Peper #4 - Pepermagazine

JUNI
ALTIJD DRUK
de actieve student in Amsterdam
een eigen bedrijf starten ▪ 6 TIPS VAN STUDENTENONDERNEMERS
asva onderzoek ▪ WAARMEE VERDOEN WE ONZE TIJD?
opinie ▪ DE ACTIEVE STUDENT IS ER KLAAR MEE
festivalagenda ▪ DE FESTIVALS DIE DEZE ZOMER NIET TE MISSEN ZIJN
2
#4, juni 2013
Inhoud
4
Opinie: Luie studenten?
6
De VoorleesExpress - studenten aan het werk als vrijwilliger
8
Interview: Luuk van Dée (Directeur Studentenzaken HvA)
8
Interview: Frank van Kampen (Directeur Studentenzaken UvA)
10
Zomerfestivals voor studenten
12
Actief in Aberdeen
14
Werken als aanvulling op je studie
15
De letterlijk actieve student
16
Een eigen bedrijf starten? 6 tips.
17
Opinie: De actieve student is er klaar mee
18
De studiereis - een kijkje achter de schermen
20
Studentenondernemers
22
ASVA onderzoek: Over planning, drukte en tijd van studenten
#4, juni 2013
3
Voorwoord
ESTHER CRABBENDAM
Studeren is meer dan alleen het volgen
van een opleiding, werken is meer dan
alleen maar geld verdienen en sporten
is meer dan alleen aan lichaamsbeweging doen. Dat blijkt wel uit deze peper,
waarin we de actieve student onder
de loep hebben genomen. Dat bleek in
eerste instantie lastiger dan gedacht,
want wat of wie is dat eigenlijk, een
‘actieve’ student? Studenten die een
bestuursjaar doen? Studenten die veel
werken? Studenten die letterlijk actief
zijn bij een sportvereniging? In deze
Peper komen ze allemaal voorbij, want
wij kozen voor actief in de breedste
zin van het woord: de actieve student
is de student die zich naast zijn studie
ook met andere zaken bezighoudt, die
niet per se studiegerelateerd hoeven
te zijn.
Onder deze definitie vallen nogal wat
studenten. De student van nu lijkt wel
actiever dan ooit. Ik merk het in mijn
eigen omgeving, de standaardopening
van een gesprek tussen medestudenten is als volgt: ‘Hee, lang niet gezien,
hoe gaat het?’ ‘Goed hoor, druk’
‘Ach ja, ik ook’. Zelf voeg ik er vaak
aan toe ‘maar wel met leuke dingen
hoor!’ Druk wordt namelijk nogal vaak
geassocieerd met iets negatiefs, terwijl
het dat in mijn beleving helemaal niet
is. Mijn toevoeging aan het standaardgesprek komt namelijk niet uit het
niets. Ja, ik heb het druk, maar dat
vind ik leuk en daar heb ik zelf voor
gekozen. Als ik het vervelend vond
dan hield ik er wel mee op. Hoewel in
de media soms het tegendeel wordt
beweerd, namelijk dat onze generatie
een grote druk voelt om zich breder
dan haar eigen studie te ontwikkelen
om aan de eisen van de arbeidsmarkt
en de maatschappij te voldoen, denk
ik dat studenten van nu boven alles
vooral veel meer vrijheid en veel meer
mogelijkheden hebben dan eerdere
generaties studenten. Natuurlijk speelt
in het achterhoofd vaak mee dat een
bestuursjaar mooi staat op een cv,
maar met alleen die motivatie houdt
niemand het een bestuursjaar vol.
Ook uit een recent onderzoek van het
ASVA onderzoeksbureau blijkt dat
veel studenten het druk hebben, maar
ook daar is de conclusie dat deze
drukte niet als iets negatiefs wordt
ervaren. Pas als de drukte omslaat in
stress wordt het iets vervelends, maar
gelukkig zijn veel studenten verstandig
genoeg om zodra dit gebeurt te kijken
welke activiteiten beter op een laag
pitje kunnen worden gezet.
Meer over het ASVA onderzoek over
de tijdsbesteding van de huidige
student is te lezen op pagina 22
redactie
Esther Crabbendam,
hoofdredactie
Annick Leeuwenberg,
eindredactie
Barend Wilschut,
vormgeving
Lida Daniëls
Marlou Jorna
Lizzy Entjes
Ralph Deckers
Peter Boek
Annegrietje Franssen
4
#4, juni 2013
Luie studenten?
PETER BOEK
Zie hier: Roger. Spreker van het corpsidioom, bevuiler van de openbare weg
en leegvreter van zijn vaders portemonnee. Roger neemt het niet zo nauw
met de nominale duur van zijn studie, sprokkelt hier wat studiepuntjes,
maakt daar wat opdrachtjes, maar is
vooral op jacht naar hertjes en bezig
netwerkend bierbrouwers te sponsoren. De meeste avonden van de week
is hij bij zijn dispuut te vinden.
Dan Rick. Voorzitter van een studentenunie, politiek betrokken en daarnaast
nog lid van een stuk of wat commissies. Hij straalt succes uit en hij voelt
zich succesvol. Elke avond is hij bezig
met borrelen, netwerken en rapporten
doorploegen. Al deze bezigheden zijn
zijn vrije tijd.
Ontmoet Chris. Hij is niet bovengemiddeld intelligent, studeert 50 uur in de
week en zit graag bij zijn ouders op de
opinie
bank wanneer hij niet aan het studeren
is. Hij is tevreden met zijn leven zoals
het is en haalt goede cijfers.
Wie van de drie is de luie student?
‘Roger!’ zullen de meesten van u
antwoorden. Maar is dat zo? Is een luie
student niet juist iemand die nérgens
mee bezig is? Een apaat die tot 12 uur
op bed ligt, misschien af en toe eens
een boek openslaat of een college
volgt, maar zich niet wil inzetten voor
#4, juni 2013
zijn studie noch een vereniging van
welke aard dan ook? Hiervan zijn er zo
weinig dat ze per studie op één hand
te tellen zijn. De meeste studenten
zijn enorm ondernemend of zetten zich
graag in voor hun studie, een vereniging of een eigen bedrijf. Het is veel
moeilijker luie studenten te vinden
dan studenten die studeren én, vaak
onbezoldigd, in een of andere commissie zitten.
Ons corpslid bijvoorbeeld verenigt
zich met sociaal sterke mensen op een
manier waar niet iedere student voor
kiest, maar hij werkt hard. Hij vormt
netwerken waar een substantieel
deel van de Nederlandse politiek en
bedrijfsleven op draait en wordt zelf
door deze ervaringen gevormd. Net als
“
Is een luie
student niet juist
iemand die
nérgens mee
bezig is?
”
de andere studenten hierboven en in
dit nummer van de Peper zet hij zich
ergens voor in. Dat kan niet onbe-
5
wonderd blijven.
De politiek moet daarom studenten, die nota bene de motor van de
Nederlandse economie gaan vormen,
de kans blijven geven zich te ontplooien. Hoe langer we leren, des
te waardevoller we worden voor de
Nederlandse samenleving. In je studententijd bepaal je je toekomst, of
het nu via een studentenvereniging,
je eigen bedrijf of je studieboeken is.
Vertel dus allemaal de mythe van de
luie student door aan alle kortzichtige
politici en de mensen die er ondanks
alles nog in geloven. Laat zien dat er
niets van klopt. Studenten zijn helemaal niet lui!
6
#4, juni 2013
De VoorleesExpress
studenten aan het werk als vrijwilliger
ANNEGRIETJE FRANSSEN
De term ‘actieve student’ associëren
we met universiteitsgelieerd activisme, dat zich ofwel vertaalt naar de
studentenpolitiek, of betrekking heeft
op studie- en studentenverenigingen.
Actief is de student die zich inzet voor
zijn medestudent, door te bemiddelen met universiteit en overheid of, in
het geval van de vereniging, door het
organiseren van drankgerelateerde
festiviteiten. Weinig aandacht lijkt
uit te gaan naar de student die, in
zijn activisme, verder kijkt dan zijn
universiteit lang is. De inzet van
zij die opkomen voor de noden van
de student is waardevol en moet
geenszins worden onderschat, maar
buiten de muren van het onderwijsinstituut lijken nog genoeg belangen
onbehartigd.
Vrijwilligerswerk klinkt weinig uitnodigend. Hebben we niet iets
beters te doen dan dat filantropisch
gezever? Zoals, inderdaad, bij een
studentenraad, vereniging, of anderszins genootschap waarmee de studentengemeenschap ten goede komt?
Kunnen we het ons wel veroorloven om
onbetaald werk te doen, zeker met het
oog op het huidige politieke klimaat
en de zich opstapelende leningen?
Eigenlijk uitsluitend onder het mom
van een stage, wanneer dit ons cv en
toekomstperspectief naar een hoger
plan brengt.
Toch bestaan ze, de studentenvrijwilligers. Toen Eva, student aan
het Amsterdam University College,
tijdens een semester in Korea in het
teken van een programma Sociology of
Migration werd aangemoedigd Engels
te doceren aan jongeren afkomstig uit
immigrantengezinnen, wist ze: dit moet
ik voortzetten.
Bij terugkomst in Amsterdam stuitte ze
op ‘De VoorleesExpress’, een initiatief
vanuit het maatschappelijk innovatiebureau SodaProducties en oorspronkelijk opgericht in 2006, met tien
vrijwilligers en idem gezinnen, door de
zussen Anne en Marieke Heinsbroek.
De organisatie stelt zich tot direct doel
de taalontwikkeling van kinderen met
een achterstand te stimuleren; dit leek
precies te voldoen aan Eva’s idealen.
Ze wilde zich inzetten voor mensen uit
haar naaste omgeving, die, om welke
reden dan ook, haar hulp zouden kunnen gebruiken.
Een land als Nederland pronkt met
het gevierde gelijkheidsgegeven en
de multiculturele, doch egalitaire
maatschappij. Maar een achterstand in
woordenschat die niet op jonge leeftijd
gecorrigeerd wordt, maakt dat je altijd
achter blijft lopen op leeftijdsgenoten;
op de basisschool, maar ook later op
de middelbare school en in het hoger
onderwijs. Is er werkelijk sprake van
evenredige kansen als de integratie
van een kind maar mondjesmaat wordt
begeleid?
De VoorleesExpress koppelt een kind,
in de meeste gevallen doorverwezen
Studentenvrijwilligers in actie (de personen afgebeeld op de foto’s worden niet genoemd in het artikel).
#4, juni 2013
door een leraar, aan een vrijwilliger.
De vrijwilliger wordt geacht wekelijks,
gedurende ongeveer een half jaar, voor
te lezen bij een gezin thuis, zodat niet
alleen het kind zijn lexicon verbreedt,
maar ook de ouders zich de routine van
het voorlezen eigen maken. Idealiter
moeten de ouders uiteindelijk het werk
voortzetten dat de VoorleesExpress
introduceert.
Het gezin dat Eva ontmoette komt oorspronkelijk uit Turkije en woont nu in
Geuzenveld. Selman, 7 jaar, sprak thuis
uitsluitend Turks. “Het was me niet
meteen duidelijk dat hij een taalachterstand had.” vertelt Eva.
“Gaandeweg merkte ik het pas: aan
grammaticale fouten, of aan voor mij
voor de hand liggende woorden waar
hij nog nooit van gehoord leek te
hebben. Hij had bijvoorbeeld geen idee
van de verleden tijdsvorm van eten:
toen hij het woordje ‘at’ voorbij zag
komen verkondigde hij enthousiast dat
dit ‘paard’ betekent in het Turks.”
Bij het voorleestraject hoort een
bezoek aan de bibliotheek en een
bijbehorend lidmaatschap. Eva laat
Selman over het algemeen zijn eigen
boeken uitzoeken, maar stimuleert
hem soms wel in een bepaalde richting
te kiezen. Uit zichzelf kiest Selman
logischerwijs voornamelijk boeken met
veel afbeeldingen. “Ik hoopte hem Jip
en Janneke voor te kunnen lezen, of
Pluk van de Petteflet, maar toen ik die
boeken erbij pakte was zijn concentratie snel vervlogen. Het verschilt van
verhaal tot verhaal; bij een prentloze
versie van Pinocchio heeft Selman
ademloos geluisterd.”
Niet alleen het kind wordt wijzer van
het project: ook voor de vrijwilliger is
het proces leerzaam. Je moet ontdekken wat de beste methoden zijn
om nieuwsgierigheid op te wekken, om
op een interactieve manier te lezen en
onbekende woorden op een eenvoudige manier uit te leggen. Want uiteindelijk is natuurlijk het streven dat de
behandelde termen blijven hangen. “Ik
heb het idee dat het meeste wat ik hem
uitleg wel doordringt. Laatst kwam er
een plaatje voorbij met een kat in een
raamkozijn en ik vertelde hem dat, als
een kat valt, hij altijd op zijn pootjes
terecht komt. Veel later, toen Selman in
een ander boek een poes ontdekte, gaf
hij met een luid ‘ojee’ een demonstratie
van hoe een kat valt en verklaarde hij
nader dat het niet gaf: ze kwamen toch
op hun pootjes terecht.”
De moeder van Selman, die aan Eva
refereert als ‘mijn meisje’, schuift
7
gewoonlijk halverwege het voorleesuur
aan. Ze observeert hoe de twee samen
lezen, zodat zij eenzelfde routine kan
creëren. Zelfs als haar Nederlands niet
toereikend genoeg blijkt te zijn, is het
zinvol het gebruik voort te zetten. Turks
of Nederlands: Selmans taalontwikkeling heeft er hoe dan ook baat bij.
Twintig weken, de gebruikelijke duur
van het project, zijn inmiddels om.
Deze tijdsspanne is in principe voldoende om affiniteit met het lezen te
scheppen en het voorleesritueel als
een vast patroon in te stellen. Maar Eva
heeft, na een gesprek met moeder en
kind, besloten op eigen initiatief langs
te blijven komen. “Het taalgevoel van
Selman lijkt zich gestaag te ontvouwen
en hij heeft nog steeds plezier in mijn
komst. Elke week is het weer spannend
welke boeken we zullen gaan lezen.”
Enthousiast geworden? De
VoorleesExpress is altijd opzoek
naar nieuwe vrijwilligers.
Meer informatie is te vinden op
www.voorleesexpress.nl
of mail direct naar
[email protected]
8
#4, juni 2013
Luuk van Dée
directeur studentenzaken HvA
Studentenparticipatie is een wisselwerking die je graag wilt hebben; je
wilt van studenten weten hoe ze hun
opleiding en de instelling ervaren en
het is natuurlijk mooi om niet alleen
onderwijs aan te bieden aan studenten,
maar dat ze over dat onderwijs en de
vormgeving ervan ook zelf participerend nadenken. Dat is belangrijk voor
iedere onderwijsinstelling: een goede
verbinding met diegenen die je onderwijs afnemen.
ESTHER CRABBENDAM &
ANNICK LEEUWENBERG
Actief zijn doe je niet alleen: zo kunnen bestuursleden van een studievereniging een bestuursbeurs krijgen
van hun instelling. Bij de Hogeschool
van Amsterdam (HvA) is Luuk van Dée
directeur studentenzaken . Vanuit die
functie heeft hij regelmatig te maken
met actieve studenten.
Was je zelf actief als student?
Nee, ik was een heel doelgerichte student. Ik ben pas later gaan studeren,
fiscaal recht aan de UvA. Mijn doel
was daarom om zo snel mogelijk af te
studeren.
Waarom zijn actieve studenten belangrijk voor de HvA?
Studentenparticipatie is van grote
waarde voor de Hogeschool van
Amsterdam. Om studentenparticipatie
succesvol te laten zijn is het van belang
dat het gezien wordt als een gedeelde
verantwoordelijkheid van zowel de
student als de Hogeschool. De student
moet actief willen zijn en zijn rol als
actieve student willen vervullen. De
HvA moet deze betrokken houding
willen stimuleren en heeft de verantwoordelijkheid om actieve studenten
met passende (basis) faciliteiten te
ondersteunen.
Studieverenigingen versterken deze
verbinding in bijzondere zin. Voor de
studenten die een bestuursjaar bij een
studievereniging meemaken is dit vaak
een intensieve ervaring. Ik zou iedere
student toewensen om zo’n ervaring
mee te maken. Het is wel van belang
dat iedere student voor zichzelf de
afweging maakt hoe dit soort extra
activiteiten te combineren zijn met de
studie.
“
Studentenparticipatie
is een
wisselwerking
Wat doet de HvA voor actieve
studenten?
”
Volgens mij moeten studenten vanaf
het moment dat zij in contact komen
met de Hogeschool van Amsterdam
merken dat “ze er toe doen” en uitgenodigd worden om zich actief in de
gemeenschap van de Hogeschool of
in hun opleiding op te stellen. Hoe dit
uitnodigen tot actief studentengedrag
in de opleidingen of in de domeinen is
vormgegeven en hoe de student daar
ondersteund wordt in zijn activiteiten
weet ik niet in detail. Wat ik waarneem
is dat ook opleidingen en domeinen
actieve studenten “koesteren”, ze zijn
er oprecht blij mee.
De HvA begeleidt actieve studenten
wel centraal vanuit studentenzaken.
Als er eenmaal een vereniging wordt
opgericht of er vergevorderde plannen zijn dan ondersteunt de afdeling
studentenzaken de studenten. We verwijzen ze door naar bijvoorbeeld ASVA,
omdat daar veel inhoudelijke kennis
over studentenverenigingen aanwezig
is. Ook kunnen we ze helpen met het
opstellen van beleidsdocumenten. Als
dit er allemaal goed uitziet brengen we
de bestuurders in spé in contact met
een notaris, die ze door de formele
oprichtingsvereisten zoals het opstellen van statuten en een huishoudelijk
reglement heen helpt. Voor de opleidingscommissies en de CMR doe ik
vanuit studentenzaken niets. Ik noem
dat de formele studentenparticipatie.
De hogeschool is vanuit wetgeving
verplicht deze participatie te hebben.
Natuurlijk worden ook de studenten
die hier actief in zijn door de hogeschool ondersteund en gefaciliteerd.
Hoe zie je de toekomst van de actieve
student op de HvA?
Dat is een mooie vraag, want een
student is relatief kort aan boord,
misschien vijf, hooguit zes jaar. Wij
zien telkens instroom van nieuwe,
potentieel actieve, studenten, die
iedere keer weer hun eigen pad zullen
ontwikkelen. Ik hoop dat het vanuit
het oogpunt van studentenparticipatie
een meer continue traject gaat worden,
want vaak gaat bij de jaarlijkse
bestuurswisseling van studieverenigingen veel kennis verloren.
Eigenlijk zoek je naar methodes om
alle kennis die door andere actieve
studenten is samengebracht, beter te
waarborgen.
#4, juni 2013
9
Frank van Kampen
directeur studentenzaken UvA
ESTHER CRABBENDAM &
ANNICK LEEUWENBERG
Ook op de UvA krijgen actieve studenten ondersteuning vanuit de universiteit. Een goed voorbeeld hiervan
is natuurlijk Crea; de plek waar verschillende studentenorganisaties hun
werkplek hebben en waar actieve studenten letterlijk worden gefaciliteerd.
Maar ook het USC en de beurzen die
besturen krijgen zijn voorbeelden
van ondersteuning die de UvA actieve
studenten biedt. Frank van Kampen is
directeur studentenzaken aan de UvA
en regelt deze zaken voor studenten.
Was je zelf actief als student?
Zou er een student zijn die zegt dat hij
dat niet was? Ik begon aan mijn studie
met het idee dat ik ook buiten de
universiteit actief wilde zijn; ik wilde
meer zien van het leven en ben na drie
maanden aan de slag gegaan bij een
buurthuis met naschoolse activiteiten.
Toen ik dat anderhalfjaar had gedaan
wilde ik ook actief zijn binnen de universiteit. Ik studeerde neerlandistiek
en ben daar actief geworden bij ASVA.
Later heb ik ook in de universiteitsraad
gezeten. Ik was een van de eersten die
mee heeft gewerkt aan een introductie
voor eerstejaarsstudenten van langer
dan een à twee dagen.
Waarom zijn actieve studenten belangrijk voor de UvA?
Als universiteit ben je naast een
onderwijsinstelling een gemeenschap
waar iedereen zich kan ontplooien. Je
ontmoet elkaar daar en kunt elkaar tot
grotere hoogte stuwen. Elke student
heeft daar natuurlijk een plek in.
Studenten moeten academisch volwassen worden, maar studeren is meer dan
alleen maar kennis en vaardigheden
verwerven. Dat is het belang van studentenorganisaties en een cultuurcentrum als Crea. Het is wel ingewikkeld,
want in zekere zin zijn studenten de
kern, maar aan de andere kant zijn het
ook relatieve passanten. Ze zijn hier
maar vijf jaar en gaan daarna weer
weg.
Wat doet de UvA voor actieve
studenten?
De UvA geeft natuurlijk bestuursbeurzen uit en beheert Crea, allemaal
ondersteuningen om de academische
gemeenschap vorm te geven. Het is
wel lastig om beleid te maken voor een
groep van mensen tussen de 18 en 25
die niet allemaal hetzelfde zijn en ook
nog eens na vijf jaar weer weg zijn. Je
moet telkens bedenken wat voor die
groep dezelfde kenmerken zijn, en dat
verandert ook nog eens van tijd tot tijd.
Toch zit iedereen in een levensfase met
kenmerken die wel redelijk algemeen
zijn. Als je bijvoorbeeld nu door de
Agora loopt zie je dat studenten twee
dingen standaard bij zich hebben: hun
smartphone en hun laptop. Dat is waar
hun leven technologisch gezien om
draait, maar vijf jaar geleden was dat
nog niet zo. Toen was het vooral belangrijk dat dingen digitaal werden aangeboden, nu is het van belang om deze
digitale wereld ook op de smartphone
te kunnen bereiken. Daar proberen we
nu op in te spelen. Hier zien jullie
nu nog niet zo veel van terug, maar
de blauwdrukken zijn er wel al. We
willen dat de informatieverstrekking
aan studenten straks verwerkt is in een
app, waar weer allemaal apps onder
kunnen hangen zoals blackboard of de
roosters.
We zijn vanuit de UvA ook telkens bezig
met de nieuwe media, want hoe richt
je nou precies een Facebookpagina in
zodat de student er iets aan heeft. Wie
weet is dat over vijf jaar ook wel weer
allemaal anders.
“
De creativiteit
van mensen
tussen de 18 en
25 is groter
dan wat welke
beleidsmaker dan
ook kan
wegbezuinigen.
”
Hoe zie je de toekomst van de actieve
student aan de UvA?
Studenten zijn niet te stoppen. Je kan
bezuinigen wat je wilt, maar de creativiteit van mensen tussen de 18 en 25
is groter dan wat welke beleidsmaker
dan ook kan wegbezuinigen. Wat we
als universiteit kunnen doen is blijven
zorgen voor een gebouw als Crea en
bestuursbeurzen zodat het actieve
studentenleven gefaciliteerd blijft.
Ik zou het zelf leuk vinden als studenten vaker dingen organiseren die
open zijn voor de buurt. Een open
opstelling, zoals een glassroom, kan
ervoor zorgen dat mensen die langslopen zich geïnspireerd voelen en mee
willen doen. Wat Room for Discussion
doet in de E-hal is een goed voorbeeld,
maar de wijk mag ook meer betrokken
worden.
Kletsnat Bootrave
27/7 - 4/8
Amsterdam Gay Pride
Feest op een boot. Opstapplek is De
Ruijterkade. Prijs is nog niet bekend.
13/7
Over het IJ Festival
Landjuweelfestival
Festival vanwege 40 jaar Ruigoord.
Geïnspireerd op rederijkersfestivals uit
de late Middeleeuwen. Locatie: Ruigoord.
Toegang nog niet bekend.
24/7 - 28/7
Lokatietheater. Bijzondere en onveronver
wachte voorstellingen op verschillende
locaties rondom het IJ. Prijzen varieren per
voorstelling
5/7 - 15/7
juli
Het is weer zomer! Wij hebben voor jou de meest creatieve en originele festivals
op een rijtje gezet.
Zomerfestivals
Pluk de Nacht
Amsterdam Flame Games
Magneet Festival
Co-creatiefestival: iedereen met een goed
idee kan een act indienen. Te vinden in
Oostpunt op Zeeburg, toegang €12,50
voor een dagkaart.
23/8 - 15/9
Rondreizend festival met muziek, dans,
theater, film en beeldende kunst in het
Martin Luther Kingpark.
De Parade
Gay Pride Canal Parade
9/8 - 25/8
03/08
Bollywood at the Park
Indiase openluchtbioscoop in het
Oosterpark. Toegang is gratis.
6/9 - 7/9
september
Open air filmfestival met verassende
programmering, gehouden op het Stenen
Hoofd. Toegang is gratis.
22/8 - 1/9
Nieuw, jaarlijks terugkerend evenement
om culturele diversiteit van de stad te
vieren: topsport gaat samen met muziek
en entertainment. Te zien in het Olympisch
Stadion, toegang nog niet bekend.
31/8
World Cinema Amsterdam
Open air filmfestival op verschillende
lokaties. Studenten betalen €8,- voor een
voorstelling.
7/8 - 18/8
augustus
12
#4, juni 2013
Actief in
Aberdeen
studentenpolitiek
in het buitenland
ANNEGRIETJE FRANSSEN
Waar de ASVA studentenunie nauwelijks nog als vakbond bekend staat en
vaak moeite moet doen om studenten
te motiveren om in actie te komen
tegen de harde maatregelen van de
overheid of het College van Bestuur,
kan studentenactivisme er elders
heel anders aan toegaan. Ik bezocht
Daphne, een Nederlandse student aan
de Universiteit van Aberdeen, om mij
een weekje onder te dompelen in het
studentenleven daar.
Ik kan er niet omheen. De eerste de
beste avond, op bezoek bij studiegenoot Megan, wordt de aandacht
afgeleid door een live-stream van een
conferentie van de National Union of
Students (NUS), de landelijke studentenvakbond. Bovendien zitten wij
tussen vierhonderd kartonnen borden;
ze moeten volgende week dienen als
ondergrond voor verkiezingsposters.
Megan, nu nog bekleder van één
van de zeven deeltijdfuncties in de
Executive Committee van de Student’s
Association van Aberdeen (AUSA),
heeft zichzelf verkiesbaar gesteld voor
de voltijdfunctie van Student President.
De Executive Committee, het bestuur en belangrijkste orgaan van de
studentenassociatie, is rechtstreeks
vertegenwoordiger van de studentengemeenschap. De Student Council,
waar nog eens tientallen studenten
voor worden verkozen, is het lichaam
waar moties worden aangenomen of
verworpen. Elke kandidaat voor de
aankomende verkiezingen heeft een
manifest waarmee hij zichzelf verkiesbaar stelt; plannen variëren van
het oprichten van een studentenwoningcoörporatie en het lobbyen voor
meer studiebeurzen tot het aanleggen
van waterkraantjes op de campus.
De zeven Sabbatical Officers die de
voltijdsfuncties binnen het bestuur
van AUSA vervullen, zitten regelmatig
rond de tafel met de bestuurscommissie van de universiteit.
De verkiezingen zijn grootscheeps,
de strijd is fel. Iedere verkiesbare
student heeft een leger van aanhangers om zich heen geschaard, die in het
verkiezingsproces assisteert. Op de
vooravond van de verkiezingen, tussen zes uur ‘s avonds en middernacht,
is het de aanstaande vertegenwoordigers toegestaan om, met hulp van hun
aanwas, de verkiezingsposters over de
campus te verspreiden. De nationale
politiek is er niks bij. Er wordt gevochten om de voordeligste posterruimte en
wie wordt betrapt op het voortzetten
van de klus na de klok van twaalf uur,
riskeert een motie van wantrouwen.
Daphne heeft drie jaar geleden haar
intrede gedaan in de studentenpolitiek
toen ze werd verkozen tot Women’s
Officer, een functie binnen de Student
Council. Ze werd destijds gedreven
door de wens meer betrokken te zijn bij
de universiteit en studentenpopulatie
en vanuit haar natuurlijke interesse
in vraagstukken met betrekking tot
gender. Een van haar activiteiten als
Women’s Officer was het organiseren
van een mars, nadat het bericht de
universiteit had bereikt dat vrouwen
werd afgeraden zich ‘s avonds alleen
op straat te bevinden naar aanleiding
van een misbruikincident. ‘Reclaim
the Night’, was de leus. De opkomst
was enorm. Tegenwoordig is ze Vice
President for Equal Opportunities, een
deeltijdfunctie binnen het bestuur van
AUSA.
In december 2011 maakte Daphne deel
uit van de tiendaagse bezetting van het
kantoor van het universiteitsbestuur,
in beweging gezet door een actiegroep
die zichzelf Aberdeen Defend Education
Campaign noemt. Het gezelschap was
een jaar eerder ontstaan uit onvrede
over de onderwijsbezuinigingen, het
verdrievoudigen van het collegegeld
en de excessieve bonussen die werden
doorgesluisd naar de universitaire
#4, juni 2013
bestuurscommissie, terwijl veel
docenten hun ontslagbrief ontvingen of
hun salarissen bevroren zagen.
“De bezetting zelf was veruit de
leukste en spannendste periode van
mijn studententijd”, vertelt Daphne.
“Er was een enorm gevoel van verbondenheid onder de betrokken studenten
en verscheidene docenten kwamen
elke dag van de bezetting hun steun
betuigen door gastcolleges te geven
aan de ‘bezetters’ en eten en spullen
te doneren.” Uiteindelijk heeft de
universiteit een aantal baanbrekende
concessies gedaan, waaronder de
toezegging van studenten- en docentenafgevaardigden bij beslissingen
inzake uitbetalingen.
Er lijken meerdere factoren in
het spel bij het wijdverbreide
studentenactivisme in Aberdeen. De
kleinschaligheid van de universiteitscampus zal zeker een rol spelen,
net zoals de samenwerking met de
National Union of Students. “De NUS
“
De nationale
politiek is er
niks bij.
”
is ontzettend sterk in het begeleiden
en trainen van studentenactivisten.
De belangenorganisatie heeft voltijd
mensen in dienst, die op landelijke
conferenties worden gekozen door
afgevaardigden van de verschillende
13
universiteiten. Zij lobbyen veel bij
politici in Westminster en Holyrood
(het Schotse parlement) om zo invloed
uit te oefenen op de landelijke politiek.
De studenten van de verschillende
universiteiten ontmoeten elkaar regelmatig bij conferenties en trainingen
van de NUS, en bij demonstraties en
protestacties.”
In Daphne’s slaapkamer heeft een
witte luidspreker een prominente
plaats. Het was ooit een verjaardagscadeau van een medebestuurslid
en heeft sindsdien een groot aantal
demonstraties kracht bijgezet met
idealistische deviezen of ‘de internationale’. Komende juli, wanneer
Daphne afstudeert, zal dit haar gift
zijn aan de studentenbeweging: een
symbolisch nalatenschap van vier jaar
betrokkenheid.
14
#4, juni 2013
Werken als aanvulling op je studie
bijbaan of studie in de praktijk
ESTHER CRABBENDAM
Je studie combineren met een bijbaan
is vaak lastig, maar met de hoge huuren bierprijzen in Amsterdam helaas
wel nodig. Gelukkig hoeft een baan
niet altijd afleiding van je studie te
betekenen. Sommige studenten gaan
op zoek naar een baan die hen niet
alleen geld en werkervaring oplevert,
maar ook iets bijdraagt aan hun
studie.
Dat dit vaak voorkomt bevestigt Robin.
Zij studeerde kunstgeschiedenis en
geschiedenis aan de UvA en vond een
bijbaan in museum de Hermitage.
Inmiddels doet ze een master museumconservator en realiseert ze zich
dat ze zonder haar werkervaring waarschijnlijk niet eens was toegelaten
tot de master. Al haar medestudenten
hebben ofwel werkervaring in de sector ofwel stage gelopen. De ervaring
die ze heeft opgedaan kan ze bij haar
master dus goed gebruiken. Hoewel
haar baan als publieksmedewerker vooral uit praktische taken als
kaartjes verkopen en jassen ophangen
bestaat, heeft ze veel contact met de
bezoekers en krijgt ze veel mee van
het reilen en zeilen van een museum.
Ook Clemens, student commerciële
bedrijfskunde aan de HvA, heeft veel
aan zijn bijbaan. Zijn eigen bedrijfje
als internetconsultant levert hem
niet alleen goede contacten op voor
mogelijke stages, maar zorgt er ook
voor dat hij wat hij leert tijdens zijn
studie meteen in zijn baan toe kan
passen. Toch voegt zijn werk ook dingen toe aan zijn opleiding; ‘bluffen en
risico nemen is nou eenmaal iets wat
je eigenlijk alleen in de praktijk kunt
leren.’ Hij beseft zich dat hij hierdoor
een realistischer arbeidsperspectief
heeft dan zijn medestudenten. ‘Het is
natuurlijk ook geluk hebben, maar je
zal meermaals op je bek gaan voordat het lukt om iets succesvols op te
starten.’
Bij meer studies vinden studenten de
opleiding alleen niet genoeg om zich
voor te bereiden op de arbeidsmarkt.
Mariëtte, studente psychologie aan de UvA, doet in haar werk
veel ervaring op met patiënten. Dit
geeft haar een beter beeld van wat ze
later in de praktijk zal tegenkomen.
Haar werk bij het callcentrum van
Jellinek en de Brijder Stichting houdt
in dat ze mensen belt om te kijken
hoe het nu met hen gaat. Voor het
werk was het volgen van het vak
‘Gesprekspracticum’ vereist, waardoor de baan goed aansluit bij haar
opleiding. Waar je bij het vak leert
om een professioneel gesprek met
patiënten te voeren is dit precies
wat haar functie bij het callcentrum
inhoudt. Ook Mariëtte denkt veel aan
haar werk te hebben in de rest van
haar loopbaan; ‘Je hebt toch al een
stuk extra ervaring die heel prettig is.’
Zowel Clemens als Robin en Mariëtte
geven dus aan veel te hebben aan de
praktijkervaring die zij op doen bij
hun werk naast hun studie. Hun ervaringen sluiten aan bij het recente debat over de aansluiting van
Clemens aan het werk
opleidingen bij de arbeidsmarkt.
Hierin staan twee visies recht
tegenover elkaar. Aan de ene kant
vinden veel academici dat het academische karakter van de universiteit
behouden moet blijven; als studenten
direct voor de arbeidsmarkt willen
worden opgeleid moeten ze maar naar
een beroepsopleiding. Aan de andere
kant wordt vanuit de overheid en de
samenleving steeds meer het signaal
gegeven dat studies aan de maatschappij moeten bijdragen en dat studenten moeten worden opgeleid voor
de arbeidsmarkt. Ook in de Nationale
Studentenenquete, die elk jaar onder
studenten van alle hoger onderwijsinstellingen wordt gehouden, komt
duidelijk naar voren dat studenten
weldegelijk meer arbeidsgericht
onderwijs zouden willen. Oplossingen
die Robin, Mariëtte en Clemens aandragen zijn het bevorderen van het
volgen van een stage, lessen aanbieden die meer gericht zijn op het
jezelf presenteren en solliciteren en
het inzetten van alumni om te vertellen over hun loopbaan. Totdat de
universiteiten en hogescholen deze
“
Bluffen en
risico nemen is
nou eenmaal iets
wat je eigenlijk
alleen in de
praktijk kunt
leren.
”
opties ook echt in gaan voeren zullen
studenten deze praktijkervaring
echter moeten en blijven ondervangen
door op zoek te gaan naar een studiegerelateerd bijbaantje.
#4, juni 2013
15
De letterlijk actieve student
presteren en ontspannen tijdens de roetersrun
LIDA DANIËLS
Studenten zijn actief op verschillende
gebieden en op verschillende manieren. Een zeer letterlijke opvatting van
‘de actieve student’ was terug te zien
bij de jaarlijkse Roetersrun. Studenten
Sport Amsterdam (SSA) en A.S.A.V.
Aquila organiseerden deze loop dit
jaar voor de achtste keer op rij. Op 2
april 2013 stonden er 170 studenten en
medewerkers van de Amsterdamse universiteiten en hogescholen samen met
andere atleten voor het REC-E gebouw
van de UvA. Klaar voor de start, en daar
gingen ze. Drie rondjes Roeterseiland,
in totaal vijf kilometer.
De individuele lopers hielden het tempo hoog. Als een flits kwam de eerste
man telkens weer voorbij, raasde
onvermoeibaar door. Hij eindigde met
een tijd van 15:38 minuten. Bij de
vrouwen was er ook een goede snelste tijd van 19:46 minuten. Dat het
niet alleen om presteren gaat maar
zeker ook om gezelligheid was te
zien bij de heuse “Verenigingsbattle”
die dit jaar zijn intrede deed.
Studentenverenigingen tegen elkaar
opzetten levert altijd mooie plaatjes
op en zij waren dan ook bereid tot
het uiterste te gaan om elkaar uit te
schakelen. Studententennisvereniging
SVU Tenista deed dit het beste en ging
er met de eerste prijs vandoor. Ook al
kwam de een wat roder, bezweter of
gelukkiger over de finish dan de ander,
de actieve student was in ieder geval
duidelijk en in grote getalen aanwezig.
“
Er wordt
gepresteerd,
maar altijd in
combinatie met
ontspanning
”
Een kijkje achter de schermen bij
de Roetersrun brengt me tot een
gemotiveerd groepje studenten die
zich maandenlang bezighielden met
de organisatie om deze loop tot een
succes te maken. Één daarvan is
Mieke Paalvast die over de sponsoring
gaat. Met haar enthousiasme heeft
ze verschillende sponsors binnen
weten te halen, wat te zien is aan de
gadgetwaardige goodiebags die elke
loper en vrijwilliger krijgt aangeboden.
Door haar inzet en die van de overige
commissieleden van de Roetersrun lijkt
het elk jaar een groter en populairder
evenement te worden.
De eerste editie van de Roetersrun
vond plaats op 1 juni 2006, toen Harald
van Gils als lid van A.S.A.V. Aquila deze
loop op touw zette. Deze nog vrij jonge
studentenatletiekvereniging (2003)
heeft ondertussen al de organisatie
van verschillende wedstrijden op haar
naam staan, zo ook de Scienceparkrun
en de VU Polderloop. De gemotiveerde
sportievelingen die achter deze
vereniging zitten verzamelen zich elke
donderdagavond in het Olympisch
Stadion, hun thuisbasis. Van daar uit
gaan ze met een groep, bestaande uit
verschillende niveaus, hardlopen. De
doelstelling van Aquila is om studenten
zowel sportiviteit als gezelligheid te
bieden. Er wordt gepresteerd, maar
altijd in combinatie met ontspanning in
de zin van een feest, gezamenlijk eten,
borrelen of weekendjes weg. ‘De actieve student’ in de breedste zin van
het woord lijkt hierbij gevonden:
rennend, organiserend en op sociaal
gebied. Ze lopen overal voor warm.
16
#4, juni 2013
Een eigen bedrijf
starten?
6 tips
1 Begin vandaag!
Studenten Charlotte en Maaike richtten in 2011 hun eigen bedrijf op: WE
CANTEEN. Maaike deelt graag haar
tips en ervaringen.
MAAIKE DE REUVER
Charlotte en ik waren tijdens onze studententijd altijd ontevreden over het
eten in de kantine(s) van de UvA. Toen
Charlotte in Singapore ging studeren
zag ze hoe de kantine daar geregeld
is: zoals een food court, met allemaal
verschillende kramen. Charlotte en ik
waren zo enthousiast over dat idee
dat we de UvA opbelden om hen te
vertellen dat we wisten hoe we de
kantine anders konden organiseren: in
samenwerking met lokale ondernemers
die ieder vanuit een eigen kraam vers
bereide producten aanbieden. De UvA
liet ons in november 2011 dit concept
proefdraaien in de Piramidezaal van
het Atrium, waar we in samenwerking
met elf verschillende ondernemers
uit Amsterdam het aanbod vormden.
De week was een groot succes; ruim
5.000 studenten, misschien jij zelf ook
wel, smulden van al het lekkere eten.
Intussen is ons concept uitgegroeid
tot een heus bedrijf, genaamd WE
CANTEEN, en staan we op verschillende plekken in het land, telkens in
samenwerking met ondernemers uit
de desbetreffende regio. Onze tips aan
studenten die een eigen bedrijf willen
beginnen?
Wacht niet langer, heb je een goed
idee? Start dan vandaag nog. Het idee
of product is nooit perfect en je zult
moeten blijven ontwikkelen en leren,
maar ga er gewoon voor, en ontwikkel
en leer al doende telkens door. Want
als je niet begint, dan komt het idee of
product er nooit.
2 Business is apenwerk,
je moet elkaar besnuffelen
Een uitspraak van een wijze man die
ons adviseert. Zorg dat je de mensen
waarmee je zaken doet persoonlijk
kent. Zo zorgen wij dat we de ondernemers waarmee we samen werken
altijd van te voren persoonlijk ontmoeten. En nieuwe medewerkers
nemen we altijd een avond mee uit
eten. Zorg dat je persoonlijk contact
hebt met de mensen waarmee je samen
werkt, op die manier wordt het een
stuk persoonlijker, en daardoor gemakkelijker, en ook leuker.
3 Maak fouten
Als je geen fouten maakt ga je niet snel
genoeg. Zorg dat je rent en zo nu en
dan onderweg omvalt, maar dan weer
opstaat en weer vrolijk verder gaat.
Ondernemen is sprongen maken. Ga
risico’s niet uit de weg, je weet van
tevoren niet of jouw idee of product
wel aanslaat, maar als jij er in gelooft,
ga er dan helemaal voor, neem dat
risico en spring!
4 Doe het niet alleen
Charlotte en ik zijn samen WE CANTEEN
begonnen en ik ben er nog elke dag
blij mee dat we dit avontuur samen zijn
aangegaan. Samen de koers bepalen
is toch een stuk leuker dan alleen.
En hoogte- en dieptepunten zijn toch
fijner om samen mee te maken dan
in je eentje. Als jij het even niet meer
weet, dan weet de ander dat wel weer.
Alleen is ook zo alleen.
5 Vier je successen
Ondernemen is een manische
bezigheid: of alles gaat goed, iedereen slaat je op de schouder en het
geld stroomt binnen, of alles zit tegen
en je weet even niet meer waar je de
energie, de tijd en het geld vandaan
moet halen. Om altijd de focus en het
enthousiasme te houden: sta stil bij
je successen. Zo organiseerden wij
toen WE CANTEEN 1 jaar bestond een
verjaardagsparty voor ons bedrijf, want
ondernemen is een feest!
6 Geniet, elke dag
Je eigen droom verwezenlijken, daar
dagelijks mee bezig zijn, en er nog
geld mee verdienen ook is toch het
mooiste wat er is! Geniet daarvan, elke
dag opnieuw. Door te focussen op je
eigen bedrijf zullen er andere zaken
zijn, zoals vrienden, sport, studentenof studievereniging, waar je minder
tijd voor hebt. De bijzondere en mooie
ervaringen die je hiervoor terug krijgt
maken het, wat mij betreft, 1000% de
moeite waard!
#4, juni 2013
17
De actieve student
is er klaar mee
opinie
MARLOU JORNA
“De ‘actieve student’ is iemand die veel
zuipt en niet studeert” zo stelde de
Volkskrant vorig jaar. Een jaar in een
bestuur is niets meer dan een jaar lang
lallend alle feestjes afstruinen om nog
meer te drinken. En, zo stelde
diezelfde Volkskrant, deze studenten zouden eigenlijk helemaal niet
gesteund moeten worden. Gelukkig
waren er ook betere verhalen. Zoals
de langstudeerboete om studenten te
motiveren vooral hard te werken en
niet te zuipen. Het mooiste vind ik nog,
dat al deze meningen komen van onze
voorouders die zelf minimaal zeven
jaar lang hebben gestudeerd. Waar zij
lallend samen zopen en genoten van
hun oneindige studiefinanciering zijn
wij nu de luie studenten. Want, zijn
wij niet de verdoemde generatie, de
studenten waarvan nooit iets terecht
zal komen?
Laatst zag ik ze weer, de jongens en
meisjes van een of andere nietszeggende studievereniging. Of ik mee
wilde helpen aan het verbeteren van de
wereld. Van seksuele voorlichting op de
Dam tot business trips naar Miami. Je
wordt er dagelijks mee doodgegooid.
En eigenlijk is het altijd hetzelfde
liedje; een enig filmpje, een schattig
verhaal, een nog aandoenlijker t-shirt
vullen het uitzicht van de vaak ongeïnteresseerde collegezaal. Een slap
applaus volgt wanneer het verhaal ten
einde is. En weg zijn ze. Uit het oog, uit
het hart. Want onze studenten kunnen
“
De actieve
student werkt
naar een burnout toe, nog voor
haar 25e is zij al
uitgeblust.
niet meer.
”
Eerlijk gezegd ken ik weinig mensen
die zo actief zijn als de huidige
generatie studenten. Universiteit of
HBO, bijna iedereen is wel ergens bij
aangesloten of bekleedt ergens wel
een functie. De studie-, studenten-,
politieke-, sport- of juist niet-sportverenigingen, noem het maar op.
Overal zitten ze, die studenten. De
agenda van menig student staat bol
van de maatschappelijk verantwoorde
activiteiten, en dan heb ik het niet over
aapjes verzorgen in de jungles van
Afrika. Een afspraak hier, werken daar,
en o ja, ik had ook nog college toch?!
Vaak zijn ze zo druk, dat ze de helft
moet afzeggen. Je zou er nog eens moe
van worden, al dat moeten, al dat willen. De actieve student werkt naar een
burn-out toe, nog voor haar 25e is zij
al uitgeblust. Wordt het niet eens tijd
voor de echte luie student? De student
die onze voorouders mochten zijn. De
student die zuipt, feest en lalt. Mag
onze generatie studenten ook eens
genieten van wat de mooiste
tijd van ons leven is? Of zijn wij
gedoemd om verbitterd en uitgeblust
op ons 25e thuis onder een dekentje te
zitten en te denken: ‘‘Was ik maar die
actieve student die veel zoop en weinig
studeerde’’.
18
#4, juni 2013
De Studiereis
Een kijkje achter de schermen
RALPH DECKERS
Na tien dagen tot twee weken is het
gebeurd. Een grote groep studenten
heeft een geweldige reiservaring
achter de rug. De meerderheid van
de studenten ontplooit zich naast
zijn studie ook in een hoop andere
activiteiten. In dit artikel nemen we
een kijkje in de wereld van de studiereizen aan de hand van de reiscommissie van Kleio (studievereniging
Kunst- en Geschiedenis), de studiereis van IMSTAR (alle studies) en
de prestigieuze Grand Tour (Faculteit
Geesteswetenschappen). Alle drie de
reizen worden namelijk volledig georganiseerd door studenten die hiervoor
vrijwillig aan de slag gaan.
De naam zegt het al: bij een studiereis
is het de bedoeling dat de deelnemers iets leren over het gebied dat
wordt aangedaan. Bij Kleio verschilt
de bestemming elk jaar. Dit jaar reist
de studievereniging met vijftig studenten af naar Wenen, Budapest en
een andere Hongaarse stad genaamd
Pécs. IMSTAR richt zich specifiek op
het Israëlisch-Palestijns conflict en de
vluchtelingenproblematiek die daarbij
komt kijken. IMSTAR vertrekt dit jaar
met tien studenten voor twee weken
naar de Westelijke Jordaanoever en
Israel. De Grand Tour is een studiereis
waarmee men officiële studiepunten
(zes!) kan verdienen. Deze reis heeft
om en nabij de dertig deelnemers en
vertrekt voor twee weken naar de randen van Europa. Vorig jaar waren Sicilië
en Tunesië aan de beurt, dit jaar gaat
de reis naar Rusland.
Dat klinkt natuurlijk ontzettend fascinerend en interessant. Maar hoeveel
werk wordt er verzet door de studenten die zo’n reis moeten organiseren?
Hoe wordt de bestemming gekozen?
Hoe reis je daar het snelst? Is er wel
parkeerplek voor de bus bij het hostel?
Moeten we naar het nationale museum
of naar het verzetsmuseum? Dit is
slechts een fractie van de vragen en
keuzes die gemaakt moeten worden.
En dan moet bijvoorbeeld de organisatie van de Grand Tour ook nog visa
regelen voor al haar deelnemers. Het
uitzoeken van de bestemming, het
regelen van vervoer, het vinden van een
betaalbaar hostel, het maken van een
reisprogramma waarbij rekening wordt
gehouden met de logistieke planning,
het zoeken van sprekers, werven van
fondsen en maken van een reader:
al met al zijn de commissieleden
maandenlang aan het voorbereiden.
Gemiddeld vijf uur per week!
“
Hoe serieus de
studiereis ook is,
zowel deelnemers als
begeleiders
kunnen zich niet
onttrekken aan
het gevoel toch
een beetje op
vakantie te zijn.
”
Doorgaans starten de reiscommissies
in september met vergaderen. Eerst
vindt er een overdrachtsvergadering
plaats tussen oude en nieuwe commissieleden. In de regel organiseer je
tweemaal een studiereis dus bestaan
reiscommissies uit oude en nieuwe
leden. Na de overdrachtsvergadering
worden de taken verdeeld, bij IMSTAR
waren er dit jaar zes categorieën te
verdelen over vijf commissieleden:
internationale contacten, sponsoring,
contact met deelnemers, IMSTAR
Facebook, financiën en de lezingencyclus coördineren. Vanaf september
komen de commissies gemiddeld om
de twee weken bij elkaar. Elk commissielid zoekt voor zijn of haar
bestemming de reis- en hostelkosten
uit en daarnaast of de bestemming
interessant genoeg is. Deze methode
geldt deels niet voor IMSTAR aangezien
met die reis een specifieke bestemming
gemoeid is. Zodra de bestemming is
gekozen begint men aan het maken van
een reisreader en aan het promoten
van de reis. De Grand Tour stuurt
honderden geschiedenisstudenten een
brief, Kleio en IMSTAR maken reclame
door middel van posters en mail.
Vervolgens wordt er een collegereeks
gepland. De Grand Tour geldt als een
officieel UvA-vak dus de kennis die
wordt opgedaan in de colleges wordt
ook daadwerkelijk getoetst in de
vorm van een tentamen. Deelnemers
schrijven een essay dat in de reisreader
wordt opgenomen en zij moeten vervolgens tijdens de reis een presentatie
op locatie geven. Ook bij IMSTAR wordt
ieder jaar een collegereeks georganiseerd van zes colleges die voor
iedereen toegankelijk zijn. De Kleioreis heeft twee voorlichtingsavonden,
doorgaans met een docent van de UvA
die een beknopte geschiedenis van de
bestemming schetst. De tweede avond
is vaak cultureler: bijvoorbeeld een
dans- of taalles. Dit jaar komt een student uit Boedapest een lesje Hongaars
geven. Op deze avond wordt ook de
reader uitgedeeld: een boekje met
daarin het smoelenboek, belangrijke telefoonnummers en adressen,
het programma en een aantal artikelen
die belangrijk zijn voor tijdens de reis.
Minder zichtbaar voor deelnemers
zijn de problemen die zich achter de
schermen voordoen. Het werven van
fondsen kan het bijvoorbeeld lastig
#4, juni 2013
19
commissie heeft dit opgelost door
met drie laptops op drie verschillende
ip-adressen tegelijkertijd tickets te
boeken. Het was peentjes zweten voor
de commissie, want het leek even of bij
het derde setje de tickets al weg waren. Uiteindelijk heeft hun plan gewerkt
en hebben zij 120 euro per persoon
kunnen besparen. Een probleem waar
IMSTAR mee te kampen heeft is naamsbekendheid krijgen onder studenten.
De ‘Grote Reis’ van Kleio is inmiddels
bekend, maar aanvankelijk liepen de
inschrijvingen slecht. Grootste reden
hiervoor was de angst onder studenten
om studievertraging op te lopen.
Ondanks de vele problemen die de
studenten ondervinden tijdens de
voorbereiding verloopt de reis zelf
vrijwel altijd goed. Deelnemers werken
graag mee omdat zij het naar hun zin
hebben. Hoe serieus de studiereis ook
is, zowel deelnemers als begeleiders
kunnen zich niet onttrekken aan het
gevoel toch een beetje op vakantie
te zijn. Het komt natuurlijk wel eens
voor dat een museum dicht is of dat
een afspraak niet door gaat. Een ander
ongelukkig voorval vond plaats tijdens
de Kleio reis van twee jaar terug. Een
meisje moest onverhoopt naar de
dokter waar bleek dat zij wondroos op
haar enkels had en de reis verder op
krukken moest doorbrengen.
maken om financieel rond te komen.
De Grand Tour-commissie ontdekte
tijdens het boeken van vliegtickets
dat er een flink gat in hun budget zou
worden geslagen. De tickets zouden
namelijk 120 euro duurder worden per
persoon. Met de bus naar Rusland is
te tijdrovend en dus geen optie. De
Alleen bij IMSTAR wordt nog een
terugkomstavond georganiseerd,
bij de andere twee reizen is er voor
de deelnemers bij thuiskomst geen
enkele verplichting meer. Voor de
commissieleden rest nog één verantwoordelijkheid: hun ervaring gebruiken om nieuwe commissieleden te
kiezen, vaak deelnemers van de laatste
reis. De meeste reizen worden in de
lente of zomer georganiseerd, zodat
in september het stokje kan worden
overgedragen. Het organiseren van een
studiereis is leerzaam, een student
kan veel opsteken op organisatorisch
gebied. Bovendien ga je op reis en in
het geval van de Grand Tour verdien je
nog studiepunten ook!
20
#4, juni 2013
LIDA DANIËLS
studenten
Een eigen bedrijf iets voor later? Absoluut niet! De oprichters van Remind, NoticeSound en
Rem in
NoticeSound
Willem Bloem (20), student
International Business & Management
Studies (HvA), oprichter van
NoticeSound.
Waarom NoticeSound?
In december 2011 liep ik stage in
Engeland en verveelde me in de avonduren. Ik keek naar De Wereld Draait
Door en zag artiesten voorbij komen. Ik
wilde deze artiesten graag een sociaal
muziekplatform bieden om zichzelf te
promoten en hen in contact te brengen
met mensen die van muziek houden
en nieuwe muziek willen ontdekken.
Een plek waar de Noticers de Sounders
ontmoeten.
Wat waren de eerste stappen?
Ik heb een bedrijfsplan geschreven en
deze vanuit Engeland via Skype aan
een financieel directeur voorgelegd.
Hij zag iets in mijn plan en heeft mij in
contact gebracht met een ICT-bedrijf.
We hebben nu sinds 22 maart 2013 met
zijn allen een B.V. opgericht. Ik vind het
super dat ik zo’n goed team achter mij
heb staan, met mensen die weten waar
ze over praten.
Zou jij jezelf een ‘actieve student’
noemen?
Met 67 nachten doorhalen en 10.000
zweetdruppels kan ik mezelf wel een
actieve student noemen. Ik ben de
hele dag bezig met NoticeSound en
daarnaast zorg ik dat ik mijn tentamens
haal én twee keer per week een biertje
kan drinken.
Wat voegt NoticeSound toe aan jouw
studentenleven?
Mijn studentenleven is een stuk leuker
geworden. Het leven is te kort om
alleen colleges te volgen. Nu ben ik
met mensen in contact gekomen die ik
anders nooit had ontmoet en bijt ik me
vast in iets totdat het af en perfect is,
dat vind ik geweldig. Als het tegenzit
betekent dat niet dat iets niet kan,
maar dat je dóór moet gaan.
Wat is je droom?
Dat NoticeSound uitgroeit tot het beste
sociale muziekplatform in Nederland.
Waar kunnen we NoticeSound vinden?
We hebben nu een aanmeldpagina op
www.noticesound.com. Zodra we live
gaan, ontvangen mensen daarvan een
eenmalige melding. Daarnaast zijn we
ook via Facebook en Twitter te vinden, waar we wekelijks berichten en
filmpjes op plaatsen.
Kle
Casper Stubbé (27), Msc. Industrial
Ecology (TU Delft) en Florian Brunsting
(26), Msc. International Management/
CEMS (Erasmus Universiteit Rotterdam),
oprichters en eigenaars van Remind.
Waarom Remind?
Toen het niet goed ging met Caspers
studie bleek hij hartstikke dyslectisch te
zijn. Vervolgens heeft hij veel begeleiding
gehad in het leren leren. Dat deed ons
realiseren hoe belangrijk dat eigenlijk
is en dat er nog te weinig aandacht aan
wordt besteed. Daarnaast zaten we
samen in het bestuur van AIESEC dat ons
het belang van creatief denken, oplossingsgericht werken en het ontwikkelen
van een persoonlijke visie liet zien. Dit
alles wilden we overbrengen op andere
studenten.
Hoe dan?
We hebben onze ideeën verwerkt in een
training waarin we scholieren en studenten helpen hun diploma te behalen op
een zo makkelijk en leuk mogelijke
manier en om hen een goede keuze te
laten maken voor een profiel, studie of
werk. Vanuit onze trainingen hebben we
een bedrijf ontwikkeld. We gebruiken nu
ons zelfgeschreven boek en leerlingen
worden door leraren, mentoren en ouders
ondersteund met onze hulp.
Wat waren de eerste stappen?
We hebben onze eigen middelbare
scholen opgebeld en gevraagd of we
de zesdeklassers twee dagen mochten
lenen om ze iets te leren. Omdat we zelf
niet de meest voorbeeldige leerlingen
geweest waren, waren de leraren in het
begin nogal verbaasd dat we met dit plan
kwamen. Maar nu zijn ze zo enthousiast
dat we elk jaar terugkomen!
d en
#4, juni 2013
ondernemers
21
Kletsnat bewijzen dat je studententijd juist hét moment is om eens goed uit te pakken.
m ind
Is het goed te combineren met
studeren?
We gingen er beide beter van studeren,
omdat we druk werden en je daardoor
efficiënter en effectiever gaat werken.
Wel is het lastig te combineren met het
schrijven van een scriptie. Een paar uur
schrijven en dan weer iets anders doen
werkt niet omdat je er echt in moet
duiken. We hebben elkaar toen goed
afgewisseld in taken.
Waaruit blijkt jullie succes?
We zijn met een groep van twintig trainers, geven meer dan honderd trainingen
per jaar op tientallen scholen en universiteiten in Nederland. In totaal hebben
we daarmee meer dan 5000 mensen
geholpen.
Wat zijn jullie toekomstplannen?
Dit jaar gaan we proberen ons programma nog beter af te stemmen op specifieke wensen van de school en willen we
twee keer zoveel trainingen geven als
vorig jaar. Op de langere termijn zullen
we meer dingen online gaan doen en
intensiever gaan samenwerken met een
aantal partners. Het doel is uiteraard om
uiteindelijk de wereld te veroveren.
Waar kunnen we Remind vinden?
www.remindlearning.nl. Vanaf mei/juni
is Remind op zoek naar nieuwe trainers.
Kletsnat
Lukas Nelissen (24), student
Geneeskunde (UvA), medeoprichter
van Kletsnat.
Hoe is Kletsnat ontstaan?
Kletsnat is twee jaar geleden ontstaan
uit een vriendengroep die veel feestjes
afliep met het gevoel dat daar iets
miste en dat ze het zelf beter kon.
We vonden veel feesten sfeerloos. Bij
Kletsnat willen we goede muziek, een
toffe aankleding, een publiek zonder
attitude en genoeg acts om je de hele
avond te vermaken als je de muziek
verschrikkelijk vindt. De feestjes moeten laagdrempelig en bovenal gezellig
zijn; een avond waarop hij of zij nog
weken kan teren.
Wat waren de eerste stappen?
We hadden al langer het idee om zelf
een feest te organiseren en de vetste
plek die we ons konden bedenken was
op een rondvarende boot. We hebben
onze spaarrekeningen geplunderd,
op goed geluk ‘Boot 10’ afgehuurd en
vervolgens tweehonderd mensen (lees:
vrienden) bij elkaar weten te brengen.
Dit werd een groter succes dan we
durfden te dromen, dus zijn we doorgegaan. Na drie feestjes op Boot 10
besloten we dat het tijd werd om door
te pakken en een risico te nemen. Toen
zijn we geswitcht naar de ‘Moby King’,
een massive boot met drie zalen en
plek voor zeshonderd man. Inmiddels
is de zoektocht gestart naar een nog
grotere boot.
In welke fase bevindt Kletsnat zich nu?
Hoewel onze leercurve bijzonder vlak
is, beginnen we het na een aantal
feesten onder de knie te krijgen. Wel
blijft er voldoende ruimte voor verbetering. Met name het organiseren
van een geoliede garderobe blijkt een
terugkerend struikelblok.
Gelukkig hebben we enige naam
opgebouwd binnen Amsterdam,
waardoor we de luxe hebben dat veel
van onze feesten ver van te voren zijn
uitverkocht. Dat is fijn en vleiend en
geeft ons de motivatie om elk feest tot
een succes te maken. Elk feest moet
op zichzelf kunnen staan, met nieuwe
acts, nieuwe dj’s en nieuwe decors.
Heeft het iets toegevoegd aan je
studietijd?
Tijdens je studie is de mate van vrijheid ongekend. Deze periode leent
zich er prima voor om nieuwe dingen
te proberen en, in ons geval, iets op
te zetten. Als je een goed idee hebt,
enigszins creatief bent en over doorzettingsvermogen beschikt, zijn de
mogelijkheden oneindig. Om uiteindelijk op een boot vrienden, kennissen
en totale vreemden los te zien gaan op
jouw feest, is het vetste dat er is.
Wanneer is het volgende feestje?
13 juli. En ja, er zijn nog kaarten.
Informatie is te vinden op:
www.facebook.com/kletsnat
22
#4, juni 2013
ASVA onderzoek: Student e
Over planning, drukte en tijd van studenten
ESTHER CRABBENDAM
De ASVA studentenunie doet al jaren
zijn best om het beeld van de student
die alleen maar zuipt, weinig aan zijn
studie doet en het liefst de hele dag
met zijn vrienden rondhangt te veranderen. Dat studenten veel serieuzer
en ambitieuzer zijn dan het beeld dat
van hen bestaat doet vermoeden is
voor ASVA zeker, maar het blijkt moeilijk om uit te leggen waar studenten
dan wel precies mee bezig zijn. Dit
was aanleiding voor het onderzoeksbureau van ASVA om een onderzoek in
te stellen naar waarom studenten van
nu het zo druk hebben en waar ze dan
precies mee bezig zijn.
In de Folia van 22 maart 2012 (nr. 25)
stond een artikel waarin een psycholoog toelichtte dat steeds meer
studenten een burn-out krijgen tijdens
hun studententijd. Over de drukte van
onze generatie is al veel geschreven
en zijn documentaires als ‘BV Ik’ en
‘alles wat we wilden’ te bekijken.
Daarin wordt onder andere gesproken
van de ‘ren je rot tendens’, het idee
dat studenten van nu een grote druk
voelen om voor hun achtentwintigste al
geslaagd en succesvol te zijn.
Ter voorbereiding op het onderzoek
sprak het ASVA onderzoeksbureau met
de schrijvers van een boek dat zich
afzet tegen deze ‘ren je rot tendens’.
Aik Kramer en Thijs Launspach beschrijven in hun boek ‘quarterlife dat
het geen crisis is die onze generatie
heeft getroffen, maar enkel een groter
aantal mogelijkheden. Studenten van
nu hebben zo veel te kiezen, kunnen
zo veel verschillende dingen doen, dat
sommige studenten onder deze keuzedruk ‘bezwijken’. De auteurs onderscheiden drie soorten reacties van
jongeren van nu op deze hoeveelheid
keuzes. Er zijn mensen die eigenlijk
geen keuzes maken maar alles tegelijk
(willen) doen. Dan is er een groep die
van dit grote aantal keuzes enkel verlamd raakt en er eigenlijk niet goed
mee om kan gaan. De ‘gezondste’
groep is de groep die hier tussen zit; ze
maken keuzes en ondernemen activiteiten maar slaan daarin niet door.
Het onderzoeksbureau begon hierna
aan een aantal interviews met studenten. Sprekend voor de uitkomst van
het onderzoek was dat het, op zoek
naar studenten om te ondervragen,
onmogelijk bleek studenten te vinden
die zichzelf niet ‘actief’ beschouwden.
De studenten die werden ondervraagd
vonden zichzelf dus allemaal in zekere
zin actief. De drukte die ze ervoeren
kwam door hun studie, maar ook door
activiteiten met vrienden, voor hun
studie- of studentenvereniging of
bijbaan. Deze drukte voelde voor bijna
alle ondervraagden echter niet als iets
negatiefs: de drukte zorgt ervoor dat ze
productiever werken. Pas als de drukte
overging in een gevoel van stress werd
het door de ondervraagde studenten
als iets vervelends ervaren.
Aan de hand van deze foto’s achterhaalde het onderzoeksbureau samen
met de studenten de oorzaken van
hun gevoel van drukte. Zo bleek uit de
foto’s dat studenten, veel vaker dan ze
zich eer-der realiseerden, onderweg
zijn. Samen met deze reistijd bleek dat
ook een gebrek aan overzicht, controle
en planning kunnen zorgen voor een
(negatief ) gevoel van drukte. Een andere conclusie was dat studenten hun
sociaal leven zowel vaak als ontspanning als als een verplichting zien. ‘The
fear of missing out’ zorgt bij studenten
van nu vaak voor een gevoel van druk
om mee te doen met de activiteiten die
hun vrienden ondernemen.
De maatschappelijke verwachting waarover zo vaak in de media
wordt gesproken was moeilijk te
Om erachter te komen wat dan precies
die grens tussen positieve en negatieve
drukte betekent gaf het ASVA onderzoeksbureau de ondervraagden een
wegwerpcamera mee met de vraag
om een hele dag van elke ‘nieuwe’
bezigheid een foto te maken.
Een respondent studeert tijdens zijn
werk als nachtportier
Veel respondenten ervaren druk vanuit
hun sociale leven
Een bezoek aan het ouderlijk huis is
een plicht of juist een rustpunt
#4, juni 2013
t entijd
onderzoeken. Toch bleek uit het onderzoek dat studenten die aangaven het
idee te hebben dat zij veel activiteiten
moeten ondernemen omdat andere studenten dat nou eenmaal ook doen, hier
meer last mee hadden dan studenten
die het voor zichzelf deden. Ook bleek
dat de ondervraagde vrouwen zich
vaker druk maakten over hun positie
op de arbeidsmarkt dan mannen. Alle
ondervraagden, zowel mannen als
vrouwen, gaven echter wel aan dat ze
het vaak fijn vinden om het druk te zijn
en om veel activiteiten te ondernemen.
Deze drukte is dus een bewuste keuze,
een keuze van studenten om zich in te
zetten, te werken en te ondernemen.
de
volgende
keer
Het onderzoek is binnenkort
beschikbaar via
www.ASVA.nl/onderzoek
De volgende Peper komt uit na de zomervakantie,
in het nieuwe studiejaar. Tot die tijd verzorgt de
redactie van deze Peper zoals elke week weer een
pagina in de Folia. Ook komt de Peper binnenkort
naar verschillende HvA-locaties in de vorm van een
wc-krant: de Plee Peper.
Studenten zijn vaker onderweg dan ze
denken
colofon
Hoofdredactie
Esther Crabbendam
Redactie
Peter Boek, Lida Daniëls,
Ralph Deckers, Lizzy Entjes,
Annegrietje Franssen en Marlou Jorna
Eindredactie
Een respondent aan het studeren om
half 11, zaterdagavond
Esther Crabbendam en
Annick Leeuwenberg
Vormgeving en ontwerp
Barend Wilschut
Fotografie
Vera Duivenvoorden (p. 4, 5 & 14)
Emil Pepic (voorpagina)
Michiel Stapper (p.3)
Met dank aan
Maaike de Reuver
en alle geïnterviewden
23
( advertentie )
Samenwerkingsverband van
Universiteit van Amsterdam
Vrije Universiteit Amsterdam
Hogeschool van Amsterdam
■ EEN EIGEN BEDRIJF OPRICHTEN EN
STUDIEPUNTEN VERDIENEN?
■ ONTDEK DE ONDERNEMER IN JEZELF
DOOR ONDERNEMERSCHAPSONDERWIJS
TE VOLGEN IN AMSTERDAM
En
tre
Mi
pr
en
eu
no
rsh
Ve
n
tu
re
La
ren
bA
En
ms
tre
pr
en
eu
Ma
rsh
ip
ste
ip
rsp
Da
ec
y
ial
isa
tie
En
tre
ter
Su
da
mm
m
ers
ch
oo
lE
nt
rep
ren
WWW.ACE-AMSTERDAM.ORG
eu
rsh
ip
pr
en
eu
rsh
ip