ERFGOEDBELEIDSPLAN 2012-2014 Land van Dendermonde Intergemeentelijke krachtenbundeling voor het immaterieel en roerend cultureel-erfgoed in de regio Durme-Dender-Schelde Berlare Hamme Wetteren Buggenhout Laarne Wichelen Projectvereniging Cultuurdijk november 2010 Dendermonde Lebbeke Zele INHOUD SITUATIESCHETS 1. Historiek van de samenwerking in de regio 1.1. Intergemeentelijke samenwerking 1.2. Cultuurdijk 2. 1.2.1. Missie en doelstellingen 1.2.2. Middelen 1.2.3. Structuur Inventaris van het culturele erfgoedveld 2.1. Immaterieel erfgoed 2.1.1. Orale tradities en uitdrukkingen 2.1.2. Sociale gewoonten, rituelen, feesten en processies 2.1.3. Markten 2.1.4. Kennis en praktijken betreffende de natuur en het universum 2.1.5. Traditionele ambachtelijke vaardigheden 2.2. Roerend erfgoed 2.2.1. Archiefdocumenten 2.2.2. Kunstvoorwerpen 2.2.3. Archeologische objecten en documentatie archeologisch onderzoek 2.3. Onroerend erfgoed (beknopt) 3. Inventaris van de erfgoedinstellingen en –organisaties 3.1. Musea 3.1.1. Erkende musea 3.1.2. private musea 3.1.3. Heemkundige musea 3.2. Heemkringen 3.3. Volkskundige verenigingen 3.4. Gilden 3.5. Commissies, comités, vzw‟s of instellingen verbonden aan lokale overheid 3.6. Gidsen 4. Inventaris gemeentelijke erfgoedwerking 4.1. Organisatie 4.2. Evenementen 4.3. Erfgoedwerking van andere culturele instellingen SWOT ANALYSE CULTUREEL ERFGOEDVELD 1. Sterkten 1.1. Sterkten met betrekking tot de basisfuncties |2 1.1.1. Inventarisatie 1.1.2. Collectiebeheer 1.1.3. Publieksontsluiting 1.1.4. Onderzoek 1.2. Sterkten met betrekking tot organisatie en beleid 2. Zwakten 2.1. Zwakten met betrekking tot de basisfuncties 2.1.1. Iinventarisatie 2.1.2. Collectiebeheer 2.1.3. Publieksontsluiting 2.1.4. Onderzoek 2.2. Zwakten met betrekking tot organisatie en beleid 3. Kansen 3.1. Kansen met betrekking tot de basisfuncties 3.1.1. Inventarisatie 3.1.2. Collectiebeheer 3.1.3. Publieksontsluiting 3.1.4. Onderzoek 3.2. Kansen met betrekking tot organisatie en beleid 4. Bedreigingen 4.1. Bedreigingen met betrekking tot de basisfuncties 4.1.1. Iinventarisatie 4.1.2. Collectiebeheer 4.1.3. Publieksontsluiting 4.1.4. Onderzoek 4.2. Bedreigingen met betrekking tot organisatie en beleid MISSIE VISIE DOELSTELLINGEN 1. Doelstellingen met betrekking tot de basisfuncties 1.1. Vastleggen cultureel erfgoedpotentieel (inventarisatie) 1.1.1. Strategisch niveau 1.1.2. Operationeel niveau 1.1.3. Mogelijke acties 1.2. Uitbouw regionaal collectiebeleid (collectiebeheer) 1.2.1. Strategisch niveau 1.2.2. operationeel niveau 1.2.3. Mogelijke acties |3 1.3. Implementatie nieuwe communicatievormen –en strategieën (publieksontsluiting) 1.3.1. Strategisch niveau: moderne en toegankelijke manier ontsluiten voor een breed en regionaal publiek 1.3.1.1. operationeel niveau: doelgroepgerichte ontsluiting 1.3.1.1.1. mogelijke acties 1.3.1.2. operationeel niveau: interculturaliteit 1.3.1.2.1. mogelijke acties 1.3.1.3. operationeel niveau: minder voor de hand liggende stakeholders 1.3.1.3.1. 1.3.2. mogelijke acties Strategisch niveau: erfgoededucatie 1.3.2.1. Mogelijke acties 1.3.2.2. Operationele doelstelling: nieuwe media 1.3.2.2.1. Mogelijke acties 1.4. Inventarisatie historisch onderzoek, ontwikkeling erfgoedforum en opstart nieuwe onderzoeksprojecten (onderzoek) 1.4.1. Strategisch niveau: wetenschappelijk onderzoek 1.4.2. Operationeel niveau: 1.4.2.1. Publicaties 1.4.2.1.1. mogelijke acties 1.4.2.2. inventaris historisch onderzoek 1.4.2.3. historisch onderzoek aanwakkeren 1.4.2.4. deskundigheid erfgoedvrijwilligers 1.4.2.5. expertiseknooppunten 1.4.2.6. samenwerken universiteiten 2. Doelstellingen met betrekking tot organisatie en beleid 2.1. Netwerking en samenwerking binnen en buiten erfgoedregio 2.1.1. Netwerking 2.1.1.1. Strategisch niveau: dynamisch netwerk 2.1.1.2. Operationeel niveau: 2.1.1.2.1. sectoroverschrijdend netwerk 2.1.1.2.2. regionaal forum erfgoedverenigingen 2.1.1.3. Strategisch niveau: banden toeristische sector 2.1.1.3.1. Mogelijke acties 2.1.1.4. Operationeel niveau: partnerschap erfgoedcellen 2.1.1.4.1. Mogelijke acties 2.1.1.5. Operationeel niveau: link met onroerend erfgoed 2.1.1.5.1. 2.1.2. Mogelijke acties Communicatie 2.1.2.1. Strategisch niveau: doelgroepgerichte communicatie 2.1.2.1.1. Mogelijke acties 2.1.2.2. Operationeel niveau: promotie |4 2.1.2.2.1. Mogelijke acties 2.2. Opstart en uitvoering coherent vrijwilligersbeleid 2.2.1. Strategisch niveau 2.2.2. Operationeel niveau 2.2.3. Mogelijke acties 2.3. Opzet en begeleiding erfgoedprojecten 2.3.1. Operationeel niveau: innoverende erfgoedprojecten opstarten en begeleiden 2.3.1.1. Mogelijke acties 2.3.2. Operationeel niveau: extra stimulans mondeling erfgoed 2.3.2.1. Mogelijke acties BEOOGDE EFFECTEN 1. Algemeen 2. Per strategische doelstelling 2.1. met betrekking tot de basisfuncties 2.1.1. Inventarisatie 2.1.2. Collectiebeheer 2.1.3. Publieksontsluiting 2.1.4. Onderzoek 2.2. met betrekking tot organisatie en beleid 2.2.1. Netwerking 2.2.2. Communicatie 2.2.3. Vrijwilligersbeleid 2.2.4. Projectwerking MIDDELEN EN INSTRUMENTEN 1. Structuur van het samenwerkingsverband 2. Financiële en logistieke bijdragen van de gemeenten 2.1. Communicatie 2.2. Personeel 2.3. Huisvesting 3. Model van begroting PLANNINGSPROCES EN PARTICIPATIE STAKEHOLDERS 1. Participatie tijdens beleidsplanning 2. Overzicht planningsproces 2.1. 2009 2.2. 2010 2.3. Gepland project in 2011 |5 BIJLAGEN Bijlage 1: Stad en land van Dendermonde aan de vooravond van de Franse revolutie Bijlage 2: Niet exhaustieve inventaris van reuzen en „aanverwanten‟ in het Land van Dendermonde Bijlage 3: Doelstellingen rond cultureel erfgoed in de gemeentelijke beleidsplannen (2006-2013) Bijlage 4: Lijst van belangrijke stakeholders (regionaal en lokaal) Bijlage 5: Statuten projectvereniging Cultuurdijk Bijlage 6: Huishoudelijk reglement projectvereniging Cultuurdijk Bijlage 7: Samenwerkingsovereenkomst tussen projectvereniging Cultuurdijk en erfgoedgemeenten (model Hamme) Bijlage 8: Projectvereniging Cultuurdijk Begrotingen 2010 en 2011 |6 SITUATIESCHETS 1. INVENTARIS VAN HET CULTURELE ERFGOEDVELD 1.1. INTERGEMEENTELIJKE SAMENWERKING In de streek zijn verschillende intergemeentelijke samenwerkingsverbanden actief, weliswaar met (licht) afwijkende constellaties. Het gaat daarbij om toerisme (regio Scheldeland - veel ruimer werkingsgebied), jeugddiensten (Aulam - ruimer werkingsgebied maar zonder Wetteren), bibliotheken (De Leesdijk - ruimer werkingsgebied) en cultuurdiensten (Cultuuroverleg Scheldeland - overlapping met Berlare en Wetteren). Daarnaast vinden veel van deze gemeenten elkaar ook rond afvalverwerking, sociale huisvesting, grondontwikkeling, … De voorbije jaren werkten al verschillende culturele actoren binnen de deelnemende gemeenten informeel en spontaan samen. Ze werkten erfgoedinitiatieven uit, zetten beeldende kunstprojecten op met kunstenaars uit de regio, brachten gezamenlij seizoensbrochures van de cultuur- en Gemeenschapscentra uit. Het zijn maar enkele voorbeelden die aangeven dat de partners binnen deze gemeenten elkaar al spontaan gevonden hebben. Recent ontstonden in de gemeenten die zich sinds 1 juli 2008 hebben aangesloten bij de projectvereniging verschillende nieuwe initiatieven. Ook de cultuurbeleidsplannen vermelden alle de intentie tot samenwerking met de buurgemeenten. Lebbeke richt zich tijdens deze beleidsperiode op het verrijken van het aanbod. De gemeente opende in 2008 CC De Biekorf, dat verder uitgebouwd wordt. Ook het erfgoedaanbod wil men er in de toekomst sterker ondersteunen. In Buggenhout funceert GC De Pit sinds 2001 als spil van het culturele leven van deze bosrijke gemeente. Sindsdien brengt het centrum elk seizoen een sterk programma dat wordt samengesteld in samenspraak met het verenigingsleven. De gemeente wenst ook op vlak van erfgoed de volgende jaren een grote stap vooruit te zetten. Berlare is in het decreet lokaal cultuurbeleid gestapt. CC Stroming werkte totnogtoe informeel samen met cultuur- en gemeenschapscentra in de omgeving rond de publicatie Zevensprong. De latente bereidheid tot regionale afstemming werd hierdoor in 2005 wakker geschud. Het cultuurbeleidsplan 2008-2013 vermeldt expliciet het bekijken van een intensere samenwerking met gemeenten en steden in de buurt. In Wetteren is de aandacht voor cultuur de voorbije jaren sterk gegroeid. De gemeente is vrij snel ingestapt in het decreet op het lokaal cultuurbeleid en heeft vanaf 2006 ook een cultuurcentrum in de C-categorie (CC Nova). Het cultuurbeleidsplan 2008-2013 vermeldt de intentie om de culturele aantrekkingskracht van Wetteren in de regio te versterken. Daarvoor worden de communicatie op regionaal niveau en de regionale samenwerkingsverbanden opnieuw bekeken en eventueel bijgestuurd. Ook de mogelijkheid voor het afsluiten van een erfgoedconvenant in de Schelderegio is als intentie opgenomen. In Dendermonde was CC Belgica meer dan tien jaar lid van WACCO, het informele overlegplatform van cultuur- en gemeenschapscentra uit het Waasland en Dendermonde. Omdat een keten van gemeenschaps- en cultuurcentra rond Dendermonde ontstond, met als recentste De Biekorf Lebbeke, De |7 Pit Buggenhout, CC Nova Wetteren en iets ouder Stroming in Berlare, groeide de behoefte aan regionaal overleg. In het lokale cultuurbeleidsplan 2008-2013 is de intentie opgenomen tot regionale samenwerking en regionale verankering van de uitstraling van Dendermonde op cultureel vlak. De kernregio rond Dendermonde wordt omschreven als Buggenhout, Lebbeke, Hamme, Berlare, Zele en Dendermonde zelf. De opstart van een projectvereniging betekent een reële eerste opstap naar een brede culturele samenwerking in de regio. Het cultuurbeleidsplan vermeldt de terreinen cultureel erfgoed, bibliotheken, archeologie en cultuurcentra als pijlers voor een regionale werking. Berlare, Wetteren, Wichelen en Laarne vormen samen ook de interlokale vereniging Cultuuroverleg Scheldeland. Ze heeft zich recent geherprofileerd. De focus van de communicatie is verlegd naar een intergemeentelijk cultuurproject om de twee à drie jaar. Deze samenwerking uitte zich aanvankelijk in een gezamenlijk uitgegeven tijdschrift waarin cultuur en erfgoed in zijn brede aspecten aan bod kwamen. Hieruit groeide het kunstproject Beeldenstroom dat in 2004 voor het eerst werd georganiseerd en sindsdien op de affiche bleef. Een gelijkaardige samenwerking bestaat tussen de gemeenten Buggenhout, Dendermonde en Lebbeke die met de kunstprojecten BrouwArt (2004), LocoArt (2006) en AquaArt (2011) gezamenlijke kunstprojecten organiseren. In 2006, 2007 en 2008 nam CC Belgica in Dendermonde het initiatief voor de regionale seizoensbrochure Zevensprong. Ze werd bus aan bus verspreid in elke deelnemende gemeente (Berlare, Buggenhout, Dendermonde, Hamme, Lebbeke, Opwijk en Waasmunster). Na evaluatie werd in 2008 besloten deze brochure stop te zetten en te kiezen voor een sterkere profilering als samenwerkingsverband en een intensere communicatie naar de regiowoners toe. Op dat moment wijzigde ook de constellatie. Waasmunster en Hamme bevestigden de aansluiting bij WACCO (Waas overleg cultuur- en gemeenschapscentra Waasland en Dendermonde). Opwijk sloot formele engagementen in VlaamsBrabant. Op hetzelfde moment evalueerde CC Belgica in Dendermonde zijn deelname aan WACCO, dat een verdere uitbreiding van het grondgebied naar het noorden van het Waasland onderzocht. CC Belgica besloot deze evolutie niet mee te volgen en stapte uiteindelijk eind 2008 uit WACCO. Intussen werd druk getimmerd aan een eigen structurele samenwerkingsvorm met geïnteresseerde gemeenten in de buurt van Dendermonde. De voorbije jaren evolueerde de onmiddellijke omgeving rond Dendermonde naar een regio met een hoog aantal GC‟s en CC‟s. Het lag dan ook voor de hand om de afstemming van het cultuuraanbod en de communicatie errond beter te concentreren op de eigen regio dan op het Waasland. De WACCOwerking geldt verder als een waardevol voorbeeld, dat op maat kan uitgewerkt worden in de Dendermondse regio. Op hetzelfde moment raadpleegde ook de Dendermondse cultuurbeleidscoördinator de buurgemeenten over het onderwerp „erfgoed‟. Het leidde tot de conclusie dat de drie pijlers - communicatie, afstemming cultuuraanbod en erfgoed - best ondergebracht zouden worden in één constructie. Op 1 juli 2008 traden vijf gemeenten – goed voor 112.000 inwoners - officieel toe tot Cultuurdijk (Berlare, Buggenhout, Dendermonde, Lebbeke en Wetteren). Vier bijkomende gemeenten (Hamme, Laarne, Wichelen en Zele) engageerden zich intussen ook voor de erfgoedwerking van Cultuurdijk. Een regionale aanvraag voor een erfgoedconvenant die samenvalt met het historische land van Dendermonde viel op die manier binnen de mogelijkheden. |8 De projectvereniging koos voor de naam Cultuurdijk. Hij verwijst naar de aanwezigheid van verschillende rivieren, en dus dijken in de regio. In de naam zit ook de analogie met een samenwerkingsverband als De Leesdijk vervat. Een dijk kanaliseert bovendien de stroom van een rivier. Het is op deze manier dat de projectvereniging zich ziet functioneren. Het logo van cultuurdijk is een afgeleide en geabstraheerde vorm van de letters „C‟ en „D‟. De letters werden asymmetrisch gepositioneerd. Hierdoor roept het logo associaties op met schakels van een ketting die in elkaar haken en vervolgens samenwerken aan één doel. Maar je kan er ook waterdruppels in zien die verwijzen naar de aanwezigheid van Dender en Schelde. De zetel van de projectvereniging, i.c. het secretariaat, is gevestigd in CC Belgica, Kerkstraat 24 in Dendermonde. 1.2. PROJECTVERENIGING CULTUURDIJK 1.2.1. MISSIE EN STRATEGIE De projectvereniging verkent, versterkt en profileert de verbondenheid van de lokale culturele troeven op regionaal niveau en creëert daardoor een sterke culturele regio.De inwoners van de regio ervaren prikkels tot cultuurdeelname en verbreden hun cultuurbeleving doordat zij toegang krijgen tot een rijk en divers cultuuraanbod waarover zij zich uitgebreid kunnen informeren. INTERNE DOELSTELLINGEN (VERKENNEN/VERSTERKEN) De projectvereniging verkent het regionale cultuurpotentieel in functie van het afstemmen van het cultuuraanbod en de optimale deelnamekansen voor regiobewoners. De vereniging doet dat door natuurlijke partners, verwante sectoren en regionale samenwerkingsvormen de kans te geven elkaar te leren kennen en met elkaar te overleggen. De projectvereniging verbreedt en versterkt de regionale cultuurbeleving, de professionaliteit binnen de cultuursector en de interne professionaliteit. Ze doet dit door verbindingen tussen de lokale identiteiten op een regionaal niveau te tillen. EXTERNE DOELSTELLINGEN (PROFILEREN/ VERSTERKEN) Inwoners van de regio kennen het cultuuraanbod. Ze kiezen op basis van duidelijke en volledige informatie en weten waar de projectvereniging voor staat. De regiobewoners krijgen toegang tot een rijk en divers cultuuraanbod. Regiobewoners genieten een verbredende/bredere cultuurbeleving dankzij de regionale schaal waarop de werking van de projectvereniging zich ontplooit. 1.2.2. MIDDELEN Om deze doelstellingen te realiseren werkt de projectvereniging met middelen van de toegetreden gemeenten en de Vlaamse Gemeenschap. Elke gemeente brengt 0,2 EUR per inwoner in. De Vlaamse Gemeenschap legt evenveel geld op tafel. Hierdoor ontstaat een werkingsbudget van om en bij de 45.000 EUR per jaar. De komende jaren wordt gemikt op een provinciale subsidie, die ook een inhoudelijke culturele projectwerking mogelijk moet maken. |9 Het gros van de uitgaven gaat naar de publicatie van Zone C, een regionaal cultuurmagazine dat viermaal per jaar verschijnt in een oplage van 11.000 exemplaren. Voor de erfgoedwerking dragen elk van de negen gemeenten momenteel 0,02 EUR inwoner bij. Van zodra het cultureel-erfgoedconvenant in werking treedt, wordt dit bedrag opgetrokken tot 0,2 EUR per inwoner. 1.2.3. STRUCTUUR De raad van bestuur is samengesteld naar rata van twee bestuurders per deelnemende gemeente, waaronder de schepen van Cultuur. Elke gemeente duidt ook een afgevaardigde aan, die aan de vergaderingen deelneemt als lid met raadgevende stem. Het gaat telkens om raadsleden in de betrokken gemeente, die niet deel uitmaken van het college van burgemeester en schepenen. De leden van de raad van bestuur worden benoemd voor een termijn die samenvalt met de duur van hun openbaar mandaat. De raad van bestuur functioneert onder een verkozen voorzitterschap. De werkgroep cultuurcommunicatie en afstemming aanbod (kortweg C&A) heeft diverse taken: redactieoverleg Zone C, gezamenlijke ontvangst boekingskantoren, prijsafspraken, projectwerking rond cultuurspreiding, gemeenschapsvorming en cultuurparticipatie. Leden zijn de cultuurbeleidscoördinator van de toegetreden gemeenten en een ambtenaar verantwoordelijk voor de programmatie van het cultuurof gemeenschapscentrum. De vergaderingen worden geleid door de directeur van CC Belgica in Dendermonde. De werkgroep komt gemiddeld éénmaal per maand samen. DE ADVIESGROEP ERFGOED De adviesgroep erfgoed heeft de voorbereiding van een erfgoedbeleidsplan als kerntaak. Daarnaast worden intergemeentelijke erfgoedprojecten uitgewerkt. Kernteam Dimitri Beeckman (cultuurbeleidscoördinator Dendermonde), Stijn De Coster (cultuurbeleidscoördinator Berlare), Leen De Greve (cultuurfunctionaris Berlare), Veroniek De Leenheer cultuurambtenaar Zele), Paul Engelbeen (cultuurambtenaar Hamme), Lut Fonteyn (cultuurambtenaar Wichelen), Michaël Pector (cultuurbeleidscoördinator Wetteren), Bruno Smet (jeugdconsulent Laarne), Aimé Stroobants (conservator-archivaris Dendermonde), Wendy Van den Abbeele (cultuurbeleidscoördinator Lebbeke), Henk Vande Velde (cultuurbeleidscoördinator Wetteren) Planningsteam Véronique Bonkoffsky (archiefmedewerker Dendermonde), Karel De Wilde (documentalist/ archivaris van de Heem- en Oudheidkundige kring Zele), Jeroen Trio (achivaris Wetteren), André Van Bossche (conservator archeologisch museum Van Bogaert-Wauters), Pat Vanderhaeghe (cultuurbeleidscoördinator Hamme) | 10 2. INVENTARIS VAN HET CULTURELE ERFGOEDVELD 2.1. IMMATERIEEL ERFGOED Het begrip „Immaterieel erfgoed‟ werd geïntroduceerd in oktober 2003 op de Algemene Conferentie van UNESCO, die de „Convention for the safeguarding of intangible cultural heritage‟ goedkeurde. UNESCO definieert immaterieel cultureel erfgoed (ICE) als volgt:1 Het immaterieel cultureel erfgoed betekent zowel de praktijken, voorstellingen, uitdrukkingen, kennis, vaardigheden als de instrumenten, objecten, artefacten en culturele ruimtes die daarmee worden geassocieerd, die gemeenschappen, groepen en, in sommige gevallen, individuen erkennen als deel van hun cultureel erfgoed. Dit immaterieel cultureel erfgoed, overgedragen van generatie op generatie, wordt altijd herschapen door gemeenschappen en groepen als antwoord op hun omgeving, hun interactie met de natuur en hun geschiedenis, en geeft hen een gevoel van identiteit en continuïteit, en bevordert dus het respect voor culturele diversiteit en menselijke creativiteit. In deze conventie wordt uitsluitend rekening gehouden met het immaterieel cultureel erfgoed dat zowel compatibel is met bestaande internationale instrumenten voor mensenrechten als met de vereiste van wederzijds respect tussen de gemeenschappen, groepen en individuen, en met duurzame ontwikkeling. Het immaterieel cultureel erfgoed manifesteert zich inter alia in de volgende domeinen: orale tradities en uitdrukkingen, inclusief taal als een vehikel van immaterieel cultureel erfgoed podiumkunsten sociale gewoonten, rituelen en feestelijke gebeurtenissen kennis en praktijken betreffende de natuur en het universum traditionele ambachtelijke vaardigheden. Immaterieel cultureel erfgoed is dynamisch erfgoed dat overgedragen wordt van generatie op generatie en telkens opnieuw geherinterpreteerd wordt door de gemeenschap. Dat geeft een gevoel van identiteit en continuïteit. Immaterieel erfgoed gaat over wat er vandaag leeft in de gemeenschap. Het dient in de eerste plaats de (lokale) gemeenschap en het is de gemeenschap die het voortbestaan ervan in stand houdt. Wanneer immaterieel erfgoed zijn functie binnen de gemeenschap verliest, dan dreigt het een stille dood te sterven. Dit betekent dat tradities mogen verdwijnen als ze niet meer worden gedragen door groepen mensen en mogen veranderen onder invloed van de samenleving of gemeenschap. Het kan gaan over bijzondere zaken, maar ook over hoe mensen hun alledaagse leven vandaag vormgeven. In de UNESCO-definitie worden een aantal domeinen van ICE aangehaald. Maar dat het daar niet stopt, blijkt uit de term inter alia. Een ruime definitie van het begrip is dan ook essentieel. De term ICE geeft een nieuw elan aan oudere en beladen begrippen zoals „folklore‟ en „volkscultuur‟ en wordt door toonaangevende theoretici gezien als een synoniem van het begrip volkscultuur. Het Land van Dendermonde kent een aantal unieke tradities en gebruiken. De bekendste is de Ros Beiaardsage, met de tienjaarlijkse Ros Beiaardommegang die opgenomen werd in de „Inventaris van Immaterieel Cultureel Erfgoed Vlaanderen‟. Het gaat om een verzameling tradities die door de brede samenleving wordt gedragen. Verschillende buurten, wijken of zelfs straten hebben hun eigen versie van het Ros Beiaard (Ros van den Halt, Ros Donckstraat). Ook de aanloop naar de Ros Beiaardommegang kent 1 De Nederlandse vertaling is van het Agentschap Kunsten en Erfgoed van de Vlaamse Gemeenschap http://www.kunstenenerfgoed.be/ake/view/nl/1374788-Immaterieel+cultureel+erfgoed.html | 11 zijn eigen tradities, zoals de aanstelling van de Vier Heemskinderen en de wildemanloop. Er ontstaan ook spontaan initiatieven, zoals kinderstoeten, theateropvoeringen en muziekconcours. Pralines, jenever, tot zelf Ros Beiaard-leverpastei tonen dat het thema ook leeft bij handelaars. De regio heeft ook een levendige feest- en stoetentraditie, waarbij vooral de reuzentraditie sterk is ingebed. Reuzen zijn, net zoals de vele wijkkermissen en volksfeesten, typerend voor de streek. Bijgevoegde lijst van reuzen is onvolledig, omdat er nog steeds nieuwe bijkomen. In Grembergen, een deelgemeente van Dendermonde, wordt elk jaar één nog levende volksfiguur als reus „vereeuwigd‟. Zo is er reus Cis de Melkboer van de Trappeniers (een gepensioneerde melkventer), Reus Mong den Duivenmelker van de Ganzegavers (genoemd naar Mon Segers, oud-exploitant van café „De Fontein‟ en verwoed duivenmelker) en Florent van de Varta (cafébaas en kleermaker). Figuur 1- Het Ros Beiaard | 12 Sommige tradities krijgen na verloop van tijd een unieke invulling of worden met andere verbonden. Zoals de rondgang van „Den Beer‟ in Wichelen, die vergezeld wordt door zijn begeleider en de Sterreman, een pelgrim, een vlegelman, een fluitspeler en twee ruiters. De traditie gaat terug op een achttiende-eeuws lied dat van generatie op generatie werd doorgegeven. Het verhaal werd later verweven met het kerstgebeuren en bijbelverhalen als de kindermoord in Bethlehem en de vlucht naar Egypte. Vermoedelijk liggen rondtrekkende zigeuners met een levende beer aan de oorsprong van de jaarlijkse rondgang. Religie speelde in de vroegere feestcultuur, net zoals in de rest van Vlaanderen, een grote rol. Een aantal processies is intussen verdwenen, terwijl andere feesten met een religieuze inslag tot op de dag van vandaag springlevend bleven. Denk maar aan de jaarlijkse Bosbegankenis in Buggenhout, een mengeling van liturgische openluchtvieringen en kermis. Verenigingen zoals Met Vlag en Wimpel richten zich op het behoud van feestcultuur en doen aan sensibiliseringsacties. Feestcomités, wijkcomités en andere verenigingen houden de traditionele feestcultuur levend en dynamisch. In het Land van Dendermonde leeft een sterk bewustzijn van het lokale dialect. De orale traditie is er zeer levendig. Op diverse plaatsen worden dialecten geïnventariseerd en gecultiveerd, o.a. door het Echt Deiremonds Theater. Volksverhalen en -liederen leven verder. Enkele van deze verhalen zijn verbonden aan een site, zoals het Kasteel van Laarne, of aan een landschap. Ze kunnen een belangrijk deel vormen van de identiteit van een stad of gemeente. Voorbeelden zijn het verhaal van de Keisdrupper in Buggenhout, of van de Hamse Wuiten in Hamme. De Ros Beiaardsage bepaalt in Dendermonde zelfs de identiteit van de stad. De verhaalcultuur maakt dus onlosmakelijk deel uit van het regionale erfgoed. Bijzonder is dat deze volksverhalen nog altijd deel uitmaken van het collectieve geheugen van het Land van Dendermonde. Ook de twee Dendermondse Rederijkerskamers, die kunnen bogen op een eeuwenoude traditie, passen binnen deze traditie. Het Land van Dendermonde telt ook ambachtslui die traditionele ambachtelijke vaardigheden in ere houden. Ze dragen waardevolle kennis en kunde in zich. UNESCO omschrijft deze mensen als “living human treasures”. Voorbeelden in het Land van Dendermonde zijn de palingvissers en -villers in Berlare en de rozenkwekers in Wetteren. 2.1.1. ORALE TRADITIES EN UITDRUKKINGEN Niet-schoolse kinderliedjes & aftelrijmpjes (Berlare) Spinnerslied, Hammelied, Moerzekelied, Zogge, Houten Muziek,… (Hamme) Diverse volksliedjes (Wetteren – inventarisatieproject vanaf 2010) Lokale rijmpjes en liedjesteksten (Zele – verzameld in publicatie) Woordenboeken van lokale dialecten (Berlare, Buggenhout (Opdorp), Zele, Hamme (Moerzeke), Wichelen) Geïnventariseerde bijnamen (Zele, Berlare), spotnamen van inwoners (Dendermonde, Hamme, Wetteren, Berlare, Zele, Wichelen) Ros Beiaardlied (Dendermonde) Ons Banier of Reuzenlied (Dendermonde) Ros Beiaardsage (Dendermonde) Diverse volksverhalen (Dendermonde) Streekeigen literatuur: o.a. Prudens van Duyse, Wies Moens, Jef Schreirs (Dendermonde) Berenlied (Schellebelle en Wichelen) | 13 2.1.2. SOCIALE GEWOONTEN, RITUELEN, FEESTEN EN PROCESSIES Figuur 2 - de patattenworp in oudegem (deelgemeente Dendermonde) Ros Beiaardommegang (tienjaarlijks) en jaarlijkse reuzenommegang “Katuit” (Dendermonde) Reuzenstoet en kermisdinsdag met traditionele wagenspelen (Grembergen, deelgemeente Dendermonde) Wildemanlopen (Dendermonde) Sint-Apolloniaprocessie (Appels, deelgemeente Dendermonde) Paardenproceesie (Grembergen, deelgemeente Dendermonde) Scheldefeesten (Baasrode, deelgemeente Dendermonde) Reuzenommegang (Wetteren), carnavalstoeten (Hamme), kindercarnavalstoeten (Hamme) Paardenommegang en paardenwijding (Wetteren) Mariale Gebedstocht Ommegang (Zele) Wijkfeesten (Berlare, Hamme, Buggenhout, Wetteren, Hamme, Zele) Traditionele kermiskoersen en criteriums (Berlare, Wetteren, Buggenhout, Hamme, Zele) Oogststoet (Hamme, Wetteren) Sint-Machariusommegang (Laarne) Bosbegankenis (Buggenhout) Processies (Hamme, Berlare) Reuzen (Buggenhout, Berlare, Hamme, Wetteren, Wichelen, Dendermonde; zie bijlage) Uitgeholde raap met kaars (Berlare, Hamme) | 14 Zand- en bloementapijt voor het kapelletje van de Hogeweg (Hamme) Sint-Pietersfeesten – dansen onder de rozenhoed (Zele) Meiavondzingen en -spelen (Zele) Gouden Petattenworp met reuzenstoet (Oudegem, deelgemeente Dendermonde) Vemmekesspoeling (Dendermonde) Ambachtenmarkt (Mespelare, deelgemeente Dendermonde) Landbouwdagen (Appels, deelgemeente Dendermonde) Diverse wijkkermissen (Laarne, Dendermonde, Hamme, Berlare, Wichelen) Kleine en grote Kermis (deelgemeenten Dendermonde: Appels, Baasrode, Oudegem en Schoonaarde) Paaskermis (Appels, deelgemeente Dendermonde), Donckstraatkermis (Dendermonde), Keurkermis (Dendermonde) Halfvastenkermis (Sint-Gillis-Dendermonde), Eerste Kermis (Sint-Gillis-Dendermonde), Boonwijkkermis (Sint-Gillis-Dendermonde), Bloemenstoetkermis (Sint-Gillis-Dendermonde), Sint-Pieterkermis (Grembergen, deelgemeente Dendermonde) Halfoogstkermis (Grembergen, deelgemeente Dendermonde), Septemberkermis (Grembergen, deelgemeente Dendermonde), Meirgatkermis (Baasrode, deelgemeente Dendermonde), Broekkantkermis (Baasrode, deelgemeente Dendermonde) Carnavalkermis (Dendermonde en deelgemeenten Grembergen, Baasrode, Oudegem; Hamme) Bloemencorso (Sint-Gillis) 2.1.3. MARKTEN Jaarmarkten Dendermonde (alle deelgemeenten behalve Mespelare), Wichelen (Serskamp en Schellebelle), Buggenhout (Opdorp); Laarne (Kleine Jaarmarkt) en Kalken (Laarne), Berlare, Hammecentrum, Hamme-Zogge, Hamme-Sint-Anna; Moerzeke en Kastel (deelgemeenten Hamme), Zele Potjesmarkt (Schellebelle, deelgemeente Wichelen) Zondagse boerenmarkt (Schellebelle, deelgemeente Wichelen) Kantmarkt (Zele) 2.1.4. KENNIS EN PRAKTIJKEN BETREFFENDE DE NATUUR EN HET UNIVERSUM vangen van eenden – eendekooi (Berlare) eikelrapen (Buggenhout) vangen van kikkers (Berlare, spotnaam „puitenkloppers‟) steken van valeriaan (Berlare) ophalen van pelsen - eendenkroos werd gebruikt als meststof (Berlare) 2.1.5. TRADITIONELE AMBACHTELIJKE VAARDIGHEDEN bierbrouwen (Berlare, Buggenhout, Hamme, Zele, Laarne) paling vangen en stropen + palinggerechten (Berlare, Hamme) vlasbewerking (Zele „de kloddezakken‟) | 15 rozenkwekerijen (Wetteren) jeneverstokerij (Zele, Serskamp) mandenmakerij (Berlare, Hamme) klompenmakers (Hamme) spinnerijen (Hamme) wagenmakerij (Berlare) hoefsmeden (Berlare) borstelmakerij (Berlare) haringvissen (Wetteren) kikkers vangen voor verkoop (Berlare) nettenweverijen (Berlare) maken van dameshoeden (Berlare) streekproducten (vlaaien, mosterd, haring, paardenvlees, ham, geitenkaas, waterkonijn…) touwslagerij (Berlare, Hamme) 2.2. ROEREND ERFGOED 2.2.1. ARCHIEFDOCUMENTEN Figuur 3 - de potjesmarkt in Schellebelle De regio kent één Stadsarchief, dat van Dendermonde. De instelling houdt zich niet enkel bezig met bewaring en inventarisatie, maar zorgt ook voor wetenschappelijk onderzoek rond de eigen | 16 archiefcollectie. In de overige gemeenten is er ook een archiefwerking, maar de staat van de archiefbescheiden is niet overal optimaal en ook de graad van inventarisatie is vaak nog onvoldoende. Ontsluiting en de toegankelijkheid voor het publiek laten vaak te wensen over, al is hier een inhaalbeweging aan de gang. Het Stadsarchief van Dendermonde kan een voortrekkersrol spelen. Niet in het minst omdat het de laatste jaren uitgroeide tot een lokaal historisch documentatiecentrum door groei van de collectie met documentaire collecties, drukwerk, beeldmateriaal,…. Het Stadsarchief is een modern archief. Tijdens de Eerste Wereldoorlog werden de oude archiefstukken immers vernietigd. Behalve de gemeentearchieven zijn er geen professionele archiefinstellingen in de streek. Kleur- of themaarchieven ontbreken en het Rijksarchief bevindt zich niet in de regio. Op vlak van kerkelijke archieven is de staat van inventarisatie en toegankelijkheid vaak onvoldoende. Ook hier is op een aantal plaatsen een inhaalbeweging. Zo zorgt de vereniging Castellum uit Laarne voor geleidelijke ontsluiting. Heemkundige archieven, bedrijfsarchieven, verenigingsarchieven en privé-verzamelingen bieden een aanvulling op de overheids- en kerkelijke archieven. Er bestaat nog geen duidelijk beeld over de inhoud van deze collecties. Van een collectiebeleidsplan, met een gericht verwervings- en afstotingsbeleid is vaak geen sprake. Bepaalde heemkringen zien wel het belang in van digitalisering van hun collectie en zetten hierin voorzichtige stappen. Op diverse plaatsen wordt het klassieke archief aangevuld met een uitgebreide beeldcollectie. Dit is o.a. het geval in het Stadsarchief van Dendermonde. Meer en meer gemeentearchieven zien het belang in van fotomateriaal als archiefbron, iets wat al langer het geval was binnen de heemkundige kringen. De regio telt een aantal belangrijke private fotocollecties. Ze zijn vaak niet toegankelijk voor het publiek en het is dan ook onduidelijk wat de historische waarde is van deze particuliere verzamelingen. Gemeentearchief (alle gemeenten, maar staat van bewaring is niet overal even goed) Stadsarchief Dendermonde (modern archief) Archief heemkundige kringen (alle gemeenten, maar staat van bewaring is niet overal even goed) Archief Scheepvaartmuseum Baasrode (meer dan 3.000 constructieplannen van diverse scheepstypes. Deze plannen worden gebruikt in de modelbouwklas) Bedrijfsarchieven (o.a. Filip Glazer) Parochieregisters en kerkarchieven (alle parochies, maar staat van bewaring en toegankelijkheid is niet overal even goed) Archieven abdijen en hospitalen, o.a. Augustijnen (1793), Benedictessen (1653-1796), Cisterciënzerinnen/Zwijveke (1221-1794), Karmelieten (1764-1796), Sint-Blasiusgasthuis (1603- 1728), Theresianen (17-18de eeuw) Privé-verzamelingen Publicaties over de geschiedenis van de diverse gemeenten Stukken in externe archieven (o.a. Rijksarchief) Archieven van de OCMW‟s Verenigingsarchieven | 17 2.2.2. KUNSTVOORWERPEN Het Land van Dendermonde heeft geen kunstmuseum met nationale uitstraling op haar grondgebied. Toch bezit de streek een rijk kunstpatrimonium, vooral dan van religieuze kunstschatten. Diverse kerken bevatten ook opvallende orgels. Orgelconcerten in onder meer Laarne, Dendermonde en Wetteren plaatsen dit patrimonium nog steeds in de kijker geplaatst. Dendermonde heeft bovendien een stadsbeiaardier in dienst. Het Stadhuis van Dendermonde bezit een belangrijke kunstcollectie. Vooral de School van Dendermonde, bekend om zijn landschapsschilderkunst, is er goed vertegenwoordigd. De bekendste kunstcollectie binnen de regio bevindt zich in het Kasteel van Laarne (zilver, wandtapijten, schilderijen, meubelen). Tot de verbeelding spreekt ook de geschiedenis rond het verdwenen paneel van De Rechtvaardige Rechters van het Lam Gods. In Wetteren en omgeving zit deze kunstroof nog steeds in het collectieve geheugen en is er een zeer levendige „scene‟ van kunstdetectives. Religieuze kunst (regionaal orgelpatrimonium, klooster van de Zwarte Zusters in Dendermonde,…) Collectie Schone Kunsten (Stadhuis Dendermonde) Kasteel van Laarne Hedendaagse kunst (diverse gemeenten, vaak in de openbare ruimte) Privéverzamelingen (kunst en antiek, filatelie, volkskundige verzamelingen, beeldmateriaal, militaria, …) 2.2.3. ARCHEOLOGISCHE OBJECTEN EN DOCUMENTATIE ARCHEOLOGISCH ONDERZOEK Een geïntegreerd archeologisch beleid is nog zo goed als onbestaande in de regio. Archeologische opgravingen gebeuren ad hoc, met soms merkwaardige vondsten als resultaat. De opgegraven voorwerpen krijgen een plaats in de heemkundige musea (bv. grafurnen in Wetteren) of in het stadsmuseum Vleeshuis in Dendermonde (rijke collectie uit prehistorie, bronstijd, galloromeinse periode,…) Omdat er weinig expositieplekken zijn voor archeologische vondsten, is het draagvlak voor archeologie bij administraties en/of het brede publiek vooralsnog niet echt groot. Archeologische voorwerpen in diverse heemkundige musea Vleeshuis (Dendermonde – stadsgeschiedenis aan de hand van archeologische voorwerpen). Archeologische vondsten bij opgravingen Kerkveld en Nieuwdonk (Berlare) Archeologische collecties opgravingen stadscentrum Dendermonde (laat-middeleeuws glas, houten lijkkisten 11de eeuw, leerlooierkuipen 16de eeuw, lokaal grijs en rood aardewerk, steengoed, munten, collecties La Tène, Bronstijd, Galloromeinse periode, Karolingische tijd) 2.3. ONROEREND ERFGOED Het Land van Dendermonde is een regio waarin het cultuurlandschap een zeer belangrijke rol speelt. De Schelde is het meest karakteristieke landschapskenmerk. De rivier is het verbindende element tussen de verschillende partnergemeenten. Vele lokale gewoontes en gebruiken verwijzen ernaar, zoals spotnamen (bv. „Scheepstrekkers‟ in Dendermonde of „Haringfretters‟ in Wetteren). De Schelde speelde lange tijd een | 18 cruciale rol in het economisch leven van de regio. De beschermde scheepswerven Van Praet-Dansaert in Baasrode herinneren hier nog aan. Deze sites bevatten een rijkdom aan immaterieel erfgoed (bv. scheepsliedjes, scheepsambachten). Met het omliggende landschap (bv. de Kalkense Meersen) is het Scheldelandschap een van de belangrijkste toeristische troeven van de streek, wat mogelijkheden biedt voor verbindingen met roerend en/of immaterieel erfgoed. In het aanwezige onroerende erfgoed zijn nog een aantal opvallende elementen die herinneren aan de rijke ambachtelijke traditie. We denken hierbij aan een borstelmakerij en penseelmakerij in Berlare, en smidse in Berlare en Dendermonde of een blokmakerij in Zele. Ook het Museum voor Volkskunde in Dendermonde zet het ambachtelijke verleden in de kijker. Tussen Dendermonde en Puurs De regio is er nog een stoomspoorlijn in gebruik. De vzw BVS Stoomtrein Dendermonde-Puurs bewaart rijtuigen, wagons en historisch treinmaterieel. Diverse heemkundige kringen zijn recent – al dan niet in samenwerking met het gemeentearchief - gestart met inventarisatieprojecten rond funerair erfgoed. In Berlare en Zele is de basisinventarisatie al voltooid. 3. INVENTARIS VAN DE ERFGOEDINSTELLINGEN –EN ORGANISATIES 3.1. MUSEA Het Land van Dendermonde kent geen grote thema‟s die een homogeen museumlandschap creëren, zoals Wereldoorlog I in de Westhoek of het Mijnverleden in de Limburgse Mijnstreek. De aanwezige musea zijn dan ook niet geënt op een overkoepelend thema. Ze behandelen over het algemeen thema‟s die lokaal van belang zijn. Alle musea, ook de grotere, werken met een minimale personeelsbezetting. In de meeste gevallen is de professionele bezetting beperkt en worden vrijwilligers ingeschakeld. De musea zijn eigendom van de lokale overheid, in enkele gevallen gaat het om private initiatieven. Lokale musea hebben vaak een (zeer) waardevolle collectie, die door een weinig uitgebalanceerde invulling van de museale basisfuncties onvoldoende gekend is. De lokale inbedding toont de grote betrokkenheid van gemeentebesturen en vrijwilligers bij het eigen erfgoed, maar betekent soms ook een rem op de ruimere armslag. De beperkte personeelsbezetting zis er verantwoordelijk voor dat het gros van de musea in het Land van Dendermonde niet in aanmerking komt voor erkenning of kwaliteitslabel. Enkel de Dendermondse musea zijn erkend op lokaal niveau, met daaraan gekoppeld een jaarlijkse financiële inbreng van 12.500 EUR, aangevuld met een provinciale bijdrage van 18.500 EUR. Deze middelen, gecombineerd met een ruimere personeelsbezetting, laten een uitgebalanceerde invulling van de museale basisfuncties toe. Qua deskundigheid spelen de Dendermondse musea een voortrekkersrol in de regio. Toch is ook binnen de werking van de erkende musea van Dendermonde de inzet van vrijwilligers nauwelijks te overschatten. Het Kasteel van Laarne is een buitenbeentje bij de musea. De goed geconserveerde waterburcht heeft een sterke toeristische uitstraling, tot ver buiten de regionale grenzen. De focus ligt vooral op publiekswerking en behoud en beheer van het patrimonium. De overige museale basisfuncties zijn veel | 19 minder sterk uitgebouwd, waardoor het Kasteel van Laarne niet voor erkenning in aanmerking komt. Bovendien is het onroerende erfgoed veel belangrijker dan het roerende patrimonium. 3.1.1. ERKENDE MUSEA STEDELIJKE MUSEA DENDERMONDE De stedelijke musea belichten bijzondere aspecten van het culturele erfgoed van Dendermonde. Tot de stedelijke musea behoren het Vleeshuismuseum, dat de geschiedenis van de stad in beeld brengt. De Ros Beiaardsage komt er uitgebreid aan bod. Het stadsverhaal wordt verteld met de bekende episodes (geloof en devotie, gasthuizen en kloosters, het dagelijkse leven,…). Het verhaal gaat terug tot de Romeinse periode en zelfs tot 28.000 jaar geleden (skelet van een mammoet). Begijnhofmuseum en Museum voor Volkskunde. In het begijnhof van Dendermonde (1288) vind je twee musea. Ze beslaan drie oude woningen: een kleine woning die is ingericht als begijnenwoning, de infirmerie en het huis van de grootjuffrouw, waar het rijke kunstpatrimonium van het begijnhof wordt getoond. Het Museum voor Volkskunde toont het dagelijks leven in de 19de en 20ste eeuw: het huishouden, de behuizing, het werk, de ontspanning. Bij het museum horen een siertuin, een kruidentuin en een boomgaard. Zwijvekemuseum. Het museum is gevestigd in bijgebouwen van de voormalige cisterciënzerinnenabdij van Zwijveke (1223-1797). In een zuilengaanderij uit 1690 krijg je eerst een collectie gevel-, graf- en gedenkstenen te zien. In het gastenkwartier maak je kennis met het lokale Dendermondse leven in de 19de en 20ste eeuw: gebeurtenissen en figuren, politiek en cultuur, rechtspraak en gevangeniswezen... 3.1.2. PRIVATE MUSEA Museum Donkmeer. Het Museum Donkmeer focust op de Boerenkrijg en zoomt in op maatschappelijke en sociologische trends in de 18de en 19de eeuw. Het museum doet ook dienst als een streekbezoekerscentrum voor het Scheldeland. Kasteel van Laarne. De unieke waterburcht heeft een sterke toeristische uitstraling. Het interieur, met gerestaureerde en gemeubileerde kamers, een belangrijke collectie wandtapijten en edelsmeedkunst, heeft een museale waarde. Scheepvaartmuseum Baasrode. Er is een permanente tentoonstelling van tientallen scheepsmodellen en halfmodellen. Daarnaast zie je gereedschappen voor het bouwen van houten en ijzeren boten. Een uitgebreide verzameling scheepsuitrusting geeft een beeld van het schippersleven tijdens de voorbije decennia. Elk seizoen organiseert het scheepvaartmuseum een thematentoonstelling rond de lokale en maritieme geschiedenis . Kloostermuseum Wetteren. Het Kloorsterordemuseum van de kerkfabriek van Christus Koning toont tweehonderd officiële habijten van kloosterorden. Jazz Centrum Vlaanderen in Dendermonde: Het Jazz Centrum Vlaanderen is een museum over jazzclubs en muzikanten.Lezingen, videovertoningen, workshops, website, brochures en concerten sensibiliseren het publiek voor jazz en blues. Priester Poppemuseum (klooster Sint-Vincentius, Moerzeke) | 20 Bakkerijmuseum (site windmolen Grote Napoleon) 3.1.3. HEEMKUNDIGE MUSEA Heemkundig Museum Jan Broeckaert. Zoals in vele heemkundige musea wordt hier zeer divers materiaal verzameld en ontsloten. Het gaat o.a. om een collectie over het Wetterse verenigingsleven, kledij en devotiemateriaal. In het museum zijn reconstructies gemaakt van een oude Wetterse apotheek, een herberg, een boerenkeuken en een dorpsklas. Archeologisch belangrijke stukken, zoals lijkvazen van de gemeentelijke begraafplaats van Massemen, worden er bewaard. Rond bepaalde onderwerpen zoals Wetteren tijdens WOII en bidprentjes groeit de collectie nog aan. Heemkundig Museum Buggenhout: Dit museum geeft de evolutie weer van het dagelijks leven in Buggenhout aan de hand van gebruiksvoorwerpen, werktuigen, foto's, reconstructies en maquettes. Museum Zeels Erfgoed. Het museum heeft aandacht voor de geschiedenis van de gemeente, maar ook voor bekende Zelenaars zoals jeugdschrijver Henri Van Daele en beeldhouwer Aloïs De Beule. Opvallend is de rijke collectie Zeelse naaldkant. Museum Van Bogaert-Wauters in Hamme. Dit museum behandelt archeologie van de prehistorie tot de 17de eeuw. 3.2. HEEMKRINGEN De lokale heemkringen hebben in de meeste gemeenten een zeer prominente rol verworven op het vlak van cultureel erfgoedbeleid. Door het ontbreken van een echt erfgoedbeleid zijn zij jarenlang de behoeders geweest van het lokale patrimonium en vaak zelf de drijfveer achter ontluikend erfgoedbesef. Meest opvallende voorbeeld is de Oudheidkundige Kring van Dendermonde die een traditie heeft van ruim 130 jaar. Dankzij haar historische publicaties heeft ze het geschiedkundig onderzoek in de regio mee gestalte gegeven. Vrijwel overal hebben de heemkringen uitsluitend oog voor de lokale geschiedenis. De actieve kern per vereniging is vrij beperkt. De heemkringen kampen bovendien met een vergrijzend ledenbestand, al vallen hier ook uitzonderingen te noteren. De kringen organiseren gelijkaardige activiteiten: bijeenkomsten, uitstappen, voordrachten, tentoonstellingen. Ze beheren eigen erfgoedcollecties, vooral beeldmateriaal, documentatie, boeken en archieven. Soms wordt gewerkt aan inventarisatie, maar dit gebeurt zelden of nooit via gestandaardiseerde registratieprogramma‟s. Aangezien de verenigingen uitsluitend op vrijwilligers draaien, zijn de collecties ook weinig tot niet publiek toegankelijk. Communicatie is een pijnpunt van veel heemkringen. Enkele onder hen hebben wel een eigen website of geven een periodiek uit. Ondanks de vaak beperkte middelen wordt wel aandacht besteed aan publiekswerking, bv. door jaarlijkse deelname aan publieksactiviteiten met Vlaamse uitstraling (Erfgoeddag, Week van de Amateurkunsten, Open Monumentendag,… Heemkundige kring Jan Broeckaert (Hamme) Heem en Oudheidkundige kring Berlare - eigen tijdschrift (Berlare) Heemkring Overmere – eigen tijdschrift (Berlare) Werkgroep Erfgoed Uitbergen (Berlare) Boerenkrijgcomité Overmere (Berlare) | 21 Heemkring Ter Palen (Buggenhout) Heemkundige kring Osschaert (Hamme) Heem- en Oudheidkundige kring Zele – eigen jaarboek (Zele) Oudheidkundige Kring van het Land van Dendermonde (Dendermonde) Heemkring Sint-Gillis-Dendermonde (in opstart; Dendermonde) Heemkring Baceroth Baasrode (Dendermonde) Werkgroep geschiedenis Grembergen (Dendermonde) Vereniging voor Lokale Geschiedenis Kalken en Laarne (Laarne) Heemkring “Rond de stenen Linde” Schellebelle (Wichelen) Heem- en Oudheidkundige Kring van Wichelen Oudheidkundige kring HH Salvator- Wieze Heemkring Lebbeke (Lebbeke) 3.3. VOLKSKUNDIGE VERENIGINGEN In het hoofstuk over het aanwezige immateriële erfgoed kwam al aan bod dat het Land van Dendermonde een rijke feestentraditie bezit. Een groot deel van de volkskundige en historische verenigingen hebben als taak de wortels van deze traditie te vrijwaren. De stoeten en feesten weerspiegelen een deel van het rijke immaterieel erfgoed in de streek. Vaak gaat het om lokaal belangrijke evenementen, grotendeels gedragen door vrijwilligers. De evenementen worden dan wel georganiseerd door de volkskundige en historische verenigingen, ze krijgen ook grote logistieke ondersteuning en promotie door de lokale overheden. Sommige verenigingen houden zich ook bezig met de bewaring van typerende lokale gebruiken of delen van het lokale onroerende patrimonium. Qua werking zijn er veel overeenkomsten met de heemkringen: het gaat om een lokaal verankerde werking van vrijwilligers met een kleine actieve kern. Sommige verenigingen kampen met vergrijzing. De samenwerking tussen deze verenigingen en professionele erfgoedinstellingen is minimaal. Reuzencomité Overmere (Berlare) Reuzencomité Grembergen (Dendermonde) Verzamelclub De Biekorf (Berlare) Orde van de jeinen – carnaval (Buggenhout) Diverse carnavalverenigingen (Buggenhout) Die Hamse Wuitens (Hamme) Het Houten Muziek (Hamme) Diverse carnavalverenigingen (Hamme) Vzw Oogstfeesten – Oogststoet (Wetteren) VZW Van Hauwermeirsmolen – beheer molenpatrimonium (Wetteren) Vreugdebroeders – Folkloristische harmonie (Wetteren) Artistieke School voor Kunstnaaldkunst (Zele) Vzw Patacon (Dendermonde) Kalleke Step – poppentheater (Dendermonde) | 22 Reynout Volkskunstgroep – volksdans (Dendermonde) Diverse carnavalverenigingen (Dendermonde) Floerentoeters (boogschieten) Met Vlag en Wimpel – heropleving kermissen en gebruiken (Laarne) Reuzengroep „De Moriaanvrienden‟ (Wichelen) Feestcomité Verhoogstraat (Schellebelle, Serskamp, deelgemeenten Wichelen) Orgelcomité (Berlare) Figuur 4 - feestelijke optocht in Berlare | 23 3.4. GILDEN Koninklijke Gilde Sint Sebastiaan Overmere (Berlare) Koninklijke Gilde Sint Sebastiaan Berlare (Berlare) Koninklijke Sint- Jozefsgilde (Hamme) Schuttersgilde Sint Sebastiaan (Zele) Schuttersgilde Sint Joris (Dendermonde) Sint -Machariusgilde (Laarne) Schuttersgilde Sint-Sebastiaan (Wichelen) 3.5. COMMISSIES, COMITÉS, VZW’S OF INSTELLINGEN VERBONDEN AAN DE LOKALE OVERHEID Vele erfgoedverenigingen draaien op vrijwilligers. Maar lokale overheden nemen ook initiatieven om ze te ondersteunen met professionele ambtenaren. Het is een bewijs van het groeiende belang dat aan erfgoed wordt gehecht. Vaak gaat het hier om comités die een aanbod garanderen dat verbonden is aan initiatieven met een nationale uitstraling. Vrijwel iedere gemeente heeft een lokaal Comité voor Open Monumentendag en ook de organisatie van Erfgoeddag kan steeds meer op dergelijke ondersteuning rekenen. Dendermonde werkt met deelinstellingen die bepaalde onderdelen van het culturele erfgoed moeten bewaren. Het opvallendste voorbeeld is het Ros Beiaardcomité, maar er is ook een Werkgroep Beiaard- en Orgelpatrimonium en een Werkgroep Cultureel Patrimonium. Voor bepaalde erfgoedbeleidsbeslissingen laat het stadsbestuur zich bijstaan door de Stedelijke Commissie Kunstaankopen en de Stedelijke Commissie Graftekens. 3.6. GIDSEN Erfgoed is een cruciaal onderdeel van het beleid inzake toeristische ontsluiting van de streek. Toeristische diensten integreren het aanwezige erfgoed in een aantrekkelijk en toegankelijk aanbod en doen hierbij een beroep op gidsen. In Dendermonde zijn de gidsen aangesloten bij de Dendermondse Gidsenkring. Daarmee zijn kwaliteitsbewaking en een gestandaardiseerde informatieoverdracht gegarandeerd. In de andere partnergemeenten is de gidsenwerking minder geformaliseerd. Over het algemeen worden vrijwilligers, actief gepensioneerden en leden van de heemkundige kringen ingeschakeld om toeristen wegwijs te maken in het lokale erfgoedpatrimonium. Kwaliteitsbewaking gebeurt ad hoc en wordt niet altijd strikt opgevolgd. Toch zijn de gidsen belangrijke erfgoedactoren die een cruciale functie krijgen binnen de publiekswerking. Een impuls tot verdere professionalisering kan komen van de recent opgestarte opleidingstrajecten voor toeristische gidsen. 4. INVENTARIS VAN DE GEMEENTELIJKE ERFGOEDWERKING 4.1. ORGANISATIE Veel van het aanwezige erfgoed in de regio is weinig tot niet bekend. Een belangrijke taak van een toekomstig cultureel-erfgoedconvenant is dit erfgoed te detecteren en binnen de werking te incorporeren. | 24 Samenwerking van gemeenten, verenigingen en particulieren zal hierbij cruciaal zijn. In de diverse gemeenten zijn vaak actieve verzamelaars terug te vinden. Velen onder hen beschikken over rijke collecties die nauwelijks ontsloten zijn. De privé-verzamelingen hebben een lokale inslag, zijn nauw verbonden met de geschiedenis van eigen stad of gemeente en kunnen dan ook van bijzondere waarde zijn voor een lokaal-cultureel erfgoedbeleid vanuit een intergemeentelijk samenwerkingsverband. Heel wat immaterieel erfgoed blijft ongebruikt. In verschillende gemeenten werden in het verleden op fragmentarische basis mondelinge geschiedenisprojecten opgezet en werden bepaalde stukjes immaterieel erfgoed verzameld (bv. volksliedjesprojecten, wijkgeschiedenissen,…). Door een gebrek aan uniforme registratie en ontsluiting is dit materiaal nog grotendeels onontgonnen. Ook op dit vlak is er een bijzonder groot potentieel. De dialectstudie is een thema dat op een ongecoördineerde en ongestructureerde manier aan bod komt. Ook dit verdient ongetwijfeld meer aandacht. Het Land van Dendermonde telt een aantal opvallende (religieuze) landschappelijke elementen. Het gaat hierbij in eerste instantie om weg-, veld- en wijkkapelletjes. Rond deze landschapselementen werd in enkele gemeenten gewerkt. Omdat het hier vaak om niet-beschermd erfgoed gaat, met een hoge sentimentele waarde, verdienen ook deze elementen de belangstelling van een cultureel erfgoedconvenant. Ze bieden de context voor een rijke traditie van volksdevotie. Tijdens contactavonden ter voorbereiding van deze beleidsnota, bleek dat heel wat actoren zich bewegen in de rand van het erfgoedveld. Socio-culturele verenigingen met een erfgoedgerelateerde werking, volksculturele verenigingen of sportverenigingen besteden soms meer dan gewone aandacht aan erfgoed en hun eigen geschiedenis. 4.2. EVENEMENTEN De meeste gemeenten organiseren activiteiten op Erfgoeddag (Dendermonde, Buggenhout), Open Monumentendag (Dendermonde, Laarne, Berlare, Wichelen). Gemeentelijke culturele instellingen hebben vaak een eigen erfgoedwerking en zetten geregeld erfgoedprojecten op. Enkele voorbeelden van koepelprojecten: Groeten uit Dendermonde-Dendermonde (2007) Gebouwen, straten, riviertjes, een kapel of een veldweg: ze zijn stille getuigen van hoe de tijd verloopt. Ze maken een leefomgeving ook tot een waardevol landschap. Het Historisch Documentatiecentrum bezit duizenden foto‟s van hoe Dendermonde er honderd jaar geleden uitzag en geëvolueerd is. Een selectie van deze foto‟s werd in een tentoonstelling geconfronteerd met foto‟s van de situatie vandaag en met een fotoroute in het straatbeeld. Museum in de Wijk - Dendermonde (2008) Dit project dat de verborgen buurtgeschiedenissen wou blootleggen, vertrok vanuit beelden en verhalen van de bewoners. Ze werden gemobiliseerd om op zolder en in de eigen buurt op zoek te gaan naar het verleden. Tijdens wijkkermissen werden tussentijdse toonmomenten georganiseerd, veelal op een ludieke manier. Meteen werd ook op zoek gegaan naar een link met de nieuwe bewoners. Want ook hun ervaringen en verhalen verdienen een plaats in het uiteindelijke „Museum in de Wijk‟. Het project vond plaats in Boonwijk, Wijk Keur en Wijk Donckstraat/ Vlotgraslaan. | 25 100 jaar Volkstuinen Dendermonde-Dendermonde (2008) Dit project benaderde volkstuinen als erfgoed. Ze maken onlosmakelijk deel uit van onze volkstradities en volkscultuur. De organisatoren wilden benadrukken dat de volkscultuur een duidelijke actuele waarde heeft: ze is geëvolueerd in de tijd, maar zonder aan waarde in te boeten. Daarnaast hebben volkstuinen een verkennende functie. Bij verkennende bezoeken en gesprekken bleek dat de volkstuinen fungeren als ontmoetingsplek tussen mensen met verschillende culturele en sociale achtergronden, maar ook van verschillende leeftijden of opleidingsniveaus. Tenslotte is er ook het ecologische aspect: volkstuinen zijn een verantwoorde manier om met de natuur in de openbare ruimte om te gaan. Kunstenaar Koen Broucke ontwierp „ zaadruilzakjes‟ om plantenzaadjes te kunnen uitwisselen. De kunstenaar gaf ook een workshop tijdens het feestweekend. Er werden diverse wandelingen en fietstochten langs volkstuinen georganiseerd. In de volkstuintjes van Dendermonde was er ook een filmvoorstelling te zien. De begeleidende publicatie bevat onder meer een portrettenreeks van een aantal „bekende‟ tuinders. Schatten van * in mensen-Dendermonde (2010) Dit uitwisselingsproject rond „Levende Menselijke Schatten‟ kwam tot stand door een samenwerking tussen FARO vzw, Erfgoedcel Leuven, Erfgoedcel Aalst, Erfgoedcel Brugge, Openluchtmuseum Bokrijk, Tapis Plein vzw en stad Dendermonde. 'Schatten van/in Mensen' is een eye-openertraject over immaterieel cultureel erfgoed in Vlaanderen. De Amerikaanse fotograaf Alan Govenar haalde naast Amerikaanse ook een aantal Vlaamse erfgoeddragers voor zijn lens: mensen die meester zijn in hun vak of kunst, of die een voortrekker zijn in een bijzondere traditie. Daarnaast sloegen we ook zelf aan het zoeken, denken en fotograferen. Een tentoonstelling met portretten opent op 17 december 2010. Kunst in je Buurt – „mental mapping‟ in wijken-Wetteren (lopend project) De opzet van dit project bestaat in de samenstelling van een buurtbiografie aan de hand van getuigenissen en verhalen van buurtbewoners. Om die buurtgeschiedenis samen te stellen wordt het pad van de grote historiografie verlaten en wordt gefocust op de verhalen van “de gewone man”. Het projectdoel bestaat erin de identiteit van de buurt als lappendeken van vele individuele verhalen samen te stellen. Een kleine sociale kern – de buurt Populierenlaan– wordt eruit gelicht om zo een impressie op te roepen van een doorsnee lokale belevingswereld. In die buurt worden bewoners actief aangesproken. Er wordt op zoek gegaan naar identiteitsbepalende elementen. Aan de buurtbewoners wordt gevraagd welke momenten in hun leven hen het meest zijn bijgebleven. Welke data en gebeurtenissen zijn bepalend geweest voor het leven van de wijkbewoners? Hoe zien ze hun buurt? De individuele geschiedenis wordt verbonden met die van de buurt. Tegelijkertijd wordt aan de bewoners ook gevraagd of er objecten zijn die deze verhalen kunnen illustreren. Met deze verhalen gaat een kunstenaar aan de slag. In samenspraak met de buurtbewoners wordt een kunstwerk in de openbare ruimte gecreëerd. In dit kunstwerk vinden de vele individuele verhalen hun neerslag. Het moet een symbool zijn van de collectieve buurtgeschiedenis. Zonder de verhalen en zonder de inbreng van de bewoners zou het kunstwerk niet kunnen bestaan. Het is onvervreemdbaar verbonden met de geschiedenis en het karakter van de buurt. Erfgoed treedt hier in interactie met een artistiek project. Kunst in je Buurt is een jaarlijks weerkerend project waarbij ieder jaar op een andere buurt, wijk, deelgemeente,… wordt ingezoomd. | 26 4.3. ERFGOEDWERKING VAN ANDERE CULTURELE INSTELLINGEN Bibliotheken zien cultureel-erfgoed als een geïntegreerd deel van de eigen werking. cursussen genealogie (Wetteren) samenstelling buurtgeschiedenis (Wetteren) collectie historische monografiën over de eigen gemeente (Buggenhout, Lebbeke, Hamme, Laarne, Wetteren, Dendermonde, Zele, Berlare, Wichelen) Ook jeugdcentra, welzijnorganisaties, evenementendiensten,…, besteden soms aandacht aan erfgoed en kunnen interessante partners bij erfgoedinitiatieven zijn. Figuur 5 - alle Wetterse reuzen | 27 SWOT ANALYSE CULTUREEL ERFGOEDVELD 1. STERKTEN 1.1. STERKTEN M.B.T. BASISFUNCTIES 1.1.1. INVENTARISATIE Expertise van de Stedelijke Musea Dendermonde in het MovE-project. Expertise van de Stedelijke Musea Dendermonde in het registreren van beeldmateriaal Expertise van de Stedelijke Musea Dendermonde in het registreren van immaterieel erfgoed 1.1.2. COLLECTIEBEHEER Grote rijkdom aan immaterieel en roerend erfgoed Enorm potentieel aan roerend erfgoed in lokale (privé)verzamelingen; Belangrijke collecties m.b.t. de volkscultuur (o.a. rijke ambachtentraditie); Rijkdom aan immaterieel erfgoed (reuzen, ommegangen, processies, feesttradities, …); Rijkdom aan streekgerechten en streekgebonden specialiteiten; Interessante en vernieuwende verbindingen mogelijk tussen roerende erfgoedcollecties en het immateriële erfgoed; Aanwezige knowhow m.b.t. collectiebeheer en archivistiek Expertise in/ bij erkende musea van Dendermonde en professionele archiefdiensten in Dendermonde en Wetteren; Historisch Documentatiecentrum met schat aan beeldmateriaal (over Dendermonde en ruime regio); 1.1.3. PUBLIEKSONTSLUITING Sterk gemeentelijk communicatiebeleid Sterk uitgebouwde communicatiekanalen op gemeentelijk vlak (o.a. gemeentelijke websites, websites van verenigingen, informatiediensten); Intergemeentelijke communicatie Cultuurmagazine Zone C met vaste cultureel-erfgoedrubriek Gezamenlijke promotiecampagnes rond cultuuraanbod Groot aanbod aan publicaties rond erfgoedthema‟s Heemkundige kringen met lange traditie van publicaties rond historische en volkskundige thema‟s, eigen tijdschriften, jaarboeken, …) | 28 Erfgoedbibliotheken met ruim aanbod zijn publiekelijk toegankelijk (o.a. Laarne, Zele, Dendermonde, Overmere, Berlare); Gebruik van nieuwe digitale communicatievormen Nieuwe digitale communicatievormen om nieuwe doelgroepen aan te spreken worden reeds door enkele erfgoedorganisaties gebruikt (bv. facebookpagina van heemkundige kring Hamme); De archiefdienst Dendermonde zet acties op m.b.t. de aanleg van een digitaal archief; Sterke verweving tussen buurtwerking en erfgoedwerking Sterk lokaal ingebedde cultureel-erfgoedprojecten op maat van deelgemeente, wijk of buurt; Sterke traditie van erfgoedprojecten in de regio Dienstoverschrijdende projecten in verschillende gemeenten met aandacht voor het culturele en toeristische aspect (o.a. „Op Stap naar Vrede‟ in Dendermonde; project rond Rechtvaardige Rechters in Wetteren) 1.1.4. ONDERZOEK Sterke traditie van onderzoek door diverse heemkundige kringen Het groot aantal publicaties m.b.t. zowel volkscultuur als historische thema‟s duidt op een onderzoeksdrang bij erfgoedvrijwilligers. 1.2. STERKTEN M.B.T. ORGANISATIE EN BELEID Traditie van samenwerking in de regio intergemeentelijke samenwerking Leesdijk, Aulam, Cultuurdijk, Ruiterpad Ros Beiaard, Toerisme Scheldeland, Intercommunale DDS; Intergemeentelijke kunstprojecten (BrouwArt, LocoArt, AquaArt, Beeldenstroom); Sterk uitgebouwde culturele infrastructuur Professioneel uitgebouwde gemeenschapscentra en cultuurcentra Professioneel uitgebouwde bibliotheekinfrastructuur Gemeentelijke erfgoedinstellingen goed uitgebouwd Alle gemeenten voorzien van een archief- en werkruimte voor erfgoedverenigingen; Stadsarchief en stedelijke musea Dendermonde werken op professionele manier; Twee gemeenten beschikken over een professionele archivaris (Wetteren en Dendermonde); Culturele instellingen in de regio hebben een sterke erfgoedwerking Sterke beleidsinteresse voor erfgoed (lokaal cultuurbeleid of meerjarig beleidsplan); Sterke traditie rond beeldende kunsten in regio Kunst- en muziekacademies in Lebbeke, Buggenhout en Dendermonde; „Dendermondse Schildersschool‟ als belangrijke artistieke traditie; | 29 Galerie CC Stroming (Berlare) Bestaan van subsidiekanalen voor cultureel-erfgoedprojecten en goede logistieke ondersteuning van erfgoedverenigingen; Goede logistieke ondersteuning en ondersteuning in natura (lokalen ter beschikking van erfgoedverenigingen, gratis kopieën, …) Sterk verenigingsleven in de regio en grote erfgoedinteresse Sterk verenigingsleven Traditie van jumelages (Dendermonde, Buggenhout, Hamme) Heemkringen met soms jonge leden en dynamische werking (gezonde mix van jong en oud in heemkundige kring in Hamme en Berlare); Cultuurraden met groot aantal aangesloten verenigingen; Grote publieksopkomst bij erfgoedprojecten; 2. ZWAKTEN 2.1. ZWAKTEN M.B.T. DE BASISFUNCTIES 2.1.1. INVENTARISATIE Roerende erfgoedcollecties Erfgoedwerking heeft nauwelijks een aanspreekpunt; Gedetailleerde inventaris van het roerend erfgoed ontbreekt; Verschillende systemen van inventarisatie; Achterstand digitale collectieregistratie; Mogelijkheden van het MovE-project nog te weinig bekend bij erfgoedvrijwilligers; Verenigingsarchieven worden weinig bijgehouden, zijn moeilijk consulteerbaar of zijn de zaak van gedreven individuen; Gebrek aan consulteerbare gemeentelijke archieven met professionele archivaris of archiefpersoneel; Verschillende archiefsystemen Privéarchieven geïnventariseerd volgens verschillende systemen; Veel archiefmateriaal verdwenen door onzorgvuldig beheer (bv. bedrijfsarchieven Berlare) en vaak moeilijk te traceren; Automatische inventarisatie nog niet op punt (o.a. geen gedigitaliseerde of volledig ontbrekende inventarislijsten); 2.1.2. COLLECTIEBEHEER Slechte bewaring roerende cultureel-erfgoedcollecties Sommige collecties zijn dringend aan conservatie/ restauratie toe; Gebrek aan expertise m.b.t. conservatie en restauratie roerend erfgoed | 30 Slechte bewaringsomstandigheden (o.a. temperatuur, luchtvochtigheid, veiligheid); Gebrekkige infrastructuur m.b.t. opslag en presentatie; Ontbreken van een goed aankoop- en collectiebeleid m.b.t. particuliere collecties; Ontbreken van afstemming in het aankoop- en collectiebeleid; Geen apart beleidsplan m.b.t. bewaren en ontsluiten archeologische collecties; Versplintering van archieven en erfgoedcollecties Particuliere cultureel-erfgoedcollecties en archieven zijn doorheen de tijd versplinterd geraakt Versplintering van gemeentelijke archieven; 2.1.3. PUBLIEKSONTSLUITING De publieksontsluiting van erfgoedcollecties is onvoldoende en niet meer aangepast aan noden en behoeften van de tijd Middelen en expertise voor publieksontsluiting ontbreken bij verenigingen; Publiekstoegankelijkheid van erfgoedsites, monumenten, musea, kerkfabrieken met belangrijk collectie cultureel-erfgoed is eerder beperkt; Publiekswerking te weinig uitgebouwd door ontbrekende expertise; De publieksontsluiting is niet doelgroepgericht Doelgroepen zijn vaak slecht gekend; Aan erfgoedverenigingen wordt vaak een „oubollig‟ imago toegeschreven; Erfgoedverenigingen zijn conservatief in hun werking, wat vernieuwing en verjonging in de weg staat; Er is weinig tot geen voeling met allochtone bevolking en hun erfgoed; Gebrek aan een sociaal beleid binnen de erfgoedsector; Te weinig gebruik maken van externe „stakeholders‟ (bv. OCMW, dienstencentra, duurzaamheidsambtenaar,…); Te weinig aandacht voor nieuwe generatie erfgoedzorgers (gebrekkige kennis leefwereld en interesses); Erfgoededucatie ontbreekt of is onvoldoende uitgebouwd Weinig structurele inbedding van erfgoededucatie in het onderwijs; Over het erfgoedaanbod wordt te weinig aan de scholen gecommuniceerd; Samenwerking met scholen in het kader van erfgoededucatie loopt vaak mank door het gebrek aan financiële middelen, personeel en „knowhow‟; Ontwikkeling instrumenten erfgoededucatie vaak duur; Instrumenten erfgoededucatie vaak pedagogisch ongeschikt; 2.1.4. ONDERZOEK Beperkte aanwezigheid professionele actoren in de regio zorgt voor achterstand in onderzoek | 31 Wetenschappelijk onderzoek niet altijd volgens „regels van de kunst‟ (niet meer toepassen van recente methodieken); Geringe ontsluiting van wetenschappelijke gegevens; Geringe aanwezigheid van professionele krachten hebben beperkte aanwezigheid van expertise tot gevolg; Onderzoek te lokaal georiënteerd; Weinig generalistisch, vaak sterk specialistisch onderzoek gericht op één specifiek thema; Geen duurzame samenwerking met onderzoeksinstellingen (eilandenpolitiek); Geen expertisecentra of onderzoeksinstelling in de regio aanwezig (bv. immaterieel erfgoed, volkscultuur); 2.2. ZWAKTEN M.B.T. ORGANISATIE EN BELEID Zwakten in de organisatie en het beleid van de erfgoedinstellingen. Communicatie tussen diensten onderling vaak weinig afgestemd; Te kant en klaar erfgoedaanbod met weinig inspraak van het erfgoedveld; Gebrek aan infrastructuur en financiële middelen; Personeelstekort of -gebrek; Verschillende samenwerkingsverbanden met verschillend werkingsgebied; Zwakten in de organisatie en beleid van verenigingen Personeelstekort of -gebrek Publieksverenging bij vele verenigingen door organisatie van activiteiten voor eigen leden; Verstarring en gebrek aan vernieuwing binnen de erfgoedverenigingen; Verenigingen hebben weinig interactieve en vaak slecht onderhouden website; Te lokale en enge reflex bij veel erfgoedverenigingen met weinig onderlinge afstemming (bv. van basisfuncties); Onvoldoende uitgebouwd vrijwilligersbeleid Ontbreken van coördinatie van het vrijwilligerswerk; Ontbreken van een vrijwilligersvergoeding; Ontbreken van een vormingsaanbod voor vrijwilligers; Ontbreken van een goed recruteringssysteem van vrijwilligers; 3. KANSEN 3.1. KANSEN M.BT. VERVULLEN VAN DE BASISFUNCTIES Betere zorg voor de werking van de basisfuncties door de schaalvergroting (regionale aanpak) 3.1.1. INVENTARISATIE De provincie Oost-Vlaanderen voorziet tools voor collectieregistratie via het MovE-project | 32 De provincie Oost-Vlaanderen beschikt over museumconsulenten die het MovE-project (op basis van het registratieprogramma ADLib museum Plus) begeleiden. Als men een computer heeft die op internet is aangesloten en men bereid is de kennis en inhoud van zijn verzameling met het publiek en de collega's te delen, dan kan men gratis aansluiten bij MovE en gebruik maken van de provinciale server en van het programma Adlib. Men volgt dan een cursus en kan op een uniforme manier alle informatie invoeren, daarbij steunend op een 'thesaurus' of woorden- en begrippenlijst die de uitwisseling van informatie vergemakkelijkt. Men kan bij de gegevens ook foto's voegen. Dit alles (met uitzondering van gevoelige informatie) wordt via het internet voor iedereen toegankelijk gemaakt. Digitaal archief en digitale collectieregistratie Inspelen op de nieuwe digitaliseringsmogelijkheden; Coördinerende provinciale werking kan nuttige bouwstenen aanleveren voor de inventarisatie; Beroep doen op interesse, inzet en kennis van lokale vorsers om inventarisatiecampagne te starten; Samenwerking informaticadiensten en cultureel-erfgoedconvenant; 3.1.2. COLLECTIEBEHEER: Regionale depotwerking in de regio Alle musea en erfgoedcollecties kunnen in Oost-Vlaanderen een beroep doen op de kennis van de provinciale museumconsulenten en van de Provinciale Monumentenwacht Interieur (Roerend Erfgoed). Zij kunnen informatie geven over haalbare oplossingen of verwijzen naar de juiste specialisten of instellingen. Ze zijn ook bereid op termijn metingen te doen die kunnen bijdragen tot een betere omschrijving van de specifieke probleemstellingen. Het provinciebestuur neemt de taak op zich een regiefunctie uit te voeren voor een depotbeleid in OostVlaanderen. De mogelijkheid wordt momenteel onderzocht in welke mate lokale erfgoedcollecties in bepaalde omstandigheden een beroep kunnen doen op nooddepots (waterschade, brandschade, quarantaine ruimte en/ of transitdepot in afwachting van een goede bestemming). De museumconsulenten kunnen advies geven in verband met haalbare en aangepaste bewaaromstandigheden. Archeologische projecten in regio leveren grote collecties roerend erfgoed Verplicht archeologisch onderzoek bij infrastructuurprojecten leidt tot instroom van archeologische collecties met nieuwe uitdagingen naar bewaring en ontsluiting toe; Vernieuwde aandacht voor immaterieel erfgoed als kans voor betere inventarisatie en bewaring Groeiend aantal feestcomités; Groeiend besef instandhouding feesten en tradities; Grote ondersteuning vanuit het gemeentelijke beleid; 3.1.3. PUBLIEKSONTSLUITING Toeristische ontsluiting van het cultureel-erfgoed in de Schelderegio Toeristisch potentieel van de Schelderegio is groot en biedt kansen (samenwerking lokale diensten toerisme en Toerisme Scheldeland); | 33 Landschapsgebonden thema‟s zijn sterkste troef (schakel tussen erfgoed en toerisme); Intergemeentelijke instellingen bieden kansen tot regionale publieksontsluiting Intergemeentelijke samenwerking rond bv. trage wegen en ruiterpad biedt mogelijkheden tot ontsluiten (immaterieel) cultureel-erfgoed; Aanwezigheid groot aantal scholengemeenschappen in de regio biedt kansen m.b.t. erfgoededucatie Bepaalde erfgoedthema‟s winnen aan belang binnen het onderwijs, vooral diegene die een vakoverschrijdende invulling kunnen krijgen (bv. eetcultuur); Aanwezigheid belangrijke wijkwerking in vele gemeenten Geregeld wijkoverleg en de aanwezigheid van een netwerk aan buurtorganisaties binnen („historische‟) wijken kunnen zorgen voor een vervlechting van wijk- en cultureel erfgoedwerking; De huidige „boost‟ van allerlei wijkcomités kan een kans betekenen in de ontsluiting van het lokale erfgoed; Expertise van culturele instellingen m.b.t. de uitbouw van erfgoedprojecten (Museum in de Wijk, Volkstuinen,…); Groot aantal natuurgebieden en intensieve werking natuurverenigingen Natuurzorg en erfgoedzorg zijn vaak verweven en bieden mogelijkheden tot gezamenlijke sensibilisering; Instroom jonge gezinnen met kinderen in de regio Groot aantal jonge gezinnen met interesse voor cultureel erfgoed (o.a. project Krokuskriebels) Interactieve en creatieve benadering van het cultureel erfgoed Gezamenlijke regionale erfgoedthema‟s Bepaalde erfgoedthema‟s zijn belangrijk voor de streek en kunnen verbindend werken Grote hoeveelheid monumenten en historische landschappen Herbestemming van historische gebouwen kan oplossing vormen voor infrastructuurprobleem archieven en musea; Intense samenwerking tussen provincie en gemeenten m.b.t. het onroerend erfgoed (bv. Kasteel van Laarne, scheepswerven Baasrode) kan worden doorgetrokken m.b.t. doelstellingen rond immaterieel en roerend erfgoed; Aandacht voor ecologische thema‟s kan interesse wekken van jong publiek Projecten die de ecologische geschiedenis van de regio belichten kunnen een jonge en milieubewust publiek bereiken; Publieksbelangstelling gastronomie Interesse voor eetcultuur (streekgebonden specialiteiten en streekgerechten); Maximumfactuur van scholen zorgt voor een beperkte mobiliteit waar de regio kan op inspelen. | 34 Een dalende aantal schooluitstappen is merkbaar als gevolg van de invoering van de verplichte maximumfactuur in het onderwijs. Aangezien het busvervoer vaak financieel het zwaarste doorweegt, beperken de scholen hun uitstap tot de onmiddellijke omgeving. De uitdaging bestaat erin projecten op maat van scholen aan te bieden en met het erfgoedaanbod naar de scholen te gaan. Scholen bezoeken plaatselijke musea, wat toelaat de lokale verhalen naar voren te schuiven of een eigen didactisch programma uit te werken. Culturele omnivoren willen kant-en-klaar aanbod en zijn kritisch en ontrouw; Door een overaanbod in de vrijetijdssector is de publieksopkomst bij erfgoedprojecten vaak gering. Het brede publiek verwacht telkens nieuwe invalshoeken en prikkels. Het op het getouw zetten van polyvalente projecten kan ervoor zorgen dat een publiek wordt aangetrokken dat anders weinig tot niet met het cultureel erfgoed in aanraking komt. 3.1.4. ONDERZOEK Centrale ligging in Vlaanderen biedt mogelijkheid tot samenwerking met diverse onderzoeksinstellingen Samenwerking met universiteiten en andere cultureel-erfgoedconvenantlen; Aanwezigheid professionele musea en archiefinstellingen Erkende musea en archiefinstellingen dragen bij tot kennisoverdracht; Sterke en vernieuwde interesse in volksculturele thema‟s Grote interesse van lokale vorsers voor volkscultuur; Figuur 6 - kermis in Kalken – deelgemeente van Laarne in 1936 | 35 Stijgende interesse van een jong en breed publiek in het dagelijkse leven van vorige generaties; 3.2. KANSEN M.B.T. ORGANISATIE EN BELEID Cultureel-erfgoedconvenantenoverleg provincie Oost-Vlaanderen - Samenwerking: gezamenlijke projecten en initiatieven - Informatie-uitwisseling - Afstemming acties Vrijwilligerswerk wordt opnieuw populair Instroom van jonggepensioneerden in het verenigingsleven; Multi-inzetbare en vaak hoogopgeleide vrijwilligers; Erfgoedwerking als apart beleidsthema 4. BEDREIGINGEN 4.1. BEDREIGINGEN M.B.T. VERVULLEN VAN DE BASISFUNCTIES 4.1.1. INVENTARISATIE: Groeiende opslag van digitale bestanden maakt inventarisatieprobleem in de toekomst nog groter; Het aantal digitale bestanden dat dagelijks wordt opgeslagen is stilaan onoverzichtelijk. Er bestaat geen uniform systeem om digitale bestanden te archiveren. Nieuwe bedreigingen m.b.t. verlies digitale inventarisgegevens en archiefstukken Zowel inventarisgegevens van cultureel-erfgoedcollecties als digitale archiefstukken kunnen worden aangetast door computervirussen, waardoor ze onherroepelijk verloren kunnen gaan. Opslag van audiovisueel erfgoed is constante zorg door het verdwijnen van dragers, afspeeltechnieken, en dergelijke. Audiovisuele data dienen geregeld te worden overgezet op andere dragers om verlies te vermijden. 4.1.2. COLLECTIEBEHEER: Door stijgende ontwikkeling verdwijnt onroerend erfgoed als kader voor immaterieel en roerend erfgoed; Kerkelijke en gemeentelijke instanties willen besparen op de kosten voor hetonderhoud van leegstaande gebouwen en gaan over tot afstoting. Dit lijdt vaak tot het verdwijnen van het cultureel patrimonium. Gedegen middelen om over te gaan tot bescherming en ontsluiting van onroerend erfgoed (monumenten en landschappen) ontbreken vaak. Door stijgende ontwikkeling verdwijnt archeologisch patrimonium en daarmee ook toekomstige cultureelerfgoedcollecties; | 36 Hoewel archeologisch onderzoek vaak verplicht wordt bij grote onderzoekprojecten, leidt de privatisering van het archeologische onderzoek tot een versplintering van de archeologische collecties en onderzoeksgegevens. Dit zorgt voor een verlies aan toekomstige cultureel-erfgoedcollecties. De meldingsplicht is in dit opzicht onvoldoende gekend. Archeologische toevalsvondsten worden niet of te laat gemeld. Gewijzigde klimatologische omstandigheden stellen nieuwe bedreigingen m.b.t. behoud cultureelerfgoedcollecties; De opwarming van de aarde kan ook implicaties hebben m.b.t. de aanwezige erfgoedcollecties. Een warmer en vochtiger klimaat vereist aangepaste bewaaromstandigheden. De cultureel-erfgoedcollecties die momenteel onder onaangepaste omstandigheden worden bewaard, kunnen hieronder extra te lijden krijgen. Daarnaast dient rekening te worden gehouden met nieuwe (micro)organismen die voordien niet voorkwamen maar nu wel kunnen gedijen. Een regionaal depotbeleid dient richtlijnen te geven m.b.t. deze nieuwe uitdagingen. Groeiend individualisme leidt tot verdwijnen belangrijke particuliere verzamelingen; Door gebrek aan interesse in de ander komen interessante verzamelingen vaak niet tijdig aan het licht. Bij overlijden van de verzamelaar verdwijnt door onwetendheid van de nabestaanden de verzameling vaak mee. De recente evolutie waarbij museumcollecties samensmelten houdt ook het risico van een te sterke vereniging in. 4.1.3. PUBLLIEKSONTSLUITING Nieuwe digitale presentatietechnieken houden risico van oppervlakkige ontsluiting in; De digitale presentatie van cultureel-erfgoedcollecties is doel op zich geworden, mede ingegeven door de beeldcultuur waarin we leven. Dit kan leiden tot een vormelijk rijke maar inhoudelijk arme presentatie. Erfgoededucatie is te weinig structureel ingebed in het onderwijs Als gevolg van een loodzwaar schoolprogramma blijft er weinig ruimte over voor de eigen streekgeschiedenis. Dit leidt tot gebrekkige kennis en desinteresse van de leerlingen. De aandacht voor erfgoed in scholen is nog sterk afhankelijk van de interesse van een aantal individuele leerkrachten. Uitbuiting cultureel-erfgoed voor toeristische en commerciële doeleinden Toeristische projecten met een erfgoedinslag leggen meer de nadruk op het recreatieve aspect en hebben bij de publieksontsluiting van cultureel erfgoed een commercieel doel voor ogen. Dit leidt soms tot een oppervlakkige en wetenschappelijk onverantwoorde ontsluiting van het cultureel erfgoed. 4.1.4. ONDERZOEK Sterke specialisatie Een sterke specialisatie binnen het cultureel-erfgoedonderzoek leidt tot een verenging van het blikveld. Vele instituten hebben hun eigen onderzoeksthema‟s en daar wordt weinig tot niet van afgeweken. Bovendien leidt een doorgedreven specialisatie ook tot kennisverarming. | 37 Commercialisering van het onderzoek Het onderzoek is tegenwoordig vaak op commerciële leest geschoeid. Dit zorgt ervoor dat onderzoeksinstellingen de concurrentie dienen aan te gaan en zich voor hun expertise laten vergoeden. Erfgoedvrijwilligers hebben echter niet de nodige middelen om onderzoek te laten uitvoeren. 4.2. ORGANISATIE EN BELEID Vrijwillige engagement verandert of verdwijnt De toegenomen vrije tijd wordt anders ingevuld. Het vrijwillige engagement binnen een vereniging wordt als minder vanzelfsprekend ervaren. De vrijwillige inzet is eerder „ad hoc‟ en wisselend. Angst voor verandering op het lokale niveau kan tot verstarring leiden en erfgoedverenigingen nog meer op zichzelf doen terugplooien Er bestaat bij de erfgoedverenigingen soms „pleinvrees‟ om met de eigen werking naar buiten te treden en een breder publiek aan te spreken. Er wordt een lokaal draagvlak gecreëerd maar daar blijft het bij. Verdere verzelfstandiging van lokale overheden kan zorgen voor beperkte middelen voor erfgoed Indien lokale overheden van de Vlaamse overheid een forfaitair bedrag ontvangen voor hun werking en zelf instaan voor de verdeling over de verschillende beleidsdomeinen, kan dit een drastische vermindering van de middelen voor erfgoed betekenen. Erfgoed staat momenteel in vele gemeenten binnen de regio niet bovenaan op de agenda. Figuur 7 - de Wetterse carnavalvereniging „ D‟ Hoaringfretters‟ | 38 MISSIE Het Land van Dendermonde kenmerkt zich door eenheid in verscheidenheid. Dendermonde, Berlare, Wetteren, Buggenhout, Lebbeke, Wichelen, Laarne, Zele en Hamme hebben een rijke geschiedenis waarin zowel gemeenschappelijke als sterk individuele kenmerken terugkomen. Schelde, Durme en Dender vormen de verbindende factor: de geografische ligging aan grote rivieren bezorgt de gemeenten van het Land van Dendermonde een gemeenschappelijk ankerpunt. In het Land van Dendermonde wordt duidelijk dat geografie niet vrijblijvend is, dat het aanwezig cultureel erfgoed rechtstreeks wordt beïnvloed door het aanwezige water. Het cultureel-erfgoedconvenant Land van Dendermonde wil cultureel erfgoed en erfgoedzorg bovenaan de agenda plaatsen en dit door vernieuwende en inspirerende projecten op te zetten die een breed, divers en groeiend publiek aanspreken. Ze ondersteunt aanwezige vrijwilligersverenigingen en stimuleert de samenwerking van vrijwillige en professionele erfgoedactoren, samenwerking die de motor moet vormen van een dynamisch erfgoedbeleid. Samen met de aanwezige erfgoedpartners verkent het cultureelerfgoedconvenant Land van Dendermonde de rijke geschiedenis van de regio en haar erfgoedtroeven. Ze heeft hierbij zowel aandacht voor bekende en onbekende erfgoedverhalen, voor „groot‟ en „klein‟ erfgoed. De belangrijkste focus van het cultureel-erfgoedconvenant ligt op de rijke schat aan immaterieel erfgoed die in de regio besloten ligt. Het convenant zet volop in op de verbindende kracht van erfgoed, niet alleen binnen de eigen regio, maar ook door aansluiting te zoeken bij erfgoedgemeenschappen over de regionale grenzen. Niettegenstaande de grote verscheidenheid voelen de verschillende gemeenten ook een sterke samenhang, een band die eeuwenoud is en zich geuit heeft in de historische ontwikkeling en betekenis van de streek. Het is een samenhang die haar weerslag vindt in het aanwezige cultureel erfgoed. Niet toevallig wordt de identiteit van de regio opgehangen aan de bijzonder rijke traditie van volksfeesten, processies, ommegangen, kermissen, stoeten. Volksgebruiken met een christelijke achtergrond, maar evenzeer organisch gegroeid. Volksgebruiken waaraan de identiteit van de regio, van de deelnemende gemeenten, van lokale entiteiten wordt opgehangen. Het Ros Beiaard bv. is niet zomaar een stoet, het is een manier van leven voor de Dendermondenaar. Deze traditie is symptomatisch voor de centrale plaats die immaterieel erfgoed inneemt in de regio. De vele feesten, processies, stoeten en dergelijke zorgen voor de eigenheid van de regio. Een eigenheid ten opzichte van nabije steden en regio‟s, maar ook een link. De geschiedenis van buurten, gehuchten, families, dorpen en steden wordt ontsloten. Er worden verbindingen gelegd tussen thematische, geografische en chronologische elementen. Door de aandacht voor „klein‟ erfgoed wordt een groot draagvlak gecreëerd bij lokale erfgoedzorgers en bewoners. Erfgoed als verbindende factor is geen holle retoriek. Het cultureel erfgoedconvenant binnen het Land van Dendermonde wil bewoners attent maken op en betrekken bij hun eigen erfgoed en dat van anderen in hun wijk, dorp, buurt, regio,… Betrokkenheid is een sleutelwoord. Het is de beste garantie op een zorgvuldig behoud en beheer van het aanwezige erfgoed. VISIE De diversiteit van de regio uit zich op verschillende domeinen. Plattelandsgebieden wisselen af met sterk geürbaniseerde zones. Een dicht wegen- en spoorwegennet wordt doorkruist door talloze trage wegen. | 39 Industrie en landbouw vloeien in elkaar over. Nieuwe en oude industrie wisselen elkaar af. Gebieden met honkvaste regiobewoners liggen naast verkavelingwijken met nieuwe inwijkelingen… Een erfgoedbeleid in het Land van Dendermonde staat niet op zich, maar zoekt naar raakpunten met omliggende erfgoedregio‟s. Ook in Aalst, het Waasland, Gent,… zijn er feesten, reuzen, ommegangen, of carnavalstoeten waarmee er zowel gelijkenissen als verschillen zijn. Het cultureel-erfgoedconvenant Land van Dendermonde moet staan voor een erfgoedbeleid dat durft over de eigen grenzen heen te kijken, een erfgoedbeleid dat een brug slaat en dat actief op zoek gaat naar samenwerkingsverbanden. Dat moet zowel voor een inhoudelijke als een organisatorische verrijking zorgen. Het Land van Dendermonde kent tal van vrijwilligersverenigingen en personen (erfgoedgemeenschappen) die zich met hart en ziel wijden aan behoud, beheer en ontsluiting van materieel en immaterieel erfgoed. Deze sterk uitgebouwde vrijwilligerswerking moet de ruggengraat vormen van het erfgoedbeleid. Een verdeskundiging met positieve impact op de erfgoedwerking zet zich pas recent door. Ook hier kan samenwerking met professionele en gevestigde erfgoedspelers in nabije regio‟s een impuls betekenen. Voorliggend beleidsplan is het resultaat van intens overleg met deze actoren. Het vormt de neerslag van de wensen en verwachtingen van de aanwezige erfgoedgemeenschappen. Een cultureel erfgoedconvenant moet de aanwezige actoren verder activeren, stimuleren en ondersteunen. De lokale cultureel-erfgoedactoren worden financieel, logistiek en qua personeel ondersteund. Er moet worden ingespeeld op de noden en kwaliteiten van de huidige erfgoedgemeenschappen, van de talrijke vrijwilligers en van de professionele en niet-professionele erfgoedactoren. Deze moeten actief bij de werking worden betrokken. Een cultureel-erfgoedconvenant kan niet boven de hoofden van de huidige erfgoedgemeenschap zweven, maar vormt wel een onmiskenbare schakel om het aanwezige erfgoedpotentieel maximaal te benutten. De cultureel-erfgoedconvenant als makelaar. Het cultureel-erfgoedconvenant stimuleert samenwerkingsverbanden en kruisbestuivingen. Erfgoedgemeenschappen moeten in de toekomst kunnen terugvallen op elkaars deskundigheid en op expertise van buitenaf. Professionalisering wordt niet opgelegd, maar de bouwstenen tot een professionele erfgoedwerking worden aangereikt. Het gebrek aan grote, professionele erfgoedspelers moet net één van de troeven worden van het erfgoedbeleid in het Land van Dendermonde. Het laat ruimte om de „kleine‟ verhalen, herinneringen, relicten,…, die nog onontgonnen zijn, bloot te leggen. Het convenant heeft aandacht voor deze immateriële vormen van erfgoed. Erfgoed dat vaak onder de radar verdwijnt, wordt in de schijnwerpers geplaatst. Dit laat ruimte voor dynamiek, verscheidenheid, experiment,… Betrokkenheid kan ontstaan door een sterke focus op publiekswerking en communicatie. Een groot en breed publiek moet kunnen participeren aan het erfgoed. Een sterke basiswerking en erfgoedzorg moet resulteren in zichtbare projecten. Interactie met het publiek is cruciaal. Het draagvlak voor cultureel erfgoed wordt hierdoor vergroot, zowel bij de eigen inwoners als bij de beleidsmakers. Het convenant zorgt ervoor dat het aanwezige erfgoed kan ontdekt worden. Doelgroepgerichte werking en communicatie – in het bijzonder naar senioren en jongeren - is hierbij cruciaal. Publiekswerking en een goede communicatie kunnen erfgoed tot een spil binnen het regionale en lokale (culturele) beleid maken. Het is de bijzondere opdracht van een convenant om cultureel erfgoed ook op de politieke agenda te plaatsen. Op deze manier wordt de opmerkzaamheid voor het aanwezige cultureel erfgoed ook bewerkstelligd. | 40 Een erfgoedbeleid in het Land van Dendermonde heeft de intentie om een sterk erfgoednetwerk op te bouwen. Daarbinnen is er aandacht voor diverse vormen van erfgoed, maar met een bijzondere belangstelling voor immaterieel erfgoed. Een erfgoedbeleid stopt niet aan de grenzen van de regio, er wordt over het muurtje gekeken en aansluiting gezocht bij spelers die reeds deskundigheid en expertise hebben ontwikkeld op bepaalde domeinen. Het Land van Dendermonde maakt actief gebruik van de aanwezigheid van nabijgelegen cultureel-erfgoedconvenanten en andere professionele erfgoedactoren. De sterkte van een cultureel-erfgoedconvenant ligt in het creatief omgaan met de basisfuncties en in het betrekken van het volledige netwerk bij het vervullen van de basiswerking. Een goed collectiebeheer en doorgedreven registratie van het immateriële erfgoed vormt de humuslaag voor een betere publiekswerking en het creëren van een wijd draagvlak. Figuur 8 - den beer uit, een jaarlijkse traditie in Wichelen | 41 DOELSTELLINGEN 1. DOELSTELLINGEN M.B.T. BASISFUNCTIES 1.1. VASTLEGGEN VAN HET CULTURELE ERFGOEDPOTENTIEEL (INVENTARISATIE) 1.1.1. STRATEGISCH NIVEAU Het cultureel erfgoedconvenant inventariseert en evalueert de aanwezige collecties cultureel erfgoed en archieven, spoort particuliere collecties cultureel-erfgoed en archieven op en stimuleert de inventarisatie. De sterke knowhow in de regio wordt maximaal benut om de vrijwilligers deskundiger te maken. De professionele actoren sensibiliseren erfgoedverenigingen deel te nemen aan het MovE-project van de provincie Oost-Vlaanderen. Het convenant werkt standaarden uit en implementeert een uniform systeem. De streek is rijk aan cultureel-erfgoedcollecties. Hoewel in de erfgoedregio actoren actief zijn die een professioneel collectiebeleid voeren, blijven heel wat collecties gebrekkig geïnventariseerd en ontsloten. Een belangrijk aandeel van het cultureel erfgoed bevindt zich immers in particuliere collecties. Samen met de provincie Oost-Vlaanderen wil het cultureel-erfgoedconvenant de verschillende actoren in het veld sensibiliseren en stimuleren de collecties te inventariseren en digitaal te ontsluiten. De aanwezige expertise van verschillende musea in de regio kan hierbij ondersteunend werken. In een eerste beleidsperiode van het convenant wordt de nadruk gelegd op een intensieve inventarisatie van het nog aanwezige immateriële erfgoed binnen de regio. Een overzicht van bestaande verhalen, tradities en gebruiken in de regio ontbreekt immers volledig. Het cultureel-erfgoedconvenant zal hiertoe de nodige expertise opbouwen en betrekt specialisten in de inventarisatie en ontsluiting van deze rijke erfenis. Hierbij sluit het cultureel-erfgoedconvenant in haar acties aan bij bestaande initiatieven of zet samen met hen gespecialiseerde projecten op. Het convenant werkt samen met tal van professionele organisaties bij de opzet en uitvoering van inventarisatieprojecten, alsook bij het voeren van sensibilisatiecampagnes rond een beter inventarisatiebeleid. Hoewel in het verleden heel wat archieven verloren zijn gegaan ( o.a. het integrale stadsarchief van Dendermonde door brand tijdens de Eerste Wereldoorlog) zijn nog voldoende archiefstukken in privébezit. In de regio zijn twee professionele archiefdiensten actief die samen met het cultureel-erfgoedconvenant het voortouw kunnen nemen in een inventarisatiecampagne. De precaire opdracht van het convenant bestaat in het lokaliseren van nog bestaande archieven en het vermijden van definitief verlies (door sterfte eigenaar enz.) De ontsluiting van de talrijke kerkarchieven hoort hierbij zeker ook tot één van de uitdagingen. Het groot aantal verzamelaars van prentbriefkaarten, foto’s en ander beeldmateriaal in de regio dient te worden aangesproken om de particuliere beeldcollecties te inventariseren en via een beeldbank digitaal | 42 te ontsluiten. Het Historisch Documentatiecentrum in Dendermonde bezit hierin al een jarenlange expertise en kan samen met het convenant acties opzetten. De cultureel-erfgoedactoren in de regio zijn overtuigd van een goede inventarisatie van hun collectie maar hanteren vaak nog hun eigen inventarisatiesystemen. Deze systemen zijn opgezet naar de eigen logica van de verzamelaar en daarom onbruikbaar voor anderen. Ze voldoen niet aan internationaal aanvaarde standaarden. Bovendien kampen de meeste verenigingen met een groeiende achterstand omwille van het ontbreken van een goed afstotingsbeleid of de arbeidsintensiviteit van de gehanteerde methodiek. Hoewel stilaan iedereen overtuigd is van het belang van een gedigitaliseerde collectie, zijn er nog grote verschillen in aanpak. Samen met de provincie Oost-Vlaanderen werkt het convenant standaarden uit voor de inventarisatie van het cultureel erfgoed in de regio. De convenant stimuleert de digitalisering van cultureel erfgoed om het onderzoek en publieksontsluiting te vergemakkelijken. De regionale cultureel-erfgoedconvenant zal informeren over het MovE-project en de erfgoedorganisaties mee begeleiden bij de inventarisatie. 1.1.2. OPERATIONEEL NIVEAU Samen met de provincie lokaliseert het convenant het aanwezige culturele erfgoed en brengt dit in kaart. Het convenant inventariseert het aanwezige immateriële erfgoed en ontwikkelt hiervoor de nodige „tools‟. Het cultureel-erfgoedconvenant stimuleert en coördineert het verzamelen en registreren van mondelinge getuigenissen en verhalen. Het convenant zoekt aansluiting bij bestaande initiatieven van Volkskunde Vlaanderen (Vlaanderen verzamelt, inventarisatieprojecten), Heemkunde Vlaanderen, Archiefbank, Faro of erfgoedbibliotheken. Via een expertisenetwerk wordt de sterke knowhow van professionele actoren gedistribueerd naar de erfgoedvrijwilligers. Het convenant spoort archieven op en inventariseert deze op professionele wijze in samenwerking met de archiefdiensten. Het convenant spoort verzamelaars van beeldmateriaal over de regio op en begeleidt hen bij het inventariseren en digitaal ontsluiten van hun collectie. Evaluatie van de verschillende registratiesystemen en blootleggen van de pijnpunten. Nieuwe systemen in het gegevensbeheer worden in overleg met het erfgoedveld geëvalueerd, overgenomen en eigen gemaakt. Implementatie uniform systeem i.s.m. provincie (i.c. MovE-project). Logistieke en financiële ondersteuning bij inventarisatie van particuliere verzamelingen en collecties van erfgoedverenigingen. Vorming en adviesverstrekking rond registratietechnieken- en systemen in samenwerking met de provincie Oost-Vlaanderen en regionale vormingsinstellingen. Aanbieden van toolkit (handleiding, goede voorbeelden, etc.). Informatie over historische feiten en/ of levensomstandigheden in het verleden, die slechts aanwezig is in de hoofden van getuigen, dient dringend te worden geregistreerd (bv. interviews Tweede Wereldoorlog, volksgebruiken, dialecten,…). | 43 1.1.3. MOGELIJKE ACTIES Aanleg databank volksverhalen en opmaak verspreidingskaart (met aandacht varianten); Inventarisatiecampagne regionale feesten, tradities en gebruiken (feestdatabank; aansluiting project Volkskunde Vlaanderen) Inventarisatie bijnamen; Creatie fora voor feestcomités en organisaties betrokken bij de instandhouding van tradities, gebruiken, volkssporten; Aanleg dynamisch bevolkingsregister voor reuzen in de streek (aansluiting project Volkskunde Vlaanderen); Inventarisatie streekgerechten en verspreidingskaart; Inventarisatie bestaande ambachten; Verzamelen recepten van streekgerechten en streekgebonden specialiteiten; Oprichting regionale beeldbank; Organisatie kookwedstrijden streekgerechten en streekgebonden specialiteiten; Stimuleren publicatie catalogi cultureelerfgoecollecties Opstart digitaal krantenarchief; Inventarisatie en ontsluiting kerkarchieven; Ontwikkeling en aanreiken tools voor inventarisatie privéarchieven; Vorming rond registratie van immaterieel erfgoed wordt voorzien (bv. Figuur 9 - de Wetterse reuzen zijn de oudste van het land interviewtechnieken, opnametechnieken; digitale opname, archivering en ontsluiting); Vorming rond auteursrechten; Aanspreekpunt voor inventarisatie projecten (eerstelijnshulp); Logistieke en financiële ondersteuning (subsidies); Opzetten van eigen regionale inventarisatieprojecten; | 44 1.2. UITBOUW VAN EEN REGIONAAL COLLECTIEBELEID (COLLECTIEBEHEER) 1.2.1. STRATEGISCH NIVEAU Het cultureel-erfgoedconvenant biedt de nodige expertise en instrumenten voor de ontwikkeling van een gedegen collectiebeleid, afgestemd op de behoeften van de regio. Een goede inventarisatie van de collectie hangt samen met een goed depotbeheer. Niet alleen particuliere verzamelaars maar ook professionele bewaarinstellingen kampen met depotproblemen en personeelsgebrek. De bewaringsomstandigheden in vele depots zijn ongeschikt. Vaak ontbreekt kennis en ervaring bij het aanwezige personeel of particuliere verzamelaars om kwetsbaar cultureel erfgoed voor toekomstige generaties te behouden (o.a. fragiele archeologische verzamelingen). Via specifieke sensibiliseringsacties en vormingsmomenten wil het convenant i.s.m. professionele organisaties de bewaring van de bestaande collecties verbeteren. Het convenant ondersteunt de provincie Oost-Vlaanderen bij de implementatie van een gedegen depotbeleid in de regio en zoekt actief en in samenwerking met de provincie naar middelen voor de dringende restauratie van belangrijke collectiestukken. Op gemeentelijk vlak dient er doelgericht te worden verzameld. Daarnaast dient er op regionaal vlak een goede coördinatie van het collectiebeleid te gebeuren. In functie van specifieke behoeften en onderzoeksthema’s kan de collectievorming worden bijgestuurd; Aansluitend op het bepalen van het erfgoedpotentieel in de regio, zal het cultureel-erfgoedconvenant het collectiebeheer onder de loep nemen en samen met de cultureel-erfgoedactoren een gedegen collectiebeleid ontwikkelen. Het regionale perspectief is hierbij van belang. Hierbij speelt bijvoorbeeld een goed afstotingsbeleid een cruciale rol, maar evengoed de mobiliteit van bepaalde collectiestukken. Samen met de verschillende collectiebeheerders kan een visietekst voor collecties van regionaal belang worden opgesteld. Bijzondere aandacht zal uitgaan naar de digitale inventarisatie en publieksontsluiting van regionale collecties. Net zoals cultureel-erfgoedcollecties worden archieven vaak volgens eigen systemen geïnventariseerd. De noodzaak tot het aanleggen van een goed archief wordt bovendien niet steeds onderkend. Vele verenigingen beschikken ondanks hun lange bestaan nog altijd niet over een raadpleegbaar archief. Hierdoor gaat elke dag belangrijke informatie verloren. Het zorgvuldig bewaren van correspondentie, ledenlijsten, verslagen, … dient dan ook te worden gestimuleerd. Bestaande culturele archieven dienen volgens een uniform systeem te worden geïnventariseerd en te worden ontsloten. Professionele archiefinstellingen creëren samen met de erfgoedvrijwilligers optimale bewaaromstandigheden voor privéarchieven, zonder deze noodzakelijk zelf in bewaring te willen nemen. 1.2.2. OPERATIONEEL NIVEAU Erfgoedverenigingen worden aangemoedigd de eigen collectie roerend erfgoed onder de loep te nemen en een individueel collectiebeleid te ontwikkelen. | 45 Sensibiliseringsacties rond afstoting van collectiestukken worden opgezet. Een regionale visie op het behoud en beheer van collecties cultureel erfgoed wordt opgesteld. Expertise wordt gedeeld via het expertisenetwerk van provincie Oost-Vlaanderen en cultureelerfgoedconvenanten. Via deze overlegstructuur worden acties binnen de eigen regio en provincie afgestemd op die van andere erfgoedregio‟s en provincies. Het convenant informeert de erfgoedinstellingen en erfgoedverenigingen over een gedegen collectiebeleid en ontwikkelt hieromtrent een visie voor de regio. Het cultureel-erfgoedconvenant zet verenigingen ertoe aan een toegankelijk archief aan te leggen. Het cultureel-erfgoedconvenant ondersteunt archivering op logistieke en financiële wijze, verstrekt advies, levert de nodige informatie en reikt de gepaste instrumenten aan. Het cultureel-erfgoedconvenant werkt intensief samen met Archiefbank Vlaanderen en Heemkunde Vlaanderen 1.2.3. MOGELIJKE ACTIES Diverse fora worden voorzien waarbij informatie over de verschillende collecties kan worden gedeeld (bv. discussiefora op internet); Erfgoedverenigingen kunnen in de regio beroep doen op de aanwezige expertise rond collectievorming, afstotingsbeleid, … via vormingsinitiatieven, demonstraties, gerichte publicaties; Ontwikkelingen binnen het professionele veld worden op verstaanbare wijze vertaald en teruggekoppeld naar het brede erfgoedveld; Logistieke ondersteuning in het collectiebeheer wordt aan erfgoedvrijwilligers aangeboden door de professionele instellingen in de regio (dit dient overeen te stemmen met hun eigen collectiebeleid); Verschillende beleidsvisies worden op elkaar afgestemd, wat dient uit te monden in een gezamenlijke beleidnota omtrent het beheer van roerend erfgoed; Voorzien in de technische „knowhow „en ondersteuning bij projecten rond de registratie en ontsluiting van immaterieel (mondeling) erfgoed; Mobiliteit van collectiestukken wordt verhoogd (uitwisseling van roerend erfgoed); Bestaande depotinfrastructuur wordt geïnventariseerd en geëvalueerd; Samenvoegen na selectie van bestaande collecties binnen de regio (bv. volkskundige collecties, „ruilbeurs‟ tussen instellingen en verenigingen, …); Inrichting vorming rond depotbeheer; Oprichting van een expertisenetwerk rond depotbeheer; Ondersteuning in het beheer en de ontsluiting van archeologische collecties; Aansluiten overlegstructuur cultureel-erfgoedconvenanten en provincie Oost-Vlaanderen Bewuste archivering wordt bij verenigingen gestimuleerd via sensibilisering (lezingen, vorming, folder, …); Belangrijke archieven van verenigingen worden ondergebracht bij archiefinstellingen van de gemeente, zodat ze onder goede omstandigheden worden bewaard en publiek consulteerbaar zijn; Digitale archiveringsmethoden- en technieken worden via vorming bijgebracht; Gemeenten hanteren goede archivering bij verenigingen als subsidiecriterium; | 46 Acties m.b.t. de ontsluiting van het archief van verenigingen worden vanuit de basis gestimuleerd en projecten hieromtrent worden opgestart (bv. expositie archieven toneelverenigingen of sportverenigingen in de streek); Publieksontsluiting van verenigingsarchieven via publicaties (artikels, fotoboeken, ...) wordt gestimuleerd en gesubsidieerd; Aanwezige expertise en kennis m.b.t. archivering wordt via archivarissen en archiefmedewerkers gedeeld met het brede erfgoedveld; Een afzonderlijke regionale werkgroep archieven wordt in het leven geroepen en ondersteund door professionele actoren in het veld; 1.3. IMPLEMENTATIE NIEUWE COMMUNICATIEVORMEN EN STRATEGIEËN (PUBLIEKSONTSLUITING) 1.3.1. STRATEGISCH NIVEAU Het lokaal roerend en immaterieel cultureel erfgoed wordt op verantwoorde, wetenschappelijke, moderne en toegankelijke manier ontsloten voor een breed en regionaal .publiek. Ondanks lokale verschillen voelen de samenwerkende gemeenten een sterke band die wordt ingegeven door gemeenschappelijke kenmerken in de volkscultuur en de immateriële cultuur van tradities en gebruiken. Het rivierlandschap heeft de regionale cultuur bepaald. De grote rivieren Dender en Schelde hebben in het verleden eerder een verbindend dan begrenzend effect gehad. Hoewel er een vaag idee van een gedeeld verleden bestaat, wordt dit door de huidige generatie niet meer als gemeenschappelijke identiteit ervaren. Het aanwezige cultureel erfgoed wordt op zich niet direct meer met de eigen culturele achtergrond verbonden. Er is dan ook nood aan de creatie van een breed, regionaal draagvlak voor cultureel erfgoed. In de huidige geïnformatiseerde wereld kan dit alleen door gebruik te maken van hedendaagse presentatietechnieken, nieuwe communicatiemiddelen en het inspelen op actuele tendensen. Dit vereist een planmatige en professionele aanpak waarbij resoluut voor innoverende instrumenten en methoden wordt gekozen. Bij een laagdrempelige aanpak dient kwaliteit steeds te worden gegarandeerd. De aandacht mag niet van het erfgoedaspect worden afgeleid. 1.3.1.1. OPERATIONEEL NIVEAU: DOELGROEPGERICHTE ONTSLUITING Het cultureel-erfgoedconvenant werkt aan een doelgroepgerichte ontsluiting van het cultureel erfgoed met aandacht voor de verschillende bevolkingsgroepen en (erfgoed)gemeenschappen in de samenleving. De complexe maatschappelijke structuur van vandaag verreist een gediversifieerde aanpak bij de presentatie van het cultureel erfgoed. Hierbij dient een doelgroepenwerking ervoor te zorgen dat het cultureel erfgoed voor iedere regiobewoner toegankelijk wordt. Het cultureel-erfgoedconvenant wil sociale drempels tot deelname aan erfgoedactiviteiten wegwerken. Dit kan alleen door een gediversifieerd aanbod dat is aangepast aan een specifiek doelpubliek. Een financiële tegemoetkoming | 47 bij deelname aan projecten kan worden voorzien door aansluiting bij lokale netwerken (o.a. Hamme, Wetteren) of ontwikkeling van specifieke instrumenten om de participatie aan erfgoedinitiatieven te verhogen. Een gerichte communicatie bereikt alleen het beoogde effect als het doelpubliek voldoende is gekend. Het cultureel-erfgoedconvenant zal dan ook bruggen slaan naar andere sectoren om gebruik te maken van hun expertise. Het cultureel-erfgoedconvenant wil haar pijlen richten op jonge gezinnen, scholieren en allochtone gemeenschappen. Figuur 10 - jubelfeesten ter ere van OLV van lebbeke – 1908 1.3.1.1.1. MOGELIJKE ACTIES Het convenant stelt aantoonbare aandacht voor culturele diversiteit als één van de subsidiecriteria. Prioritaire doelgroepen worden in kaart gebracht en geanalyseerd in overleg met de betrokkenen, ervaringsdeskundigen, betrokken sectoren of diensten; Bestaande overlegstructuren worden voor de opzet van samenwerkingsprojecten optimaal benut; Lokale overlegstructuren worden regionaal georiënteerd; Uitwisseling van bevindingen tussen verschillende gemeenten m.b.t. overlegstructuren om bepaalde doelgroepen te bereiken; Nieuwe netwerken m.b.t. bepaalde doelgroepen worden opgebouwd; Mogelijke aansluiting bij het doelgroepenbeleid van andere diensten en sectoren wordt gezocht; Ontwikkelen combiformules; | 48 Toenadering zoeken tot de jongerencultuur via jeugddiensten, jeugdhuizen, muziekcentra,… en link leggen met erfgoed (bv. ontstaan en attestatie bepaalde subculturen, concerten, ... in de regio). Minder evidente partners worden benaderd m.b.t. ontsluiting lokaal cultureel erfgoed (bv. natuurverenigingen, middenveldorganisaties, kunstenaarsbewegingen, migrantenverenigingen, kookclubs, muziekclubs,…); Bundelen van aanbod voor kinderen en jongeren in gerichte communicatie (bv. klassendag, schoolbrochure, …) hieromtrent verder stimuleren; Erfgoedtrajecten per leeftijdscategorie (bv. jaarprogramma van erfgoedactiviteiten per schoolgraad); Gidsenopleidingen voor scholieren (eventueel formules waarbij de leerling de eigen klas gidst); Wegwerken van mogelijk financiële drempels tot participatie via systeem van toegangspas of cheques (in overleg met betrokken instanties en doelgroep en afgestemd op bestaande systemen); Samenwerkingsprojecten met lokale OCMW‟s en regionale CAW in ontsluiting cultureel-erfgoed voor specifieke doelgroep kansarmen; Verhogen mobiliteit van publiek voor erfgoedinitiatieven door uitbreiding „Verrekijkerbon‟ (Cultuurdijk); 1.3.1.2. OPERATIONEEL NIVEAU: INTERCULTURALITEIT Het cultureel-erfgoedconvenant trekt resoluut de kaart van „interculturaliteit‟ en legt interessante en creatieve verbindingen tussen de autochtone en allochtone erfgoedgemeenschappen (o.a. migratiegeschiedenis). De provinciale koepel Diversiteit wordt hierbij betrokken De aandacht voor verschillende culturen uit zich in projecten die de nadruk leggen op zowel gelijkenissen als verschillen in de omgang met het cultureel erfgoed. Daarnaast is er aandacht voor vormen van culturele kruisbestuiving tussen de verschillende erfgoedgemeenschappen. Erfgoedprojecten die bruggen slaan tussen de verschillende erfgoedgemeenschappen worden door het cultureel-erfgoedconvenant extra gestimuleerd en ondersteund. 1.3.1.2.1. MOGELIJKE ACTIES Expositie van gebruiksvoorwerpen verschillende erfgoedgemeenschappen „in confrontatie‟; Mondelinge tradities van de autochtone en allochtone erfgoedgemeenschap „in dialoog‟ gebracht; Optekenen verhalen over migratie vroeger en nu (reconstructie migratiegeschiedenis van de streek); Project „Eigen Roots Verstrengeld‟ of project „Leentje Buur‟: erfgoedprojecten gaan op zoek naar dei nvulling van ruim verspreide erfgoedtradities door verschillende culturen in de regio met aandacht voor onderling wisselwerking (bv. Sinterklaasfeest); Koken en gastronomie als brug tussen verschillende culturen (multicultureel receptenboek, exotische bereidingswijze van een streekgerecht, …) via samenwerking „Academie Streekgebonden Gastronomie‟ Visie op erfgoed vanuit verschillende culturen, een antropologisch onderzoek (Hoe staan lokale gemeenschappen tegenover het erfgoed van henzelf en anderen? 1.3.1.3. OPERATIONEEL NIVEAU: MINDER VOOR DE HAND LIGGENDE STAKEHOLDERS Erfgoedorganisaties worden uitgenodigd initiatieven op het getouw te zetten in samenspraak met minder voor de handliggende stakeholders (bv. gevangenis, psychiatrisch verzorgingstehuis, kleuters, verzorgingstehuis mindervalide personen, senioren, …). | 49 1.3.1.3.1. MOGELIJKE ACTIES Sociaal georiënteerde erfgoedprojecten (bv. het leven zoals het is en was in de zorginstelling, gevangenis, … ); Samenwerking met gevangenis van Dendermonde m.b.t. erfgoedprojecten (als alternatieve locatie of projecten door gevangenen); Projecten op kleutermaat (bv. aangepaste knutselateliers); 1.3.2. STRATEGISCH NIVEAU Erfgoededucatie (rond immaterieel erfgoed) vormt een prioritaire doelstelling voor het cultureel erfgoedconvenant. De nadruk bij de ontsluiting van het lokaal cultureel roerend en immaterieel erfgoed wordt sterk gelegd op erfgoededucatie, zodat de interesse van toekomstige erfgoedbewaarders wordt aangewakkerd. Al sinds geruime tijd kennen de Stedelijke Musea van Dendermonde een uitstekende educatieve werking die als model kan dienen. Het cultureel-erfgoedconvenant speelt een intermediaire rol in de erfgoededucatie en gaat diverse partnerschappen aan. Inhoudelijk zal de keuze liggen bij een actieve benadering (praktijkervaring, doe-aanbod) en minder op een receptieve benadering. Het regionale cultureelerfgoedconvenant voorziet de nodige financiële middelen voor gepaste presentatie via exposities, publicaties, … en zet op actieve wijze aan tot de uitwerking van educatieve deelprojecten. In haar educatieve werking stemt het cultureel-erfgoedconvenant af met de provincie Oost-Vlaanderen, het steunpunt FARO, Volkskunde Vlaanderen en Heemkunde Vlaanderen. 1.3.2.1. MOGELIJKE ACTIES Proactieve benadering van de scholen via bestaande instrumenten en fora (bv. schoolbrochure met jaarlijks cultureel aanbod, kinderkrant, overlegstructuren, etc.) en te creëren nieuwe vormen (bv. lokaal aanspreekpunt cultureel erfgoed voor leerkrachten); Benadering van het lokaal cultureel erfgoed vanuit een andere invalshoek (bv. project rond dialecten in het kader van het vak Nederlands of een wiskundig geïnspireerde rondleiding door de stad in het kader van het vak wiskunde); Afstemming initiatieven m.b.t. erfgoededucatie van de verschillende diensten en instellingen (musea, bibliotheken, cultuurcentra, enz.) op lokaal en regionaal vlak; Systeem van „cultuurgangmakers‟ en „cultuurambassadeurs‟ implementeren voor erfgoed door het geven van een stimulans (bv. gratis deelname activiteiten); Focussen op een actieve benadering, eerder dan een receptieve benadering (praktijkervaring, doeaanbod): Op bezoek bij de reuzenbouwer, smid, klompenmaker,… Eigen recept samenstellen met traditionele ingrediënten Volkssporten op kleutermaat Verhalentochten Klompenwandeling | 50 Ontwikkeling specifieke lespakketten in overleg met onderwijzend personeel (cultureel erfgoedconvenant heeft kennis over erfgoedthema en onderwijzers hebben pedagogische bekwaamheid) die aansluiten op leerplannen, leerdoelstellingen en eindtermen; Samenwerking met niet-reguliere onderwijsinstellingen (deeltijds kunstonderwijs, Vormingplus) om op deze manier een extra draagvlak voor het lokaal cultureel erfgoed te creëren; Samenwerking met lerarenopleidingen hoger onderwijs, pedagogische begeleidingsdiensten,…; Erfgoedklassen (vgl. traditionele bos- en zeeklassen); Subsidies voor ontwikkeling van specifieke educatieve pakketten; exploratiecheques voor scholen; Regionale cultureel-erfgoedconvenant als „Erfgoedhuis‟ (cfr. Nederland) met een doorgedreven ontwikkeling, evaluatie en bijsturing van het educatief aanbod; Themakeuze bij erfgoedprojecten aangepast aan jonge doelgroep (bv. „sexy‟ thema‟s: modegeschiedenis, dagelijkse leven in „sixties‟ en „seventies‟, buurtcinema‟s, haarstijlen, muziek,…); Intensieve samenwerking met Vorming Plus regio Waas en Dender, Leerpunt, … 1.3.2.2. OPERATIONELE DOELSTELLINGEN (DOELGROEPENWERKING) Het cultureel-erfgoedconvenant heeft oog voor de nieuwe media en zet voor het bereiken van jongeren hier maximaal op in. Informatie over het cultureel erfgoed via traditionele communicatievormen bereikt vaak de jonge doelgroep van ‘digital natives’ niet. Nieuwe communicatievormen en -strategieën zijn noodzakelijk om de interesse van jongeren te wekken. Erfgoedverenigingen die kiezen voor nieuwe communicatiemiddelen worden hierin gesteund door het cultureel-erfgoedconvenant. Aantrekkelijkere en interactieve exposities dienen alle zintuigen van de jonge bezoekers te prikkelen. Bij erfgoededucatieve projecten worden nieuwe communicatiemiddelen maximaal ingezet. Erfgoedorganisaties worden uitgenodigd initiatieven op het getouw te zetten in samenspraak met minder voor de handliggende stakeholders (bv. gevangenis, psychiatrisch verzorgingstehuis, kleuters, verzorgingstehuis mindervalide personen, senioren, …). 1.3.2.2.1. MOGELIJKE ACTIES Interactieve website; Inspelen op sociale netwerkgroepen (bv. Facebook, Twitter, …); Ontwikkeling blog met aandacht regionaal cultureel-erfgoed; Ontwikkeling startpagina erfgoed(verenigingen) in de regio; Brede en laagdrempelige benadering via alternatieve media (film, strip,computergames); Introductie nieuwe digitale presentatietechnieken (interactieve tentoonstellingen) in de ontsluiting van collecties en uitbouw van een regionale stuurgroep „digitale presentatie‟ Klas technisch onderwijs levert 3D-reconstructies historische sites/ cultureel-erfgoed tijdens lessen „vectoriaal tekenen‟; Ontwikkeling computergame rond erfgoedthema (met in de hoofdrol bv. volksfiguur); Film of strip rond erfgoedthema‟s; | 51 Projecten i.s.m. jongeren, jeugddiensten/ jeugdhuizen (bv. fuif bij opening van erfgoedtentoonstelling of gekostumeerd bal); Alternatieve locatiekeuze erfgoedinitiatieven (erfgoed komt naar jongeren toe i.p.v. vice versa); Aanknopen bij brede-schoolproject; Zoeken naar partners die de drempel kunnen verlagen: buurtcinema‟s, jongerencafés, …; Zoeken naar unieke en attractieve locaties; (Amateur)theater koppelen aan ontsluiting mondelinge tradities (bv. jonge toneelgezelschappen brengen volksverhalen uit de streek); Nieuwe interesse folk (Folkfestival M‟Eire Morough Dendermonde) en traditionele muziek inzetten om eigen muzikale traditie en oude instrumenten te laten ontdekken; Sociaal georiënteerde erfgoedprojecten (bv. „Het leven zoals het is en was in de zorginstelling‟, gevangenis, … ); Samenwerking met gevangenis van Dendermonde m.b.t. erfgoedprojecten (als alternatieve locatie of projecten door gevangenen); Projecten op kleutermaat (bv. aangepaste knutselateliers); 1.4. INVENTARISATIE HISTORISCH ONDERZOEK, ONTWIKKELING ERFGOEDPLATFORM EN OPSTART NIEUWE ONDERZOEKSPROJECTEN 1.4.1. STRATEGISCH NIVEAU Een belangrijke taak van het cultureel-erfgoedconvenant is het stimuleren van wetenschappelijk onderzoek in de regio en het kenbaar maken van de onderzoeksresultaten aan een breed publiek. De cultureel erfgoedconvenant maakt een inventaris op van de bestaande expertise in de regio en speelt een coördinerende rol in de kennisuitwisseling. Een regionaal kennisnetwerk wordt opgericht. Samenwerkingsprojecten rond het onderzoek van het regionaal cultureel erfgoed, ontwikkeling nieuwe methodieken m.b.t. de basisfuncties enz. worden samen met professionele onderzoeksinstellingen opgezet. Het cultureel-erfgoedconvenant zal een intermediaire rol spelen tussen de onderzoeksinstellingen en de erfgoedvrijwilligers en vervult een belangrijke doorverwijsfunctie. 1.4.2. OPERATIONEEL NIVEAU 1.4.2.1. PUBLICATIES Door middel van aantrekkelijke en toegankelijke publicaties worden belangrijke onderzoeksresultaten voorgesteld aan een breed publiek, zonder dat hierbij afbreuk wordt gedaan aan de wetenschappelijke waarde van de onderzoeksresultaten. Binnen de cultureel-erfgoedsector wordt door zowel professionelen als liefhebbers heel wat onderzoek verricht. Omwille van een te geringe oplage, een kleurloze vormgeving of het gebruik van vakjargon | 52 bereiken publicaties doorgaans slechts een beperkt publiek van ingewijden. Aan de hand van een reeks vulgariserende uitgaven wil het cultureel-erfgoedconvenant het historisch onderzoek aan een breed regiopubliek kenbaar maken. 1.4.2.1.1. MOGELIJKE ACTIES Subsidiëring van erfgoedpublicaties; Ondersteuning publicaties heemkundige verenigingen; Heruitgave verouderde uitgaven of bewerking te specialistisch geschreven publicaties; Aanleg regionale historische bibliografie die voor iedereen toegankelijk is; Centrale erfgoedbibliotheek (bv. uitbreiding museumbibliotheek Dendermonde); Opstart eigen wetenschappelijke tijdschriftenreeks met artikels over diverse onderwerpen; 1.4.2.2. INVENTARIS HISTORISCH ONDERZOEK De aanleg van een inventaris van het bestaand historisch onderzoek in de regio leidt tot een meer gerichte en gefundeerde studie van het streekverleden. De thema’s die erfgoedonderzoekers aansnijden, overlappen elkaar geregeld of worden vanuit een te eng perspectief benaderd. De remedie hiertegen vormt een soepelere kennisdeling via digitale weg. Op deze manier wordt het historisch onderzoek vanuit een regionale invalshoek benaderd. Een eerste stap is de aanleg van een regionale historische bibliografie die voor iedereen toegankelijk is. 1.4.2.3. HISTORISCH ONDERZOEK AANWAKKEREN Het historisch onderzoek in de regio wordt door het cultureel-erfgoedconvenant aangewakkerd. Een stand van zaken van het onderzoek kan belangrijke leemtes in de kennis van het streekverleden aan het licht brengen. Een verbreding en verdieping van bepaalde onderzoekthema’s kan worden gestimuleerd. De exploratie van nieuwe onderzoeksthema’s of onbekende onderzoeksdomeinen kan eveneens worden bevorderd. Hiervoor kan aansluiting worden gezocht bij hogere onderwijsinstellingen. 1.4.2.4. DESKUNDIGHEID ERFGOEDVRIJWILLIGERS Het cultureel-erfgoedconvenant verhoogt en stimuleert de deskundigheid van erfgoedvrijwilligers. De kennis en ervaring van erfgoedinstellingen wordt met de brede erfgoedgemeenschap gedeeld. Naast de bestaande koepelorganisaties en steunpunten kunnen ze een belangrijke rol spelen in advies en vorming op maat van de regio. 1.4.2.5. EXPERTISEKNOOPPUNTEN De aanwezige erfgoedinstellingen in de regio ontpoppen zich tot expertiseknooppunten. De kennis en ervaring van erfgoedinstellingen wordt met de brede erfgoedgemeenschap gedeeld. Naast de bestaande koepelorganisaties en steunpunten kunnen ze een belangrijke rol spelen in advies en vorming op maat van de regio. Door de inrichting van vormingsmomenten, de organisatie van expertise-uitwisseling, alsook het betrekken van specialisten en wetenschappelijke instellingen verhoogt het convenant de deskundigheid van de | 53 erfgoedvrijwilligers in het wetenschappelijk onderzoek, restauratie, conservatie en ontsluiting van het regionaal cultureel erfgoed. De vormingsinitiatieven worden genomen in overleg en samenwerking met de vormingsconsulenten Oost-Vlaanderen, Vorming Plus Waas en Dender en Heemkunde Vlaanderen. Figuur 11 - likeurstokerij in Zele 1.4.2.6. SAMENWERKEN UNIVERSITEITEN Het cultureel-erfgoedconvenant pikt in op bestaande onderzoeksthema‟s van de omliggende universiteiten, zoekt naar synergieën en verleent volle steun aan de door de instituten opgezette onderzoekstrajecten. Het cultureel-erfgoedconvenant profiteert van de gunstige ligging in de Vlaamse ruit en de onmiddellijke nabijheid van belangrijke onderzoeksinstellingen in Gent, Brussel en Antwerpen. Er wordt onderzocht in welke mate het convenant kan bijdragen tot het onderzoek van de professionele instituten. Het convenant bundelt de kennis en expertise die aanwezig is binnen het erfgoedveld en speelt een intermediaire rol, terwijl de samenwerking met onderzoeksinstellingen zorgt voor een doorgedreven deskundigheid. 1.4.2.6.1. MOGELIJKE ACTIES Uitwisseling gegevens over restaurateurs en specialisten en creatie databank; Organisatie van expertisedagen en expertbeurzen; Interactieve workshops m.b.t. basisfuncties; Workshops m.b.t. presentatie en communicatie; Lezingen en studiedagen rond een specifieke problematiek of erfgoedthema; Creatie handleiding bij conservatie en restauratie van kwetsbaar roerend erfgoed; Langlopende opleidingscycli (bv. rond volkscultuur, interviewtechnieken, beeldregistratie,…); | 54 Restauratiedemonstraties (via open atelierdagen); Vraag tot expertise of onderzoek bundelen voor erfgoed uit ganse regio (stimuleren wetenschappelijke onderzoeksprojecten); 2. DOELSTELLINGEN M.B.T. ORGANISATIE EN BELEID 2.1. NETWERKING EN SAMENWERKING BINNEN EN BUITEN ERFGOEDREGIO 2.1.1. NETWERKING 2.1.1.1. STRATEGISCHE NIVEAU: DYNAMISCH NETWERK Het cultureel-erfgoedconvenant bouwt een dynamisch netwerk uit en zoekt naar verbindende schakels tussen professionele erfgoedorganisaties, -instellingen en -verenigingen en gaat voortdurend op zoek naar nieuwe, sectoroverschrijdende samenwerkingsvormen. Dit vormt een prioritaire doelstelling. 2.1.1.2. OPERATIONEEL NIVEAU 2.1.1.2.1. SECTOROVERSCHRIJDEND NETWERK Uitbouw en coördinatie van een sectoroverschrijdend netwerk van instellingen, verenigingen en particulieren met het oog op een kwaliteitsvol, gedifferentieerd en dynamisch erfgoedbeleid. De uitbouw van een dynamisch en wijd netwerk door bestaande sectoroverschrijdende en interdisciplinaire overlegstructuren, intergemeentelijke samenwerkingsverbanden onderling met elkaar te verbinden en in dialoog te brengen, laat een efficiëntere middeleninzet toe en verrijkt het spectrum op het culturele erfgoed van de regio. De regionale cultureel-erfgoedconvenant dringt bij verenigingen aan tot samenwerking met andere verenigingen, diensten, sectoren, … en stelt een ruime planningsgroep bij elk cultureel erfgoedproject als criterium voor logistieke en financiële ondersteuning. De cultureelerfgoedconvenant Land van Dendermonde staat open voor een regionale uitbreiding (stedelijke cultureelerfgoedconvenant Aalst, cultureel-erfgoedconvenant Land van Rode) op projectmatige of meer structurele basis. 2.1.1.2.1.1. MOGELIJKE ACTIES Bestaande netwerken (bv. ankerfiguren, buurt- en wijkcomités, feestcomités) met elkaar verbinden en op een regionaal niveau brengen door het zoeken naar verbindende schakels (bv. gezamenlijk erfgoedthema, uitbreiding organisatie evenement, …) Intergemeentelijke collegagroepen rond archieven, collectiebeheer, …; | 55 Afstemming van de erfgoedwerking in bestaande en nieuwe beleidsplannen (bv. afstemming actieplannen van instellingen met erfgoedwerking zoals bibliotheken, cultuurcentra,…); Erfgoed op de agenda van bestaande overlegstructuren; Intergemeentelijke projectgroepen rond nationale initiatieven worden opgestart; 2.1.1.2.2. REGIONAAL FORUM ERFGOEDVERENIGINGEN Oprichting van een regionaal platform van erfgoedverenigingen Met een platform voor erfgoedverenigingen op regionale basis, wil het convenant ontmoetingskansen creëren en kennis- en ervaringsuitwisseling stimuleren. De acties van dit platform worden afgestemd op de werking van Heemkunde Vlaanderen. 2.1.1.2.2.1. MOGELIJKE ACTIES Intergemeentelijke werkgroepen rond bv. streekgerechten, amateurkunsten, volkssporten,…; Intersectoraal overleg m.b.t. bepaalde projecten in het bereiken van een bepaalde doelgroep; Intergemeentelijke groepsreizen voor verenigingen (heemkundige kringen samen op daguitstap); Onderzoek naar de effecten van lokaal cultureel erfgoed dat in de UNESCO-lijst wordt opgenomen. 2.1.1.3. STRATEGISCH NIVEAU: BANDEN TOERISTISCHE SECTOR Als beleidsprioriteit smeedt het cultureel-erfgoedconvenant duurzame banden met de toeristische sector in de regio. In haar werking heeft het cultureel-erfgoedconvenant aandacht voor het toeristisch potentieel van de erfgoedregio, maar ze behoudt hierin het nodige evenwicht en richt zich ook telkens tot de eigen regiobewoners. Een symbiose met toerisme is aangewezen omdat dit een bovenlokale waardering van het culturele erfgoed bevordert en de uitstraling van de regio ten goede komt. De toeristische sector kan daarentegen voordeel halen uit de aanwezige erfgoedexpertise en haar projecten inhoudelijk beter stofferen. Het uitbouwen van een duurzame relatie met de sector toerisme vormt één van de hoofdprioriteiten van het convenant. Vooral het ontsluiten van het immaterieel erfgoed kan gebeuren in samenwerking met de toeristische sector. Het convenant versterkt inhoudelijke erfgoedprojecten met een toeristische uitstraling, terwijl toerisme aangepaste infrastructuur en communicatiekanalen kan voorzien. Via toerisme kan het aanwezige cultureel erfgoed in de regio op een moderne en aangepaste wijze worden ontsloten. 2.1.1.3.1. MOGELIJKE ACTIES Erfgoedroutes ontwikkelen en ontsluiten doorheen de regio voor wandelaars en/ of fietsers; Toeristische arrangementen (gastronomische weekends met erfgoedinsteek); Markt met streek- of streekgebonden producten; Samenwerking met restaurants om oude gerechten weer op de kaart te plaatsen; Exposities cultureel erfgoed op toeristische locaties (bv. geschiedenis van het toerisme in de streek); Grotere bekendmaking van bepaalde traditionele feesten, stoeten, processies in regio; | 56 Wandelkaarten (bv. trage wegen); Samenwerking rond toeristisch-recreatieve projecten; Inhoudelijke verdieping van bestaande toeristische initiatieven (o.a. MP4-tochten). 2.1.1.4. OPERATIONEEL NIVEAU: PARTNERSCHAP ERFGOEDCELLEN Het convenant gaat partnerschappen aan met andere erfgoedregio‟s en betrekt andere cultureelerfgoedconvenantlen en instellingen in haar projecten.. Gezien de naburige cultureel-erfgoedconvenanten in Aalst, Land van Rode en Waasland heeft het cultureel-erfgoedconvenant Land van Dendermonde de intentie tenminste op projectmatige basis met deze instellingen samen te werken. Bovendien wil het cultureel-erfgoedconvenant van het historisch Land van Dendermonde geregeld overleg plegen, informatie uitwisselen, gezamenlijke vormingsinitiatieven uitbouwen, promotie voeren voor elkaars activiteiten, … Het cultureel-erfgoedconvenant wil bovendien duurzame banden smeden met landelijke erfgoedactoren en koepelorganisaties (bv. Heemkunde Vlaanderen, Volkskunde Vlaanderen,…). Voor de betere conservering, registratie en publieksontsluiting van archieven werkt het cultureel-erfgoedconvenant samen met de Archiefbank. 2.1.1.4.1. MOGELIJKE ACTIES Interregionale erfgoedprojecten -en trajecten worden uitgebouwd; Inspelen op de historische vete tussen Dendermonde en Aalst met ludieke acties; Deelname interregionaal overleg cultureel-erfgoedconvenanten; 2.1.1.5. OPERATIONEEL NIVEAU: LINK MET ONROEREND ERFGOED Het convenant onderhoudt nauwe contacten met de sector onroerend erfgoed en ontwikkelt een visie op de bescherming van het onroerend erfgoed als context voor roerend en immaterieel erfgoed. Hoewel dit niet expliciet behoort tot haar opdracht, wil het cultureel-erfgoedconvenant zich mee engageren in de bescherming van het onroerend erfgoed als context voor het roerend en immaterieel erfgoed. Dit wordt vertaald in een samenwerking met verenigingen en instellingen die werken rond onroerend erfgoed, het ter beschikking stellen van informatie over belangrijke roerende collecties in monumenten, doorverwijzing naar gespecialiseerd instellingen, … Bijzonder aandacht gaat uit naar de publieksontsluiting van archeologische collecties en de resultaten van archeologisch onderzoek. De recente privatisering binnen de Vlaamse archeologie heeft er immers voor gezorgd dat het onderzoek sterk versplinterd wordt gevoerd. In haar opdracht met betrekking tot het onroerend erfgoed en de archeologische collecties werkt het cultureel- erfgoedconvenant nauw samen met onroerend erfgoedactoren op Vlaams niveau. 2.1.1.5.1. MOGELIJKE ACTIES Medewerking verlenen aan inventarisprojecten onroerend erfgoed; Opvolging dossiers belangrijke monumenten en landschappen (met implicaties cultureelerfgoedcollecties of immateriële erfenis); | 57 Monumenten en landschappen als achtergrond voor cultureel-erfgoedprojecten en gebruik historische locaties; Uitgave integrale/ multidisciplinaire publicaties (bv. monument met belangrijke roerende collectie in één overzichtspublicatie); Deelname multidisciplinair wetenschappelijk onderzoek; 2.1.2. COMMUNICATIE 2.1.2.1. STRATEGISCH NIVEAU: DOELGERICHTE COMMUNICATIE Het cultureel-erfgoedconvenant communiceert doelgericht over erfgoedprojecten, initiatieven, beleidsopties, subsidiekanalen aan de erfgoedverenigingen en verliest bij de uitvoering en evaluatie van het erfgoedbeleid de participatie van de brede erfgoedgemeenschap niet uit het oog. Het cultureel erfgoedconvenant dient in voortdurende dialoog te treden met de erfgoedverenigingen en het brede erfgoedveld. Op deze manier is het convenant eigenlijk een ‘open erfgoedloket’ waar iedereen terecht kan met vragen over het regionaal cultureel erfgoed en het gevoerde cultureel-erfgoedbeleid. Het convenant voorziet doorheen haar beleidsperiode geregeld terugkoppelingsmomenten en mogelijkheden tot beleidsevaluatie voor een brede groep van stakeholders. De erfgoedvrijwilligers worden via gemeentelijke (gemeentelijke infobladen en -magazines, stadstelevisie, activiteitenkalenders gemeentelijke websites) en intergemeentelijke (bv. Cultuurnet, cultuurmagazine Cultuurdijk ‘Zone C’), maar ook nieuw te ontwikkelen communicatiekanalen (nieuwsbrief , magazine,…) geïnformeerd over het regionaal cultureelerfgoedbeleid en cultureel-erfgoedprojecten. Daarnaast wordt voor een maximale afstemming van de communicatie rond erfgoedinitiatieven (regionale databank van adresgegevens, verdeling promotiemateriaal, …) gezorgd. 2.1.2.1.1. MOGELIJKE ACTIES Eigen rubriek in gemeentelijke infobladen; Informatiestand in administratieve centra van de verschillende gemeenten; Ontwikkeling eigen tijdschrift of eigen (ruime) rubriek in cultuurmagazine Zone C; Eigen website en maandelijkse nieuwsbrief; Organisatie van rondetafelgesprekken/ contactavonden/ praatavonden met erfgoedvrijwilligers rond aspecten van het erfgoedbeleid; Aanleg van mailinglist met „nieuwsflashes‟ in geval van belangrijke mededelingen; Doelgerichte communicatie naar kinderen en jongeren door de creatie van specifieke instrumenten (bv. animatiefiguren promoten erfgoed) 2.1.2.2. OPERATIONEEL NIVEAU: PROMOTIE Het cultureel-erfgoedconvenant promoot het regionale cultureel erfgoed en haar eigen werking ver buiten de regiogrenzen. | 58 In nauw overleg met de achterban kiest het cultureel-erfgoedconvenant voor welafgewogen beleidsthema’s en -accenten en wordt het lokaal cultureel-erfgoedpotentieel in de kijker geplaatst. Het convenant treedt geregeld naar buiten, promoot zijn werking binnen en buiten de erfgoedregio door deelname aan cultuur- en vrijetijdsmarkten, congressen, erfgoedmanifestaties, enz. en creëert hierdoor een brede draagwijdte. Het convenant zoekt naar een creatieve benadering om de lokale en regionale pers te bereiken en beschouwt de pers als een belangrijke partner in de ontsluiting van het lokaal cultureel erfgoed. 2.1.2.2.1. MOGELIJKE ACTIES Organisatie studiedagen en congressen Deelname cultuur- en vrijetijdsmarkten Deelname initiatieven Volkskunde Vlaanderen Deelname initiatieven Heemkunde Vlaanderen Samenwerking met regionale organisaties zoals volkshogescholen, middenveldorganisaties, … 2.2. OPSTART EN UITVOERING Figuur 12 - De Haringfretters, bijnaam voor de Wetteraars COHERENT VRIJWILLIGERSBELEID 2.2.1. STRATEGISCH NIVEAU Het cultureel-erfgoedconvenant beschouwt de ontwikkeling van een gefundeerd, gefaciliteerd, kwaliteitsvol en gecoördineerd vrijwilligersbeleid voor de regio als een prioritaire doelstelling. 2.2.2. OPERATIONEEL NIVEAU Het convenant streeft naar een ruime pool van gemotiveerde en mobiele erfgoedvrijwilligers. Niet alleen wil het convenant de huidige erfgoedvrijwilligers ondersteunen in hun ambitie om op een kwaliteitsvolle en duurzame manier aan cultureel-erfgoedzorg te doen, ook voor tal van projecten en initiatieven dient het cultureel-erfgoedconvenant een beroep te doen op vrijwilligers. Daarvoor moet er een duidelijke beleidsvisie ontwikkeld worden. Erfgoedverenigingen worden op intensieve wijze geholpen | 59 bij het aanzoeken en ondersteunen van vrijwilligers. Bij de opzet, uitvoering en evaluatie van projecten garandeert het cultureel-erfgoedconvenant de nodige kwaliteit via vorming van erfgoedvrijwilligers (bv. cursus projectmanagement) alsook brede inspraakmogelijkheden (creatie draagvlak). In de acties en communicatie naar vrijwilligers werkt de cultureel erfgoedconvenant in overleg met het steunpunt vrijwilligerswerk en is er afstemming met de acties die de provincie OostVlaanderen opzet. 2.2.3. MOGELIJKE ACTIES Centrale databank vrijwilligers (in kader projecten); Centraal aanspreekpunt/ vrijwilligerscoördinator; Uitbouw van gezamenlijke faciliteiten (bv. verzekering, financiële of andere tegemoetkoming); „Dag van de erfgoedvrijwilliger‟ wordt elk jaar een feest (volledig dagprogramma); Vorming voor vrijwilligers rond diverse thema‟s (bv. vrijwilligersvergoeding); Proactieve benadering van vrijwilligers (o.a. bezoekers musea/ erfgoedprojecten); Stimuleren mobiliteit vrijwilligers (bv. voorzien busvervoer); Stimuleren specialisatie vrijwilligers (bv. „Vrienden van het museum‟) zodat krachten worden gebundeld; Erfgoedverenigingen worden geholpen in hun zoektocht naar vrijwilligers waarbij andere partners worden aangesproken (bv. Figuur 13 - dialectwoordenboek Berlare sociale instellingen); Erfgoedverenigingen worden uitgenodigd een visie m.b.t. vrijwilligerswerk te ontwikkelen; De communicatie met vrijwilligers wordt geoptimaliseerd door gebruik van bestaande en nieuwe communicatiemiddelen (bv. afzonderlijke nieuwsbrief voor vrijwilligers); 2.3. OPZET EN BEGELEIDING ERFGOEDPROJECTEN 2.3.1. OPERATIONEEL NIVEAU Het cultureel erfgoedconvenant start op eigen initiatief innoverende erfgoedprojecten op en stimuleert de initiatieven van erfgoedvrijwilligers. | 60 Verschillende erfgoedactoren worden gestimuleerd tot het nemen van erfgoedinitiatieven en ondersteund in projecten die de gewone werking overstijgen en door een breed gamma van partners worden gedragen. De sterke aanwezigheid van de immateriële erfgoedcultuur wordt in de projectwerking ten volle uitgespeeld. Een regionaal subsidiereglement voor erfgoedprojecten wordt geschreven. Bij de beoordeling van de projectaanvragen wordt het erfgoedveld betrokken. Erfgoedprojecten rond thema’s met regionale inslag en met een blijvend resultaat voor de erfgoedgemeenschap of erfgoedtrajecten worden extra aangemoedigd (bv. Ros Beiaard, volkstuintjes, …). Projecten die een vervolgtraject kennen of een blijvend resultaat voor de brede erfgoedgemeenschap kunnen rekenen op extra ondersteuning. Erfgoedprojecten die het immaterieel erfgoed van de regio en meerbepaald de gastronomie, oude ambachten, volksverhalen, volkssporten in de kijker plaatsen en een bovenlokale uitstraling bezitten, worden door de cultureel erfgoedconvenant extra gestimuleerd en ondersteund. Lokale nichethema’s worden regionaal opengetrokken. 2.3.1.1. MOGELIJKE ACTIES aanleg bevolkingsregister reuzen; volksverhalendatabank; verspreidingskaart dialectwoorden; detectivespel „Rechtvaardige rechters‟ (bv. zoektocht door de regio); Fotoreportages immateriële tradities; Ondersteuning bestaande en herinvoering verdwenen reuzenstoeten Intergemeentelijke „ontmoetingsmomenten‟ reuzen 2.3.2. OPERATIONEEL NIVEAU: EXTRA STIMULANS MONDELING ERFGOED Erfgoedinitiatieven die het mondeling erfgoed van de regio onderzoeken, registreren en/ of ontsluiten worden door de cultureel erfgoedconvenant extra gestimuleerd en ondersteund. 2.3.2.1. MOGELIJKE ACTIES Leven vroeger en nu in bepaalde volkswijken vanuit regionaal perspectief; Verzamelaars uit verschillende geledingen van de maatschappij samengebracht; | 61 BEOOGDE EFFECTEN 1. ALGEMEEN Door schaalvergroting en doorgedreven samenwerking wil het cultureel erfgoedconvenant het rijke cultureel erfgoed in de regio bewaren, bestuderen en op gepaste wijze ontsluiten. De nadruk komt te liggen op de immateriële rijkdom van de streek. De eigenheid van de erfgoedregio ligt hierin immers besloten. Het grote aantal doelstellingen dat in dit beleidsplan werd gegeven is richtinggevend. Een aantal beleidskeuzes worden door het convenant als prioritair beschouwd en dienen aldus in een eerste beleidsperiode te worden opgenomen. De prioritaire doelstellingen waar de adviesgroep voor koos, zijn: Een dynamisch netwerk wordt uitgebouwd en professionele erfgoedspelers en erfgoedvrijwilligers worden met elkaar in contact gebracht. De samenwerking wordt sectoroverschrijdend ontplooid. In dit opzicht vormt toerisme een belangrijke partner. Het erfgoedconvenant gaat een synergie aan met de toeristische sector. Een gedragen erfgoedbeleid is afhankelijk van talloze vrijwilligers. Betrokkenheid van de erfgoedvrijwilligers wordt door het convenant gestimuleerd. Daarnaast wordt een coherent vrijwilligersbeleid uitgewerkt in samenwerking met de diverse partners. Als belangrijk onderdeel van publieksontsluiting vormt erfgoededucatie een belangrijke doelstelling voor de erfgoedconvenant. Het betreft de opzet en organisatie van educatieve projecten en langere trajecten, het vinden van aangepaste communicatiemiddelen en het aanreiken van educatieve instrumenten. 2. BEOOGDE EFFECTEN PER STRATEGISCHE DOELSTELLING 2.1. BEOOGDE EFFECTEN M.B.T. DE BASISFUNCTIES 2.1.1. INVENTARISATIE Standaarden voor de inventarisatie van particuliere collecties cultureel erfgoed en archieven zijn door middel van de aanwezige expertise uitgewerkt en een uniform systeem is geïmplementeerd. Via het MovE-project zijn de collecties cultureel erfgoed minstens voor de helft geïnventariseerd en ontsloten; Tenminste twee grote inventarisatiecampagnes zijn op het getouw gezet en één grote sensibilisatiecampagne rond een beter inventarisatiebeleid en de mogelijkheden van MovE werden aan het begin van de beleidsperiode gevoerd; | 62 De twee professionele archiefdiensten in de streek richten onder begeleiding van het cultureelerfgoedconvenant een werkgroep op die een stappenplan uitwerkt voor de registratie van archieven; De archiefdiensten in Dendermonde en Wetteren zijn expertiseknooppunten in de regio. Ze bieden advies en knowhow aan de leek bij de digitale registratie; Het overgrote deel van de kerkelijke archieven zijn op toegankelijke wijze ontsloten; Een regionale beeldbank is opgestart. De collectie van het Historisch Documentatiecentrum van Dendermonde is via internet toegankelijk gemaakt en vormt de vertrekbasis voor de uitbouw van een regionale databank; Een toolkit voor de registratie van het immaterieel en mondeling erfgoed is ontwikkeld en beschikbaar; De erfgoedvrijwilligers krijgen op geregelde tijdstippen vormingsessies met voorbeeldprojecten.; Handleidingen en goede voorbeelden voor de registratie van immaterieel erfgoed zijn op de website van het cultureel-erfgoedconvenant aanwezig; Een digitaal krantenarchief is beschikbaar; Er is aansluiting gezocht bij bestaande registratiecampagnes (feesten, reuzen,…) en nieuwe databanken (ambachten, streekgerechten, …) werden in samenwerking met specialisten opgestart; 2.1.2. COLLECTIEBEHEER Er is een beleidsvisie ontwikkeld m.b.t. een regionaal collectiebeleid. In samenwerking met de provincie Oost-Vlaanderen wordt de aanzet gegeven tot een regionaal depotbeleid. De vrijwilligers zijn via specifieke vormingssessies deskundige collectiebeheerders geworden. In samenwerking met de provincie Oost-Vlaanderen wordt er een eerste aanzet tot een regionaal depotbeleid gegeven; Een analyse is uitgevoerd naar de bewaringsomstandigheden van belangrijk collecties in de regio; Voor kwetsbare collecties bestaat de mogelijkheid deze tijdelijk in een professioneel depot onder te brengen (opvang van bedreigde collecties); Vormingssessies rond specifieke vraagstukken en problemen m.b.t. een goed collectiebeheer zijn in overleg met andere vormingsinstellingen en organisaties jaarlijks aangeboden. Rond een welbepaald thema of collectiecategorie is tweejaarlijks een langer vormingstraject aangeboden (bv. bewaring van textiel); Bedreigde collecties zijn door het cultureel-erfgoedconvenant in bewaring genomen en gerestaureerd; Restauratiedossiers van „regionale‟ collectiestukken zijn door het cultureel-erfgoedconvenant van dichtbij opgevolgd; Het cultureel-erfgoedconvenant heeft stagestudenten bij de conservatie en restauratie van collecties uitgenodigd; Handboeken met richtlijnen worden ter beschikking van de erfgoedverenigingen gesteld; Er worden toegankelijke publicaties voorzien m.b.t. specifieke aspecten van het collectiebeheer; Projecten die de restauratie en conservatie van regionale collectiestukken voor ogen hebben, krijgen financiële ondersteuning middels subsidies; | 63 Een gedegen communicatie over belangrijke conservatie- en restauratieprojecten maakt een breed publiek bewust van het belang van het eigen cultureel erfgoed; Een uniform systeem m.b.t. de digitale ontsluiting op maat van de regio is in samenwerking met professionele partners ontwikkeld en geïmplementeerd; 2.1.3. PUBLIEKSONTSLUITING Een breed regionaal publiek is zich bewust van het aanwezige cultureel erfgoed in de regio. Het erfgoedconvenant biedt zowel laagdrempelige activiteiten en publicaties als diepgaande wetenschappelijke analyses in samenwerking met de nabije onderzoeksinstellingen. Specifieke doelgroepen worden benaderd via een aangepaste communicatie in vorm en stijl. Inhoudelijk streeft de cultureel erfgoedconvenant naar kennisdeling en kennisverbreding. Via een breed netwerk heeft het erfgoedconvenant verschillende sectoroverschrijdende overlegvormen uitgebouwd die helpen bij de analyse van specifieke doelgroepen; Participatiedrempels zijn in de meeste gemeenten weggewerkt door aansluiting bij lokale netwerken en bestaande initiatieven (sociale tarifering); Samenwerking met diverse organisaties heeft ervoor gezorgd dat de doelgroepenwerking van het convenant geen dode letter is gebleven; Het convenant heeft tijdens de beleidsperiode tenminste één project opgestart of heeft jaarlijks tenminste deelgenomen aan een initiatief dat de prioritaire doelgroepen van jongeren, allochtonen of jonge gezinnen wil bereiken; In haar beleidsperiode heeft het erfgoedconvenant een erfgoedproject uitgewerkt waarin culturele diversiteit centraal staat; Het erfgoedconvenant heeft bij haar projecten een kwaliteitsvol educatief luik voorzien; Tijdens de beleidsperiode is een educatief erfgoedtraject met aandacht voor de nieuwe communicatietechnologie opgestart; Het cultureel-erfgoedconvenant heeft overlegmogelijkheden met de scholen uitgebouwd en heeft deelgenomen aan lokale overlegstructuren; 2.1.4. ONDERZOEK Het erfgoedconvenant heeft zich ontpopt als coördinator en stimulator van wetenschappelijk onderzoek in de regio. Samenwerkingsprojecten met onderzoeksinstellingen zijn opgezet. Er bestaat een regionaal kennisnetwerk. Erfgoedonderzoek op vrijwillige basis wordt aangewakkerd via een ondersteuningsbeleid. De resultaten van het wetenschappelijk onderzoek werden vertaald in toegankelijke publicaties. Onderzoeksthema‟s binnen het immaterieel erfgoed worden naar voren geschoven. Daarnaast is er aandacht voor het onderzoek naar de basisfuncties. | 64 Een dynamisch netwerk van kennisuitwisseling is operatief en strekt zich uit tot voorbij de regiogrenzen; Wetenschappelijke onderzoeksresultaten zijn toegankelijk voor een breed publiek; Verschillende samenwerkingsprojecten rond aspecten van het immateriële erfgoed zijn uitgevoerd; Het aantal toegankelijke publicaties rond het immateriële erfgoed van de regio is fors gestegen; Studenten hoger onderwijs schrijven scripties over het cultureel erfgoed van het Land van Dendermonde; 2.2. BEOOGDE EFFECTEN M.B.T. ORGANISATIE EN BELEID 2.2.1. NETWERKING Netwerking vormt het sleutelwoord bij de uitbouw van een geïntegreerd erfgoedbeleid. Daarnaast is er aandacht voor het integrale aspect, waarbij voortdurend wordt gezocht naar interessante schakels in de benadering van het cultureel erfgoed. De samenwerking waar het erfgoedconvenant voor heeft gekozen, gaat over de grenzen van gemeenten en sectoren heen. De samenwerking met andere cultureel-erfgoedconvenantlen gebeurt al op projectmatige basis maar de mogelijkheid tot een meer structurele samenwerking of zelfs clustering wordt opengehouden. Het Land van Dendermonde is niet alleen een verzameling van negen gemeenten, maar vormt een ingewikkelde cluster van deelgemeenten en wijken met een eigen identiteit. Het erfgoedconvenant heeft aandacht voor deze lokale eigenheid en heeft een aantal initiatieven op maat van deze kleinere entiteiten ontwikkeld. Een wijd en dynamisch netwerk versterkt het gemeenschapsgevoel en de identiteit van het Land van Dendermonde Intergemeentelijke projectgroepen zijn opgericht; De erfgoedprojecten kennen een regionale uitstraling door een intergemeentelijke aanpak; Een intergemeentelijke collegagroep rond archivering en één rond collectiebeheer is opgericht; Het aantal multidisciplinaire projecten is gestegen; De kwaliteit van de erfgoedprojecten en -trajecten is gestegen door een grotere kennisuitwisseling en samenwerking; Een regionaal platform van erfgoedverenigingen is opgericht in samenspraak met Heemkunde Vlaanderen. Een interactief in plaats van een receptief aanbod maakt het mogelijk dat de erfgoedsector kan rekenen op de medewerking van een groot aantal erfgoedorganisaties. De schaalvergroting is niet ten koste gegaan van samenwerking op microschaal. Projecten richten zich evengoed op de deelgemeente of wijk en betrekken plaatselijke verenigingen, wijkcomités enz. Er is een grote mobiliteit van erfgoedvrijwilligers binnen de regio; | 65 Collectiestukken worden regelmatig uitgewisseld tussen de verschillende instellingen, verenigingen en particulieren bij projecten; Samenwerking met de toeristische sector uit zich op concrete basis in tal van projecten met een return voor beiden: erfgoedarrangementen, streekgerechtenmarkt, wandel- en fietstochten rond volksverhalen, reuzenbal, … De toeristische ontsluiting van bestaande, lokale feesttradities heeft gezorgd voor een opleving en de interesse van een regionaal publiek is aangewakkerd; Via de toeristische sector speelt de erfgoedregio zijn belangrijkste troeven - het immaterieel cultureel erfgoed en de volkscultuur - maximaal uit en wordt het profiel van het convenant verder versterkt. De samenwerking met andere cultureel-erfgoedconvenantlen en partners buiten de regio uit zich in een aantal samenwerkingsprojecten; De mogelijkheden van een structurele samenwerking met cultureel-erfgoedconvenanten in de buurt zijn onderzocht; 2.2.2. COMMUNICATIE Het erfgoedconvenant geniet bekendheid binnen en buiten de regio. Het erfgoedconvenant heeft een eigen, vertrouwd gezicht gekregen binnen en buiten de streek. Het profileert zich vooral rond immaterieel cultureel erfgoed en hangt hier de eigen identiteit aan op. Regiobewoners zijn vertrouwd met de werking van het cultureel-erfgoedconvenant. Er is jaarlijks tenminste één terugkoppelingsmoment naar een brede groep van directe stakeholders waarbij het werkingsverslag en actieplan worden voorgesteld. De brede erfgoedgemeenschap voelt zich betrokken bij de acties en beleidskeuzes van het erfgoedconvenant. Er is sprake van een „open erfgoedloket‟ waar de erfgoedvrijwilliger altijd terecht kan met vragen, opmerkingen en suggesties. Het cultureel-erfgoedconvenant communiceert via gemeentelijke en intergemeentelijke communicatiekanalen, verschijnt geregeld met acties in de lokale en regionale pers en heeft eigen communicatiemiddelen ontwikkeld. In gemeentelijke infobladen is er een inforubriek („Nieuws uit het cultureel-erfgoedconvenant‟); Infozuilen werden in administratieve centra, cultuur- of gemeenschapscentra geplaatst; Het erfgoedconvenant stelt een eigen communicatieplan op; Een uitgebreid erfgoedartikel in cultuurmagazine Zone C is ondertussen een traditie geworden; Een eigen tijdschrift met uitgespitte thema‟s verschijnt periodiek; Een eigen logo en huisstijl werden ontwikkeld en zijn in gebruik; De aansluiting bij Uit-databank werd tot stand gebracht; Het cultureel-erfgoedconvenant is actief op sociale netwerksites; Het erfgoedconvenant speelt in op nieuwe communicatietrends; | 66 Specifieke communicatiemiddelen met een bepaalde doelgroep voor ogen (bv. scholen, jongeren, allochtonen) zijn door het convenant ontwikkeld; Het convenant heeft zich aangesloten bij bestaande communicatiemiddelen (kinderkranten, schoolbrochures, culturele jaarkalenders,..); Op een jaarlijkse congresdag wordt een verslag gebracht van de werking; Ontmoetingkansen tussen de verschillende erfgoedspelers zijn gecreëerd door de organisatie van studiedagen, studiereizen, …; Binnen en buiten regio neemt het convenant deel aan publieksactiviteiten; Een grootschalige informatiecampagne bij het begin van de beleidsperiode heeft plaatsgevonden, zodat elke regiobewoner de weg naar het cultureel-erfgoedconvenant vindt. Adviesvraag en inspraak van het erfgoedveld bij beleidskeuzes is een evidentie; Het cultureel-erfgoedconvenant geeft blijk van een transparante communicatie en open werking; 2.2.3. VRIJWILLIGERSBELEID Het cultureel-erfgoedconvenant voert een coherent vrijwilligersbeleid. Waar mogelijk krijgt dit een lokale verankering binnen het gemeentelijke beleid. Er wordt aansluiting gezocht bij regionale en provinciale initiatieven (bv. Vrijwilligersacademie) Vrijwilligers worden intensief begeleid om te voldoen aan de basisfuncties van het erfgoedbeleid via vormingssessies, demonstraties, publicaties, … Bij projecten kan er een beroep worden gedaan op een ruime pool van vrijwilligers die bereid zijn zich binnen de regio te verplaatsen. Aangepaste campagnes worden opgezet om vrijwilligers te ronselen. Erfgoedverenigingen worden gesteund in hun acties om het ledenaantal te verhogen en/of te verjongen. Het erfgoedconvenant werkt aan een nieuw en fris imago voor de erfgoedsector via een duidelijke communicatiestrategie. De erfgoedconsulent is tevens vrijwilligerscoördinator en informeert over vrijwilligersvergoeding, verzekering, enz. Waar mogelijk worden vrijwilligersvoorzieningen collectief uitgebouwd; Het cultureel-erfgoedconvenant wijst verenigingen door naar organisaties met vrijwilligerspotentieel; Gegevens m.b.t. inzetbare vrijwilligers worden gecentraliseerd; Er wordt een jaarlijkse verwendag voor erfgoedvrijwilligers georganiseerd; Vormingssessies in samenwerking met diverse partners hebben de deskundigheid van vrijwilligers verhoogd Verenigingen worden opgeleid in de rekrutering en begeleiding van vrijwilligers; Standaarddocumenten (bv. vrijwilligerscontract) zijn beschikbaar via de website; Faciliteiten zijn ontwikkeld om de mobiliteit van vrijwilligers te verhogen (samenwerking vervoersmaatschappijen, inleggen vervoer); Op communicatief vlak vormen vrijwilligers een aparte doelgroep; | 67 2.2.4. PROJECTWERKING Het erfgoedconvenant heeft projecten van onderuit gestimuleerd en heeft zelf innoverende erfgoedprojecten opgezet. Bij de projectwerking zijn een groot aantal partners betrokken. De erfgoedprojecten focussen op het immateriële erfgoed in de streek. Figuur 14 - vinkenzetting in Buggenhout Een regionaal subsidiereglement voor erfgoedprojecten werd geschreven. Het aantal erfgoedprojecten is gestaag gestegen door de ontwikkeling van nieuwe beleidsinstrumenten en een intensieve begeleiding vanuit het erfgoedconvenant. De regionale uitstraling van de projecten is verzekerd door de sterke inhoudelijke uitwerking als gevolg van de samenwerking tussen professionele erfgoedinstellingen en erfgoedvrijwilligers. De erfgoedprojecten maken gebruik van een communicatieplan. Het brede netwerk wordt aangesproken om tijdens de beleidsperiode tenminste twee grote koepelprojecten rond een centraal thema uit de immateriële erfgoedcultuur uit te werken; Erfgoedprojecten met een specifieke doelgroep voor ogen zijn uitgebouwd door het erfgoedconvenant; | 68 Het erfgoedconvenant bouwt verder op erfgoedprojecten uit het verleden en zorgt voor een inhoudelijke verbreding of verdieping. Vormingssessies hebben de kwaliteit van de erfgoedprojecten naar een deskundig niveau getild. Rond bepaalde aspecten van het cultureel erfgoed zijn regionale denktanks opgericht die projectvoorstellen doen. In haar projectwerking is het erfgoedconvenant sectoroverschrijdend. Vooral synergie met de toeristische sector is gezocht. De erfgoedprojecten zijn voldoende laagdrempelig om een breed, weliswaar geïnteresseerd publiek aan te spreken. | 69 MIDDELEN EN INSTRUMENTEN 1. STRUCTUUR VAN HET SAMENWERKINGSVERBAND Het samenwerkingsverband dat een erfgoedconvenant wil aangaan met de Vlaamse Overheid bestaat uit de projectvereniging Cultuurdijk (Buggenhout, Berlare, Dendermonde, Lebbeke en Wetteren) en vier extra gemeenten (Hamme, Laarne, Wichelen en Zele) waarmee de projectvereniging een convenant sloot. Het intergemeentelijk samenwerkingsverband Cultuurdijk heeft als doel de gezamenlijke cultuurcommunicatie uit te bouwen en het cultuuraanbod beter op elkaar af te stemmen. Reeds van bij de start in 2008 bestond er bij deze gemeenten de interesse om via de projectvereniging een erfgoedwerking te ontplooien. Als snel toonden ook de buurgemeenten Hamme, Laarne en Zele interesse in een cultureelerfgoedconvenant Land van Dendermonde. Wichelen sloot iets later bij de adviesgroep aan zodat de laatste „blinde vlek‟ werd opgevuld en het werkingsgebied van het convenant overeenstemde met de vroegere territoriale omschrijving van het Land van Dendermonde. Voor de integratie van de vier „erfgoedgemeenten‟ binnen de projectvereniging Cultuurdijk bestond aanvankelijk geen eenduidige oplossing. Een samenwerkingsverband met twee deelwerkingen bleek onmogelijk. Volgende obstakels versperden hiertoe de weg: - De gemeente Hamme was lid van het samenwerkingsverband Wacco of een projectvereniging opgericht met hetzelfde doel als Cultuurdijk. Een volledige instap was dan ook van meet af uitgesloten. In de statuten van de projectvereniging Wacco valt tevens tussen de lijnen te lezen dat de samenwerking in de toekomst op het vlak van het cultureel erfgoed nog kan worden uitgebreid. - De kleinere gemeenten Zele, Laarne en Wichelen beschikken niet over een eigen gemeenschapscentrum. Daardoor ontbreekt de noodzaak om in een samenwerkingsverband te stappen rond cultuurcommunicatie en afstemming van het cultuuraanbod. Ook voor deze gemeenten was een volwaardige instap in de projectvereniging niet aan de orde. Om het engagement van de deelnemende gemeenten schriftelijk vast te leggen werd vanuit het secretariaat van Cultuurdijk een intentieverklaring naar de gemeenten Hamme, Laarne, Wichelen en Zele gestuurd. Hierin werd o.a. gevraagd een principieel akkoord te krijgen van het bestuur over de financiële bijdrage van 0,02 EUR per inwoner in afwachting van een convenant en 0,2 EUR vanaf de inwerkingtreding van het convenant. Na juridisch advies van steunpunt Locus te hebben ingewonnen, werd er gekozen voor het sluiten van een samenwerkingsovereenkomst tussen de projectvereniging Cultuurdijk en de vier „erfgoedgemeenten‟. Om deze gemeenten een stem te geven over erfgoed in de Raad van Bestuur werd het huishoudelijk reglement aangepast. De vier erfgoedgemeenten brachten deze samenwerkingsovereenkomst samen met het erfgoedbeleidsplan op de gemeenteraden van november 2010. Bij stemming over agendapunten m.b.t. de erfgoedwerking dienen tenminste twee van de vier gemeenten aanwezig te zijn. Bovendien wordt er een gescheiden boekhouding gehanteerd m.b.t. de deelwerkingen cultuurcommunicatie en erfgoed. De zetel van Cultuurdijk is gevestigd in cultuurcentrum Belgica, Kerkstraat 24 Dendermonde. | 70 2. FINANCIËLE EN LOGISTIEKE BIJDRAGE VAN DE GEMEENTEN De kosten van ondersteunende aard worden voorzien door de negen gemeenten waarmee het convenant wordt gesloten. Onder kosten van ondersteunende aard wordt verstaan: huisvestingskosten (inrichtingskosten, onderhoudskosten en kosten die verbonden zijn aan schoonmaak en nutsvoorzieningen), uitrustingskosten (kosten bureautica en informatica), personeelskosten met inbegrip kosten aanwerving, onthaal, boekhouding, loonadministratie, vorming. De vijf gemeenten van de projectvereniging Cultuurdijk en de vier erfgoedgemeenten leveren een jaarlijkse financiële bijdrage van 0,2 EUR per inwoner. Daarnaast krijgt het cultureel-erfgoedconvenant gratis logistieke ondersteuning van de gemeenten. Dit kan onder de vorm van gratis verhuur feestmateriaal bij erfgoedprojecten, gratis gebruik van gemeentelijke infrastructuur (vergaderzalen, theaterzalen, …), alsook technische ondersteuning vanuit de cultuur- en gemeenschapscentra, enz. De gebruikelijke overheadkosten van het cultureel-erfgoedconvenant (telefoon, internet, kopieerapparaat) zijn ten laste van de gemeenten. De middelen die momenteel door de Vlaamse Gemeenschap voor de Stedelijke Musea worden voorzien (12.500 EUR) en aan de stad Dendermonde overgemaakt worden, zullen overgemaakt worden aan het cultureel-erfgoedconvenant vanaf het moment dat deze operatief is. Ze dienen tot en met 2014 aan de Stedelijke Musea doorgegeven te worden. De 18.500 EUR provinciale steun blijft rechtstreeks aan het museum toekomen. 2.1. COMMUNICATIE De gemeenten verbinden er zich tevens toe hun communicatiekanalen optimaal ter beschikking te stellen van de cultureel-erfgoedconvenant. Het tijdschrift Zone C dat door Cultuurdijk wordt uitgegeven voorziet in een ruime rubriek erfgoed. Bestaande dienstoverschrijdende initiatieven zoals bv. de Tettergazet (kinderkrant in Dendermonde) of de Culturele Dorstlesser (programmabrochure scholenaanbod in Dendermonde) heeft aandacht voor de initiatieven van het cultureel-erfgoedconvenant. 2.2. PERSONEEL Er zal worden gekozen voor de aanwerving van twee erfgoedconsulenten niveau A1-A2 die projecten opstarten, beleidsinstrumenten ontwikkelen, trajecten ontwikkelen, netwerken, enz. De cultureel erfgoedconvenant zal worden ondersteund door een parttime administratieve medewerker niveau C. 2.3. HUISVESTING Het cultureel-erfgoedconvenant zal gehuisvest zijn in het voormalige gastenverblijf van de Zwijvekeabdij dat momenteel dienst doet als museum (publieksruimte 150 m² en administratieve ruimte 97 m²) en eigendom is van de stad Dendermonde. Dit gebouw bestaat uit een monumentale ingangspoort (1755), een zuilengaanderij (1690) en het vermoedelijke gastenkwartier (derde kwart 18de eeuw) van de voormalige cisterciënzerinnenabdij van Zwijveke (1223-1797), gerestaureerd in de periode 1979-1983. De helft van het vroegere gastenkwartier werd toegewezen aan de conciërge en volledig in die zin verbouwd met ingerichte keuken en badkamer. De andere helft doet dienst als museumbibliotheek (gelijkvloers) en | 71 museumsecretariaat (verdieping). De open gaanderij herbergt op de gelijkvloerse verdieping een deel van de collectie graf- en gedenkstenen. Op de verdieping is er een tentoonstellingszaal (ca. 5 x 30 meter), voorzien van een werkruimte met balie en museumwinkel. Vooral de ligging van het Zwijvekemuseum in de nabijheid van de belangrijkste invalswegen en op een boogscheut van het station is interessant voor een intergemeentelijke cultureel-erfgoedconvenant. De burelen van het cultureel-erfgoedconvenant worden ingericht in de voormalige conciërgewoning. Een verbinding met het Zwijvekemuseum via een binnendeur zal in 2011 tot stand worden gebracht. Toegang tot een goed uitgeruste bibliotheek met werken over (kunst)historische, historische, heemkundige en volkskundige thema‟s biedt immers grote voordelen. Bovendien is zo ook een vergaderruimte met kopieerapparaat ter beschikking. In de conciërgewoning is ook het bureel van de cultuurbeleidscoördinator gevestigd. Op de bovenverdieping is er ruimte voor beperkte opslag en archivering. Tenslotte dient de aanwezigheid van een goed uitgeruste keuken en badkamer en een kleine achtertuin te worden vermeld. Een huurovereenkomst tussen de stad en de projectvereniging zal worden opgesteld. 3. MODEL VAN BEGROTING INKOMSTEN Subsidie Vlaamse Gemeenschap € 300.000 Eigen inbreng (180.026 inw x 0,2€) € 36.005,2 TOTAAL € 336.005,2 UITGAVEN Loonkosten (2 A erfgoedconsulenten + 1 B € 140.000 administratief bediende - deskundige) (Minimale personeelsbezetting) Kosten inhoudelijke werking € 130.000 Ondersteuning lokale erfgoedactoren en – € 30.000 projecten Overheadkosten (35.800€) Sociaal secretariaat € 1.200 boekhouding € 1.000 portkosten € 1.500 | 72 Verzekering BA brandverzekering vrijwilligerverzekering Omniumverzekering dienstopdrachten eigen wagen Aanmaak en Hosting website telecommunicatie € 250 ntb € 100 € 500 € 4.500 € 250 abonnementen € 1.000 Ict materiaal € 3.000 Groot kantoormateriaal € 2.500 Klein kantoormateriaal € 1.250 Documentatie/publicaties € 2.500 Drukwerk (o.a. communicatie via zone c) aanwervingprocedure € 3500 € 2.000 Vervoerskosten trein € 450 Vervoerskosten wagen € 450 Studiedagen € 150 opleidingen € 1.500 Huisvestingskosten € 5000 Afschrijvingen € 4.000 | 73 TOTAAL € 336.600 Figuur 15 - het veerpont over de Schelde in Schellebelle – deelgemeente van Wichelen | 74 PLANNINGSPROCES EN PARTICIPATIE STAKEHOLDERS 1. PARTICIPATIE TIJDENS BELEIDSPLANNING Reeds bij de opstart van het beleidsplanningsproces was het en bewuste keuze om voorliggend dossier te laten schrijven door de cultuurbeleids-, archief- en erfgoedmedewerkers van de betrokken gemeente. Niet alleen vanuit budgettaire overwegingen, maar vooral omdat deze een vinger aan de pols hebben bij het lokale erfgoedveld. Bovendien zijn zij – zeker gezien de verplichte opname van een „erfgoedluik‟ in de sectorale beleidsplannen – cruciale actoren binnen het lokale erfgoedveld. Tenslotte werd ervan uitgegaan dat het eenvoudiger is om de gedragenheid te verzekeren van een beleidsdossier dat door eigen medewerkers en niet door erfgoedconsulenten werd vormgegeven. De betrokken medewerkers worden als het ware ambassadeurs van het culturele erfgoedbeleid. Deze keuze heeft natuurlijk ook consequenties. Door personeelswissels allerhande sleepte het beleidsplanningsproces langer aan dan oorspronkelijk vastgelegd. Bovendien was het niet steeds eenvoudig om steden en gemeenten van ongelijke grootorde, en dus ongelijke personeelsbezetting op dezelfde lijn te krijgen. De positieve gevolgen zij echter legio. Er werd immers – doorheen het hele beleidsplanningsproces – zeer sterk beroep gedaan op inspraak van professionele en niet-professionele erfgoedactoren, koepelorganisaties, erfgoedspecialisten. Dit niet alleen om de expertise te verhogen, maar vooral om ervan verzekerd te zijn dat het beleidsplan gedragen wordt door een zo ruim mogelijke groep. Participatie stond doorheen het hele proces voorop. Verspreid in tijd en ruimte, werden drie contactmomenten met het ruime erfgoedveld uit de regio georganiseerd. Doelstelling van deze contactmomenten was enerzijds de „erfgoedwerkers‟ op de hoogte te brengen van de plannen rond de erfgoedconvenant en de vorderingen die werden gemaakt op dat vlak en anderzijds informatie te verzamelen die het beleidsplan zou voeden. Deelnemers voor deze contactavonden werden geronseld op lokaal en regionaal niveau. Het resultaat was telkens een zeer heterogene groep van erfgoedwerkers, -specialisten, maar ook – liefhebbers. Leerkrachten, gidsen, medewerkers van heemkringen, museumpersoneel,… zaten samen rond tafel en zorgden tijdens de drie contactavonden telkens voor een inhoudelijke verrijking. De invulling van de respectievelijke contactavonden zag eruit als volgt: 8/7/2009 – contactavond Erfgoed – Lebbeke – thema: kennismaking en thema-bepaling Thema: kennismaking met principe van erfgoedconvenant en afbakenen van thematische krijtlijnen. Methodiek: Na een welkomstwoord van schepen De Cock (Lebbeke) en korte inleiding waarin de genodigden werden ingelicht over de basisprincipes van het cultureel-erfgoeddecreet en het oprichten van een regionaal cultureel-erfgoedconvenant „historisch Land van Dendermonde‟ door de gemeenten Lebbeke, Buggenhout, Berlare, Wetteren, Dendermonde (projectvereniging Cultuurdijk) en Zele, Hamme en Laarne werd aan de deelnemers per gemeente gevraagd aan één van de vergadertafels voor een eerste brainstormsessie plaats te nemen. Dit resulteerde in een aantal thematische krijtlijnen waarbinnen het convenant volgens het erfgoedveld dient te opereren. Tijdens een korte pauze met broodmaaltijd werd deze eerste sessie geëvalueerd door de planningsgroep. | 75 Een tweede sessie startte met een nieuwe samenstelling van de groepen. Dit geschiedde door een aantal thema‟s neer te schrijven die vervolgens werden gepresenteerd. De verdeling in groepen geschiedde bijgevolg volgens de interesse van de individuele deelnemer. Een tweede sessie had tot doel de aangebrachte thema‟s uit te diepen, bepaalde problemen aan te kaarten, noden aan te geven en nam eerder de vorm aan van een discussie. Per groep was er steeds een secretaris en een voorzitter, meestal een ambtenaar (beide functies vaak gecombineerd in één persoon) die het gesprek modereerde en achteraf uitgebreid verslag uitbracht. Afsluitend werd er op de nieuwe samenwerking geklonken. 25/2/2010 – contactavond Erfgoed – Dendermonde – thema: SWOT-analyse Thema: Verkennen van sterktes, zwaktes, kansen en bedreigingen op vlak van erfgoedwerking in de regio. Methodiek: Door middel van enkele uitdagende stellingen proberen we de aanwezigen uit hun tent te lokken om te weten te komen waar volgens hen de sterktes en kansen, zwaktes en bedreigingen in het erfgoedwerk binnen de regio zitten. We doen dit aan de hand van volgende thema‟s: Erfgoedprojecten Erfgoedverenigingen Erfgededucatie Erfgoedcollecties-collectievorming 31/3/2010 – contactavond Erfgoed – Wetteren – thema: doelstellingen beleidsplan Thema: Aftoetsen en verdiepen van de doelstellingen die vooropgesteld worden in het beleidsplan. Methodiek: Na een korte verwelkoming door de schepen van Cultuur van Wetteren, lichten we kort de stand van zaken toe. Daarna splitsen we de aanwezigen op in twee groepen. De doelstellingen die door de planningsgroep werden opgesteld nav de SWOT-analyse worden ter discussie voorgelegd aan de aanwezigen. De input die tijdens deze contactavonden werd verzameld, werd zo veel mogelijk verwerkt in het beleidsplan. Steeds werden de resultaten terug gekoppeld naar Toetsing bij koepelorganisaties en hogere overheid Op regelmatige tijdstippen werd afgetoetst en overlegd bij de hogere overheid en bij relevante koepelorganisaties. De Provincie Oost-Vlaanderen – Afdeling Erfgoed werd steeds uitgenodigd op de overlegvergadering en gaf systematisch advies bij elke stap van het beleidsplanningsproces. Op geregelde tijdstippen werd de voortgang van het dossier geëvalueerd en werden de nodige aanpassingen doorgevoerd. Erfgoedconsulente Mieke Van Doorslaer was de contactpersoon. Parallel hieraan werd ook teruggekoppeld naar FARO. Bij het opmaken van het beleidsplan werd immers de door FARO opgestelde leidraad gehanteerd. Overleg met FARO was dan ook vanzelfsprekend. Driemaal werd het beleidsplan inhoudelijk beoordeeld door medewerkers van de koepelorganisatie en aangepast. Wat betreft de zakelijke aspecten (oa. juridische verankering) werd beroep gedaan op de expertise van LOCUS. Vooral wat betreft het opstellen van een samenwerkingsovereenkomst tussen de projectverenging | 76 Cultuurdijk en de niet-toegetreden gemeenten (Wichelen, Hamme, Laarne en Zele) was aftoetsing noodzakelijk. Gezien de focus op immaterieel erfgoed werd op zoek gegaan naar inspraak van relevante actoren. Volkskunde Vlaanderen werd betrokken bij de opmaak van een visie, doelstellingen en acties rond immaterieel erfgoed. Tenslotte werd ook beroep gedaan op streekbewoners die een opvallende erpertise hebben op het vlak van erfgoed. O.a de Voorzitter van de Vlaamse UNESCO-commissie (wb. Immaterieel erfgoed), bestuurslid Heemkunde Vlaanderen (wb. Vrijwilligerswerking), erfgoedconsulent Agentschap Ruimte en Erfgoed (wb. Link tussen onroerend en roerend erfgoed),… 2. OVERZICHT PLANNINGSPROCES 2.1. OVERZICHT PLANNINGSPROCES 2009 Vergadering van 12 februari 2009 om 14 u. in cc Belgica Uitbreiding convenant met Hamme, Laarne en Zele (?) Voorbereiding begeleiding FARO Contactnamiddag? Budget Planning Ideeën en aandachtspunten SWOT-analyse Vergadering van 12 maart 2009 om 14 u. in gc De Pit, Buggenhout Overleg Faro opstarten beleidsdossier (stappenplan) en juridische verankering (intergemeentelijke samenwerking) Vergadering van 14 mei 2009 om 14 u. in cc Jan Tervaert, Hamme Bespreking toetreding vier gemeenten Samenstelling kernteam Samenstelling planningsteam Opstellen verdere planning Vergadering 10 juni 2009 om 14 u. in gemeentehuis Zele Bespreking toetreding vier extra gemeenten Bespreking missie- en visietekst Opsommen kernopdrachten van cultureel erfgoedconvenant Vergadering van 18 juni 2009 om 14 u. in cc Biekorf, Lebbeke Bespreking structuur van het overleg, vergaderfrequentie en vergaderplaats Vastleggen mijlpalen in planningsproces Bespreking missie- en visietekst Plannen participatiemoment juli 2009 | 77 Contactavond erfgoedverenigingen 8 juli 2009 van 18-21 u. in cc Biekorf, Lebbeke Brainstormsessie met erfgoedverenigingen en heemkundige kringen over thematische lijnen van Convenant Vergadering van 9 juli 2009 om 10 u. in cc Biekorf, Lebbeke Evaluatie van contactavond Vastleggen thema‟s Vergadering van 27 augustus 2009 om 14 u. in cc Belgica, Dendermonde Uitgesteld wegens teveel verontschuldigingen Vergadering van 23 september 2009 om 14 u. in cc Belgica Dendermonde Intentieverklaring of engagement van vier gemeenten Timing beleidsplanning Vergadering van 15 oktober 2009 om 14 u. in cc Belgica Dendermonde Bespreking mogelijkheden juridische verankering Aanzet regionale en lokale analyse Aanzet trendanalyse Huisvesting Vergadering van 29 oktober 2009 om 9.30 u. in cc Belgica Dendermonde Verwelkoming Wichelen Evaluatie omgevingsanalyse Planning „marathonoverleg‟ 16 november 2010 Vergadering van 16 november 2009 om 9.30 u. in cc Stroming Berlare Timing beleidsplanning Bespreking regionale omgevingsanalyse SWOT-analyse Aftoetsen criteria beoordelingscommissie met provinciaal museumconsulent Mieke Van Doorselaer Gezamenlijke actievoering 2010 Vergadering van 11 december 2009 om 9.30 u. in cc Jan Tervaert, Hamme Planning Doelstellingen Gezamenlijk project Erfgoeddag (thema Fake) Gezamenlijke communicatie en promotie Erfgoeddag (brochure) 2.2. OVERZICHT PLANNINGSPROCES 2010 Terugkoppeling steunpunt FARO | 78 8 januari 2010 om 9.30 u. Het sneuveldossier met omgevingsanalyse, swot, missie- en visietekst wordt voorgelegd. Adviesvraag Locus vzw 1 februari 2010 om 9.30 u. in De Priem, Brussel Juridisch advies tot verankering van vier gemeenten voor erfgoedwerking wordt aan het steunpunt gevraagd. Vergadering van 18 januari 2010 om 9.30 u. in cc De Pit, Buggenhout Overleg adviesgroep Terugkoppeling overleg FARO op 8 januari 2010 Kort verslag Prismadag 29-01-2010 Vergadering van 11 februari 2010 om 9.30 u. in cc Biekorf, Lebbeke Overleg adviesgroep Korte voorstelling mogelijke pistes verankering van de vier niet toegetreden gemeenten Vastleggen concept Contactavond 25-02-2010 Contactavond brede stakeholders erfgoedbeleid 25 februari 2010 om 19 u. in cc Belgica, Dendermonde Vergadering van 4 maart 2010 om 9.30 u. in gemeenthuis Laarne Overleg adviesgroep Evaluatie contactavond Planning vervolgtraject Juridische verankering vier gemeenten Voorbereiding contactavond Vergadering van 31 maart 2010 om 17 u. in cc De Poort, Wetteren Overleg adviesgroep: voorbereiding contactavond Contactavond erfgoedvrijwilligers 18-22 u. in cc De Poort, Wetteren Vergadering van 10 mei 2010 om 9.30 u. in cc Belgica, Dendermonde Overleg adviesgroep Bespreking samenwerkingsovereenkomst Cultuurdijk en vier erfgoedgemeenten. Vergadering van 15 juni 2010 om 9.30 u. in cc Belgica en Zwijvekemuseum, Dendermonde Financieel-juridische nota samenwerking Cultuurdijk en vier erfgoedgemeenten Huisvesting Verdere planning beleidsdossier Inhoud: missie-visie-doelstellingen-middelen-participatieproces | 79 Woensdag 1 september 2010 om 14 u. De Priem, Brussel Overleg FARO, provincie Oost-Vlaanderen en cultureel erfgoedconvenantlen Oost-Vlaanderen Vergadering van 8 september 2010 om 11 u. in Stadhuis Dendermonde Overleg Volkskunde Vlaanderen Vergadering van 8 september 2010 om 14 u. in Stadhuis Dendermonde Overleg adviesgroep Inhoudelijke uitwerking dossier: overlopen inhoud en feedback provinciaal museumconsulente Terugkoppeling FARO om 9.30 u. in De Priem, Brussel 22 september 2010 Feedback dossier Dag van de erfgoedvrijwilliger op zondag 14 november 2010 in CC Belgica (14-17 u.) De negen gemeenten van het samenwerkingsverband willen zich reeds als erfgoedregio profileren en zetten daarom met beperkte middelen samen projecten op. Als bedanking voor de inzet van de erfgoedvrijwilligers tijdens de participatiemomenten in Lebbeke, Dendermonde en Wetteren werd een verwendag in het leven geroepen. Op zondag 14 december 2010 zullen de erfgoedvrijwilligers worden vergast op een aantal lezingen maar ook op een gratis theatervoorstelling (marionettentheater „Richaar Den Derden‟). Het programma ziet er als volgt uit: 14-14.15 Verwelkoming en korte toelichting erfgoedbeleidsplan voorzitter Cultuurdijk 14.15-14.45 lezing rond betekenis immaterieel erfgoed door Robert Belens (FARO) 14.45-15.30u. Voorbeeldproject registratie immaterieel erfgoed door Playing the Past (registratieproject slaapliedjes in de Middellandse Zeewereld. 15.30-16 u. . Poppentheatervoorstelling Richaar III 16.30 u. Receptie met Spaanse tapas (start Week van de Smaak) 2.3. GEPLAND PROJECT 2011 Fotoreportage en expositie rond immaterieel erfgoed in het Land van Dendermonde In 2011 wordt door de negen gemeenten een jonge fotograaf, Artur Eranosian op pad gestuurd om het immateriële erfgoed in de regio op de gevoelige plaat vast te leggen. Aan het eind van zijn tocht doorheen de streek en doorheen een volledig „feestjaar‟ wordt het resultaat getoond in een tentoonstelling. Artur leverde ook de foto‟s die bij dit beleidsplan werden gebruikt. | 80 BIJLAGEN BIJLAGE 1: STAD EN LAND VAN DENDERMONDE OP DE VOORAVOND VAN DE FRANSE REVOLUTIE (PEE, L. 2003, De Geestelijkheid in het Dendermonse, in: Gedenkschriften van de Oudheidkundige Kring van het Land van Dendermonde, Vierde Reeks, deel 23, Jaarboek 2003, p. 7-17) 1. DE TERRITORIALE OMSCHRIJVINGEN IN HET OUD REGIME Tot het einde van het Oud Regime - dus de periode vóór de Franse overheersing in onze gewesten (17951815) - was Dendermonde de hoofdplaats van een kleine gouw, die zich lang en smal uitstrekte aan weerszijden van de Schelde. Deze gouw vormde in het graafschap Vlaanderen een administratieve eenheid, maar nam op feodaal gebied toch een uitzonderlijke positie in: het maakte deel uit van zogenaamd allodiaal Vlaanderen. Omdat de territoriale begrenzing nogal verschilde naargelang men dit gebied beschouwde vanuit feodaal, administratief of kerkelijk vlak, is het toch wel noodzakelijk om de betreffende omschrijvingen even toe te lichten. 1.1. STAD EN LAND VAN DENDERMONDE Op administratief vlak gold de benaming “Stad ende Land van Dendermonde”. Deze omschrijving omvatte enerzijds de Stad Dendermonde, die in 1233 van Robrecht van Bethune haar vrijheidskeure had verkregen en sindsdien een afzonderlijk administratief bestaan ging leiden, onder leiding van een baljuw en een schepenbank (strafrechterlijk en administratief). De aanpalende omschrijvingen Appels, Oudegem en Eegene ressorteerden administratief onder de stad Dendermonde. Anderzijds vormden de 16 (eigenlijk 18) parochies, buiten de stad gelegen, het zogenaamde Land van Dendermonde, namelijk: Hamme, Zele, Kalken, Overmere, Uitbergen, Berlare, Laarne, Grembergen en Moerzeke (op de linker oever van de Schelde) en Wetteren, Schellebelle met Wanzele, Sint-Gillis en Zwijveke, Denderbelle, Sint-Ursmaars-Baasrode met Vlassenbroek (Baasrode-Sint-Gertrudis), Lebbeke en Opwijk (op de rechter oever). Onder deze buitenparochiën nam Zele de voornaamste plaats in. Zo werden alle officiële afkondigingen die het gehele “land” betroffen, allereerst - zo niet zelfs uitsluitend - te Zele openbaar bekend gemaakt. Werd de plattelandsbevolking om advies gevraagd of kwamen de belangen van de buitenparochiën in het gedrang, dan waren het steeds de wethouders van Zele die als woordvoerders optraden. En deden er zich eventueel geschillen voor tussen de dorpen van de linker oever en deze van de rechter oever - | 81 bijvoorbeeld inzake troepenlogementen -, dan trad Zele op in naam van de gemeenten op de linker, en Opwijk in naam van deze op de rechter oever 2. Het Land van Dendermonde stond onder het gezag van twee lichamen, met name het leenhof (feodaalrechterlijk), voorgezeten door de hoogbaljuw (plaatsvervanger van de heer van Dendermonde) en de hoofdschepenbank (financieel-administratief) 3. 1.2. DE HEERLIJKHEID DENDERMONDE Op feodaal vlak sprak men van de Heerlijkheid Dendermonde, met haar leenhof. De term “heerlijkheid” slaat hier op de verzameling van de rechten en de bezittingen van de heer van Dendermonde. Hij bezat volgende rechten: de hoge, middele en lage rechtspraak over de stad Dendermonde, het Land van Dendermonde en een aantal gebieden erbuiten; de voogdij over de Sint-Baafsabdij; de heerschappij over de Schelde tussen Gent en Bornem. Deze heerlijkheid strekte zich uit over: de stad Dendermonde en haar banmijl; het Land van Dendermonde, waarin drie soorten parochies konden onderscheiden worden: deze, behorende tot het domein van de heer van Dendermonde en waarover hij de hoge, middele en lage rechtspraak zelf uitoefende, namelijk: Hamme, Grembergen, Zele en Berlare (op de linkeroever) en Baasrode, Lebbeke, Opwijk en Sint-Gillis-Zwijveke met Denderbelle (op de rechter oever); deze, in handen van leenmannen van de heer van Dendermonde en waarover de leenmannen de hoge, middele en lage rechtspraak uitoefenden, namelijk: Moerzeke, Overmere, Kalken, Laarne en Uitbergen, (op de linkeroever) en Schellebelle en Wetteren (op de rechteroever) deze, in handen van kerkelijke instellingen aan wie tevens de organisatie van de rechtspraak toebehoorde, namelijk: Appels, Oudegem en Eegen op de rechter Scheldeoever; gebieden en heerlijkheden, die buiten de grenzen van het Land van Dendermonde waren gelegen en door schenking van de heren van Dendermonde of van de vroegere karolingische vorsten in andere handen waren overgegaan, zodat enkel nog een feodale band hen verbond met het Land van Dendermonde, namelijk: Sint-Amands-Baasrode, gedeelten van het grondgebied Wieze en Moorsel (Gervergem) en verder ook nog enkele andere leengoederen, verspreid in het aangrenzende Brabant, onder andere te Buggenhout, Londerzele, Merchtem, en zelfs Wolvertem, maar ook in het Land van 2J. LINDEMANS, 1938-1946, pp. 14-15. 3J. LINDEMANS, 1951-1955, p. 161. | 82 Aalst, in de kasselrij Kortrijk, in de kasselrij Oudenaarde, in het Brugse Vrije, in het Doornikse en in de Oudburg (Gent) 4. 1.3. DE LANDDEKENIJ DENDERMONDE Op kerkelijk vlak golden alweer andere territoriale grenzen, die hun oorsprong vinden in de nieuwe indeling der bisdommen in de Nederlanden, ten tijde van de regering van Filips II (1555-1598) en het pontificaat van Paulus IV (1555-1559). Zo viel in 1559 het oude bisdom Doornik uiteen in drie diocesen: Doornik, Brugge en Gent. Deze diocesen behoorden dan tot de nieuwe kerkprovincie Mechelen 5. Toen op 7 augustus 1561, in de bul Regimini universalis van paus Pius IV (1559-1565), het bisdom Gent officieel werd opgericht, volgden de noord- en oostgrens van dit nieuwe bisdom in principe de Schelde: vanaf Elsegem, ten zuiden van Oudenaarde, tot bij de Braakmaninham in de Honte of Westerschelde. Ten overstaan van het nieuwe aartsbisdom Mechelen, werden op de Schelde enkele grenswijzigingen doorgevoerd, te Pamele-Oudenaarde, te Gavere, te Melsen en te Gentbrugge. Verderop kwamen, over de Schelde, de vroegere Kamerijkse parochies van Wetteren en Schellebelle en nog iets verder het Land van Dendermonde en het Land van Bornem bij het bisdom Gent 6. Pas onder bisschop Damant (1590-1609) werd het bisdom Gent in decanaten opgesplitst. De tweede diocesane synode (1609) vermeldt het bestaan van acht districten: het aartspriesterschap Gent en de decanaten Deinze, Dendermonde, Evergem, Hulst, Oudenaarde, Tielt en Sint-Niklaas. In 1642 besloot de vergadering van de bisschop en de dekens tot een lichte herschikking, waarbij enkele zeer excentrisch gelegen parochies tussen bepaalde decanaten werden uitgewisseld. Deze decanale indeling bleef, op enkele kleine wijzigingen na, behouden tot op het einde van het Oud Regime 7. De nieuwe Landdekenij van Dendermonde telde nu twintig parochies: Laarne, Weteren, Kalken, Schellebelle, Overmere, Uitbergen, Berlare, Zele, Hamme, Grembergen en Moerzeke, ten noorden van de Schelde; Dendermonde, Sint-Gillis met Zwijveke, Lebbeke en Baasrode, ten zuiden van de Schelde, en vier parochies uit het Land van Bornem, met name Hingene, Bornem, Mariekerke en Sint-Amands, ten oosten van de Schelde. De nieuwe dekenij Dendermonde was derhalve samengesteld uit diverse parochies, ontnomen aan verschillende oude dekenijen en bisdommen. Vóór 1559 immers behoorden Baasrode, Bornem, Dendermonde, Hingene, Lebbeke, Sint-Amands, Sint-Gillis en Vlassenbroek tot de dekenij Brussel, in het aartsdiakenschap Brabant van het bisdom Kamerijk. Schellebelle en Wetteren maakten toen deel uit van de dekenij Aalst van hetzelfde aartsdiakenschap. Berlare, Grembergen, Hamme, Moerzeke, Overmere, Uitbergen en Zele lagen dan weer in de dekenij Waas van het aartsdiakenschap Gent in het bisdom Doornik. En Kalken en Laarne, ten slotte, behoorden vroeger tot de dekenij Gent, bisdom Doornik 8. Om een of andere onduidelijke reden werd op het einde van de 17de of in het begin van de 18de eeuw ook de parochie Gentbrugge tot de landdekenij Dendermonde gerekend. Wij vinden haar in elk geval op- 4J. LINDEMANS, 1938-1946, p. 15; P. BUYSE, 1980, pp. 56-57. 5M. 6E. VLEMINCX, 1978, p. 31; M. DIERICKX, 1950. VAN MINGROOT, 1992, p. 26. 7M. CLOET , 1992, p. 136. 8M. VLEMINCX, 1978, p. 31; A. DE VLAMINCK, 1868, p. 83. | 83 genomen in de decanale verslagen uit die periode; bovendien worden in het archief van de O.-L.Vrouwekerk een aantal archiefstukken bewaard uit de periode 1686-1791. Ook in de petitie, die deken J.-B. Peeters op 2 juni 1797 aan de Raad van 500 richtte, komt Gentbrugge voor onder de parochies van de dekenij Dendermonde (zie verder). De nieuwe landdekenij Dendermonde vertoonde een tamelijk langwerpige vorm omdat zij zich uitstrekte langs de Schelde, van Laarne en Wetteren tot Bornem en Hingene. Zij had een territoriale omschrijving die duidelijk afweek van de entiteiten Land van Dendermonde en Heerlijkheid Dendermonde. Enerzijds waren er vier parochies uit het Land van Bornem in opgenomen, waarvan er één - Sint-Amands - weliswaar behoorde tot het leenhof van Dendermonde. Anderzijds werden de parochies Appels, Oudegem en Eegene, die nochtans administratief ressorteerden onder de stad Dendermonde en eveneens afhankelijk waren van het leenhof van Dendermonde, alsook Denderbelle, dat tot het Land van Dendermonde behoorde, niet in de nieuwe landdekenij opgenomen; zij bleven deel uitmaken van de dekenij Aalst in het aartsbisdom Mechelen. En Opwijk, dat zowel tot het land als tot het leenhof van Dendermonde behoorde, bleef eveneens onder de dekenij Aalst 9. 2. DE NIEUWE TERRITORIALE OMSCHRIJVINGEN TIJDENS DE FRANSE OVERHEERSING 2.1. DEPARTEMENTEN Toen op 1 oktober 1795 onze provinciën bij Frankrijk werden ingelijfd, werden nieuwe administratieve indelingen ingevoerd, naar het voorbeeld van het moederland. Wars van bestaande historische toestanden, werden de nieuwe begrenzingen van departementen en kantons ingetekend. Deze indelingen bleven - zonder zich af te vragen in hoeverre zij doelmatig en gewettigd waren - in de latere regimes behouden. De grondwet van het jaar III, die het regime van het Directoire (1795-1799) in Frankrijk inluidde, bepaalde de nieuwe staatsinrichting dewelke na 1 oktober 1795 in de Belgische departementen werd doorgevoerd. Zij kreeg goedkeuring door de Nationale Conventie op 22 augustus 1795 (5 fructidor, jaar III) en trad na de ontbinding van de Conventie op 26 oktober 1795 (4 brumaire, jaar III) definitief in voege. De Belgische gewesten werden in negen departementen ingedeeld, die - op enkele ingrijpende grenswijzigingen in 1814-1815, 1839, 1925 en 1963 na - tot op onze dagen zijn blijven voortbestaan; zij het dan onder de benaming „provincie‟, ingevoerd door de grondwet van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden (24 augustus 1815). Om de band met de vroegere feodale en territoriale structuren voor goed te breken, gaf men aan deze departementen totaal nieuwe namen: Leiedepartement (later: provincie West-Vlaanderen); Scheldedepartement (later: provincie Oost-Vlaanderen); departement der Twee-Neten (later: provincie Antwerpen); 9J. DE BROUWER, 1961. | 84 Dijledepartement (later: provincie Zuid-Brabant, nadien Brabant); departement van de Nedermaas (later: provincie Limburg); departement Jemappes (later: provincie Henegouwen); departement van Samber-en-Maas (later: provincie Namen); departement van de Ourthe (later: provincie Luik); departement der Wouden (later: groothertogdom/provincie Luxemburg) 10. 2.2. MUNICIPALE KANTONS Krachtens de grondwet van het jaar III werden de departementen onderverdeeld in een aantal municipale kantons. De steden en dorpen met minder dan 5.000 inwoners verloren vrijwel hun autonomie en werden in kantons gegroepeerd. De leiding berustte bij de muncipale raad, waarin beambten (agents municipaux) en een vertegenwoordiger van het centraal gezag (commissaire du Directoire exécutif) zetelden. Elke municipale beambte werd bijgestaan door een vervanger (adjoint) en vertegenwoordigde een lokaliteit van het kanton. De gemeenten die hen afvaardigden, mochten zichzelf „gemeente‟ noemen. De lokaliteiten met een bevolkingsaantal van 5.000 tot 100.000 inwoners behielden enige autonomie. Ze vormden elk een afzonderlijk kanton. Het bestuur werd er uitgeoefend door de officiers municipaux, die, samen met een commissaris van het Directoire, de municipale raad samenstelden 11. De oprichting van het Scheldedepartement en de verdere onderverdeling in municipale kantons betekenden meteen een definitieve einde van het oude Land van Dendermonde. In de plaats ervan kwamen nu zes kantons: het kanton Dendermonde; het kanton Hamme; het kanton Lebbeke, samengesteld uit de gemeenten Appels, Baardegem, Baasrode, Buggenhout, Denderbelle, Herdersem, Lebbeke, Meldert, Mespelare, Moorsel, Opdorp, Oudegem, Sint-Gillis en Wieze; het kanton Overmere, samengesteld uit de gemeenten Berlare, Grembergen, Kalken, Laarne, Moerzeke, Overmere en Uitbergen; het kanton Wetteren; het kanton Zele. Deze kantonmunicipaliteiten bleven in gebruik tot 1799. Kort na de invoering van het Consulaat werden ze afgeschaft. De wet van 17 februari 1800 hertekende - in uitvoering van de constitutie van het jaar VIII - de lokale bestuursorganisatie op drastisch wijze. Elke lokaliteit waarvan een municipale beambte in het kantonbestuur zetelde, verkreeg dan het statuut van autonome gemeente. De kantons bleven wel in gebruik, maar hun hoofdbestemming verschoof van de bestuurlijke naar de gerechtelijke sector, waar ze als territoriale basiseenheden bleven bestaan. Het werden na de wet van 17 februari 1800 bijgevolg 10Sven VRIELINCK, 2000, Vol. I, deel 1, pp. 60-87. 11Sven VRIELINCK, 2000, Vol. 1, deel 4, p. 311e.v. | 85 gerechtelijke kantons. De kantongrenzen bleven gehandhaafd tot de wet van 28 januari 1801, die een algemene reorganisatie van de Vredegerechten doorvoerde. 2.3. ADMINISTRATIEVE ARRONDISSEMENTEN-ARRONDISSEMENT DENDERMONDE Het weze op te merken dat er tijdens de periode van het Directoire dus geen bestuursniveau bestond tussen dat van de departementen en de autonome communes of municipaliteiten. Omdat het aantal gemeentelijke administraties echter gevoelig was toegenomen, werd de vorming van een dergelijk bestuursniveau een pure noodzaak. Dus werden, door de bovengenoemde wet van 17 februari 1799, de administratieve arrondissementen ingevoerd. Het was overigens Napoleon zelf, die de invoering van de nieuwe structuren voorstond en onderprefecten aan het hoofd van de arrondissementen plaatste. Deze administratieve arrondissementen (tijdens de Hollandse tijd; districten, nadien terug arrondissementen) zijn tot op vandaag nauwelijks veranderd sinds hun stichting in 1800. Tijdens het Franse bewind berustten in alle arrondissementen, behalve in de gebieden waar de hoofdplaatsen van de departementen lagen, de leiding in handen van de onderprefecten (sous-préfets); in de hoofdplaatsen van de departementen berustte de leiding in handen van de prefect. Bij het vertrek van de Fransen in 1814 werden de onderprefecturen opgeheven en de onderprefecten vervangen door onder-intendanten. Tijdens het Verenigd Koninkrijk zou het ambt van onder-intendant plaats maken voor dat van arrondissementscommissaris 12. Het arrondissement Dendermonde werd opgericht bij wet van 17 februari 1800 als derde arrondissement van het Scheldedepartement. Bij KB van 3 januari 1818 zou de benaming arrondissement worden vervangen door district en bij wet van 30 april 1836 zou de oorspronkelijke benaming terug worden ingevoerd. Het was het ambtsgebied van een onderprefect (vanaf 1814 tot 1818 onder-intendant en van 1818 tot 1886 commissaris). Het commissariaat Dendermonde werd opgeheven en samengevoegd met dat van SintNiklaas bij KB van 15 juni 1886. Tot het KB van 3 januari 1818 stemde de bestuurlijke omschrijving overeen met het gelijknamige gerechtelijk arrondissement 13. Het administratief of bestuurlijk arrondissement Dendermonde omvatte volgende autonome gemeenten: Aalst *, Appels, Baardegem *, Baasrode, Bavegem *, Bazel **, Belsele **, Berlare; Beveren(-Waas) **, Buggenhout, Burcht **, Daknam **, Denderbelle, Dendermonde, Doel **, Eksaarde **, Elversele **, Erondegem *, Erpe *, Gijzegem *, Grembergen, Haasdonk **, Hamme, Herdersem *, Hofstade *, Impe *, Kalken, Kallo **, Kemzeke **, Kieldrecht **, Kruibeke **, Laarne, Lebbeke, Lede *, Lokeren **, Meldert *, Melsele **, Mere *, Mespelare, Moerzeke, Moorsel *, Nieuwerkerken *, Nieuwerkerken-, Waas **, Oordegem *, Opdorp , Ottergem , Oudegem, Overmere, Rupelmonde **, Schellebelle, Serskamp, Sinaai **, Sin.-Gillis-bij-Dendermonde, Sint-Gillis-Waas **, Sint-Niklaas **, Sint-Pauwels **, Smetlede *, Stekene **, Temse 12Sven VRIELINCK, 2000, Vol. 1, pp. 153 e.v. 13Sven VRIELINCK, 2000, Vol. I, deel 3, pp. 188-190. | 86 **, Tielrode **, Uitbergen, Verrebroek , *, Vlekkem *, Vlierzele *, Vrasene **, Waasmunster, Wanzele *, Wetteren, Wieze, Zele, Zwijndrecht **. Tijdens het Napoleontisch Tijdperk (1799-1815) was het bestuurlijk arrondissement Dendermonde dus veel omvangrijker dan tegenwoordig. Het omvatte toen, naast de gemeenten van het huidige arrondissement Dendermonde (cursief), ook een groot aantal gemeenten die, bij KB van 3 januari 1818, aan de - toen nieuw opgerichte - bestuurlijke arrondissementen Aalst (zie: *) en Sint-Niklaas (zie: **) werden toegevoegd. Als gerechtelijk arrondissement echter bleef Dendermonde in zijn oorspronkelijke territoriale omvang bestaan tot 1963. 2.4. GERECHTELIJK ARRONDISSEMENT DENDERMONDE Het gerechtelijk arrondissement Dendermonde werd opgericht bij de wet van 18 maart 1800. Zo kreeg de stad Dendermonde, als hoofdplaats van het gelijknamig arrondissement, een Rechtbank van Eerste Aanleg. Het arrondissement omvatte een verzameling van vijftien municipale kantons, waarvan één was afgescheiden van het arrondissement Gent en de andere afkomstig waren van de opgeheven arrondissementen Aalst en Sint-Niklaas 14, namelijk: Aalst, Belsele, Beveren, Dendermonde, Haasdonk, Hamme, Lebbeke, Lokeren, Lede, Overmere, Sint-Gillis-Waas, Sint-Niklaas, Temse, Wetteren en Zele. Wij schreven reeds hoe, bij de wet van 17 februari 1800, de municipale kantons werden opgeheven. Deze wet had echter uitsluitend betrekking op de administratieve inrichting en liet de gerechtelijke organisatie ongemoeid. De afgeschafte kantons bleven vanuit territoriaal oogpunt de bevoegdheden van de Vredegerechten bepalen, zodat hun zwaartepunt verschoof van de uitvoerende naar de gerechtelijke sector. Na 1800 spreken wij bijgevolg van gerechtelijke kantons, ook wel vredegerechtkantons genoemd. De wet van 28 januari 1801, voerde een algemene reorganisatie van de Vredegerechten door; de kantonstructuur werd toen volledig afgestemd op de territoriale organisatie der Vredegerechten 15. Bij CB van 8 december 1801 werden, in het gerechtelijk arrondissement Dendermonde, de municipale kantons omgevormd tot gerechtelijke; hierbij werden de grenzen van sommige kantons gewijzigd, dit door een herschikking van de samenstellende gemeenten. Zodoende telde het gerechtelijk arrondissement Dendermonde sindsdien nog slechts elf kantons, namelijk: Aalst 1, Aalst 2, Beveren, Dendermonde (bestaande uit Appels, Baasrode, Buggenhout, Denderbelle, Dendermonde, Lebbeke, Mespelare, Opdorp, Oudegem, Sint-Gillis-bij-Dendermonde en Wieze), Hamme (bestaande uit: Elversele, Hamme, Moerzeke en Waasmunster), Lokeren, Sint-Gillis-Waas, Sint-Niklaas, Temse, 14 De gerechterlijke arrondissementen Gent, Aalst en Sint-Niklaas werden opgericht bij besluit van 30 december 1795 en definitief afgebakend bij besluit van 21 februari 1796. De municipale kantons, afkomstig uit het oude Land van Dendermonde, waren toen over de betreffende arrondissementen verdeeld. Bij Aalst: Dendermonde en Lebbeke; bij Sint-Niklaas: Hamme, Overmere en Zele. Het municipaal kanton Wetteren behoorde tot 18 maart 1800 tot het gerechtelijk arrondissement Gent. Zie: Sven VRIELINCK, 2000, Vol. I, deel 2, pp. 101, 113 en 137-138. 15 Sven VRIELINCK, 2000, Vol. I, deel 5, p. 463. | 87 Wetteren (bestaande uit Kalken, Laarne, Massemen-Westrem, Schellebelle, Serskamp en Wetteren) en Zele (bestaande uit Berlare, Grembergen, Overmere, Uitbergen en Zele) 16. BESLUIT Het bestuurlijk arrondissement Dendermonde, zoals het bleef voortbestaan na het KB van 3 januari 1818 waarbij een groot aantal gemeenten werd afgescheiden en toegewezen aan de nieuwe arrondissementen Aalst en Sint-Niklaas -, vertoonde dus slechts een gedeeltelijke gelijkenis met de vroegere omschrijving van Stad en Land van Dendermonde. Het bestond uit de (gerechtelijke) kantons Dendermonde, Hamme, Wetteren en Zele, waarin weliswaar de meeste gemeenten van het oude Land zijn terug te vinden, doch niet alle. Anderzijds werden er andere bijgevoegd, die er historisch niet toe behoorden 17. In het kanton Dendermonde vinden wij nu als nieuwe gemeenten: Buggenhout (vroeger Brabant, Land van Grimbergen), Mespelare en Wieze (vroeger Land van Aalst) en Opdorp (vroeger administratief in los verband met het Land van Bornem). Anderzijds vielen er uit: Opwijk (nu Brabant, arr. Brussel) en GevergemMoorsel (nu arr. Aalst). Bij het kanton Hamme kwamen twee Waaslandse dorpen, met name Waasmunster en Elversele. Laatstgenoemde gemeente is echter administratief bij het arrondissement Sint-Niklaas ingedeeld. Het kanton Wetteren verloor Wanzele dat bij het kanton Aalst werd ingelijfd, maar kreeg Serskamp, Massemen en Westrem (vroeger Land van Aalst). Enkel het kanton Zele is uitsluitend homogeen gebied gebleven uit het oude Land van Dendermonde. 16 Sven VRIELINCK, 2000, Vol. I, deel 5, pp. 319-449. 17 A. DE VLAMINCK, 1868, pp. 27-28. | 88 BIJLAGE 2: NIET EXHAUSTIEVE INVENTARIS VAN REUZEN EN ‘AANVERWANTEN’IN HET LAND VAN DENDERMONDE In onze regio trekken regelmatig reuzen door de straten. Hierna volgt een nog onvolledige lijst van bekende reuzen. De lijst is opgevat als een „reuzenbevolkingsregister‟ met plaats van geboorte, geboortejaar en eventueel de groep of vereniging die de reus op de wereld zette. BERLARE Graaf Philippo Cesar Remi Rolliers en Gravin Isabelle Alice Valerie van Cauwenhove (Overmere, 1937) / Philiep (Overmere, 1958), reuzenkind van voornoemde reuzenkoppel / Daniël van Berlare en Agnes van Bareldonk (Bareldonk, 1951 - VVV Donkmeer) / Cyriel en Catharina (Wijk Heide, 1990 - Rode Kruis) / Zeuntje (Wijk Heide, 1996 - Rode Kruis) BUGGENHOUT Opstal: Reus Marjaas (1998) DENDERMONDE Appels: Boer Jef (1920) / Kamiel en Prudence (1960-1962) Dendermonde / Ros Beiaard (1600) / Goliath (1626) / Mars (1648) / Indiaan (reuzin) (1648) / Kemel (16de-17de eeuw) / Klein Paard (1754) / Neptunus (Veerstraat, 1948) / het Ros Donckstraat (1953 en 1974) / Walvis (Dendermonde, 1958) / Peke Rammekenszand (Sinksenbraderij, 1961) / Dos Callos (Café „t Schipken, jaren 1980). Grembergen: Ward Sigaar / Charlotte / Pauleken/Mong den Duivenmelker / Floeren den Blomist / „t Vriendjen / Tarsken / „t Peird / Sagien / Paul den Eirenboer / Gust / Florent / Cis de Melkboer / Bosco Sint-Gillis: Ros Beiaard (1879) / Torre en Van Dam (Boonwijk, 1895) / Ros Beiaard (Den Halt, 1927) / Jan en Hermine Gebuurtevriend (Warmen Haard,1929-1930) / Polliet (Vemmekensspoeling, Torrestraat) / Dissen . Oudegem: Pierre (1973) / Petatje op ezeltje Anatole (1973) / Koster / De commandant / Denise van de Puë / Jef Schreirs (2008) HAMME Polydoor (1931 - Hamse Wuitens) en de vierlingreusjes: Dolyfoor, Luckydoor, Willydoor, Jackydoor Theo, Tiny en Louis/Astrid (reus met twee hoofden) Moerzeke: Bavo en Sjieksken LAARNE Marie-Spreudel | 89 Kalken: Stien en Lies WETTEREN Polliet en Liza (1948 - dekenij Den Berg) / Piroen, Cesarina en kroost Marioleintje en Prudent (Molenhoek, 1950) / Jaek de Pompier (1955 - Brandweerkorps) / Miel en Tavia (1967 - Vreugdebroeders) / Bommelina en Pier Punaise (De Bommels, 1981-1982) / Begga (Begijneweide, 1988) / Lowieken (Loweestraat Massemen) / Jean Baptiste (1990) / Wetterse Wijnboer (1990 - Gilde van het Amateur Wijnmakers Verbond) WICHELEN Moriaan (1956) en Sarida (1959) (Bohemen) en hun reuzenkinderen: Iraldo (Bohemen, 1963) en Esmiralda (Bohemen, 1974). Julius Caesar (1947)en zijn gemalin Cesarine en baby Octavianus (2007) en het extra koppel Brutus (1951)en Stance (1952) ZELE Achiel Tas, André Bogaert, Pitje Moer, Mon Vlasboer, Melanie en Judocus van den Dok | 90 BIJLAGE 3: DOELSTELLINGEN ROND CULTUREEL ERFGOED IN DE GEMEENTELIJKE BELEIDSPLANNEN (2007-2013) In de eerste generatie cultuurbeleidsplannen was erfgoed nog geen hot item. In de nieuwste beleidsperiode vormt cultureel erfgoed echter wel een belangrijk onderdeel van het algemene cultuurbeleid. De zorg voor het aanwezige patrimonium maakt in alle steden en gemeenten een onderdeel uit van het beleid, in meerdere of in mindere mate. Lokale besturen nemen de verantwoordelijkheid op voor het lokale erfgoed. Hieronder volgen de doelstellingen met betrekking tot erfgoed uit de cultuurbeleidsplannen van de diverse partnergemeenten en de opvallendste geplande acties en doelstellingen. Waar gemeenten geen cultuurbeleidsplan hebben, wordt nagegaan of in de algemene gemeentelijke beleidsnota aandacht is voor het lokale erfgoed. BERLARE (CULTUURBELEIDSPLAN 2008-2013) DOELSTELLINGEN Berlare draagt zorg voor zijn erfgoed en erkent het als meerwaarde; Het gemeente-archief is geinventariseerd en wordt beheerd volgens de normen van het Rijksarchief; De kennis omtrent het lokale erfgoed is vergroot; Erfgoedspelers en gemeentebstuur bundelen de krachten om erfgoed bij inwoners en dagjesmensen een gezicht te geven. CONCRETE ACTIES EN AANDACHTSPUNTEN belang van erfgoed bij uitstippelen beleid ruimtelijke ordening; inventaris funerair erfgoed ism dienst bevolking en lokale erfgoedverenigingen; Boerenkrijgcollecte in „Museum Donkmeer‟; Analyse toestand en behoeften van gemeentearchief wordt opgemaakt; Intergemeentelijke collegagroep erfgoed om een groter draagvlak te creeren; Deelcollectie Boerenkrijg wordt verder uitgebouwd; Openstellen van de collecties “borstel- en penseelmakerij” momenteel deels opgeslagen in een bijgebouw van het kasteel en nog deels in het nog bestaande atelier dat echter binnen afzienbare tijd (1 jaar) zal afgebroken worden, waardoor we zullen genoodzaakt zijn de machines en toestellen voorlopig ergens onder te brengen; Uitwerken erfgoedprojecten (bv. Week van de Smaak,fotoreportage en geschiedenis Berlaarse huizen,…); Opleidingen mondelinge geschiedenis; Collectie Naaldkant is eigendom van de gemeente en ligt in bewaring in het lokaal van de Heem- en Oudheidkundige Kring Berlare en moet permanent tentoongesteld worden (= schenkingsvoorwaarde); Opnemen waardevol erfgoed in toerismebrochures; | 91 Schoolprojecten. BUGGENHOUT (CULTUURBELEIDSPLAN 2008-2013) ‘ERFGOED: EXTRA AANDACHT NODIG!’ Bij de opmaak van het vorige beleidsplan, werd een heel hoofdstuk besteed aan de doelstellingen met betrekking tot erfgoed. Van alle doelstellingen kunnen we stellen dat deze binnen dit thema het minst goed zijn behaald. Het zou fout zijn te zeggen dat er geen acties ondernomen werden. Erfgoeddag en open monumentendag waren als het ware aanleidingen om ieder jaar opnieuw een activiteit op te zetten. Daarnaast is er ook de heemkring Ter Palen die – als belangrijk culturele actor – zeker niet heeft stilgezeten. Maar van de vooropgestelde acties die zich voornamelijk richtten tot het inventariseren, het gebruiksvriendelijk ontsluiten en het digitaal beschikbaar stellen van erfgoed zijn er bitter weinig gerealiseerd. Redenen hiervoor zijn divers, maar de hoofdreden is te zoeken in een koersverandering inzake visie op erfgoed. Waar bij de opmaak van het beleidsplan nadruk werd gelegd op het digitaliseren van foto- en ander archief, vroegen we ons de jongste twee jaren af of een dergelijk duur en arbeidsintensief proces wel nodig was. Bedoeling was om ons in deze zaak te laten bijstaan door erfgoeddeskundigen. Op het gebied van archivering is er in dit planningsjaar wel al overleg geweest met gemeenten uit de regio Dendermonde. Aandachtspunt: Erfgoed moet de komende jaren extra aandacht krijgen van diverse culturele actoren. Daarbij dient de voorkeur uit te gaan naar kleine stapjes voorwaarts t.o.v. te veel hooi op de vork te nemen. DOELSTELLINGEN Buggenhoutse erfgoed heeft een voorname plaats in het Buggenhoutse cultuurbeleid Zoals in de SWOT-analyse is weergegeven, is het noodzakelijk dat er een goede structuur wordt opgebouwd ter ondersteuning van het Buggenhoutse erfgoed én van de actoren die op dit ogenblik begaan zijn met erfgoed. concrete acties en aandachtspunten opzetten van noodzakelijke basisstructuren – onderzoeken of cultureel erfgoedconvenant levensvatbaar is opstellen inventaris op diverse erfgoedterreinen vanuit die inventaris en met input van deskundigen (extern én intern vb Ter Palen) bepalen welke strategie er verder zal gekozen worden koppeling erfgoed en toerisme aanhalen publicaties van Ter Palen opnemen in de bibliotheekcollectie collectie Ter Palen toegankelijk maken via opac (online public acces) archeologie een plaats geven in het culturele plaatje Door de restauratie van de Molenromp op de Patattenmolensite, krijgen Buggenhoutse bewoners, schoolgaande jeugd en toeristen de kans een inkijk te nemen in dit stukje Buggenhouts erfgoed. | 92 De „Patattenmolensite‟ wordt een voorname site voor het verenigingsleven in Opstal. Naast de bestaande infrastructuur van polyvalente zaal, opslagruimtes, wijkpost van de bib, chirolokalen en speelterreinen, is er één aspect dat nog niet werd gerenoveerd: de molen zelf. De gesprekken met de bevoegde instanties zijn hierover al aan de gang. Na de renovatie moet de molenromp ook een nuttige bestemming krijgen, die er één zal zijn met oge waarde op het gebied van erfgoed. DENDERMONDE (CULTUURBELEIDSPLAN 2008-2013) Dendermonde heeft de ambitie om via samenwerking en overleg haar troeven maximaal uit te spelen. Het culturele erfgoed neemt hierbij een centrale plaats in en wordt, naast de historische invulling, maatschappelijk en educatief uitgespeeld en omkaderd. We bouwen een sterke band uit met de toeristische sector, onderwijs, wijkontwikkeling en jeugd. Maar ook de andere sectoren worden aangesproken. In Dendermonde worden duidelijke inhoudelijke en kwalitatieve keuzes gemaakt. Op deze manier trachten we ons op regionaal en op provinciaal niveau te profileren. Dendermonde huisvest folklorestoeten als de Rosbeiaardommegang en Katuit (reuzenstoet). Het Begijnhof, het Belfort, het Ros Beiaard en de reuzen zijn erkend door UNESCO als werelderfgoed. Dendermonde heeft op zijn grondgebied tevens een groot aantal restanten van militaire fortificaties en beschikt over indrustieel erfgoedpatrimonium onder de vorm van het Scheepvaartmuseum in Baasrode en de Stoomtreinlijn Dendermonde-Puurs. De kaart van het culturele erfgoed en het historische patrimonium wordt getrokken. Dendermonde heeft op dit vlak heel wat troeven en speelt die ook maximaal uit. We maken werk van een regionale erfgoedconvenant en er wordt ook onderzocht of een regionale dienst archeologie kan ingepast worden. Dendermonde biedt cultuur aan van en voor de Dendermondenaren maar streeft daarnaast ook om een regionaal verhaal te schrijven. We bouwen een krachtige inhoudelijk afgestemde kernregio uit met de verscheidene buurgemeenten (Buggenhout, Berlare, Lebbeke, Hamme, Wetteren en Zele). Via afstemming en samenwerking willen we samen het publiek uit de regio te bedienen van een regionaal aanbod. We streven hierbij naar een regionale samenwerking op vlak van cultureel erfgoed, archeologie, bibliotheken en cultuurcentra. DOELSTELLINGEN De inwoners, de bezoekers en de regiobewoners ervaren Dendermonde als een levende historische stad met een belangrijk cultureel historisch patrimonium. Historisch belangrijke sites, bodemarchief en collecties in Dendermonde worden maximaal behouden, beheerd en ontsloten. CONCRETE ACTIES EN AANDACHTSPUNTEN De erfgoedpartners gaan een regionale samenwerking aan om tot een gezamenlijke erfgoedconvenant te komen; Via deze erfgoedconvenant wordt een regionale cultureel erfgoedconvenant opgericht; | 93 De regionale samenwerking bestrijkt een ruim gamma aan erfgoedterreinen; De stedelijke musea krijgen in 2009 een erkenning als lokaal historisch museum; De stedelijke musea staan in voor een beter beheer van het historisch erfgoed; De industrieel-archeologische erfgoedsites te Baasrode worden verder uitgebouwd; Het behoud en beheer van het funeraire erfgoed wordt geoptimaliseerd; Het behoud en beheer van het religieuze erfgoed wordt onder handen genomen; Realisatie van integrale cultuurprojecten (in 2008 rond 100 jaar volkstuintjes en 90 jaar vrede, in 2009 Supervlieg); Het archief werkt aan het verwerven van de kerkarchieven van de deelgemeenten (historische waarde); Historisch belangrijke en permanent te bewaren archiefstukken worden optimaal geconserveerd in het archief; De bibliotheek breidt haar “Dendermondiana”-collectie verder uit; Voor de instandhoudingwerken van ons erfgoed wordt samengewerkt met lokale scholengemeenschappen en sociale tewerkstellingsprojecten; Met andere steden en/of gemeenten worden samenwerkingsverbanden aangegaan ter behoud en restauratie van ons militair erfgoed. De hedendaagse invulling en gebruik van historische gebouwen wordt gestimuleerd. CONCRETE ACTIES EN AANDACHTSPUNTEN CC Belgica benut maximaal de mogelijkheden om programmatie aan te bieden binnen historisch belangrijke sites. Het belfort wordt inwendig gerestaureerd en gevaloriseerd, restauratie van de Lakenhalle wordt onderzocht. De culturele instellingen denken mee na over de toekomstige invulling van historische sites en gebouwen. Kansen om historische gebouwen en sites mee een culturele invulling te geven worden aangegrepen. City Sounds wordt jaarlijks georganiseerd in een Dendermonds monument of historisch gebouw. Erfgoed krijgt naast een historische ook een hedendaags maatschappelijke betekenis. CC Belgica hanteert een gemeenschapsbevorderende en multidisciplinaire benadering van erfgoed. De stedelijke musea organiseren jaarlijks cultuurhistorische tentoonstellingen. De stedelijke musea stellen een lokaal beleid op voor beschermd en lokaal erfgoed De stedelijke musea stimuleren de publicatie over bouwkundig patrimonium van arrondissement Dendermonde. De efficiënte werking stimuleren op het vlak van ruimtelijke ordening en onroerend erfgoed Merkwaardig bouwkundig erfgoed wordt geïdentificeerd en gevaloriseerd. De stedelijke musea valoriseren het bestaande orgelpatrimonium. De bibliotheek participeert met haar eigen erfgoedcollectie aan de initiatieven van de diverse culturele instellingen terzake. | 94 De bibliotheek geeft ruimte aan de traditie van mondelinge overdracht. De bibliotheek integreert roerend erfgoed in het interieur van haar gebouwen De werking van de werkgroep cultureel patrimonium wordt ondersteund door het stadsbestuur. HAMME (CULTUURBELEIDSPLAN 2008-2013) DOELSTELLINGEN Hamme werkt mee aan de uitwerking van een erfgoedconvenant. CONCRETE ACTIES EN AANDACHTSPUNTEN Hamme sluit zich aan bij de werkgroep ‘erfgoed’ in de regio Dendermonde Onder impuls van het stadsbestuur (uitgevoerd door de cultuurbeleidscoördinator) van Dendermonde wordt een samenwerking opgezet om te komen tot een erfgoedconvenant voor de regio Dendermonde. Hamme (via de cultuurbeleidscoördinator) sluit zich hier bij aan. Het erfgoed- en het toeristisch beleid zijn op elkaar afgestemd De toeristische dienst neemt erfgoed mee als trekpleister in de promotie voor Hamme. Communicatie en acties op het gebied van ‘erfgoed’ worden beter gepland. Om de aandacht en de energie beter te bundelen, zal een keuze gemaakt worden tussen initiatieven als „Erfgoeddag‟, „Open Monumentendag‟ enz. (zie ook boven). Activiteiten en communicatie over erfgoed worden gepland en uitgebalanceerd. Bibliotheek, cultuurcentrum en cultuurdienst werken versterkend aan dezelfde acties. De bibliotheek werkt zo veel mogelijk mee met plaatselijke initiatieven zoals „De Week van de Smaak‟, · Omgekeerd werken cultuurcentrum en cultuurdienst mee aan de „Voorleesweek‟, „Gedichtendag‟, enz. Het archeologisch museum Van Bogaert – Wauters krijgt een nieuwe stek. Het ontwerp voor het nieuwe museum ‘Van Bogaert-Wauters’ wordt goedgekeurd Omschrijving actie: Het archeologisch museum wordt op een professionele manier ingepast in de initiatieven die zich in de regio ontwikkelen, zo mogelijk in relatie tot een erfgoedconvenant en tot een regionale dienst (beheers)archeologie. Voor 2008 is de ontwerpfase voor het museum voorzien. Ontwerp en realisatie van een ‘Vikingenroute’ Omschrijving actie: er wordt een „Vikingenroute‟ (voor fietsers) gerealiseerd i.s.m. het archeologisch museum uit Aardenburg (Nl.), het museum VB-W, VVV Hamme, Provincie Oost-Vlaanderen en „Toerisme Regio Schelde-Durme‟. Deze route dient mede om de werking van het museum te promoten. | 95 WETTEREN (CULTUURBELEIDSPLAN 2008-2013) DOELSTELLINGEN Erfgoed biedt mogelijkheden om nieuwe publiekssegmenten aan te spreken. Elke gemeentelijke culturele instelling heeft aandacht voor erfgoedaspecten binnen haar werking Een efficiënt erfgoedbeleid draagt bij tot de bewustwording over de waarde van het lokale erfgoed CONCRETE ACTIES EN AANDACHTSPUNTEN de zorg voor onroerend erfgoed maakt integraal deel uit van het ruimtelijke beleid (screeningscommissie, reglementering inzake waardevolle gevels, overleg dienst ruimtelijke orening en cultuur,…) inventariseren bestaande informatie over Wetterse erfgoed digitale ontsluiting informatie verdere uitbouw archiveringsbeleid erfgoedopleidingen ontsluiten gemeentelijke archief voor brede publiek deelname aan erfgoedinitiatieven met nationale, regionale,… uitstraling samenwerking erfgoed – toerisme (toeristische erfgoedprojecten) lezingen en workshops over lokaal erfgoed erfgoedprojecten ism Wetterse scholen (cf Koe van Wetteren) deskundige ondersteuning Heemkundig Museum vernieuwing comit‟ Open Monumentendag informatieborden bij monumenten intergemeentelijke erfgoedconvenant opstarten om groter draagvlak voor erfgoed te creeren WICHELEN (GEMEENTELIJK MEERJARIG BELEIDSPLAN) DOELSTELLINGEN “Erfgoed” betekent niet alleen het in stand houden en het restaureren van projecten; er is de betrachting om het erfgoed een functie te geven in de samenleving, door bv. openstellen voor de bevolking “Erfgoed” mag niet enkel een onderwerp zijn voor „specialisten‟ of verenigingen die omtrent erfgoed werken; door het sensibiliseren via onderwijs, informatie op allerhande wijze (folders, website …) dient het erfgoed dichter bij iedereen gebracht te worden; iedere burger dient het besef te hebben wat erfgoed is op de gemeente “erfgoed” moet gerespecteerd worden uitbreiden van het erfgoed van de gemeente, dat thans vnl. bestaat uit dorpswoningen, hoeves en kapellen zorgen voor erkenning als monument van enkele bezienswaardigheden permanente evaluatie van de staat van het erfgoed; verlenen van inspraak aan de burger | 96 CONCRETE ACTIES EN AANDACHTSPUNTEN aan ruimtelijke ordening doen met oog voor het erfgoed inventarisatie van het erfgoed Wichelen sensibiliseren via scholen, verenigingen … van het belang van het erfgoed “opsporen” van erfgoed brochure rond erfgoed en ev. uitgestippelde wandeling organiseren van “dag van het erfgoed” – openstelling voor de bevolking stimuleren en verlenen van steun (logistiek, financieel) aan activiteiten rond het erfgoed LAARNE (GEMEENTELIJK MEERJARIG BELEIDSPLAN 2008-2013) Inwoners in contact brengen met alle facetten van de plaatselijke geschiedenis Alle gegevens i.v.m. de plaatselijke geschiedenis voor het publiek toegankelijk maken via de plaatselijke openbare bibliotheek en de bibliotheek van de vereniging van lokale geschiedenis van Kalken en Laarne. Onderzoek naar waardevolle gebouwen verder zetten in het kader van en in samenwerking met de dienst ruimtelijke ordening en de vereniging van lokale geschiedenis van Kalken en Laarne. Onderzoek naar waardevolle gebouwen verder zetten in het kader van en in samenwerking met de dienst ruimtelijke ordening en de vereniging van lokale geschiedenis van Kalken en Laarne. Artefacten van de gemeentelijke geschiedenis verwerven, zichtbaar maken en/of tentoonstellen in de gemeentelijke ruimtes of openbare ruimte. Ondersteuning bieden bij de organisatie van Erfgoeddag. Restauratie Berlindekapel en aankleding omgeving aanzien als een herwaardering van de gemeentelijke geschiedenis Restauratie Oud gemeentehuis Laarne en de beschermde dorpskern van Laarne aanzien als een belangrijke herwaardering van het cultureel waardevol en gezichtsbepalende historisch gemeentelijk erfgoed Paviljoen Kasteel van Laarne uitbouwen tot een polyvalente ruimte waar zowel verenigingen als kunstenaars terecht kunnen. Schoolhuis Kalken uitbouwen tot een polyvalente ruimte waar zowel verenigingen als kunstenaars terecht kunnen. Jaarlijks organiseren van activiteiten in het kader van Open Monumentendag De historische correctheid van verschillende gemeentelijke gebeurtenissen uitdragen De gegevens rond gebeurtenissen in de geschiedenis van de gemeente regelmatig updaten De link tussen erfgoed en het funeraire verder bestendigen in samenspraak met de heemkundige kring en hogere overheid nagaan opmaak beschermingslijst | 97 LEBBEKE (CULTUURBELEIDSPLAN 2008-2013) In 2013 is er niet alleen sprake van een geïntegreerd cultuurbeleid, maar is dit verankerd in de visie en de werkwijze van de culturele instellingen en het culturele werkveld. Vanuit die idee wordt gewerkt aan een geïntegreerd, toegankelijk en in de samenleving verankerd cultuurbeleid. Een eerste streven is dat in 2013 de verschillende culturele partners (de gemeentelijke academie voor muziek, woord en dans; de bibliotheek, de cultuurdienst en GC De Biekorf). samen een „geografisch‟ geheel vormen. De diverse cultuurbelevingen worden gestuurd vanuit één plaats, namelijk het cultuurerf, waar de verschillende diensten samen werken. Daarnaast stimuleren we nog sterker de samenwerking binnen de GRC, de respectieve cellen en tussen de verschillende culturele verenigingen. Tot slot zal het culturele veld van Lebbeke nog meer in interactie treden met andere steden, gemeenten, culturele centra, gemeenschapscentra en bibliotheken. Het culturele aanbod zal geoptimaliseerd zijn met diversificatie naar doelgroepen en interessesferen. Om deze integratie te bereiken nemen de culturele partners elk vanuit hun kerntakenpakket hun rol op om het cultuurbeleid te ondersteunen. Het gezamenlijk ondersteunen van kernpunten binnen het cultuurbeleid bevordert de verankering van een geïntegreerd cultuurbeleid. Zo stippelt het bestuur een duidelijk erfgoedbeleid uit in samenwerking met de verenigingen, de cel erfgoed en zo mogelijk met de buurgemeenten. De focus ligt hierbij op de degelijke ontsluiting en toegankelijkheid van het gemeentelijke archief. DOELSTELLINGEN Een geïntegreerd cultuurbeleidsplan streeft naar zoveel mogelijk gemeenschappelijke Strategische doelstellingen Het gemeentebestuur verbindt zich ertoe om tot een erfgoedbeleid te komen gedragen door de erfgoedactoren. De ontsluiting van het erfgoed gebeurt in een constante samenwerking tussen erfgoedverenigingen en de culturele instellingen van de gemeente Lebbeke. In de eerste plaats wordt een inventaris opgemaakt van het culturele erfgoed. Er zal budget uitgetrokken worden om eigen personeel en erfgoedactoren op te leiden in de ontsluiting van erfgoed. Het gemeentebestuur zoekt een geschikte locatie voor het gemeentelijk historisch-culturele archief. Samen met andere buurgemeenten onderzoekt Lebbeke de mogelijkheid om via een erfgoedconvenant gezamenlijk een professionele archivaris aan te stellen. Het gemeentebestuur betrekt de erfgoedverenigingen als volwaardige partners bij de behandeling van dossiers die verband houden met erfgoed. Dit omvat niet alleen adviesverlening aan het einde van de rit. Het kan ook gaan om voorbereidende informatie rond niet klassieke thema‟s zoals woonverkavelingen en wandelroutes. Het gemeentebestuur verbindt zich ertoe om tot een erfgoedbeleid te komen gedragen door de erfgoedactoren. Binnen de bibliotheek is er aandacht voor het lokale erfgoed, onder andere door het opnemen van de heemkundige publicaties in de collectie en het aanbieden van een promotie- of tentoonstellingsstand | 98 (aparte heemkringhoek). Zo kunnen de heemkringen op permanente basis naar buiten komen met historisch materiaal. Omdat de focus tot nu vooral lag op de Heemkring van Lebbeke-centrum zal de bib meer aandacht schenken aan de andere heemkringen en hun publicaties. Het gemeentebestuur verbindt zich ertoe om tot een erfgoedbeleid te komen gedragen door de erfgoedactoren. Op het vlak van erfgoed zal er vooral infrastructuur ter beschikking worden gesteld. GC De Biekorf kan plaats bieden aan tijdelijke tentoonstellingen van de verschillende heemkringen en andere erfgoedactoren. Deze accommodatie vervolledigt de acties geboden door de cultuurdienst en de bib. ZELE (GEMEENTELIJKE MEERJARIG BELEIDSPLAN 2007-2012) STRATEGISCHE DOELSTELLINGEN Zele is een gemeente met een bruisend cultureel leven. Het gemeentebestuur wil zich engageren voor het uitbouwen van een aangepaste culturele infrastructuur die toegankelijk moet worden voor alle lagen van de Zeelse bevolking. Het culturele aanbod moet kansen bieden tot ontplooiing aan het Zeelse culturele verenigingsleven. Mensen beschikken over meer vrije tijd, en de hogere scholingsgraad en verworven competenties maken dat er algemeen meer belangstelling is voor cultuurproducten. Deelname aan culturele activiteiten wordt aanzien als een factor, die de levenskwaliteit verhoogt, als een ingrediënt voor een aangenamer en interessanter leven. Cultuur is een belangrijk deel van ons leven geworden. Cultuur is een ruim begrip: erfgoed, cultuureducatie, cultuurpresentatie, het verhogen van de culturele competentie en gemeenschapsvorming. Het bestuur wenst op verschillende fronten te werken om de culturele ontplooiing te vrijwaren. Cultuur is een middel om mensen dichter bij elkaar te brengen, gesprekken en ideeën te delen. Cultuur brengt warmte in een gemeente. Cultuur moet ook zichtbaar zijn in het straatbeeld. Daartoe zal tweejaarlijks een extra budget worden voorzien. OPERATIONELE DOELSTELLINGEN, ACTIES EN MIDDELEN Oprichten culturele infrastructuur Acties 2008-2010 Voorbereiding bouwdossier: bespreken en goedkeuren bouwdossier en vastleggen budget; Voorbereiding bouwdossier: gunning opdracht; Voorbereiding bouw; Acties 2011 Start bouw Aanmaak gebruikersreglement en organogram Werking gemeenschapscentrum-culturele infrastructuur | 99 Acties 2009-2010 Bespreking met betrokken actoren Bespreking opstarten m.b.t. gebruikersreglement Aanzet organogram beheer Meer kunst op openbare plaatsen Acties 2009-2012 Onderzoek op welke manier kunst meer aanwezig kan zijn op openbare plaatsen. Organisatie Open Monumentendag Acties 2007-2012 Jaarlijkse organisatie van Open Monumentendag, fotowedstrijd, cultuurprijs, cultuurdagen en Week van de Smaak; Tweejaarlijkse organisatie van een concert in het kader van het Festival van Vlaanderen door de gemeentelijke cultuurdienst (2009 provinciaal festival) | 100 BIJLAGE 4: INTERNE REGIONALE STAKEHOLDERS met erfgoedmissie en directe betrokkenheid cultureel-erfgoedbeleid PROJECTVERENIGING CULTUURDIJK De cultuurdijk is een intergemeentelijke projectvereniging rond cultuurcommunicatie en afstemming van het cultuuraanbod. De gemeenten Berlare, Buggenhout, Dendermonde, Lebbeke en Wetteren zijn lid. EXTERNE REGIONALE STAKEHOLDERS met erfgoedmissie en indirecte betrokkenheid cultureel-erfgoedbeleid Aulam (Wichelen, Dendermonde, Berlare, Zele, Hamme, Buggenhout en Lebbeke) Aulam is het regionaal overlegplatform van jeugddiensten, jeugdraden en de schepenen jeugd uit de Denderstreek met als deelnemende gemeenten, Berlare, Dendermonde, Hamme, Wichelen, Zele, Buggenhout en Lebbeke. De Leesdijk (Berlare, Buggenhout, Dendermonde, Hamme, Laarne, Lebbeke, Wetteren Wichelen en Zele.) De Leesdijk is een samenwerkingsverband tussen 9 bibliotheken uit de regio: Berlare, Buggenhout, Dendermonde, Hamme, Laarne, Lebbeke, Wetteren Wichelen en Zele. Jaarlijks worden er tal van activiteiten georganiseerd, zoals: jeugdboekenacties, lezingenreeks, uitstap naar de boekenbeurs, vertelmomenten, boekbaby's, ... Toerisme Scheldeland Toerisme Scheldeland vzw is een intergemeentelijk samenwerkingsverband waarbij de 29 steden en gemeenten uit de regio Scheldeland (Aalst, Berlare, Boom, Bornem, Buggenhout, Denderleeuw, Dendermonde, Destelbergen, Erpe-Mere, Haaltert, Hamme, Hemiksem, Laarne, Lebbeke, Lede, Melle, Merelbeke, Niel, Ninove, Puurs, Rumst, Schelle, Sint-Amands, Wetteren, Wichelen, Willebroek, Zele). Toerisme Scheldeland vzw stelt zich de bevordering van toerisme en recreatie op duurzame wijze in de regio Scheldeland tot doel. Hiertoe worden initiatieven genomen op vlak van toeristisch-recreatieve promotie en communicatie, toeristisch-recreatieve beleidsplanning, toeristisch-recreatieve productontwikkeling, de aan toerisme en/of recreatie gerelateerde infrastructuur en voorzieningen, de professionalisering, de vorming en de netwerkvorming van en met de toeristisch-recreatieve sector,het onthaal van toeristen en recreanten, de animatie en de beleving voor bezoekers. De administratieve zetel is gevestigd in Dendermonde. DDS (Berlare, Buggenhout, Dendermonde, Hamme, Laarne, Lebbeke, Wetteren, Wichelen) De Intercommunale „Dender, Durme en Schelde‟ ( D.D.S.) - werd opgericht in 1970 met als deelnemende gemeenten Appels, Baasrode, Berlare, Buggenhout, Denderbelle, Dendermonde, Grembergen, Hamme, Kalken, Laarne, Lebbeke, Massemen, Mespelare, Moerzeke, Oudegem, Overmere, Schellebelle, | 101 Schoonaarde, Serskamp, Sint-Gllis-Dendermonde, Uitbergen, Wetteren, Westrem, Wieze, Wichelen en Zele. Tot de aandeelhouders behoorden toen ook de provincie Oost-Vlaanderen en een reeks private partijen. De intecommunale DDS ontwikkelt en baat bedrijfsterreinen uit, voorziet in infrastructuur (waterwegen, gewone wegen, rioleringen, bruggen, spoorwegen e.a.) in de regio, staat in voor woonvoorzieningen en sociale verkavelingen en bevordert het toerisme als sector voor ondernemen en tewerkstelling. DDS leidt ook de intercommunale afvalbeheersmaatschappij „Verko‟. De huidige leden van het intergemeentelijk samenwerkingsverband zijn momenteel de gemeenten Berlare, Buggenhout, Dendermonde, Hamme, Laarne, Lebbeke, Wetteren en Wichelen, de provincie OostVlaanderen en de intercommunale Verko. LOKALE STAKEHOLDERS BERLARE met erfgoedmissie en directe betrokkenheid lokaal cultureel-erfgoedbeleid HEEMKRINGEN EN WERKGROEPEN LOKALE GESCHIEDENIS Heemkundige Kring Overmere Heem en Oudheidkundige Kring Berlare Werkgroep Erfgoed Uitbergen ANDERE Open Kerk Berlaarse Oldtimer Motorvrienden Boerenkrijgcomité Reuzencomité Overmere Orgelcomité Overmere Nationale strijdersbond (Berlare, Donk, Overmere en Uitbergen) zonder erfgoedmissie maar met directe betrokkenheid lokaal cultureel-erfgoedbeleid GEMEENTELIJKE INSTELLINGEN Cultuurdienst Dienst Toerisme en Museum Gemeenschapscentrum Stroming Cultuurbeleidscoördinator Technische dienst Bibliotheek Jeugddienst Dienst Communicatie Eendenkooi | 102 GEMEENTELIJKE ADVIESRADEN Cultuurraad Gecoro (gemeentelijke commissie ruimtelijke ordening) Jeugdraad Sportraad Seniorenraad KERKFABRIEKEN Berlare, Donk, Overmere, Uitbergen THEATERVERENIGINGEN Collectief „Decorum‟ Vzw „Pretoria, Festivaria‟ „Hand in Hand‟ „Panta Rhei‟ „De Podiumelementen‟ GILDEN Landelijke Gilde Berlare Landelijke Gilde Overmere CULINAIRE VERENIGINGEN „Vino Berginna‟ VERZAMELAARSVERENIGINGEN Verzamelclub „De Biekorf‟ TOERISTISCHE VERENIGINGEN VVV Donkmeer zonder erfgoedmissie en met indirecte betrokkenheid lokaal cultureel-erfgoedbeleid ONDERWIJSINSTELLINGEN Vrije Basisschool Overmere Vrije Basisschool Berlare Vrije Basisschool Donk Basisschool Berlare Gemeenteschool Uitbergen Gemeentelijke kunstacademie Gemeentelijke academie voor muziek en woord MUZIEKVERENIGINGEN Koor „Meergalm‟ | 103 Koor „Sint Martinus‟ Koor „Sint Pietersbanden‟ Uitbergen Zangmaatschappij „De Leerzuchtige Broeders‟ Zangmaatschappij „De Woudgalm‟ Zangmaatschappij „Eendrach‟ Jeugdensemble „Crescendo‟ Koninklijke Fanfare „De Verenigde Vrienden‟ Koninklijke Fanfare „Sint Pietersvrienden‟ Uitbergen „‟t Meziek‟ Berlare „‟t Jeugdmeziek„ VARIÉTÉ „De Emikes‟ „Variété Uniques‟ DANSGROEPEN Balletschool „Terpsichore‟ FOTOCLUBS Fotoclub „Reflex‟ Overmere Fotocollectief Berlare POPPENTHEATER Poppentheater „Sloeber‟ BUURTCOMITÉS Bontinckstraat De Bloemenwijk Frankrijkstraat, Sint-Annaplein Gaver, Koolstraat Heikantstraat Hogeweg Kattebroeckstraat Lindestraat Raapveld VERVOERSMAATSCHAPPIJEN De Lijn NATUURVERENIGINGEN Natuurpunt Scheldeland Natuurpunt „Dendermonding‟ Vzw Durme | 104 Werk van de Akker, De Volkstuin BUGGENHOUT met erfgoedmissie en directe betrokkenheid lokaal cultureel-erfgoedbeleid HEEMKRINGEN EN WERKGROEPEN LOKALE GESCHIEDENIS Heemkring „Ter Palen‟ zonder erfgoedmissie met directe betrokkenheid lokaal cultureel-erfgoedbeleid GEMEENTELIJKE INSTELLINGEN Gemeenschapscentrum „De Pit‟ Cultuurdienst Gemeentelijke Dienst voor Toerisme Gemeentelijke Openbare Bibliotheek Cultuurbeleidscoördinator Gemeentelijke Jeugddienst GEMEENTELIJKE ADVIESRADEN Cultuurraad met deelraden: verenigingenraad, kunstraad, buurtcomités Jeugdraad Sportraad Gemeentelijke seniorenadviesraad KERKFABRIEKEN Sint-Niklaas (Buggenhout-Centrum), Sint-Amandus (Buggenhout-Opdorp), Sint-Gerardus Majella (Opstal) FEESTCOMITÉS Feestcomité Opdorp Feestcomité „Bovendonkstraatkermis‟ THEATERVERENIGINGEN „Tejater Restant‟ Theatergroep „Cocktail‟ Theater „Alternatief‟ Toneelgroep „De guidoGezellen‟ CARNAVALSVERENIGINGEN De „Orde Van De Jeinen‟ Carnavalgroep „De Plong Af‟ VERZAMELAARVERENIGINGEN Filatelistische kring 'Het Torenhof' | 105 zonder erfgoedmissie maar met indirecte betrokkenheid lokaal cultureel erfgoed ONDERWIJSINSTELLINGEN Gemeentelijk onderwijs: Basisschool „‟t Sprinkhaantje‟, Lagere School Opdorp Vrij onderwijs: Sint-Vincentius basisschool centrum, vrije basisschool Opstal, Vrije kleuterschool Opdorp, vrije beroepsschool voor Bu.S.O. „Capelderij‟, Sint-Vincentiuscollege, Buitengewoon Secundair Onderwijs Blijdorp Gemeenschapsonderwijs: Basisschool Vierhuizen & Meir Provinciaal onderwijs: Provinciale School voor Buitengewoon Lager Onderwijs, Provinciale School voor Buitengewoon Secundair Onderwijs, Provinciaal Centrum voor Volwassenen-onderwijs Scheldeland MUZIEKVERENIGINGEN EN KOREN Koninklijk Parafonenkoor Koninklijke Harmonie „Met Moed Vooruit‟ Kamermuziekensemble „Emanon‟ Kamerkoor „Skalden‟ Koninklijke Fanfare „De Eendracht‟ „The Real Music Band‟ Koninklijke Muziekvereniging „De Morgenster‟ Sint-Gerarduskoor Sint-Gregoriuskoor „VIVA‟ zangvereniging Koninklijke Fanfare Sint-Isidorus „Amiloen‟ DANSGROEPEN „Rio Grande Linedancers‟, „Akira‟, „Swivel‟ HORECA EN MIDDENSTAND Middenstand „Opdorp Leeft‟ vzw NATUURVERENIGINGEN Natuurpunt „‟s Heerenbosch‟ VOLKSTUINEN Volkstuin Buggenhout CULTURELE VERENIGINGEN Zijn ondergebracht in één van de 2 deelraden van de cultuurraad Buggenhout: verenigingenraad en kunstraad. SPORTVERENIGINGEN BUGGENHOUT Krachtbalvereniging „‟t Klaverke‟ | 106 DENDERMONDE INTERNE LOKALE STAKEHOLDERS met directe erfgoedmissie en directe betrokkenheid cultureel-erfgoedbeleid) HEEMKRINGEN EN WERKGROEPEN LOKALE GESCHIEDENIS Werkgroep geschiedenis Grembergen Oudheidkundige Kring van Dendermonde Heemkring Baceroth (Baasrode) Heemkring Sint-Gillis-Dendermonde STEDELIJKE MUSEA DENDERMONDE Vleeshuismuseum Zwijvekemuseum Begijnhofmuseum Museum voor Volkskunde Historisch Documentatiecentrum STEDELIJKE ARCHIEFDIENST DENDERMONDE met indirecte cultureel-erfgoedmissie maar met directe betrokkenheid cultureel-erfgoedbeleid Werkgroep beiaard- en orgelpatrimonium: Vlaamse Vereniging voor Familiekunde (afdeling Dendermonde) met missie onroerend erfgoed en indirecte betrokkenheid cultureel-erfgoedbeleid Patacon vzw Het Scheepvaartmuseum en scheepswerven Van Praet-Dansaert Belgische Vrienden van de Stoomlocomotief/Stoomspoorlijn Dendermonde-Puurs Werkgroep Cultureel Patrimonium Trage Wegen vzw zonder erfgoedmissie en met indirecte betrokkenheid cultureel-erfgoedbeleid STEDELIJKE INSTELLINGEN MET BEPERKTE ERFGOEDWERKING Cultuurcentrum Belgica Stedelijke Dienst voor Toerisme en Stadspromotie: Stedelijke Openbare Bibliotheek: Cultuurbeleidscoördinator Stedelijke Jeugddienst: Stedelijke commissie graftekens Stedelijke commissie kunstaankopen | 107 STEDELIJKE ADVIESRADEN Cultuurraad Kunstraad ROS BEIAARDCOMITÉ VZW (GEMEENTELIJKE VZW) FEESTCOMITÉS Feestcomité Mespelare Feestcomité Oudegem Feestcomité Schoonaarde Feestcomité Sint-Gillis Feestraad Baasrode REDERIJKERSKAMERS EN THEATERVERENIGINGEN Toneelkring „Verbroedering‟ Theatergezelschap Gustaaf‟ „‟ t Echt Deirremonds Theaoter‟ KAR „De Rosiers‟ KR „De Leeuwerckenaers‟ GILDEN „Sint-Joris Gilde‟ Dendermonde „Gilde der Vrije Pijnders vzw‟ … CARNAVALVERENIGINGEN Carnavalcomité Dendermonde „De Plekkers‟ Carnavalcomité „De Schoimloëpers‟ CULINAIRE VERENIGINGEN Deskundige streekspecialiteiten- en gerechten, dhr. A. Delcart „Ros Beiaard Bierproevers‟ MUZIEKCLUBS EN MUZIEKCENTRA „Honky Tonk Jazzclub‟ Jazzcentrum Vlaanderen KERKELIJKE ARCHIEVEN EN RELIGIEUS KUNSTPATRIMONIUM archief van Sint-Pieters-en-Paulusabdij kunstpatrimonium van het klooster van de Zwarte Zusters KERKFABRIEKEN Sint-Appolonia (Appels), Sint-Ursmarus (Baasrode), Sint-Gertrudis (Baasrode-Vlassenbroek), O.-L. Vrouw (Dendermonde), Sint-Jozef (Dendermonde), Evangeliekerk (Dendermonde), Sint-Gillis-Binnen | 108 (Dendermonde), Sint-Margareta (Grembergen), Sint-Alegondis (Mespelare), O.-L.-Vrouw-Hemelvaart (Oudegem), O.-L.-Vrouw van Zeven Weeën (Schoonaarde), Sint-Egidius Buiten (Sint-Gillis), Sint-Lutgardis (Sint-Gillis) en O. L.-Vrouw van Zwijveke (Sint-Gillis) VERZAMELAARSVERENIGINGEN Fotografisch Kring en Videoclub „Ros Beiaard‟ Numismatische Kring Dendermonde: Filatelistische Kring Dendermonde: Filatelistische kring zonder erfgoedmissie en met indirecte betrokkenheid lokaal cultureel erfgoed ONDERWIJSINSTELLINGEN Gemeentelijk onderwijs: Basisschool Schoonaarde, Oudegem, Grembergen, Basisschool Baasrode, Freinetschool Appels Gemeenschapsonderwijs: Basisschool Atheneum, Basisschool Sint-Gillis, Basisschool Grembergen, Middenschool Atheneum, Middenschool II Zwijveke, Koninklijk Atheneum, Koninklijk Technisch Instituut Vrij Gesubsidieerd onderwijs: Basisschool Heilige-Maagdcollege, Vrije Kleuter- en Lagere School SintVincentius, Heilig-Hartinstituut Sint-Gillis, Vrije Gemengde Basisschool Oudegem, Vrije Kleuter- en Lagere School Baasrode, Vrije Lagere en Kleuterschool Grembergen, Buitengewoon Lager Onderwijs Het Laar, Sint-Vincentiusinstituut-Humaniora, Heilige-Maagdcollege, Vrij Handels- en Technisch Instituut , Vrij Technisch Instituut, Vrij Technisch Onderwijs Weekend- en avondonderwijs: Provinciaal Centrum voor Volwassenenonderwijs, Centrum voor Volwassenenonderwijs Dendermonde (gemeenschapsonderwijs), Centrum voor Volwassenenonderwijs (vrij gesubsidieerd) Kunstonderwijs: Koninklijke Academie voor Schone Kunsten, Stedelijke Academie voor Muziek, Woord en Dans MEDIA Dendermondse Perkring Tv-Oost, Radio Beiaard Radio ‟‟t Ros‟ Radio „Primera‟ MUZIEKVERENIGINGEN „Capella Vocale‟, dhr. K. Van Herrewegen Dendermonds. Symfonisch Orkest „Dynamic‟ vzw „Gymel Ensemble‟ KF „De Ware Belgen‟ Oudegem KF‟Vreugd in Vrijheid‟ KH „Sint-Cecilia‟ Dendermonde | 109 KH „Sint-Cecilia‟ Grembergen „Kiosk‟ vzw KKH „De Eendracht‟ KM „Sint-Cecilia‟ Appels Kon. Blauwe Fanfare Muziekkapel Brandweer Dendermonde Sint-Apolloniakoor Sint-Egidiuskoor Sint-Lutgartkoor Sint-Lutgardiskoor, Sint-Apolloniakoor, Sint-Margaretakoor, „The Old Stukad Boys‟ „Viva Voce‟ Dendermonde Vocaal Ensemble „Similare‟ „M‟Eire Morough‟ vzw (folk) DANSGROEPEN Dansgroep „Eos‟ Dansateljee, Kunstgroep „Nele‟ Volkskunstgroep „Reynout‟ POPPENTHEATER „Kalleke Step‟ HORECA EN MIDDENSTAND Stedelijke dienst voor middenstand NATUURVERENIGINGEN Natuurpunt afdeling „Dendermonding‟ (Appels, Dendermonde, Grembergen, Oudegem, Schoonaarde, Sint-Gillis, Zele, Berlare) met natuurgebieden Sint-Onolfspolder, Kalendijk, natuurgebieden in Vlassenbroek, Grembergen en Schoonaarde, natuureducatief reservaat Bastion VIII „Velt‟ vzw „Geo-Natuur‟ vzw Volkstuinen Dendermonde: (Appels, Dendermonde, Sint-Gillis en Grembergen) SERVICE-CLUBS Marnixring Dendermonde Ros Beiaard Rotaract Club Dendermonde Davidsfonds Dendermonde Willemsfonds Baasrode | 110 Pasar-Vakantiegenoegens VTB Kultuur LAARNE met erfoedmissie en directe betrokkenheid lokaal cultureel erfgoedbeleid HEEMKRINGEN EN VERENIGINGEN VOOR LOKALE GESCHIEDENIS Vereniging voor lokale geschiedenis van Laarne en Kalken, Castellum ANDERE Stichting Sint-Pietersfeesten Kalken Samenwerkingsverband „Met vlag en wimpel‟ Kalken REUZENCOMITÉ KALKEN zonder erfgoedmissie met directe betrokkenheid lokaal cultureel erfgoedbeleid GEMEENTELIJKE INSTELLINGEN Cultuurdienst (onderdeel dienst vrije tijd & jeugd) Toerismedienst (onderdeel dienst interne zaken & communicatie) Gemeentelijke Openbare Bibliotheek Jeugddienst (onderdeel dienst vrije tijd & jeugd) GEMEENTELIJKE (ADVIES)RADEN Cultuurraad Laarne (en afzonderlijke werkgroep OMD ism toerismeraad) Jeugdraad Laarne Toerismeraad Laarne Jumélagecomité KERKFABRIEKEN Kerkfabriek Sint-Macharius Laarne Kerkfabriek Sint-Denijs Kalken FEESTCOMITÉS Feestcomité De Keile Wijkcomité Warande Wijkcomité Meerskant Wijkcomité Ukkelgem Kleine Jaarmarktcomité De Floerentoeters THEATERVERENIGINGEN Toneelatelier Laarne Toneelgroep Kattenheye | 111 Toneelkring Cauci Jeugdtoneel Darmika VERZAMELAARSVERENIGINGEN Fotoclub trefpunt Laarne ANDERE Davidsfonds Laarne Davidsfonds Kalken Heksengilde Laarne-Kalken Oudstrijdersbonden Laarne & Kalken Boogschutters (Floerentoeters) Schaakclubs (reuzenschaakbord in Kalken) zonder erfgoedmissie maar met indirecte betrokkenheid lokaal cultureel erfgoed ONDERWIJSINSTELLINGEN Gemeentelijke basisschool De Windwijzer, Laarne en Kalken Vrije basisschool Sint-Macharius Laarne Vrije basisschool Sint-Denijs Kalken Gemeenschapsschool De Zonnebloem Kalken MUZIEKVERENIGINGEN EN KOREN Koninklijke Harmonie St. Cecilia Kalken Koninklijke Harmonie St. Cecilia De Sicambers Laarne Muziekatelier Kalken Sint-Machariuskoor Laarne Gregoriaans koor Kalken Zangkoor „Gaudeamus‟ Orgelcomité Laarne NATUURVERENIGINGEN Natuurpunt vzw, afdeling Scheldeland Kolena vzw, afdeling Laarne HORECA EN MIDDENSTAND Dekenij Achterstraat Dekenij Bontinckstraat Dekenij „K3+‟ Dekenij Kalkendorp Dekenij Lepelstraat Dekenij Oostrem Dekenij Vromond | 112 ANDERE Imkersbond VTBKultuur Schaakclub Laarne Sportclub Laarne (organisator diverse wielerwedstrijden) LEBBEKE met erfoedmissie en directe betrokkenheid lokaal cultureel erfgoedbeleid HEEMKRINGEN EN WERKGROEPEN LOKALE GESCHIEDENIS Heemkundige Kring Lebbeke Oudheidkundige kring „H.H. San Salvator‟ Comité „Belle 2000‟ (Denderbelle) Meiboommaatschappij Samen Sterk (Wieze) ANDERE Erfgoeddeskundige Luc Pieters zonder erfgoedmissie met directe betrokkenheid lokaal cultureel erfgoedbeleid GEMEENTELIJKE INSTELLINGEN Cultureel Centrum CC De Biekorf en Cultuurdienst Gemeentelijke Openbare Bibliotheek Cultuurbeleidscoördinator GEMEENTELIJKE ADVIESRADEN Cultuurraad met deelraden: Cel erfgoed, Cel podiumkunsten, Cel beeldende kunsten, Celsociaal cultureel werk Jeugdraad Sportraad Milieuraad Middenstandsraad (Dagelijks Bestuur) Beheersorgaan bibliotheek Beheersorgaan Academie KERKELIJKE ARCHIEVEN EN RELIGIEUS KUNSTPATRIMONIUM Contactpersoon Luc Pieters KERKFABRIEKEN met onroerend erfgoed in hun missie en grote betrokkenheid cultureel erfgoedbeleid | 113 WERKGROEP GEMEENTELIJK KUNSTPATRIMONIUM FEESTCOMITÉS „Clemangskes‟ „Ernest Bosman‟ „Lustige geburen‟ THEATERVERENIGINGEN Toneelkring „Wij‟ Toneelkring‟Vrede‟ „Ommekaar‟ Poppenkast „Suikerbol‟ „Pogen‟ Marjonettentheater „‟t Schabbernaksken‟ Kon. Rederijkerskamer „H.H. Salvator‟ CARNAVALSVERENIGINGEN Carnavalcomité Wieze Carnavalsvereniging „De Leo‟s‟ Carnavalsvereniging „De Schiefzjiekers‟ MUZIEKCLUB „Koeshken GratWit‟ VERZAMELAARSVERENIGINGEN Fotoclub „Ontspanner‟ zonder erfgoedmissie maar met indirecte betrokkenheid lokaal cultureel erfgoed ONDERWIJSINSTELLINGEN MUZIEKVERENIGINGEN EN KOREN Bellecantorij Belside Chiro Muziekkapel Heidekoor Jeugdband Kerkkoor Onze Lieve Vrouw Koninklijke Fanfare De Jonge Denderlingen Fanfareorkest Lebbeke Koninklijke Fanfare Sint-Cecilia Wieze Koninklijke Harmonie Sint-Cecilia Lebbeke Lebbeekse Orgelkring | 114 „Hakke Teners D‟Heizij‟ Sint Salvatorkoor DANSGROEPEN „Incar dansspectakel‟ „I Believe‟ danscenter NATUURVERENIGINGEN Natuurpunt vzw Koninklijk verbond van volkstuinen Werk v.d. Akker Volkstuinders H. Kruis CULTURELE VERENIGINGEN De culturele verenigingen zijn ondergebracht in één van de vier deelraden van de cultuurraad van Lebbeke : sociaal cultureel, beeldende kunsten, podiumkunsten, erfgoed HAMME met erfoedmissie en directe betrokkenheid lokaal cultureel erfgoedbeleid HEEMKRINGEN EN WERKGROEPEN LOKALE GESCHIEDENIS Heemkundige Kring Osschaert Deelraad Erfgoed Cultuurraad Vrienden van Durme- en Scheldehoek Afzonderlijke werkgroepen ad hoc betreffende O.M.D., Erfgoeddag, Nacht van de Geschiedenis e.a. Deelraad Beeldende Kunsten ANDERE Archeologisch Museum Van Bogaert – Wauters Priester Poppe Museum, Zusters St.-Vincentius Stichting Vermeire-Lagae Bakkerijmuseum vzw Ekelebeke Kapel, Kon. St.-Jozefsgilde zonder erfgoedmissie met directe betrokkenheid lokaal cultureel erfgoedbeleid GEMEENTELIJKE INSTELLINGEN Cultureel Centrum Jan Tervaert Cultuurdienst Gemeentelijke Dienst voor Toerisme Gemeentelijke Openbare Bibliotheek Cultuurbeleidscoördinator | 115 Gemeentelijke Jeugddienst Werkgroep inventarisatie gemeentelijk (kunst)patrimonium Adviescommissie gemeentelijke kunstaankopen GEMEENTELIJKE ADVIESRADEN Cultuurraad met deelraden: deelraad erfgoed, deelraad podiumkunsten, deelraad beeldende kunsten, deelraad sociaal cultureel werk. Jeugdraad KERKELIJKE ARCHIEVEN EN RELIGIEUS KUNSTPATRIMONIUM Archief en kunstpatrimonium Sint-Pieterskerk Hamme - Centrum KERKFABRIEKEN Sint-Pietersbanden (Hamme-Centrum), H.Hart (Zouaaf Hamme), H.Familie (Hamme), St.-Martinus (Moerzeke), St.-Jozef (Moerzeke-Kastel), St.-Anna (St.-Anna Hamme), O.L.Vrouw Hulp der Christenen (Zogge). Deken: Pierre De Vidts, Marktplein 39, 9220 Hamme met onroerend erfgoed in hun missie en grote betrokkenheid cultureel erfgoedbeleid WERKGROEP GEMEENTELIJK KUNSTPATRIMONIUM FEESTCOMITÉS Comité Bootdijkkermis Comité De Vier Gekroondenfeesten Comité Veldstraatkarnaval Comité Buntstraatcarnaval Comité Baafskermis Comité St.-Renildefeesten Comité St.-Maarten Comité Wuitensfeesten Kinderkarnaval Carnavalcomité Moerzeke Comité Feestavondmarkt Moerzeke-Kastel Comité Ossenkermis Comité Kouterkermis Kermiscomité St.-Anna Comité avondfeestmarkt Hamme Comité Jaarmarkt Hamme Comité Jaarmarkt St.-Anna Comité Jaarmarkt Zogge Jaarmarktcomité Moerzeke Comité Jaarmarkt Moerzeke-Kastel Jaarmarkt en feestcomité | 116 Oogstfeesten Hamme – St.-Anna Dijkfeesten Feestcomité Boon-, Hamme-, Pr.Poppestraat en Pompelhoek, Feestcomité Zouavenfeesten Broekstraatkermis Kermis Zogge „Zogrock‟ „Moesrock‟ Kerstmarktcomité „Hamme Zingt‟ en „Hamme Swingt‟ THEATERVERENIGINGEN Kon. Toneelkring „Voor God en den Evenmensch‟ Kon. Toneelkring „Trouw aan Kunst‟ Toneelkring „De Scheldegalm‟ Toneelkring „Schakels‟ CARNAVALSVERENIGINGEN Wuitenskomitee Hamme Karnavalkomitee Moerzeke Karnavalkomitee Veldstraat-karnaval Karnavalkomitee Buntstraat-karnaval MUZIEKCLUB „Blues oan daa Stoazze‟ VERZAMELAARSVERENIGINGEN Filatelieclub Fotokring „Imago‟ Fotokring „Moedoka‟ zonder erfgoedmissie maar met indirecte betrokkenheid lokaal cultureel erfgoed ONDERWIJSINSTELLINGEN Gemeentelijk onderwijs: Basisschool De Dobbelsteen (Moerzeke), Kleuterschool Ondersteboven (Hamme), Gem. Academie voor Beeldende Kunsten (Hamme), Gem. Academie voor Muziek, woord en Dans (Hamme). Vrij onderwijs: Basisschool Sint-Jozef Zouaaf (Hamme), Basisschool H. Familie (Hamme), Basisschool St.Pieter (Hamme), Basisschool De 5-Sprong (Moerzeke), Basisschool Zogge (Hamme-Zogge), Basisschool St.-Anna (Hamme St.-Anna). Middenschool H. Hartinstituut, St.-Jozefinstituut | 117 Gemeenschapsonderwijs: Basisschool De Veerman (Hamme), Basisschool De Veerboot (Hamme), Leefschool ‟t Veertje (Hamme) Middenschool De Veerman. (Hamme) Provinciaal onderwijs: Provinciaal technisch instituut (Hamme), Provinciaal Centrum voor Volwassenenonderwijs V.D.A.B. opleidingscentrum (Hamme) MUZIEKVERENIGINGEN EN KOREN „De Carpet Crooners‟ Harmonieorkest „Animato‟ Kon. Kath. Harmonie „Kunst na Arbeid‟ Kon. Harmonie St.-Cecilia Kastel Kon. Harmonie „Eendracht‟ Moerzeke Kon. Kath. Muziekmaatschappij „Door Eendracht naar Kunst en Vermaak‟ „The Black Hawks‟ Seniorenorkest Kon. „Houten Muziek‟ „Canta Murceca‟ „Cantamabile‟ Mariakoor Zogge „De Scheldegalm‟ Familiakoor Meulenbroekkoor St.-Jozefcantorij St.-Renildekoor St.-Lutgardiskoor Okrakoor H.Hart DANSGROEPEN „Moevit‟ „Ritmokids‟ HORECA EN MIDDENSTAND Gemeentelijke Dienst lokale economie vzw Ondernemend Hamme Hamse Investerings Maatschappij NATUURVERENIGINGEN Natuurpunt vzw, afdeling Hamme Velt vzw, afdeling Hamme | 118 VOLKSTUINEN HAMME CULTURELE VERENIGINGEN De culturele verenigingen zijn ondergebracht in één van de vier deelraden van de cultuurraad Hamme : sociaal cultureel, beeldende kunsten, podiumkunsten, erfgoed. WETTEREN met erfoedmissie en directe betrokkenheid lokaal cultureel erfgoedbeleid HEEMKRINGEN EN WERKGROEPEN LOKALE GESCHIEDENIS Heem- en Geschiedkundige Kring Jan Broeckaert ANDERE Heemkundig Museum „Jan Broeckaert‟ Kloosterordemuseum Wetteren Van Hauwermeirsmolen vzw zonder erfgoedmissie met directe betrokkenheid lokaal cultureel erfgoedbeleid GEMEENTELIJKE INSTELLINGEN Cultureel Centrum Nova Cultuurdienst Gemeentelijke Dienst voor Toerisme Gemeentelijke Openbare Bibliotheek Cultuurbeleidscoördinator Gemeentelijke Jeugddienst Muziekacademie Wetteren Tekenacademie Wetteren ARCHIEVEN Gemeentelijk Archief + erfgoeddepot Wetteren GEMEENTELIJKE ADVIESRADEN Cultuurraad Jeugdraad Raad van Bestuur Openbare Bibliotheek Raad van bestuur cc Nova en gemeentelijke culturele infrastructuur KERKELIJKE ARCHIEVEN EN RELIGIEUS KUNSTPATRIMONIUM archief en kunstpatrimonium Kerkfabriek Wetteren archief Kloosterorde Zusters Apostolinnen – Sint-Jozef | 119 FEESTCOMITÉS + GEBUURTEDEKENIJEN Comité Boskant „66 Oogstfeesten Kortenbos vzw Comité Overschelde Comité jabeke „Tot Heil Onzer Gebuurte‟ „Westrem Leeft‟ „MMMoves‟ Gebuurtedekenij Begijneweide Gebuurtedekenij Jozef. Buyssestraat Gebuurtedekenij Den Dries Gebuurtedekenij Gransvelde-Klein Gent Gebuurtedekenij Kerkstrat-Hekkerstraat-Bookmolenstraat Gebuurtedekenij Lambroek Gebuurtedekenij Fl. Leirensstraat Gebuurtedekenij Molenhoek Gebuurtedekenij Stationsplein-Nieuwstraat Gebuurtedekenij Stationsstraat Gebuurtedekenij Zandstraat CULTURELE VERENIGINGEN Kultuurschuur Kunstkring De Galm THEATERVERENIGINGEN Kon. Toneelkring „Vrank en Vrij‟ , „Zucht Naar Kunst‟, „Het gezicht‟ Jeugdtoneel „Binnenstebuiten‟ CARNAVALSVERENIGINGEN Carnavalcomité Wetteren VERZAMELAARSVERENIGINGEN Postzegelcub „De Reuzen‟ „Numismathica‟ VTB fotoclub „Wetterse Postvrienden‟ zonder erfgoedmissie maar met indirecte betrokkenheid lokaal cultureel erfgoed | 120 MUZIEKVERENIGINGEN EN KOREN „D‟eaux Serieuses‟ Harmonie „De Zon‟ Kon. Fanfare „Volksopbeuring‟ Massemen Kon. Fanfare „De Vreugdebroeders‟ Kon. Harmonie „Sint-Anna‟ Kon. Sint-Gregoriuskoor Parochiekoor „Gaudeamus‟ „Jeugd en Muziek‟ Gemengd Koor Sint-Theresia „The New Generation‟ „Les Bons Vivants‟ Martinuskoor „Methusalem‟ „Uthikoza‟ VZW „Jong Platform‟ Zankoor „De Bloeiende Wingerd‟ DANSGROEPEN „Made2Move‟ Showkorps „SKEN‟ HORECA EN MIDDENSTAND Gemeentelijke Dienst lokale economie UNIZO NATUURVERENIGINGEN Natuurpunt Scheldeland Leefmilieucomité Wetteren VOLKSTUINEN E.A. Waterstraat Wetteren Koninklijke Maatschappij Boom- en Bloemteeltkring Wetteren CULTURELE VERENIGINGEN De culturele verenigingen zijn ondergebracht in de Cultuurraad Wetteren WICHELEN met erfoedmissie en directe betrokkenheid lokaal cultureel erfgoedbeleid HEEMKRINGEN EN VERENIGINGEN VOOR LOKALE GESCHIEDENIS Heemkring Schellebelle „Rond de stenen linde‟ | 121 Heemkring Wichelen ANDERE Reuzengroep „De Moriaanvrienden‟ Wichelen Feestcomité „Verhoogstraat‟ Schellebelle, Serskamp Nationale strijdersbond Serskamp, Schellebelle, Wichelen zonder erfgoedmissie met directe betrokkenheid lokaal cultureel erfgoedbeleid GEMEENTELIJKE INSTELLINGEN Cultuurdienst (onderdeel Dienst Vrije tijd & Jeugd) Toerismedienst (onderdeel Dienst Interne zaken & Communicatie) Gemeentelijke Openbare Bibliotheek GEMEENTELIJKE (ADVIES)RADEN Cultuurraad Wichelen Gecoro KERKFABRIEKEN Kerkfabriek Sint- Gertrudis Wichelen Kerkfabriek Sint- Jans Onthoofding Schellebelle Kerkfabriek Sint- Denijs Serskamp THEATERVERENIGINGEN Toneelvereniging „‟t Is Iever die ons Leydt‟, Wichelen Toneelvereniging „De Constleerende‟, Schellebelle Toneelvereniging „d‟ Eglantier‟, Serskamp Toneelvereniging „WAT?‟ Wichelen „OKA‟-toneel Schellebelle GILDEN Landelijke Gilde Wichelen Landelijke Gilde Serskamp Schuttersgilde Sint Sebastiaan Wichelen VERZAMELAARSVERENIGINGEN Postzegeljeugdclub „Rozenland‟ Serskamp FOTOCLUB Fotoclub Scaldis Schellebelle ANDERE Davidsfonds Wichelen Davidsfonds Schellebelle Davidsfonds Serskamp | 122 Oudstrijdersbonden Wichelen, Serskamp, Schellebelle zonder erfgoedmissie maar met indirecte betrokkenheid lokaal cultureel erfgoed ONDERWIJSINSTELLINGEN Gemeentelijke basisschool Wichelen Gemeentelijke basisschool Schellebelle Gemeentelijke basisschool Serskamp Vrije basisschool Wichelen Vrije basisschool Schellebelle MUZIEKVERENIGINGEN EN KOREN Concertband „Da Capo‟ Wichelen Koninklijke Muziekmaatschappij „Eendracht Maakt Macht‟ Schellebelle Sint-Gregoriuskoor Wichelen Sint-Janskoor Schellebelle Katrien De Bruyckerfonds Serskamp Jeugdtrommelkorps brandweer Wichelen BUURTCOMITÉS Buurtcomité Krabbegem Wichelen Buurtcomité Bohemenhoek Wichelen Buurtcomité Ledebaan, Wichelen Buurtcomité Brugstraat, Wichelen Buurtcomité Moleneed Serskamp Buurtcomité Serskampse dreef Serskamp Buurtwerking Doornweg, Wichelen NATUURVERENIGINGEN Natuurpunt vzw, afdeling Scheldeland ANDERE Koninklijke wielerclub “De Grysollevrienden” Dederdeoever Schellebelle ZELE met directe erfgoedmissie en directe betrokkenheid lokaal cultureel erfgoedbeleid: Heem- en Oudheidkundige Kring Zele, vzw. zonder erfgoedmissie maar met directe betrokkenheid lokaal cultureel erfgoedbeleid: GEMEENTELIJKE INSTELLINGEN: Cultuurdienst gemeente Zele | 123 Gemeentelijke Openbare Bibliotheek Zele GEMEENTELIJKE ADVIESRADEN: Gemeentelijke Raad voor het Cultuurbeleid Gecoro (gemeentelijke commissie ruimtelijke ordening) Jeugdraad Sportraad Adviesraad voor Milieu en Natuur KERKELIJKE ARCHIEVEN EN RELIGIEUS KUNSTPATRIMONIUM: Archief en kunstpatrimonium dekenale Sint-Ludgeruskerk Zele Kunstpatrimonium kerk O.L.V. van VII Weeën Zele-Kouter (omvat het kunstpatrimonium van de geklasseerde Kouterkapel) Kunstpatrimonium kerk Sint-Jozef en Sint-Antonius van Padua Zele-Heikant KERKFABRIEKEN Sint-Ludgerus (Zele-Centrum) O.L.V. van VII Weeën (Kouter) Heilig Hart (Durmen) Sint-Jozef (Huivelde) Sint-Jozef en Sint-Antonius van Padua (Heikant) THEATERVERENIGINGEN Koninklijke Toneelmaatschappij „Theater Rhetorika‟ GILDEN Schuttersgilde Sint-Sebastiaan (inactief maar niet formeel ontbonden en met een eigen archief en kunstpatrimonium) MUZIEKCLUBS Zeelse Concertvereniging FOTOGRAFIECLUBS Foto- en diaclub „Fodiaz‟ VERZAMELAARSVERENIGINGEN Zeelse Postzegelkring ANDERE CULTURELE VERENIGINGEN MET PARTIËLE ERFGOEDWERKING Davidsfonds afdeling Zele VTB Kultuur Zele Artistieke School voor Kunstnaaldkant, vzw. Kunstkring „Were Di‟ | 124 Stakeholders zonder erfgoedmissie en met indirecte betrokkenheid lokaal cultureel erfgoed ONDERWIJSINSTELLINGEN: Gemeentelijk onderwijs: Gemeentelijke School (kleuter + lager) Gemeenschapsonderwijs: Leefschool De Schatkist (kleuter + lager) Gemeenschapsonderwijs: De Zonnewijzer (buitengewoon lager) Vrij gesubsidieerd onderwijs: Basisschool De Kouter, Pius X – basis, Basisschool Heikant, De Vlinderboom (Avermaat, Durmen, Huivelde), Pius X-instituut (secundair) en O.L.V. Instituut (secundair) Volwassenenonderwijs: Provinciaal Centrum voor Volwassenenonderwijs (PCVO), CVO Leerstad Volwassenenonderwijs. MUZIEKVERENIGINGEN, KOREN EN DANSVERENIGINGEN:: Koninklijke Harmonie Sinte-Cecilia Zele Koninklijke Muziekkapel van de Gewestelijke Vrijwillige Brandweer Zele Koninklijke Volksfanfare De Leerzuchtige Broeders Koninklijke Harmonie Kunst Adelt Zele-Heikant Blaaskapel Den Bookhamer Brassband Zele Koninklijke Zangmaatschappij De Vlamingen Vooruit Consonanti In vehementi spiritu De Minnezangers Makeblijde Balletschool Diaghilev Koreo Piko BUURTCOMITÉS BIN en buurtcomité Schrijverswijk Buurtcomité Avermaat Buurtcomité Bloemenwijk Buurtcomité BVA-wijk Buurtcomité Dendermondebaan Buurtcomité Dijk Buurtcomité Durmen Buurtcomité Gentsesteenweg Buurtcomité Huivelde Buurtcomité Hansevelde Buurtcomité Hoekstraat Buurtcomité Kamershoek Buurtcomité Ommegangstraat – Vuurkruisenstraat | 125 Buurtcomité Oude Kouterdreef Buurtcomité Rinkhout Buurtcomité Tuinwijk Buurtcomité Vlaschaard Buurtcomité Vrije Heide Wivina-comité Veldeken Zele Wijkcomité Heikant – Dulle Dorpsdagen NATUURGEBONDEN VERENIGINGEN Koninklijk Werk van de Volkstuin Zele Koninklijke Ornithologische Vereniging “De Goudvink” Zele Vzw Durme VELT Bedrijfsgilde Zele (Boerenbond) | 126 BIJLAGE 5: STATUTEN VAN DE PROJECTVERENIGING CULTUURDIJK De projectvereniging wordt opgericht tussen de aangesloten gemeenten in toepassing van artikel 14 van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking. Art. 1. De projectvereniging draagt de naam „cultuurdijk'. Zij wordt beheerst door de bepalingen van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, hierna het decreet genoemd, en door deze statuten. Art. 2. Zij neemt de rechtsvorm aan van een projectvereniging, zoals voorzien in het decreet. De projectvereniging wordt in deze statuten aangeduid onder de benaming „de vereniging‟. Overeenkomstig artikel 11 van het decreet is de vereniging een intergemeentelijk samenwerkingsverband met rechtspersoonlijkheid. De verbintenissen van de vereniging hebben overeenkomstig artikel 11 van het decreet geen handelskarakter. Art. 3. De maatschappelijke zetel van de vereniging is gevestigd te Dendermonde, Kerkstraat 24 en kan door beslissing van de raad van bestuur worden verplaatst naar een ander adres. Art. 4. De projectvereniging verkent, versterkt, en profileert de verbondenheid van de lokale culturele troeven op regionaal niveau en creëert daardoor een sterke culturele regio. De inwoners van de regio ervaren prikkels tot cultuurdeelname en verbreden hun cultuurbeleving doordat zij toegang krijgen tot een rijk en divers cultuuraanbod waarover zij zich uitgebreid kunnen informeren. Art. 5. Overeenkomstig artikel 10 van het decreet kunnen naast gemeenten uitsluitend andere instellingen deelnemen voor zover zij uit openbare rechtspersonen bestaan. Art. 6. De raad van bestuur beslist over de toetreding van nieuwe deelnemers. De raad van bestuur legt zijn gemotiveerde beslissing ter goedkeuring voor aan de gemeenteraden van de deelnemers. Art. 7. De vereniging wordt opgericht tot 1 jaar na wisseling van de gemeentelijke legislatuur en met een maximum van 6 jaar. Art. 8. | 127 De vereniging kan opeenvolgende keren worden verlengd voor een termijn die telkens niet langer mag zijn dan zes jaar. Hiertoe dienen de gemeenteraden van de deelnemers een beslissing te nemen ten gunste van de verlenging, voor het verstrijken van de duur bij de oprichting voorzien. Art. 9. De vereniging wordt ontbonden bij gebrek aan instemming tot verlenging van de deelnemers of wanneer nagelaten wordt dienaangaande een beslissing te nemen. Art. 10. Bij een vereffening wijst de raad van bestuur één of meerdere vereffenaars aan en bepaalt hun bevoegdheden en de wijze van vereffening. Art. 11. Bij definitieve ontbinding zullen alle in gebruik gegeven goederen worden teruggegeven aan de eigenaars. Art. 12. De projectvereniging gaat niet over de vorming van een maatschappelijk kapitaal. Eventuele geboekte winst is niet uitkeerbaar en blijft binnen de projectvereniging. Art. 13. De deelnemers betalen als bijdrage jaarlijks een vastgesteld bedrag per inwoner. Het bevolkingscijfer wordt vastgesteld aan de hand van de jongste gepubliceerde cijfers van het Nationaal Instituut voor Statistiek. Deze bijdrage kan worden aangepast aan de index van de consumptieprijzen. Naast de statutair bepaalde bijdrage kunnen de deelnemers een vrijwillige bijdrage leveren tot realisatie van de doelstellingen. Zij beslissen hierover autonoom. Art. 14. De boekhouding wordt gevoerd overeenkomstig de wetgeving op de boekhouding en met naleving van de richtlijnen die de overheid uitvaardigt met betrekking tot boekhoudkundige verrichtingen. De raad van bestuur benoemt een accountant die de controle op de financiële toestand uitvoert en hierover jaarlijks rapporteert. Art. 15. Het boekjaar stemt overeen met het burgerlijk jaar. De raad van bestuur stelt de rekening van het afgelopen jaar vast uiterlijk op 31 maart na het verstreken boekjaar. De begroting wordt goedgekeurd uiterlijk op 31 december van het jaar dat voorafgaat en voorgelegd aan de deelnemers. De raad van bestuur legt de jaarrekening samen met een activiteitenverslag ter goedkeuring voor aan de deelnemers. De beraadslaging van de deelnemers wordt aan de raad van bestuur overgemaakt. Art. 16. De vereniging beschikt over een raad van bestuur die één of meerdere adviesgroepen installeert om de uitwerking van deelthema‟s op te volgen en voor te bereiden in functie van haar vergaderingen. | 128 De raad van bestuur kan specifieke opdrachten uitbesteden aan derden. Art. 17. De deelnemers benoemen rechtstreeks de leden van de raad van bestuur. Voor de deelnemers kunnen uitsluitend gemeenteraadsleden, burgemeesters of schepenen deel uitmaken van deze raad. Art. 18. De raad van bestuur wordt samengesteld naar rata van twee bestuurders per deelnemende gemeente waaronder de schepen van cultuur. Aan de vergaderingen van de raad van bestuur wordt deelgenomen door een door iedere deelnemer aangeduide afgevaardigde, als lid met raadgevende stem. Deze laatste afgevaardigden zijn steeds raadsleden in de betrokken gemeente, verkozen op de lijst waarvan geen enkele verkozene deel uitmaakt van het college van burgemeester en schepenen. De leden van de raad van bestuur worden benoemd voor een termijn die samenvalt met de duur van hun openbaar mandaat. Met het oog op de erfgoedwerking worden schepenen van cultuur van niet-toegetreden gemeenten of hun schepen-vervanger met stemrecht uitgenodigd om deel te nemen aan de vergaderingen van de Raad van Bestuur voor het onderdeel erfgoed. Art. 19. Het voorzittersschap wordt toevertrouwd aan een door één deelnemer aangewezen bestuurder. Deze voorzitter wordt gekozen uit de stemgerechtigde leden van de raad van bestuur. Art. 20. De werkingsmodaliteiten van de raad van bestuur worden vastgelegd in een huishoudelijk reglement dat gewijzigd kan worden bij eenvoudige beslissing van de raad van bestuur. Elke bestuurder beschikt over één stem. De afgevaardigden toegevoegd hebben geen stemrecht. Per vergadering kan een volmacht worden gegeven aan een andere bestuurder. Elk lid kan maar over één volmacht beschikken. Om geldig te kunnen vergaderen is een aanwezigheidsquorum vastgesteld op de gewone meerderheid onder de stemgerechtigde leden. Een eventuele noodzakelijke tweede vergadering kan rechtsgeldig vergaderen en besluiten. Beslissingen worden genomen bij gewone meerderheid. De bestuurders worden benoemd voor de duur van de projectvereniging, maar zijn van rechtswege ontslagnemend bij verlies van hun openbaar mandaat. Art. 21. De raad van bestuur vergadert ten minste twee keer per jaar, waarvan één keer voor de begroting van het volgend jaar en één keer voor de goedkeuring van de rekeningen. | 129 De uitnodigingen worden minstens tien dagen vooraf verstuurd, vergezeld van een agenda. Ze kan zowel per post als per email worden bezorgd. Art. 22. De leden van de raad van bestuur zullen geen presentiegeld ontvangen. Art. 23. De wijzigingen van de statuten, de toetreding van nieuwe leden en de wijziging van de financiële bijdrage van de deelnemers, behoeven de instemming van tweederden van de deelnemers, op basis van een gemeenteraadsbeslissing. Art. 24 De vereniging kan voortijdig ontbonden worden mits een akkoord van tweederden van de bestuurders. De vereniging stelt hiertoe een vereffenaar aan. Art. 25 In geval van ontbinding van de vereniging worden de activa, na aanzuivering van de eventuele passiva, overgedragen aan de deelnemers in verhouding tot de betaalde financiële bijdragen. Bij de ontbinding van de vereniging zullen de eventueel in gebruik gegeven goederen worden teruggegeven aan de eigenaars, in zoverre hun rechten daarop kunnen bewezen worden aan de hand van geschreven overeenkomsten. Voor alles wat niet in deze statuten is voorzien gelden de bepalingen van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking (BS 31.10.2001) | 130 BIJLAGE 6: HUISHOUDELIJK REGLEMENT VAN DE PROJECTVERENIGING CULTUURDIJK Dit huishoudelijk reglement legt de werkingsmodaliteiten vast van de projectvereniging „cultuurdijk‟ zoals voorzien in artikel 7 en 10 van de statuten. De Raad van Bestuur bekrachtigde dit op 1 juli 2008. SAMENSTELLING RAAD VAN BESTUUR Voorzitter, Ondervoorzitter, Secretaris De Raad van Bestuur kiest onder zijn stemgerechtigde leden een voorzitter en daarnaast één of meer ondervoorzitters. Deze functies moeten dusdanig verdeeld worden dat per deelnemende gemeente niet meer dan één functie wordt toegewezen. De voorzitter functioneert tevens als penningmeester van de projectvereniging. De Raad van Bestuur wordt voorgezeten door de voorzitter van de vereniging, bij zijn afwezigheid door een ondervoorzitter of tenslotte door het oudste lid van de Raad van Bestuur. Er wordt ook een secretaris aangesteld, die eventueel van buiten de Raad van Bestuur kan komen. In dit laatste geval heeft de secretaris geen stemrecht. Deskundigen op uitnodiging De Raad van Bestuur kan elke persoon wiens aanwezigheid hij nuttig oordeelt, uitnodigen tot het bijwonen van zijn vergaderingen (deskundigen, leden adviesgroep, …). Hun aanwezigheid moet in de notulen worden vermeld. Deze personen hebben geen stemrecht. Ontslag en vervanging leden Alle bestuurders zijn van rechtswege ontslagnemend bij verlies van hun openbaar mandaat, uitgezonderd ingeval van algehele vernieuwing van de gemeenteraden. In voorkomend geval duiden de deelnemers in de loop van het eerste kwartaal van het jaar volgend op het jaar van de verkiezingen tot algehele vernieuwing van de gemeenteraden, de nieuwe bestuurders aan. Zij treden aan op 1 april daaropvolgend. Aan de raad van Bestuur - voor het onderdeel erfgoed – kan door niet-toegetreden gemeenten met stemrecht worden deelgenomen door de Schepen van Cultuur of een schepen-vervanger van de betreffende gemeente. Indien erfgoed op de agenda staat, wordt de vergadering opgedeeld in 2 elkaar opvolgende tijdsblokken met verschillende samenstelling. WERKING VAN DE RAAD VAN BESTUUR De Raad van Bestuur vertegenwoordigt en verbindt de vereniging in alle gerechtelijke en buitengerechtelijke handelingen als eiser en als verweerder, met inbegrip van de daden van beheer en beschikking, en voor alles wat tot de doelstelling van de vereniging behoort (zoals o.m. algemene organisatie, benoeming, ontslag, bezoldiging van het personeel, uitvaardiging van een huishoudelijk reglement, vaststelling van de jaarlijkse contributie van de aangesloten en toegetreden leden, enz.). | 131 Tegenover derden volstaat, opdat de vereniging geldig vertegenwoordigd zou zijn, de handtekening van één of twee leden van de Raad van Bestuur, in zoverre deze daartoe speciaal werden gemachtigd door de Raad van Bestuur. Agenda De Raad van Bestuur vergadert na oproeping door de voorzitter of op verzoek van twee leden, ten minste twee keer per jaar of zo vaak als het belang van de vereniging vereist. Behalve in spoedeisende gevallen worden de oproepingen verzonden door de voorzitter tien dagen voor de datum, vastgesteld door de vergadering. In spoedeisende gevallen kan de termijn vastgesteld voor de uitnodiging herleid worden tot twee vrije dagen voor de datum, vastgesteld voor de vergadering. Zij vermeldt de datum, het uur en de plaats van de vergadering, en bevat de agenda. Het verslag van de vorige vergadering, eventueel de rekening en de begroting met toelichting, het jaarverslag en eventuele andere documenten voor de geplande vergadering worden voorafgaandelijk aan de leden en hun vertegenwoordigers bezorgd. De agenda met bijbehorende documenten die de begroting met toelichting, de jaarrekening en het jaarverslag behandelen worden ten minste tien dagen voor de vergadering bezorgd. BESLUITVORMING Aanwezigheids- en volmachtsquorum Om geldig te beraadslagen en te beslissen is een aanwezigheids- of volmachtsquorum vastgesteld op de gewone meerderheid van het aantal bestuurders of in het geval erfgoed de gewone meerderheid van de bestuurders aangevuld met minstens de helft van de schepenen van cultuur of hun schepen-vervangers met stemrecht van de niet-toegetreden gemeenten of vertegenwoordigd bij volmacht. De leden met raadgevende stem tellen niet mee voor de berekening van het aanwezigheidsquorum. Van dit aanwezigheidsquorum wordt afgeweken voor een tweede vergadering die volgt op een onvoldoende samengestelde eerdere vergadering, en voor zover het gaat om punten die voor de tweede maal op de agenda voorkomen. Deze bepaling geldt niet voor de voorstellen tot statutenwijziging en aanvaarding van toetredingen. Over het wijzigen van de statuten kan slechts geldig beraadslaagd worden, wanneer tweederden van de leden aanwezig is. Meerderheid voor beslissingen Behoudens de bepalingen in artikel 23 van de statuten, worden beslissingen genomen met een gewone meerderheid van stemmen. Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter doorslaggevend. Bijzondere bepalingen De wijziging van de statuten kan slechts geschieden, mits goedkeuring door tweederden van de gemeenteraden van de deelnemende en toegetreden leden op basis van een gemeenteraadsbeslissing. Over de wijziging van het doel van de vereniging kan slechts geldig beraadslaagd worden, wanneer alle leden aanwezig zijn. De beslissing tot wijziging van het doel van de vereniging dient genomen te worden | 132 met éénparigheid der stemmen. De wijziging van het doel van de vereniging kan slechts geschieden, mits voorafgaandelijke goedkeuring door alle gemeenteraden van de deelnemende en toegetreden leden. Van het voorstel tot wijziging van het doel worden de respectieve gemeenteraden twee maanden voordien schriftelijk op de hoogte gesteld. De brief zal vergezeld zijn van een tekst met het artikel of de artikelen inzake de wijziging van het doel van de vereniging. In beide gevallen zal de Raad van Bestuur, ingeval het vereiste aantal niet aanwezig is, een tweede Raad van Bestuur kunnen samenroepen, waarop geldig kan beslist worden, ongeacht het aantal aanwezigen en zulks respectief met twee derden der uitgebrachte stemmen en met de éénparigheid der stemmen. Notulen De vergaderingen van de Raad van Bestuur zijn niet openbaar. De gedetailleerde notulen worden ondertekend door de voorzitter. Deze notulen met bijgevoegd de resultaten van de stemming(en) en alle documenten waaraan de notulen refereren, liggen ter inzage van de gemeenteraadsleden op het secretariaat van de aangesloten gemeenten, onverminderd de decretale bepalingen inzake de openbaarheid van bestuur. INHOUDELIJKE ONDERSTEUNING Adviesgroep De Raad van Bestuur wordt bijgestaan door 2 adviesgroepen. Deze adviesgroepen begeleiden de inhoudelijke koers van de vereniging en leggen de band tussen het beleid en de culturele actoren uit de streek. De adviesgroepen zijn: Adviesgroep 1: afstemming cultuuraanbod en cultuurcommunicatie waarin een afgevaardigde van het lokale cultuurbeleid zetelt naast een afgevaardigde vanuit het gemeenschaps- of cultuurcentrum, naast een stemgerechtigd bestuurder per deelnemer Adviesgroep 2: erfgoed: hierin zetelt een afgevaardigde van het lokaal cultuurbeleid samen met een afgevaardigde per gemeente op vlak van erfgoed, naast een stemgerechtigd bestuurder per deelnemer. De adviesgroepen kunnen deskundigen aantrekken. Werkgroepen Ter ondersteuning van de werking van de adviesgroep(en) of om bepaalde projecten te realiseren kan de Raad van Bestuur tot de oprichting van thematisch of projectgebonden werkgroepen overgaan. ORGANISATORISCHE ONDERSTEUNING De werking van de projectvereniging wordt ondersteund vanuit een permanent secretariaat, aangeduid door de Raad van Bestuur. | 133 BIJLAGE 7: SAMENWERKINGSOVERENKOMST TUSSEN DE PROJECTVERENIGING CULTUURDIJK EN NIET-TOEGETREDEN GEMEENTE (MODEL GEMEENTE HAMME) Samenwerkingsovereenkomst tussen de projectvereniging Cultuurdijk en de gemeente Hamme m.b.t. de erfgoedwerking van de projectvereniging Cultuurdijk Tussen enerzijds De projectvereniging Cultuurdijk, vertegenwoordigd door de heer Marius Meremans, voorzitter hierna te noemen “Cultuurdijk” En anderzijds De gemeente Hamme, vertegenwoordigd door de heer Herman Vijt, burgemeester, de heer A. Reuse, secretaris en de heer Koen Mettepenningen, schepen voor cultuur, handelend in uitvoering van de besluiten van de gemeenteraad d.d. … Hierna te noemen “de gemeente Hamme” wordt overeengekomen wat volgt: Artikel 1 Cultuurdijk is een samenwerking tussen de gemeenten: Berlare, Buggenhout, Dendermonde, Lebbeke en Wetteren. Cultuurdijk werd opgericht op 1 juli 2008 en wil door overleg en samenwerking tussen de diverse culturele actoren in de regio meerwaarden realiseren op het vlak van cultuur in de brede betekenis van het woord. De projectvereniging Cultuurdijk bestaat uit 2 werkgroepen (uitbreidbaar in de toekomst): de werkgroep communicatie en afstemming cultuuraanbod en de werkgroep erfgoed. Dit convenant heeft uitsluitend betrekking op de werking van de werkgroep erfgoed. Artikel 2 De Vlaamse Gemeenschap erkent projectvereniging Cultuurdijk als een samenwerkingsverband dat gesubsidieerd wordt via het hoofdstuk IV (artikel 51) van het decreet lokaal cultuurbeleid. Deze subsidiëring heeft verder geen betrekking op de erfgoedwerking. Met de gemeente Hamme wordt een convenant afgesloten met het oog op de samenwerking in het kader van een door de Vlaamse Gemeenschap gesubsidieerde regionale erfgoedconvenant. Artikel 3 | 134 De gemeente Hamme maakt op zich geen deel uit van de projectvereniging Cultuurdijk, maar wordt wel als lid opgenomen in de werkgroep erfgoed. Dit behelst zowel de werking van de werkgroep als de gezamenlijk opgezette projecten. De gemeente Hamme betaalt voor deze deelname een bijdrage van 0,2 EUR per inwoner op zijn grondgebied vanaf de datum van inwerkingtreding van de regionale erfgoedconvenant. Artikel 4 Het convenant is van onbepaalde duur en kan enkel, in onderling overleg tussen beide partijen, worden gewijzigd of verbroken. Artikel 5 Projectvereniging Cultuurdijk engageert zich samen met de gemeente Hamme een intergemeentelijk erfgoedbeleid uit te bouwen. Artikel 6 Binnen de gemeenten van de erfgoedregio cultuurdijk wordt de erfgoedcel beschouwd als volwaardige gemeentelijke dienst en kan als dusdanig beroep doen op gratis gemeentelijke dienstverlening en occasioneel gemeentelijk infrastructuurgebruik. Artikel 7 De erfgoedcel zal gevestigd zijn in de stad Dendermonde. De stad verhuurt de benodigde kantoorruimte aan de projectvereniging. De stad sluit een huurovereenkomst met de projectvereniging Cultuurdijk. Er zal een jaarlijks forfaitair bedrag worden aangerekend voor de energiekosten. Overheadkosten zullen worden gefinancierd van de gemeentelijke bijdrage voor de werking van de erfgoedcel. Artikel 8 Indien er punten m.b.t. de erfgoedwerking op de dagorde van de vergadering van de Raad van Bestuur van de projectvereniging staan, wordt van de niet-toegetreden gemeente, één stemgerechtigde afgevaardigde, i.c. de schepen van Cultuur, uitgenodigd. Indien de schepen van Cultuur niet kan aanwezig zijn kan hij/zij een schepen-vervanger van de eigen gemeente sturen of volmacht verlenen aan een ander stemgerechtigd bestuurslid. Bij stemming over punten m.b.t. de erfgoedwerking dienen tevens minstens de helft van de niet-toegetreden gemeenten aanwezig of via volmacht vertegenwoordigd te zijn. Opgemaakt in twee exemplaren. Elke partij verklaart een ondertekend exemplaar te hebben ontvangen. Projectvereniging Cultuurdijk | 135 Marius Meremans voorzitter Gemeente Hamme burgemeester schepen voor cultuurbeleid gemeentesecretaris | 136 BIJLAGE 8: PROJECTVERENIGING CULTUURDIJK BEGROTINGEN 2010 EN 2011 Uit Rek 2009 Beg 2010 Begw 2010 Begw2 2010 Beg 2011 3980 5000 3500 3500 3500 6000 6000 6000 6000 6000 15183,97 35000 40000 40000 40000 Website 4355,4 1500 1500 1500 1500 Actie abonnees 136,73 1000 1000 1000 1000 Huisstijl 1320,11 Lancering 1567,3 3500 1000 1000 1500 Leveranciers en diensten Boekhouding Secretariaat stad Dendermonde Adm.kosten 260,79 Fin. Kosten 17,33 Communicatie en promotie Magazine Aankoop advertenties Deelname cultuurmarkt Extra regiopromo 1500 1000 | 137 Promotiestanden in gemeenten 4807,33 Aankoop gadgets 2262,17 Project (Orka-Warmoes) 1000 9000 Project reserve 4500 4500 5668,4 1968,4 2000 3600 Erfgoed 3600 3600 3600 Reserve 1652 1000 1000 65252 67768,4 63068,4 64600 Begw2 2010 Beg 2011 Inbreng 5 gemeenten Inbreng Vlaamse Gemeenschap Inbreng Provincie Inbreng 9 gemeenten erfgoed Saldo 2009 / 2010 39891,13 In Rek 2009 Beg 2010 Begw 2010 Leveranciers en diensten Boekhouding Secretariaat stad Dendermonde | 138 Adm.kosten Fin. Kosten Communicatie en promotie Magazine 3470 10200 10200 8500 10200 22621,6 22526 22621 22621 22621 22526 22526 22621 22621 22621 Website Actie abonnees Huisstijl Lancering Aankoop advertenties Deelname cultuurmarkt Extra regiopromo Promotiestanden in gemeenten Aankoop gadgets Project (Orka-Warmoes) Project reserve Erfgoed Reserve Inbreng 5 gemeenten Inbreng Vlaamse Gemeenschap | 139 Inbreng Provincie 10000 Inbreng 9 gemeenten erfgoed Saldo 2009 / 2010 48617,6 65252 3600 3600 3600 8726,4 5726,4 5558 67768,4 63068,4 64600 INWONERSAANTALLEN 18/08/2008 Berlare 14452 Buggenhout 13973 Dendermonde 43618 Lebbeke 17651 Wetteren 23414 113108 Hamme 23547 Laarne 11851 Wichelen 11063 Zele 20457 180026 | 140
© Copyright 2024 ExpyDoc