t <;tdtolr. ia U" gtbtdta to H.H. Miuta GERRIT JAN KAMP Bij wtrd gtborta te Wierdta op 6 1tpltmbtr 1901 God z.oud Ltm f'fD 1lepende ziekte rott 'tel PÎJ· 11tn. welke bij gfduldig uit de baad \·an de hemel· se Vadt'r euo\·a.ardde. Gevoed met het Lichaam dct lieren en ~e1<1terkt door de zalviug met H. Olie, onulltp bij in de Heer op Il januari J 957. Zijn lich1u1.wt d1u "'·ij hegrorveo op btt J..rrlhof te ~ïtrden. watht daar de dag van Oc verrijztnis. ,.Ik wit opttaao en naar mijn Vader ga1n en. Hem s.eggeo: \'ader, ik heb gezondigd tegen dt he-mei en tegen U: ik VtrditD DÏel Ulttr U\\ tOOD te bt• ten: bebandrl ruij als tf'D vaa Cw koefhten.'' Eu hij tlood op en ging: naar zijn Yader. Maar de Va" der zei: "Cauw, baalt Let beat e kleed en doet hem etD ring aaa zijn hand. Ftt§.t en vrf'ugde moet rr ûju. want uw broer wa1 dood, ~D il Ie· vrnd gewortlrn." (Luk. XV 18·24) Ik Jouk. U, fleer, omdat Gij nlij, Uw ontrouwe dienaar. mrt zo grote goedheid leJtemort zijt ge· treden. Cij 2.~it mij komen l•~· cn. in mijoen JaatiteD tijd. nu•t al C\\ bette gavfn. Gij, die barmhartiJ< zijt : (;f'dtn.k niet ••• ik bfo"·cen• rriijn zonden nu, en stervend. Hee-r. alltene brmia ik U. (C. l;utll<) Laat ons bidden : O Cotl, ooo wie he:t eigen ia altijd a:eot1.dig te z.iju en te 1parro, untrerm U over Uw diro11ar Jan en v,rgtd bro1 al wat hij door meD!lelijk.e zwakheid mitda•n mucbt brhbf'n. Dat "ugtn "ij lJ door Juut Cbrhtut. on'e Hffr. Amen, H. J. Barlr.d, WiuJeo.
© Copyright 2024 ExpyDoc