SmartDrive MX1+ Power assist voor rolstoelen Gebruikershandleiding max mobility, llc ® 5425 crossings boulevard nashville, tn 37013 usa p: 800.637.2980 f: 888.411.9027 www.max-mobility.com Rev. MX1.0+ UM-A 140711-SL Spec Sheet SmartDrive User’s Manual I Specificatieblad ® SmartDrive MX1+ Fabrikant: Max Mobility, LLC Adres: 5425 Crossings Blvd. Nashville, TN 37013 USA Power Assist voor rolstoelen Actieradius: 16 kilometer Maximumsnelheid (op vlakke weg): 7,2 km per uur Motorvermogen: 250 W Maximumsnelheid (bij 6 graden helling): Motorvoltage: 6,4 km per uur 24 V Bedrijfstemperatuur: -25 oC to 50 oC Theoretisch rijbereik bij constant gebruik: 11.7 Wh/km Theoretisch bereik bij manoeuvreren: 18.6 Wh/km Totaal gewicht: 8,9 kg Maximaal thermisch bereik op testbaan: 60 minuten / 462 m (zonder uitval) OPMERKING: De genoemde waarden zijn bij testen met een gebruiker van 113 kg. De afstand, snelheid, etc. variëren afhankelijk van de rijomstandigheden. Motor unit Model: SD1.0 Totale lengte: 36,3 cm Totale hoogte: 24,1 cm Totale breedte: Gewicht: Omni-wiel diameter: Omni-wiel breedte: 14,0 cm 5,0 kg 19,3 cm 7,1 cm Accu unit Model: SB1.0 Batterijtype: Lithium-Ion (Lithium Iron Phosphate) Elektrische lading: 10 Ah Nominale bedrijfsspanning: Totale lengte: Totale breedte: Totale hoogte: Gewicht: 24 V 37,8 cm 17,0 cm 6,1 cm 3,8 kg Aansluitingsvereisten voor de rolstoel Diameter rolstoelwiel: 22, 24, 25 of 26 inch Minimale diepte zitting: 30 cm Minimale breedte zitting: Maximale diepte zitting: Gewicht gebruiker: 25 cm 50 cm 36 - 113 kg De SmartDrive is getest en voldoet aan alle toepasselijke vereisten van de ANSI/RESNA Standards for Wheelchairs - Volume 1 and Volume 2. **De specificaties van een rolstoel, zoals die zijn verstrekt door de fabrikant, kunnen enigszins worden beïnvloed door het aanbrengen van de SmartDrive** Rev. MX1.0+ SS-A II max mobility ® Inhoudsopgave Specificatieblad I Inhoudsopgave II 1. Inleiding Beoogd gebruik van de SmartDrive . . . . . . Lees deze informatie voor gebruik. . . . . . . Waarschuwingen en veiligheidsmaatregelen. . Elektromagnetische interferentie (EMI). . . . Onderdelenlijst . . . . . . . . . . . . . . . 1 . 1 1 1 .3 . 3 2. SmartDrive installatie 5 Monteren van de rolstoel connector. . . . . . . 5 Monteren van de bedieningsknoppen. . . . . . 6 Bevestiging en verwijdering van de aandrijfunit. 7 Vastklemmen van de accu unit. . . . . . . . . 8 3. De SmartDrive bedienen 10 Ondersteuning AAN/UIT . . . . . . . . . . . 10 Switching Between States. . . . . . . . . . 10 Power-Assist Mode. . . . . . . . . . . . . . 10 Binnen modus. . . . . . . . . . . . . . . . 10 Remmen. . . . . . . . . . . . . . . . . . 11 Buiten modus. . . . . . . . . . . . . . . . 11 Gebruiksvoorwaarden . . . . . . . . . . . . 12 1. Accu 1. Onderhoud Reiniging. . . . . . . . . . . . . . . . . Rollers smeren en vervanging. . . . . . . Overig onderhoud . . . . . . . . . . . . . 12 13 . 13 . 13 . 13 2. Garantie 13 Contactgegevens fabrikant . . . . . . . . . . 13 3. EC Authorized Representative 13 SmartDrive Gebruikershandleiding 1 1. Inleiding Beoogd gebruik van de SmartDrive De Max Mobility SmartDrive, ondersteuningsapparaat voor de rolstoel, is uitsluitend bedoeld om geïnstalleerd te worden op handbewogen rolstoelen en daarmee gehandicapte personen, inclusief pediatrische patiënten, die in staat zijn om zowel een elektrisch aangedreven als een handbewogen rolstoel te bedienen, een middel te geven om hun mobiliteit te vergroten. Het is tevens uitsluitend bedoeld voor gebruik bij handbewogen rolstoelen die voldoen aan de “Aansluitingsvereisten voor de rolstoel”, zoals aangegeven in het Specificatieblad op pagina I van deze handleiding. Lees deze informatie voor gebruik Onjuist gebruik van de SmartDrive of de rolstoel waaraan deze is bevestigd, afhankelijk van de ondergrond, weersomstandigheden en verkeersomstandigheden, kan leiden tot mogelijk letsel en kan schade veroorzaken aan de rolstoel of de SmartDrive. Daarom mag de SmartDrive uitsluitend worden gehanteerd en gebruikt onder de volgende voorwaarden: • De gebruiker is zowel lichamelijk als geestelijk in staat om de rolstoel en het apparaat, onder alle denkbare om- standigheden en situaties, te hanteren en te bedienen. • De instructies over de behandeling en gebruik van de SmartDrive zijn bekend door het volledig lezen en begrijpen van deze gebruikershandleiding. • Er zijn geen technische aanpassingen aan het apparaat gedaan. • De gebruiker moet de tijd nemen om vertrouwd te raken met de wijze waarop de SmartDrive reageert en werkt door eerst de werking ervan te oefenen in een veilige omgeving, die vrij van risico’s is. Men moet vertrouwd raken met de herkenning van de hoepel aandrijving rem reactie, acceleratie/topsnelheid, enz. van het apparaat, alvorens er op uit te trekken met het apparaat naar locaties waar een potentieel risicovolle situatie kan bestaan. Het wordt daarom ten zeerste aangeraden om de SmartDrive niet buiten de deur te gebruiken, alvorens deze veilig bediend kan worden in een “binnenomgeving”. Gebruik de SmartDrive niet in geval van problemen of storingen en neem contact op met Max Mobility voor service/verdere instructies. Elk gebruik dat indruist tegen de aanwijzingen in deze gebruikershandleiding, de aanbevelingen van de dealer of tegen de technische limiteringen aangegeven door hetzij Max Mobility, dan wel de fabrikant van de rolstoel wordt beschouwd als misbruik van de SmartDrive. Max Mobility is niet aansprakelijk voor enig letsel of schade veroorzaakt door dit type misbruik. Waarschuwingen en veiligheidsmaatregelen In aanvulling op de waarschuwingen en veiligheidsmaatregelen welke in deze handleiding worden genoemd, moeten tevens alle waarschuwingen en veiligheidsmaatregelen van de fabrikant van de rolstoel in acht worden genomen. Het niet opvolgen hiervan kan leiden tot ernstig letsel of overlijden. Het hanteren of gebruiken van de SmartDrive door iemand die geen goede instructie heeft gekregen middels deze handleiding kan leiden tot ernstig letsel of overlijden. De SmartDrive is uitsluitend bedoeld om door één persoon te worden gebruikt. Gebruik of hanteer deze niet bij een rolstoel die door een andere persoon wordt geduwd. U MOET vertrouwd zijn met de reacties en prestaties van de SmartDrive, voordat u deze regulier gaat gebruiken. Probeer geen gebruik buitenshuis, alvorens u in staat bent deze veilig binnenshuis te gebruiken zonder dat u tegen wanden of andere voorwerpen botst. Door het aanbrengen van de SmartDrive aan uw rolstoel kan deze anders aanvoelen. Neem de tijd om gewend te raken aan dit nieuwe gevoel. Manieren om een rolstoel met SmartDrive op een veilige manier te gebruiken verschillen voor iedere afzonderlijke gebruiker afhankelijk van functie en vaardigheid. De specificaties van een rolstoel, zoals die zijn verstrekt door zijn fabrikant, kunnen enigszins worden beïnvloed door het aanbrengen van de SmartDrive. Maak geen gebruik van de lift om uw rolstoel te verplaatsten naar een andere verdieping. Er kan dan ernstig lichamelijk letsel optreden. (Vervolg op volgende bladzijde) 2 max mobility ® Leun niet naar achteren over de rugleuning om voorwerpen te pakken van achteren, aangezien dit er toe kan leiden dat de rolstoel naar achteren kantelt. Het centrale balanspunt van de rolstoel kan worden beïnvloed door de bevestiging van een SmartDrive. Verplaats uw gewicht of zitpositie niet in de richting waarnaar u reikt, aangezien de rolstoel naar achteren of zijwaarts kan kantelen. Kantel uw rolstoel niet, draai er niet mee rond, of maak geen wheely zonder hulp, tenzij u zeer vaardig bent. Het gebruik van anti-kiepwieltjes vermindert het risico aanzienlijk op achterover kantelen, wat tot ernstig letsel zou kunnen leiden. Als u bang bent om achterover te kantelen, gebruik dan anti-kiepwieltjes. Anti- kiepwieltjes behoeden u voor achteroverkantelen, maar beperken uw mogelijkheden om de stoep op te gaan of sommige andere manoeuvres. Op dezelfde manier als kinderen leren fietsten zonder zijwieltjes, kunt u leren om uw rolstoel te gebruiken met anti-kiep wieltjes. Het wordt ten ZEERSTE aangeraden om anti-kiepwieltjes te gebruiken op de rolstoel totdat de gebruiker gewend is geraakt aan het gebruiken van de SmartDrive in alle mogelijke omgevingen, situaties en omstandigheden. Probeer niet om een bewegende rolstoel te stoppen met de wielvergrendeling. Wielvergrendelingen zijn geen remmen. Ga niet op het frame van uw rolstoel staan. Uw rolstoel is niet ontworpen voor training met gewichten en is onveilig om te gebruiken als zitplaats, terwijl u met gewichten traint. Training met gewichten vanuit uw rolstoel verandert op aanzienlijke wijze de stabiliteit van uw stoel en kan er toe leiden dat deze omkantelt. Zorg er voor dat de accu is opgeladen, voordat u hem gaat gebruiken. Schakel het apparaat altijd uit als uw rolstoel is geparkeerd om te voorkomen dat deze zich per ongeluk in werking stelt. De SmartDrive is niet ontworpen om er mee in zware regen/sneeuw te rijden of op natte/verijsde ondergrond. Dit kan storing of schade tot gevolg hebben. Gebruik het niet onder deze omstandigheden of op deze ondergronden. Gebruik het niet op ruw terrein, gladde oppervlakken, extreme hellingen, of op een losse ondergrond. Dit kan letsel veroorzaken of schade aan uw SmartDrive en de garantie doen vervallen. Betracht grote voorzichtigheid, wanneer u een rolstoel met SmartDrive in gesloten ruimten gebruikt. Overweeg de stroom uit te zetten om de kans op schade of letsel te verkleinen. Betracht grote voorzichtigheid, wanneer u een rolstoel met SmartDrive gebruikt, wanneer u zich in de buurt van straten bevindt. Overweeg de stroom uit te zetten om de kans op schade of letsel te verkleinen. De buiten modus van de SmartDrive is niet bedoeld om binnen te gebruiken. Wees voorzichtig wanneer u deze modus gebruikt, in het bijzonder binnenshuis. Voor wat betreft het omhoog en omlaag rijden op hellingen, volg hierbij de instructies van de diverse rolstoelfabrikanten op, zoals aangegeven. Het nemen van een stoeprand of obstakels kan leiden tot omkantelen en tot ernstig lichamelijk letstel. Als u er aan twijfelt of u veilig over een stoeprand of obstakel kunt komen, vraag dan ALTIJD hulp. Wees kritisch over uw rijvaardigheden en omtrent uw persoonlijke beperkingen. Oefen nieuwe vaardigheden alleen met hulp van een begeleider. Wanneer u hoofdwegen, kruisingen, spoorwegovergangen of snelwegen oversteekt, evenals het geval dat u lange, steile hellingen neemt, zorg er dan voor dat u altijd iemand bij u hebt in het belang van uw eigen veiligheid. Wees altijd voorzichtig, wanneer u instapt in of uitstapt uit de rolstoel. Iedere mogelijke voorzorgsmaatregel moet worden genomen om de te overbruggen afstand te minimaliseren en u dient te controleren of de wielvergrendeling is ingeschakeld, zodat de wielen niet kunnen bewegen. Schakel tevens altijd de stroom uit en ontkoppel de SmartDrive-unit, wanneer u in en uit uw stoel stapt. De SmartDrive is niet ontworpen om over hoge stoepranden/traptreden te rijden. Doe dit uitsluitend als dat niet anders kan en vraag altijd om assistentie. De SmartDrive is ontworpen om te worden gebruikt met een kussen op de zitting. Het wordt ten stelligste aangeraden om een kussen op de zitting in uw rolstoel te gebruiken, wanneer u de SmartDrive gebruikt. Probeer niet om de SmartDrive aan te brengen aan een rolstoel die niet voldoet aan de specificaties die zijn aangegeven in “Aansluitingsvereisten voor de rolstoel” op het specificatieblad op bladzijde I van deze handleiding. Iedere aanpassing aan de SmartDrive kan de garantie doen vervallen en kan een veiligheidsrisico opleveren. NB: Afbeeldingen in deze handleiding kunnen enigszins afwijken van uw SmartDrive SmartDrive Gebruikershandleiding 3 Elektromagnetische interferentie (EMI) Elektromagnetische interferentie wordt veroorzaakt door bronnen die radiogolven uitzenden. Voorbeelden hiervan zijn radio/ tv-zenders, ontvangers, transceivers [zenden en ontvangen signalen], mobiele telefoons, walkietalkies, enz. In de dagelijkse omgeving zijn er vele bronnen van EMI, waarvan sommige te vermijden zijn en andere waarvan men zich niet eens bewust is. Elektrisch aangestuurde apparaten, zoals de SmartDrive, zijn gevoelig voor EMI, zowel sterke als zwakkere, die uitgezonden worden door dit type zenders, evenals voor elektrostatische ontlading (ESD) en geleide bronnen. Deze interferenties kunnen leiden tot het onbedoeld activeren van de motor van de SmartDrive, of tot beschadiging van het besturingssysteem, hetgeen een potentieel veiligheidsrisico kan opleveren of kostbare reparaties tot gevolg kan hebben. Iedere aangedreven rolstoel of elektrisch hulpapparaat is slechts tot op een bepaald niveau bestand tegen EMI, wat ook wel het “immuniteitsniveau” wordt genoemd. Hoe hoger het immuniteitsniveau, hoe lager risico het apparaat loopt op interferentie. Van een immuniteitsniveau van 20 V/m wordt aangenomen dat het voldoende bescherming biedt tegen bronnen die wij op dagelijkse basis tegenkomen. De SmartDrive is getest en daarvoor is vastgesteld dat het immuun is tot dit immuniteitsniveau van 20 V/m. Hoewel voldoende beschermd tegen EMI, kunnen aanpassingen aan de stoel of het aanbrengen van accessoires de immuniteit beïnvloeden. Onderdelen van andere leveranciers hebben onbekende EMI-eigenschappen en hun interactie met de SmartDrive is niet getest. Elektromagnetische energie wordt in toenemende mate sterker naarmate u dichter bij de bron daarvan komt. Daarom wordt het aangeraden om de SmartDrive niet te gebruiken in de dichte nabijheid van bronnen van radiogolven. Er kunnen drie categorieën van EMI-bronnen worden onderscheiden: 1. Langegolftransceivers: Dit zijn bronnen van lange radiogolven, waaronder commerciële radio- en televisiezendmasten en amateurzendinstallaties (ham). 2. Middengolf-, mobiele transceivers: Dit zijn bronnen van potentieel sterke radiogolven, inclusief tweeweg-radio’s zoals die worden gebruikt door voertuigen van noodhulpdiensten, tractortrailers en taxi’s. 3. Handtranceivers: Dit zijn bronnen met een relatief lage golfsterkte, maar deze kunnen dicht bij uw rolstoel komen, zoals walkietalkies, 27 MC-band-zenders (CB), mobiele telefoons en andere persoonlijke communicatieapparatuur. De volgende apparatuur veroorzaakt waarschijnlijk geen EMI-problemen: draadloze telefoons, MP3/cd-spelers, televisietoestellen en AM/FM-radio’s. Indien de SmartDrive zich onbedoeld activeert, schakel deze dan zo snel als dat veilig mogelijk is uit en meld het incident aan Max Mobility [geef daarbij de bron van de EMI aan, die het dichtste bij was, toen het incident zich voordeed]. VS/Canada Dit apparaat voldoet aan onderdeel 15 van de FCC-regels. Het gebruik is onderworpen aan de volgende twee voorwaarden: (1) Dit apparaat mag geen schadelijke interferentie veroorzaken; en (2) dit apparaat moet bestand zijn tegen enig type interferentie, inclusief interferentie die ongewenste activering veroorzaakt. Iedere verandering of aanpassing die niet nadrukkelijk is goedgekeurd door de partij die verantwoordelijk is voor de naleving, kan de bevoegdheid van de gebruiker beëindigen om het apparaat te bedienen. Onderdelenlijst (zie afbeeldingen op volgende bladzijde) 1. Accu unit 7. Handvat van de aandrijfunit 13. Handvat van de accu unit 2. Drukknoppen 8. LED-lampje op de aandrijfunit 14. Aansluiting bedieningsknoppen 3. Stekker bedieningsknoppen 9. Stekker accu unit 15. Houder voor stekker 4. Klem /connector rolstoel 10. Kabel 16. LED-lampje bedieningsknop 5. Aandrijfunit 11. Clip accu unit 17. Velcro lus bedieningsknop 6. Rollers 12. Omni aandrijfwiel 4 max mobility ® 2 1 2 3 4 5 11 10 9 7 8 16 15 17 13 12 6 14 SmartDrive Gebruikershandleiding 5 2. SmartDrive installatie NB: Raadpleeg de afzonderlijke handleiding voor rolstoelen met een vouwframe en ga door naar stap 4 van de sectie “Vastklemmen van de accu unit”. Monteren van de klem / connector op de rolstoel De klem / connector van de SmartDrive is ontworpen om permanent te worden bevestigd aan de asbuis van de rolstoel, terwijl het tegelijkertijd een gemakkelijke aan- en afkoppeling van de aandrijfunit mogelijk maakt. Schuif het meegeleverde rubber inzetstuk over de asbuis (controleer de diameter, zie tabel hieronder). Gebruik een 5 mm inbussleutel om de twee (2) schroeven aan te draaien om de klem te bevestigen aan de asbuis. De positie en richting zoals hieronder aangegeven zijn cruciaal voor het correct functioneren van de SmartDrive en moeten worden gevolgd: Op de zijkant van de rubber inzetstukken staan punten (of nummers) om aan te geven op welke diameter asbuis deze past: geen punten 1.35” of 35 mm •• 1.125” of 30 mm • ••• 1.25” of 32 mm 1.0” of 25 mm LET OP: Wanneer de schroeven voldoende aangedraaid zijn zullen de voor- en de achterkant van de klem elkaar niet raken. Zoals hiernaast afgebeeld moet er ruimte overblijven tussen de twee delen. Te hard aandraaien (meer dan 5 Nm) kan de delen doen breken tijdens de montage. 1. Zorg dat “MAX” op de voorkant van de klem rechtop staat. De uitstekende delen aan de zijkant van de klem moeten naar achteren worden geplaatst loodrecht ten opzichte van de grond, waarbij de stoel [met de berijder erin] zich op een vlakke ondergrond bevindt. 2. De klem moet in het midden tussen de twee wielen van de rolstoel op de asbuis worden aangebracht. De twee (2) schroeven moeten worden aangedraaid tot 5 Nm om de klem daarmee in de juiste positie en richting vast te zetten. Doet u dit niet, dan kan dit tot gevolg hebben dat de rolstoel niet rechtuit rijdt of stuurt en/of dat de klem beweegt tijdens gebruik, met als gevolg dat de SmartDrive niet goed functioneert. Aanpassingen aan de rolstoel kunnen gevolgen hebben voor de positie of richting van de klem van de SmartDrive. Stel de klem dus bij, iedere keer als er veranderingen aan de rolstoel zijn aangebracht. 6 max mobility ® Monteren van de bedieningsknoppen op de rolstoel De twee (2) SmartDrive bedieningsknoppen zijn eenvoudig te monteren aan elke kant van het frame van de rolstoel zodat deze goed te bedienen zijn zonder uw handen van de hoepels weg te halen. 1. Duw het klittenband door de gleuf in de rubberen achterkant van de knop. Maak een lus om de framebuis van de rolstoel en voer het dunne uiteinde van het klittenband door de gleuf in het bredere uiteinde. Trek het vervolgens stevig aan en druk daarna het uitstekende deel tegen de achterkant zodat deze aan elkaar vast klitten. Zorg ervoor dat de groene Led omhoog wijst en de kabel die uit elke knop komt, naar de achterkant van de rolstoel loopt. De plug van de kabel moet dan aan de linker voorzijde van de zitting hangen (zie hieronder). LET OP: Als de zitting van de rolstoel met schroeven is vastgezet, schroef deze dan los en voer het klittenband onder de metalen strip door (en draai de schroeven weer vast) om zodoende de bedieningsknop dichterbij de hoepels te kunnen zetten. 2. Gebruik de meegeleverde stukjes klittenband om de kabels van de bedieningsknoppen vast te zetten op de zitbekleding. Laat de kabel van de rechter bedieningsknop via de achterkant van de zitting weer naar voren lopen. De ideale positie van het Y -verbindingsstuk is hiernaast afgebeeld. Wees er zeker van dat de kabel niet uitsteekt en dus niet in de spaken van de wielen terecht kan komen. 3. Plaats het kussen op de zitting waardoor de kabels nog beter vast zitten. Nogmaals, de plug van de kabel moet aan de linker voorzijde van de zitbekleding hangen en onder het zitkussen vandaan komen. SmartDrive Gebruikershandleiding 7 Bevestiging en verwijdering van de aandrijfunit De SmartDrive is zo ontworpen dat de gebruiker deze gemakkelijk kan bevestigen aan de klem / connector, zodat het snel bevestigd/ verwijderd kan worden als dat gewenst of noodzakelijk is. Door middel van het handvat en het “klik- en vergrendelmechanisme” is het voor iedere gebruiker zeer eenvoudig om de SmartDrive te bevestigen. 1. Om de aandrijfunit aan de rolstoel te bevestigen moet u de uitstekende delen van de klem / connector uitlijnen met de bevestigingsgleuven aan de voorkant van en onderaan de aandrijfunit [de aandrijfunit zal daarbij iets hoger dan horizontaal zijn]. Laat vervolgens de aandrijfunit over de uitstekende delen van de klem zakken. 2. Draai de unit naar beneden, zodat de unit scharnierend wordt bevestigd aan de klem en daarmee aan de rolstoel 3. Door zijn eigen gewicht zal het omni-wiel van de aandrijfunit op de grond rusten tussen de achterwielen van de rolstoel. Om de unit te verwijderen moet u het handvat stevig vastpakken en deze stappen in omgekeerde volgorde uitvoeren; eerst de unit omhoog draaien en dan van de klem tillen. Probeer nooit om de aandrijfunit uit de klem te halen, terwijl u nog in de rolstoel zit. Dit kan een ernstig risico op omkantelen en dus letsel opleveren. 8 max mobility ® Vastklemmen van de accu unit LET OP: Raadpleeg de afzonderlijke handleidingen voor rolstoelen met een vouwframe, rolstoelen met minder dan 5 cm vrije ruimte onder de zitbekleding en andere situaties (bijvoorbeeld sta-op rolstoelen) waarbij bevestigen van de accu unit moeilijk is; ga daarna door met stap 4 van deze sectie. De accu unit is voorzien van een grote clip om deze aan de zitting van de rolstoel te bevestigen. De accu unit is ontworpen om bevestigd te worden / te hangen aan de onderzijde van de zitbekleding. Er is een houder voor de stekker aanwezig aan de achterzijde van de accu unit om de kabel op zijn plaats te houden en er is een handvat om de unit te dragen/tillen. 1. Pak de accu unit op met behulp van het handvat dat zich aan het einde van de clip bevindt. 2. Breng de accu unit voor de voorkant van de zitting van de rolstoel. Positioneer de zitbekleding tussen de onderkant van de clip en de bovenkant van de behuizing van de accu unit. Hou de plug voor de bedieningsknoppen opzij en schuif de unit naar achteren totdat de voorkant van de zitbekleding het handvat raakt. 3. Schuif de accu unit zo ver mogelijk naar achteren door tegen de voorkant van de unit te duwen. Plaats vervolgens de plug van de bedieningsknoppen in aansluiting aan de voorkant van de accu. De vrije ruimte onder de zitting moet ten minste 5 cm bedragen om de accu unit goed te laten passen. Bulten of bobbels in de zitting van de rolstoel, veroorzaakt door de accu unit, kunnen leiden tot pijnlijke zitplekken. Staak het gebruik van de SmartDrive, wanneer dit het geval is. SmartDrive Gebruikershandleiding 9 4. Neem ten slotte de stekker uit de stekkerhouder en plug deze in de bovenkant van de aandrijfunit. Om de stekker op de juiste wijze in te pluggen moeten de witte pijltjes op de stekker zich aan de bovenkant bevinden. Wanneer de aansluiting correct heeft plaats gevonden zal het groene LED-lampje aan de bovenkant van de unit worden verlicht en zal de unit twee (2) piepsignalen geven. De stekker vergrendelt zich automatisch wanneer deze, door een duwende beweging, volledig in de plug zit. 5. Om de accu unit van de aandrijf unit te ontkoppelen, trekt u de buitenste ring (in blauw aangegeven in de afbeelding hiernaast) omhoog. Wees uitermate voorzichtig, indien u probeert om de stekker in te pluggen of te verwijderen, wanneer u nog in de rolstoel zit. Dit kan een ernstig risico op omkantelen en dus letsel opleveren. Gebruik de rolstoel nooit als ondersteuning, wanneer u de accu unit aanbrengt/verwijdert. Houdt u zichzelf vast aan een vast object [bijv. een railing, zitting van een auto, e.d.] wanneer u de accu installeert. 10 max mobility ® 3. De SmartDrive bedienen Ondersteuning AAN/UIT De gebruiker van een met een Smartdrive uitgeruste rolstoel kan de ondersteuning gebruiken, wanneer men maar wil, of men kan het apparaat uitzetten en de rolstoel gebruiken alsof de SmartDrive niet aan de stoel was bevestigd. Wanneer een opgeladen accu wordt ingeplugd in de aandrijfunit, staat de SmartDrive in eerste instantie UIT. Dit wordt aangegeven doordat het groene LED-lampje op de bovenkant van de bedieningsknoppen niet zijn verlicht en door twee (2) harde piepsignalen. In deze status kan er geen gebruik worden gemaakt van ondersteuning door de gebruiker van de rolstoel. De gebruiker kan duwen, draaien of remmen zoals men wenst, zonder merkbare frictie of weerstand van het omni-wiel. De rolstoel is dan een volledig functionele, handbewogen rolstoel, zonder ondersteuning. Schakelen tussen de modi Wanneer er ondersteuning is gewenst, kan de gebruiker de SmartDrive IN-schakelen door één van de bedieningsknoppen langer dan een halve seconde in te drukken. De SmartDrive gaat weer naar OFF, iedere keer dat de accu voor de eerste keer wordt aangesloten op de aandrijfunit. Door op één van de bedieningsknoppen te drukken en deze weer los te laten, schakelt de unit naar AAN en is klaar om ondersteuning te leveren. Er wordt één (1) hard piepsignaal gegeven door de aandrijfunit als indicatie aan de gebruiker dat het apparaat AAN staat. Tevens wordt het groene LED-lampje aan de bovenzijde van beide bedieningsknoppen verlicht als de SmartDrive AAN staat. Het kan UIT-geschakeld worden door één van de bedieningsknoppen langer dan een halve seconde in te drukken, waarna de verandering van de status van de aandrijfunit wordt aangegeven door twee (2) harde piepsignalen en het groene LED-lampje aan de bovenzijde van beide bedieningsknoppen, dat uitgaat. Om de SmartDrive in UIT stand te zetten mag de motor niet draaien. Ondersteuningsmodus De SmartDrive heeft twee ondersteuningsmodi, die de gebruiker helpt bij de meeste situaties die men tegenkomt in het dagelijks leven. De eerste is de Binnen Modus en de tweede wordt de Buiten Modus genoemd. Deze tweede modus is ideaal voor speciale momenten waarop snellere activering van de motor nodig is zoals op hellingen en dik tapijt en wanneer er uiteenlopende omgevingsfactoren zijn. Wanneer de SmartDrive de AAN status heeft en de motor niet geactiveerd is kan men schakelen tussen de modi door op één van de bedieningsknoppen te drukken en deze snel weer los te laten. De verandering van de modus wordt aangegeven door één (1) hard piepsignaal en het groene LED-lampje aan de bovenzijde van beide bedieningsknoppen (dat of continu brand of knippert). Binnen Modus Wanneer men de ondersteuning IN-schakelt, staat de SmartDrive aanvankelijk in de Binnen Modus. Dit wordt aangegeven door de continu verlichte groene LED aan de bovenzijde van beide bedieningsknoppen. In deze modus is de SmartDrive in staat om te herkennen wanneer u de rolstoel met de hoepels een duw voorwaarts geeft. Op zijn beurt zal het apparaat het omni-wiel activeren dat duwondersteuning geeft, op een snelheid die gelijk is aan die welke u met de duw via hoepels bereikt heeft. De SmartDrive is in staat om van iedereen zijn individuele “duw” te herkennen, dus u hoeft uw hoepeltechniek niet aan te passen. Dat is ideaal voor alledaags (binnenshuis) gebruik, aangezien dit het aantal duwbewegingen vermindert die u normaal zou maken. De SmartDrive is ontworpen om de gebruiker te blijven ondersteunen tot het moment dat het een rembeweging waarneemt of uitgeschakeld wordt door op één van de bedieningsknoppen te drukken [beide beschreven in de sectie Remmen] of wanneer een andere, snellere hoepel beweging voorwaarts wordt uitgevoerd. In dat laatste geval zal de SmartDrive versnellen en ondersteuning geven op de snelheid die de gebruiker met de snellere hoepel beweging bereikt heeft. Wanneer er enige storing of problemen met de duw detectie/rem detectie /bedieningsknoppen zijn met de SmartDrive, stop dan met het gebruik van het apparaat en neem contact op met Max Mobility voor verdere ondersteuning. De SmartDrive is in staat om diverse soorten hoepel aandrijvingen te herkennen. Verander de normale manier waarop u de hoepel aandrijft niet, aangezien dit tot toekomstig letsel kan leiden. In aanvulling op remmen met de hoepels in de Binnen Modus kan de ondersteuning ten allen tijde onderbroken worden door snel één van de bedieningsknoppen in te drukken en snel weer los te laten. U dient voorzichtig te zijn, wanneer u met de SmartDrive naar beneden rijdt. Overweeg om het apparaat UIT te zetten, wanneer u een heuvel afgaat. De acceleratie van de SmartDrive kan er voor zorgen dat de rolstoel achterover kantelt, wat letsel tot gevolg kan hebben. Het wordt aanbevolen, dat de gebruiker daarom enigszins naar voren leunt om omkantelen te voorkomen. SmartDrive Gebruikershandleiding 11 Remmen Buiten dat de SmartDrive kan herkennen wanneer de hoepels (handmatig) worden aangedreven, kan het ook voelen, wanneer er wordt geremd. Wanneer de gebruiker de rolstoel afremt door in de hoepels te knijpen, zal de aandrijfunit dit waarnemen en de ondersteuning deactiveren. Als daarna weer een duwbeweging wordt gemaakt, zal de ondersteuning weer inschakelen en de gebruiker weer voortduwen. Naast remmen kan een gebruiker, die de ondersteuning wil stoppen, dit op ieder moment doen door op één van de bedieningsknoppen te drukken. Het apparaat zal in de huidige modus blijven als de ondersteuning is gestopt door op de knop te drukken. Wanneer er enige storing of problemen met de duw detectie/rem detectie /bedieningsknoppen zijn met de SmartDrive, stop dan met met gebruik van het apparaat en neem contact op met Max Mobility voor verdere ondersteuning. Ook als u gebruik maakt van de SmartDrive, blijft u gebruik maken van de normale, gangbare remtechnieken. In sommige situaties, vooral bij hogere snelheden zult u harder moeten remmen om de ondersteuning uit te schakelen In aanvulling op remmen kan de ondersteuning ALTIJD onderbroken worden door op één van de bedieningsknoppen te drukken. Wees u altijd bewust welke modus u gebruikt door naar de groene LED’s op de bovenkant van de bedieningsknoppen te kijken Buiten Modus De tweede modus is de Buiten Modus. Wanneer de SmartDrive op de Binnen Modus staat en de motor niet draait kan men overschakelen naar de Buiten Modus door op één van de bedieningsknoppen te drukken en deze snel weer los te laten [de aandrijfunit geeft één (1) hard piepsignaal]. Tevens gaat de groene LED aan de bovenzijde van beide bedieningsknoppen knipperen in de Buiten Modus. Controleer regelmatig in welke modus u de SmartDrive heeft door naar deze LED’s te kijken. In deze modus is er een ‘Easy Start’ waarmee de gebruiker de motor sneller activeert en één van de vier voorgeprogrammeerde snelheden wordt bereikt. De vier snelheden zijn 2,4 km/h, 4,0 km/h, 5,6 km/h en de maximale snelheid die vermeld staat op het Specificatieblad [zie pagina I]. De SmartDrive meet de snelheid die u met een hoepelbeweging bereikt waarna de motor activeert en u op de snelheid die het dichtst bij één van de snelheden ligt, brengt en houdt. Als de motor geactiveerd is op een lagere snelheid dan de maximale snelheid, kan een hogere snelheid worden bereikt door snellere / hardere hoepelbeweging voorwaarts te maken. De ‘Easy Start’ activering in de Buiten Modus is vooral handig op een steile heuvel, helling, oprit enz. waar het wellicht moeilijker is om, in de Binnen Modus, voldoende snelheid te maken die nodig is om de ondersteuning te activeren. In de Buiten Modus, is de ondersteuning ALLEEN uit te schakelen door op één van de bedieningsknoppen te drukken. Wanneer u een voorwaartse hoepelbeweging heeft gemaakt en de motor is geactiveerd, hou dan uw handen nabij de hoepels en de bedieningsknoppen zodat u de motor direct kunt uitschakelen wanneer remmen/uitschakelen nodig is. Iedere keer dat de ondersteuning in de Buiten Modus door een druk op één van de bedieningsknoppen wordt gestopt, zal automatisch gedurende drie (3) seconden een terugrolweerstand worden geleverd die ervoor zorgt dat de rolstoel en de gebruiker niet achteruit rolt hetgeen in het bijzonder nuttig is op heuvels en hellingen. Wanneer de terugrolweerstand niet is geactiveerd zal SmartDrive vrij achteruit rollen. De SmartDrive zal in de Buiten Modus blijven nadat de ondersteuning is gestopt door een druk op de bedieningsknop. Een hoepelbeweging zal de motor opnieuw activeren en NOGMAALS, deze is alleen uit te schakelen door een druk op de knop. Wanneer de motor niet draait kan men terugkeren naar de Binnen Modus door op één van de bedieningsknoppen te drukken en deze snel weer los te laten; de aandrijfunit zal één (1) hard piepsignaal geven en de groene LED op beide bedieningsknoppen zal continue gaan branden. Schakel de ondersteunings modus UIT door, bij niet draaiende motor, één van de bedieningsknoppen langer dan een halve seconde in te drukken. Het uitschakelen wordt aangegeven door twee (2) harde piepsignalen en het groene LEDlampje van beide bedieningsknoppen, dat uitgaat De buiten modus van de SmartDrive is niet bedoeld om binnen te gebruiken. Wees voorzichtig wanneer u deze modus gebruikt, in het bijzonder binnenshuis.. Om de bedieningsknoppen eenvoudig te kunnen bedienen moeten deze in de nabijheid van de hoepels worden geplaatst . De acceleratie van de SmartDrive kan er voor zorgen dat de rolstoel achterover kantelt, wat letsel tot gevolg kan hebben. Het wordt aanbevolen, dat de gebruiker daarom enigszins naar voren leunt om omkantelen te voorkomen. Wees extra voorzichting bij alle heuvels, hellingen, oprijplaten, etc. (Continued on next page) 12 max mobility ® Vooral op steile hellingen en/of bij erg zware rolstoelgebruikers kan de terugrolweerstand mogelijk langzaam achteruit rollen niet voorkomen . De terugloopweerstand is geen parkeerrem. Als stiltaan op een helling gewenst is zet dan de rolstoel vast met de remmen. Gebruiksomstandigheden De SmartDrive is ontworpen voor de gangbare gebruiksvoorwaarden die een handbewogen rolstoel in het dagelijks leven tegenkomt. Max Mobility raadt u aan om het gebruik van het apparaat te beperken tot binnenshuis en licht gebruik buitenshuis. U dient alle gebruiksvoorwaarden die door de fabrikant van uw rolstoel zijn aangegeven, altijd op te volgen in aanvulling op het vermijden van het volgende: • • • • Hoogpolig tapijt Gladde of natte tegels Losse modder of grind Stilstaand water • • • • Verijsde ondergronden Ruw terrein Zeer steile hellingen Hevige regen of sneeuw Het totale gewicht van de volledig gemonteerde SmartDrive is 8,9 kg. Dit gewicht moet meegerekend worden met het totale belastbare gewicht voor de rolstoel. Het maximaal toegestane belastbare gewicht, zoals aangegeven door uw rolstoelfabrikant, mag nooit worden overschreden door toevoeging van de SmartDrive. Indien een onderdeel van de SmartDrive per ongeluk nat is geworden, moet de gebruiker het gebruik staken en het minstens 12 uur laten drogen voordat men het weer gaat gebruiken. De bedrijfstemperaturen van de SmartDrive zijn -25 oC en 50 oC Wanneer er enige storing of problemen zijn met de SmartDrive, stop dan met het gebruik van het apparaat en neem contact op met Max Mobility voor verdere ondersteuning. 4. Accu Hoewel de accu van de SmartDrive zeer klein en compact is, kan deze een grote hoeveelheid stroom opslaan. Foutieve behandeling of opslag kan schade aan dit onderdeel veroorzaken en in sommige gevallen resulteren in schokken, brandwonden of in brand De accu-unit bevat oplaadbare Lithium Iron Phosphate batterijen die de SmartDrive van stroom voorzien. Als het nieuwste in lithium-ion-technologie geven deze batterijen een aanzienlijk langere gebruiksduur en sneller oplaadvermogen, dan standaard lithium-ion-batterijen De groene LED’s op de bovenkant van de bedieningsknoppen geven aan wanneer het niveau van de accu lading te laag is geworden. De LED’s zullen dan drie (3) keer achter elkaar gaan knipperen als de SmartDrive UIT is (niet in Binnenmodus of Buitenmodus staat) en de capaciteit van de accu 30% of minder is . De accu moet dan zo snel mogelijk worden opgeladen. Om te voorkomen dat u zonder lading komt wordt bij dagelijks gebruik aanbevolen om de accu elke nacht te laden. De levensduur van de accu zal niet worden verkort door het opladen van een niet volledig ontladen accu. Voorkom dat de accu nat wordt, aangezien dit kortsluiting kan veroorzaken. Het wordt tevens aanbevolen om de stekker altijd terug te plaatsen in de stekkerhouder op de accuunit in het geval deze niet is ingeplugd in de aandrijfunit. Het langdurig opslaan [langer dan 3 maanden] van de accu zal de spanning doen verminderen door spontane ontlading. Laadt, voordat u de accu voor langere tijd opslaat, deze op tot ten minste 30% en sla deze niet op waar de temperatuur te hoog is of waar er hoge vochtigheid heerst. Sla en laad de accu altijd op in een koele, droge omgeving. Warme en vochtige omgevingen kunnen de unit beschadigen of korstsluiting veroorzaken, hetgeen een kostbare vervanging betekent. Voorkom dat de accu unit valt. Zorg ervoor dat de accu unit nooit nat wordt. Dit kan kortsluiting of permanente schade aan de accu unit veroorzaken. Gebruik uitsluitend de meegeleverde oplader om de accu van de SmartDrive op te laden. Andere opladers kunnen schade veroorzaken aan de unit of kunnen brand veroorzaken. SmartDrive Gebruikershandleiding 13 Gooi de accu unit niet weg. Verwijder de accu aan het einde van zijn gebruiksduur door deze op de juiste wijze te recyclen of stuur deze terug naar Max Mobility. 5. Onderhoud Reiniging Reiniging van de SmartDrive en alle onderdelen kan worden gedaan door deze met een vochtige doek af te nemen. Dit moet minstens iedere maand worden gedaan of zo vaak als nodig is. Roller vervanging en smering Het omni-wiel bevat 16 rubberen rollers die afhankelijk van de rijomstandigheden na langdurig gebruik kunnen slijten. Deze rollers kunnen worden vervangen. Tevens kan strooizout (bij sneeuw) corrosie van de lagers van de rollers veroorzaken dat van invloed is op de prestatie. Het smeren van deze lagers, zal de levensduur verlengen. Neem contact op met uw dealer voor meer informatie over de vervanging / onderhoud van de rollers van uw SmartDrive. Overig onderhoud Neem contact op met Max Mobility of met uw dealer voor enig ander onderhoud of vervanging dat/die nodig is voor het apparaat. 6. Garantie Max Mobility verleent 2 jaar garantie op fabricagefouten. De onder deze garantie vallende verplichting van Max Mobility is beperkt tot het repareren of vervangen van een onderdeel/onderdelen, die defect zijn bevonden. Ieder onderdeel van het systeem dat door ons wordt vervangen, zal naar ons goeddunken worden vervangen door een ander functionerend en werkend onderdeel. Deze garantie komt te vervallen, indien: 1) het product niet is gebruikt volgens de richtlijnen zoals die zijn gegeven in de gebruikershandleiding, 2) wanneer ons personeel vaststelt dat defecten het gevolg zijn van onjuist gebruik, 3) er modificaties of wijzigingen van welke aard dan ook zijn aangebracht aan het elektrische circuit of aan de fysieke constructie, of 4) defecten het gevolg zijn van overmacht, zoals blikseminslag, abnormale voltage, of gedurende transport naar het afleveradres van de klant. Max Mobility is niet aansprakelijk voor enige schade aan iemands rolstoel, als gevolg van het aansluiten of gebruiken van de SmartDrive. Contactgegevens van de fabrikant . . . . . . . Importeur voor Nederland en België Fabrikant: Max Mobility, LLC Importeur: Adres: 5425 Crossings Blvd. Adres: Antioch, TN 37013 USA Antwerpseweg 13/1 2803 PB Gouda Nederland Telefoon Fax: Website: Email: (800) 637-2980 (888) 411-9027 www.max-mobility.com [email protected] +31 (0)182-573833 +31 (0)182-572312 www.doubleperformance.nl [email protected] Telefoon Fax: Website: Email: Double Performance BV 7. European Commission (EC) Authorized Representative Advena Ltd. Pure Offices Plato Close Warwick CV34 6WE United Kingdom 5425 crossings boulevard, nashville, tn 37013 usa • p: 800.637.2980 • f: 888.411.9027 • www.max-mobility.com
© Copyright 2025 ExpyDoc