1 DEFINITIES - Dienstverleningscentrum Heilig Hart

Omzendbrief
10 februari 2014
gericht aan alle voorzieningen met een MFC-werking
Vragen naar:
Telefoon:
E-mail:
Bijlage(n):
zie p.12, hoofdstuk 6
/
Richtlijnen MFC versie 2
Hieronder vindt u een aanpassing van de richtlijnen omtrent de hantering van de diverse functies, de
toewijzing, registratie en bijdrageregeling binnen een MFC in afwachting van een definitieve
regelgeving. Deze richtlijnen gelden vanaf 1/1/2014. De aanpassingen gaan vooral over de definities
(dagopvang), registratie (verdere verduidelijking) en bijdrageregeling.
1 DEFINITIES
Binnen het MFC worden volgende functies gedefinieerd:



Verblijf
Dagopvang : schoolaanvullend en schoolvervangend (dagbesteding)
Begeleiding
Binnen de toegangspoort (zie verder) worden hiernaast nog andere functies aangeboden (bv.
behandeling, training, diagnostiek, …) Dit dient om zo accuraat mogelijk ondersteuning toe te wijzen
of toegang te krijgen tot bepaalde zorgvormen (diagnostiek dient bv. om toegang te krijgen tot een
OBC).
Wij gaan er van uit dat in al de bovenstaande MFC- functies de nodige ondersteuning en behandeling
vervat zit. In de functies verblijf, dagopvang, dagbesteding zit de nodige behandeling en ondersteuning
vervat en dienen dus niet apart geregistreerd te worden.
Binnen de functie dagbesteding of dagopvang kan er dus bv. kinesitherapie of ergotherapie voorzien
worden. Deze wordt dus niet apart gescoord.
Binnen het protocol, charter en individuele dienstverleningsovereenkomst wordt afgesproken met de
cliënt hoe de ondersteuning eruit ziet en in welke frequentie deze kan plaatsvinden.
1
1.1 Verblijf
Het verblijf met overnachting ( met inbegrip van de nodige opvang en ondersteuning gedurende de
ochtenden (incl. ontbijt) en de avonduren)
Dit is een verschil ten opzichte van de oorspronkelijke definitie van de functie verblijf binnen een MFC
waar zowel dag- als nachtopvang gecombineerd werden. Deze definitie is beter afgestemd met
degene die we gebruiken binnen IJH en RTH.
1.2 Dagopvang
De ondersteuning overdag voor een aangepaste opvang of een aangepaste dagbesteding. Deze functie
wordt geconcretiseerd in modules die volgende activiteiten aanbieden:
– Schoolaanvullende dagopvang: het aanbieden van handicapspecifieke opvang overdag
zonder schoolvervangend karakter gericht op het stimuleren van de
ontwikkelingskansen en –mogelijkheden van het kind of de jongere.
– Schoolvervangende dagopvang (dagbesteding): opvang waarbij er binnen de
schooluren een alternatief programma wordt aangeboden. Deze opvang dient
aangeboden zoveel mogelijk in samenwerking en in afstemming met een
onderwijsinstelling.
Met schoolaanvullende dagopvang wordt vooral de klassieke voor- en naschoolse opvang bedoeld.
Ook op dagen wanneer er normaal gezien geen school voorzien is (woensdagnamiddag,
weekendopvang overdag, …) wordt de functie dagopvang ook gescoord.
Schoolvervangende dagopvang (dagbesteding) wordt geregistreerd op dagen wanneer er normaal
gezien onderwijs voorzien is én er een schoolvervangend programma wordt aangeboden (voor tijdelijk
geschorste leerlingen of niet-schoolgaande gebruikers). Indien er bij het aanbieden van dagbesteding
ook opvang is buiten de normale onderwijsuren wordt dit ook binnen deze functie vervat. Een jongere
die in een dagdeel zowel (voor- of na)schoolse opvang krijgt als een schoolvervangende dagopvang
dient dus enkel het laatste te registreren.
Let op: Voor de niet-schoolgaande jongeren dient er enkel de functie dagbesteding te worden
geregistreerd (dus ook tijdens de woensdagnamiddagen, weekendopvang overdag en vakantiedagen).
De beide functies mogen gecombineerd worden op één dag (bv. halve dag dagopvang en halve dag
dagbesteding) maar mogen samen nooit meer dan één dag vormen.
1.3 Begeleiding
Hiermee wordt de algemene psychosociale ondersteuning of ADL-assistentie van minimaal één uur en
maximaal twee uur bedoeld . Deze begeleiding kan zowel ambulant (het kind /de jongere en/of zijn
netwerk verplaatst zich voor de ondersteuning naar de hulpverlener ) als mobiel (de hulpverlener
2
verplaatst zich voor de ondersteuning naar het kind/ de jongere en/of zijn netwerk ) worden
aangeboden..
Mobiele begeleiding is dus psychosociale begeleiding of ADL-assistentie van de gebruiker en/of zijn
context die plaatsvindt in de thuiscontext of in het secundair opvoedingsmilieu. Deze begeleiding vindt
niet plaats op de vestigingsplaats(en) of dezelfde campus van de voorziening.
Ambulante begeleiding is psychosociale begeleiding of ADL- assistentie van de gebruiker en/of op de
vestigingsplaats of campus van de voorziening . Ambulante begeleiding is enkel mogelijk indien de
cliënt op dezelfde dag geen gebruik maakt van (semi-) residentiële ondersteuning vanuit het VAPH.
Deze niet rechtstreeks toegankelijke ondersteuning is steeds cliëntgebonden. Enkel binnen
rechtstreeks toegankelijke hulpverlening is expliciete subsidiëring voorzien voor handicapspecifieke
outreach.
Hieronder vindt u een aantal voorbeelden om dit te verduidelijken:
Situatie 1
Dries komt ’s ochtends toe, ontbijt samen met de leefgroep, gaat naar school en de ouders komen
hem na de avondmaaltijd ophalen. Dit wordt gescoord als dagopvang. Indien Dries in deze situatie uit
de klas wordt gehaald om kinesitherapie te krijgen wordt dit niet bekeken als dagbesteding of
ambulante begeleiding. Zoals gezegd zit ook in dagopvang de nodige ondersteuning en behandeling
vervat. Enkel indien het gaat om een echt schoolvervangend programma aanbieden dient dit als
dagbesteding te worden gescoord.
Situatie 2
Dries komt in de loop van de avond toe (bv. op een zondagavond), blijft slapen en vertrekt na een
ontbijt meteen naar school waar hij naar de voorschoolse opvang gaat. Op het einde van de schooldag
komen de ouders hem daar ophalen. Dit wordt gescoord als verblijf.
Situatie 3
Dries komt ’s ochtends toe in de leefgroep, ontbijt samen met de leefgroep, gaat een halve dag naar
school (niet woensdag), eet in de leefgroep en krijgt in de namiddag een schoolvervangend
programma aangeboden. De ouders komen hem meteen na school ophalen. Dit wordt gescoord als
een halve dag dagopvang, en een halve dag dagbesteding.
Situatie 4
Dries blijft niet meer slapen in het MFC, gaat rechtstreeks vanuit thuis naar het school (die niet op de
campus ligt), en krijgt in diezelfde school een uur sociale vaardigheidstraining door een therapeut van
het MFC. Dit wordt gescoord als een mobiele begeleiding. Indien de jongere in dezelfde situatie naar
het MFC zou komen (of een school die op de vestigingsplaats of campus ligt) om het uur sociale
vaardigheidstraining te krijgen wordt dit gescoord als een ambulante begeleiding.
3
Situatie 5
Dries komt rechtstreeks naar een school die op dezelfde campus ligt en vertrekt meteen na het school
terug naar huis. Hij blijft ’s middags eten in een leefgroep van het MFC omdat er nood is aan extra
ondersteuning. Dit kan gescoord worden als een halve dag dagopvang (er is ondersteuning vanuit de
leefgroepbegeleiding nodig voor de maaltijd) omdat er enkel een beperkt deel van dagopvang wordt
aangeboden.
2 TOEWIJZING
2.1 Tot de start van de Integrale Toegangspoort
Voor de MFC’s die nog niet gevat werden door ITP, is tot en met 28 februari 2014 minimum een PECticket semi-internaat nodig om ondersteuning vanuit een MFC te kunnen krijgen. Met dit (PEC-ticket
kunnen alle functies worden aangeboden binnen een MFC, hoewel het niet de bedoeling is om met
een ticket semi-internaat over te gaan naar een voltijds verblijf
Voor logeren blijft t/m 28/2 de gekende procedure gelden (eender welke positieve inschrijving is
voldoende). Na 1/3 kan deze module worden ingezet indien deze geïndiceerd is via de Integrale
Toegangspoort (logeren wordt als niet-rechtstreeks toegankelijk wordt beschouwd).
2.2 Vanaf de start van de Integrale Toegangspoort
Vanaf 1 maart 2014 wordt de toewijzing naar het ondersteuningsaanbod voor jongeren met een
handicap geregeld door de Intersectorale Toegangspoort Er worden geen tickets van zorgvormen
uitgereikt maar modules (een hulpactiviteit bestaande uit een functie gekoppeld aan frequentie,
intensiteit, duur en specifieke acties) geïndiceerd en toegewezen via de Intersectorale Toegangspoort.
Door de principes van Integrale Jeugdhulp wordt ons ondersteuningsaanbod dus ook vertaald naar
typemodules. Deze typemodules worden niet gemaakt vanuit onze zorgvormen (bv. Internaat) maar
op basis van een functie (een specifiek kernproces van jeugdhulpverlening zoals verblijf, behandeling,
diagnostiek, begeleiding,…). Er is dus bijgevolg geen typemodule ‘internaat’ of ‘semi-internaat’. Onze
huidige zorgvormen combineren diverse functies: in een internaat bv. overnacht je niet enkel (functie
verblijf) maar wordt er ook voorzien in opvang overdag binnen een orthopedagogisch kader (functie
dagopvang) en krijgen de kinderen therapie (functie behandeling). Een typemodule moet opgebouwd
worden op basis van één functie (dus geen combinatie van functies). Aangezien we vanuit het VAPH
diverse functies aanbieden aan de gebruikers, resulteert dit ook in een relatief groot aantal
typemodules.
Integrale Jeugdhulp werkt niet via de principes van ondersteuningsvelden maar wijst ondersteuning
via modules toe op basis van de huidige vraag van de gebruiker. Een typemodule ‘verblijf’ geeft dus
geen automatisch recht op typemodules binnen andere functies (bv. dagopvang).
Alle typemodules kunnen wel ingezet worden in een lager gewicht dan de geïndiceerde typemodules,
maar enkel binnen dezelfde functie. Zo zou men bijvoorbeeld vlot kunnen overschakelen van een
voltijds, hoogfrequent verblijf naar een laagfrequent verblijf zonder de toegangspoort te passeren.
4
Dit is dus echter niet mogelijk indien men wil veranderen van functie. Een MFC kan dus enkel
schakelen tussen de geïndiceerde functies. Indien er dus enkel een typemodule verblijf wordt
geïndiceerd kan er dus niet automatisch dagopvang worden aangeboden. Omgekeerd betekent dit
ook, dat als er geen typemodule verblijf geïndiceerd is, men geen verblijf kan aanbieden.
Om naar een MFC doorverwezen te worden dient men minimaal één van de geïndiceerde modules de
NRTH-functie dagopvang te bevatten. Wil men een gebruiker doorverwijzen naar een MFC met
erkenning OBC dient minimaal één van de geïndiceerde modules de functie diagnostiek te bevatten.
3 REGISTRATIE
Enerzijds worden de begeleidingsovereenkomsten in de Cliëntenregistratie (CR) geregistreerd,
anderzijds worden de geboden prestaties geregistreerd in een registratietool MFC .
Het is aan te raden tijdens het registreren in CR en in registratietool de onderstaande richtlijnen te
gebruiken in combinatie met het document Handleiding dat u kunt vinden via het e-loket.
3.1 Richtlijnen m.b.t. registratie begeleidingsovereenkomsten in de CR voor
startende MFC’s vanaf 1.1.2014
Vanaf 01.01.2014 en tot zolang de definitieve migratie naar MFC nog niet is uitgevoerd, registreren
voorlopig alle nieuwe MFC’s hun begeleidingsovereenkomsten in de CR nog verder zoals gekend
onder hun klassieke services.
In principe moet men vanaf 01.01.14 vlot kunnen schakelen tussen (semi-)residentiële en ambulante
ondersteuning. Maar in afwachting van de definitieve begeleidingsovereenkomsten MFC zullen de
eventuele ontbrekende klassieke services niet meer toegevoegd worden. Wat nergens onder de
erkende klassieke services hoort, wordt nog niet geregistreerd in deze tussentijdse fase. Zo kan het zijn
dat bepaalde nieuwe MFC’s voor de cliënten die ambulant worden ondersteund, geen ambulante
begeleidingsovereenkomst kunnen registreren omdat zij geen klassieke ambulante services hebben.
De registratie van alle geboden prestaties daarentegen, zelfs indien er geen begeleidingsovereenkomst
voor kon worden geregistreerd, kan echter wel steeds in de registratietool (zie hiervoor 3.2.2).
Het VAPH zal nog verdere richtlijnen bezorgen hoe de migratie zal gebeuren en wat er nog verwacht
wordt van de voorzieningen hiervoor.
Het is dus wel van belang om reeds zoveel mogelijk te registreren wat logisch wel reeds kan onder een
klassieke service, om nadien zo weinig mogelijk nog met terugwerkende kracht te moeten doen.
Hieronder vind je een handig overzicht waarbij je voor de functies die je aan een cliënt aanbiedt de
corresponderende klassieke werkvormen ziet waarop begeleidingsovereenkomsten kunnen worden
geregistreerd. Je registreert dus volgens de functies die je aan een cliënt aanbiedt in de CR
begeleidingsovereenkomsten in de corresponderende klassieke werkvormen waarvoor je erkend bent
in de CR-webapplicatie.
5
Het gekende concept in de CR blijft nog steeds dat je, nadat je een begeleidingsovereenkomst hebt
geregistreerd, deze niet beëindigt, tenzij je cliënt definitief stopt om (terug) gebruik te maken van je
geboden ondersteuning.
Functies
MFC verblijf
MFC dagopvang
schoolvervangend(dagbesteding)
Huidige werkvormen
Internaat GES+
Internaat schoolgaanden
Internaat niet-schoolgaanden
Internaat kort verblijf
Internaat logeren
OBC GES+
OBC schoolgaanden
OBC niet-schoolgaanden
OBC logeren
Kort verblijf: kort verblijf
Semi-internaat niet-schoolgaand
MFC dagopvang
schoolaanvullend
Semi-internaat schoolgaand
MFC (ambulante en mobiele) begeleiding
Internaat ambulante begeleiding
Internaat GES+ ambulante begeleiding
Internaat begeleide uitgroei GES+
Internaat begeleide uitgroei
Semi-internaat ambulante begeleiding
OBC Begeleide uitgroei
OBC ambulante begeleiding
OBC begeleide uitgroei GES+
Voor de MFC’s die reeds van start gingen in 2012 resp.2013 en die reeds waren gemigreerd naar de
voorlopige MFC-services, verandert er niets en deze registreren verder zoals gekend tot zolang er
nieuwe richtlijnen van het VAPH komen.
6
3.2 Richtlijnen m.b.t. registratie van prestaties
Algemene richtlijnen voor alle MFC’s
Via een registratie tool dient er geregistreerd te worden welke functies aan de individuele gebruiker
worden aangeboden op dagbasis. Binnen de registratietool dienen enkel de functies verblijf,
dagbesteding, dagopvang en begeleiding te worden geregistreerd. Deze registratietool vervangt de
cliëntenregistratie niet.
3.2.1
Het VAPH voorziet via het e-loket een scherm om de nodige MFC registraties te doen. Nadat je bent
ingelogd op het e-loket kies je hiervoor "MFC" in de menubalk bovenaan. Het is geen verplichting om
langs deze weg de registraties te doen, je automatiseerder kan hiervoor ook schermen voorzien in hun
eigen pakket. Indien je in dat pakket nog geen toegang hebt tot deze functionaliteit kan je in
afwachting reeds registraties doen via het VAPH e-loket.
a) Hoe registreren?
Bij de functie verblijf dien je gewoon ‘ja’ of ‘neen’ te registreren
Bij de functies dagopvang en dagbesteding heb je de mogelijkheid om “hele dag”, “halve dag” of
“geen” op te geven.
Bij de functie begeleiding tenslotte heb je de mogelijkheid om “Ja”, “Nee” of “blanco” op te geven. Op
het scherm worden vier mogelijke begeleidingen (psychosociale ondersteuning, ADL, ambulante
diagnostiek, mobiele diagnostiek) weergegeven. Enkel de volgende mogelijkheden dienen gekozen te
worden:
 Psychosociale ondersteuning houdt alle activiteiten in die gericht zijn op de psychologische en
sociale begeleiding van de cliënt en/of zijn context: dit kan gaan van oudergesprekken tot
cognitieve ondersteuning.
 ADL is een afkorting voor 'Activiteiten Dagelijks Leven'. Dit is een koepelbegrip voor de al dan
niet geplande handelingen uit het dagelijks leven die de cliënt niet zonder hulp kan stellen. Dat
kan gaan om opstaan, wassen, aankleden, eten, iets vastnemen, iets oprapen, verplaatsen en
dergelijke. Indien hulpverleners hierin de cliënt ondersteunen (bv. door een ergotherapeute)
spreken we dus van ADL-ondersteuning.
Ambulante en psychosociale diagnostiek dienen dus niet apart te worden geregistreerd. De
activiteiten van een OBC kunnen worden gescoord binnen de basisfuncties (verblijf
dagopvang/dagbesteding, begeleiding en dienen niet verder gespecifieerd te worden).
Daarnaast dient u in de registratietool de locatie aan te geven waar de ondersteuning plaatsvindt. Een
ambulante begeleiding is dus locatie ‘op de voorziening’, de mobiele ondersteuning is ‘elders’.
De duur van één begeleiding bedraagt één uur. Van zodra deze begeleiding de duur van twee uur
overschreden heeft mogen er twee begeleidingen geregistreerd worden.
b) Richtlijnen bij het registreren
Per persoon wordt er dagelijks een registratie doorgegeven. De lijst personen worden voorzien vanuit
de “Cliëntenregistratie” aan de hand van de begeleidingsovereenkomsten die geregistreerd zijn.
7
Mogelijke combinaties :

Toegestane Combinaties op eenzelfde dag :
Verblijf – dagbesteding- dagopvang
Verblijf – mobiele begeleiding- dagopvang
Verblijf - dagbesteding – mobiele begeleiding
Verblijf- dagopvang- dagbesteding- mobiele begeleiding
Dagopvang – mobiele begeleiding
Dagopvang – dagbesteding
Dagopvang – dagbesteding – mobiele begeleiding
Dagbesteding – mobiele begeleiding

Niet toegestane Combinaties op eenzelfde dag :
Ambulante begeleiding kan niet worden aangeboden samen met verblijf,
dagopvang en/of dagbesteding
c) Wanneer registreren
Het VAPH verwacht van elke gebruiker registraties op dagbasis. Deze dienen ten laatste op het einde
van de maand volgend op de maand van de registratie ingevoerd te zijn.
Dit betekent dat bijvoorbeeld de registraties van de gebruikers van de volledige maand januari ten
laatste op 28 februari geregistreerd moeten worden.
Specifieke richtlijnen voor startende MFC’s vanaf 1.1.2014 m.b.t. registratie
prestaties
Het VAPH heeft het mogelijk gemaakt dat zowel de huidige als de nieuwe MFC’s dagelijks hun
prestaties m.b.t. 2014 kunnen registreren.
Alle MFC’s kunnen hun prestaties elektronisch registreren in een MFC-registratietool (via e-loket of
automatiseerdersapplicatie).
De nieuwe MFC’s die vanaf 01.01.2014 starten, registreren vanaf 07.01.14 voor de ondersteuning
geboden vanaf 01.01.14 hun prestaties in de registratietool.
Het is dus wel van belang om zo snel mogelijk alle MFC-prestaties te registreren, en maandelijks
voldoende ruim voor de gekende deadline te overlopen of alles erin correct geregistreerd werd.
3.2.2
De nieuwe MFC’s die vanaf 01.01.14 van start gaan dienen deze voorlopige registratie van prestaties in
een elektronische MFC-registratietool op deze wijze verder te zetten.
De 11 MFC-piloten, die reeds van start gingen in 2012 resp.2013 en die reeds waren gemigreerd naar
de voorlopige MFC-services, dienen uiteraard al hun prestaties zoals gekend ook verder te registreren
8
in hun registratietool. Zij dienen wel op te letten dat zij ook de nieuwe definitie voor verblijf vanaf
01.01.14 hanteren (staat vanaf 01.01.14 enkel nog voor nachtopvang).
4 BIJDRAGEREGELING
Op dit moment is er nog geen nieuwe bijdrageregeling van kracht. We werken dus met richtlijnen die
gebaseerd zijn op de huidige bijdrageregeling maar vertaald naar de functies van een MFC.
Het grootste verschilpunt met de klassieke bijdrageregeling is dat er een bedrag wordt betaald per
functie en niet per zorgvorm. Net zoals vroeger wordt er ook gekeken naar de leeftijd van de gebruiker
(dus opdeling in -21 jarigen en + 21 jarigen). We geven hieronder de vertaling weer, samen met
eventuele aangepaste bedragen.
a. Bijdrage per functie en per leeftijd
Dagopvang en dagbesteding
-21 jarigen
Voor een kind of een jongere die van de functie dagopvang gebruik maakt (voor-en naschoolse
opvang) wordt er
5,25 euro per dag aangerekend ( of 2,62 per halve dag)
Voor een kind of een jongere die gebruik maakt van de functie dagbesteding als niet-schoolgaande
wordt er 11,92 euro per dag en 5,95 euro per halve dag aangerekend. Voor een kind of jongere die
ofwel gebruik maakt van de functie dagbesteding (zoals geregistreerd in de registratietool)
middels een geïntegreerd aanbod tijdens de schooluren ofwel tijdelijk geschorst is wordt er de
bijdrage van dagopvang aangerekend (5.25 euro of 2.62 per halve dag).
+ 21 jarigen
Voor + 21- jarigen die van de functie dagopvang gebruik maken (voor-en naschoolse opvang) wordt er
9,52 per dag aangerekend( zonder vervoer ) of 11,92 (met vervoer).
Indien +21- jarigen gebruik maken van dagbesteding geldt hier dezelfde bijdrage: 9, 52 per dag (zonder
vervoer ) of 11,92 (met vervoer).
9
Verblijf
-21 jarigen
Aangezien het hier gaat om nachtopvang (en niet meer dag- en nachtopvang) In dit geval bedraagt de
eigen financiële bijdrage voor het kind of de jongere 11,41 euro (16,66- 5,25). Er kan ook een
minimumbijdrage voor verblijf worden voorzien. Deze bedraagt 4,89 euro (7,14/16,66 x 11,41).
+21 jarigen
Voor +21-jarigen die van de functie verblijf gebruik maken wordt de bijdrage van 33.35 euro
behouden.
Begeleiding
In dit geval kan er een financiële bijdrage van maximaal 5,00 euro per begeleiding per dag worden
gevraagd. Er mogen maximaal twee begeleidingen per dag gefactureerd worden.
Hieronder vindt u de bedragen per ondersteuningsfunctie en per leeftijd -21 jaar/+21jaar.
Het betreft de bedragen geldig voor het 1ste en 2e semester 2013, en het 1ste semester 2014.
Functie
Dagopvang zonder vervoer
Met vervoer
Dagbesteding zonder vervoer
Met vervoer
Verblijf
Begeleiding
Bedrag -21
5,25 €
11,92 €
11,41 €
5,00 €
Bedrag +21
9,52€
11,92€
9,52€
11,92€
33,35 €
5,00 €
b. Aftopping (inclusief bijdrage voor begeleiding)
-21 jarigen
Voor de -21-jarigen mag de maximum factuur op maandbasis, naast de aftopping op 16,66 euro op
dagbasis, nooit hoger zijn dan de huidige internaatsbijdrage per maand (16,66 * max.31). Indien de
maximale bijdrage lager is dan de kinderbijslag, wordt de maximale bijdrage gevraagd. Indien de
kinderbijslag lager is dan de maximale bijdrage, wordt de kinderbijslag als bovengrens gesteld. Dit
bedrag moet wel boven het minimumbedrag * aantal dagen aanwezigheid liggen, zoniet wordt dit
opgetrokken tot het minimumbedrag.
10
Indien het kind of de jongere in de loop van de maand nog verblijf scoort : Per dag dat het kind of
de jongere afwezig is in de voorziening (dus op die dag geen registratie voor verblijf, dagbesteding
en/of dagopvang voor de desbetreffende gebruiker) moeten de ouders 4,08 euro van de kinderbijslag
behouden. Is het kind minstens 6 dagen per maand afwezig, dan kan de bijdrage beperkt worden tot
2/3 van de kinderbijslag. Indien de beperkingen leiden tot een bedrag lager dan het minimumbedrag,
dan wordt dit opgetrokken tot het minimumbedrag.
Is een kind of een jongere geplaatst in verblijf door de jeugdrechter of door het comité voor
bijzondere jeugdzorg of via OCJ maatschappelijke noodzaak, dan is naast de hierboven vermelde
beperkingen, de eigen financiële bijdrage indien voordeliger altijd beperkt tot 2/3 van de kinderbijslag
(zelfs als dit bedrag lager is dan het minimumbedrag). Ook binnen de Integrale Toegangspoort blijven
deze principes gelden (plaatsing door de jeugdrechter of aanmelding door een gemandateerde
voorziening bij de toegangspoort wegens maatschappelijke noodzaak).
Dit is dus enkel van toepassing indien de plaatsingsmaatregel verblijf betreft (dus niet voor
maatregelen die dagopvang/dagbesteding/ambulant/mobiel betreffen). Deze maatregel voor in
verblijf geplaatsten blijft lopen binnen de geldigheid zoals bepaald in de maatregel, op voorwaarde dat
deze cliënten verder nog minimum 1x per maand verblijf scoren, waardoor de voordeligere bijdrage
voor in verblijf geplaatsten verder kan worden toegepast.
+ 21 jarigen
Voor +21- jarigen bedraagt het maximum 33.35 euro op dagbasis of (33.35 * max 31) op maandbasis.
Dit bedrag mag in geen geval hoger zijn dan inkomsten – gereserveerd inkomen op basis van de
doelgroepen die aan de beslissing hangen en matchen met de doelgroepen van de erkenning van de
voorziening.
De bepaling van het gereserveerd inkomen via de gematchte doelgroepen gebeurt als volgt :
->Indien enkel motorisch en/of zintuiglijk en/of licht verstandelijk : hoog gereserveerd inkomen.
->Indien (ook) de doelgroep matig verstandelijk of ernstig verstandelijk : laag gereserveerd inkomen.
Tot slot herinneren we eraan dat conform de Beheersovereenkomst, enkel het volledige totaalbedrag
financiële bijdragen overheen het hele MFC, maar zonder de eventueel geïnde bijdragen voor
ambulante of mobiele begeleidingen, dienen doorgegeven te worden aan het VAPH na het einde van
een jaar om afgetrokken te worden van de subsidie van dat jaar bij de vereffening.
5 Cliëntgebonden supplementen
Zakgeld jongeren: kinderen en jongeren die geplaatst zijn in verblijf blijven het recht op zakgeld
behouden binnen de periode van de toegekende maatregel, zolang deze cliënten nog 1 maal per
maand verblijf scoren.
11
Socio-culturele toelage: + 21- jarige cliënten hebben in verblijf recht op deze toelage binnen de
subsidiabele periode, zolang deze cliënten min. 10 maal op 14 dagen verblijf scoren. Het wordt enkel
toegekend voor de dagen waarop verblijf wordt gescoord.
Het bedrag socio-culturele toelage wordt bepaald op basis van de doelgroepen die aan de beslissing
hangen en matchen met de doelgroepen van de erkenning van de voorziening.
De bepaling van de socio-culturele toelage via de gematchte doelgroepen gebeurt als volgt :
->Indien enkel motorisch en/of zintuiglijk : hoog socio-culturele toelage.
->Indien (ook) de doelgroep licht of matig verstandelijk : laag socio-culturele toelage.
->Indien (ook) de doelgroep ernstig verstandelijk : geen socio-culturele toelage.
6 VRAGEN?
Voor vragen omtrent bijdrageregeling en registratie kan u terecht bij de Helpdesk
Cliëntenadministratie (02/225 86 05 of [email protected])
Voor vragen omtrent afrekeningen kan u terecht bij de dienst afrekeningen (02/225 85 64 of
[email protected])
Voor verdere inhoudelijke vragen kan u terecht bij Sven Pans (02/225 85 28 of [email protected])
Met vriendelijke groeten
Karine Moykens
Waarnemend Administrateur-generaal VAPH
12