Jaarverslag over 2013

Jaarverslag Welzijn Lelystad 2013
Jaarverslag Welzijn Lelystad 2013, maart 2014
Pagina 1 van 26
Inleiding
Dit is het jaarverslag 2013 van Stichting Welzijn Lelystad. In dit verslag zijn de prestaties weergegeven
die zijn uitgevoerd in relatie tot de budgetovereenkomst zoals is overeengekomen met de gemeente
Lelystad.
Daarnaast is in dit verslag ingegaan op belangwekkende ontwikkelingen die vanuit de
uitvoeringspraktijk worden gesignaleerd. In de bijlage treft u het cijfermatig overzicht.
Mochten er vragen zijn naar aanleiding van dit verslag, dan zijn wij te allen tijde bereid deze
mondeling toe te lichten.
Jan Dekker
Directeur Bestuurder
Jaarverslag Welzijn Lelystad 2013, maart 2014
Pagina 2 van 26
Verslag van de Raad van Toezicht.
De Raad van toezicht is de interne toezichthouder van de Stichting Welzijn Lelystad.
De Raad toetst de activiteiten van de directeur/bestuurder en van de organisatie als geheel
aan de eisen die door de wetgever en de samenleving aan de Stichting worden gesteld en
staat de directeur met adviezen terzijde. De taken en bevoegdheden van de Raad zijn
beschreven in het “Reglement voor de Raad van Toezicht”.
Samenstelling Raad van Toezicht.
De Raad van Toezicht bestaat uit 5 leden die voor een periode van vier jaar worden
benoemd en eenmaal herbenoembaar zijn. De voordracht en benoeming van de leden
geschiedt op basis van een door de Raad opgesteld profiel. Eén lid van de Raad wordt
benoemd op voordracht van de Cliëntenraad en twee leden op voordracht van de
Ondernemingsraad.
In 2013 was de Raad van Toezicht als volgt samengesteld:
Naam
Th. Grootjen
E. van Selm
R. Bootsma
P. van der Mee
M.A.E. van der Waal
functie/specialisme
benoemd sinds
voorzitter
01-01-2010
organisatie
01-01-2010
HRM,voordracht OR
01-01-2010
finan. economische zaken 01-01-2010
juridische zaken, welzijn en 01-01-2010
zorg, voordracht cliëntenraad
aftredend
31-12-2016
31-12-2015
31-12-2015
31-12-2016
31-12-2017
Onafhankelijkheid.
De leden van de Raad van Toezicht voeren hun taken uit vanuit een onafhankelijke positie.
Alle leden zijn maatschappelijk en/of professioneel actief binnen Lelystad en hebben
daardoor goed inzicht in het werkveld van Welzijn Lelystad.
Toezichtskader.
Het toezichtskader van de Raad bestaat uit verschillende documenten. Genoemd kunnen
worden:
de jaarbegroting en de financiële kaders en doelstellingen;
de tussentijdse rapportages;
de jaarrekening en het jaarverslag;
de beoordeling van de externe toezichthouder.
Werkwijze.
Binnen de raad zijn geen deelcommissies benoemd. Gegeven de aard en de omvang van de
Stichting vindt voorbereiding, behandeling en besluitvorming door de gehele Raad plaats. De
bespreking met de directeur aangaande zijn functioneren heeft overigens wel met een
afvaardiging van de Raad plaatsgevonden. Jaarlijks evalueert de Raad het eigen
functioneren. In 2013 heeft dat plaats gevonden in de vorm van een zelfevaluatie,
afgesproken is dat in 2014 de evaluatie zal plaatsvinden met behulp van externe
begeleiding.
Deskundigheidsbevordering.
Bij de samenstellen van de raad is er voor gezorgd dat zowel organisatorische, financiële,
juridische, als strategische deskundigheid beschikbaar is. Om goed geïnformeerd te blijven
over de ontwikkelingen binnen de sector is de RvT lid van de NVTZ, de vereniging van
toezichthouders in zorg en welzijn. De leden van de Raad nemen deel aan relevante
cursussen en bijeenkomsten van de NVTZ.
Jaarverslag Welzijn Lelystad 2013, maart 2014
Pagina 3 van 26
De rol van de voorzitter
De voorzitter van de Raad van Toezicht bepaalt de agenda en leidt de vergaderingen van de
Raad, hij draagt zorg voor een adequate informatievoorziening aan de toezichthouders en
zorgt dat er voldoende tijd is voor een zorgvuldige besluitvorming. Hij is namens de Raad het
aanspreekpunt voor de directeur/bestuurder en initieert de evaluatie van het functioneren
van de Raad van Toezicht en de directeur.
De bijeenkomsten van de Raad van Toezicht.
In het jaar 2013 heeft de Raad zes keer vergaderd. Onderwerpen op de agenda waren:
begroting, jaarrekening en accountantsverslag, kwartaalrapportages en bezuinigingen, en de
inbedding in de organisatie van de door de gemeente aan de Stichting overgedragen taken
en de daarbij behorende medewerkers. In april 2013 heeft de Raad een werkbezoek
gebracht aan de Hanzeborg, daar hebben meerdere medewerkers van de Stichting Welzijn
een inleiding en toelichting gegeven op de diverse taken van de Stichting. In november is
een deel van de bijeenkomst gewijd aan de zelfevaluatie van de Raad.
In het verslagjaar heeft de Raad de volgende belangrijke besluiten genomen:
goedkeuring van de jaarrekening 2012;
goedkeuring van de begroting 2014;
Tenslotte.
De Raad van Toezicht heeft waardering voor de in 2013 bereikte resultaten en spreekt
hierover zijn erkentelijkheid uit tegenover de directeur en alle medewerkers van de Stichting
Welzijn Lelystad.
Jaarverslag Welzijn Lelystad 2013, maart 2014
Pagina 4 van 26
Inhoudsopgave
Hoofdstuk
Pagina
1.Jeugdwelzijn
1.1Individuele ondersteuning
1.2 Preventie programma‟s
1.3 Activiteiten en projecten
6
7
8
9
2.Vrijwilligerscentrale
2.1 Vacaturebank
2.2 Maatschappelijke Stage
2.3 Taal geeft Vleugels
2.4 VoorleesExpress
10
10
11
11
12
3.Informele Zorg
3.1 Meldpunt Vrijwilligerszorg
3.2 Steunpunt Mantelzorg
14
14
15
4. Welzijn in de wijk
4.1 Nieuwe werken in de wijk
4.2 Opbouwwerk
4.3 Sociale Wijkteams
4.4 Programmabeheer MFA‟s
4.5 Proactief huisbezoek 60+
4.6 Buurtbemiddeling
16
16
17
20
22
24
24
5. Projecten
5.1 Vervoersdienst de Opstap
5.2 Gewoon Bijzonder
5.3 Diversiteit
5.4 Roma
5.5 Bredeschool
5.6 Centrum Jeugd en Gezin
25
25
25
25
26
26
26
Jaarverslag Welzijn Lelystad 2013, maart 2014
Pagina 5 van 26
1. Jeugdwelzijn
Tot januari 2013 waren medewerkers die met jeugd werkten verdeeld over verschillende teams. Zij
hadden wel een relatie met elkaar, zochten elkaar ook op maar zonder inhoudelijke verbinding binnen
de organisatiestructuur. Dit, en de voorbereidingen op de transitie jeugdzorg, hebben ertoe geleid de
disciplines die met Jeugd werken samen te voegen tot één team Jeugdwelzijn.
Het visiedocument Jeugdwelzijn geeft richting aan de doelstellingen van dit nieuwe team.
Het introduceren van Welzijn nieuwe stijl voor de voormalig kinder- en jongerenwerkers (thans
vrijetijdscoaches) was één van de principiële veranderingen. Bestaande activiteiten zijn voortgezet om
al werkend een inhoudelijke slag te maken. Van aanbod gericht naar vraaggericht, met jongeren die
door coaches worden uitgedaagd om eigen kwaliteiten en talenten in te zetten en te ontwikkelen.
De vrije tijds coaches op hun beurt zijn in dit veranderingsproces geschoold en begeleid door Noorda
& Co. Ook voor het jeugdpreventiewerk en de preventieactiviteiten is een beweging ingezet om de
basis te versterken, in de lijn van de transitie Jeugdzorg. De nadruk ligt nog meer op preventie.
De domeinen school, thuis en vrije tijd worden binnen dit team als elkaar versterkende factoren
gezien. Leerlingen die een risicovolle vrije tijds besteding hebben zullen ook op school hun
functioneren verbeteren als ze in het vrije tijd hun eigen verantwoordelijkheid ontwikkelen en leren
samenwerken.
En zo wordt binnen een nieuw geformeerd team samengewerkt aan nieuwe doelen in een
veranderende samenleving. We zijn goed voorbereid op de nieuwe eisen die gesteld worden aan
professionele organisaties binnen een samenleving die zich in toenemende mate baseert op
participatie.
De gemeenteraad heeft in de loop van 2013 kritische vragen gesteld ten aanzien van de effectiviteit
van het jongerenwerk in Lelystad. De gemeenteraad wil naar aanleiding hiervan in beeld krijgen hoe
de jongerenlokalen en het jongerenwerk functioneren en wat de effecten hiervan zijn op de jongeren
en hun omgeving. Een aangenomen motie heeft geleid tot de vraag van het college van burgemeester
en wethouders om het gebruik en de effecten van de jongerenlokalen en het jongerenwerk in
Lelystad te onderzoeken. Eind 2013 is het onderzoek door Stade advies afgerond en concludeert
onderstaande:
“ Het accent ligt op preventie, waarmee jongeren zo vroeg mogelijk in beeld komen. Op deze manier
levert jeugdwelzijn een bijdrage aan de zelfredzaamheid van de jongere nu en in zijn latere leven en is
de jongere in staat te (blijven) participeren in de maatschappij. Jeugdwelzijn helpt samen met andere
partijen bij het zo vroeg mogelijk in de kiem smoren van jongerenoverlast en jeugdcriminaliteit.
Hiermee draagt jeugdwelzijn bij aan de leefbaarheid en veiligheid in Lelystad. Kortom: jeugdwelzijn
heeft een rol als het gaat om het bereiken van de maatschappelijke effecten die de gemeente Lelystad
voor ogen heeft.
Het jeugdwelzijn in Lelystad maakt een omslag en bereidt zich daarmee actief voor op de toekomst.
De beweging van consumerende jongeren naar participerende jongeren is in gang gezet.
Jeugdwelzijn is er voor alle jongeren in Lelystad waarbij soms specifieke doelgroepen aangesproken
worden (tienermoeders bijvoorbeeld). In heel Nederland zien we de ontwikkeling van ‘pamperen’ naar
participeren, waarbij meer initiatief gevraagd wordt van de jongeren zelf en waarbij men hier soms nog
aan moet wennen: niet alleen jeugdwelzijn maakt een omslag, ook de jongere zelf moet hierin
meegaan. Het gaat bovendien niet (meer) zozeer om het bereik in aantallen (bijvoorbeeld door
activiteiten met een groot bereik te organiseren), maar om het op de rit krijgen of houden van een
jongere. Uiteindelijk levert de laatste investering meer op, aangezien de jongere geen aanspraak zal
maken op andere (dure) voorzieningen.
De jongeren die in aanraking komen met jeugdwelzijn in Lelystad, ouders en professionals zijn over
het algemeen zeer tevreden en zien de positieve effecten ervan. Hoewel het onderzoek zich richtte op
de jongerenlokalen, kunnen we na de jongeren, ouders, professionals uit het netwerk en de werkers
zelf gesproken te hebben, zeggen dat jeugdwelzijn in Lelystad op de goede weg is. ”(bron :
Jongerenwerk in Lelystad, onderzoek naar gebruik en effecten. Stade advies september 2013)
Jaarverslag Welzijn Lelystad 2013, maart 2014
Pagina 6 van 26
1.1 Individuele ondersteuning
Jeugd Preventie Werk (JPW)
In samenspraak met het onderwijs en de afdeling leerplicht is gezocht naar een herijking van het werk
dat past bij de ontwikkelingen van het passend onderwijs en de transitie Jeugdzorg (en de aansluiting
CJG). Een belangrijke herwaardering van het JPW in het voortgezet (speciaal) onderwijs en MBO. Met
de oprichting van zorglokalen heeft de JPW-er een rol als het gaat om het pedagogische klimaat
binnen school. De JPW-er maakt dan ook dagelijks onderdeel uit van het zorglokaal. De registratie is
hierop aangepast en laat zien dat er nogal wat korte preventieve interventies en consultaties
plaatsvinden, waardoor er eerder oplossingen gevonden worden en problemen niet hoeven te
escaleren. Dit is op basis van de registratie nog wel per school verschillend. Ook zien we door deze
herijking in de praktijk dat de aanmeldingen niet 1 op 1 vanuit het Zorg Advies Team komen. Een en
ander afgelopen jaar ingezet om ook de verbinding buiten school tot stand te brengen. De casuïstiek
altijd in afstemming met de zorgcoördinator op betreffende school. Het is reëel te noemen (gelet op de
resultaten) dat dit goed werkt en een goede basis vormt voor het nieuwe stelsel Jeughulp in Lelystad.
De werkzaamheden in het kader van Deeltijd Dagbehandeling (Vitree) is met ingang van juli 2013
gestopt. De inhoud van de vervolghulpverlening wordt afgesproken met de jongere en ouders en
wordt vorm gegeven binnen de samenwerking met de CJG partners. De JPW-ers hebben hierin een
centrale rol. Als er vervolghulpverlening nodig is kan dit zowel binnenschools als buitenschools
worden doorgezet door de JPW-er. Het screeningsformulier van Tactus om vroegtijdig
middelengebruik onder jongeren bespreekbaar te maken is door de JPW-ers getest en samen met
Tactus geëvalueerd. Het ligt in de planning om deze screening standaard in het werkproces van JPW
op te nemen en de ouderverantwoordelijkheid daarin nadrukkelijk te betrekken als het gaat om
middelengebruik, als ook om en het overmatig spelen van games. In samenwerking met Vitree,
EDUvier en het voortgezet onderwijs is er een pilot (voorlopersaanpak passend onderwijs) gestart om
jongeren met gedragsproblematiek deel te laten nemen aan een collectief arrangement. De domeinen
onderwijs-zorg en vrijetijd zijn in de aanpak verbonden. Het programma loopt aan het einde van
schooljaar 2013/2014 af, waarna het geëvalueerd zal worden. In het ROMA programma is er extra
capaciteit ingekocht om leerlingen met een Roma achtergrond extra te ondersteunen.
In 2013 zijn er 152 ondersteuningstrajecten JPW afgerond met een slagingspercentage van 76%.
Daarnaast hebben er 101 korte contact momenten plaatsgevonden als het gaat om vroegtijdig de
schooltaken te kunnen hervatten. In het kader van leerplicht hebben er 11 veldwerkonderzoeken
plaatsgevonden.
Jongerencoach / Erop Af
De ambulant jeugdhulpverlener is een jongerencoach geworden. De jongerencoach voert de „eerste
hulp‟ uit en weet de jongere (en diens omgeving) zo snel mogelijk in de eigen kracht te zetten. In veel
gevallen is er gespecialiseerde hulp nodig die daar zo snel mogelijk bij betrokken wordt. Goed om te
noemen is dat door de nieuwe samenstelling van Jeugdwelzijn meerdere disciplines als
jongerencoach functioneren. In samenwerking met Kwintes, afdeling WIZ van de gemeente Lelystad
en IDO is het „Eropaf-team Lelystad‟ samengesteld. Het Eropaf-team is het resultaat van de uitwerking
van onderstaande partijen die eind 2012 een passend antwoord zochten op de beleidvraagstukken :
Aanpak jeugdrecidive (ITJ rapport), Top 100 lijst
Bereik zwerfjongeren
Dekking CJG 18+ structuur
Deze aanpak is gericht op jongeren in de categorie 17+ - 23 jarigen. Gelet op de overlap van
problematiek van jongeren op deze beleidsterreinen lag het voor de hand om te verbinden en er met
elkaar voor te zorgen dat dubbelingen in de aanpak zo goed mogelijk worden voorkomen. Het
document (werkplan) “Erop Af team, uitwerking van de doorontwikkeling CJG 17+” vormt de basis
voor de aanpak. Het Erop Af team is gestart met jongeren bestaande uit de top 100, die mede is
samengesteld door de politie voor het deel veiligheid en zorgpartijen voor het deel zorg ter preventie..
Daardoor is er een goed inzicht ontstaan op casuïstiek en het verder in gang zetten van benodigde
maatregelen richting arbeid, dagbesteding, schuldenproblematiek en huisvesting. In het kader van
aanpak Jeugdrecidive is de Eropaf-methodiek door dr. Eric Bervoets (criminoloog en bestuurskundige
bij Lokale Zaken) tijdens de presentatie aan de jeugd en veiligheidsketen als landelijk goed voorbeeld
bestempeld. Het team Erop Af team werkt om risicojongeren die “tussen wal en schip” zijn gevallen
weer op de rails te krijgen. Voor Eropaf is een separaat jaarbericht 2013 beschikbaar waarin de
resultaten en ontwikkeltaken zijn opgenomen. Welzijn Lelystad en de partners van Erop Af zien deze
Jaarverslag Welzijn Lelystad 2013, maart 2014
Pagina 7 van 26
manier van werken als een noodzaak om op te nemen in de transitie Jeugdzorg. (NB In de
cijfermatige bijlage staat volgens de registratie van Welzijn Lelystad 31 afgeronde trajecten. Het
verschil in deze aantallen heeft te maken met verschillende registratie voering.)
In 2013 zijn er door de jongerencoach 26 trajecten afgerond met een slagingspercentage van 80% en
per januari 2014 zijn er 14 jongeren „in behandeling‟.
Het Erop Af team heeft in 2013 156 jongeren op de lijst staan. Daarvan zijn er in totaal 83 afgerond.
Welzijn Lelystad heeft hiervan 38 trajecten afgerond.
1.2
Preventie programma’s
Jeugdwelzijn heeft preventieprogramma‟s als een van de kerntaken opgenomen als versterking van
de basisvoorziening in Lelystad. Het afgelopen jaar heeft met name in het teken gestaan om de
preventie programma‟s te positioneren. Er kan worden geconcludeerd dat hier behoefte aan is en dat
het programma past binnen de transitie jeugdhulp.
JongIn Lelystad
JongIn zoekt steeds meer aansluiting bij de CJG partners. Inzetten van onder andere
maatschappelijke stages en ook geïnteresseerde jonge vrijwilligers hebben zich bij de redactieraad
aangesloten. In 2013 jaar hebben 15.762 unieke bezoekers de website bezocht. Het aantal directe
vragen aan JongIn is nog beperkt en heeft de potentie om met de website CJG Lelystad meer digitaal
contact tot stand te brengen. De website is uitermate geschikt om zware en serieuze thema‟s te
publiceren. Er is reeds een landelijk forum op de website aanwezig waar deze thema‟s naar voren
komen. Het forum wordt vrij goed bezocht. De wens is ook de jongeren in Lelystad meer aan het
woord te laten als het gaat om moeilijke en lastige onderwerpen. Denk hierbij aan jongeren welke de
dupe zijn van (v)echtscheidingen, drugs en alcohol gebruik door ouders, pesten op school, enz.
De jongeren moeten weten dat ze terecht kunnen op JonginLelystad om hun verhaal te doen maar
ook om informatie te vinden en hulp te krijgen bij hun problemen. In 2013 is er geïnvesteerd in een
vrijwillige redactieraad. 12 jongeren afkomstig uit Lelystad zijn actief met het vullen van de website
met allerlei informatie. Hierbij zorgen de jongeren zelf voor een artikel wat door de andere
redactieleden/jongeren wordt geredigeerd. Voor het komende jaar staat het doorontwikkelen van de
redactie op de agenda. Een uiteindelijke redactie van zo‟n 20 jongeren zou een goede basis zijn voor
2 a 3 artikelen per week op JonginLelystad. JonginLelystad heeft een grote schare “volgers” op
Facebook gecreëerd in 2013. Ondertussen volgen meer dan 1000 mensen de pagina. Ook de twitter
feed doet het erg goed met zo‟n 1000 volgers en het sinds december 2013 aangemaakte profiel op
Instagram doet het ook prima. Hier volgen zo‟n 100 mensen ondertussen JonginLelystad.
Preventie programma’s op aanvraag
Jeugdwelzijn heeft verschillende preventie programma‟s die aan een groep gegeven wordt. Het gaat
om uiteenlopende thema‟s waar jongeren in relatie tot hun omgeving mee te maken hebben. Social
Media, omgaan met relaties, keuzes maken, grenzen stellen zijn daar enkele voorbeelden van. De
vraag voor een preventie programma komt voor een belangrijk deel vanuit het onderwijs.
Introductieprogramma Rietlanden.
Voor de vierde keer heeft jeugdwelzijn, samen met de Rietlanden, de voorbereidingen getroffen voor
het introductieprogramma schooljaar 2013/2014. Een introductieprogramma opgesteld voor leerlingen
in de tweede klas. Het introductie programma van 4 dagen behelst diverse thema’s als groepsdruk,
respect voor elkaar, social media e.d. Een en ander met als doel het gedrag onderling positief te
bestendigen.
Ouderavond Groenhorst college.
Jeugdwelzijn heeft op 4 ouder avonden workshops gegeven hoe om te gaan met “lastige pubers”.
Daartoe bestaat er samenwerking met verschillende organisaties.
Challenge Day.
Tijdens Challenge Day worden met succes enkele algemene problemen aangepakt die op bijna alle
scholen voorkomt, zoals groepjesvorming, geroddel, praatjes, vooroordelen, plagen, pesten,
buitensluiting, stereotypen, intolerantie, racisme, seksisme, bedreiging, geweld, homohaat,
Jaarverslag Welzijn Lelystad 2013, maart 2014
Pagina 8 van 26
hopeloosheid, lusteloosheid en verborgen druk om een imago te creëren, te presteren of aan de
verwachtingen van anderen te voldoen. Met het MBO College Lelystad en Challenge Day Nederland.
In het najaar 2013 is het eerste programma uitgevoerd dat positief is geëvalueerd en in 2014 een
vervolg zal krijgen.
BUDO Training
BUDO heeft eind 2013 door de samenwerking EDUvier en Welzijn Lelystad een financiële impuls
gekregen om tot juli 2014 de trainingen te kunnen verzorgen. Welzijn Lelystad ziet deze vorm van
preventie als een belangrijke basisvoorziening die we samen met EDUvier en het voortgezet onderwijs
na juli 2014 voort willen zetten. Een gedegen evaluatie zou dit kracht bij moeten zetten.
In 2013 zijn er in totaal 75 preventie programma’s uitgevoerd.
1.3 Activiteiten en projecten (Vrije tijd coach)
De voormalig jongeren –en kinderwerkers zijn vanaf januari 2013 gestart als vrijetijdscoach. De
vrijetijdscoaches zijn creatief en ondernemend. Zij laten kinderen en jongeren zelf de activiteiten
organiseren, zodat de kinderen hiervan kunnen leren. De coaches worden daarbij ondersteund door
een vrijwilliger / stagiaire. Participatie van de jeugd die werkt aan talentontwikkeling, het bevorderen
van competenties, sociale vaardigheden en taalvaardigheden zijn daarbij de hoofddoelen. Het sluit
daarbij aan zoals bedoeld is in de het nieuwe Jeugdstelsel. Het versterken van wat in de basis kan.
Activiteiten en projecten zijn het middel. Het domein vrije tijd is ondersteunend aan het onderwijs, zorg
en vragen op buurt en wijkniveau. Veel van de activiteiten (in het eerste half jaar) zijn echter nog
geschoeid op de oude leest. Werken volgens Welzijn nieuwe stijl betekent ook ontwikkelen. In het
tweede half jaar van 2013 (met de ondersteuning van Noorda & Co) zijn er allerlei initiatieven in
samenwerking met Jeugdzorg partners en onderwijs (CJG) gestart die een goed voorbeeld zijn voor
2014. Het domein vrije is als preventie steeds meer vertegenwoordigt in de samenwerking van
onderwijs, zorg en openbare orde en veiligheid.
In 2013 hebben er 840 activiteiten plaatsgevonden. In de bijlage treft u een uitgebreid overzicht van
het soort en bereik.
Tienermoeders
De gemeente Lelystad kent een aantal tienermoeders dat boven het landelijk gemiddelde ligt.
Het is geen erg zichtbare doelgroep en de behoefte aan onderling contact is niet sterk aanwezig.
Merendeels heeft dat te maken met de zware taakbelasting. Jongemoeders die om 5 uur opstaan om
om 8 uur op school te kunnen zijn, hebben aan het einde van de dag geen puf meer om voor zichzelf
of hun kind actief te zijn in de vrije tijd.
Meermalen heeft Welzijn Lelystad geprobeerd door innovatieve samenwerking te komen tot een
wekelijks inloop- en ontmoetingsgelegenheid. In 2013 hebben we definitief besloten onze energie te
benutten voor het ondersteunen van individuele moeders, daar ligt de vraag.
Wel zullen we tienermoeders ondersteunen die zelf een groepsgerichte activiteit willen organiseren of
daaraan willen bijdragen.
Van nut in Lelystad is het Jonge Moeder Netwerk. Vier keer per jaar komen alle organisaties bij elkaar
die met of voor tienermoeders werken. Van leerplicht tot kraamzorg, van Triade tienermoederhuis tot
MBO college Lelystad, vele organisaties zijn vertegenwoordigd.
Voorzorg van Icare speelt in het netwerk een cruciale rol, zij zijn degenen die tot twee jaar na de
geboorte moeder en kind thuis bezoeken. Welzijn Lelystad en leerplicht zorgen ervoor dat moeders
die dreigen af te haken toch hun kwalificatieplicht vervullen. Wonen blijft het grootste probleem, mede
omdat de woonwensen niet overeenkomen met het toch al te schaarse aanbod. Door elkaar te
kennen, te weten wie wat bieden kan, kunnen we snel en efficiënt samenwerken in de dagelijkse
uitvoering.
Jaarverslag Welzijn Lelystad 2013, maart 2014
Pagina 9 van 26
2. Vrijwilligerscentrale
De Vrijwilligerscentrale van Welzijn Lelystad houdt zich bezig met vele aspecten van vrijwilligerswerk.
Zij bemiddelt tussen vraag naar en aanbod van vrijwilligerswerk en biedt ondersteuning aan iedereen
die hierbij betrokken is. Bij de vrijwilligerscentrale kunnen zowel organisaties die met vrijwilligers
werken als vrijwilligers zelf terecht voor informatie, advies bemiddeling en eventuele begeleiding.
Omdat de professionals van de vrijwilligerscentrale zich dagelijks hiermee bezighouden, weten ze
welke punten van belang zijn voor het succesvol invullen van vrijwilligerswerk.
De vrijwilligerscentrale is in het bezit van een tweesterren keurmerk van Movisie en heeft daarmee de
grondslag voor het leveren van kwaliteit. Privacy, klachten, werkwijze en dergelijke zijn daarmee
geregeld. Daarnaast toetst de Vrijwilligerscentrale of het aangeboden werk ook daadwerkelijk
vrijwilligerswerk is. Hiervoor gelden onlangs aangepaste landelijke toetsingscriteria.
De kernfunctie van de vrijwilligerscentrale is het ondersteunen, ontwikkelen en stimuleren van
vrijwilligerswerk in Lelystad.
2.1 Vacaturebank
De vacaturebank beschikt over de expertise om tot verantwoorde en duurzame matches te komen.
Het aantal potentiële vrijwilligers met “bagage” neemt toe en heeft ertoe geleid het primaire proces
methodisch te verdiepen. De ervaring van de vrijwilligerscentrale heeft geleerd dat een steeds groter
aantal inwoners van Lelystad in een of andere uitkeringssituatie zitten of terechtkomen en mede
mogelijk daardoor sociaal geïsoleerd raken. Sommigen weten zelfstandig de weg naar de
vrijwilligerscentrale te vinden, anderen worden doorverwezen door uitkerende instanties zoals afdeling
WIZ gemeente Lelystad of UWV. Ook is er een toename van verwijzingen door zorginstanties met de
vraag passend vrijwilligerswerk te organiseren als antwoord op bijvoorbeeld weggevallen
dagbesteding. Een steeds aanzienlijker deel van deze mensen heeft al of niet ingewikkelde
problematiek. De methodische verdieping van het primair proces dat we “Latent Talent” noemen, heeft
halverwege 2013 een plek gekregen in de nieuwe opdracht aan Welzijn Lelystad om mensen met een
WWB uitkering en een grote afstand tot de arbeidsmarkt, toe te leiden naar vrijwilligerswerk. Deze
opdracht betreft een pilot waar eind 2013 de voorbereidingen voor zijn getroffen en in 2014
daadwerkelijk operationeel zal zijn. In het kader van deze opdracht heeft de vrijwilligerscentrale naast
Latent Talent, twee initiatieven opgezet ter versteviging van de sociale infrastructuur.
Vrijwillige inzet ; GOED GEREGELD. Om tot een goede match te komen tussen vraag en
aanbod zijn er (vrijwilligers) organisaties nodig, die in staat zijn om (blijvend) met vrijwilligers
te werken. En dan (met name) ook met de categorie 0-50% arbeidscapaciteit.
1
Goed Geregeld biedt voor organisaties de mogelijkheid aan de kwaliteit van hun vrijwilligersbeleid en mogelijkheden te werken. Gedurende de pilot is er bij Welzijn Lelystad een adviseur
werkzaam die met organisaties toewerkt naar de kwaliteitsonderscheiding. Er wordt daarbij
gezocht naar organisaties die met hun vrijwilligerswerk op buurt en wijk niveau actief zijn.
Hiermee wordt de sociale infrastructuur van vrijwilligerswerk in Lelystad ook voor de lange
termijn versterkt en verduurzaamd.
Vrijwilligersacademie. Dit is een impuls voor kennisdeling van het vrijwilligerswerk en de
deelnemende organisaties in Lelystad. De veelheid aan mogelijkheden voor cursus, opleiding,
deskundigheid, themabijeenkomsten wordt toegankelijk gemaakt middels een centraal punt,
de vrijwilligersacademie. Hier worden vraag en aanbod bij elkaar gebracht. Er wordt actief
gezocht naar uitbreiding van het aanbod ook door het bereiken van maatschappelijk
betrokken ondernemers die deskundigheid in huis hebben en deze ten behoeve van
vrijwilligers kosteloos willen inzetten.
Maatschappelijk betrokken ondernemers doen in toenemende mate een beroep op de
vrijwilligerscentrale om personeelsuitjes middels vrijwilligerswerk in te vullen. Tevens is de
vacaturebank uitgebreid met korte klussen. Hierin wordt een oproep gedaan aan potentiële vrijwilligers
die zich kortdurend willen inzetten.
Bij de vacaturebank zijn in 2013 535 intakes gerealiseerd. 355 mensen zijn daadwerkelijk geplaatst
richting passend vrijwilligerswerk. In januari 2014 zijn er 211 actieve (vrijwilligers)organisaties in het
bestand waarvoor de vacaturebank op een of ander wijze iets betekent, hetzij het vervullen van een
vacature, hetzij ondersteuning/advies op maat dan wel deskundigheidsbevordering. Deze
1
Een initiatief van NOV; de Vereniging Nederlandse Organisaties Vrijwilligerswerk
Jaarverslag Welzijn Lelystad 2013, maart 2014
Pagina 10 van 26
organisaties zijn gezamenlijk goed voor 276 vacatures.
Activiteiten waardering Lelystadse vrijwilligers
Vanaf januari 2013 is het boegbeeldje geïntroduceerd. Eens per kwartaal wordt een organisatie die
met vrijwilligers werkt in het zonnetje gezet door de wethouder, mevrouw Jacobs. De
vrijwilligerscentrale ondersteunt dit initiatief en heeft 4 keer het boegbeeldje uit mogen reiken. In het
voorjaar en in het najaar heeft het jaarlijks terugkerende vrijwilligers ontbijt plaatsgevonden.
Deskundigheidsbevordering
Het is een ondersteunende taak van de vrijwilligerscentrale om vrijwilligersorganisatie te ondersteunen
in de eigen deskundigheid en die van hun vrijwilligers. In 2013 zijn er uiteenlopende cursussen
gegeven als BHV, fondswerving, vrijwilligers werven en behouden en bijvoorbeeld social media. In
totaal hebben er in 2013 146 vrijwilligers aan diverse cursussen deelgenomen. Vanaf 2014 zal deze
ondersteunende taak verder invulling krijgen in het programma Goed Geregeld en de
vrijwilligersacademie.
2.2
Maatschappelijk stages (MAS)
Welzijn Lelystad heeft een samenwerkingsovereenkomst met de VO scholen als het gaat om de inzet
van MAS. Wisseling van MAS coördinatoren maakt dat het nog niet zo eenvoudig is om tot een
kwalitatief goede uitvoering te komen. De website www.maslelystad.nl wordt nog onvoldoende door de
scholen gebruikt. 858 inschrijvingen van leerlingen die (al dan niet via de website) een
maatschappelijke stage zijn aangegaan. Met NL Doet hebben 463 leerlingen zich ingezet om de
openstaande klussen aan te pakken. Met de kabinetsplannen in het vooruitzicht om MAS per 1 januari
2015 af te schaffen, wordt er met de scholen nagedacht hoe werkzame bestanddelen van MAS in
2015 doorgezet kunnen worden.
2.3
Taal geeft Vleugels
In samenwerking met de Flevomeer bibliotheek, Gilde Samenspraak en VVNL is het plan Taal geeft
Vleugels opgesteld. Door bezuinigingen op onder andere volwasseneneducatie en inburgering is het
voor veel anderstaligen en laaggeletterden moeilijk een passend aanbod te vinden om de
Nederlandse taal beter te leren lezen, schrijven en spreken. In Lelystad zijn er diverse laagdrempelige
taalinitiatieven die hier thans een bijdrage aan leveren. Echter ontbreekt het aan samenhang en de
benodigde kwaliteit hiervan. De betrokken partijen willen de krachten bundelen. Enerzijds door de
verschillende activiteiten bij elkaar te brengen en in een logische doorlopende lijn op elkaar aan te
laten sluiten en anderzijds door de kwaliteit van de activiteiten te verhogen om de deelnemers ook
gericht naar een hoger plan te kunnen brengen. Het gaat hierbij om een non formeel aanbod aan
mensen met taalachterstand die in de gelegenheid worden gesteld tot een beter perspectief te
komen. Een gezamenlijke aanvraag bij de gemeente Lelystad om de taalketen kracht bij te zetten is
begin 2013 niet gehonoreerd. Eind 2013 is er vanuit het programma Voortijdig Voorschoolse Educatie
toch nog een opdracht aan de Flevomeer bibliotheek en Welzijn Lelystad verstrekt om Taal geeft
Vleugels in dit beleidkader in te zetten, met het accent op taalversterking ouderbetrokkenheid. Ook is
er eind 2013 door stichting Lezen en schrijven een aanvraag gehonoreerd om “Huis voor Taal” te
ondersteunen. Vanaf 2014 wordt Taal geeft Vleugels organisatorisch ondergebracht bij de afdeling
projecten. De partijen opteren tevens voor een ESF subsidie dat bij centrum gemeente Almere in
behandeling is.
Begin 2013 zijn de taal activiteiten “Taal in de Wijk”van VVNL overgenomen. In 2013 zijn er op 5
locaties laagdrempelige taalgroepen wekelijks actief. De lessen worden verzorgd door vrijwillige
taaldocenten. 103 mensen hebben in 2013 deelgenomen aan deze wekelijks taalactiviteit. Vanaf 2014
maakt ook deze dienst onderdeel uit van Taal geeft Vleugels.
In het kader van Taalkoppels zijn er 61 koppelingen gemaakt. Taal in de wijk heeft 5 taalgroepen
(gemiddeld 15 deelnemers) die wekelijks van een vrijwillige taaldocent les krijgen.
2.4
VoorleesExpress
Begin 2013 zijn we gestart met het derde voorleesseizoen, met 26 gezinnen. Drie gezinnen zijn van
Roma afkomst. We hebben hiervoor aansluiting gezocht bij het Roma project van Welzijn Lelystad.
Gedurende dit seizoen hebben we bij een aantal gezinnen sociaal-maatschappelijke problematiek
Jaarverslag Welzijn Lelystad 2013, maart 2014
Pagina 11 van 26
gesignaleerd. We hebben hiervoor bij verschillende disciplines binnen Welzijn Lelystad geconsulteerd
en waar nodig doorverwezen. Het vierde voorleesseizoen startte niet met een gezamenlijke aftrap van
de voorleestraject. We beginnen nu met voorlezen bij gezinnen zodra we daarvoor voorlezers
beschikbaar hebben. Hierdoor kunnen we beter voldoen aan de vraag van bijvoorbeeld
peuterspeelzalen en basisscholen. Gezinnen bedienen we nu sneller en ook voorlezers zetten we nu
sneller in.
Het effect van de VoorleesExpress op de taalontwikkeling bij de deelnemende gezinnen laat zich
moeilijk vatten in cijfers en percentages. Dit komt omdat we niet werken met instap- en eindtoetsen.
Onze focus ligt op stimuleren en enthousiasmeren. Dit leidt in veel gezinnen tot meer taalaanbod en
leesplezier thuis en een grotere woordenschat en uitdrukkingsvaardigheid die op scholen en
peuterspeelzalen bij de kinderen worden opgemerkt. Om deze kwalitatieve effecten beter in kaart te
brengen en te vergroten, besteden we sinds september extra aandacht aan de algehele kwaliteit van
de VoorleesExpress. We doen dit op 4 vlakken: verantwoording, deskundigheidsbevordering,
samenwerking en promotie.
Om goed inzicht te hebben in de effecten van de VoorleesExpress binnen een deelnemend gezin
nemen we voor de start van een voorleestraject contact op met de leerkrachten of leidsters van de
kinderen. We vragen hen hoe het met de taalontwikkeling van het kind is. En dit doen we ook aan het
einde van het traject. Leerkrachten en leidsters geven aan dat kinderen vrijer zijn in hun Nederlandse
taalgebruik en dat ze vaker naar een boekje grijpen. De woordenschat is daarnaast ook groter
geworden.
Van: peuterspeelzaal (december 2013)
Even een berichtje van peuterspeelzaal […]. [Voorleeskindje] gaat enorm
vooruit! Hij praat vrijuit en veel. Het lijkt of moeder beter begrijpt hoe ze met haar
zoon en zijn gedrag om moet gaan. Ze onderneemt meer met hem: haalt
boekjes in huis en leest met hem, gaat met hem naar sport, is zelf al met hem
naar de bieb geweest.
Projectleider aan voorlezer (dd. 4-12-2013):
Ik heb de peuterspeelzaal gesproken over de voortgang van [Voorleeskind]. In
het begin van de voorleesperiode hebben ze ervaren dat [Voorleeskind] een
enorme stap vooruit zette. Hij is meer gaan praten. (…) Hij vindt het leuk om in
boekjes te kijken en te lezen.
Tijdens de voorleestrajecten ontvangen we daarnaast veel informatie van de voorlezers. Veel kinderen
vinden voorlezen bij de start van het traject niet leuk of weinig uitdagend. Voorlezers zoeken dan net
zo lang naar het juiste boek om toch het enthousiasme aan te wakkeren.
Voorlezers over Sinterklaasboekje voor voorleeskinderen (december 2013)
Mijn voorleeskindje vond het superleuk! Normaal wil hij niet echt voorgelezen
worden, hij 'leest' liever zelf met zijn fantasie. Dit was het eerste boekje waarbij
hij echt stil bleef. Ik had voor Aadje Piraatje gekozen en daar staan ook
sinterklaasliedjes in. Ik heb deze gezongen en hij kende de melodie wel, maar
de tekst niet. Hij wilde dat ik de tekst zong, terwijl hij de melodie neuriede. Ha
ha, dat moet voor een toeschouwer een mooi tafereel zijn geweest!
Deskundigheidsbevordering
Op 8 november organiseerde de VoorleesExpress een verdiepingsworkshop voor ervaren voorlezers
uit het project. We hebben daarvoor peuterspeelzaal De Piraat, de Schakelklas en Boekenpret
gevraagd om de voorlezers handvatten te geven om effectief voor te lezen aan kinderen met een
(flinke) taalachterstand. Hierdoor is er tussen deze organisaties ook een intensievere samenwerking
ontstaan: we wisselen elkaars taalmethodieken uit en zorgen ervoor dat voorlezers hiervan op de
hoogte zijn. Naast deze workshop verzorgen we basistrainingen en tweemaandelijkse intervisies voor
Jaarverslag Welzijn Lelystad 2013, maart 2014
Pagina 12 van 26
de coördinatoren, zodat zij goed toegerust zijn op het coachen van hun voorlezers. Tot slot hebben we
in samenwerking met Flevomeer Bibliotheek vier trainingen Interactief Voorlezen en projectkennis
gegeven aan nieuwe voorlezers.
Samenwerking
VoorleesExpress is schilpartner binnen het VVE-beleid in Lelystad en werkt daarin samen met
Boekenpret, Verteltassen en de Schakelklas. Op initiatief van de VoorleesExpress is er in november
gestart met de voorbereidingen voor een gezamenlijk georganiseerd Voorleesontbijt op de VVEpeuterspeelzalen van Stichting Kinderopvang Lelystad, tijdens de Nationale Voorleesdagen 2014.
Daarnaast werken we aan een gezamenlijke visie op taalontwikkeling en de rol van onze projecten
daarin.
Promotie
Naast het voorlezen bij gezinnen thuis hebben we ook aandacht besteed aan de promotie van het
voorlezen in Lelystad. In het eerste half jaar hebben we een theatermiddag georganiseerd in de
bibliotheek. We hebben samengewerkt met de serviceclub Soroptimisten. Zij hebben het project
VoorleesExpress geadopteerd en voor deze middag werkten drie dames vrijwillig mee.
Onze voorlezers lazen voor tijdens de „Jol, Punter, Galjoen week‟ waarin Brede School activiteiten
gepromoot werden. Drie voorlezers zijn daarnaast gestart met een voorleespoule om elke
woensdagmiddag in de bibliotheek voor te lezen aan alle kinderen die aanwezig zijn.
Tijdens de Week van de Alfabetisering in september hebben we in samenwerking met Flevomeer
Bibliotheek een theatermiddag georganiseerd voor voorleeskinderen, peuterspeelzalen en
voorbijgangers. We hebben hierdoor veel ouders en kinderen kunnen bereiken. In Atolplaza hebben
we een workshop voorlezen georganiseerd. Ten slotte heeft Sinterklaas dit jaar een boekje cadeau
gegeven aan alle voorleeskinderen van het vierde voorleesseizoen.
Vanaf 2014 maakt de VoorleesExpress onderdeel uit van Taal geeft Vleugels.
Aantal bereikte
gezinnen
Waarvan VVE
Aantal vrijwilligers
Seizoen 3: eerste half jaar 2013
26
Seizoen 4: tweede half jaar 2013
20
16
30 voorlezers en 6 coördinatoren
14
20 voorlezers en 4 coördinatoren
Jaarverslag Welzijn Lelystad 2013, maart 2014
Pagina 13 van 26
3. Informele Zorg
Informele zorg bestaat uit de onderdelen mantelzorg en vrijwilligerszorg. In 2013 is er een efficiëntie
slag gemaakt om verschillende projecten in elkaar te schuiven. JOZO (Jongeren in de Zorg) is
opgenomen in vriendendiensten. VTZ en VITZ (Vrijwillige (Intensieve) Thuiszorg) zijn eveneens bij
elkaar gebracht. Hiermee wordt versnippering van verschillende projecten en verschillende
doelgroepen tot een minimum beperkt. Voor de mantelzorgers zijn er lotgenoten contactgroepen
(collectieve arrangementen) aan het aanbod toegevoegd. Inmiddels zijn er in samenwerking met
diverse partijen 15 actieve lotgenotencontactgroepen. Lotgenoten die te maken hebben met dementie,
NAH (niet aangeboren hersenletsel) of de nieuw gestarte groep voor jonge mantelzorgers, kinderen
van verslaafde ouders (in samenwerking met Tactus).
Voor de informele zorg is er een landelijk kwaliteitskeurmerk ontwikkeld en wordt via de
belangenorganisatie Mezzo aangeboden aan lidorganisaties. Welzijn Lelystad heeft deelgenomen aan
de ontwikkeling van het keurmerk en heeft in het eerste half jaar de nodige verbeterplannen gemaakt
op basis van de gehouden vragerraadpleging en de organisatie diagnose. In de tweede helft van 2013
zijn de verbeterplannen voor een groot deel ten uitvoer gebracht. Welzijn Lelystad ziet het behalen
van het kwaliteitskeurmerk Informele Zorg als belangrijk instrument om de verbinding tussen formele –
en informele zorg nog beter tot stand te brengen. Gelet op de transitie AWBZ/WMO een belangrijke
opgave. Ondanks de financiële impuls uit de nota Informele Zorg voorziet Welzijn Lelystad dat er een
groter beroep op mantelzorgers wordt gedaan. Dit is volgens het geluid van de mantelzorger niet erg
maar dient wel adequaat ondersteund te worden. Het mantelzorgconvenant dat Welzijn Lelystad met
zorgaanbieders in werking heeft gezet is daartoe een eerste begin om de mantelzorg ondersteuning
met elkaar beter vorm te geven.
3.1
Meldpunt Vrijwilligerszorg
Eind 2012 is er een wachtlijst van hulpvragers ontstaan door toename van complexe vragen, nieuwe
doelgroepen, wegvallen van AWBZ indicaties en te weinig zorgvrijwilligers. Begin 2013 zijn alle zeilen
bijgezet om de wachtlijst weg te werken. Er is intern samenhang gecreëerd met de wijkteams maar
ook met stichting HIP waar hulpvragen naartoe zijn uitgezet. De verwachting is dat het aantal
hulpvragen in de toekomst meer toeneemt. Om hier een passend antwoord op te vinden door de
ste
de
vrijwillige inzet is er toenadering gezocht met HBO onderwijs instellingen om 1 en 2 jaar studenten
in te zetten. Inmiddels zijn er 25 studenten gekoppeld aan 1 of meerdere hulpvragers. Ook wordt er
gezocht naar de zilveren kracht om een antwoord te bieden op de toenemende vraag (voormalig
professionals die in de zorg hebben gewerkt). De complexiteit van hulpvragers betekent een andere
inzet van de zorgvrijwilligers. Zij hebben ondersteuning en deskundigheid nodig om de hulpvrager zo
goed als mogelijk te bedienen. Er is dan ook veel aandacht voor deskundigheidsbevordering van de
zorgvrijwilligers als het gaat om kennis van ziektebeelden, intervisiebijeenkomsten en “gewoon” de
dagelijkse ondersteuning.
Ook zijn er in 2013 twee nieuwe initiatieven gestart middels ondersteuning van fondsen. Patientsupport is mogelijk gemaakt door het programma VITOK (vitaliteit ontmoet kwetsbaarheid) van Fonds
Sluyterman van Loo en Stichting RCOAK. Vitale senioren zijn als vrijwilliger van betekenis voor
kwetsbare ouderen als het gaat om artsenbezoek. Sinds januari 2013 zijn er 10 vitale ouderen die zich
voor 72 vragen hebben ingezet. Het project buddyzorg voor kinderen en jongeren met een
psychiatrische problematiek en of chronische ziekte is in september 2013 van start gegaan. Dit project
is gehonoreerd door het Oranje Fonds en het VSB fonds . Eind 2013 zijn er 8 aanvragen en 5
vrijwilligers die zich voor deze doelgroep inzetten.
In 2013 zijn er het meldpunt vrijwilligerszorg 130 zorgvrijwilligers (inclusief HBO studenten) actief om
hulpvragers bij te staan. Variërend van praktische hulp, boodschappen doen, begeleiding
ziekenhuisbezoek of waken bij terminale patiënten in de thuissituatie of in de palliatieve unit ‟t Hofje
van Coloriet.
Jaarverslag Welzijn Lelystad 2013, maart 2014
Pagina 14 van 26
3.2
Steunpunt Mantelzorg
De rol van de mantelzorger zal gezien de landelijke ontwikkelingen steeds belangrijker worden.
Welzijn Lelystad heeft begin 2013 geanticipeerd op deze ontwikkeling door deel te nemen aan het
landelijke project „de samenspelcoach‟. Een project met als doel: goede samenwerking tussen
mantelzorger en professionele organisatie om de ondersteunng voor de mantelzorger te
optimaliseren.
De verbeterde samenwerking met zorginstellingen heeft geleid tot een toename van aanmeldingen
van (jonge) mantelzorgers. De consulent voor preventieve ondersteuning mantelzorgers (POM) van
GGZ centraal verwijst standaard mensen door naar Welzijn Lelystad. Ook de
transferverpleegkundigen van Icare doen dit voor wat betreft de NAH mantelzorgers. In 2013 is er
volop mantelzorgondersteuning geboden. Om de vraag en ontwikkelingen aan te kunnen is dit met
individuele ondersteuning niet vol te houden. Het ombuigen van individuele ondersteuning naar meer
collectieve ondersteuning is in 2013 in gang gezet. Het aantal lotgenotencontact groepen is dan ook
aanzienlijk gegroeid met nieuwe initiatieven. Dit heeft tegelijkertijd een “versnipperd” effect op
doelgroepen. De intentie is te komen tot meer collectieve arrangementen in samenwerking met
partijen uit de formele en informele zorg. Overeenkomstige ondersteuningsvragen vanuit de
mantelzorger en zorgvrager gebundeld in een helder aanbod. Een en ander nader uitgewerkt in het
mantelzorg convenant. Een bijkomstig effect hiervan is, is dat de deelnemers elkaar steeds beter
weten te vinden als het gaat om uitwisseling van ondersteuning. Eind 2013 is in samenwerking met de
gemeente Lelystad de voorbereiding getroffen om Bloomily in gebruik te nemen. BLOOMILY
ondersteunt zelforganiserende netwerken die de zorg dragen voor vrienden, familieleden en naasten.
BLOOMILY doet dat door de mantelzorgers praktische tools in handen te geven die het mogelijk
maken de zorg gemakkelijk te coördineren en te organiseren. In januari 2014 is Lelystad de eerste
gemeente in Nederland die het gebruik van deze tool mogelijk maakt.
Voor de nota Informele Zorg (gemeente Lelystad 2013-2016) zijn de nodige voorbereidingen getroffen
om de voorgestelde maatregelen op te nemen in een mantelzorgconvenant. Welzijn Lelystad heeft het
initiatief genomen om met zorgpartijen dit convenant tot stand te brengen waarbij het uitgangspunt is
om de ondersteuning voor mantelzorgers met elkaar zo optimaal mogelijk te maken.
In 2013 zijn er 114 lotgenootcontact bijeenkosten georganiseerd, actief met een totaal van 839
deelnemers. In 2013 hebben 137 nieuwe mantelzorgers zich gemeld voor ondersteuning.. Het aantal
geregistreerde mantelzorgers bij Welzijn Lelystad is in deze periode 843. Zij ontvangen in meer of
mindere mate informatie en advies, ondersteuning en/of nemen deel aan lotgenotencontactgroepen.
Jaarverslag Welzijn Lelystad 2013, maart 2014
Pagina 15 van 26
4.
Welzijn in de wijk
4.1
Nieuwe werken in de wijk
Het nieuwe werken in de wijk is in 2012 ingevoerd. Het staat als verzamelnaam voor samenwerking
aan leefbaarheid en veiligheid, ondersteunen van bewonersinitiatieven en voor lichte ondersteuning
via de sociale wijkteams (gestart in 2012).
De sociale wijkteams staan voor een nieuwe en innovatieve werkwijze, die sterk in ontwikkeling is. Het
doel van de teams is om in te zetten op het welzijn van bewoners dichtbij in buurt en wijk, uit te gaan
van wat zij zelf kunnen en willen (hun eigen welzijn en welbevinden) en daarmee duurdere zorg te
voorkomen.
Welzijn Lelystad heeft de verantwoordelijkheid om het sociale deel uit te voeren:
coördinatie van de sociale wijkteams met MDF, Icare en Kwintes;
onderdelen die de participatie van bewoners ondersteunen: opbouwwerk, programmabeheer
van de MFA's, informatie en advies via de wijkinformatiepunten, stimuleren en versterken van
bewonersinitiatieven;
coördineren van een goede samenwerking en uitwisseling tussen alle partijen en actoren op
wijkniveau op een simpele en niet bureaucratische manier.
In 2013 hebben we als Welzijn Lelystad met de partners ingezet op doorontwikkeling van deze nieuwe
„sociale infrastructuur‟;
de doorontwikkeling van de sociale wijkteams in kwaliteit en doelgroep, uitbreiden van
samenwerking en collectieve arrangementen;
gezamenlijke inzet op prioriteiten in de wijk (via thema's uit de wijkanalyses): zowel de inzet
van de verschillende disciplines binnen Welzijn Lelystad (sociale wijkteams, opbouwwerk,
projecten en mfa's) als die van vele andere formele en informele organisaties;
participatie van bewoners met een grote afstand tot de arbeidsmarkt.
In 2013 hebben we het volgende ontwikkeld:
de sociale wijkteams zijn getraind (omgaan met depressies bij bewoners + training van
Movisie op o.a. vraaggesprekken en samenwerking als team), we hebben de gemeente
geadviseerd hoe de teams verder ontwikkeld kunnen worden, we hebben nadrukkelijk de
samenwerking met andere partijen gezocht om van deze werkwijze gebruik te maken (IDO,
GGD, Coloriet,participatiecoaches, Kanspunt, Mee, Triade, Home teams van Stel en MCC),
daarvoor hebben we spreekuren in de wijk verbeterd en benut;
per wijk hebben we bijeenkomsten voor de Wijkanalyse georganiseerd om tot gedeelde
prioriteiten te komen en hebben we nieuwe collectieve arrangementen ontwikkeld;
per thema en prioriteit hebben we meer gezamenlijke inzet georganiseerd van het
opbouwwerk, de Mfa's en de sociale wijkteams;
voor participatie een aanpak gemaakt (juli) en in de tweede helft van 2013 met de
gemeentelijke participatiecoaches afspraken gemaakt hoe dit in 2014 uitgevoerd wordt.
Noot voor de lezer:
de onderdelen van 'het nieuwe werken in de wijk' die we hierna beschrijven vertonen een sterke samenhang en
daarom is de indeling wat arbitrair. Zo staat bij het opbouwwerk bijvoorbeeld omschreven wat we hebben gedaan
aan nieuwe collectieve arrangementen, terwijl dat een nadrukkelijk samenspel is met de sociale wijkteams, de
wijkinformatiepunten en het programmabeheer van de MFA's.
Jaarverslag Welzijn Lelystad 2013, maart 2014
Pagina 16 van 26
4.2
Opbouwwerk
In 2013 zijn er aan de hand van de Wijkagenda (nieuw instrument van de gemeente om iedere twee
jaar tot gedeelde prioriteiten in een gebied te komen) aan het eind van het jaar prioriteiten gekozen die
invloed hebben op het opbouwwerk.
figuur: prioriteiten uit de wijkanalyse voor de sociale wijkteams en het opbouwwerk
Het opbouwwerk heeft in 2013 een inhoudelijke slag gemaakt door net als de sociale wijkteams met
het stepped care model te werken. Zij zijn daarom ook net als de sociale wijkteams getraind door
Movisie, dit loopt nog door in 2014. Goede voorbeelden van deze werkwijze zijn de bewonersavonden
in de wijk. Avonden waarop de bewoners worden uitgenodigd zich (al dan niet met ondersteuning van
organisaties) in te zetten voor verbetering van de leefbaarheid van hun eigen wijk.
figuur: het stepped-care principe
Jaarverslag Welzijn Lelystad 2013, maart 2014
Pagina 17 van 26
Inhoudelijk heeft het opbouwwerk in 2013 langs drie verschillende invalshoeken gewerkt.
1. 'Sociaal onderhoud' gekoppeld aan fysiek onderhoud.
Samenwerking met Centrada en de Gemeente bij (plein)gesprekken over renovatie of
veranderingen bij speeltoestellen. Het opbouwwerk voert gesprekken over wat mensen zelf kunnen
doen en voor elkaar kunnen betekenen. Met Centrada en de Bakkerij hebben we een nieuwe
werkwijze ontwikkeld om tot nieuwe netwerken in de buurt te komen.
Concrete uitkomsten:
Koppeling van Zap teams (zwerfafvalpakkers) aan Centrada, buurt, belangencomité en de
lokale Albert Heijn; de groep verwijdert zwerfvuil in het centrum van Boswijk en wordt nu
begeleid door ouders/buurtbewoners, de jeugdwerker onderhoudt het contact.
Een uitleenpunt voor gereedschap voor onderhoud door bewoners, diverse adoptie projecten,
uitkomsten van Pleingesprekken en Tour de Lelystad die tot meer collectieven gaan leiden.
In noordoost Lelystad meer dan 100 ambassadeurs van bewoners die de openbare ruimtes
zelf willen onderhouden.
Acties van buurtbewoners voortkomend uit pleingesprekken bij de herinrichting Veluwemeerstraat, waaronder een verzoek om een pleintje aan te pakken.
Adoptie van het Boswijk pleintje Horst (van groen naar speelplein) door bewoners die het zelf
onderhouden. De opbouwwerker en jeugdwerker onderhouden de contacten.
2. Ontwikkelen van collectieve arrangementen die passen bij individuele hulpvragen van
bewoners.
De individuele vragen komen veelal van de sociale wijkteams. In Wmo termen maakt het
opbouwwerk een collectief arrangement, het liefst met bewoners en vrijwilligers. Hieruit ontstaan
tal van nieuwe leuke initiatieven.
Concrete uitkomsten:
Sportief wandelen in de wijk, kookactiviteiten (gezonde leefstijl), ondersteunen van een
Somalische gemeenschap en taalprojecten vanuit Atolplaza.
Een autismesoos in Plein 201
Een kleine activiteit die doorgroeit naar een collectief arrangementen die op den duur
zelfstandig (en tegen lage kosten) draait: dat is gelukt bij de social mediagroep en bij dart-,
kook- en crea groepen.
Opzet nieuwe activiteit mozaïek met vrijwilligers voor bewoners van het driesterrenpunt.
Het OOPHOE project in de Waterwijk om ouderen op te laten passen op een huisdier. Veel
ouderen hebben een huisdier gehad, maar durven er op leeftijd geen meer aan te schaffen.
OOPHOE biedt een oplossing door af en toe op een huisdier van iemand te passen wat ook
tot nieuwe contacten leidt.
Een buurtontbijt in Haven, inspelend op een behoefte omdat de afstand voor minder mobiele
buurtbewoners naar de HEMA slecht haalbaar is.
Zomergym voor alleenstaande oudere dames in Haven (met steun buurtbudget) die zomers
niet weggaan en elkaar graag ontmoeten.
Quilten in de Waterwijk als workshop voor bewoners met psychische problemen (via Kwintes)
die in de wijk wonen.
3. Inzet op thema's uit de wijkanalyses en partijen die daar bij betrokken zijn.
Concrete uitkomsten:
We hebben met het opbouwwerk twee middelen mee ontwikkeld die een groot bereik hebben
en mensen helpen om met een kleine beurs zelfredzaam te blijven:
NADA's als informeel ruilmiddel voor onderlinge diensten en het repaircafé.
Het repaircafé is een doorslaand succes. In korte tijd is er sprake van een toenemend aantal
vrijwilligers. Inmiddels zijn er al ruim 14 reparateurs, is er een vaste locatie in de Hanzeborg
gevonden en wordt een tweede wisselende locatie extra toegevoegd. Deelname aan de
Jaarverslag Welzijn Lelystad 2013, maart 2014
Pagina 18 van 26
-
-
-
duurzaamheidbeurs in het stadhuis heeft een mooie boost gegeven aan het Repaircafé. De
informele ruilhandel Nada‟s maakt ook goede vorderingen. Alle basisvoorwaarden zijn
gerealiseerd. De website is online, het betalingssysteem loopt en inmiddels heeft het project
10 vrijwilligers. Begin 2014 starten de voorlichtingsavonden en wordt ingezet op verdere
uitbreiding van het aantal leden.
preventieve „Babbeltruc‟-bijeenkomsten (naar aanleiding van meldingen in Zuidwest) met de
Politie op locaties rondom de driesterrenzone. Daardoor wordt er meer gemeld bij de Politie
Flevoland en kunnen oudere bewoners incidenten beter voorkomen. Deze ervaring hebben
we gebruikt op 1 oktober 2013 bij stedelijke „Dag van de Ouderen‟ met de OSOL.
Scootmobiel: uitleen, instructie en poule/ritten. Na een langzame start maken steeds meer
mensen gebruik van deze service die we nu op 7 locaties in Lelystad aanbieden. Twee
ervaren vrijwilligers van Welzijn Lelystad bieden de gebruikers een korte rijinstructie aan,
waarna de mensen gebruik kunnen maken van deze dienst. We bieden dit met de gemeente
aan alle inwoners van Lelystad aan. Het opbouwwerk heeft de opzet minder kwetsbaar
gemaakt doordat ze vier vaste vrijwilligers gevonden hebben die de groep kunnen aansturen
tijdens de ritten. De volgende stap is scholing vanuit Veilig Verkeer Nederland en zo nodig
BHV, op verzoek van de huidige begeleiders.
We hebben de cursus „De Waarde van Vriendschap‟ aangeboden als vervolg van preventieve
huisbezoeken; 10 bijeenkomsten met 15 deelnemers. De deelnemers zijn mede door de
sociale wijkteams en opbouwwerkers geselecteerd omdat ze weinig contacten hadden en niet
actief waren. De bijeenkomsten zijn begeleid door professionele coaches, welke de
deelnemers stapsgewijs bewust maken van invloeden en het NUT (de inbreng van de ander
en van jezelf) van het aangaan en behouden van vriendschappelijke en familiaire relaties. Na
de 10 bijeenkomsten zijn de deelnemers op eigen initiatief doorgegaan elkaar te ontmoeten.
Opbouwwerk faciliteert en ondersteunt de groep op hun verzoek.
In 2013 hebben we met opbouwwerk 5.100 activiteiten en cursussen neergezet op verschillende
plekken in de stad. Daarbij is ingezet op steeds zelfstandiger draaiende groepen en op het aanbieden
van activiteiten die als collectief arrangement zorg kan voorkomen. Daarom is geïnvesteerd in de
samenwerking met de sociale wijkteams. Het opbouwwerk heeft 136 initiatieven van bewoners in de
wijk ondersteund.
Jaarverslag Welzijn Lelystad 2013, maart 2014
Pagina 19 van 26
4.3
Sociale wijkteams
In 2013 zijn we verder gegaan met de sociale wijkteams en de doorontwikkeling ervan.
Concrete resultaten:
In 2013 hebben de vier sociale wijkteams in totaal 368 mensen geholpen met een complexe
ondersteuningsvraag, dus inclusief een keukentafelgesprek bij hen thuis, het uitgaan en stimuleren
van eigen kracht, afspraken en acties. Er zijn duidelijke verschillen per team en deel van de stad:
Noordwest: Bolder en Kustwijk
Noordoost: Atol en Zuiderzeewijk
Meldingen Wijkinfopunt: 328 = 7/week
Totaal 328 fysieke en sociale meldingen
Meldingen Wijkinfopunt: 1.395 = 26/week
Totaal 1395 fysieke en sociale meldingen
Sociaal wijkteam 1,3/week
Totaal 62 gevallen in 2013 (1,3/week) [2012: 31]
Doorverwijzing van partners = ± 44 %
Zwaartepunt: schrijnende gevallen, multi
problemen, vervuiling
Sociaal wijkteam 2,3/week
Totaal 111 gevallen in 2013 (2,3/week) [2012: 26]
Doorverwijzing van partners = ± 10 %
Zwaartepunt: ouderen, verwaarlozing en
vervuiling, asociaal gedrag
Centrum en Zuidwest: Centrum, Botter, Tjalk,
Schoener, Landenstreek, Hollandse Hout,
Lelystad Haven, Noordersluis, Warande
Zuidoost: Boswijk, Waterwijk, Landerijen
Meldingen Wijkinfopunt: 562 = 12/week
Totaal 562 fysieke en sociale meldingen
Meldingen Wijkinfopunt: 2.054 = 43/week
Totaal 2.054 fysieke en sociale meldingen
Sociaal wijkteam 1/week
Totaal 48 gevallen in 2013 (1/week) [2012: 25]
Doorverwijzing van partners 6 = ± 60 %
Zwaartepunt: verslaving, geluid- en vervuiling
overlast, psychische problemen, eenzaamheid
Sociaal wijkteam 3,1/week
Totaal 147 gevallen in 2013 (3,1/week) [2012: 49]
Doorverwijzing van partners = ± 20 %
Zwaartepunt: verslaving, geluid- en vervuiling
overlast, psychische problemen, eenzaamheid
Daar zijn personen bij die vragen om
terugkerende inzet van het sociale wijkteam.
We hebben dat met de volgende inzet per team gedaan:
de coördinator met 18 uur/week (uitvoeren en coördineren/ontwikkelen);
de wijkverpleegkundige met 10 uur/week;
de maatschappelijk werker met 2 à 4 uur per week;
de ggz medewerker met 2 uur per week (in Zuidoost meer vanwege proeftuin met Trimbos).
De coördinator heeft binnen die 18 uur per week ook als taak om te zorgen voor:
*
een goede samenwerking op het gebied van de leefbaarheid en veiligheid (Politie, Centrada,
Gemeente, Milieupolitie);
*
een steeds verdergaande samenwerking van de sociale wijkteams met formele en
informele netwerken in de wijk, zoals huisartsen, scholen, bewoners met initiatieven etc.
De werkwijze is ondanks extra samenwerking zo eenvoudig mogelijk gebleven. Van de meldingen bij
het wijkinformatiepunt wordt zo veel mogelijk rechtstreeks doorgegeven en aangepakt. Alleen de
complexere gevallen komen bij het sociale wijkteam als geheel, waarna een teamlid bij die bewoner
thuis een keukentafelgesprek voert. De afspraken met die bewoner zijn volgens de volgorde uit de
stepped care aanpak. De capaciteit van de sociale wijkteams is daarbij beperkt door een kleine
deelname van Kwintes en MDF. Daarbinnen lukt het precies om de gemelde bewoners te bezoeken
en te helpen. De teams zien wel een toename van schrijnende gevallen waar zij mee in aanraking
komen.
Jaarverslag Welzijn Lelystad 2013, maart 2014
Pagina 20 van 26
Enkele voorbeelden:
* Door middel van een keukentafelgesprek een oude dame tot inzicht laten komen waar haar
interesse ligt. Zij heeft een nieuwe hobby gevonden met hulp van haar zoons en heeft nu geen hulp
meer nodig. * Andere bewoners die de deur niet meer uitkwamen gaan na wat begeleiding nu
zelfstandig naar het kookcafé. * Een dame kwam regelmatig op de spreekuren en was dan erg in de
war en ze veroorzaakte veel overlast voor haar buren. Door een keukentafelgesprek bleek dat ze erg
mooi kan schilderen en daar ook les in heeft gegeven. We hebben haar meegenomen naar het AC en
daar geeft ze nu schilderlessen. Er zijn nu minder overlast meldingen.
Innovatie en doorontwikkeling
In 2013 hebben we de volgende doorontwikkelingen gemaakt en in gang gezet:
1.
De sociale wijkteams zijn getraind (door Movisie).
2.
Eerste aanpassingen van de teams:
a. structurele samenwerking met de gemeentelijke participatiecoaches en opbouwwerk;
b. verschillen in teamsamenstelling per stadsdeel afhankelijk van de prioriteiten in dat
stadsdeel (verschil in inzet van ouderenadviseur en ggz deskundige);
c. in een acute situatie op- en afschalen met „vangnet & advies‟(GGD);
d. proeftuin “ondersteuning sociale netwerken” in de Waterwijk voor ggz problematiek
3.
Samenwerking met de gezondheidszorg en Achmea:
a. toepassen van „Welzijn op Recept‟ met het gezondheidscentrum aan de Voorstraat;
b. op het nivo van heel Lelystad samenwerking met Achmea en de gezondheidszorg binnen
het meerjarenprogramma 'Lelystad in Beweging'.
De training van Movisie is ingezet om de teams een gezamenlijke professionele basis te geven. Er is
zowel op inhoud getraind (keukentafelgesprek, inspelen op bewonerskracht etc.) als op voldoende
zelfsturend kunnen handelen binnen de kaders. De training wordt in 2014 vervolgd met ondermeer het
opstellen van een ondersteuningsplan.
De teams zijn op twee manieren versterkt. Als eerste zijn vanaf eind 2013 vaste participatiecoaches
2
(Gemeente Lelystad) en opbouwwerkers (Welzijn Lelystad) aan de sociale wijkteams gekoppeld die
beiden een rol hebben in een pilot met participatie. De opdracht is om mensen met een WWB
uitkering en minder dan 50% arbeidscapaciteit te begeleiden naar vrijwilligerswerk. Met de pilot gaan
we na of daarmee het beroep op ondersteuning afneemt en of er zo betaalbare alternatieve vormen
van dagbesteding ontstaan. Begeleiding naar werk (meer dan 50% arbeidscapaciteit) is voor het
gemeentelijke werkbedrijf.
Het gaat, op verzoek van de gemeente, voor de participatie coaches voorlopig om een lichte
koppeling; op termijn wellicht als generalist namens het team op pad om keukentafelgesprekken te
voeren en een ondersteuningsplan te maken.
Inhoudelijk is dit een belangrijke stap om twee redenen:
we kunnen beter inzetten op het welzijn/welbevinden van inwoners met een uitkering. We
helpen inwoners (met een arbeidscapaciteit onder de 50%) te participeren. Als persoonlijke
problemen in de weg staan en ondersteuning nodig is gaat het sociale wijkteam met hen aan
de slag. Anders gaat de vrijwilligerscentrale met hen een zinvolle vrijwilligersplek zoeken;
we verbinden inwoners met een eigentijdse invulling van opbouwwerk beter aan netwerken in
de wijk, buurtbewoners, bewonersinitiatieven en (nieuwe) collectieve voorzieningen.
Er liggen door deze koppeling duidelijke kansen om nieuwe, efficiënte arrangementen op te zetten,
zoals boodschappenservice, strijken, maaltijdfunctie en klussendienst. „Sociale wijkondernemingen‟ in
de combinatie van bestaande vrijwilligersorganisaties/kerken, vrijwilligers, uitkeringsgerechtigden,
2
Ook wel 'Opbouwwerk Nieuwe Stijl' of Samenlevingsopbouw genoemd
Jaarverslag Welzijn Lelystad 2013, maart 2014
Pagina 21 van 26
stageplekken van ROC‟s, leerwerkbedrijven en welzijn. De participatie coach is individueel gericht en
de opbouwwerker nieuwe stijl is meer gericht op het collectief, het wijkondernemerschap en de
samenwerking met het bedrijfsleven.
De sociale wijkteams maken bij acute situaties gebruik van het GGD „vangnet en advies‟. We hebben
daarmee geborgd dat we in acute situaties niet blijven hangen in een eigen kracht aanpak als direct
ingrijpen nodig is. De GGD koppelt aan de coördinator van het sociale wijkteam terug wanneer de
acute situatie is gestabiliseerd. Daarna is het sociale wijkteam weer leidend in de stepped-care
aanpak gebaseerd op de eigen kracht van de bewoner of het gezin
We zijn begonnen om de sociale wijkteams met de medische zorg te verbinden:
- we passen "Welzijn op recept"3 toe bij het gezondheidscentrum aan de Voorstraat (Waterwijk)
en doen daar ervaring op die voor heel Lelystad waardevol is.
- we zijn verbonden aan het programma “Lelystad in Beweging”. Als eerste met het thema
„participatie‟ en als tweede met de sociale wijkteams om de teams als gezamenlijke
„infrastructuur‟ zo effectief mogelijk in te zetten. We kunnen op die manier aparte
hulpstructuren in de wijk voorkomen en de koppeling aan de huisartsen en
wijkverpleegkundige sterk maken. De zorgverzekeraar wordt mede-investeerder in
preventieve voorzieningen in de basis.
- we werken mee aan pilots voor COPD patiënten en ouderen gericht om hen minder
afhankelijk te maken van medische zorg en hen meer de regie over hun leven te laten
houden. Voor COPD patiënten gaat het dan om maatjes die Welzijn voor hen zoekt.
Ten slotte verbeteren we waar nodig de spreekuren. Maart 2014 zal er een spreekuur in Botter
gehouden worden. De aanloop naar locatie de Hoven is nihil vanuit omliggende wijken. Daarom zijn
wij gekomen tot een samenwerking met de SKL om hun gebouw op het winkelcentrum in de Botter te
gebruiken voor een spreekuur. De Hoven wordt dan maandelijks gebruikt voor een korte lijnen
overleg tussen partners als Coloriet, Icare, Politie. De opbouwwerker neemt waar op oude
spreekuurtijden.
4.4 Programmabeheer MFA's
MFA Atolplaza
Het programma management van Atolplaza heeft zich verder geconcentreerd op interne
samenwerking. Hierdoor is er goed contact en een goede samenwerking tot stand gekomen met de
bewonerscommissie en de activiteitencommissie van Atolplaza. Deze laatst genoemde hebben een
aantal grote en mooie evenementen neergezet, als het Winter Wonder Diner en het
ontmoetingsfestival, in samenwerking met de ontmoetingskerk aan de Schor. Ook het Cruijff court
heeft nog steeds een belangrijke positie. Onlangs hebben drie bewoners deelgenomen aan het Johan
Cruijff community program en kunnen zijn nu zelfstandig werken aan meer betrokkenheid in de wijk
met als middel het veld. Voor het nieuwe jaar worden de pijlen gezet op het inzetten op „gastvrij
Atolplaza‟ door het voorbereiden van gastvrouwen en gastheren en op een verdere uitwerking van
een taalproject. Een duidelijke wens vanuit het gebruikersoverleg tussen alle gevestigde partijen in
Atolplaza. Door het koppelen en verbinden van nog meer bewonersinitiatieven en van evenementen
wordt tevens ingezet op een levendig en actief Atolplaza. Ook hier zal meer gebruik worden gemaakt
van vrijwilligers die zich willen inzetten voor Atolplaza en de Atolwijk. Medewerkers horeca, assistent
beheerders, activiteitenbegeleiders, noem maar op.
3
"Welzijn Op Recept", Trimbos instituut, Utrecht 2012, een 'evidence-based' aanpak die tot lagere zorgkosten en
een groter welbevinden van bewoners leidt
Jaarverslag Welzijn Lelystad 2013, maart 2014
Pagina 22 van 26
MFA Hanzeborg/ Plein 201
De Hanzeborg is na ruim drie jaar een gewilde en bekende MFA. Plein 201 is onlosmakelijk
verbonden met de MFA. Hier vanuit draaien wekelijks maar liefst meer dan 70 activiteiten per week.
80 % hiervan is vaste gebruiker, maar ook steeds meer bewoners, organisaties en initiatieven maken
graag gebruik van de ruimtes en diensten van het gastvrije Plein 201.
Een team van ruim 30 vrijwilligers houdt de zaak draaiende en zij zorgen dan ook met elkaar voor de
goede sfeer. De groep is divers, van gepensioneerden to mensen met een uitkering en van vrijwilligers
die terugkeren in de samenleving door een psychiatrisch verleden tot mensen met een beperking. Met
activiteiten als de FunAut soos voor mensen met autisme, de jong dementerende, het Alzheimercafé,
het Parkinsoncafé, gesprekgroep autisme, GGZ herstelgroep en andere speciale activiteiten, is Plein
201 een plek waar de kwetsbare doelgroepen zich veilig voelen.
In 2014 wordt verder ingezet op doorgroei, voor activiteiten, maar ook zeker voor vrijwilligers.
MFA Zuiderzee
Inmiddels is in februari 2014 de eerste paal van de twee gebouwen van de MFA Zuiderzeewijk
geslagen, de opening staat eind van 2014 gepland. Welzijn Lelystad wil zich actief in gaan zetten voor
MFA wijkcentrum Zuiderzee. Dit in nauwe samenwerking met buurtcentrum de Joon, het Sportbedrijf
en de gemeente Lelystad. Hoewel eind 2013 de voorbereidende gesprekken over de inhoud al
verkennend hebben plaats gevonden en het gebouw op papier klaar is, gaan we ons komend jaar
inzetten op een passend programma voor de bewoners van de Zuiderzeewijk. Een mooie nieuwe
locatie, waar straks talenten van bewoners worden ingezet om het beste uit henzelf en de anderen te
halen. Een uitdaging waar we voor gaan en ons volledig voor inzetten met de bewoners van de
Zuiderzeewijk.
MFA Waterwijk
We hebben met het gezondheidscentrum Waterwijk en de Bever gewerkt aan samenwerking volgens
“Welzijn op Recept” in de nieuwe MFA-light in de Waterwijk. Dat heeft in 2013 tot de eerste
doorverwijzingen geleid.
Na voorbereidingen in het eerste halfjaar is in de zomer van 2013 de verbouwing gestart. In 2014
gaan we in dit gebouw de voordeur delen met het buurtcentrum en het gezondheidscentrum èn
intensief samenwerken gericht op preventie (Welzijn op Recept).
Om tot een gezamenlijke programmering te komen is er in 2013 al een gebruikersoverleg
georganiseerd vanuit Welzijn. Wijkraad, school, buurtcentrum, sociaal wijkteam, jeugdwelzijn en
opbouwwerk houden structureel overleg.
Het kookcafé, de gymgroep en de schildergroep zijn voorbeelden van collectieven die ontstaan zijn uit
meerdere individuele vraagstukken en draaien inmiddels grotendeels zelfstandig. Een mooi voorbeeld
is het doorstromen van twee autistische jongeren van de kookgroep, welke naar behoefte nu ook
vrijwillige beheertaken binnen het buurthuis hebben verkregen. Hun enorme inzet wordt erg
gewaardeerd door vele bezoekers en partners, hun enthousiasme en hun zelfvertrouwen is zichtbaar
toegenomen.
MFA Boswijk
Na een lange voorbereiding is de MFA Brink bijna klaar. In samenwerking met buurtcentrum de Brink
en Gemeente Lelystad zal de nieuwe MFA per maart 2014 haar deuren openen. Om deze nieuwe
MFA optimaal tot bloei te laten komen, zijn ook de wijkraad Boswijk (WB) en bewonersgroep
Belangencomite Kamp (BCK) aangesloten. Het Wijkinfopunt (Wip) ondersteunt hierin door; werkplek
in de wijk voor het opbouwwerk, naast het spreekuur extra openstelling voor meldingen via onze
klantcontactmedewerker, avondspreekuren door wijkraad en een structureel overleg tussen
bewonerspartijen en Welzijn.
Samen met alle bovenstaande partijen, basisschool de Brink en SKL is het Worldcafé (Meet&match)
georganiseerd, zo‟n 35 bewoners en netwerkpartners zijn aangeschoven om zich te buigen over het
Jaarverslag Welzijn Lelystad 2013, maart 2014
Pagina 23 van 26
thema „Jongeren in de wijk‟ om hen mee te nemen in het nieuwe concept (MFA) Brink. De
opbouwwerker zal samen met school en jeugdwelzijn hier in 2014 een vervolg aan geven.
Lokaal de Kamp (Welzijn)wordt ook meegenomen als extra activiteitenruimte. Deze biedt nu wekelijks
ruimte aan de zelfstandig draaiende crea- en kookgroep voor volwassenen en verschillende
activiteiten van jeugdwelzijn.
Actieve bewoners hebben samen met de winkeliers, buurtcentrum en de opbouwwerker verschillende
buurtgerichte activiteiten georganiseerd zoals de Boswijkdag (+/-250 deelnemers) het Herfst (+/-40
deelnemers) en Winterfeest (+/-60 deelnemers). Doel van de activiteiten: toegankelijk zijn voor iedere
buurtbewoner, financiën mogen bijvoorbeeld geen drempel opwerpen. Ook deze bewoners en de
social mediagroep Boswijk worden betrokken bij het openingsfeest van 2014.
We hebben in 2013 hebben programmabeheer geleverd op de MFA Atolplaza en de MFA
Hanzeborg/Plein 201. We hebben er 93 initiatieven uit de wijken ondersteund en gefaciliteerd en
daarnaast 215 evenementen georganiseerd. We zijn trots op de vrijwilligers die vele diensten hebben
gedraaid. Er zijn 58 vrijwilligers die zich regelmatig inzetten op beide MFA‟s om het bezoekers naar
de zin te maken en daarnaast vele activiteitenbegeleiders.
We hebben in 2013 de ontwikkeling mee vorm gegeven van de 'Waterbever' (de nieuwe MFA
Waterwijk, opening medio 2014),de Brink (opening maart 2014) en Zuiderzeewijk (eind 2014). We
passen als innovatie „Welzijn op Recept‟ toe in de Waterwijk met het gezondheidscentrum en de
Bever tot preventie in de eerstelijnszorg te komen.
4.5 Proactief preventief huisbezoek 60+
In 2013 hebben we het project Samen Actief als pilot uitgevoerd met het Rode Kruis, als eerste in
Lelystad Haven. Het doel van Samen Actief is om twee “groepen” van 60+ers in beeld te brengen en
met elkaar te verbinden: de 60+ers die moeite hebben om zelfstandig te blijven (kwetsbaar, weinig
zelfredzaam) en de 60+ers die juist als “zilveren kracht” wat voor anderen kunnen en willen
betekenen. Vrijwilligers zijn op pad gegaan langs vooraf geselecteerde bewoners met de bedoeling
daar in een „keukentafelgesprek‟ invulling aan te geven.
Het Rode Kruis heeft aangegeven dat deze hele directe benadering voor hun vrijwilligers op dit
moment niet past. De pilot met het Rode Kruis is daarom in 2013 beëindigd.
Omdat het ook als prioriteit uit de wijkagenda komt heeft het sociaal wijkteam met het opbouwwerk in
2013 meerdere keukentafelgesprekken gevoerd in de Centrada bastions in het Stadshart gericht op
zelfredzaamheid van ouderen. De resultaten worden gebruikt om bewonersbijeenkomsten te
organiseren die inspelen op de vraag van ouderen.
4.6 Buurtbemiddeling
Met achttien vrijwilligers is bemiddeld in problemen tussen buren die daar zelf onderling niet uitkomen.
Welzijn Lelystad coördineert de aanpak. In 2013 zien we een verandering in de conflicten waar
bemiddeling voor wordt gevraagd; er zijn meer conflicten aangemeld waar buurtbewoners bij
betrokken zijn met psychische problemen. Daarom hebben we met trainingen geïnvesteerd in de
deskundigheid van de vrijwilligers van buurtbemiddeling om daar goed mee om te kunnen gaan en
succesvol te kunnen bemiddelen.
In 2013 zijn er 89 aanvragen voor buurtbemiddeling ontvangen. Daarvan hebben de vrijwilligers er 37
succesvol kunnen bemiddelen met daarbij de nodige langslepende en intensieve conflicten. Er bleken
11 conflicten niet bemiddelbaar. De overige aanvragen zijn in behandeling of staan op een wachtlijst.
Jaarverslag Welzijn Lelystad 2013, maart 2014
Pagina 24 van 26
5.Projecten
5.1 Vervoersdienst de Opstap
De vervoersdienst de Opstap is in samenwerking met de bus van Woonzorg Flevoland (WZF)
voortdurend aan het ontwikkelen. Procedures, protocollen en de samenwerking met WZF is verstevigd
waardoor er gezegd kan worden dat zowel de bus van Welzijn Lelystad als die van WZF als één
homogeen aanbod beschouwd kan worden De vrijwilligers die de passagiers begeleiden naar
bijvoorbeeld een ziekenhuisbezoek zijn ondergebracht bij het meldpunt vrijwilligerszorg. De planning,
organisatie en uitvoering draait volledig op vrijwillige basis (met professionele ondersteuning van
Welzijn Lelystad en WZF). In 2013 hebben er 7.315 ritten plaatsgevonden en zijn er 8 uitjes
georganiseerd. Het aantal vragen van andere organisaties bereikt nu ook de vervoersdienst voor het
rijden naar een dagbesteding. Als experiment worden 5 bewoners van interakcontour dagelijks naar
een alternatieve dagbesteding gebracht en gehaald. De bussen van beide organisaties zijn echter aan
vervanging toe. Voor zowel WZF als voor Welzijn Lelystad doet zich de vraag voor om wel/geen
nieuwe bussen aan te schaffen.
5.2 Gewoon Bijzonder
Het project „Gewoon Bijzonder‟ is bedoeld om mensen nét dat duwtje in de rug te geven dat nodig is
om in contact te komen met anderen. Mensen, die als gevolg van eenzaamheid, psychische
problemen, armoede, overbelasting of andere redenen, aan de zijlijn staan. Het algemeen doel is om
deze mensen in het normale leven te laten functioneren. Op verzoek van het Medisch Coordinatie
Centrum (MCC) is er deelname aan het huisartsen en (long)verpleegkundigen overleg m.b.t. COPDpatiënten. Meestal is bij deze patiënten sprake van psycho-sociale belemmeringen waarbij deelname
aan activiteiten als belangrijk preventief middel wordt gezien ter voorkoming van veelvuldige
ziekenhuis opnames. De activiteiten van Gewoon Bijzonder zijn in 2013 voor een belangrijk deel in
samenwerking met Opbouwwerk van Welzijn Lelystad uitgevoerd.
Ik en de ander. Ik en de ander betekent in deze activiteit bewustwording van jezelf en de wereld om je
e
heen. Deze activiteit wordt wekelijks bezocht door 17 deelnemers, verdeeld over 2 groepen. De 2
groep is in september 2013 gestart.
e
Praten en Breien. In Atolplaza zijn er 32 deelnemers. Er is kortdurend een 2 groep gestart in Open
Haven. Dit bleek niet haalbaar, echter 4 van deze dames (met psyco-sociale problematiek), zijn
probleemloos geïntegreerd in Atolplaza. Ook vanuit Concern voor Werk worden vrouwen geïntegreerd
om ervaring op te doen met betrekking tot activering en een eerste stap richting arbeidsmarkt.
Vriendschapscursus. De vriendschapscursus is als zodanig afgerond na professionele coaching. De
opgebouwde relaties qua team/groepsvorming gaven aan met elkaar verder te willen. Hierbij is de
opdracht gegeven en de aansturing, dat zij in tweetallen zelfstandig de groep gaan leiden, zowel met
zelf ingebrachte thema‟s als het organiseren. In de praktijk blijkt dat begeleiding/aansturing vanuit een
professional nodig blijk, die door Welzijn Lelystad wordt uitgevoerd.
Therapeutische schilderclub. Met 8 deelnemers is deze groep in september gestart.
5.3 Diversiteit
Het thema diversiteit begint steeds meer vorm te krijgen als het gaat om gedeelde aandacht met
andere partijen. Zo is er contact ontstaan met islamitische (zelf)organisaties, moskeeën en
sleutelfiguren om in eerste instantie “gewoon” met elkaar in dialoog te zijn. Ook is er zitting vanuit
Welzijn Lelystad in POL (Platform Ontmoetingen Lelystad) tussen bewoners, kerken, moskeeën en
niet religieuzen. Ook deelname aan de stuurgroep homoseksualiteit met Bureau Gelijke Behandeling
en de gemeente Lelystad is een goed voorbeeld als het gaat om betrokkenheid bij diversiteit.
Dit heeft ondermeer geresulteerd in een conferentie waar 65 mensen uit kerken, moskeeën en
geïnteresseerden, aan hebben deelgenomen. Diversiteit uit zich ook in de vragen die gesteld worden
vanuit de verschillende culturen en/of zelforganisaties, op allerlei gebied, waarbij vooral de verbinding
gezocht wordt door mensen te koppelen. De dag van de Dialoog is ook benut t.b.v. een gemixte groep
van 12 personen.
Jaarverslag Welzijn Lelystad 2013, maart 2014
Pagina 25 van 26
5.4 Roma
In de gemeente Lelystad wordt voor de periode 2012-2014 extra geïnvesteerd in de aanpak van de
problematiek van multi-probleem gezinnen met een Roma achtergrond. Lelystad is proeftuin
gemeente samen met Ede, Nieuwegein en Veldhoven voor de landelijke „aanpak uitbuiting Roma
kinderen‟. De burgemeester is lid van de programmaraad voor de landelijke aanpak. De gemeente
heeft een uitvoerend projectleider aangesteld in dienst van Welzijn Lelystad. De politie Flevoland heeft
een politiefunctionaris aangesteld. Vanuit het ministerie heeft de gemeente Lelystad een beleidsmatig
projectleider aan kunnen stellen voor de periode september 2012-december 2013. Over de voortgang
van het project wordt afzonderlijk gerapporteerd, een en ander conform landelijke afspraken welke
met VNG zijn gemaakt. 2013 heeft in het teken gestaan van activiteiten gericht op het verbeteren van
de positie en de kansen van Roma en gericht op samenwerking binnen de lokale en landelijke keten.
Activiteiten gericht op de Roma:
Samenwerking met Roma, het stimuleren van meedoen aan VVE activiteiten, de aanpak van
schoolverzuim, het voorkomen van uithuwelijking van minderjarigen, het vergroten van het
toekomstperspectief van jongeren, een integrale aanpak multi-problematiek, het verbeteren van de
positie van statelozen en illegalen.
Activiteiten gericht op lokale en bovenlokale ketensamenwerking:
Het geven van voorlichting, het organiseren van deskundigheidsbevordering, bijeenkomsten van de
lokale Roma werkgroep en het bespreken van casuïstiek. Met BJZ, de Raad voor de
Kinderbescherming en afdelingen van de gemeente Lelystad zijn werkafspraken gemaakt.
Landelijke samenwerking
Via het VNG Roma platform en het landelijk programma aanpak kinderuitbuiting (ministerie van V&J).
De projectleider heeft geparticipeerd in de monitor sociale inclusie (ministerie SZW) en bezoekt de
netwerk overleggen van OWRS (onderwijs aan woonwagen, Roma en Sinti kinderen)
5.5 Bredeschool
Het Bredeschool beleid is sterk in ontwikkeling. Halverwege 2013 heeft het Bredeschool beleid zich
ontwikkelt richting “scholen in verbinding”. Welzijn Lelystad heeft deze ontwikkeling ondersteund door
de inzet van de activiteiten coördinatoren. Vanaf 2014 wordt de regie van de uitvoering belegd bij het
onderwijs en betekent een overdracht van de formatie activiteiten coördinatoren naar stichting School.
5.6 Centrum Jeugd en Gezin
Een medewerker van Welzijn Lelystad voert werkzaamheden uit ten behoeve van administratieve
ondersteuning CJG en is daartoe gedetacheerd bij de GGD. De manager GGD jeugd is
verantwoordelijk voor de operationele aansturing van de administratieve ondersteuning CJG. In de
eerste helft van 2013 is er capaciteit ingezet om administratief te ondersteunen bij het Erop Af team.
Jaarverslag Welzijn Lelystad 2013, maart 2014
Pagina 26 van 26