de PolyClassic Zeiler Magazine voor liefhebbers van klassieke polyester zeiljachten Nr 6, jaargang 2, januari/februari 2014 65 pagina’s Tripp Lentsch 29 een Nederlandse Amerikaan Op wereldreis met Victoire 34 de Blauwe Pinquin Dick Zaal De man achter de Trintella 1 en een groot aantal Contesten Devon Yawl, van hout naar polyester Scandinavische Volksboot Elisabeth Spits, musemconservator, over deze bestseller Watersportfoto tips van fotograaf Klaas Wiersma Ben Verhaaf praat bij. Nieuws over de Federatie PolyClassic Zeiljachten En verder in dit magazine: Wat doen we met het IJsselmeer; DeltaLloyd 24 Uur Zeilrace 2014 met aparte PolyClassic klasse; ARC 2013 en de PolyClassics; METS 2013; Vaarwijzer over Waterkampioen polyestercursussen; Aad Roosemalen over de “verkeerde wal” en veel meer............ Foto HISWA De voormalige Klassieke Boten Beurs Enkhuizen wordt per 2014 “HISWA Klassieke Schepen”, onderdeel van HISWA Amsterdam Boat Show. Een bezoek is ook voor PolyClassic liefhebbers een “must”. Een PolyClassic kopen of verkopen? Uw bedrijf adverteren? Vraag naar de uitzonderlijk lage tarieven bij [email protected] Inhoud VERDER IN DIT NUMMER Delta Lloyd 24 Uurs Zeilrace. Aparte PolyClassics Klasse. Dick Zaal Trintella 1 en Contesten Federatie PolyClassic Zeiljachten. De voorzitter praat bij. Stuurloze vrachtschepen op de Noordzee. Komt dat vaak voor? Devon Yawl sinds 1968 Boeken voor de PolyClassic liefhebber. De zon als gps en meer. De boeken van Dick Hughes. METS Trade Show 2013. Een nabeschouwing. Verkeerde wal varen. Een oud waterpolitieman legt uit. Pleziervaart overboord? Wat doen wij met die term? Marieholm IF “Tjip”. Deel 3 Zweden-België. Wat doen we met het IJsselmeer? Toerzeilers in discussie. Een Vega uit 1950. Hoe kan dat? Stond de New Horizon model voor de Albin Vega? Symposium Navigatie. Handmatig kaarten bijwerken voorbij? Vaarwijzer’s Jaap van Goor over Polyestercursussen. Tripp Lentsch 29 De PolyClassics van de ARC 2013. Fotograferen op het water. Klaas Wiersma geeft tips. Fed. PolyClassic Zeiljachten. Over brandstof, olie en motoren. Volg de PolyClassic Zeiler op De Scandinavische Volksboot beschreven door Elisabeth Spits. Sydney - Hobart 2013. Hoe deden de PolyClassics het? Vindö 45 Karma. Het PolyClassic jaar van Rien en Joke Mussert. De Blauwe Pinquin. Op wereldreis met een Victoire 34. “De Polyclassic Zeiler” verschijnt 6 keer per jaar en is een Nederlandstalig e-magazine voor liefhebbers van klassieke polyester zeiljachten, ontworpen vóór 1975. Het magazine beoogt lezers te interesseren voor polyclassic zeiljachten en hun belangenorganisaties. Ontwikkelingen op dit gebied worden gevolgd. Ook wordt aandacht gegeven aan algemene watersport onderwerpen, van belang voor PolyClassics. Het magazine biedt plaats voor nieuws van de Federatie PolyClassic Zeiljachten en de daarbij aangesloten organisaties. Artikelen zijn door de redactie geschreven, tenzij anders vermeld. Old Salt Watersport Publicaties Graaf Willem de Oudelaan 70; 1412AW Naarden Redacteur: Rob Kloosterman Tel: 035/6910562 ; 06/12454986 E-mail: [email protected] www.oldsaltwatersport.nl Overname van artikelen alleen toegestaan na schriftelijke toestemming van de redactie. Hoewel aan de totstandkoming van deze uitgave de uiterste zorg is besteed, aanvaarden OldSalt Watersportpublicaties en de auteurs geen aansprakelijkheid voor eventuele fouten en onvolkomenheden, noch voor de gevolgen hiervan. Adverteren: E -mail: [email protected] Tel: 035/6910562 ; 06/12454986 www.oldsaltwatersport.nl 65 pagina’s voor de PolyClassic Zeilliefhebber De PolyClassic Zeiler op tablet, smartphone, pc en laptop ook offline te lezen Download de gratis magzine app op tablet of smartphone uit de App Store of Google Play. (zoek op Magzine.nu) Koop het e-magazine in de e-kiosk à € 2.99 Geen tablet of smartphone? Ga naar www.magzine.nu en koop daar de pdf versie voor dezelfde prijs Zoekt u interessante artikelen uit eerdere edities van de PolyClassic Zeiler? Kijk in de inhoudsopgaven op www.oldsaltwatersport.nl Federatie PolyClassic Zeiljachten De Federatie Polyclassic Zeiljachten is medio 2012 opgericht met als doel samenwerkende belangenbehartiging van eigenarenorganisaties en hun polyclassic schepen. Onder Polyclassic zeiljachten wordt verstaan polyester kajuitzeiljachten ontworpen vóór 1975 of een latere doorontwikkeling van het ontwerp. De Federatie is al voor de officiële oprichting actief geweest op beurzen en heeft enige workshops op het gebied van elektra en polyesterreparatie voor aangesloten leden georganiseerd. Ook is in 2012 en 2013 om de jaarlijkse “PolyClassic Cup” gevaren. Aangesloten eigenarenorganisaties zijn: Contessaclub NL; Ecume de Merclub NL; NL Marieholm Vereniging; Oceaanclub NL; Pion Klasse-Organisatie; Trintella Vriendenkring; Kring van VEGA-Zeilers; Vindöclub NL. Dagelijks bestuur In het dagelijks bestuur hebben zitting genomen: Ben Verhaaf, voorzitter (Trintella Vriendenkring) Jeroen Groenendijk, secretaris (Contessa Club Nederland) Rien Mussert, penningmeester (Vindöclub Nederland) Voorts levert elke aangesloten organisatie een algemeen bestuurslid De adviesraad, gevormd door afgevaardigden van aangesloten organisaties, ondersteunt het bestuur. Contact: Secretariaat: Jeroen Groenendijk Tel: 070/3749464 E-mail: [email protected] A Federatie voorzitter Ben Verhaaf praat bij. llereerst wil ik namens het bestuur alle leden van de deelnemende verenigingen in de federatie en alle relaties die de PolyClassics gedachte een warm hart toedragen een gelukkig, voortvarend en vooral gezond 2014 toewensen. Ik hoop dat in dit nieuwe jaar deze vloot prachtige schepen weer volop zal schitteren op het water. 2013 2013 Kan gezien worden als het jaar dat de Federatie flinke stappen gezet heeft op het gebied van inrichting, organisatie en activiteiten. Ik ben iedereen die daartoe heeft bijgedragen, dankbaar voor die inzet. Het is eens te meer gebleken dat we samen veel expertise in huis hebben en dat door inzet van velen er een hoop te bereiken valt. Er zijn gedurende de winter van ’12-’13 een drietal succesvolle workshops gehouden over epoxy- en polyester verwerking, elektro aan boord en algemeen onderhoud. We hebben voor de tweede maal gestreden om de fraaie PolyClassics wisseltrofee. De Stichtingsacte van de Federatie PolyClassics is gepasseerd bij de notaris. De bestuurlijke organisatie met adviesraad is versterkt. Het aan bekendheid en populariteit groeiende E-magazine “de PolyClassic Zeiler” is van de grond gekomen. We werkten aan ons netwerk en zoeken samenwerking met elke partij die onze doelstelling kan helpen verwezenlijken. Verheugend te constateren dat het merendeel van de bij de Federatie aangesloten clubs hun ledental zien groeien. Het is triest om te moeten constateren dat in 2013 twee clubs hebben besloten zich op te heffen. Het betreft de niet bij de Federatie aangesloten Kelt club Nederland en de Sailmasterclub. Wij zijn van mening dat participatie van clubs aan de Federatie een verrijking en versterking betekent. Wellicht dat er leden van voornoemde clubs zijn die er voor voelen een doorstart te maken met ondersteuning van de Federatie. 2014 Voor het lopende jaar hoop ik dat we qua bestuurlijke organisatie op een paar aspecten nog wat slagen kunnen maken. Taken verdelen verhoogt betrokkenheid en maakt het werk voor anderen lichter. Financieel staan we er gezond voor. Bestuur en adviesraad ondersteunen het vigerend financieel beleid. We zullen in de winter van ’13-’14 vier winterworkshops houden en voor de derde maal om de Polyclassics Cup strijden. Deze keer in het Noorden. Op het gebied van het onderzoek naar de mogelijkheden van certificering van Polyclassics verwachten we daadwerkelijk stappen te kunnen zetten. We staan open voor gesprekken en activiteiten die in het belang zijn van onze doelgroep en de waardering voor de PolyClassics versterken. Nu we de organisatie op orde hebben is er ook ruimte voor uitbreiding. Hiertoe zullen wij dan ook actief clubs benaderen van wie wij vinden dat ze een verrijking voor onze Federatie zijn. Uiteraard zijn initiatieven vanuit andere clubs in deze richting zijn ook welkom. Aardig om te melden is het feit dat er een initiatief tot stand is gekomen om een club op te richten voor de klassieke Hallberg Rassy’s. Dit initiatief zullen wij van harte ondersteunen. De beurs klassieke schepen in Enkhuizen wordt dit jaar voortgezet als HISWA Klassiek. Wij zullen daar met een stand vertegenwoordigd zijn. Ook wordt de Delta Lloyd 24 Uurs Zeilrace dit jaar gevaren met een aparte PolyClassics Klasse, exclusief voor onze leden. Onze website www.polyclassics.nl en zeker ook dit E-magazine vervullen een belangrijke rol waar het gaat om naamsbekendheid. We zullen er alles aan doen deze rol te versterken. Stuurloze vrachtschepen op zee! Komt dat vaak voor? Observaties vanuit het kraaiennest O nlangs lazen wij in het dagblad de Gooi- en Eemlander een interview met Ed Veen, baas van de Nederlandse Kustwacht. “Met de bouw van duizend windmolens op de Noordzee wordt de kans groter op een botsing! Vooral de stuurloze schepen zijn een probleem. In 2012 noteerde de Kustwacht 112 stuurloos geraakte schepen, allen beroepsvaart. Vooral met storm kan zo’n schip dan op drift raken. Vorig jaar stuurde de Kustwacht zestien maal een sleepboot om te assisteren. Maar niet altijd is zo’n sleepboot op tijd ter plekke en is een botsing met een platform of een windmolen mogelijk”, aldus Veen. Tot zover het interview. Nu dachten wij jachtschippers dat het wel snor zit met de enorme stalen gevaartes die wij bij dag, nacht en ontij tijdens onze oversteken op zee behoedzaam omzeilen. Niet waar dus en een reden temeer om een AIS transponder en ontvanger aan te schaffen. Elke 3 dagen een stuurloos zeeschip in de buurt van onze kusten! Het betreft vaak motorstoring. Slecht onderhoud? Kostenbesparing? Wij kunnen er slechts naar gissen, om in navigatietermen te blijven. Maar het roept ook vragen op als: Hoe zit het dan met de bemanning? Geldt daar soms het zelfde voor? Het zou goed zijn om te weten wat de oorzaak achter al die motorstoringen is. Maar er is ook goed nieuws over onze zeekastelen te melden! Onlangs leed een Zwitserse jachtschipper, “of all nations”, in zware storm zo’n 100 zm onder Groot Brittannië letterlijk schipbreuk. Zijn racemachine werd door de golven middeen op zee in tweeën gebeukt. Vliegtuigen en helicopters mochten niet baten. En kijk: Daar kwam een Nederlandse vrachtvaarder voorbij en pikte de ongelukkige bemanning op uit de woeste zee. Daar moet je wel stuurvast voor zijn! In gesprek met Dick Zaal over toen en nu W ij spraken de man achter de ontwerpen van o.a. de Trintella 1, een hele rits Contesten en later van talloze one offs, polyester, aluminium, epoxy noem maar op. Dick Zaal (75), geboren en getogen Hoornaar begon zijn carrière in de jaren ‘50 als 16 jarige scheepstimmerman bij de vermaarde scheepswerf van Ricus van de Stadt in Zaandam. Toen riep de militaire dienstplicht. Trintella’s voor Anne Wever De afgezwaaide militair keerde weer terug in Zaandam en werd al snel opgenomen in het ontwerpteam, toentertijd ondergebracht in het fietsenhok. Van de Stadt had intussen ook de voordelen van polyesterbouw gezien, zodat Dick betrokken was bij de ontwikkeling van de polyester Trintella 1, opvolger van de stalen Trintel 1. Waarom werden die schepen vernoemd naar een zandbank in het IJsselmeer? Een zeiljacht heeft daar niets te zoeken, zou je zeggen. De latere Trintella’s werden getekend door Cees van Tongeren. Trintella’s met een houten opbouw, omdat opdrachtgever Anne Wever van de gelijknamige werf een schip zonder hout maar niets vond! De Trintella’s met een polyester opbouw werden in Groot-Brittannië gebouwd. De watersportzaak Tijdens ons bezoek aan Dick in zijn woning aan de haven van Hoorn spraken wij ook zijn echtgenote. Jarenlang dreef zij daar de bekende watersportwinkel naast de zorg van vier opgroeiende kinderen. Oude tijden herleefden weer. Trintella 1 t! ou h n a v ield h r e v e W e n n A Zaal, de allrounder In die tijd werd Dick ook opgenomen in het wedstrijdbemanningteam van de werf. Een allround werknemer waar Ricus blij mee moet zijn geweest. Scheepstimmerman, ontwerper en wedstijdzeiler. Er is niet veel mèèr nodig om een goed zeiljacht te bedenken! Conijn’s Conyplex Dehler En toen werd de zaak verkocht aan het Duitse Dehler. Dick zocht nog een tijdje zijn weg, er was nog sprake van de Alkmaarse Victoria werf, maar het werd uiteindelijk Medemblik, na 14 jaar bij Van de Stadt te hebben gewerkt. De Alkmaarse houthandel Conijn was intussen ook geïnteresseerd geraakt in het toen redelijk nieuwe polyester. Dus de familie Conijn, van huis uit een advocatengeslacht, stapte in de seriebouw van polyester jachten. Conyplex is dus eigenlijk wel een toepasselijke naam. Dezelfde A.J.T.H. Conijn was van 1954 tot 1971 voorzitter van de Nederlandsche Vereeniging van Kustzeilers. Dick trad in 1972 bij Conyplex in dienst en ontwierp onder zijn eigen naam een nieuwe serie Contesten. Daarvan zijn momenteel de 25,27,28,30,31ht,36 en 48 PolyClassic geworden. Dat waren in 4 jaar 2 modellen per jaar en daarbij kwamen nog aanpassingen aan de Contesten 33,38 en de voormalige Contest 30, later 31 gendoemd. Vooral export Hoewel zij toentertijd ook vaak op het IJsselmeer te zien waren, werden de meeste Contesten naar de firma van Breems in de Verenigde Staten geexporteerd, een activiteit die de ruggegraat van Conyplex vormde. De jachten werden in Medemblik op de vrachttrein gezet en via Rotterdam naar de V.S. verscheept. Jawel, in die jaren was Medemblik nog in het NS spoornet opgenomen. Na 8 jaar bij Conyplex in loondienst te zijn geweest, begon Zaal voor eigen rekening te ontwerpen. Uiteindelijk zou hij tot 1998 32 ontwerpen voor Conyplex tekenen, waarbij hij nooit streefde naar een eigen “familie” stijl van zijn modellen. Daarom ziet deze ontwerper toekomst in de “one off” markt, en wel in aluminium- of epoxy bouw. Export naar de V.S. Na-oorlogse Sales Bonanza! test n o C het n i p l omp u l t k e n d e roem dus ook e e b e i D had l i e z t groo zijn! n e n n ku Na de tweede wereldoorlog werd watersport booming business in de V.S. en wel hoofdzakelijk door de opkomst van polyester seriebouw. Het enige dat de stortvloed aan jachten kon stoppen was het chronisch tekort aan ligplaatsen dat wachtlijsten van honderdduizenden veroorzaakte. Arie van Breems, Nederlands emigrant, begon in 1956 te Westport, Connecticut aan de V.S. oostkust met het importeren van jachten. “Van Breems International”. Onder anderen uit Nederland de Holiday van E.G. van de Stadt en de Flying Dutchman van Conyplex. Later importeerde hij Contest zeiljachten onder de naam “Van Breems Holland Yachts”. In de jaren ‘70 was hij hiermee de grootste jachtimporteur in de Verenigde Staten en dat waren meestal de Contesten 31S en 33S. Zoon Martin kocht zijn vader in 1986 uit en begon MVB Inc, Dutchman Sail Hardware and Sound Sailing Center, Long Island, Connecticut. Websites bij dit artikel www.dickzaalyachtdesign.nl www.joshua-contestyacht.nl www.trintella.org www.polyclassics.nl www.contestyachts.com www.cyoc.nl Contest 30 Contest 25 Hoe duurzaam was de successtory Nederlandse polyester seriebouw? Kijkend naar wat hier anno 2014 nog van over is en kijkend naar de productie in Duitsland, dan lijkt het er op dat deze tak van industrie het in Nederland op veel fronten laat afweten. Wat de Duitsers in de autoindustrie doen, maken zij ook waar in de polyester jachten seriebouw! Zeilpetje af! De vraag is: Waar blijven de nieuwe Wevers, Vaders, van Lentschen en v.d. Stadt’s? Contest 30 Zelf zeilt Dick nog altijd in zijn speciale Contest 30, de “Inflexible” uit 1976. Een PolyClassic in die zin dat het een doorontwikkeling is van een ontwerp van voor 1975. In al die vroegere jaren heeft de familie Zaal, inclusief 4 kinderen veel zeereizen gemaakt naar Noorwegen, Schotland, de Kanaaleilanden en natuurlijk het IJsselmeer dat voor de deur ligt. De achterkajuit was in die jaren meer dan welkom. En ook nog de 24 Uurs Zeilrace op het IJsselmeer niet te vergeten! Dick won deze klassieker 2 keer “over all”. Hij denkt er over volgend jaar zich weer te meten in de 50e editie van dit zeilfestijn. Contest 30 “Inflexible” Veiliger Varen? Download de nieuwe “Varen doe je samen” app! Schippers waarderen project ‘Varen doe je samen’ Het wordt steeds drukker op het water. De stijgende welvaart in de afgelopen decennia betekende ook groei van de recreatievaart. Watersporters beleven plezier aan hun vrijetijdsbesteding en daarnaast is de recreatievaart in economisch en toeristisch opzicht een belangrijke factor geworden voor Nederland. Tegelijkertijd wordt er veel vracht vervoerd over het water in steeds grotere schepen. Beroepsvaart en recreatievaart komen elkaar dan ook vaak tegen en zitten elkaar daarbij soms letterlijk en figuurlijk in het vaarwater. Hierbij doen zich gevaarlijke situaties voor. Hoewel het absolute aantal geregistreerde ongevallen op het water in vergelijking met bijvoorbeeld het wegverkeer relatief laag is, hebben aanvaringen tussen beroepsvaart en recreatievaart vaak ernstige gevolgen voor de betrokkenen. Daarnaast worden situaties waarbij beroepsvaart en recreatievaart in elkaars directe nabijheid verkeren door beide partijen vaak als onveilig ervaren. Zo is uit gesprekken met beroepsschippers gebleken dat zij dikwijls hun hart vasthouden als zij plaatsen passeren waar tevens drukke recreatievaart is. Om de veiligheid op de Nederlandse vaarwegen te vergroten is in 2007 het project ‘Varen doe je samen!’ gelanceerd. Toen hebben Rijkswaterstaat, alle provincies, drie havenbedrijven, ANWB, HISWA Vereniging, Watersportverbond en Koninklijke Schuttevaer het Convenant ‘Varen doe je samen!’ ondertekend. Het project loopt tot en met 2014 en wordt uitgevoerd door de Stichting Recreatietoervaart Nederland. Meer informatie op www.varendoejesamen.nl Federatie PolyClassic Zeiljachten op HISWA 2014 De Federatie PolyClassic Zeiljachten staat met een stand op de komende HISWA Klassiek. Vertegenwoordigers van de 8 aangesloten eigenarenorganisaties zullen bezoekers uitleg geven over de schepen, de clubs en de Federatie. Bezoekers worden verzocht het standnummer te checken op www.polyclassics.nl PolyClassic Boeken Praktijkhandboek Kunststoffen. Dit handboek biedt een compleet overzicht van de technische mogelijkheden en de vele toepassingen op het gebied van bouwen, gieten, repareren, restaureren. modelleren en het maken van kunstwerken. Uitgeverij Hollandia BV Haarlem Isbn 978 90 6410 535 7 E.G. van de Stadt Pionier in jachtontwerpen Achtergronden van E.G. van de Stadt en de ontwerpen vanaf 1930 tot 2000. Inclusief een cd met de ontwerpen. Dat nemen ze je nooit meer af. Ben en Annemiek Rutte maakten 3 jaar lang een wereldomzeiling met hun PolyClassic Victoire 34. Het stel laat zien hoe “low budget” oceanen kunnen worden bevaren. De 295 pagina’s lezen als een trein. Opvallend is het weinige ongemak onderweg met dit schip uit de jaren ‘70/’80. Zie ook het artikel in dit magazine. Uitgeverij Hollandia. Isbn 978 90 6410 5760. Ook als e-book verkrijgbaar (Isbn 978 90 6410 577 7) Heart of Glass De Amerikaan Dann Spurr schrijft over de moeizame eerste stappen van polyester jachtconstructie. Een reis door de wereld van fiberglass van de 2e Wereldoorlog tot 2000. Een aanrader voor liefhebbers van PolyClassics geschiedenis. Engels, 388 pagina’s. Int’l Marine / McGraw-Hill. Isbn 10 987654321 “De Zon als GPS” (redactie) Zo luidde de titel van Dick Huges’ lezing over astro-navigatie. Dick gaf deze lezing december j.l. in de winkel van Datema-Amsterdam. Zoals gewoonlijk hadden Marja en Joop Datema hun zaak getransformeerd in een “lezingentheater” met koffie en thee. Dick is medicus in ruste, wereldomzeiler en promotor van het oude navigatie- en zeilhandwerk op onze moderne jachten. Want: “Je weet maar nooit of die moderne electronische apparatuur niet plotseling uitvalt op een grote oversteek.” Er waren dan ook weer veel belangstellende schippers en overige geïnteresseerden op de lezing afgekomen. De presentator is ook schrijver van de in opkomst zijnde e-books. Zo schreef hij “De zon als GPS” over zijn passie “astronavigatie”en “Zeilen met losse handen” met uitleg over het sturen met een zelfstuurinrichting maar dan zonder autopilot of windvaaninrichting. Oplossing: schoot en helmstok verbinden met een stuk elastiek. Hier zit natuurlijk meer aan vast. Wat, dat is te lezen in zijn boek. Ook een lezing bij Datema bijwonen? Mail Datema-Amsterdam. METS, ‘s werelds grootste leasure Marine Equipment Trade Show, was 19 t/m 21 november j.l. weer het toneel van een dynamische watersportindustrie, zoals ook dit jaar weer bleek. Op deze jaarlijks in de Amsterdamse RAI gehouden beurs kwamen maar liefst 1275 standhouders af uit 37 landen! Crisis? Malaise? Geen spoor van te bekennen bij deze tak van industrie, ondanks dat die toch vooral over vrijetijdsbesteding gaat. Barstens vol energie en innovatie. Die indruk krijgt de, overigens altijd zakelijke, bezoeker wanneer die daar rondkijkt. Zakelijk, want kooppubliek wordt niet toegelaten op deze vakbeurs. Aan de ene kant wel jammer voor de liefhebber, aan de andere kant goed voor producenten en handelaren, want alleen met dit publiek is het al druk genoeg. Je zou haast vergeten dat in veel landen nog een crisissfeer heerst! Waar komen die meer dan duizend standhouders vandaan? Het merendeel uit Italië, het Verenigd Koninkrijk, Nederland, de V.S, Frankrijk en Duitsland. Zij maken de dienst uit op de grootste jachtonderdelen beurs ter wereld! Maar er zijn krachtige runners up zoals China, Taiwan en Turkije. En, een heel eind achterop weliswaar, maken de Baltischeen Balkan staten zich op om belangrijker spelers te worden. Vreemd is het dat toch grote watersportlanden als Denemarken, Zweden en Noorwegen zo sterk bij de grote jongens achterblijven. Om ook Spanje maar niet te noemen! De verschillen worden pas echt groot wanneer de stands worden ingedeeld in “handelszones” als EU, VS, Azië en Australië/Nieuw Zeeland. Foto boven: De Amerikaan John Kujawa, één van de 146 standhouders uit de V.S. kan lachen. De eigenaar van Lumitec uit Florida doet goede zaken met onderwater ledverlichting. De trend van onderwater jachtverlichting komt zeker ook naar Nederland. METS 2013 In termen van aantal stands is de EU met stip de grootste speler, direct gevolgd door Azië (China) en de V.S. Europese Unie 20 Verenigde Staten Australië/Nzeeland Azië Rest 10 landen Landen met meer dan 10 stands 250 200 150 100 50 0 William Zhou, salesmanager van Qingdao Highlight Machinery Co uit China. (foto links) Een van de 52 Chinese standhouders. Opvallend veel rvs beslag uit ‘s werelds grootste handelstaat. De Chinese standbemanningen leggen uit wat de specifikaties van hun producten zijn. “Niets gegoten of gelast”. De rvs Beijing spullen zijn hoogwaardig gesmeed. Ook blijkt er een Qingdao fabriek te bestaan met Duits management. De aanwezige Chinezen spreken allen zeer Shanghai goed Engels, dus dat belooft wat voor de Europese concurrentie! Hong Kong Aad Roosemalen is ex-waterpolitieman en werkzaam geweest in de rijn-enbinnenvaart. Hij deelt zijn kennis en ervaring met lezers op zijn website www.vaarkampioen.nl Ik tuf met mijn bootje stroomafwaarts de Gelderse IJssel af en hou strak stuurboordswal aan. Niets aan de hand totdat er een motorjacht mij tegemoet komt en recht op mij af vaart.Ik stuur nog ietsje verder naar de oever maar mijn tegenligger doet hetzelfde, ik bedoel dan dat hij ook verder naar zijn “bakboordswal” draait.Hij zit aan de “verkeerde wal” en ik heb al snel in de gaten dat hij denkt dat de opvaart de wijze van ontmoeten bepaalt zoals dat bij de beroepsvaart ook gebeurd. verkeerde wal varen De vaarregel Dat is een misvatting want deze vaarregel geldt niet voor kleine schepen onderling en bovendien hoeft het vaartuig dat zijn stuurboordswal houdt niet uit te wijken. Zelfs niet voor grote schepen. Artikel 6.05 lid 9: Indien twee kleine schepen elkaar zodanig naderen op tegengestelde koersen, dat gevaar voor aanvaring bestaat, moet het schip dat niet de stuurboordszijde van het vaarwater volgt voorrang verlenen aan het schip dat de stuurboordszijde van het vaarwater volgt. Ik blijf nog een tijdje volhouden maar uiteindelijk wijk ik toch uit. Ik ga staan en probeer met gebaren duidelijk te maken dat ik toch echt aan stuurboordswal vaar en hij dus had moeten uitwijken. Ook op de Gelderse IJssel! De reactie was er één van onbegrip en verbazing. Die schipper moet gedacht hebben dat ik gek was en er totaal niets van begreep. Stuurboord op stuurboord Op de Gelderse IJssel wordt door de grote schepen veel “verkeerde wal” gevaren en de pleziervaart doet er goed aan om die beweging te volgen. Doe je dat niet dan kan het ontmoeten van die grote schepen tot benauwde situaties leiden. Stel een groot schip komt jou via zijn verkeerde wal tegemoet en hij toont daarbij een blauw bord ten teken dat hij stuurboord op stuurboord wil voorbij varen. Je hebt dan de keus om aan stuurboordswal te blijven, daar waar de ruimte beperkt is. Je vaart dan “bakboord op bakboord” voorbij. Of je stuurt je boot naar de andere zijde en vaart de tegenligger “stuurboord op stuurboord” voorbij, daar waar veel meer ruimte is. Het laatste is voor alle partijen, het beste en is ook voorgeschreven in artikel 6.05 van het BPR.Artikel 6.05 lid 7: Een afvarend klein schip moet voorrang verlenen aan het opvarende grote schip, bij voorkeur door voorbij te varen aan de zijde die het opvarende grote schip vrijlaat. Artikel 6.05 lid8: Een opvarend klein schip moet voorrang verlenen aan een afvarend groot schip. Recht door Zee “Pleziervaart” overboord? Daar bedoelen wij mee nauwelijks serieus te nemen termen als pleziervaart(uig) en recreatievaart(tuig). De terminologie doet vermoeden dat veel watersporter het varen niet al te serieus nemen. Zij hebben altijd “plezier” of zijn aan het “recreëren”. En, laten wij wel wezen, zo wordt de jachtschipper ook vaak benaderd. Bij ongevallen op het water wordt bijvoorbeeld eerst aan de pleziervaarder gedacht wanneer het om de schuldvraag gaat. Trekken wij een paralel met het wegverkeer, dan blijkt dat daar ook niet wordt gesproken over plezier- of recreatieauto’s wanneer het over personenwagens gaat. Waarom dan wel op het water? Jachtvaart Zeilers en motorbootvaarders bewegen zich voort in een jacht. Het ligt dus voor de hand dat deze bestuurders als jachtschippers worden aangesproken en hun activiteit als jachtvaart. Zou dat helpen om serieus genomen te worden? Watersport is in ons land een economische factor van belang die zo langzamerhand niet onder doet voor dat van de “professionele” maritieme industrie. Dan kan een volgende stap zijn om voorrangregels dienovereenkomstig aan te passen want de vracht- en jachtvaart groeit en het vaarwater niet! Ergo, het is dringen geblazen. Met plezier zien wij deze nieuwe term tegemoet en gooien de oude overboord!. van Zweden naar België deel 3 Jan Willems Over mijzelf: ik ben een 47 jarige vader 3 kinderen, Jasper (15), Anke(14) en Seppe (13) en gelukkig getrouwd met Els. Wij wonen in Antwerpen op de Linkeroever. Sinds januari 2013 ben ik met een sabbatical bezig. Vorig jaar heb ik gewerkt in Valdemarsvik, Zweden en heb me daar de IF gekocht om in de weekends te gaan zeilen in de prachtige archipel. We hebben op het Galgenweel in Antwerpen een Snipe liggen en voor de jeugd een RS feva. Jasper gaat deze zomer zijn eerste zeillessen geven als hulpmonitor. Ik ben ook yachtsman en zeilde vooral op de Noordzee en Zeeland mee als bemanning. De laatste 3 jaren hebben we ook zeilcharters gedaan met de hele familie in Kroatië in een eigen flottielje samen met enkele vrienden. Het water is zowat de rode draad door mijn leven. De IF was nieuw voor mij maar ik vond het zo een leuk bootje dat ik heb besloten om het naar onze regio te brengen. Aangezien zeilen leuker is dan op een trailer te zetten koos ik voor het eerste. Zaterdag 10/8/2013 Duitsland! Vandaag stonden er een dikke 40 mijl op het programma om van het Deense Gedser naar het Duitse Heiligenhafen over te steken. De wind ging in de vroege ochtend van het westen naar het zuiden krimpen om in de late namiddag terug naar het zuiden te ruimen. We hebben onze wekker om half zes gezet om ten laatste tegen zes uit te varen. Op deze manier konden we maximaal van deze gunstigere windrichting gebruik maken. Ik was wel de buitenboor vergeten bij te tanken. We waren nog maar de haven uit en we vielen al zonder benzine. Het geoliede team aan boord is er in geslaagd om op enkele minuten bij te tanken uit de reserve tank en weg waren we… Het eerste uur en half was nog op motor omdat de wind nog niet genoeg uit het zuiden kwam en ook te zwak was. Daarna konden we de hele rit tot aan Fehmarn eiland te varen. In het begin een goede 4kn, naar het einde toe 5kn. Onderweg zijn we nog de gigantische windmolenparken van Denemarken gepasseerd, 100den windturbines, heel indrukwekkend! Voor de rest was het een lange, voornamelijk grijze dag. Ik denk dat er vandaag maar 2 plezierboten de oversteek gemaakt hebben. Fehrman eiland is vooral gekend van de overzet naar Denemarken tussen Puttgarten(D) en Roedby (DK). Onderweg hebben we ook voor de eerste keer echt druk verkeer gehad van grote schepen die van en naar Kiel voeren. Af en toe toch goed opletten. Tussen Fehramn en het vasteland is een grote brug, waar we onder gevaren zijn. Net voor we bij de brug aankwamen is het weer plots omgeslagen. Op enkele minuten kwam de wind knal uit het westen en trok ze aan tot 5 à 6Bft. Bovendien waren er daar ook enkele ondieptes en rotsen waar we tussendoor moesten. Het is op enkele momenten toch heel hectisch geworden. Na de brug wouden we op motor verder gaan maar de waterkoeling werkte niet. De zeilen waren al naar beneden, dan maar op de fok verder. Met een speldje, balancerend op de achtersteven heb ik de uitlaat kunnen proper maken, zodat dit euvel ook weer opgelost werd .Met Seppe als stilaan ervaren bootsmaat hebben we deze omstandigheden veilig en wel doorstaan. Door de strakke westenwind en de opkomende golven hebben in het laatste half uur nog een uur verloren. Rond 16 zijn we dan Heiligenhafen binnen gelopen in de gietende regen. Eens aangelegd, hebben we nog een boterham gegeten (dat was onderweg niet mogelijk, dus we hadden grote honger), ons aangemeld en dan ben ik nog even naar de winkel geweest om olie voor de tweetakt benzine te kopen. We waren toen allebei zo moe dat we een uurtje of 2 geslapen hebben. Om 1900 uur zijn we dan de stad gaan verkennen. Heiligenhafen heeft een jachthavan zoals die van Nieuwpoort, maar een centrum dat meer aan Oostende of Blankenbergen doet denken. Rond de visserhaven is het heel gezellige met heel wat winkeltjes, cafés en restaurants. Er zijn enkele leuke winkelstraten en een mooi marktpleintje. Het is duidelijk dat we uit Scandinavië zijn (of in Duitsland zijn aangekomen). Alle clichés over Duitsland kan je hier zien: biergarten, wurst mit kartoffelen, dikke duitsters met dikke auto’s en dikke boten, eetkraampjes allerhande, winkels met kleren tot 5XL (had ik dat maar enkele jaren geleden geweten, maar dat is nu voorbij,oef). Eigenlijk wel best gezellig. Ik had dit hier niet verwacht, wat het des te aangenamer maaktom hier een dagje te blijven. Morgen geven ze 5 à 6Bft uit het westen met bovendien onweerswaarschuwing. Geen enkele reden om zelfs te proberen: morgen Ruhetag! Heiligenhafen is boeiend genoeg om een dagje door te brengen. De winkels zijn morgen open, en het zijn nog solden. Ik kan wat verder werken aan mijn nieuwe kleerkast. Hopelijk word het weer maandag wat beter en kunnen we onze tocht verder zetten. Wij kunnen veel plannen maken maar de natuur neemt de uiteindelijke beslissing. Tot morgen Seppe en Jan Zondag 11/8/2013 Kiel Vandaag hebben we zo goed als niets gedaan. Tot 10 uur doorgeslapen (het was dus wel eens nodig!), wat gerommeld aan boord, shoppen in de stad (de winkels waren open van 11 tto 18uur), af en toe schuilen voor een fikse regenbui (+ donderslagen) en het weer voor de volgende dagen bestuderen. De trend voor de volgende dagen is dezelfde: west zuidwest 5 tot 6 Bft engolven tot 1,5m. Maandag zou het volgens de Duitse weerbericht westenwind zijn in de westelijke Oostzee, De Deense meteo is nauwkeuriger. Van over land komt er een zuidwest die over het water naar het westen draait. Dat wil zeggen als we genoeg onder de kust blijven er kan gezeild worden naar Kiel. Als we dit niet proberen kunnen we even goed naar huis komen, dus morgen gaan we varen… (met een bang hartje want de golven zullen er wel zijn, hopelijk onder de kust ook niet te hoog) Maandag 12/8: om half 7 eruit, om 8 uur weg. In het toilet kom ik nog een Duitster tegen die de laatste voorspelling meegeeft: 5 to 6 bft West met windstoten tot 8bft. Nog even was er twijfel. Ik heb toch neg even de Denen nagekeken en zij blijven die zuidwest aangeven. Eens goed buiten werd het meteen duidelijk: vandaag wordt een lastige dag. Geen grootzeil vandaag, enkel een fok geeft ons onmiddellijk een snelheid van rond de 5kn. De golven waren in het begin nog redelijk maar ze werden gedurende dag enkel maar hoger. Als de golven voorspeld zijn van 1 of 1,5m dan zitten er ook tussen van 2m of hoger. De golven zijn iets langer dan de krabbezee maar we gingen toch flink tekeer. De snelheid werd gelukkig niet te veel geblokkeerd. Seppe heeft zich binnen genesteld en ik heb de hele tijd buuiten gezeten. Ofwel werd ik nat van huit buiswater ofwel van de plensbuien. Soms had ik het gevoel in een wasmachine te zitten. Eten heeft zich beperkt tot wat appelen, koekjes en tuc-jes. We kregen inderdaad wat zuidwest maar niettemin zijn we ter hoogt van Kiel zo een 4 mijl van de koers geslagen. Dit betekent minstens een uur extra. Bij het binnenvaren van de Kiels baai zijn we op motor gegaan. Met de hoge golven was ditniet evident te sturen omdat de moter ofwel telkens ondergedompeld werd ofwel uit het water gelicht werd. Op een bepaald moment voeren we 5kn. Dan kregen we een tegenwind en plots voeren we maar 0,8kn De boot was bijna onbestuurbaar. Met opperste concentratie lukt het uiteindelijk Kiel te bereiken. We deden bijna 12 uur over 45mijl (in het water). We hebben nog 2 andere zotten tegengekomen die dezelfde weg voeren. Voor de rest was het wat uitkijken voor het drukkere verkeer in deze regio. De Kielse baai is een watersportmekka: enorme veel kiters (die met deze wind duidelijk veel plezier hadden), verscheidene grote jachthavens, kleinzeilerij, roeiers, oude boten… Moest het wat mooier weer zijn, moet het hier heel mooi zijn. We liggen nu in de wachthaven voor de sluizen van Nord ostsee Kanal. Na schoon schip gemaakt te hebben zijn we nog gaan eten in een restaurant met een prachtig uitzicht op de baai van Kiel. Morgen varen we op ons gemak naar Rendsburg. Het heeft geen zin om snel door het kanaal te varen omdat het op de Noordzee de komende dagen toch geen goed weer is om door te varen. Dinsdag 13/8/2013 Brunsbüttel Deze morgen werden al om half acht gewekt door de havenmeester, die achter zijn geld kwam. We zijn maar opgestaan. We moesten nog 2takt benzine tanken. Het is bijna ongeloofelijk maar dat is in de jachthaven niet te verkrijgen. Je vraagt je af hoe andere boten met 2takt motortjes dit doen. Wij dus met onze reserve tank op zoek naar een benzine station in de stad. Onderweg hebben we bij een bakker een croissant en een kofkie/warme choco gegeten. Om 10 uur waren we uiteindelijk gereed om te vertrekken. Er lagen al enkele boten te wachten voor de sluis dus wij zijn daar maar gaan bijliggen. Het was toen half 11. De ene grote boot na de andere voer de sluis binnen. Enkele grote 2 en 3 masters (Hollanders) maar de kleine boten mochten er niet in omdat er ook een tanker in lag. Wij moesten nog wat geduld hebben (allemaal te volgen op kanaal 12). Dan een volgende sluis, dan nog wachten op een zandschip dat was vergeten water te bunkeren enz. Uiteindelijk was het 14 uur eer we de sluis in mochten! Meer dan 3 uur wachten! Ondertussen zijn we 4 keer nat geregend en kregen we echt onweer met harde regen, donder, bliksem, hagel over ons heen. Wat een chaos! Er lagen daar waarschijnlijk wel 30 plezierjachten te koekeloeren. Eens versluisd begon een tocht van ongeveer 4 uur. Er stond een harde wind en om het half uur krgen we een bui over ons heen. Gezien het een uitgegraven kanaal is voeren we meestal onder het landschap door en op de kant zagen we enkel bomen en een occasionele fietser of wandelaar. Enkel het passeren van echt grote schepen, heel kort bij bracht wat variatie. We liggen nu in Rendsburg, een typisch noord Duits stadje. Morgen gaan we verder naar Brunsbüttel. In de jachthaven is er eindelijk nog eens een goede internetverbinding waardoor nu maar de vorige verslagen kunnen worden doorgestuurd. Mijn vodaphone dongle doet het eventjes niet meer, maar dat zou morgen moeten opgelost zijn. Seppe en Jan Woensdag 14/8/2013: Vandaag gaat onze tocht verder op het Kiel kanaal. We hebben al 40 van de 100km afgelegd, dus nog 60 te gaan. Tel daarbij nog een paar km om bij Rendsburg te geraken. Gisteren hebben we voor de zekerheid toch nog wat benzine gebunkerd. De weg is lang, steeds tussen de bomen, om de halve km een bordje hoe ver het nog is. Vandaag is er ook zo goed als geen verkeer van grote boten op het kanaal omdat er een staking is aan de sluizen van Kiel. Al goed dat we daar gisteren nog zijn door geraakt. Seppe heeft zowat ¾ van het traject gestuurd. Voor een 13 jarige niet zo evident want hij is nogal snel afgeleid. Ik heb ondertussen de boot wat opgeruimd en daarna een tukje gedaan. Rond 16 uur waren we in Brunsbüttel. We liggen in de jachthaven voor de sluis. Het is pas hoogtij rond 20 uur en pas dan is het de moeite om de Elbe af te varen naar Cuxhafen. Dat zal dus morgen om 8 uur worden. Nu staan we voor het moeilijkste stuk: de Deutsche Bucht. Iedereen die hier ligt (vooral Hollanders kijken met een klein hartje naar deze overtocht. De weersvoorspelling zijn niet zo goed. Het probleem is dat de afstanden vrij groot zijn, de zee heel ruw kan zijn, het tij moet meezitten. Het goed weer venster om de overtocht te maken moet dus ook vrij lang zijn. Op dit ogenblik ziet het er niet zo goed uit. Vooral W en ZW, waar het beter zou zijn een Z of O wind te hebben. NW is ook goed maar dan niet te hard want NW brengt grote golven. Er zal dus de komende dagen met veel aandacht naar het weer gekeken worden. Hoe dan ook zal Cuxhafen de uitvalbasis zijn. Morgen bekijken we het weer. Seppe en Jan De Nederlandse Vereniging van Toerzeilers verzorgde 9 november j.l. voor haar leden een discussiemiddag met als titel “Wat doen we met het IJsselmeer?”. In het clubgebouw van WSV Hoorn werd het evenement ingeleid door Jos Teeuwisse, voorzitter van de IJsselmeervereniging. Bioloog Marco Kraal, ook als spreker uitgenodigd, was wegens een misverstand niet aanwezig. Wat doen we met het IJsselmeer? Opmerkelijk! Op de vraag naar een beleidsvisie van de Vereniging van Toerzeilers kwam geen antwoord. Een gemiste kans! Bedreigingen als plannen voor containerterminals in Lelystad, Almere en Oude Zeug, windmolenparken en excessieve waterplantengroei spreken toch ook zeilers aan. Kernprobleem, volgens voorzitter en historisch geograaf Teeuwisse, is versnippering. Zo’n 250 instanties, waarvan 100 van de overheid, hebben te maken met het IJsselmeer. Hierdoor is het volstrekt onmogelijk een gezamenlijk gedragen visie te ontwikkelen. De IJsselmeervereniging pleit voor het behoud van de open ruimte van dit grootste Westeuropese zoetwatermeer. Dan gaat het over bedreigingen als een windpark in het Markermeer, de Natuurmonumentenplannen voor de “Markerwadden” en kustplannen bij Uitdam en Almere. Het gaat Teeuwisse om een gebalanceerde samenhang van ecologie, economie en esthetiek. Hoognodig zouden zijn een doorlaatbare Houtribdijk als deeloplossing voor het slibprobleem in het Markermeer en een zoet-zoutwater verbinding in de Afsluitdijk. Saillant is dat het IJsselmeervereniging bestuur voor de ontwikkeling van de Markerwadden is en een ledenmotie oproept er tegen te zijn. Uit de vroegste jaren van de polyester seriebouw de “New Horizons” (1957) De kielmidzwaard “New Horizons” geldt als een van de eerste modellen uit de polyester seriebouw ooit. 120 stuks van dit Sparkman & Stephens ontwerp uit 1957 werden door Ray Greene in de Verenigde Staten vanaf dat jaar gebouwd. Oorspronkelijk met een negatieve zeeg (katterug zoals op de foto hierboven), in 1960 werd het een een klassieke zeeg. Klassiekers met een “katterug” Heeft de New Horizons model gestaan voor de Albin Vega of is de Vega een “look alike”? Albin Vega De New Horizons heeft een opmerkelijke gelijkenis met de Zweedse Albin Vega en Albin Viggen, ook met de neiging tot een katterug. Tevens doen het diepliggende achterschip en de getrapte opbouw denken of de New Horizons model heeft gestaan voor Per Brohäll’s ontwerpen. Of zijn beide schepen slechts een “look alike” van dit Amerikaanse schip? Wie zal het zeggen? Albin Viggen Eigenaren van New Horizons zijn te volgen in de Yahoo group “newhorizonssailboat”. Albin Vega eigenaren zijn te volgen op de site van de Ver. Kring van VEGA-Zeilers. 29 November j.l. werd bij Correct in Rotterdam het elfde symposium “Navigatie Recreatievaart” gehouden. Aan de orde kwamen aspecten zoals de zeekaart en het bijhouden daarvan, ontwikkelingen bij de KNRM, de nieuwe verkeersscheidingstelsels, satellietcommunicatie, maritieme elektronica en de examens theoretische kustnavigatie. Een greep uit de presentaties in kort bestek: navigatie update Het elfde symposium Navigatie Recreatievaart Daar pleitte Gilbert de Bruin voor. De kartograaf van de Dienst der Hydrografie ging in op het onlangs jaarlijks slechts gedeeltelijk uitbrengen van de 1800 serie zeekaarten, vooral gebruikt door watersporters. Van veilige navigatie kan slechts optimaal sprake zijn wanneer de kaarten door de schippers zelf up to date gehouden worden. Velen zien dit echter als een moeizame klus en ook het bijhouden van elektronische kaarten laat te wensen over. De Bruin roept op voor “nieuw elan” in verband met dit bijwerken. Hij is trouwens sceptisch over aangeleverde “open source” informatie. De “Dienst” gaat niet over één nacht ijs wat betreft de acceptatie van nieuwe kaartgegevens door derden. Er gloort hoop uit het westen! Desgevraagd zegt de Bruin wel wat te zien in het nieuwe “POD” systeem in de Verenigde Staten. Bij “Print On Demand” worden de door de NOAA (Hydrografische Dienst V.S.) geleverde gegevens geprint door benoemde commerciële printers. En wel op het tijdstip dat het de klant, bijgewerkt en wel, uitkomt. Een andere service van de NOAA is het gratis via internet beschikbaar stellen van kaarten in de vorm van bijgewerkte pdf files. De nuchtere Amerikaan zegt: waarom zou ik twee maal belasting betalen voor een overheidsdienst? Een politieke kwestie dus. Welke watersportlobby-organisatie neemt deze handschoen op? ANWB? Watersportverbond? Hiswa? Zeg het maar! Tijdens de oorlam na afloop van het symposium vernamen wij van de Dienst Hydrografie dat POD er sneller aan zit te komen dan gedacht! Een gunstig effect van bezuinigingen? De KNRM was op dit symposium vertegenwoordigd door Gerard Burema. Onderwerp van zijn presentatie: “On the edge of the axe”. Ontwerp en innovaties van de nieuwste reddingboot van de K.N.R.M. voor de Noordzee. Dit nieuwe type reddingboot heeft een z.g. “bijlboeg”, zoals op de afbeelding te zien is. De bijlboeg pakt de golven beter dan het in gebruik zijnde Arie Visser concept. Aluminium romp in Polen gebouwd, kunststof stuurhuis en beeldschermen, de nodige electronische apparatuur, kortom “state of the art” voor onze redders! En dit alles gerealiseerd door de Fa. Damen te Gorkum. Ook van belang is de KNRM wens om in samenwerking met de Hydrografiche Dienst over real time data te kunnen beschikken. “De tijd dat met viltstift de positiegegevens op de ruiten van de reddingboot werd geschreven moet voorbij zijn”, aldus Burema. De vrijwilliger verandert. Dat zou je zeggen, ja! Met al dit hightec geweld is een ouwe zeebonk zijn alleen niet meer genoeg en zal er meer aan technische opleiding van de opstappers moeten worden gedaan. Echter voor alles geldt ”Redden is mooi, maar preventie is beter”. Theoretische Kust Navigatie Luc Naudts en Dick Glasbergen van het Watersportverbond spraken over ontwikkelingen bij de examens theoretische kustnavigatie. Zij bespeuren een behoorlijke achteruitgang in het aantal geslaagde kandidaten. Hoe dit zo gekomen is blijft onduidelijk. Zij zoeken dan ook hulp bij het verder ontwikkelen van de examens. Electronische navigatie is mooi, maar “back to the basis” moet altijd kunnen in geval van storingen. Dan kom je weer op het punt dat “het wettelijk verplicht is de kaart voor gebruik bij te werken”, aldus de presentatoren. Maar dat wordt de jachtschipper juist weer onnodig moeilijk gemaakt. Electronica Was vooral aan de orde bij Harry de Jong’s presentatie. De Jong, grondlegger van het Correct concern en van het Rotterdams Radiomuseum toonde vol trots de nieuwste DAB+ Sangean radioontvanger, waarop naast geluid ook de weerberichten vanaf een display kunnen worden gelezen. Hij benadrukt het belang om eens de METS in Amsterdam te bezoeken. Plaats waar de wereld haar laatste navigatieproducten toont. Harry heeft daar rondgelopen en “raakt niet uitgepraat” over hybride motoren, zonnepanelen, de grote ontwikkelingen bij Led verlichting; ook zicht onder water tonende dieptemeters, “Sonar downview”; Plotters die het optimale punt om overstag te gaan aangeven, kortom teveel om op te noemen. vaarwinkel.nl Over polyester Jaap van Goor Vaarwijzer week 45 2013 Polyester reparaties doet u zelf Eerder wees ik u al op de polyester cursussen van de ANWB Waterkampioen. Onlangs heb ik zelf deelgenomen aan de workshop “Zelf aanvaringsschade repareren” bij de Zeilschool Aalsmeer. Ne eerst wat theoretische uitleg over het werken met polyester mochten wij onder begeleiding van 4 deskundige instructeurs zelf aan de slag met hars, harder, glasmatten etc.. Eerst zelf een gat in een polyester plaat repareren, daarna zelf een haakse hout verbinding lamineren en tot slot een diepe kras in de gelcoat repareren. Jaap van Goor is oprichter en medeZelf had ik nauwelijks ervaring met polyester of gelcoat. Wel eens een wat kleine eigenaar van reparaties gedaan, maar nooit ging dat zo goed als Promanent b.v.. gisteren. Dankzij de duidelijke uitleg en bruikbare Promanent maakt adviezen was ik in staat om een gat waar een hand software voor de door heen kon weer keurig dicht te krijgen en achter watersport en scheepde folie van mijn ‘werkstuk’ kwam vanochtend een vaart en is ook het mooi glanzend stukje gelcoat te voorschijn in plaats bedrijf achter de online van de lelijke diep kras van de avond te voren. Een Vaarwinkel. Elke week volle maar zeer welbestede avond. publiceert Jaap de Vaarwijzer NieuwsAanrader brief. Privé vaart hij in Ik kan deze workshop aanraden voor een ieder die een PolyClassic Koopzelf aan de slag wil met polyester en kleinere repamans 27 uit 1979. raties aan zijn of haar schip wil doen. Ook vind ik de website: workshop van belang voor eigenlijk elke (toekomstige) eigenaar van een polyester www.promanent.com schip. U leert over het materiaal, de voordelen en beperkingen en bent na afloop www.vaarwinkel.nl ook beter in staat om bijvoorbeeld de offertes en werkzaamheden van reparatie- en poetsbedrijven te beoordelen. Later deze maand doe ik nog de cursus “Maak je romp weer als nieuw” en ik zal daar ook verslag van doen. Naast deze genoemde cursussen organiseert de Waterkampioen ook nog de cursus “Een kleine verbouwing met hout en epoxy”. Wilt u zelf aan de slag met kunststoffen dan is het Praktijkhandboek Kunststoffen zeker ook een aanrader. Als deelnemer aan de workshop kreeg ik het boek mee naar huis, zodat ik het geleerde en nog veel meer nog eens rustig kan nalezen. Vaarwijzer week 47 2013 Maak polyester weer als nieuw Gisteren was ik in Gorinchem te vinden voor de dagcursus “Maak je romp weer als nieuw” over het polijsten en poetsen van de gelcoat van uw polyester schip. Een erg nuttige en zeer leerzame dag vol met tips, trucs, uitleg en natuurlijk veel zelf proberen. De ANWB Waterkampioen organiseert de verschillende cursussen en workshops in samenwerking met diverse andere deskundigen en leveranciers. De cursus van gisteren werd verzorgd onder de deskundige leiding van Rob van Mourik en enkele zeer ervaren experts. Waarbij de leveranciers Festool (professionele klusmachines) en Riwax (poets- en reinigingsmiddelen) hun commerciële belang naar mijn mening keurig op een integere manier in de les hadden verweven. Met bewust 4 instructeurs op 8 deelnemers is de cursus vooral gericht op kennisoverdracht en veel zelf doen. Iedereen kreeg voldoende de kans zijn vragen te stellen en tijdens de hele dag was er voldoende gelegenheid om ook ieders specifieke problemen te behandelen. Het polijsten en poetsen van (zwaar) verweerd polyester kwam uitgebreid aan bod en er was veel aandacht voor materialen, poets- en reinigingsmiddelen en hoe de verschillende gereedschappen goed en veilig te gebruiken. Ook reparatie van de gelcoat, polyester en zelfs het maken van een polyester werkstuk in een mal en hoe zelf een mal te nemen van bijvoorbeeld een profiel antislip dek kwamen aan de orde en kon deels meteen in de praktijk worden gebracht. Persoonlijk vond ik vooral het op de juiste kleur mengen van de gelcoat erg lastig. Het was verrassend om te zien hoe je met de juiste middelen zwaar gekrast perspex weer als nieuw krijgt. Hoe je een gelcoat reparatie met schuren, polijsten en poetsen onzichtbaar kunt afwerken. Zoals één van de medecursisten tegen mij opmerkte: “Ik zou het nooit aangedurfd hebben om mijn eigen schip met schuurpapier en machines te lijf te gaan, maar het is verbluffend om te zien wat je daar mee kan bereiken”. En alle deelnemers waren het er over eens “het geeft veel voldoening als je ziet wat je zelf zo kan bereiken”. Met het juiste materiaal en de instructies en tips van de deskundigen in mijn hoofd ga ik straks ook ons eigen schip eens een flinke opknapbeurt geven. Maar om zelf nog wat meer ervaring op te doen ga ik wel eerst met een bijbootje beginnen. Kan onze zoon van het voorjaar lekker beginnen met zeilen. Belangrijk(st)e tip: “Draai uw boot met regelmaat om. Zelfs als u vaak vaart liggen jachten de meeste tijd in de box in de jachthaven. Dus ligt uw boot vrijwel altijd in dezelfde richting. Met als resultaat dat die zijden waar de zon het meeste schijnt anders van kleur zullen zijn dan die zijden waar het zonlicht nauwelijks of niet komt. Iets om terdege rekening mee te houden als u een gelcoat reparatie aan meerdere zijden moet uitvoeren. Geen kant van uw schip zal na vele jaren in de zon exact dezelfde kleur hebben. Sommige kleuren gelcoat verkleuren sneller dan andere. Blauw en rood verkleuren sneller en meer dan bijvoorbeeld wit. Verder zal een negatieve spiegel sneller verkleuren dan een positieve.” Aanmelden voor de gratis Vaarwijzer nieuwsbrief? Klik hier. Een Vega uit 1950. Hoe kan dat? “Ontwerpen voor een kiel-midden-zwaardjacht van 8,50 m lengte” Zo luidde de opdracht voor een prijsvraag, in 1950 uitgeschreven door de K.V.N.W.V. Wat betekende die afkorting zo vlak na de oorlog ook al weer? Juist! “Koninklijke Verbonden Nederlandsche Watersport Vereenigingen”. In een Waterkampioen van 1950 schrijft Baron G.W.W.C. van Höevell (Willem voor intimi) een commentaar over het resultaat van de prijsvraag. Van Höevell was een gerenommeerd ontwerper van veel jachten, waaronder de PolyClassic “Oranjebloesem”. Ook was hij initiatiefnemer tot oprichting van de Nederlandsche Vereeniging van Kustzeilers. Van de 10 inzendingen kreeg de Vega van W. Bruin uit Naarden een gedeelde 3e prijs. “De ontwerper is nog niet genoeg in de materie thuis om een afgerond geheel te scheppen. Het algemeen aanzicht is iets te robuust geworden.De iets te schrale en te hoge kop komt de stabiliteit niet ten goede. Het roeroppervlak is iets te groot. De zwaardkast is te hoog en zal een lelijke sta-in-de-weg worden. De kuip is te laag, etc, etc”. Kortom, van Höevell vindt eigenlijk alle inzendingen maar niets en hij is van mening dat de Vega ontwerper nog niet genoeg thuis is in de materie om een afgerond geheel te scheppen. Toch gaat W. Bruin naar huis met een prijs ten bedrage van welgeteld Fl. 75.--, ja, guldens! Hoe zou van Höevell over de later zo succesvolle Albin Vega hebben geoordeeld? Toch nog even gegoogled naar de naam W. Bruin in Naarden uit die jaren. Wij hebben alleen die van stedebouwkundige Prof. Wieger Bruin uit Naarden kunnen vinden. Ook een ontwerper, dus het kan goed zijn dat hij de inzender was. Kennelijk was hij wel genoeg thuis in de stedebouw materie. ARC 2013 Atlantic Rally for Cruisers 24 november, j.l. gingen zij weer van start. De ARC vloot van meer dan 200 zeiljachten verliet met 1200 bemanningsleden de haven van Las Palmas, Gran Canaria, op weg naar St. Lucia in de Caraibische Zee. 2.700 zeemijl, om uiterlijk 20 december in de “Carieb” te finishen. World Cruising Club Deze “Atlantic Rally for Cruisers” is één van de 8 jaarlijkse race/toertochten, georganiseerd door de in 1986 door de Brit Jimmy Cornell opgerichte World Cruising Club. De oprichting volgde uit de eerste succesvolle georganiseerde ARC. Voor schippers met oceaan aspiraties organiseert de WCC ook 2 daagse advies- en training seminars in Groot-Brittannië en de Verenigde Staten. Op de website www.worldcruising.com zijn van de meeste deelnemers tijdens de overtocht logs te lezen om aldus dag na dag op de hoogte te zijn van hun ervaringen en vorderingen. Hoe deden de PolyClassics het? Onder de meer dan 200 deelnemende schepen waren vier PolyClassics en wel “Vahine” een Swan uit 1973, schipper de Fin Pertii Ripatti (12.01.41.52) “Rainbow” een C&C 61 uit 1972, schipper de Italiaan Paolo Sanna (12.20.46.30) “Swan Walhalla” een Swan 55, schipper de Brit Samuel van Holthe (14.08.18.07) “Zenara” een Robbert Clark uit 1972, schipper de Brit Brian Campbell Bottoms (geen tijd bekend) Allen schepen van 17 meter en meer. Bij de kleinere jachten hebben wij geen PolyClassics kunnen ontwaren. Dit schreef Nauticlink erover: De rally stond in het teken van ongebruikelijk windpatronen. Het jacht Pollux kwam in Rodney Bay op Sint Lucia aan met een halve mast! St Lucia – De 28ste Atlantic Rally for Cruisers (ARC) zit er met het eindfeest afgelopen zaterdag weer op. De gemeenschappelijke Atlantische oversteek had op dat moment 213 boten in een soort konvooi vanuit Las Palmas naar het Caribisch Gebied gebracht. Voor enkele om de wedstrijd, voor het merendeel om de prestatie en de verhoogde veiligheid. Nu gaat iedereen weer zijn eigen weg. Deze oversteek is – net als de Mini Transat – heftiger geweest dan gebruikelijk. De eerste dagen blonken uit door een gebrek aan wind. Sommige boten hebben zelfs van de route moeten afwijken om een extra tankstop te maken op de Kaap Verden. Slechts zes ‘cruising’ jachten zijn over de finish gekomen zonder hun motor te hebben gebruikt. Normaal zijn dat er veel meer. Wat de eerste helft van de 2700 mijls tocht heeft gemist, kwam dubbel zo hard terug in het tweede deel, waarin het uitzonderlijk hard heeft gewaaid. Verschillende boten hebben averij opgelopen. De tweede helft van de oversteek is voor het grootste deel van de vloot niet bepaald een ontspanning geweest. De voor dit seizoen ongebruikelijke ligging van een depressie net ten noorden van de koerslijn was hier schuldig aan. (Nauticlink, Atlantic Rally For Cruisers) De volgende ARC start 23 november 2014 D E V O N Plymouth Salcombe Devon Yawl De 200 jarige ontwikkeling van een ontwerp De eerste Devon Yawl werd op 4 mei 1968 te water gelaten. Het idee voor deze boot kwam door de groeiende populariteit van polyesterbouw voor kleinere schepen en door de stijgende kosten om de voorganger, de originele houten Salcombe Yawl, te bouwen. 1968 eerste Devon Yawl De Devon Yawl klasse is geworteld in de 200 jarige ontwikkeling van binnenwater vissersbootjes aan de Zuidkust van de Britse provincie Devon. Geleidelijk kwam uit deze vissersbootjes de houten Salcombe yawl voort om wedstrijd te zeilen en te picknicken. De eerste Devon Yawls hadden rode zeilen om ze te kunnen onderscheiden van de Salcombe Yawl met witte zeilen. De mast en andere rondhouten waren van aluminium. Ook was de romp standaard blauwkleurig. Verbeteringen Sinds die vroege jaren zijn een aantal verbeteringen aangebracht om het uiterlijk en prestaties te verbeteren. De zeilen zijn nu wit en van een betere kwaliteit. De rondhouten zijn gemoderniseerd en de boot werd makkelijker bestuurbaar gemaakt Paspoort Devon Yawl L.oa.4.87 m L.o.a. incl. boegspriet 5.47 m Diepgang 0.28 - 1.38 m Breedte 1.88 m Gewicht 4.32 kg Zeil opp. 15.5 m2 Materiaal polyester Ted Tim Vraag iemand naar de Devon Yawl en 9 op de 10 gevallen zal men uitkomen bij Devon Yawl specialist Ted Timberlake, actief lid van de in 1979 opgerichte Britse Devon Yawl Association. Van Salcombe Yawl naar Devon Yawl Vakantie houdend in Salcombe in de provincie Devon zag hij de houten Salcombe Yawl, voorganger van de Devon Yawl, en viel als een blok voor deze boot. Hij wilde er een kopen! Op zijn zoektocht echter, zag hij ook de polyester Devon Yawl veranderde op slag van liefde en kocht de DY 129, “Peter Duck”. Dit is nu 32 jaar geleden. Ted en familie racen, toeren en onderhouden de boot naar hartelust. foto Bryn Davies Pennant Yachts mberlake t s i l a i c e p S l w a Devon Y Ted kocht 3 DY’s Maar dat is nog niet alles! Hij kocht in Spanje ook de DY 252 “Missie Lee” en knapte die ook op. Daarna kocht hij in Oostenrijk met een andere DY enthousiasteling DY 141 “Sula B”. Dat laastste was een beetje te veel van het goede, want die is intussen weer verkocht. Het is vooral ook zijn hobby om zoveel mogelijk Devon Yawls en Devon Daysailers wereldwijd op te sporen en te archiveren. “Het zijn super jachten. Er kunnen wedstrijden mee worden gevaren, maar ook de hele familie kan er mee toeren. Een boot met geschiedenis en ook technisch interessant. Ja, ik heb een Devon Yawl obsessie!” aldus Ted Dit zegt Hans Piet van Sprang over zijn “Devon Fun” Ik vaar de Yawl meestal in mijn eentje op het Gooimeer en het Markermeer. Dat was ook de opzet en merk dat ik daarbij de druil ideaal vind! Op zoek naar een bootje voor mij zelf, geschikt voor ruimer water ook bij meer wind kwam ik deze Devon Yawl tegen op internet en vond het meteen een geweldig scheepje.De vorige eigenaar heeft het een volledig refit gegeven. De romp en dek zijn geschilderd, al het houtwerk is vervangen, de waterdichte luiken voor vernieuwd, deel van het beslag vervangen. Ook zijn de zeilen van zeer recente datum. Het bootje mocht niet te groot zijn. Klassiek, zeilend op zee ook geschikt voor het Gooimeer, stabiel dankzij de nodige ballast en vooral de druil als ideale tuigage vorm voor de solo zeiler! Bijliggen is een eitje en ik kan alles doen onder zeil. Of met het grootzeil. Tijdens het varen makkelijk reven of even rust en een kopje koffie drinken.Daarnaast waait het echt hard grootzeil naar beneden en ik heb een zeer handel baar scheepje waarmee je altijd thuis komt ook in je eentje. Ondanks haar gewicht springt ze snel aan en is redelijk snel. Zeer stabiel zowel kwa aanvang als tijdens het zeilen. Wil je het maximum er uit halen moet je natuurlijk met z’n tweeën zijn en ook flink hangen. Ofwel vaar haar zo sportief als jij wilt. Devon Yawl websites www.devonyawl.org www.devonyawl.co.uk Klaas Wiersma is watersportfotograaf en publiceert regelmatig in tijdschriften als Zeilen, Waterkampioen en de Spiegel der Zeilvaart. www.klaaswiersma.nl Fotograferen op het water door Klaas Wiersma deel 1 “Bewegen” “Nog gezeild dit weekend?”, “Jazeker! Was behoorlijk heftig.” Terwijl je de woorden uitspreekt, weet je dat je collega zich er niets bij kan voorstellen. Maar in gedachten zie je jezelf weer, worstelend met de genua op een hellend voordek. Dan laat je een foto zien, gemaakt met een waterdicht cameraatje. De ogen van je collega worden groter. “Ben jij dat?” Fotograferen op het water is lastiger dan aan land. Maar er is ook meer te winnen. Al was het maar vanwege de unieke omgeving waarin wij van onze sport genieten. De komende edities van de PolyClassic Zeiler zal ik aan de hand van verschillende onderwerpen vertellen hoe je als zeiler betere foto’s op het water kunt maken. Voorbeelden van onscherpe foto’s Wissen ! Alles beweegt Op het water is alles in beweging. De boot beweegt, aan boord beweegt er van alles en andere boten bewegen ook nog eens. Hoge iso, scherp maar erg korrelig Lastig bij het fotograferen want een kleine trilling zorgt al voor een onscherpe foto. In tegenstelling tot een te lichte of te donkere foto valt een onscherp beeld niet te ‘restaureren’ met nabewerking. Een scheve horizon zet je tegenwoordig in een wipje recht op de computer. Maar een onscherpe foto heeft alleen waarde voor jezelf, als herinnering. Anderen moet je er niet mee lastig vallen. Statief in de kuip. Het water is streperig, de boot is scherp. Hoe voorkom je bewogen foto’s? Stabiel Zorg voor een stabiele houding. Ga wijdbeens staan of zoek steun bij een vast onderdeel van de boot. Hou met de ene hand de camera vast en ondersteun met de andere hand de lens. Bij ruige omstandigheden geldt natuurlijk ‘een hand voor jezelf en een hand voor de boot’, in dit geval de camera. Maak veel foto’s Stabiele houding. Benen gespreid. Een hand aan de camera, de andere ondersteunt de lens. (foto: Eric van den Bandt) Op een geheugenkaartje gaan even veel foto’s als op honderd filmrolletjes. De kaartjes zijn nog herbruikbaar ook. Veel foto’s maken is dus geen enkel probleem. Op het water is dit een groot voordeel. Zeker als het zo hectisch is als beschreven in de inleiding. Meestal is er van en hele serie foto’s maar ééntje echt geslaagd. IS en ISO Twee afkortingen die op elkaar lijken maar twee totaal verschillende zaken beschrijven. IS staat voor Image Stabilizer, de lens of de chip kan zelf trillen en neutraliseert beweging. De term ISO stamt uit de tijd van de filmrolletjes en is de mate van lichtgevoeligheid. Tegenwoordig is de ISO-waarde in te stellen op de camera. Kies voor een hoge ISO als er weinig licht is. De foto’s worden wat ‘korreliger’ maar je kunt korte sluitertijden blijven gebruiken. Een ISO van 400 is gemiddeld. Extra accessoires Snelle sluitertijd, de spetters worden bevroren. Wie aan boord ‘s avonds of ‘s nachts wil fotograferen kan de flits aanzetten. Het maken van actiefoto’s met flits is een afrader. Slechts de helft van de boot wordt verlicht, de bemanning ziet er uit als konijntjes in een koplamp en is zeker nog 20 minuten zijn nachtzicht kwijt. Soms is een statief een oplossing. Vaste onderdelen worden scherp, alles wat beweegt wordt wazig. Kortom: Is een foto niet scherp, dan is er niks meer aan te doen. Delete. Zorg voor een stabiele houding. Een snelle sluitertijd vermindert de kans op bewegingsonscherpte. Maak veel foto’s. Een camera of lens waar IS op staat bevat slimme techniek. Door ISO op hoog te zetten kun je in de schemer fotograferen. Flits of statief kun je ook thuis laten. Pion Gouden Ruiter verdwijnt achter een golf. Op het water is veel beweging. Volgende editie: Geen tijd om foto’s te maken? federatie polyclassic zeiljachten Succesvolle workshop brandstof, smeerolie en motoren door Ben Verhaaf Op 14 december 2013 was in Noordschans de eerste workshop van het winterseizoen ’13-’14 van de Federatie Polyclassic Zeiljachten. De workshop werd op deskundige wijze gegeven door Peter v.d. Waa, lid van de Trintella Vriendenkring, terwijl het motor gedeelte verzorgd werd door Hans van der Sanden van de jachtwerf Noordschans. Er waren 21 deelnemers vanuit de Vindö, Trintella, Contessa, Vega en Marieholm clubs. Zij waren allen zeer enthousiast over het programma. Het was jammer dat er te weinig belangstelling voor een middagsessie was waardoor een aantal mensen, die van ver moesten komen, afhaakte. Na de ontvangst met koffie en cake hield Peter als eerste een referaat over het hoe en waarom van de huidige dieselolie perikelen (prut in je tank). Uiterst leerzaam en voorzien van aanschouwelijk materiaal. Daarna gingen we naar de werkplaats waar Hans voor ons een motor met storingen geplaatst had. Tijdens het verhelpen van die storingen bleken er ook nog onbedoelde storingen te zijn hetgeen de zaak ook nog wat spannender maakte. Ook dat was heel leuk en bovendien leverende het een soort handleiding op m.b.t. het storing zoeken. Peter sloot het programma af met met een uiteenzetting over smeerolie en hoe daar mee om te gaan m.b.t. motor onderhoud en verversing van de olie. De deelnemers kregen per mail de uitgebreide presentatie toegestuurd. Voor de inhoud van de workshop verwijs ik naar de volgende editie van de PolyClassic Zeiler. Ik weet zeker dat ik namens de aanwezigen spreek als ik zeg dat we van een uitstekende, leerzame en leuke workshop hebben genoten. Delta Lloyd 24 Uurs Zeilrace vaar vanaf 2014 mee in de exclusieve PolyClassic klasse! 22 en 23 Augustus 2014 wordt de 50e Delta Lloyd 24 Uurs Zeilrace gevaren. De PolyClassic klasse is exclusief voor leden van bij de Federatie PolyClassic Zeiljachten aangesloten organisaties! Gezeild wordt met s/w rating. Inschrijven kan vanaf 1 april a.s. op www.kustzeilers.nl Informatie s/w rating: www.sailsupport.nl Elisabeth Spits is conservator schepen & techniek van het Scheepvaartmuseum Amsterdam. Zij is gespecialiseerd in de geschiedenis van pleziervaart en watersport. Van haar hand verscheen o.a. de titel Nederlandse jachten 1875 - 1975, ontwerp en bouw van zeil- en motorjachten. Deze polyester Volksboot uit 1978 heeft nog een houten mast en giek. Voor nog meer onderhoudsgemak zijn de rondhouten nu ook in aluminium leverbaar. Elisabeth Spits over haar Folkebåd t d u o h n e n j i l e k ie s s a l k n a v e j s l A De Scandinavische Volksboot Zo’n twintig jaar geleden kocht ik in Denemarken een tweedehands ‘folkebåd’ gebouwd bij Folkebådcentralen in Kerteminde. Daar werden sinds 1977 door Erik Andreasen polyester Volksboten gebouwd. Dat zoveel moois en goed zeilend ook nog in makkelijk polyester te koop was, vond ik geweldig. De Freja was uitgerust met goede zeilen en buitenboordmotor, had een mooi met hout betimmerd interieur en was tiptop onderhouden. Over de fantastische zeileigenschappen had ik al veel gehoord: zeewaardig, nooit reven, snel en hoog aan de windzeilend. Klopt allemaal! Iets preciezer: we voeren altijd op het IJsselmeer en ook de Noordzeekust hebben we bevaren. De Volksboot ligt snel op één oor, maar de tegenwerking van de kiel is voelbaar ; nooit reven: dat kan, mits de aanwezigheid van een bemanning van minimaal drie maal 80 kg. Voor twee keer 60 kg vaart het met een rif wel veel rustiger. En snel: niet in vergelijking met moderne ontwerpen, maar wel voor een klassiek ontwerp en zeker voor een scheepje met een waterlijnlengte van zes meter. Zijn er dan helemaal geen bezwaren? Eigenlijk niet, tenzij je een grote kombuis, douche, en stahoogte verwacht. Maar als je van klassieke lijnen houdt en als het zeilen het belangrijkste is: koop dan een Volksboot. What’s in a name? Nordisk Hoe zit het nu eigenlijk met die naam? Is het Scandinavische of Noorse Volksboot? En is het een Volksboot, Folksboot of Folkboot? Het Scandinavische Watersportverbond schreef een prijsvraag uit voor een Nordisk entypsbåt. Noorse volksboot lijkt een verbastering van het woord Nordisk. De juiste vertaling van Nordisk is echter Scandinavisch. Alle varianten op Volksboot zijn verhaspelde germanismen en anglicismen, vaak gebruikt omdat volksboot in de oren van de trotse eigenaren te gewoontjes klinkt. Dit laatste geeft ook het veranderde perspectief van het ontwerp aan. Normaliter vaart de Scandinavische Volksboot met een buitenboord hulpmotor, zoals links afgebeeld. Hier bij MarineCenter in Lemmer een exemplaar met een inbouw electromotor. (zie foto rechts) MarineCenter Lemmer is importeur Benelux van de “Folkeboot”. Daysailer Het Zweedse initiatief in 1941 - Zweden was neutraal in de Tweede Wereldoorlog - voor een Volksboot, een betaalbare boot voor een gezin met twee kinderen, voor toervaren en wedstrijdzeilen, paste in de tendens van het toenemend toerisme door steeds grotere groepen mensen en niet alleen maar voor een rijke bovenlaag. Nu worden houten Volksboten allang niet meer gebouwd, dat is veel te kostbaar, maar ook een nieuwe polyester boot kost een lieve duit. En dat doet alleen degene die zich een daysailer kan veroorloven, want dat is de categorie waar de Volksboot, door gebrek aan modern comfort, tegenwoordig toe gerekend wordt. De Jester De beroemdste Volksboot is de Jester, de joker, waarmee de Britse kolonel Herbert George, beter bekend als Blondie, Hasler in 1960 als tweede over de finish van de eerste editie van de OSTAR kwam. Hoewel de Jester een gemodificeerde versie was, karveel gebouwd i.p.v. overnaads en door zijn jonktuig ook nogal afweek van de originele Volskboot, kunnen Haslers ‘fratsen’ nu ook gezien worden als een prima staaltje marketing. Als je met zo’n scheepje de oceaan over kunt steken, wat zou je je dan zorgen maken in de beschutte Zweedse scherenkust, tussen de Deense eilanden of op het IJsselmeer? Het succes van de Volksboot, en dan vooral de goede zeileigenschappen, inspireerde ontwerpers tot polyester varianten, voordat de Volksboot zelf in polyester werd gebouwd, zoals de International Folkboat (IF), Contessa 26 en de Marieholm. Ook voor de Invicta (1964), keek van E.G. van de Stadt naar de Scandinavische Volksboot. In tegenstelling tot deze varianten wordt de polyester oerversie nog steeds nieuw gebouwd bij de inmiddels in Duitsland gevestigde werf. Alles over de Volksboot is te lezen in The Folkboat Story. From Cult to Classic – the Renaissance of a Legend, (door Dieter Loibner) aanwezig in de bibliotheek van Het Scheepvaartmuseum Amsterdam. Een Scandinavische “volksboot” Zo kondigde een Waterkampioen in het oorlogsjaar 1942 de komst van de Volksboot aan. Met dank aan de Waterkampioen volgt hieronder het artikel van toentertijd in oude spelling. “Naar het Zweedse zeilblad “Till Rors” meedeelt is men als resultaat van een gehouden prijsvraag, thans in de Noorsche landen een “volksboot” rijk geworden. De teekeningen zijn hierbij gereproduceerd; het ardige scheepje zal ook menigen Nederlandschen zeiler interesseeren. Een twintigtal der vaartuigen is reeds besteld en nog vele aanvragen zijn in behandeling. De bouwprijs is ongeveer 3.000 kronen, een vrij hoog bedrag voor een volksboot, maar in deze onzekere tijden is daarover moeilijk te oordeelen. De boot wordt overnaads gebouwd met een huid van 14 mm grenenhout. Ook het dek is van grenenhout, met doek bespannen. De meeste constructiedeelen worden van eikenhout gemaakt. In de kajuit kunnen twee personen overnachten; in de kuip kan onder een tent nog een derde slaapplaats ingericht worden. In de kajuit bevindt zich bovendien een open ruimte voor het ophangen van kleeren; in de kuip onder de zitbanken, is plaats voor het opbergen van proviand en een kooktoestel. Met zijn vlotte vormen en zijn moderne tuig maakt dit scheepje een prettigen indruk. Het ontwerp is door de jury, in samenwerking met een jachtwerf, uit de vijf beste ingekomen ontwerpen samengesteld. Van de 58 inzendingen op de prijsvraag beantwoordde nl. geen enkele ten volle aan de gestelde eischen en slechts een deel der uitgeloofde prijzen werd uitgedeeld.“ v.K. Websites bij dit artikel: www.folkboat.de www.marieholmvereniging.nl www.polyclassics.nl www.vksj.nl www.valhowells.com www.dcyr.nl www.folkboat.com www.folkebaad.dk www.folkkari.net www.folkeboot.de www.folkboot.nl www.nordicfolkboatspain.wordpress.com www.folkbat.com www.folkboats.com www.sfbayfolts.org De KNRM zoekt vrijwillige redders! Klik hier voor informatie e d n et? e ed cs h d e si o s a H Cl ly o P Sydney Australië Hobart/Tasmanië Tussen het geweld van de 96 deelnemende racemachines vielen bij deze jaarlijkse zeilklassieker ook twee PolyClassics te bespeuren. rolex sydney - hobart yacht race 2013 start 27 december 2013, afstand ca. 630 zm In deze stormachtige 69e editie van Australië’s top zomersport evenement streden ook mee de Sparkman & Stephens 34 “Wilparina”, bouwjaar 1982 en de Peterson 44 “Bacardi” uit 1976. Wilparina was een van de 10 jachten die de strijd moesten opgeven, maar Bacardi zeilde de wedstrijd uit en eindigde na 4 dagen, 19 uur, 48 minuten en 6 seconden op de 58 plaats in de IRC klasse. Bacardi voer dit jaar voor de 28e maal mee en was daarmee het jacht met de meeste ervaring in deze regatta. En dat is nog niet alles, want zij moest in al die jaren slechts eenmaal opgeven. Zeilpetje af voor dit schip en bemanning! Brouwse Classic’s Regatta 20/21juni 2014 Brouwershaven Watersportvereniging Brouwershaven organiseert voor de derde keer de Brouwse Classic’s Regatta voor klassieke zeiljachten Condities voor deelname van Klassieke Polyester schepen, inschrijven en notice of race hier! Boatfit Bremen, dé jaarlijkse “refit” watersportbeurs. Met veel presentaties, workshops en een maritieme 2e hands markt. Een “must” voor PolyClassic schippers Vindö 45 “Karma” Reilen en Zeilen in 2013 Terugblik op het PolyClassic jaar 2013 met de Karma door Rien Mussert Rien en Joke Mussert Karma is een Vindö 45, gebouwd op de voormalige Vindöwerf te Nötesund op het eiland Örust aan de westkust van Zweden. Örust is de bakermat van o.a. Malö, Najad en niet te vergeten Hallberg Rassy. De huidige eigenaren van de Karma, Rien en Joke Mussert, hadden een fantastisch PolyClassic jaar. De Brouwse Classics Regatta Als eerste evenement werd meegedaan aan de 2e Brouwse Classic Regatta. Daar waren de PolyClassics voor uitgenodigd om mee te doen. Deze regatta is een kleinschalig evenement met een deelnameveld van zo’n 20 boten. De organisatie was in handen van de watersportvereniging Brouwershaven. In hun gezellige clubhuis het Roefje werd op donderdagavond het regelement uitgelegd door zeilmaker Willem. Er zijn 2 wedstrijden uitgezet, één op vrijdag en een op zaterdag. Het wedstrijdwater was natuurlijk de Grevelingen. Het weer op vrijdag was matig met veel wind, en op zaterdag was het al niet veel beter met wind- en regenvlagen. Vanwege het weer waren er minder andere boo tjesvaarders op de plas en de wedstrijdzeilers hadden daardoor ruim baan. Er werd goed gezeild met lange loefduels tussen o.a. Pelorus Jack, Gladoor en Karma. Uiteindelijk werd Pelorus Jack 1e en Karma 11e in het totaal klassement. Na afloop een heerlijk captainsdinner en prijsuitreiking. Het was een zeer geslaagd classic evenement, een aanrader als u in het bezit bent van een klassiek schip! De volgende vindt plaats 20 en 21 juni 2014. Zie verdere uitslagen en inschrijven voor de regatta www.wvbrouwershaven.nl. Pelorus Jack: PolyClassic Tripp 30 uit 1963 Gladoor: Eikenhouten de Vries Lentsch 60m2 uit 1926 Kaagweek Karma ging weer richting thuishaven Warmond om als finishschip te dienen tijdens de Kaagweek. Dat was een traditionele week plassenvaren met o.a. Regenbogen,Valken, 16 m2, 5,5m klasse, Optimisten etc. Zie voor verdere info www.kwvdekaag.nl PolyClassics Cup Na deze Kaagweek vertrok Karma weer richting zuiden want op 20 juni zou de 2e Polyclassics Cup verzeild worden vanuit Middelharnis. Een eendaagse wedstrijd voor leden van de Federatie Polyclassic Zeiljachten. Leden van de Behoudsvereniging Klassieke Polyester Jachten werden voor deze keer ook uitgenodigd. Na een gezellige voorbespreking in het clubhuis van de plaatselijk zeilvereniging (met 10 consumpties voor 11 euro; waar vind je dat tegenwoordig) werd op zaterdag de wedstrijd gezeild. Helaas liet de wind het afweten en afgezien van een paar windschiften, waar een aantal zeilers profijt van hadden, werd het achter elkaar dobberen. Ook hier werd de Pelorus Jack 1e en de 2 Marieholms: 2 ( Yansa) en 3 (Mission if Possible). Karma werd 10e van de 18 deelnemers. Zie voor verdere resultaten www.polyclassics.nl. Dutch Classic Yacht Regatta Deze wedstrijd was de opmaat voor de 13e Dutch Classic Yacht Regatta in Hellevoetsluis; een hele week zeilen met houten, stalen en polyester classics! Dit keer waren de schepen door elkaar ingedeeld in klasse met min of meer gelijkwaardige handicaps en dat was een goede beslissing van de organisatie. Dit 4-daags zeilevenement werd in goede banen geleid door het wedstrijdcommitee van de 11-Hoevenplas. Karma was ingedeeld bij de andere deelnemende Vindö’s te weten de Vindö 32 Laetitia en de Vindö 40 Wijdzicht. Ook het schip Gladoor (onze concurrentie van de Brouwse Regatta) was ingedeeld in de klasse met de Vindö’s. De door de vorige wedstrijden tot concurrentie benoemde schepen Yansa, Pelorus Jack en Mission if Possible streden in een andere klasse om de eerste plaats. De Dutch Classic Yacht Regatta staat bekend om zijn hoge gezelligheidsfactor. Waar 8 jaar geleden de harde houten- en stalen kern de PolyClassics met afgrijzen aan stonden te kijken, was er bij deze editie van de DCYR zelfs sprake van een heuse verbroedering! Door de wedstrijdleiding werden leuke banen uitgezet en er werd ook goed gezeild. Eén wedstrijd ging de mist in door te weinig wind waardoor een aantal klassen werden verrast door een gestaakte wedstrijd. (die m.i. beter afgekort had kunnen worden) Ook de klasse 2 werd verrast door een onbekende regel van de VKSJ waardoor 80% van de klasse een dnf kreeg. Voor de volgende DCYR is beloofd dat deze regel (tijdslimiet) verbeterd zal worden. De uitslagen zijn te lezen op www.dcyr.nl. wat rustiger varen en zo begonnen de Gladoor, Laetitia en Karma een heerlijke zeiltocht via St Annaland, Breskens, Nieuwpoort een overtocht naar Ramsgate. Laetitia en Gladoor gingen daarna weer terug en de Karma begon een zwerftocht rond het Thames Estuarium, waarbij de Blackwater, Crouch, de Swale en de Medway bezocht werden. De Franse- en Belgische kust en naar huis. Daarna terug naar Dover en vanwege het aanhoudend mooie weer werd de overtocht naar Boulogne een feit. Terughoppend via Duinkerken, Nieuwpoort en Vlissingen een weekje uitblazen op het Veerse Meer. Het bleef maar goed weer en daarom zette Karma koers naar Antwerpen om een weekje als gastverblijf voor de schipper en vrienden te dienen in het Willemsdok, naast het nieuwe Museum MAS en op een paar honderd meter afstand van het stadscentrum. Een aanrader. Uiteindelijk werd het ook voor Karma tijd om de thuishaven op te zoeken en zodoende lag zij begin september weer in de haven te Warmond. De Engelse Oostkust Na deze dagen van wedstrijdzeilen werd het tijd voor Paspoort Vindö 45 Karma Bouwjaar1982 Bouwnummer19 L.o.a.10.28m Breed3.33m Diepgang1.57m Waterverplaatsing5897 kg Design John H. Lindblom Werf Vindö Marin AB Zweden Eerste gebouwd1981 Laatste gebouwd1989 Meer Vindö informatie: Vindö Club Nederland SailboatData.com Vindönet Fed. PolyClassic Zeiljachten Dansk Vindö Klub Das Vindö Forum Vindö Yacht Club Paspoort Tripp Lentsch 29 L.o.a. Lengte waterlijn Breedte Diepgang Waterverplaatsing Eerste gebouwd Romp 8.81m 6.25m 2.73m 1.39m 3.500k 1963 Polyester Tripp Lentsch 29 “Joint Venture” Nederland - U.S.A. Partners: Scheepswerf de Vries Lentsch, vliegtuigfabriek Fokker en ontwerper Bill Tripp Tripp Lentsch 29 “Zeeteef” Zeeteef Deze prachtige Tripp Lentsch 29 “Zeeteef” is eigendom van Willem en Janneke van Ouwerkerk. Het S-spant jacht is gebouwd in 1963 met bouwnummer 4. Omdat de meeste Trip Lentsch’en werden geexporteerd, is het vermoedelijk het oudste exemplaar in Nederland. De eerste eigenaar was G. de Vries-Lentsch. Hij gebruikte het schip als demonstatiemodel en voer er wedstrijden mee. De Zeeteef werd gebouwd in Vianen door de joint venture Fokker-de Vries Lentsch Handelmij. Samen zochten deze ondernemingen kansen in de nieuw ontstane polyestgerbouw. Kansen in Nederland, maar vooral ook met het oog op de export naar de Verenigde Staten. De Nederlandse gulden koers stond laag en de vraag was hoog! Bill Tripp Jr. De Amerikaanse ontwerper Bill Tripp Jr. (1920-1971) werd in de arm genomen en voilá: de Tripp Lensch 29. De bij een auto ongeval tragisch om het leven gekomen ontwerper stond aan de wieg van de polyester seriebouw en tekende o.a. ook voor de Sailmaster 26 en was ontwerper bij vermaarde ondernemingen als Sparkman & Stephens en Columbia Yachts. Bij het failissement van de werf de Vries Lentsch werd bouwnumer 4 verkocht en weer later, in 1990, werden de van Ouwerkerken de 4e eigenaar. Het schip is nog vrijwel origineel. Alleen de Amerikaanse benzinemotor, Universal Atomic 4, werd vervangen door een Lister diesel en er kwam een rolfok op. Sinds1990 hebben Willem en Janneke er vele reizen naar de Oostzee en Engelse Oostkust mee gemaakt. What’s in a name? De naam “Zeeteef” is ontleend aan de handgreep van het schuifluik, een gietijzeren hondje. Dit beeldje is afkomstig van het binnenvaartschip waar Willem’s vader op voer. Het verwijst ook naar de toestand van de Tripp bij aankoop: zo lek als een theezeef. Willem en Janneke zijn lid van de Behoudsvereniging Klassieke Polyester Jachten (BKPJ) “Wij liggen voor Paal!” Duo-tocht met de PolyClassic Tripp Lentsch 29 “Zeeteef” door Willem van Ouwerkerk De schipper vaart met zoon Rutger de Duotocht. “Het zwaarste zeilevenement van Zeeland”. Zij komen vlak voor de haveningang van jachthaven Paal aan de Westerschelde vast te zitten. Hieronder hun relaas. Palavers op de Zeeteef. Het is twee uur in de nacht, een donkere miezerige nacht. En het is stil, veel te stil voor een zeilschip tijdens een duo-tocht* ( zie noot ). Het enige geluid wordt veroorzaakt door de verschuivende inventaris in de kasten, want het schip ligt scheef, steeds schever in het snel afgaande water van het Speelmansgat in het, nu nog verdronken, land van Saaftinge. Ons schip ligt vast in de haveningang. We liggen voor Paal! We trekken een biertje open, want de eerste twaalf uur kunnen we toch niet varen en steken een sigaar aan voor de sfeer. Palaver over drie belangrijke kwesties, die achtereenvolgens besproken worden: 1. Hoe komen we zo vast? 2. Hoekomen we weer los? 3. Hebben we nog een kans? Hoe komen we zo vast? We vertrekken op woensdag 14 september voor de duo-prestatietocht om 20.00 uur uit Vlissingen. Gezien het tij en de weersverwachting is er maar één logische optie. Helaas maar één, want daardoor varen bijna alle deelnemers tegelijkertijd de Schelde op en komen ze ook bijna allen weer gelijk aan in achtereenvolgens Ellewoudsdijk en Hoedekenskerke. “Vele eersten zullen de laatsten zijn, en vele laatsten de eersten” is een aan de bijbel ontleend gezegde. Dat gezegde klopt voortreffelijk, want degene die als eerste afmeert in Ellewoudsdijk wordt door de volgende schepen klem gezet en kan pas weer vertrekken wanneer die hun handtekening hebben bemachtigd en weer uitvaren. Ondanks het bijbelse karakter van het gezegde geeft dit erg veel gevloek, vooral omdat velen in hun haast vergeten de stootwillen uit te hangen en de zeilen te strijken. Een niet zo heel snel schip blijkt bij dit van kop naar staart en staart naar kop wisselen zijn voordelen te hebben. En zo vertrekt de Zeeteef als lachende eerste om even over elf uit Hoedekenskerke. We raken in het gekrioel zelfs nog een invarend schip ( alsnog excuus ). Maar omdat onze stootwillen nog uithangen gelukkig zonder schade. We hebben nog ruim twee uur de tijd om met een bakstag wind voorstrooms naar Paal te varen voordat het H.W. is. Achter ons zien we tot onze verbazing en opluchting alle schepen Hansweert binnen lopen. Verbazing, want het is een gouden kans om vijf punten te pakken. Opluchting, want de toestand in de vorige twee havens is nog niets, vergeleken met wat ons te wachten zou staan in Paal. Zo’n grote groep schepen in zo’n nauw geultje…Dat zou vechten worden om voor vallend water weg te komen. Het Speelmansgat is bezeild, en de rode en groene tonnetjes in het geultje kunnen we, met enige moeite, vinden. Ook de rood witte midvaarwaterton recht voor de haveningang lopen we om 01.26 uur aan. Pal hoog water dus. Vanuit die ton is het zo’n vijftig meter varen in rechte lijn naar de haveningang. De haven is voorzien van een rood en groen licht, en aan S.B. van het geultje staat een rijtje prikken, dus wat kan er dan nog mis gaan met drie meter water onder de kiel? Stom van die anderen om Hansweert aan te lopen. water onder de kiel? Stom van die anderen om Hansweert aan te lopen. In dat vijftig meter korte maar ook héél smalle geultje naar de haveningang doen we een paar onrustbarende ontdekkingen: Het rode havenvuur brandt niet, de rij prikken is verdwenen en er staat één prik met een rode reflector vlak voor de haveningang. Omdat een rood baken volgens het Handvest der Varende Naties betekent dat je die aan B.B. moet houden gaan we wat S.B. uit……en lopen vast. Volgens de mobiele G.P.S. met de neus precies op de door de wedstrijdleiding aangegeven havenlijn. De hele trukendoos gaat open, we hebben tenslotte enige ervaring met vastlopen. Achtereenvolgens gaat de fok bak. De maat en de schipper klimmen op de uitgeboomde giek. Het anker wordt op een vlot van stootwillen uitgezwommen. De ankerlijn wordt via de masttop snaarstijf gezet. Maar het schip wordt door de dwarsstroom verder naar S.B. gezet en maakt steeds meer slagzij. Misschien was het toch niet zo stom van die anderen om Hansweert aan te lopen. We liggen voor Paal… We trekken een biertje open en steken een sigaar aan. Het is heel stil, het enige wat nog beweegt is de rook die we zien opstijgen langs het eenzame groene havenlicht. De ideale sfeer voor een palaver. We hebben daar immers twaalf uur de tijd voor…. Hoe komen we weer los? Na een oncomfortabele nacht is er een meningsverschil tussen de schipper en zijn maat. Als gedreven vogelaar op een drooggevallen schip in het mooiste natuurgebied van Zeeland kan de maat zo overboord stappen en de vogels bespieden. De Maat vindt dat hij in het paradijs terecht gekomen is. De schipper vindt dat de situatie wat meer van de hel weg heeft. Op zijn ornithologische expeditie ontmoet de maat een IJsvogel en een bestuurslid van de “V.V.W.Paal”. De IJsvogel zegt niets. Het bestuurslid vertelt dat een visboot het havenlicht eraf en de prikken er uit gevaren heeft. Om het weer een beetje goed te maken heeft die soldaat daarna een nieuwe prik terug aan S.B. geplaatst, en toevallig had hij ook nog een rode reflector….. Ondertussen bestudeert de schipper de getij-gegevens en ontdekt dat er deze middag minder water zal staan dan afgelopen nacht. En inderdaad, als het water op zijn hoogste punt is ligt de Zeeteef nog onder een hoek van 20 graden. Het water begint dan zelfs al weer te zakken……… Het is twee uur in de middag, en het is stil, veel te stil voor een zeilschip tijdens een duo-race. De inventaris in de kasten is al naar het laagste punt geschoven, dus zelfs daar komt ook geen geluid meer uit. We zoeken de bierblikjes en de sigarendoos. Maar een palaver is niet echt meer nodig. We komen pas deze nacht weer los. En kwestie drie: “Hebben we nog een kans?” Kunnen we na 24 uur tijdverlies beantwoorden met: neen! We liggen nog steeds voor Paal. Nog voor de blikjes open gaan schrikken we op door een zwaar motorgeronk uit de haven. Er doemt een grote motorboot op die vraagt of hij ons los moet trekken. Het blijkt dat de vereniging Paal zich toch wel een beetje verantwoordelijk voelt. Met een geweld van 200 PK worden we van het slik gesleurd. Tot onze vreugde wordt daarbij ook de staak met de rode reflector scheef getrokken. Wij vissen ons anker op en passeren eindelijk de havenlijn. We liggen in Paal. Hebben we nog een kans? Natuurlijk gaan de blikjes nu wel open en houden we toch nog een héél kort maar heftig middagpalaver. De wind zal vannacht al draaien naar het noorden. Dus moeten we als een speer naar het Hollands Diep nu de wind nog in het Z.W. zit. Als we daar op tijd zijn, hebben we inderdaad nog een kleine kans. We hebben bezeilde koersen op de Westerschelde, Kan. Door Z. Beveland, Oosterschelde en Zoommeer. Alle punten havens laten we links en rechts liggen, behalve Tholen waar we de maststrijk-inrichting optuigen. Zelfs het Schelde-Rijn-Kanaal is bezeild, zodat we met een minimum aan motorminuten om 01.00 uur ’s nachts voor de Volkeraksluis afmeren. Een half uur later draait de wind naar het noorden. De Volgende morgen is het vrijdag. Met een harde noordenwind hebben we het gevoel dat nu eindelijk de race begint. De opdracht is duidelijk: Zo veel mogelijk punten verzamelen, zo weinig mogelijk motorminuten maken en vooral niet “sterven” in de windstilte die voor de Zondag voorspeld wordt. Het wordt een spectaculaire zeiltocht. We “rollen” achtereenvolgens het Haringvliet, het Volkerak, de Grevelingen en de Oosterschelde op. Zaterdagnacht meren we roeiend af voor de Zandkreeksluis. Gelukkig is er op zondag nog net genoeg wind om via het Veerse Meer naar Veere te varen en onderweg ook alle havens mee te pakken. Helaas te weinig wind om ook het Kanaal door Walcheren te bezeilen. Jammer van de motortijd. Wel een voldaan gevoel bij de finish in Vlissingen. We hebben de zwaarste zeiltocht van Zeeland volbracht! Ondanks, of misschien wel juist dank zij, de Paalse Palavers waren het fantastische zeildagen. Het nieuwe concept van de prestatie-tocht is ons uitstekend bevallen. Helemaal natuurlijk toen bij de uitslag bleek dat we net op het nippertje ook nog geklasseerd waren. Op eigen houtje met de “Blau 35.000 zm met e Bestel het spannende bo de ervaringen Ben en Annemiek rond de wereld uwe Pinquin” een Victoire 34 oek over van k Rutte! Ben en Annemiek trokken 4 jaar geleden de stoute schoenen aan. Zij trouwden en gingen op wereldreis met hun pas aangeschafte Victoire 34. Gebouwd in de jaren ‘70 door jachtwerf Victoria van C.N.P. Vader in Alkmaar. Ben schreef er een boek over, “Dat nemen ze je nooit meer af” heet het. Of iemand dat zou willen! In tegenstelling tot veel andere verhalen van wereldomzeilers, dit keer geen eindeloze litanie van technische gebreken en ongemak. Misschien heeft het stel eenvoudigweg weinig pech onder weg gehad. Zou kunnen met zo’n geweldig schip als de Victoire 34 is. Gauw zo’n 35 jaar oud maar “still 35.000 zeemijl going strong”, zoals hierboven te zien is. Eindelijk land, na vaak vele weken gedurende een oversteek met z’n tweetjes op zee te zijn geweest. De reis van de Rutte’s duurde zo’n 3 jaar inclusief enige langdurige oponthouden, eenvoudigweg omdat het hen op die plekken goed beviel. Zij voeren “low budget”, begrijpelijk omdat het redelijk jonge echtpaar vrijwillig 3 jaar zonder werk kwam te zitten. Toch lijken zij zich er goed doorheen te hebben geslagen. Maar ja, wanneer je dan onderweg de ARC vloot op de Canarische eilanden tegenkomt, of Caraibische cruiseschepen, dan geeft dat te denken. Dat deden Ben en Annemiek ook en hadden meer aandacht voor het dagelijks leven in de gebieden waar zij langs trokken. Paspoort Victoire 34 Bouwperiode 1972-1984 L.o.a. 10..40m L.w.l. 8.35m Breedte 3.20m Diep-gang 1.87m Waterverplaatsing 5.58 ton Ontwerp Dick Koopmans Sr. Het boek is een aanrader voor schippers met oceaan aspiraties, maar vooral voor liefhebbers van klassieke polyester zeiljachten. Een bewijs dat PolyClassics ondanks de hoge leeftijd redelijk extreme omstandigheden langdurig kunnen volhouden zonder noemenswaardige technische gebreken. O, ja, nog vergeten, de ellende met de dieselmotor herkennen wij allemaal, ook zeilers met moderne motoren. U I T
© Copyright 2024 ExpyDoc