Eindrapportage Lokale Duurzaamheidsmeter 2013 Wageningen MAATSCHAPPELIJK PLATFORM DUURZAAM WAGENINGEN Trudi van Ingen 1 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Voorwoord De landelijke Duurzaamheidsmeter meet het duurzaamheidsgehalte van het gemeentelijke beleid door middel van scores op vragenlijsten voor de drie dimensies van duurzaamheid: sociale, ecologische en economische belangen (“People, Planet, Profit”). Omdat de Duurzaamheidsmeter ook door andere Nederlandse gemeenten wordt uitgevoerd, kunnen de scores van de gemeente Wageningen hiermee worden vergeleken. In Wageningen is de Duurzaamheidsmeter sinds het begin, 1999, meerdere keren uitgevoerd, en ook nader geanalyseerd op de verschillende beleidsterreinen. Daardoor kan ook beoordeeld worden, in totaal en op onderdelen, of het duurzaamheidsgehalte van het gemeentelijk beleid is toegenomen of niet. Het Maatschappelijk Platform Duurzaam Wageningen heeft in 2013 met de Lokale Duurzaamheidsmeter het specifieke Wageningse beleid geanalyseerd voor de gemeente. Trudi van Ingen van TvIConsult heeft namens het Platform deze analyse uitgevoerd. Ambtenaar Ine Botman zorgde voor de coördinatie met de verschillende ambtenaren die de vragenlijsten hebben ingevuld en van commentaar hebben voorzien. Tijdelijk ambtenaar Erik van der Kruk vulde de vragenlijsten in eerste instantie in, waarna ze naar de betreffende ambtenaren werden gestuurd om de antwoorden te verifiëren en eventueel te veranderen of aan te vullen. Van een paar maatschappelijke organisaties werd aanvullend commentaar en suggesties gevraagd. De ambtenaren en maatschappelijke organisaties die op deze wijze een bijdrage leverden of om aanvullend commentaar zijn gevraagd zijn vermeld bij de vragenlijsten bij het desbetreffende beleidsterrein in de bijlagen. Het Maatschappelijk Platform Duurzaam Wageningen dankt hen allen hartelijk voor hun bereidheid om mee te werken, hun deskundige inbreng en suggesties wat betreft de thema’s en de stand van het beleid en uitvoering hiervan in Wageningen. Zonder uitzondering willen allen graag bijdragen aan meer duurzaamheid in Wageningen. Dankzij de inspanning van al deze mensen ligt er nu een overzicht van het gehalte aan duurzaamheid op vele beleidsterreinen van de gemeente Wageningen, en inzicht in op welke terreinen verbeteringen wenselijk zijn. Marijke Kuipers Voorzitter Maatschappelijk Platform Duurzaam Wageningen 2 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen 3 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Inhoud Voorwoord 2 Inhoud 4 Samenvatting 6 1. Inleiding 1.1 1.2 1.3 11 Duurzame Ontwikkeling De Lokale Duurzaamheidsmeter Doelstelling 11 11 13 2. Opzet en uitvoering 14 3. Resultaten en aanbevelingen 15 3.1 PEOPLE – Sociale dimensie van duurzaamheid 3.1.1 Verankering in de organisatie 3.1.2 Burgerparticipatie 3.1.3 Duurzaamheid en Samenleving 3.1.4 Sociale dimensie algemeen 3.2 PLANET – Ecologische dimensie van duurzaamheid 3.2.1 Klimaat en energie 3.2.2 Natuur & Water 3.2.3 Afval en vervuiling 3.2.4 Ecologische dimensie algemeen 3.3 PROFIT – Economische dimensie van duurzaamheid 3.3.1 Duurzaam Inkopen 3.3.2 Duurzame mobiliteit 3.3.3 Duurzaam ondernemen / MVO 3.3.4 Economische dimensie algemeen 4. Duurzaamheidmeter en Toekomstatelier 15 16 17 18 20 20 21 22 24 25 25 26 27 27 29 29 30 Geraadpleegde bronnen 31 Bijlage 1 - Vragenlijst People 32 Bijlage 2 - Vragenlijst Planet 41 Bijlage 3 - Vragenlijst Profit 51 Bijlage 4 – Uitkomsten Toekomstatelier 61 4 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen 5 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Samenvatting Algemeen De Lokale Duurzaamheidsmeter (LDM) bestaat uit drie vragenlijsten, geënt op de drie dimensies van duurzame ontwikkeling: People, Planet en Profit, en drie beleidsterreinen per dimensie. Aan de hand van ja/nee antwoorden worden scores toegekend. De resultaten worden hierna besproken aan de hand van de percentages van de maximale score. Dat maakt vergelijking met voorgaande jaren mogelijk, en met andere gemeenten die de vragenlijsten ook hebben ingevuld. Voor de vragenlijsten, antwoorden en toelichting op vragen en antwoorden, zie de bijlagen. De scores van Wageningen en andere gemeenten in 2013, en ranglijsten per dimensie en totaal, zijn ook in te zien op de website: www.duurzaamheidsmeter.nl. In deze samenvatting zullen de hoofdconclusies en aanbevelingen besproken worden, in hoofdstuk 3 zullen de drie dimensies en negen deelbeleidsterreinen meer in detail besproken worden. In hoofdstuk 1 wordt uitgelegd wat de Lokale Duurzaamheidsmeter is en in hoofdstuk 2 hoe de analyse is uitgevoerd. In hoofdstuk 4 wordt iets uitgelegd over het in november 2013 georganiseerde Toekomstatelier, dat als basis kan dienen voor het ontwikkelen van een Duurzaamheidsvisie voor de gemeente Wageningen. De resultaten van de Lokale Duurzaamheidsmeter voor Wageningen in 2013 zijn in de hierna volgende tabel en het daarop volgende diagram samengevat. In de tweede kolom staat de score vermeld per onderdeel, in de derde kolom de maximale score die voor dat onderdeel gehaald kon worden en in de vierde kolom het percentage van de maximaal mogelijke score: Score max. score % van max. score 9 22 41% Burgerparticipatie 16 24 67% Duurzaamheid en Samenleving 18 29 62% Totaal People 43 75 57% Klimaat en Energie 26 30 87% Natuur en Water 13 24 54% Afval en vervuiling 13 20 65% Totaal Planet 52 74 70% Duurzaam Inkopen 17 29 59% Duurzame Mobiliteit 13 15 87% Duurzaam Ondernemen 19 31 61% Totaal Profit 49 75 65% 144 224 64% Sociale dimensie Verankering in de organisatie Ecologische dimensie Economische dimensie Totaal 6 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% Wageningen scoort hoog op de onderdelen “klimaat en energie” en “Duurzame mobiliteit”, maar laag op “Verankering in de organisatie” en “Natuur en Water”. Voor de andere beleidsterreinen scoort Wageningen gemiddeld. De hoge scores voor “klimaat en energie” en “Duurzame mobiliteit” zijn vooral te danken aan het Klimaatneutraalbeleid van de gemeente. Wageningen kan zich wat dat betreft één van de koplopergemeenten noemen. Het onderdeel “Verankering” is nieuw en gaat over de vraag in hoeverre de gemeente duurzaamheid binnen haar organisatie verankerd heeft in de werkprocessen en de organisatiecultuur. Wageningen scoort hier laag op (41%). Op het onderdeel “Natuur en Water” scoort Wageningen met 54% ook laag. Hier moet onderscheid gemaakt worden tussen vragen die over “Natuur” gaan en over “Water”. Dit waren in de vorige Duurzaamheidsmeter nog aparte onderdelen. Op het gebied van Waterbeleid scoort de gemeente namelijk wel hoog: 83%. Maar op het gebied van Natuur scoort de gemeente juist laag: 44%. Vergelijking met voorgaande jaren Vanaf 2002 hebben de scores voor de verschillende dimensies zich voor Wageningen als volgt ontwikkeld: People Planet Profit TOTAAL 2002 2005 2011 2013 70% 76% 73% 57% 58% 64% 80% 70% 59% 54% 72% 65% 65% 61% 75% 64% 7 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen 90% 80% 70% 60% People 50% Planet 40% Profit 30% TOTAAL 20% 10% 0% 2002 2005 2011 2013 We zien een dalende trend voor alle dimensies, en daardoor ook van het totaal, sinds 2011. Voor de sociale dimensie is er al een licht dalende trend sinds 2005. Het betekent niet dat Wageningen geen vooruitgang boekt op duurzaamheidsgebied. Maar de scores liggen toch lager door soms een andere vraagstelling en accenten, of door een andere combinatie van vragen. Zo zijn er meer vragen in de bredere zin van duurzaamheid en iets minder gerelateerd aan klimaat en energie. Op vragen die niet gerelateerd zijn aan energie en klimaat scoort Wageningen lager, behalve op het waterbeleid. In sommige gevallen zijn de criteria om punten te scoren hoger geworden. Landelijke vergelijking Van de 79 gemeenten die de vragenlijsten van de LDM hebben ingevuld staat Wageningen met een totaalscore van 64% op een 40ste plaats, een plek gedeeld met Veenendaal en Meerssen. Wageningen kan zich nog steeds één van de koplopers op klimaatgebied noemen, maar wat betreft duurzaamheid algemeen is Wageningen sinds de start van de Duurzaamheidsmeter opgeschoven van posities in de landelijke top 10 in 1999 en 2001, naar lagere posities maar nog wel bovengemiddeld in de periode 2002 – 2011, tot een positie in het midden nu. De scores voor Wageningen zijn misschien iets minder gunstig vergeleken met andere gemeenten die de lijsten zelf invullen, maar Wageningen is in de loop van de tijd blijkbaar wel door andere gemeenten voorbijgestreefd in duurzaamheid. De ranglijsten, totaal en per dimensie, bieden kansen om te zien wat andere gemeenten beter doen op punten waar Wageningen laag of minder op scoort, in Nijmegen bijvoorbeeld, nummer 1 van de ranglijst. Belangrijkste conclusies per beleidsonderdeel: PEOPLE – de sociale dimensie van duurzame ontwikkeling: Verankering in de organisatie: Hierop schoort de gemeente laag (41%). Belangrijkste reden daarvoor is dat de gemeente geen strategische visie op duurzaamheid heeft. Door gebrek aan visie en heldere richtlijnen is dit te veel afhankelijk van de inzet en ideeën van individuele ambtenaren of wethouders, en niet verankerd en organisatie breed gedragen. In 2011 was het ontbreken van en de noodzaak van het ontwikkelen van een Duurzaamheidsvisie ook één van de belangrijkste constateringen. Toen was er het voornemen om een “Duurzaamheidsvisie” onderdeel te maken van een te ontwikkelen Toekomstvisie voor Wageningen, maar het ontwikkelen daarvan is niet doorgegaan. Burgerparticipatie: De gemeente scoort hier met 67% gemiddeld. De gemeente ontplooit wel initiatieven om burgers te betrekken bij beleidskeuzes maar niet voldoende structureel. Sommige maatschappelijke organisaties geven aan dat ze niet altijd betrokken worden bij voor hen relevant beleid, of pas in een laat stadium als er eigenlijk niets meer veranderd kan worden, en dat het vaak 8 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen afhangt van individuele ambtenaren of hun eigen initiatief. Een zeer recente evaluatie van het Wijkgericht werken (WGW) stelt dat de doeltreffendheid en doelmatigheid beperkt is als gevolg van gebrek aan kaderstelling, focus en sturing, en dat organisatie brede betrokkenheid van de gemeente ontbreekt.1 Dit vertoont paralellen met het gebrek aan een duurzaamheidsvisie en beleid en organisatie brede “verankering” van duurzaamheid binnen de gemeente. Het verbeteren van het WGW zou samen kunnen gaan met het ontwikkelen van duurzaamheidsbeleid. WGW zou uitstekend passen in het ontwikkelen van duurzame wijken, bijvoorbeeld voor het vergroten van sociale cohesie, ruimte voor initiatieven zoals stadlandbouw, delen (“deeleconomie”), hergebruik (“circulaire economie”) en economische initiatieven. Duurzaamheid en samenleving: Ook hiervoor scoort de gemeente gemiddeld (62%). De gemeente scoort nog steeds op vragen gerelateerd aan internationale samenwerking, maar mist wel punten o.a. vanwege het ontbreken van duurzaamheidsbeleid, omdat het geen Fair Trade gemeente is, er niet genoeg aandacht is voor kwetsbare groepen m.b.t. het stimuleren van duurzaam en gezond (consumptie) gedrag2 en jongeren geen uitgesproken doelgroep is voor activiteiten gericht op (mondiaal) burgerschap en duurzaam gedrag. PLANET – de ecologische dimensie van duurzame ontwikkeling: Klimaat en energie: Met 87% een hoge score dank zij het “Klimaatneutraal 2030” beleid, waar de gemeente op meerdere fronten flink op inzet. Vermeldenswaardig is de verkiezing van Wageningen in 2013 tot “Solar City” van Nederland. Natuur en Water: Voor Water scoort de gemeente hoog (83%), maar op het gebied van Natuur scoort de gemeente laag (44%). Dit heeft verschillende oorzaken, maar ook voor dit onderdeel is gebrek aan sturing van een duurzaamheidsvisie en –beleid een reden. Er gebeuren wel goede dingen, o.a. het ecologisch groenbeheer, maar niet als onderdeel van een meeromvattende duurzaamheidsvisie of beleid. Er is ook geen visie en beleid voor een duurzame ontwikkeling van het buitengebied, die zowel landschappelijke, ecologische, én maatschappelijke en economische waarden waarborgen. Afval en vervuiling: De gemeente scoort hier met 65% gemiddeld. Ze heeft een degelijk afvalbeleidsplan, een degelijk beleid voor afvalwater en gebruikt geen chemische bestrijdingsmiddelen in het groenbeheer, maar mist punten o.a. door het ontbreken van een uitgewerkte visie en strategie voor het bevorderen van een circulaire economie. PROFIT – de economische dimensie van duurzame ontwikkeling: Duurzaam inkopen: Wageningen scoort met 59% gemiddeld. Ze nam in 2011 al deel aan het Programma Duurzaam Inkopen’. In het in 2012 opgestelde “Inkoop- en Annbestedingsbeleid” wordt er op de duurzaamheidseisen ingegaan. Deze worden meer toegepast dan in 2011, maar nog niet structureel genoeg. De gemeente mist punten o.a. doordat ze in haar duurzaam inkoopbeleid niet waar mogelijk kansen schept voor lokale- en regionale ondernemers; er i(nog) geen breed assortiment aan duurzame producten in de eigen kantine en/of de catering bij speciale gelegenheden is (dit wordt wel onderzocht) en de gemeente bij de inkoop van bedrijfskleding geen milieu- én sociale criteria hanteert. Duurzame mobiliteit: Wageningen scoort met 87% hoog op dit onderdeel, evenals in 2011. De hoge scores in 2011 en 2013 zijn vooral behaald omdat Duurzame mobiliteit voor een groot deel gerelateerd is aan het Klimaatneutraal beleid. In 2012 is een nieuw Gemeentelijk Mobiliteit Plan (GMP) vastgesteld. MV0/Duurzaam ondernemen: Wageningen scoort op dit onderdeel met 61% gemiddeld. De gemeente doet wel veel op energiegebied met lokale ondernemers, maar anderszins niet. Zo is er wel 1 “Wat is goed voor de wijk? Evaluatie Wijkgericht werken gemeente Wageningen”, jan 2014, algemene rekenkamer Opleidingsniveau en/of inkomensniveau is gerelateerd aan wel of niet duurzaam gedrag en het aantal gezonde levensjaren. (bron: PBL: Monitor Duurzaam Nederland 2011) 2 9 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen een “energieloket” (= tel.nr en email adres) maar maken MVO/ duurzaamheidsadvies geen deel uit van de diensten van het ondernemersloket. Er gebeurt weinig op het gebied van kansen scheppen en stimuleren van lokale duurzame of duurzaam producerende ondernemingen, zoals “duurzame” boeren in het buitengebied en andere aspecten van duurzaamheid, zoals bij aan klimaat/energie gerelateerde ondernemers. Algemeen: in deze editie van de Lokale Duurzaamheidsmeter is meer dan voorgaande jaren de nadruk gelegd op het hebben van een strategische duurzaamheidsvisie en –beleid, en aan de verankering van “duurzaam denken” in de eigen organisatie en in de samenleving. Een dergelijke, maatschappelijk breed gedragen, toekomstvisie wordt belangrijk gevonden omdat het richting geeft aan beleid, en kaders en keuzecriteria biedt. Juist omdat “duurzaamheid” een breed, en voor veel mensen vaag begrip is, is het belangrijk om dit te concretiseren in een duurzaamheidsvisie. Als het doel duidelijk is, is het ook gemakkelijker om dit te “verankeren” in de eigen organisatie en de samenleving. Hier kunnen ook kortere termijnplannen op gebaseerd worden. Belangrijkste conclusies en aanbevelingen: Om een duurzame gemeente te worden, en een volgende keer weer in de top te eindigen, zouden de volgende aanbevelingen kunnen helpen: Ontwikkel een strategische visie en heldere richtlijnen en kaders voor een duurzame ontwikkeling van Wageningen, in samenspraak met burgers, maatschappelijke organisaties en bedrijfsleven. Maak het een bestuurlijke prioriteit om deze visie en beleid te verankeren in de gemeentelijke organisatie en haar mensen, in de vorm van een uitvoeringsprogramma. Maak heel B&W verantwoordelijk, maar één wethouder aanspreekpunt voor de institutionalisering van duurzaamheid, in de brede betekenis van duurzaamheid. Concretiseer zo snel mogelijk de beleidsnotitie “burgerparticipatie” en geef richtlijnen om burgers en maatschappelijk organisaties structureel vanaf een vroeg stadium bij beleidsontwikkeling, maar ook bij uitvoering en evaluatie te betrekken. Integreer Wijk Gericht Werken in een duurzaamheidsvisie voor Wageningen voor duurzame wijk/ gebiedsontwikkeling en bewerkstellig dat dit organisatie breed gedragen en verankerd wordt. Betrek jongeren bij activiteiten gericht op (mondiaal) burgerschap en duurzaam gedrag, bijvoorbeeld via de Jongerenraad. Ontwikkel visie en beleid voor een duurzame ontwikkeling van het buitengebied die zowel landschappelijke, ecologische, maatschappelijke en economische waarden waarborgen, als onderdeel van een Duurzaamheidsvisie voor Wageningen. Handhaaf het ecologisch groenbeheer zonder bestrijdingsmiddelen, maximaal rekening houdend met flora, fauna (waaronder bijen), en biodiversiteit; draag dit ook uit naar burgers voor hun tuinonderhoud Creëer mogelijkheden en kansen voor initiatieven als stadslandbouw en gemeenschappelijke tuinen. Werk Ideeën voor een circulaire economie uit in de Duurzaamheidsvisie Zorg voor een breed assortiment van duurzame producten in de eigen kantines en voor eigen catering, en betrek deze producten zo veel mogelijk van lokale ondernemers die zelf ook aan duurzaamheidscriteria voldoen. Maak MVO/duurzaamheidsadvies onderdeel van de diensten van het Ondernemersloket. Geef meer aandacht aan het kansen scheppen en stimuleren van lokale duurzame of duurzaam producerende ondernemingen, in het buitengebied en binnen de stadsgrenzen. Bekijk welke suggesties in de toelichting op de vragen van de Duurzaamheidsmeter bruikbaar zijn voor Wageningen om op te volgen. Volg ook aanbevelingen van de vorige Duurzaamheidsmeter (2011) die nog actueel zijn op. Check op de website van de Lokale Duurzaamheidsmeter welke gemeenten hoog scoren op terreinen dat Wageningen laag scoort kijk de kunst af! 10 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen 1. Inleiding 1.1 Duurzame Ontwikkeling Duurzame ontwikkeling betekent het gelijktijdig verbeteren van welzijn, leefomgeving en welvaart: people, planet, profit. Het gaat om ontwikkeling die niet ten koste gaat van het welzijn, leefomgeving en welvaart van een ander, van ergens anders op de wereld of van toekomstige generaties. Duurzame ontwikkeling betekent het zoeken naar een optimale balans tussen de drie soorten belangen. People: rekening houden en zorgzaam omgaan met mensen en hun ambities, hier en daar, nu en later. Waardering voor ieders rol in de maatschappij en het zorgen voor welzijn. Planet: rekening houden met de natuurlijke productie en zelfherstellende vermogen van de aarde. Waarborgen van de kwaliteit van ieders leefomgeving. Profit: rekening houden met economische haalbaarheid én rechtvaardigheid. Creëren van kansen om duurzaam te ondernemen en te zorgen voor welvaart. 1.2 De Lokale Duurzaamheidsmeter De Lokale Duurzaamheidsmeter is een instrument dat inzicht biedt in de ambities en initiatieven van gemeenten op het gebied van duurzame ontwikkeling. Ook is het instrument een handvat voor maatschappelijke organisaties om met gemeenten in gesprek te gaan over duurzame ontwikkeling. Denk mondiaal, handel lokaal De basis van de Duurzaamheidsmeter is een vertaalslag van de mondiale duurzaamheidsagenda (Agenda 21 en de gerelateerde afspraken zoals de Millennium Doelen) naar de lokale praktijk. Aan de hand van de vragenlijsten van de Lokale Duurzaamheidmeter wordt expliciet gekeken of er op lokaal niveau ook rekening gehouden wordt met de internationale dimensie van duurzame ontwikkeling, dus met de mondiale gevolgen van het eigen handelen en de kansen die er liggen om een positieve bijdrage te leveren aan duurzame ontwikkeling in mondiaal perspectief. Wat is de ‘Lokale Duurzaamheidsmeter’? De Lokale Duurzaamheidsmeter bestaat sinds 1999 maar wordt iedere vier jaar geactualiseerd in het jaar voorafgaand aan de gemeenteraadsverkiezingen. De vragenlijsten en resultaten van voorafgaande jaren blijven beschikbaar via de website www.duurzaamheidsmeter.nl. De structuur van de Lokale Duurzaamheidsmeter volgt nog steeds de drie bekende pijlers van duurzaamheid, te weten People, Planet, Profit. De drie vragenlijsten zijn vervolgens onderverdeeld in 3 thema's. Bij het aanpassen van de vragenlijsten in 2013 is al het mogelijke gedaan om de situatie anno 2013 te kunnen vergelijken met resultaten uit de vorige versie(s), maar er hebben inhoudelijk wel wat veranderingen plaatsgevonden, vooral in de People-lijst. Ook zijn “natuur & milieu” en “water” samengevoegd en is “afval en vervuiling” er als thema bijgekomen. 11 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen De structuur van de nieuwe versie: People Planet Profit Verankering in de organisatie Klimaat & energie Duurzaam Inkopen Burgerparticipatie Natuur & Water Duurzame mobiliteit Duurzaamheid en Samenleving Afval & Vervuiling MVO/Duurzaam Ondernemen Op basis van vragenlijsten opgesteld voor de 9 verschillende beleidsvelden worden er aan het gemeentelijke beleid en inspanningen scores toegekend. De vragen hebben betrekking op planvorming, uitvoering en publieke verantwoording. De antwoorden op de vragen leveren een bepaalde score op, die kan worden vergeleken met de score van andere Nederlandse gemeenten. De Lokale Duurzaamheidsmeter in Wageningen 1999-2011 De Duurzaamheidsmeter is in Wageningen sinds het begin, 1999, meerdere keren door leden van het Platform Duurzaam Wageningen uitgevoerd, en ook nader geanalyseerd op de verschillende beleidsterreinen. Daardoor kon niet alleen de vergelijking met andere gemeenten gemaakt worden, maar kon ook beoordeeld worden, in totaal en op onderdelen, of het duurzaamheidsgehalte van het gemeentelijk beleid was toegenomen of niet. Platformleden hebben in 2002, 2005 en 2011 in opdracht van de gemeente een meer uitgebreide analyse gemaakt van de duurzaamheidsmeters. De resultaten van die Duurzaamheidsmeters waren aanleiding om de betreffende ambtenaren te vragen om aanbevelingen op te volgen, en minder goede punten waar mogelijk te verbeteren. Deze werden deels uitgevoerd. Landelijk gezien scoorde Wageningen in de beginjaren heel goed: in 1999 een 10e plaats van de 72 gemeenten die toen meededen en in 2001 zelfs een 4e plaats (van 53 gemeenten). In 2002 behaalde Wageningen een 13e plaats van 285 gemeenten, maar waarvan maar 44 gemeenten alle (toen 5) lijsten hadden ingevuld. Wageningen eindigde in 2005 met een totaalscore van 61% op de 24ste plaats van 228 gemeenten die meededen. De totaalscore van Wageningen was in 2011 hoger: 75%, maar toch eindigden ze op een lagere plaats in de ranglijst vergeleken met andere gemeenten: op een 32ste plaats van de 190 gemeenten die in de periode 2009-2011 de vragenlijsten hadden ingevuld. Uiteindelijk stond Wageningen op een 47ste plaats van de 205 gemeenten die de vragenlijsten in de periode 2009-2012 hebben ingevuld. Resultaten Lokale Duurzaamheidsmeter 2011 De beleidsterreinen waarop Wageningen vooral hoog scoorde in 2011 waren Internationale Samenwerking (92%) en Klimaat en Energie (96%). De laagst scorende beleidsterreinen waren Natuur en Milieu (53%) en Burgerparticipatie (62%). Bij Natuur en Milieu komt de lage score deels door het ontbreken van een Wageningse Duurzaamheidsvisie met bijbehorende referentiekaders en duurzaamheidscriteria. Het beleid t.a.v. groenbeheer, natuur en biodiversiteit dat al sinds 2005 is verschraald onder invloed van bezuinigingen, heeft waarschijnlijk ook aan de lage score bijgedragen. Andere punten waarop nog veel te verbeteren viel waren: Monitoring en Handhaving Communicatie en afstemming tussen beleids-, vergunning verlenende en handhaving teams Het Duurzaam Inkoop beleid van de gemeente. 12 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Scores per deelbeleidsterrein in 2011: 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% Bu rg er pa In rt te ici rn pa So at t ie io cia na a lb le sa el ei m d en w er ki ng Kl im aa te n en Na er tu gi ur e en m ili W eu at er Du be he ur za er m e be dr ijf Du sv ur oe z am Du rin ur e g m za ob am ili be te it dr ijf sle ve n 0% De Lokale Duurzaamheidsmeter in Wageningen 2013 Hoewel het nog maar 2 jaar geleden was dat de vorige Duurzaamheidsmeter is afgenomen vond de gemeente het zinvol om het in 2013 weer te doen om verschillende redenen: Het jaar voorafgaand aan de gemeenteraadsverkiezingen is het natuurlijke moment om deze af te nemen. De vragenlijsten zijn aangepast aan de actualiteit van nu. Uit de resultaten kan gedestilleerd worden welke zaken belangrijk zijn om op de politieke agenda te zetten om Wageningen nog duurzamer te maken. Dit kan dienen voor discussie voorafgaand aan de gemeenteraadsverkiezingen, om het op de agenda van de verkiezingsprogramma’s te krijgen en voor het formuleren van een nieuw collegeprogramma na de verkiezingen. Voor de gemeenteambtenaren is het een monitoring instrument door het vaststellen van successen en verbeterpunten van bestaand beleid en uitvoering. Daaruit kunnen conclusies getrokken worden voor het formuleren van nieuw of aanvullend beleid, voor het verbeteren van uitvoering of voor het verbeteren van afstemming tussen beleid en uitvoering. Dit is van belang vanwege het ontbreken van een Duurzaamheidsvisie van de gemeente en daardoor ook van een “duurzaamheids” monitoring instrument. Omdat de Duurzaamheidsmeter in 2011 vrij uitgebreid was, is de analyse en het advies beperkt tot een analyse en het formuleren van aanbevelingen op hoofdlijnen. Dit is deze vooral gericht op de gemeenteraad en politieke partijen om hen te informeren over de stand van zaken, en welke thema’s belangrijk zijn om te bespreken gedurende de verkiezingscampagne en coalitievorming. 1.3 Doelstelling De doelstelling van de Lokale Duurzaamheidsmeter in 2013 is drieledig: 1. Het vaststellen van successen en verbeterpunten in beleid en uitvoering van de gemeente op de verschillende deelterreinen binnen de 3 dimensies van duurzaamheid (people, planet, profit), het vaststellen van trends vergeleken met voorgaande edities van de Duurzaamheidsmeter en van (deel)terreinen waarop verbetering wenselijk is. 2. Het distelleren van thema’s die belangrijk zijn om op de politieke agenda te zetten voor de gemeenteraadsverkiezingen en de coalitievorming om Wageningen duurzamer te maken. 3. Het formuleren van (aanvullende) aanbevelingen voor verbetering van beleid en uitvoering op hoofdlijnen op grond van de resultaten en analyse van de resultaten. 13 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen 2. Opzet en uitvoering De werkwijze is vergelijkbaar met die van 2011, maar minder uitgebreid. Er is ook gekeken naar het Plan van Aanpak, ontwikkeld i naar aanleiding van de 2011 Duurzaamheidsmeter. Vergeleken met 2011 is er minder uitgebreid gecheckt bij ambtenaren en andere organisaties en deskundigen en wordt er een beknopter eindrapport uitgebracht. Er zijn minder uitgebreid aanbevelingen geformuleerd. Zoals toegelicht in de inleiding worden binnen de 3 dimensies van duurzaamheid over een totaal van 9 thema’s/beleidsterreinen vragen gesteld. De Lokale Duurzaamheidsmeter bestaat uit 3 verschillende vragenlijsten per dimensie, variërend van 45 tot 50 vragen per dimensie. Op iedere vraag kan met “ja” of “nee” geantwoord worden. Op basis van de met “ja” beantwoorde vragen wordt een score toegekend. Per dimensie kan voor maximaal 3 punten naar boven of beneden gecorrigeerd worden, naar boven voor niet in de vragenlijst voorkomende initiatieven of juist naar beneden voor “blinde” vlekken. De geactualiseerde vragenlijsten van de Lokale Duurzaamheidsmeter van 2013 verschillen behoorlijk met de vragenlijsten van 2011, vooral de vragenlijst van de dimensie “People”. De vragenlijsten zijn uitgebreider, er zijn onderdelen samengevoegd, zoals Natuur en Water, en er zijn andere bijgekomen, zoals “Verankering in de organisatie” en “Afval & vervuiling”. Vragen zijn soms anders geformuleerd, ondergebracht onder een ander beleidsterrein, of er zijn oude vragen uitgehaald en nieuwe toegevoegd. Dat maakt vergelijking met voorgaande jaren op sommige onderdelen lastig of niet mogelijk. De vragenlijsten werden eerst bewerkt zodat er ook toelichting gegeven kon worden bij de “ja” of “nee” antwoorden. De ambtenaar die ook verantwoordelijk was voor het Plan van Aanpak heeft in eerste instantie de vragenlijsten ingevuld. Daarna werden de lijsten naar de relevante ambtenaren gestuurd om de antwoorden te verifiëren en de toelichting eventueel aan te vullen. Heel veel vragen riepen weer nieuwe vragen op. Voor een deel van die vragen werd aanvullende informatie gevraagd, aan ambtenaren zelf of aan vertegenwoordigers van andere maatschappelijke organisaties, m.n. wanneer dit verschil maakte voor de puntentelling. De scores, antwoorden op de vragen en de toelichting werden geanalyseerd en voor zover mogelijk vergeleken met voorgaande jaren, vooral met de resultaten van 2011. In totaal kan de gemeente per vragenlijst/dimensie 75 punten behalen. Maar de vragenlijst is niet uitputtend. Het kan zijn dat de gemeente meer doet binnen bepaalde beleidsterreinen, of dat op papier vastgelegd beleid in de praktijk nog niet is uitgewerkt. Dan kan er gecorrigeerd worden door maximaal 3 punten extra toe te kennen of af te trekken. De Lokale Duurzaamheidsmeter wordt door de meeste gemeenten zelf ingevuld. Dat is wellicht minder kritisch dan wanneer de punten worden gegeven door een externe partij. Daardoor kan Wageningen in vergelijking met andere gemeenten misschien lager scoren. De nadruk in dit rapport ligt daarom vooral op wat goed is en beter zou kunnen in Wageningen. De plek in de ranglijst geeft wel een indicatie van hoe goed Wageningen het doet t.o.v. andere gemeenten en van welke gemeenten Wageningen wat kan leren. 14 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen 3. Resultaten en aanbevelingen Voor de vragenlijsten, antwoorden en toelichting, zie de bijlagen. Hierna worden de resultaten per dimensie besproken. 3.1 PEOPLE – Sociale dimensie van duurzaamheid In dit deel ligt het accent op de sociale dimensie (People) van duurzame ontwikkeling. De 'P' van People zou ook kunnen staan voor 'Participatie'. Een duurzame samenleving heeft gemeenschapsgevoel nodig, waarbij burgers zich betrokken voelen bij wat er in hun wijk, samenleving, de wereld en met hun medeburgers gebeurt. “Human beings are at the centre of concerns for sustainable development. They are entitled to a healthy and productive life in harmony with nature.” Principle 1 van de Rio Declaration (1992): Centrale vragen in deze vragenlijst zijn: Het aansturen van duurzame ontwikkeling is mensenwerk. Heeft de gemeente duurzaamheid binnen haar organisatie verankerd in de werkprocessen en organisatie cultuur? Wat doet de gemeente om haar inwoners zoveel mogelijk te betrekken bij het maken van (politieke) duurzame beleidskeuzes? Wat doet de gemeente om duurzame initiatieven vanuit de samenleving te faciliteren? In hoeverre heeft de gemeente aandacht voor het bevorderen van duurzaam gedrag en (wereld)burgerschap? Denk mondiaal, handel lokaal Het is van belang om lokale ontwikkelingen in een grotere context te plaatsen, voorbij de eigen straat en de wijk. Immers, duurzame ontwikkeling betekent ook rekening houden met mensen elders. Het actief bevorderen van mondiaal bewustzijn of actief wereldburgerschap biedt de gemeente kansen voor meer begrip en lokaal draagvlak. De vragenlijst bestaat uit drie thema’s: 1) Verankering binnen de organisatie, 2) Burgerparticipatie, 3) Duurzaamheid en burgerschap. De sociale dimensie verschilt het meest van voorgaande jaren in samenstelling. Voorheen waren de onderdelen: Burgerparticipatie – Sociaal beleid – Internationale Samenwerking. Nu zijn de onderdelen: Verankering in de organisatie – Burgerparticipatie – Duurzaamheid en Samenleving. De vragen zijn deels “gehusseld” over verschillende onderdelen en deels nieuw, m.n. “proces” vragen. Dat maakt het lastiger om de uitkomsten met voorgaande jaren te vergelijken. Resultaten 2013 sociale dimensie: Sociale dimensie Verankering Burgerparticipatie Duurzaamheid en Samenleving Totaal People Score 9 16 18 43 max. score 22 24 29 75 % van max 41% 67% 62% 57% 15 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% Verankering Burgerparticipatie Duurzaamheid en Samenleving Voor details van vragen, antwoorden en toelichting, zie bijlage 1. 3.1.1 Verankering in de organisatie Verankering van duurzaamheid binnen de gemeentelijke organisatie en haar mensen. Zorgdragen voor duurzame ontwikkeling is mensenwerk. De integratie van duurzaamheid (of MVO) binnen de gemeentelijke organisatie is een continu leer- en groeiproces. In 2010 is de zogeheten ISO 26000 richtlijn vastgesteld, een internationale richtlijn voor Maatschappelijke Verantwoordelijkheid van Organisaties (MVO). Deze biedt handvatten voor elk type organisatie om hun maatschappelijke verantwoordelijkheid 'op maat' in te vullen en op gestructureerde wijze te implementeren3. De basiselementen van ISO 26000 vormen het belangrijkste referentie kader voor vragen m.b.t. het proces van institutionalisering en internalisering van duurzame ontwikkeling binnen kernprocessen van de gemeente. Kernvraag: heeft de gemeente duurzaamheid binnen haar organisatie verankerd in de werkprocessen en de organisatie cultuur? Resultaten Wageningen 2013: Op bovenstaande kernvraag moet helaas negatief geantwoord worden, Wageningen scoort met 41% laag. Belangrijkste reden hiervoor is dat de gemeente geen strategische visie op duurzaamheid heeft. Weliswaar doet de gemeente veel aan klimaatbeleid en wordt het woord “duurzaamheid” regelmatig genoemd in beleidsstukken, maar dit wordt niet uitgewerkt in beleid, er zijn geen richtlijnen, en er is geen wethouder verantwoordelijk of aanspreekpunt voor duurzaamheid. In theorie zijn alle wethouders verantwoordelijk maar omdat er geen visie en richtlijnen zijn betekent dit in de praktijk dat niemand verantwoordelijk of aanspreekpunt is. In Wageningen lijkt duurzaamheid daardoor beperkt tot klimaatbeleid, en scoort de gemeente op andere terreinen veelal middelmatig. Er zijn ook wel andere goede initiatieven dan klimaatbeleid, maar door gebrek aan visie en heldere richtlijnen is dit te veel afhankelijk van de inzet en ideeën van individuele ambtenaren, en niet verankerd en organisatie breed gedragen. Wat de gemeente doet om duurzaamheid te verankeren in werkprocessen: Klimaatbeleid Minimatoets en klimaattoets bij raadsvoorstellen Dugo beleid4 bij ruimtelijke plannen van enige omvang 3 Ref: www.nen.nl/iso26000 Dugo = “duurzame gebiedsontwikkeling”: bij ruimtelijke plannen van enige omvang moet een duurzaamheidsprofiel worden opgesteld, waarin de verschillende facetten van duurzaamheid aan bod komen en worden afspraken gemaakt met projectontwikkelaar over energie, afval, water en bereikbaarheid. 4 16 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Vergelijking met voorgaande jaren: In 2011 was het ontbreken van en de noodzaak van het ontwikkelen van een Duurzaamheidsvisie ook één van de belangrijkste constateringen. Toen was er het voornemen om een “Duurzaamheidsvisie” onderdeel te maken van een te ontwikkelen Toekomstvisie voor Wageningen, maar het ontwikkelen daarvan ging vanwege bezuinigingen niet door. De betreffende wethouder besloot toen om hands-on aan de slag te gaan op basis van de Duurzaamheidsmeter 2011 en een Plan van Aanpak te formuleren. Dat is een goede zaak maar heeft niet tot organisatie brede “verankering” in de gemeenteorganisatie geleid. Aanbevelingen: Ontwikkel een strategische visie en heldere richtlijnen en kaders voor een duurzame ontwikkeling van Wageningen, in samenspraak met burgers, maatschappelijke organisaties en bedrijfsleven Maak MVO beleid voor de eigen organisatie onderdeel van deze visie, volgens de hierboven genoemde internationale ISO richtlijnen Maak het een bestuurlijke prioriteit om deze visie en beleid te verankeren in de gemeentelijke organisatie en haar mensen, in de vorm van een uitvoeringsprogramma. Maak één wethouder aanspreekpunt voor de institutionalisering van duurzaamheid, in de brede betekenis van duurzaamheid. Check op de website van de Lokale Duurzaamheidsmeter welke gemeenten hoog scoren op dit gebied en kijk de kunst af! 3.1.2 Burgerparticipatie “De overheid heeft een wereld te winnen door de creativiteit en innovatiekracht van burgers [en bedrijven] beter te benutten”. Maarten Haayer, De Energieke Samenleving, PBL 2011. Er zijn veel verschillende vormen van burgerparticipatie. De vragen in de lijst gaan in op het betrekken van burgers bij het lokaal bestuur, beleidsontwikkeling en –uitvoering en op het inspelen en faciliteren van lokale initiatieven. 5 “Een organisatie behoort de belangen van haar stakeholders te respecteren, in overweging te nemen en erop in te spelen”. Uit ISO 26000 (2010) mbt Principes van maatschappelijke verantwoordelijkheid. Kernvragen: 1. wat doet de gemeente om haar inwoners zoveel mogelijk te betrekken bij het maken van (politieke) duurzame beleidskeuzes? 2. En wat doet ze om de duurzame initiatieven vanuit de samenleving te faciliteren? Resultaten Wageningen 2013: Met 67% scoort de gemeente op dit onderdeel gemiddeld. De gemeente ontplooit wel initiatieven om burgers te betrekken bij beleidskeuzes maar niet voldoende structureel. Sommige maatschappelijke organisaties geven aan dat ze lang niet altijd betrokken worden bij voor hen relevant beleid, of pas in een laat stadium als er eigenlijk niets meer veranderd kan worden, en dat het vaak afhangt van individuele ambtenaren of hun eigen initiatief. Wat de gemeente doet om burgers te betrekken bij het maken van duurzame beleidskeuzes: Er is een Klankbordgroep Milieu, Natuur en Duurzaamheid Er is een jongerenraad. 5 Zie ter inspiratie http://praktijkvoorbeelden.vng.nl/databank/burgerparticipatie.aspx Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen 17 Er zijn andere adviesorganen, o.a. Cliëntenraad Wet Werk en Bijstand (WWB) en Adviesraad WMO en WI De gemeente heeft in 2013 de notitie “Burgerparticipatie” vastgesteld. Het is de bedoeling om hiermee burgers beter en in een eerder stadium bij beleidsvorming te betrekken, maar dit moet zich nog concretiseren. Wat de gemeente doet om duurzame initiatieven vanuit de samenleving te faciliteren: Ondersteuning van vrijwilligers en mantelzorgers Jaarlijks (laten) organiseren van de Beursvloer waarin samenwerking tussen het bedrijfsleven en vrijwilligersorganisaties gefaciliteerd wordt Wijkgericht werken (WGW) aanpak om inwoners actief te betrekken bij de inrichting en zorg voor hun eigen leefomgeving. Een zeer recente evaluatie van het WGW stelt dat de doeltreffendheid en doelmatigheid beperkt is als gevolg van gebrek aan kaderstelling, focus en sturing. De analyse vertoont wat dat betreft veel paralellen met de analyse van het duurzaamheidsbeleid van de gemeente. Eén van de aanbevelingen voor het WGW is om de gemeentelijke betrokkenheid bij het WGW te vergroten. Men stelt dat er bij de sleutelfiguren binnen de gemeente voldoende kennis over het wijkgericht werken is, maar dat op de verschillende vak afdelingen de kennis nog beperkt is, wat een geslaagde integrale wijkaanpak in de weg staat.6 Dit vertoont paralellen met het gebrek aan organisatie brede “verankering” van duurzaamheid binnen de gemeente. Het verbeteren van het WGW is een kans om dit samen te laten gaan met het ontwikkelen van duurzaamheidsbeleid. WGW zou uitstekend passen in het ontwikkelen van duurzame wijken, met ruimte voor initiatieven zoals stadlandbouw, delen (“deeleconomie”) en hergebruik (“circulaire economie”) Vergelijking met voorgaande jaren: De score op het gebied van “burgerparticipatie” (67%) is min of meer gelijk aan voorgaande jaren: 62% in 2011 en 67% in 2005. De titel van het deelterrein is wel hetzelfde maar de samenstelling van de vragen is maar gedeeltelijk hetzelfde als voorgaande jaren. Er zijn dan ook weinig conclusies aan te verbinden. Aanbevelingen: Concretiseer zo snel mogelijk de beleidsnotitie “burgerparticipatie” en geef richtlijnen om burgers en maatschappelijk organisaties structureel vanaf een vroeg stadium bij beleidsontwikkeling, maar ook bij uitvoering en evaluatie te betrekken. Integreer Wijk Gericht Werken in een duurzaamheidsvisie voor Wageningen voor duurzame wijk/ gebiedsontwikkeling en bewerkstellig dat dit organisatie breed gedragen en verankerd wordt. 3.1.3 Duurzaamheid en Samenleving De transitie naar een duurzame samenleving vraagt bewustwording, betrokkenheid en het verhogen van de competentie bij individuen en in organisaties om te leren begrijpen wat duurzaamheid betekent. Duurzame ontwikkeling betekent ook rekening houden met behoeften en ambities van mensen elders. Het begrip mondiaal burgerschap sluit hierop aan. Samenwerking, (nieuwe) partnerschappen en/of het aansluiten bij bestaande initiatieven bieden gemeenten kansen om handen en voeten te geven aan het bekende adagium ‘Think global, act local’.7 6 “Wat is goed voor de wijk? Evaluatie Wijkgericht werken gemeente Wageningen”, jan 2014, algemene rekenkamer Veel informatie en inspiratie op dit terrein is onder andere te vinden via: www.millenniumgemeenten, www.vereniginggdo.nl, www.fee.nl, 7 18 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Kernvraag: In hoeverre heeft de gemeente aandacht voor het bevorderen van duurzaam gedrag en (wereld)burgerschap? Resultaten Wageningen 2013: De gemeente scoort op deze vraag 62%. De gemeente mist vooral punten vanwege het ontbreken van duurzaamheidsbeleid en omdat het geen Fair Trade gemeente is. Ook is er geen extra aandacht voor kwetsbare groepen m.b.t. het stimuleren van duurzaam en gezond (consumptie) gedrag8 en zijn jongeren geen uitgesproken doelgroep voor activiteiten gericht op (mondiaal) burgerschap en de bevordering van duurzaam gedrag. Er was een Fair Trade werkgroep met studenten, maar die is met het vertrek van de studenten weer uiteen gevallen. Wat doet de gemeente om duurzaam gedrag en (wereld)burgerschap te bevorderen: I.h.k.v. het klimaatbeleid ondersteunt de gemeente voorlichting en bewustwording gericht op energiebesparing, maar ook op het gebied van voeding in de flexitariër-campagne. en de website Wageningen woont Duurzaam Werkt mee aan publiekscampagnes als de Dag van de duurzaamheid, Nacht van de nacht. De gemeente is sinds 2010 Millennium Gemeente en heeft een budget van €5.000 beschikbaar, waaruit lokale initiatieven op dit vlak gefinancierd worden, bijv. duurzame markt en war child actie Uw gemeente heeft in haar jaarlijkse begroting structureel een budget voor het bevorderen van mondiaal burgerschap gereserveerd. Dit is wel steeds minder geworden. In 2013 was die incl. de €5.000 voor de Millennium Gemeente campagne, totaal €22.715, ongeveer € 0,61 per inwoner, in 2011: €35.000 (€0,95 per inwoner) en in 2005: €79,525. Dit valt nog wel steeds binnen de norm van 0,5 tot 1 euro per inwoner. De gemeente heeft een ambtenaar belast met de invulling van het predicaat Millennium Gemeente en/of het bevorderen van mondiaal burgerschap in zijn of haar takenpakket. Het aantal uren wordt terug gebracht van 15 uur per week in 2013 naar 11 uur per week in 2014. Projectrelatie met Ndiza in Rwanda; Stedenband relaties met Morfelden-Walldorf (Duitsland) en Gödöllö (Hongarije). Vergelijking met voorgaande jaren: In voorgaande jaren scoorde Wageningen altijd hoog op het onderdeel “Internationale Samenwerking” (IS): 92% in 2011 en zelfs 100% in 2005. Nu zijn de IS vragen samengevoegd met een aantal vragen gerelateerd aan duurzaamheidsbeleid en hoe de gemeente hier bij haar burgers aandacht voor vraagt. Door het ontbreken van een duurzaamheidsbeleid breder dan klimaatbeleid, scoort Wageningen hiernu lager op. Aanbevelingen: Duurzaamheidsvisie en –beleid ontwikkelen Publieksvoorlichting op duurzaam (consumptief) gedrag, breder dan aan klimaatbeleid gerelateerd, Hiervoor is een wereld aan mogelijkheden, bijv. vaste rubriek in lokale krant, thematafel bibliotheek, duurzame krant/magazine op leestafel in ontvangsthal 9 Betrek jongeren bij activiteiten gericht op (mondiaal) burgerschap en duurzaam gedrag, bijvoorbeeld via de Jongerenraad. Overwegen om ter inspiratie lid te worden van netwerken als de Vereniging van Gemeenten voor Duurzame Ontwikkeling (GDO) Meer informatie en inspiratie is te vinden via: www.vng-international.nl, www.ncdo.nl, www.cossen.nl, www.vereniginggdo.nl , www.fairtradegemeente.nl 8 Opleidingsniveau en/of inkomensniveau is gerelateerd aan wel of niet duurzaam gedrag en het aantal gezonde levensjaren. (bron: PBL: Monitor Duurzaam Nederland 2011) 9 bijv. www.debeterewereld.nl, www.wattis.nl, www.p-plus.nl 19 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen 3.1.4 Sociale dimensie algemeen Scores sociale dimensie: 2002 2005 2011 2013 70% 76% 73% 57% Sociaal 80% 60% 40% Sociaal 20% 0% 2002 2005 2011 2013 Voor de dimensie als geheel scoort Wageningen dit jaar lager: onder de 60% terwijl het in voorgaande jaren altijd minimaal 70% was. Dit komt vooral omdat er vragen uit de lijst zijn verwijderd, waar Wageningen eerder goed op scoorde, maar die nu niet meer onderscheidend zijn omdat de meeste gemeenten dit doen of omdat het verplicht is geworden. Verder zijn er veel nieuwe vragen bijgekomen over in hoeverre de gemeente een duurzaamheidsvisie of beleid heeft en inspanningen verricht om deze in de gemeentelijke organisatie en in de samenleving probeert te verankeren, het terrein waarop Wageningen dus laag scoort. Positie op landelijke ranglijst: van de 75 gemeenten die tot februari 2014 hebben meegedaan aan de People lijst eindigt Wageningen op een 47ste plaats, net iets boven Veenendaal (55%): een positie onder het gemiddelde. 3.2 PLANET – Ecologische dimensie van duurzaamheid In dit deel ligt het accent op de ecologische dimensie (Planet) van duurzame ontwikkeling De ‘P’ van Planet zou ook voor ‘Preserve’ of ‘Perspectief’ kunnen staan. Het gaat bij ‘Planet’ vooral om duurzaamheid in de tijd. Centraal staat hier het behoud, de bescherming en het beheer van onze natuurlijke hulpbronnen: de diversiteit aan plant- en diersoorten, kwaliteit en kwantiteit van water, luchtkwaliteit, bodemvruchtbaarheid, et cetera. Denk mondiaal, handel lokaal Zover we weten is er één leefbare planeet Aarde. Momenteel delen we deze met ruim 7 Miljard mensen wat waarschijnlijk nog verder op gaat lopen tot zo’n 10 miljard mensen in 2050. Mensen die met de toename aan welvaart een steeds groter beslag leggen op de milieugebruiksruimte. Klimaatverandering, verlies aan biodiversiteit en grondstoffen schaarste zijn als gevolg hiervan steeds prangender milieuvraagstukken geworden die om een wereldwijd gecoördineerde aanpak vragen en een adequate respons op alle niveaus, internationaal, nationaal en ook lokaal. Opbouw van de vragenlijst Planet De vragenlijst bestaat uit drie thema’s: 1) Klimaat & energie, 2) Natuur & milieu en 3) Afval & vervuiling 20 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Resultaten 2013 ecologische dimensie: Ecologische dimensie Klimaat en Energie Natuur en Water Afval en vervuiling Totaal Planet Score max. score 26 13 13 52 % van max 30 24 20 74 87% 54% 65% 70% 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% Klimaat en Energie Natuur en Water Afval en vervuiling Voor details van vragen, antwoorden en toelichting, zie bijlage 2. 3.2.1 Klimaat en energie De klimaatdoelstellingen waren in 2009-2011 neergelegd in de zogeheten klimaatakkoorden: 1) een reductie van de uitstoot van broeikasgassen van 30% in 2020 ten opzichte van 1990 2) een energiebesparing van 2% per jaar 3) een aandeel van hernieuwbare energiebronnen van 20% in 2020 Deze hebben in 2011 een vervolg gekregen in de vorm van de zogeheten Lokale Klimaat Agenda10. Hierin zijn de doelstellingen m.b.t. het terugdringen van CO2-uitstoot en de productie van duurzame energie bijgesteld naar de Europese doelstellingen van respectievelijk 20% en 14%. Gemeenten spelen een belangrijke rol in het realiseren van deze doelstellingen Kernvraag: wat is de kaderstelling (ambitiestelling) en hoe wordt draagvlak versterkt voor de lokale ambities in relatie tot de problematiek rond klimaatverandering. Resultaten Wageningen 2013: Evenals vorige keer scoort Wageningen met 87% hoog op het gebied van klimaat en energie, dank zij het “Klimaatneutraal 2030” beleid, waar de gemeente op meerdere fronten flink op inzet. Vermeldenswaardig is de verkiezing van Wageningen in 2013 tot “Solar City” van Nederland. Volgens de jury heeft Wageningen niet alleen een hoge zonnepaneeldichtheid, maar staat de stad op het gebied van zonne-energie dicht bij de burger. De jury had veel lof voor de wijze waarop Wageningen actief belemmeringen tot gebruik van zonne-energie oppakt. De Vegetariërsbond riep Wageningen in 2012 uit 10 LKA_ 2011-2014, www.lokaalklimaatbeleid.nl Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen 21 tot Vegastad . Dat is een steun in de rug van de flexitariër campagne van de gemeente om CO2 uitstoot te reduceren door het verminderen van vleesconsumptie. De grote inzet op klimaatbeleid kan ten koste gaan van inzet voor andere aspecten van duurzaamheid en voor organisatie-brede verankering van “duurzaamheids-denken”. Vergelijking met voorgaande jaren: Wageningen scoort met 87% nog steeds hoog, hoewel iets minder dan 2011 (96%). Wageningen scoort iets minder vanwege twee nieuwe vragen in deze lijst waar “nee” op geantwoord moest worden. De eerste is de vraag of Wageningen 20% van de eigen energiebehoefte zelf opwekt. Dat is (nog) niet het geval. De tweede vraag betreft de monitoring van het eigen energiegebruik, bijvoorbeeld m.b.v. de “Milieubarometer”. Het idee is dat de gemeente hiermee het goede voorbeeld geeft. In 2011 is de Milieubarometer al in gebruik genomen, maar deze wordt nog steeds niet goed bijgehouden. Dat maakt het moeilijker om lokale bedrijven aan te zetten tot het monitoren van hun eigen energiegebruik. De milieubarometer geeft inzicht in het energieverbruik en waar men op in zou kunnen zetten om energiegebruik te verminderen, of hoe zinvol het is om te investeren in eigen energieopwekking. Aanbevelingen: Klimaatbeleid niet ten koste laten gaan van duurzaamheid in de breedte Milieubarometer gaan gebruiken zoals het hoort en dit propageren bij lokale bedrijven 3.2.2 Natuur & Water Dit gaat over behoud en versterken van de lokale flora en fauna (biodiversiteit) en overige ecologische functies binnen de grenzen van de gemeente zoals het duurzaam beheer van water. De overheid heeft een belangrijke taak wat betreft beheer, bescherming en zonodig versterking van het ecologisch kapitaal (de producten en diensten die de natuur ons schenkt). Naast het naleven van (inter)nationale afspraken met betrekking tot het behoud en verbeteren van biodiversiteit en ecologische functies is er in toenemende mate aandacht voor de economische en maatschappelijke waarde van natuur en water in en om stad/dorp11. Kernvragen: 1. Wat doet de gemeente voor het behoud en versterken van de lokale flora en fauna (biodiversiteit) en overige ecologische functies binnen de grenzen van de gemeente zoals het duurzaam beheer van water. 2. Wat doet de gemeente m.b.t. de economische en maatschappelijke waarde van het buitengebied? Resultaten Wageningen 2013: Wageningen scoort met 54% op dit onderdeel laag. Hier moet onderscheid gemaakt worden tussen vragen die over “Natuur” gaan en over “Water”. Dit waren in de vorige Duurzaamheidsmeter nog aparte onderdelen. Op het gebied van Waterbeleid scoort de gemeente namelijk wel hoog: 83% (voor de vragen 31-34 + vr 36). Maar op het gebied van Natuur scoort de gemeente juist laag: 44% (vragen 2130 + vr 35). Wat de gemeente doet voor het behoud en versterken van de lokale flora en fauna (biodiversiteit) en overige ecologische functies: Ecologisch groenbeheer. Bomenverordening waarin beleidsregels zijn vastgesteld met voorwaarden voor de verlening van een vergunning tot kap en tot aanwijzing van monumentale bomen. De gemeente heeft een ecoloog in dienst. De gemeente is geabonneerd op de Nationale databank flora en fauna (NDFF), die de gemeente een actueel overzicht geeft van plant-(flora) en diersoorten (fauna) binnen haar grenzen. 11 www.biodiversiteit.nl Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen 22 De gemeente heeft een Integraal plan voor duurzaam waterbeheer, wat uitgaat van de trits “vasthouden, bergen, afvoeren”, dat streeft naar infiltreren van regenwater i.p.v. afvoeren via het riool, en verharde oppervlaktes compenseert met extra wateropvang. Wat de gemeente doet m.b.t. de economische en maatschappelijke waarde van het buitengebied12: Er is begonnen met het realiseren van de noordelijke ecologische verbindingszone (verbinding tussen Veluwe en Utrechtse Heuvelrug), Samenwerking met Stichting Wageningse Eng (SWE) en Territoriale Adviescommissie Wageningse Eng” (TAWE) voor het beheer op de Eng. Versterking Grebbedijk Erfbeplantingsproject in het Binnenveld Vergelijking met voorgaande jaren: Wat waterbeheer betreft scoort Wageningen hoog, evenals in 2011, toen was de score ook 83%. Wat natuur en milieu betreft lijkt er sprake van een neergaande lijn: Scores natuur en milieu: 2002 2005 2011 2013 78% 59% 53% 44% Natuur&Milieu 100% 50% Natuur&Milieu 0% 2002 2005 2011 2013 Waarom nu een nog lagere score dan 2011? Er is nog steeds sprake van ecologisch beheer zonder chemische bestrijdingsmiddelen, maar de gemeente heeft geen “certificaat goud” meer. Onder invloed van bezuinigingen is het groenbeheer verder verschraald: gemeentestruiken en begroeiing, gunstig voor biodiversiteit, worden weggehaald en vervangen door gras. Er is wel een bomenverordening maar geen bomenbeleidsplan. De gemeente is wel geabonneerd op de Nationale databank flora en fauna (NDFF), maar deze geeft alleen een totaal inventarisatie en geen details over de locatie van bijzondere soorten, wat nodig is voor het eventueel nemen van bijzondere maatregelen. Begin deze eeuw was hiervoor de “Natuurwaardenkaart” nog in gebruik, die tot 2004 bijgehouden werd i.s.m. natuurorganisaties. Het advies om deze weer bij te werken en bij te houden met natuurorganisaties13 is niet opgevolgd. Voor een ander deel komt de lagere score door een aantal nieuwe vragen waar negatief op geantwoord moest worden: Wageningen heeft geen speciaal bij-vriendelijk beleid, en stimuleert niet specifiek groene daken en stadslandbouw en/of de aanleg van dorps- of wijktuinen (op braakliggende gronden’). Toch is er ook wel vooruitgang geboekt. In het “Plan van Aanpak”, dat is opgesteld n.a.v. de aanbevelingen van de vorige Duurzaamheidsmeter, wordt scholing in Flora en Faunawet en Duurzaam Groenbeheer voorgesteld voor medewerkers van de afdelingen Stadsbeheer en Stadsvoorzieningen/beheer sportaccommodaties en om voor het Binnenveld meer te gaan beheren in overeenstemming met de werkwijze op de Eng met SWE en TAWE. In het Binnenveld lijkt de samenwerking te worden gezocht met de ANV Binnenveld. Natuurorganisaties lijken iets meer gehoor te vinden, maar het is wel vaak via de wethouder of op eigen initiatief. Er wordt ook wel door ambtenaren contact gezocht maar dat verschilt per ambtenaar en is soms in een stadium dat er al te veel vast ligt 12 13 Website gemeente Eindrapport Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2011 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen 23 om nog iets te kunnen veranderen, en niet vanaf het begin. Zo wordt mogelijk waardevolle inbreng gemist. Het gebrek aan sturing d.m.v. een duurzaamheidsvisie en –beleid wordt hier ook duidelijk. Zo is er in het Binnenveld wel een erfbeplantingsproject, maar is er geen visie en beleid hoe een duurzame ontwikkeling tot stand te brengen die zowel de landschappelijke, ecologische, maatschappelijke en economische waarden waarborgen. Aanbevelingen: Ontwikkel visie en beleid voor een duurzame ontwikkeling van het buitengebied die zowel landschappelijke, ecologische, maatschappelijke en economische waarden waarborgen, als onderdeel van een Duurzaamheidsvisie voor Wageningen. Meer structureel overleg met natuur-, landschaps- en andere maatschappelijke organisaties betrokken bij het buitengebied. Handhaaf het ecologisch groenbeheer zonder bestrijdingsmiddelen, maximaal rekening houdend met flora, fauna (waaronder bijen), en biodiversiteit; draag dit ook uit naar burgers voor hun tuinonderhoud Creëer mogelijkheden en kansen voor initiatieven als stadslandbouw en gemeenschappelijke tuinen. Herstel de Natuurwaardenkaart weer in ere i.s.m. natuurorganisaties en andere lokale natuurgroepen en geïnteresseerden. Volg ook aanbevelingen van de vorige Duurzaamheidsmeter (2011) die nog actueel zijn op. 3.2.3 Afval en vervuiling De uitvoering van de Wet Milieubeheer behoort tot één van de kerntaken van gemeenten. Kernvraag: wat wordt er lokaal nog meer gedaan ter voorkoming van vervuiling, het zuinig omgaan met grondstoffen en het streven naar een circulaire economie? Resultaten Wageningen 2013: Dit is een nieuw onderdeel van de Lokale Duurzaamheidmeter, al zitten er wel een paar vragen uit de vorige Duurzaamheidsmeter (uit “water”) in de lijst verwerkt. Op de meeste vragen kan positief geantwoord worden wat een score van 65% oplevert. Wat de gemeente doet ter voorkoming van vervuiling, het zuinig omgaan met grondstoffen en het streven naar een circulaire economie: Gemeentelijk rioleringsplan waarin wordt uitgegaan van de trits 'preventie, scheiden, zuiveren' Waar mogelijk afvoer van regenwater losgekoppeld van het rioleringssysteem Geen chemische bestrijdingsmiddelen bij groenbeheer en past Duurzaam Onkruid Beheer (DOB) toe op verharding (zo komen er ook geen bestrijdingsmiddelen in het oppervlaktewater) De gemeente heeft overzicht van, en monitort bodem- en luchtkwaliteit De gemeente heeft een afvalbeleidsplan waarin het bevorderen van kringlopen (hergebruik/recycling van grondstoffen) voorop staat en met meetbare doelstellingen Tussen 2009 en 2012 is de totale hoeveelheid afval afgenomen met 4% en de hoeveelheid ongesorteerd afval met 5% Waar de gemeente punten op misloopt is: De gemeente heeft geluidlast niet in kaart gebracht (geluidskaarten) en geen actueel beleidsplan voor geluidsreductie en/of behoud van rust (behoud kwaliteit) De gemeente heeft geen integraal plan van aanpak tegen zwerfvuil in uitvoer De gemeente bevordert niet actief het gebruik van kraanwater i.p.v. (plastic) flessen De gemeente heeft geen visie en strategie uitgewerkt met betrekking tot het bevorderen van een circulaire economie (versterken kringlopen). 24 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Aanbevelingen: Werk ideeën voor een circulaire economie uit in de Duurzaamheidsvisie 3.2.4 Ecologische dimensie algemeen Scores ecologische dimensie: 2002 2005 2011 2013 58% 64% 80% 70% Ecologisch 100% 80% 60% Ecologisch 40% 20% 0% 2002 2005 2011 2013 Met 70% scoort Wageningen lager dan in 2011 (80%). Na een stijging tot 2011 dankzij het klimaatneutraal beleid, lijkt nu een daling te zijn ingezet. Positie op landelijke ranglijst: van de 77 gemeenten die tot februari 2014 hebben meegedaan aan de Planet lijst, eindigt Wageningen op een 37ste plaats: een positie in de middenmoot. 3.3 PROFIT – Economische dimensie van duurzaamheid In dit deel ligt het accent op de economische dimensie (profit) van duurzame ontwikkeling. De ‘P’ van Profit staat ook voor ‘Progress’ en ‘Prosperity’, vooruitgang en welvaart. Economische ontwikkeling gaat over productie, werkgelegenheid, efficiëntie en rendement. De uitdaging is ervoor te zorgen dat de vooruitgang van de één niet ten koste gaat van een ander of van toekomstige generaties. Een ondernemer zal in zijn bedrijfsvoering en keuzes voor investeringen, altijd de balans opmaken tussen kosten en baten. Een maatschappelijk verantwoord oftewel duurzaam ondernemer neemt in zijn besluitvorming ook de milieu- en sociale aspecten mee (maatschappelijke kosten en baten). Denk mondiaal, handel lokaal Gemeenten zijn erop gericht om het lokaal economisch kapitaal te beschermen en de kansen op economische ontwikkeling te versterken. De uitdaging is ervoor te zorgen dat hierbij niet voorbij wordt gegaan aan andere maatschappelijke belangen, zoals het reduceren van CO2-uitstoot, bescherming van sociaal kapitaal en het bevorderen van eerlijke handel. Sterker nog, de uitdaging is, om samen met het bedrijfsleven, te zoeken naar win-win situaties, naar economische activiteiten die een bijdrage leveren aan een duurzame ontwikkeling, zowel hier in Nederland als elders in de wereld. Opbouw van de vragenlijst Profit De vragenlijst bestaat uit drie thema’s: 1) Duurzaam Inkopen, 25 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen 2) Duurzame mobiliteit en 3) MVO/Duurzaam bedrijfsleven Resultaten 2013 economische dimensie: Economische dimensie Duurzaam Inkopen Duurzame Mobiliteit Duurzaam Ondernemen Totaal Profit Score max. score % van max 17 13 19 29 15 59% 87% 61% 65% 49 31 75 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% Duurzaam Inkopen Duurzame Mobiliteit Duurzaam Ondernemen Voor details van vragen, antwoorden en toelichting, zie bijlage 3. 3.3.1 Duurzaam Inkopen De overheid is in zijn geheel een invloedrijke marktpartij, jaarlijks wordt voor ongeveer 60 miljard aan producten en diensten ingekocht.14 Eenvoudig gezegd betekent duurzaam inkopen dat milieu en mensenrechten uitgangspunt moeten zijn van het inkoopbeleid. Duurzaam Inkopen is vooral een uitdaging wanneer producten onderdeel zijn van internationale handelsketens, denk aan hout, natuursteen, ict of bedrijfskleding. In dit kader is aansluiting bij keteninitiatieven voor het verduurzamen van internationale handel van belang.15 Resultaten Wageningen 2013: Wageningen scoort op dit onderdeel 59%. Daarmee scoort zie iets lagerr dan 2011 (65%), maar dat komt vooral door iets veranderde vragen. In 2011 was er al een hele verbetering t.o.v. van 2005, toen Wageningen maar 32% scoorde op dit onderdeel. Vergelijking met voorgaande jaren: Ondanks de lichte daling van de score zijn er wel verbeteringen t.o.v. 2011. In 2011 nam de Gemeente Wageningen al deel aan het door het ministerie van VROM opgezette en door AgentschapNL uitgevoerde ‘Programma Duurzaam Inkopen’ en heeft de deelnameverklaring ondertekend. De Gemeente Wageningen heeft daarin verklaard: 14 ref: rijksoverheid.nl dossier Duurzaam Inkopen Zie voor meer informatie: www.pianoo.nl, www.nevi.nl, www.duurzamebedrijfvoeringoverheden.nl (Zie eveneens ISO 26000 – thema eerlijk zakendoen, onderwerp 4: het bevorderen van maatschappelijk verantwoordelijkheid in de waardeketen.) 15 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen 26 1. Te streven naar 75% duurzaam inkopen in 2012 en 100% in 2015; 2. Ervaringen terug te koppelen en mee te werken aan monitoring; 3. Concreet te rapporteren in gemeentelijk jaarverslag of milieujaarverslag. Dit betekent dat de duurzaamheidscriteria opgesteld door AgentschapNL gelden als minimale eisen. In het in 2012 opgestelde “Inkoop- en Annbestedingsbeleid” wordt er ook op duurzaamheidseisen ingegaan. Deze worden meer toegepast dan in 2011, maar nog niet structureel genoeg. Het is ook nog niet altijd direct mogelijk om duurzaam in te kopen, omdat de gemeente voor sommige producten en diensten nog langlopende contracten met aanbieders heeft. De intentie is om zodra die contracten verlopen ook die zaken duurzaam in te kopen. Hoewel er dus wel degelijk verbeteringen zijn bij het eigen inkoopbeleid, scoort de gemeente deels iets lager door een aantal nieuwe vragen waar “nee” op geantwoord moest worden. Wat de gemeente niet doet en waardoor ze punten misloopt is o.a.: Expliciet in haar duurzaam inkoopbeleid aangeven om waar mogelijk kansen te scheppen voor lokale- en regionale ondernemers Er is (nog) geen breed assortiment aan duurzame producten in de eigen kantine en/of de catering bij speciale gelegenheden. Dit wordt wel onderzocht De gemeente hanteert bij de inkoop van bedrijfskleding geen milieu- én sociale criteria. Duurzaamheid/ MVO-prestaties spelen geen rol bij het aangaan of vernieuwen van contracten met financiële dienstverleners (denk aan banken accountants, verzekeringen, e.d.). Aanbevelingen: Duurzaamheidscriteria nog meer structureel gaan toepassen, ook voor bedrijfskleding en financiële dienstverleners Zorg voor een breed assortiment van duurzame producten in de eigen kantines en voor eigen catering, en betrek deze producten zo veel mogelijk van lokale ondernemers die zelf ook aan duurzaamheidscriteria voldoen. 3.3.2 Duurzame mobiliteit Goede bereikbaarheid is een belangrijke factor voor economische ontwikkeling. De vragen zijn gericht op het stimuleren van een zuinige en schone mobiliteit. Enkele vragen zijn eveneens gericht op het bevorderen van verkeersveiligheid. Resultaten Wageningen 2013: Wageningen scoort met 87% heel goed op dit onderdeel, evenals in 2011 (82%). De goede scores in 2011 en 2013 zijn vooral behaald omdat Duurzame mobiliteit voor een groot deel onderdeel is van het Klimaatneutraal beleid. In 2012 is een nieuw Gemeentelijk Mobiliteit Plan (GMP) vastgesteld. Daaruit blijkt dat Wageningen een laag autobezit kent: gecorrigeerd voor de studentenpopulatie komt het autobezit uit op ca. 435 per 1000 inwoners, tegen landelijk 575 per 1000 inwoners (2012). Het aantal deelauto’s in Wageningen is daarentegen zeer hoog. Met de auto’s van Wheels4all, Greenwheels en StudentCar zijn er 18 deelauto’s beschikbaar in Wageningen. Hiermee is Wageningen één van de meest succesvolle deelautogemeenten van Nederland. Ook als het gaat om elektrische oplaadpalen en het aantal elektrische auto’s in eigendom van burgers of bedrijven loopt Wageningen voor. 3.3.3 Duurzaam ondernemen / MVO “Duurzaam Ondernemen loont! Het bespaart kosten, verbetert uw concurrentiekracht, draagt bij aan een goede reputatie en de wereld wordt er ook nog beter van!” 16 16 Ref: www.duurzaammkb.nl Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen 27 Een gemeente heeft diverse mogelijkheden om ondernemers in hun regio te stimuleren en te helpen om voortgang te boeken op het terrein van maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) oftewel duurzaam ondernemen.17 Een sector waar (lokale) overheden veel invloed hebben om de core business te verduurzamen is de (woning)bouw. Duurzaam bouwen gaat niet alleen over energieprestaties maar betreft eveneens onderwerpen als gebruikte materialen en gebruikskwaliteit. 18 Resultaten Wageningen 2013: Wageningen scoort op dit onderdeel 61% gemiddeld. Veel van de inspanningen van de gemeente op dit onderdeel zijn op energiegebied en gerelateerd aan het Klimaatneutraalbeleid. Wat de gemeente doet om ondernemers te stimuleren om voortgang te boeken op het terrein van MVO/ duurzaam ondernemen: De gemeente biedt het bedrijfsleven gratis voor één jaar toegang tot een meetinstrument als de Milieubarometer aan. 4 of 5 bedrijven gebruiken het nu waaronder de gemeente Er vinden regelmatig bedrijfsbezoeken plaats om bedrijven te stimuleren tot energiebesparing en duurzame energie. Er was een koplopers bijeenkomst voor bedrijven in november 2013, waarin o.a. de strategie werd besproken om meer bedrijven mee te krijgen in de ambitie om klimaatneutraal te worden. Wat de gemeente doet om de (woning) bouw te verduurzamen: De gemeente voert een “duurzame gebiedsontwikkeling” (DuGo) beleid voor grotere bouwprojecten, inclusief (nieuwe) bedrijventerreinen In 2013 zijn er tussenliggende doelstellingen geformuleerd t.a.v. energiebesparing in de bouw voor de particuliere sector, zie Klimaatplan 2013-2016 Vanuit het klimaatbeleid is extra geïnvesteerd in bedrijfscontroles en handhaving. Momenteel wordt gestimuleerd dat de regionale omgevingsdienst (OddV) de energiehandhaving bij bedrijven goed oppakt De gemeente heeft geen eigen duurzaamheidslening maar heeft het initiatief genomen in het opzetten van een provinciaal fonds voor energieneutraal renovaties dat in 2014 geopend is. De gemeente heeft een energieloket (= telefoonnummer en e-mail adres) waar mensen altijd antwoord krijgen op hun vragen over duurzaam (ver)bouwen en worden doorverwezen naar marktpartijen De “Wageningen woont Duurzaam” coalitie: coalitie tussen lokale bedrijven, particuliere woningeigenaren en de gemeente. Ook op het gebied van zonne-energie wordt actief gewerkt aan innovatieve samenwerkingsmogelijkheden met bedrijven. Vergelijking met voorgaande jaren: In 2011 was de score voor duurzaam ondernemen hoger: 75% en daarvóór, in 2005 ook:76%, terwijl de gemeente wel veel doet en zelfs meer lijkt te doen, of meer bereikt lijkt te hebben dan in 2011. Voor een deel komt dit doordat de gemeente heel veel doet op energiegebied, maar niet zozeer in duurzaamheid in bredere zin. Zo is er wel een “energieloket” (= tel.nr en email adres) maar maken MVO/ duurzaamheidsadvies maakt geen deel uit van de diensten van het ondernemersloket (de aanbeveling in 2011 om dit te doen is niet opgevolgd). Volgens de gemeente is er op dit moment nog onvoldoende draagvlak onder het bedrijfsleven voor een MVO-platform of een duurzame ondernemerskring, o.i.d., zoals er in het verleden wel bestond. Er is wel een “koplopers” bijeenkomst georganiseerd voor geïnteresseerde ondernemers om tot een strategie te komen om meer bedrijven mee te krijgen in de ambitie om klimaatneutraal te worden (zie boven). Het soort coalities dat de 17 MVO Nederland (www.mvonederland.nl) biedt hiervoor veel praktische voorbeelden en tips. Een schat aan informatie is te vinden via: www.agentschapnl.nl, www.duurzaamgebouwd.nl, www.gprgebouw.nl en www.breeam.nl 18 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen 28 gemeente tot stand brengt met ondernemers voor de klimaatneutraal ambities zouden ook tot stand kunnen worden gebracht voor andere aspecten van duurzaamheid. Aanbevelingen: Maak MVO/duurzaamheidsadvies onderdeel van de diensten van het Ondernemersloket. Geef meer aandacht aan het kansen scheppen en stimuleren van lokale duurzame of duurzaam producerende ondernemingen, in het buitengebied en binnen de stadsgrenzen. 3.3.4 Economische dimensie algemeen Scores ecologische dimensie: 2002 2005 2011 2013 59% 54% 72% 65% Economisch 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% Economisch 2002 2005 2011 2013 We zien wat scores betreft hetzelfde beeld als bij de andere dimensies: met 65% een lagere score ten opzichte van 2011 (72%), al is de afname bij de economische dimensie het kleinst. Er is een afname ondanks dat er vooruitgang is geboekt, vooral wat energiezuinig wonen/(ver)bouwen betreft. Evenals bij de andere dimensies komt dit deels door iets meer vragen over andere aspecten van duurzaamheid, waar de gemeente lager op scoort. De successen zijn in het kader van het Klimaatneutraal beleid. Positie op landelijke ranglijst: van de 77 gemeenten die tot februari 2014 hebben meegedaan aan de Profitt lijst, eindigt Wageningen met 65% op een gedeelde 38ste plaats met de gemeenten Ferwerderadiel en Bernheze: een positie in de middenmoot. 29 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen 4. Duurzaamheidmeter en Toekomstatelier In deze editie van de Lokale Duurzaamheidsmeter is meer dan voorgaande jaren de nadruk gelegd op het hebben van een strategische duurzaamheidsvisie en –beleid, en aan de verankering van “duurzaam denken” in de eigen organisatie en in de samenleving. Een dergelijke, maatschappelijk breed gedragen, toekomstvisie wordt belangrijk gevonden omdat het richting geeft aan beleid, en kaders en keuzecriteria biedt. Juist omdat “duurzaamheid” een breed, en voor veel mensen vaag begrip is, is het belangrijk om dit te concretiseren in een duurzaamheidsvisie. Als het doel duidelijk is, is het ook gemakkelijker om dit te “verankeren” in de eigen organisatie en de samenleving. Hier kunnen ook kortere termijnplannen op gebaseerd worden. In relatie tot de Lokale Duurzaamheidsmeter heeft het Platform Duurzaam Wageningen i.s.m. Transition Town Vallei en Oikos in november 2013 daarom een “Toekomstatelier” georganiseerd. Samen met een 40tal Wageningers van allerlei organisaties, variërend van maatschappelijke organisaties als Solidez, wijkverenigingen, natuur- en landschapsorganisaties, tot ondernemers is hierin een eerste aanzet gegeven tot een visie over hoe een dergelijke toekomst er uit zou kunnen zien. De gemeente kan hierop aansluiten voor het ontwikkelen van een “Duurzame” toekomstvisie voor Wageningen. Tijdens het Toekomstatelier konden deelnemers zich groeperen rond enkele beleidsterreinen en elkaar vertellen waar zij trots op zijn en welke verbeterpunten zij zien. De beleidsterreinen, waaruit zij konden kiezen waren: 1. Duurzame energievoorziening en duurzaam wonen/(ver)bouwen 2. Wijk- en buurtkwaliteit, openbaar groen, zorg en welzijn 3. Voedsel, productie, consumptie, handel/verkoop 4. Verkeer en transport: bereikbaarheid en leefbaarheid 5. Wereldburgerschap 6. Afval & hergebruik 7. Natuur, buitengebied en recreatie “Werk en ondernemen” was ook een optie, maar dit werd niet gekozen door de deelnemers, wel ontstonden er twee groepen rond duurzame energievoorziening. De uitkomsten van dit groepswerk worden in bijlage 4 weergegeven. Daarna werd in nieuwe groepen een aantal toekomstvisies gevisualiseerd. 30 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Geraadpleegde bronnen Trudi van Ingen: Eindrapportage Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2011 (2011) Gemeente Wageningen: Raadsinformatiebrief over Resultaten Klimaatbeleid 2008 -2013 (2013) Gemeente Wageningen: Afvalbeleidsplan 2012 Gemeente Wageningen: Lokale Duurzaamheidsmeter 2011 - Plan van Aanpak (2012) Gemeente Wageningen: Evaluatie Wijkgericht werken gemeente Wageningen (Jan 2014) Gemeente Wageningen: Sociaal jaarverslag 2012 (2012) Gemeente Wageningen: Burgerjaarverslag 2012 (2005) Gemeente Wageningen: Gemeentelijk Mobiliteitsplan Visiedocument (2013) Gemeente Wageningen: Beleidsplan maatschappelijke ondersteuning, 2012 t/m 2015 Gemeente Wageningen: Gemeentegids 2013-2014 (2013) Handleiding en Vragenlijsten Lokale Duurzaamheidsmeter 2013 (2013) Christiaan Hogenhuis, Irene Karssiens (Oikos): Verslag Toekomstatelier Duurzaam Wageningen 20 november 2013 Verschillende krantenartikelen uit de Gelderlander, Stad Wageningen en Veluwepost Websites: www.duurzaamheidsmeter.nl www.wageningen.nl Bijlagen: Bijlage 1 - Vragenlijst People Bijlage 2 - Vragenlijst Planet Bijlage 3 - Vragenlijst Profit Bijlage 4 – Uitkomsten Toekomstatelier Duurzaam Wageningen 31 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Bijlage 1 - Vragenlijst People In deze vragenlijst ligt het accent op de sociale dimensie (People) van duurzame ontwikkeling. De People vragenlijst bestaat uit drie thema’s: 1) Verankering binnen de organisatie, 2) Burgerparticipatie, 3) Duurzaamheid en samenleving. Vragenlijst 1.1: verankering in de organisatie Verankering van duurzaamheid binnen de gemeentelijke organisatie en haar mensen Vragen beantwoord door: Erik van der Kruk (tijdelijke beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid) Ine Botman (beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid): vraag 1-5; 7-8; 15 Sandra Tiebosch (beleidsmedewerker EZ): vraag 9 Anouk Reijntjes (team manager POJ): vraag 11 P&O: vraag 10, 12, 15 1. Vraag In uw gemeente is duurzame ontwikkeling uitgewerkt in een strategische visie op lange termijn. Toelichting op vraag Duurzame ontwikkeling vraagt per Antwoord +toelichting Nee (was ook “nee” in 2011) definitie om een visie op lange In 2011 was het plan om dit termijn. onderdeel te maken van een (Vraag 1 People 2009) bredere Toekomstvisie 2030, Score19 0 (3) maar plannen om die te ontwikkelen zijn van de baan. Wel is er een Routekaart naar Klimaatneutraal in 2030 2. Samen met de belangrijkste stakeholders (burgers, maatschappelijk veld, bedrijfsleven) wordt de strategische visie levendig en up-to-date gehouden. (aanpassing vraag 1 People 2009) In de wereld van MVO en duurzaamheid wordt veel belang stakeholders bij het formuleren en Nee (was ook “nee” in 2011) implementeren van duurzame Wel op het gebied van ambities. Een organisatie behoort de klimaat, maar niet op gebied belangen van haar stakeholders te van duurzaamheid in de respecteren, in overweging te nemen breedte. gehecht het betrekken van 0 (2) en erop in te spelen (Ref ISO 26000). Update: per 1 á 2 jaar herijkt. 3. Het huidige coalitieprogramma hanteert duurzaamheid als uitgangsprincipe en heeft dit vertaald in bestuurlijke prioriteiten om duurzame ontwikkelingen te bevorderen. Het uitwerken van een strategische Ja/nee (was “nee” in 2011) visie heeft alleen zijn waarde als er Er is geen brede structureel aan gerefereerd wordt en duurzaamheidsvisie, maar in de neergelegde ambities regelmatig het coalitieakkoord wordt terugkomen op de (politieke) aandacht besteed aan algemeen agenda. duurzaamheid en klimaat, uitgangs- (aanpassing vraag 2 People 2009) alsook aan sociale 2 (-1 want niet punt) duurzaamheid. Dit komt regelmatig terug op de 19 Aantal punten dat deze vraag oplevert; als een vraag negatief beantwoord wordt tussen haakjes het aantal punten dat een “ja” had opgeleverd. 32 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Vraag Toelichting op vraag Antwoord +toelichting Score19 (politieke) agenda. 4. In uw gemeente zijn richtlijnen ontwikkeld om ervoor zorg te dragen dat duurzaamheid op structurele wijze meegenomen wordt in beleids-, programmaen projectontwikkeling. (Nieuwe vraag) Om duurzame ontwikkeling als uitgangsprincipe te institutionaliseren binnen de organisatie, is het belangrijk duidelijke richtlijnen te hebben die voor iedereen gelden. Duurzaamheid is een verplicht hoofdstuk/ paragraaf in (voorstellen voor) projecten, Ja Bij alle B&W- en raadsvoorstellen geldt een 1 minimatoets en een klimaattoets. programma’s, rapportages waar uw gemeente verantwoordelijkheid voor draagt. 5. 6. 7. Bij ruimtelijke planning waakt uw gemeente ervoor dat er een transparante afweging plaatsvindt van economische, sociale én ecologische belangen. Duurzame ontwikkelingen worden daarbij zoveel mogelijke gefaciliteerd. De structuurvisie is een ruimtelijke weergave van de gemeentelijke visie op duurzame ontwikkeling. Knelpunten tussen ecologische, sociale en economische belangen zijn in kaart gebracht en geagendeerd voor openbare besluitvorming. Via uw website is eenvoudig en snel informatie te vinden over de visie en inspanning van uw gemeente gericht op duurzame ontwikkeling. (Nieuwe vraag) Ja Ruimtelijke ordening is bij uitstek het Bij ruimtelijke plannen van instrument van de provincie om zorg enige omvang moet een te dragen dat er duidelijk sprake is duurzaamheidsprofiel worden van coherent beleid en een opgesteld, waarin de ‘facilitating environment’ gecreëerd verschillende facetten van wordt voor duurzame duurzaamheid aan bod komen energieprojecten, adaptatie aan en worden afspraken gemaakt klimaatverandering, e.d. met projectontwikkelaar over 2 energie, afval, water en bereikbaarheid (Dugo-beleid) (Nieuwe vraag) Nee Structuurvisie: een strategisch In de nieuwe Structuurvisie is beleidsdocument over de ruimtelijke e.e.a. in algemene termen en functionele ontwikkelingen in de verwoord maar knelpunten gemeente. wat betreft duurzaamheid worden niet aangegeven. Concreet is “duurzaamheid” 0 (2) vernauwd tot al bestaand klimaatbeleid en wordt de vraag naar duurzaamheidscriteria afgedaan als “niet passend in de aard van de Structuurvisie” (Nieuwe vraag) Ja Eenvoudig en snel informatie vinden Op gebied van klimaat is er via website betekent hier dat je via een uitgebreide website, te de homepage met max. twee vinden via: klikken op dit onderwerp terecht www.wageningen.nl/klimaat. komt. Daarnaast is er de website 1 www.wageningenwoontduurza am.nl. Op andere gebieden, bijv. van “werk en welzijn” is over duurzaamheid niets te vinden. 8. 9. Binnen het college van Burgemeester & Wethouders is één lid verantwoordelijk voor de verankering van duurzaamheid als uitgangsprincipe binnen de organisatie. Uw gemeente beschikt (Nieuwe vraag) In principe is het gehele college van B&W verantwoordelijk om te sturen op duurzame ontwikkeling. De vraag is wie het aanspreekpunt is voor de institutionalisering van Nee In principe zijn alledrie de 0 (1) wethouders verantwoordelijk duurzaamheid. (Nieuwe vraag) Nee 0 (2) 33 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Vraag over een MVO beleidsplan (in wording). Toelichting op vraag Antwoord +toelichting Score19 ISO 26000, de internationale MVOrichtlijn voor Maatschappelijke, biedt hiervoor een structureel kader www.nen.nl/iso26000. 10. Duurzaamheid/ MVO is geïntegreerd in het HRM-beleid van uw gemeente. (Nieuwe vraag) Ja/nee Gedacht kan worden aan een Duurzaamheid/MVO is niet gedragscode, (bij)scholing, interne geïntegreerd, hoewel er aan evaluatie. zaken als persoonlijke ontwikkeling, flexibiliteit, 0 (1) mobiliteit en gezondheid worden wel vorm wordt gegeven binnen het personeelsbeleid. Uw gemeente streeft in haar personeelsbeleid nadrukkelijk naar een personeelssamenstellin 11. g die een evenredige afspiegeling is van de lokale samenleving (diversiteitsbeleid). (vraag 11 lijst People 2009) Het is voor het ontwikkelings- en migranten, maar ook andere groepen Ja/nee (was “nee” in 2011) in de samenleving deel kunnen Het streven is er wel, maar er nemen in het arbeidsproces. Dat is de afgelopen 2 jaar weinig vraagt soms om een investering, nieuw personeel aangenomen integratieproces wezenlijk dat 1 zoals het specifiek opleiden of begeleiden van werknemers. Binnen de gemeentelijke organisatie wordt minimaal 40% van de leidinggevende 12. functies in ingenomen door vrouwen. (vraag 13 lijst People 2009) De overheid streeft naar gelijke rechten, kansen, vrijheden en verantwoordelijkheden in de maatschappij voor vrouwen en mannen. De overheid wil onder meer dat meer vrouwen gaan werken en meer vrouwen naar topfuncties laten doorstromen. (ref.: www.rijksoverheid.nl/vrouwenemanci Nee (was ook “nee” in 2011) Wel is het percentage leidinggevende functies binnen Wageningen ingenomen door vrouwen gestegen van 32 % in 2011 tot 38% in 2013. 0 (1) (+1 omdat % leidinggevende vrouwen wel gestegen is) patie ) 13. Het indienen van ideeën en initiatieven door het personeel voor het verduurzamen van de organisaties wordt gestimuleerd. (Nieuwe vraag) Ja De cultuur binnen de gemeente Wageningen is zodanig open dat dit altijd kan, bijv. deelname aan 1 vegan challenge en ipv kerstpakket €50 om te besteden op kerstmarkt met veel duurzame ondernemers. 14. Uw gemeente evalueert jaarlijks in hoeverre haar inwoners tevreden zijn over de gemeentelijke dienstverlening (vraag 8 lijst People 2009) Inwoners zijn de belangrijkste stakeholdergroep voor een gemeente. Zie voor een tevredenheidsonderzoek van de inwoner als klant en/of als burger: Ja (was ook “Ja” in 2011) Jaarlijks wordt er een klanttevredenheids onderzoek gehouden bij balies en 1 loketten. www.waarstaatjegemeente.nl 15. De gemeente publiceert jaarlijks in aanvulling op de financiële verantwoording een duurzaamheidsversl ag of maatschappelijk jaarverslag. (Nieuwe vraag) Nee Bij de jaarlijkse financiële De gemeente publiceert verantwoording (jaarrekening) jaarlijks wel een worden de MVO/ Burgerjaarverslag (2012) en duurzaamheidsprestaties van de Sociaal jaarverslag (2012), gemeente gerapporteerd. maar daar staat niets over 0 (1) duurzaamheid in. Laatste milieujaarverslag op website 34 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Vraag Toelichting op vraag Score19 Antwoord +toelichting dateert van 2006. Totaal Verankering (incl. correcties): 9 (22) Vragenlijst 1.2: Burgerparticipatie Vragen beantwoord door: Erik van der Kruk (tijdelijke beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid) Ine Botman (beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid): vraag 16, 26 Belinda Bonting (team beleid samenleving): vraag 18 Tjitske Zwerver (beleidsmedewerker Internationale Samenwerking en Communicatie): vraag 17 Esther Flens (wijkmanager Oost, West, Midden en Zuid): vraag 23 Ellen de Ruijter (beleidsmedewerker jeugd): vraag 24 Rabea Ubachs (…..?): vraag 19 P&O: vraag 25 (?) Paul Volleman (senior beleidsmedewerker economische zaken: vraag 27 Maatschappelijke organisatie: Vrijwilligerscentrate (Astrid) Vraag Uw gemeente besteedt structureel aandacht aan het betrekken van stakeholders (belangengroepen) bij de ontwikkeling van nieuwe 16. beleidskaders en beleidsevaluaties, vooral in het voortraject. Toelichting op vraag (Nieuwe vraag) Antwoord + Toelichting Ja Structureel aandacht: er is een Is onderdeel van het B&W- formeel protocol/ richtlijn om format. Er is een belanghebbenden vroegtijdig uit Klankbordgroep Milieu, Natuur te nodigen om input/feedback te en Duurzaamheid, maar deze leveren, bijvoorbeeld in de vorm komt weinig bij elkaar. van een klankbordgroep. Sommige maatschappelijke organisaties geven aan dat ze lang niet altijd betrokken Score 3 (-1 want niet voldoende structureel) worden bij relevant beleid en dat het afhangt van individuele ambtenaren en hun eigen initiatief.. Uw gemeente beschikt over een actuele communicatiestrategie om inwoners 17. te informeren én actief te betrekken bij haar activiteiten en besluitvorming. Uw gemeente heeft beleid voor volwaardige ondersteuning van mantelzorg en 18. vrijwilligersondersteuning. (Nieuwe vraag) Ja Actueel wil zeggen dat de Gemeente heeft in 2013 de communicatiestrategie jaarlijks notitie “Burgerparticipatie” geactualiseerd wordt. vastgesteld. Het is de bedoeling om hiermee burgers beter en in een eerder stadium bij beleidsvorming te betrekken. (vraag 17 lijst People 2009) “De centrale vraag die de gemeente zich zal moeten stellen: hoe kunnen wij burgers faciliteren en accommoderen zodat zij hun zorg voor de leefbaarheid van de buurt en de zorg voor hun naasten kunnen vormgeven”. 19. Uw gemeente draagt structureel bij aan het bevorderen van maatschappelijk betrokken ondernemen (MBO). 20 1 Ja (was ook “ja” in 2011) Er is beleid voor wijkgericht werken (fysieke en sociale leefbaarheid) en 2 ondersteuning van mantelzorgers en vrijwilligers 20 (Nieuwe vraag) Nee Maatschappelijk betrokken In het kader van de ondernemen (MBO) is het Participatiewet is wel nieuw vrijwillig investeren van expertise, beleid in ontwikkeling waar menskracht, faciliteiten en ook MBO onderdeel van netwerken in de (lokale) uitmaakt. Het bevorderen (Ref: Factsheet Burgerparticipatie en de WMO - MOVISIE) Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen 0 (2) (+1 vanwege organiseren Beursvloer) 35 Vraag Toelichting op vraag Antwoord + Toelichting samenleving. Ondersteuning bijv. van MBO is dus nog niet in de vorm van een MBO-platform structureel, maar de waarin de samenwerking tussen gemeente ondersteunt wel het bedrijfsleven en initiatieven als bijvoorbeeld de vrijwilligersorganisaties Beursvloer. Score gefaciliteerd wordt. Uw gemeente heeft toegankelijke informatie en procedureregels voor het 20. agenderen van een burgerinitiatief. (vraag 4 lijst People 2009) Via de website en gemeentegids kan deze mogelijkheid voor burgerparticipatie eenvoudig toegankelijk worden gemaakt. Toegankelijkheid van de procedures kan ahv van feedback of via een eenvoudige enquête worden getoetst. In de huidige beleidsperiode is minstens één burgerinitiatief 21. (gerelateerd aan duurzaamheid) succesvol op de agenda van de gemeenteraad gekomen. Uw gemeente praktiseert een wijkgerichte aanpak om inwoners 22. actief te betrekken bij de inrichting en zorg voor hun eigen leefomgeving In uw gemeente is een structuur voor het faciliteren van duurzame burger23. initiatieven opgezet. Ja (was ook “ja” in 2011) E.e.a. wordt uitgelegd in de gemeentegids, via informatie op de Digitale Balie van de verordeningen. Alle burgerinitiatieven worden gearchiveerd (Nieuwe vraag) Actief beleid ter stimulering van burgerinitiatieven heeft resultaat. Nee 0 (1) (Nieuwe vraag) Voor informatie en inspiratie over de wijkaanpak, zie het platform voor wijkgericht werken: Ja 2 www.lpb.nl 3 (Nieuwe vraag) Hierbij kan gedacht worden aan een structureel overleg met lokale groepen, een vast aanspreekpunt per thema (b.v. duurzame energie of stadslandbouw) of een (-1 want Ja? Vaste aanspreekpunten per thema zijn aanwezig (?) (digitaal) loket voor het is niet transparant wie die aanspreekpunten zijn burgerinitiatieven Uw gemeente ondersteunt gedurende deze collegeperiode een 'jongerenraad' of een 24. ander concreet en structureel initiatief om jongeren te betrekken bij de gemeentelijke politiek. Uw gemeente spant zich actief in om vrouwen te betrekken bij politiek en lokaal bestuur. 25. 1 gemeente website en via en voor wat) (vraag 7 lijst People 2009) Betrekken van jongeren bij de lokale politiek en beleid vraag om extra inspanning. Ideeën hiervoor en samenwerking kan gezocht worden bij bijvoorbeeld het IPP, de Nationale Jeugdraad of Jongeren Milieu Actief. Ja (was ook “ja” in 2011) De gemeente probeert jongeren bij de politiek te betrekken d.m.v. de sinds 1 2006 bestaande Jongerenraad. (aanpassing vraag 12 lijst People 2009) Millenniumdoel 3 – gelijke rechten voor mannen en vrouwen. Vergroten van de politieke vertegenwoordiging van vrouwen Nee (was ja/nee in 2011 maar dat ging om % vrouwen 0 (1) in gemeenteraad + college) is hier expliciet in opgenomen als indicator. Uw Gemeente draagt 26. actief het belang van (vraag 20 lijst People 2009) Ja (was ook “ja” in 2011) Iedereen doet mee. Art 1: D.m.v. PR richting de 2 36 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Vraag Art. 1 uit. Toelichting op vraag Antwoord + Toelichting voorkomt en bestrijdt inwoners en organisaties, en discriminatie. Zie www.art1.nl aansluiting bij het regionale voor suggesties om hier aandacht art. 1 bureau worden burgers voor te genereren. opgeroepen gevallen van Score discriminatie te melden. Uw gemeente heeft het fenomeen sociaal ondernemerschap omarmd en stimuleert en ondersteunt 27. initiatieven op dit terrein 3 (Nieuwe vraag) Bij een sociale onderneming staat het maatschappelijk doel voorop. e Het wordt ook wel de 4 sector genoemd: “Social Enterprises nemen een positie in tussen de overheid, commerciële bedrijven en charitatieve instellingen” Ja(?) Sociale instellingen worden actief betrokken bij bepaalde projecten. Bijvoorbeeld het Inloophuis Markt 17 en filmhuis MovieW worden betrokken bij de flexitariërcampagne. (-1 omdat sociale instellingen actief betrekken voor eigen doeleinden iets anders is dan actief omarmen) Uw gemeente neemt deel aan de benchmark burgerparticipatie om 28. haar beleid mbt burgerparticipatie te monitoren en te verbeteren. (Nieuwe vraag) Benchmark Burgerparticipatie is een KING gecertificeerd instrument om burgerparticipatie Nee 0 (2) in uw gemeente in beeld te brengen en te verbeteren. Totaal Burgerparticipatie (incl. correcties): 16 (24) Vragen 1.3: Duurzaamheid & Samenleving Vragen beantwoord door: Erik Kruk (tijdelijke beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid) Ine Botman (beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid): vraag 29-30; 34-35; 41 Auke Verhaaf (…?): vraag 31 Tjitske Zwerver (beleidsmedewerker IS en Communicatie): vraag 36-40; 42-45 (check 40 en 45) Rabea Ubachs (…..?): vraag 32 Maarten v.d. Wijngaart (beleidsmedewerker monumentenzorg): vraag 33 Sanne Meelker (beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid): vraag 29 Vraag 29. Uw gemeente ondersteunt voorlichting en bewustwording gericht op het verduurzamen van (consumptie) gedrag van de eigen inwoners. Toelichting op vraag Antwoord + Toelichting Score (Nieuwe vraag) Hiervoor is een wereld aan Ja mogelijkheden, denk aan vaste Bijvoorbeeld op het gebied rubriek in lokale krant, thematafel van energiebesparing, maar bibliotheek, duurzame ook op het gebied van voeding krant/magazine op leestafel in in de flexitariër-campagne. en ontvangsthal (bijv. de website Wageningen woont www.debeterewereld.nl, Duurzaam 2 www.wattis.nl, www.p-plus.nl ) 30. Uw gemeente werkt jaarlijks mee aan meer dan één landelijke actie om duurzaam gedrag bij haar inwoners te bevorderen zoals Duurzame Dinsdag, klimaatstraatfeesten, (Nieuwe vraag) Voorbeelden van publiekscampagnes met mogelijkheden voor regionale acties: www.dagvandeduurzaamheid.nl www.klimaatverbond.nl, Ja Dag van de duurzaamheid, Nacht van de nacht. Soms 1 Europese mobiliteitsweek. www.vereniginggdo.nl 37 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Vraag Fairtrade-week e.d.. 31. Samen met het maatschappelijk veld is er in uw gemeente extra aandacht voor kwetsbare groepen mbt het stimuleren van duurzaam en gezond (consumptie) gedrag. Toelichting op vraag Antwoord + Toelichting (Nieuwe vraag) Opleidingsniveau Nee en/of inkomensniveau is gerelateerd Dit wordt gedeeltelijk aan wel of niet duurzaam gedrag en uitgevoerd in het kader van het aantal gezonde levensjaren. het minimabeleid. 1 van de (bron: PBL: Monitor Duurzaam actiepunten was de Nederland 2011) vergroening van de 32. Uw gemeente werkt samen met werkgevers aan een lokale en/of regionale agenda gericht op een duurzame inzetbaarheid van mensen. (Nieuwe vraag) Score 0 (2) inkomensbrigade maar in 2011 is dit al stopgezet door gebrek aan respons Duurzame inzetbaarheid: Het vermogen van de medewerker om nu en in de toekomst toegevoegde waarde te leveren voor een (arbeids) organisatie en daarbij zelf ook meerwaarde te ervaren. (Ref: NEN - NPR 6070) 33. Uw gemeente houdt haar ambities en prestaties m.b.t. het behoud van cultureel erfgoed actueel. Nee In het kader van de Participatiewet is nieuw beleid in ontwikkeling waarbij 0 (2) duurzame inzetbaarheid van mensen met en zonder handicap onderdeel is. (Nieuwe vraag) Bewustzijn van de eigen geschiedenis en het waarderen van het culturele erfgoed is belangrijk om begrippen als welvaart en Ja W750, 5 mei 2 ontwikkeling in het perspectief van tijd te plaatsen. 34. Uw gemeente is actief lid van de vereniging Gemeenten voor Duurzame Ontwikkeling (GDO). (Nieuwe vraag) GDO is een bestuurlijk netwerk dat duurzame ontwikkeling dicht bij huis en op lokaal niveau mogelijk wil maken in samenwerking met burgers, maatschappelijke Nee 0 (1) organisaties en het bedrijfsleven. GDO speelt in op de energieke samenleving en op nieuwe ideeën over een circulaire economie. (www.vereniginggdo.nl) 35. In het duurzaamheidsbeleid van de gemeente wordt gerefereerd aan mondiale ontwikkelingen en internationale afspraken zoals de Millenniumdoelen 36. Uw gemeente heeft zich uitgeroepen tot Millennium Gemeente. De gemeente onderkent daarmee het belang van internationale afspraken en vertaalt deze waar mogelijk door naar lokaal beleid. (Nieuwe vraag) Op de laatste wereldtop over duurzaamheid en ontwikkeling (Rio+20) was er veel erkenning voor het belang van lokale overheden die daar hebben laten zien wat zij doen en kunnen Nee Er is geen algemeen duurzaamheidsbeleid. Wel wordt in het klimaatbeleid gerefereerd aan mondiale ontwikkelingen en worden millenniumdoelen onderschreven. 0 (2) (+1 vanwege klimaatbeleid met mondiale doelen) (aanpassing vraag 21 lijst People) Een ‘Millennium Gemeente’ is een gemeente die op één of meerdere manieren actief is of wil worden in Ja (was ook “ja” in 2011) de internationale strijd tegen In 2010 aangemeld als armoede en dit bewust wil Millennium-Gemeente. uitdragen (bron: VNG). Nog steeds actueel. 3 (0) NB Post-2015 zullen de Millenniumdoelen een vervolg krijgen ivv Sustainable Development Goals (SDG’s) 37. De gemeente speelt (Nieuwe vraag) Ja 2 38 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Vraag een actieve rol bij initiatieven waarbij burgers, bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties samenwerken om lokaal handelen vanuit mondiaal perspectief te stimuleren. 38. Uw gemeente draagt de titel Fairtrade Gemeente of is bezig om deze titel te verkrijgen. Toelichting op vraag Antwoord + Toelichting Denk aan het ondersteunen van een Gemeente heeft een budget platform, stichting, werkgroep, van €5.000 beschikbaar voor Team 2015 of andere groep die zich de Millennium gemeente bezighoudt met de invulling van de campagne. Daaruit worden lokale Millennium Gemeente lokale initiatieven op dit vlak campagne. gefinancierd, bijv. duurzame Score markt en war child actie (aanpassing vraag 18 lijst Profit Nee (was “ja” in 2011) 2009) Nee, Wageningen is formeel Om Fairtrade Gemeente te worden, geen Fair Trade gemeente, moeten de gemeente en haar hoewel ze bijna aan de criteria inwoners actief zijn in het voldoen. Werkgroep met bevorderen van eerlijke handel. Zie studenten is opgehouden. voor de criteria waaraan voldaan Gemeente kan wel moet worden burgerinitiatieven steunen www.fairtradegemeente.nl maar heeft geen tijd om zelf 0 (3) actie te ondernemen. 39. Uw gemeente heeft in haar jaarlijkse begroting structureel een budget voor het bevorderen van mondiaal burgerschap/ duurzaam gedrag gereserveerd. (aanpassing vraag 23 lijst People Ja (was ook “ja” in 2011) 2009) In 2013 is € 17.715 in de 0,5 euro – 1 euro per inwoner was gemeentebegroting in veel gemeenten richtlijn voor het gereserveerd voor IS. Plus budget internationale €5.000 voor de Millennium samenwerking (IS). Gemeente campagne, totaal €22.715, ongeveer € 0,61 per inwoner. Dit is wel minder dan 1 in 2011: €35.000 (€0,95 per inwoner) en 2005: €79,525 €2,25 per inwoner. Gemeente kan net in stand houden wat er is, zelf geen nieuwe activiteiten ontplooien. 40. Uw gemeente besteedt een gedeelte van dit budget aan voorlichting en bewustwording met betrekking tot mondiale vraagstukken. (Vraag 25 lijst People 2009) Bijvoorbeeld budget voor de lokale Ja (was ook “ja” in 2011) invulling van het predicaat D.m.v. het verlenen van Millennium Gemeente. Door te subsidies aan lokale investeren in voorlichting en organisaties; activiteiten bewustwording kan de gemeente Wageningen Millennium zorgen voor een groter draagvlak Gemeente. Zie vraag 36. 1 voor internationale samenwerking. 41. In uw gemeente zijn jongeren een uitgesproken doelgroep voor activiteiten gericht op (mondiaal) burgerschap en de bevordering van duurzaam gedrag. (Nieuwe vraag) Nee Geen beleid om bijv. Jongerenraad bij campagnes te betrekken. Wel doet studenten-huisvester Idealis e.e.a. aan bevordering 0 (1) duurzaam gedrag en probeert de gemeente studenten te betrekken bij de flexitariërcampagne 42. In uw gemeente heeft een ambtenaar met de invulling van het predicaat Millennium Gemeente en/of het (aanpassing vraag 22 lijst People 2009) Bij grote gemeenten is dat vaak een aparte ambtenaar, bij kleinere gemeenten is dit vaak verwerkt in Ja (was ook “ja” in 2011) In 2013 15 uur/week (0,41) voor IS; vanaf 2014 11 1 uur/week (=0,3) 39 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Vraag bevorderen van mondiaal burgerschap in zijn of haar takenpakket. 43. Uw gemeente is betrokken bij activiteiten die direct bijdragen op internationaal niveau aan het behalen van Millenniumdoelen. 44. Uw gemeente is lid van één of meerdere internationale samenwerkingsverbanden ter bevordering van duurzame ontwikkeling. Denk aan ICLEI (International Council for Local Environmental Initiatives) en het zogeheten Convenant of Mayors Toelichting op vraag Antwoord + Toelichting Score een functie van de afdeling voorlichting. In dat geval moet toch wel een taakomschrijving en uren beschikbaar zijn. Ja Bijvoorbeeld door steun aan Gemeente ondersteunt de projecten in ontwikkelingslanden. Stichting Samenwerking Wageningen Ndiza jaarlijks 1 met een financiële bijdrage voor projecten in Ndiza (Rwanda) (vraag 24 lijst People 2009) ICLEI is de internationale vereniging van lokale overheden die 0 (2) zich inspant om opvolging te geven aan internationale afspraken met Nee (was ook “nee” in 2011) betrekking tot milieu en Toelichting 2011: vanwege ontwikkeling (Agenda 21). De De gemeente is wel lid van lidmaat- Éuropean Sustainbal Cities en VNG-International. Via het Towns campaign maakt hier deel klimaatverbond is de vanuit. www.iclei-europe.org gemeente wel geassocieerd lid samen- www.sustainable-cities.eu van Energie Cités (150 landen, werkings- Het Burgemeestersconvenant is >500 steden). De gemeente de algemene Europese beweging acht net niet zinvol om ook waarin lokale en regionale actief te zijn in andere die alleen overheden deelnemen door vrijwillig internationale betrekking toe te zeggen de energie-efficiëntie klimaatcontacten op klimaat/ en het gebruik van duurzame (+1 schap andere verbanden, al hebben energie) energiebronnen op hun grondgebied te verhogen. www.burgemeestersconvenant.eu 45. Uw gemeente of de door uw gemeente gesteunde organisaties, onderhouden één of meer relaties met andere gemeenten in ontwikkelingslanden en/of Europese transitielanden. (aanpassing vraag 26 lijst People 2009) Uitwisselingsprogramma’s, peer-topeer contacten, e.d. leveren in de regel aan twee kanten winst op. (Zie VNG-International en NCDO) Ja (was ook “ja” in 2011) Projectrelatie met Ndiza in Rwanda); Stedenband relaties met Morfelden-Walldorf 2 (Duitsland) en Gödöllö (Hongarije). Totaal Duurzaamheid & Samenleving (incl. correcties): 18 (29) 40 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Bijlage 2 - Vragenlijst Planet In deze vragenlijst ligt het accent op de ecologische dimensie van duurzame ontwikkeling. De Planet vragenlijst bestaat uit drie thema’s: 1) Klimaat & Energie, 2) Natuur & Water 3) Afval & Vervuiling Vragenlijst 2.1: klimaat en energie Vragen beantwoord door: Erik Kruk (tijdelijke beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid) Ine Botman (beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid): vraag 1-20 Sanne Meelker (beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid): vraag 1, 12, 16 Auke Verhaaf (…): vraag 13 1. Vraag Toelichting op vraag Deze vraag doelt op al het Antwoord + toelichting Ja/Nee (was ook “ja/nee” in 2011) Uw gemeente heeft meetbare doelen gesteld voor energiebesparing bij de gebouwen in gemeentelijk eigendom en/of beheer. (vraag 1 lijst Profit 2009) energiegebruik waar de gemeente Eigenlijk “nee”, maar de direct of indirect de financiële gemeente is er wel actief lasten voor draagt. Dus behalve mee bezig. Voor de eigen het gemeentehuis en huisvesting wordt gewerkt gemeentelijke diensten vallen aan nieuwbouw en verbouw hieronder eveneens scholen, met welzijnscentra, gymzalen en duurzaamheidsmaatregelen dergelijke waarvan de en voorbereiding op energierekening via het energieneutraal. Voor de gemeentefonds wordt betaald (en rest van het vastgoed wordt waarvoor dus eisen gesteld onderzocht wat de kunnen worden). consequenties zijn van Score21 2 energieneutraal ter voorbereiding op besluitvorming erover. De gemeente betaalt geen energierekeningen van scholen uit het gemeentefonds. 2. Uw gemeente draagt zorg om zelf als organisatie uiterlijk in 2015 klimaatneutraal te zijn. (vraag 2 lijst Profit 2009) Ja (was ook “ja” in 2011) Klimaatneutraal, of beter CO2- Eigenlijk nee, maar wel neutraal, betekent dat de netto geheel of grotendeels in CO2-uitstoot van de eigen 2016. In 2011 was de bedrijfsvoering gelijk is aan 0. ambitie nog 2012 maar deze Stappen plan volgens logica Trias is bijgesteld i.v.m. de Energetica (besparen, gebruik “vernieuw”bouwplannen van duurzame energie, compensatie het stadshuis, omdat men fossiele energie). daar alles aan wil koppelen 3 (-1 omdat ambitie naar beneden is bijgesteld) (o.a. de compensatie) 3. 21 CO2-monitoring: uw gemeente berekent (Nieuwe vraag) Nee Hierbij gaat het erom dat de Eigenlijk ja, want we werken 0 (1) Aantal punten dat deze vraag oplevert; als een vraag negatief beantwoord wordt tussen haakjes het aantal punten dat een “ja” had opgeleverd. 41 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen 4. Vraag Toelichting op vraag Antwoord + toelichting jaarlijks de CO2 productie door de eigen (gemeentelijke) organisaties (CO2footprint) en maakt de resultaten publiekelijk toegankelijk gemeente dit minimaal, op basis met de milieubarometer, van globale modellen22. Een maar deze wordt (nog) niet instrument dat hiervoor door veel goed bijgehouden. Uw gemeente wekt > 20% van de eigen benodigde energie zelf duurzaam op. (Nieuwe vraag) Score21 overheidsorganisaties wordt gebruikt is de Milieubarometer23. Nee Geen 20%, maar wel dak van Stadswerf vol 0 (2) (+1 voor zonnepanelen en plan voor inspanningen WKO en zonnepanelen op op dit gebied) vernieuwbouw stadhuis 5. Uw gemeente heeft een actueel klimaatbeleidsplan en geeft hieraan een hoge prioriteit. Uw gemeente heeft het potentieel aan lokale duurzame energieproductie binnen haar grenzen in kaart gebracht. Uw gemeente heeft meetbare doelen gesteld voor het aandeel van het lokale energieverbruik dat afkomstig moet zijn van hernieuwbare energiebronnen (zon, wind, biomassa, waterkracht, aardwarmte). Er is structureel budget gereserveerd op de begroting voor het klimaatbeleid. 6. 7. 8. (vraag 1 lijst Planet 2009) Actueel wil zeggen dat het aansluit op de afspraken die zijn neergelegd in het lokaal Ja (was ook “ja” in 2011) Klimaatplan 2013 - 2016 2 klimaatbeleid 2011-2014. (Nieuwe vraag) Ja Denk aan energie uit wind, zon, Via onderzoek door aardwarmte en biomassa. BuildDesk dat mede de basis Voor zonne-energie zie vormt voor de Routekaart bijvoorbeeld www.zonatlas.nl. ‘Wageningen 1 klimaatneutraal in 2030’ (vraag 10 lijst Planet 2009) De huidige regering ambieert een aandeel van hernieuwbare energiebronnen van 16% in Ja (was ook “ja” in 2011) 2020. Gemeenten kunnen eigen Meetbare doelen zijn ontwikkelingsambities vaststellen opgenomen in de door de het op basis van hun eigen raad vastgestelde potentieel. Routekaart. (vraag 4 lijst Planet 2009) Ja (was ook “ja” in 2011) Bij een structureel budget wordt In de meerjarenbegroting is er niet jaarlijks een afweging structureel budget gemaakt maar is het een vast opgenomen voor onderdeel van het budget voor klimaatbeleid, conform een minimaal een periode van 4 jaar. raadsbesluit in 2008 (zie de 2 2 Routekaart) 9. 10. 22 23 Uw gemeente heeft een ambtenaar in dienst die specifiek aanstuurt op energiebesparing/ duurzame energie/ klimaatbeleid. Uw gemeente (vraag 6 lijst Planet 2009) Ja (was ook “ja” in 2011) Meestal is deze persoon de 3 Fte wordt structureel energiecoördinator of ingezet op het thema klimaatcoördinator. Dit kan ook in klimaat. Daarnaast zijn samenwerking met diverse medewerkers binnen buurtgemeenten zijn. hun eigen takenpakket met 1 klimaat bezig. (vraag 7 lijst Planet 2009) Internationale GreenHouseGas (GHG) protocol www.milieubarometer.nl/kantoor Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Ja (was ook “ja” in 2011) 1 42 11. Vraag Toelichting op vraag Antwoord + toelichting communiceert klimaatproblematiek breed naar haar inwoners om daarbij steun en verbreding zoekend voor haar klimaatbeleid. Dit uit zich in jaarlijks minimaal één voorlichtingsactiviteit gericht op het brede publiek. In uw gemeente loopt een programma op scholen/ onderwijsinstelling en gericht op klimaat en energie. Klimaatvoorlichting kan worden Meerdere malen per jaar vormgegeven door bijvoorbeeld voorlichting over wisselende een pagina/artikel in de lokale klimaatthema’s krant, publieke deelname aan (voorlichtingsavonden, acties als bijvoorbeeld warme marktkramen, publicaties truiendag, klimaatstraatfeest etc.).Regelmatig informatie etcetera. op de gemeentepagina in de Score21 (+1 voor verkiezing tot solar city 2013) lokale krant. Plus wageningen.nl/klimaat. (vraag 8 lijst Planet 2009) een diversiteit aan projecten om Ja/nee (was “ja” in 2011) leerlingen actief bezig te laten Wel aanbod via Het Groene gaan met klimaatproblematiek en Wiel maar daar wordt wel op mogelijkheden voor bezuinigd. Scholen kunnen deelnemen aan 1 energiebesparing. 12. Uw gemeente stimuleert actief energiebesparende maatregelen bij haar inwoners (en huiseigenaren). (vraag 9 lijst Planet 2009) Ja (was ook “ja” in 2011) 'Gemeenten spelen een Op diverse wijzen (zie vraag belangrijke rol bij de 10) worden inwoners en communicatie over energie en huiseigenaren aangespoord milieu in het dagelijks leven.' Er tot energiebesparing, o.a. is een groeiende markt van via een project voor producten en diensten om energie-neutrale woningen gemeenten hierin te en energie-neutrale wijken. ondersteunen. Er zijn ook 1 voorlichtingsbijeenkomsten, aparte website, podium bieden aan goede voorbeelden, premieregeling voor energieadvies in de maak, jaarlijkse huis aan huis krant duurzaam wonen. 13. Uw gemeente ondersteunt bij minima de mogelijkheden voor energiebesparing. (vraag 18 lijst People 2009) mogelijkheden: Nee/ja (was “ja” in 2011) Direct: verstrekking van Het Team Energie en Afval energieadvies, bijzondere (re-integratieproject 24) bijstand inzetten voor A-label stimuleert tot apparatuur, etcetera. energiebesparing, maar dit Indirect: actief beleid om de komt niet goed van de slechtste energielabels (E,F,G) grond. De Woningstichting is met dus de hoogste energielasten bezig met aanpak van versneld aan te laten pakken door woningen met lage energie- corporaties en particuliere labels. Hiervoor is er een breed scala aan 0 (1) verhuurders. 14. 24 In uw gemeente is sprake van een actieve en gestructureerde Overleg met maatschappelijke Ja/nee (was “nee” in 2011) organisaties, bedrijfsleven, Eigenlijk als in 2011: niet woningcorperaties en andere structureel, maar wel ad hoc (vraag 11 lijst Planet 2009) 1 Mensen met uitkering geven tips aan mensen in huurwoningen, maar team is wisselend en goede mensen vinden snel een baan 43 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Vraag Toelichting op vraag Antwoord + toelichting samenwerking met verschillende belangengroepen op het gebied van klimaat/energiebeleid. stakeholders is van wezenlijk contacten en samenwerking Score21 belang om lokaal klimaatbeleid vorm te geven. Dit kan in de vorm van een lokaal of regionaal platform. Gestructureerd doelt op een formeel terugkerend overleg met agenda en notulering. 15. Uw gemeente is lid van het Klimaatverbond. (vraag 12 lijst Planet 2009) De Vereniging Klimaatverbond Nederland) is een organisatie van gemeenten die ondersteuning Ja (was ook “ja” in 2011) 1 biedt en samenwerking bevordert rond lokaal klimaatbeleid. (www.klimaatverbond.nl 16. Uw gemeente stimuleert en faciliteert particulieren bij het opzetten van lokale (zelfleverings) Duurzame Energie productie. (Nieuwe vraag) Ja Mogelijke rol van gemeenten: bij Gemeente bracht partijen bij elkaar brengen van partijen, elkaar wat leidde tot kennisoverdracht, lobby voor Regionaal Duurzaam Energie saldering, co-creatie. Bedrijf en probeert dit Ref: Lokale Klimaat Agenda initiatief te ondersteunen. 2011-2014 We hebben een actieve rol gehad in het ontstaan van Coöperatie Vallei Energie / 2 hebben een lokale coalitie voor duurzaam energieneutraal wonen opgezet / dagen uit tot het ontwikkelen van e-neutraal renovatie concepten met De productie 17. 18. 19. Uw gemeente neemt deel aan de Lokale Klimaatagenda en bijbehorende klimaatmonitor van Rijkswaterstaat – Leefomgeving. CO2-monitoring: uw gemeente berekent jaarlijks de CO2 productie door burgers, bedrijven en de eigen (gemeentelijke) organisaties (CO2footprint) en maakt de resultaten publiekelijk toegankelijk De CO2-footprint van uw gemeente is de laatste drie jaar aantoonbaar met minstens 5% afgenomen. (Nieuwe vraag) Welke partijen al deelnemen aan de LKA is te zien in de Klimaatmonitor op een landkaart www.klimaatmonitor.databank.nl (vraag 3 lijst Planet 2009) Hierbij gaat het erom dat de gemeente dit doet op basis van erkende (globale) modellen (Internationale GreenHouse Gas (GHG) protocol). Zie www.meermetminder.nl en www Klimaatmonitor.databank.nl Ja We nemen deel aan de LKA en zijn actief in twee Thema 1 Teams en een Leergroep. Ja (was ook “ja” in 2011) ‘Energie in Beeld’ van Alliander wordt daarvoor gebruikt. Voor iedereen te gebruiken via www.wageningen.nl/klimaat 1 . Voor de gemeentelijke organisatie is de intentie om de Milieubarometer te gebruiken, is nog niet publiek toegankelijk. (Nieuwe vraag) Nee Resultaat lokaal klimaatbeleid, De CO2-uitstoot is helaas in zichtbaar door CO2-monitoring. de periode 2008 – 2012 met 2 % gestegen, door 0 (1) toename van bedrijven en huishoudens. Het gemiddelde energiegebruik 44 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Vraag Toelichting op vraag Uw gemeente heeft de ambitie om binnen een vastgestelde termijn een klimaatneutrale gemeente te worden.25 (Vraag 2 lijst Planet 2009) Antwoord + toelichting Score21 is wel iets gedaald. 20. In een klimaatneutrale gemeente, beter aangeduid met CO2 - Ja (was ook “ja” in 2011) neutrale gemeente, is de netto De ambitie is om in 2030 CO2 -uitstoot gelijk aan 0. een klimaatneutrale stad te Energiebesparing, duurzame zijn. 3 energie en compensatie zijn middelen om dit doel te bereiken. Totaal Klimaat en Energie (incl. correcties): 26 (30) Vragenlijst 2.2: Natuur & Water Vragen beantwoord door: Erik Kruk (tijdelijke beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid) Ine Botman (beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid): vraag 29 en 35 Rik Huiskes / Dennis (?) (….?): vraag 21, 23-28 Ronald Gordijn (adviseur gemeentesecretaris): vraag 37 Wilma Pol (…): vraag 30 Richard van Vliet (teammanager ingenieursbureau): vraag 31 t/m 34; 36 Richard Veldman (projectleider): vraag 22 Ronald Busman (voorzitter Wageningse Milieu Organisaties): vraag 21-30 21. Vraag De gemeente geeft binnen haar beleid met betrekking tot groenbeheer expliciet ruimte aan ecologisch beheer. Toelichting op vraag (vraag 13 lijst Planet 2009) Antwoord +toelichting Ja (was ook “ja” in 2011) Bekende voorbeelden zijn Wageningen is sinds 1-1-2013 ecologisch berm- en niet meer in het bezit van het oeverbeheer waar ruimte wordt certificaat Goud van de 3 gegeven aan natuurlijke Barometer Duurzaam (-1 ontwikkeling en gestreefd wordt Terreinbeheer. E.e.a. als gevolg naar een vergroting van de van bezuinigingen. Het is wel biodiversiteit. de intentie dat hetzelfde niveau van milieu-ontlastende Score vanwege verlies certificaat goud) werkwijzen m.b.t. het groenbeheer wordt gecontinueerd. 22. In uw gemeente is een bomenbeleid vastgesteld en in uitvoering. (vraag 14 lijst Planet 2009) Ja (was “nee” in 2011) Het gaat om de combinatie van Het college heeft in de beleidsuitgangspunten wat Bomenverordening betreft bescherming- en beleidsregels vastgesteld met voorwaarden voor kappen van voorwaarden voor de verlening bomen en hoe deze worden van een vergunning tot kap en uitgevoerd en toegepast in de tot aanwijzing van praktijk. monumentale bomen. Daarnaast is in het (concept) Groenbeleidsplan h.e.e.a. 2 (-1 omdat er geen echt bomenbeleidsplan is) verwoord. Er is geen bomenbeleidsplan vastgesteld. 23. 25 In uw gemeente is een beleidsambtenaar die natuur- en biodiversiteitbehoud in (vraag 15 lijst Planet 2009) Sommige grotere gemeenten Ja (was ook “ja” in 2011) hebben een 'eigen' Ecololoog 1 bioloog/ecoloog. In kleinere Ambitie voor klimaatneutrale gemeentelijke organisatie is opgenomen in lijst PROFIT Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen 45 Vraag zijn of haar takenpakket heeft. Toelichting op vraag Antwoord +toelichting Score gemeenten is het ook mogelijk om, bijvoorbeeld in gewestelijk verband, te werken met een ambtenaar die specifiek natuur en biodiversiteit in de gaten houdt. 24. Uw gemeente heeft beschikking over een actueel overzicht van plant-(flora) en diersoorten (fauna) binnen haar grenzen. (vraag 16 lijst Planet 2009) Ja (was ook “ja” in 2011) De gemeente dient hiertoe een De gemeente is geabonneerd inventarisatie van de op de Nationale databank flora voorkomende plant- en en fauna (NDFF), maar deze diersoorten binnen de geeft alleen een totaal gemeentegrenzen in bezit te inventarisatie en geen details hebben. Die inventarisatie kan over de locatie van bijzondere heel goed samen met (lokale) soorten. 1 natuurgroepen gedaan zijn. 25. Uw gemeente voert expliciet een ‘bijvriendelijk’ beleid. (Nieuwe vraag) Achtergronden en mogelijke bijdragen van lokale overheden is te vinden op de website van Nee 0 (2) de Bijenstichting: www.bijenlint.nl 26. De gemeente houdt de 'rode lijstsoorten' bij die binnen de gemeentegrenzen voorkomen. (vraag 17 lijst Planet 2009) Rode lijsten zijn in de natuurbescherming lijsten van planten en dieren die bedreigd worden met uitsterven en daarom wettelijk een beschermde status hebben gekregen. Voor de gemeente is het van belang om te weten waar mogelijk 'rode lijstsoorten' zich bevinden, bijvoorbeeld in verband met bouwplannen of Nee/ja (was “nee” in 2011) De gemeente gebruikt wel de Nationale databank flora en fauna (NDFF), maar deze geeft geen details over de locatie. Vroegere “natuurwaardenkaart” 0 (1) waarop locaties wel aangegeven werden i.s.m. natuurorganisaties niet meer in gebruik infrastructurele werken. 27. 28. De gemeente zet zich actief in om de leefomgeving van beschermde dieren en planten veilig te stellen en/of te verbeteren. Uw gemeente compenseert bij het uitvoeren van bouwplannen verloren gegaan groen door elders natuurfuncties te versterken. (Vraag 18 lijst Planet 2009) Inspanningen voor behoud van Ja? (was “nee” in 2011) de lokale biodiversiteit zijn Momenteel wordt er bijv. bijvoorbeeld het graven van gewerkt aan het realiseren van poelen voor amfibieën of het de Noordelijke Ecologische aanleggen van ecoducten. Verbindingszone. 2 (-1 omdat dit beter en actiever zou kunnen) (vraag 19 lijst Planet 2009) Er bestaan voorbeelden van geïntegreerde gebiedsontwikkelingen waarbij de bouw als financiële drager dienstbaar is aan het Nee/ja (was “nee” in 2011) Indien mogelijk of vereist 0 (1) vanuit natuurwetgeving…. versterken van natuurfuncties (groen en blauw). 29. Uw gemeente heeft beleid/ project om de aanleg van ‘groene daken’ te stimuleren. (nieuwe vraag) Groene daken of vegetatiedaken zijn platte of Nee 0 (1) hellende daken met begroeiing (ref: wikipedia). 30. Uw gemeente stimuleert stadslandbouw en/of (nieuwe vraag) Nee Het onderwerp heeft wel de 0 (2) aandacht, maar is nog niet 46 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Vraag de aanleg van dorpsof wijktuinen (op braakliggende gronden’) Toelichting op vraag Uw gemeente beschikt zelf of in regionaal verband over een integraal plan voor duurzaam waterbeheer dat is samengesteld met grote betrokkenheid van maatschappelijke organisaties, bedrijfsleven en andere instellingen. (vraag 23 lijst Planet 2008) Antwoord +toelichting Totaal Natuur (vr 21-30 + vr 35, incl. correcties): 31. Score vertaald in concrete acties Duurzaam waterbeheer brengt Ja (was ook “ja” in 2011) alle aspecten van het Bij het vijfjaarlijks herzien/ watergebruik en -beheer samen opstellen van het Waterplan in één integraal waterplan. wordt in elk geval rekening Daarmee geeft uw gemeente gehouden met de laatste aan hoe 'water' een rol speelt in ontwikkelingen en inzichten op alle beleidsvelden, wat haar het gebied van de ambities zijn en hoe het klimaatontwikkeling, ervaringen samenspel is met de burgers, die (elders) zijn opgedaan en bedrijven, waterschappen, eventuele inbreng vanuit het zuiveringsschap en andere Waterschap Vallei en Eem. 8 (18) 2 betrokkenen. 32. Uw gemeente gaat in het waterbeheer uit van de trits 'vasthouden, bergen, afvoeren'. (vraag 27 lijst Planet 2009) Het waterbeheer, volgend op de adviezen van de Commissie Waterbeheer 21ste eeuw, gaat uit van deze trits. Water vasthouden doe je bijvoorbeeld door ervoor te zorgen dat afstromend regenwater eerst in een plantsoen of open grond terechtkomt. 'Bergen' betekent dat de Ja (was ook “ja” in 2011) Zie waterplan. Bij de meeste projecten in nauw overleg met 1 het Waterschap. gemeente zorgt voor voldoende ruimte om (pieken) afstromend water op te vangen, bijvoorbeeld in ruime sloten met een langzaam oplopend talud. Afvoeren naar elders. 33. Uw gemeente heeft, bij de aanleg van stoepen, wegen en parkeerplaatsen, een beleid gericht op het zoveel mogelijk 'open' houden van de bodem zodat regenwater kan infiltreren. (vraag 28 lijst Planet 2009) Sommige wijken lijken wel totaal verhard te zijn. Het regenwater kan maar één kant op en dat is het riool in. Dat kan anders. Bijvoorbeeld door stoepen wat minder breed te Ja (was ook “ja” in 2011) 1 Ja (was ook “ja” in 2011) 1 maken, door openbaar groen te stimuleren waar afstromend water ook in kan lopen, door op parkeerplaatsen materiaal te gebruiken dat ruimte open laat voor vegetatie. 34. Verharde oppervlakten in uw gemeente worden gecompenseerd met mogelijkheden voor extra wateropvang. (vraag 29 lijst Planet 2009) Een uitwerking van 'ruimte voor water' is dat bij de aanleg van een verhard oppervlak (een wijk, weg, kassencomplex of iets anders), compensatie plaatsvindt in de vorm van wateropslag. De gemeente kan berekenen 47 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Vraag Toelichting op vraag Antwoord +toelichting Score Totaal Water (vr 31-34 + vr 36, incl. correcties): (vraag 21 lijst Planet 2009) Ja (was ook “ja” in 2011) 5 (6) om hoeveel water het gaat en ervoor zorgen dat dit water binnen het gebied wordt opgevangen. Deze compensatie wordt primair binnen het plangebied gezocht en pas secundair buiten dat gebied. 35. Uw gemeente heeft een structureel budget voor 'Leren voor Duurzame Ontwikkeling’/ Natuur en Milieu Educatie' Educatie is een belangrijke Dit loopt via het Wageningse verbindende schakel NME-centrum ‘Het Groene beleidsdoelstellingen en de Wiel’. Er wordt wel op het het burger op het gebied van Groene Wiel bezuinigd, maar de duurzame ontwikkeling inzet is om ‘Het Groene Wiel’ 2 zoveel mogelijk te behouden. 36. Uw gemeente heeft de mogelijke gevolgen van klimaatverandering in kaart en de benodigde maatregelen voor adaptatie gebracht. (vraag 22 lijst Planet 2009) Nee/ja (was “nee” in 2011) Klimaatverandering zal invloed Er is wel aandacht voor hebben op ruimtelijke en klimaatadaptatie o.a. op het stedenbouwkundige plannen, gebied van water en riolering, waterbeheer en Vooral voor een evt. stijging gezondheidszorg. Gemeenten van de waterstand in de Rijn en en rijk zijn bezig de wat hiervan de gevolgen zijn verschillende opties voor voor de waterwerken adaptatie te inventariseren. bijvoorbeeld dijkversterking 0 (1) (Grebbedijk Deltadijk). Er is geen integraal overzicht of beleid. 37. Uw gemeente geeft structureel aandacht aan natuur- en milieubescherming bij het opstellen en evalueren van rampenplannen. (Nieuwe vraag) Denk aan: - Bufferzones - Preventie en Bestrijding van bos- en natuurbranden - In kaart brengen van milieubedreigingen Ref: www.eco-xxi.nl , indicator 10 Nee Het opstellen van rampenplannen is geen gemeentelijke taak meer maar 0 (1) (niet meegerekend omdat niet is opgedragen aan de meer Veiligheidsregio’s en wordt onder vastgesteld door het bestuur van de veiligheidsregio Totaal Natuur en Water (vr 21-36, incl. correcties): beheer gemeente 13 (24) Vragenlijst 2.3: afval en vervuiling Vragen beantwoord door: Erik Kruk (tijdelijke beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid) Theo Balk (Concernafdeling Ruimte, Team Beleid): vraag 41 Sjaak Hendriks (…?): vraag 42-43 Rike van der Wiel (beleidsmedewerker milieu en duurzaamheid): vraag 44 t/48; 50 Richard van Vliet (teammanager ingenieursbureau): vraag 38-39 Richard Rütenfrans (manager team stadsbeheer): vraag 40 Vraag 38. In uw gemeentelijk rioleringsplan wordt consequent uitgegaan van de trits 'preventie, scheiden, zuiveren'. Toelichting op vraag Antwoord +toelichting Score (vraag 24 lijst Planet 2009) Voor een positief antwoord zal de trits 'preventie, Ja (was ook “ja” in 2011) scheiden en zuiveren' heel Er wordt vooral ingezet op duidelijk aangegeven infiltratie van regenwater 2 worden in beleid en uitvoering rond 48 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Vraag Toelichting op vraag Antwoord +toelichting Score rioleringsplannen. 39. In uw gemeente is waar mogelijk de afvoer van regenwater losgekoppeld van het rioleringssysteem. (Nieuwe vraag) Ja Ca 30% van alle verhard oppervlak voert niet af naar de riolering. Bij vervanging van het gemengde rioleringssysteem 1 wordt afgewogen of afkoppelen kosteneffectief mogelijk is en zo ja, dan wordt het systeem aangepast 40. Uw gemeente gebruikt geen chemische bestrijdingsmiddelen bij groenbeheer en praktiseert Duurzaam Onkruid Beheer (DOB) toe op verhardingen. (vraag 20 lijst Planet 2009) Een belangrijk argument tegen het gebruik van bestrijdingsmiddelen is dat Ja (was ook “ja” in 2011) resten ervan vaak in het Zie ook vraag 21 2 oppervlakte -en grondwater en slib worden aangetroffen. 41. Uw gemeente heeft een actueel overzicht van bodemkwaliteit en mogelijke risicogebieden 42. Uw gemeente monitort het niveau van de luchtkwaliteit van de gemeente, in ieder geval rond bedrijven (terreinen) en wegen. 43. Uw gemeente heeft geluidlast in kaart gebracht (geluidskaarten) en een actueel beleidsplan voor geluidreductie en/of behoud van rust (behoud kwaliteit) 44. Uw gemeente beschikt over een duurzaam afvalbeleid waarin het bevorderen van kringlopen (hergebruik/recycling van grondstoffen) voorop staat. 45. Uw gemeente heeft meetbare doelstellingen geformuleerd met betrekking tot vermindering, scheiding en recycling van huishoudelijk afval. (Nieuwe vraag) Ja Bodemkwaliteitskaart i.s.m. Ede, Barneveld, Nijkerk, en 1 Scherpenzeel (Nieuwe vraag) (Ref www.eco-xxi.nl indicator 12) Ja projectovereenkomst “Regionaal Samenwerkingsverband 1 Luchtkwaliteit” Regiocontract Regio FoodValley (Nieuwe vraag) (Ref www.eco-xxi.nl– indicator 19) (Nieuwe vraag) Nee 0 (1) Ja Een nieuw Afvalbeleidsplan is 2611-2012 vastgesteld. Het is niet 2 duidelijk voor hoe lang dit geldig is. (www.wageningen.nl/afval) (Nieuwe vraag) Ja Denk aan benutting GFT, Afvalbeleidsplan 2012 papier, plastic textiel Doelstellingen: a. 60% van het huishoudelijk (Ref www.eco-xxi.nl– afval wordt gescheiden en nuttig indicator 16) toegepast in 2015 (2011: 57%) oplopend tot 65% in 2018. b. Afname uitstoot broeikasgassen. 2 c . Totale hoeveelheid huishoudelijk afval neemt af tot 84% ten opzichte van vergelijkbare gemeenten. Speerpunt van het beleid is minimaliseren restafval door 49 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Vraag Toelichting op vraag Antwoord +toelichting Score afvalscheiding. 46. Totaal geproduceerd huishoudelijk afval is in de afgelopen drie jaar aantoonbaar afgenomen (Nieuwe vraag) Ja In principe zou dit terug In 2011 beetje omhoog tov 2010, gezien moeten worden in maar trend duidelijk omlaag. de afvalheffing per 2009: 18.301 ton inwoner. 2010: 17.946 ton (ref www.eco-xxi.nl 2011: 17.949 ton indicator 15) 2012: 17.547 ton 47. Hoeveelheid ongesorteerd afval per inwoner is de afgelopen drie jaar aantoonbaar afgenomen. (Nieuwe vraag) Ja 48. Uw gemeente heeft een integraal plan van aanpak tegen zwerfvuil in uitvoer. Gemeenten spelen een 1 2009: 12.152 ton 2010: 11.952 ton 1 2011: 11.978 ton 2012: 11.583 ton cruciale rol bij het voorkomen en bestrijden Nee 0 (2) Nee 0 (1) van zwerfafval. 49. Uw gemeente bevordert actief het gebruik van kraanwater i.p.v. (plastic) flessen 50. Uw gemeente heeft een visie en strategie uitgewerkt met betrekking tot het bevorderen van een circulaire economie (versterken kringlopen). (Nieuwe vraag) (Nieuwe vraag) De circulaire economie is een economisch systeem dat bedoeld is om herbruikbaarheid van producten en grondstoffen te maximaliseren en waardevernietiging te Nee Het is wel opgenomen in visie afvalbeleidsplan 2012, maar geen 0 (3) uitgewerkte strategie. minimaliseren. (concept ook bekend als cradle-tocradle) Totaal Afval en vervuiling (incl. correcties): 13 (20) 50 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Bijlage 3 - Vragenlijst Profit In deze vragenlijst ligt het accent op de economische dimensie van duurzame ontwikkeling. De Profit vragenlijst bestaat uit drie thema’s: 1) Duurzaam Inkopen, 2) Duurzame Mobiliteit en 3) MVO/Duurzaam Ondernemen Vragenlijst 3.1: Duurzaam Inkopen Vragen beantwoord door: Erik van der. Kruk (tijdelijke beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid) Ine Botman (beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid): vraag 12, 13 Rike van der Wiel (beleidsmedewerker milieu en duurzaamheid): vraag 1-11; 13, 15, 16, 19-20 Hans Wildenberg (…?): vraag 17 Marian v.d. Stok (…?): vraag 18 1. Vraag Uw gemeente heeft formeel vastgelegd dat duurzaamheid het uitgangspunt is van haar inkoopbeleid Toelichting op vraag (Vraag 3 lijst Profit 2009) Antwoord + toelichting Ja (was ook “ja” in 2011) In 2007 is via het klimaatakkoord In 2011 al formeel beleid afgesproken dat gemeenten maar nog niet structureel in streven naar 100% duurzaam praktijk gebracht, de inkopen in 2015. antwoorden op de volgende Score26 2 vragen suggereren dat dit nog steeds niet het geval is 2. Uw gemeente hanteert criteria voor duurzaam inkopen door ze concreet en transparant mee te wegen in alle aanbestedingstraje cten. (vraag 5 lijst Profit 2009) van de gemeente een offerte Nee (was “ja/nee” in 2011) aanvraagt bij verschillende T.o.v. 2011 wordt het vaker partijen hierin systematisch meegenomen, maar niet in duidelijk wordt aangegeven dat elke aanbesteding. Het en op welke wijze gebeurt ook niet bij aankopen duurzaamheidscriteria mee zullen waar dit niet relevant voor is. Dit betekent dat als een inkoper 0 (1) wegen in de selectieprocedure. 3. Uw gemeente hanteert de criteria voor duurzaam inkopen voor zowel primaire als secundaire inkopen. (vraag 6 lijst Profit 2009) De primaire inkopen zijn zaken als stoeptegels, verkeerslichten, plantmateriaal, et cetera. Zaken die veelal in grote hoeveelheden worden ingekocht en vaak zijn uitbesteed aan onderaannemers. Secundaire inkopen zijn zaken die facilitair zijn aan het Ja (was ook “ja” in 2011) Voor vrijwel alle primaire en 1 secundaire inkopen. functioneren van het gemeentelijk apparaat. De koffiemachine, de inrichting van het gemeentehuis, en dergelijke. Hier zijn vaak verschillende inkopers actief. 4. Goedkoop is vaak duurkoop. Uw gemeente past bij aanbestedingen 2009) Nee (was ook “nee” in 2011) Wettelijk de overheid bij Laagste prijs mag niet meer aanbestedingen twee met nieuwe (aanpassing vraag 7 lijst Profit 0 (3) (+1 omdat duurzaamheidscriteria 26 Aantal punten dat deze vraag oplevert; als een vraag negatief beantwoord wordt tussen haakjes het aantal punten dat een “ja” had opgeleverd. 51 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Vraag consequent de principes toe van Total Cost of Ownership en EMVI (i.p.v. laagste prijs). Toelichting op vraag Antwoord + toelichting Score26 gunningscriteria hanteren: laagste aanbestedingswet. Dus het is wel beter prijs of EMVI. EMVI = nu altijd EMVI. Duurzaamheid Economisch Meest Voordelige wordt zeker meegewogen. Inschrijving: naast prijs worden Maar total cost of ownership ook andere, kwalitatieve criteria wordt niet consequent zoals duurzaamheidsaspecten in toegepast. worden toegepast!) de beoordeling meegewogen. Total Cost of Ownership: de kosten van de totale levensduur van producten, diensten en werken 5. 6. 7. De inkopers van uw gemeente hebben kennis van duurzame inkoopprocessen en worden regelmatig bijgeschoold. Uw gemeente vraagt (potentiële) leveranciers expliciet naar de CO2footprint of aantoonbare besparing, bijv. ahv de CO2prestatieladder of het Milieubarometercertifi caat Waar relevant verlangt uw gemeente van leveranciers dat ze zich inzetten voor betere internationale arbeidsvoorwaarden (tegen kinderarbeid en hongerlonen). Bijvoorbeeld door aansluiting te zoeken bij een erkend keteninitiatief (vraag 8 lijst Profit 2009) Uw gemeente koopt voor haar eigen gebruik 100% groene stroom in (verlichting, gebouwen et cetera). Uw gemeente hanteert bij de inkoop van bedrijfskleding milieu- én sociale criteria. (vraag 9 lijst Profit 2009) De VNG, PIanoo, NEVI en andere partijen organiseren regelmatig training- en ontmoetingsdagen over duurzaam inkopen. Ja (was “nee ”in 2011) Alle zgn. ‘groot volume- 1 inkopers’ hebben een training gevolgd (Nieuwe vraag) De milieubarometer en CO2prestatieladder zijn instrumenten om bedrijven die deelnemen aan Ja/Nee aanbestedingen te stimuleren tot De CO2-prestatieladder wordt milieu/CO2-bewust handelen in de steeds vaker toegepast. Maar eigen bedrijfsvoering en bij de dit kan ook niet bij elke uitvoering van projecten. branche en aanbesteding. (Nieuwe vraag) Ja Erkende keteninitiatieven zijn: Nu nog in beperkte mate, b.v. Fair Flowers Fair Plants UTZ Certified koffie en thee in Fair Wear Foundation de automaten, en het Social Accountability hanteren van de door International (SCI) AgentschapNl opgestelde Max Havelaar keurmerk universele sociale Union for Ethical BioTrade– voorwaarden voor het UTZ Certified verbeteren van arbeids- Zie eveneens handleiding ISO omstandigheden in de gehele 26000, bijlage A (voorbeelden productieketen. van vrijwillige initiatieven). Mogelijkheden voor duurzame 2 (-1 omdat toepassing nog niet structureel is) 2 (-1 omdat toepassing nog niet structureel is) catering worden onderzocht 8. 9. Groene stroom is duurzaam opgewekte elektriciteit. Dat kan zijn met behulp van windenergie, Ja (was ook “ja ”in 2011) 1 zonne-energie, biomassa-energie, of combinaties daarvan. (vraag 10 lijst Profit 2009) Gemeenten kunnen bij een aanbesteding of gunning voor het aanschaffen van bedrijfskleding Nee (was ook “nee” in 2011) 0 (1) sociale en milieucriteria in acht nemen. 10. Bij aanschaf van bedrijfsauto's speelt duurzaamheid een (aanpassing vraag 11 lijst Profit Ja (was ook “ja ”in 2011) 2009) Gemeenteauto’s aangeschaft Steeds meer gemeenten kiezen die rijden op groengas 1 52 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen 11. 12. 13. 14. Vraag belangrijke rol en wordt uitgegaan van auto’s met minimaal een A of B label en waar mogelijk wordt gereden op groen gas of elektrisch. Voor eigen projecten is de gemeente verplicht om alleen gebruik te maken van duurzaam geproduceerd hout met het FSCkeurmerk of vergelijkbaar, zowel bij bouwprojecten als bij groenvoorzieningen. Binnen de gemeente wordt standaard dubbelzijdig geprint en gekopieerd. Al het papier dat uw gemeente gebruikt is afkomstig uit duurzame bronnen, dat wil zeggen: gerecycled papier en niet chloorgebleekt, of papier met het FSC-keurmerk of vergelijkbaar en niet chloorgebleekt Uw gemeente is overgestapt of bezig met over te stappen op papierloos vergaderen Toelichting op vraag Antwoord + toelichting Score26 voor relatief schone auto's. (vraag 12 lijst Profit 2009) FSC en PEFC zijn mondiaal toegepaste certificering systemen. Deze keurmerken garanderen dat Ja (was ook “ja” in 2011) het hout afkomstig is uit E.e.a. is vastgelegd in het duurzaam beheerde bossen. kwaliteitshandboek openbare Uitvoering van dit beleid kan ruimte (ook via het versterkt worden dmv het Convenant Duurzaam afsluiten van een FSC- Bouwen) 1 convenant. (www.fsc.nl ) (vraag 13 lijst Profit 2009) De milieu én economische winst van dubbelzijdig gebruik van Ja (was ook “ja” in 2011) 1 papier spreekt voor zich. (vraag 14 lijst Profit 2009) Gedoeld wordt op papier dat wordt ingekocht om op te printen en te kopiëren én papier voor drukwerk. Naast FSC wordt als vergelijkbaar Ja (was ook “ja” in 2011) erkend: PEFC Duitsland of PEFC Er wordt papier met het FSC- Finland. Deze kenmerken staan keurmerk gebruikt. 1 op de pakken papier die de gemeente gebruikt. Deze eisen worden doorgegeven aan drukkers die in opdracht van de gemeente werken. (Nieuwe vraag) Ja Toelichting papierloos vergaderen Binnen afzienbare termijn wordt het zgn. ‘nieuwe werken’ ingevoerd, waarbij zo veel mogelijk gedigitaliseerd 2 wordt. De eerste voorbereidingen zijn reeds getroffen. 15. In het gemeentehuis wordt fair trade koffie én thee geschonken met keurmerk. (Vraag 15 lijst Profit 2009) Max Havelaar en Utz certified zijn erkende keurmerken voor fairtrade. Organische of biologische koffie en/of thee mag eveneens met ja Ja (was “ja/nee” in 2011: koffie wel, thee niet) 1 Nu zijn koffie én thee Fair Trade worden beantwoord. 16. Uw gemeente zorgt ervoor dat er een breed assortiment duurzame producten wordt aangeboden in de eigen kantine Dit betreft zowel biologische als Nee (was ook “nee” in 2011) fairtrade producten betreffen. E.e.a. wordt onderzocht, Biologische of duurzame catering mede in het kader van de is een groeiende markt. Breed flexitariërcampagne van de assortiment betekent meer dan gemeente. (vraag 16 lijst Profit 2009) 0 (1) 53 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Vraag en/of de catering bij speciale gelegenheden. Toelichting op vraag Antwoord + toelichting Score26 50% van het volume. Gedacht kan worden aan: zuivelproducten, vleeswaren, fruit, graanproducten, wijn, hapjes, chocolade(letters) 17. Uw gemeente let expliciet op duurzaamheid/ MVOprestaties bij het aangaan of vernieuwen van contracten met financiële dienstverleners (denk aan banken accountants, verzekeringen, e.d). Uw gemeente hanteert duurzaamheid als belangrijk 18. uitgangspunt bij inkoop en het moderniseren van haar ICT infrastructuur. Uw gemeente geeft expliciet in haar duurzaam inkoopbeleid aan om 19. waar mogelijk kansen te scheppen voor lokale- en regionale ondernemers (Aanpassing vraag 17 lijst Profit 2009) Financiële dienstverleners spelen in toenemende mate in op de vraag naar producten die zowel duurzaam zijn als voldoen aan de wet FIDO. Nee (was ook “nee” in 2011) E.e.a. speelt geen rol bij 0 (1) aangaan dan wel vernieuwen contracten. (Nieuwe vraag) Nee Denk aan: energiezuinige Er wordt wel rekening apparatuur, virtuele werkplekken, gehouden met duurzaamheid, green hosting, mvo-prestaties maar het is geen belangrijk leveranciers. uitgangspunt. Wel minder 0 (1) stroomverbruik door het gebruik van terminals ipv pc’s en door het gebruik van virtuele servers (Nieuwe vraag) In het gedachtegoed van een meer circulaire economie is zoveel mogelijk lokaal/regionaal aanbesteden een voor de hand Nee 0 (3) liggende stap. Zoekt uw gemeente hiervoor de grenzen op binnen de huidige (Europese) kaders? Gemeente voldoet aan de ambitie van 5% social return per aanbesteding (bij 20. aanbestedingen boven de € 250.000) (Nieuwe vraag) Overheden en ondernemers spreken bij een aanbesteding soms af dat ze langdurig werklozen of gehandicapten aan Ja 2 een baan, stage of leerwerkplek gaan helpen. Dit heet 'social return'. Totaal Duurzaam Inkopen (incl. correcties): 17 (29) Vragenlijst 3.2: duurzame mobiliteit Vragen beantwoord door: Erik Kruk (tijdelijke beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid) Marco van Burgsteden (beleidsmedewerker mobiliteit): vraag 21 t/m30 Vraag 21. Uw gemeente brengt jaarlijks, met de verschillende belangengroepen en Toelichting op vraag (vraag 24 lijst Profit 2009) Antwoord +toelichting Ja (was ook “ja” in 2011) Het gaat er hierbij om dat In het Gemeentelijk verkeersbeeld en de Mobiliteitsplan (GMP) is verkeersbeleving regelmatig in vastgelegd dat er Score 2 54 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Vraag inwoners, de belangrijkste knelpunten in kaart op het gebied van verkeersveiligheid, verkeersdruk en bereikbaarheid. 22. In uw gemeente is het terugdringen van CO2uitstoot en verbetering van de luchtkwaliteit onderdeel van het beleid op verkeer & vervoer (mobiliteitsbeleid). Toelichting op vraag Antwoord +toelichting samenwerking met wijkagenda’s voor mobiliteit belangengroepen wordt moeten worden opgesteld geactualiseerd. waarbij per wijk periodiek Score wordt gekeken welke problemen in aanmerking komen voor verbetering. (vraag19 lijst Profit 2009) De sector mobiliteit is verantwoordelijk voor ca 20% van de broeikasgassen. Ja (was ook “ja” in 2011) Maatregelen bij verkeer en Het GMP heeft expliciet de vervoer leiden, naast een doelstellingen van het vermindering van de CO2 - klimaatbeleidsplan uitstoot, tot een betere overgenomen. 3 luchtkwaliteit en minder geluidsoverlast (Ref. Lokale Klimaatagenda 2011-2014) 23. De gemeente heeft een actief beleid op meer gebruik van het openbaar vervoer en de (elektrische) fiets. (vraag 20 lijst Profit 2009) Ja (was ook “ja” in 2011) Zijn er concrete maatregelen Het GMP en het geformuleerd? Met hieraan uitvoeringsprogramma gekoppeld (controleerbare) bevatten doelstellingen en doelstellingen waarin wordt projecten om het fietsen en aangegeven hoeveel het de toegankelijkheid van het gebruik van openbaar vervoer OV te bevorderen. of fiets zou moeten toenemen? Wageningen is ook trekker 2 van „De Bereikbare Vallei‟ 24. De gemeente maakt gebruik van het advies van de fietsersbond en/of andere belangengroepen om de inrichting van de openbare ruimte voor langzaam verkeer te verbeteren. (vraag 22 lijst Profit 2009) Ja (was “nee” in 2011) De lokale afdeling van de Voor het vormgeven van fietsersbond en initiatieven als fietsbeleid wordt een ‘stoepenpatrouille’ houden gebruikgemaakt van een gemeente scherp wat inventarisaties door de betreft verkeersveiligheid en fietsersbond. conform van de inrichting voor Voor andere (zwakke) voetgangers, fietsers, verkeersdeelnemersgroepen rolstoelgebruikers en ander is in het GMP expliciet langzaam verkeer. aangegeven dat hiermee 1 wordt overlegd bij het specificeren van de inrichtingseisen voor de openbare ruimte. 25. Uw gemeente stimuleert actief het autodelen en heeft hiervoor voldoende parkeergelegenheid gereserveerd. (aanpassing vraag 21 lijst Profit Ja (was ook “ja” in 2011) 2009) Het GMP en het De gemeente kan een rol spelen uitvoeringsprogramma gaan in het starten of uitbreiden van in op de kansen van deze voorzieningen. Voldoende autodelen voor een leefbare wil zeggen dat het aanbod stad. Daarbij wordt via het aansluit bij de vraag. uitvoeringsprogramma ook 1 tijd en budget gereserveerd om deze initiatieven verder te ondersteunen. 26. Uw gemeente heeft beleid om elektrisch rijden te faciliteren en zorg te dragen voor een vlotte plaatsing openbare oplaadpalen 27. In uw gemeente zijn (Nieuwe vraag) Stichting e-laad plaatst en onderhoudt publieke oplaadpunten voor elektrische Ja 2 Ja/nee (was “ja” in 2011) 1 auto's. Zie voor meer info www.e-laad.nl (aanpassing vraag 23 lijst Profit 55 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Vraag overal waar mogelijk woonstraten als 30 km zone ingericht. Toelichting op vraag 2009) De vraag doelt op woonwijken, Antwoord +toelichting Niet overal, maar over het algemeen wel Score omgeving van scholen, winkelstraten en andere gebieden waar veel voetgangers, fietsers en spelende kinderen zijn. Deze worden ook wel aangeduid als ‘verblijfsgebieden’. 28. Bij alle scholen zijn speciale voorzieningen getroffen die het principe van ‘met de voet en fiets’ naar school versterken zoals het veilig maken van aan- en afvoerroutes en oversteekplaatsen. 29. Uw gemeente doet jaarlijks mee met de Europese Mobiliteitweek. (aanpassing vraag 25 lijst Profit 2009) Naast fysieke voorzieningen kan hierbij eveneens het stimuleren van de deelname aan een jaarlijkse actie als ‘met de voet en fiets’ naar school gelden. Ja/nee (was “nee” in 2011) Niet bij alle scholen (wel meer dan 70%) De gemeente 1 wil dat de scholen hier ook een rol in vervullen. Niet alle scholen willen dit. (vraag 26 lijst Profit 2009) De Europese Mobiliteitsweek (voorheen Week van de Vooruitgang) biedt diverse mogelijkheden om duurzame mobiliteit onder de aandacht te Nee (was ook “nee” in 2011) Naar verwachting wel vanaf 0 (1) 2014 brengen. www.mobilityweek.eu 30. Door middel van het Reiskostenbeleid van de eigen organisatie, wordt gebruik van OV/ fiets in woonwerk/ dienstreizen gestimuleerd en autogebruik ontmoedigd. (Nieuwe vraag) Voorbeeldrol overheid bij bevorderen duurzame Nee/ja mobiliteit. Formeel wel, maar hier wordt in de praktijk niet op 0 (1) gestuurd. Totaal Duurzame Mobiliteit (incl. correcties): 13 (15) Vragenlijst 3.3: MVO / Duurzaam Ondernemen Vragen beantwoord door: Erik Kruk (tijdelijke beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid) Ine Botman (beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid): vraag 31; 36-38; 49-50 Sandra Tiebosch (beleidsmedewerker EZ?): vraag 34, 35, 47 Sanne Meelker (beleidsmedewerker klimaat en duurzaamheid): vraag 40-44 Jolanda van Wijk (…..): vraag 32 Vraag 31. Uw gemeente ondersteunt (de oprichting van) een MVO-platform, een duurzame ondernemerskring, e.d. Toelichting op vraag (vraag 27 lijst Profit 2009) Antwoord + toelichting Nee (was ook “nee” in 2011) Netwerken werkt! Voor Er is op dit moment nog doorontwikkeling, opschaling onvoldoende draagvlak onder het en versnelling van duurzaam bedrijfsleven voor een dergelijk ondernemen is samenwerken platform, hoewel de ex-ecogroep een ‘must’. Lokale overheden ondernemers het wel missen. Ook kunnen hierin een is er een “koplopers bijeenkomst stimulerende en faciliterende georganiseerd voor rol spelen. geïnteresseerde ondernemers om Score 0 (1) tot een strategie te komen 32. Uw gemeente heeft een centraal (vraag 28 lijst Profit 2009) Nee (was ook “nee” in 2011) Bij het Ondernemersloket MVO/ duurzaamheidsadvies 0 (1) 56 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Vraag aanspreekpunt voor ondernemers (ondernemersloket) waar MVO-advies deel uitmaakt van het dienstenpakket richting ondernemers. 33. Uw gemeente stimuleert dat het beschikbare arbeidspotentieel van vrouwen, ouderen, gehandicapten en allochtonen zo volledig mogelijk wordt benut door het lokale bedrijfsleven. 34. Voor de gemeente is duurzaamheid uitgangspunt bij de inrichting en het beheer van haar bedrijventerreinen. Dit is neergelegd in de beleidsplannen en uitvoeringsplannen rond deze terreinen. Toelichting op vraag Antwoord + toelichting kunnen ondernemers terecht maakt geen deel uit van de voor algemene informatie diensten van het over wetgeving, beleid en ondernemersloket. procedures. Wel is er een “energieloket” (= MVO/duurzaamheidsadvies tel. nr. en email adres) Score hoort hierin thuis. (Nieuwe vraag) Vraag overgenomen uit de PPP-scan van Telos (www.telos.nl) Nee 0 (3) (vraag 29 lijst Profit 2009) parkmanagement’ Ja/nee (was ook “ja/nee” in 2011) genoemd. Als een bestaand Bij nieuwe bedrijventerreinen terrein wordt verduurzaamd geldt het beleid voor Duurzame spreekt men vaak over Gebiedsontwikkeling (DuGo); Er “duurzame revitalisering”. is geen beleid voor (revitalisering Onderdeel hiervan kan zijn van) bestaande een collectieve aanpak van bedrijventerreinen. het vervoersmanagement Wel wordt de ladder voor en/of het gezamenlijk duurzame verstedelijking inkopen van duurzame gevolgd. Ook wel ‘duurzaam 2 energie. 35. Uw gemeente hecht belang aan zuinig omgaan met ruimte en voert een actief beleid om leegstand tegen te gaan (kantoren, bedrijventerreinen, winkelcentra). 36. Uw gemeente stimuleert energiebesparing en toepassing duurzame energie bij bedrijven. (Nieuwe vraag) Duurzame gebiedsinrichting vergt een integrale benadering en dynamische Nee/ja spelregels zodat de Gemeente ziet alleen een rol bij beschikbare ruimte aanpak leegstand binnenstad 0 (2) aangepast kan worden aan de veranderingen en eisen des tijds. (vraag 30 lijst Profit 2009) Ja (was ook “ja” in 2011) Voor elk type bedrijfsleven Er vinden regelmatig zijn weer andere bedrijfsbezoeken plaats om mogelijkheden. Een winkel bedrijven te stimuleren tot met veel verwarming, een energiebesparing en duurzame open deur en veel energie. Er was een koplopers verlichting, vraagt iets heel bijeenkomst voor bedrijven in anders dan een november 2013, waarin o.a. de kantoorgebouw of een strategie werd besproken om productiebedrijf. Er zijn dan meer bedrijven mee te krijgen in ook voor al de verschillende de ambitie om klimaatneutraal te sectoren instrumenten worden. Er is een ontwikkeld. stimuleringsactie gepland voor 1 het sluiten van open winkelpuien. 37. Ter bevordering van het verduurzamen van de (Nieuwe vraag) Ja De milieubarometer is een 4 of 5 bedrijven gebruiken het nu online meetinstrument dat waaronder de gemeente. Bij 1 57 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Vraag bedrijfsvoering biedt uw gemeente het bedrijfsleven gratis voor één jaar toegang tot een meetinstrument als de Milieubarometer aan. 38. Uw gemeente controleert en handhaaft actief dat bedrijven energiebesparende maatregelen nemen met een terugverdientijd van minder dan 5 jaar. Toelichting op vraag Antwoord + toelichting de milieuprestaties en gemeente komt het niet goed van bijbehorende kosten van een de grond vanwege de begin bedrijf of instelling investering die het vergt. Score eenvoudig en snel zichtbaar maakt. (vraag 31 lijst Profit 2009) Gemeenten kunnen als bevoegd gezag op basis van Ja (was ook “ja” in 2011) de Wet Milieubeheer de Vanuit het klimaatbeleid is extra naleving van geïnvesteerd in bedrijfscontroles energievoorschriften en handhaving. Momenteel wordt handhaven. Het gaat hierbij gestimuleerd dat de regionale om bedrijven met een omgevingsdienst (OddV) de energieverbruik van meer energiehandhaving bij bedrijven dan 25000 m3 aardgas goed oppakt. 1 (equivalenten) per jaar of 50.000 KWh per jaar. 39. Uw gemeente heeft meetbare, ambitieuze doelen gesteld voor energiebesparing bij bestaande bouw. (vraag 32 lijst Profit 2009) Ja (was “nee” in 2011) Nederland heeft als ambitie In 2013 zijn er tussenliggende neergelegd om in de doelstellingen geformuleerd t.a.v. bestaande bouw 20% energiebesparing in de bouw voor reductie. de particuliere sector, zie 40. Uw gemeente biedt haar inwoners de mogelijkheid om een duurzaamheidslening af te sluiten om de woning energiezuinig te maken. 41. Uw gemeente heeft meetbare ambitieuze doelen gesteld voor energiebesparing bij nieuwbouw (ambitie lokale Klimaatagenda EPC=0 in 2020). (Nieuwe vraag) Nee/ja Met de Duurzaamheidslening De gemeente heft geen eigen kunnen inwoners bij de duurzaamheidslening maar heeft gemeente (of provincie) geld het initiatief genomen in het lenen om haar of zijn woning opzetten van een provinciaal energiezuinig te maken. fonds voor energieneutraal 2 Klimaatplan 2013-2016 renovaties dat met per 1-1-2014 opent. (vraag 33 lijst Profit 2009) Ja (was ook “ja” in 2011) Ambitieus = die verder gaan In het klimaatbeleidsplan van de dan het geldende gemeente bouwbesluit. Wageningen(Standaard-projecten Ambitie Lokale GPR 7 (voorbereid op klimaatagenda 2011 - 2014: energieneutraal) en D-profiel van EPC 4 in 2015 naar EPC projecten GPR 8 (voorbereid op 0 in 2020. (instrument energieneutraal plus BouwTransparant) gebiedsgerichte 0 (2) (+1 vanwege initiatief voor provinciaal fonds) 2 duurzaamheidsafspraken) 42. Uw gemeente heeft een energiewinkel/ energieloket gericht op het samenbrengen van lokale/regionale vraag en aanbod t.a.v. duurzaam bouwen/renoveren. 43. Uw gemeente heeft een coördinator voor de uitvoering van het beleid duurzaam bouwen. (Nieuwe vraag) Ja We hebben een loket (= telefoonnummer en e-mail adres) waar mensen altijd antwoord 1 krijgen op hun vragen en worden doorverwezen naar marktpartijen. (vraag 34 lijst Profit 2009) In kleine gemeenten kan dat een ambtenaar zijn die Ja (was ook “ja” in 2011) 1 enkele uren daaraan besteedt. In grote 58 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Vraag Toelichting op vraag Antwoord + toelichting Score gemeenten kunnen het een of meer ambtenaren zijn die daar fulltime aan werken. 44. Uw gemeente heeft een structureel budget voor de implementatie van haar beleid met betrekking tot duurzaam bouwen. (vraag 35 lijst Profit 2009) Duurzaam bouwen vraagt Ja (was ook “ja” in 2011) om een sterke inzet van de In 2011 €3000/jr, vnl besteed gemeente. Dat betekent dat aan onderhandelingen en er ook geld moet zijn voor energiescans 2 een medewerker en voor uitvoeringstaken, zoals het inhuren van een adviesbureau en het geven van voorlichting. 45. Elk nieuwbouw- en grootschalig renovatie- of sloopplan wordt in een zeer vroeg stadium op de eisen van duurzaam bouwen doorgelicht. 46. Uw gemeente controleert en handhaaft de Energie Prestatie Coëfficiënt en andere afspraken als het gebruik van FSCgecertificeerd hout op de bouwplaats. 47. Uw gemeente promoot duurzaamheidscertificering voor recreatielocaties (denk aan horeca, hotels, campings, conferentielocaties en evenementen). 48. Uw gemeente bevordert actief het verduurzamen van (publieks-) evenementen. (vraag 36 lijst Profit 2009) De beste resultaten zijn te behalen als elk plan in de ontwerpfase wordt gecontroleerd op de criteria van duurzaam bouwen. Ja (was ook “ja” in 2011) De insteek is om dugo ambitie in een zo vroeg mogelijk stadium mee te nemen. M.n. voor de 1 plannen waarvoor een bestemmingsplan nodig is gaat dit goed (=2011) (vraag 37 lijst Profit 2009) Ja (was ook “ja” in 2011) Principe van ‘thrust’ but Er wordt gehandhaafd op ‘verify’ naleving van de EPC afspraken. Hierbij wordt ook gekeken naar 1 de GPR-berekeningen, maar niet zozeer op het gebruikte materiaal (=2011) (Nieuwe vraag) Een bekend label voor duurzame accommodatie is Nee Green Key, www.greenkey.nl Onderzocht wordt wat de (ECO XXI indicator 3) mogelijkheden zijn voor 0 (1) certificering van duurzame restaurants. (Nieuwe vraag) Sinds 2010 bestaan er greenkey normen voor (jaarlijks terugkerende) publieksevenementen. Nee 0 (1) Actief: duurzaamheid maakt deel uit van procedure vergunningverlening. 49. Uw gemeente is actief op zoek naar innovatieve samenwerkingsmogelijkheden met het bedrijfsleven (private-public partnerships) waarbij het gaat om elkaars kracht te (Nieuwe vraag) Ja Onder de vlag van ‘Green Op het gebied van duurzaam en Deal’ is er een snel energieneutraal wonen worden groeiende lijst van coalities gevormd met lokale voorbeelden waarbij bedrijven, waarbij ook particuliere overheden, bedrijfsleven en woningeigenaren zijn betrokken. andere partijen Ook op het gebied van zonne- samenwerken aan het energie wordt actief gewerkt aan realiseren van duurzame innovatieve samenwerkings- initiatieven. Bijvoorbeeld mogelijkheden met bedrijven. 2 59 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Vraag versterken en nieuwe duurzame business modellen te ontwikkelen. 50. Uw gemeente looft (twee)jaarlijks een prijs uit ter waardering van lokale koplopers in duurzame innovatie. Toelichting op vraag Antwoord + toelichting Score voor grondstoffen en water (waaronder biodiversiteit), mobiliteit, energie en energiebesparing (Nieuwe vraag) Koplopers waarderen stimuleert niet alleen maar de gemeente laat daarmee zien veel waarde te hechten aan duurzaamheid en innovatie. Nee Daar is bewust niet voor gekozen. Er wordt voor gekozen de koplopers en goede voorbeelden regelmatig in het zonnetje te zetten. Dit is o.i. een effectievere en efficiëntere manier om koplopers te waarderen en andere bedrijven te stimuleren. Totaal MVO/Duurzaam Ondernemen (incl. correcties): 0 (3) (+1 omdat er wel andere manieren worden toegepast om koplopers te waarderen) 19 (31) 60 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen Bijlage 4 – Uitkomsten Toekomstatelier 1. Duurzame energievoorziening en duurzaam wonen en (ver)bouwen Waar ben je trots op Verbeterpunten Wageningers zijn enthousiast te krijgen voor duurzaamheid. Actieve woningbouwcoöperatie i.v.m. energiezuinig maken Groep energie neutraal renoveren. 40 deelnemers. Zonnepanelen op scholen Energie neutrale wijkgerichte aanpak. Goed aanbod duurzame architecten/aannemers. Factor 30 (energiewinkel) Woningbouwvereniging probeert goed te doen St. zonneenergie solar city 2013 Vele initiatieven. St. windenergie Werkgroep energie transition vallei Stichting windenergie Wageningen Lokale energiecoöperatie vallei energie Wageningen klimaat neutraal MARIN bedrijf zonnepanelen. Stichting zonne-energie innovatief. 2de hands studieboekenwinkel. Kortenoord gasloze wijk. Graaiende interesse studenten. CPO initiatief. Fiets excursies voorbeeld woningen particulieren. Agrodome is ev en blijft excursies open. WUR groentepakketten. Raadsbesluit windenergie. Solar city 2013 veel zonne-energie. Energie neutrale woningen. Groen gas tankstation. 5 a 10 electrische auto’s op laadstations. Eco coöporatie. Huurwoningen 100% naar B of A Geen benzine meer gebruiken voor auto’s, elektrisch rijden Prijs voor duurzaam opdrachtgeverschap Meer aandacht klimaat/energie op scholen Gemeente moet investeren Uitfaseren aardgas Veel meer woningen isoleren Energie-analfabetisme opheffen Monitoren energiegebruik van alle kantoren, winkels en scholen Bredere participatie in lokale energieopwekking Financieringsconstructie Is houtgebruik duurzaam? Komt het goed met de windenergie? Wijkpanels benutten (hebben ook budget). Aandacht bouwmaterialen. Verbouwloket. Samenwerking alle initiatieven. Internationaal mondiale ontwikkeling link met klimaat. (middelbare) scholieren bewustwording. Youtube filmpje. www.huisvolenergie. Wijkteams en infra rood camera. Gevoel van urgentie en verantwoordelijkheid. Connectie studenten initiatieven en burger initiatieven en gemeente. Energie duurder voor bedrijven en grootgebruikers zodat het gaat lonen. Echte groene stroom aankoop gemeente 2. Wijk en Buurtkwaliteit Waar ben je trots op Verbeterpunten Netwerk coaches, healers en therapeuten. Bredere betrokkenheid in alle lagen/buurten/sectoren bij duurzaamheid. Te kleinschalig. Minder langs elkaar heen werken. Te specialistisch. Verkokering. Ontkokeren en makkelijker samenwerken. In groep vaak te veel uit eigen sociaal kader. Buurt activiteiten. Klimaatneutraalplan. .Buurtvereniging Noordwest. Repair café. Bostuin Pomona. Transition town. Burgers die de leefomgeving meer vorm geven. Inzet en samenwerking. Overheid contact maatschappelijk sociaal werk. Wageningen toegankelijk onderhoud trottoirs en voetpaden. Elkaar opzoeken om samen te werken en elkaar verder helpen. 61 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen 2. Wijk en Buurtkwaliteit Waar ben je trots op Verbeterpunten Een contactpunt voor wijkbeheer bij gemeente. Bewust Wageningen. Samen koken en eten in Huizen van de wijk. Iedereen trots op eigen fraaie voortuintje. Ons huis. Actieve burgers. Leerwerkplekken in de buurt. (wijkleerwerkteams). Burgers die naar elkaar omkijken. Bewustwording van Wageningers. Zingeving brengen. Aandacht voor buren. Gaat niet om materialisme maar om eenvoud. Samenwerking WUR, gemeente, woningstichting en Solidez. Meer fietsende medewerkers. Initiatieven voor stadslandbouw, wonen , welzijn en zorg. Solidez. Ondersteunen van burgerinitiatief door B&W. Heel veel leuke sociale mensen. Zuinig zijn met bomen. Voortuinen groen zonder tegels en stenen en grind. Meer bekendheid en breder geven. Voldoende afvalbakken in de stad, afvalbakken op tijd legen. Moderner onderwijs met meer natuur en maatschappij en sociale vaardigheden. Goede ideeën en prijsvraag van energie en afval etc. Duurzame investering. Ondersteuning van de gemeente en andere partijen. Meer arbeid voor laagopgeleiden dichtbij in de buurt. Meer lokale productie en minder vervoersbewegingen. Beheer openbaar groen. Dichterbij bevolking brengen, vertalen naar doelgroep. Meer communities b.v. voor afval. Gebiedsonwikkelplannen met burgers, maatschappelijke organisatie en overheid. Elke wijk inloophuis met coffeecorner, oefenruimte, atelier en volkstuin. Ontmoetingsplek voor bewust en duurzaam (laagdrempelig). Vrijwillig landschapbeheer. Wijkteams (platforms). Team energie en afval samen met gemeente en woningstichting. Gezonde, actieve leefstijl initiatieven scholen, sport, solidez. Gelijkgestemden een podium geven. De volkstuinen. Mooi en schoon Wageningen. Iedereen happy. Klussenatelier. Bewoners initiatieven. Stichting lokale schoonheid. Uitdaging, contact en bewustwording inwoners van Wageningen. 3. Voedsel Waar ben je trots op Verbeterpunten Bio boerderij de hoge boom Inschakelen van buurtsupermarkten bij voedsel met de regio?? Verticale tuinen in bouwen integreren. Consumenten invloed in buurtsupermarkten. Gratis grond om je caravan op te zetten. Veel regionale betrokken bedrijven en burgers. Veel ekoproductie in/rond Wageningen. .Mogelijkheid voor onderzoek bij de praktijk, brains en handen samen. 62 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen 3. Voedsel Waar ben je trots op Verbeterpunten Voorlichting en kennisverstrekking. Braakliggende terreinen opvrolijken met eetbaar groen. Mensen toegang geven om zelf voedsel te produceren en verwerken. Studentenmoestuin Wageningen. Meer volkstuinen er is genoeg animo. Meer kleine moestuinen in woonwijken. Discussie over voedselkwaliteit en voedsel productie. Droevendaal tuinen en kippen. Volkstuinen veel bio geproduceerd. Trots op het ontdekken van verbanden tussen voeding en gezondheid. Biologische boerenmarkt. Agrarische natuur vereniging met streekproducten. De nieuwe ronde. Eetbaar groen in Noord West. Wageningse mentaliteit (vegetarische en biologisch). Ommuurde tuin. De molen. Verbetering biologische landbouw. Studenten laten zien hoe de groenten gekweekt worden. Studentenmoestuin Gent. Veggie bags. Verkoop bio groenten vanaf het bedrijf geen voedselkilometers. Project EAT. Zaden/planten ruil. Versterking van voedsel uit de regio en consument. Bostuin Pomonal Reizende tuin in appelbakken. Lazuur food community. Permacultuur showtuin. Agromisa. Inloophuis perma-tuin. Meer promotie over hoe je eigen tuin eetbaar en recreatief bruikbaar is . Te weinig producten lokaal. Regio winkel. Tegels uit tuinen, eetbare kruiden tuinen, vlindertuinen. Meer info over onbekende groente en fruit eetbaar groen (hoe maak ik het klaar). Agro ecologisch onderzoekscentrum. Gemeente groen allemaal eetbaar of als volkstuin. Weerstand van de voedselindustrie en voedselwetenschap t.a.v. voedselkwaliteit. Afstemming onder producenten. Gezamenlijke composthoop. Betaalbaarheid biologische voeding voor studenten. Regionaal restaurant niet vitaal, liefst bio en regionaal voedsel. Transparantie over voedselproductie en herkomst in supermarkten. Meer lokale bio producten in supermarkten ( dat je weet waar het vandaan komt). Meer bekendheid aan eetbaar groen. 4. Verkeer en Transport (leefbaarheid en bereikbaarheid) Waar ben je trots op Verbeterpunten Levendige discussie in de stad over bereikbaarheid. Goed bereikbaar, al is het per bus. Deelauto’s beter herkenbaar en vindbaar door deelautoborden. .Fietsers voorrang op rotondes. Goed OV (frequentiebus 88) Fietscultuur en infrastructuur. Veiligheid door drukte fietspaden (wordt aan gewerkt). Knelpunten auto Churchilweg, Nobelweg. Samenwerken met andere autodeelorganisaties. Te weinig bakfietsen te huur. Ochtendfile in de Hoogstraat. Handhaving snelheid. 63 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen 4. Verkeer en Transport (leefbaarheid en bereikbaarheid) Waar ben je trots op Verbeterpunten Aantal deelauto’s in Wageningen verviervoudigd sinds 2007. Weinig geluidsoverlast (eigen ervaring). Meer mensen lid van een autodeelorganisatie. Mooi busstation. Autodelen financieel nog aantrekkelijker maken tov eigen auto bezit. Snelheidsbevorderende auto routes. Nog meer mensen informeren over autodelen. Kwaliteit fietspaden dit mag wel beter bijgehouden. Fietsstoplichten zijn (soms) uitlokking. Half uur file in de ochtend. Afwatering van wegen soms niks. Centrale aanpak weesfietsen. Fietsdiefstal. Meer fietsroutes. Fiets vriendelijk. Meer bekendheid met autodelen. 5. Wereldburgerschap Waar ben je trots op Verbeterpunten Veel jongeren WUR organisaties die zich inzetten voor derde wereld. Hoog verkoop fairtrade producten. Onduidelijkheid behoefte aan betrouwbare info. Bugdet voor IS wordt steeds minder (in gemeentebeleid). Het bewust zijn is nog veel te gering. Wegwerpcultuur. Gastvrijheid naar internationale bevolking. .Het onderwerp leeft en blijft in de aandacht bij vooral jonge mensen/kinderen. Bewustzijn in Wageningen. In top 10 van niet PVV stemmers. Snelle reductie vermindering van ozonlaag. Raadsleden actief in FT en millenniumdoelen. Veel Wageningers begaan met duurzaamheid in ontwikkelingslanden. IS aspect in Wageningen beleid scoort altijd goed in D-meter. Het is nog lang niet genoeg. WUR is niet leidend op duurzame landbouw. WUR teveel en te gemakkelijk, allerlei internationale conferenties gebruikt vliegtuig. Inkoop beleid van gemeente kan veel beter w.o. FT en MVO aspecten. Duurzaamheid is veel op eigen welzijn/gezondheid gericht. Duurzaamheid is een reclameterm 6. Afval en Hergebruik Waar ben je trots op Verbeterpunten Tas van oude plastic zakken. Keten gedachte. Faciliteren houding en gedrag. Schoonmaakbus voor de straat/evenement. Share Combi repair café. Gratis ophalen afval kringloop. Groei en diversiteit. Ruilwinkel. Repareren, ruilen, inleveren en ophalen. Houding en gedrag. Afval en ondernemen. Afval catering. Afval ateliers. Pilot Wag-hoog? Restafval wegbrengen. Bewustwording icm incentive. Afvalbrengstation. Hergebruik fietsen Wageningen UR. Transition ruil initiatieven. Food afval hergebruiken. Share oude apparaten ophalen. Sociaal recyclen, repair café. Kringloopwinkels. Gepimpte prullenbakken. 64 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen 7. Natuur, buitengebied en recreatie Waar ben je trots op Verbeterpunten Gemeente budget voor sport in buitengebied. Streekmarkten/streekproducten. Gemeentebeleid tav kapvergunningen bomen. Gemeentebeleid/inspanningen tav bescherming/behoud (openbaar) groen en natuur. Bezuinigingen op sport. Medewerking gemeente dat ze hun werk doen. (tav vergunningen). Gemeente ondersteuning aan lokatie wensen korfball vereniging. Bodemverontreiniging geen sporthal. Gemeente heeft nog budget voor N en L. Erfbeplantingen projecten. Weidevogel beheer. Acties voor behoud bomen/groen binnen gemeenten. KSB subsidie erfbeplanting. Betrokkenheid bestemming buitengebied. Mooi Landschap. Ons bestuur naar gemeente toe. Continuïteit van capabel bestuur en belangenvereniging. Communicatie overleg gemeente. Meer aandacht voor behoud en bescherming natuur, landschap en groen. Prioriteiten en ontbreken van integrale visie gemeente t.a.v. buitengebied/natuur en landschap. Aantal initiatieven. Voorstel ecologische verbindingszone Wageningen Noord. Energie zuinige sportaccommodatie 65 Lokale Duurzaamheidsmeter Wageningen 2013 – Trudi van Ingen
© Copyright 2024 ExpyDoc