Eindevaluatie Brede HOED Team Over de periode november 2013 – mei 2014 Gemeente Diemen Juni 2014 M. de Jong MSc drs. L. Salomé Projectnummer: 019666 Correspondentienummer: DH-3006-3928 EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN INHOUD HOOFDSTUK 1 HOOFDSTUK 2 HOOFDSTUK 3 HOOFDSTUK 4 HOOFDSTUK 5 HOOFDSTUK 6 INLEIDING 1 1.1 Het BHT in Diemen 1 1.2 Onderzoeksvraag en doel evaluatie 1 1.3 Methoden en verantwoording 2 1.4 Leeswijzer 2 CONTEXT VAN HET BREDE HOED TEAM 4 2.1 Doel Brede HOED Team 4 2.2 Opzet en inrichting Brede HOED Team 4 2.3 Primair proces 7 2.4 Randvoorwaarden 9 SAMENWERKING IN HET TEAM EN MET ANDERE PARTIJEN 14 3.1 Oordeel over de samenwerking 14 3.2 Meerwaarde van de samenwerking 14 3.3 Taakverdeling 15 3.4 Bekendheid BHT bij andere professionals en klanten 15 3.5 Oordeel contact tussen het BHT en andere organisaties 16 RESULTATEN BREDE HOED TEAM 17 4.1 Worden huishoudens sneller geholpen? 18 4.2 Worden huishoudens effectiever geholpen? 18 4.3 Worden huishoudens op een vernieuwende manier geholpen? 19 4.4 Tevredenheid van de klant 19 HET BREDE HOED TEAM IN DE PRAKTIJK: DRIE BUSINESSCASES 21 5.1 Casusbeschrijving 1 21 5.2 Casusbeschrijving 2 23 5.3 Casusbeschrijving 3 25 CONCLUSIES EN PERSPECTIEVEN 6.1 6.2 28 Verloopt de organisatie van het Brede Hoed Team zoals gewenst (het proces)? 28 Wat zijn de directe opbrengsten en beantwoorden ze aan de verwachtingen (output)? 29 EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN 6.3 6.4 Wat zijn de effecten op ondersteunde huishoudens en in hoeverre worden hiermee de gestelde doelen bereikt (outcome)? 30 Tot slot: Wat levert het BHT in de gemeente Diemen op? 30 EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN Hoofdstuk 1 Inleiding In juni 2013 is het Brede HOED Team (BHT) van start gegaan in de gemeente Diemen. Het BHT is er voor kwetsbare huishoudens in de gemeente die zelf niet de regie kunnen voeren. In de startperiode wordt er in deze nieuwe werkvorm geëxperimenteerd, geleerd, gemonitord en worden zo nodig aanpassingen gedaan. In die zin is het een dynamisch proces, waarbij het BHT gaandeweg haar optimale vorm krijgt. Om de ervaringen en resultaten van het BHT in beeld te brengen, zal er tweemaal geëvalueerd worden. Onderliggend rapport bevat de eindevaluatie, waarin ook veranderingen met de tussenevaluatie uit december 2013 worden benoemd. De eindevaluatie heeft betrekking op de periode januari 2014 tot en met mei 2014. 1.1 Het BHT in Diemen Het BHT is onderdeel van de opdracht die gemeenten hebben om de nieuwe gedecentraliseerde taken bij de gemeenten onder te brengen. Medewerkers van de gemeente en professionals van zorg- en welzijnsinstellingen zijn onderdeel van het BHT. Ze helpen bewoners naar de juiste vorm van ondersteuning of hulp toe en hebben ook een signalerende functie. Het team werkt met generalisten die breder dan alleen hun eigen vak naar de zorgvraag van bewoners kijken en goed aanvoelen wat er speelt. Er bevindt zich een team van specialisten om de generalisten heen waar een beroep op kan worden gedaan voor kennis en ondersteuning. Alle professionals in het BHT maken ook gebruik van elkaars expertise en ervaring. 1.2 Onderzoeksvraag en doel evaluatie De centrale vraag in deze evaluatie is: Wat levert het BHT in de gemeente Diemen op? Deelvragen hierbij zijn: 1. Verloopt de organisatie van het Brede HOED Team zoals gewenst (het proces)? 2. Wat zijn de directe opbrengsten en beantwoorden ze aan de verwachtingen (output)? 3. Wat zijn de effecten op gezinnen en jeugdigen en in hoeverre worden hiermee de gestelde doelen bereikt (outcome)? Met deze evaluatie kijken we terug op wat het BHT in het eerste jaar heeft gedaan en heeft opgeleverd en horen we wat de ervaringen van de leden van het BHT tot nu toe zijn. Doel van de evaluatie is inzichtelijk te maken wat de inzet en opbrengsten van het BHT zijn en te leren van de ervaringen tot zover. 1/31 EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN 1.3 Methoden en verantwoording De onderzoeksvraag is door middel van diverse onderzoeksmethoden onderzocht. Hierbij combineren wij verschillende perspectieven: die van de gemeente, de partners en van de klanten. Wij hebben hierbij de volgende methoden gebruikt: • groepsgesprek met leden van het BHT; • telefonische interviews met leden van het BHT voor de beschrijving van drie casussen en ervaringen met urenbesteding in het BHT; • interview met de projectleider en de coördinator van het BHT; • telefonische interviews met professionals die te maken hebben met het BHT; • telefonische interviews met klanten die geholpen zijn door het BHT; • managementinformatie over het aantal casussen, wie de casussen heeft ingebracht en wie de casussen heeft opgepakt. Verantwoording Het onderzoek is in het voorjaar van 2014 uitgevoerd. Het betreft een evaluatie waarbij gebruik is gemaakt van zowel kwalitatieve als enkele kwantitatieve onderzoeksmethoden. Respons Er is in het groepsgesprek gesproken met alle BHT-leden, op twee na. Eén afwezig lid heeft middels een schriftelijke vragenlijst haar ervaringen doorgegeven. Een ander afwezig lid is zeer recent bij het BHT betrokken waardoor de evaluatie voor deze persoon te vroeg komt. Er zijn dertien cliënten benaderd met de vraag om deel te nemen aan een telefonisch interview over hun ervaringen met ondersteuning vanuit het BHT. In totaal zijn er zeven cliënten geïnterviewd. Van twee bleek het telefoonnummer niet bereikbaar en twee konden niet meewerken vanwege slechte beheersing van de Nederlandse (en Engelse) taal. Twee cliënten hebben afgezien van deelname aan het interview. Er zijn tevens vijf professionals van organisaties buiten het BHT benaderd voor een interview over hun ervaringen met doorverwijzing naar het BHT. Deze professionals zijn allemaal geïnterviewd voor deze evaluatie. Daarnaast zijn er met behulp van leden van het BHT drie businesscases opgesteld waarin de werkwijze van het BHT in de praktijk beschreven wordt. Het gaat om een kleine groep cliënten en professionals die gesproken is over hun ervaringen met het BHT. Hun ervaringen zijn heel waardevol, maar moeten vanwege de omvang als indicatief worden beschouwd. 1.4 Leeswijzer In hoofdstuk 2 komt de context van het Brede HOED team aan de orde. Hierin worden de positionering, de werkwijze en de randvoorwaarden voor functionering van het BHT besproken. In hoofdstuk 3 wordt aandacht besteed aan de samenwerking binnen en buiten het BHT. Vervolgens worden in hoofdstuk 4 de resultaten van het BHT besproken. In hoofdstuk 5 wordt de werkwijze van het BHT in beeld gebracht aan de hand van drie recente casussen. Hoofdstuk 6 bevat een literatuurstudie over de verwachte financiële kosten en opbrengsten van sociaal 2/31 EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN teams in het algemeen. Tot slot worden in hoofdstuk 7 de onderzoeksvragen beantwoord en perspectieven gegeven die behulpzaam kunnen zijn bij de verdere doorontwikkeling van het BHT. 3/31 EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN Hoofdstuk 2 Context van het Brede HOED Team In dit hoofdstuk schetsen we de context waarbinnen het BHT is opgericht en werkzaam is. 2.1 Doel Brede HOED Team Het doel van het Brede HOED Team is het bieden van een efficiënte en effectieve ondersteuning aan kwetsbare huishoudens bij het participeren binnen de Diemense samenleving. Hierbij worden huishoudens via een integrale vraaggerichte klantbenadering gecompenseerd op de leefdomeinen die uit evenwicht zijn. Het BHT werkt vanuit de integrale klantvisie. Vanuit dit team worden kwetsbare huishoudens die niet zelf de regie kunnen voeren en waar kinderen bij betrokken zijn ondersteund door een generalist met als uitgangspunt één gezin, één plan. Het BHT hanteert daarbij de volgende uitgangspunten: • • • • • • • Integrale benadering van de cliënt en haar vraag. Eigen kracht en benutten van het netwerk van de cliënt. De vraag van de cliënt is leidend bij het zoeken naar oplossingen. De in te zetten hulp is zo licht als mogelijk en zo zwaar als noodzakelijk. Er wordt optimaal gebruikgemaakt van voorliggende algemene voorzieningen. De generalisten van het Brede HOED Team werken als generalist naar het huishouden. Binnen het team ondersteunen zij de andere teamleden en cliëntondersteuners vanuit hun specialisme. De cliënt gaat akkoord met de integrale aanpak en met het delen van informatie over zijn situatie tussen de verschillende instanties die samenwerken in het Brede HOED Team. De doelen van het team zijn redelijk helder bij de leden van het BHT. Volgens hen is het de bedoeling dat burgers snel en efficiënt geholpen worden door waar nodig de regie te nemen. Door de korte lijnen kunnen professionals de cliënten sneller en beter helpen. 2.2 Opzet en inrichting Brede HOED Team Positionering en doelgroep Het BHT richt zich op meervoudig complexe casussen. Het gaat om alle kwetsbare huishoudens waarin de regie wordt gemist, als voorliggende voorzieningen de regie niet kunnen voeren of als onbekend is wie de regie heeft. Schematisch kan de positie van het BHT als volgt worden weergegeven: Nuldelijn 4/31 Eerstelijn Tweede lijn EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN Uit de interviews met cliënten komt naar voren dat het BHT voornamelijk gebroken gezinnen/huishoudens ondersteunt met een lange geschiedenis aan hulpverlening op uiteenlopende terreinen. Wanneer de hulpverlening voornamelijk vanuit één organisatie is ingestoken, is er meestal sprake van afstemming in de hulpverlening. De meeste huishoudens hebben echter te maken met hulpverlening van meerdere organisaties. Uit de interviews blijkt dat de gezinnen zelf niet meer de regie konden voeren en het overzicht over de hulpverlening die zij ontvangen vaak kwijt waren voordat zij bij het BHT aangemeld werden. De leden van het BHT hebben redelijk goed voor ogen wat de criteria zijn voor het aanmelden van een casus. De afwegingen om te melden zijn niet bij alle leden helder waardoor er soms wordt getwijfeld of bepaalde casuïstiek geschikt is voor het BHT. Overleg met de coördinator of een gezamenlijke beslissing in het wekelijkse verdeeloverleg biedt hierin uitkomst. Het is van belang dat de criteria voor behandeling in het BHT helder zijn. Hierdoor wordt casuïstiek niet onnodig en onterecht lang bij andere partijen gehouden en is er minder kans dat problematiek verergert. Hierdoor kan ook een duidelijke afbakening plaatsvinden en valt er geen casuïstiek buiten de boot. Dit hangt samen met een duidelijk ingerichte toegang en toeleiding van alle mogelijke vragen in het sociaal domein. Functieprofiel van de leden Het team werkt met generalisten die breder dan alleen hun eigen vak naar de zorgvraag van huishoudens kijken en goed aanvoelen wat er speelt. Daarbij maken zij ook gebruik van elkaars expertise en ervaring. Het team bestaat daarnaast uit specialisten die beschikbaar zijn voor consultatie. De leden van het BHT zijn niet allemaal van nature gewend om als generalist te werken. Dit is wat zij nu in de praktijk leren. Daarbij helpt het dat de casuïstiek zodanig is dat het werken vanuit hun specialisme ontoereikend is. Het ene lid pakt deze generalistische rol in de praktijk wat makkelijker op dan de ander. Omvang en disciplines Medewerkers van de gemeente en professionals van zorg- en welzijnsinstellingen zijn onderdeel van het BHT. Vanuit de gemeente Diemen is er een projectleider aangesteld die de ontwikkelingslijn in de casuïstiekoverleggen bewaakt en vanuit het BHT input krijgt voor het inrichtingsplan voor volgend jaar. Er is ook een coördinator die het casuïstiekoverleg leidt en zowel een inhoudelijke als procesmatige rol heeft. Tabel 2.1 geeft de leden van het BHT weer. 5/31 EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN Gemeente: projectleider GGD Vangnet & Advies Gemeente: coördinator BHT MEE ABC Philadelphia Altra Querido Amstelring thuisbegeleiding Sociale zaken (gemeente) Arkin Spirit Bureau Jeugdzorg ( Jeugdbescherming en AMK) Stichting MaDi GGD Jeugdgezondheidszorg Tabel 2.1 Leden van het BHT in de gemeente Diemen De samenstelling van het team is sinds de start een aantal keer uitgebreid, maar lijkt nu redelijk uitgekristalliseerd te zijn. Zo zijn Amstelring thuisbegeleiding, Philadelphia en HVO-Querido nog toegevoegd aan het BHT sinds de tussenevaluatie in december 2013 vanwege hun ervaring met respectievelijk administratieve en praktische hulp, verstandelijke beperking en de psychiatrie. Ook heeft er een uitbreiding van professionals van Altra plaatsgevonden vanwege de omvang van de casuïstiek in het BHT. Hiermee wordt voorkomen dat huishoudens te maken krijgen met meerdere hulpverleners omdat de caseload toeneemt, maar één vast aanspreekpunt hebben en houden. Door de uitbreidingen wordt het team steeds groter. De coördinator en de projectleider zijn zich ervan bewust dat opgepast moet worden dat het team daarmee niet onoverzichtelijk wordt. Toevoeging van een discipline is elke keer een bewuste afweging geweest tussen de bijdrage van de discipline aan het team en de omvang van het team. De leden van het team, de projectleider en coördinator kunnen zich vinden in de samenstelling van het team. Ook professionals van andere organisaties kunnen zich vinden in de samenstelling van het team. Voor zover zij dat vanaf de zijlijn kunnen beoordelen geven zij aan dat alle benodigde disciplines aanwezig zijn in het BHT. Ook vinden zij het een voordeel dat het team breed is wat betreft disciplines. Zij hebben het gevoel dat de disciplines die nodig zijn voor de casus die zij hebben aangemeld ook daadwerkelijk aanwezig zijn in het team. Afhankelijk van de ontwikkeling van de functie van wijkverpleegkundige zou deze als zichtbare schakel in de wijk nog een goede toevoeging zijn in het BHT. Daarnaast wordt aangegeven dat een intensievere aansluiting met welzijn, buurtregisseurs (politie, specifiek aangesteld in de buurt) en de woningcorporatie wenselijk is. Zowel voor de signaleringsfunctie als voor de kennis over beschikbare voorzieningen in de wijk en eventuele samenwerking in een casus. Uitgangspunt is hierbij niet dat zij onderdeel van het team worden, maar wel dat er meer informatie-uitwisseling en zo nodig aftstemming plaatsvindt. De projectleider is bezig met het ontwikkelen van een nieuwe overlegstructuur op wijkniveau en kijkt of dergelijke partijen hierin een plaats kunnen krijgen. 6/31 EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN Aansturing van het team Het BHT wordt aangestuurd door een projectleider van de gemeente die zorgt voor de randvoorwaarden en de inrichting voor volgend jaar voorbereidt en door een coördinator die de casuïstiekoverleggen leidt en inhoudelijk sparringpartner is. De coördinator van het BHT heeft zowel een inhoudelijke als een procesmatige rol. De coördinator selecteert welke casussen besproken worden in het BHT en verdeelt de casuïstiek in het verdeeloverleg over de partijen met kennis en kunde. Tevens houdt de coördinator de overlegtijd in de gaten en bewaakt de gemaakte afspraken. Zolang er nog geen ICT-systeem is, houdt deze ook een overzicht van de ingebrachte casussen bij. Het is belangrijk om grenzen te stellen zodat de inhoudelijke en procesmatige rol goed naast elkaar kan worden vervuld. De leden van het BHT zijn positief over de coördinator, deze wordt door hen getypeerd als toegankelijk en de verbinder van het team. Dat de coördinator ook een inhoudelijke rol heeft, wordt als prettig ervaren. Enkele leden van het BHT vinden deze inhoudelijke rol niet ver genoeg gaan. Zij zijn vanuit hun eigen organisatie gewend inhoudelijke input van een gedragswetenschapper te krijgen. Deze rol kan de coördinator niet vervullen omdat zij niet een dergelijke achtergrond heeft. De coördinator zelf ziet haar rol op de inhoud meer liggen op het terrein van het vinden van oplossingen die dichtbij de cliënt, met behulp van eigen kracht, goedkoper en wijkgericht van aard zijn. In enkele andere gemeenten in de regio Amstelland-Meerlanden zien we dat de coördinator alleen een procesmatige rol heeft en weinig van de inhoud weet. Hoewel de leden van deze teams aangeven dat het prettig is dat er strak op het proces gestuurd wordt, vinden zij de ontbrekende kennis van de inhoud op momenten wel een gemis. De dubbele rol van de coördinator levert soms ook verwarring op bij de leden van het BHT. De coördinator is niet de manager van de leden van het team, maar sommige coördinerende taken van de coördinator worden wel als zodanig opgevat. De scheidslijn tussen wat hun manager bij de organisatie van hen vraagt en datgene wat de coördinator van het BHT van hen vraagt, is soms onduidelijk. Op korte termijn wordt er een contract opgesteld waarin het lidmaatschap van een professional in het BHT formeel is vastgelegd. Dit contract biedt de coördinator tevens meer handvatten om te sturen. De verwachting is dat de leden van het BHT hiermee meer duidelijkheid krijgen over de rol van de coördinator en van de manager in hun moederorganisatie. 2.3 Primair proces Werkwijze Cliënten (casussen) kunnen aangemeld worden door een hulpverlener of door cliënten zelf. De casussen worden door diverse organisaties ingebracht bij de coördinator van het BHT. De coördinator screent de casussen en bepaalt of ze behandeld worden in het BHT. 7/31 EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN Aanpak casus Indien besloten is dat een casus opgepakt wordt door het BHT gaat één van de leden op huisbezoek. Bij agressieproblematiek of verwachte moeilijke casussen wordt soms besloten om met twee leden op huisbezoek te gaan. In het huisbezoek wordt besproken welke hulp het huishouden nodig heeft. Vervolgens wordt er een plan van aanpak opgesteld waarin de doelen die samen met het huishouden worden gemaakt, beschreven worden. De ondersteuning vindt plaats aan de hand van het plan van aanpak. De coördinator signaleert dat de plannen van aanpak nog te veel eendimensionaal worden geschreven. Het plan komt nog te veel uit de koker van de desbetreffende professional. Het is wenselijk dat het plan van aanpak meer multidisciplinair (integraler) wordt opgesteld, zodat problemen niet gaandeweg opgelost worden, maar al bij aanvang gesignaleerd worden en hierop geanticipeerd kan worden. Methodieken De leden van het BHT moeten tijdens het huisbezoek methodieken voor vraagverheldering toepassen. Er is gekozen voor de zelfredzaamheidmatrix. In de praktijk gaan de leden van het BHT verschillend met het gebruik van deze methodiek om. Twee leden gebruiken de zelfredzaamheidmatrix niet omdat er nog geen ICT-systeem beschikbaar is waarin zij de scores bij kunnen houden. Anderen scoren de zelfredzaamheidmatrix op papier. Weer anderen gebruiken de zelfredzaamheidmatrix als gespreksleidraad, maar scoren niet. De meeste leden geven aan zich niet zeker te voelen over het gebruik van de matrix en niet te weten wat de uitgangspunten zijn voor het scoren van een huishouden op de matrix. Er staat een training gepland over de zelfredzaamheidmatrix die meer helderheid over het gebruik en eenduidigheid van het gebruik kan bewerkstelligen. Een uniforme werkwijze is van belang om te groeien, te leren en te reflecteren met elkaar als BHT en om de werkwijze van het BHT en de effectiviteit van de ondersteuning te kunnen evalueren. In de andere gemeenten in de regio Amstelland-Meerlanden is er ook voor gekozen om te werken met de methodiek van de zelfredzaamheidsmatrix. Ook in deze gemeenten bestaat er nog onzekerheid onder de leden van de teams over het gebruik van deze methode, waardoor deze nog niet consequent toegepast wordt. Resultaten, monitoring en kwaliteitsbewaking In het plan van aanpak moeten de te behalen resultaten, de doelen voor de komende periode zijn geformuleerd. Deze doelen kunnen dan tussendoor worden gemonitord en worden gebruikt om de klant te blijven volgen. Enkele leden van het BHT geven aan dat een ICT-systeem een vereiste is om dit op een werkbare manier te kunnen doen. Nu worden alle plannen van aanpak nog in Word gemaakt en gemaild aan de coördinator. Het plan wordt daardoor minder goed up-to-date gehouden. Het invullen van de zelfredzaamheidsmatrix op meerdere momenten tijdens het ondersteuningstraject helpt om vast te stellen of de doelen rondom zelfredzaamheid op de diverse domeinen behaald worden. Het is momenteel onduidelijk wanneer een 8/31 EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN casus afgesloten of afgeschaald kan worden en op welke manier dit gebeurt. Hierover zijn richtlijnen opgesteld, maar de coördinator constateert dat deze niet Ontwikkelvragen nazorg klanten: 1) Wanneer is er sprake van het afsluiten of afschalen van een casus en waar begint nazorg? 2) Hoe lang blijft nazorg/monitoren onderdeel van de formele zorg van het BHT? 3) Hoe kan zorg van het BHT aansluiten en gebruikmaken van reeds bestaande netwerken van signaleerders (bijvoorbeeld huismeester, welzijnswerker, wijkverpleegkundige, wijkagent, et cetera)? werkbaar en actueel genoeg zijn. De eerder gemaakte afspraak is dat casussen niet langer dan zes maanden ondersteund worden door het BHT. Tevens is in de werkbeschrijving opgenomen dat een casus elke drie maanden geëvalueerd moet worden. In de praktijk blijkt deze afsluitperiode te kort vanwege de omvang van de problematiek in de meeste casussen. In de praktijk zijn nog nauwelijks casussen afgesloten en weinig casussen afgeschaald. Door de onduidelijkheid rondom afsluiten of afschalen van casuïstiek is ook nog niet echt sprake van nazorg. Kwaliteitsbewaking is bij alle gemeenten in de regio Amstelland-Meerlanden nog in ontwikkeling en staat nog in de kinderschoenen. Kwaliteit kan op meerdere manieren bewaakt worden. Een voor de hand liggende is klanttevredenheid. Daarmee is een start gemaakt door enkele interviews met klanten voor deze evaluatie. Voor de toekomst zou de gemeente kunnen aansluiten bij het verplichte cliëntervaringsonderzoek dat opgenomen is in de Jeugdwet en de nieuwe Wmo. Kwaliteitsbewaking kan ook plaatsvinden door de leden van het BHT zelf en onderling. Bijvoorbeeld door intervisie en het houden aan protocollen die gesteld worden. Ook afspraken over de werkwijze van het BHT, taakverdeling en verantwoordelijkheid en scholing behoren tot kwaliteitsbewaking. 2.4 Randvoorwaarden Financiering en caseload De bezetting van het BHT wordt gefinancierd uit reguliere middelen. Maatschappelijke organisaties leveren de medewerkers voor het BHT binnen de reguliere budgetsubsidies. Met deze organisaties zijn er afspraken gemaakt over hoeveel uur zij beschikbaar hebben voor het BHT. Dat verschilt in de praktijk per lid van het BHT. De leden komen in de praktijk niet uit met hun caseload in relatie tot het aantal uur dat zij beschikbaar hebben voor het BHT. In het geval van de generalisten die ook ondersteuning bieden aan huishoudens hangt het af van de omvang van de casussen. Gemiddeld wordt ongeveer twee uur per week besteed aan een casus. Dit is vaak wat meer bij de start van een casus en kan wat minder worden op het moment dat hulpverlening is ingezet en een casus loopt. Het bieden van ondersteuning kan niet altijd binnen de uren die beschikbaar zijn voor het BHT. In de praktijk wordt dit weggeschreven onder de reguliere ondersteuning die zij vanuit hun moederorganisatie bieden. Dit heeft nog niet tot problemen geleid. Wanneer de 9/31 EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN caseload te groot wordt, geven de leden dit aan. In het geval van bijvoorbeeld Altra bleek dit structureel. Zodoende is er een extra hulpverlener van Altra aan het team toegevoegd. Op termijn kan deze werkwijze wel leiden tot problemen. Wanneer de caseload te groot wordt, bestaat het risico dat het BHT dichtslibt omdat er ook ondersteuning geboden wordt door de generalisten. Ook om deze reden moet de doorstroming in de gaten gehouden worden. Duidelijkheid over de uitgangspunten om een casus af te sluiten of af te schalen kan hieraan bijdragen. De projectleider heeft aangegeven dat er op korte termijn contracten worden opgesteld waarin is aangegeven voor hoeveel uur en voor welke werkzaamheden de professional onderdeel uitmaakt van het BHT. De leden van het BHT zullen in dienst blijven van de moederorganisatie, ook vanaf 2015. Met behulp van het contract heeft de coördinator ook meer handvatten om te sturen op de leden van het BHT. Tevens wordt er in het contract een evaluatiegesprek opgenomen waarin het functioneren van het BHT-lid wordt besproken met de manager van de moederorganisatie en de accounthouder van de gemeente Diemen. Ontwikkelvragen financiering en caseload: 1) Voor welke organisatievorm wordt gekozen? Zelf in dienst nemen, detachering, bij moederorganisatie in dienst of een combinatie? 2) Hoeveel uur moeten de leden van het BHT krijgen om zelf de ondersteuning te kunnen bieden? 3) Bedenk per organisatievorm welke juridische aspecten over klachtenbehandeling en aansprakelijkheid gelden. 4) Welke onwenselijke prikkels zijn er voor de leden en de moederorganisatie om zorg of ondersteuning bij zichzelf te houden? Registratie/ICT-systeem Voor de evaluatie van het BHT moeten de doelen worden gemonitord. Hiervoor moeten gegevens over de casussen worden bijgehouden. Momenteel worden de casussen tijdelijk bijgehouden in Excel door de coördinator. De plannen van aanpak worden in Word gemaakt en tevens beheerd door de coördinator. De leden van het BHT merken dat door de toenemende casuïstiek en het belang van het goed monitoren van de casussen de situatie niet goed houdbaar is. Er is een registratiesysteem in ontwikkeling. De verwachting is dat dit in juni 2014 in gebruik wordt genomen. De applicatie is bedoeld om het proces te faciliteren, zo wordt het plan van aanpak hierin geregistreerd en het gespreksverslag. Tevens is het mogelijk managementinformatie uit het systeem te genereren. Op regionaal niveau willen de gemeenten Diemen, Ouder-Amstel, Ronde Venen en Uithoorn werken aan een gezamenlijk systeem, waarbij breder professionals aangehaakt kunnen worden, zoals de huisarts en de veiligheidsketen. De verwachting is dat dit systeem aan het eind van 2014 operationeel wordt. Teamoverleg Sinds februari 2014 hebben er twee splitsingen plaatsgevonden in het casuïstiekoverleg. Zo is er nu een overleg waarin casussen van huishoudens met 10/31 EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN kinderen tot en met 23 jaar worden besproken (casusoverleg 23-) en een overleg waarin casussen van huishoudens enkel bestaande uit volwassenen worden besproken (casusoverleg 23+). Deze splitsing is gemaakt vanwege de omvang van het aantal professionals dat anders aan tafel zou zitten. Veel professionals in het BHT richten zich ook alleen op jeugd. Voor hen is het ook minder van belang om bij de bespreking van casussen over enkel volwassenen te zitten. Tevens is er sprake van een wekelijks verdeeloverleg (alleen casusoverleg 23-) waarin de generalisten van ABC, Altra, MaDi, MEE en Spirit zitten. In dit overleg worden meldingen besproken en casussen verdeeld. Daarnaast is er een maandelijks BHT-overleg, waaraan alle leden van het BHT (generalisten én specialisten) deelnemen. In dit overleg wordt met behulp van de intervisiemethode vastgelopen casussen besproken. De leden van het BHT vinden de aanvulling van een wekelijks verdeeloverleg naast het maandelijkse casuïstiekoverleg een verbetering. De omvang van de groep van het maandelijkse casuïstiekoverleg wordt als te groot ervaren waardoor het overleg weinig diepgang heeft. De intervisiemethode die gebruikt wordt, schrijft voor dat elk lid een vraag over een casus mag stellen. Omdat er niet altijd voldoende informatie vooraf bekend is over een casus worden soms minder relevante vragen gesteld. De opbrengst van de casusbespreking wordt door sommige leden daardoor als beperkt ervaren. Ook is er in deze methode geen plaats voor het bespreken van ondersteuning die in het verleden plaatsgevonden heeft. Deze informatie kan een casus soms ook verder helpen. Aan de andere kant geven de leden wel aan dat de intervisiemethode tot meer structuur in het casuïstiekoverleg heeft geleid. Ook zijn enkele leden van mening dat er (nog) te lang wordt stilgestaan bij sommige casussen, dat zou nog efficiënter mogen. De specialisten zouden meer op de hoogte willen blijven van besproken casussen, zij horen alleen over een casus wanneer deze vastloopt. Het intervisieoverleg is echter niet de juiste plek om deze casussen te bespreken, vinden de leden, omdat het overleg dan nog uitgebreider zal worden. In de gemeente Diemen is de overlegstructuur meer geformaliseerd dan in andere gemeenten in de regio Amstelland-Meerlanden. Dit geldt zowel voor de frequentie als de samenstelling van de overleggen. Een andere mogelijkheid is dat de specialisten niet aan tafel zitten, maar enkel op afroep beschikbaar zijn. Ook zijn er gemeenten waar de frequentie van samenkomst minder is, maar dan zit wel het hele team aan tafel. In de gemeente Diemen is er voor gekozen om wekelijks met een klein deel van het team om tafel te zitten om casussen snel op te kunnen pakken. Alle sociale teams in de regio ervaren dat de tijd die beschikbaar is voor overleg beperkt is en zijn nog zoekende naar een efficiënte manier van overleg. 11/31 EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN Tip: In de gemeente Den Haag werken wijkteams met de online tool Casemind. Dit is een online discussietool, waarbinnen de wijkteamleden voorafgaand aan een casuïstiekoverleg discussiëren over een plan van aanpak. Voordelen die zij ervaren door het gebruik van de tool: • De teamleden komen goed voorbereid naar een casuïstiekoverleg omdat ze het PvA al gelezen hebben. • Iedereen heeft een gelijke stem (fysiek zijn er soms de 'hardste schreeuwers'). • De vergadertijd is in een paar maanden teruggebracht van 8 uur naar 3 uur per maand. Punten waar al online consensus over is, worden tijdens het overleg direct afgestreept. • Huisartsen willen participeren, omdat ze online kunnen meedoen en niet steeds naar overleggen hoeven te komen. • Discussie is puur op basis van argumentatie. • Alle vertegenwoordigde expertises uit de eerste ring (zorg, welzijn, gemeente) kijken altijd online mee bij iedere casus. • Specialisten uit de tweede ring (psycholoog, dementie-expert) en derde ring (vrijwilligers) sluiten aan indien nodig. • Er wordt nog gekeken naar een mogelijkheid om mantelzorgers ook online te betrekken. Aansprakelijkheid De gemeente wordt per 1 januari 2015 eindverantwoordelijk voor de ondersteuning die zij biedt vanuit het BHT. De eisen hiervoor zijn opgenomen in de Jeugdwet en de nieuwe Wmo. De gemeente moet voldoen aan onder meer een informatieplicht, toestemmingsvereiste, klachtenbehandeling, medezeggenschap en zorgen voor een onafhankelijke vertrouwenspersoon. Ook kan de gemeente te maken krijgen met bezwaar en beroep op besluiten die vanuit het BHT worden genomen en met klachten over de leden van het team. Ook het waarborgen van privacy en de Wet bescherming persoonsgegevens behoort tot de verantwoordelijkheden. De uitgangspunten voor aansprakelijkheid kan de gemeente sociaal domein-breed formuleren voor alle diensten die zij bieden, waaronder het BHT. In de tweede helft van 2014 volgt een handreiking van de VNG en nationale ombudsman over hoe gemeenten deze taak kunnen inrichten. Privacy Zoals in de vorige paragraaf aangegeven is privacy een belangrijk aspect in het werk van het BHT. De BHT-leden lopen hier in de praktijk tegenaan. Het is soms onduidelijk wie welke informatie mag verstrekken. De leden zijn hier nog zoekende in, zij willen graag goede afspraken over privacy maken. Ook een organisatie die een melding heeft gedaan loopt tegen de privacy aan. Deze heeft informatie van een vrijwilliger die bij het huishouden betrokken is ontvangen, maar is er door de coördinator van het BHT op gewezen dat dergelijke informatie niet zomaar gedeeld kan worden. De projectleider van het BHT heeft onlangs een offerte opgevraagd 12/31 EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN voor een brede manier van werken bij privacy en gegevensuitwisseling. Hiermee komt er meer duidelijkheid voor de leden van het BHT over dit thema. Tevens kan meer samenwerking leiden tot meer vertrouwen waardoor er onderling beter kan worden omgegaan met de privacy van huishoudens. Het huishouden wordt altijd om toestemming gevraagd om zijn casus in het BHT te bespreken. Op dat moment is het probleem rondom privacy opgelost voor wat betreft de bespreking van de casus in het BHT. 13/31 EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN Hoofdstuk 3 Samenwerking in het team en met andere partijen Het BHT heeft een brede samenstelling waardoor de meeste samenwerking met leden van het eigen team verloopt. Daarnaast zijn er partijen die geen onderdeel uitmaken van het BHT maar een casus hebben gemeld bij het BHT. Vijf van deze professionals die een melding hebben gedaan bij het BHT zijn geïnterviewd over hun ervaringen in de samenwerking met het BHT. Dit betreft een leerplichtambtenaar, een medewerker Kinderkring van de Voedselbank, Vluchtelingenwerk, Jeugdgezondheidszorg (ook als specialist in het BHT) en een basisschool. 3.1 Oordeel over de samenwerking De samenwerking wordt als goed ervaren door de leden van het BHT. De leden hebben veel aan elkaars expertise, de lijnen zijn kort en het besluitvormingsproces gaat vlot. Er is redelijk veel intercollegiale consultatie tussen de leden van het team. Wel bestaat er nog de behoefte om beter van alle organisaties in het BHT te weten wat zij klanten te bieden hebben. De leden realiseren zich dat ze dat nog niet precies van elkaar weten. Betere kennis over elkaars expertise kan de samenwerking nog verder verbeteren. Bij de leden bestaat de behoefte een beter overzicht te hebben van de ondersteuning die organisaties, die behoren tot het BHT, maar ook daarbuiten, kunnen bieden. Met die kennis kunnen zij klanten nog gerichter ondersteunen. Ook uit de evaluaties van de andere gemeenten in de regio Amstelland-Meerlanden komt naar voren dat er behoefte bestaat aan een overzicht van de ondersteuningsmogelijkheden die de verschillende organisaties bieden. In deze gemeenten zijn (ook) nog geen sociale kaarten ontwikkeld. Klanten ervaren dat er goed wordt samengewerkt door de hulpverleners die door hun contactpersoon van het BHT worden ingezet. Zij geven aan dat ze gezamenlijk om de tafel zitten of dat de contactpersoon mee gaat naar de andere hulpverlener. Dat vinden de cliënten prettig en geeft hen vertrouwen. 3.2 Meerwaarde van de samenwerking Korte lijnen Door de samenwerking in het BHT ontstaan er korte lijnen tussen de organisaties, waardoor ze elkaar veel sneller kunnen vinden. Er ontstaan meer informele contacten die de formele lijnen bevorderen. In de praktijk is duidelijk zichtbaar dat de leden van het team snel informatie bij elkaar opzoeken. Dit levert de professionals veel input en inzicht op, ze leren er veel van. Het gebouw, De Brede HOED, waarin veel organisaties gevestigd zijn, draagt ook bij aan de korte lijnen. De klant krijgt zo snel duidelijke informatie. Ook geven enkele leden aan disciplines te betrekken in 14/31 EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN casussen waar ze voor hun deelname aan het BHT niet aan gedacht hadden omdat ze daar niet mee bekend waren. Ook professionals van partijen die geen lid van het BHT zijn, ervaren dat er binnen het BHT korte lijnen zijn. Zij merken dat de samenwerking in een casus daardoor prettig en voortvarend verloopt. Breder kijken De leden van het BHT geven ook aan dat ze gezamenlijk breder naar een casus kunnen kijken dan alleen. Dat is ook een meerwaarde. Door bespreking van een casus in het casuïstiekoverleg wordt tevens voorkomen dat meerdere organisaties ongeveer dezelfde ondersteuning bieden aan één cliënt. De mogelijkheid om breder te kijken in het BHT is voor professionals van partijen die geen lid zijn van het BHT reden geweest om een casus te melden. Zij merkten dat er meer aan de hand was in een casus waar zij bij betrokken waren, maar zijn zelf niet in de gelegenheid om daar wat mee te doen. Zij vinden het prettig dat er een plek is waar zij de casus breder kunnen beleggen. Eén van de geïnterviewden geeft aan dat het prettig is dat er gezamenlijk naar een oplossing gezocht wordt. Voorheen voelde het als vechten tegen de bierkaai, maar nu is er de zekerheid dat een casus overgedragen kan worden en ingebed kan worden in de zorgstructuur. Dat er overkoepelend wordt gekeken en één regisseur/contactpersoon is, wordt door de klant als prettig ervaren. Zij kunnen één iemand aanspreken over al hun vragen en problemen. Ze hebben het gevoel dat er iemand naar ze luistert en dat ze echt geholpen worden. Dat wordt als een groot verschil ervaren met de hulpverlening die zij veelal voor het contact met het BHT ontvingen. De hulpverlening was versnipperd en er was niet altijd vertrouwen in de ingezette hulpverlening. 3.3 Taakverdeling Ten tijde van de tussenevaluatie was de taakverdeling tussen de generalisten en specialisten nog niet helemaal helder. Nu, ongeveer een half jaar later, blijkt de taakverdeling voor beide professionals wel duidelijk. De nieuwe overlegstructuur waarin de generalisten deelnemen aan het verdeeloverleg en de specialisten aanhaken in het maandelijkse BHT-overleg heeft ook bijgedragen aan de duidelijkheid over de rol van ieder in het team. 3.4 Bekendheid BHT bij andere professionals en klanten Vier van de vijf geïnterviewde professionals zijn bekend met het BHT via de coördinator van het BHT. Zij geven aan veel vertrouwen in de coördinator te hebben en zodoende ook de casus te hebben gemeld bij het BHT. Een laatste professional kwam tijdens een bijeenkomst in contact met een BHT-lid en kwamen in gesprek over een casus. Gezamenlijk kwamen zij tot de conclusie dat de casus bij het BHT op de goede plek zou zijn. De voorlichting aan andere professionals waar het BHT ten tijde van de tussenevaluatie mee bezig was, heeft een meerderheid van de geïnterviewde professionals bereikt. Zij wisten allen dat ze de casus bij de coördinator van het BHT konden aanmelden. 15/31 EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN De geïnterviewde klanten zijn ook op de hoogte van het feit dat hun contactpersoon onderdeel uitmaakt van het BHT. Ze weten dat hun casus besproken is met andere hulpverleners in het BHT. Verder begrijpen de klanten niet precies wat het BHT is en wat het doet. Het is een begrip dat geassocieerd wordt aan het gebouw De Brede HOED. Sommige klanten denken dat hun contactpersoon bij het BHT werkt en niet bij een aparte organisatie die onderdeel uitmaakt van het BHT. De coördinator van het BHT is bij meerdere klanten bekend. Zij hebben de ervaring met haar dat als zij iets regelt, het goed gaat. Het vertrouwen in de coördinator en het BHT is daardoor groot. 3.5 Oordeel contact tussen het BHT en andere organisaties De professionals zijn overwegend positief over de samenwerking met het BHT. Ze vinden het BHT en haar leden toegankelijk, wat volgens hen een groot verschil is met andere organisaties, zoals Bureau Jeugdzorg. Ze ervaren dat de casus na de melding snel is opgepakt. Een enkeling heeft persoonlijk nog een toelichting gegeven op de casus in het BHT-overleg. Twee professionals geven aan het prettig te vinden dat in het BHT het totaalplaatje van de casus in kaart wordt gebracht, omdat zij vanuit hun eigen professie alleen maar zicht hebben op een deel van het probleem. De tevredenheid over de terugkoppeling is divers. Twee professionals geven aan dat zij goede en regelmatige terugkoppeling hebben gekregen over de stand van zaken van de casus. Drie professionals geven aan dat dit niet het geval is. Dat zouden ze wel graag willen, zeker omdat het voor twee van hen, leerplicht en jeugdgezondheidszorg, ook voor hun eigen werk van belang is om te weten wat de stand van zaken is. 16/31 EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN Hoofdstuk 4 Resultaten Brede HOED Team In dit hoofdstuk worden de resultaten van het Brede HOED Team besproken. Van januari tot en met april zijn er 29 casussen in het BHT ingebracht. 23 van de 29 casussen zijn opgepakt door medewerkers van het BHT. De overige zes casussen waren al bekend bij Bureau Jeugdzorg (BJAA) en zijn daar naar teruggekoppeld of zijn opgepakt in het lokale veld. Uit onderstaande tabel blijkt dat veel verschillende partijen casussen hebben ingebracht in het BHT. De meeste casussen (4) zijn ingebracht door een basisschool en de Sociale Dienst gevolgd door Altra en Bureau Jeugdzorg (3). Daarnaast komt uit het overzicht van verwijzende instanties naar voren dat het BHT bij veel organisaties bekend is. Tevens valt op dat de meldingen voornamelijk uit de hulpverlening komen en in mindere mate uit voorliggende organisaties, zoals het welzijnswerk. Figuur 4.1 Verwijzende instanties (n=29) Basisschool Sociale dienst Altra Bureau Jeugdzorg Algemeen maatschappelijk werk Bureau Halt Jeugdgezondheidszorg Kinderkring Voedselbank Leerplicht MaDi MEE Opvoedadviseur Opvoedpoli Peuterspeelzaal Politie Spirit Vluchtelingenwerk Woningcorporatie Onbekend 0 1 2 3 4 5 De meeste casuïstiek wordt door het jeugdmaatschappelijk werk, het schoolmaatschappelijk werk en MEE opgepakt. Deze organisaties maken ook onderdeel uit het van het BHT. De overige zes casussen zijn na bespreking buiten 17/31 EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN het BHT om opgepakt door het algemeen maatschappelijk werk, Bureau Jeugdzorg en Vangnet Jeugd. Figuur 4.2 Ontvangende instanties (n=29) Jeugdmaatschappelijk werk Schoolmaatschappelijk werk MEE Algemeen maatschappelijk werk Bureau Jeugdzorg Vangnet Jeugd 0 2 4 6 8 10 12 4.1 Worden huishoudens sneller geholpen? De leden van het BHT zeggen dat ze klanten sneller kunnen helpen omdat zij door de persoonlijke contacten met andere professionals sneller de juiste hulpverlening in kunnen zetten. Ze zoeken elkaar in de praktijk sneller op dan toen zij nog geen gezicht bij een organisatie hadden. Leden hebben ook voorbeelden genoemd van casussen waarin zij in eerste instantie de reguliere weg bewandelden met een cliënt, maar omdat dit te lang duurde in tweede instantie de hulp van een collega-BHT’er hebben ingeschakeld. In deze gevallen konden de klanten aanzienlijk eerder terecht bij de desbetreffende hulpverlening. Volgens één van de geïnterviewde professionals buiten het BHT leidt het samenwerken niet alleen tot snellere ondersteuning, maar ook tot een kwaliteitsverbetering. 4.2 Worden huishoudens effectiever geholpen? Huishoudens worden effectiever geholpen omdat er regie komt op casussen waar deze ontbreekt. Door de brede kijk op een casus, met behulp van het uitgangspunt één huishouden, één plan, kunnen problemen eerder gesignaleerd en opgepakt worden. Ook ervaren de leden dat zij daardoor een betere lijn in de hulpverlening kunnen uitzetten, waardoor de hulpverlening minder versnipperd is. Eén van de professionals die een casus gemeld heeft bij het BHT geeft ook aan dat zij het effect van de regie terugziet in de hulpverlening. Er bleek minder hulpverlening ingezet te hoeven worden en de hulpverlening die ingezet is, is doelgerichter. Voor de Sociale Dienst is de werkwijze ook regelmatig effectiever. Door deelname aan het BHT krijgen zij informatie over huishoudens die zij niet van de cliënten zelf ontvangen waardoor zij ook efficiënter en effectiever kunnen werken. Zowel enkele BHT-leden als professionals van andere organisaties benoemen echter ook dat de problematiek in bepaalde casussen zodanig is dat vooruitgang 18/31 EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN moeilijk te bewerkstelligen is. In deze casussen gaat het vooral om het voeren van regie en ‘een vinger aan de pols houden’ waarmee voorkomen moet worden dat er nieuwe crisissen ontstaan. Een structurele oplossing kan in deze casussen veelal niet verwacht worden. De vraag rijst of deze casussen in het BHT behouden moeten worden of elders opgepakt kunnen worden. 4.3 Worden huishoudens op een vernieuwende manier geholpen? De manier van werken in het BHT met diverse disciplines is nieuw. Er wordt een huisbezoek afgelegd en breed gekeken naar alle leefgebieden. Er wordt gewerkt met de zelfredzaamheidsmatrix, zij het op verschillende manieren. Tenslotte wordt er een plan van aanpak opgesteld gericht op alle leefgebieden waar problemen worden ervaren. Een enkel BHT-lid geeft aan dat zij disciplines inzet waar zij voor deelname aan het BHT niet bekend mee waren. Ook spreekt een toenemend aantal leden het netwerk van een huishouden aan bij het vinden van een oplossing. Het plan van aanpak komt echter nog veelal uit de koker van het betreffende BHT-lid. Hierin zou nog meer geanticipeerd kunnen worden op problemen in disciplines waar zij nog minder kennis van hebben. De leden geven ook aan dat ze niet weten hoe zij tot vernieuwende oplossingen kunnen komen en zijn niet goed bekend met de mogelijkheden. Bijvoorbeeld ondersteuning door vrijwilligers wordt nog nauwelijks ingezet als oplossing en ook het welzijnswerk is nog een blinde vlek voor de leden. De mindset van de professionals is nog voornamelijk gericht op hulpverlenen en nog minder gericht op participatie. Er is in de praktijk daardoor nog nauwelijks sprake van vernieuwende oplossingen. Dat is een volgende stap in de ontwikkeling van het BHT en moet nog verder ontwikkeld worden. Op termijn staan er trainingen voor de leden van het BHT gepland over het aanbod in de gemeente en het afsluiten en afschalen van een casus. Anderzijds is het vanuit beleid van belang dat er meer gestuurd gaat worden op vernieuwende oplossingen in de subsidierelatie zodat alle organisaties binnen de gemeente op een vernieuwende wijze gaan werken. Tenslotte kan de koppeling naar de eigen kracht van burgers vaker gemaakt worden. Daarentegen moet de casuïstiek zich ook lenen voor een meer vernieuwende werkwijze. Er wordt benoemd dat huishoudens met deze methode weliswaar effectiever geholpen kunnen worden, maar er wordt geconstateerd dat de oplossingen nog weinig vernieuwend zijn en er in mindere mate van voorliggende voorzieningen gebruik wordt gemaakt. Er wordt daarentegen veel tijd door professionals aan overleg besteed. Zowel leden van het BHT als professionals van andere organisaties vragen zich daarom af of het BHT op dit moment al kostenbesparend is. 4.4 Tevredenheid van de klant De geïnterviewde klanten geven aan erg tevreden te zijn over het contact met hun contactpersoon en de ingezette ondersteuning. Over het algemeen hebben de huishoudens een goede klik met hun contactpersoon. Het wordt prettig gevonden 19/31 EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN dat zij alles met hun contactpersoon kunnen bespreken en dat ze goed begrepen worden. Het is een voordeel dat de contactpersoon hun hele verhaal kent en dat merken ze ook aan de hulpverlening die in overleg ingezet wordt. Een enkele keer verloopt de ingezette hulpverlening niet naar wens, in die gevallen gaat de contactpersoon er achteraan of regelt wat anders. De klanten vinden het prettig dat de hulpverlening in overleg met hen stapsgewijs ingezet wordt. Dat helpt hen weer overzicht te krijgen in de eigen situatie. De klanten voelen zich over het algemeen goed geholpen door de ondersteuning en adviezen die zij ontvangen, al geven veel van hen aan dat zij nog aan het begin van de oplossing staan. Dat is opvallend omdat de meeste klanten al een lange geschiedenis van hulpverlening hebben. Enkele klanten geven aan dat hun problemen - ondanks eerdere hulpverlening - opgestapeld zijn en dat echte hulp laat komt. De klanten zeggen dat hun problemen nu eindelijk op een goede manier worden aangepakt en ervaren dat zij stapsgewijs vooruitkomen. Ondanks slechte ervaringen met hulpverlening uit het verleden hebben de klanten vertrouwen in hun contactpersoon en de werkwijze van het BHT. De eerste tekenen van verbetering bevestigen het vertrouwen dat zij hebben in het BHT. Uit meerdere interviews komt het signaal naar voren dat de klanten zouden willen dat de financiële problemen sneller aangepakt worden. In sommige gevallen is dit tijdelijk geparkeerd om eerst aan andere problemen te werken of is er een andere instantie (bijvoorbeeld Sociaal Raadslieden) opgezet, maar wordt het in de ogen van de klant niet snel genoeg opgepakt. De klanten hebben grote zorgen over hun financiële en administratieve problemen, daarom vinden ze het belangrijk dat deze problemen sneller opgelost worden. Oplossingen met behulp van eigen kracht of het netwerk worden nog weinig gevonden. De klanten geven aan dat de contactpersoon wel met hen besproken heeft welke dingen zij zelf kunnen doen en of er mensen in de omgeving zijn die kunnen helpen. Veelal is de problematiek nu nog te groot om hulp van de omgeving in te zetten. In enkele gevallen maakt de omgeving onderdeel van de problematiek uit of willen klanten niet dat hun omgeving bij hun problematiek betrokken wordt. De volgende quote van een cliënt is illustratief voor de ervaringen van veel van de geïnterviewde cliënten met het BHT: ‘De hulp is precies wat wij nodig hebben. Er wordt orde op zaken gesteld. We hebben nog een lange weg te gaan, maar we hebben er weer vertrouwen in.’ 20/31 EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN Hoofdstuk 5 Het Brede HOED Team in de praktijk: drie businesscases Met behulp van drie leden van het BHT zijn drie businesscases tot stand gekomen waarin de werkwijze van het BHT in de praktijk beschreven wordt. In onderstaande businesscases wordt een beeld gegeven van de casussen waar het BHT mee te maken heeft, de oplossingen die tot stand komen, de tijdsinvestering en de effecten van de werkwijze door het BHT, afgezet tegen de werkwijze indien het BHT er niet was geweest. 5.1 Casusbeschrijving 1 Melding Het kind is onderbehandeling van een medisch specialist. Op basis van observaties is contact gelegd met het Ouder en Kind Centrum (OKC). Het OKC heeft naar aanleiding van deze vraag een melding bij het jeugdmaatschappelijk werk van Spirit gedaan over deze patiënt. De jeugdmaatschappelijk werker van Spirit maakt onderdeel uit van het Brede Hoed Team (BHT) en voert de regie over deze casus. Proces De casusregisseur is op bezoek gegaan bij het gezin. Uit dat gesprek bleek dat er veel meer problemen speelden dan alleen het heftige gedrag van het kind. Er bleken onder meer financiële, relationele en opvoedingsproblemen te zijn. Er was nog een andere huisgenoot, geen lid van het gezin, die vanwege problemen een druk op het gezin legde. De ouders waren voorzichtig in het contact met de jeugdmaatschappelijk werker. Om beter contact te krijgen heeft de casusregisseur zich daarom eerst op de financiële problemen gericht. De volgende ondersteuning is in samenspraak tussen de casusregisseur en de leden van het gezin ingezet: Eigen kracht: • De vader heeft de administratie overgenomen van de moeder die dat niet meer aankon. Met wat aanmoediging van de casusregisseur gaat de vader nu zelf naar de schuldhulpverlening toe. Voorliggende voorzieningen: • Er is een vrijwilliger van Humanitas ingezet voor administratieve ondersteuning. • Er is een ouderenadviseur ingezet die andere woonruimte voor het andere lid van het huishouden heeft geregeld en hem in de verhuizing begeleid heeft. • Er is een vrijwilliger geregeld die als maatje voor dit lid van het huishouden fungeert omdat hij niet meer bij het gezin woont. Eerstelijnsvoorzieningen: • Er heeft toeleiding naar schuldhulpverlening plaatsgevonden. 21/31 EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN • De moeder wilde weg uit het gezin, maar was bang gevaar te lopen als ze weg zou gaan. De casusregisseur heeft samen met de moeder contact gezocht met het Steunpunt Huiselijk Geweld (SHG). Er hebben vervolgens gesprekken plaatsgevonden met de vader erbij. Tweedelijnsvoorzieningen • Er is relatietherapie ingezet via De Waag. • De problematiek van de jongen bleek te groot voor de casusregisseur.. Daarom is Project aan Huis ingeschakeld, dat intensieve ambulante gezinsbehandeling in de thuissituatie biedt aan gezinnen met psychiatrische en meervoudige problematiek of ernstige psychosociale problematiek. Zonder BHT De casusregisseur geeft aan dat zij zonder deelname aan het BHT waarschijnlijk niet op het idee zou zijn gekomen om een ouderenadviseur in te schakelen voor de opa in het gezin. Ook het contact met het Steunpunt Huiselijk Geweld (SHG) verliep vlotter vanwege haar contacten in het BHT. In eerste instantie heeft de casusregisseur via de reguliere weg contact gezocht met het SHG. Zij konden de week erna een afspraak krijgen. Dat duurde te lang gezien de ernst van de situatie. Vervolgens heeft de casusregisseur gebeld met het SHG in Diemen via haar contact bij het BHT. Daarop konden ze al na twee dagen terecht met als bijkomend voordeel dat de locatie van het gesprek dichtbij was. Ook Project aan Huis kon sneller ingezet worden omdat de casusregisseur de hulpverleners van de organisatie persoonlijk kent. Tijdsbesteding De casusregisseur is inmiddels 16 weken betrokken bij dit gezin. In deze periode is 26 uur ingezet aan huisbezoeken. Aanvullend is er gemiddeld één tot anderhalf uur per week tijd besteed aan het regelen van hulpverlening. Geschatte kosten inzet BHT-lid tot zover: 46 uur ondersteuning * uurtarief van € 65,- = € 2.990,-. Effecten met en zonder het BHT Effect cliënt Het gezin heeft één contactpersoon waarmee in overleg bepaald wordt welke hulpverlening in welke volgorde wordt ingezet. Er is in eerste instantie ingezet op de problemen rondom het kind. Zo is er schuldhulpverlening ingezet, heeft opa eigen woonruimte gekregen en wordt er gewerkt aan de relationele problemen van zijn ouders. De vader is, met wat hulp, nu in staat om zelf de geldproblemen aan te pakken. Doordat er aan de problemen van de ouders gewerkt wordt, ontstaat er zo langzamerhand ruimte bij hen om zich te kunnen gaan richten op de problemen van hun kind. Dat is een belangrijk resultaat. Om te onderzoeken waar het heftige gedrag van het kind vandaan komt, is nu Project aan Huis ingezet. 22/31 EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN Maatschappelijk effect Het gezin kon sneller geholpen worden bij het Steunpunt Huiselijk Geweld en Project aan Huis omdat de casusregisseur de hulpverleners van deze organisaties persoonlijk kent. Anders was er sprake van een langere wachttijd, dat zeker in het geval van het SHG niet wenselijk was gezien de thuissituatie. Ook kon er gerichte ondersteuning voor het andere lid van het huishouden ingezet worden omdat de casusregisseur bekend was met de ouderenadviseur. Deze ondersteuning had zonder het BHT niet plaatsgevonden. Er heeft hierdoor gerichtere hulpverlening kunnen plaatsvinden. Effect professionals De casusregisseur vindt het prettig dat duidelijk is dat de regie in deze casus bij haar ligt. Zonder het BHT zou zij geen regiehouder zijn geweest, hiervoor lag de regie veelal bij Bureau Jeugdzorg. Ze had als jeugdmaatschappelijk werker dan minder goed zicht op de ingezette hulpverlening. Zij heeft de casus ook ingebracht in het casuïstiekoverleg van het BHT middels intervisie. De adviezen die zij kreeg van andere professionals hielpen haar nadenken over de volgende stappen die ze wil ondernemen in deze casus. Dankzij het BHT kwam zij op nieuwe ideeën en kon zij de benodigde hulpverlening sneller inzetten. Zonder het BHT had ze al het denkwerk in deze casus zelf moeten doen. Door het meedenken en de suggesties van andere BHT-leden is ze gesterkt in het idee dat de juiste hulpverlening wordt ingezet in dit gezin. 5.2 Casusbeschrijving 2 Melding Een jongere is bij Bureau Halt terechtgekomen vanwege een winkeldiefstal. In het contact met Bureau Halt bleek dat zijn leven op meerdere terreinen moeizaam verloopt. Hij gaf zelf aan hulp nodig te hebben. Zodoende heeft Bureau Halt de jongere doorverwezen naar Altra. De medewerker van Altra is lid van het Brede Hoed Team (BHT) en voert de regie in deze casus. Proces De casusregisseur heeft in een gesprek geïnventariseerd waar de jongere moeilijkheden mee heeft. De jongen heeft een contactstoornis en is hoogbegaafd. Hij had zelf al aangegeven dat hij het niet redt op school en behoefte heeft aan structuur. De problematiek bleek na inventarisatie echter groter. Zo bleek dat hij amper nog naar school ging en bovendien agressief gedrag vertoont, moe en depressief is. Ook bleek zijn gezinssituatie moeilijk De casusregisseur heeft geïnventariseerd welke professionals nog meer betrokken waren bij de jongen en het gezin. In overleg met de moeder en de zoon heeft er een bijeenkomst plaatsgevonden waarin samen met de school, De Bascule (academisch centrum voor psychiatrische zorg) en de schoolarts een plan voor de jongen is opgesteld. De volgende ondersteuning is naar aanleiding van deze bijeenkomst in gang gezet: 23/31 EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN Eigen kracht: • Oma blijkt een belangrijk persoon voor de jongen. Zij is de enige van wie hij sturing accepteert. Er is afgesproken dat hij tot het einde van het schooljaar bij haar gaat wonen. • Van oma gaat hij leren om zelf meer verantwoordelijkheid te nemen. • In overleg met de school en met advies van de schoolarts en De Bascule is er een apart schoolrooster voor hem gemaakt waarin de schoolgang weer opgebouwd wordt. Voorliggende voorzieningen: • De huisarts heeft de jongen nogmaals onderzocht. Er waren op dat moment geen fysieke oorzaken van de vermoeidheid aanwijsbaar. De huisarts heeft toegezegd deze klachten in de gaten te houden en sneller over te gaan tot het doen van onderzoeken. Hiervan houdt hij de hulpverlener op de hoogte. Tweedelijnsvoorzieningen: • Inmiddels ontvangt de jongen individuele begeleiding van een hulpverlener van de Bascule. Zij zal hem meer uitleg geven over zijn beperking door zijn contactstoornis en wat dit voor hem betekent. Dit naar aanleiding van de vraag van de jongen. Verder zal ze hem stimuleren om meer eigen verantwoordelijkheden te nemen. Zonder BHT Voor de casusregisseur is deze werkwijze niet nieuw. Ze geeft aan dat ze voor haar deelname aan het BHT ook al op deze manier te werk ging. Ze is gewend bij een nieuwe casus te inventariseren welke hulpverleners er al bekend zijn met de casus om vervolgens te kijken welke ondersteuning nodig is op basis van de geïnventariseerde informatie. Tijdsbesteding De casusregisseur heeft begin 2014 het eerste contact gehad met de jongere. Sinds die tijd had zij tot maart bijna wekelijks contact met hem, wat neer kwam op ongeveer één tot anderhalf uur per week. In maart heeft de netwerkbijeenkomst plaatsgevonden waarin een ondersteuningsplan voor de jongen is vastgesteld. Sinds die tijd is het contact minder intensief en houdt ze vinger aan de pols, dat kost haar ongeveer een half uur per week. De verwachting is dat het contact na de zomer, als hij weer thuis gaat wonen, tijdelijk weer intensiever zal zijn om hem te begeleiden naar zelfstandigheid en structuur in zijn leven. Geschatte kosten inzet BHT-lid tot zover: 22 uur ondersteuning * uurtarief van € 65,- = € 1.430,-. Effecten met en zonder het BHT Effect cliënt De jongere heeft met behulp van de casusregisseur en de andere betrokken professionals een plan op kunnen stellen om het naar school gaan weer op te bouwen en structuur in zijn leven te brengen. Dit plan is helemaal op maat gemaakt. 24/31 EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN Een groot deel van de oplossing is de tijdelijke opvang door oma. En het aangepaste schoolrooster heeft ertoe geleid dat hij volgens afspraak weer naar school gaat. Omdat het zo goed gaat, is het rooster zelfs al weer aangepast en wat intensiever gemaakt. Het maatwerk heeft ertoe geleid dat hij zich aan de gemaakte afspraken kan houden en ook weer beschikt over een normaal dag- en nachtritme. Maatschappelijk effect Het ondersteuningsplan is tot stand gekomen in samenspraak met de jongere zelf, zijn familie en betrokken professionals. Hierdoor was maatwerk mogelijk dat goed aansluit op de wensen en mogelijkheden van de jongere zelf. Er bleek een groot beroep op oma gedaan te kunnen worden voor opvang en dagelijkse begeleiding. Hierdoor kan het contact met de hulpverlening tijdelijk minder intensief zijn. Tevens is de verwachting dat de hulpverlening op termijn afgesloten kan worden. Effect professionals Door andere betrokken personen en hulpverleners uit andere disciplines bij elkaar te roepen kon de casusregisseur komen tot een ondersteuningsplan op maat voor de jongere, waarin een groot deel van de oplossing was gelegen in het netwerk van de jongen. De gevonden oplossing is relatief dichtbij en laagdrempelig. De casusregisseur hoeft daardoor op dit moment alleen vinger aan de pols te houden. Voor de casusregisseur was deze werkwijze niet nieuw. Mogelijk is het voor de andere betrokken professionals wel een nieuwe werkwijze waarmee zij een positieve ervaring hebben kunnen opdoen. 5.3 Casusbeschrijving 3 Melding Vluchtelingenwerk heeft de casus gemeld bij het Brede Hoed Team (BHT) vanwege zorgen over de twee jongste kinderen. Vluchtelingenwerk heeft aangegeven dat er op meerdere manieren hulpverlening is gezocht voor beide kinderen. De vader heeft een posttraumatische stressstoornis waardoor hij mat is in zijn communicatie en weinig emotie toont. Ondanks dat hij een appel op hulpverlening doet, blijkt de uitwerking daarvan in de praktijk lastig omdat het moeilijk is om met hem in contact te komen. Proces De melding is in het BHT besproken. Algemeen maatschappelijk werk bleek al contact te hebben met het gezin, maar kwam niet verder. Omdat bekend was dat communicatie met de vader moeizaam verliep, is ervoor gekozen om naast de maatschappelijk werker ook een medewerker van MEE en van GGD Vangnet & Advies aan te laten sluiten bij het gesprek met de vader om door te spreken wat zijn vragen zijn. Hieruit bleek dat meneer vastliep, zowel financieel als in zijn verantwoordelijkheden voor werk en gezin. Het gezin leeft van de bijstand. Na het gesprek bleek de klik tussen de vader en de medewerker van MEE het grootst waardoor besloten is dat zij de regie zou nemen over de casus. Er heeft een huisbezoek plaatsgevonden waarin met de vader besproken is welke ondersteuning nodig is. De volgende ondersteuning is ingezet: 25/31 EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN Eigen kracht: • Geen Voorliggende voorzieningen: • Vrijwilliger ingezet om te ondersteunen bij de administratie. • Voor de jongste twee kinderen is vroeghulp ingezet. In eerste instantie alleen voor het één na jongste kind maar doordat het gezin breed in beeld is, krijgt ook het jongste kind vroeghulp. • De casusregisseur heeft ervoor gezorgd dat de uitkering van de vader niet stopgezet is omdat hij zijn verplichtingen bij de sociale werkplaats niet nakomt. • Er is geregeld dat de kinderen op een sport kunnen met behulp van de participatiekosten die de gemeente Diemen hiervoor beschikbaar stelt. Tweedelijnsvoorzieningen: • De vader heeft psychiatrische klachten. De praktijkondersteuner heeft de vader eerder doorgestuurd naar Punt P, daar is hij eenmaal geweest, maar dit heeft niets opgeleverd. De casusregisseur heeft psychologische ondersteuning geregeld die beter aansluit bij zijn achtergrond. Het duurde lang voordat meneer hier terechtkon. Inmiddels is hij hier onder begeleiding van de casusregisseur twee keer geweest. Het aanbod sluit niet goed aan bij de persoon, maar de casusregisseur probeert hierin de schakel te zijn. • Er is geconstateerd dat er ook problematiek als gevolg van de emotieloosheid van de vader doorspeelt in de opvoeding. Hiervoor wordt thuisondersteuning vanuit de psychiatrie ingezet. Zonder BHT Zonder het BHT waren er geen drie hulpverleners met de vader in gesprek gegaan om na te gaan waar zijn ondersteuningsvraag ligt. De vader werd niet goed geïnterpreteerd door hulpverleners vanwege zijn posttraumatische stressstoornis. Concreet zou hij hierdoor zijn uitkering verliezen doordat hij zijn verplichtingen bij de sociale werkplaats niet nakwam. De casusregisseur heeft dit kunnen voorkomen door bij de Sociale Dienst in gesprek te gaan met zijn participatiecoach en werkcoach over zijn situatie en de ondersteuning die momenteel ingezet wordt om de problemen te verkleinen. De vader was ook niet op de hoogte van de gemeentelijke regelingen, waardoor zijn kinderen geen sport hadden kunnen beoefenen. Tevens is er door de brede aanpak nu aandacht voor de ontwikkeling van alle kinderen in het gezin, terwijl de melding in eerste instantie alleen gericht was op de jongste twee kinderen. Tot slot zou de vader zich waarschijnlijk onmachtig blijven voelen omdat hulpverlening keer op keer op niets uitliep doordat hij verkeerd begrepen werd. Het deed de vader goed dat ze met een breder gezelschap met hem in gesprek gingen om te bekijken met welke vragen hij zit. Tijdsbesteding Sinds oktober 2013 tot mei 2014 is er gemiddeld twee uur per week besteed aan deze casus. De casusregisseur geeft aan dat in deze casus de regie voorlopig nog niet bij het gezin zelf belegd kan worden. Verwacht wordt dat er over een langere 26/31 EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN periode hulpverlening nodig blijft, mede omdat de hulpverlening stapsgewijs ingezet moet worden in dit gezin. Geschatte kosten inzet BHT-lid tot zover: 60 uur ondersteuning * uurtarief van € 65,- = € 3.900,-. Effecten met en zonder het BHT Effect cliënt De methode om met meerdere professionals met de vader van het gezin in gesprek te gaan heeft goed gewerkt. De vader voelde zich serieus genomen en krijgt weer meer vertrouwen in de hulpverlening. Hierdoor zijn stappen gemaakt die voorheen nog niet gelukt waren, zoals zijn bezoek aan de psycholoog. Vermoedelijk was het gezin in grote problemen gekomen indien zijn uitkering stopgezet zou worden. Door interventie van de casusregisseur heeft dit voorkomen kunnen worden. Ook is er aandacht voor de ontwikkeling van alle kinderen in het gezin. Zonder het BHT zou deze in eerste instantie alleen gericht zijn geweest op de jongste twee kinderen. Maatschappelijk effect De interventie van de professionals heeft ertoe geleid dat de vader van het gezin weer hulpverlening accepteert en de kinderen ondersteund kunnen worden. Dit draagt bij aan het voorkomen van ergere problematiek van de kinderen op latere leeftijd. Effect professionals De professionals hebben ruimte ervaren om buiten de kaders te denken en daardoor een doorbraak in de ineffectieve hulpverlening van het gezin kunnen bewerkstelligen. Ook wordt ervaren dat het mogelijk is om kleine stappen te kunnen zetten met het gezin zonder dat tijd en regels hen tegenwerken. De casusregisseur ervaart mandaat vanuit de gemeente Diemen en steun van professionals uit andere disciplines om dit gezin gezamenlijk op weg te helpen. 27/31 EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN Hoofdstuk 6 Conclusies en perspectieven De eindevaluatie heeft ongeveer zes maanden na de tussenevaluatie plaatsgevonden. Het BHT bestaat nu bijna een jaar. Sinds de tussenevaluatie zijn weer belangrijke stappen gezet en de eerste resultaten zijn zichtbaar. In dit hoofdstuk worden de onderzoeksvragen beantwoord. De werkwijze van het BHT is een ‘lerend proces’. De genoemde perspectieven kunnen bij de doorontwikkeling van het BHT behulpzaam zijn. 6.1 Verloopt de organisatie van het Brede Hoed Team zoals gewenst (het proces)? De werkwijze van het BHT is sinds de start in ontwikkeling en wordt al doende aangepast. Er zijn al veel stappen daarin gemaakt. Zo is de samenstelling van het team uitgebreid met nog ontbrekende disciplines, is de overlegstructuur effectiever en efficiënter ingericht en is het functieprofiel van de leden van het BHT en de positionering van het team in de praktijk verduidelijkt. Ook wordt er gewerkt aan de registratie (ICT-systeem) en de aansturing van het team. Onderdelen die nog verder doorontwikkeld kunnen worden, zijn de plannen van aanpak (integraler), een eenduidige hantering van de zelfredzaamheidmatrix en het zichtbaar maken van resultaten (monitoring). Verder is het van belang consensus te bereiken over het afsluiten van een casus en het organiseren van nazorg. Kwaliteitsbewaking en aansprakelijkheid zijn tevens nog thema’s die aandacht moeten krijgen. Hieronder worden enkele perspectieven gegeven met betrekking tot het proces. Terugkoppeling en reflectie De procedure rondom terugkoppeling kan beter. Vragen als “Wanneer wordt een casus afgesloten? Hoe lang blijft de deelnemer van het BHT verantwoordelijk?” zijn nog niet geheel duidelijk. Juist als dit bekend is en gecommuniceerd wordt in het team kan er ruimte komen voor reflectie van de handelswijze van het team. Hiermee wordt het leereffect gaandeweg vergroot. Ook zijn uitgangspunten hiervoor van belang voor monitoring en het in kaart brengen van de effecten van de werkwijze van het BHT. Een efficiënte werkstructuur De splitsingen in de overlegstructuur worden als positief ervaren. Bekijk nu gezamenlijk op welke manier het maandelijkse intervisieoverleg nog efficiënter zou kunnen verlopen en tegelijkertijd de gewenste handvaten oplevert. Een eenduidige informatievoorziening vooraf over een casus kan daarbij behulpzaam zijn. Inventariseer ook hoe de informatiebehoefte van specialisten over besproken casussen georganiseerd kan worden. 28/31 EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN Aansturing Het is van belang om tijdens deze opstartende fase na te denken hoe de gemeente de rol van projectleider en coördinator in het BHT in de toekomst wil vormgeven en borgen. Registratiesysteem Zorg op korte termijn voor een goed werkbaar registratiesysteem. Het evalueren van de doelen van het BHT en breder voor het sociale domein is van registratie afhankelijk. Tevens hebben de leden van het BHT aangegeven efficiënter te kunnen werken met een registratiesysteem. 6.2 Wat zijn de directe opbrengsten en beantwoorden ze aan de verwachtingen (output)? Van januari tot en met april 2014 zijn er 29 casussen in het BHT ingebracht. 23 van de 29 casussen zijn opgepakt door medewerkers van het BHT. De meeste casussen (4) zijn ingebracht door een basisschool en de Sociale Dienst, gevolgd door Altra en Bureau Jeugdzorg (3). Daarnaast blijkt dat het BHT al bij veel organisaties bekend is. Meldingen komen nog wel voornamelijk uit de hulpverlening en in mindere mate uit voorliggende organisaties, zoals het welzijnswerk. De meeste casuïstiek wordt door het jeugdmaatschappelijk werk, het schoolmaatschappelijk werk en MEE opgepakt. Deze organisaties maken ook onderdeel uit van het BHT. Zes casussen zijn na bespreking buiten het BHT om opgepakt door het algemeen maatschappelijk werk, Bureau Jeugdzorg en Vangnet Jeugd. De leden van het BHT geven aan dat de samenwerking een belangrijke opbrengst is van het BHT. Door elkaar persoonlijk te leren kennen, zijn de lijnen tussen de organisaties korter geworden. Hierdoor nemen zij sneller contact met elkaar op. Ook leren ze van elkaars expertise. Zo is er sneller een breed beeld van de klant en wordt vaker gedacht aan het inzetten van hulpverlening van een andere discipline. Optimaliseer de samenwerking De eerste stappen zijn gezet; de leden van het BHT hebben elkaar beter leren kennen waardoor de lijnen korter zijn en zij elkaar meer opzoeken. Een volgende stap is om deze samenwerking ook door te laten werken in het plan van aanpak. Om zo tot echte integrale ondersteuning te komen in de behandelplannen waarbij de diverse organisaties delen van de ondersteuning bieden. Privacy blijkt daarnaast nog een belemmering te zijn voor samenwerking, vaak met derde partijen. Bespreek gezamenlijk op welke wijze deze belemmeringen het beste opgeheven kunnen worden of zo min mogelijk belemmerend kunnen werken om nog meer en intensievere samenwerking te bereiken. Maak onderling afspraken over het delen van informatie. Spreek af welke informatie over een casus wel en niet met elkaar gedeeld wordt. Werk aan een sociale kaart Uit de evaluatie komt naar voren dat de leden van het BHT behoefte hebben aan een overzicht van welke ondersteuning de organisaties in Diemen aanbieden (zowel 29/31 EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN organisaties die deel uitmaken van het BHT als andere organisaties). Eén van de leden heeft voorgesteld om een klein deel van het maandelijkse overleg te gebruiken om elkaar te vertellen over de expertise van de eigen organisatie. Door het notuleren van deze informatie kan er na verloop van tijd een overzicht gemaakt worden, een soort sociale kaart. Betrek daar ook nadrukkelijk de mogelijkheden op het gebied van welzijn en vrijwilligerswerk bij. Deze informatie kan vervolgens ook weer gedeeld worden met organisaties die naar het BHT verwijzen, zodat zij ook beter voor ogen hebben waarvoor zij bij het BHT terechtkunnen. 6.3 Wat zijn de effecten op ondersteunde huishoudens en in hoeverre worden hiermee de gestelde doelen bereikt (outcome)? De werkwijze van het BHT levert voor de huishoudens in eerste instantie vertrouwen op. Veel huishoudens kennen een verleden van hulpverlening zonder voor hen zichtbare resultaten. Het wordt prettig gevonden dat er één contactpersoon is die in overleg vaststelt welke ondersteuning nodig is en dat voor hen regelt. Opvallend is dat veel van de geïnterviewde cliënten benoemen dat zij ondanks hun verleden van hulpverlening nu aan het begin van de oplossing staan. Door de eerste positieve stappen die zijn gezet krijgen zij weer beter overzicht op hun situatie en hebben zij het vertrouwen dat ze (dit keer echt) vooruit gaan komen. Financiële problemen blijken een zware dobber te zijn voor de huishoudens. Ze zouden dan ook graag zien dat deze problemen eerder en sneller worden aangepakt dan tot nu toe het geval is. Nu het BHT bijna een jaar operationeel is, kunnen we stellen dat al een deel van de gestelde doelen wordt bereikt. De huishoudens ervaren in de ondersteuning door het BHT dat hun vraag leidend is bij het zoeken naar oplossingen. In toenemende mate worden huishoudens integraal ondersteund, dit is een leerproces bij de leden van het BHT. Indien mogelijk wordt de eigen kracht of het netwerk ingezet, maar dit is niet altijd het geval. Er wordt nog in beperkte mate gebruikgemaakt van voorliggende voorzieningen. Aandacht voor financiële problemen Oplossen van financiële problemen kost tijd en er spelen vaak problemen op andere terreinen die ook belangrijk zijn om snel op te pakken. Besteed in een intervisieoverleg aandacht aan dit onderwerp en bespreek op welke wijze huishoudens sneller op weg geholpen kunnen worden met het op orde brengen van hun financiën of hoe zij beter inzicht kunnen krijgen in wat er gedaan wordt om deze problemen aan te pakken. 6.4 Tot slot: Wat levert het BHT in de gemeente Diemen op? Concluderend kunnen we op basis van deze evaluatie stellen dat de werkwijze van het BHT ervoor zorgt dat huishoudens sneller de juiste ondersteuning krijgen. Er vindt regie op een casus plaats waardoor de ondersteuning effectiever kan worden ingezet en er minder versnippering van hulpverlening plaatsvindt. Vernieuwende oplossingen en de inzet van de eigen kracht of het netwerk van de cliënt zijn nog 30/31 EINDEVALUATIE BREDE HOED TEAM - GEMEENTE DIEMEN beperkt (en wordt door de cliënt ook niet altijd als oplossing ervaren), maar er is door de BHT-leden wel in toenemende mate oog voor andere disciplines waardoor gerichtere oplossingen kunnen worden ingezet. Deze stap kan gezet worden in de verdere ontwikkeling van het BHT. Vernieuwing in de oplossingen Kijk bij de casuïstiek vaker hoe je de burgers in hun eigen kracht kunt zetten en hoe je hun zelfredzaamheid vergroot. Bespreek hoe de organisaties elkaar kunnen versterken om te komen tot echte integrale plannen van aanpak. Probeer laagdrempelige oplossingen in de wijk onderdeel te maken van de plannen van aanpak als dit mogelijk is. Bijvoorbeeld door ervaringen te delen zodat de leden meer handvatten krijgen om dergelijke oplossingen te vinden. 31/31
© Copyright 2024 ExpyDoc