melen is ol enig onderzoek gedaan, en ook 'vectoriele' methode. hierbij zijn door de ontwikkeling op het gebied van de electronica en de digitale technieken grote Uil de resultaten blijkt dat indien er sproke is van vorderingen gemaakt en zijn praktische toepassingen een gerichte buiggolf en als er geen nabijheidsveld mogelijk geworden. aanwezig is, het mogelijk is om m.b.v. twee meelerometers de intensiteit van de buiggolf Ie In hetlabarolorium voor Akoestiek von de bepalen op een plootvormige constructie. Hierbij Technische Universiteit Eindhoven is sinds 1984 blijkt de 'maximum' meelmethode betere resullolen ruime oondochl besteed aan de op Ie leveren don de 'vectoriele' meetmethode. geluidintensiteitsmethode. Vercammen en Cornelissen hebben een meetmethode ontwikkeld om met de Om iets te kunnen zeggen over de mogelijkheden tweekanoals anolyser type 2032 van Bruel en Kjoer van toepassing von deze meelmethode op geluidinlensiteilsmelingen uit Ie voeren op bouwkundige constructie is verder onderzoek bouwkundige constructies. Hel is nu de bedoeling om noodzakelijk. op een dergelijke wijze ook een methode op te stellen om trillingintensiteiten Ie meten op plootvormige constructies. 57 De primaire look van de Rijksgebouwendienst is Bij de bouwfysische beoordeling van gebouwen is het huisvesten, een look die als voornaamste activiteiten voeren von een uniform beleid, gebaseerd op het bouwen, verhuren, onderhouden en beheren van verantwoorde richtlijnen, noodzakelijk. Sinds 1979 een grootscola van utiliteitsgebouwen en een worden doordeAldeling Bouwlysica richtlijnen voor beperkt aantal dienstwoningen omvat. Binnen deze kantoor· en schoolgebouwen gehanteerd. taakstelling zorgt de Afdeling Bouwfysica er voor dot de bouwfysische aspecten van Rijksgebouwen oon de Voor het opstellen von de richtlijnen voor eisen van deze tijd beantwoorden. Onder deze kantoorgebouwen is gebruik gemaakt van bouwfysische aspecten worden binnenklimaal, literatuurgegevens, meetresultaten en berekeningen. warmte- en vochthuishouding, akoestiek en Deze richtlijnen zijn mtgelegd in rapport 476.04/L. verlichting verstaan. Het beantwoorden oon de eisen Voor schoolgebouwen of gelijksoortige gebouwen van deze lijd betekent hetscheppen van optimale met een grote bezening per m2 zijn weinig gegevens werkomstandigheden en hetstreven naar zo loog voorhanden. Mede hierdoor zijn de huidige mogelijke kosten. Bij het maken von een kosten/ richtlijnen voor schoolgebouwen algeleid van die baten·onolyse wordt aan de kostenzijde veelol alleen voor kantoorgebouwen. Voor een aantol rekening gehouden metstichtings· en bouwfysische aspecten is een dergelijke olleiding exploitatiekosten. De kosten, die veroorzaakt worden mogelijk. Ten aanzien van de thermische isolatie door de afnemende produktiviteitten gevolge van liggen de eisen boven het niveau von de het verminderen van de kwaliteit von het behooglijkheidmileria. Optimaliseren betekent hier binnenklimaal, zijn moeilijk meetbaar en worden in uitsluitend streven naar de laagste stichtings· en berekeningen niet meegenomen. Een en onder heeft exploitatiekosten. Wat betreft het binnenklimoot van lol gevolg dot optimalisolie kan resulteren in schoolgebouwen is een dergelijke alleiding niet goed minimale eisen t.o.v. de werkomstandigheden. mogelijk. Het opstellen van eisen door het beschouwen van een school als een kantoor met grote interne warmtelast, is niet correct. Een van de redenen hiervoor is het verschil in psychologische belasting die in verschillende omgevingen kan optreden. Thermolysiologische modellen houden met dergelijke verschillen geen rekening. In de eerste fase van het onderzoek is een literatuurstudie verricht en is onderzocht op welke wijze de benodigde meetgegevens het beste verkregen en verwerkt kunnen worden. Hiervoor werden in de maand september metingen verricht in het St. Adelhert College Ie Wassenaar. In het rapport worden de resultaten van het vooronderzoek vastgelegd. P. Erdtsieck 19-02-1987 58 Ondenoek naar het binnenklimaal in scholen gedurende rle zomerperiode. Scholen worden doorgaons in de zomer niet gebruikt. Voor deze bijzondere periode moelen richtlijnen opgesteld worden ten oonzien van de bauwfysische kwaliteiten. Deze richtlijnen zijn opgesteld op basis van de resultaten van prak~jkme~ngen en berekeningen. .STELLING ALGEMENE THEORIE CONCLUSIES elstelling van het onderzoek is het verifiëren en Het opstellen von ri(htlijnen voor een bouwfysis(h De eerste fase von het onderzoek noor het en bruikbare gegevens en geel inzi(hf in het ig aanpossen van de bestaande ri(htlijnen ten ospect en het opstellen van de eisen die hiervoor aan binnenklimaat in s(holen wos bedoeld ols oriëntatie. gebruikersgedrog. Het vastleggen von mvan het binnenklimaat in l(holen. Indien uil een gebouw moeten worden gesteld verloopt in Door deze oriëntolie wos het mogelijk om vertrouwd meetgegevens door derden leidttol grote derzoek naar voren komt dat de huidige fasen. Aongezien deze losen voor dit onderzoek von te roken met de mogelijkheden en onmogelijkheden onnauwkeurigheid en dient zoveel mogelijk 1nen niet voldoen, zullen deze ri(hflijnen wezenlijk belang zijn, wordt hierover eerst een von de bes(hikbare meetopporotuur en vermeden te worden. n aongepasl. Afhankelijk von de mole waarin algemene theorefis(he bes(houwing gegeven. wmputerprogrammatuur. Hierdoor zol het mogelijk 1ele aonpossingen plouts moeten vinden, zullen Bovengenoemde fasen zijn mhtereenvolgens: zijn om de metingen die voor de zomerperiode von - Voor de modelstudie is het voor de hand liggend Je ri(hflijnen worden bijgesteld of zullen - Uitgongspunten 1986 op het programma staan beter en met name gebruik te maken van het BFEP-programmo dat e ri(htlijnen worden opgesteld. - Ri(hflijnen effectiever te verri(hten. Uit de metingen en op de Harris-wmputer van de berekeningen in de eerste fase van het onderzoek Rijksgebouwendienst bes(hikboar is - Het gebruik van sensoren voor de bepaling van de stand van ramen en deuren leidttol betrouwbare - Aon een gebouw te stellen eisen kunnen de volgende (undusies worden getrokken. - Bij het opstellen van de ri(hflijnen voor S(hoolgebouwen en voor kantoorgebouwen zijn dezelfde uitgongspunten gehanteerd. Desolnienemin zul het exoct uitvoeren von deze ri(hflijnen niet tot een gelijkwoordig binnenklimoot voor l(hoolgebouwen en kontoorgebouwen leiden. - Oe verbonden tussen het ventilatievoud en meteorologis(he grootheden die in de literatuur zijn te vinden, wijken van elkaar al en zijn daardoor niet direct bruikbaar voor dit onderzoek. Het verkrijgen von gegevens over de psy(hologis(he beïnvloeding von het behooglijkheidsgevoel vereist een uitgebreid literatuuronderzoek. - Bij ina(hfneming van voldoende nauwkeurigheid bij het vaststellen van de C02-wn(entrotie en (02-produktie in de meetruimle, lijkt het mogelijk om het ventilatievoud vostie leggen zonder gebruik te maken van tra(ergas. 59 M.J. van der Laan 23-04-1987 60 Ondenoek noor de wormtehuishouding von goed geïsoleerde woningen. In de energieproeftuin te Hoofddorp lijn metingen veni<ht om de lumtdoorlotendheid von lanstructies te bepalen, het ven~lotievoud von woningen en de globetemperotuur. Op grond von de resultaten v metingen en een Iel! ontwikkeld simulo~eprogrommo 1ijn ver><hillende regelstrategieën onderling vergeleken. Mijn afstudeerwerk bestaal uittwee onderdelen: Er is een literoluuronderzoek uilgevoerd naar hel opwarmen van woningen en hetloepossen van een - Een uitgebreid meetprojed in de Energieproehuin oplimaliseringsregeling. Nmhtverlaging blijkt de Ie Hoofddorp. De resultaten hiervan worden grootste energiebesparing op te leveren ols men de bes1hreven in hel meelrapport woning zo lang mogelijk looi afkoelen om 'Lu1h!doorlatend heidsmeli ngen, vervolgens mei maximooi vermogen op Ie warmen. Venlilatievoudmelingen en Globe- Om hel opwarmen van een woning te regelen kan lemperaruurmelingen in de Energieproehuin Ie een oplimoliseringsregeling gebruikt worden. Er Hoofddorp'. besloot geen con1ensus over hoe in zo'n oplimaliseringsregeling de storttijd von de instollotie - Een onderzoek naar hel opwarmen van woningen berekend moel worden. Wel is duidelijk dat voor hel en hetloepassen von oplimaliseringsregelingen. goed fundioneren von een oplimoliseringsregeling Dit onderzoek beslaai uil twee delen: een odoploliemechonisme essentieel is. deell : literatuuronderzoek. deel2: de keuze von de ketelmpadteil: In hettweede deel von dil verslog worden wmpulersimulalies. wmpulersimuloties beschreven. Deze zijn uilgevoerd Dil onderzoek wordt in dil verslag bes1hreven. om no Ie goon ol hetloepossen von een ketel met geringe overcopo!iteit in wmbinolie met een oplimoliseringsregeling voordelen biedtten opzichte von de ge bruikelijke instollotie woorbij over!opodleil noodzakelijk is om de opwarmlijden beperktie houden. De beloogrijkste conclusie is dot dil inderdood een energiebesparing oplevert. 61 In het kader van een onderzoek noordoglicht in te vergelijken mei de direct gemeten waarde. Er Nederland is een luminantiescanner gebouwd, die werd een waarde van 90 cd/m1 mV (± 15%) de absolute helderheidsverdeling van de hemel meet berekend. Het vemhil van 8% tussen beide in een periode van vijl minuten. ijkloctoren is gezien de meetnauwkeurigheid De hemelkoepel wordt automatisch op 144 (meet) oHeptobel. De relatieve ijkloctor is binnen de 15% punten algetost met een glosliber voonien van een conslonl over het gehele bereik. De betrouwbaarheid optiek en gekoppeld oon een lithtgevaefige cel. De van de luminantie metingen is over het meelbereik hemel wordt in horizontale ringen afgetast, waarbij van 6000-70000 cd/m1 beter don 95%. De scanner is het aantol meetpunten per ring afneemt met mechanisch een belrouwboor meelinstrument toenemende elevatie van de ring. Hierdoor is het gebleken. Gedurende de maanden oktober, mogelijk gebleken de overlap tussen twee november en december 1985 zijn continu metingen aangrenzende metingen verwaarloosboor klein Ie verricht. maken. De opnemer functioneert van - 30" lol + 40° C. De responstijd bedroog I slechts enkele Vergelijkt men de gemeten verlichtingssterkte met de nonosewndes. De opnemer is lineor (± 1%) over uit de luminantieverdeling berekende woorden, don zijn meelbereik dot loopt van 0 tol = 70000 cd/m 2 blijkt dot met een nauwkeurigheid van 85% uit een Door dit beperkte meetbereik zijn olie meetpunten verdeling de verlichtingssterkte op elk willekeurig met een hoekolstond < 16° tot de zon georiënteerd vlok kon worden berekend. Zoals onbetrouwbaar zodra er sproke is van directe hierboven ol vermeldt zijn metingen mei een straling (> 140 Wim~. Het meten van de luminantie hoekolstond < 16 tol de zon ongeldig. Een correctie van de zon is dus niet mogelijk, hetgeen een sterke van deze metingen is dus niet mogelijk en wegens beperking oplevert in de mogelijkheden van hel hel ontbreken van een voldoende aantol oon opporool. Er wordt daarom sterk gepleit voor een grenzende metingen is interpololie ook uitgesloten. vergroting van het meetbereik. Bij directe straling is het echter nog wel mogelijk de Door de optische eigenschoppen van de liber is de diHuse verlichtingsterkten te berekenen. De gevoeligheid van de opnemer binnen de nauwkeurigheid van de diHuse verlichtingssterkte openingshoek niet wnslont. Dit kon de bedroog! 90%. Men zal dus of de scanner moelen meetnauwkeurigheid van een enkele meetwaarde modificeren zodat er wel directe straling kon worden mei 20% verkleinen als er sproke is van een sterk gemeten, of de directe straling mei een tweede inhomogene luminantieverdel ing. zoals bij gebroken instrument. bewolking het geval kon zijn. Aanbevolen wordt om De verschillen lussen de ongeveer 9000 verdelingen een betere optiek toe te possen. bleken vrij grool. Met behulp van een De S<onner is op twee manieren geijkt. Een absolute vorioliecoëfficiënl zijn de verdelingen derhalve in ijking in hetloboratorium en een relatieve ijking drie groepen gerangschikt. De vorioliecoëfficiënl door vergelijking met metingen van de horizontale wordt gedefinieerd als hel quotiënt van spreiding en verlichtingssterkten. De absolute ijking is verricht gemiddelde van de meetwoorden (V= S/Xg). Deze m.b.v. een ijklomp en een diffussor. Er is een coëfficiënt bleek gecorreleerd Ie zijn mei de ijkloctor berekend die het verbond geeh tussen de bewolkingsgrood, N(O< N< B): (output) sponning van de opnemer en de luminantie van de diffusor. Voo• de ijkloctor werd een waarde berekend van 83 cdim' mV (± 6%). De relatieve ijkloctor is bepaald door de uit de luminantie verdeling berekende horizontale verlichtingssterkte 62 P.C.H. van de 15-05-1986 ek naar de natuurlijke verlichting van binnenruimten. ulp van een luminantie-scanner zijn de horizontale en verticale verlichtingssterkten van de hemel 1 gedurende een langere periode. Deze meelgegevens vormden de basis voor het bepalen van de gemiddelde minan~e. Hiennee kunnen u~spraken gedaan worden over de natuurlijke binnenverlich~ng van binnenruimten. (I) 0 < V< 0.5 n> 6 'geheel bewolkre hemel' (2) 0.5 < V< 1.0 3 < N< 6 'hall bewolkte hemel' (3) 1.0 < V< 3.0 N< 3 'heldere hemel' Een bewolkte hemel wordt gekenmerkt door geringere luminonlieverschillen don een heldere hemel. In de meelperiode bleek meer don 53% von de verdelingen een V< 0.5 re hebben. De meerperiode wordt dus gekenmerkt door weinig zon, hergeen overeenstemt mei waarnemingen uit andere metingen. TensloMe is getracht in de verdelingen de stondoord hemelluminantieverdelingen, Clear en Over!Ost sky lerug Ie vinden. Ook hierbij werd de parometer Vgebruikt om binnen de groepen 'geheel bewolkte hemel' en 'heldere hemel' de standaardverdelingen terug Ie vinden. De varialiecoëfficiënl van de genormeerde Overcast sky bedroogt 0.29. Binnen groep 1 schommelden de meeste woorden van Vrond deze theoretische waarde. De theoretische Overcast sky werd echter nier in deze verdelingen teruggevonden. Als men de gemeren (' Overcast sky') verdelingen rangschikt op grond van genormaliseerde Overcast sky dan blijkt er dus een enorme spreiding Ie zijn. Hel word! dus nier reeël geacht om ontwerpberekeningen Ie baseren op hel Overcast sky model. Voor de Clear sky, een veel gecompliceerder model is een zelfde resulraal gevonden. Worden de verdelingen echter uitgeplot dan zijn wel Overcast of Clear sky· eigenschappen aan Ie wijzen. 83 Overzicht van afgestudeerden 01-05-1986 tot 01-06-1987 65 Vakgroep Architectuur en Urbanistiek (BAU) A.C.C. van Aert prof_ D. Slebos arch. hbo BAU k. WJJ. Huisman BKO Ir. AJ. Keruemaker; BAU H. Tupt.er ardt. hbo BAU ir. H. de Kovel ADV Landsd.op-architedonis<h ontwerp voor Bruinisse. Het1arnerwoningencarnplex, da1 in Bruinisse gesitueenl wordt gedocht, moest door de beeldvorming recht doen a 10wel het unieke landschap van Zeeland als het specifieke programma. Doortoe is een landschapsplan in een armitedonisch plan ontworpen met uitwmlng van een gebouw, waomij de beeldkwaliteit voorop stoot. prof.ir. H.M. Goudappel BAU ddr. P.W..M.A. van Hoogstraten BAU dn_ BJ.P. lanssen BAU dn- Govenle ADV Planvorming voor het Markermeergebied. Dit anderloek behelst de p<oblemoliek rand de planning van oppervlaktewatergebieden in Nederland met belang natuurwoorden. Als voorl>eeld 1ijn voor het Markermeergebied rondvoorwaarden opgesteld waaraan een plonnin! voldoen, rekening houdend met 1owelruimtelijke als milieuproblemotiek. prof. D. Slebos arch. hbo BAU prol. D.t Aj>on ardt. hbo BAU llP.M. van Veen arm. hbo BAU Armitedanisch-stedebouwkundig ontwerp voor een locatie te Helmond. Vanuit een totaalbeeld van de stad Helmond is de keu1e van een plangebied bepaald. Voor de1eloca1ie is een orchitedanisch-stedebouwkundig plan uitgewerkt. prol. W. Bjkelenboom arm. hbo BAU ir. J.F.6. lanssen BKO prol.dr.ir. 6. S<herpbier BKO ir. J.K_Dekke" ADV ArchitedoniKh-stedebouwkundig ontwerp voor een locatle te Tiel. Op een reële la<olie is een stadskontoor voor de gemeeenle Tiel gesitueerd. No onderloek van de stedebouwkundige context is vanuil een programma het ontwerp gerealiseerd. Voor het u~eindelijke resultaat rijn ook construdieve ospeden en interieurkeu1e bepalend geweest. prol.dr>. 8.6. Bekoert BAU ir. AJ. Ke~>semake" BAU ir. 6.A.t van Zeijl BAU Architedonisch-stedebouwkundig ontwerp voor een la<a1ie te Eindhoven. Vanuil de veronderende doelstellingen betreHende musea voor moderne kunst word! een ontwerp gemaakt voor uitbreiding en renovatie van het van Abbe-museum te Eindhoven. Ook voor inrichting en kleu~>telling 1ijn voontellen gedaan. Ter theoretische onderl>auwing is een essay geschreven over 'Goethe en de bouwkunsr. p<OI.ir. H.M. Goudappel BAU dr>. BJ.P. lanssen BAU ir. PJ.M. Kuype~> ADV Planvarming met betrekking tol een beter energiebeheer. In het kader van de energiebesparing is onderiocht in hoeverre het mogelijk is energiebewust te plannen. Op het niveau van hetslruduurplan is vanuil de1e benadering een alternalieve inrichting opgesteld. Vervolgens 1ijn op d~ niveau richtlijnen voor de Ruimtelijke Onlening gefO<muleerd die een beter energiebeheer garanderen. F.M. van den Bos p<OI.dr.ir. M.F.TIL Box BAU prof_dr.dipl.ing. H. Fassbinder-Hon BRB dr.lr. A.F.6.M. van Wagenberg ADV dr. M.ll Behesllti BAU Ir. A.P. lilijssen arm. hbo BAU Architedonisch-stedebouwkundig ontwerp voor een locatie te Eindhoven. De mogelijkheid Is ondmocht om weer lol een inlegraliele komen van wonen, werken, verkeer en re<realie als de rier stedelijke lundies. Rekening houdend met de sociaal-psychologiKhe problemen die een dergelijke integratie op<oepl, is een plan ontworpen voor invulling von een situatie binnen een stedelijke context. F.H.W.M. van den Bosch p<ol. W. Elfkelenboom arm. hbo BAU ir. W. Ramsetaar BAU ir. WJJ. Huisman BKO Archiledonisch-stedebouwkundig ontwerp voor een IO<a1ie te Eindhoven. Er is een studie venicht naar de expositiemogelijkheden voor de Industriële Archeologie in Nederland. Dit heeh geresufteenl in het ontwerpen van een museum voor Industrie en le<hniek Ie Eindhoven. Hetontwerp is gel seenl op 1owel een algemene conceptaniwikkeling met betrekking tol musea als een spe<ifiek programma van ei p<otir. H.M. Goudappel BAU dr.ir. P.W.AU. van Hoogstralen BAU dr>. BJ.P. lanssen BAU Onderloek naar de invloed van de technologische vernieuwingen op de stedelijke ontwikkeling. Het ToylOfisme geldtals meest voorkarnende ontwikkelingsstra1egie. In de1e studie is ge1a<ht naar andere moge· lijkheden om de gevolgen van de technologische vernieuwingen voor stad en regio te verklaren, waarbij als voorbeeld de kanlorensedOJ in Amstenlam is geko1en. Ten behoeve van de overheid 1ijn rich~ijnen opgesteld. A.J.H. van Breukelen prol. D.t Apon ordt. hbo BAU 15-05-1986 ir. H.tH.M. Smulde" BKO Architedonisch-stedebouwkundig ontwerp voor een gegeven loca1ie. Na een stedebouwkundig onderloek van de bestaande s~uatle is een complex voor bejaardenhulsvestiging ontwO!pen. Het uileindelijke plan is opgebouwd uit 1elfstandige wooneenheden met beperkte gemeenschappelijl voomeningen 15-05-1986 L.M. Bemmelmans 15-05-1986 J. Benjaminsen 15-05-1986 M.A.G.A. Beulener 15-05-1986 A.G.F.M. de Bie 29-10-1986 J. Boros 23-04-1987 23-04~1987 15-05-1986 K.A. den Breejen 23-04-87 H. Tupker ordt. hbo BAU W.J.A de Bruijn 04-09-1987 M.M.L.A. Bruis 04-09-1986 H.G.A. Cramer 04-09-1986 66 p<otir. H.M. Goudappel BAU W.F.M. van Bokhoven arch. hbo BAU ir. J.H. Luiten BFA Conceptie van een ste<lebouwkundig beeldplan op basis van ana~se- en ontwerpmethadie ken. Aan de hond van een viertal projoden op bestaandeloca1ies is onderla<ht hoe vanuil ver>ehillende benaderingen tol planvOJming kan wOJden gekomen. De uiteindelijke ontwerpen rijn als resultaat van spe<ifieke analyse- en antwerprnetlloden lol stond gekomen. p<af_ D.t Apon arm. hbo BAU p<ol. D. Slebos ardt. hbo BAU H. Tupker arm. hbo BAU Ir. 6.A.t van Zeip BAU k. WJJ. Huisman BKO Twee orch~edonisch-stedebouwkundige ontwerpen Ie Maastricht. Het betreh een ontwerp voor een individuele woning en voor woningen aan de Maasboulevard te Maastricht. Me1 de hond van genoemde ontwerpen is een aanlel gegeven lol de formulering van een visie op orchiteduur. Er is n1 een antwoord ge1a<ht op de vraag of er een ordening bestoot van de argumenten waarop een ontwerp is gebose1 protdr.ir. M.F.Th- Box BAU dr. KJ. Veldhuisen BAU ir. PJ.M. Dinjes BAU Ontwikkeling van een COJMpulerprogramma als gereedschap bij bewoner>participalie. Vanuit de Groep OntwerpMethoden is anderlochtin hoeverre een campuierprogramma bruikbaar is voor het genereren van woningindelingen voor een gemeenschappelijke drager. Door de ontwikkeling van een programm mogelijk geworden hiervoor een belangrijke plaatste reserveren in het ontwerpp<O<es. iederen -1986 .C. Dortmans -1986 ymanus -1986 I.M. Eiisbouts !-1986 :nz 1-1987 :ugelink 1-1987 .J. Feron 1-1986 ;ersen 1·1986 . Gillebaart 1·86 ;ons l-1986 ;rimm 1-1987 I. LaGrouw 1-1986 laasnoot !-1986 en Hagen -1986 prof. D.t Apon arch. hbo BAU ir. AJ. Kensernaken BAU ir. G.A.t van Zeijl BAU prof. D. Slebos arch. hbo BAU Architedonisth-stedebouwkundig ontwerp voor een locatie te Eindhoven. Het betrelt een ontwerp voor een woonwijk aan de rand van Eindhoven, waarbij het vormgeven van de grens tussen stad en niet-stad centraal wordt gesteld. Het ontwerp is de aanrel geweestlol ontwikkeling van een penoonlijke visie op de disdpline van het archite<lonisth-stedebouwkundig ontwerpen. prof.ir. H.M. Goudappel BAU D. Veldhont arch. hbo BAU ir. W. Thijssen BAU Planvorming voor het gebied tussen Eindhoven en Helmond. Het betrelt een conueet ruimtelijk ordeningsprobleem in een overtichtelijke, somengestelde situatie. Vanuit een nauw contod met betrokkenen op versthiliende niveaus Is naar oplossingen gerocht voor het probleemgebied, met het a«enl op de leefbaarheid. In de vorm van een plan 1ijn de gevonden oplossingen vastgelegd. prof. D. Slebos arch. hbo BAU ir. AJ. Kensernaken BAU ir. WJJ. Huisman BKO Archite<loninhe-stedebouwkundige ontwerpen voor een mensa en een kunstcentrum. Bij het ontwerpen Is de nadruk gelegd op de plaats die een gebouw in lijn omgeving inneemt als element in een grote venamellng, de stad. Het ontwerpproces kenmerl<t1ich door de wisselwerking tussen de randvoorwaarden die de omgeving levert en de ruimtelijke en fundionele voorwaarden in het gebouw 1elf. prof. D.t Apon arch. hbo BAU ir. J.H. luiten BFA ir. LR. Poortmon BRD Archite<lonisth-stedebouwkundig ontwerp voor een lotalle te Eindhoven. Met oondocht voor het wonen binnen een stedelijke context is een visie geformuleerd op het stedelijk wonen voor de gekoren locatie. Het ontwerp Is ook uitvoeringstechnisth benaderd, waarbij na een kostenvergelijking de keu1e voor een betonbouwmethode is gegeven. prof. D. Slebos orch. hbo BAU ir. AJ. Kensemoken BAU JU.L links A.A.dipl. BAU Archite<lonisth-stedebouwkundige ontwerpen voor een aantal woonhuilen en een museum. De nadruk is gelegd op het ontwerpproces, waarin naast het beeld in het concept ook de theorie bepalend is voor de totstandkoming van het ontwerp. Op het resultaat van dit proces is ook de bouwlechnische detaillering van invloed geweest. prof. D.t Apon arch. hbo BAU ir. AJ. Kensernaken BAU prof. D. Slebos arch. hbo BAU Archite<lonisch-stedebouwkundig ontwerp voor een locatie te Amsterdam. Centraal stond de thematiek van de confrontatie tussen nieuw en bestaand bij het ontwerpen in binnenstedelijke gebieden, 1owel bij hergebruik als bij invulling van een 'gat'. Ook is de integratie van venchiliende fundles binnen het ontwerp een bepalende fador geweest bij de totstandkoming van het planvoontel. prof. D. Slebos arch. hbo BAU P.C. Beekman arch. hbo BAU dr.ir. A.F.G.M. van Wagenberg ADV H. Tupker arch. hbo BAU dn. P. Pennam ADV Archite<lonisch-stedebouwkundige ontwerpen voor woningbouwcomplexen. Bij het ontwerp voor een woningbouwcomplex te Breda is de relatie tussen privé en openbaar op stedebouwkundig niveau centraal gesteld. De1e relatie is beschouwd op de schaalvan een woongebouw, waarbij aan groepswonen voor ouderen een ruimtelijke vertaling is gegeven. Dele opgave is geboseerd op een woonecologische benadering. prof.ir. H.M. Goudappel BAU ir. W.H. de Hoop BRD ir. J.T.G. Wessels BAU ir. R.T. van der Voort BAU Planvorming over ecologische stedebouw. In relatie tot de toenemende aantasting van het leefmilieu door de stedelijke samenleving is een 'betere' stedebouwkundige visie ontwikkeld. De1e visie is gebaseerd op een aan de ecologie ontleende benaderingswijle en beroept 1ich op mens-en milieuvriendelijke uitgangspunten. Vanuit dele visie is een ontwerp gemaakt. prof. D.(. Apon arch. hbo BAU ir. AJ. Kensernaken BAU Ir. G.A.C. van Zeijl BAU Architedonis<h-stedebouwkundig ontwerp voor een locatie te Eindhoven. Met aandacht voor het bouwen in een stedelijke context is een ontwerp gemaakt voor een woningbouw· complex te Eindhoven. Het projed is in relatle gebracht met bestaande concepten op het vlak van de architeduurges<hiedenis en -theorie. De1e beschouwing is in het ontwerp en in het venlag terug te vinden. prof. D. Slebos arch. hbo BAU ir. AJ. Kensernaken BAU IU.L links A.A.dipl. BRD Architedonisth-stedebouwkundig ontwerp voor een IO«<Iie te Dordrecht. Als uitgangspunt is een plangebied geko1en dat begrensd wordt door stad en water, waar een openboor gebouw moet worden gerealiseerd. Bij de totstandkoming van het planvoorstel is de relatie tussen het ontwerp en de produktie-informatie van belang geweest. prof.ir. H.M. Goudappel BAU ir. W.H. de Hoop BRD ir. J. Berends ADV ir. AJ. Kensernaken BAU Planvorming over de betekenis van de ecologie voor de stedebouw en de ruimtelijke planning. Het begrip 'ecologie' wordt 1owel in verband gebracht met ondertoeksaspe<ten als met vormgevingsaspeden van de stedebouw en ruimtelijke planning. Naast de verkenning van de1e thematiek is met behulp van de verwollen kennis vormgegeven aan een reële stedebouwkundige situatie. prof.ir. H.M. Goudappel BAU dr. KJ. Veldhulsen BAU ir. F.R.B. van den Bergh ADV Planvarming over procesbewaking bij ruimtelijke planning. Met als voorbeeld de situatie in de regio l .O.-Brabont is ondertocht hoe de geplande ruimtelijke ontwikkeling zich verhoudt tot de werkelijke ruimtelijke ontwikkeling. Dimepenties lijn geanalyseerd en vormen de bosis, voor een op de praktijk gericht procesbewakingssysteem. prof. D. Slebos ar<h. hbo BAU ir. J.P.LM. Thole BAU ir. J. leering BAU prof.dr.ir. G. Scherpbier BKO Architedonisth-stedebouwkundig ontwerp voor een IO<atie te Eindhoven. Aon de hand van thematische ontwerpoefeningen is inlicht vert.regen in het ontwerpen in een theoretisch kader. Vanuit een studie over de ontwikkeling van musea is een visie gevormd op de betekenis van een museum voor modeme kunst. Voor een dergelijk openboor gebouw is een ontwerp gemaakt op het tenein 'De Heuvel'. prof.mag.arch. P. Schmid BAU ir. W.H.M. Schijns BAU J. lagerweri arch. hbo BFA H. Zantkuyl ADV Archite<lonisch-stedebouwkundige ontwerpen waarin woningen geïntegreerd zijn met een warenhuis en een fabriek . De fundionele integratie van wonen en werken is ondertocht vanuit een aandacht voor de combinatie van wonen en bedrijfsvoering. Ter illustratie 1ijn genoemde ontwerpen gemaakt, waarbij ook uitspraken lijn gedaan over de detaillering en afbouwlechnische aspeden van de gebouwen. 67 H.M.C. van Heeswijk 19-02-1987 G.H.C. Hendriks IS-OS-1986 A.A. van Heusden 19-02-1987 M. van Houten lS-OS-1986 W.E. Huisman 1S-OS-1986 W.J.M. van lngen 19-02-1987 M.J.Jansen 04-09-1986 J.P.J.M. Jaspers lS-OS-1986 B.J. Kamerling 23-04-1987 K.J. de Keijzer 19-02-1987 J.P.P.J. Kersfens lS-OS-1986 T. Keulen 23-04-1987 S.Kingma 29-10-1986 P.Kouijzer 1S-OS-1986 68 prof. D.t Apon arm. hbo BAU H. Tupker arm. hbo BAU P.t Beekman arch. hbo BAU Architectonisch-stedebouwkundige ontwerpen voor een baanlo1encentrum en een wooncomplex. Vanuil een aandacht voor binnenstedelijke bouwopgaven 1ijn twee projecten geformuleerd. Hergebruik stond centraal bij de verbouwing van een fabriekscomplex te Tilburg lol een baanlo1encentrum. Een studie naar binnenstedelijke woonwensen heeh geleid tol het ontwerp voor een woongebouw. prof.ir. H.M. Goudappel BAU d"- BJ.P. Januen BAU ir. W.H. de Hoop BRB d"- S. Weyen ADV Planvorming over ruimtelijke netwerken in Zeeuwsch-VIaanderen. L»eratuurondenoek naar de ontwikkeling en functie van ruimtelijke netwerken vormde de basis voor een ondenoe naar ruimtelijke nelwerken in Zeeuwsch-VIaanderen. Mede vanuit een analyse van de historische regionale ontwikl ling rijn voo,.tellen gedaan voor de ontwikkeling van de1e netwerken en de laak van de overheid hierbij. prof. D. Slebos arch. hbo BAU H. Tupke~ ardr. hbo BAU prof.dr.ir. G. Scherpbier BKO Alchitectonis<h-stedebouwkundlge ontwerpen voor drie stedelijkelocoties. De aandacht was ge~icht op het stedelijk wonen, waarbij met name de wijle waarop stedelijkheid met architectonische middelen kan worden vormgegeven centraal stond. Aan de hand van JIIOjecten Ie Middelburg en Alnsterdam en een project in Japan is de1e thematiek ondena<ht. JHOf. D. Slebos arch. hbo BAU H. Tupker ardr. hbo BAU KJ.L Links A.A.dlpl. BRB Architectonisch-stedebouwkundig ontwerp Ie Scheveningen. De thematiek voor het ontwerp be!reh het spanningsveld tussen het architectonische beeld en de bouwkundige realisatie hiervan. Bij totstandkoming van het planvoorstel is de nadruk gelegd op de wisselwerking tussen stede-· bouwkundige situa~e, bouwmethode en woningonlwerp. Het ontwerp is lol op het woningniveau uitgewerkt. prof.ir. H.M. Goudappel BAU dr.ir. P.W.M.A. van Hoogstaten ADV ir. W.H. de Hoop BRB P.t Beekman arch. hbo BAU mr. H.A. van le,.el ADV Planvorming met betrekking lol het stedelijk volkshuisveslingsbeleid. Via ve11Chillende niveaus hebben overheden invloed op de stedelijke bevolkingssamenstelling en -huisvesting. Met Eindhoven als voorbeeld is het overheidsbeleid, dataan alternatieve samenlevingsvormen nauwelijks een kans biedt, aan de kaak gesteld. Een scenario waarin alternalieve huisves~ngsvormen wel aan bod komen is opgesteld. JHOI. D. Slebos arch. hbo BAU Jllal. D.t Apon arm. hbo BAU ir. WJJ. Huisman BKO l Schuhe ardr. hbo BRB H. Tupker arm. hbo BAU Alcitectonisch-stedebouwkundig ontwerp voor een hotelkamplex in het centrum van Amsterdam. Bij het ontwerpen is de aandamt gericht op de samenhang tussen buitenruimte, binnenruimte, cons!ructie, materiaaltoepassing en detaillering. De wisselwerking tussen genoemde aspecten is bepalend geweest voor het resultaat. prol. D. stebos orch. hbo BAU P.t Beekman arch. hbo BAU dr.ir. A.F.G.M. Wagenberg ADV H. Tupker ar dr. hbo BAU d"- P. Pennam ADV Alchilectonis<h-stedebouwkundige ontwerpen voor woningbouwcomplexen. Bij het ontwerp voor een woningbouwcomplex te Breda is de relatie lussen privé en openbaar op stedebouwkundig niveau cen!raal gesteld. Dele relatie is beschouwd op de schaal van een woongebouw, waarbij aan groepswonen v ouderen een ruimtelijke vertaling is gegeven. Dele opgave is gebaseerd op een woonecologische benadering. ral.ir. H.M. Goudappel BAU d"- BJ.P. lanssen BAU ir. W.H. de Hoop BRB d"- S. Weyen ADV Planvorming voor ruimtelijke netwerken in Zeeuwsch-VIaanderen. L»eratuurondenoek naar de ontwikkeling en functie van ruimtelijke netwerken vormde de bosis voor een ondeno1 naar ruimtelijke nelwerken in Zeeuwsch-VIaanderen. Mede vanuil een analyse van de historische regionale aniwik ling rijn voontellen gedaan voor de ontwikkeling van dele nelwerken en de taak van de overheid hierbij. prol.dr.ir. M.F.Th. BGl BAU prol.ir. H. Wagler BAU ir. PJ.M. Dinjes BAU De ontwikkeling van een computerprogramma als gereed1<hap bij het architectonisch ontwerpen. Vanuit de Groep OntwerpMethoden is een rompuierprogramma ontwikkeld dat bruikbaar is voor het genereren va1 architectoni1<he ontwerpen, gebaseenl op de SAR-methode. Als resultaat is een model voor de sohware opgesteld een experimenteel prototype vervaardigd. prol.mog.ardr. P. Sdrmid BAU H. Tupker ardr. hbo BAU Th.M.l W. Dubbelman ardr. hbo BAU ir. WJJ. Hulsman BKO Architectonisch-stedebouwkundig ontwerp voor een locatie Ie Christdrurch, Nieuw-Zeeland. De aandacht richtte rich op het ontwerpen in een stedelijke context, met de nadruk op de dragers van betekenissen. Divene ontwerpen uil hetvoontadium waren van belang bij verkenning van het thema. Bij het planvoontelvoor het hotelcomplex 1ijn ook uitspraken gedaan over de detaillering en afbouwtechnische aspecten. p<al. D. Slebos ardr. hbo BAU ir. WJJ. Huisman BKO Ir. AJ. Kensomaken BAU ir. J. Meuésen ADV ir. G.A.t van Zeijl BAU Alchitectonisch-stedebouwkundig ontwerp voor een la<alie te Eindhoven. Vanuil de visie dot de stedelijke context geïntensiveerd wordt door het creëren van kwalitatief venchiliende plekken is een bebouwingsvoontel gedaan voor het Felienaardgebied Ie Eindhoven. Een gedeelte von het plan is architectonisch u»gewerkt. Daarnaast is de ontwikkelde visie geloetst aan enige architectuurthearieën. JIIOI. D.t Apan ardr hbo BAU ir. AJ. Kensomaken BAU H. Tupker ar dr. hbo BAU Alchitectonisch-stedebouwkundige ontwerpen voor driela<alies. De aandacht is gericht op het ontwerpen in een stedelijke context; daartoe is een drietal projecten opge1el. Voor een woonhuis in Zeeland, een invulling in Den Bosch en een woningbouwproject Ie Eindhoven rijn planvoontellen ontwikkeld. prol.mag.ardr. P. Sdrmid BAU J. lage!WI!rfardr. hbo BFA ir. H.G.A. Rikhol BRB Architectonil<h-stedebouwkundig ontwerp voor een locatie Ie Helmond. Metaandacht voor het wonen in een binnenstedelijk gebied is een woonwijk in het stadsvemleuwlngsgebied van Helmond lol onderwerp gek01en. Na een analyse op wijkniveau lijn in een ontwerp • aantal woningen architectonisch en afbouwtechnisch uitgewerkt; daarbij hebben enkele vaantudles invloed geha p<of.dn. tW.W. van Lohui1en BAU dil. BJ.P. lanssen BAU d"- tG.P.M. Ba<b BAU Planvarming met betrekkingtot het 'Groene Hart'. Het planologisch ondenoek richtte 1ich op hetspanningsveld tussen het gewenste ruimtelijke beleid en de le»elijke maatschappelijke ontwikkelingen betreHende het 'Groene Hart'. Op basisvan de resultaten van dit ondenoek is voor een gedeelte van het gebied een ruimtelijk plan ontwikkeld en een bijbehorend plankader. I.C.H. Kuypers 19-1986 Lagaune ~5-1986 J.leloux ~9-1986 :.M.Maas ~5·1986 C.Marx 02-1987 Meertens 1)9-1986 IMeijer 10-1986 H.J. van der Meijs 02-1987 ».J.Merx 05-1986 M.Metz 04-1987 T.A.Mol 02-1987 I I Monsanto 4-1987 Nefkens 9-1986 . van Niedek -1986 prof.ir. H.M. Goudappel BAU D. Veldho"t ar<h. hbo BAU ir. W. Thijssen BAU PlanYorming Yoor het gebied tussen EindhoYen en Helmond. Dit betrof een <On <reet ruimlelijk ordeningsprobleem in een oyenichtelijke, samengeslelde situatie. Vanuit een nauw conled mei betrokkenen op Yemhillende niYeaus is naar oplossingen geza<ht Yoor het probleem· gebied, met hel O<tenf op de leefbaarheid Yoor de mens. In de YOrm Yan een plan zijn de oplossingen yastgelegd. prof. D. Slebos arth. hbo BAU H. Tupker arm. hbo BAU dr.ir. M.H. de Wit BFA ir. JJ. Hebets BAU Ar<hilectoniS<h-stedebouwkundig ontwerp voor woningbouw. Speriool aandacht voor het gebruik van PassieYO ZonneEnorgie bij het architectonisch ontwerpen. Nadat een oYenilhl is YeJkregen oYer de wijze waarop PZE binnen de woningbouw is toegepast, is een ontwerp gemaakt voor woningen in meerdere lagen. De disdpline yan de bouwfysica is Yoor informatie bij hel project betrokken. prof. D. Slobos arch. hbo BAU ltP.M. van Veen arth. hbo BAU ir. H.G.A. Rikhof BRD dr.ir. A.F.G.M. Yan Wagenberg ADV ir. K. van der Gaas! ADV Architectonisch-stedebouwkundige ontwerpen met inachtname van de woonsalislactie. Om duidelijkheid Ie Yetkrijgen over de relatie lussen een ontwerp en de male waarin het gerealiseerde ontwerp de gebrvikers bevredigt, is een ondenoek verriml bij woningbouwprojecten Ie (uijk. Vervolgens is een ontwerp gemaakt Yoor uilbreiding yan hel Spoorwegmuseum. prof.d". O.G. Bekeert BAU ir. W.H.M. S<hijns BAU U.W.P. Groot ADV Ar<hitectoniS<h-stedebouwkundig ontwerp Yoor Djenne, een stadje in Mali, West-Afrika. Aan de hand van een slud;e over de architectuur van Djenne na 1960 zijn regels en randvoorwaarden opgesteld ten behoeye van hel ontwerpen in de Derde Wereld. Met behulp yan de ontwikkelde ontwerpmethode is een planvoo" lel gedaan Yoor een ziekenhuis te Djenne, leyens rekening houdend met bouwtochnis me aspecten. prof. D.<. Apon arch. hbo BAU ir. G.A.<. Yan Zeijl BAU ir. 8. Dirri1 ADV ir. A.J. Ke,.semake" BAU Anhiledonisch-stedebouwkundige ontwerpen YOOr ve,.chillendela<alies. Vanuit aandacht Yoor het ontwerpen in een stedelijke contextzijn een aantal ontwerpen gemaakt Yoor reële la<aties. Hel is mei name de beeldkwaliteit, als eigenschap van de architectuur, die bepalend is geweest voor de uileindelijke planvoo"tellen. prol. D. Slebos arch. hbo BAU H. Tupker arm. hbo BAU ir. I. Siebelink BKO Architectonisch-stedebouwkundig ontwerp Yoor een locatie te Apeldoorn. De interesse voor het ontwerpen in een binnenstedelijk gebied is yertaald naar het ontwerp voor een winkelpassage met woonfunctie Ie Apeldoorn. Het ontwerpproces wordt gekenmerkt door de wisselwerking tussen beeld, functie en constructie, waardoor binnen het pfanvoo"tel deze aspecten geïntegreerd aonwezig zijn. prol. D. Slobos arch. hbo BAU ftP.M. ••n Veen arm. hbo BAU KJ.L Unks A.A.dipl. ORB ArchitedoniS<h-stedebouwkundig ontwerp Yoor een locatie Ie EindhoYen. Er is gezocht naar een oplossing waardoor twee van elkaar gescheiden stadsdelen in de nabijheid van Fellenoord te Eindhoven ruimtelijk en functioneel verbonden kunnen worden. In het ontwerp is een ingreep voorgesteld in de votm van een winkelpassage, die vervolgens architectonisch en bouwtethnisch is uitgewerkt. prol. D. Slobos arch. hbo BAU H. Tupker arm. hbo BAU prof.d"- O.G. Bekeert BAU ArchitedoniS<h-stedebouwkundige ontwerpen voor ve,.chillende fa<atie~ Vanuit van de architectuurgeschiedenis en -theorie is gezocht naar een pe,.oonli jke visie op hel Edectidsme. Aan de hand van ontwerpopgaven voor reële locaties is de ontwikkelde visie van het 'Analoge Ontwerp' omgezet in planvoo"tellen. prof. GJ. Slothoubet BAU ir. A.J. Ke,.semake" BAU prof. D.<. Apon arm. hbo BAU Architedonisd!-stedebouwkundig ontweJP voor een locatie te Brussel. Bij het lolstandkomen van een ontwerp is het ontwerpproces centraal gesteld. Gebruik makend van het beeldend materiaal dat in deze fase ontstaat, komt het ontwerp tol stand. Volgens genoemde ontwerpopvatting is, naar aanleiding van een gevelstudie, een voo,.tel voor een gebouw ontwikkeld aan de Grote Markt te Brussel. prol.d,.. O.G. Be koert BAU ir. G.A.<. van Zeijl BAU H. Tupker af(h. hbo BAU Architectonisch-stedebouwkundige ontwerpen voor ve,.chillendela<alies. Vanuit de diS<ipline van de architectuurgeschiedenis en -theorie is een persoonlijke a"hiteduuropvaHing geformuleerd, op basis waarvan een ontwerpbenadering is ontstaan. Deze is geconnetiseerd in enkele ontwerpen, waarbij naast hel vormgeven de aandacht is gericht op het becommentarieëren von de oplossingen. prof. D. Slebos arch. hbo BAU prol. D.<. Apon arch. hbo BAU H. Tupker arch. hbo BAU ir. <.H. Doevendans BAU ArchitectoniS<h-stedebouwkundige ontweJPen voor een baanlazencentrum en een openbaar gebouw. Vanuil de aandacht voor binnensledelilke bouwopgaven zijn twee projecten geformuleerd. Hergebruik stond centraal bij de verbouwing van een labriekS<amplex te Tilburg lot een baanlozencenlrvm. De opgaYe YOOI een hotelcamplex Ie Amsterdam als invulling van een 'gaY is een andere interpreiolie Yan de gekazen thematiek. prol.ir. H.M. Goudappel BAU d"- BJ.P. lanssen BAU dr. R. Stolzenburg BAU Planvorming over de verstedelijking in Suriname. Het ve,.ledelijkingspra<es zools dal zich valtrekt in livorna, een randgebied van Paramaribo, is gespiegeld oon mechanismen, die in hel algemeen ve,.ledelijkingspra<essen in de Derde Wereld bewerkstelligen. Naar aanleiding van hel andenoek is een inrich~ngsplan ontwikkeld voor livorno. pref. D.<. Apon arm. hbo BAU prof.d". O.G. Bekoort BAU ir. G.A.<. van Zeijl BAU ArchitectaniS<h-stedebouwkundige ontwerpen voor ve,.chillende la<aties. Vanuil de ar<hitectuurgeS<hiedenis en -theorie is voor elk project geza<ht naar een bes<hauwingskader. Binnen een dergelijk kader zijn de opgaven voor stedebouwkundige modellen te Geldrop, een walkenkrabber te Eindhoven en 'A las I Resort' voor dieren lot ontwerpvoo,.lellen gebracht. prof. D.<. Apon arm. hbo BAU ir. A.J. Ke,.semake" BAU Th.M.LW. Dubbelman arm. hbo BAU Architedanisch·stedebouwkundig ontwerp voor een locatie Ie Eindhoven. Er is gezocht naar een werkwijze om de toepassing van kleur in de gebouwde omgeving in hel ontwerpproces te betrekken. Een dergelijke werkwijze is in praklijk gebracht bij hetontwerpen van een woningbouw/kantorencampin op het Philip Morris-tenein te Eindhoven. Zowel voor de gekozen votmen als voor de toegepaste kleuren is een mo~valie gegeven. 69 A.J. Onstenk 19-02-1987 B. Palinclu IS-OS-1986 M.J.W.M. Peeters 15-0S-1986 M. Prins 04-09-1986 N.W. van PuHen 4-09-1986 A.A.J.M. Raaymakers 15-0S-1986 M.P.Rabbie 19-02-1987 J. Ramakers 15-0S-1986 C.M.G.M. van Rassel 04-09-1986 R.T.J. Rijnen 04-09-1986 F.M. Rijperf 19-02-1987 F.A.J. van de Sonde 04-09-1986 B. V.A.M. van de Schoot 15-0S-1986 M.H.P. Schutgens 04-09-1986 E. Seur 19-02-1987 70 prol. D.t Apon arm. hbo BAU FJ. Bolist arm. hbo BAU ir. R.T. van der Voort BAU Armitectonisch-stedebouwkundig ontwerp voor een loootie te Geldrop. Bij het ontwerpen ligt de nadruk op de architectonische aspecten. De1e komen aan de orde bij de herinrichting van een fabrieksterrein te Geldrop, waar een ontwerp is gerealiseerd voor een bibliotheek, theater, cole en woningen. prol.d"- tW.W. van lohui1en BAU dB. BJ.P. lanssen BAU drs. t6.P.M. Boclu BAU Planvorming over het 'Groene Hort'. Het plonologisth ondenoek richHe 1ich op het spanningsveld tussen het gewenste ruimtelijke beleid en de feitelijke mootS<hoppelijke ontwikkelingen betreHende het 'Groene Hort'. Dp basis van de resultaten von dit ondenoek is voor een gedeelte van het gebied een ruimtelijk plan ontwikkeld en een bijbehorend plonkoder. prol.ir. H.M. Soudoppel BAU ddr. P.W.ALl van Hoogstroten BAU d"- BJ.P. lanssen BAU d"- 6overde ADV Planvorming voor het Morkermeergebied. Dit ondenoek behelsde de problemoijek rond de planning van oppervloktewatergebieden in Nederland met belon' notuurwoarden. Als voorbeeld lijn voor het Markermeergebied rondvoorwoorden opgesteld, waaraan een planning voldoen, rekening houdend met 10wel ruimtelijke als milieuproblemotiek. prol. D. Slebos Dfch. hbo BAU dr.ir. U.M. van de Ven BAU dr.ir. AJ.6.M. van Wogenberg ADV Architectonis<h-stedebouwkundig ontwerp voor een I<Kotie te Eindhoven. Dp basis van een IHerotuurondenoek over de relatie tussen omgevingspsymologie en architectuur is ge1<Kht naar een manier om onderwerpen uit de proxemico en perceptie toe te possen bij het ontwerpen. De verworven kennis is geconcretiseerd in het ontwerp voor klinieken van intensieve 10rg voor de RPI te Eindhoven. prol. D. Slebos arch. hbo BAU prol. D.t Apon ardt hbo BAU H. Tupke< arm. hbo BAU ir. WJJ. Huisman BKO Armitectonis<h-stedebouwkundig ontwerp voor een I<Kotie te Amsterdam. De aandocht rimHe 1im op velbetering van de relatie tussen het stationsgebied te Amsterdam en het hieraan greruende IJ. Hiertoe is een bebouwingspion ontworpen, waarin 1owel bedrijven, winkels als woningen een ploals vinden. Over enkele onderdelen van het plan liln uHsproken gedaan betreHende de constructie en detaillering. prol.dB- tW.W. van lohuiren BAU dr. R. Stabenburg BAU ll.H. Hoelaort arch. hbo BAU Planvorming met betrekking tot de ruimtelijke planning van grootschalige recreatieve aHractiepunten. Door middel van analy>e van het ruimtelijk beleid, dot gevoerd wordt bij Notuurpark 'De Eheling' wordt de aanwelige ruimtelijk- bestuurlijke problematiek verhelderd. Op basis van de1e analyse 1ijn ruimtelijh ontwikkelingsalternotieven opgesteld ten behoeve van stichting Natuurpark 'De Eheling'. prol. D.t Apon arm. hbo BAU ir. WJJ. Huis1110n BKO L Schuhe arm. hbo BRB prof. D. Slobos orch. hbo BAU H. Tupker arm. hbo BAU. Armitectonisch-stedebouwkundig ontwerp voor een locotie te Amsterdom. Bij het ontwerpen wordt de aandacht gericht op de samenhang tussen buitenruimte, binnenruimte, constructie, malerioahoepassing en detaillering. Er is een ontwerp gemaakt voor een hotelcomplex in het centrum van Amsterdam, waarbij de wisselwerking tussen genoemde aspecten bepalend is geweest voor het resultaat. prof. D.t Apon orcft hbo BAU H. Tupke< arm. hbo BAU ir. l. leering BAU Th.M.LW. Dubbelman ardt hbo BAU Armitectonisch-stedebouwkundig ontwerp voor een loootie te Nijmegen. Vanuil een aand<Kht vaar ontwerpen binnen een stedelijke context is de opgave geformuleerd voor uitbreiding var een m_useum. Na het vaststellen van randvoorwaarden, voortkomend uit de stedelijke omgeving en ontwerpuitgan' criteria is een planvoorstel gerealiseerd, rekening houdend met museumtechniek en essenijële detailleringen. prof. D.t Apon ordt hbo BAU ltP.M. van Veen ll'm. hbo BAU prol. D. Slobos arch. hbo BAU Architectonisth-stedebouwkundig ontwerp voor een locatie te Helmond. Vanuit een totaalbeeld van de stad Helmond is de keu1e van een piongebied bepaald. Voor delelocolie is een architectonisch-stedebouwkundig plan uitgewerkt. prol.ir. H.M. Soudoppel BAU ir. tH. Doevendans BAU ptol. D. Slebos arch. hbo BAU Pionvorming over ruimtelijke vormgeving in de stedebouw, gevolgd door ontwerpen voor verschillende locaties. Er is ge10cht naar ..., manier om een stedebouwkundig plan vast te leggen, 10donig dot het bruikbaar blijh in de toekomst en in lijn ruimtelilke essentie niet kan worden aangetast. Hiertoe rijn een aantal voorbeeldplannen geanalyseerd en ve<Volgens met de verwonen kennis een drietal ontwerpen gerealiseerd voor reële situaties. prol. D.t Apon arm. hbo BAU ir. AJ. Kersse1110kers BAU ir. 6.A.t van Zeijl BAU Architectonisch-stedebouwkundige ontwerpen voor verschillende locaties. De aandocht was ge<icht op de relaije van gebouwen tot hun omgeving. Mede vanuil de armitectuurgeschiedenis en -theorie 1ijn ontwerpmotieven ontwikkeld. De1e 1ijn geconcreijseerd in een aantal kleinere projecten in het ontwerp voor een woningbouwcomplex Ie Eindhoven. prol.ir. H.M. Soudoppel BAU ir. tH. Doevendans BAU prof. D. Slebos arch. hbo BAU Planvorming over ruimtelilke vormgeving in de stedebouw, gevolgd door ontwerpen voor verstbillende locaties. Er is ge10cht naar een manier om een stedebouwkundig plan vast te leggen, 10dat het bruikbaar blijh in de toekomst en in llln ruimtelilke essentie niet kan worden aangetast. Hiertoe 1ijn een aantal voorbeeldplannen geanaly>eerd en een drietal ontwerpen gerealiseerd voor reële situaties. prol. D. Slebos arch. hbo BAU H. Tupker arm. hbo BAU dr.ir M.H. de WH BFA ir. JJ. Habets BAU Arditectonisch-stedebouwkundig ontwerp voor woningbouw. De aandacht is gericht op het gebruik van Passieve ZonneEnorgie bij het archHectonisch ontwerpen. Nadat een avenicht is verkregen over de wijle waarop PZE binnen de woningbouw is toegepast, is een ontwerp gemaakt voo woningen in meerdere lagen. De discipline van de bouwfysica is voor Informatie bij het projekt betrokken. prol. D. Slobos orch. hbo BAU FJ. Bolist ardt hbo BAU H. Tupker ardt hbo BAU ir. WJJ. Huisman BKO Architectonisch-stedebouwkundige ontwerpen voor versthiliende locaties. Vanuil aandacht voor ontwerpen binnen een stedelijke contellis een aantal opgaven geformuleerd. Met de planvoorstellen voor atelierwoningen en een woonbebouwing Ie Eindhoven en de 'Ponte Accademio' Ie Venetië is vormgegeven aan 'bouwen in de stad'. In enkele gevallen lilnuitspraken gedaan over consl!uctie en detaillering. prof. D. Slebos arch. hbo BAU ddr. U.M. van de Ven BAU ir. W. Ramsolaar BAU ir. J. Siebelink BKO Arditectonisth-stedebouwkundig ontwerp voor een I<Kalie Ie Eindhoven. Het bel!eh het ontwerp voor een beurs- en evenementenhal vaar het terrein 'Smimmilt' te Eindhoven, waar in eerste inslanije nadruk is gelegd op het inpassen van het ontwerp in de omgeving. Binnen de wisselwerking tussen architectonische en conrnuctieve aspecten is het planvoorstel uitgewerkt. ;, Severijns 1987 1linhoff 1986 ·eketee 1987 F. Teklenburg 1987 teuws ·1987 J. Timmermans ·1986 ·ago ·1987 M.vanUnen ·1987 ~eger -1986 ~. Verlijsdonk -1986 ·olijks ·1986 ajon ·1986 Wijsmuller -1986 .H. Windmuller 1986 prof. W. Eijke1enboom arm. hbo BAU prol.ir. P.A. de Lange BFA FJ. Batisl arm. hbo BAU ir. WJJ. Huisman BKO H. Tupker arm. hbo BAU Architectoniuh-sledebouwkundig ontwerp voor een locatie Ie Maastricht. Binnen een samenwerkingsverband met een BKO-s1udent is een ontwerp gerealiseerd voor een muziekcentrum te Maostriml. Door deze projectopzet zijn niet alleen armHectoniS<h-stedebouwkundlge aspecten, maar ook constructieve en ako..tische aspecten bepalend gewe"'l voor de tolslandkoming van het planvoorslet prof.dn. C.W.W. van Lohuizen BAU dn. BJ.P. Jamsen BAU dn. C.G.P.M. Backx BAU Planvorming met betrekking tot het'Groene Hart'. Het planologiuh ondenoek rimHe zich op het spanningsveld tussen het gewensle ruimlelijke beleid en de feHelijke maatS<happelijke ontwikkelingen betreHende het'Groene Hart'. Op basis van de r"'ultalen van dit ondenoek is voor een gedeelte van het gebied een ruimtelijk plan ontwikkeld en een bijbehorend plan kader. prof.mog.arch. P. Smmid BAU prof. D.C. Apan arch. hbo BAU FJ. Batisl arch. hbo BAU ir. &.A.C. van Zeijl BAU Architectonische-stedebouwkundige ontwerpen voor verschillende locaties. Mede vanuil de archHectuurgeuhiedenls en -theorie is ondenoek verricht naar de beeldende en verhalende aspecten van de architectuur in haar omgeving. De gerealiseerde ontwerpen zijn ontslaan op basis van deze ondenoeken, maar dragen tevens bijtol ontwikkeling van de visie. prol.ir. H.M. Goudappel BAU D. Veldhooi arch. hbo BAU dr.lr. A.F.G.M. van Wagenberg ADV ir. C.H. Doevendans BAU Planvonning over de 'vonnbeslissingen' In de ruimtelijke ordening. Aan de hand van een literotuurondenoek Is Inzicht verkregen in de wijze waarop vonnbeslissingen In de ruimtelijke ordening tot stand komen. Vanuit de stedebouwkundige prak~jksituatie is door analyse dit inzicht vergroot. Op basis hie.-.an is een ontwerpprindpe ontwikkeld ten behoeve van de stedebouwkundige planvonnlng. prof. D. Slebos arch. hbo BAU ir. AJ. Ke11semake11 BAU ir. WJJ. Huisman BKO Archltectoniuh-stedebouwkundige ontwerpen voor ve11chillende locaties. Binnen het ontwerpen is een ondenoek verricht naar de wedemjdse beïnvloeding van beeld en programma, waarmee het ontwerpproc"' centraal wordt gesteld. In een aantal projecten Is dH proces ondenocht. Het ontwerp voor een arrondissementsrechtbank te Roermond Is ontslaan als een synthese van beeld en programma. prof.mag.arm. P. Smmid BAU J. Lagerwerf arm. hbo BFA A.N. Naalden arch. hbo BAU ir. J. Siebelink BKO ArchHectoniuh-sledebouwkundlg ontwerp voor een locatie te SiHard. In het kader van een ondenoek naar hergebruik van gebouwen is een ontwerp gerealiseerd voor het Bisschoppelijk College Ie SiHard. VanuH de kennis van de voorgeschiedenis is een voorslel gedaan voor ombouw van het gebouw tol een woningbouw-wlnkelcamplex. Hierdoor Is een visie ontslaan over toekomstig wonen In de stad. prol.ir. H.M. Goudappel BAU dn. BJ.P. lanssen BAU P.C. Beekman arch. hbo BAU Planvorming over stadsantwikkeling onder minimale condities. In Gedaref, Soedan, is een ondenoeksproject opgezet om de ruimtelijke sledelijke structuur te analyseren en beS<hrijven. Mede op basis van literatuursludie over de mogelijke methoden voor het ontwikkelen van hulsvestigingsuitbreidingen In de Derde Wereld zijn aanbevelingen gedaan voor een ontwikkelingsplan voor Gedaref. prof.mog.arch. P. Smmid BAU ir. W.H.M. Schljns BAU ir. C. Groot ADV prof.drs. B.G. Bekaert BAU Architectonisch-sledebouwkundige ontwerpen voor verschillende locaties. Vanuit aandacht voor het bouwen in ontwikkelingslanden is andereook verricht naar de bouwkundige veB<hijnlngsvorm van dorpen rondom de slad Djenne, Mali. Mede op basis van een armilectuurtheoretiuhe studie naar het woonbegrip is een visie ontwikkeld en geconcretiseerd in het ontwerpen van mediS<he centra In Mali. prof. D.C. Apon arch. hbo BAU H. Tupker arm. hbo BAU Ir. AJ. Ke11semake11 BAU Armitectonisch-sledebouwkundig ontwerp voor een locatie Ie Hong Kong. Naar aanleiding van de prijsvraag 'the Peak' is een plan uitgewerkt voor een clubgebouw Ie Hong Kong. Daarnaaslzljn uillnler"'se voor vonngevlng van lentoonstellingen en theaterde<oB een aantal planvooBiellen ontwikkeld voor interieurinrichting. prof.ir. H.M. Goudappel BAU D. VeldboBt arch. hbo BAU ir. W. Thijssen BAU Planvonning voor het gebied tussen Eindhoven en Helmond. Het betreh een concreet ruimtelijk ordeningsprobleem in een ovenlchtelijke, sameng.,.telde situatie. VanuH een nauw cantact met betrokkenen op verschillende besluurlijke niveaus is naar oplossingen gezocht voor het probleemgebied met het accent op de leefbaarheid voor de mens. In een plan zijn de oplossingen vastgelegd. prof.ir. H.M. Goudappel BAU dn. BJ.P. lanssen BAU P.C. Beekman arch. hbo BAU Planvonnlng over stadsantwikkeling onder minimale condities. In Gedaref, Soedan, wordt een ondenoeksproject opgezet om de ruimtelijke stedelijke slrucluur Ie analyseren en beS<hrijven. Mede op basis van literaluuBtudie over de mogelijke methoden voor het ontwikkelen van hulsvestiglngsullbreidingen in de Derde Wereld zijn aanbevelingen gedaan voor een ontwikkelingsplan voor Gedaref. prof. D. Slebos arch. hbo BAU dr.ir. U.M. van de Ven BAU prol.ir. H.AJ. Henket BRB Architectonluh-stedebouwkundig ontwerp voor een locatie te Eindhoven. De nadruk bij het ontwerpen Is gelegd op de wijze waarop een plan zich ontwikkelt van programma van eisen vla uhetsontwerp naar definHief ontwerp. Er is een planvoorslel gerealiseerd voor een openboor gebouw met verschillende stedelijke lunctl"' in het centrum van Eindhoven. prof.mag.arm. P. Smmid BAU J. Lagerwerf arm. hbo BFA prol.ir. J. Vorenkamp BFA V.E. Tabert ADV prof. T.W. Maver Ph.D BAU Het genereren van nieuwe stedelijke bouwvonnen, waarbij een goede bezonning centraal slaat. Zowel bij b..taande als bij nieuwe sledelijke bebouwingsvonnen ontbreekt vaak een goede bezonning. In deze s1udie Is gezocht naar altemulieve bouwvonnen, die het 'recht op zonlichr ter discussie stellen. Er zijn computerprogramma's ontwikkeld die het ontwerpproc.. kunnen ondersleunen. prof.ir. H.M. Goudappel BAU dr.ir. P.W.M.A. van Wogenberg ADV Ir. W.H. de Hoop BRB P.C. Beekman arch. hbo BAU mr. H.A. van IeBel ADVA Planvorming over het stedelijk volkshuisvos~ngsbeleld. Vla ve11chillende niveaus hebben overheden invloed op de stedelijke bevolkingssamenstelling en -huisv"'ling. Met als voorbeeld Eindhoven wordt het overheidsbeleid aan de kaak gesteld, dat aan alternatieve samenlevingnonnen nauwelijks een kans biedt. Een scenario Is opges1eld waarin altematieve huisvos~glngsvonnen wel aan bod komen. 71 R.M. WiHebol 04-09-1986 M.C.L.H. Wouters 15-05-1986 P. Zuydgeest 15-05-1986 prol. O.C. Apon arm. hbo BAU ir. AJ. Kernernakers BAU H. Tupker arm. hbo BAU Ar<hitectoniS<h-stedebouwkundig ontwerp voor een lo<atie te Eindhoven. Er is een bebouwingsvoorstel gedaan voor het momenteel als porkeerterrein in gebruik zijnde gebied oon de Smalle Haven Ie Eindhoven. Het stedebouwkundige plan is verrolgons ar<hitectanisch uitgeweri<t. prof. O.C. Apon G<m. hbo BAU Th.M.lW. Dubbeln"'" ar<h. hbo BAU ir. WJJ. Huisman BKO Alchitectanisch-stedebouwkundig ontwerp voor een la<atie te Veldhoven. Het betreh het ontwerp voor een gemeentehuis annex ontmoetingscentrum Ie Veldhoven, waarroor na de stedebouwkundige inpassing in het winkel<enlrum een programma van eisen is opgesteld. Hel planvoorstel is gegroeid uil de integratie van functie, beeldwaarde en <Onslructie. Tevens kreeg klimaatbeheersing aandacht. prol.drs. C.W.W. van lohuizen BAU drs. BJ.P. lanssen BAU drs. C.6.J>.M. Bador BAU Planvorming met betrekking tal het 'Groene Hart'. Het planologil<h andenoek richHe zich op het spanningsveld tussen het gewenste ruimtelijke beleid en de leilelijke maatschappelijke ontwikkelingen betrellende het '6roene Hart'. Op basisvan de resultaten van dit ondenoek Is voor e~n gedeelte van het gebied een ruimtelijk plan ontwikkeld en een bijbehorend plankader. Vakgroep Fysische Aspecten van de Gebouwde Omgeving (BFA) P.J. van Bergen 15-05-1986 P.M. Bluyssen 04-09-1986 E. Braat-Eggers 11-12-1986 A.J.Brouns 15-05-1986 P. Erdtsieck 19-02-1987 J.P. Hamers 23-04-1987 M.J. van der Laan 23-04-1987 P.C.H. van der Laan 15-05-1986 W.M. Loeffen 23-04-1987 72 prol.ir. P.A. de lange BFA ir. B.6. Wolfs BFA dr.ir. HJ. Martin BFA drs. AJ.F. Rutten BFA prol.ir. I. Vorenkamp BFA prol.ir. J.A. Wisse BFA W.A.H. Roeien BFA drs. AJ.F. RuHen BFA dr.ir. I.T.H. lommers BFAP. Ondenoek naar de bauwfysische aspecten van zweminrichtingen. Over zweminrichtingen worden kwanlllalieve u~spraken gedaan over de thermische, akoestische, hygrische en verlichtingskundige aspecten. Hieruil volgend worden aanbevelingen gedaan betrellende de opbouw uitvoering wan de constructie en indeling en samenstelling van de zwemhaL Ondenoek naar stralingsponelen en het neerslaan wan rookdeeltjes. De invloed van stralingsponelen op het camlort en de gezondheid is onwaldoende ondenocht. Het ondenoek leidde lol hel opstellen van ontwerpregels voor slralingsverwarming en lol een ontwerp voor een stralingspaneel. Ten behoeve van richtlijnen voor ruimles met rookproduktie wordt het gedrag van rookdeeltjes beschreven. prol.ir. P.A. de lange BFA dr.lr. HJ. Martin BFA prol.dr.ir. J.W. Vemey ADV if. LU. Luxemburg ADV ir. W.M.J. Comelissen ADVP. Ondenoek naar het akoestisch gedrag van bauwkundige constructies. De nadruk wan het andenoek ligt op de geluidsvoortplanting door constructies. Een vergelijking is gemaakt tussen de resultaten verkregen door metingen en door berekeningen. Met hetverworven inzicht is een methode opgezet het melen wan trillingsinlensiteitsnivo's op bauwkundige constructies. prol.ir. I. Vorenkamp BFA dr.ir. M.H. de W~ BFA drs. &.A. Vos BRB Ondenoek naar de optimalisatie van energiebesparende maatregelen. Het ondenoek heeh de basis gelegd voor het ontwikkelen van een aptimaliseringsmethode voor energiebesporingsmaatregelen. Deze methode krijgtzijn neerslag in een computerprogramma waarmee het moge een op~maal pokket aan energiebesparende maatregelen Ie treffen. prol.ir. P.A. de lange BFA prol.ir. I. Vorenkamp BFA Ir. B.6. Wolfs BFA ir. A.C. van der linden ADV Ondenoek naar het binnenklimaat in scholen gedurende de zomerperiode. Scholen worden doorgaans in de zomer niet gebruikt. Voor deze bijzondere periade moelen richtlijnen opgesteld warden ten aanzien van de bouwfysische kwaliteiten. Deze richtlijnen zijn opgesteld op basis van de resultaten van praktijkmetingen en berekeningen. prol.ir. I. Vorenkamp BFA dr.ir. l.T.H. I.Dmmers BFA Ir. K.W. Dyrbye BFA ir. c.E.l Pernat ADV ing. M.J.C. Bergmans BFA Ondenoek naar de relatie lussen gebouw en klimaa~nstalla~e. De relatie tussen bouwkundige en installatietechnische aspe<ten wordt beschreven. Voor een conneet geval- hel opzeHen van een operatieafdeling- wordt aangegeven welke bouwkundige en installatietechnische factoren een belangrijke rol spelen. prol.ir. I. Vorenkamp BFA Ir. I.LM. Hensen BFA dr.ir. M.H. de W~ BFA prol.dr.ir. M.F.Th. Box BAU Ondenoek naar de warmtehuishouding van goed geïsoleerde woningen. In de energieproehuin te Hoofddorp zijn metingen verricht om de luchtdoorlatendheid van constructleste bepalen, het ventilatiewoud van woningen en de globetemperatuur. Op grand van de resultaten ra1 metingen en een zelf ontwikkeld simulatieprogramma lijn verS< hiliende regelstrategieën onderling vergeleken. prol.ir. I.A. Wisse BFA prol.ir. I. Vorenkamp BFA drs. AJ.F. RuHen BFA ing. W.A.H. Roeien BFA drs. L Zonnewelrlt ADV. Ondenoek naar de natuurlijke verlichting van binnenruimten. Met behulp van een luminantie-scanner zijn de horizontale en verticale verlichtingssterkten van de hemel gemeten gedurende een langere periode. Deze meetgegevens vormden de basis voor het bepolen van de gemidd, hemelluminantie. Hiermee kunnen u~spraken gedaan worden over de natuurlijke binnenverlichting van binnenrui prol.lr. I. Vorenkamp BFA dr.ir. M.H. de Wit BFA ing. W.A.H. Roeien BFA ir. PJJ. Hoen ADV Ondenoek naar de verwarming van grote hallen door stralingspanel en. De invloed van warmleoverdrocht door straling op de thermolysialogie van de mens wordt beschreven. Ten aanziE van grote ruimten worden fysische lransportverS<hijnselen nader bekeken. De kennis is verwerkt in een programn waarmee de temperatuurrerdeling en de energiebehoehe bepoald kunnen worden bij toepassing van stralingnorwarm ing. letz -1987 J. Pepels ·1986 Severens ·1987 anSioun -1986 Vercammen -1986 M.M. Verstroelen -1986 1. van Wetering -1986 prof.ir. J. Vorenkamp BFA dr.ir. HJ. Martin BFA ir. B.G. Wolfs BFA Ondenoek naar horizontale bouwkundige suskasten. In 1984 ontwikkelde Van Dorsser B.V. een model waarmee onder bepaalde voorwaarden suskasten ontworpen kunnen worden. Suskasten zijn geluidgedempte ventilatievoonieningen. In dit ondenoek zijn in de praktijk veel voorkomende suskasten doorgemeten die niet aan die voorwaarden voldoen. Gekeken is of het model ook dan voldoet. prof.ir. J. Vorenkamp BFA ir. LU. Luxemburg ADV prof.ir. P.A. de lange BFA ir. K.W. Dyrbye BFA dr.ir. M.H. de Wit BFA. Ondenoek naar de integratie van bouwfysische aspecten in het ontwerpproces. Er is een computerprogramma ontwikkeld dat kan dienen als hulpmiddel voor de bouwkundig ontwerper. Hiermee is de ontwerper in slaat op ieder moment de gevolgen van zijn beslissingen ten aanzien van de bouwfysische kwaliteiten te bepolen. Het programma geeh ook inzicht in de onderlinge beïnvloeding van de bouwfysische aspecten. praf.ir. J. Vorenkamp BFA prol.ir. WJ. lichtveld BFA ir. B.G. Wolfs BFA ir. H.L Schellen BAU ir. JJ.N. lichtenberg ADV. Ondenoek naar de mogelijkheden om materiaaleigenschappen te bepolen met behulp van thermische meetmethoden. Een standaardklimaatkast is aangepast om stationaire en niet-stationaire metingen te kunnen uitvoeren. Op bo~s van de resultaten zijn enkele thermische materiaaleigenschappen van de meetobjecten bepaald. Dezellde grootheden worden ook bepoald door metingen te venichten onder praktijkornstandigheden. prof.ir.l. Vorenkamp BFA ir. K.W. Dyrbye BFA prof.dr.ir. S.H.A. Begeman BFA dr.ir. HJ. Martin BFA ir. l. Siebelink BKO. Ontwerp voor een museum te Maastricht. Voor de gemeente Maastricht is een ontwerp voor een museum voor moderne kunst gerealiseerd. Het ontwerp is in de binnenstad gesitueerd, grenzend aan een parkeergarage en staal onder invloed van een industrieel milieu. Ten aanzien van de klimatisering, verlichting, lumtvervuiling en geluidhinder zijn berekeningen venicht. prof.ir. P.A. de lange BFA dr.ir. HJ. Martin BFA ir. T.JJ. Meijlink ADV ir. LU. Luxemburg ADV Ondenoek met betrekking tot inlertsiteitsmetingen. Voor enkele bouwconstructies is de geluidsisolatie bepaald met behulp van de inlensiteitsmethode. De metingen zijn zowel in de praktijk als in hetlaboratorium uitgevoerd. Op de resultaten zijn uitspraken gebaseerd over de betrouwbaarheid van deze meting. Het verworven inzicht is aangewend voor de ontwikkeling van een programma. prof.ir. J. Vorenkamp BFA dr.ir. J.T.H. lammen BFA ir. B.G. Wolfs BFA dr. H. Tempelmans Plat ADV ir. LU. van Luxemburg ADV. Ondenoek naar de gevelkeuze in de ontwerpfase. Er is een model ontwikkeld waarmee tijdens de ontwerpfase een optimale gevelkeuze gemaakt kan worden. Het model berust op een analyse van de relatie tussen de bouwfysische aspecten en de kosten. De werking van het model wordt weergegeven aan de hand van een voorbeeld. prof.ir.l. Varenkamp BFA ir. ILW. Dyri>ye BFA prof.dr.ir. S.H.A. Begeman BFA dr.ir. HJ. Martin BFA ir. J. Siebelink BKO Ontwerp voor een museum Ie Maastricht. Voor de gemeente Maastricht is een ontwerp voor een museum voor moderne kunst gemaakt. Het ontwerp is in de binnenstad ges~ueerd grenzend aan een parkeergarage en slaat onder invloed van een industrieel milieu. Ten aanzien van de klimatisering, verlichting, luchtvervuiling en geluidhinder. zijn berekeningen gemaakt Vakgroep Constructiel Ontwerpen (BKO) Albers -1987 .M. Bakker · 1986 ,, Barten -1986 ok 1986 • Corten 1986 prof.dr.ir. G. Scherpbier BKO ir. J. Siebelink BKO ir. J.H. van der Ploeg BKO ir. F. Schot BKO Constructief ontwerp voor een kunstijsbaan en ondenoek naar voorgesponnen betonconstructies. Het ondenoek geeh de ontwikkeling weer van een computerprogramma waarmee- met behulp van grafische uitvoerstatisch onbepoalde voorgesponnen betonconstructies ontworpen kunnen worden. Aansluitend is een constructief ontwerp voor een overdekte kunstijsbaan te Nijmegen gemaakt. prof.ir. AJ. van Nesle BKO praf.ir. J.W. Starit BKO prol.ir. J.W. Kamerling BKO prof. W. Eijkelenboom arm. hbo BAU ir. ILW. Dyrbye BFA. Constructief-arch~ectonisch ontwerp voor een kantoorgebouw in staal en een ondenoek naar web uippling. Het ondenoek beschrijh web <rippling, het plooien van stalen profielen door geconcentreerde krachten. Voor een groep van organisaties, alle werkzaam in de staalsector, is een kantoorgebouw ontworpen. Voor dit ontwerp, uilgevoerd in staal, is de nadruk gelegd op de constructieve en architectonische aspecten. prof.dr.ir. G. Scherpbier BKO ir. P. Hiernstra BKO ir. WJJ. Huisman BKO prof. D. Slebos arch. hbo BAU Constructiel ontwerp voor een sporthol en een programma ten behoeve van dynamisch belaste constructies. Er is een computerprogramma ontwikkeld voor een Penonal Computer voor het berekenen van dynamisch belaste constructies. Vervolgens is voor de gemeente Veghel een sporthal ontworpen. prof.ir. J.W. Kamerling BKO ir. H.FJ. Fijneman BKO J.lagerwerl arm. hbo BFA ir. J. Siebelink BKO Constructiel ontwerp voor een Huis van Bewaring en een ondenoek naar betontreksterkte. Het ondenoek heeh vastgesteld hoe de treksterkte zim verdeelt over een ongewapende betonnen trekstoof. Voor een Huis van Bewaring is vervolgerts een constructiel-architectonisch ontwerp gemaakt, waarvan de betaJKonstructie nader is uitgewerkt . prof.ir.l.W. Stark BKO prof.dr.ir. G. Scherpbier BKO dr.ir. L Sokol ADV ir. L van Gorp ADV Ontwikkeling van programmatuur voor de berekening von koudgevormde staalprofielen. De berekening van constructies met koudgevormde staalprofielen volgens de huidige richtlijnen is tijdravend en gecompliceerd. In samenwerking met de tT.I.tM. (Pari~) is een opzet gemaakt voor een programma dat in staal is verifica~eberekeningen uitte voeren voor dergelijke profielen. 73 M.L.P. Feron 29-10-1986 R.L.M. Henquet 15-05-1986 prat.ir. J.W. Kamerling BKO ir. R. de Groot BFA ir. J. Siebelink BKO praf.dr.k. G. S<herpbier BKO Conslrudiel ontwerp voor een Olympisch Stadion. Amsterdam maakte kans op de Olympische Spelen van 1992. Voor deze Spelen is een stadion ontworpen met ee capadleil van 60.000 toeschouwers, dal na 1992 als voetbal- en alletiekstadion dienst kan doen. Hel ontwerp i• vooral conslrvdiel uitgewerl<l. pral.ir. J.W. Kamerling BKO Ir. WJJ. Huisman BKO Constrvctiel ontwerp voor een zwem-sportcomplex. Voa< de gemeente Maastricht is aon de hand van een bestaand progrommo van eisen een zwem-sportcomplex ontworpen. De draag<onslrvdie voor hel recreatiebad is nader u~gewerkl. Hiervoor is een ondenoek gedaan naar een oplir constructievonn. ir. J. Siebellnk BKO ir. ltW. Dyrbye BFA M.J.P. Hoeben prof.ir. J.W. Kamerling BKO ir. R. de Groot BFA ir. J. Siebellnk BKO drs. JJ. Hardon BFA ir. H.FJ. r~neman BKO. Conmudiel ontwerp voor een venorgingstehuis annex medisch centrum. Het ontwerp omvat een venorglngstehuis, een medisch centrvm en dagwinkels en is gesitueerd in de binnenstal Weert. De betonconslrvdie wordt verder uilgewerkt woorl>ij tevens ondenoek verricht is noor enkele eigenscha van beton. prol.ir. J.W. Kamerling BKO ir. R. de Groot BFA Ir. ltB. llrb BKO Construdiel ontwerp voor een bedrijfsgebouw en ondenoek naor stoolvezelbeton. Hel exparimentele ondenoek geeh Inlicht in de lrek.terkte van staalvezelbeton. Voor de is een constrvdief-architedonisch ontwerp gemaakt voor een expeditieknooppunt Dit gebouw is gesitueerd in Roosendaal. prol.ir. J.W. Kamerling BKO ir. J.H. van der Ploeg BKO ir. J. Siebelink BKO Constructiel ontwerp voor een stationsgebouw en een hangar en ondenoek naar hel gedrag van houtconstrudie Het ontwerp Is het resultaat van een samenwerl<ingsveri>and met een arthiteduurstudenle, zodot voor het ontw niet alleen <anstrudieve aspeden maar ook ar<hiledonische aspeden bepalend rijn geweest. A. van Kessel praf.dr.ir. llS. Rutten BKO 19-02-1987 ing. tH. van Dijk ADV Constructiel ontwerp voor een kontoorgebouw en ondenoek naar onderhoud en beheer. Het ondenoek heeh geresuheerd in een methode waomij gegevens over onderhoud en beheer van bauwprojec1 beschikbaar komen, zodat die te gebruiken zijn bij toekomstige projeden. Voa< Rijkswaterstaat is een constrvdiel-arch~edonlsch ontwerp voor een kantoorgebouw gemaakt. 15-05-1986 H.L.M. van Hoogstraten 04-09-1986 J.M.G.van der Kam 15-05-1986 ir. WJJ. Huisman BKO u. A.P. Thijssen arch. hbo ADV M.C.Koot 23-04-1987 H.P.M. van de Loo 23-04-1987 A.J.M.Maas 11-12-1986 L.M.N. Mevis 04-09-1986 H.C.A. MunninghoH 19-02-1987 D.A. Padmoes 15-05-1986 M.M. van Reijen 19-02-1987 Th.A.M. Salet 04-09-1986 74 m prol.ir. B.W. van der Vlugt BKO ir. WJJ. Huisman BKO ir. F. Schot BKO Constructief ontwerp voor een overkapping en ondenoek naar de eigenschappen van dragende gevels. Resuhaatvan dit ondenoek is een berekeningsmethode waarmee de krachtswerking en vervormingen van een gevelbuis, opgebouwd uit dragende elementen, kan worden bepaald. Voor de Panoruma-grol Ie Valkenburg is een ontwerp voor een nieuwe overkapping gemaakt. praf.dr.lr. H.S. RuHen BKO prof.lr. J.W. Stark BKO Ir. F. van Peh BKO Ir. R. de Groot BFA Constructiel ontwerp voor een hangar en ondenoek naar het optimaliseren van •talen plaalligger>. Hel ondenoek heeh een ontwerpmethode opgeleverd VOO< hel optimaal dimensioneren van gelmie stalen Voor S<hlpholls een hangar ontworpen waarbij gebrvik gemaakt is van de ondenoeksresuhalen. praf.ir. B.W. van der Vlugt BKO lr.ltW. Dyrbye BFA Ir. H.FJ. Fijneman BKO ir. J. Siebellnk BKO Constrvdlef ontwerp voor een kantoorgebouw en ondenoek naar de rotatiecapaciteitvan betonnen liggers. Het exparimentele ondenoek beschrijh de invloed van de belastingplooi op de rolatie<apacite~ van betonnen liggers. Voor de N.V. Limagas te Mieuwenhagen is een ontwerp voor een kantoorgebouw gerealiseerd. praf.if. J.W. Kamerling BKO ir. J.H. van der Ploeg BKO prol.mag.arch. P. Schmid BAU Ontwerp voor een slationsaverkopping en ondenoek naar de eigenschappen van voorgespannen hou!. Het gedrag van voorgespannen houtconstructies met aramidevezek is beschreven door middel van experlmente• ondenoek. Het ontwerp voor een stationsoverkapping b zowel constructief als arch~edonisch uitgewerl<l. prof.ir. B.W. van der Vlugt BKO ir. H.FJ. Iijneman BKO ir. R. de Groot BFA Ir. F. van Pelt BKO Conslrudlef ontwerp voor een service-centrum en ondenoek naar pons. Het theoretische en experimentele ondenoek verkloort hel gedrag van gewapend betonnen platen bij pons. Voor Pllilips is een construdlel ontwerp voor een service-centrum gerealiseerd. In de ontwerpfase is de aandam ook u~egaan naar architectonische aspeden. prol.ir. B.W. van der Vlugt BKO Ir. FJ.M. van den Berg ADV ir. ltB. llrb BKO dr. R.F.M. Bakker ADV pral.dr.ir. G. S<herpbier BKO. Experimenteel en numeriek ondenoek naar het gedrag van slaalvezelcemenl. Volgens twee methoden rijn gegevens venameld over het gedrag van staalvezelcement Eerst door drvk-, trek- en buigproeven op zelf vervaardigde proelslukken en later door een computeri>erekening. De resultaten van beide methoden lijn met elkaar vergeleken. pral.ir. B.W. van der Vlugt BKO if. H.FJ.Iijneman BKO ir. R. de Groot BFA Ondenoek naar de relatie gevelco..trvdie en een ondenoek naar pons. Bij centrisch belaste middenkolommen is ondenoek verricht naar pons aan de hand van een theoretisch model en een computerprogramma. Voor een aantalvarianten is de relatie tussen de gevel en de constructie beschreven. prol.lr. B.W. wan der Vlugt BKO Ir. WJJ. Huisman BKO prol. W. Eijkelenboom arch. hbo BAU FJ. Batisl arch. hbo BAU Constructiel ontwerp voor een muziekcenlrvm en een ondenoek naar de eigenschappen van een veri>indingsmi1 Naar de eigenschappen wan een 'meervfaksverbindlngsmiddel' is een experimenteel en numeriek ondenoek g<> Voor Maastricht i• een ontwerp voor een muziekcentrvm gerealiseerd. Dit ontwerp is hel resuhaat van een samenwerking tussen studenten van verschillende vakdlscipllnen. plaa~iggers. . van Soest 986 M. Tunnissen 986 Verstappen 986 prol.dr.ir. G. Scherpbier BKO ir. WJJ. Huisman BKO FJ . Batist arch. hbo BAU ir. A.W.A. van den Bogaard ADV Constructief omwerp voor een bedrijf19ebouw en ondertoek van hypar1<halen. Dit bel<hrijft het gedrag van een stalen hypa11chaal belast met schu~krachten langs de rand. Deze hypa"'halen tijn toegepast in een ontwerp voor een show- en reparatie-accommodatie te Grubbenvo11t. Op het ontwerp zijn ook architectonische aspecten van invloed geweest. prol.ir. B.W. van der Vlugt BKO ir. P. Hiemstra BKO ir. U.M. Schiebroek ADV ing. M. Ronde ADV Constructief ontwerp voor een controlegebouw en ondenoek naar een explosi!!bestendige verbinding. OndeJiocht werd een kolom-dak-funderingsverbinding ontworpen door Ingenieursbureau Schiebroek-Struik. Deze verbinding wordt al toegepast in explasiebe>tendige controlegebouwen voor de petrochemi1<he industrie. Daarnaast is een constructiel ontwerp voor een controlegebouw met een al temalieve constructie gerealireerd. prol.ir. J.W. Kameding BKO Constructiel ontwerp voor een rervice-gebouw en een ondenoek naar staalvezelve11lerkte cementmortel. Naar enkele mechanische eigenschappen van staalvezelversterkte cementmortel is experimenteel ondenoek gedaan. Ten behoeve van het hoofdkantoor van de PLEM te Maastricht is een rervice-gebouw ontworpen. Bij het ontwerpen is naast de constructieve aspecten ook aandacht besteed aan de ar<hitectonische aspecten. ir. K.B. Lub BKO ir. R. de Groot BFA . Weerens 986 .M.deWit 986 prol.ir. J.W. Kameding BKO ir. R. de Groot BFA Ir. J. Siebelink BKO prol.dr.ir. G. Scherpbier BKO Constructiel ontwerp voor een Olympi1<h Stadion. Amsterdam maakte kans op de Olympil<he Spelen van 1992. Voor deze Spelen is een stadion ontworpen met een capaciteit van 60.000 loe1<houwers, die na 1992 als voetbal- en atletiekstadion dienst kan doen. Het ontwerp is vooral constructlef uitgewerkt. prol.dr.ir. G. Scherpbier BKO ir. H.FJ. Fijneman BKO ir. A. van der Ploeg BKO prol. D. Slebos ar<h. hbo BAU Constructiel ontwerp voor een bonkgebouw en ondenoek naar funderen in de binnenstad. Het gedrag van damwanden wordt bel<hreven door middel van numlerieke methoden. Uitgangspunt van de berekening 'is dat zowel de damwanden als de grond in het bezwijkstadium zijn. De verkregen kennis is gebruikt voor een ontwerp voor een bankgebouw te Amsterdam-centrum. Vakgroep Realisatie en Beheer (BRB) G.J. van Arendonk prol.dr.dipl.ing. H. Faubinder-Hon BRB ir. W.H. de Hoop BRB JJ. Valk arch. hbo BRB ir. K. Overdijk ADV Planvorming voor de ontwikkelingen in de volkshuisvesting als collectieve vOOJiiening. Het andenoek is erop gericht inzicht te verkrijgen in de kwaliteit van de sociale woningbouw van de jaren 1960 tot198S. Er wordt een verband gelegd tussen deze kwaliteit en de pali~eke en maat1Chappelijke ontwikkelingen. Vervolgens zijn op basis van de huidige tendenzen de te verwachten gevolgen voor de volkshuisvesting bel<hreven. •· Backx pral.dr.dipl.ing. H. Faubinder-Hon BRB dr. KJ. Veldhuisen BAU ir. H.G.A. Rikhol BRB Planvorming voor de onderhoudsachterstand binnen de Nededandse woningvoorraad. Vanuit een behoefte aan duidelijkheid over de onderhoudsachleflland in de Nederlandse woningvoonaad is een model opgezet waarin de woningvoonaad wordt onderscheiden naar eigendomsverhouding, woningtype en stichtingskosten. Via dit model kan de onderhoudsachtersland w01den weergegeven en voorspeld. rben prol.ir. LP. Sikkel BRB dr. H. Tempelmans Plat ADV ir. P.A. Erkelens BRB drs. H. Lanling ADV ing. (. van de Linde ADV Een ondenoek naar de investeringsbesliuing in de voorbereidingsfase voor bankgebouwen. Basis voor de besluiiYonning zijn de kosten. In het ontwikkelde model zijn niet alleen de investeringskosten, maar ook de exploitatiekosten van invloed op de investeringsbesliuing. Het model is ontwikkeld en getoetst bij de NMB. prol.ir. LP. Sikkel BRB ir. E.R. Poortman BRB ir. P.A. Erkelens BRB Ondenoek naar de algemene bouwplaatskosten. Er is een studie gemaakt van de bouwkosten in het algemeen en de bouwplaatskosten in het bijzonder. Voor de kostengroep materieel wordt een niet gebruikelijke benadering uiteengezet. Deze benadering heeft de basis gevonnd voor een nieuwe danincatie van deze kosten groep. prol.dr.dipl.ing. H. Faubinder-Hon BRB drs. JJ.A.M. Smeell BRB d11. A.A.M. Auuerns ADV Planvorming voor het instrumentarium van de Wet op de Stads- en Dorpsvernieuwing. Dit is bestudeerd en in relatie gebracht met de beheerspraktijk. Op basis van de knelpunten, die via deze confrontatie aan hetlicht rijn gekomen tijn, aanbevelingen gedaan voor een beter functioneren van het instrumentarium. prol.ir. LP. Sikkel BRB ir. P.A. Erkelens BRB ir. P. Erosmus BRB A.LH. van der Past ADV Ondenoek naar de mogelijkheden voor een bouwbedrijf op de milieumarkt Er is een geautomatiseerd inlonnatiesysleem opgezet voor afvalstromen en verwerkingsmethoden. Het systeem geeft Ballast Nedam, waar het ondenoek ploall vond, inzicht in de mogelijke bouwkundige investeringen die daar de afvalverwerkende industrie in de toekomst gedaan zullen worden. prol.ir. M.E. Zwarts BRB ir. J. Westra BRB H. Tupker arch. hbo BAU prof.ir. H.AJ. Henket BRB ir. J. Brouwer ADV Ondenoek naar een systematische aanpak of benadering van het bouwen. Een verkennend ondenoek naar huidige bouwsystemen en systemen uil het verleden vormt de basis voor een toekomstvisie voor de bouw in Nederland. De verworven kennis is gebruikt bij het ontwerpen van een bouwsysteem dat in midden tol kleine stedebouwkundige situaties gebruikt kan worden. pral.ir. LP. Sikkel BRB ir. P.A. Erkelens BRB ir. P. Erosmus BRB A.LH. van der Post ADV Ondenoek naar de mogelijkheden voor een bouwbedrijf op de milieumarkt Er is een geautamatireerd inlonnnliesysteem opgezet met betrekkinglol alvalstromen en verwerkingsmethoden. Het systeem geeft Ballost Nedam, waar het ondenoek plaats vond, inzicht in de mogelijke bouwkundige investeringen die door de afvalverwerkende industrie in de toekomst gedaan rullen worden. 987 987 986 ~.Blokker 986 Boer 1986 lriHijn 1986 I, Claassens 1986 ~.M.Gradus 1986 75 J.M.F. de Greef 04-09-1986 P.M.J.M. Jacobs 15-0S-1986 H.T.P.M. Janssen 04-09-1986 A.J.A.M. Kemps 04-09-1986 J.G.F.M. Konickx 11-12-1986 P.N.M. de Koning 15-0S-1986 prof.dr.dipLing. H. Fossbinder-Horr BRD ir. W.H. de Hoop BRD d.-.. JJ.A.M. Smeets BRB dipf.arch. T. larnes ADV Planvorming voor hergebruik van binnenstedelijke gebouwen. Vanuit integratie van wonen en werken in binnenstedelijke gebieden is de mogelijkheid ondeno<ht om stadspanden opnieuw te gebruiken. Er is een haalbaarheidsondenoek uitgevoerd, waarhij een me ontwikkeld is die toetsing aan praktijkvoorbeelden mogelijk maakt. prof.ir. LP. Sikkel BRD proUr. H.AJ. Henket BRD ir. lR. Poortman BRB ing. U. Regterschot ADV ing. GJ.H. Zoet ADV Ondenoek naar de exploitatiekosten van utiliteitsgebouwen. Voor de expoitaliekasten van utiliteitsgebouwen is aangegeven wat de belangrijkste beslissingen zijn. Tevens is de samenhang van het geheel van beslissingen beschreven. prof.ir. M.E. Zwarts Bl!B ir. J. Westm BRB ir. W.H. de Hoop BRD ir. J. Siebelink BKO Ondenoek naar de mogelijkheden van bouwen me1 1ementboard. Als doel is het realiseren van goedkope huisvesting voor jongeren nagestreefd. Het uitgongspunt wos het materiaal 1ementboord. Een typering van de doelgroep en proeven op het materiaal resulteerden in een ontwerp voor een wooneenheid. Van deze eenheid is een prototype vervaardigd waarop experimenten uitgevoerd zijn. prof.ir. M.l Zwarts BRB ir. J. We stro BRD ir. W.H. de Hoop BRB ir. I. Siebelink BKO Onderzoek naar de mogelijkheden van bouwen met 1ementboard. Als doel is het realiseren van goedkope huisvesting voor jongeren nagestreeld. Het uitgangspunt was het materiaal 1ementboard. Een typering van de doelgroep en proeven op het materiaal resulteerden in een ontwerp voor een wooneenheid. Van deze eenheid is een prototype vervaardigd waarop experimenten uitgevoerd zijn. prof.ir. H.AJ. Henket BRD in!J- EJ.L lamberti ADV ir.lR. Poortman BRB Ondenoek naar de onderhoudsproblematiek van de naoorlogse woningvoorraad. De mogelijkheden voor de aannemers zijn verkend voor toepassing van onderhoudS<ontm<fen in de bouw. Een tweede studie be«hrijft welke informatie uit het onderhoudspro1es een rol moet spelen bij het nemen van ontwerpbeslissingen. prof.ir. LP. Sikkel BRD ir. lR. Poortman BRD ir. P.A. Erkelens BRB Ondenoek naar de organisatie van tekeningen. Voor de bestekfase is de samenhang van informatie op tekeningen beschreven. Het hierdoor verworven inzi1ht is gebruikt voor het opzeHen van een algemene proledure voor het vervaardigen van bestektekeningen voor util~e~sgebouwen. M.A.H. van Lent 04-09-1986 X. N.M. Nguyen 23-04-1987 B.W.L.Nols 29-10-1986 P.L.G.M. van Noorden 23-04-1987 M.J.L. van der Palen 04-09-1986 J.Pars 19-02-1987 A.J.Th.M. van de Pas 04-09-1986 M.A.M.M. van de Pas 04-09-1986 76 prof.dr.dipl.ing. H. Fossbinder-Horr BRD ir. W.H. de Hoop BRB d.-.. JJ.A.M. Smeets BRB d.-.. A.AJ. Heynen ADV Planvorming voor de verkoop van woningwetwoningen. prof.ir. M.l Zwarts BRD KJ.L links A.A.dlpl. BRD prof. O.C. Apon ar<h. hbo BAU Ontwerp voor een woonelement Voor een woonelement is een ontwerp gerealiseerd. Door het vertilaal en horizontaal S<hokelen van deze eleme kunnnen woningen samengesteld worden. Een dergelijke woning kan zowel in grooHe als in vorm variëren. Op basis van dit prin<ipe is een woningbouwlomplex te Enschede ontworpen. prof.ir. LP. Sikkel BRD dr. H. Tempelmans Plot ADV ir. P. Emsmus BRB d.-.. WJ.M. Crul ADV Onderzoek naar de vraag van de biote1hnologie-industrie naar bouwwerken . Ten aanzien van de vraag naar bouwwerken is aangegeven wat de te verwa1hte investeringen in bouwkundige~ zullen rijn en welke spe<ifieke eisen hieraan gesteld zullen worden. Tevens zijn uitspraken gedaan over de aanbestedingspra<edures die voor deze bouwwerken zullen gelden. prof.dr.dipl.ing. H. Fossbinder-Horr BRD C.le Nobel or<h. hbo BRB ir. W.H. de Hoop BRD Planvorming over de leefbaarheid in stadsvernieuwingsbuurten. In een literatuurstudie naar de opvaHingen over leefbaarheid, gebruik en waardering van de woonomgeving zijn richtlijnen opgesteld voor het stadsvemieuwingsbeleid. No toetsing von de geformuleerde opvaHingen aan een aantal praktijkvoorbeelden zijn aanbevelingen gedaan voor verbetering van de gesignaleerde knelpunten. prof.ir. M.l Zwarts BRB ir. I. Westm BRB H. Tupker ar<h. hbo BAU praf.ir. H.AJ. Henket BRD ir. I. Brouwer ADV Onderzoek naar een systemati«he aanpak of benadering van het bouwen. Een verkennend ondenoek naar de huidige bouwsystemen en systemen uit het verleden vormt de basis voor een toekomst<isie voor de bouw in Nede~and. De verworven kennis is aangewend bij het ontwerpen van een bouWSJ dat in middelgrote tot kleine stedebouwkundige situaties gebruikt kan worden. prof.ir. LP. Sikkel BRB ir. lR. Poortman BRD ir. P.A. Erkelens BRD Onderzoek naar het beheer van gebouwen. In de beheersfase van het bouwpra<es neemt de eigenaar beslissingen over zijn gebouw. Dit ondenoek heeft geresulteerd in een kartotheek. Dit is een gegevensbestand dat bepaalde informatie ten aanzien van het gebouY bevat, waarop de eigenaar zijn beslissingen kan baseren. prof.dr.dipl.ing. H. Fassbinder-Harr BRD IJ. Valk ardt. hbo BRD dr. H. Tempelmans Plat ADV 0" basis van een inventarisatie van bouw- en woonte1hniS<he problemen in zes na-oorlogse flatgebouwen te Arr praf.ir. LP. Sikkel BRD ir. P. Erosmus BRB ir. P.A. Erkelens BRB ir. C.WJ. Nuijten ADV Er is een ondenoek opgezet naar de alhiergronden van het overheidsbeleid ten aanzien van de verkoop van woningwetwoningen en de daarmee samenhangende finaniiele aspecten. Op basis van de gevolgen van deze ve: voor de positie van de lagere inkomensgroepen zijn aanbevelingen gedaan voor het toekomstig beleid. Ondenoek naar verbeteringsmogelijkheden van na-oo~ogse flatgebouwen te Arnhem. door middel van een bewonersenquête, zijn een aantal verheteringsvarianten opgesteld. De ontwikkelde variant zijn aan een kosten/baten-analyse onderworpen en vervolgens geëvalueerd. Het ontwikkelen van een marktinformatiemodeL Ten behoeve van de ondernemingsplanning van de BAM te Den Haag is een marktinformatiemodel antwikkeld. l gedeelte van dit model is operationeel gemaakt. Peters ·1987 .W.J. Proveniers ·1986 I. Sandker -1986 '.M. Scheffers -1987 cheren -1986 A.Spermon -1986 Th ijssen -1986 .C. Timmermans -1987 Visser -1986 . van Voorthuizen -1986 W.de Vries -1986 C.F. Vromans -1986 A.E. Wijdeveld -1987 prof.ir. LP. Sikkel BRB ir. lR. Poortman BRB dr. H. Tempelmans Pla1 ADV Onderzoek naar de keuzeproblematiek voor ><heidlngswanden. De kenmerken van drie binnenwands!'femen en de relatle tussen de systemen en andere bouwdelen zijn besthreven. Met behulp van deze informatie is aangegeven wat de con""'uentles lijn voor de kosten bij het verplaatsen van een binnenwand. Het resu~aat van het onderzoek is een beslissingsmodelvoor de keu1e van scheidingswanden . prol.dr.dipl.ing. H. Fassbinder-Hon BRB ir. W.H. de Hoop BRB JJ. Valk arch. hbo BRB drs. H. van het Er-.e ADV ir. H.G.A. Rikhof BRB Planvorming voor rehabilitatie van een stadsvernieuwingsgebied te Ensthede. Op bosis van een onderzoek in het stadsvemieuwingsgebied 'De 8othoven' te Enschede lijn een aantal planvoorstellen gedaan tot rehabilitatie van deze buurt prol.ir. M.l Zwarts BRB ir. H. Hohnan BRB prof.ir. H.AJ. Henket BRB Onderzoek naar het hergebruik van gebouwen. Voor het hergebruik van bestaande gebouwen is een methodi><he benadering geformuleerd. Deze benadering vormde het uitgangspunt voor besthouwing van een aantalleegkomende gebouwen van de faculteit diergeneeskunde van de universiteit van Utrecht. prol.ir. LP. Sikkel BRB dr. H. Tempelmans Plat ADV ir. P. Erosmus BRB drs. WJ.M. (rul ADV Onderzoek naar de kantoonenovatiemarkt. Voor verschillende bedrijlscategorieën is beschreven wat de eisen zijn aan de vestigingsplaats en de huisvestiging. Met de informatie kan men uitspraken doen over de te verwachten doelgroep bij het renoveren van een leegstaand gebouw. prol.ir. M.l Zwarts BRB ir. J. Westra BRB H. Tupker arch. hbo BAU prol.ir. H.AJ. Henket BRB ir. J. Brouwer ADV Onderzoek naar een systemafi><he aanpak of benadering van het bouwen. Een verkennend onderzoek naar huidige bouws!'femen en systemen uit het verleden vormt de bosis voor een toekomstvisie voor de bouw in Nederland. De verwor-.en kennis is gebruikt bij het ontwerpen van een bouwsysteem dat in midden taf kleine stedebouwkundige situaties gebruikt kan worden. prof.dr.dipl.ing. H. Fassbinder-Horr BRB ir. H. Hohnan BRB ir. W.H. de Hoop BRB drs. JJ.A.M. Smeets BRB Planvorming voor de ontwikkeling van woonlasten. Er is een onderzoek opgezet in Den Bosch waar door middel van een bewonersenquête inlicht is verkregen in de hoogte van ser-.icekosten in de sociale woning bouwsector. De huuropbouw is voor diverse beheersingsinstellingen vergeleken en op bosis hier-.an lijn aanbevelingen gedaan voor een efficiënter beheer. prof.ir. M.l Zwarts BRB ir. J. Westra BRB ir. H. Hohnan BRB ir. W. (omelissen ADV ing. H. Dielwart ADV Onderzoek naar de keu1e van de ruwbouwmethode bij woningbouwprojecten. Zes ruwbouwmethoden zijn in het vergelijkend onderzoek betrokken. Voor de1e 1es methoden is d• relatie be><hreven tussen de kasten en de projectgroone. Uitspraken 1ijn gedaan over de gunstigste ruwbouwmethode, op bosis van de kosten bij een bepaalde prajectgroone. prof.ir. M.l Zwarts BRB ir. P.WJ. lansdaal BRB ir. B.G. Wolfs BFA P.A.M. van der Wiel ADV D. van Sdrellebeek ADV Ontwikkelen van een dakelement Voor de la. Ubbink is een dakelement ontwikkeld, geschikt voor licht- en luchnoetreding. Voor de ontwikkeling is een marktonderzoek verricht. Van het uiteindelijk ontworpen element is een prototype ver-.aardigd, waarop diverse experimenten lijn uitgevoerd. prol.dr.dipiJng. H. Fassbinder-Hon BRB JJ. Valk arch. hbo BRB drs. F.A. Hijmans ADV ir. W.H. de Hoop BRB Planvorming voor rehabilitatie van de particuliere woningvoorraad. Er is ondenO<ht hoe het rehabilitatieprO<es van portieviiere woningen in vooroorlogse woongebieden 1ich voltrekt, waarbij als voorbeeld Amsterdam is gekozen. Op basis van een inventarisatle 1ijn aanbevelingen gedaan voor de manier waarop deze gemeente met het be><hikbore instrumentarium het ve~bete~lngsprO<es kon sturen. prol.dr.dipl.ing. H. Fossbinder-Hon BRB JJ. Valk arm. hbo BRB dr. H. Tempelmans Plat ADV Onderzoek naar verbeteringsmogolijk heden van na-oorlogse flatgebouwen te Am hem. Op bosis van een inventarisatie van bouw- en woonte<hnische problemen in 1es na-oorlogse flatgebouwen te Arnhem door middel van een bewonersenquete, zijn een aantal verbeteringsvarian1en opgesteld. De ontwikkelde varianten lijn aan een kosten-baten-anall'" onderworpen en ver-.olgens geevalueerd. prol.ir. M.l Zwarts BRB ir. J. Westra BRB ir. W.H. de Hoop BRB ir. J. Siebelink BKO Onderzoek naar de mogelijkheden van bouwen met cementboord. Doel was het realiseren van goedkope huisvesting voor jongeren. Uitgangspun1 was het materiaal cementboord. Een typering van de doelgroep en proeven op het materiaal resulteerden in een ontw..p voor een wooneenheid. Van de1e eenheid is een prototype ver-.aardigd waarop experimenten uitgevoerd zijn. prol.ir. M.l Zwarts BRB ir. J. Westra BRB ir. P.A. Erkelens BRB ir. F. Boekhorst ADV Onderzoek naar 1ellbouw. Diverse 1ellbouwsystemen en projecten lijn aan een analyse onderworpen. De resultaten van deze studie lijn gebruikt bij het ontwikkelen van een nieuw 1elfbouws!'feem. Dit >!'leem is toegepast In een ontwerp voor een woning. Bij het ontwerp wordt ook een draaiboek voor de zelfbouwer geleverd. pral.ir. LP. Sikkel BRB ir. P.A. Erkelens BRB ir. lR. Poortman BRB ing. A.l van den Bremer ADV Onderzoek noor de argonisotie van het ondemoudsbeleid. Bij woningbouwcorporafles ontbreekt vaak een goed ondemoudsbeleid. Dit komt door een gebrek aan inlicht in het prO<es van beleidsvorming en de behoehe aan informatie daar-.oor. Een informatiemodel is ontwikkeld waarmee corporaties in stoot rijn een ondemoudsbeleid te ontwikkelen. 77 Inhoudsopgave Voorwoord 3 Het projektwerk binnen de 5 bouwkundestudie Afstudeerprojecten 17 Overzicht van afgestudeerden 65 01 -05-1986tat 01-06-1987 Colofon Initiatief: Kommissie Speciale Aktiviteiten Faculteit Bouwkunde TUE Samenstelling catalogus en tentoonstelling: Jan Janssen Clemens Maassen Teksten: Harry van het Erve Marcellankhorst Clemens Maassen Vormgeving catalogus: Ellen Nuyten lien van Horen Jac de Kok Uitvoering: Marco Aartsen Peter Bergman Zetwerk: van Antwerpen, Eindhoven. Lithografie: Grefo b.v., Son en Breugel Druk: Vuga Drukkerij van der Wiel b.v., Arnhem Uitgave: KSA Faculteit Bouwkunde TUE
© Copyright 2024 ExpyDoc