PS14 reizen - Welkom in Gambia, welkom in romantisch Ngala Lodge

PS14
reizen
zATERDAG 10 MEI 2014
Verwennerij
in de zon
Gambia staat bekend om z’n all-inclusiveresorts
en sekstoerisme. Maar wie het Afrikaanse land
bezoekt, ziet dat het ook een heel ander gezicht
heeft: prachtige stranden, gastvrije inwoners,
goed eten en heel veel zon.
Slapen bij een
Amsterdammer
Het kindvrije vijfsterrenhotel Ngala Lodge
in Fajara is één van de meest luxueuze
hotels van Gambia. Dat hotel is van de
Amsterdammer Peter Engels (62). Het
bestaat uit achttien suites in landhuizen
binnen een parkachtige omgeving. Er is
een toprestaurant, waar ook lokale
gasten komen, en er zijn diverse
terrassen, een zwembad, een privéstrand
en parasols. Elke dag is er livemuziek van
onder anderen trompettist Vincent.
Ngala biedt vakanties in Nederland aan in
de green season voor €2295 voor twee
personen (incl. vlucht, welkomstdrankje,
-massage en dagelijks ontbijt en diner.)
Engels begon zijn hotel in 1995 als bed &
breakfast, nadat hij uit het familiebedrijf
in verf aan de Elandsgracht was gestapt.
Ngala Lodge won in 2013 de Tripadvisoraward.
www.ngalalodge.nl
tekst en foto’s TON DAMEN
GAMBIA
GA
AMBIA
BI
BIA
G M A
GAM
GAMBIA
SENE
G
ea
an
AAFR KA
AF
AFRIKA
KA
Oc
De voordelen van Gambia zijn evident. Het land is met
zes uur vliegen niet extreem ver weg. Het tijdsverschil is
miniem; dus geen jetlag. De bevolking spreekt beter Engels dan de gemiddelde serveerster in het centrum van
Amsterdam. Dat komt vooral doordat de acht stammen,
waarvan de Mandinka, de Fula, de Wolof en de Jola de
belangrijkste zijn, met elkaar in het Engels communiceren. Bij officiële contacten en in de rechtspraak is de voertaal Engels.
De restaurants langs de vijftig kilometer lange kust
zijn goed tot uitstekend. Om op markten in de onderhandelingen niet geheel uitgekleed te worden, komen de
meeste vakantiegangers met lokale begeleiders. Dat het
gevaarlijk is om alleen rond te lopen, is niet waar, maar
ongemakkelijk is het wel. Fotograferen zonder toestem-
Erop uitgaan doe je in Gambia in een ‘gele taxi’, een Mercedes 190, het populairste type in Gambia. Ze zien er allemaal hetzelfde uit; de ster op de neus is gesneuveld, uit
de uitlaat komen walmen, en vele onderdelen, zoals spiegels en lampen, ontbreken. Door de ramen is vanwege
het stof nauwelijks wat te zien en ook de snelheidsmeter
heeft dit keer de geest gegeven. “Ik kan nooit de maximumsnelheid overschrijden,” zegt de chauffeur. Vaak
heb je de taxi niet alleen. Als onderweg een passagier dezelfde kant uit moet, wordt je gevraagd op te schuiven,
alsof je in de bus zit.
Voor toeristen werd de ‘groene taxi’ in het leven geroepen. Daarvoor geldt het drievoudige tarief, maar dan heb
je de taxi privé.
Een aanrader is je met zo’n taxi naar een kleuterschool te laten rijden. Daarvoor reizen wij enkele tientallen kilometers tot aan de zuidelijke grens met Senegal,
naar het dorp Kafuta, waar nog verdwaalde hyena’s lopen. Na een kwartier doemt een kleurrijk beschilderde
schuur op. Een kleine honderd schoolkinderen lachen,
gillen, en scanderen uiteindelijk, ‘welcome, welcome’. We
hebben potloden en schriften meegenomen. Het uitpakken ervan leidt tot een vrolijk feest, waarna een rondleiding volgt. De kinderen klimmen op ons en in de auto.
Een enkele kleuter doet bij ons een klein plasje op
schoot, maar niemand die zich er aan stoort. Wat een
vreugde!
Bakau
che
Garnalen als kreeften
Welcome! Welcome!
AL
Iedereen die al eens in Gambia geweest is, had al gezegd
dat je met een lach en een uitgestoken hand in het land
erg ver komt. Maar zo veel lachende mensen die helpen
en onafgebroken vragen ‘how are you?’ is ongekend. En
de grappen vol zelfspot blijven komen. Zo spreken de lokalen graag met je af om een tijdstip GMT, Gambian Maybe Time. Want, zo wordt gezegd, de westerlingen hebben
de horloges en de Gambianen hebben de tijd.
Natuurlijk is de vriendelijkheid soms commercieel
gedreven, maar de gastvrijheid lijkt grenzeloos. De tijd
van het kolonialisme, door eerst de Portugezen en later
de Engelsen, lijkt de bevolking niet verbitterd te hebben.
Gambia staat bekend om zijn allinclusiveresorts,
waar toeristen alleen komen voor de zon en geen teen
buiten de deur zetten. Ook het sekstoerisme – met name
door Westerse dames – wordt vaak in één adem met het
Afrikaanse land genoemd. Over de krokodillenvijver van
Bakau, de uitzonderlijke vogelsoorten, wilde apen, en
het leven rond de rivier Gambia – waar ver in het binnenland ook nijlpaarden voorkomen – hoor je minder.
Het hotelcomplex in Fajara bestaat uit landhuizen tegen een rotswand aan zee, omzoomd door palmbomen
en gras. Er is een enorm houten terras op palen gebouwd,
waardoor de zonnebedden ook bij hoog water boven de
vloedlijn blijven. Hier is het prettig vakantie vieren, met
een opengesneden verse kokosnoot, die de obers je aan
het strand serveren, binnen handbereik. Ook de sappen,
zoals baobab juice, sap uit schors of bast van een boom,
en de naar kersen smakende wonjo juice, uit bladeren gekookt, zijn niet te versmaden.
REISINFORMATIE
Ticket: 400 tot 1400 euro.
Vluchten: Vanaf Schiphol meer dan twee
keer per week met Arke Fly. Maar ook
kunnen dagelijkse vluchten geboekt
worden via Brussel en Londen.
Verblijf: Alle comfortabele locaties waar
toeristen met gemak kunnen verblijven,
bevinden zich aan de kust, niet te ver van
de rivier Gambia, rond Banjul, Fajara,
Kololi en zo meer.
Hotels: veel mogelijkheden, van een- tot
vijfsterrenhotels. Ook is het mogelijk
privé kamers en etages te huren. Wie
voor het eerst gaat, kan beter eerst alles
vanuit Nederland plannen.
Trekkers, kampeerders en avonturiers:
hoe verder je het binnenland intrekt, hoe
spannender en ongewisser de reis wordt.
Wie met de auto zonder benzine in de
binnenlanden komt te staan loopt het
risico dagen vast te zitten als de
pomphouders zonder brandstof zitten.
Bootverbindingen: veren over de rivier
Gambia verschillen sterk in kwaliteit. Het
is belangrijk zich van tevoren op de
hoogte te stellen van prijzen,
vertrektijden, en veiligheidsaspecten.
Medicijnen: bezoek aan de GGD is
noodzakelijk, in verband met inentingen
en het gebruik van malariatabletten.
ntis
Gambian Maybe Time
ming kan problemen opleveren, slecht afdingen ook, en
dat moet je allemaal ontdekken als niemand het je vertelt.En toch worden op de markt van Serekunda, 350.000
inwoners, zelden incidenten gemeld.
Terwijl Gambia afhankelijk is van toerisme, heeft het
nauwelijks geld om zich te promoten. De meeste toeristen
reizen er uitsluitend in het hoogseizoen naartoe, van oktober tot en met april. Maar het verblijf in the green season, de regenperiode, is volgens kenners allesbehalve
een straf. Het slechte weer blijft meestal beperkt tot een
kortdurende stevige bui, die de omgeving opfrist. Het
probleem is dat veel hotels toch sluiten, waardoor het
personeel geen werk meer heeft. Sommige hotels proberen, aangemoedigd door het ministerie van toerisme,
hun werknemers aan het werk te houden.
Een dagje naar het strand ten zuiden van Kololi is een
belevenis. Overal zijn bedden met rieten zonweringen, en
verkopers van fruit en souvenirs bevinden zich nooit ver
weg. Lunchen doe je in een strandrestaurant waar het lokale keukenpersoneel een warme maaltijd bereidt op
open vuurtjes en roostertjes. Op het menu staan reuzengarnalen, die zich kunnen meten met een kleine kreeft.
Wie een gesprek aanknoopt met leden van het hotelof keukenpersoneel, komt alles te weten over de familieverhoudingen. Zo vertellen ze dat zij veelal wonen in
een family compound, een commune met ouders,
broers, en zusters, waarbij één van hen een western job
heeft, bijvoorbeeld de toeristenbranche, en het loon met
de hele familie wordt gedeeld. Broers zorgen intussen
voor de vrouwen en de kinderen van de mannen die
werken.
Jonathan Groves, de Britse chef-kok in het hotel waar
we verblijven, deed zijn basiskennis op in onder meer het
Charing Cross Hotel n Londen. Het koken in Afrika heeft
van hem een duivelskunstenaar gemaakt. De bevoorrading van de keuken is zijn permanente zorg. Zo heeft hij
eens een halfjaar moeten improviseren omdat er geen ongezouten boter te krijgen was. “Probeer maar eens gebak
met gezouten boter te maken!”
Atla
D
e aankomsthal op de luchthaven in
Banjul is gevuld met kleurig uitgedoste dames, streng kijkende militairen en talloze kruiers. De gang
door de douane naar buiten verloopt veel intensiever dan de procedures voor het inchecken op Europese luchthavens. Alle koffers moeten door de röntgenapparaten. Talloze handen schudden en dan gaat
de bagage met geduw, geschreeuw
en getrek door de douane.
Via wat de Gambianen schertsend de M25 van Gambia noemen (alsof er 25 snelwegen zijn) begint de reis.
Het blijkt de enige asfaltweg in de buurt die niet eindigt
in zandpaden. Strepen op de weg zijn er nauwelijks, dat
zou suggereren dat automobilisten ordelijk rijgedrag vertonen. Elke kilometer is er een checkpoint van de (militaire) politie.
B j l
Banjul
Ga
m b ia
GAMBIA
GA
MBIA
B
SENEGAL
S EGAL
20 km
© DvE / Hett PParool