Atal-Medialwijzer Bloedafname Laboratorium en Trombosezorg Voor: artsen en (co) assistenten Spaarne Ziekenhuis Informatie en richtlijnen voor het optimaal gebruik van de diensten van Atal-Medial versie 8 oktober 2014 1 Inhoudsopgave 1. Voorwoord 2. Klinisch chemici Atal-Medial 2.1 Overzicht namen klinisch chemici 2.2 Telefoonnummers en e-mailadressen specialisten klinische chemie 3. Openingstijden en afwezigheid 3.1 Laboratorium 3.2 Bloedafnamepoli 4 Aanvragen en bloedafname 4.1 Algemeen 5. Klinische bloedafname 5.1 Algemeen 5.2 Prikrondes (Klinisch – LAB ochtendronde/middagronde/avondronde) 5.3 Afname door de afdeling 5.4 Correct identificeren van materiaal 5.5 Urineonderzoek 5.6 Poliklinische bloedafname (poliklinisch – LAB klinische chemie) 5.7 Beenmergservice 5.8 Immuuncytologisch onderzoek B.A.L. 5.9 Kweekmateriaal 5.10 Spermaonderzoek 5.11 Dysmorfe ery’s 5.12 Screening Bence Jones: 5.13 Cito ANCA / ANF/ M-proteïne diagnostiek 5.14 Foeto-maternale transfusie 5.15 Galzure zouten 5.16 Prikaccidenten 5.17 Inzien van laboratoriumresultaten 6. Afspraken mb.t. transfusies met kort houdbare bloedproducten 6.1 Algemeen 6.2 Aanvraagprocedure 7 Informatiefolders 8 Bepalingenklapper 9 Principeafspraken 9.1 Aanvullend onderzoek 9.2 Leukocyten-differentiatie 9.3 Trials 9.4 Verzendbepalingen 10 Allergie-onderzoeken 12 Bepalingsfrequentie 13 Automatismen 14 Doorbellen van sterk afwijkende resultaten 15 Trombosezorg 15.1 Bereikbaarheid 15.2 (Her) aanmelden van trombosepatiënten 15.3 Instellen op orale antistolling 15.4 De startdoseringen: 15.5 De onderhoudsdoseringen: 15.6 Zelfmeten en zelfdoseren door patiënten 16 Suggesties 2 1. Voorwoord Atal-Medial Atal-Medial is het regionale laboratorium voor klinische chemie. Naast huisartsen, verloskundigen, GGZ instelling Rivierduinen en InGeest, verzorgingen verpleeghuizen uit de regio Amsterdam, Zuid-Kennemerland, Haarlemmermeer,de Bollenstreek en regio Leiden besteden ook specialisten van Kennemer Gasthuis, Spaarne Ziekenhuis, Rijnland Ziekenhuis Leiderdorp en Diaconessenhuis Leiden hun klinisch chemisch onderzoek uit bij Atal-Medial. Ook de Trombosedienst uit deze regio is een onderdeel van Atal-Medial. Kijk hier voor meer informatie over Atal-Medial. Het vak klinische chemie De klinische chemie is gericht op diagnostisch onderzoek aan de hand van analyse van lichaamsmateriaal. Bloed en urine zijn de bekendste voorbeelden, maar het kan ook gaan om feces, zweet, beenmerg, uitgeademde lucht of diverse vochten. In het lichaamsmateriaal kunnen allerlei lichaamseigen componenten worden bepaald zoals eiwitten, vetten, koolhydraten, vitaminen, mineralen, elektrolyten, metabolieten en antistoffen, maar ook cellen of DNA. De hoeveelheid en samenstelling van deze componenten in het lichaamsmateriaal geeft informatie over het functioneren van lichaam, weefsels en organen. Hiermee levert het vakgebied klinische chemie en laboratoriumgeneeskunde een cruciale bijdrage aan vaststellen en monitoren van ziekten en is daarmee een onmisbare discipline in de medische praktijk. Kwaliteitsborging Atal-Medial onderhoudt een systeem van integrale kwaliteitsborging en streeft ernaar aan u, als aanvrager, klant en collega, diensten en producten te leveren die beantwoorden aan uw wensen. Wij stellen kritiek en suggesties te allen tijde op prijs. U kunt onze medewerkers en klinisch chemici daarover aanspreken. Opmerkingen en/of suggesties over deze labwijzer kunt u richten aan de afdeling Kwaliteitszorg, T: 088 - 0037 660 | E: [email protected]. Atal-Medial is gecertificeerd met het kwaliteitskeurmerk CCKL. 2. 2.1 Klinisch chemici Atal-Medial Overzicht namen klinisch chemici drs. F.J.M. (Ferry) Bergkamp, klinisch chemicus dr. B.A. (Bauke) de Boer, klinisch chemicus dr. M.M. (Madelon) Buijs, arts, klinisch chemicus dr. J (Jeannette) Gootjes, klinisch chemicus dr. M.H. (Martien) Herruer, klinisch chemicus dr. J.A. (Jurgen) Kooren, klinisch chemicus dr. C.J. (Claudia) Pronk-Admiraal, MBA klinisch chemicus drs. R.C. (Reni) Rotteveel, klinisch chemicus dr.ir. H.N. (Hong) Bui, klinisch chemicus in opleiding dr. S.M.I. (Susan) Goorden, klinisch chemicus in opleiding Op werkdagen is één van de klinisch chemici dienstdoend voor het beantwoorden van vragen. Het kan zijn dat er al doorschakeling plaatsvindt terwijl u nog wacht op telefonisch contact. 3 2.2 Telefoonnummers en e-mailadressen specialisten klinische chemie Telefoonnummer Fax Secretariaat Raad van Bestuur Atal-Medial 088 0037 703 088 0037 879 [email protected] Medische administratie/ opvragen uitslagen 088 0037 710 088 0037 798 [email protected] Telefoonnummer Mobiel nummer E-mailadres 21 58 66 75 10 19 75 28 06 518 545 19 06 510 618 77 06 141 898 94 06 300 121 28 06 471 479 96 06 537 612 55 06 178 829 96 06 224 879 29 06-110 393 14 06-523 52098 [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] (023)-890 86 22 06 446 512 77 [email protected] Klinisch chemicus van dienst (08.00-17.00 uur) Buiten kantooruren drs. F.J.M. Bergkamp dr. B.A. de Boer dr. M.M. Buijs dr. S.M.I. Goorden dr. J. Gootjes dr. M.H. Herruer dr. J.A. Kooren dr. C.J. Pronk-Admiraal drs. R.C. Rotteveel dr.ir. H.N. (Hong) Bui E-mailadres (023) 890 86 98 Via portier ziekenhuis (023) 545 63 (071) 582 83 (023) 890 89 (023) 890 92 (023) 545 63 (023) 890 86 (023) 890 92 (023) 890 85 Medisch Leider Trombosedienst drs. F.L. (Lous) Schouten 4 3. 3.1 Openingstijden en afwezigheid Laboratorium Het laboratorium van Atal-Medial in Hoofddorp is 24 uur per dag, 7 dagen per week bereikbaar. Tijdens kantooruren levert het laboratorium service voor het gehele onderzoekspakket. Het onderzoekspakket omvat bepalingen in bloed, urine, feces, beenmerg, liquor, CAPD-vocht, pleuravocht, ascites, semen en andere lichaamsvochten. Buiten kantooruren geldt een beperkt onderzoeks- (CITO) pakket; in EPIC is aangegeven welke bepalingen CITO aanvraagbaar zijn. Werkdagen: Een normale personele bezetting is aanwezig van 08.00 tot 16.30 uur. Van 16.30 tot 23.30 uur zijn 3 analisten aanwezig; van 23.30 tot 08.00 uur zijn 2 analisten aanwezig. Weekend en feestdagen: 3 à 4 analisten zijn aanwezig van 08.00 tot 16.30 uur. Van 16.30 tot 23.30 uur zijn 3 analisten aanwezig; van 23.30 tot 08.00 uur zijn 2 analisten aanwezig. 3.2 Bloedafnamepoli De bloedafnamepoli op locatie SZ Hoofddorp is geopend op maandag t/m vrijdag van 07.30 –16.30 uur voor 1ste lijn en tot 17.00 uur voor patiënten via de polikliniek. Op zondag is de bloedafnamepoli van 11.00 tot 11.30 uur alleen geopend voor preoperatieve bloedafname. De bloedafnamepoli op locatie SZ Heemstede is geopend van maandag t/m vrijdag van 08.00 tot 16.30 uur voor 1ste lijn en tot 17.00 uur voor patiënten via de polikliniek. 4 4.1 Aanvragen en bloedafname Algemeen Informatie over aanvraagformulieren, bloedafname, uitslagen enz. is tijdens ‘kantooruren’ in te winnen bij de Medische Administratie. Buiten kantooruren is deze informatie in te winnen bij de dienstdoende analist. Locatie Hoofddorp: tel 8694 Aanvragen van laboratoriumonderzoek via EPIC Ten behoeve van laboratoriumaanvragen wordt altijd gebruik gemaakt van de aanvraagprocedure via EPIC. Indien over het plaatsen van laboratoriumaanvragen via EPIC vragen of onduidelijkheden zijn dient allereerst contact opgenomen te worden met de EPIC helpdesk (tel 8157). Met uitzondering van laboratoriumaanvragen voor de prikrondes genereert EPIC altijd een aanvraagformulier. Bij een klinisch order (klinisch - LAB door afdeling) moet dit aanvraagformulier altijd samen met de afgenomen materialen aan het laboratorium worden aangeboden. Bij een poliklinisch order (poliklinisch – LAB klinische chemie) moet dit aanvraagformulier altijd aan de patiënt worden meegegeven. Met de hand bijgeschreven opmerkingen en testen worden om proces-technische redenen niet in behandeling genomen. Indien een laboratoriumonderzoek niet standaard via EPIC te orderen is, dient altijd contact opgenomen te worden met de dienstdoende klinisch chemicus (tel 86 98) 5. 5.1 Klinische bloedafname Algemeen Om verwisseling te voorkomen is het afnamepersoneel verplicht het polsbandje van de patiënt te controleren. Draagt de patiënt geen polsbandje, dan wordt de patiënt verzocht naam en geboortedatum te noemen. Indien de patiënt hiertoe niet in staat is 5 vindt identificatie plaats met hulp van een derde persoon (arts, verpleegkundige, familie). Indien een venapunctie niet lukt, wordt met de aanvragend arts overlegd over de verdere handelwijze. Voor de bloedafname bij neonaten, baby’s of kleine kinderen worden speciaal daartoe getrainde medewerkers ingezet. 5.2 Prikrondes (Klinisch – LAB ochtendronde/middagronde/avondronde) Alle afdelingen m.u.v. SEH en IC: Op alle dagen is er een prikronde van ± 08.00 tot ± 10.00 uur (Klinisch – LAB ochtendronde). In het weekend en op feestdagen is er voor deze prikronde een beperkt aantal medewerkers beschikbaar. Tijdens deze prikronde wordt door de laboratoriummedewerkers op de meeste klinische afdelingen bloed afgenomen. Aanvragen voor deze ochtendprikronde dienen op de ochtend voorafgaand aan de bloedafname, vóór 06.00 uur te worden georderd via EPIC. NB CITO-laboratoriumonderzoek moet niet voor de ochtendprikronde worden georderd; resultaten zijn immers zeker niet vóór 11.00 uur bekend. Wel kan het bloed voor CITO laboratoriumonderzoek op verzoek van de aanvragend arts door een medewerker van Atal-Medial tijdens de ochtendronde worden afgenomen, waarna de afdeling zorg draagt voor de juiste ordering in EPIC en het onmiddellijk transport van het materiaal naar het laboratorium. Om 13.00 uur (in het weekend 14.00 uur) is er een extra prikronde voor spoedopnames of wanneer er acuut een verslechtering in de toestand van de patiënt is opgetreden (klinisch – LAB middagronde). Deze prikronde is alleen voor nagekomen aanvragen die niet kunnen wachten tot de volgende ochtend. Aanvragen voor deze middagprikronde dienen uiterlijk om 11.55 uur (in het weekend 13.55 uur) te worden georderd via EPIC. In het weekend moet een aanvraag voor de middagprikronde ook nog telefonisch worden aangemeld bij het lab op tel. 8694. Indien de aanvraag niet telefonisch is aangemeld zal het laboratoriumorder niet door een medewerker van Atal-Medial worden afgenomen. Om 21.00 uur is er een avondprikronde voor spoedopnames of wanneer er acuut een verslechtering in de toestand van de patiënt is opgetreden. Deze prikronde is alleen voor nagekomen aanvragen die niet kunnen wachten tot de volgende ochtend. Aanvragen voor deze avondprikronde dienen uiterlijk om 20.55 uur te worden georderd via EPIC. Een aanvraag voor deze avondprikronde moet ook nog telefonisch vóór 21.00 uur worden aangemeld bij het lab op tel. 8694. Indien de aanvraag niet telefonisch is aangemeld zal het laboratoriumorder niet door een medewerker van Atal-Medial worden afgenomen. Buiten deze prikrondes wordt de bloedafname door de afdeling zelf verricht. SEH: Op de afdeling SEH worden alle bloedafnames door de afdeling zelf verricht. 5.3 - Afname door de afdeling Het te gebruiken afnamemateriaal voor de afzonderlijke onderzoeken staat middels omschrijvingen op het EPIC orderformulier vermeld. Voor de volledigheid staat dit ook beschreven op het ‘Spaarnenet’ →Protocollen → diensten van derden → Medial → Routine afnameformulier kliniek Als meerdere buizen afgenomen moeten worden, dient bij voorkeur de hierna vermelde volgorde te worden aangehouden: - kweken - buizen zonder toevoegingen - buizen voor onderzoek van bloedstolling buizen met toevoegingen in de volgorde: Stol(gel), Li-heparine(gel), +EDTA, NaF, BSE (Na-citraat) 6 - Het is verboden om bloed af te nemen uit: een arm aan dezelfde lichaamshelft waar een mastectomie heeft plaatsgevonden een arm, waarin een infuus is aangesloten, behalve als het infuus 5 minuten eerder is stilgezet Vochten, zoals liquor, ascites e.d. dienen in dezelfde buizen te worden aangeleverd als bloed. Bijvoorbeeld: celonderzoek in EDTA-buis (paarse dop) en chemie bepalingen in heparinebuis (mintgroene dop). Let er op dat bij een ‘open afname’ (zonder vacuüm), de juiste dop op de juiste buis wordt teruggeplaatst. Materiaal opgevangen in verschillende buizen kan niet worden samengevoegd/ overgeheveld i.v.m. beïnvloeding van de testresultaten (bv Kalium!) 5.4 Correct identificeren van materiaal Vermeld op de buis altijd naam en geboortedatum van de patiënt en de afnamedatum + tijd. Plak geen etiketten over elkaar heen. Niet goed geïdentificeerd materiaal wordt niet in behandeling genomen. U zult als aanvrager geïnformeerd worden indien niet geïdentificeerd materiaal door Atal-Medial is ontvangen. Het ongeïdentificeerd materiaal wordt vernietigd en u zult te allen tijde moeten zorg dragen dat een nieuwe afname bij de juiste patiënt gedaan wordt en correct geïdentificeerd naar Atal-Medial wordt gebracht. Over dit kwaliteitsissue bij overdracht van verantwoordelijkheden kan niet worden gediscussieerd. Lever het materiaal, vergezeld van volledig ingevulde aanvraagformulieren in bij een analist op het laboratorium. Waarschuw de analist, als deze niet aanwezig is, via het sein 8694 (buiten kantoortijden). Ook mag gebruik worden gemaakt van de buizenpost. 5.5 Urineonderzoek Ten behoeve van urineonderzoek in een portie urine wordt gebruik gemaakt van potjes met bijgeleverde vacuüm verzendbuizen. De vacuümbuis zonder boorzuur (beige dop) wordt standaard gebruikt voor klinisch chemisch urineonderzoek. De vacuümbuis met boorzuur (groene dop) wordt standaard gebruikt voor microbiologisch urineonderzoek. Afhankelijk van het type urineonderzoek dienen één of meerdere vacuümbuizen te worden gevuld en ingestuurd naar Atal-Medial resp. Streeklab (zie tabel). Uiteraard altijd vergezeld van volledig ingevulde aanvraagformulieren. Vul per laboratorium/aanvraag één buis in. Laboratorium Type Onderzoek Klinische chemie Alle Microbiologie Opmerking/specificatie Urinebuis* Beige dop Kweek Midstream/gewassen plas Antigeentesten PCR SOA (man)** Virologie Eerste straal (tenminste 30ml) Groene dop (met boorzuur) * Gebruik voor klinische chemie en microbiologie altijd aparte buizen. Microbiologisch onderzoek kan gecombineerd worden uitgevoerd uit dezelfde buis. ** Urine is bij vrouwen niet geschikt voor onderzoek op SOA. Hiervoor dient een vagina- of cervix-uitstrijk ingestuurd te worden. Voor onderzoek in 24-uurs urine moet urine verzameld worden in bokalen, welke opgehaald kunnen worden bij het verzamelpunt in de kliniek of bij het priklab. Gevulde bokalen voor dit onderzoek kunnen worden geplaatst bij het verzamelpunt in de kliniek of kunnen direct bij het laboratorium worden ingeleverd. 7 5.6 Poliklinische bloedafname (poliklinisch – LAB klinische chemie) Bij een poliklinisch order moet het EPIC aanvraagformulier altijd aan de patiënt worden meegegeven. De patiënt kan zich met dit aanvraagformulier melden op iedere priklocatie van Atal-Medial. 5.7 Beenmergservice Van maandag t/m vrijdag tussen 08.00 en 15.00 uur zal het laboratorium beschikbaar zijn voor assistentie bij beenmergpuncties en beoordeling van de kwaliteit van het materiaal. Ter plekke wordt een aantal preparaten gemaakt en er zal ook een bloeduitstrijkje (uit een vingerprik) gemaakt worden. De preparaten worden op het laboratorium gekleurd met de May-Grunwald/Giemsa kleuring en beoordeeld. Tevens wordt op aanvraag, na ijzerkleuring van 2 preparaten, de ijzerreserve van het beenmerg beoordeeld. Eindbeoordeling vindt plaatst door een internist-hematoloog of door de klinisch chemicus met aandachtsgebied hemato-oncologie. Aanvragen van immunofenotypering van het beenmerg bij verdenking op een acute leukemie of een maligne lymforeticulaire lokalisatie in het beenmerg moeten vergezeld gaan van een extra EDTA-buis. Voor laboratoriumassistentie bij een cytologische punctie kan een afspraak gemaakt worden op telefoon 8606 (tussen 08.00 en 16.30 uur). Bij deze afspraak kan ook worden aangegeven of een immunofenotypering van het beenmerg geïndiceerd wordt geacht. Op dit moment geldt een maximum aantal van 5 beenmergen in totaal voor immunocytologisch onderzoek per dag. Afname van beenmerg t.b.v. immunocytologisch onderzoek kan in principe alleen plaatsvinden op maandag t/m donderdag van 08:00 tot 15:00 en op vrijdagochtend. Rapportage vindt plaats via ZIS. Het is een beschrijvende rapportage met als conclusie een antwoord op de vraagstelling. Indien relevant worden percentages cellen gerapporteerd. 5.8 Immuuncytologisch onderzoek B.A.L. Immuuncytologisch onderzoek van leukocyten in Broncho-alveolaire lavage vloeistof (BALF) kan bij bepaalde longaandoeningen een waardevolle bijdrage leveren. Gedacht moet worden aan aandoeningen veelal gepaard gaande met een lymfocytaire infiltratie in het longcompartiment en een verschuiving van de lymfocytensubpopulaties in de BALF, zoals sarcoïdose, IPF, BOOP en EAA. Immuuncytologisch onderzoek in BALF kan alleen na telefonische afspraak op 023-545 63 18 worden gedaan. 5.9 Kweekmateriaal Op het laboratorium is een verzamelpunt voor kweekmaterialen In het ziekenhuis zijn ook 2 verzamelpunten: op verdieping 2E – kamer tegenover het milieustation op verdieping 3E – middenstuk centraal plein tegenover het milieustation Het materiaal wordt hier op vaste tijden door het Streeklab weggehaald Om 08.00 uur kan aan de laboratoriummedewerkers worden gevraagd om de gereedstaande kweken mee te nemen naar het verzamelpunt. Dit is een service maar geen verplichting. De afdeling is ervoor verantwoordelijk dat kweekmaterialen bijtijds op het verzamelpunt komen. De afdeling dient bij spoed zelf voor transport van kweekmaterialen naar het Streeklab te zorgen. NB Kweekmaterialen mogen vanwege besmettingsgevaar nooit per buizenpost naar het lab gestuurd worden. 5.10 Spermaonderzoek Gebruik voor spermaonderzoek het hiervoor bestemde opvangmateriaal. Dit kan de patiënt ophalen bij de bloedafnamepoli. Het sperma dient op specifieke tijdstippen ingeleverd te worden met een Atal-Medial aanvraagformulier en een ingevulde patiënteninformatiefolder. Klik hier voor de informatiefolders ‘Spermaonderzoek’ en ‘Spermaonderzoek na vasectomie’. 8 5.11 Dysmorfe ery’s Bij een microscopische hematurie kan onderzoek naar dysmorfe erytrocyten worden gedaan ter onderscheid van een nefrologische of een urologische oorzaak. Resultaten van dysmorfe erytrocyten in urine worden gerapporteerd als percentage van het totaal aantal erytrocyten. Interpretatie volgens Snoek et al, NTvG 1994: 138; 721 – 726 met een afkappunt van 40% voor een urologische oorzaak (aanwezigheid van ≥40% dysmorfe erytrocyten sluit een urologische oorzaak van de hematurie uit). Voor dit onderzoek is 1ste ochtendurine niet geschikt. Tevens dient minimaal 3 ml urine te worden ingeleverd voor dit onderzoek. Urine kan alleen worden ingeleverd op de AtalMedial laboratoria in het Kennemer Gasthuis, locatie Zuid of het Spaarne Ziekenhuis, locatie Hoofddorp van maandag t/m zondag tussen 08.00 en 16.30 uur. Met het onderzoek naar dysmorfe erytrocyten zal de urine ook beoordeeld worden op aanwezigheid van erytrocyten- en leukocytencilinders. De kans op het vinden van deze cilinders is het grootste vlak na mictie. Wanneer erytrocyten- en/of leukocytencilinders aanwezig zijn, is ook bij minder dan 40% dysmorfe erytrocyten een nefrologische hematurie vrijwel zeker. Katheterurine kan ook voor dit onderzoek gebruikt worden, mits urine < 1 uur oud is. De bepaling wordt niet uitgevoerd: - Bij < 2 erytrocyten per gezichtsveld - Bij macroscopisch bloed - Wanneer urine bij aankomst op het lab ouder dan 1 uur na mictie is (of geen mictietijd is vermeld). 5.12 Screening Bence Jones: Bence Jones onderzoek in een portie urine (screening Bence Jones; monoklonaal vrije lichte ketens) is vervangen door de bepaling vrije lichte ketens in serum (SVLK). Bij de SVLK bepaling worden de concentraties van vrije lichte ketens kappa en lambda in het serum bepaald en wordt de vrije kappa/lambda ratio berekend. Indien deze ratio verschoven is, dan is dit suggestief voor de aanwezigheid van vrije lichte ketens in serum (en urine). Bij een verdenking multipel myeloom is het geïndiceerd om bij een verschoven kappa/lambda ratio 24 uurs urine te laten verzamelen voor onderzoek naar en kwantificering van de vrije lichte ketens in 24 uurs urine. 5.13 Cito ANCA / ANF/ M-proteïne diagnostiek Bij een onbekende acute glomerulonefritis kan afhankelijk van de klinische presentatie, ANCA / as-GBM / ANF / M- proteïnediagnostiek geïndiceerd zijn. Cito ANCA (as-MPO en as_Pr3) / as-GBM / ANF / M-proteïnediagnostiek vindt in principe alleen plaats op maandag t/m vrijdag tussen 08:00 en 16:30 uur. Bij een cito ANCA aanvraag zal altijd ook een as-GBM, as-ENA en een as-dsDNA worden bepaald. 5.14 Foeto-maternale transfusie Het bepalen van het promillage foetale erytrocyten bij een zwangere kan helpen bij het inschatten van een mogelijke foeto-maternale transfusie. In overleg met de vakgroep gynaecologie wordt de klassieke Kleihauer-Betke test nog gedaan voor aanvragen uit het Spaarne Ziekenhuis. Alleen na overleg kan de flowcytometrische detectie van foetale erytrocyten bepaald worden. De flowcytometrische bepaling kan alleen op maandag tot en met vrijdag van 08.00 tot en met 16.30 uur. Een aanvraag in het weekend of op feestdagen wordt op de eerste volgende werkdag geanalyseerd. 5.15 Galzure zouten Het bepalen van galzure zouten in serum wordt regulier op vrijdags uitgevoerd. Cito aanvragen op andere dagen kunnen telefonisch overlegd worden met de dienstdoende KC. De uitslag is dan binnen 48 uur bekend. 9 5.16 Prikaccidenten Zowel binnen als buiten kantoortijden dient de aanvraag voor een prikaccident altijd te lopen via de SEH (dienstdoende) assistent interne (tel. 7520). Het plaatsen van een laboratoriumaanvraag in het kader van een prikaccident mag uitsluitend via EPIC en dient volledig te zijn ingevuld (orderen via LAB serologie – infectie ziekten serologie). Stuur het EPIC-aanvraagformulier, eventueel vergezeld van nieuw afnamemateriaal, met spoed naar het laboratorium. Meld te allen tijde het laboratorium dat een aanvraag voor afhandeling Prikaccident onderweg is op tel 8693 (binnen kantoortijden) of tel 8694 (buiten kantoortijden). 5.17 Inzien van laboratoriumresultaten Voor het inzien van resultaten van laboratoriumonderzoek dient in eerste instantie gebruik gemaakt te worden de resultaatmodule van EPIC. In geval van twijfel over de juistheid van de (weergave) van de uitslag of bij het niet beschikbaar zijn van EPIC door een andere oorzaak dan een netwerkstoring en/of stroomstoring dient gebruik gemaakt te worden van resultaatinzage via het programma Cyberlab te vinden via een link in EPIC. 10 6. Afspraken mb.t. transfusies met kort houdbare bloedproducten 6.1 Algemeen Voor de toediening van bloedproducten worden de indicaties gehanteerd zoals beschreven in de CBO Richtlijn Bloedtransfusie 2011, Transfusiegids 2011 en Sanquin bloedwijzer 2012. Deze zijn te vinden op onze website, pagina Downloads voor zorgverleners >>, en ook op ‘Spaarnenet’ →Protocollen → Diensten van derden → Medial. Aanvragen voor bloedproducten die niet aan deze indicaties voldoen dienen eerst met de dienstdoende klinisch chemicus te worden overlegd. 6.2 Aanvraagprocedure Bloedproducten worden aangevraagd via EPIC waarna er automatisch een formulier geprint wordt bij Atal-Medial. Er dient altijd gebeld te worden over de aanvraag van bloedproducten. Om voldoende zekerheid te verkrijgen moet voor een bloedtransfusie de bloedgroep minstens 2 keer bepaald zijn uit 2 afzonderlijk afgenomen monsters. Het laatste monster dient binnen 72 uur voor de geplande bloedtransfusie afgenomen te worden. Transfusies naar aanleiding van ’s morgens al bekende lage Hb’s moeten vóór 14.00 uur aangevraagd zijn; latere aanvragen leveren ernstige vertraging op bij de avonddienst. Kruisbloed voor O.K.-patiënten voor de volgende dag moet vóór 14.00 uur op het lab aanwezig zijn, óók als dit via de poli bloedafname wordt geprikt. Indien meer dan 72 uur na deze bloedafname nogmaals bloed wordt aangevraagd, dient opnieuw EDTAbloed te worden afgenomen om te kruisen. Bij kinderen t/m 3 maanden dient t.b.v. de kruisproef óók bloed van de moeder te worden ingeleverd. Bloedgroep, Rhesus factor D, antistoffen en transfusie-historie kunnen opgevraagd worden via het cumulatief rapport van de patiënt (eventueel op het beeldscherm). Bij het ophalen van bloedproducten dient een afslag van het patiëntenplaatje te worden meegenomen.De producten worden alléén uitgegeven als een volledig ingevuld aanvraagformulier op het lab aanwezig is. 7 Informatiefolders Er zijn voor de patiënt diverse informatiefolders beschikbaar, onder andere met betrekking tot functieonderzoeken, verzamelen van urine of nuchter blijven. De aanvrager verstrekt deze folders aan de patiënt. De folders worden door het laboratorium opgesteld. De meest recente en up-to-date versies van de informatiefolders zijn beschikbaar via onze website, klik hier >> 8 Bepalingenklapper In de bepalingenklapper vindt u alle bepalingen die door Atal-Medial gebruikt worden, en bij iedere bepaling een overzicht van de eigenschappen incl. referentiewaarden. De bepalingenklapper vindt u op onze website op de pagina met downloads voor zorgverleners >> 11 9 Principeafspraken 9.1 Aanvullend onderzoek Binnen de vastgestelde bewaartermijnen van monstermateriaal is het, afhankelijk van de bepaling, mogelijk om aanvullend onderzoek uit dit materiaal te laten verrichten. Hiervoor dient tijdens kantooruren contact te worden opgenomen met de Medische Administratie: 890 8799, buiten kantooruren met tel 8694. Serum en heparineplasma worden 5 dagen bewaard, m.u.v. spijtserum en spijtplasma, die langer bewaard worden. Serum, dat is ingestuurd voor allergie of immunodiagnostiek wordt 1 maand bewaard. EDTA-bloed wordt 1 week bewaard maar is na 24 uur alleen geschikt voor het meten van niet hematologische parameters. 9.2 Leukocyten-differentiatie De machinaal verkregen differentiatie-uitslag wordt gerapporteerd, als de uitslag aan door het laboratorium vastgestelde criteria voldoet. In andere gevallen wordt het bloedbeeld microscopisch beoordeeld en gerapporteerd. 9.3 Trials Contactpersoon voor trials is dr. M. H. Herruer. Tel: 890 8619. Voor het aanmelden van nieuwe klinische trials kan contact worden opgenomen met deze klinisch chemicus. Hij verstrekt een trialformulier. Na het volledig invullen van dit formulier door de onderzoeker wordt een initiatiebezoek gepland waarbij vanuit Atal-Medial de verantwoordelijke klinisch chemicus en het Hoofd Trials aanwezig zijn, en van de kant van de aanvrager in ieder geval de locale studiecoördinator. Eventueel is ook een externe studiecoördinator aanwezig. Tijdens het initiatiebezoek wordt de studie aan de hand van het trialformulier doorgenomen. Hierbij wordt ook het protocol doorgenomen en worden mogelijkheden en onmogelijkheden besproken. Op basis van de in dit gesprek vergaarde gegevens maakt het Hoofd trials, mevr. Engel, een laboratoriumprotocol en stelt de klinisch chemicus een contract op inclusief kostenberekening. Op verzoek worden referentiewaarden, het certificaat van het laboratorium en CV's verstrekt. Wanneer de onderzoeker/sponsor akkoord gaat met het kostenvoorstel worden de voorbereidingen voor de trial afgerond en kan de studie starten. 9.4 Verzendbepalingen Atal-Medial voert in principe veel aangevraagde bepalingen zelf uit. Met name zeer specialistisch onderzoek of laag frequente aanvragen worden uitbesteed aan andere (referentie) laboratoria. Bij uitbesteed onderzoek wordt gebruik gemaakt van een kleine groep, door Atal-Medial op grond van kwaliteitscriteria geselecteerde, laboratoria. Bij hoge uitzondering, en slechts in overleg met een klinisch chemicus, kan onderzoek aan een ander laboratorium worden uitbesteed. 12 10 Allergie-onderzoeken Atal-Medial doet alle in vitro allergiediagnostiek zelf op het ‘Immunocap-systeem’ van Phadia. T.b.v. doelmatigheid bij allergieonderzoek is het advies om gericht allergieonderzoek aan te vragen op basis van een correcte anamnese en familiegeschiedenis. Vraag specifiek IgE daarom gericht aan. Er kan echter ook gekozen worden voor een drietal screeningspakketten voor de meest voorkomende inhalatie- of voedingsallergenen of een combinatie hiervan voor kinderen < 4 jaar. Bij positieve screening volgt automatisch onderzoek op een aantal specifieke IgE's en enkele mix-pakketten. Alleen na contact met de dienstdoende klinisch chemicus (T. 023-890 86 98) kan een positief mixresultaat (bijv. boompollen) verder uitgetypeerd worden (bijv. els, berk etc.). IgE tegen een specifiek allergeen kan ook separaat worden aangevraagd. Het meten van totaal IgE heeft geen toegevoegde waarde in allergiediagnostiek en wordt derhalve niet standaard meer bepaald bij een Phadiatop, Phadiatop Infant of Voedselscreening. In-vitro allergieonderzoek is al vanaf 0 jaar mogelijk (er is geen leeftijdsbeperking). Relatie klassen en kwantitatief IgE: Klasse kU/l interpretatie 0 1 2 3 4 5 < 0.35 0.35-0.7 0.7-3.5 3.5-17.5 17.5-50 50-100 negatief** zwak positief positief sterk positief zeer sterk positief extreem positief 6 > 100 extreem sterk positief ** = ook waarden <0,35 kunnen indicatief zijn voor een allergische reactie. Het interpreteren van specifiek IgE resultaten dient altijd in het licht van de kliniek te gebeuren. Het vinden van specifiek IgE in een patiënt geeft aan dat de patiënt gesensibiliseerd is, maar betekent niet dat er een daadwerkelijk allergische reactie is. 11 Allergenentabel Op onze website vindt u de meest recente versie van de allergenentabel >> 12 Bepalingsfrequentie Atal-Medial streeft ernaar om uitslagen van CITO-laboratoriumonderzoek binnen een uur na ontvangst van het materiaal op het laboratorium bekend te hebben. Uitslagen van aanvragen uit de ochtendprikronde en aanvragen die samen met het monstermateriaal zijn ingeleverd vóór 10.00 uur zijn om 13.00 uur bekend, voor zover het routine analyses betreft. Uitslagen van aanvragen die samen met het monstermateriaal vóór 15.00 uur zijn ingeleverd, zijn om 17.00 uur zoveel mogelijk bekend. Rapportage vindt continu plaats via EPIC. Resultaten zijn in EPIC te raadplegen via de labortoriummodule van EPIC als ook via Cyberlab. In Cyberlab zijn ook resultaten van laboratoriumonderzoek zichtbaar welke door andere zorgverleners (huisartsen, verloskundigen, etc.) in het verzorgingsgebied van Atal-Medial zijn aangevraagd; Alléén 13 geautoriseerde uitslagen worden schriftelijk gerapporteerd; een # op een elektronisch rapport betekent dat er nog geen eindvalidatie (autorisatie) heeft plaatsgevonden. Bloedgassen worden altijd zo spoedig mogelijk na afname bepaald. Uitslagen van de volgende bepalingen komen 2 à 3 keer per week beschikbaar: Allergenen ANF Hb-typering M-proteine diagnostiek Testosteron SHBG Uitslagen van de volgende bepalingen komen wekelijks beschikbaar: ACE ACTH Antitrombine III As-CCP as-dsDNA as-MPO/PR3/GBM as-ENA as-TPO as-TSH receptor DHEA-s Fact. V leiden mut Fact. II mutatie Groeihormoon Insuline Liquor-eiwitelectroforese Nicotine (metabolieten) Proteïne C Proteïne S Stollingsfactoren SHBG Testosteron TT3 TT4 C-peptide Uitslagen van porfyrines, oxalaat en viscositeit komen eens per 2 weken, bij voldoende aanbod, beschikbaar. Hetzelfde geldt voor het onderzoek naar CF mutatie, αthalassemie, BCR/ABL, JAK2 en HFE genmutatie onderzoek (hemochromatose) Indien een uitslag eerder dan hierboven genoemd gewenst is, dient contact te worden opgenomen met een van de klinisch chemici. Voor niet genoemde bepalingen kan bij het laboratorium worden nagevraagd, binnen welke tijd de uitslag bekend kan zijn. 13 Automatismen Bij de volgende uitslagen wordt automatisch een vervolgonderzoek gedaan: Uitslag ANCA positief ENA positief IgG >18, IgA >4 of IgM > 4 g/l ZPP < 150 TE > 100 g/l TSH < 0.5 of > 4.2 mU/l Eiwitscreening in urine positief Phadiatop, Phadiatop Infant of Voedselscreening positief Vervolgonderzoek Titer en as-MPO en as-PR3 Uittypering SSA, SSb, Sm, RNP of Scl70 Eiwitspectrum Hb-typering Eiwitspectrum FT4 Kwantificering eiwit in urine Uittypering (zie paragraaf 10 14 14 Doorbellen van sterk afwijkende resultaten Het laboratorium geeft in de volgende gevallen op eigen initiatief de sterk afwijkende resultaten telefonisch aan de arts door: 15 Voor een volledig overzicht van de referentiewaarden wordt verwezen naar de bepalingenklapper, zie de pagina met downloads voor zorgverleners op onze website >>. 15 Trombosezorg 15.1 Bereikbaarheid De Trombosedienst is voor intercollegiaal overleg telefonisch bereikbaar op werkdagen van 8:00-12:30 en van 13.30-16.30 uur op T. 06 44 73 69 61. Buiten deze uren is de Trombosedienst bereikbaar op telefoonnummer 071 - 5262 449. Volg de instructie op de meldingstekst. 15.2 (Her) aanmelden van trombosepatiënten De (her) aanmelding van patiënten geschiedt door het faxen van het aanmeldingsformulier naar het nummer (023) 890 86 97 en het daarna opbellen naar de dienst via 06 44 73 69 61 ter controle van de (her) aanmelding op juistheid en compleetheid en het maken van een afspraak voor een controle t.b.v. de patiënt. Deze eerste controle geschiedt, indien mogelijk, bij voorkeur, op een centrale vestiging in verband met het instrueren (intake gesprek) van de patiënt. De naar de dienst verwijzend arts beslist alleen gedurende de eerste weken van de controles over de noodzakelijkheid van huiscontroles, daarna beslist de Trombosedienst. Een goed mobiele patiënt wordt bij de eerste (her)controle al op een polikliniek gecontroleerd. Controles voor de Trombosedienst geschieden op alle afnameposten doch uitsluitend in de ochtenduren. 15.3 Instellen op orale antistolling De onderstaande adviezen houden geen rekening met de klinische situatie en de mogelijk met de antistolling interfererende medicatie van de patiënt. Met beide dient terdege rekening te worden gehouden. Zie ook “De kunst van het doseren” een uitgave van de Federatie van Nederlandse Trombosediensten, te bereiken en te downloaden via de Website van de Federatie: www.fnt.nl 16 15.4 De startdoseringen: Normaal: Coumarine Fenprocoumon (Marcoumar) Aantal 4,2 tabletten Acenocoumarol 6,4 tabletten Opmerkingen Bij voorkeur dan controle van INR Eventueel 1 of 2 dagen langer met 1 of ½ tablet fenprocoumon Bij voorkeur dan controle van INR Eventueel 1 of 2 dagen langer met 2 of 1 tablet Acenocoumarol Aangepast (bijvoorbeeld bij oudere, zieke of gedecompenseerde patiënt) 15.5 Fenprocoumon (Marcoumar) 3-1-H tabletten Acenocoumarol 4-2-1 tabletten Bij voorkeur dan controle van INR Eventueel 1 of 2 dagen langer met ½ tablet fenprocoumon Bij voorkeur dan controle van INR Eventueel 1 of 2 dagen langer met 1 tablet Acenocoumarol De onderhoudsdoseringen: De gemiddelde dagelijkse onderhoudsdosering is individueel sterk verschillend. Om toch enig houvast te geven voor de vervolgdosering na de startdosering kan het volgende schema gehanteerd worden: preparaat gemiddelde dagdosering in tabletten leeftijd 8 - 39 jaar Fenprocoumon Acenocoumarol 40 - 59 jaar 60 - 79 jaar 79 jaar 1 0.8 0.6 0.4 3 2.4 1.8 1.2 Informeer bij de Trombosedienst naar de historische onderhoudsdosering, indien van toepassing en noodzakelijk; dit is vaak een steun bij het herstarten van de dosering. De instelling op fenprocoumon duurt soms 10 - 14 dagen. Het effect op de INR van een dosering met fenprocoumon is pas na enkele dagen merkbaar. De Trombosedienst geeft de voorkeur aan gebruik van fenprocoumon boven acenocoumarol. Patiënten met fenprocoumon zijn stabieler ingesteld en hun INR uitslagen bevinden zich vaker in de therapeutische range dan bij behandeling met acenocoumarol. Mutaties die belangrijk zijn voor de orale antistollingstherapie en het staken van de behandeling dienen schriftelijk doorgegeven te worden, waarbij gebruik gemaakt moet worden van het mutatieformulier. 17 15.6 Zelfmeten en zelfdoseren door patiënten Patiënten die een langdurige (> 6 maanden) antistollingsindicatie hebben wordt de mogelijkheid geboden met in bruikleen gegeven apparatuur bij zichzelf de stollingstijd te meten en zichzelf te doseren. De Trombosedienst verzorgt de opleiding en de begeleiding en verstrekt, naast de apparatuur, de meetstrips en priklancetten. 16 Suggesties Wij stellen het zeer op prijs als u klachten, opmerkingen en suggesties voor verbetering van de dienstverlening van Atal-Medial aan ons doet toekomen. Graag horen wij van u, als gebruiker van deze Atal-Medial labwijzer, of u ideeën en suggesties heeft ter verbetering van dit document. Reacties kunnen worden doorgegeven aan: Kwaliteitszorg Atal-Medial T:088 - 0037 660 | E: [email protected] 18
© Copyright 2024 ExpyDoc