Ambitie 2014 inzet vrijwilligers bij opvoeden en

1
Ambitie 2014 inzet vrijwilligers bij opvoeden en opgroeien
1. Inleiding
Vijf organisaties werken in de CJG-netwerkorganisatie samen om een extra impuls te
geven aan de inzet van vrijwilligers als er zich problemen voordoen in gezinnen bij het
opvoeden en opgroeien van kinderen.
In bijlage 1 is een situatie beschreven waarbij een 7 jarige jongetje, getuige van
huiselijk geweld, het gedrag kopieert van zijn vader die zijn vrouw (de moeder van het
jongetje) mishandelt. Met inzet van vrijwilligers willen we een intergenerationele
overdracht van huiselijk geweld voorkomen. Kan dat en hoe doe je dat?
De vijf samenwerkende organisaties zijn: Sport en Welzijn, FlexusJeugdplein, HomeStart BAR (CJG-Rijnmond), het Gilde Schuldhulpmaatje en Vivenz. Het afgelopen jaar
is een 8-tal bijeenkomsten geweest om de activiteiten m.b.t. vrijwilligers op elkaar af
te stemmen en de inzet te bundelen. Dit als onderdeel van het CJG-plan om in het
kader van de Civil Society de inzet van vrijwilligers een flinke impuls te geven. De vijf
organisaties hebben o.a. afspraken gemaakt over afstemming en samenwerking bij de
werving van vrijwilligers, het benutten van de vrijwilligers-vacaturebank Connect2Act,
het benoemen van competentieprofielen, de omschrijving van vacatures, de scholing
en begeleiding, de aandacht voor rechten en plichten voor vrijwilligers, een
vrijwilligersovereenkomst e.d.
2.
Ambitie
De ambitie 2014 is om in CJG-verband te beschikken over 60 vrijwilligers voor steun bij
opvoeden en opgroeien. Dit is inclusief het consolideren van 25 vrijwilligers die al in 2013
beschikbaar waren. Derhalve een netto groei van 35 vrijwilligers.
3.
Specificatie en indicatie van de kosten
organisaties
Sport & Welzijn
’t Gilde schuldh.
Vivenz
FlexusJeugdplein
Home-Start BAR
totaal
2013 aantal
2013 subsidie
5
€ 6.250
Steungezin 3
Memosa –
Gez.ond.stn Ca 17
25
€ 9.750
p.m.
€ 16.000 + pm
2014 aantal
10 à € 1.000
5 à € 750
5 à € 1.250
8 à € 2.000
5 à 3.250
3 à 3.500
7 à 2.000
Ca 17
60
2014 subsidie
€ 10.000
€ 3.750
€ 6.250
€ 16.000
€ 16.250
€ 10.500
€14.000
p.m.
€ 76.750 + pm
4. Toelichting
4.1
Sport en Welzijn: betreft nieuwe vrijwilligers lichte problematiek voor
problemen aangedragen via de wijkaanpak;
4.2
’t Gilde Schuldhulpmaatje: werkt voor een brede doelgroep van jong tot
oud en voor meerdere organisaties. Schuldhulpmaatje is dus niet exclusief
voor de doelgroep van het CJG. ’t Gilde heeft thans 9 schuldhulpmaatjes;
Ambitie 2014 inzet vrijwilligers bij opvoeden en opgroeien, eindversie 11 juni 2013
2
hiervan rekenen we er 5 tot de doelgroep van het CJG, nl. gezinnen
waarvan de kinderen de dupe zijn van de financiële situatie.
Her certificering (jaarlijks onderhoud) kost € 750 per persoon. We voorzien
in een uitbreiding met 5 schuldhulpmaatjes die ook werken voor de
doelgroep van het CJG. De eerste certificering (nieuw schuldhulpmaatje)
kost € 1.250 per persoon. Uitbreiding voor schuldproblematiek voor
huishoudens zonder kinderen is uiteraard ook gewenst, doch dit laten we
hier buiten beschouwing. Dit wordt in een ander verband aangekaart. Voor
meer info zie www.schuldhulpmaatje.nl of www.ikwiluitdeschulden.nu.
PS. De inzet van ’t Gilde coach4you (overgang basisonderwijs – voortgezet
onderwijs, 10 coaches) en taalondersteuning (20 coaches) zijn hier
vooralsnog buiten beschouwing gelaten. Deze inzet wordt gecontinueerd in
2014 op niveau 2013.
4.3
Vivenz:
Het Algemeen Maatschappelijk Werk van Vivenz is een 1e lijns organisatie,
waar o.a. maatschappelijk werkers en thuisbegeleiders in dienst zijn. Op
jaarbasis worden er in Ridderkerk rond de 815 cliënten geholpen door het
AMW variërend in de leeftijd van 0 tot 80 jaar en ouder . De meest
voorkomend problematiek binnen het AMW is huiselijk geweld. De 2e en 3e
problematiek betreft respectievelijk opvoeding, relatie ouder en kind. Voor
deze groep denken we aan het inzetten van de opgeleide vrijwilligers.
Vivenz heeft in andere gemeenten ook ervaring met het opleiden en
inzetten van vrijwilligers. Meer informatie is te lezen op www.vivenz.nl .
4.4
FlexusJeugdplein
a. Steungezin of maatjesgezin: een steungevend gezin biedt hulp aan een
steunvragend gezin; dit zijn multiproblem gezinnen met een ernstige
problematiek, waarbij het steungezin de allerlaatste mogelijkheid is om
te voorkomen dat geïndiceerde jeugdzorg moet worden ingezet. Het
steungezin is genomineerd voor de nationale Jeugdzorgprijs 2012
(transitie Jeugdzorg). Het Oranjefonds financiert de ontwikkelkosten.
Zie projectplan
http://www.flexusjeugdplein.nl/images/documents/nieuwsberichten/pro
jectsteungezin_publieksversie.pdf
b. Memosa: Huiselijk geweld is zeer ingrijpend voor de kinderen die
hiervan getuige zijn. De mentoren zijn laagdrempelige
vertrouwenspersonen die werken aan (zelf)vertrouwen om huiselijk
geweld te doen stoppen en/of professionele hulp te zoeken, mede t.b.v.
de kinderen. Zie methodiekbeschrijving effectieve interventie
www.movisie.nl/esi/memosa-mentormoeders-huiselijk-geweld
c. Gezinsondersteuner: vrijwilligers inzetbaar bij multiproblem gezinnen,
waardoor de gezinscoach een groter rendement kan bereiken.
4.5
Home-Start BAR, onderdeel van CJG-Rijnmond
Home-Start is een landelijk erkend en gecertificeerd effectieve interventie
voor gezinnen waarbij minimaal één kind onder de zeven jaar is. Een
verwijzing naar Home-Start wordt meestal geïnitieerd door een
professionele organisatie. Een gezin wordt gestimuleerd (uiteindelijk)
zichzelf aan te melden. De intake wordt gedaan door een professional die
tevens de vrijwilligers begeleidt. Zie www.home-start.nl
Ongeveer 45-50 gezinnen worden ondersteund in BAR-verband. Grosso
modo kunnen ongeveer 15-20 gezinnen worden toegerekend aan
Ridderkerk. Bij de auteur van deze notitie waren de bedragen per
Ambitie 2014 inzet vrijwilligers bij opvoeden en opgroeien, eindversie 11 juni 2013
3
vrijwilliger per gezin (nog) niet bekend. Vandaar de p.m. aanduiding. In
2014 wordt het niveau van 2013 gecontinueerd.
5. Uitgangspunten vrijwilligersbeleid
5.1
Het principe ‘één kind- één gezin – één plan – één contactpersoon’ staat
voorop. Voorkomen moet worden dat verschillende instanties actief zijn in
één gezin, zonder dat men dit van elkaar weer. Dit geldt ook voor
vrijwilligers;
5.2
Vrijwilligers worden ingezet op verzoek van het gezin dat hulp zoekt. Dit
gebeurt in een goede onderlinge afstemming hulpvrager – professional –
vrijwilliger. De problematiek en de hulpvraag is van dien aard dat –
eventueel op afstand – betrokkenheid van een professionele hulpverlening
aan de orde is;
5.3
De vrijwilliger is geen vervanging van een beroepskracht. De effectiviteit en
efficiency van de interventie door de professional wordt vergroot door de
inzet van vrijwilligers;
5.4
De vrijwilliger kan worden geworven onder familie, bekenden en
gemotiveerde burgers, waaronder ervaringsdeskundigen,
uitkeringsgerechtigden, gepensioneerden en de actieve (werkende)
Ridderkerkse bevolking;
5.5
De hulpvrager wordt ondersteund bij de ontwikkeling van Eigen Kracht,
zelfverantwoordelijkheid en zelfregie. Meestal is er sprake van een
verstoorde verhouding in het sociaal netwerk. We streven naar herstel van
de relatie met het sociaal netwerk en het activeren van het sociaal netwerk.
5.6
Vrijwilligers zijn gratis. Het organiseren van vrijwilligerswerk kost niet veel
maar kan niet voor niets. Zie de 5 B’s:
5.7
We spelen in op de motivatie(s) van vrijwilligers: hulp en steun bieden,
(maatschappelijk) nuttig werk verrichten, zichzelf verder ontplooien, eigen
grenzen verleggen, sociale contacten aangaan en onderhouden.
Ambitie 2014 inzet vrijwilligers bij opvoeden en opgroeien, eindversie 11 juni 2013
4
6.
Maatschappelijk resultaat
6.1
Deze aanpak anticipeert op de gemeentelijke verantwoordelijkheid voor de
jeugdzorg per 2015;
6.2
Deze aanpak speelt in op de samenhang van de taken die voortvloeien uit
de drie grote decentralisaties van rijkstaken naar de gemeente (jeugdzorg,
AWBZ-taken naar de WMO en participatiewet), en draagt bij aan de
afstemming met veiligheidsbeleid en passend onderwijs (lokale educatieve
agenda);
6.3
Deze aanpak draagt bij aan een effectief en efficiënt jeugdzorgbeleid,
maatschappelijk participatie, terugdringen voortijdig schoolverlaten,
bevorderen van veiligheidsklimaat, participatie op de arbeidsmarkt en
terugdringen van de kosten voor bijstand;
6.4
Deze aanpak draagt bij aan het terugdringen van de kosten per hulpvrager
én het verhogen van de effectiviteit van de interventie. Het bedrag per
vrijwilliger kan worden aangemerkt als een ‘microkrediet’ vrijwilligerswerk.
Het bedrag is beduidend lager dan een persoonsgebonden budget.
Namens Sport en Welzijn, ’t Gilde Schuldhulpmaatje, Vivenz, FlexusJeugdplein en
Home-Start BAR (CJG-Rijnmond)
Eddie Rondelez
Vrijwilliger
Ambitie 2014 inzet vrijwilligers bij opvoeden en opgroeien, eindversie 11 juni 2013
5
Bijlagen
1. Casus: 7-jarige jongetje, getuige van huiselijk geweld, kopieert gedrag
van vader
Beschrijving van een casus voor aanpak met Steungezin
1.1
De situatie
Het gezin bestaat uit een man (M) van zesendertig en vrouw (V) van zevenentwintig.
Samen hebben ze een jongetje (J) van zeven jaar. Het gezin is al enige tijd bekend bij
de hulpverlening omdat er sprake was van huiselijk geweld en overlast in de buurt.
Het gezin is verhuisd naar een ander deel van Ridderkerk. Het fysiek geweld is
verminderd, maar het verbaal geweld en geruzie is niet gestopt. V. voelt zich
vernederd en doet dingen tegen haar wil in om het niet te laten escaleren, waaronder
seksuele handelingen. Ondertussen hebben M. en V. besloten uit elkaar te gaan, maar
omdat ze via de reguliere weg moeten reageren op woningen, gaat hier een langere
tijd overheen en wonen ze nog bij elkaar. M. wil niet naar een sloopwoning in de buurt
waar ze eerder hebben gewoond. V. wil niet weg uit de gemeente waar ze nu woont,
omdat ze het belangrijk vindt dat J. zijn school(vriendjes) niet verliest. V. zoekt
nadrukkelijk hulp. M. heeft geen behoefte aan (professionele) hulp. J. is vaak getuige
van het huiselijk geweld en neemt het gedrag van zijn vader over ten opzichte van
zijn moeder, zoals getreiter, agressieve bejegening en seksueel geladen minachtend
gedrag.
M. heeft eerder op het speciaal onderwijs gezeten. Hij heeft een laagbetaalde vaste
baan. Hij erkent dat hij een kort lontje heeft. Als iets niet naar z’n zin verloopt, loopt
de spanning bij hem hoog op. Als het teveel wordt loopt hij nu vaker weg, maar de
boosheid stapelt zich wel op. Anderen kunnen dan beter uit de buurt blijven. Hij komt
(meestal) niet terug op het voorval. De vader ( †) van M. zou ook agressief en driftig
zijn geweest.
M. heeft een dochter (D) uit een eerdere relatie. Deze dochter is uit huis geplaatst en
woont in een pleeggezin. V. onderhoudt het contact met jeugdzorg over D. Nu M. en
V. uit elkaar gaan, zal V. dit contact afbouwen.
V. heeft een parttime laagbetaalde baan, hiervan alleen kan zij niet rondkomen.
Haar moeder is – toen V nog kind was (13jr.) – samen met haar weggevlucht bij haar
man naar een Blijf van mijn Lijf huis. Er was sprake van huiselijk geweld en ook het
uitvoeren van seksuele handelingen tegen haar wil in. V. is hier getuigen van geweest
en zelf ook het slachtoffer geweest van het huiselijk geweld.
V heeft geen goede herinneringen aan haar moeder en vader. De contacten met haar
vader zijn verbroken, de contacten met haar moeder zijn zeer sporadisch. V. is enigs
kind, heeft geen broers of zussen. V. kiest nu duidelijk voor haarzelf en haar zoontje.
J. is onderzocht door Lucertis (Jeugd Geestelijke Gezondheidszorg). Er zijn geen
psychiatrische stoornissen vastgesteld. Wel bevindt J. zich in een kwetsbare positie en
ongunstige opvoedsituatie.
Het huiselijk geweld vindt plaats over twee generatie. Er zijn signalen dat het
huiselijke geweld overgaat op de derde generatie. Uit de vakliteratuur is bekend dat er
grote risico’s zijn voor intergenerationele overdracht van huiselijk geweld.
Ambitie 2014 inzet vrijwilligers bij opvoeden en opgroeien, eindversie 11 juni 2013
6
1.2. De aanpak via een Steungezin
1.2.1 Doelen
Door dit gezin te koppelen aan een steungevend gezin willen we de volgende doelen
realiseren:
 Het (gebroken) gezin, bestaande uit V en J in een rustig vaarwater brengen
 Positieve rolmodellen en voorbeeldgedrag inbrengen, o.a.
o anders kunnen omgaan met conflicten en/of tegenstrijdige belangen
o een luisterend oor kunnen bieden aan V en J
o helpen te reflecteren op situaties en gedrag
o afleiding, ontspanning en positieve ervaringen inbrengen
o negatief gedrag leren negeren,
o positief gedrag stimuleren en dit te leren ervaren
o ….
 Grip op eigen leven/eigen gedrag krijgen en dit autonoom kunnen hanteren
 Nieuw positief sociaal netwerk opbouwen
 Zo mogelijk deze aanpak uitbreiden/toepassen bij M., de vader van J.
o vertrouwen opbouwen, ‘maatjes’ gevoel ontwikkelen
o inzoomen op eigen kwaliteiten van M.
o betekenis van vaderschap, hoe in te vullen
o invloed van voorbeeldgedrag
o …
1.2.2 Profiel van het steungevend gezin (bij voorkeur)
 Stabiel compleet gezin (man en vrouw) met 2 of meer kinderen, waarvan ten
minste 1 jongen;
 Volwassenen bij voorkeur ouder dan M en V, met levenservaring en inzicht in
man – vrouw relatie en opvoeding van kinderen
 Volwassenen hebben een natuurlijk overwicht en zijn gemotiveerd voor steun
aan dit gezin;
 Jongen bij voorkeur ouder dan en/of natuurlijk overwicht op J., kinderen
gemotiveerd voor steun aan jongen;
 Bereid om eigen gezinsleven open te stellen voor J.
 Vrouw bereid als ‘maatje’ te fungeren voor V., man bereid als ‘maatje’ voor M.
1.2.3 Opties voor gezinnen die in aanmerking komen voor steungevend gezin
 Ouders of grootouders van V of M (lijkt weinig waarschijnlijk)
 Ooms of tantes van V;
 Vriendenkring van V, meer/anders dan ‘feestvrienden’ maar begaan met het
lot van vooral J, maar ook V en M;
 Buren, mensen uit de buurt;
 Mede-ouders (moeders) via school, te bespreken met intern begeleider;
Schooldirecteur en/of schoolmaatschappelijk werker;
 Via ‘werkcollega’s van V;
 FlexusJeugdplein bestand van pleeggezinnen (o.a. weekend pleegouders).
1.2.4 Begeleiding van steungevend en steunontvangend gezin
 De gebruikelijke begeleiding door o.a. pleeggezinbegeleiders en/of
gezinscoaches
 Voor thema’s: zie competentieprofiel vrijwilligers
 Elementen uit ‘oplossingsgericht werken’
 Bijzondere aandacht voor methodische aanpak bij hechtingsproblematiek,
waaronder elementen uit EFT (Emotional Focused Therapy) en empowerment
Ambitie 2014 inzet vrijwilligers bij opvoeden en opgroeien, eindversie 11 juni 2013
7
waaronder versterking zelfbeeld/zelfwaardering (van
zelfkritiek/zelfveroordeling en zelfstraf naar herkenning bij lotgenoten en
verder zelferkenning, zelfcompassie en zelfsteun).
Eddie Rondelez
Patricia Meijer, gezinscoach FlexusJeugdplein
Ambitie 2014 inzet vrijwilligers bij opvoeden en opgroeien, eindversie 11 juni 2013
8
2. Samenwerking Connect2Act en Ridderkerkse Organisaties via twee sporen
1. Doel van de samenwerking
Het versterken van de Eigen Kracht van Ridderkerkse jeugd en gezinnen bij opvoeden
en opgroeien, mede door het mobiliseren en versterken van hun Sociaal Netwerk.
Heel specifiek: het werven van vrijwilligers en matchen aan jeugd en gezinnen die zijn
voorgedragen door het CJG of partners in het CJG.
Voor meer info:
- Startnotitie ‘inzet vrijwilligers bij opvoeden en opgroeien’
- Plan van aanpak
2. Deelnemende organisaties
Home-Start BAR (onderdeel van CJG-Rijnmond)
- Sport en Welzijn (inclusief Connect2Act)
- FlexusJeugdplein
- Vivenz
- ’t Gilde
- MEE (waarnemend)
3. Win-Win principe
Deelnemende organisaties zijn autonoom en hebben ieder hun eigen specifiek en
uniek aanbod. De samenwerking gaat uit van die diversiteit en van versterking van die
diversiteit: organisaties maken juist gebruik van elkaar specifieke kwaliteiten. Er wordt
gewaakt voor onderlinge ongewenste concurrentie. Integendeel; organisaties helpen
elkaar juist hun eigen specifieke kwaliteiten verder te ontwikkelen.
4. Basisafspraken tweesporenbeleid
 De werving van vrijwilligers kan zowel lopen via de eigen organisatie als via
Connect2Act;
 De vrijwilligers vacatures staan op beide sites; de omschrijving is identiek;
 Bij intake van een vrijwilliger via Connect2Act wordt besproken welke type
functie het meest geschikt is voor de betreffende vrijwilliger. Vervolgens wordt
hij ‘warm overgedragen’ aan de desbetreffende organisatie.
 Als een vrijwilliger via Connect2Act opteert voor een specifieke functie bij een
organisatie, dan vindt er een globale check plaats of vraag en aanbod goed op
elkaar passen. Zo ja: dan is er een ‘warme overdracht’ aan de betreffende
organisatie. Zo nee: dan wordt een andere meer passende functie aangeboden;
 Bij intake via een organisatie wordt besproken of de vrijwilliger in principe
geschikt is voor een specifieke functie binnen die organisatie. Indien dit niet
het geval is, wordt hij ‘warm overgedragen’ aan Connect2Act voor een
eventuele andere functie bij een andere organisatie. Is de vrijwilliger wel
geschikt voor een functie bij die organisatie, dan gaat die vrijwilliger het
vervolgtraject in (specifiekere intake, voorlichtingsbijeenkomst,
training/scholing, reflectiegesprek enz.);
 Organisatie zorgt vervolgens voor vrijwilligerscontract en de faciliteiten die
daarin zijn genoemd. Connect2Act wordt op de hoogte gebracht van een
geslaagde match. Begeleiding wordt verzorgd door de organisatie.
 Minimaal eens per jaar heeft de organisatie een evaluatief gesprek. Als de
vrijwilliger en instelling het contract wensen te verlengen, dan doen zij dit
onderling.
 Bij beëindiging van het vrijwilligerscontract door een organisatie wordt
Connect2Act op de hoogte gesteld; desgewenst wordt via Connect2Act een
ander soort vrijwilligerswerk aangeboden.
Ambitie 2014 inzet vrijwilligers bij opvoeden en opgroeien, eindversie 11 juni 2013
9



Nog nader te onderzoeken: wellicht kan de VOG (Verklaring Omtrent Gedrag),
WA-verzekering centraal via Connect2Act en betaald door de gemeente?
Eventueel kan een afspraak worden gemaakt over een centrale online
‘vrijwilligers tevredenheidsonderzoek’ en de bekostiging ervan;
Alle vrijwilligers krijgen sowieso de elektronische nieuwsbrief van Connect2Act
en desgewenst een uitnodiging voor het feest der giganten. Daarnaast kunnen
de specifieke organisaties hun eigen attenties en nieuwsvoorziening verzorgen
om de vrijwilligers ‘te binden’ en ‘te waarderen’.
Ambitie 2014 inzet vrijwilligers bij opvoeden en opgroeien, eindversie 11 juni 2013
10
3. Stroomschema Connect2Act vrijwilligersbemiddeling.
Instelling geeft bij C2A aan te
willen gaan werken met
vrijwilligers / meer
vrijwilligers te zoeken
Bij het eerste verzoek van de instelling
bezoekt C2A de instelling en bespreekt
zaken die van belang zijn bij vrijwilligerswerk, zoals het beleid, inbedding in de
organisatie, begeleiding en vrijwilligerscontract. C2A kan hierbij ondersteunen.
Projectomschrijving / setting
waar vrijwillige inzet gevraagd
wordt. Contactpersoon bekend
Instelling maakt opzet. C2A checkt op
volledigheid en regelgeving.
takenpakket vaststellen,
verhouding tot professionele
inzet en begeleiding/training
bepalen. Wel/niet VOG
Instelling bepaalt. C2A checkt op
volledigheid n regelgeving en adviseert.
profiel van de vrijwilliger voor
deze vacature: competenties,
motivatie, omschrijving inzet
inhoudelijk en in tijd
Instelling stelt dit op en C2A checkt en
adviseert.
wervingsplan maken: hoe en
waar gaan we op zoek naar de
juiste vrijwilliger(s)
Meestal wordt een vacature geplaatst en
checkt C2A of er kandidaten beschikbaar
zijn in haar bestand. In specifieke gevallen
kan gekozen worden om bepaalde methodes
toe te passen.
vacature plaatsen en
wervingsmethode in gang
zetten
intakegesprek met kandidaat.
Besluit wel/niet doorverwijzen
sollicitatiegesprek instelling
met kandidaat. Al dan niet
aanstelling als vrijwilliger
C2A plaatst vacature in vacaturebank en
hangt de vacature op in 5 locaties. Evt.
wordt de advertentie in de Combinatie
geplaatst. C2A kan zo nodig ondersteunen
bij het uitwerken van de wervingsmethode.
C2A doet een eerste intakegesprek waarin
zij een soort voorcheck doet of de kandidaat
mogelijk geschikt is voor de vacature. Zij
informeert de instelling.
De instelling en de kandidaat bepalen samen
of zij tot samenwerking gaan komen en hoe
zij de afspraken maken en vastleggen
(wel/niet een vrijwilligerscontract).
De instelling en de vrijwilliger evalueren aan
Na inwerkperiode checken of
het eind van de inwerkperiode en besluiten
eea voor beide partijen goed
samen over de voortgang of wijze van
verloopt. Wel/niet doorgaan
beëindiging. C2A checkt de match.
evt. met aanpassingen.
Ambitie 2014 inzet vrijwilligers bij opvoeden en opgroeien, eindversie 11 juni 2013
11
4. Competentieprofiel vrijwilligers bij Opvoeden en Opgroeien.
De vrijwilliger wordt ingezet hetzij als preventieve maatregel, hetzij ter ondersteuning
van de professionele aanpak van probleemsituaties in gezinnen bij het opvoeden en
opgroeien van kinderen.
Wij zoeken vrijwilligers die de problematiek en de potenties van gezinnen herkennen
uit hun eigen leven. Zij hebben zelf ervaren dat opvoeden niet altijd eenvoudig is,
maar ook dat het bevredigend kan zijn. Het spreekt hen aan ouders te steunen als het
minder goed gaat, mede om hun eigen kracht (weer) te ontdekken. Deze persoonlijke
‘van ouder tot ouder’ ondersteuning is de kracht van deze aanpak. Op grond van het
opgebouwde vertrouwen en gedeelde opvoedervaringen ontwikkelen vrijwilligers een
gelijkwaardige relatie met de ouder.
Hieronder staat een totaaloverzicht van mogelijk benodigde competenties. Per
vacature wordt bezien welke hiervan in dat geval van toepassing zijn. De scholing en
begeleiding is er op gericht om competenties te verwerven of te consolideren.
Kennis (in potentie)
- De vrijwilliger heeft kennis van vrijwilligers werken is op de hoogte van
procedures en beleid;
- De vrijwilliger heeft kennis van de sociale kaart van Ridderkerk en heeft inzicht
in de OGGZ ladder;
- De vrijwilliger heeft inzicht en kennis van opvoeden, o.a. over de sociaalemotionele ontwikkeling van kinderen in de verschillende leeftijdsfases en hoe
daar mee om te gaan;
- De vrijwilligers heeft inzicht in en kennis van de mogelijke stressfactoren in
gezinnen en/of huishoudens (materieel en immaterieel) en van de
mogelijkheden om die stressfactoren te reduceren of te voorkomen;
- De vrijwilliger heeft inzicht en kennis van belang van ontwikkeling van talenten
en potenties;
- De vrijwilliger heeft inzicht en kennis in communicatieprocessen tussen
gezinsleden en hun sociale omgeving, en de potenties om communicatie
positief te laten verlopen;
- De vrijwilliger heeft voldoende zelfkennis;
- De vrijwilliger is zich bewust van eigen waarden, normen en eigen voorkomen;
- De vrijwilliger heeft inzicht in eigen valkuilen en ontwikkelingspunten.
Houding (in potentie)
- De vrijwilliger laat respect, empathie, discretie, distantie, zelfreflectie,
toegankelijkheid, assertiviteit en betrouwbaarheid zien.
- De vrijwilliger is alert op gelijkwaardigheid, bondgenootschap, hoop en
herkenning.
Vaardigheden (in potentie)
- De vrijwilliger beschikt over mondelinge en/of schriftelijke communicatieve
vaardigheden;
- De vrijwilliger beschikt over begeleidingsvaardigheden zoals vraaggericht
kunnen werken; op de handen zitten; om kunnen gaan met andere gewoontes,
waarden en normen;
- De vrijwilliger beschikt over interactievaardigheden, hij kan aansluiten bij de
leefwereld van ouder(s) / kind(eren);
- De vrijwilliger herkent de eigen kracht en eigen kwaliteiten van het gezin en de
gezinsleden; hij kan er op inspelen en zelfregulatie stimuleren; hij kan steun
bieden én empowerment bevorderen;
Ambitie 2014 inzet vrijwilligers bij opvoeden en opgroeien, eindversie 11 juni 2013
12
-
De vrijwilliger beschikt over sociaal-emotionele vaardigheden zoals vertrouwen
geven en winnen; hij kan gelijkwaardigheid creëren;
De vrijwilliger kan zichzelf laten zien, het juiste moment benutten of een
stap terug te zetten indien nodig;
De vrijwilliger kan de-problematiseren, mogelijkheden zien en
herstelmomenten herkennen;
De vrijwilliger kan de juiste momenten grenzen stellen én/of de hulpvrager
aanspreken;
De vrijwilliger kan goed omgaan met tegenslag of teleurstellingen; hij kan ook
goed omgaan met complimenten en kritiek;
De vrijwilliger beschikt over samenwerkingsvaardigheden zoals constructief in
teamverband werken; hij kan gegevens en ervaringen uitwisselen en eventuele
vragen aan de orde stellen;
De vrijwilliger ziet het verband tussen rol/taak van de hulpvrager, de
professional en de vrijwilliger;
De vrijwilliger beschikt over sensitiviteit en kan omgaan met privacy en
geheimhouding; hij kan veilig en gezond te werk gaan.
De vrijwilliger is in staat in de juiste proporties nabijheid te tonen of afstand in
acht te nemen;
Overige punten:
- De vrijwilliger is (bij voorkeur) zelf ouder en/of heeft ervaring met kinderen en
jongeren;
- De vrijwilliger kan praktische hulp geven wanneer de ouder daar om vraagt en
dit relevant is.
Ambitie 2014 inzet vrijwilligers bij opvoeden en opgroeien, eindversie 11 juni 2013
13
5. Vacature voor vrijwilligers bij opvoeden en opgroeien
Dit is een algemene tekst die, afhankelijk van de specifieke activiteit, preciezer wordt
ingevuld.
Omschrijving
Ondersteuning bieden in gezinssituatie onder begeleiding
van een professional. De ondersteuning bestaat uit het
begeleiden van een of meer kinderen en/of de ouders op
basis van de door het gezin, de vrijwilliger en de
professional overeengekomen doelstelling en activiteiten.
Meer specifiek: ….
Doelstelling
Het ondersteunen van kinderen en/of ouders bij het
opvoeden en opgroeien, zodat het gezin beter op de rails
komt, het kind/de kinderen en/of de ouders zich beter
kunnen ontplooien, meer in hun eigen kracht komen en
zoveel mogelijk zelfstandig verder kunnen.
Meer specifiek: ……
Sector
Jeugd(zorg)
Tijdbesteding
Tussen 2 en …. uur per week op
Vaste dag(en): …………………….
Wisselend: …………………………..
Nader te bepalen
Opleidingsniveau
LBO/MBO / HBO / Universitair* denk- en werk niveau
* omcirkelen wat van toepassing is
Wat gevraagd wordt
Kennis en ervaring met opvoed-, opgroei- en
gezinssituaties, vraaggericht (niet normatief) kunnen
werken, goede communicatie, empathie, respect,
discretie, grenzen stellen, kunnen omgaan met andere
gewoontes, waarden en normen.
Goede motivatie. U bent iemand die tegen een stootje
kan en steeds mogelijkheden ziet.
Wat geboden wordt:
win – win situatie
De mogelijkheid om een buitengewone maatschappelijk
nuttige taak te verrichten en kinderen en ouders te
helpen bij het opgroeien en opvoeden;
De mogelijkheid uw eigen talenten in te zetten en te
ontplooien;
Vooraf een cursus/training te volgen, afhankelijk van de
aard van de activiteit;
Professionele en deskundige begeleiding;
Ontmoeting en uitwisseling met collega vrijwilligers;
Verzekering voor ongevallen en schade;
Vrijwilligersovereenkomst met duidelijke afspraken;
Attentie.
Ambitie 2014 inzet vrijwilligers bij opvoeden en opgroeien, eindversie 11 juni 2013
14
6.
Vrijwilligersovereenkomst*
* Dit is een algemene overeenkomst die wordt aangepast aan de specifieke functie.
De vrijwilliger:
Naam
___________________________________
Adres
____________________________________
Postcode
____________________________________
Woonplaats
____________________________________
Tel
____________________________________
e-mail
De organisatie
………………….(Naam betreffende organisatie) vertegenwoordigd door …………
en de vrijwilliger, hierboven genoemd, hebben de volgende afspraken gemaakt:
1.
De vrijwilliger zal gemiddeld …. uur per week/per maand werkzaamheden
verrichten voor (… naam betreffende organisatie...)
Duur van de ondersteuning en taak van de vrijwilliger zijn afgestemd op de
ondersteuningsvraag van het gezin waar de vrijwilliger aan gekoppeld is.
De werkzaamheden kunnen vallen in de volgende categorieën:
praatpaal/luisterend oor
doorbreken van sociaal isolement
leren gebruik maken van diensten/voorzieningen in de buurt
ondersteuning bij opvoeding of aanpak (moeilijk) kind
ouders ontlasten door aandacht te geven aan kind(eren)
praktische hulp bij de verzorging van kind(eren)
praktische hulp bij organisatie huishouden/huishoudenbudget
steun bij ontwikkeling van talenten en potenties (eigen kracht)
steun bij ont-stressen en de-problematiseren
overig....................................................................................
2.
De grondbeginselen van (…naam betreffende organisatie...) zijn voor de
vrijwilliger het uitgangspunt bij het uitvoeren van deze taken. (zie bijlage)
3.
De vrijwilliger zal de contactpersoon/begeleider vóór aanvang van de
werkzaamheden een zgn. Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) overhandigen. De
kosten hiervan worden voor inwoners van Ridderkerk vergoed door de gemeente of
zijn anderszins te declareren.
Ook verstrekt de vrijwilliger aan de contactpersoon/begeleider twee namen van
personen, die in staat en bereid zijn informatie te verschaffen, die ingaan op de
ervaring van de vrijwilliger met het omgaan met kinderen. De
contactpersoon/begeleider kan (één van) deze personen benaderen voor een
referentie.
4.
De vrijwilliger heeft de terzake doende voorbereidende training voor
vrijwilligers gevolgd en hiervoor het certificaat ontvangen.
5.
De vrijwilliger kent de ondersteuningsvraag van het gezin en voert de
werkzaamheden uit in overleg met de contactpersoon/professionele begeleider. De
Ambitie 2014 inzet vrijwilligers bij opvoeden en opgroeien, eindversie 11 juni 2013
15
vrijwilliger heeft recht op goede informatie over de gang van zaken bij de activiteit en
op informatie over ouder(s) en kind(eren).
6.
De vrijwilliger zal al hetgeen hem ter ore komt over de aan hem toevertrouwde
ouders en kinderen behandelen als vertrouwelijke informatie. Deze verplichting geldt
ook na beëindiging van het vrijwilligerswerk.
7.
De vrijwilliger verklaart de contactpersoon/begeleider op de hoogte te zullen
brengen van uit zijn werkzaamheden voortvloeiende persoonlijke contacten met
kinderen of hun ouders.
8.
De vrijwilliger zal geen geld of geschenken aannemen van en of geven aan de
ouders en/of kinderen. Uitgangspunt hierbij is, dat de gelijkwaardigheid tussen
ouder(s) en vrijwilliger niet in gevaar komt. Kleine blijken van waardering zijn wel
toegestaan. Bij twijfel dient de vrijwilliger te overleggen met de
contactpersoon/begeleider.
9.
De vrijwilliger ziet toe op de veiligheid en gezondheid van betrokken kinderen.
Mogelijke zorgen hieromtrent meldt de vrijwilliger bij de contactpersoon/begeleider.
10.
Als de vrijwilliger kinderen meeneemt naar zijn/haar huis, gebeurt dit alleen als
dit een gewenste en passende maatregel is, afgestemd op de ondersteuningsvraag
van het betreffende gezin. Dit gebeurt alleen met medeweten en goedkeuring van het
gezin en de contactpersoon/begeleider.
11.
In geval van ziekte of verhindering stelt de vrijwilliger de
contactpersoon/begeleider hiervan zo spoedig mogelijk op de hoogte.
12.
De vrijwilliger is bereid om in overleg met de contactpersoon/begeleider deel te
nemen aan trainingen/cursussen en evaluaties.
13.
De vrijwilliger kan gemaakte kosten alleen declareren wanneer daar vooraf
toestemming voor is verkregen van de contactpersoon/begeleider.
14.
Ingeval van een klacht van de vrijwilliger over een andere betrokken
medewerker zal de kwestie worden voorgelegd aan de contactpersoon/begeleider.
Komt men niet tot elkaar, dan kan gebruik gemaakt worden van de klachtenprocedure
van (…naam betreffende organisatie...).
15.
Ingeval van een geschil tussen de vrijwilliger met een andere betrokken
medewerker zal de kwestie worden voorgelegd aan de contactpersoon/begeleider die
daarin uitspraak doet. In geval van een geschil tussen de vrijwilliger en de
contactpersoon/begeleider geldt wat daarover is bepaald in de statuten, het
huishoudelijk reglement of het ter zake doende plan van aanpak. Bij onduidelijkheid
daarover is de uitspraak van de leidinggevende van de contactpersoon/begeleider
bepalend.
De organisatie
De vrijwilliger
datum:.......................................
naam:.........................................
handtekening:...............................
naam:............................
handtekening....................
Ambitie 2014 inzet vrijwilligers bij opvoeden en opgroeien, eindversie 11 juni 2013