Eindrapport Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013

Eindrapportage
Lokale Duurzaamheidsmeter 2013
Wageningen
MAATSCHAPPELIJK PLATFORM DUURZAAM WAGENINGEN
Trudi van Ingen
1
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Voorwoord
De landelijke Duurzaamheidsmeter meet het duurzaamheidsgehalte van het gemeentelijke beleid door
middel van scores op vragenlijsten voor de drie dimensies van duurzaamheid: sociale, ecologische en
economische belangen (“People, Planet, Profit”). Omdat de Duurzaamheidsmeter ook door andere
Nederlandse gemeenten wordt uitgevoerd, kunnen de scores van de gemeente Wageningen hiermee
worden vergeleken. In Wageningen is de Duurzaamheidsmeter sinds het begin, 1999, meerdere keren
uitgevoerd, en ook nader geanalyseerd op de verschillende beleidsterreinen. Daardoor kan ook
beoordeeld worden, in totaal en op onderdelen, of het duurzaamheidsgehalte van het gemeentelijk
beleid is toegenomen of niet.
Het Maatschappelijk Platform Duurzaam Wageningen heeft in 2013 met de Lokale Duurzaamheidsmeter
het specifieke Wageningse beleid geanalyseerd voor de gemeente. Trudi van Ingen van TvIConsult
heeft namens het Platform deze analyse uitgevoerd. Ambtenaar Ine Botman zorgde voor de coördinatie
met de verschillende ambtenaren die de vragenlijsten hebben ingevuld en van commentaar hebben
voorzien. Tijdelijk ambtenaar Erik van der Kruk vulde de vragenlijsten in eerste instantie in, waarna ze
naar de betreffende ambtenaren werden gestuurd om de antwoorden te verifiëren en eventueel te
veranderen of aan te vullen. Van een paar maatschappelijke organisaties werd aanvullend commentaar
en suggesties gevraagd.
De ambtenaren en maatschappelijke organisaties die op deze wijze een bijdrage leverden of om
aanvullend commentaar zijn gevraagd zijn vermeld bij de vragenlijsten bij het desbetreffende
beleidsterrein in de bijlagen.
Het Maatschappelijk Platform Duurzaam Wageningen dankt hen allen hartelijk voor hun bereidheid om
mee te werken, hun deskundige inbreng en suggesties wat betreft de thema’s en de stand van het
beleid en uitvoering hiervan in Wageningen. Zonder uitzondering willen allen graag bijdragen aan meer
duurzaamheid in Wageningen. Dankzij de inspanning van al deze mensen ligt er nu een overzicht van
het gehalte aan duurzaamheid op vele beleidsterreinen van de gemeente Wageningen, en inzicht in op
welke terreinen verbeteringen wenselijk zijn.
Marijke Kuipers
Voorzitter Maatschappelijk Platform Duurzaam Wageningen
2
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
3
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Inhoud
Voorwoord
2
Inhoud
4
Samenvatting
6
1.
Inleiding
1.1
1.2
1.3
11
Duurzame Ontwikkeling
De Lokale Duurzaamheidsmeter
Doelstelling
11
11
13
2.
Opzet en uitvoering
14
3.
Resultaten en aanbevelingen
15
3.1
PEOPLE – Sociale dimensie van duurzaamheid
3.1.1 Verankering in de organisatie
3.1.2 Burgerparticipatie
3.1.3 Duurzaamheid en Samenleving
3.1.4 Sociale dimensie algemeen
3.2
PLANET – Ecologische dimensie van duurzaamheid
3.2.1 Klimaat en energie
3.2.2 Natuur & Water
3.2.3 Afval en vervuiling
3.2.4 Ecologische dimensie algemeen
3.3
PROFIT – Economische dimensie van duurzaamheid
3.3.1 Duurzaam Inkopen
3.3.2 Duurzame mobiliteit
3.3.3 Duurzaam ondernemen / MVO
3.3.4 Economische dimensie algemeen
4.
Duurzaamheidmeter en Toekomstatelier
15
16
17
18
20
20
21
22
24
25
25
26
27
27
29
29
30
Geraadpleegde bronnen
31
Bijlage 1 - Vragenlijst People
32
Bijlage 2 - Vragenlijst Planet
41
Bijlage 3 - Vragenlijst Profit
51
Bijlage 4 – Uitkomsten Toekomstatelier
61
4
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
5
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Samenvatting
Algemeen
De Lokale Duurzaamheidsmeter (LDM) bestaat uit drie vragenlijsten, geënt op de drie dimensies van
duurzame ontwikkeling: People, Planet en Profit, en drie beleidsterreinen per dimensie. Aan de hand
van ja/nee antwoorden worden scores toegekend. De resultaten worden hierna besproken aan de hand
van de percentages van de maximale score. Dat maakt vergelijking met voorgaande jaren mogelijk, en
met andere gemeenten die de vragenlijsten ook hebben ingevuld. Voor de vragenlijsten, antwoorden en
toelichting op vragen en antwoorden, zie de bijlagen. De scores van Wageningen en andere gemeenten
in 2013, en ranglijsten per dimensie en totaal, zijn ook in te zien op de website:
www.duurzaamheidsmeter.nl.
In deze samenvatting zullen de hoofdconclusies en aanbevelingen besproken worden, in hoofdstuk 3
zullen de drie dimensies en negen deelbeleidsterreinen meer in detail besproken worden. In hoofdstuk 1
wordt uitgelegd wat de Lokale Duurzaamheidsmeter is en in hoofdstuk 2 hoe de analyse is uitgevoerd.
In hoofdstuk 4 wordt iets uitgelegd over het in november 2013 georganiseerde Toekomstatelier, dat als
basis kan dienen voor het ontwikkelen van een Duurzaamheidsvisie voor de gemeente Wageningen.
De resultaten van de Lokale Duurzaamheidsmeter voor Wageningen in 2013 zijn in de hierna volgende
tabel en het daarop volgende diagram samengevat. In de tweede kolom staat de score vermeld per
onderdeel, in de derde kolom de maximale score die voor dat onderdeel gehaald kon worden en in de
vierde kolom het percentage van de maximaal mogelijke score:
Score
max. score
% van max. score
9
22
41%
Burgerparticipatie
16
24
67%
Duurzaamheid en Samenleving
18
29
62%
Totaal People
43
75
57%
Klimaat en Energie
26
30
87%
Natuur en Water
13
24
54%
Afval en vervuiling
13
20
65%
Totaal Planet
52
74
70%
Duurzaam Inkopen
17
29
59%
Duurzame Mobiliteit
13
15
87%
Duurzaam Ondernemen
19
31
61%
Totaal Profit
49
75
65%
144
224
64%
Sociale dimensie
Verankering in de organisatie
Ecologische dimensie
Economische dimensie
Totaal
6
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
100%
90%
80%
70%
60%
50%
40%
30%
20%
10%
0%
Wageningen scoort hoog op de onderdelen “klimaat en energie” en “Duurzame mobiliteit”, maar laag op
“Verankering in de organisatie” en “Natuur en Water”. Voor de andere beleidsterreinen scoort
Wageningen gemiddeld.
De hoge scores voor “klimaat en energie” en “Duurzame mobiliteit” zijn vooral te danken aan het
Klimaatneutraalbeleid van de gemeente. Wageningen kan zich wat dat betreft één van de
koplopergemeenten noemen.
Het onderdeel “Verankering” is nieuw en gaat over de vraag in hoeverre de gemeente duurzaamheid
binnen haar organisatie verankerd heeft in de werkprocessen en de organisatiecultuur. Wageningen
scoort hier laag op (41%).
Op het onderdeel “Natuur en Water” scoort Wageningen met 54% ook laag. Hier moet onderscheid
gemaakt worden tussen vragen die over “Natuur” gaan en over “Water”. Dit waren in de vorige
Duurzaamheidsmeter nog aparte onderdelen. Op het gebied van Waterbeleid scoort de gemeente
namelijk wel hoog: 83%. Maar op het gebied van Natuur scoort de gemeente juist laag: 44%.
Vergelijking met voorgaande jaren
Vanaf 2002 hebben de scores voor de verschillende dimensies zich voor Wageningen als volgt
ontwikkeld:
People
Planet
Profit
TOTAAL
2002
2005
2011
2013
70%
76%
73%
57%
58%
64%
80%
70%
59%
54%
72%
65%
65%
61%
75%
64%
7
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
90%
80%
70%
60%
People
50%
Planet
40%
Profit
30%
TOTAAL
20%
10%
0%
2002
2005
2011
2013
We zien een dalende trend voor alle dimensies, en daardoor ook van het totaal, sinds 2011.
Voor de sociale dimensie is er al een licht dalende trend sinds 2005. Het betekent niet dat
Wageningen geen vooruitgang boekt op duurzaamheidsgebied. Maar de scores liggen toch
lager door soms een andere vraagstelling en accenten, of door een andere combinatie van
vragen. Zo zijn er meer vragen in de bredere zin van duurzaamheid en iets minder
gerelateerd aan klimaat en energie. Op vragen die niet gerelateerd zijn aan energie en
klimaat scoort Wageningen lager, behalve op het waterbeleid. In sommige gevallen zijn de
criteria om punten te scoren hoger geworden.
Landelijke vergelijking
Van de 79 gemeenten die de vragenlijsten van de LDM hebben ingevuld staat Wageningen met een
totaalscore van 64% op een 40ste plaats, een plek gedeeld met Veenendaal en Meerssen. Wageningen
kan zich nog steeds één van de koplopers op klimaatgebied noemen, maar wat betreft duurzaamheid
algemeen is Wageningen sinds de start van de Duurzaamheidsmeter opgeschoven van posities in de
landelijke top 10 in 1999 en 2001, naar lagere posities maar nog wel bovengemiddeld in de periode
2002 – 2011, tot een positie in het midden nu.
De scores voor Wageningen zijn misschien iets minder gunstig vergeleken met andere gemeenten die
de lijsten zelf invullen, maar Wageningen is in de loop van de tijd blijkbaar wel door andere gemeenten
voorbijgestreefd in duurzaamheid. De ranglijsten, totaal en per dimensie, bieden kansen om te zien wat
andere gemeenten beter doen op punten waar Wageningen laag of minder op scoort, in Nijmegen
bijvoorbeeld, nummer 1 van de ranglijst.
Belangrijkste conclusies per beleidsonderdeel:
PEOPLE – de sociale dimensie van duurzame ontwikkeling:
Verankering in de organisatie: Hierop schoort de gemeente laag (41%). Belangrijkste reden
daarvoor is dat de gemeente geen strategische visie op duurzaamheid heeft. Door gebrek aan visie en
heldere richtlijnen is dit te veel afhankelijk van de inzet en ideeën van individuele ambtenaren of
wethouders, en niet verankerd en organisatie breed gedragen. In 2011 was het ontbreken van en de
noodzaak van het ontwikkelen van een Duurzaamheidsvisie ook één van de belangrijkste
constateringen. Toen was er het voornemen om een “Duurzaamheidsvisie” onderdeel te maken van een
te ontwikkelen Toekomstvisie voor Wageningen, maar het ontwikkelen daarvan is niet doorgegaan.
Burgerparticipatie: De gemeente scoort hier met 67% gemiddeld. De gemeente ontplooit wel
initiatieven om burgers te betrekken bij beleidskeuzes maar niet voldoende structureel. Sommige
maatschappelijke organisaties geven aan dat ze niet altijd betrokken worden bij voor hen relevant
beleid, of pas in een laat stadium als er eigenlijk niets meer veranderd kan worden, en dat het vaak
8
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
afhangt van individuele ambtenaren of hun eigen initiatief. Een zeer recente evaluatie van het
Wijkgericht werken (WGW) stelt dat de doeltreffendheid en doelmatigheid beperkt is als gevolg van
gebrek aan kaderstelling, focus en sturing, en dat organisatie brede betrokkenheid van de gemeente
ontbreekt.1 Dit vertoont paralellen met het gebrek aan een duurzaamheidsvisie en beleid en organisatie
brede “verankering” van duurzaamheid binnen de gemeente. Het verbeteren van het WGW zou samen
kunnen gaan met het ontwikkelen van duurzaamheidsbeleid. WGW zou uitstekend passen in het
ontwikkelen van duurzame wijken, bijvoorbeeld voor het vergroten van sociale cohesie, ruimte voor
initiatieven zoals stadlandbouw, delen (“deeleconomie”), hergebruik (“circulaire economie”) en
economische initiatieven.
Duurzaamheid en samenleving: Ook hiervoor scoort de gemeente gemiddeld (62%). De gemeente
scoort nog steeds op vragen gerelateerd aan internationale samenwerking, maar mist wel punten o.a.
vanwege het ontbreken van duurzaamheidsbeleid, omdat het geen Fair Trade gemeente is, er niet
genoeg aandacht is voor kwetsbare groepen m.b.t. het stimuleren van duurzaam en gezond
(consumptie) gedrag2 en jongeren geen uitgesproken doelgroep is voor activiteiten gericht op
(mondiaal) burgerschap en duurzaam gedrag.
PLANET – de ecologische dimensie van duurzame ontwikkeling:
Klimaat en energie: Met 87% een hoge score dank zij het “Klimaatneutraal 2030” beleid, waar de
gemeente op meerdere fronten flink op inzet. Vermeldenswaardig is de verkiezing van Wageningen in
2013 tot “Solar City” van Nederland.
Natuur en Water: Voor Water scoort de gemeente hoog (83%), maar op het gebied van Natuur scoort
de gemeente laag (44%). Dit heeft verschillende oorzaken, maar ook voor dit onderdeel is gebrek aan
sturing van een duurzaamheidsvisie en –beleid een reden. Er gebeuren wel goede dingen, o.a. het
ecologisch groenbeheer, maar niet als onderdeel van een meeromvattende duurzaamheidsvisie of
beleid. Er is ook geen visie en beleid voor een duurzame ontwikkeling van het buitengebied, die zowel
landschappelijke, ecologische, én maatschappelijke en economische waarden waarborgen.
Afval en vervuiling: De gemeente scoort hier met 65% gemiddeld. Ze heeft een degelijk
afvalbeleidsplan, een degelijk beleid voor afvalwater en gebruikt geen chemische bestrijdingsmiddelen
in het groenbeheer, maar mist punten o.a. door het ontbreken van een uitgewerkte visie en strategie
voor het bevorderen van een circulaire economie.
PROFIT – de economische dimensie van duurzame ontwikkeling:
Duurzaam inkopen: Wageningen scoort met 59% gemiddeld. Ze nam in 2011 al deel aan het
Programma Duurzaam Inkopen’. In het in 2012 opgestelde “Inkoop- en Annbestedingsbeleid” wordt er
op de duurzaamheidseisen ingegaan. Deze worden meer toegepast dan in 2011, maar nog niet
structureel genoeg. De gemeente mist punten o.a. doordat ze in haar duurzaam inkoopbeleid niet waar
mogelijk kansen schept voor lokale- en regionale ondernemers; er i(nog) geen breed assortiment aan
duurzame producten in de eigen kantine en/of de catering bij speciale gelegenheden is (dit wordt wel
onderzocht) en de gemeente bij de inkoop van bedrijfskleding geen milieu- én sociale criteria hanteert.
Duurzame mobiliteit: Wageningen scoort met 87% hoog op dit onderdeel, evenals in 2011. De hoge
scores in 2011 en 2013 zijn vooral behaald omdat Duurzame mobiliteit voor een groot deel gerelateerd
is aan het Klimaatneutraal beleid. In 2012 is een nieuw Gemeentelijk Mobiliteit Plan (GMP) vastgesteld.
MV0/Duurzaam ondernemen: Wageningen scoort op dit onderdeel met 61% gemiddeld. De
gemeente doet wel veel op energiegebied met lokale ondernemers, maar anderszins niet. Zo is er wel
1
“Wat is goed voor de wijk? Evaluatie Wijkgericht werken gemeente Wageningen”, jan 2014, algemene rekenkamer
Opleidingsniveau en/of inkomensniveau is gerelateerd aan wel of niet duurzaam gedrag en het aantal gezonde
levensjaren. (bron: PBL: Monitor Duurzaam Nederland 2011)
2
9
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
een “energieloket” (= tel.nr en email adres) maar maken MVO/ duurzaamheidsadvies geen deel uit van
de diensten van het ondernemersloket. Er gebeurt weinig op het gebied van kansen scheppen en
stimuleren van lokale duurzame of duurzaam producerende ondernemingen, zoals “duurzame” boeren
in het buitengebied en andere aspecten van duurzaamheid, zoals bij aan klimaat/energie gerelateerde
ondernemers.
Algemeen: in deze editie van de Lokale Duurzaamheidsmeter is meer dan voorgaande jaren de nadruk
gelegd op het hebben van een strategische duurzaamheidsvisie en –beleid, en aan de verankering van
“duurzaam denken” in de eigen organisatie en in de samenleving. Een dergelijke, maatschappelijk
breed gedragen, toekomstvisie wordt belangrijk gevonden omdat het richting geeft aan beleid, en
kaders en keuzecriteria biedt. Juist omdat “duurzaamheid” een breed, en voor veel mensen vaag begrip
is, is het belangrijk om dit te concretiseren in een duurzaamheidsvisie. Als het doel duidelijk is, is het
ook gemakkelijker om dit te “verankeren” in de eigen organisatie en de samenleving. Hier kunnen ook
kortere termijnplannen op gebaseerd worden.
Belangrijkste conclusies en aanbevelingen:
Om een duurzame gemeente te worden, en een volgende keer weer in de top te eindigen, zouden de
volgende aanbevelingen kunnen helpen:

Ontwikkel een strategische visie en heldere richtlijnen en kaders voor een duurzame ontwikkeling
van Wageningen, in samenspraak met burgers, maatschappelijke organisaties en bedrijfsleven.

Maak het een bestuurlijke prioriteit om deze visie en beleid te verankeren in de gemeentelijke
organisatie en haar mensen, in de vorm van een uitvoeringsprogramma.

Maak heel B&W verantwoordelijk, maar één wethouder aanspreekpunt voor de institutionalisering
van duurzaamheid, in de brede betekenis van duurzaamheid.

Concretiseer zo snel mogelijk de beleidsnotitie “burgerparticipatie” en geef richtlijnen om burgers en
maatschappelijk organisaties structureel vanaf een vroeg stadium bij beleidsontwikkeling, maar ook
bij uitvoering en evaluatie te betrekken.

Integreer Wijk Gericht Werken in een duurzaamheidsvisie voor Wageningen voor duurzame wijk/
gebiedsontwikkeling en bewerkstellig dat dit organisatie breed gedragen en verankerd wordt.

Betrek jongeren bij activiteiten gericht op (mondiaal) burgerschap en duurzaam gedrag,
bijvoorbeeld via de Jongerenraad.

Ontwikkel visie en beleid voor een duurzame ontwikkeling van het buitengebied die zowel
landschappelijke, ecologische, maatschappelijke en economische waarden waarborgen, als
onderdeel van een Duurzaamheidsvisie voor Wageningen.

Handhaaf het ecologisch groenbeheer zonder bestrijdingsmiddelen, maximaal rekening houdend
met flora, fauna (waaronder bijen), en biodiversiteit; draag dit ook uit naar burgers voor hun
tuinonderhoud

Creëer mogelijkheden en kansen voor initiatieven als stadslandbouw en gemeenschappelijke tuinen.

Werk Ideeën voor een circulaire economie uit in de Duurzaamheidsvisie

Zorg voor een breed assortiment van duurzame producten in de eigen kantines en voor eigen
catering, en betrek deze producten zo veel mogelijk van lokale ondernemers die zelf ook aan
duurzaamheidscriteria voldoen.

Maak MVO/duurzaamheidsadvies onderdeel van de diensten van het Ondernemersloket.

Geef meer aandacht aan het kansen scheppen en stimuleren van lokale duurzame of duurzaam
producerende ondernemingen, in het buitengebied en binnen de stadsgrenzen.

Bekijk welke suggesties in de toelichting op de vragen van de Duurzaamheidsmeter bruikbaar zijn
voor Wageningen om op te volgen.

Volg ook aanbevelingen van de vorige Duurzaamheidsmeter (2011) die nog actueel zijn op.

Check op de website van de Lokale Duurzaamheidsmeter welke gemeenten hoog scoren op
terreinen dat Wageningen laag scoort kijk de kunst af!
10
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
1.
Inleiding
1.1 Duurzame Ontwikkeling
Duurzame ontwikkeling betekent het gelijktijdig verbeteren van welzijn, leefomgeving en welvaart:
people, planet, profit. Het gaat om ontwikkeling die niet ten koste gaat van het welzijn, leefomgeving
en welvaart van een ander, van ergens anders op de wereld of van toekomstige generaties. Duurzame
ontwikkeling betekent het zoeken naar een optimale balans tussen de drie soorten belangen.
People: rekening houden en zorgzaam omgaan met mensen en hun
ambities, hier en daar, nu en later. Waardering voor ieders rol in de
maatschappij en het zorgen voor welzijn.
Planet: rekening houden met de natuurlijke productie en zelfherstellende
vermogen van de aarde. Waarborgen van de kwaliteit van ieders
leefomgeving.
Profit: rekening houden met economische haalbaarheid én
rechtvaardigheid. Creëren van kansen om duurzaam te ondernemen en te
zorgen voor welvaart.
1.2 De Lokale Duurzaamheidsmeter
De Lokale Duurzaamheidsmeter is een instrument dat inzicht biedt in de ambities en initiatieven van
gemeenten op het gebied van duurzame ontwikkeling. Ook is het instrument een handvat voor
maatschappelijke organisaties om met gemeenten in gesprek te gaan over duurzame ontwikkeling.
Denk mondiaal, handel lokaal
De basis van de Duurzaamheidsmeter is een vertaalslag van de mondiale duurzaamheidsagenda
(Agenda 21 en de gerelateerde afspraken zoals de Millennium Doelen) naar de lokale praktijk. Aan de
hand van de vragenlijsten van de Lokale Duurzaamheidmeter wordt expliciet gekeken of er op lokaal
niveau ook rekening gehouden wordt met de internationale dimensie van duurzame ontwikkeling, dus
met de mondiale gevolgen van het eigen handelen en de kansen die er liggen om een positieve bijdrage
te leveren aan duurzame ontwikkeling in mondiaal perspectief.
Wat is de ‘Lokale Duurzaamheidsmeter’?
De Lokale Duurzaamheidsmeter bestaat sinds 1999 maar wordt iedere vier jaar geactualiseerd in het
jaar voorafgaand aan de gemeenteraadsverkiezingen. De vragenlijsten en resultaten van voorafgaande
jaren blijven beschikbaar via de website www.duurzaamheidsmeter.nl.
De structuur van de Lokale Duurzaamheidsmeter volgt nog steeds de drie bekende pijlers van
duurzaamheid, te weten People, Planet, Profit. De drie vragenlijsten zijn vervolgens onderverdeeld in 3
thema's. Bij het aanpassen van de vragenlijsten in 2013 is al het mogelijke gedaan om de situatie anno
2013 te kunnen vergelijken met resultaten uit de vorige versie(s), maar er hebben inhoudelijk wel wat
veranderingen plaatsgevonden, vooral in de People-lijst. Ook zijn “natuur & milieu” en “water”
samengevoegd en is “afval en vervuiling” er als thema bijgekomen.
11
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
De structuur van de nieuwe versie:
People
Planet
Profit
Verankering in de
organisatie
Klimaat &
energie
Duurzaam
Inkopen
Burgerparticipatie
Natuur & Water
Duurzame
mobiliteit
Duurzaamheid en
Samenleving
Afval &
Vervuiling
MVO/Duurzaam
Ondernemen
Op basis van vragenlijsten opgesteld voor de 9 verschillende beleidsvelden worden er aan het
gemeentelijke beleid en inspanningen scores toegekend. De vragen hebben betrekking op planvorming,
uitvoering en publieke verantwoording. De antwoorden op de vragen leveren een bepaalde score op, die
kan worden vergeleken met de score van andere Nederlandse gemeenten.
De Lokale Duurzaamheidsmeter in Wageningen 1999-2011
De Duurzaamheidsmeter is in Wageningen sinds het begin, 1999, meerdere keren door leden van het
Platform Duurzaam Wageningen uitgevoerd, en ook nader geanalyseerd op de verschillende
beleidsterreinen. Daardoor kon niet alleen de vergelijking met andere gemeenten gemaakt worden,
maar kon ook beoordeeld worden, in totaal en op onderdelen, of het duurzaamheidsgehalte van het
gemeentelijk beleid was toegenomen of niet. Platformleden hebben in 2002, 2005 en 2011 in opdracht
van de gemeente een meer uitgebreide analyse gemaakt van de duurzaamheidsmeters. De resultaten
van die Duurzaamheidsmeters waren aanleiding om de betreffende ambtenaren te vragen om
aanbevelingen op te volgen, en minder goede punten waar mogelijk te verbeteren. Deze werden deels
uitgevoerd.
Landelijk gezien scoorde Wageningen in de beginjaren heel goed: in 1999 een 10e plaats van de 72
gemeenten die toen meededen en in 2001 zelfs een 4e plaats (van 53 gemeenten). In 2002 behaalde
Wageningen een 13e plaats van 285 gemeenten, maar waarvan maar 44 gemeenten alle (toen 5)
lijsten hadden ingevuld. Wageningen eindigde in 2005 met een totaalscore van 61% op de 24ste plaats
van 228 gemeenten die meededen. De totaalscore van Wageningen was in 2011 hoger: 75%, maar
toch eindigden ze op een lagere plaats in de ranglijst vergeleken met andere gemeenten: op een 32ste
plaats van de 190 gemeenten die in de periode 2009-2011 de vragenlijsten hadden ingevuld.
Uiteindelijk stond Wageningen op een 47ste plaats van de 205 gemeenten die de vragenlijsten in de
periode 2009-2012 hebben ingevuld.
Resultaten Lokale Duurzaamheidsmeter 2011
De beleidsterreinen waarop Wageningen vooral hoog scoorde in 2011 waren Internationale
Samenwerking (92%) en Klimaat en Energie (96%). De laagst scorende beleidsterreinen waren
Natuur en Milieu (53%) en Burgerparticipatie (62%).
Bij Natuur en Milieu komt de lage score deels door het ontbreken van een Wageningse
Duurzaamheidsvisie met bijbehorende referentiekaders en duurzaamheidscriteria. Het beleid t.a.v.
groenbeheer, natuur en biodiversiteit dat al sinds 2005 is verschraald onder invloed van bezuinigingen,
heeft waarschijnlijk ook aan de lage score bijgedragen.
Andere



punten waarop nog veel te verbeteren viel waren:
Monitoring en Handhaving
Communicatie en afstemming tussen beleids-, vergunning verlenende en handhaving teams
Het Duurzaam Inkoop beleid van de gemeente.
12
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Scores per deelbeleidsterrein in 2011:
100%
90%
80%
70%
60%
50%
40%
30%
20%
10%
Bu
rg
er
pa
In
rt
te
ici
rn
pa
So
at
t ie
io
cia
na
a
lb
le
sa
el
ei
m
d
en
w
er
ki
ng
Kl
im
aa
te
n
en
Na
er
tu
gi
ur
e
en
m
ili
W
eu
at
er
Du
be
he
ur
za
er
m
e
be
dr
ijf
Du
sv
ur
oe
z
am
Du
rin
ur
e
g
m
za
ob
am
ili
be
te
it
dr
ijf
sle
ve
n
0%
De Lokale Duurzaamheidsmeter in Wageningen 2013
Hoewel het nog maar 2 jaar geleden was dat de vorige Duurzaamheidsmeter is afgenomen vond de
gemeente het zinvol om het in 2013 weer te doen om verschillende redenen:

Het jaar voorafgaand aan de gemeenteraadsverkiezingen is het natuurlijke moment om deze af
te nemen.

De vragenlijsten zijn aangepast aan de actualiteit van nu.

Uit de resultaten kan gedestilleerd worden welke zaken belangrijk zijn om op de politieke
agenda te zetten om Wageningen nog duurzamer te maken. Dit kan dienen voor discussie
voorafgaand aan de gemeenteraadsverkiezingen, om het op de agenda van de
verkiezingsprogramma’s te krijgen en voor het formuleren van een nieuw collegeprogramma na
de verkiezingen.

Voor de gemeenteambtenaren is het een monitoring instrument door het vaststellen van
successen en verbeterpunten van bestaand beleid en uitvoering. Daaruit kunnen conclusies
getrokken worden voor het formuleren van nieuw of aanvullend beleid, voor het verbeteren van
uitvoering of voor het verbeteren van afstemming tussen beleid en uitvoering. Dit is van belang
vanwege het ontbreken van een Duurzaamheidsvisie van de gemeente en daardoor ook van een
“duurzaamheids” monitoring instrument.
Omdat de Duurzaamheidsmeter in 2011 vrij uitgebreid was, is de analyse en het advies beperkt tot een
analyse en het formuleren van aanbevelingen op hoofdlijnen. Dit is deze vooral gericht op de
gemeenteraad en politieke partijen om hen te informeren over de stand van zaken, en welke thema’s
belangrijk zijn om te bespreken gedurende de verkiezingscampagne en coalitievorming.
1.3 Doelstelling
De doelstelling van de Lokale Duurzaamheidsmeter in 2013 is drieledig:
1. Het vaststellen van successen en verbeterpunten in beleid en uitvoering van de gemeente op de
verschillende deelterreinen binnen de 3 dimensies van duurzaamheid (people, planet, profit),
het vaststellen van trends vergeleken met voorgaande edities van de Duurzaamheidsmeter en
van (deel)terreinen waarop verbetering wenselijk is.
2. Het distelleren van thema’s die belangrijk zijn om op de politieke agenda te zetten voor de
gemeenteraadsverkiezingen en de coalitievorming om Wageningen duurzamer te maken.
3. Het formuleren van (aanvullende) aanbevelingen voor verbetering van beleid en uitvoering op
hoofdlijnen op grond van de resultaten en analyse van de resultaten.
13
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
2.
Opzet en uitvoering
De werkwijze is vergelijkbaar met die van 2011, maar minder uitgebreid. Er is ook gekeken naar het
Plan van Aanpak, ontwikkeld i naar aanleiding van de 2011 Duurzaamheidsmeter. Vergeleken met 2011
is er minder uitgebreid gecheckt bij ambtenaren en andere organisaties en deskundigen en wordt er een
beknopter eindrapport uitgebracht. Er zijn minder uitgebreid aanbevelingen geformuleerd.
Zoals toegelicht in de inleiding worden binnen de 3 dimensies van duurzaamheid over een totaal van 9
thema’s/beleidsterreinen vragen gesteld. De Lokale Duurzaamheidsmeter bestaat uit 3 verschillende
vragenlijsten per dimensie, variërend van 45 tot 50 vragen per dimensie. Op iedere vraag kan met “ja”
of “nee” geantwoord worden. Op basis van de met “ja” beantwoorde vragen wordt een score
toegekend. Per dimensie kan voor maximaal 3 punten naar boven of beneden gecorrigeerd worden,
naar boven voor niet in de vragenlijst voorkomende initiatieven of juist naar beneden voor “blinde”
vlekken.
De geactualiseerde vragenlijsten van de Lokale Duurzaamheidsmeter van 2013 verschillen behoorlijk
met de vragenlijsten van 2011, vooral de vragenlijst van de dimensie “People”. De vragenlijsten zijn
uitgebreider, er zijn onderdelen samengevoegd, zoals Natuur en Water, en er zijn andere bijgekomen,
zoals “Verankering in de organisatie” en “Afval & vervuiling”. Vragen zijn soms anders geformuleerd,
ondergebracht onder een ander beleidsterrein, of er zijn oude vragen uitgehaald en nieuwe toegevoegd.
Dat maakt vergelijking met voorgaande jaren op sommige onderdelen lastig of niet mogelijk.
De vragenlijsten werden eerst bewerkt zodat er ook toelichting gegeven kon worden bij de “ja” of “nee”
antwoorden. De ambtenaar die ook verantwoordelijk was voor het Plan van Aanpak heeft in eerste
instantie de vragenlijsten ingevuld. Daarna werden de lijsten naar de relevante ambtenaren gestuurd
om de antwoorden te verifiëren en de toelichting eventueel aan te vullen. Heel veel vragen riepen weer
nieuwe vragen op. Voor een deel van die vragen werd aanvullende informatie gevraagd, aan
ambtenaren zelf of aan vertegenwoordigers van andere maatschappelijke organisaties, m.n. wanneer
dit verschil maakte voor de puntentelling.
De scores, antwoorden op de vragen en de toelichting werden geanalyseerd en voor zover mogelijk
vergeleken met voorgaande jaren, vooral met de resultaten van 2011.
In totaal kan de gemeente per vragenlijst/dimensie 75 punten behalen. Maar de vragenlijst is niet
uitputtend. Het kan zijn dat de gemeente meer doet binnen bepaalde beleidsterreinen, of dat op papier
vastgelegd beleid in de praktijk nog niet is uitgewerkt. Dan kan er gecorrigeerd worden door maximaal
3 punten extra toe te kennen of af te trekken.
De Lokale Duurzaamheidsmeter wordt door de meeste gemeenten zelf ingevuld. Dat is wellicht minder
kritisch dan wanneer de punten worden gegeven door een externe partij. Daardoor kan Wageningen in
vergelijking met andere gemeenten misschien lager scoren. De nadruk in dit rapport ligt daarom vooral
op wat goed is en beter zou kunnen in Wageningen. De plek in de ranglijst geeft wel een indicatie van
hoe goed Wageningen het doet t.o.v. andere gemeenten en van welke gemeenten Wageningen wat kan
leren.
14
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
3.
Resultaten en aanbevelingen
Voor de vragenlijsten, antwoorden en toelichting, zie de bijlagen. Hierna worden de resultaten per
dimensie besproken.
3.1 PEOPLE – Sociale dimensie van duurzaamheid
In dit deel ligt het accent op de sociale dimensie (People) van duurzame ontwikkeling.
De 'P' van People zou ook kunnen staan voor 'Participatie'. Een duurzame samenleving heeft
gemeenschapsgevoel nodig, waarbij burgers zich betrokken voelen bij wat er in hun wijk, samenleving,
de wereld en met hun medeburgers gebeurt.
“Human beings are at the centre of concerns for sustainable development. They are entitled to a
healthy and productive life in harmony with nature.”
Principle 1 van de Rio Declaration (1992):
Centrale vragen in deze vragenlijst zijn:
Het aansturen van duurzame ontwikkeling is mensenwerk. Heeft de gemeente duurzaamheid
binnen haar organisatie verankerd in de werkprocessen en organisatie cultuur?
Wat doet de gemeente om haar inwoners zoveel mogelijk te betrekken bij het maken van
(politieke) duurzame beleidskeuzes?
Wat doet de gemeente om duurzame initiatieven vanuit de samenleving te faciliteren?
In hoeverre heeft de gemeente aandacht voor het bevorderen van duurzaam gedrag en
(wereld)burgerschap?
Denk mondiaal, handel lokaal
Het is van belang om lokale ontwikkelingen in een grotere context te plaatsen, voorbij de eigen straat
en de wijk. Immers, duurzame ontwikkeling betekent ook rekening houden met mensen elders. Het
actief bevorderen van mondiaal bewustzijn of actief wereldburgerschap biedt de gemeente kansen voor
meer begrip en lokaal draagvlak.
De vragenlijst bestaat uit drie thema’s:
1) Verankering binnen de organisatie,
2) Burgerparticipatie,
3) Duurzaamheid en burgerschap.
De sociale dimensie verschilt het meest van voorgaande jaren in samenstelling. Voorheen waren de
onderdelen: Burgerparticipatie – Sociaal beleid – Internationale Samenwerking.
Nu zijn de onderdelen: Verankering in de organisatie – Burgerparticipatie – Duurzaamheid en
Samenleving. De vragen zijn deels “gehusseld” over verschillende onderdelen en deels nieuw, m.n.
“proces” vragen. Dat maakt het lastiger om de uitkomsten met voorgaande jaren te vergelijken.
Resultaten 2013 sociale dimensie:
Sociale dimensie
Verankering
Burgerparticipatie
Duurzaamheid en Samenleving
Totaal People
Score
9
16
18
43
max. score
22
24
29
75
% van max
41%
67%
62%
57%
15
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
70%
60%
50%
40%
30%
20%
10%
0%
Verankering
Burgerparticipatie
Duurzaamheid en
Samenleving
Voor details van vragen, antwoorden en toelichting, zie bijlage 1.
3.1.1
Verankering in de organisatie
Verankering van duurzaamheid binnen de gemeentelijke organisatie en haar mensen.
Zorgdragen voor duurzame ontwikkeling is mensenwerk. De integratie van duurzaamheid (of MVO)
binnen de gemeentelijke organisatie is een continu leer- en groeiproces. In 2010 is de zogeheten ISO
26000 richtlijn vastgesteld, een internationale richtlijn voor Maatschappelijke Verantwoordelijkheid van
Organisaties (MVO). Deze biedt handvatten voor elk type organisatie om hun maatschappelijke
verantwoordelijkheid 'op maat' in te vullen en op gestructureerde wijze te implementeren3. De
basiselementen van ISO 26000 vormen het belangrijkste referentie kader voor vragen m.b.t. het proces
van institutionalisering en internalisering van duurzame ontwikkeling binnen kernprocessen van de
gemeente.
Kernvraag: heeft de gemeente duurzaamheid binnen haar organisatie verankerd in de werkprocessen
en de organisatie cultuur?
Resultaten Wageningen 2013:
Op bovenstaande kernvraag moet helaas negatief geantwoord worden, Wageningen scoort met 41%
laag. Belangrijkste reden hiervoor is dat de gemeente geen strategische visie op duurzaamheid heeft.
Weliswaar doet de gemeente veel aan klimaatbeleid en wordt het woord “duurzaamheid” regelmatig
genoemd in beleidsstukken, maar dit wordt niet uitgewerkt in beleid, er zijn geen richtlijnen, en er is
geen wethouder verantwoordelijk of aanspreekpunt voor duurzaamheid. In theorie zijn alle wethouders
verantwoordelijk maar omdat er geen visie en richtlijnen zijn betekent dit in de praktijk dat niemand
verantwoordelijk of aanspreekpunt is. In Wageningen lijkt duurzaamheid daardoor beperkt tot
klimaatbeleid, en scoort de gemeente op andere terreinen veelal middelmatig. Er zijn ook wel andere
goede initiatieven dan klimaatbeleid, maar door gebrek aan visie en heldere richtlijnen is dit te veel
afhankelijk van de inzet en ideeën van individuele ambtenaren, en niet verankerd en organisatie breed
gedragen.
Wat de



gemeente doet om duurzaamheid te verankeren in werkprocessen:
Klimaatbeleid
Minimatoets en klimaattoets bij raadsvoorstellen
Dugo beleid4 bij ruimtelijke plannen van enige omvang
3
Ref: www.nen.nl/iso26000
Dugo = “duurzame gebiedsontwikkeling”: bij ruimtelijke plannen van enige omvang moet een duurzaamheidsprofiel
worden opgesteld, waarin de verschillende facetten van duurzaamheid aan bod komen en worden afspraken
gemaakt met projectontwikkelaar over energie, afval, water en bereikbaarheid.
4
16
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Vergelijking met voorgaande jaren:
In 2011 was het ontbreken van en de noodzaak van het ontwikkelen van een Duurzaamheidsvisie ook
één van de belangrijkste constateringen. Toen was er het voornemen om een “Duurzaamheidsvisie”
onderdeel te maken van een te ontwikkelen Toekomstvisie voor Wageningen, maar het ontwikkelen
daarvan ging vanwege bezuinigingen niet door. De betreffende wethouder besloot toen om hands-on
aan de slag te gaan op basis van de Duurzaamheidsmeter 2011 en een Plan van Aanpak te formuleren.
Dat is een goede zaak maar heeft niet tot organisatie brede “verankering” in de gemeenteorganisatie
geleid.
Aanbevelingen:

Ontwikkel een strategische visie en heldere richtlijnen en kaders voor een duurzame
ontwikkeling van Wageningen, in samenspraak met burgers, maatschappelijke organisaties en
bedrijfsleven

Maak MVO beleid voor de eigen organisatie onderdeel van deze visie, volgens de hierboven
genoemde internationale ISO richtlijnen

Maak het een bestuurlijke prioriteit om deze visie en beleid te verankeren in de gemeentelijke
organisatie en haar mensen, in de vorm van een uitvoeringsprogramma.

Maak één wethouder aanspreekpunt voor de institutionalisering van duurzaamheid, in de brede
betekenis van duurzaamheid.

Check op de website van de Lokale Duurzaamheidsmeter welke gemeenten hoog scoren op dit
gebied en kijk de kunst af!
3.1.2
Burgerparticipatie
“De overheid heeft een wereld te winnen door de creativiteit en innovatiekracht van burgers [en
bedrijven] beter te benutten”. Maarten Haayer, De Energieke Samenleving, PBL 2011.
Er zijn veel verschillende vormen van burgerparticipatie. De vragen in de lijst gaan in op het betrekken
van burgers bij het lokaal bestuur, beleidsontwikkeling en –uitvoering en op het inspelen en faciliteren
van lokale initiatieven. 5
“Een organisatie behoort de belangen van haar stakeholders te respecteren, in overweging te nemen en
erop in te spelen”. Uit ISO 26000 (2010) mbt Principes van maatschappelijke verantwoordelijkheid.
Kernvragen:
1. wat doet de gemeente om haar inwoners zoveel mogelijk te betrekken bij het maken van (politieke)
duurzame beleidskeuzes?
2. En wat doet ze om de duurzame initiatieven vanuit de samenleving te faciliteren?
Resultaten Wageningen 2013:
Met 67% scoort de gemeente op dit onderdeel gemiddeld. De gemeente ontplooit wel initiatieven om
burgers te betrekken bij beleidskeuzes maar niet voldoende structureel. Sommige maatschappelijke
organisaties geven aan dat ze lang niet altijd betrokken worden bij voor hen relevant beleid, of pas in
een laat stadium als er eigenlijk niets meer veranderd kan worden, en dat het vaak afhangt van
individuele ambtenaren of hun eigen initiatief.
Wat de gemeente doet om burgers te betrekken bij het maken van duurzame beleidskeuzes:

Er is een Klankbordgroep Milieu, Natuur en Duurzaamheid

Er is een jongerenraad.
5
Zie ter inspiratie http://praktijkvoorbeelden.vng.nl/databank/burgerparticipatie.aspx
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
17


Er zijn andere adviesorganen, o.a. Cliëntenraad Wet Werk en Bijstand (WWB) en Adviesraad
WMO en WI
De gemeente heeft in 2013 de notitie “Burgerparticipatie” vastgesteld. Het is de bedoeling om
hiermee burgers beter en in een eerder stadium bij beleidsvorming te betrekken, maar dit moet
zich nog concretiseren.
Wat de gemeente doet om duurzame initiatieven vanuit de samenleving te faciliteren:

Ondersteuning van vrijwilligers en mantelzorgers

Jaarlijks (laten) organiseren van de Beursvloer waarin samenwerking tussen het bedrijfsleven en
vrijwilligersorganisaties gefaciliteerd wordt

Wijkgericht werken (WGW) aanpak om inwoners actief te betrekken bij de inrichting en zorg
voor hun eigen leefomgeving.
Een zeer recente evaluatie van het WGW stelt dat de doeltreffendheid en doelmatigheid beperkt is als
gevolg van gebrek aan kaderstelling, focus en sturing. De analyse vertoont wat dat betreft veel
paralellen met de analyse van het duurzaamheidsbeleid van de gemeente. Eén van de aanbevelingen
voor het WGW is om de gemeentelijke betrokkenheid bij het WGW te vergroten. Men stelt dat er bij de
sleutelfiguren binnen de gemeente voldoende kennis over het wijkgericht werken is, maar dat op de
verschillende vak afdelingen de kennis nog beperkt is, wat een geslaagde integrale wijkaanpak in
de weg staat.6 Dit vertoont paralellen met het gebrek aan organisatie brede “verankering” van
duurzaamheid binnen de gemeente.
Het verbeteren van het WGW is een kans om dit samen te laten gaan met het ontwikkelen van
duurzaamheidsbeleid. WGW zou uitstekend passen in het ontwikkelen van duurzame wijken, met ruimte
voor initiatieven zoals stadlandbouw, delen (“deeleconomie”) en hergebruik (“circulaire economie”)
Vergelijking met voorgaande jaren:
De score op het gebied van “burgerparticipatie” (67%) is min of meer gelijk aan voorgaande jaren:
62% in 2011 en 67% in 2005. De titel van het deelterrein is wel hetzelfde maar de samenstelling van
de vragen is maar gedeeltelijk hetzelfde als voorgaande jaren. Er zijn dan ook weinig conclusies aan te
verbinden.
Aanbevelingen:

Concretiseer zo snel mogelijk de beleidsnotitie “burgerparticipatie” en geef richtlijnen om
burgers en maatschappelijk organisaties structureel vanaf een vroeg stadium bij
beleidsontwikkeling, maar ook bij uitvoering en evaluatie te betrekken.

Integreer Wijk Gericht Werken in een duurzaamheidsvisie voor Wageningen voor duurzame
wijk/ gebiedsontwikkeling en bewerkstellig dat dit organisatie breed gedragen en verankerd
wordt.
3.1.3
Duurzaamheid en Samenleving
De transitie naar een duurzame samenleving vraagt bewustwording, betrokkenheid en het verhogen
van de competentie bij individuen en in organisaties om te leren begrijpen wat duurzaamheid betekent.
Duurzame ontwikkeling betekent ook rekening houden met behoeften en ambities van mensen elders.
Het begrip mondiaal burgerschap sluit hierop aan. Samenwerking, (nieuwe) partnerschappen en/of het
aansluiten bij bestaande initiatieven bieden gemeenten kansen om handen en voeten te geven aan het
bekende adagium ‘Think global, act local’.7
6
“Wat is goed voor de wijk? Evaluatie Wijkgericht werken gemeente Wageningen”, jan 2014, algemene rekenkamer
Veel informatie en inspiratie op dit terrein is onder andere te vinden via: www.millenniumgemeenten,
www.vereniginggdo.nl, www.fee.nl,
7
18
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Kernvraag: In hoeverre heeft de gemeente aandacht voor het bevorderen van duurzaam gedrag en
(wereld)burgerschap?
Resultaten Wageningen 2013:
De gemeente scoort op deze vraag 62%. De gemeente mist vooral punten vanwege het ontbreken van
duurzaamheidsbeleid en omdat het geen Fair Trade gemeente is. Ook is er geen extra aandacht voor
kwetsbare groepen m.b.t. het stimuleren van duurzaam en gezond (consumptie) gedrag8 en zijn
jongeren geen uitgesproken doelgroep voor activiteiten gericht op (mondiaal) burgerschap en de
bevordering van duurzaam gedrag. Er was een Fair Trade werkgroep met studenten, maar die is met
het vertrek van de studenten weer uiteen gevallen.
Wat doet de gemeente om duurzaam gedrag en (wereld)burgerschap te bevorderen:

I.h.k.v. het klimaatbeleid ondersteunt de gemeente voorlichting en bewustwording gericht op
energiebesparing, maar ook op het gebied van voeding in de flexitariër-campagne. en de
website Wageningen woont Duurzaam

Werkt mee aan publiekscampagnes als de Dag van de duurzaamheid, Nacht van de nacht.

De gemeente is sinds 2010 Millennium Gemeente en heeft een budget van €5.000 beschikbaar,
waaruit lokale initiatieven op dit vlak gefinancierd worden, bijv. duurzame markt en war child
actie

Uw gemeente heeft in haar jaarlijkse begroting structureel een budget voor het bevorderen van
mondiaal burgerschap gereserveerd. Dit is wel steeds minder geworden. In 2013 was die incl.
de €5.000 voor de Millennium Gemeente campagne, totaal €22.715, ongeveer € 0,61 per
inwoner, in 2011: €35.000 (€0,95 per inwoner) en in 2005: €79,525. Dit valt nog wel steeds
binnen de norm van 0,5 tot 1 euro per inwoner.

De gemeente heeft een ambtenaar belast met de invulling van het predicaat Millennium
Gemeente en/of het bevorderen van mondiaal burgerschap in zijn of haar takenpakket. Het
aantal uren wordt terug gebracht van 15 uur per week in 2013 naar 11 uur per week in 2014.

Projectrelatie met Ndiza in Rwanda; Stedenband relaties met Morfelden-Walldorf (Duitsland) en
Gödöllö (Hongarije).
Vergelijking met voorgaande jaren:
In voorgaande jaren scoorde Wageningen altijd hoog op het onderdeel “Internationale Samenwerking”
(IS): 92% in 2011 en zelfs 100% in 2005. Nu zijn de IS vragen samengevoegd met een aantal vragen
gerelateerd aan duurzaamheidsbeleid en hoe de gemeente hier bij haar burgers aandacht voor vraagt.
Door het ontbreken van een duurzaamheidsbeleid breder dan klimaatbeleid, scoort Wageningen hiernu
lager op.
Aanbevelingen:

Duurzaamheidsvisie en –beleid ontwikkelen

Publieksvoorlichting op duurzaam (consumptief) gedrag, breder dan aan klimaatbeleid
gerelateerd, Hiervoor is een wereld aan mogelijkheden, bijv. vaste rubriek in lokale krant,
thematafel bibliotheek, duurzame krant/magazine op leestafel in ontvangsthal 9

Betrek jongeren bij activiteiten gericht op (mondiaal) burgerschap en duurzaam gedrag,
bijvoorbeeld via de Jongerenraad.

Overwegen om ter inspiratie lid te worden van netwerken als de Vereniging van Gemeenten
voor Duurzame Ontwikkeling (GDO)
Meer informatie en inspiratie is te vinden via: www.vng-international.nl, www.ncdo.nl, www.cossen.nl,
www.vereniginggdo.nl , www.fairtradegemeente.nl
8
Opleidingsniveau en/of inkomensniveau is gerelateerd aan wel of niet duurzaam gedrag en het aantal gezonde
levensjaren. (bron: PBL: Monitor Duurzaam Nederland 2011)
9
bijv. www.debeterewereld.nl, www.wattis.nl, www.p-plus.nl
19
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
3.1.4
Sociale dimensie algemeen
Scores sociale dimensie:
2002
2005
2011
2013
70%
76%
73%
57%
Sociaal
80%
60%
40%
Sociaal
20%
0%
2002
2005
2011
2013
Voor de dimensie als geheel scoort Wageningen dit jaar lager: onder de 60% terwijl het in voorgaande
jaren altijd minimaal 70% was. Dit komt vooral omdat er vragen uit de lijst zijn verwijderd, waar
Wageningen eerder goed op scoorde, maar die nu niet meer onderscheidend zijn omdat de meeste
gemeenten dit doen of omdat het verplicht is geworden. Verder zijn er veel nieuwe vragen bijgekomen
over in hoeverre de gemeente een duurzaamheidsvisie of beleid heeft en inspanningen verricht om deze
in de gemeentelijke organisatie en in de samenleving probeert te verankeren, het terrein waarop
Wageningen dus laag scoort.
Positie op landelijke ranglijst: van de 75 gemeenten die tot februari 2014 hebben meegedaan aan de
People lijst eindigt Wageningen op een 47ste plaats, net iets boven Veenendaal (55%): een positie onder
het gemiddelde.
3.2 PLANET – Ecologische dimensie van duurzaamheid
In dit deel ligt het accent op de ecologische dimensie (Planet) van duurzame ontwikkeling
De ‘P’ van Planet zou ook voor ‘Preserve’ of ‘Perspectief’ kunnen staan. Het gaat bij ‘Planet’ vooral om
duurzaamheid in de tijd. Centraal staat hier het behoud, de bescherming en het beheer van onze
natuurlijke hulpbronnen: de diversiteit aan plant- en diersoorten, kwaliteit en kwantiteit van water,
luchtkwaliteit, bodemvruchtbaarheid, et cetera.
Denk mondiaal, handel lokaal
Zover we weten is er één leefbare planeet Aarde. Momenteel delen we deze met ruim 7 Miljard mensen
wat waarschijnlijk nog verder op gaat lopen tot zo’n 10 miljard mensen in 2050. Mensen die met de
toename aan welvaart een steeds groter beslag leggen op de milieugebruiksruimte.
Klimaatverandering, verlies aan biodiversiteit en grondstoffen schaarste zijn als gevolg hiervan steeds
prangender milieuvraagstukken geworden die om een wereldwijd gecoördineerde aanpak vragen en een
adequate respons op alle niveaus, internationaal, nationaal en ook lokaal.
Opbouw van de vragenlijst Planet
De vragenlijst bestaat uit drie thema’s:
1) Klimaat & energie,
2) Natuur & milieu en
3) Afval & vervuiling
20
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Resultaten 2013 ecologische dimensie:
Ecologische dimensie
Klimaat en Energie
Natuur en Water
Afval en vervuiling
Totaal Planet
Score
max. score
26
13
13
52
% van max
30
24
20
74
87%
54%
65%
70%
100%
90%
80%
70%
60%
50%
40%
30%
20%
10%
0%
Klimaat en Energie
Natuur en Water
Afval en vervuiling
Voor details van vragen, antwoorden en toelichting, zie bijlage 2.
3.2.1
Klimaat en energie
De klimaatdoelstellingen waren in 2009-2011 neergelegd in de zogeheten klimaatakkoorden:
1) een reductie van de uitstoot van broeikasgassen van 30% in 2020 ten opzichte van 1990
2) een energiebesparing van 2% per jaar
3) een aandeel van hernieuwbare energiebronnen van 20% in 2020
Deze hebben in 2011 een vervolg gekregen in de vorm van de zogeheten Lokale Klimaat Agenda10.
Hierin zijn de doelstellingen m.b.t. het terugdringen van CO2-uitstoot en de productie van duurzame
energie bijgesteld naar de Europese doelstellingen van respectievelijk 20% en 14%.
Gemeenten spelen een belangrijke rol in het realiseren van deze doelstellingen
Kernvraag: wat is de kaderstelling (ambitiestelling) en hoe wordt draagvlak versterkt voor de lokale
ambities in relatie tot de problematiek rond klimaatverandering.
Resultaten Wageningen 2013:
Evenals vorige keer scoort Wageningen met 87% hoog op het gebied van klimaat en energie, dank zij
het “Klimaatneutraal 2030” beleid, waar de gemeente op meerdere fronten flink op inzet.
Vermeldenswaardig is de verkiezing van Wageningen in 2013 tot “Solar City” van Nederland. Volgens de
jury heeft Wageningen niet alleen een hoge zonnepaneeldichtheid, maar staat de stad op het gebied
van zonne-energie dicht bij de burger. De jury had veel lof voor de wijze waarop Wageningen actief
belemmeringen tot gebruik van zonne-energie oppakt. De Vegetariërsbond riep Wageningen in 2012 uit
10
LKA_ 2011-2014, www.lokaalklimaatbeleid.nl
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
21
tot Vegastad . Dat is een steun in de rug van de flexitariër campagne van de gemeente om CO2 uitstoot
te reduceren door het verminderen van vleesconsumptie.
De grote inzet op klimaatbeleid kan ten koste gaan van inzet voor andere aspecten van duurzaamheid
en voor organisatie-brede verankering van “duurzaamheids-denken”.
Vergelijking met voorgaande jaren:
Wageningen scoort met 87% nog steeds hoog, hoewel iets minder dan 2011 (96%). Wageningen scoort
iets minder vanwege twee nieuwe vragen in deze lijst waar “nee” op geantwoord moest worden. De
eerste is de vraag of Wageningen 20% van de eigen energiebehoefte zelf opwekt. Dat is (nog) niet het
geval. De tweede vraag betreft de monitoring van het eigen energiegebruik, bijvoorbeeld m.b.v. de
“Milieubarometer”. Het idee is dat de gemeente hiermee het goede voorbeeld geeft. In 2011 is de
Milieubarometer al in gebruik genomen, maar deze wordt nog steeds niet goed bijgehouden. Dat maakt
het moeilijker om lokale bedrijven aan te zetten tot het monitoren van hun eigen energiegebruik. De
milieubarometer geeft inzicht in het energieverbruik en waar men op in zou kunnen zetten om
energiegebruik te verminderen, of hoe zinvol het is om te investeren in eigen energieopwekking.
Aanbevelingen:

Klimaatbeleid niet ten koste laten gaan van duurzaamheid in de breedte

Milieubarometer gaan gebruiken zoals het hoort en dit propageren bij lokale bedrijven
3.2.2
Natuur & Water
Dit gaat over behoud en versterken van de lokale flora en fauna (biodiversiteit) en overige ecologische
functies binnen de grenzen van de gemeente zoals het duurzaam beheer van water.
De overheid heeft een belangrijke taak wat betreft beheer, bescherming en zonodig versterking van het
ecologisch kapitaal (de producten en diensten die de natuur ons schenkt). Naast het naleven van
(inter)nationale afspraken met betrekking tot het behoud en verbeteren van biodiversiteit en
ecologische functies is er in toenemende mate aandacht voor de economische en maatschappelijke
waarde van natuur en water in en om stad/dorp11.
Kernvragen:
1. Wat doet de gemeente voor het behoud en versterken van de lokale flora en fauna (biodiversiteit)
en overige ecologische functies binnen de grenzen van de gemeente zoals het duurzaam beheer van
water.
2. Wat doet de gemeente m.b.t. de economische en maatschappelijke waarde van het buitengebied?
Resultaten Wageningen 2013:
Wageningen scoort met 54% op dit onderdeel laag. Hier moet onderscheid gemaakt worden tussen
vragen die over “Natuur” gaan en over “Water”. Dit waren in de vorige Duurzaamheidsmeter nog aparte
onderdelen. Op het gebied van Waterbeleid scoort de gemeente namelijk wel hoog: 83% (voor de
vragen 31-34 + vr 36). Maar op het gebied van Natuur scoort de gemeente juist laag: 44% (vragen 2130 + vr 35).
Wat de gemeente doet voor het behoud en versterken van de lokale flora en fauna (biodiversiteit) en
overige ecologische functies:

Ecologisch groenbeheer.

Bomenverordening waarin beleidsregels zijn vastgesteld met voorwaarden voor de verlening
van een vergunning tot kap en tot aanwijzing van monumentale bomen.

De gemeente heeft een ecoloog in dienst.

De gemeente is geabonneerd op de Nationale databank flora en fauna (NDFF), die de gemeente
een actueel overzicht geeft van plant-(flora) en diersoorten (fauna) binnen haar grenzen.
11
www.biodiversiteit.nl
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
22

De gemeente heeft een Integraal plan voor duurzaam waterbeheer, wat uitgaat van de trits
“vasthouden, bergen, afvoeren”, dat streeft naar infiltreren van regenwater i.p.v. afvoeren via
het riool, en verharde oppervlaktes compenseert met extra wateropvang.
Wat de gemeente doet m.b.t. de economische en maatschappelijke waarde van het buitengebied12:

Er is begonnen met het realiseren van de noordelijke ecologische verbindingszone (verbinding
tussen Veluwe en Utrechtse Heuvelrug),

Samenwerking met Stichting Wageningse Eng (SWE) en Territoriale Adviescommissie
Wageningse Eng” (TAWE) voor het beheer op de Eng.

Versterking Grebbedijk

Erfbeplantingsproject in het Binnenveld
Vergelijking met voorgaande jaren:
Wat waterbeheer betreft scoort Wageningen hoog, evenals in 2011, toen was de score ook 83%. Wat
natuur en milieu betreft lijkt er sprake van een neergaande lijn:
Scores natuur en milieu:
2002
2005
2011
2013
78%
59%
53%
44%
Natuur&Milieu
100%
50%
Natuur&Milieu
0%
2002
2005
2011
2013
Waarom nu een nog lagere score dan 2011? Er is nog steeds sprake van ecologisch beheer zonder
chemische bestrijdingsmiddelen, maar de gemeente heeft geen “certificaat goud” meer. Onder invloed
van bezuinigingen is het groenbeheer verder verschraald: gemeentestruiken en begroeiing, gunstig
voor biodiversiteit, worden weggehaald en vervangen door gras. Er is wel een bomenverordening maar
geen bomenbeleidsplan. De gemeente is wel geabonneerd op de Nationale databank flora en fauna
(NDFF), maar deze geeft alleen een totaal inventarisatie en geen details over de locatie van bijzondere
soorten, wat nodig is voor het eventueel nemen van bijzondere maatregelen. Begin deze eeuw was
hiervoor de “Natuurwaardenkaart” nog in gebruik, die tot 2004 bijgehouden werd i.s.m.
natuurorganisaties. Het advies om deze weer bij te werken en bij te houden met natuurorganisaties13 is
niet opgevolgd.
Voor een ander deel komt de lagere score door een aantal nieuwe vragen waar negatief op geantwoord
moest worden: Wageningen heeft geen speciaal bij-vriendelijk beleid, en stimuleert niet specifiek
groene daken en stadslandbouw en/of de aanleg van dorps- of wijktuinen (op braakliggende gronden’).
Toch is er ook wel vooruitgang geboekt. In het “Plan van Aanpak”, dat is opgesteld n.a.v. de
aanbevelingen van de vorige Duurzaamheidsmeter, wordt scholing in Flora en Faunawet en Duurzaam
Groenbeheer voorgesteld voor medewerkers van de afdelingen Stadsbeheer en
Stadsvoorzieningen/beheer sportaccommodaties en om voor het Binnenveld meer te gaan beheren in
overeenstemming met de werkwijze op de Eng met SWE en TAWE. In het Binnenveld lijkt de
samenwerking te worden gezocht met de ANV Binnenveld. Natuurorganisaties lijken iets meer gehoor te
vinden, maar het is wel vaak via de wethouder of op eigen initiatief. Er wordt ook wel door ambtenaren
contact gezocht maar dat verschilt per ambtenaar en is soms in een stadium dat er al te veel vast ligt
12
13
Website gemeente
Eindrapport Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2011
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
23
om nog iets te kunnen veranderen, en niet vanaf het begin. Zo wordt mogelijk waardevolle inbreng
gemist.
Het gebrek aan sturing d.m.v. een duurzaamheidsvisie en –beleid wordt hier ook duidelijk. Zo is er in
het Binnenveld wel een erfbeplantingsproject, maar is er geen visie en beleid hoe een duurzame
ontwikkeling tot stand te brengen die zowel de landschappelijke, ecologische, maatschappelijke en
economische waarden waarborgen.
Aanbevelingen:

Ontwikkel visie en beleid voor een duurzame ontwikkeling van het buitengebied die zowel
landschappelijke, ecologische, maatschappelijke en economische waarden waarborgen, als
onderdeel van een Duurzaamheidsvisie voor Wageningen.

Meer structureel overleg met natuur-, landschaps- en andere maatschappelijke organisaties
betrokken bij het buitengebied.

Handhaaf het ecologisch groenbeheer zonder bestrijdingsmiddelen, maximaal rekening houdend
met flora, fauna (waaronder bijen), en biodiversiteit; draag dit ook uit naar burgers voor hun
tuinonderhoud

Creëer mogelijkheden en kansen voor initiatieven als stadslandbouw en gemeenschappelijke
tuinen.

Herstel de Natuurwaardenkaart weer in ere i.s.m. natuurorganisaties en andere lokale
natuurgroepen en geïnteresseerden.

Volg ook aanbevelingen van de vorige Duurzaamheidsmeter (2011) die nog actueel zijn op.
3.2.3
Afval en vervuiling
De uitvoering van de Wet Milieubeheer behoort tot één van de kerntaken van gemeenten.
Kernvraag: wat wordt er lokaal nog meer gedaan ter voorkoming van vervuiling, het zuinig omgaan met
grondstoffen en het streven naar een circulaire economie?
Resultaten Wageningen 2013:
Dit is een nieuw onderdeel van de Lokale Duurzaamheidmeter, al zitten er wel een paar vragen uit de
vorige Duurzaamheidsmeter (uit “water”) in de lijst verwerkt. Op de meeste vragen kan positief
geantwoord worden wat een score van 65% oplevert.
Wat de gemeente doet ter voorkoming van vervuiling, het zuinig omgaan met grondstoffen en het
streven naar een circulaire economie:

Gemeentelijk rioleringsplan waarin wordt uitgegaan van de trits 'preventie, scheiden, zuiveren'

Waar mogelijk afvoer van regenwater losgekoppeld van het rioleringssysteem

Geen chemische bestrijdingsmiddelen bij groenbeheer en past Duurzaam Onkruid Beheer (DOB)
toe op verharding (zo komen er ook geen bestrijdingsmiddelen in het oppervlaktewater)

De gemeente heeft overzicht van, en monitort bodem- en luchtkwaliteit

De gemeente heeft een afvalbeleidsplan waarin het bevorderen van kringlopen
(hergebruik/recycling van grondstoffen) voorop staat en met meetbare doelstellingen

Tussen 2009 en 2012 is de totale hoeveelheid afval afgenomen met 4% en de hoeveelheid
ongesorteerd afval met 5%
Waar de gemeente punten op misloopt is:

De gemeente heeft geluidlast niet in kaart gebracht (geluidskaarten) en geen actueel
beleidsplan voor geluidsreductie en/of behoud van rust (behoud kwaliteit)

De gemeente heeft geen integraal plan van aanpak tegen zwerfvuil in uitvoer

De gemeente bevordert niet actief het gebruik van kraanwater i.p.v. (plastic) flessen

De gemeente heeft geen visie en strategie uitgewerkt met betrekking tot het bevorderen van
een circulaire economie (versterken kringlopen).
24
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Aanbevelingen:

Werk ideeën voor een circulaire economie uit in de Duurzaamheidsvisie
3.2.4
Ecologische dimensie algemeen
Scores ecologische dimensie:
2002
2005
2011
2013
58%
64%
80%
70%
Ecologisch
100%
80%
60%
Ecologisch
40%
20%
0%
2002
2005
2011
2013
Met 70% scoort Wageningen lager dan in 2011 (80%). Na een stijging tot 2011 dankzij het
klimaatneutraal beleid, lijkt nu een daling te zijn ingezet.
Positie op landelijke ranglijst: van de 77 gemeenten die tot februari 2014 hebben meegedaan aan de
Planet lijst, eindigt Wageningen op een 37ste plaats: een positie in de middenmoot.
3.3 PROFIT – Economische dimensie van duurzaamheid
In dit deel ligt het accent op de economische dimensie (profit) van duurzame ontwikkeling.
De ‘P’ van Profit staat ook voor ‘Progress’ en ‘Prosperity’, vooruitgang en welvaart. Economische
ontwikkeling gaat over productie, werkgelegenheid, efficiëntie en rendement. De uitdaging is ervoor te
zorgen dat de vooruitgang van de één niet ten koste gaat van een ander of van toekomstige generaties.
Een ondernemer zal in zijn bedrijfsvoering en keuzes voor investeringen, altijd de balans opmaken
tussen kosten en baten. Een maatschappelijk verantwoord oftewel duurzaam ondernemer neemt in zijn
besluitvorming ook de milieu- en sociale aspecten mee (maatschappelijke kosten en baten).
Denk mondiaal, handel lokaal
Gemeenten zijn erop gericht om het lokaal economisch kapitaal te beschermen en de kansen op
economische ontwikkeling te versterken. De uitdaging is ervoor te zorgen dat hierbij niet voorbij wordt
gegaan aan andere maatschappelijke belangen, zoals het reduceren van CO2-uitstoot, bescherming van
sociaal kapitaal en het bevorderen van eerlijke handel. Sterker nog, de uitdaging is, om samen met het
bedrijfsleven, te zoeken naar win-win situaties, naar economische activiteiten die een bijdrage leveren
aan een duurzame ontwikkeling, zowel hier in Nederland als elders in de wereld.
Opbouw van de vragenlijst Profit
De vragenlijst bestaat uit drie thema’s:
1) Duurzaam Inkopen,
25
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
2) Duurzame mobiliteit en
3) MVO/Duurzaam bedrijfsleven
Resultaten 2013 economische dimensie:
Economische dimensie
Duurzaam Inkopen
Duurzame Mobiliteit
Duurzaam Ondernemen
Totaal Profit
Score
max. score
% van max
17
13
19
29
15
59%
87%
61%
65%
49
31
75
100%
90%
80%
70%
60%
50%
40%
30%
20%
10%
0%
Duurzaam Inkopen
Duurzame Mobiliteit
Duurzaam Ondernemen
Voor details van vragen, antwoorden en toelichting, zie bijlage 3.
3.3.1
Duurzaam Inkopen
De overheid is in zijn geheel een invloedrijke marktpartij, jaarlijks wordt voor ongeveer 60 miljard aan
producten en diensten ingekocht.14 Eenvoudig gezegd betekent duurzaam inkopen dat milieu en
mensenrechten uitgangspunt moeten zijn van het inkoopbeleid.
Duurzaam Inkopen is vooral een uitdaging wanneer producten onderdeel zijn van internationale
handelsketens, denk aan hout, natuursteen, ict of bedrijfskleding. In dit kader is aansluiting bij
keteninitiatieven voor het verduurzamen van internationale handel van belang.15
Resultaten Wageningen 2013:
Wageningen scoort op dit onderdeel 59%. Daarmee scoort zie iets lagerr dan 2011 (65%), maar dat
komt vooral door iets veranderde vragen. In 2011 was er al een hele verbetering t.o.v. van 2005, toen
Wageningen maar 32% scoorde op dit onderdeel.
Vergelijking met voorgaande jaren:
Ondanks de lichte daling van de score zijn er wel verbeteringen t.o.v. 2011. In 2011 nam de Gemeente
Wageningen al deel aan het door het ministerie van VROM opgezette en door AgentschapNL uitgevoerde
‘Programma Duurzaam Inkopen’ en heeft de deelnameverklaring ondertekend. De Gemeente
Wageningen heeft daarin verklaard:
14
ref: rijksoverheid.nl dossier Duurzaam Inkopen
Zie voor meer informatie: www.pianoo.nl, www.nevi.nl, www.duurzamebedrijfvoeringoverheden.nl
(Zie eveneens ISO 26000 – thema eerlijk zakendoen, onderwerp 4: het bevorderen van maatschappelijk
verantwoordelijkheid in de waardeketen.)
15
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
26
1. Te streven naar 75% duurzaam inkopen in 2012 en 100% in 2015;
2. Ervaringen terug te koppelen en mee te werken aan monitoring;
3. Concreet te rapporteren in gemeentelijk jaarverslag of milieujaarverslag.
Dit betekent dat de duurzaamheidscriteria opgesteld door AgentschapNL gelden als minimale eisen.
In het in 2012 opgestelde “Inkoop- en Annbestedingsbeleid” wordt er ook op duurzaamheidseisen
ingegaan. Deze worden meer toegepast dan in 2011, maar nog niet structureel genoeg. Het is ook nog
niet altijd direct mogelijk om duurzaam in te kopen, omdat de gemeente voor sommige producten en
diensten nog langlopende contracten met aanbieders heeft. De intentie is om zodra die contracten
verlopen ook die zaken duurzaam in te kopen.
Hoewel er dus wel degelijk verbeteringen zijn bij het eigen inkoopbeleid, scoort de gemeente deels iets
lager door een aantal nieuwe vragen waar “nee” op geantwoord moest worden.
Wat de gemeente niet doet en waardoor ze punten misloopt is o.a.:

Expliciet in haar duurzaam inkoopbeleid aangeven om waar mogelijk kansen te scheppen voor
lokale- en regionale ondernemers

Er is (nog) geen breed assortiment aan duurzame producten in de eigen kantine en/of de
catering bij speciale gelegenheden. Dit wordt wel onderzocht

De gemeente hanteert bij de inkoop van bedrijfskleding geen milieu- én sociale criteria.

Duurzaamheid/ MVO-prestaties spelen geen rol bij het aangaan of vernieuwen van contracten
met financiële dienstverleners (denk aan banken accountants, verzekeringen, e.d.).
Aanbevelingen:

Duurzaamheidscriteria nog meer structureel gaan toepassen, ook voor bedrijfskleding en
financiële dienstverleners

Zorg voor een breed assortiment van duurzame producten in de eigen kantines en voor eigen
catering, en betrek deze producten zo veel mogelijk van lokale ondernemers die zelf ook aan
duurzaamheidscriteria voldoen.
3.3.2
Duurzame mobiliteit
Goede bereikbaarheid is een belangrijke factor voor economische ontwikkeling. De vragen zijn gericht
op het stimuleren van een zuinige en schone mobiliteit. Enkele vragen zijn eveneens gericht op het
bevorderen van verkeersveiligheid.
Resultaten Wageningen 2013:
Wageningen scoort met 87% heel goed op dit onderdeel, evenals in 2011 (82%). De goede scores in
2011 en 2013 zijn vooral behaald omdat Duurzame mobiliteit voor een groot deel onderdeel is van het
Klimaatneutraal beleid. In 2012 is een nieuw Gemeentelijk Mobiliteit Plan (GMP) vastgesteld. Daaruit
blijkt dat Wageningen een laag autobezit kent: gecorrigeerd voor de studentenpopulatie komt het
autobezit uit op ca. 435 per 1000 inwoners, tegen landelijk 575 per 1000 inwoners (2012). Het aantal
deelauto’s in Wageningen is daarentegen zeer hoog. Met de auto’s van Wheels4all, Greenwheels en
StudentCar zijn er 18 deelauto’s beschikbaar in Wageningen. Hiermee is Wageningen één van de meest
succesvolle deelautogemeenten van Nederland. Ook als het gaat om elektrische oplaadpalen en het
aantal elektrische auto’s in eigendom van burgers of bedrijven loopt Wageningen voor.
3.3.3
Duurzaam ondernemen / MVO
“Duurzaam Ondernemen loont! Het bespaart kosten, verbetert uw concurrentiekracht, draagt bij aan
een goede reputatie en de wereld wordt er ook nog beter van!” 16
16
Ref: www.duurzaammkb.nl
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
27
Een gemeente heeft diverse mogelijkheden om ondernemers in hun regio te stimuleren en te helpen om
voortgang te boeken op het terrein van maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) oftewel
duurzaam ondernemen.17
Een sector waar (lokale) overheden veel invloed hebben om de core business te verduurzamen is de
(woning)bouw. Duurzaam bouwen gaat niet alleen over energieprestaties maar betreft eveneens
onderwerpen als gebruikte materialen en gebruikskwaliteit. 18
Resultaten Wageningen 2013:
Wageningen scoort op dit onderdeel 61% gemiddeld. Veel van de inspanningen van de gemeente op dit
onderdeel zijn op energiegebied en gerelateerd aan het Klimaatneutraalbeleid.
Wat de gemeente doet om ondernemers te stimuleren om voortgang te boeken op het terrein van MVO/
duurzaam ondernemen:

De gemeente biedt het bedrijfsleven gratis voor één jaar toegang tot een meetinstrument als de
Milieubarometer aan. 4 of 5 bedrijven gebruiken het nu waaronder de gemeente

Er vinden regelmatig bedrijfsbezoeken plaats om bedrijven te stimuleren tot energiebesparing
en duurzame energie.

Er was een koplopers bijeenkomst voor bedrijven in november 2013, waarin o.a. de strategie
werd besproken om meer bedrijven mee te krijgen in de ambitie om klimaatneutraal te worden.
Wat de gemeente doet om de (woning) bouw te verduurzamen:

De gemeente voert een “duurzame gebiedsontwikkeling” (DuGo) beleid voor grotere
bouwprojecten, inclusief (nieuwe) bedrijventerreinen

In 2013 zijn er tussenliggende doelstellingen geformuleerd t.a.v. energiebesparing in de bouw
voor de particuliere sector, zie Klimaatplan 2013-2016

Vanuit het klimaatbeleid is extra geïnvesteerd in bedrijfscontroles en handhaving. Momenteel
wordt gestimuleerd dat de regionale omgevingsdienst (OddV) de energiehandhaving bij
bedrijven goed oppakt

De gemeente heeft geen eigen duurzaamheidslening maar heeft het initiatief genomen in het
opzetten van een provinciaal fonds voor energieneutraal renovaties dat in 2014 geopend is.

De gemeente heeft een energieloket (= telefoonnummer en e-mail adres) waar mensen altijd
antwoord krijgen op hun vragen over duurzaam (ver)bouwen en worden doorverwezen naar
marktpartijen

De “Wageningen woont Duurzaam” coalitie: coalitie tussen lokale bedrijven, particuliere
woningeigenaren en de gemeente.

Ook op het gebied van zonne-energie wordt actief gewerkt aan innovatieve
samenwerkingsmogelijkheden met bedrijven.
Vergelijking met voorgaande jaren:
In 2011 was de score voor duurzaam ondernemen hoger: 75% en daarvóór, in 2005 ook:76%, terwijl
de gemeente wel veel doet en zelfs meer lijkt te doen, of meer bereikt lijkt te hebben dan in 2011. Voor
een deel komt dit doordat de gemeente heel veel doet op energiegebied, maar niet zozeer in
duurzaamheid in bredere zin. Zo is er wel een “energieloket” (= tel.nr en email adres) maar maken
MVO/ duurzaamheidsadvies maakt geen deel uit van de diensten van het ondernemersloket (de
aanbeveling in 2011 om dit te doen is niet opgevolgd). Volgens de gemeente is er op dit moment nog
onvoldoende draagvlak onder het bedrijfsleven voor een MVO-platform of een duurzame
ondernemerskring, o.i.d., zoals er in het verleden wel bestond. Er is wel een “koplopers” bijeenkomst
georganiseerd voor geïnteresseerde ondernemers om tot een strategie te komen om meer bedrijven
mee te krijgen in de ambitie om klimaatneutraal te worden (zie boven). Het soort coalities dat de
17
MVO Nederland (www.mvonederland.nl) biedt hiervoor veel praktische voorbeelden en tips.
Een schat aan informatie is te vinden via: www.agentschapnl.nl, www.duurzaamgebouwd.nl, www.gprgebouw.nl
en www.breeam.nl
18
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
28
gemeente tot stand brengt met ondernemers voor de klimaatneutraal ambities zouden ook tot stand
kunnen worden gebracht voor andere aspecten van duurzaamheid.
Aanbevelingen:

Maak MVO/duurzaamheidsadvies onderdeel van de diensten van het Ondernemersloket.

Geef meer aandacht aan het kansen scheppen en stimuleren van lokale duurzame of duurzaam
producerende ondernemingen, in het buitengebied en binnen de stadsgrenzen.
3.3.4
Economische dimensie algemeen
Scores ecologische dimensie:
2002
2005
2011
2013
59%
54%
72%
65%
Economisch
80%
70%
60%
50%
40%
30%
20%
10%
0%
Economisch
2002
2005
2011
2013
We zien wat scores betreft hetzelfde beeld als bij de andere dimensies: met 65% een lagere score ten
opzichte van 2011 (72%), al is de afname bij de economische dimensie het kleinst. Er is een afname
ondanks dat er vooruitgang is geboekt, vooral wat energiezuinig wonen/(ver)bouwen betreft. Evenals
bij de andere dimensies komt dit deels door iets meer vragen over andere aspecten van duurzaamheid,
waar de gemeente lager op scoort. De successen zijn in het kader van het Klimaatneutraal beleid.
Positie op landelijke ranglijst: van de 77 gemeenten die tot februari 2014 hebben meegedaan aan de
Profitt lijst, eindigt Wageningen met 65% op een gedeelde 38ste plaats met de gemeenten
Ferwerderadiel en Bernheze: een positie in de middenmoot.
29
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
4.
Duurzaamheidmeter en Toekomstatelier
In deze editie van de Lokale Duurzaamheidsmeter is meer dan voorgaande jaren de nadruk gelegd op
het hebben van een strategische duurzaamheidsvisie en –beleid, en aan de verankering van “duurzaam
denken” in de eigen organisatie en in de samenleving. Een dergelijke, maatschappelijk breed gedragen,
toekomstvisie wordt belangrijk gevonden omdat het richting geeft aan beleid, en kaders en
keuzecriteria biedt. Juist omdat “duurzaamheid” een breed, en voor veel mensen vaag begrip is, is het
belangrijk om dit te concretiseren in een duurzaamheidsvisie. Als het doel duidelijk is, is het ook
gemakkelijker om dit te “verankeren” in de eigen organisatie en de samenleving. Hier kunnen ook
kortere termijnplannen op gebaseerd worden.
In relatie tot de Lokale Duurzaamheidsmeter heeft het Platform Duurzaam Wageningen i.s.m. Transition
Town Vallei en Oikos in november 2013 daarom een “Toekomstatelier” georganiseerd. Samen met een
40tal Wageningers van allerlei organisaties, variërend van maatschappelijke organisaties als Solidez,
wijkverenigingen, natuur- en landschapsorganisaties, tot ondernemers is hierin een eerste aanzet
gegeven tot een visie over hoe een dergelijke toekomst er uit zou kunnen zien. De gemeente kan
hierop aansluiten voor het ontwikkelen van een “Duurzame” toekomstvisie voor Wageningen.
Tijdens het Toekomstatelier konden deelnemers zich groeperen rond enkele beleidsterreinen en elkaar
vertellen waar zij trots op zijn en welke verbeterpunten zij zien. De beleidsterreinen, waaruit zij konden
kiezen waren:
1. Duurzame energievoorziening en duurzaam wonen/(ver)bouwen
2. Wijk- en buurtkwaliteit, openbaar groen, zorg en welzijn
3. Voedsel, productie, consumptie, handel/verkoop
4. Verkeer en transport: bereikbaarheid en leefbaarheid
5. Wereldburgerschap
6. Afval & hergebruik
7. Natuur, buitengebied en recreatie
“Werk en ondernemen” was ook een optie, maar dit werd niet gekozen door de deelnemers, wel
ontstonden er twee groepen rond duurzame energievoorziening. De uitkomsten van dit groepswerk
worden in bijlage 4 weergegeven. Daarna werd in nieuwe groepen een aantal toekomstvisies
gevisualiseerd.
30
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Geraadpleegde bronnen
Trudi van Ingen: Eindrapportage Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2011 (2011)
Gemeente Wageningen: Raadsinformatiebrief over Resultaten Klimaatbeleid 2008 -2013 (2013)
Gemeente Wageningen: Afvalbeleidsplan 2012
Gemeente Wageningen: Lokale Duurzaamheidsmeter 2011 - Plan van Aanpak (2012)
Gemeente Wageningen: Evaluatie Wijkgericht werken gemeente Wageningen (Jan 2014)
Gemeente Wageningen: Sociaal jaarverslag 2012 (2012)
Gemeente Wageningen: Burgerjaarverslag 2012 (2005)
Gemeente Wageningen: Gemeentelijk Mobiliteitsplan Visiedocument (2013)
Gemeente Wageningen: Beleidsplan maatschappelijke ondersteuning, 2012 t/m 2015
Gemeente Wageningen: Gemeentegids 2013-2014 (2013)
Handleiding en Vragenlijsten Lokale Duurzaamheidsmeter 2013 (2013)
Christiaan Hogenhuis, Irene Karssiens (Oikos): Verslag Toekomstatelier Duurzaam Wageningen 20
november 2013
Verschillende krantenartikelen uit de Gelderlander, Stad Wageningen en Veluwepost
Websites:
www.duurzaamheidsmeter.nl
www.wageningen.nl
Bijlagen:
Bijlage 1 - Vragenlijst People
Bijlage 2 - Vragenlijst Planet
Bijlage 3 - Vragenlijst Profit
Bijlage 4 – Uitkomsten Toekomstatelier Duurzaam Wageningen
31
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Bijlage 1 - Vragenlijst People
In deze vragenlijst ligt het accent op de sociale dimensie (People) van duurzame ontwikkeling.
De People vragenlijst bestaat uit drie thema’s:
1) Verankering binnen de organisatie,
2) Burgerparticipatie,
3) Duurzaamheid en samenleving.
Vragenlijst 1.1: verankering in de organisatie
Verankering van duurzaamheid binnen de gemeentelijke organisatie en haar mensen
Vragen beantwoord door:
Erik van der Kruk (tijdelijke beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid)
Ine Botman (beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid): vraag 1-5; 7-8; 15
Sandra Tiebosch (beleidsmedewerker EZ): vraag 9
Anouk Reijntjes (team manager POJ): vraag 11
P&O: vraag 10, 12, 15
1.
Vraag
In uw gemeente is
duurzame ontwikkeling
uitgewerkt in een
strategische visie op
lange termijn.
Toelichting op vraag
Duurzame ontwikkeling vraagt per
Antwoord +toelichting
Nee (was ook “nee” in
2011)
definitie om een visie op lange
In 2011 was het plan om dit
termijn.
onderdeel te maken van een
(Vraag 1 People 2009)
bredere Toekomstvisie 2030,
Score19
0 (3)
maar plannen om die te
ontwikkelen zijn van de baan.
Wel is er een Routekaart naar
Klimaatneutraal in 2030
2.
Samen met de
belangrijkste
stakeholders
(burgers,
maatschappelijk veld,
bedrijfsleven) wordt de
strategische visie
levendig en up-to-date
gehouden.
(aanpassing vraag 1 People 2009)
In de wereld van MVO en
duurzaamheid wordt veel belang
stakeholders bij het formuleren en
Nee (was ook “nee” in
2011)
implementeren van duurzame
Wel op het gebied van
ambities. Een organisatie behoort de
klimaat, maar niet op gebied
belangen van haar stakeholders te
van duurzaamheid in de
respecteren, in overweging te nemen
breedte.
gehecht het betrekken van
0 (2)
en erop in te spelen (Ref ISO
26000). Update: per 1 á 2 jaar
herijkt.
3.
Het huidige
coalitieprogramma
hanteert duurzaamheid
als uitgangsprincipe en
heeft dit vertaald in
bestuurlijke
prioriteiten om
duurzame
ontwikkelingen te
bevorderen.
Het uitwerken van een strategische
Ja/nee (was “nee” in
2011)
visie heeft alleen zijn waarde als er
Er is geen brede
structureel aan gerefereerd wordt en
duurzaamheidsvisie, maar in
de neergelegde ambities regelmatig
het coalitieakkoord wordt
terugkomen op de (politieke)
aandacht besteed aan
algemeen
agenda.
duurzaamheid en klimaat,
uitgangs-
(aanpassing vraag 2 People 2009)
alsook aan sociale
2
(-1 want
niet
punt)
duurzaamheid. Dit komt
regelmatig terug op de
19
Aantal punten dat deze vraag oplevert; als een vraag negatief beantwoord wordt tussen haakjes het aantal punten
dat een “ja” had opgeleverd.
32
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Vraag
Toelichting op vraag
Antwoord +toelichting
Score19
(politieke) agenda.
4.
In uw gemeente zijn
richtlijnen ontwikkeld
om ervoor zorg te
dragen dat
duurzaamheid op
structurele wijze
meegenomen wordt in
beleids-, programmaen projectontwikkeling.
(Nieuwe vraag)
Om duurzame ontwikkeling als
uitgangsprincipe te institutionaliseren
binnen de organisatie, is het
belangrijk duidelijke richtlijnen te
hebben die voor iedereen gelden.
Duurzaamheid is een verplicht
hoofdstuk/ paragraaf in
(voorstellen voor) projecten,
Ja
Bij alle B&W- en
raadsvoorstellen geldt een
1
minimatoets en een
klimaattoets.
programma’s, rapportages waar uw
gemeente verantwoordelijkheid voor
draagt.
5.
6.
7.
Bij ruimtelijke
planning waakt uw
gemeente ervoor dat
er een transparante
afweging plaatsvindt
van economische,
sociale én ecologische
belangen. Duurzame
ontwikkelingen worden
daarbij zoveel
mogelijke gefaciliteerd.
De structuurvisie is
een ruimtelijke
weergave van de
gemeentelijke visie op
duurzame
ontwikkeling.
Knelpunten tussen
ecologische, sociale en
economische belangen
zijn in kaart gebracht
en geagendeerd voor
openbare
besluitvorming.
Via uw website is
eenvoudig en snel
informatie te vinden
over de visie en
inspanning van uw
gemeente gericht op
duurzame
ontwikkeling.
(Nieuwe vraag)
Ja
Ruimtelijke ordening is bij uitstek het
Bij ruimtelijke plannen van
instrument van de provincie om zorg
enige omvang moet een
te dragen dat er duidelijk sprake is
duurzaamheidsprofiel worden
van coherent beleid en een
opgesteld, waarin de
‘facilitating environment’ gecreëerd
verschillende facetten van
wordt voor duurzame
duurzaamheid aan bod komen
energieprojecten, adaptatie aan
en worden afspraken gemaakt
klimaatverandering, e.d.
met projectontwikkelaar over
2
energie, afval, water en
bereikbaarheid (Dugo-beleid)
(Nieuwe vraag)
Nee
Structuurvisie: een strategisch
In de nieuwe Structuurvisie is
beleidsdocument over de ruimtelijke
e.e.a. in algemene termen
en functionele ontwikkelingen in de
verwoord maar knelpunten
gemeente.
wat betreft duurzaamheid
worden niet aangegeven.
Concreet is “duurzaamheid”
0 (2)
vernauwd tot al bestaand
klimaatbeleid en wordt de
vraag naar
duurzaamheidscriteria
afgedaan als “niet passend in
de aard van de Structuurvisie”
(Nieuwe vraag)
Ja
Eenvoudig en snel informatie vinden
Op gebied van klimaat is er
via website betekent hier dat je via
een uitgebreide website, te
de homepage met max. twee
vinden via:
klikken op dit onderwerp terecht
www.wageningen.nl/klimaat.
komt.
Daarnaast is er de website
1
www.wageningenwoontduurza
am.nl. Op andere gebieden,
bijv. van “werk en welzijn” is
over duurzaamheid niets te
vinden.
8.
9.
Binnen het college van
Burgemeester &
Wethouders is één lid
verantwoordelijk
voor de verankering
van duurzaamheid als
uitgangsprincipe
binnen de organisatie.
Uw gemeente beschikt
(Nieuwe vraag)
In principe is het gehele college van
B&W verantwoordelijk om te sturen
op duurzame ontwikkeling. De vraag
is wie het aanspreekpunt is voor de
institutionalisering van
Nee
In principe zijn alledrie de
0 (1)
wethouders verantwoordelijk
duurzaamheid.
(Nieuwe vraag)
Nee
0 (2)
33
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Vraag
over een MVO
beleidsplan (in
wording).
Toelichting op vraag
Antwoord +toelichting
Score19
ISO 26000, de internationale MVOrichtlijn voor Maatschappelijke, biedt
hiervoor een structureel kader
www.nen.nl/iso26000.
10. Duurzaamheid/
MVO is geïntegreerd in
het HRM-beleid van
uw gemeente.
(Nieuwe vraag)
Ja/nee
Gedacht kan worden aan een
Duurzaamheid/MVO is niet
gedragscode, (bij)scholing, interne
geïntegreerd, hoewel er aan
evaluatie.
zaken als persoonlijke
ontwikkeling, flexibiliteit,
0 (1)
mobiliteit en gezondheid
worden wel vorm wordt
gegeven binnen het
personeelsbeleid.
Uw gemeente streeft in
haar personeelsbeleid
nadrukkelijk naar een
personeelssamenstellin
11. g die een evenredige
afspiegeling is van de
lokale samenleving
(diversiteitsbeleid).
(vraag 11 lijst People 2009)
Het is voor het ontwikkelings- en
migranten, maar ook andere groepen
Ja/nee (was “nee” in
2011)
in de samenleving deel kunnen
Het streven is er wel, maar er
nemen in het arbeidsproces. Dat
is de afgelopen 2 jaar weinig
vraagt soms om een investering,
nieuw personeel aangenomen
integratieproces wezenlijk dat
1
zoals het specifiek opleiden of
begeleiden van werknemers.
Binnen de
gemeentelijke
organisatie wordt
minimaal 40% van de
leidinggevende
12. functies in ingenomen
door vrouwen.
(vraag 13 lijst People 2009)
De overheid streeft naar gelijke
rechten, kansen, vrijheden en
verantwoordelijkheden in de
maatschappij voor vrouwen en
mannen. De overheid wil onder meer
dat meer vrouwen gaan werken en
meer vrouwen naar topfuncties
laten doorstromen. (ref.:
www.rijksoverheid.nl/vrouwenemanci
Nee (was ook “nee” in
2011)
Wel is het percentage
leidinggevende functies
binnen Wageningen
ingenomen door vrouwen
gestegen van 32 % in 2011
tot 38% in 2013.
0 (1)
(+1
omdat %
leidinggevende
vrouwen
wel
gestegen
is)
patie )
13. Het indienen van
ideeën en initiatieven
door het personeel
voor het verduurzamen
van de organisaties
wordt gestimuleerd.
(Nieuwe vraag)
Ja
De cultuur binnen de
gemeente Wageningen is
zodanig open dat dit altijd
kan, bijv. deelname aan
1
vegan challenge en ipv
kerstpakket €50 om te
besteden op kerstmarkt met
veel duurzame ondernemers.
14. Uw gemeente
evalueert jaarlijks in
hoeverre haar
inwoners tevreden zijn
over de gemeentelijke
dienstverlening
(vraag 8 lijst People 2009) Inwoners
zijn de belangrijkste
stakeholdergroep voor een
gemeente. Zie voor een
tevredenheidsonderzoek van de
inwoner als klant en/of als burger:
Ja (was ook “Ja” in 2011)
Jaarlijks wordt er een
klanttevredenheids onderzoek
gehouden bij balies en
1
loketten.
www.waarstaatjegemeente.nl
15. De gemeente
publiceert jaarlijks in
aanvulling op de
financiële
verantwoording een
duurzaamheidsversl
ag of maatschappelijk
jaarverslag.
(Nieuwe vraag)
Nee
Bij de jaarlijkse financiële
De gemeente publiceert
verantwoording (jaarrekening)
jaarlijks wel een
worden de MVO/
Burgerjaarverslag (2012) en
duurzaamheidsprestaties van de
Sociaal jaarverslag (2012),
gemeente gerapporteerd.
maar daar staat niets over
0 (1)
duurzaamheid in. Laatste
milieujaarverslag op website
34
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Vraag
Toelichting op vraag
Score19
Antwoord +toelichting
dateert van 2006.
Totaal Verankering (incl. correcties):
9 (22)
Vragenlijst 1.2: Burgerparticipatie
Vragen beantwoord door:
Erik van der Kruk (tijdelijke beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid)
Ine Botman (beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid): vraag 16, 26
Belinda Bonting (team beleid samenleving): vraag 18
Tjitske Zwerver (beleidsmedewerker Internationale Samenwerking en Communicatie): vraag 17
Esther Flens (wijkmanager Oost, West, Midden en Zuid): vraag 23
Ellen de Ruijter (beleidsmedewerker jeugd): vraag 24
Rabea Ubachs (…..?): vraag 19
P&O: vraag 25 (?)
Paul Volleman (senior beleidsmedewerker economische zaken: vraag 27
Maatschappelijke organisatie: Vrijwilligerscentrate (Astrid)
Vraag
Uw gemeente besteedt
structureel aandacht
aan het betrekken van
stakeholders
(belangengroepen) bij de
ontwikkeling van nieuwe
16. beleidskaders en
beleidsevaluaties, vooral
in het voortraject.
Toelichting op vraag
(Nieuwe vraag)
Antwoord + Toelichting
Ja
Structureel aandacht: er is een
Is onderdeel van het B&W-
formeel protocol/ richtlijn om
format. Er is een
belanghebbenden vroegtijdig uit
Klankbordgroep Milieu, Natuur
te nodigen om input/feedback te
en Duurzaamheid, maar deze
leveren, bijvoorbeeld in de vorm
komt weinig bij elkaar.
van een klankbordgroep.
Sommige maatschappelijke
organisaties geven aan dat ze
lang niet altijd betrokken
Score
3
(-1 want niet
voldoende
structureel)
worden bij relevant beleid en
dat het afhangt van
individuele ambtenaren en
hun eigen initiatief..
Uw gemeente beschikt
over een actuele
communicatiestrategie om inwoners
17.
te informeren én actief
te betrekken bij haar
activiteiten en
besluitvorming.
Uw gemeente heeft
beleid voor volwaardige
ondersteuning van
mantelzorg en
18. vrijwilligersondersteuning.
(Nieuwe vraag)
Ja
Actueel wil zeggen dat de
Gemeente heeft in 2013 de
communicatiestrategie jaarlijks
notitie “Burgerparticipatie”
geactualiseerd wordt.
vastgesteld. Het is de
bedoeling om hiermee burgers
beter en in een eerder
stadium bij beleidsvorming te
betrekken.
(vraag 17 lijst People 2009)
“De centrale vraag die de
gemeente zich zal moeten stellen:
hoe kunnen wij burgers
faciliteren en accommoderen
zodat zij hun zorg voor de
leefbaarheid van de buurt en de
zorg voor hun naasten kunnen
vormgeven”.
19. Uw gemeente draagt
structureel bij aan het
bevorderen van
maatschappelijk
betrokken
ondernemen (MBO).
20
1
Ja (was ook “ja” in 2011)
Er is beleid voor wijkgericht
werken (fysieke en sociale
leefbaarheid) en
2
ondersteuning van
mantelzorgers en vrijwilligers
20
(Nieuwe vraag)
Nee
Maatschappelijk betrokken
In het kader van de
ondernemen (MBO) is het
Participatiewet is wel nieuw
vrijwillig investeren van expertise,
beleid in ontwikkeling waar
menskracht, faciliteiten en
ook MBO onderdeel van
netwerken in de (lokale)
uitmaakt. Het bevorderen
(Ref: Factsheet Burgerparticipatie en de WMO - MOVISIE)
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
0 (2)
(+1
vanwege
organiseren
Beursvloer)
35
Vraag
Toelichting op vraag
Antwoord + Toelichting
samenleving. Ondersteuning bijv.
van MBO is dus nog niet
in de vorm van een MBO-platform
structureel, maar de
waarin de samenwerking tussen
gemeente ondersteunt wel
het bedrijfsleven en
initiatieven als bijvoorbeeld de
vrijwilligersorganisaties
Beursvloer.
Score
gefaciliteerd wordt.
Uw gemeente heeft
toegankelijke
informatie en
procedureregels voor het
20. agenderen van een
burgerinitiatief.
(vraag 4 lijst People 2009)
Via de website en gemeentegids
kan deze mogelijkheid voor
burgerparticipatie eenvoudig
toegankelijk worden gemaakt.
Toegankelijkheid van de
procedures kan ahv van feedback
of via een eenvoudige enquête
worden getoetst.
In de huidige
beleidsperiode is
minstens één
burgerinitiatief
21. (gerelateerd aan
duurzaamheid)
succesvol op de agenda
van de gemeenteraad
gekomen.
Uw gemeente praktiseert
een wijkgerichte
aanpak om inwoners
22.
actief te betrekken bij de
inrichting en zorg voor
hun eigen leefomgeving
In uw gemeente is een
structuur voor het
faciliteren van
duurzame burger23.
initiatieven opgezet.
Ja (was ook “ja” in 2011)
E.e.a. wordt uitgelegd in de
gemeentegids, via informatie
op de Digitale Balie van de
verordeningen. Alle
burgerinitiatieven worden
gearchiveerd
(Nieuwe vraag)
Actief beleid ter stimulering van
burgerinitiatieven heeft resultaat.
Nee
0 (1)
(Nieuwe vraag)
Voor informatie en inspiratie over
de wijkaanpak, zie het platform
voor wijkgericht werken:
Ja
2
www.lpb.nl
3
(Nieuwe vraag)
Hierbij kan gedacht worden aan
een structureel overleg met lokale
groepen, een vast aanspreekpunt
per thema (b.v. duurzame energie
of stadslandbouw) of een
(-1 want
Ja?
Vaste aanspreekpunten per
thema zijn aanwezig (?)
(digitaal) loket voor
het is niet
transparant
wie die
aanspreekpunten zijn
burgerinitiatieven
Uw gemeente
ondersteunt gedurende
deze collegeperiode een
'jongerenraad' of een
24. ander concreet en
structureel initiatief om
jongeren te betrekken
bij de gemeentelijke
politiek.
Uw gemeente spant zich
actief in om vrouwen te
betrekken bij politiek en
lokaal bestuur.
25.
1
gemeente website en via
en voor wat)
(vraag 7 lijst People 2009)
Betrekken van jongeren bij de
lokale politiek en beleid vraag om
extra inspanning. Ideeën hiervoor
en samenwerking kan gezocht
worden bij bijvoorbeeld het IPP,
de Nationale Jeugdraad of
Jongeren Milieu Actief.
Ja (was ook “ja” in 2011)
De gemeente probeert
jongeren bij de politiek te
betrekken d.m.v. de sinds
1
2006 bestaande
Jongerenraad.
(aanpassing vraag 12 lijst People
2009)
Millenniumdoel 3 – gelijke
rechten voor mannen en vrouwen.
Vergroten van de politieke
vertegenwoordiging van vrouwen
Nee (was ja/nee in 2011
maar dat ging om % vrouwen
0 (1)
in gemeenteraad + college)
is hier expliciet in opgenomen als
indicator.
Uw Gemeente draagt
26.
actief het belang van
(vraag 20 lijst People 2009)
Ja (was ook “ja” in 2011)
Iedereen doet mee. Art 1:
D.m.v. PR richting de
2
36
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Vraag
Art. 1 uit.
Toelichting op vraag
Antwoord + Toelichting
voorkomt en bestrijdt
inwoners en organisaties, en
discriminatie. Zie www.art1.nl
aansluiting bij het regionale
voor suggesties om hier aandacht
art. 1 bureau worden burgers
voor te genereren.
opgeroepen gevallen van
Score
discriminatie te melden.
Uw gemeente heeft het
fenomeen sociaal
ondernemerschap
omarmd en stimuleert
en ondersteunt
27. initiatieven op dit terrein
3
(Nieuwe vraag)
Bij een sociale onderneming staat
het maatschappelijk doel voorop.
e
Het wordt ook wel de 4 sector
genoemd: “Social Enterprises
nemen een positie in tussen de
overheid, commerciële bedrijven
en charitatieve instellingen”
Ja(?)
Sociale instellingen worden
actief betrokken bij bepaalde
projecten. Bijvoorbeeld het
Inloophuis Markt 17 en
filmhuis MovieW worden
betrokken bij de flexitariërcampagne.
(-1 omdat
sociale
instellingen
actief
betrekken
voor eigen
doeleinden
iets anders
is dan actief
omarmen)
Uw gemeente neemt
deel aan de benchmark
burgerparticipatie om
28. haar beleid mbt
burgerparticipatie te
monitoren en te
verbeteren.
(Nieuwe vraag)
Benchmark Burgerparticipatie is
een KING gecertificeerd
instrument om burgerparticipatie
Nee
0 (2)
in uw gemeente in beeld te
brengen en te verbeteren.
Totaal Burgerparticipatie (incl. correcties):
16 (24)
Vragen 1.3: Duurzaamheid & Samenleving
Vragen beantwoord door:
Erik Kruk (tijdelijke beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid)
Ine Botman (beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid): vraag 29-30; 34-35; 41
Auke Verhaaf (…?): vraag 31
Tjitske Zwerver (beleidsmedewerker IS en Communicatie): vraag 36-40; 42-45 (check 40 en 45)
Rabea Ubachs (…..?): vraag 32
Maarten v.d. Wijngaart (beleidsmedewerker monumentenzorg): vraag 33
Sanne Meelker (beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid): vraag 29
Vraag
29. Uw gemeente
ondersteunt
voorlichting en
bewustwording gericht
op het verduurzamen
van (consumptie)
gedrag van de eigen
inwoners.
Toelichting op vraag
Antwoord + Toelichting
Score
(Nieuwe vraag)
Hiervoor is een wereld aan
Ja
mogelijkheden, denk aan vaste
Bijvoorbeeld op het gebied
rubriek in lokale krant, thematafel
van energiebesparing, maar
bibliotheek, duurzame
ook op het gebied van voeding
krant/magazine op leestafel in
in de flexitariër-campagne. en
ontvangsthal (bijv.
de website Wageningen woont
www.debeterewereld.nl,
Duurzaam
2
www.wattis.nl, www.p-plus.nl )
30. Uw gemeente werkt
jaarlijks mee aan meer
dan één landelijke
actie om duurzaam
gedrag bij haar
inwoners te bevorderen
zoals Duurzame
Dinsdag,
klimaatstraatfeesten,
(Nieuwe vraag)
Voorbeelden van
publiekscampagnes met
mogelijkheden voor regionale
acties:
www.dagvandeduurzaamheid.nl
www.klimaatverbond.nl,
Ja
Dag van de duurzaamheid,
Nacht van de nacht. Soms
1
Europese mobiliteitsweek.
www.vereniginggdo.nl
37
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Vraag
Fairtrade-week e.d..
31. Samen met het
maatschappelijk veld is
er in uw gemeente
extra aandacht voor
kwetsbare groepen mbt
het stimuleren van
duurzaam en gezond
(consumptie) gedrag.
Toelichting op vraag
Antwoord + Toelichting
(Nieuwe vraag) Opleidingsniveau
Nee
en/of inkomensniveau is gerelateerd
Dit wordt gedeeltelijk
aan wel of niet duurzaam gedrag en
uitgevoerd in het kader van
het aantal gezonde levensjaren.
het minimabeleid. 1 van de
(bron: PBL: Monitor Duurzaam
actiepunten was de
Nederland 2011)
vergroening van de
32. Uw gemeente werkt
samen met werkgevers
aan een lokale en/of
regionale agenda
gericht op een
duurzame inzetbaarheid
van mensen.
(Nieuwe vraag)
Score
0 (2)
inkomensbrigade maar in
2011 is dit al stopgezet door
gebrek aan respons
Duurzame inzetbaarheid: Het
vermogen van de medewerker om
nu en in de toekomst toegevoegde
waarde te leveren voor een
(arbeids) organisatie en daarbij zelf
ook meerwaarde te ervaren. (Ref:
NEN - NPR 6070)
33. Uw gemeente houdt
haar ambities en
prestaties m.b.t. het
behoud van cultureel
erfgoed actueel.
Nee
In het kader van de
Participatiewet is nieuw beleid
in ontwikkeling waarbij
0 (2)
duurzame inzetbaarheid van
mensen met en zonder
handicap onderdeel is.
(Nieuwe vraag)
Bewustzijn van de eigen
geschiedenis en het waarderen van
het culturele erfgoed is belangrijk
om begrippen als welvaart en
Ja
W750, 5 mei
2
ontwikkeling in het perspectief van
tijd te plaatsen.
34. Uw gemeente is actief
lid van de vereniging
Gemeenten voor
Duurzame
Ontwikkeling (GDO).
(Nieuwe vraag)
GDO is een bestuurlijk netwerk
dat duurzame ontwikkeling dicht bij
huis en op lokaal niveau mogelijk
wil maken in samenwerking met
burgers, maatschappelijke
Nee
0 (1)
organisaties en het bedrijfsleven.
GDO speelt in op de energieke
samenleving en op nieuwe ideeën
over een circulaire economie.
(www.vereniginggdo.nl)
35. In het
duurzaamheidsbeleid
van de gemeente wordt
gerefereerd aan
mondiale
ontwikkelingen en
internationale
afspraken zoals de
Millenniumdoelen
36. Uw gemeente heeft zich
uitgeroepen tot
Millennium
Gemeente. De
gemeente onderkent
daarmee het belang
van internationale
afspraken en vertaalt
deze waar mogelijk
door naar lokaal beleid.
(Nieuwe vraag)
Op de laatste wereldtop over
duurzaamheid en ontwikkeling
(Rio+20) was er veel erkenning
voor het belang van lokale
overheden die daar hebben laten
zien wat zij doen en kunnen
Nee
Er is geen algemeen
duurzaamheidsbeleid. Wel
wordt in het klimaatbeleid
gerefereerd aan mondiale
ontwikkelingen en worden
millenniumdoelen
onderschreven.
0 (2)
(+1
vanwege
klimaatbeleid met
mondiale
doelen)
(aanpassing vraag 21 lijst People)
Een ‘Millennium Gemeente’ is een
gemeente die op één of meerdere
manieren actief is of wil worden in
Ja (was ook “ja” in 2011)
de internationale strijd tegen
In 2010 aangemeld als
armoede en dit bewust wil
Millennium-Gemeente.
uitdragen (bron: VNG).
Nog steeds actueel.
3 (0)
NB Post-2015 zullen de
Millenniumdoelen een vervolg
krijgen ivv Sustainable
Development Goals (SDG’s)
37. De gemeente speelt
(Nieuwe vraag)
Ja
2
38
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Vraag
een actieve rol bij
initiatieven waarbij
burgers, bedrijfsleven
en maatschappelijke
organisaties
samenwerken om
lokaal handelen
vanuit mondiaal
perspectief te
stimuleren.
38. Uw gemeente draagt de
titel Fairtrade
Gemeente of is bezig
om deze titel te
verkrijgen.
Toelichting op vraag
Antwoord + Toelichting
Denk aan het ondersteunen van een
Gemeente heeft een budget
platform, stichting, werkgroep,
van €5.000 beschikbaar voor
Team 2015 of andere groep die zich
de Millennium gemeente
bezighoudt met de invulling van de
campagne. Daaruit worden
lokale Millennium Gemeente
lokale initiatieven op dit vlak
campagne.
gefinancierd, bijv. duurzame
Score
markt en war child actie
(aanpassing vraag 18 lijst Profit
Nee (was “ja” in 2011)
2009)
Nee, Wageningen is formeel
Om Fairtrade Gemeente te worden,
geen Fair Trade gemeente,
moeten de gemeente en haar
hoewel ze bijna aan de criteria
inwoners actief zijn in het
voldoen. Werkgroep met
bevorderen van eerlijke handel. Zie
studenten is opgehouden.
voor de criteria waaraan voldaan
Gemeente kan wel
moet worden
burgerinitiatieven steunen
www.fairtradegemeente.nl
maar heeft geen tijd om zelf
0 (3)
actie te ondernemen.
39. Uw gemeente heeft in
haar jaarlijkse
begroting structureel
een budget voor het
bevorderen van
mondiaal burgerschap/
duurzaam gedrag
gereserveerd.
(aanpassing vraag 23 lijst People
Ja (was ook “ja” in 2011)
2009)
In 2013 is € 17.715 in de
0,5 euro – 1 euro per inwoner was
gemeentebegroting
in veel gemeenten richtlijn voor het
gereserveerd voor IS. Plus
budget internationale
€5.000 voor de Millennium
samenwerking (IS).
Gemeente campagne, totaal
€22.715, ongeveer € 0,61 per
inwoner. Dit is wel minder dan
1
in 2011: €35.000 (€0,95 per
inwoner) en 2005: €79,525
€2,25 per inwoner. Gemeente
kan net in stand houden wat
er is, zelf geen nieuwe
activiteiten ontplooien.
40. Uw gemeente besteedt
een gedeelte van dit
budget aan
voorlichting en
bewustwording met
betrekking tot mondiale
vraagstukken.
(Vraag 25 lijst People 2009)
Bijvoorbeeld budget voor de lokale
Ja (was ook “ja” in 2011)
invulling van het predicaat
D.m.v. het verlenen van
Millennium Gemeente. Door te
subsidies aan lokale
investeren in voorlichting en
organisaties; activiteiten
bewustwording kan de gemeente
Wageningen Millennium
zorgen voor een groter draagvlak
Gemeente. Zie vraag 36.
1
voor internationale samenwerking.
41. In uw gemeente zijn
jongeren een
uitgesproken doelgroep
voor activiteiten gericht
op (mondiaal)
burgerschap en de
bevordering van
duurzaam gedrag.
(Nieuwe vraag)
Nee
Geen beleid om bijv.
Jongerenraad bij campagnes
te betrekken. Wel doet
studenten-huisvester Idealis
e.e.a. aan bevordering
0 (1)
duurzaam gedrag en probeert
de gemeente studenten te
betrekken bij de
flexitariërcampagne
42. In uw gemeente heeft
een ambtenaar met de
invulling van het
predicaat Millennium
Gemeente en/of het
(aanpassing vraag 22 lijst People
2009)
Bij grote gemeenten is dat vaak een
aparte ambtenaar, bij kleinere
gemeenten is dit vaak verwerkt in
Ja (was ook “ja” in 2011)
In 2013 15 uur/week (0,41)
voor IS; vanaf 2014 11
1
uur/week (=0,3)
39
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Vraag
bevorderen van
mondiaal burgerschap
in zijn of haar
takenpakket.
43. Uw gemeente is
betrokken bij
activiteiten die direct
bijdragen op
internationaal niveau
aan het behalen van
Millenniumdoelen.
44. Uw gemeente is lid van
één of meerdere
internationale
samenwerkingsverbanden ter
bevordering van
duurzame ontwikkeling.
Denk aan ICLEI
(International Council
for Local Environmental
Initiatives) en het
zogeheten Convenant
of Mayors
Toelichting op vraag
Antwoord + Toelichting
Score
een functie van de afdeling
voorlichting. In dat geval moet toch
wel een taakomschrijving en uren
beschikbaar zijn.
Ja
Bijvoorbeeld door steun aan
Gemeente ondersteunt de
projecten in ontwikkelingslanden.
Stichting Samenwerking
Wageningen Ndiza jaarlijks
1
met een financiële bijdrage
voor projecten in Ndiza
(Rwanda)
(vraag 24 lijst People 2009)
ICLEI is de internationale
vereniging van lokale overheden die
0 (2)
zich inspant om opvolging te geven
aan internationale afspraken met
Nee (was ook “nee” in 2011)
betrekking tot milieu en
Toelichting 2011:
vanwege
ontwikkeling (Agenda 21). De
De gemeente is wel lid van
lidmaat-
Éuropean Sustainbal Cities en
VNG-International. Via het
Towns campaign maakt hier deel
klimaatverbond is de
vanuit. www.iclei-europe.org
gemeente wel geassocieerd lid
samen-
www.sustainable-cities.eu
van Energie Cités (150 landen,
werkings-
Het Burgemeestersconvenant is
>500 steden). De gemeente
de algemene Europese beweging
acht net niet zinvol om ook
waarin lokale en regionale
actief te zijn in andere
die alleen
overheden deelnemen door vrijwillig
internationale
betrekking
toe te zeggen de energie-efficiëntie
klimaatcontacten
op klimaat/
en het gebruik van duurzame
(+1
schap
andere
verbanden,
al hebben
energie)
energiebronnen op hun grondgebied
te verhogen.
www.burgemeestersconvenant.eu
45. Uw gemeente of de
door uw gemeente
gesteunde organisaties,
onderhouden één of
meer relaties met
andere gemeenten in
ontwikkelingslanden
en/of Europese
transitielanden.
(aanpassing vraag 26 lijst People
2009)
Uitwisselingsprogramma’s, peer-topeer contacten, e.d. leveren in de
regel aan twee kanten winst op.
(Zie VNG-International en NCDO)
Ja (was ook “ja” in 2011)
Projectrelatie met Ndiza in
Rwanda); Stedenband relaties
met Morfelden-Walldorf
2
(Duitsland) en Gödöllö
(Hongarije).
Totaal Duurzaamheid & Samenleving (incl. correcties):
18 (29)
40
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Bijlage 2 - Vragenlijst Planet
In deze vragenlijst ligt het accent op de ecologische dimensie van duurzame ontwikkeling.
De Planet vragenlijst bestaat uit drie thema’s:
1) Klimaat & Energie,
2) Natuur & Water
3) Afval & Vervuiling
Vragenlijst 2.1: klimaat en energie
Vragen beantwoord door:
Erik Kruk (tijdelijke beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid)
Ine Botman (beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid): vraag 1-20
Sanne Meelker (beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid): vraag 1, 12, 16
Auke Verhaaf (…): vraag 13
1.
Vraag
Toelichting op vraag
Deze vraag doelt op al het
Antwoord +
toelichting
Ja/Nee (was ook
“ja/nee” in 2011)
Uw gemeente heeft
meetbare doelen
gesteld voor
energiebesparing
bij de gebouwen in
gemeentelijk
eigendom en/of
beheer.
(vraag 1 lijst Profit 2009)
energiegebruik waar de gemeente
Eigenlijk “nee”, maar de
direct of indirect de financiële
gemeente is er wel actief
lasten voor draagt. Dus behalve
mee bezig. Voor de eigen
het gemeentehuis en
huisvesting wordt gewerkt
gemeentelijke diensten vallen
aan nieuwbouw en verbouw
hieronder eveneens scholen,
met
welzijnscentra, gymzalen en
duurzaamheidsmaatregelen
dergelijke waarvan de
en voorbereiding op
energierekening via het
energieneutraal. Voor de
gemeentefonds wordt betaald (en
rest van het vastgoed wordt
waarvoor dus eisen gesteld
onderzocht wat de
kunnen worden).
consequenties zijn van
Score21
2
energieneutraal ter
voorbereiding op
besluitvorming erover. De
gemeente betaalt geen
energierekeningen van
scholen uit het
gemeentefonds.
2.
Uw gemeente draagt
zorg om zelf als
organisatie uiterlijk in
2015
klimaatneutraal te
zijn.
(vraag 2 lijst Profit 2009)
Ja (was ook “ja” in 2011)
Klimaatneutraal, of beter CO2-
Eigenlijk nee, maar wel
neutraal, betekent dat de netto
geheel of grotendeels in
CO2-uitstoot van de eigen
2016. In 2011 was de
bedrijfsvoering gelijk is aan 0.
ambitie nog 2012 maar deze
Stappen plan volgens logica Trias
is bijgesteld i.v.m. de
Energetica (besparen, gebruik
“vernieuw”bouwplannen van
duurzame energie, compensatie
het stadshuis, omdat men
fossiele energie).
daar alles aan wil koppelen
3
(-1 omdat
ambitie naar
beneden is
bijgesteld)
(o.a. de compensatie)
3.
21
CO2-monitoring: uw
gemeente berekent
(Nieuwe vraag)
Nee
Hierbij gaat het erom dat de
Eigenlijk ja, want we werken
0 (1)
Aantal punten dat deze vraag oplevert; als een vraag negatief beantwoord wordt tussen haakjes het aantal punten
dat een “ja” had opgeleverd.
41
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
4.
Vraag
Toelichting op vraag
Antwoord +
toelichting
jaarlijks de CO2
productie door de
eigen (gemeentelijke)
organisaties (CO2footprint) en maakt
de resultaten
publiekelijk
toegankelijk
gemeente dit minimaal, op basis
met de milieubarometer,
van globale modellen22. Een
maar deze wordt (nog) niet
instrument dat hiervoor door veel
goed bijgehouden.
Uw gemeente wekt >
20% van de eigen
benodigde energie
zelf duurzaam op.
(Nieuwe vraag)
Score21
overheidsorganisaties wordt
gebruikt is de
Milieubarometer23.
Nee
Geen 20%, maar wel dak
van Stadswerf vol
0 (2)
(+1 voor
zonnepanelen en plan voor
inspanningen
WKO en zonnepanelen op
op dit gebied)
vernieuwbouw stadhuis
5.
Uw gemeente heeft
een actueel
klimaatbeleidsplan
en geeft hieraan een
hoge prioriteit.
Uw gemeente heeft
het potentieel aan
lokale duurzame
energieproductie
binnen haar grenzen
in kaart gebracht.
Uw gemeente heeft
meetbare doelen
gesteld voor het
aandeel van het lokale
energieverbruik dat
afkomstig moet zijn
van hernieuwbare
energiebronnen
(zon, wind, biomassa,
waterkracht,
aardwarmte).
Er is structureel
budget gereserveerd
op de begroting voor
het klimaatbeleid.
6.
7.
8.
(vraag 1 lijst Planet 2009)
Actueel wil zeggen dat het
aansluit op de afspraken die zijn
neergelegd in het lokaal
Ja (was ook “ja” in 2011)
Klimaatplan 2013 - 2016
2
klimaatbeleid 2011-2014.
(Nieuwe vraag)
Ja
Denk aan energie uit wind, zon,
Via onderzoek door
aardwarmte en biomassa.
BuildDesk dat mede de basis
Voor zonne-energie zie
vormt voor de Routekaart
bijvoorbeeld www.zonatlas.nl.
‘Wageningen
1
klimaatneutraal in 2030’
(vraag 10 lijst Planet 2009)
De huidige regering ambieert een
aandeel van hernieuwbare
energiebronnen van 16% in
Ja (was ook “ja” in 2011)
2020. Gemeenten kunnen eigen
Meetbare doelen zijn
ontwikkelingsambities vaststellen
opgenomen in de door de
het op basis van hun eigen
raad vastgestelde
potentieel.
Routekaart.
(vraag 4 lijst Planet 2009)
Ja (was ook “ja” in 2011)
Bij een structureel budget wordt
In de meerjarenbegroting is
er niet jaarlijks een afweging
structureel budget
gemaakt maar is het een vast
opgenomen voor
onderdeel van het budget voor
klimaatbeleid, conform een
minimaal een periode van 4 jaar.
raadsbesluit in 2008 (zie de
2
2
Routekaart)
9.
10.
22
23
Uw gemeente heeft
een ambtenaar in
dienst die specifiek
aanstuurt op
energiebesparing/
duurzame energie/
klimaatbeleid.
Uw gemeente
(vraag 6 lijst Planet 2009)
Ja (was ook “ja” in 2011)
Meestal is deze persoon de
3 Fte wordt structureel
energiecoördinator of
ingezet op het thema
klimaatcoördinator. Dit kan ook in
klimaat. Daarnaast zijn
samenwerking met
diverse medewerkers binnen
buurtgemeenten zijn.
hun eigen takenpakket met
1
klimaat bezig.
(vraag 7 lijst Planet 2009)
Internationale GreenHouseGas (GHG) protocol
www.milieubarometer.nl/kantoor
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Ja (was ook “ja” in 2011)
1
42
11.
Vraag
Toelichting op vraag
Antwoord +
toelichting
communiceert
klimaatproblematiek
breed naar haar
inwoners om daarbij
steun en verbreding
zoekend voor haar
klimaatbeleid. Dit uit
zich in jaarlijks
minimaal één
voorlichtingsactiviteit gericht op
het brede publiek.
In uw gemeente loopt
een programma op
scholen/
onderwijsinstelling
en gericht op klimaat
en energie.
Klimaatvoorlichting kan worden
Meerdere malen per jaar
vormgegeven door bijvoorbeeld
voorlichting over wisselende
een pagina/artikel in de lokale
klimaatthema’s
krant, publieke deelname aan
(voorlichtingsavonden,
acties als bijvoorbeeld warme
marktkramen, publicaties
truiendag, klimaatstraatfeest
etc.).Regelmatig informatie
etcetera.
op de gemeentepagina in de
Score21
(+1 voor
verkiezing tot
solar city
2013)
lokale krant. Plus
wageningen.nl/klimaat.
(vraag 8 lijst Planet 2009)
een diversiteit aan projecten om
Ja/nee (was “ja” in
2011)
leerlingen actief bezig te laten
Wel aanbod via Het Groene
gaan met klimaatproblematiek en
Wiel maar daar wordt wel op
mogelijkheden voor
bezuinigd.
Scholen kunnen deelnemen aan
1
energiebesparing.
12.
Uw gemeente
stimuleert actief
energiebesparende
maatregelen bij haar
inwoners (en
huiseigenaren).
(vraag 9 lijst Planet 2009)
Ja (was ook “ja” in 2011)
'Gemeenten spelen een
Op diverse wijzen (zie vraag
belangrijke rol bij de
10) worden inwoners en
communicatie over energie en
huiseigenaren aangespoord
milieu in het dagelijks leven.' Er
tot energiebesparing, o.a.
is een groeiende markt van
via een project voor
producten en diensten om
energie-neutrale woningen
gemeenten hierin te
en energie-neutrale wijken.
ondersteunen.
Er zijn ook
1
voorlichtingsbijeenkomsten,
aparte website, podium
bieden aan goede
voorbeelden, premieregeling
voor energieadvies in de
maak, jaarlijkse huis aan
huis krant duurzaam wonen.
13.
Uw gemeente
ondersteunt bij
minima de
mogelijkheden voor
energiebesparing.
(vraag 18 lijst People 2009)
mogelijkheden:
Nee/ja (was “ja” in
2011)
Direct: verstrekking van
Het Team Energie en Afval
energieadvies, bijzondere
(re-integratieproject 24)
bijstand inzetten voor A-label
stimuleert tot
apparatuur, etcetera.
energiebesparing, maar dit
Indirect: actief beleid om de
komt niet goed van de
slechtste energielabels (E,F,G)
grond. De Woningstichting is
met dus de hoogste energielasten
bezig met aanpak van
versneld aan te laten pakken door
woningen met lage energie-
corporaties en particuliere
labels.
Hiervoor is er een breed scala aan
0 (1)
verhuurders.
14.
24
In uw gemeente is
sprake van een
actieve en
gestructureerde
Overleg met maatschappelijke
Ja/nee (was “nee” in
2011)
organisaties, bedrijfsleven,
Eigenlijk als in 2011: niet
woningcorperaties en andere
structureel, maar wel ad hoc
(vraag 11 lijst Planet 2009)
1
Mensen met uitkering geven tips aan mensen in huurwoningen, maar team is wisselend en goede mensen vinden
snel een baan
43
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Vraag
Toelichting op vraag
Antwoord +
toelichting
samenwerking met
verschillende
belangengroepen op
het gebied van
klimaat/energiebeleid.
stakeholders is van wezenlijk
contacten en samenwerking
Score21
belang om lokaal klimaatbeleid
vorm te geven. Dit kan in de
vorm van een lokaal of regionaal
platform. Gestructureerd doelt op
een formeel terugkerend overleg
met agenda en notulering.
15.
Uw gemeente is lid
van het
Klimaatverbond.
(vraag 12 lijst Planet 2009)
De Vereniging Klimaatverbond
Nederland) is een organisatie van
gemeenten die ondersteuning
Ja (was ook “ja” in 2011)
1
biedt en samenwerking bevordert
rond lokaal klimaatbeleid.
(www.klimaatverbond.nl
16.
Uw gemeente
stimuleert en
faciliteert particulieren
bij het opzetten van
lokale
(zelfleverings)
Duurzame Energie
productie.
(Nieuwe vraag)
Ja
Mogelijke rol van gemeenten: bij
Gemeente bracht partijen bij
elkaar brengen van partijen,
elkaar wat leidde tot
kennisoverdracht, lobby voor
Regionaal Duurzaam Energie
saldering, co-creatie.
Bedrijf en probeert dit
Ref: Lokale Klimaat Agenda
initiatief te ondersteunen.
2011-2014
We hebben een actieve rol
gehad in het ontstaan van
Coöperatie Vallei Energie /
2
hebben een lokale coalitie
voor duurzaam
energieneutraal wonen
opgezet / dagen uit tot het
ontwikkelen van e-neutraal
renovatie concepten met De productie
17.
18.
19.
Uw gemeente neemt
deel aan de Lokale
Klimaatagenda en
bijbehorende
klimaatmonitor van
Rijkswaterstaat –
Leefomgeving.
CO2-monitoring: uw
gemeente berekent
jaarlijks de CO2
productie door
burgers, bedrijven en
de eigen
(gemeentelijke)
organisaties (CO2footprint) en maakt
de resultaten
publiekelijk
toegankelijk
De CO2-footprint
van uw gemeente is
de laatste drie jaar
aantoonbaar met
minstens 5%
afgenomen.
(Nieuwe vraag)
Welke partijen al deelnemen aan
de LKA is te zien in de
Klimaatmonitor op een landkaart
www.klimaatmonitor.databank.nl
(vraag 3 lijst Planet 2009)
Hierbij gaat het erom dat de
gemeente dit doet op basis van
erkende (globale) modellen
(Internationale GreenHouse Gas
(GHG) protocol). Zie
www.meermetminder.nl en www
Klimaatmonitor.databank.nl
Ja
We nemen deel aan de LKA
en zijn actief in twee Thema
1
Teams en een Leergroep.
Ja (was ook “ja” in 2011)
‘Energie in Beeld’ van
Alliander wordt daarvoor
gebruikt. Voor iedereen te
gebruiken via
www.wageningen.nl/klimaat
1
. Voor de gemeentelijke
organisatie is de intentie om
de Milieubarometer te
gebruiken, is nog niet
publiek toegankelijk.
(Nieuwe vraag)
Nee
Resultaat lokaal klimaatbeleid,
De CO2-uitstoot is helaas in
zichtbaar door CO2-monitoring.
de periode 2008 – 2012 met
2 % gestegen, door
0 (1)
toename van bedrijven en
huishoudens. Het
gemiddelde energiegebruik
44
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Vraag
Toelichting op vraag
Uw gemeente heeft de
ambitie om binnen
een vastgestelde
termijn een
klimaatneutrale
gemeente te
worden.25
(Vraag 2 lijst Planet 2009)
Antwoord +
toelichting
Score21
is wel iets gedaald.
20.
In een klimaatneutrale gemeente,
beter aangeduid met CO2 -
Ja (was ook “ja” in 2011)
neutrale gemeente, is de netto
De ambitie is om in 2030
CO2 -uitstoot gelijk aan 0.
een klimaatneutrale stad te
Energiebesparing, duurzame
zijn.
3
energie en compensatie zijn
middelen om dit doel te bereiken.
Totaal Klimaat en Energie (incl. correcties):
26 (30)
Vragenlijst 2.2: Natuur & Water
Vragen beantwoord door:
Erik Kruk (tijdelijke beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid)
Ine Botman (beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid): vraag 29 en 35
Rik Huiskes / Dennis (?) (….?): vraag 21, 23-28
Ronald Gordijn (adviseur gemeentesecretaris): vraag 37
Wilma Pol (…): vraag 30
Richard van Vliet (teammanager ingenieursbureau): vraag 31 t/m 34; 36
Richard Veldman (projectleider): vraag 22
Ronald Busman (voorzitter Wageningse Milieu Organisaties): vraag 21-30
21.
Vraag
De gemeente geeft
binnen haar beleid met
betrekking tot
groenbeheer expliciet
ruimte aan ecologisch
beheer.
Toelichting op vraag
(vraag 13 lijst Planet 2009)
Antwoord +toelichting
Ja (was ook “ja” in 2011)
Bekende voorbeelden zijn
Wageningen is sinds 1-1-2013
ecologisch berm- en
niet meer in het bezit van het
oeverbeheer waar ruimte wordt
certificaat Goud van de
3
gegeven aan natuurlijke
Barometer Duurzaam
(-1
ontwikkeling en gestreefd wordt
Terreinbeheer. E.e.a. als gevolg
naar een vergroting van de
van bezuinigingen. Het is wel
biodiversiteit.
de intentie dat hetzelfde niveau
van milieu-ontlastende
Score
vanwege
verlies
certificaat
goud)
werkwijzen m.b.t. het
groenbeheer wordt
gecontinueerd.
22.
In uw gemeente is een
bomenbeleid
vastgesteld en in
uitvoering.
(vraag 14 lijst Planet 2009)
Ja (was “nee” in 2011)
Het gaat om de combinatie van
Het college heeft in de
beleidsuitgangspunten wat
Bomenverordening
betreft bescherming- en
beleidsregels vastgesteld met
voorwaarden voor kappen van
voorwaarden voor de verlening
bomen en hoe deze worden
van een vergunning tot kap en
uitgevoerd en toegepast in de
tot aanwijzing van
praktijk.
monumentale bomen.
Daarnaast is in het (concept)
Groenbeleidsplan h.e.e.a.
2
(-1 omdat
er geen
echt
bomenbeleidsplan
is)
verwoord. Er is geen
bomenbeleidsplan vastgesteld.
23.
25
In uw gemeente is een
beleidsambtenaar die
natuur- en
biodiversiteitbehoud in
(vraag 15 lijst Planet 2009)
Sommige grotere gemeenten
Ja (was ook “ja” in 2011)
hebben een 'eigen'
Ecololoog
1
bioloog/ecoloog. In kleinere
Ambitie voor klimaatneutrale gemeentelijke organisatie is opgenomen in lijst PROFIT
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
45
Vraag
zijn of haar
takenpakket heeft.
Toelichting op vraag
Antwoord +toelichting
Score
gemeenten is het ook mogelijk
om, bijvoorbeeld in gewestelijk
verband, te werken met een
ambtenaar die specifiek natuur
en biodiversiteit in de gaten
houdt.
24.
Uw gemeente heeft
beschikking over een
actueel overzicht van
plant-(flora) en
diersoorten (fauna)
binnen haar grenzen.
(vraag 16 lijst Planet 2009)
Ja (was ook “ja” in 2011)
De gemeente dient hiertoe een
De gemeente is geabonneerd
inventarisatie van de
op de Nationale databank flora
voorkomende plant- en
en fauna (NDFF), maar deze
diersoorten binnen de
geeft alleen een totaal
gemeentegrenzen in bezit te
inventarisatie en geen details
hebben. Die inventarisatie kan
over de locatie van bijzondere
heel goed samen met (lokale)
soorten.
1
natuurgroepen gedaan zijn.
25.
Uw gemeente voert
expliciet een ‘bijvriendelijk’ beleid.
(Nieuwe vraag)
Achtergronden en mogelijke
bijdragen van lokale overheden
is te vinden op de website van
Nee
0 (2)
de Bijenstichting:
www.bijenlint.nl
26.
De gemeente houdt de
'rode lijstsoorten' bij
die binnen de
gemeentegrenzen
voorkomen.
(vraag 17 lijst Planet 2009)
Rode lijsten zijn in de
natuurbescherming lijsten van
planten en dieren die bedreigd
worden met uitsterven en
daarom wettelijk een
beschermde status hebben
gekregen. Voor de gemeente is
het van belang om te weten
waar mogelijk 'rode lijstsoorten'
zich bevinden, bijvoorbeeld in
verband met bouwplannen of
Nee/ja (was “nee” in 2011)
De gemeente gebruikt wel de
Nationale databank flora en
fauna (NDFF), maar deze geeft
geen details over de locatie.
Vroegere “natuurwaardenkaart”
0 (1)
waarop locaties wel
aangegeven werden i.s.m.
natuurorganisaties niet meer in
gebruik
infrastructurele werken.
27.
28.
De gemeente zet zich
actief in om de
leefomgeving van
beschermde dieren
en planten veilig te
stellen en/of te
verbeteren.
Uw gemeente
compenseert bij het
uitvoeren van
bouwplannen verloren
gegaan groen door
elders natuurfuncties te
versterken.
(Vraag 18 lijst Planet 2009)
Inspanningen voor behoud van
Ja? (was “nee” in 2011)
de lokale biodiversiteit zijn
Momenteel wordt er bijv.
bijvoorbeeld het graven van
gewerkt aan het realiseren van
poelen voor amfibieën of het
de Noordelijke Ecologische
aanleggen van ecoducten.
Verbindingszone.
2
(-1 omdat
dit beter
en actiever
zou
kunnen)
(vraag 19 lijst Planet 2009)
Er bestaan voorbeelden van
geïntegreerde
gebiedsontwikkelingen waarbij
de bouw als financiële drager
dienstbaar is aan het
Nee/ja (was “nee” in 2011)
Indien mogelijk of vereist
0 (1)
vanuit natuurwetgeving….
versterken van natuurfuncties
(groen en blauw).
29.
Uw gemeente heeft
beleid/ project om de
aanleg van ‘groene
daken’ te stimuleren.
(nieuwe vraag)
Groene daken of
vegetatiedaken zijn platte of
Nee
0 (1)
hellende daken met begroeiing
(ref: wikipedia).
30.
Uw gemeente
stimuleert
stadslandbouw en/of
(nieuwe vraag)
Nee
Het onderwerp heeft wel de
0 (2)
aandacht, maar is nog niet
46
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Vraag
de aanleg van dorpsof wijktuinen (op
braakliggende
gronden’)
Toelichting op vraag
Uw gemeente beschikt
zelf of in regionaal
verband over een
integraal plan voor
duurzaam
waterbeheer dat is
samengesteld met
grote betrokkenheid
van maatschappelijke
organisaties,
bedrijfsleven en andere
instellingen.
(vraag 23 lijst Planet 2008)
Antwoord +toelichting
Totaal Natuur (vr 21-30 + vr 35, incl. correcties):
31.
Score
vertaald in concrete acties
Duurzaam waterbeheer brengt
Ja (was ook “ja” in 2011)
alle aspecten van het
Bij het vijfjaarlijks herzien/
watergebruik en -beheer samen
opstellen van het Waterplan
in één integraal waterplan.
wordt in elk geval rekening
Daarmee geeft uw gemeente
gehouden met de laatste
aan hoe 'water' een rol speelt in
ontwikkelingen en inzichten op
alle beleidsvelden, wat haar
het gebied van de
ambities zijn en hoe het
klimaatontwikkeling, ervaringen
samenspel is met de burgers,
die (elders) zijn opgedaan en
bedrijven, waterschappen,
eventuele inbreng vanuit het
zuiveringsschap en andere
Waterschap Vallei en Eem.
8 (18)
2
betrokkenen.
32.
Uw gemeente gaat in
het waterbeheer uit van
de trits 'vasthouden,
bergen, afvoeren'.
(vraag 27 lijst Planet 2009)
Het waterbeheer, volgend op de
adviezen van de Commissie
Waterbeheer 21ste eeuw, gaat
uit van deze trits. Water
vasthouden doe je bijvoorbeeld
door ervoor te zorgen dat
afstromend regenwater eerst in
een plantsoen of open grond
terechtkomt.
'Bergen' betekent dat de
Ja (was ook “ja” in 2011)
Zie waterplan. Bij de meeste
projecten in nauw overleg met
1
het Waterschap.
gemeente zorgt voor voldoende
ruimte om (pieken) afstromend
water op te vangen,
bijvoorbeeld in ruime sloten
met een langzaam oplopend
talud. Afvoeren naar elders.
33.
Uw gemeente heeft, bij
de aanleg van stoepen,
wegen en
parkeerplaatsen, een
beleid gericht op het
zoveel mogelijk 'open'
houden van de bodem
zodat regenwater kan
infiltreren.
(vraag 28 lijst Planet 2009)
Sommige wijken lijken wel
totaal verhard te zijn. Het
regenwater kan maar één kant
op en dat is het riool in. Dat
kan anders. Bijvoorbeeld door
stoepen wat minder breed te
Ja (was ook “ja” in 2011)
1
Ja (was ook “ja” in 2011)
1
maken, door openbaar groen te
stimuleren waar afstromend
water ook in kan lopen, door op
parkeerplaatsen materiaal te
gebruiken dat ruimte open laat
voor vegetatie.
34.
Verharde oppervlakten
in uw gemeente worden
gecompenseerd met
mogelijkheden voor
extra wateropvang.
(vraag 29 lijst Planet 2009)
Een uitwerking van 'ruimte voor
water' is dat bij de aanleg van
een verhard oppervlak (een
wijk, weg, kassencomplex of
iets anders), compensatie
plaatsvindt in de vorm van
wateropslag.
De gemeente kan berekenen
47
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Vraag
Toelichting op vraag
Antwoord +toelichting
Score
Totaal Water (vr 31-34 + vr 36, incl. correcties):
(vraag 21 lijst Planet 2009)
Ja (was ook “ja” in 2011)
5 (6)
om hoeveel water het gaat en
ervoor zorgen dat dit water
binnen het gebied wordt
opgevangen. Deze compensatie
wordt primair binnen het
plangebied gezocht en pas
secundair buiten dat gebied.
35.
Uw gemeente heeft een
structureel budget voor
'Leren voor Duurzame
Ontwikkeling’/ Natuur
en Milieu Educatie'
Educatie is een belangrijke
Dit loopt via het Wageningse
verbindende schakel
NME-centrum ‘Het Groene
beleidsdoelstellingen en de
Wiel’. Er wordt wel op het het
burger op het gebied van
Groene Wiel bezuinigd, maar de
duurzame ontwikkeling
inzet is om ‘Het Groene Wiel’
2
zoveel mogelijk te behouden.
36.
Uw gemeente heeft de
mogelijke gevolgen van
klimaatverandering in
kaart en de benodigde
maatregelen voor
adaptatie gebracht.
(vraag 22 lijst Planet 2009)
Nee/ja (was “nee” in 2011)
Klimaatverandering zal invloed
Er is wel aandacht voor
hebben op ruimtelijke en
klimaatadaptatie o.a. op het
stedenbouwkundige plannen,
gebied van water en riolering,
waterbeheer en
Vooral voor een evt. stijging
gezondheidszorg. Gemeenten
van de waterstand in de Rijn en
en rijk zijn bezig de
wat hiervan de gevolgen zijn
verschillende opties voor
voor de waterwerken
adaptatie te inventariseren.
bijvoorbeeld dijkversterking
0 (1)
(Grebbedijk Deltadijk). Er is
geen integraal overzicht of
beleid.
37.
Uw gemeente geeft
structureel aandacht
aan natuur- en
milieubescherming bij
het opstellen en
evalueren van
rampenplannen.
(Nieuwe vraag)
Denk aan:
-
Bufferzones
-
Preventie en Bestrijding
van bos- en natuurbranden
-
In kaart brengen van
milieubedreigingen
Ref: www.eco-xxi.nl , indicator
10
Nee
Het opstellen van
rampenplannen is geen
gemeentelijke taak meer maar
0 (1)
(niet meegerekend
omdat niet
is opgedragen aan de
meer
Veiligheidsregio’s en wordt
onder
vastgesteld door het bestuur
van de veiligheidsregio
Totaal Natuur en Water (vr 21-36, incl. correcties):
beheer
gemeente
13 (24)
Vragenlijst 2.3: afval en vervuiling
Vragen beantwoord door:
Erik Kruk (tijdelijke beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid)
Theo Balk (Concernafdeling Ruimte, Team Beleid): vraag 41
Sjaak Hendriks (…?): vraag 42-43
Rike van der Wiel (beleidsmedewerker milieu en duurzaamheid): vraag 44 t/48; 50
Richard van Vliet (teammanager ingenieursbureau): vraag 38-39
Richard Rütenfrans (manager team stadsbeheer): vraag 40
Vraag
38. In uw gemeentelijk
rioleringsplan wordt
consequent uitgegaan van
de trits 'preventie,
scheiden, zuiveren'.
Toelichting op vraag
Antwoord +toelichting
Score
(vraag 24 lijst Planet 2009)
Voor een positief antwoord
zal de trits 'preventie,
Ja (was ook “ja” in 2011)
scheiden en zuiveren' heel
Er wordt vooral ingezet op
duidelijk aangegeven
infiltratie van regenwater
2
worden in beleid en
uitvoering rond
48
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Vraag
Toelichting op vraag
Antwoord +toelichting
Score
rioleringsplannen.
39. In uw gemeente is waar
mogelijk de afvoer van
regenwater losgekoppeld
van het rioleringssysteem.
(Nieuwe vraag)
Ja
Ca 30% van alle verhard
oppervlak voert niet af naar de
riolering. Bij vervanging van het
gemengde rioleringssysteem
1
wordt afgewogen of afkoppelen
kosteneffectief mogelijk is en zo
ja, dan wordt het systeem
aangepast
40. Uw gemeente gebruikt
geen chemische
bestrijdingsmiddelen bij
groenbeheer en praktiseert
Duurzaam Onkruid Beheer
(DOB) toe op verhardingen.
(vraag 20 lijst Planet 2009)
Een belangrijk argument
tegen het gebruik van
bestrijdingsmiddelen is dat
Ja (was ook “ja” in 2011)
resten ervan vaak in het
Zie ook vraag 21
2
oppervlakte -en grondwater
en slib worden
aangetroffen.
41. Uw gemeente heeft een
actueel overzicht van
bodemkwaliteit en
mogelijke risicogebieden
42. Uw gemeente monitort het
niveau van de
luchtkwaliteit van de
gemeente, in ieder geval
rond bedrijven (terreinen)
en wegen.
43. Uw gemeente heeft
geluidlast in kaart
gebracht (geluidskaarten)
en een actueel beleidsplan
voor geluidreductie en/of
behoud van rust (behoud
kwaliteit)
44. Uw gemeente beschikt over
een duurzaam afvalbeleid
waarin het bevorderen van
kringlopen
(hergebruik/recycling van
grondstoffen) voorop staat.
45. Uw gemeente heeft
meetbare doelstellingen
geformuleerd met
betrekking tot
vermindering, scheiding en
recycling van huishoudelijk
afval.
(Nieuwe vraag)
Ja
Bodemkwaliteitskaart i.s.m. Ede,
Barneveld, Nijkerk, en
1
Scherpenzeel
(Nieuwe vraag)
(Ref www.eco-xxi.nl
indicator 12)
Ja
projectovereenkomst “Regionaal
Samenwerkingsverband
1
Luchtkwaliteit” Regiocontract
Regio FoodValley
(Nieuwe vraag)
(Ref www.eco-xxi.nl–
indicator 19)
(Nieuwe vraag)
Nee
0 (1)
Ja
Een nieuw Afvalbeleidsplan is 2611-2012 vastgesteld. Het is niet
2
duidelijk voor hoe lang dit geldig
is. (www.wageningen.nl/afval)
(Nieuwe vraag)
Ja
Denk aan benutting GFT,
Afvalbeleidsplan 2012
papier, plastic textiel
Doelstellingen:
a. 60% van het huishoudelijk
(Ref www.eco-xxi.nl–
afval wordt gescheiden en nuttig
indicator 16)
toegepast in 2015 (2011: 57%)
oplopend tot 65% in 2018.
b. Afname uitstoot
broeikasgassen.
2
c . Totale hoeveelheid
huishoudelijk afval neemt af tot
84% ten opzichte van
vergelijkbare
gemeenten.
Speerpunt van het beleid is
minimaliseren restafval door
49
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Vraag
Toelichting op vraag
Antwoord +toelichting
Score
afvalscheiding.
46. Totaal geproduceerd
huishoudelijk afval is in
de afgelopen drie jaar
aantoonbaar afgenomen
(Nieuwe vraag)
Ja
In principe zou dit terug
In 2011 beetje omhoog tov 2010,
gezien moeten worden in
maar trend duidelijk omlaag.
de afvalheffing per
2009: 18.301 ton
inwoner.
2010: 17.946 ton
(ref www.eco-xxi.nl
2011: 17.949 ton
indicator 15)
2012: 17.547 ton
47. Hoeveelheid ongesorteerd
afval per inwoner is de
afgelopen drie jaar
aantoonbaar afgenomen.
(Nieuwe vraag)
Ja
48. Uw gemeente heeft een
integraal plan van aanpak
tegen zwerfvuil in uitvoer.
Gemeenten spelen een
1
2009: 12.152 ton
2010: 11.952 ton
1
2011: 11.978 ton
2012: 11.583 ton
cruciale rol bij het
voorkomen en bestrijden
Nee
0 (2)
Nee
0 (1)
van zwerfafval.
49. Uw gemeente bevordert
actief het gebruik van
kraanwater i.p.v. (plastic)
flessen
50. Uw gemeente heeft een
visie en strategie
uitgewerkt met betrekking
tot het bevorderen van een
circulaire economie
(versterken kringlopen).
(Nieuwe vraag)
(Nieuwe vraag)
De circulaire economie is
een economisch systeem
dat bedoeld is om
herbruikbaarheid van
producten en grondstoffen
te maximaliseren en
waardevernietiging te
Nee
Het is wel opgenomen in visie
afvalbeleidsplan 2012, maar geen
0 (3)
uitgewerkte strategie.
minimaliseren. (concept
ook bekend als cradle-tocradle)
Totaal Afval en vervuiling (incl. correcties):
13 (20)
50
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Bijlage 3 - Vragenlijst Profit
In deze vragenlijst ligt het accent op de economische dimensie van duurzame ontwikkeling.
De Profit vragenlijst bestaat uit drie thema’s:
1) Duurzaam Inkopen,
2) Duurzame Mobiliteit en
3) MVO/Duurzaam Ondernemen
Vragenlijst 3.1: Duurzaam Inkopen
Vragen beantwoord door:
Erik van der. Kruk (tijdelijke beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid)
Ine Botman (beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid): vraag 12, 13
Rike van der Wiel (beleidsmedewerker milieu en duurzaamheid): vraag 1-11; 13, 15, 16, 19-20
Hans Wildenberg (…?): vraag 17
Marian v.d. Stok (…?): vraag 18
1.
Vraag
Uw gemeente heeft
formeel vastgelegd
dat duurzaamheid het
uitgangspunt is van
haar inkoopbeleid
Toelichting op vraag
(Vraag 3 lijst Profit 2009)
Antwoord + toelichting
Ja (was ook “ja” in 2011)
In 2007 is via het klimaatakkoord
In 2011 al formeel beleid
afgesproken dat gemeenten
maar nog niet structureel in
streven naar 100% duurzaam
praktijk gebracht, de
inkopen in 2015.
antwoorden op de volgende
Score26
2
vragen suggereren dat dit
nog steeds niet het geval is
2.
Uw gemeente
hanteert criteria voor
duurzaam inkopen
door ze concreet en
transparant mee te
wegen in alle
aanbestedingstraje
cten.
(vraag 5 lijst Profit 2009)
van de gemeente een offerte
Nee (was “ja/nee” in
2011)
aanvraagt bij verschillende
T.o.v. 2011 wordt het vaker
partijen hierin systematisch
meegenomen, maar niet in
duidelijk wordt aangegeven dat
elke aanbesteding. Het
en op welke wijze
gebeurt ook niet bij aankopen
duurzaamheidscriteria mee zullen
waar dit niet relevant voor is.
Dit betekent dat als een inkoper
0 (1)
wegen in de selectieprocedure.
3.
Uw gemeente
hanteert de criteria
voor duurzaam
inkopen voor zowel
primaire als
secundaire inkopen.
(vraag 6 lijst Profit 2009)
De primaire inkopen zijn zaken
als stoeptegels, verkeerslichten,
plantmateriaal, et cetera. Zaken
die veelal in grote hoeveelheden
worden ingekocht en vaak zijn
uitbesteed aan onderaannemers.
Secundaire inkopen zijn zaken
die facilitair zijn aan het
Ja (was ook “ja” in 2011)
Voor vrijwel alle primaire en
1
secundaire inkopen.
functioneren van het gemeentelijk
apparaat. De koffiemachine, de
inrichting van het gemeentehuis,
en dergelijke. Hier zijn vaak
verschillende inkopers actief.
4.
Goedkoop is vaak
duurkoop.
Uw gemeente past bij
aanbestedingen
2009)
Nee (was ook “nee” in
2011)
Wettelijk de overheid bij
Laagste prijs mag niet meer
aanbestedingen twee
met nieuwe
(aanpassing vraag 7 lijst Profit
0 (3)
(+1 omdat
duurzaamheidscriteria
26
Aantal punten dat deze vraag oplevert; als een vraag negatief beantwoord wordt tussen haakjes het aantal punten
dat een “ja” had opgeleverd.
51
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Vraag
consequent de
principes toe van
Total Cost of
Ownership en EMVI
(i.p.v. laagste prijs).
Toelichting op vraag
Antwoord + toelichting
Score26
gunningscriteria hanteren: laagste
aanbestedingswet. Dus het is
wel beter
prijs of EMVI. EMVI =
nu altijd EMVI. Duurzaamheid
Economisch Meest Voordelige
wordt zeker meegewogen.
Inschrijving: naast prijs worden
Maar total cost of ownership
ook andere, kwalitatieve criteria
wordt niet consequent
zoals duurzaamheidsaspecten in
toegepast.
worden
toegepast!)
de beoordeling meegewogen.
Total Cost of Ownership: de
kosten van de totale levensduur
van producten, diensten en
werken
5.
6.
7.
De inkopers van uw
gemeente hebben
kennis van
duurzame
inkoopprocessen en
worden regelmatig
bijgeschoold.
Uw gemeente vraagt
(potentiële)
leveranciers expliciet
naar de CO2footprint of
aantoonbare
besparing, bijv. ahv
de CO2prestatieladder of het
Milieubarometercertifi
caat
Waar relevant
verlangt uw gemeente
van leveranciers dat
ze zich inzetten voor
betere internationale
arbeidsvoorwaarden
(tegen kinderarbeid
en hongerlonen).
Bijvoorbeeld door
aansluiting te zoeken
bij een erkend keteninitiatief
(vraag 8 lijst Profit 2009)
Uw gemeente koopt
voor haar eigen
gebruik 100%
groene stroom in
(verlichting,
gebouwen et cetera).
Uw gemeente
hanteert bij de inkoop
van bedrijfskleding
milieu- én sociale
criteria.
(vraag 9 lijst Profit 2009)
De VNG, PIanoo, NEVI en andere
partijen organiseren regelmatig
training- en ontmoetingsdagen
over duurzaam inkopen.
Ja (was “nee ”in 2011)
Alle zgn. ‘groot volume-
1
inkopers’ hebben een training
gevolgd
(Nieuwe vraag)
De milieubarometer en CO2prestatieladder zijn instrumenten
om bedrijven die deelnemen aan
Ja/Nee
aanbestedingen te stimuleren tot
De CO2-prestatieladder wordt
milieu/CO2-bewust handelen in de
steeds vaker toegepast. Maar
eigen bedrijfsvoering en bij de
dit kan ook niet bij elke
uitvoering van projecten.
branche en aanbesteding.
(Nieuwe vraag)
Ja
Erkende keteninitiatieven zijn:
Nu nog in beperkte mate, b.v.

Fair Flowers Fair Plants
UTZ Certified koffie en thee in

Fair Wear Foundation
de automaten, en het

Social Accountability
hanteren van de door
International (SCI)
AgentschapNl opgestelde

Max Havelaar keurmerk
universele sociale

Union for Ethical BioTrade–
voorwaarden voor het

UTZ Certified
verbeteren van arbeids-
Zie eveneens handleiding ISO
omstandigheden in de gehele
26000, bijlage A (voorbeelden
productieketen.
van vrijwillige initiatieven).
Mogelijkheden voor duurzame
2
(-1 omdat
toepassing
nog niet
structureel
is)
2
(-1 omdat
toepassing
nog niet
structureel
is)
catering worden onderzocht
8.
9.
Groene stroom is duurzaam
opgewekte elektriciteit. Dat kan
zijn met behulp van windenergie,
Ja (was ook “ja ”in 2011)
1
zonne-energie, biomassa-energie,
of combinaties daarvan.
(vraag 10 lijst Profit 2009)
Gemeenten kunnen bij een
aanbesteding of gunning voor het
aanschaffen van bedrijfskleding
Nee (was ook “nee” in
2011)
0 (1)
sociale en milieucriteria in acht
nemen.
10. Bij aanschaf van
bedrijfsauto's speelt
duurzaamheid een
(aanpassing vraag 11 lijst Profit
Ja (was ook “ja ”in 2011)
2009)
Gemeenteauto’s aangeschaft
Steeds meer gemeenten kiezen
die rijden op groengas
1
52
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
11.
12.
13.
14.
Vraag
belangrijke rol en
wordt uitgegaan van
auto’s met minimaal
een A of B label en
waar mogelijk wordt
gereden op groen gas
of elektrisch.
Voor eigen projecten
is de gemeente
verplicht om alleen
gebruik te maken van
duurzaam
geproduceerd hout
met het FSCkeurmerk of
vergelijkbaar, zowel
bij bouwprojecten als
bij
groenvoorzieningen.
Binnen de gemeente
wordt standaard
dubbelzijdig geprint
en gekopieerd.
Al het papier dat uw
gemeente gebruikt is
afkomstig uit
duurzame bronnen,
dat wil zeggen:
gerecycled papier
en niet
chloorgebleekt, of
papier met het
FSC-keurmerk of
vergelijkbaar en
niet
chloorgebleekt
Uw gemeente is
overgestapt of bezig
met over te stappen
op papierloos
vergaderen
Toelichting op vraag
Antwoord + toelichting
Score26
voor relatief schone auto's.
(vraag 12 lijst Profit 2009)
FSC en PEFC zijn mondiaal
toegepaste certificering systemen.
Deze keurmerken garanderen dat
Ja (was ook “ja” in 2011)
het hout afkomstig is uit
E.e.a. is vastgelegd in het
duurzaam beheerde bossen.
kwaliteitshandboek openbare
Uitvoering van dit beleid kan
ruimte (ook via het
versterkt worden dmv het
Convenant Duurzaam
afsluiten van een FSC-
Bouwen)
1
convenant. (www.fsc.nl )
(vraag 13 lijst Profit 2009)
De milieu én economische winst
van dubbelzijdig gebruik van
Ja (was ook “ja” in 2011)
1
papier spreekt voor zich.
(vraag 14 lijst Profit 2009)
Gedoeld wordt op papier dat
wordt ingekocht om op te printen
en te kopiëren én papier voor
drukwerk.
Naast FSC wordt als vergelijkbaar
Ja (was ook “ja” in 2011)
erkend: PEFC Duitsland of PEFC
Er wordt papier met het FSC-
Finland. Deze kenmerken staan
keurmerk gebruikt.
1
op de pakken papier die de
gemeente gebruikt. Deze eisen
worden doorgegeven aan
drukkers die in opdracht van de
gemeente werken.
(Nieuwe vraag)
Ja
Toelichting papierloos vergaderen
Binnen afzienbare termijn
wordt het zgn. ‘nieuwe
werken’ ingevoerd, waarbij zo
veel mogelijk gedigitaliseerd
2
wordt. De eerste
voorbereidingen zijn reeds
getroffen.
15. In het gemeentehuis
wordt fair trade
koffie én thee
geschonken met
keurmerk.
(Vraag 15 lijst Profit 2009)
Max Havelaar en Utz certified zijn
erkende keurmerken voor
fairtrade.
Organische of biologische koffie
en/of thee mag eveneens met ja
Ja (was “ja/nee” in 2011:
koffie wel, thee niet)
1
Nu zijn koffie én thee Fair
Trade
worden beantwoord.
16. Uw gemeente zorgt
ervoor dat er een
breed assortiment
duurzame producten
wordt aangeboden in
de eigen kantine
Dit betreft zowel biologische als
Nee (was ook “nee” in
2011)
fairtrade producten betreffen.
E.e.a. wordt onderzocht,
Biologische of duurzame catering
mede in het kader van de
is een groeiende markt. Breed
flexitariërcampagne van de
assortiment betekent meer dan
gemeente.
(vraag 16 lijst Profit 2009)
0 (1)
53
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Vraag
en/of de catering
bij speciale
gelegenheden.
Toelichting op vraag
Antwoord + toelichting
Score26
50% van het volume. Gedacht
kan worden aan: zuivelproducten,
vleeswaren, fruit,
graanproducten, wijn, hapjes,
chocolade(letters)
17. Uw gemeente let
expliciet op
duurzaamheid/ MVOprestaties bij het
aangaan of
vernieuwen van
contracten met
financiële
dienstverleners
(denk aan banken
accountants,
verzekeringen, e.d).
Uw gemeente
hanteert
duurzaamheid als
belangrijk
18. uitgangspunt bij
inkoop en het
moderniseren van
haar ICT
infrastructuur.
Uw gemeente geeft
expliciet in haar
duurzaam
inkoopbeleid aan om
19. waar mogelijk kansen
te scheppen voor
lokale- en regionale
ondernemers
(Aanpassing vraag 17 lijst Profit
2009)
Financiële dienstverleners spelen
in toenemende mate in op de
vraag naar producten die zowel
duurzaam zijn als voldoen aan de
wet FIDO.
Nee (was ook “nee” in
2011)
E.e.a. speelt geen rol bij
0 (1)
aangaan dan wel vernieuwen
contracten.
(Nieuwe vraag)
Nee
Denk aan: energiezuinige
Er wordt wel rekening
apparatuur, virtuele werkplekken,
gehouden met duurzaamheid,
green hosting, mvo-prestaties
maar het is geen belangrijk
leveranciers.
uitgangspunt. Wel minder
0 (1)
stroomverbruik door het
gebruik van terminals ipv pc’s
en door het gebruik van
virtuele servers
(Nieuwe vraag)
In het gedachtegoed van een
meer circulaire economie is zoveel
mogelijk lokaal/regionaal
aanbesteden een voor de hand
Nee
0 (3)
liggende stap. Zoekt uw
gemeente hiervoor de grenzen op
binnen de huidige (Europese)
kaders?
Gemeente voldoet aan
de ambitie van 5%
social return per
aanbesteding (bij
20.
aanbestedingen boven
de € 250.000)
(Nieuwe vraag)
Overheden en ondernemers
spreken bij een aanbesteding
soms af dat ze langdurig
werklozen of gehandicapten aan
Ja
2
een baan, stage of leerwerkplek
gaan helpen. Dit heet 'social
return'.
Totaal Duurzaam Inkopen (incl. correcties):
17 (29)
Vragenlijst 3.2: duurzame mobiliteit
Vragen beantwoord door:
Erik Kruk (tijdelijke beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid)
Marco van Burgsteden (beleidsmedewerker mobiliteit): vraag 21 t/m30
Vraag
21. Uw gemeente brengt
jaarlijks, met de
verschillende
belangengroepen en
Toelichting op vraag
(vraag 24 lijst Profit 2009)
Antwoord +toelichting
Ja (was ook “ja” in 2011)
Het gaat er hierbij om dat
In het Gemeentelijk
verkeersbeeld en de
Mobiliteitsplan (GMP) is
verkeersbeleving regelmatig in
vastgelegd dat er
Score
2
54
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Vraag
inwoners, de
belangrijkste knelpunten
in kaart op het gebied
van verkeersveiligheid,
verkeersdruk en
bereikbaarheid.
22. In uw gemeente is het
terugdringen van CO2uitstoot en verbetering
van de luchtkwaliteit
onderdeel van het beleid
op verkeer & vervoer
(mobiliteitsbeleid).
Toelichting op vraag
Antwoord +toelichting
samenwerking met
wijkagenda’s voor mobiliteit
belangengroepen wordt
moeten worden opgesteld
geactualiseerd.
waarbij per wijk periodiek
Score
wordt gekeken welke
problemen in aanmerking
komen voor verbetering.
(vraag19 lijst Profit 2009)
De sector mobiliteit is
verantwoordelijk voor ca 20%
van de broeikasgassen.
Ja (was ook “ja” in 2011)
Maatregelen bij verkeer en
Het GMP heeft expliciet de
vervoer leiden, naast een
doelstellingen van het
vermindering van de CO2 -
klimaatbeleidsplan
uitstoot, tot een betere
overgenomen.
3
luchtkwaliteit en minder
geluidsoverlast (Ref. Lokale
Klimaatagenda 2011-2014)
23. De gemeente heeft een
actief beleid op meer
gebruik van het
openbaar vervoer en
de (elektrische) fiets.
(vraag 20 lijst Profit 2009)
Ja (was ook “ja” in 2011)
Zijn er concrete maatregelen
Het GMP en het
geformuleerd? Met hieraan
uitvoeringsprogramma
gekoppeld (controleerbare)
bevatten doelstellingen en
doelstellingen waarin wordt
projecten om het fietsen en
aangegeven hoeveel het
de toegankelijkheid van het
gebruik van openbaar vervoer
OV te bevorderen.
of fiets zou moeten toenemen?
Wageningen is ook trekker
2
van „De Bereikbare Vallei‟
24. De gemeente maakt
gebruik van het advies
van de fietsersbond
en/of andere
belangengroepen om de
inrichting van de
openbare ruimte voor
langzaam verkeer te
verbeteren.
(vraag 22 lijst Profit 2009)
Ja (was “nee” in 2011)
De lokale afdeling van de
Voor het vormgeven van
fietsersbond en initiatieven als
fietsbeleid wordt
een ‘stoepenpatrouille’ houden
gebruikgemaakt van
een gemeente scherp wat
inventarisaties door de
betreft verkeersveiligheid en
fietsersbond.
conform van de inrichting voor
Voor andere (zwakke)
voetgangers, fietsers,
verkeersdeelnemersgroepen
rolstoelgebruikers en ander
is in het GMP expliciet
langzaam verkeer.
aangegeven dat hiermee
1
wordt overlegd bij het
specificeren van de
inrichtingseisen voor de
openbare ruimte.
25. Uw gemeente stimuleert
actief het autodelen en
heeft hiervoor voldoende
parkeergelegenheid
gereserveerd.
(aanpassing vraag 21 lijst Profit
Ja (was ook “ja” in 2011)
2009)
Het GMP en het
De gemeente kan een rol spelen
uitvoeringsprogramma gaan
in het starten of uitbreiden van
in op de kansen van
deze voorzieningen. Voldoende
autodelen voor een leefbare
wil zeggen dat het aanbod
stad. Daarbij wordt via het
aansluit bij de vraag.
uitvoeringsprogramma ook
1
tijd en budget gereserveerd
om deze initiatieven verder te
ondersteunen.
26. Uw gemeente heeft beleid
om elektrisch rijden te
faciliteren en zorg te
dragen voor een vlotte
plaatsing openbare
oplaadpalen
27. In uw gemeente zijn
(Nieuwe vraag)
Stichting e-laad plaatst en
onderhoudt publieke
oplaadpunten voor elektrische
Ja
2
Ja/nee (was “ja” in 2011)
1
auto's. Zie voor meer info
www.e-laad.nl
(aanpassing vraag 23 lijst Profit
55
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Vraag
overal waar mogelijk
woonstraten als 30 km
zone ingericht.
Toelichting op vraag
2009)
De vraag doelt op woonwijken,
Antwoord +toelichting
Niet overal, maar over het
algemeen wel
Score
omgeving van scholen,
winkelstraten en andere
gebieden waar veel
voetgangers, fietsers en
spelende kinderen zijn. Deze
worden ook wel aangeduid als
‘verblijfsgebieden’.
28. Bij alle scholen zijn
speciale voorzieningen
getroffen die het principe
van ‘met de voet en fiets’
naar school versterken
zoals het veilig maken
van aan- en afvoerroutes
en oversteekplaatsen.
29. Uw gemeente doet
jaarlijks mee met de
Europese
Mobiliteitweek.
(aanpassing vraag 25 lijst Profit
2009)
Naast fysieke voorzieningen kan
hierbij eveneens het stimuleren
van de deelname aan een
jaarlijkse actie als ‘met de voet
en fiets’ naar school gelden.
Ja/nee (was “nee” in
2011)
Niet bij alle scholen (wel
meer dan 70%) De gemeente
1
wil dat de scholen hier ook
een rol in vervullen. Niet alle
scholen willen dit.
(vraag 26 lijst Profit 2009)
De Europese Mobiliteitsweek
(voorheen Week van de
Vooruitgang) biedt diverse
mogelijkheden om duurzame
mobiliteit onder de aandacht te
Nee (was ook “nee” in
2011)
Naar verwachting wel vanaf
0 (1)
2014
brengen. www.mobilityweek.eu
30. Door middel van het
Reiskostenbeleid van
de eigen organisatie,
wordt gebruik van OV/
fiets in woonwerk/
dienstreizen gestimuleerd
en autogebruik
ontmoedigd.
(Nieuwe vraag)
Voorbeeldrol overheid bij
bevorderen duurzame
Nee/ja
mobiliteit.
Formeel wel, maar hier wordt
in de praktijk niet op
0 (1)
gestuurd.
Totaal Duurzame Mobiliteit (incl. correcties):
13 (15)
Vragenlijst 3.3: MVO / Duurzaam Ondernemen
Vragen beantwoord door:
Erik Kruk (tijdelijke beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid)
Ine Botman (beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid): vraag 31; 36-38; 49-50
Sandra Tiebosch (beleidsmedewerker EZ?): vraag 34, 35, 47
Sanne Meelker (beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid): vraag 40-44
Jolanda van Wijk (…..): vraag 32
Vraag
31. Uw gemeente
ondersteunt (de
oprichting van) een
MVO-platform, een
duurzame
ondernemerskring,
e.d.
Toelichting op vraag
(vraag 27 lijst Profit 2009)
Antwoord + toelichting
Nee (was ook “nee” in 2011)
Netwerken werkt! Voor
Er is op dit moment nog
doorontwikkeling, opschaling
onvoldoende draagvlak onder het
en versnelling van duurzaam
bedrijfsleven voor een dergelijk
ondernemen is samenwerken
platform, hoewel de ex-ecogroep
een ‘must’. Lokale overheden
ondernemers het wel missen. Ook
kunnen hierin een
is er een “koplopers bijeenkomst
stimulerende en faciliterende
georganiseerd voor
rol spelen.
geïnteresseerde ondernemers om
Score
0 (1)
tot een strategie te komen
32. Uw gemeente heeft
een centraal
(vraag 28 lijst Profit 2009)
Nee (was ook “nee” in 2011)
Bij het Ondernemersloket
MVO/ duurzaamheidsadvies
0 (1)
56
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Vraag
aanspreekpunt
voor ondernemers
(ondernemersloket)
waar MVO-advies
deel uitmaakt van het
dienstenpakket
richting ondernemers.
33. Uw gemeente
stimuleert dat het
beschikbare
arbeidspotentieel
van vrouwen,
ouderen,
gehandicapten en
allochtonen zo
volledig mogelijk
wordt benut door het
lokale bedrijfsleven.
34. Voor de gemeente is
duurzaamheid
uitgangspunt bij de
inrichting en het
beheer van haar
bedrijventerreinen.
Dit is neergelegd in
de beleidsplannen en
uitvoeringsplannen
rond deze terreinen.
Toelichting op vraag
Antwoord + toelichting
kunnen ondernemers terecht
maakt geen deel uit van de
voor algemene informatie
diensten van het
over wetgeving, beleid en
ondernemersloket.
procedures.
Wel is er een “energieloket” (=
MVO/duurzaamheidsadvies
tel. nr. en email adres)
Score
hoort hierin thuis.
(Nieuwe vraag)
Vraag overgenomen uit de
PPP-scan van Telos
(www.telos.nl)
Nee
0 (3)
(vraag 29 lijst Profit 2009)
parkmanagement’
Ja/nee (was ook “ja/nee” in
2011)
genoemd. Als een bestaand
Bij nieuwe bedrijventerreinen
terrein wordt verduurzaamd
geldt het beleid voor Duurzame
spreekt men vaak over
Gebiedsontwikkeling (DuGo); Er
“duurzame revitalisering”.
is geen beleid voor (revitalisering
Onderdeel hiervan kan zijn
van) bestaande
een collectieve aanpak van
bedrijventerreinen.
het vervoersmanagement
Wel wordt de ladder voor
en/of het gezamenlijk
duurzame verstedelijking
inkopen van duurzame
gevolgd.
Ook wel ‘duurzaam
2
energie.
35. Uw gemeente hecht
belang aan zuinig
omgaan met ruimte
en voert een actief
beleid om leegstand
tegen te gaan
(kantoren,
bedrijventerreinen,
winkelcentra).
36. Uw gemeente
stimuleert
energiebesparing en
toepassing duurzame
energie bij bedrijven.
(Nieuwe vraag)
Duurzame gebiedsinrichting
vergt een integrale
benadering en dynamische
Nee/ja
spelregels zodat de
Gemeente ziet alleen een rol bij
beschikbare ruimte
aanpak leegstand binnenstad
0 (2)
aangepast kan worden aan
de veranderingen en eisen
des tijds.
(vraag 30 lijst Profit 2009)
Ja (was ook “ja” in 2011)
Voor elk type bedrijfsleven
Er vinden regelmatig
zijn weer andere
bedrijfsbezoeken plaats om
mogelijkheden. Een winkel
bedrijven te stimuleren tot
met veel verwarming, een
energiebesparing en duurzame
open deur en veel
energie. Er was een koplopers
verlichting, vraagt iets heel
bijeenkomst voor bedrijven in
anders dan een
november 2013, waarin o.a. de
kantoorgebouw of een
strategie werd besproken om
productiebedrijf. Er zijn dan
meer bedrijven mee te krijgen in
ook voor al de verschillende
de ambitie om klimaatneutraal te
sectoren instrumenten
worden. Er is een
ontwikkeld.
stimuleringsactie gepland voor
1
het sluiten van open winkelpuien.
37. Ter bevordering van
het verduurzamen
van de
(Nieuwe vraag)
Ja
De milieubarometer is een
4 of 5 bedrijven gebruiken het nu
online meetinstrument dat
waaronder de gemeente. Bij
1
57
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Vraag
bedrijfsvoering biedt
uw gemeente het
bedrijfsleven gratis
voor één jaar toegang
tot een
meetinstrument als
de Milieubarometer
aan.
38. Uw gemeente
controleert en
handhaaft actief dat
bedrijven
energiebesparende
maatregelen nemen
met een
terugverdientijd van
minder dan 5 jaar.
Toelichting op vraag
Antwoord + toelichting
de milieuprestaties en
gemeente komt het niet goed van
bijbehorende kosten van een
de grond vanwege de begin
bedrijf of instelling
investering die het vergt.
Score
eenvoudig en snel zichtbaar
maakt.
(vraag 31 lijst Profit 2009)
Gemeenten kunnen als
bevoegd gezag op basis van
Ja (was ook “ja” in 2011)
de Wet Milieubeheer de
Vanuit het klimaatbeleid is extra
naleving van
geïnvesteerd in bedrijfscontroles
energievoorschriften
en handhaving. Momenteel wordt
handhaven. Het gaat hierbij
gestimuleerd dat de regionale
om bedrijven met een
omgevingsdienst (OddV) de
energieverbruik van meer
energiehandhaving bij bedrijven
dan 25000 m3 aardgas
goed oppakt.
1
(equivalenten) per jaar of
50.000 KWh per jaar.
39. Uw gemeente heeft
meetbare, ambitieuze
doelen gesteld voor
energiebesparing bij
bestaande bouw.
(vraag 32 lijst Profit 2009)
Ja (was “nee” in 2011)
Nederland heeft als ambitie
In 2013 zijn er tussenliggende
neergelegd om in de
doelstellingen geformuleerd t.a.v.
bestaande bouw 20%
energiebesparing in de bouw voor
reductie.
de particuliere sector, zie
40. Uw gemeente biedt
haar inwoners de
mogelijkheid om een
duurzaamheidslening af te sluiten
om de woning
energiezuinig te
maken.
41. Uw gemeente heeft
meetbare ambitieuze
doelen gesteld voor
energiebesparing bij
nieuwbouw (ambitie
lokale Klimaatagenda
EPC=0 in 2020).
(Nieuwe vraag)
Nee/ja
Met de Duurzaamheidslening
De gemeente heft geen eigen
kunnen inwoners bij de
duurzaamheidslening maar heeft
gemeente (of provincie) geld
het initiatief genomen in het
lenen om haar of zijn woning
opzetten van een provinciaal
energiezuinig te maken.
fonds voor energieneutraal
2
Klimaatplan 2013-2016
renovaties dat met per 1-1-2014
opent.
(vraag 33 lijst Profit 2009)
Ja (was ook “ja” in 2011)
Ambitieus = die verder gaan
In het klimaatbeleidsplan van de
dan het geldende
gemeente
bouwbesluit.
Wageningen(Standaard-projecten
Ambitie Lokale
GPR 7 (voorbereid op
klimaatagenda 2011 - 2014:
energieneutraal) en D-profiel
van EPC 4 in 2015 naar EPC
projecten GPR 8 (voorbereid op
0 in 2020. (instrument
energieneutraal plus
BouwTransparant)
gebiedsgerichte
0 (2)
(+1
vanwege
initiatief
voor
provinciaal
fonds)
2
duurzaamheidsafspraken)
42. Uw gemeente heeft
een energiewinkel/
energieloket gericht
op het samenbrengen
van lokale/regionale
vraag en aanbod
t.a.v. duurzaam
bouwen/renoveren.
43. Uw gemeente heeft
een coördinator
voor de uitvoering
van het beleid
duurzaam bouwen.
(Nieuwe vraag)
Ja
We hebben een loket (=
telefoonnummer en e-mail adres)
waar mensen altijd antwoord
1
krijgen op hun vragen en worden
doorverwezen naar marktpartijen.
(vraag 34 lijst Profit 2009)
In kleine gemeenten kan dat
een ambtenaar zijn die
Ja (was ook “ja” in 2011)
1
enkele uren daaraan
besteedt. In grote
58
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Vraag
Toelichting op vraag
Antwoord + toelichting
Score
gemeenten kunnen het een
of meer ambtenaren zijn die
daar fulltime aan werken.
44. Uw gemeente heeft
een structureel
budget voor de
implementatie van
haar beleid met
betrekking tot
duurzaam bouwen.
(vraag 35 lijst Profit 2009)
Duurzaam bouwen vraagt
Ja (was ook “ja” in 2011)
om een sterke inzet van de
In 2011 €3000/jr, vnl besteed
gemeente. Dat betekent dat
aan onderhandelingen en
er ook geld moet zijn voor
energiescans
2
een medewerker en voor
uitvoeringstaken, zoals het
inhuren van een
adviesbureau en het geven
van voorlichting.
45. Elk nieuwbouw- en
grootschalig
renovatie- of
sloopplan wordt in
een zeer vroeg
stadium op de eisen
van duurzaam
bouwen doorgelicht.
46. Uw gemeente
controleert en
handhaaft de
Energie Prestatie
Coëfficiënt en andere
afspraken als het
gebruik van FSCgecertificeerd hout op
de bouwplaats.
47. Uw gemeente
promoot
duurzaamheidscertificering voor
recreatielocaties
(denk aan horeca,
hotels, campings,
conferentielocaties en
evenementen).
48. Uw gemeente
bevordert actief het
verduurzamen van
(publieks-)
evenementen.
(vraag 36 lijst Profit 2009)
De beste resultaten zijn te
behalen als elk plan in de
ontwerpfase wordt
gecontroleerd op de criteria
van duurzaam bouwen.
Ja (was ook “ja” in 2011)
De insteek is om dugo ambitie in
een zo vroeg mogelijk stadium
mee te nemen. M.n. voor de
1
plannen waarvoor een
bestemmingsplan nodig is gaat
dit goed (=2011)
(vraag 37 lijst Profit 2009)
Ja (was ook “ja” in 2011)
Principe van ‘thrust’ but
Er wordt gehandhaafd op
‘verify’
naleving van de EPC afspraken.
Hierbij wordt ook gekeken naar
1
de GPR-berekeningen, maar niet
zozeer op het gebruikte materiaal
(=2011)
(Nieuwe vraag)
Een bekend label voor
duurzame accommodatie is
Nee
Green Key, www.greenkey.nl
Onderzocht wordt wat de
(ECO XXI indicator 3)
mogelijkheden zijn voor
0 (1)
certificering van duurzame
restaurants.
(Nieuwe vraag)
Sinds 2010 bestaan er
greenkey normen voor
(jaarlijks terugkerende)
publieksevenementen.
Nee
0 (1)
Actief: duurzaamheid maakt
deel uit van procedure
vergunningverlening.
49. Uw gemeente is actief
op zoek naar
innovatieve
samenwerkingsmogelijkheden met
het bedrijfsleven
(private-public
partnerships)
waarbij het gaat om
elkaars kracht te
(Nieuwe vraag)
Ja
Onder de vlag van ‘Green
Op het gebied van duurzaam en
Deal’ is er een snel
energieneutraal wonen worden
groeiende lijst van
coalities gevormd met lokale
voorbeelden waarbij
bedrijven, waarbij ook particuliere
overheden, bedrijfsleven en
woningeigenaren zijn betrokken.
andere partijen
Ook op het gebied van zonne-
samenwerken aan het
energie wordt actief gewerkt aan
realiseren van duurzame
innovatieve samenwerkings-
initiatieven. Bijvoorbeeld
mogelijkheden met bedrijven.
2
59
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Vraag
versterken en nieuwe
duurzame business
modellen te
ontwikkelen.
50. Uw gemeente looft
(twee)jaarlijks een
prijs uit ter
waardering van lokale
koplopers in
duurzame
innovatie.
Toelichting op vraag
Antwoord + toelichting
Score
voor grondstoffen en water
(waaronder biodiversiteit),
mobiliteit, energie en
energiebesparing
(Nieuwe vraag)
Koplopers waarderen
stimuleert niet alleen maar
de gemeente laat daarmee
zien veel waarde te hechten
aan duurzaamheid en
innovatie.
Nee
Daar is bewust niet voor gekozen.
Er wordt voor gekozen de
koplopers en goede voorbeelden
regelmatig in het zonnetje te
zetten. Dit is o.i. een effectievere
en efficiëntere manier om
koplopers te waarderen en
andere bedrijven te stimuleren.
Totaal MVO/Duurzaam Ondernemen (incl. correcties):
0 (3)
(+1 omdat
er wel
andere
manieren
worden
toegepast
om
koplopers te
waarderen)
19 (31)
60
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
Bijlage 4 – Uitkomsten Toekomstatelier
1. Duurzame energievoorziening en duurzaam wonen en (ver)bouwen
Waar ben je trots op
Verbeterpunten
Wageningers zijn enthousiast te krijgen voor
duurzaamheid.
Actieve woningbouwcoöperatie i.v.m. energiezuinig
maken
Groep energie neutraal renoveren. 40 deelnemers.
Zonnepanelen op scholen
Energie neutrale wijkgerichte aanpak.
Goed aanbod duurzame architecten/aannemers.
Factor 30 (energiewinkel)
Woningbouwvereniging probeert goed te doen
St. zonneenergie solar city 2013
Vele initiatieven.
St. windenergie
Werkgroep energie transition vallei
Stichting windenergie Wageningen
Lokale energiecoöperatie vallei energie
Wageningen klimaat neutraal
MARIN bedrijf zonnepanelen.
Stichting zonne-energie innovatief.
2de hands studieboekenwinkel.
Kortenoord gasloze wijk.
Graaiende interesse studenten.
CPO initiatief.
Fiets excursies voorbeeld woningen particulieren.
Agrodome is ev en blijft excursies open.
WUR groentepakketten.
Raadsbesluit windenergie.
Solar city 2013 veel zonne-energie.
Energie neutrale woningen.
Groen gas tankstation.
5 a 10 electrische auto’s op laadstations.
Eco coöporatie.
Huurwoningen 100% naar B of A
Geen benzine meer gebruiken voor auto’s, elektrisch
rijden
Prijs voor duurzaam opdrachtgeverschap
Meer aandacht klimaat/energie op scholen
Gemeente moet investeren
Uitfaseren aardgas
Veel meer woningen isoleren
Energie-analfabetisme opheffen
Monitoren energiegebruik van alle kantoren, winkels
en scholen
Bredere participatie in lokale energieopwekking
Financieringsconstructie
Is houtgebruik duurzaam?
Komt het goed met de windenergie?
Wijkpanels benutten (hebben ook budget).
Aandacht bouwmaterialen.
Verbouwloket.
Samenwerking alle initiatieven.
Internationaal mondiale ontwikkeling link met klimaat.
(middelbare) scholieren bewustwording.
Youtube filmpje. www.huisvolenergie.
Wijkteams en infra rood camera.
Gevoel van urgentie en verantwoordelijkheid.
Connectie studenten initiatieven en burger initiatieven
en gemeente.
Energie duurder voor bedrijven en grootgebruikers
zodat het gaat lonen.
Echte groene stroom aankoop gemeente
2. Wijk en Buurtkwaliteit
Waar ben je trots op
Verbeterpunten
Netwerk coaches, healers en therapeuten.
Bredere betrokkenheid in alle
lagen/buurten/sectoren bij duurzaamheid.
Te kleinschalig.
Minder langs elkaar heen werken.
Te specialistisch.
Verkokering.
Ontkokeren en makkelijker samenwerken.
In groep vaak te veel uit eigen sociaal kader.
Buurt activiteiten.
Klimaatneutraalplan.
.Buurtvereniging Noordwest.
Repair café.
Bostuin Pomona. Transition town.
Burgers die de leefomgeving meer vorm
geven.
Inzet en samenwerking.
Overheid contact maatschappelijk sociaal
werk.
Wageningen toegankelijk onderhoud trottoirs en
voetpaden.
Elkaar opzoeken om samen te werken en elkaar
verder helpen.
61
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
2. Wijk en Buurtkwaliteit
Waar ben je trots op
Verbeterpunten
Een contactpunt voor wijkbeheer bij
gemeente.
Bewust Wageningen.
Samen koken en eten in Huizen van de wijk.
Iedereen trots op eigen fraaie voortuintje.
Ons huis.
Actieve burgers.
Leerwerkplekken in de buurt.
(wijkleerwerkteams).
Burgers die naar elkaar omkijken.
Bewustwording van Wageningers.
Zingeving brengen.
Aandacht voor buren.
Gaat niet om materialisme maar om eenvoud.
Samenwerking WUR, gemeente,
woningstichting en Solidez.
Meer fietsende medewerkers.
Initiatieven voor stadslandbouw, wonen ,
welzijn en zorg.
Solidez.
Ondersteunen van burgerinitiatief door B&W.
Heel veel leuke sociale mensen.
Zuinig zijn met bomen.
Voortuinen groen zonder tegels en stenen en
grind.
Meer bekendheid en breder geven.
Voldoende afvalbakken in de stad, afvalbakken
op tijd legen.
Moderner onderwijs met meer natuur en
maatschappij en sociale vaardigheden.
Goede ideeën en prijsvraag van energie en afval
etc.
Duurzame investering.
Ondersteuning van de gemeente en andere
partijen.
Meer arbeid voor laagopgeleiden dichtbij in de
buurt.
Meer lokale productie en minder
vervoersbewegingen.
Beheer openbaar groen.
Dichterbij bevolking brengen, vertalen naar
doelgroep.
Meer communities b.v. voor afval.
Gebiedsonwikkelplannen met burgers,
maatschappelijke organisatie en overheid.
Elke wijk inloophuis met coffeecorner,
oefenruimte, atelier en volkstuin.
Ontmoetingsplek voor bewust en duurzaam
(laagdrempelig).
Vrijwillig landschapbeheer.
Wijkteams (platforms).
Team energie en afval samen met gemeente en woningstichting.
Gezonde, actieve leefstijl initiatieven scholen, sport, solidez.
Gelijkgestemden een podium geven.
De volkstuinen.
Mooi en schoon Wageningen.
Iedereen happy.
Klussenatelier.
Bewoners initiatieven.
Stichting lokale schoonheid.
Uitdaging, contact en bewustwording inwoners van Wageningen.
3. Voedsel
Waar ben je trots op
Verbeterpunten
Bio boerderij de hoge boom
Inschakelen van buurtsupermarkten bij voedsel
met de regio??
Verticale tuinen in bouwen integreren.
Consumenten invloed in buurtsupermarkten.
Gratis grond om je caravan op te zetten.
Veel regionale betrokken bedrijven en burgers.
Veel ekoproductie in/rond Wageningen.
.Mogelijkheid voor onderzoek bij de praktijk,
brains en handen samen.
62
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
3. Voedsel
Waar ben je trots op
Verbeterpunten
Voorlichting en kennisverstrekking.
Braakliggende terreinen opvrolijken met
eetbaar groen.
Mensen toegang geven om zelf voedsel te
produceren en verwerken.
Studentenmoestuin Wageningen.
Meer volkstuinen er is genoeg animo.
Meer kleine moestuinen in woonwijken.
Discussie over voedselkwaliteit en voedsel
productie.
Droevendaal tuinen en kippen.
Volkstuinen veel bio geproduceerd.
Trots op het ontdekken van verbanden tussen
voeding en gezondheid.
Biologische boerenmarkt.
Agrarische natuur vereniging met
streekproducten.
De nieuwe ronde.
Eetbaar groen in Noord West.
Wageningse mentaliteit (vegetarische en
biologisch).
Ommuurde tuin.
De molen.
Verbetering biologische landbouw.
Studenten laten zien hoe de groenten
gekweekt worden.
Studentenmoestuin Gent.
Veggie bags.
Verkoop bio groenten vanaf het bedrijf geen
voedselkilometers.
Project EAT.
Zaden/planten ruil.
Versterking van voedsel uit de regio en
consument.
Bostuin Pomonal
Reizende tuin in appelbakken.
Lazuur food community.
Permacultuur showtuin.
Agromisa.
Inloophuis perma-tuin.
Meer promotie over hoe je eigen tuin eetbaar
en recreatief bruikbaar is .
Te weinig producten lokaal.
Regio winkel.
Tegels uit tuinen, eetbare kruiden tuinen,
vlindertuinen.
Meer info over onbekende groente en fruit
eetbaar groen (hoe maak ik het klaar).
Agro ecologisch onderzoekscentrum.
Gemeente groen allemaal eetbaar of als
volkstuin.
Weerstand van de voedselindustrie en
voedselwetenschap t.a.v. voedselkwaliteit.
Afstemming onder producenten.
Gezamenlijke composthoop.
Betaalbaarheid biologische voeding voor
studenten.
Regionaal restaurant niet vitaal, liefst bio en
regionaal voedsel.
Transparantie over voedselproductie en
herkomst in supermarkten.
Meer lokale bio producten in supermarkten (
dat je weet waar het vandaan komt).
Meer bekendheid aan eetbaar groen.
4. Verkeer en Transport (leefbaarheid en bereikbaarheid)
Waar ben je trots op
Verbeterpunten
Levendige discussie in de stad over
bereikbaarheid.
Goed bereikbaar, al is het per bus.
Deelauto’s beter herkenbaar en vindbaar door
deelautoborden.
.Fietsers voorrang op rotondes.
Goed OV (frequentiebus 88)
Fietscultuur en infrastructuur.
Veiligheid door drukte fietspaden (wordt aan
gewerkt).
Knelpunten auto Churchilweg, Nobelweg.
Samenwerken met andere
autodeelorganisaties.
Te weinig bakfietsen te huur.
Ochtendfile in de Hoogstraat.
Handhaving snelheid.
63
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
4. Verkeer en Transport (leefbaarheid en bereikbaarheid)
Waar ben je trots op
Verbeterpunten
Aantal deelauto’s in Wageningen
verviervoudigd sinds 2007.
Weinig geluidsoverlast (eigen ervaring).
Meer mensen lid van een autodeelorganisatie.
Mooi busstation.
Autodelen financieel nog aantrekkelijker maken
tov eigen auto bezit.
Snelheidsbevorderende auto routes.
Nog meer mensen informeren over autodelen.
Kwaliteit fietspaden dit mag wel beter
bijgehouden.
Fietsstoplichten zijn (soms) uitlokking.
Half uur file in de ochtend.
Afwatering van wegen soms niks.
Centrale aanpak weesfietsen.
Fietsdiefstal.
Meer fietsroutes.
Fiets vriendelijk.
Meer bekendheid met autodelen.
5. Wereldburgerschap
Waar ben je trots op
Verbeterpunten
Veel jongeren WUR organisaties die zich
inzetten voor derde wereld.
Hoog verkoop fairtrade producten.
Onduidelijkheid behoefte aan betrouwbare info.
Bugdet voor IS wordt steeds minder (in
gemeentebeleid).
Het bewust zijn is nog veel te gering.
Wegwerpcultuur.
Gastvrijheid naar internationale bevolking.
.Het onderwerp leeft en blijft in de aandacht
bij vooral jonge mensen/kinderen.
Bewustzijn in Wageningen.
In top 10 van niet PVV stemmers.
Snelle reductie vermindering van ozonlaag.
Raadsleden actief in FT en millenniumdoelen.
Veel Wageningers begaan met duurzaamheid
in ontwikkelingslanden.
IS aspect in Wageningen beleid scoort altijd
goed in D-meter.
Het is nog lang niet genoeg.
WUR is niet leidend op duurzame landbouw.
WUR teveel en te gemakkelijk, allerlei
internationale conferenties gebruikt vliegtuig.
Inkoop beleid van gemeente kan veel beter
w.o. FT en MVO aspecten.
Duurzaamheid is veel op eigen
welzijn/gezondheid gericht.
Duurzaamheid is een reclameterm
6. Afval en Hergebruik
Waar ben je trots op
Verbeterpunten
Tas van oude plastic zakken.
Keten gedachte. Faciliteren houding en gedrag.
Schoonmaakbus voor de straat/evenement.
Share Combi repair café.
Gratis ophalen afval kringloop.
Groei en diversiteit. Ruilwinkel.
Repareren, ruilen, inleveren en ophalen.
Houding en gedrag.
Afval en ondernemen. Afval catering.
Afval ateliers.
Pilot Wag-hoog? Restafval wegbrengen.
Bewustwording icm incentive.
Afvalbrengstation.
Hergebruik fietsen Wageningen UR.
Transition ruil initiatieven.
Food afval hergebruiken.
Share oude apparaten ophalen.
Sociaal recyclen, repair café.
Kringloopwinkels.
Gepimpte prullenbakken.
64
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
7. Natuur, buitengebied en recreatie
Waar ben je trots op
Verbeterpunten
Gemeente budget voor sport in buitengebied.
Streekmarkten/streekproducten.
Gemeentebeleid tav kapvergunningen bomen.
Gemeentebeleid/inspanningen tav
bescherming/behoud (openbaar) groen en
natuur.
Bezuinigingen op sport.
Medewerking gemeente dat ze hun werk doen.
(tav vergunningen).
Gemeente ondersteuning aan lokatie wensen
korfball vereniging.
Bodemverontreiniging geen sporthal.
Gemeente heeft nog budget voor N en L.
Erfbeplantingen projecten.
Weidevogel beheer.
Acties voor behoud bomen/groen binnen
gemeenten.
KSB subsidie erfbeplanting.
Betrokkenheid bestemming buitengebied.
Mooi Landschap.
Ons bestuur naar gemeente toe.
Continuïteit van capabel bestuur en
belangenvereniging.
Communicatie overleg gemeente.
Meer aandacht voor behoud en bescherming
natuur, landschap en groen.
Prioriteiten en ontbreken van integrale visie
gemeente t.a.v. buitengebied/natuur en
landschap.
Aantal initiatieven.
Voorstel ecologische verbindingszone Wageningen Noord.
Energie zuinige sportaccommodatie
65
Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen