BOA Feitenblad - Leiden in cijfers

Beleidsonderzoek & Analyse
BOA
Feitenblad
draagt bij aan de kwaliteit van beleid en besluitvorming
Leiden in de Atlas voor gemeenten 2014
Samenvatting
Dit jaar is het thema van de Atlas ‘Economie & Arbeidsmarkt’. Hieraan is in dit feitenblad een aparte
paragraaf gewijd. Het beeld van Leiden dat hieruit naar voren komt is dat van een hoogopgeleide stad
met een groeiende werkgelegenheid en een relatief lage werkloosheid. De kans op werk binnen een
acceptabele reistijd is redelijk groot. Veel jongeren zijn kansrijk: het aandeel geslaagden in het voortgezet
onderwijs met een HAVO- of VWO-diploma is hoog. De arbeidsongeschiktheid is laag. Het aandeel
laaggekwalificeerde banen is gering.
De Atlas voor Gemeenten vergelijkt al 16 jaar de 50 grootste stedelijke gemeenten in Nederland op een
groot aantal punten. De woonaantrekkelijkheid, de sociaal-economische positie en hun onderliggende
indicatoren worden jaarlijks berekend en vormen de kern van de Atlas.
e
Leiden is een aantrekkelijke woonstad met een 9 positie. Een stad is aantrekkelijk om te wonen als er
veel voorzieningen zijn, maar bijvoorbeeld ook de bereikbaarheid van banen en het soort woningen speelt
mee. Wat Leiden mede helpt om hoog te scoren op woonaantrekkelijkheid is de aanwezigheid van de
universiteit
e
De sociaal-economische positie van Leiden zit sinds een paar jaar in de lift: 8 positie. Vanaf 2006
e
daalde Leiden op deze index tot een 18 plaats in 2011. Maar sinds 2012 is er weer een stijging met een
e
e
13 positie in 2012 en in 2014 staat Leiden dus op de 8 plaats.
Positie Leiden
2011
2012
2013
2014
Beste
9
9
11
9
Beste
18
13
9
8
Index
Betekenis nummer 1
Woonaantrekkelijkheidsindex
Sociaal-economische index
Dit en de onderliggende factoren wordt in dit Feitenblad verder toegelicht.
Wat is de Atlas voor Gemeenten?
e
In de Atlas voor Gemeenten worden nu voor de 16 keer de 50 grootste gemeenten van Nederland op een
aantal punten met elkaar vergeleken. De Atlas is hiermee een leuk instrument om de positie van de eigen
gemeente te relateren aan andere grote gemeenten. De meeste gegevens in de Atlas voor Gemeenten
2014 zijn uit 2013. De positionering van de gemeenten is altijd relatief ten opzichte van de scores van de
overige 49 gemeenten.
De woonaantrekkelijkheid, sociaal-economische positie en hun onderliggende
indicatoren worden jaarlijks berekend. Voor het overige geldt dat een deel van de
indicatoren jaarlijks terugkomt en dit maakt de Atlas voor Gemeenten beperkt
bruikbaar voor een vergelijking in de tijd. Daar staat tegenover dat jaarlijks een
nieuw thema extra aandacht krijgt. Dit jaar is dat Economie & Arbeidsmarkt.
In 2011 was het Cultuur, in 2012 de Optimale gemeentegrootte en in 2013 Groen
& Water.
De Atlas voor Gemeenten is niet digitaal beschikbaar maar te bestellen via
www.atlasvoorgemeenten.nl. Binnen de gemeente Leiden (SMC, SEB) is een
aantal exemplaren beschikbaar. Daar in is onder andere informatie over de
definities van de verschillende indicatoren beschikbaar.
Positie één: soms hoogste percentage – soms laagste
De 50 steden worden op meer dan 50 kenmerken vergeleken. De positie van een gemeente wordt zowel
door het eigen ‘presteren’ als ook door de scores van de andere 49 gemeenten bepaald. Zelfs als een
gemeente zich in absolute zin op een kenmerk heeft verbeterd kan de gemeente dalen in de ranglijst. Dat
is het geval als andere gemeenten zich méér hebben verbeterd.
Positie één op de verschillende ranglijsten kan verschillende betekenissen hebben:
Als er aan een kenmerk een waardeoordeel kan worden gegeven staat op de eerste plaats altijd de best
scorende gemeente.



Voor kenmerken waarvoor geldt ‘veel = goed’ is de 1e plaats degene met het hoogste percentage.
Bijvoorbeeld: het aandeel hoog opgeleiden. In die ranglijst staat Leiden hoog, dat wil zeggen dat
Leiden een hoog aandeel hoog opgeleiden heeft.
e
Voor kenmerken waarvoor geldt ‘weinig = goed’ is de 1 plaats degene met het laagste percentage.
Bijvoorbeeld het aandeel laagopgeleiden. Ook in die ranglijst heeft Leiden een hoge plaats, dat wil
voor dit kenmerk dus zeggen dat Leiden een klein aandeel laag opgeleiden heeft .
Als er aan een kenmerk geen of niet zo makkelijk een waardeoordeel is te hechten staat op de
eerste plaats altijd de gemeente met het hoogste percentage voor dat kenmerk. Bijvoorbeeld: het
aantal banen per duizend inwoners in verschillende sectoren of het aandeel eenoudergezinnen.
kenmerk met ‘veel = goed’
kenmerk met ‘weinig = goed’
neutraal kenmerk
op plaats 1 hoogste percentage
op plaats 1 laagste percentage
op plaats 1 hoogste percentage
2
BOA Feitenblad – Leiden in de Atlas voor gemeenten 2014
Bevolkingskenmerken
e
Leiden is met 121.163 inwoners de 22 gemeente van Nederland. Hiermee staat Leiden wat betreft groei
e
van 2004 tot 2014 op de 31 positie. In de jaren van 2004 tot en met 2008 daalde de Leidse bevolking
jaarlijks in omvang, Die trend is in 2009 omgekeerd: de laatste vijf is er elk jaar.opnieuw een toename
geweest.
Leidenaren blijven onverminderd hoog opgeleid: na Utrecht, Amsterdam, Nijmegen en Groningen staan
e
e
we op de 5 positie wat betreft het aandeel hoogopgeleiden in de beroepsbevolking (was in 2013 de 3
positie). Dit jaar is ook het aandeel middelbaar opgeleiden opgenomen in de Atlas: dit aandeel is in
e
Leiden laag (47 positie). En na Groningen, Utrecht en Amsterdam heeft Leiden het laagste aandeel
laagopgeleiden. Wanneer binnen de groep laagopgeleiden (die dus in Leiden klein is) wordt gekeken
welk aandeel alleen basisonderwijs heeft (dat noemen ze de laagst geschoolden) dan is dat aandeel in
e
Leiden wel hoog (10 van onderen).
Indicatoren met bevolkingskenmerken die eerder in de Atlas waren opgenomen (zoals vergrijzing,
aandeel jongeren, aandeel gezinnen met kinderen en aandeel eenoudergezinnen) zijn dit jaar niet meer
opgenomen: ze zijn als het ware verdrongen door kenmerken die met de arbeidsmarkt hebben te maken.
Woonaantrekkelijkheidsindex en sociaal-economische index
De Atlas voor Gemeenten berekent twee indices die zijn samengesteld uit jaarlijks dezelfde onderdelen:
‘hoe aantrekkelijk is de stad om te wonen’ en ‘wat is de sociaal-economische positie’? Van deze twee
indicatoren is de score berekend op basis van elk acht onderdelen. Bij de sociaal-economische index
wegen alle onderdelen even zwaar. Bij de woonaantrekkelijkheid is er een weging met deze volgorde van
zwaarte: bereikbaarheid van banen, cultureel aanbod, veiligheid, koopwoningen, natuurgebieden, culinair
aanbod, aanwezigheid van een universiteit en het historisch karakter (% vooroorlogse woningen). Ook is
berekend of men de afgelopen 5 jaar gemiddeld genomen gedaald of gestegen is op de index als totaal.
BOA Feitenblad – Leiden in de Atlas voor gemeenten 2014
3
Woonaantrekkelijkheidsindex: 9e positie voor Leiden
Leiden is en blijft een aantrekkelijke woonstad. Van de 50 grootste gemeenten scoren slechts 8
gemeenten beter dan Leiden, met Amsterdam op nummer 1.
e
De woonaantrekkelijksheidsindex van Leiden (9 )
is als volgt opgebouwd:
Top 10
woonaantrekkelijkheid
1. Amsterdam
2. Utrecht
3. Amstelveen
4. Haarlem
5. ‘s Hertogenbosch
6. Den Haag
7. Nijmegen
8. Leidschendam-Voorburg
9. Leiden
10. Haarlemmermeer
e
aanwezigheid universiteit
% vooroorlogse woningen (nr.1 heeft er veel)
bereikbaarheid van banen (per auto en O.V.)
culinair aanbod
cultureel aanbod
veiligheid
% koopwoningen
nabijheid natuurgebieden
3 plaats
e
5 plaats
e
11 plaats
e
15 plaats
e
18 plaats
e
28 plaats
e
40 plaats
e
44 plaats
e
Ontwikkeling woonaantrekkelijkheid 2008–2013: 21 plaats
Hoe hoger de positie, des te beter
In de rangorde van de 50 grootste gemeenten naar woonaantrekkelijkheid (zie bijlage 1) is het
vergeleken met vorig jaar vooral stuivertje wisselen, waardoor voor een aantal gemeenten een paar
plaatsen winst of verlies wordt geoogst.
Een aantal van de acht indicatoren verandert in principe niet (snel), zoals de aanwezigheid van een
universiteit en de nabijheid van natuurgebieden. In de grafiek de ontwikkeling van de acht indicatoren,
voor Leiden in de afgelopen vier jaar.
Woonaantrekkelijkheidsindex: ontwikkeling in Leiden van de 8 onderdelen, 2011 - 2014
Let op: een lage (en dalende) score is goed!
50
44
40
40
28
30
20
18
2011
15
9
11
10
0
4
5
3
2012
2013
2014
BOA Feitenblad – Leiden in de Atlas voor gemeenten 2014
Sociaal-economische index: 8e positie voor Leiden
Leiden staat anno 2014 hoog op de sociaal-economische ladder. Tussen 2007 en 2010 was er sprake
e
e
van een daling, van een 11 positie in 2006 tot een 18 positie in 2011. In 2012 is Leiden weer gestegen
e
e
naar een 13 positie, en die trend zet zich door: in 2014 staat Leiden zelfs op de 8 plaats. De hoogste
e
posities worden, evenals vorig jaren, ingenomen door Haarlemmermeer (1 ), Amstelveen en Utrecht, zie
bijlage 1 voor de complete rangorde.
Opvallend goed zijn de scores op arbeidsongeschiktheid en laagopgeleiden: van beiden zijn er in Leiden
dus relatief weinig. Dit is al langere tijd het geval. De werkgelegenheid lijkt zich positief te ontwikkelen: de
positie op de werkgelegenheidsquote (aantal banen) is gestegen van 32 naar 27. De werkloosheid is
e
e
relatief laag (8 plaats: de 1 positie heeft de minste werkloosheid, dat is Hilversum) en Leiden is de
afgelopen jaren flink gestegen op deze ranglijst. Hierop komen we bij de beschrijving van het thema van
dit jaar nog terug.
e
De sociaal-economische index van Leiden (8 )
is als volgt opgebouwd:
Top 10
Sociaal-economische index
1. Haarlemmermeer
2. Amstelveen
3. Utrecht
4. Hilversum
5. Amersfoort
6. ‘s Hertogenbosch
7. Alphen aan den Rijn
8. Leiden
9. Haarlem
10. Breda
e
arbeidsongeschiktheid
% laagopgeleiden
werkloosheid
participatie vrouwen
bijstand
% zakelijke dienstverlening
aantal banen
armoede
2 plaats
e
4 plaats
e
8 plaats
e
11 plaats
e
22 plaats
e
24 plaats
e
27 plaats
e
31 plaats
Ontwikkeling soc.econ. index 2008–2013:
11 plaats
e
Hoe hoger de positie, des te beter
Sociaal-economische index: ontwikkeling in Leiden van de 8 onderdelen, 2011-2014
Let op: een lage (en dalende) score is goed!
40
31
30
27
24
22
20
2011
11
10
0
BOA Feitenblad – Leiden in de Atlas voor gemeenten 2014
8
8
4
2
2012
2013
2014
5
Cultuur en uitgaan
Cultuur
In 2011 was ‘cultuur’ het thema van de Atlas. Ook voor die tijd was er aandacht voor culturele
vergelijkingen in de Atlas. Veel culturele kenmerken zijn verdwenen, zoals het aantal musea en het
museumbezoek, het aantal monumenten, bezoekers aan podiumkunsten en het aantal boekwinkels.
Nieuw in 2012 was de cultuurindex, waarin maar liefst 16 indicatoren waren verwerkt, maar deze index
zien we ook niet meer terug.
Er zijn in 2014 vier indicatoren voor kunst, waarbij de eerste een overkoepelende indicator is,
samengesteld uit de andere drie indicatoren. Qua positie scoort Leiden redelijk goed.
e
 aantal uitvoeringen in de podiumkunsten, per 1.000 inwoners. Leiden scoort hier een 18 positie.
e
 aantal theateruitvoeringen, per 1.000 inwoners. Leiden scoort hier een 14 positie.
e
 aantal concerten klassieke muziek, per 1.000 inwoners. Leiden scoort hier een 13 positie.
e
 aantal popconcerten, per 1.000 inwoners. Leiden scoort hier een 22 positie.
Uitgaan
e
e
Leiden scoort goed op het aantal cafés (11 positie) en restaurants (4 positie) per 10.000 inwoners. Ook
e
met de kwaliteit van de restaurants is het niet slecht gesteld: een 15 positie. De beste gemeente op deze
items is Maastricht. Ook Amsterdam scoort op alle drie de items goed.
Leefbaarheid en veiligheid
Net als in eerdere versies van de Atlas is veiligheid een onderdeel van de woonaantrekkelijkheid. Het is
e
een samengestelde index op basis van geweldsmisdrijven en vernielingen, waarbij Leiden een 28
e
positie inneemt (35 positie in 2013).
Hier een overzicht van alle zes indicatoren die met leefbaarheid en veiligheid hebben te maken. De
rangorde is gebaseerd op het aantal incidenten gerelateerd aan het aantal inwoners.
Leefbaarheid en veiligheid: positie van Leiden in 2014
35
30
25
20
15
10
5
0
6
28
23
28
31
23
13
BOA Feitenblad – Leiden in de Atlas voor gemeenten 2014
Thema: Economie & arbeidsmarkt
Met de invoering van de Participatiewet per 1 januari 2015 worden gemeenten verantwoordelijk voor het
inkomen en de participatie van een veel grotere groep mensen dan voorheen. Gemeenten streven ernaar
om de participatiegraad onder de bevolking te vergroten: dit heeft economische, sociale en financiële
voordelen. De omvang van de groep waar de gemeente verantwoordelijk voor is verschilt sterk per
gemeente: zowel de kans op werk als ook de samenstelling van de beroepsbevolking verschilt per
gemeente. Reden genoeg voor de opstellers van de Atlas om hier aandacht aan te besteden en de
‘klantenkring’ van de gemeente voor dit thema in beeld te brengen. Inzicht in de achtergronden van de
participatiegraad en ‘klantenkring’ geeft input voor het maken van (regionaal) arbeidsmarktbeleid.
Wat betreft het in beeld brengen van de arbeidsmarkt richt de Atlas zich, naast een aantal algemene
indicatoren die alle werkgelegenheid beschrijven, dit jaar op de onderkant van de arbeidsmarkt. Steden
trekken hoogopgeleiden aan. Wat nu onderzocht is, is of er in een stad ook veel laaggekwalificeerd werk
is. Dit is in Leiden niet het geval: op de overkoepelende indicator ‘laaggekwalificeerd werk’ nemen we de
e
46 positie in: daarvan is er dus weinig binnen de gemeentegrenzen. Andere gemeenten met een lage
positie zijn Hilversum, Amsterdam, Utrecht en Amstelveen: steden met hoge scores op de
woonaantrekkelijkheids- en sociaal- economische index.
Bijlage 2 van dit feitenblad geeft alle indicatoren uit de Atlas voor Gemeenten 2014 op dit thema.
Participatiegraad
Algemeen
Een uitkomst van deze krachten is de netto participatiegraad: het aantal mensen dat > 12 uur per week
werkt als % van alle 15- t/m 64-jarigen. Van de 15- t/m 64-jarigen die wel willen en kunnen werken, heeft
toch een deel geen werk: dat zijn de werklozen. In de Atlas is onderstaand schema opgenomen om dit te
verduidelijken.
De participatiegraad ligt onder laagopgeleiden veel lager dan onder hoogopgeleiden. Van de eerste groep
kan of wil de helft niet werken, bij de hoogopgeleiden is dit maar 10%
BOA Feitenblad – Leiden in de Atlas voor gemeenten 2014
7
Positie Leiden
De participatiegraad in Leiden is vrij hoog: 16e positie. Ondanks het feit dat in Leiden veel studenten zijn is
er dus toch een relatief groot aandeel van alle 15 tot 64 jarigen voor > 12 uur aan het werk. De top 3 wordt
gevormd door Haarlem (73% werkt), Hilversum en Deventer. Het laagst is dit in Enschede (56% werkt),
Heerlen en Maastricht.
e
Op de werkloosheid scoort Leiden nog wat beter: een 8 positie wil zeggen dat er relatief weinig werklozen
zijn.
Beschikbaarheid van werk
Algemeen
De Atlas meet de beschikbaarheid van werk op twee manieren: met de werkgelegenheidsquote (het aantal
banen in de gemeente als percentage van de beroepsbevolking) en met de kans op werk (het aantal
banen binnen een acceptabele reistijd, gedeeld door de beroepsbevolking die binnen acceptabele reistijd
van die banen woont). De kans op werk is sinds ongeveer 2005 een stuk hoger voor laagopgeleiden dan
voor middelbaar en hoger opgeleiden. Dat komt vooral omdat het absolute aantal laagopgeleiden dat kan
en wil werken afneemt. Echter: een grote kans op werk wil niet zeggen dat de werkloosheid dan ook laag
is: omdat hoger opgeleiden de banen voor lager opgeleiden innemen (verdringing) is toch de werkloosheid
onder laagopgeleiden hoger.
Positie Leiden
e
Op de werkgelegenheidsquote, ook onderdeel van de sociaal-economische index, scoort Leiden de 27
positie. Dit is een verbetering t.o.v. vorig jaar: 5 plaatsen gestegen. Haarlemmermeer staat op de eerste
plaats, Spijkenisse op de laatste.
e
De kans op werk is in Utrecht het hoogst, Leiden staat op de 14 plek. Dat wil dus zeggen dat er redelijk
veel banen binnen acceptabele reistijd zijn.
Zoals boven vermeld beschikt Leiden over relatief weinig laaggekwalificeerde banen.
Samenstelling van de beroepsbevolking: leeftijd, opleiding en herkomst
Niet alleen de kans op werk (zoals gezegd de aanwezigheid van banen binnen acceptabele reistijd) heeft
invloed op participatiegraad. Ook de samenstelling van de (beroeps)bevolking heeft daar invloed op.
Gemeenten met meer ouderen, meer laagopgeleiden en meer niet-westerse allochtonen hebben over het
algemeen een lagere participatiegraad.
Leiden heeft een bevolking met niet alleen veel hoogopgeleiden, maar ook weinig laag opgeleiden. Ook
het aandeel middelbaar opgeleiden is onder het gemiddelde.
In de Atlas wordt hierop en op de onderlinge relaties tussen de variabelen dieper ingegaan.
Toekomstige klantenkring
De focus van het thema van dit jaar ligt op de mensen die voor hun inkomen nu en in de toekomst naar
verwachting afhankelijk zijn van de gemeente. Deze ‘toekomstige klantenkring’ varieert sterk per
gemeente en wordt gerelateerd aan het aantal 15-64 jarigen: van ongeveer 3% in Amstelveen tot 14% in
e
Heerlen. Voor Leiden is dit ongeveer 7% (19 positie).
e
Wat betreft de huidige klantenkring staat Leiden op de 23 positie.
8
BOA Feitenblad – Leiden in de Atlas voor gemeenten 2014
Goede en slechte scores van Leiden
De steden zijn op een groot aantal kenmerken (incl. de thema indicatoren van Economie & Arbeidsmarkt)
vergeleken. Hier een overzicht van die indicatoren waarop Leiden tot de tien besten en de tien slechtsten
behoort.
Hoge positie van Leiden ten opzichte van de andere 49 grote gemeenten
Eerste positie:
 kansrijke westers-allochtone jongeren: onder de groep geslaagde jongeren van westerse herkomst in
het voortgezet onderwijs zijn er in Leiden veel die een HAVO- of VWO-diploma hebben gehaald
Tweede positie:
 arbeidsongeschiktheid; Leiden heeft weinig arbeidsongeschikten
Derde positie
 de aanwezigheid van de universiteit
 ontwikkeling van het aantal banen de afgelopen 10 jaar
Vierde t/m zesde positie:
 aantal restaurants
 kansrijke jongeren van autochtone herkomst
 opleidingsniveau: in Leiden zijn weinig laagopgeleiden en veel hoogopgeleiden als % van de
beroepsbevolking (resp. de vierde en vijfde positie)
 vooroorlogse woningen (Leiden heeft er relatief veel)
Zevende t/m tiende positie:
 huizenprijzen van verkochte woningen: in Leiden relatief hoog
 de werkloosheid in Leiden is relatief laag
 en natuurlijk de samengestelde indices van woonaantrekkelijkheid en sociaal-economische
positie.
Lage positie van Leiden ten opzichte van de andere 49 grote gemeenten
Positie 40-50
 Leiden scoort laag op de indicatoren die in de Atlas staan over de aard van de werkgelegenheid:
weinig laaggekwalificeerd werk, weinig banen in de lokaal verzorgende sectoren, de
consumenten- en de producentendiensten.
e
 de beperkte nabijheid van natuurgebieden levert een 44 positie op.
BOA Feitenblad – Leiden in de Atlas voor gemeenten 2014
9
Bijlage 1 Positie alle gemeenten op Woonaantrekkelijkheid- en Sociaaleconomische index, 2014
Bovenaan de gemeente met de hoogste woonaantrekkelijkheid resp. sociaal economische positie
positie
woonaantrekkelijkheidsindex
sociaal-economische index
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34
35
36
37
38
39
40
41
42
43
44
45
46
47
48
49
50
Amsterdam
Utrecht
Amstelveen
Haarlem
’s-Hertogenbosch
Den Haag
Nijmegen
Leidschendam-Voorburg
Leiden
Haarlemmermeer
Alphen aan den Rijn
Amersfoort
Eindhoven
Velsen
Arnhem
Gouda
Zwolle
Delft
Groningen
Rotterdam
Tilburg
Dordrecht
Hilversum
Zoetermeer
Purmerend
Breda
Ede
Oss
Zaanstad
Schiedam
Apeldoorn
Hoorn
Alkmaar
Maastricht
Deventer
Roosendaal
Almere
Lelystad
Leeuwarden
Hengelo
Vlaardingen
Bergen op Zoom
Almelo
Helmond
Heerlen
Enschede
Venlo
Spijkenisse
Sittard-Geleen
Emmen
Haarlemmermeer
Amstelveen
Utrecht
Hilversum
Amersfoort
’s-Hertogenbosch
Alphen aan den Rijn
Leiden
Haarlem
Breda
Zwolle
Apeldoorn
Eindhoven
Leidschendam-Voorburg
Zoetermeer
Delft
Amsterdam
Velsen
Gouda
Deventer
Ede
Alkmaar
Tilburg
Leeuwarden
Hengelo
Roosendaal
Groningen
Purmerend
Arnhem
Nijmegen
Zaanstad
Almere
Spijkenisse
Sittard-Geleen
Oss
Vlaardingen
Maastricht
Den Haag
Venlo
Rotterdam
Bergen op Zoom
Hoorn
Dordrecht
Schiedam
Helmond
Heerlen
Enschede
Lelystad
Almelo
Emmen
10
BOA Feitenblad – Leiden in de Atlas voor gemeenten 2014
Bijlage 2 Positie Leiden op indicatoren Economie & Arbeidsmarkt
Nummer 1 is de beste (of heeft het meest, zie blz. 2 en de laatste kolom voor toelichting)
Positie
Betekenis nummer 1
Leiden
Kansrijke jongeren: aandeel van de geslaagden in het voortgezet onderwijs met HAVO of VWO
diploma
Naam indicator
Omschrijving indicator
Kansrijke jongeren
Alle jongeren
4
Kansrijke autochtone jongeren
Autochtone jongeren
6
Kansrijke westerse allochtone
jongeren
Westerse allochtone jongeren
1
Kansrijke niet-westerse allochtone
Niet-westerse allochtone jongeren
jongeren
hoog aandeel geslaagden in
het voortgezet onderwijs met
een HAVO- of VWO-diploma
19
Werkgelegenheid: hoeveelheid en soort
Werkgelegenheidsontwikkeling
Werkgelegenheidsquote
Kans op werk
Files
Laaggekwalificeerd werk
Lokaal verzorgende sectoren
Detailhandel
Consumentendiensten
Producentendiensten
Ontwikkeling aantal banen in de
gemeente 2003 t/m 2013
Banen in de gemeente als % van de
beroepsbevolking
Aantal banen binnen acceptabele
reistijd als % van de beroepsbevolking
Tijdverlies in woon-werkverkeer als
gevolg van files
Aandeel banen met elementair en lager
beroepsniveau
Aantal banen in lokaal verzorgende
sectoren per 1.000 inw.
Aantal banen in de detailhandel per
1.000 inw.
Aantal banen bij consumentendiensten
per 1.000 inw.(horeca, recreatie, taxi’s)
Aantal banen bij producentendiensten
per 1.000 inw. (beveiliging, catering,
koeriers)
3
grote stijging banen
27
veel banen
14
veel banen
35
weinig tijdverlies
46
hoog aandeel lage banen
48
veel verzorgende banen
34
veel banen in detailhandel
46
veel banen bij
consumentendiensten
45
veel banen bij
producentendiensten
Arbeidsverleden: aandeel van de potentiële beroepsbevolking dat de laatste 4 jaren werkte
Arbeidsverleden autochtonen
Autochtonen
15
Westerse allochtonen
38
Niet-westerse allochtonen
20
Participatie
Aantal werkenden (>12 uur) als % van
de potentiële beroepsbevolking
16
hoge participatie
Arbeidsongeschiktheid
Aantal arbeidsongeschikten als % van
de potentiële beroepsbevolking
2
weinig arbeidsongeschikten
Werkloosheid
Aantal werklozen als % van de
potentiële beroepsbevolking
8
weinig werklozen
Huidige klantenkring gemeenten
Aandeel 15-64 jarigen dat nu voor
23
inkomen afhankelijk is van de gemeente
kleine klantenkring
Toekomstige klantenkring
Aandeel 15-64 jarigen dat vanaf 2015
voor inkomen afhankelijk is van de
gemeente
kleine klantenkring
Arbeidsverleden westerse
allochtonen
Arbeidsverleden niet- westerse
allochtonen
hoog aandeel dat laatste vier
jaar werkte
Algemeen
BOA Feitenblad – Leiden in de Atlas voor gemeenten 2014
19
11
Bijlage 3 Positie Leiden op overige kenmerken
Onderwerpen uit de Atlas voor Gemeenten 2014 en de positie van Leiden, 2011 t/m 2014
Nummer 1 is de beste (of heeft het meest, zie blz. 2 en de tweede kolom voor toelichting)
Indicator
Betekenis nummer 1
positie
Leiden
2014
positie
Leiden
2013
positie
Leiden
2012
positie
Leiden
2011
Indexen
Woonaantrekkelijkheidsindex
Beste
9
11
9
9
Sociaal-economische index
Beste
8
9
13
18
- woonaantrekkelijkheidsindex
Beste
21
21
26
29
- sociaal-economische index
Beste
11
35
39
46
Aantal inwoners
Meeste inwoners
22
22
23
23
Bevolkingsontwikkeling (t.o.v.
2004)
Meeste groei
31
31
32
37
Vergroening (aandeel 15-29 jr.)
Veel jongeren
-
5
5
5
Vergrijzing
Veel 65+
-
44
44
43
Eenoudergezinnen
Weinig eenoudergezinnen
5
5
6
8
Gezinnen met kinderen
Veel gezinnen met k’ren
-
46
45
44
Niet-westerse allochtonen
Veel niet-west. allochtonen
-
16
16
-
Potentiële beroepsbevolking
Hoog aandeel 15-64 jarigen in
de bevolking
5
Ontwikkeling van de potentiële
beroepsbevolking
Veel groei van het aantal 1564-jarigen
27
Beroepsbevolking
Hoog aandeel mensen dat
kan/wil werken in de potentiële
beroepsbevolking
25
Aandeel met een
bijstandsuitkering*
Weinig bijstand
22
24
17
25
Werkloosheid*
Weinig werkloosheid
8
9
24
31
Arbeidsongeschiktheid*
Weinig arbeidsongeschikten
2
1
2
3
Armoede (% onder 105% van
soc. min.)*
Weinig armoede
31
31
25
30
Hoogopgeleiden
Veel hoog opgeleiden
5
3
3
2
Middelbaar opgeleiden
Veel middelbaar opgeleiden
47
Laagopgeleiden*
Weinig laagopgeleiden
4
4
4
3
Laagst geschoolden
Laag aandeel
laagstopgeleiden binnen de
laag opgeleiden
41
Participatie van vrouwen (in
arbeidsmarkt)*
Hoge participatie vrouwen
11
7
15
18
Werkgelegenheidsquote (banen
als % van beroepsbevolking)*
Veel banen
27
32
30
-
Zakelijke dienstverlening (t/m
Veel zakelijke dienstverlening
24
37
36
36
Ontwikkeling over afgelopen 5 jaar:
Algemeen en bevolking
Sociaal-economische positie
12
BOA Feitenblad – Leiden in de Atlas voor gemeenten 2014
2013 Groeisectoren)*
Jeugdwerkloosheid
Weinig jeugdwerkloosheid
-
7
-
-
Ontwikkeling aantal banen t.o.v.
2002
Veel banen
3
21
16
14
Bruto Gemeentelijk Product
Hoog BGP
-
26
-
-
Bereikbaarheid banen (per auto
in de spits)
Goede bereikbaarheid
12
26
25
22
Bereikbaarheid banen (auto en
OV)*
Veel banen bereikbaar
11
18
15
13
Koopwoningen (% van de
huizenvoorraad)*
Veel koopwoningen
40
40
40
39
Nabijheid natuurgebieden*
Veel natuur dichtbij
44
44
44
44
Culinaire kwaliteit*
Goede culinaire kwaliteit
15
16
14
10
Aanwezigheid universiteit*
Aanwezigheid = goed
3
3
3
3
Vooroorlogse woningen*
Veel woningen voor 1945
5
5
5
5
Huizenprijzen (per m2)
Hoge prijs
7
7
6
7
Podiumkunsten (per 10.000
inw.) *
Veel podiumkunsten
18
11
12
-
Theatervoorstellingen (per
10.000 inw.)
Veel theatervoorstellingen
14
Klassiek (per 10.000 inw.)
Veel klassieke concerten
13
Pop (per 10.000 inw.)
Veel popconcerten
22
Aantal cafés (per 10.000 inw.)
Veel cafés
11
-
-
14
Aantal restaurants (per 10.000
inw.)
Veel restaurants
4
-
-
5
Veiligheid (indicator)*
Weinig geweld / vernieling
28
35
40
34
Overlast (enquête)
Weinig overlast
31
Verloedering (enquête)
Weinig verloedering
28
Geweld (incidenten)
Weinig geweldsincidenten
28
Vernielingen (incidenten)
Weinig vernielingen
23
Woninginbraak (incidenten)
Weinig woninginbraak
13
Straatroof (incidenten)
Weinig straatroof
23
Woonaantrekkelijkheid
* Deze indicator maakt onderdeel uit van een van de indexen
getal in rood: slechtere relatieve score dan in voorgaande jaar (meer dan 2 plaatsen verschil)
getal in groen: betere relatieve score dan in voorgaande jaar (meer dan 2 plaatsen verschil)
getal in blauw: dezelfde relatieve score als in voorgaande jaar (2 of minder plaatsen verschil)
getal in zwart: geen vergelijking mogelijk met voorgaande jaar
BOA Feitenblad – Leiden in de Atlas voor gemeenten 2014
13
Colofon
BOA BeleidsOnderzoek en Analyse
Gemeente Leiden
[email protected] of 071 - 516 5068
Direct zelf informatie opzoeken?
Veel cijfers en onderzoeksgegevens
over Leiden zijn te vinden via
www.leiden.nl/statistiek.
Serie Statistiek 2014 / 03g
14
BOA Feitenblad – Leiden in de Atlas voor gemeenten 2014