NGI-NGN INFORMATIE SCRIPTIEPRIJS VOOR INFORMATICA EN INFORMATIEKUNDE Als we onze snelheid tijdig zouden aanpassen aan de drukte op de weg, zouden er minder files zijn. Maar welke snelheid is ideaal bij een bepaalde verkeersdruk? Erwin Walraven (TUD) combineerde bestaande verkeersmodellen met methoden uit de kunstmatige intelligentie en informatica (onder andere Reinforcement Learning) en ontwierp hiervoor een rekenmodel. In dit model kon hij op basis van het verkeersaanbod de juiste snelheidslimiet berekenen, waarmee een optimale doorstroom van het verkeer kan worden bevorderd. In evaluatiestudies liet hij zien dat als een beperkt deel van de weggebruikers zich aan de geadviseerde snelheidslimiet houdt, de vertraging al zou verminderen. Mede op basis van zijn rekenmodel is een app ontwikkeld die weggebruikers snelheidsadviezen geeft op basis van het actuele verkeersaanbod en de voorspelde drukte. NGI-NGN INFORMATIE SCRIPTIEPRIJS VOOR INFORMATICA EN INFORMATIEKUNDE (gedeelde 2e prijs) Ruud Verbij (UT) studeerde af op het gebied van cybersecurity. Hij onderzocht wat nodig is aan risicomanagement om voldoende inzicht te krijgen in de veiligheid van internetstemmen. Hiervoor ontwikkelde hij een risicomethodiek om verschillende parameters van internetstemmen te kunnen vergelijken op het gebied van veiligheid. Met zijn methode is het mogelijk om uit te rekenen wat een bepaalde aanval op het stemsysteem zou kosten voor een aanvaller. Zo heeft hij berekend wat het een aanvaller zou kosten om, door het internetstemsysteem te manipuleren, een zetel te winnen in het Estse parlement. Christine Gerpheide (TUE) heeft haar onderzoeksproject uitgevoerd bij ASML. Ze onderzocht hoe de kwaliteit van de taal QVTo, een softwaretaal voor modeltransformaties in het productieproces, kon worden verbeterd. Ze richtte zich daarbij op het gebruik van codes en verbeterde het systeem op het gebied van veiligheid, onderhoud, nauwkeurigheid en gebruikersvriendelijkheid. Hiervoor ontwikkelde ze een kwaliteitsmodel met 37 kwaliteitseisen en een handige tool voor het tijdig signaleren van kwaliteitsproblemen in het systeem. TATA STEEL AFSTUDEERPRIJS VOOR WERKTUIGBOUWKUNDE EN MATERIAALKUNDE In de precisietechnologie probeert men lichte constructies te ontwerpen om sneller en nauwkeuriger te kunnen bewegen. Het nadeel van veelgebruikte dunne en lichte constructies is dat ze door hun flexibiliteit gevoelig zijn voor trillingen, waardoor de precisie afneemt. Johan van Hoof (TUE) onderzocht hoe hij deze ongewenste trillingen kon verminderen. Hij voorzag dunne constructies van kleine keramische plaatjes (piëzo-elektrische materialen), die onder invloed van elektrische spanning van lengte veranderen. Met het juiste elektrische signaal kunnen deze keramische plaatjes de ongewenste trillingen tegenwerken en zo de dunne constructies stabiel houden. Johan onderzocht hoe hij met regeltechniek een stuursignaal kon bepalen dat de trillingen zoveel mogelijk kon beperken. Hij ontwierp een wiskundig regelsysteem en testte dit in simulatiemodellen en experimenten. Zo ontwikkelde hij een regelsysteem waarmee trillingen tot wel 1% kunnen worden gereduceerd. Zijn methode kan in de precisietechnologie leiden tot betere en snellere positioneringsystemen. PFIZER PRIJS VOOR LIFE SCIENCES Cellen hebben een skelet om hen vorm en stevigheid te geven: het cytoskelet. Nuo Yu (EUR) concentreerde zich op een belangrijk onderdeel van het cytoskelet: microtubuli. Microtubuli zien er uit als holle buizen, en bestaan uit kleine bouwstenen: tubulines. Er zijn veel verschillende soorten tubulines, maar over de eigenschappen en functies ervan is weinig bekend. Onlangs is ontdekt dat mutaties in tubulines kunnen leiden tot hersenaandoeningen. Om de functie van tubulines te begrijpen ontwikkelde Nuo een nieuwe methode om specifieke tubulines te zuiveren. Ze introduceerde mutaties in tubulines om de gemuteerde tubulines, die in patiënten worden gevonden, na te bootsen. Door de normale en de gemuteerde tubulines met elkaar te vergelijken, ontdekte ze een nieuw moleculair mechanisme van door tubulines veroorzaakte hersenmisvormingen. Cells have skeletons to provide them with shape and strength, the cytoskeleton. Nuo Yu (EUR) focused on one major member of cytoskeleton: microtubules. Microtubules look like hollow tubes and are assembled by small building blocks: tubulins. There are many different kinds of tubulins. However, the properties and functions of different tubulins are poorly understood. Recently it has been found that mutations in tubulins can lead to brain disorders. In order to understand function of tubulins, Nuo developed a new method to purify specific tubulins. She also introduced mutations in these tubulins to mimic mutant tubulins that are found in patients. By comparing the normal tubulins and mutant tubulins, she found a new molecular mechanism of tubulin-induced brain malformation. AKZONOBEL AFSTUDEERPRIJS VOOR CHEMIE EN PROCESTECHNOLOGIE Ton Engwerda (RUN) ontvangt deze prijs voor zijn veelzijdige onderzoek naar het beter kunnen meten van lagere concentraties van moleculen met behulp van Nucleaire Magnetische Resonantie (NMR). Dit is een analytische techniek die onder meer wordt toegepast om moleculen te detecteren. Ton onderzocht hoe de gevoeligheid van NMR-detectie kon worden vergroot, zodat het mogelijk wordt om hiermee ook lagere concentraties moleculen te meten. Hiervoor brachten hij en andere onderzoekers twee stoffen bij elkaar: een stof met een lage concentratie moleculen en een stof die de gevoeligheid voor NMR kan verhogen, zodat er een sterker signaal zou ontstaan. Om beide stoffen met elkaar te verenigen vond Ton een geschikt metaalcomplex dat de gevoeligheid van NMR verbeterde. Zijn onderzoek kan in de toekomst leiden tot doorbraken in de medische diagnostiek, maar daarvoor is meer onderzoek nodig. EAST-WEST SEED AFSTUDEERPRIJS VOOR PLANTENWETENSCHAPPEN Planten zijn geen passieve slachtoffers van insectenvraat; ze reageren effectief op beschadiging. Rutger Las (WU) onderzocht of eenjarige planten en meerjarige planten uit de familie van de Kruisbloemigen verschillen in hun reactie op aanvallen van rupsen van het Grote Koolwitje. Hij richtte zich daarbij op het meten van het reproductiesucces, uitgedrukt in het aantal geproduceerde zaden, hun groei en verdediging. Ook onderzocht hij sterftecijfers van de rupsen, de aantrekking van sluipwespen (natuurlijke vijanden van rupsen) en natuurlijke bestuivers. Omdat de groei en reproductie van eenjarige planten tot één seizoen is beperkt, reageren deze planten direct op de plaatsing van eitjes door sneller en meer bloemen te produceren. Hierdoor rijpen de zaden eerder en ontsnapt de plant aan zijn belagers. Meerjarige planten investeren als reactie op rupsenvraat eerder in bladeren en wortels (vegetatieve organen), zodat ze overleven naar het volgende seizoen. ENZA ZADEN AWARD Gee van Duin (biologieleraar Cartesius Lyceum Amsterdam) maakte een complete lessenreeks over plantenkunde voor het nieuwe examenprogramma biologie, waarbij hij bewust aansluit bij de (des)interesse van leerlingen. Bij de eerste les laat hij hen opschrijven waarom planten saai zijn. Die antwoorden haalt hij tijdens zijn lessen onderuit. Zo start hij met een mooi onderzoek van Marcel Dicke (hoogleraar entomologie Wageningen Universiteit), die in een filmpje laat zien hoe planten signalen uitzenden om natuurlijke vijanden van hun belagers te lokken. Ook een proces als fotosynthese benadert Van Duin eerst vanuit de praktijk, bijvoorbeeld tomatenteelt. Proeven, voelen en experimenteren zijn een belangrijk onderdeel van zijn lessen. Leerlingen proberen bijvoorbeeld met een slangetje water tien meter omhoog te zuigen en ervaren zo dat Sequoia’s (bomen van 110 meter) grote prestaties leveren om hun bladeren van water te voorzien. SHELL AFSTUDEERPRIJZEN VOOR NATUURKUNDE Maria Azhar (RUG) won deze prijs voor theoretisch onderzoek naar spiraal-magnetische ordening in het zogenaamde Kondo-model. Dit model geeft een beschrijving van de fysieke eigenschappen van materialen, die een magnetische structuur op atomair niveau kennen. In haar scriptie gaat ze diep in op de structuur van de materie, en blijkt zij in staat de tot nu toe bekende beschrijving van de processen die zich daar afspelen te verbeteren. In haar onderzoek toont zij aan dat op microniveau bepaalde spiraalvormige structuren veel vaker voorkomen dan tot nu toe werd verondersteld. Omdat Maria in staat was deze microstructuren van bepaalde materialen beter in kaart te brengen, kan de werking van magnetische geheugens worden verbeterd. Hierdoor kunnen dataverwerking en dataopslag (zoals in microchips) in de toekomst effectiever worden. Maria Azhar (RUG) won this prize for theoretical research into the spiral magnetic ordering in the so-called Kondomodel. This model gives a description of the physical properties of materials that have a magnetic structuring on an atomic level. In her thesis she very deeply investigates the structure of matter, and she was able to improve the description (as it was known up to now) of the processes which operate there. In her research she was able to show that on a micro level certain spiral structures are much more common than previously thought. Because Maria has been able to better chart these microstructures, the functioning of magnetic memories can be improved. Data processing and data storage (e.g. in microchips) could become more effective in the future because of this. Guizela Huelsz Prince (UvA) deed onderzoek naar het gedrag van moleculen in levende cellen. Voor haar scriptie onderzocht ze de ruimtelijke patroonvorming van de vulva van een worm, C. Elegans. Omdat veel van zijn basale cellulaire mechanismen lijken op die van andere dieren (waaronder zoogdieren) is dit onderzoek ook relevant voor processen die zich in menselijke cellen afspelen. De vulva van deze worm bevat zogenaamde organizer-cellen. De moleculen in deze cellen coderen voor een bepaalde manier waarop de embryo’s zich zullen ontwikkelen. Guizela onderzocht hoe deze patronen zich ontwikkelen en welke mutaties gedurende de ontwikkeling afwijkingen veroorzaken. Zo ontdekte ze dat deze cellen een zelfcorrigerend moleculair mechanisme bevatten, dat maakt dat bepaalde cellulaire patronen zichzelf herhalen, ook als de positie van de organizer-cellen in de vulva van de worm verschilt. Op langere termijn kan dit onderzoek nuttig zijn bij het bepalen van de ontwikkeling van cellen en het effect van bepaalde moleculaire mutaties. Dit kan bijdragen aan de strijd tegen ziektes als kanker. Guizela Huelsz Prince (UvA) investigated the behaviour of molecules in living cells. For her thesis she investigated spatial pattern formation of cells in the vulva of a worm, the C. elegans. Because many of its basic cellular mechanisms are very similar to many other species (including mammals), this research is relevant for the processes in humans cells as well. The vulva of this worm contains so called organizer-cells. The molecules in these cells code for a certain way in which the cells in an embryo will develop. Guizela explored how these patterns develop, and which mutations give rise to defects during development. She found out that those cells contain a self-correcting molecular mechanism, which makes that certain cellular patterns repeat themselves, even if the position of the organizer-cells in the vulva of the worms differ. In the long run this research may be useful in determining the way in which cells develop, and what the effect of certain molecular mutations may be. This could contribute to the fight against diseases like cancer. Bèr Wedershoven (TUE) onderzocht thermocapillaire vervorming van een dunne vloeistoffilm met behulp van een infraroodlaser. Bij verschillende bedrijven worden als onderdeel van het productieproces vloeistoffen gebruikt en is het van belang dat deze vloeistoffen daarna weer verdwijnen zonder sporen achter te laten. Zo is bij ASML bij het belichten van wafers (waarop structuren voor computerchips worden aangebracht) vloeistof nodig. Helaas bleven daarna ongewenste druppels op de wafer achter. Bèr onderzocht of hij dit kon voorkomen door het gebruik van een infraroodlaser. Hij bestudeerde de mogelijkheden daartoe in computermodellen en experimenten. Zo ontdekte hij dat een infraroodlaserstraal de plaat en de vloeistoffilm zo verwarmt dat de oppervlaktespanning afneemt en de vloeistof zich van de laserstraal af beweegt. Met behulp van de infraroodlaser verplaatst de vloeistof zich sneller over zowel een bewegende als stilstaande plaat. Met de resultaten van zijn onderzoek kunnen diverse productieprocessen worden verbeterd. LORENTZ AFSTUDEERPRIJS VOOR THEORETISCHE NATUURKUNDE Erik van der Wurff (UU) bestudeerde groepen lichtdeeltjes. Hij legt zijn onderzoek uit met behulp van een analogie van een vol voetbalstadion. Iedere bezoeker staat op zichzelf maar bij de wave vormt zich een geheel (collectief) dat bestaat uit duizenden individuen. In 1995 werd al door Amerikaanse natuurkundigen aangetoond dat atomen een collectief konden vormen, een zogenaamd Bose-Einstein condensaat. In 2010 volgde een nieuwe doorbraak: ook lichtdeeltjes (fotonen) bleken in een experiment collectief gedrag te vertonen. Erik heeft dit bijzondere experiment theoretisch bestudeerd en beschreven. Door te veronderstellen dat lichtdeeltjes elkaar afstoten, kon hij ook meer recente experimentele resultaten verklaren. In het tweede deel van zijn afstudeerproject bereidde hij een vervolgexperiment theoretisch voor, waarin wordt onderzocht wat er gebeurt als het collectief van lichtdeeltjes zich verplaatst en de fase verandert. Deze onderzoeksresultaten laten zien dat lichtdeeltjes, net als elektronen in een metaal, supergeleidend kunnen zijn. Daarbij hebben lichtdeeltjes het voordeel dat ze al op kamertemperatuur supergeleidend kunnen worden. Metalen moeten hiervoor tot zeer koude temperaturen worden afgekoeld. DE ZEEUW-VAN DISHOECK AFSTUDEERPRIJS VOOR STERRENKUNDE Job Feldbrugge (RUG) deed theoretisch onderzoek naar het ontstaan van de huidige verdeling van sterrenstelsels in het heelal. Ons universum bevat complexe structuren. Op astronomisch kleine schalen is dit te zien in het zonnestelsel of de structuur van de Melkweg. Op grotere schalen blijken de vele sterrenstelsels in ons heelal op hun beurt samen een gigantisch webachtig patroon te vormen. Deze ruimtelijke verdeling van sterrenstelsels staat bekend als het kosmisch web en bestaat uit knooppunten die verbonden worden met lijnen en vlakken. Job ontwikkelde een nieuwe methode om de statistische eigenschappen van het kosmische web met formules te voorspellen. Hierbij combineerde hij een benadering van structuurvorming met de statistiek van het vroege universum. Op grote schalen blijkt deze methode accuraat, terwijl op kleinere schalen afwijkingen optreden. Dit onderzoek kan helpen om de oorsprong van het kosmische web beter te begrijpen. ASML AFSTUDEERPRIJS VOOR WISKUNDE Ruben Stienstra (RUN) bedacht een uitbreiding van de klassieke mechanica, die volledige beweging mogelijk maakt. De klassieke mechanica beschrijft de beweging van macroscopische systemen. Volgens deze theorie is beweging van een systeem niet altijd volledig. Een voorbeeld is een rollende knikker op een tafel. Na verloop van tijd bereikt de knikker de rand van de tafel en valt ervan af. Hierna is de beweging niet langer gedefinieerd. Daarom noemt men deze beweging onvolledig. In de kwantummechanica beschrijft men de microscopische wereld van atomen en elektronendeeltjes en is beweging juist altijd volledig (zonder begin en einde). Dat wil zeggen dat beweging te definiëren is op ieder tijdstip. Ruben onderzocht of hij vanuit deze volledige beweging een onvolledige klassieke beweging kon verkrijgen door de zogenaamde klassieke limiet te nemen. Hij gebruikte hierbij simulaties. Dat lukte niet, hij zag nog steeds volledige beweging. Vervolgens legde hij de omgekeerde weg af, van klassieke mechanica naar kwantummechanica. Het lukte hem om de klassieke mechanica zo aan te passen dat beweging daar in enkele situaties ook volledig werd.
© Copyright 2024 ExpyDoc