Inleiding op de boeken van de Bijbel Deel 2 Inleiding op de boeken van het Nieuwe Testament Inleiding op de boeken van het Nieuwe Testament Maarten Hertoghs Alle schriftaanhalingen komen uit de HSV, tenzij anders aangegeven. Wat betreft de weergave van de woorden ‘Adonai’ en ‘JHWH’ het volgende: hoewel de auteur zelf een voorkeur heeft voor de dubbele ‘e’ (Heere), is vanwege de consistentie voor de schrijfwijze van de NBG-vertaling gekozen. De woorden ‘joden’ en ‘joods’ krijgen alleen een hoofdletter wanneer ze in een etnische context gebruikt worden. Titel: Inleiding op de boeken van het Nieuwe Testament Auteur: Maarten Hertoghs © 2014 Uitgeverij Maatkamp, Zelhem Redactie: Petra Laagland Winder Omslag: HAS, Ede Productie & Distributie: CE EL ES (www.cross-link.nl) Fonds: Aan het Woord ISBN-13: 978 94 91706 21 9 Websites: http://www.uitgeverijmaatkamp.nl http://maartenhertoghs.wordpress.com Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, door middel van druk, fotokopie, microfilm, of op welke andere wijze ook, zonder schriftelijke toestemming van de uitgever. Boeken die worden uitgegeven onder de fondsnaam ‘Aan het Woord’ bestaan uit titels van christelijke auteurs of vertalers, die hun boeken zelf uitgeven vanuit het beginsel dat de Bijbel het geïnspireerde en gezaghebbende Woord van God is. INHOUD Voorwoord Door prof. dr. Gie Vleugels Inleiding Door Maarten Hertoghs 1. Algemene inleiding op het Nieuwe Testament 11 2. De evangeliën en Handelingen 29 3. De paulinische brieven en de brief aan de Hebreeën 75 4. De algemene brieven en Openbaring 131 Bijlage 1: tijdlijn van het Nieuwe Testament 172 Bijlage 2: Paulus’ chronologie (door Gie Vleugels) 174 Bijlage 3: de dynastie van Herodes de Grote 177 Geraadpleegde literatuur 178 Bij Uitgeverij Maatkamp verschenen ook: Wie heeft God gemaakt? ISBN: 9789063181390 Edgar Andrews € 19,90 De opname ISBN: 9789491706158 D. M. Panton € 12,50 De kroeg als Gods akker ISBN: 9789081950831 Gerard Vrooland € 15,95 De antichrist ISBN: 9789081950800 Arthur Pink € 21,50 Kom, Here Jezus ISBN: 9789086030262 Watchman Nee € 16,95 Leidraad bij Openbaring ISBN: 9789086030408 Watchman Nee € 12,00 Gods medearbeiders ISBN: 9789086030323 Watchman Nee € 16,00 Aan Hem gelijk ISBN: 9789086030392 Watchman Nee € 14,00 Geestelijk herstel ISBN: 9789086030354 Stephen Kaung € 11,00 De verovering van Kanaän ISBN: 9789491706073 Jessie Penn-Lewis € 11,50 Agapè leiderschap ISBN: 9789081950879 Peterson & Strauch € 11,50 Voorwoord Deze inleiding tot het Nieuwe Testament is geen academisch handboek, maar een praktische en handzame presentatie van de nodige achtergrondkennis om het Nieuwe Testament met vrucht te kunnen lezen. De auteur probeert niet volledig te zijn en pretendeert niet met de ene absolute waarheid uit te pakken. Toch is dit veel meer dan de mening van een enkel persoon. De standpunten die gepresenteerd en verdedigd worden, zijn in de regel de opvattingen die in de vroege kerk zijn geformuleerd en in de traditionele bijbelwetenschap zijn verdedigd. Maarten Hertoghs baseert zich in zijn boek vooral op het werk van conservatieve bijbelkundigen. Door historisch-kritische wetenschappers zijn tegen deze opvattingen vaak bezwaren geuit, en alternatieve dateringen en auteursopgaven zijn voorgesteld. Deze worden door Hertoghs steevast afgewezen: de traditionele opvattingen zijn minstens even goed te verdedigen als elk van de alternatieven. Al met al is hier in kort bestek heel wat zinvolle informatie samengebracht, die de bijbellezer zal helpen om de boeken van het Nieuwe Testament met meer begrip ter hand te nemen en die voor bijbelkringen, gespreksgroepen of gewoon voor de persoonlijke studie van de Schrift van pas zal komen. Prof. dr. Gie Vleugels, 14 april 2014 Inleiding ‘To read the Bible is not to dissect a lifeless text - mere marks on a page. As we read Scripture, it reads us. We come to it humbly, expecting to learn.’ ‘De Bijbel lezen, is geen ontleding van een levenloze tekst - louter tekens op een pagina. Als we de Schrift lezen, leest deze ons. We benaderen de Bijbel nederig, in de verwachting om te leren.’ (eigen vertaling) Daniel M. Doriani Four views on moving beyond the Bible to theology Het Nieuwe Testament kan niet zonder het Oude. Evenmin kan het Oude zonder het Nieuwe. Na de Inleiding op de boeken van het Oude Testament was het logisch om ook over het Nieuwe Testament een inleiding te maken. Het is een prachtige verzameling van 27 boeken. We worden erin uitgedaagd om na te denken over wie de Vader, de Zoon en de Heilige Geest zijn. We vinden er eveneens een onuitputtelijke bron van wijsheid voor ons dagelijks leven en voor het leven als gemeente. Het eerste hoofdstuk van dit boek is een algemene inleiding. Dit hoofdstuk bevat onderwerpen die nuttig zijn bij het lezen van het Nieuwe Testament. Net als in Inleiding op de boeken van het Oude Testament vindt u hier een tijdlijn. Ik ben ook ingegaan op het ontstaan van het Nieuwe Testament en de apocriefe boeken. In de hoofdstukken 2 tot en met 4 worden alle boeken van het Nieuwe Testament besproken. Inzake opbouw van boeken en bepaalde discussies heb ik keuzes moeten maken. In een korte inleiding hoeven geen volledige discussies opgenomen te worden. Mijn keuzes zijn geen absolute waarheden. Ze geven weer waar ik mij het meest in kan vinden. Voor uitgebreidere discussies wil ik u doorverwijzen naar andere literatuur. Het is mijn hoop dat u door het lezen van dit boek meer zin krijgt om de Bijbel te lezen, te overdenken en in de praktijk te brengen. Gods Woord is levend en dus in staat om ons steeds weer aan te spreken. Er is geen mens die ooit kan zeggen dat hij of zij het Woord volledig doorgrond heeft. Wat een uitdaging om met de Bijbel aan de slag te gaan! Maarten Hertoghs, 13 maart 2014 Hoofdstuk 1 Algemene inleiding op het Nieuwe Testament 1. Tijdlijn (p. 11) 2. Ontstaan van het Nieuwe Testament (p. 12) 3. Apocriefen 4. Manuscripten 5. Lengtematen, gewicht/geld, maten ‘Als iemand mij zou vragen de boodschap van het Nieuwe Testament in drie woorden samen te vatten, zou ik zeggen: adoptie door verzoening. Volgens mij kan men het evangelie niet bondiger of beter samenvatten.’ J. I. Packer God leren kennen Hoofdstuk 19: ‘Kinderen van God’ Waarom moet een inleiding op de boeken van het Nieuwe Testament beginnen met een algemene inleiding? Niemand zegt dat dat moet, maar ik heb ervoor gekozen. Het is goed om eerst een beeld van bovenaf te hebben en daarna in te zoomen op de details. Vergelijk het met het bekijken van een schilderij. Het is lastig de details ervan goed te begrijpen als je niet eerst het totaalbeeld gezien hebt. Het Nieuwe Testament is geen verzameling van losstaande boeken en hoofdstukken, maar vormt een geheel. In dit hoofdstuk wil ik dat totaalbeeld gestalte geven. 12 Inleiding op de boeken van het Nieuwe Testament 1. Tijdlijn Evenals de Inleiding op de boeken van het Oude Testament begint ook deze inleiding met een tijdlijn (zie bijlage 1, achter in dit boek). Het is een nuttig hulpmiddel bij het lezen van het Nieuwe Testament. De tijdlijn geeft een overzicht van de keizers die tijdens de periode van het Nieuwe Testament regeerden en geeft ook een beeld van wanneer de boeken geschreven zijn. Vanzelfsprekend is dit geen feilloze tijdlijn. Er bestaat verschil van mening over de schrijfdatum van een heel aantal boeken. Ik heb niet de illusie de waarheid in pacht te hebben en heb voor elk boek een keuze gemaakt. Ik heb ook een vierde zendingsreis van Paulus aangegeven, hoewel hier veel discussie over is. Het is, wat mij betreft, een interessante gedachtengang die enkele verzen uit de brieven van Paulus verduidelijkt. Daarover later meer. 2. Ontstaan van het Nieuwe Testament De term Nieuwe Testament was vroeg in de kerkgeschiedenis reeds in zwang, wellicht al rond 190 n. Chr. De benaming is afkomstig van Jezus’ woorden, uitgesproken tijdens het laatste avondmaal: ‘Deze drinkbeker is het nieuwe verbond 1 in Mijn bloed (…).’ In het onderzoek naar het Oude Testament is de vraag wanneer de verschillende boeken geschreven zijn heel belangrijk. Historisch-kritische wetenschappers dateren boeken als Daniël en Jesaja later dan de historisch-canonieke wetenschappers. Daarmee halen zij de profetische gedeelten van deze boeken onderuit. Het Oude Testament heeft zo Diathêkê (Grieks) of testamentum (Latijn). Het Bijbelgenootschap heeft hierover een interessant artikel op zijn website staan: http://www.bijbelgenootschap.nl/fileadmin/content/maw/MAW_20034.pdf (website bezocht op 2 december 2014). 1 Algemene inleiding op het Nieuwe Testament 13 niets meer te maken met inspiratie van God, maar wordt een verzameling van gewone, zelfs leugenachtige boeken. In het onderzoek naar het Nieuwe Testament speelt die discussie van dateringen veel minder een rol, onder andere omdat er heel wat oude manuscripten zijn waarin boeken van het Nieuwe Testament vermeld worden. Dit is wat Otto de Jong er in zijn Geschiedenis der kerk over zegt: ‘De dertien brieven van Paulus werden het eerst opgetekend en gebundeld; zij werden ook spoedig aanvaard. Omstreeks 150 n. Chr. stond eveneens het algemeen gezag vast van vier evangeliën: dat van Marcus was vermoedelijk het oudste, later volgden die van Mattheüs, Lucas en ten slotte Johannes. Lucas’ beschrijving van de ‘Handelingen van de apostelen’ sloot daar goed op aan. Op een lijst uit Rome (van ongeveer 200 n. Chr.), door de Italiaan Muratori 2 in 1740 teruggevonden, stonden ook twee brieven van Johannes, een brief van Judas, de openbaring aan Johannes en een dergelijke aan Petrus; bij die openbaringen stond al aangetekend dat niet allen ze in de kerk wilden lezen. De Canon van Muratori of het Muratorisch fragment. Het fragment werd teruggevonden door Muratori, een kardinaal en oudheidkundige. Het dateert volgens sommigen uit 160 n. Chr. Anderen dateren het pas aan het einde van de tweede eeuw. Dit is een belangrijke lijst, omdat het de oudst betrouwbare lijst is. Er is een oudere lijst, die van de gnosticus Marcion, maar dat is geen betrouwbare lijst. Dit Murarotisch fragment is op internet te vinden in het Engels en Duits. In De wordingsgeschiedenis van het Nieuwe Testament (p. 237-241) heeft A. F. J. Klijn een Nederlandse vertaling opgenomen. Niet alle boeken van het Nieuwe Testament zijn in het fragment terug te vinden. Mattheüs en Marcus ontbreken. Aangezien het fragment ergens in het midden van een gedeelte begint en Lucas daarna aangeduid wordt als het derde evangelie, mogen we ervan uitgaan dat Mattheüs en Lucas in het voorgaande gedeelte beschreven werden. Jammer genoeg is dat stuk verloren gegaan. Ook 1 en 2 Petrus, Jakobus en Hebreeën worden niet genoemd. Sommigen zijn van mening dat Jakobus bij Mattheüs vermeld werd omdat die twee een Joodse achtergrond hebben. 1 en 2 Petrus zouden dan bij Marcus vermeld moeten worden. Marcus en Petrus kenden elkaar goed. Aangezien het eerste gedeelte over Mattheüs en Marcus verloren is gegaan, is mogelijk het gedeelte over Jakobus en 1 en 2 Petrus ook verloren gegaan. 2 14 Inleiding op de boeken van het Nieuwe Testament Inderdaad is uiteindelijk alleen die van Johannes aanvaard. Oostelijke christenen beschouwden de brief aan de Hebreeën als geschrift van Paulus, westelijke deden dat niet en hadden er daarom moeite mee, die te erkennen; toch kwam hij op de officiële lijst. Heel lang leek het erop dat ook de ‘Herder van Hermas’ binnen de canon zou belanden. Een brief van Athanasius uit 367 n. Chr. bevat de lijst met 27 geschriften die sindsdien in gebruik is gebleven; het eerste synodebesluit dienaangaande dateert van 382 n. Chr.’ 3 Samengevat kunnen we stellen dat er weinig discussie over de schrijfdatum van de boeken van het Nieuwe Testament is. Een veel belangrijker discussie over het Nieuwe Testament is de volgende: geven de boeken van het Nieuwe Testament de leer van Jezus weer? Van die discussie getuigt de invloed van de gnostische evangeliën4 van Filippus, Thomas, Maria en Judas. En dan spreken we nog niet over de hype rond de ‘Da Vinci code’ van Dan Brown aan het begin van de 21e eeuw. Zouden de gnostische evangeliën plaats moeten hebben in het Nieuwe Testament? Geven zij Jezus’ juiste leer weer? Met andere woorden: baseert het christendom zich al 2000 jaar op de verkeerde boeken? In ‘Apocriefen’ (punt 3) zal ik enkele van deze gnostische evangeliën belichten en aangeven waarom ze niet opgenomen zijn in het Nieuwe Testament. Nu is het belangrijk enkele algemene opmerkingen te maken waaruit voor mij de conclusie volgt dat het Nieuwe Testament wel degelijk de correcte boeken bevat. In de eerste plaats verwijs ik naar mijn citaat uit de Geschiedenis der Kerk. Omstreeks 150 n. Chr. waren de vier evangeliën reeds algemeen aanvaard. We moeten in gedachten houden dat er in die tijd nog geen sprake was van een soort centraal gezag (paus of concilie) dat besliste over Jong, O. J. de, Geschiedenis der kerk (Callenbach, Nijkerk, 1992), p. 34. Verdere uitleg over de gnostiek en de gnostische evangeliën in punt 3 (Apocriefen). 3 4 Algemene inleiding op het Nieuwe Testament 15 zulke belangrijke zaken. 5 Toch was er in heel de christelijke kerk eensgezindheid over de juistheid van de vier evangeliën. Dit pleit zeer sterk vóór de vier evangeliën en tegen de gnostische evangeliën. Zoals we zullen zien in ‘Apocriefen’ (punt 3) bestonden de meeste gnostische evangeliën nog niet in 150 n. Chr. of waren ze nog maar net geschreven. Daarnaast is het belangrijk te weten dat de kerk geen lijst van boeken voorschreef, maar een lijst van boeken erkende. Daarbij hanteerde men drie normen 6: 1. Het boek moest opgesteld zijn door een apostel of door een leerling ervan. In het geval van de evangeliën waren Mattheüs en Johannes apostelen, terwijl Marcus en Lucas in nauw contact stonden met Paulus. 2. Het boek moest in overeenstemming zijn met de leer van de apostelen. Vooral in de tweede eeuw was dit heel belangrijk. 3. Het boek moest bij de meeste christenen bekend en in gebruik zijn. Ook boeken die door een groot deel van de kerk aanvaard werden, werden erkend. Voorbeelden van die laatste groep zijn Hebreeën (dat vooral in het Oosten aanvaard werd) en Openbaring (dat vooral in het Westen aanvaard werd). Een scenario zoals Dan Brown en anderen ons voorschrijven, waarbij keizer Constantijn in de vierde eeuw nieuwe evangeliën oplegde aan het hele christendom en oude (lees: gnostische) evangeliën wegliet, is uit de lucht In tegenstelling tot de rooms-katholieke leer, die van Petrus de eerste paus maakt, was er in de eerste eeuwen van onze jaartelling helemaal geen paus. Er waren wel een aantal bisschoppen verspreid over het Romeinse Rijk. De belangrijkste bisschoppen waren die van Jeruzalem, Antiochië, Alexandrië, Rome en Lyon. De bisschoppen van Rome probeerden zich wel al vrij snel in de kerkgeschiedenis belangrijker te maken dan de andere bisschoppen. Het duurde echter enkele eeuwen voordat de bisschop van Rome als de ‘primus inter pares’ oftewel ‘de eerste onder de gelijken’ gezien werd. 6 Green, M., De boeken die de kerk afwees (Medema, Vaassen, 2006), p. 93105. 5 16 Inleiding op de boeken van het Nieuwe Testament gegrepen. Zo’n scenario houdt geen rekening met de normen die al een paar eeuwen gehanteerd werden in de kerk. In deze discussie is 1 Timotheüs 5:18 heel interessant. Het bevat een citaat uit het Oude Testament (Deut. 25:4) en één uit het Nieuwe Testament (Luc. 10:7), maar het vers wordt ingeleid met de woorden ‘Want de Schrift zegt (…).’ Paulus verwijst dus naar een woord uit Lucas als ‘Schrift’. In 2 Petrus 3:15-16 stelt Petrus de geschriften van Paulus gelijk aan de ‘andere schriften’, oftewel het Oude Testament. Voor meer achtergrond over de vorming van het Nieuwe Testament verwijs ik graag naar boeken als De betrouwbaarheid van de geschriften van het Nieuwe Testament van F. F. Bruce 7 en De boeken die de kerk afwees van Michael Green. 8 In Studiebijbel in perspectief staat een interessante tabel die laat zien welke boeken in de eerste eeuwen al aanvaard waren. 9 Ook op internet zijn nuttige artikelen te vinden over de vorming van het Nieuwe Testament. 3. Apocriefen We kunnen een lange lijst maken met apocriefe boeken 10: Apocalyps van Petrus, Apocalyps van Paulus, Apocryphon van Johannes, Evangelie van de Egyptenaren, Evangelie van Filippus, Evangelie van Maria, Evangelie van Thomas, Evangelie van Petrus, Evangelie van de waarheid, Geheime evangelie van Marcus, Bruce, F. F., De betrouwbaarheid van de geschriften van het Nieuwe Testament (Telos, 1977). 8 Green, M., De boeken die de kerk afwees (Medema, Vaassen, 2006). 9 Peels, H. G. L. & Houwelingen, P. H. R. van, Studiebijbel in perspectief (Jongbloed, Heerenveen, 2009), p. 10. 10 Ook bij de Inleiding op de boeken van het Oude Testament kwamen we apocriefe boeken tegen. Er wordt wel onderscheid gemaakt tussen apocriefe boeken die vóór het begin van onze tijdrekening geschreven zijn en apocriefe boeken van daarna. 7 Algemene inleiding op het Nieuwe Testament 17 Handelingen van Johannes, Handelingen van Paulus en Thecla, Handelingen van Petrus, Tweede verhandeling van de grote Seth. Michael Green geeft achter in zijn boek een korte uitleg bij deze apocriefen. 11 Buiten de Vesting 12 van Pieter Oussoren en Renate Dekker geeft nog andere geschriften. Veel van deze geschriften zijn ontstaan in de tweede of derde eeuw en een heel deel ervan behoort tot de gnostische geschriften. Allereerst een korte uitleg van de gnostiek. De gnostiek is een geestelijke stroming die heel veel strekkingen omvat. De ideeën die de basis vormden voor de gnostiek zijn al in de eerste eeuw te vinden. Ook nu nog is de gnostiek terug te vinden. Zo baseert Dan Brown zijn verhaal op boeken van gnostische wetenschappers als Elaine Pagels (De gnostische evangeliën 13) of Karen King (The Gospel of Mary of Magdala: Jesus and the First Woman Apostle 14). De gnostiek nam bepaalde elementen van het christendom over, maar gaf er een andere invulling aan: - Redding is belangrijk, maar niet iedereen kan gered worden. Alleen zij die bij de ingewijden horen, die een hogere kennis hebben, kunnen gered worden. - De verlosser is gewoonlijk Jezus, maar Hij is slechts in schijn menselijk. Dit wordt docetisme genoemd. 15 Green, M., De boeken die de kerk afwees (Medema, Vaassen, 2006), p. 213221. 12 Oussoren, P. & Dekker, R., Buiten de vesting (Skandalon, Vught, 2009), p. 371-632. 13 Pagels, E., De gnostische evangeliën (Kosmos Uitgevers, 2005). 14 King, K., The gospel of Mary of Magdala (Polebridge Press, 2003). 15 In de Handelingen van Johannes (v. 93) zegt Johannes tegen zijn medediscipelen: ‘Soms, wanneer ik hem wilde aanraken, stuitte ik op een stoffelijk, echt lichaam; maar als ik hem op andere momenten voelde, was zijn lichaam onstoffelijk en immaterieel (…) alsof het helemaal niet bestond’ (Green, M., De boeken die de kerk afwees. Medema, Vaassen, 2006, p. 130-131). 11 18 Inleiding op de boeken van het Nieuwe Testament - Jezus is niet echt aan een kruis gestorven. Hij liet iemand anders sterven in Zijn plaats. 16 - De menselijke geest is veel belangrijker dan het slechte lichaam. De geest zit gevangen in het lichaam en kan pas tot zijn recht komen als die uit het lichaam raakt. Een visie die we overigens door de hele kerkgeschiedenis heen zien opduiken (bijvoorbeeld bij de katharen) en ook vinden in andere religies (bijvoorbeeld in het hindoeïsme). Gnostici spreken over een minderwaardige god (demiurg) die de aarde gemaakt heeft. De grootste god houdt zich volgens hen niet bezig met het maken van aardse dingen. Omwille hiervan verwerpen ze ook een groot gedeelte van het Oude Testament. Er valt nog heel wat meer te zeggen over de gnostiek, maar hiermee is een algemene indruk gegeven. We bekijken nu enkele populaire gnostische geschriften van dichterbij. De vier bekendste zijn de evangeliën Thomas, Maria Magdalena, Filippus en Judas. (a) Thomas Dit is een gnostisch evangelie uit het midden van de tweede eeuw. Het bestaat uit 114 uitspraken, waarvan een heel aantal gelijkenissen vertoont met uitspraken van Jezus. Sommige uitspraken zijn zelfs bijna identiek. Andere beginnen zoals Jezus’ uitspraken, maar hebben een, op zijn zachtst gezegd, vreemd einde. Een voorbeeld hiervan is uitspraak 2: ‘Laat hij die zoekt, blijven zoeken totdat hij In de Apocalyps van Petrus (v. 81) zegt Jezus tegen Petrus: ‘Degene die je aan het hout zag, blij en lachend, is de levende Jezus. Maar hij in wiens handen en voeten ze de spijkers drijven is zijn vleselijke deel, zijn vervanger. Ze maken datgene wat zijn gelijkenis is te schande. Maar zie hem - en zie mij!’ (Green, M., De boeken die de kerk afwees. Medema, Vaassen, 2006, p. 131-132). In de Tweede verhandeling van de grote Seth staat iets soortgelijks. 16 Algemene inleiding op het Nieuwe Testament 19 vindt. Wanneer hij vindt, zal hij verontrust zijn. Wanneer hij verontrust is, zal hij verwonderd raken en hij zal over het Al regeren.’ 17 Een ander voorbeeld is uitspraak 4: ‘Want vele eersten zullen de laatsten zijn en zij zullen een en dezelfde zijn.’ 18 Dit een en dezelfde zijn geeft het gnostische idee weer dat de hele mensheid zal opgaan in één groot wezen. Bij Thomas vinden we ook het idee van een groep ingewijden die meer kennis hebben. Uitspraak 62 is tekenend: ‘Ik onthul mijn geheimenissen aan hen die mijn geheimenissen waardig zijn.’ 19 Dit gaat lijnrecht in tegen de geest van het Nieuwe Testament. Jezus, en ook Paulus, maakt ons duidelijk dat iedereen God moet leren kennen, zeker degenen die zich onwaardig voelen. Degenen die zich waardig voelden in Jezus’ tijd (Farizeeën en schriftgeleerden) waren juist degenen die Hem niet begrepen of wilden begrijpen. De laatste uitspraak van Thomas is waarschijnlijk de meest opzienbarende: ‘Simon Petrus zei tot hen: Laat Maria bij ons weggaan, want vrouwen zijn het leven niet waardig. Jezus zei: Ikzelf zal haar leiden om haar mannelijk te maken, zodat ook zij een levende geest zal worden, die lijkt op jullie, mannen. Want elke vrouw die zich mannelijk zal maken, zal het koninkrijk der hemelen binnengaan.’ 20 Niet alleen voor de christelijke leer is dit heel vreemd, maar we zullen zien dat Thomas hier zelfs lijnrecht ingaat tegen het evangelie van Filippus en Maria Magdalena, waar Maria juist een hoge plaats toebedeeld krijgt. Green, M., De boeken die de kerk afwees (Medema, Vaassen, 2006), p. 126. Ibid., p. 126. 19 Ibid., p. 127. 20 Ibid., p. 117-118. 17 18 20 Inleiding op de boeken van het Nieuwe Testament (b) Maria Magdalena Er zijn in Nag Hammadi 21 twee manuscripten ontdekt van dit evangelie. Het ene in het Koptisch en het andere in het Grieks. De Koptische tekst dateert uit het einde van de vierde eeuw, de Griekse uit de derde eeuw (of eind tweede eeuw). Het evangelie gaat, zoals de titel doet vermoeden, over Maria Magdalena. Zij heeft een visioen waarin de ziel door de verschillende hemelen moet opklimmen naar het einddoel, de laatste rust. Dit idee mag gerust als gnostisch beschouwd worden. Het gaat om geheime kennis. Hier volgt een deel van het evangelie, van blad 10 22, waaruit blijkt dat Maria geheime kennis bezit die de discipelen niet hadden: ‘Petrus zei tot Maria: Zuster, we weten, dat de Heiland jou meer liefhad dan de rest van de vrouwen: zeg ons de woorden van de Heiland die jij je herinnert, die dingen die jij weet en wij niet, en die wij niet hebben gehoord! Maria antwoordde en zei: Wat voor u verborgen is, zal ik u vertellen! En ze begon en zei tot hen deze woorden: Ik, zei ze, zag in een gezicht de Here, en zei tot Hem: Here, vandaag heb ik U gezien in een visioen!’ Hierna volgt het visioen en daarna blijkt dat Andreas en Petrus Maria niet geloven. Op blad 18 lezen we: ‘Toen begon Maria te wenen. Ze zei tot Petrus: Mijn broeder Petrus, wat denk je dan? Denk je dat ik ze zelf heb bedacht in mijn hart, of dat ik over de Heiland lieg? Levi antwoordde; hij zei tot Petrus: Petrus, je was altijd al een driftkop; nu zie ik je 21 In 1945 werd in de buurt van het dorpje Nag Hammadi (Egypte) een grote hoeveelheid geschriften ontdekt. Die geschriften zijn hoofdzakelijk in het Koptisch geschreven. 22 Oussoren, P. & Dekker, R., Buiten de vesting (Skandalon, Vught, 2009), p. 457-458. Algemene inleiding op het Nieuwe Testament 21 redetwisten met de vrouw zoals de tegenstanders, maar als de Heiland haar waardig heeft gemaakt, wie ben jij dan om haar te verwerpen? Stellig kent de Heiland haar door en door; daarom heeft hij haar meer liefgehad dan ons.’ Bij het evangelie van Filippus zullen we nog op Maria terugkomen. (c) Filippus Een evangelie dat dateert uit het begin van de derde eeuw. Het bestaat uit een reeks spreuken. Volgens sommigen is het een verzameling spreuken uit andere gnostische geschriften. Enkele citaten uit het evangelie maken duidelijk dat Filippus gnostisch is en tegenstrijdig met de vier evangeliën: ‘Zij die zeggen: De Here is eerst gestorven en toen opgestaan!, die dwalen. Want hij is eerst opgestaan en daarna gestorven. Als iemand zich niet eerst de opstanding verwerft, kan hij niet sterven. Zowaar God leeft, diegene zou (…)’ (v. 21). 23 ‘God is een menseneter. Daarom worden aan hem de mensen geofferd. Toen ze nog geen mensen offerden, offerden ze dieren. Want diegenen aan wie geofferd werd, waren geen goden.’ (v. 50). 24 ‘De gave van de eucharistie is Jezus zelf, want in het Syrisch wordt hij farisata, dat wil zeggen ‘hij die gespreid is’. Want toen Jezus kwam, kruisigde hij de wereld’ (v. 53). 25 Een noemenswaardig gedeelte in Filippus’ evangelie is het deel dat beroemd is geworden door de Da Vinci code. In het boek krijgt Sophie 26 een passage te lezen, waarin staat dat Ibid. p. 489. Ibid. p. 492. 25 Ibid. p. 492. 26 De naam van het hoofdpersonage is niet per ongeluk gekozen; Sophie betekent ‘wijsheid’. 23 24 22 Inleiding op de boeken van het Nieuwe Testament Jezus Maria vele malen begroet heeft met kussen op de mond. Er staat ook dat Jezus meer hield van haar dan van de discipelen. Dan Brown baseert zijn hele boek op een huwelijk tussen Jezus en Maria Magdalena. Zoals in het evangelie van Maria, zien we ook in dit evangelie dat Maria een bijzondere plaats krijgt. Maria heeft kennis die de andere discipelen niet hebben en wordt belangrijker geacht dan de andere discipelen. Nogmaals, het is heel opvallend dat het evangelie van Thomas hier lijnrecht tegenin gaat en zegt dat vrouwen mannen moeten worden. (d) Judas Sommigen denken dat dit gnostisch evangelie afkomstig is uit de derde eeuw, maar waarschijnlijk verwijst Irenaeus in 180 al naar dit geschrift in zijn werk Tegen de ketterijen. 27 Het werk staat sinds 2004 in de belangstelling. In 2005 is men actief aan een vertaling begonnen. Het evangelie gaat over Judas Iskariot. Men zegt wel eens dat Judas in dit evangelie in ere hersteld wordt. Judas’ verraad wordt er beschreven als een goede daad. Jezus zou zelf aan Judas gevraagd hebben om Hem te verraden. Zo zorgde Judas ervoor dat Jezus Zich kon bevrijden van Zijn lichaam. Dat is een goede daad, want de gnostiek leert dat de geest vastzit in het lichaam: ‘Maar omdat Jezus wist dat hij ook dacht aan de overige verheven zaken, zei hij tot hem: zonder je van hen af, dan zal ik je de geheimenissen van het koninkrijk vertellen; het zal je mogelijk zijn daarheen te gaan; alleen zul je veel moeten lijden; want opdat de twaalf (…) voltallig zullen worden in hun God, zal een ander in jouw plaats komen!’ 28 27 Irenaeus, Tegen de ketterijen (boek 1, hoofdstuk 31, 1): http://www.early christianwritings.com/text/irenaeus-book1.html (website bezocht op 8 maart 2014). 28 Oussoren, P. & Dekker, R., Buiten de vesting (Skandalon, Vught, 2009), p. 477. Algemene inleiding op het Nieuwe Testament 23 In Judas staan nog andere typisch gnostische uitspraken: ‘Maar vele malen liet hij zich niet zien aan zijn leerlingen; nee, dan vond men hem in hun midden als een kind.’ 29 ‘Jezus zei: Waarlijk, ik zeg u, de sterren zullen volbrengen wat over hen allen is vastgesteld; maar wanneer Saklas zijn tijd die voor hem is vastgesteld, volbrengt, zal samen met de geslachten hun eerste ster komen en zullen de dingen die gezegd zijn, volbracht worden; dan zullen ze in mijn naam hoereren en hun kinderen doden.’ 30 Een sluitend bewijs dat de evangeliën in de Bijbel de waarheid bevatten, zullen we nooit krijgen. Het zal altijd een kwestie van geloof blijven. Ondanks dat is het belangrijk te zien dat er steekhoudende argumenten zijn die aantonen dat de gnostische evangeliën niet zomaar als waarheid aangezien kunnen worden. 4. Manuscripten De tabel op de volgende pagina is een ondersteuning voor de betrouwbaarheid van het Nieuwe Testament. Enerzijds wordt er maar zelden getwijfeld aan de betrouwbaarheid van de boeken van geschiedschrijvers rond het begin van onze jaartelling. Anderzijds wordt het Nieuwe Testament vaak gezien als historisch onbetrouwbaar. Het is verhelderend om het aantal teruggevonden handschriften (manuscripten) van het Nieuwe Testament te vergelijken met het aantal teruggevonden handschriften van enkele geschiedschrijvers. 31 Ibid. p. 477. Ibid. p. 481. 31 Deze tabel is samengesteld op basis van informatie uit De geschriften van het Nieuwe Testament, van F. F. Bruce (p. 14-17) en De boeken die de kerk afwees, van M. Green (p. 43-46). 29 30 24 Inleiding op de boeken van het Nieuwe Testament Thucydides Julius Caesar (Bello Gallico) Schrijf400 v. Chr. 58-50 datum v. Chr. Aantal hs 1 9 à 10 goede (+ gedeelten) e Oudste 11 eeuw 850 n. Chr. hs n. Chr. Livius 59 v. Chr.17 n. Chr. 20 (+ gedeelten) 4e eeuw n. Chr. Nieuwe Tacitus Testament 50-100 n. Chr. 5000 in het Grieks (+ gedeelten) 350 n. Chr. 32 100 n. Chr. 3 9e E (1 v. d. 3) Objectief gezien zou u moeten zeggen dat een boek waar duizenden handschriften van teruggevonden zijn, historisch veel betrouwbaarder is dan een boek waar maar enkele handschriften van teruggevonden zijn. Het is opmerkelijk dat een klein deel van Marcus gevonden is tussen de Dode-Zeerollen. Dat betekent dat de Essenen in Qumran (door de Romeinen in 66 n. Chr. uitgeroeid) het Marcusevangelie (of op zijn minst een deel ervan) kenden. In geschriften daterend van circa 100 n. Chr. worden boeken van het Nieuwe Testament geciteerd. De brief van Clemens, de brief van Barnabas en de Didachè 33 zijn daar voorbeelden van. Ook kerkvaders als Ignatius (circa 107 n. Chr.) en Polycarpus (circa 115 n. Chr.) citeerden boeken van het Van Johannes 1-14 en het grootste deel van de andere hoofdstukken van Johannes is er een manuscript uit 200 n. Chr. Michael Green geeft in zijn boek een opsomming van nog meer teruggevonden stukken uit de evangeliën. Enkele dateren zelfs uit de eerste eeuw n. Chr. Zo is er een fragment van Marcus (Marc. 6:52-53, ook wel bekend als 7Q5) tussen de Dode-Zeerollen gevonden. Hierbij dient vermeld te worden dat er een discussie over dit fragment gevoerd wordt. 33 Didachè betekent ‘onderricht, onderwijzing’. Het geschrift laat zien hoe de 12 discipelen de grote opdracht in de praktijk brachten. 32 25 Algemene inleiding op het Nieuwe Testament Nieuwe Testament. De volgende tabel 34 geeft weer hoe vaak enkelen van de vroege kerkvaders het Nieuwe Testament citeerden. Volgens sommigen kan het Nieuwe Testament met deze citaten bijna volledig gereconstrueerd worden. Justinus Martyr (ca. 100-165) Irenaeus (ca. 130-200) Clemens v. Alexandrië (ca. 150-215) Origenes (ca. 185-254) Tertullianus (ca. 160-225) Hippolytus (ca. 170-236) Eusebius (ca. 263-339) Totaal Evangeliën Handelingen Paulus’ brieven Algem. brieven Openb. Totaal 268 10 43 6 3 330 1038 194 499 23 65 1819 1017 44 1127 207 11 2406 9231 349 7778 399 165 17922 3822 502 2609 120 205 7258 734 42 387 27 188 1378 3258 211 1592 88 27 5176 19368 1352 14035 870 664 36289 Meer informatie over manuscripten van het Nieuwe Testament kunt u vinden in de hierboven vermelde De betrouwbaarheid van de geschriften van het Nieuwe Testament en De boeken die de kerk afwees. Ook De geschiedenis van het Nieuwe Testament 35 is zeer interessant. Geisler, N. L., Nix, W. E., A General Introduction to the Bible (Moody Press, Chicago, 1968), p. 357. De data van de kerkvaders zijn een eigen aanvulling. 35 Kegel, G. de, De geschiedenis van het Nieuwe Testament (brochure uitgegeven door de Evangelische Christengemeenten Vlaanderen). 34 26 Inleiding op de boeken van het Nieuwe Testament 5. Lengtematen, gewichten/geldeenheden, maten In de Bijbel worden frequent eenheidsmaten genoemd die wij niet meer gebruiken en niet meer kennen. Hieronder een overzicht ter verduidelijking. (a) Lengtematen Palm/handbreedte Span El Vadem (Meet)roede, stok Stadie (Romeinse) mijl Sabbatsreis Dagreis 7,4 cm - breedte van 4 vingers waar ze de palm raken (Ez. 40:5) 22,2 cm - top duim tot top pink, in gestrekte toestand (Ex. 28:16) 44,4 cm - van elleboog tot vingertoppen (Ez. 40:5; Matt. 6:27) 1,8 m - (ongeveer) 4 el (Hand. 27:28) 3,1 m - (ongeveer) 6 el + 6 palm (Ez. 42:16; Openb. 21:16) 180 m - (ongeveer) 400 el (Matt. 14:24; Openb. 21:16) 1480 m - (ongeveer) 1000 passen (Matt. 5:41) 900 m (Hand. 1:12) 30-60 km (Luc. 2:44) (b) Gewichten/geldeenheden Gera Beka (denarius) Sikkel (sjekel) Mine Talent Koperstukje/duit Penning/duit Duit Schelling 0,57 g 5,7 g 11,4 g 570 g 34,2 kg 1/128 denarius 1/64 denarius 1/16 denarius 1 denarius Schelling 1 drachme Hoofdgeld Zilverstuk Pond 2 denarii 4 denarii 100 denarii (Ex. 30:13) (Ex. 38:26) (Ex. 30:13) (1 Kon. 10:17) (Ex. 38:25) (Marc. 12:42; Luc. 12:59) (Matt. 5:26; Marc. 12:42) (Matt. 10:29; Luc. 12:6) (Romeinse munt = normaal dagloon; Matt. 20:1-15; Marc. 6:37; Luc. 7:41) (Griekse munt = normaal dagloon; Luc. 15:8) (Matt. 17:24) (Matt. 17:27) (Luc. 19:11-27) 27 Algemene inleiding op het Nieuwe Testament Talent zilver Talent goud 6.000 denarii 20.000 denarii (Matt. 18:24; 25:15-28) (Matt. 18:24; 25:15-28) (c) Inhoudsmaten Oude Testament Log Maat (kab) Gomer Hin Zaad (sea) Efa (droog) Bath (nat) Halve homer (letek) Kor/homer 0,3 l 1,2 l 2,2 l 3,5 l 7,3 l 22 l 22 l 110 l 220 l 4 log 1/10 efa 12 log 2 hin 3 sea 3 sea 5 efa 10 efa, ezelslast (Lev. 14:10) (2 Kon. 6:25) (Ex. 16:36) (Ex. 30:24) (1 Kon. 18:32) (Ex. 16:36) (Ez. 45:10) (Hos. 3:2) (Ez. 45:14) Nieuwe Testament Kan Kwart (maat) Bussel (korenmaat) Maat Vat Maat (metreet) Zak 0,46 l 1,1 l 7,4 l 12 l 35 l 39,39 l 393 l (Marc. 7:4) (Openb. 6:6) (Matt. 5:15) (Matt. 13:33; Luc. 13:21) (Luc. 16:6) (Matt. 23:32; Joh. 2:6; 16:6) (Luc.16:7) (d) Landmaten Juk ¼ ha (1 ha = 10.000m² ) (Jes. 5:10)
© Copyright 2024 ExpyDoc