1 Lopend Vuur 6 cb.indd

>>LopendVuur06
De krant van de Nederlandse Topsport >>september 2014
Technisch directeur
Kees Rodenburg:
“Iedereen zit te wachten tot
je een keer verliest” > 4
Paralympische zeilploeg
moet opnieuw beginnen
richting Rio 2016 > 5
Mark Huizinga blikt terug
op YOG Nanjing 2014:
“Dit evenement had een
Olympische uitstraling” > 5
Het Talent Maaike de Waard:
“Zwemmen is mijn leven” > 8
Nieuwe normen en limieten voor Rio 2016
Reële kans op
top 8-notering staat
centraal”
>> Het kwalificatiesysteem zoals zich
dat in de afgelopen dertig jaar heeft
ontwikkeld en dat tot en met de laatste
Zomerspelen werd toegepast, was rijp
voor een heroverweging; daar was
iedereen het wel over eens. “Het leek
ons goed om onszelf de kritische vraag
te stellen op welke punten het systeem
zou kunnen worden aangepast”, aldus
Maurits Hendriks. “Daarom zijn we na
Londen gestart met een uitgebreide
evaluatie, waarbij alle betrokkenen zijn
gehoord.”
Tijdens de presentatie van de nieuwe
normen en limieten in de Arnhemhal
op Papendal, benadrukte de technisch
directeur nog maar eens dat een positie in de top 10 van succesvolste landen
op de Spelen het uitgangspunt is en
blijft. “Met daarbij de ambitie om het
aantal sporten dat kans maakt op podiumplaatsen duurzaam te vergroten.
FOTO:SPORTFOTOGRAFIE.NL
Na een lange tijd van voorbereiding, die is gestart na de
Spelen in London, is op 10 september jl. het aangepaste
kwalificatiesysteem van normen en limieten voor de
Olympische en Paralympische Spelen in Rio de Janeiro
wereldkundig gemaakt. Chef de mission Maurits Hendriks
over de ins and outs van het nieuwe traject.
Dat betekent dat we zo veel mogelijk
kansrijke starts willen realiseren.”
Maurits Hendriks: “Onze ambitie om bij de tien beste landen van de wereld te behoren staat onverminderd overeind.”
Die ambitie wordt dus nagestreefd
met een nieuwe formule. Uit de
evaluatie zijn drie punten naar voren
gekomen die voor verbetering en
wijziging vatbaar waren. De meest
in het oog springende verandering
heeft betrekking op het systeem
van nomineren en het tonen van
vormbehoud. Dat wordt in zijn huidige
vorm afgeschaft, het systeem is
voortaan gericht op directe
kwalificatie. “‘Vormbehoud’ was een
leeg begrip geworden”, legde
Hendriks uit. “Zelden tot nooit
mislukte de poging tot vormbehoud,
maar het leidde de focus af. Een
sporter wil zich zo goed mogelijk
voorbereiden op de Spelen, daarbij
leidde de eis om vormbehoud te tonen
af van het werkelijke doel: optimaal
presteren op de Spelen. Het zat een
goede voorbereiding op de Spelen
dus in de weg.”
Drie systemen
Het streven was en is dat NOC*NSF
alleen sporters naar de Spelen afvaardigt die daar ook daadwerkelijk wat
te zoeken hebben. Daardoor worden
in aanvulling op de voorwaarden
van de internationale federaties (het
IF-systeem) aanvullende prestatieeisen gesteld. Het gevolg daarvan
is echter dat er drie systemen door
elkaar liepen: het IF-systeem, de
nationale normen en limieten en de
interne selectieprocedure van de
bond. Het leverde soms verwarring
op. Daarom heeft de sportkoepel
gebroed op een werkwijze die minder
complex is, meer consistentie vertoont
en duidelijkheid biedt aan sporter
en bond. Dat is gebeurd door aan te
sluiten op de IF-eisen en IF-tijdlijnen.
Daarbij heeft NOC*NSF de samenwerking gezocht met de Rijksuniversiteit
Groningen (RUG). Samen hebben ze
in kaart gebracht wat de verschillen
tussen de IF-eisen en nationale eisen
waren. Hendriks: “We hebben de consistentie onderzocht door bijvoorbeeld
competitieanalyses te maken en die
met voorgaande kwalificatietrajecten
te vergelijken.”
>> lees verder op pagina 2
“We hopen de rechter niet meer nodig te hebben”
Voorafgaand aan het overleg tussen de
bonden en NOC*NSF over de normen
en limieten, moesten de bonden
de topsporters en bondscoaches
betrekken bij het opstellen van die
prestatie-eisen. Dat geldt ook voor de
interne selectieprocedure die moet
worden toegepast als er meerdere
sporters aan de kwalificatie-eisen
hebben voldaan, maar er niet genoeg
startplekken zijn. In het verleden
leidden deze interne regels nogal eens
tot juridisch getouwtrek; voorafgaand
aan de Spelen in Londen zijn vijf
rechtszaken gevoerd, waarvan er
vier te maken hadden met de interne
selectieprocedure van de bond.
Maurits Hendriks: “Dat is iets wat we
in ieder geval niet meer willen. Niet
omdat we bang zijn voor een eventuele
uitspraak, maar omdat het voor een
sporter verschrikkelijk is om je op
deze manier vlak voor het evenement
nog te moeten plaatsen. We hopen
nu voor iedereen meer duidelijkheid
te scheppen en de rechter niet meer
nodig te hebben.”
het Lopend Vuur SEPTEMBER 2014 noc*nsf 1
•
vervolg pagina 1
Deze analyses hebben geleid tot
de vorming van vijf clusters,
te weten:
• cluster teamsporten;
• cluster meetbare prestaties
(atletiek, zwemmen);
• cluster ranglijstsporten
(o.a. badminton, judo, tennis);
• cluster op basis van
ranglijst én prestatie
(o.a. beachvolleybal,
BMX, hippische sport,
tafeltennis);
• cluster prestatiesporten
( o.a. turnen, handboog schieten, roeien, zeilen).
Hendriks: “De eis voor het eerste cluster is simpel: de IF-kwalificatie geldt.
Daar voegen wij niets aan toe. Bij het
tweede cluster stellen we aanvullende
prestatie-eisen als er bijvoorbeeld
sprake is van een erg groot deelnemersveld, zoals bij de marathon. Bij de
ranglijstsporten maken we nadrukkelijk gebruik van het onderzoek dat we
samen met de RUG hebben uitgevoerd,
waarbij we kijken naar de vraag: Welke
plekken geven kans op een plek in de
top 8 of top 4 tot 6 bij de Paralympische
sporten? Ook voor het vierde cluster
(ranglijst en prestatie) hebben we
eerst de eisen van de IF bekeken, en
zijn die zo dat een kans op een plek
in de top 8 aanwezig is, dan nemen
we die over. Zijn die IF-eisen echter
vooral ingegeven om zo veel mogelijk
landen mee te laten doen, dan hebben
wij de prestatie-eisen aangescherpt.
Hetzelfde geldt grosso modo voor de
prestatiesporten.”
Niet de deur openzetten
Naast het afschaffen van de eis van
vormbehoud en het bieden van meer
duidelijkheid voor de sporters door
het kwalificatiesysteem consistenter in te richten, is ook de interne
selectieprocedure onder handen
genomen (zie kader). Eén punt wil
Hendriks nog benadrukken: “Onze
ambitie om bij de tien beste landen van
de wereld te behoren staat onverminderd overeind. Het is dus niet zo dat
we met dit aangepaste kwalificatiesysteem de kans op uitzending naar de
Olympische Spelen vergroten. Dat zou
ook niet kunnen; aan de voorkant meer
focussen en aan de achterkant de deur
verder openzetten.”
Meer info en specifieke normen
en limieten: www.nocnsf.nl/rio2016
en www.paralympisch.nl/rio2016
Via Baku naar Rio
Negen van de twintig sporten die op het programma staan van de Europese
Spelen Baku 2015, hebben een relatie met de Olympische Spelen Rio 2016.
De winnaars van het tafeltennis (enkelspel) kwalificeren zich rechtstreeks
voor Rio 2016. De winnaars van de disciplines van het sportschieten en de
>> Bij het (beach)volleybal, handboogschieten, taekwondo en wielrennen
zijn punten voor de wereldranglijst te
verdienen. Bij atletiek, dat tijdens de
Europese Spelen een landenwedstrijd
in de Third League is, kunnen IAAFlimieten worden behaald. Tijdens
het zwemtoernooi van de Europese
Spelen, tijdens Baku 2015 en een
Jeugd-EK, kunnen FINA-limieten
worden gezwommen.
soccer, acrogym en aerobics hebben
geen topsportstatus. Ritmische
gymnastiek heeft dat wel, maar
in die tak van sport zijn momenteel
geen sporters die voor deelname
aan de Europese Spelen in aanmerking komen. Atletiek is tijdens
Baku 2015 een landenwedstrijd in
de Third League, het laagste niveau.
Nederland komt uit in de First
League.
Aan zes disciplines zal Nederland
niet deelnemen in Baku: sambo, beach
Voor een aantal van de andere
sporten heeft Nederland inmiddels
FOTO: BAKU2015.COM
triatlon halen voor Nederland quotumplaatsen (aantal deelnemers, niet op naam).
In Baku zijn de voorbereidingen in volle gang.
quotumplaatsen toegewezen
gekregen. De invulling van die
plaatsen zal gebeuren op basis van
de selectiecriteria van NOC*NSF.
Uitgangspunt daarbij is een redelijke
kans op een plaats bij de top acht
van Europa.
De eerste editie van de Europese
Spelen wordt van 12 tot en met 28 juni
2015 gehouden in de Azerbeidzjaanse
hoofdstad Baku.
>>Meer info:
www.nocnsf.nl/baku2015
“Twee jaar tot Paralympische
Spelen Rio 2016”
>> “De ontwikkelingen in de
Paralympische sport gaan gewoon
door”, aldus Cats. “Misschien in een
iets minder duizelingwekkend tempo,
maar de Paralympische sport is verre
van uitontwikkeld. Wij zijn na Londen
op dezelfde voet verder gegaan:
professioneel sporten, fulltime en
ervoor zorgen dat sporters in de
juiste omgeving hun sport beoefenen.
Dat zijn de ingrediënten die wij blijven
gebruiken richting Rio.”
Focus
In het najaar van 2012 is NOC*NSF op
topsportgebied meer gaan focussen.
Dat is ook op Paralympisch gebied
gebeurd. “Focus is bij Paralympische
sport belangrijk. Wij kunnen niet in alles
goed zijn. Zeker omdat we daarvoor niet
de financiële middelen hebben, maar
ook omdat we niet genoeg talentvolle
sporters hebben voor alle sporten. We
hebben in 2012 gekozen voor dertien
sporten waar wij succesvol in willen
zijn. Die dertien sporten proberen we zo
maximaal mogelijk te ondersteunen en
die dertien sporten willen we terugzien
in Rio. Bij die sporten zit één nieuwe
sport: boccia. >> lees verder op pagina 7
FOTO: SPORTFOTOGRAFIE.NL
Over twee jaar, op 7 september, beginnen in Rio de Paralympische Spelen.
De Paralympische sport maakte de afgelopen jaren een stormachtige ontwikkeling door. Chef de mission Paralympic TeamNL André Cats geeft een update
over de huidige stand van zaken in de Nederlandse Paralympische sport.
André Cats met medaillewinnaar Bibian Mentel tijdens de Paralympische Winterspelen.
Colofon Lopend Vuur is een uitgave van NOC*NSF Ontwerp Diep Arnhem, Opmaak en druk Edauw & Johannissen BV, Den Haag, Hoofdredactie Friso Schotanus
(Het Sportbureau)/NOC*NSF, Eindredactie Janneke Westermann, Medewerkers Robert Barreveld, Erik Duiven, Daniël Schildkamp, Roelof Jan Vochteloo
Productie Arko Sports Media, Nieuwegein, Redactieadres NOC*NSF: Lopend Vuur T.a.v. Annemiek van der Meer, Postbus 302, 6800 AH ARNHEM, Tel.: 026 483 47 83,
E-mail: [email protected], www.nocnsf.nl/lopendvuur
2
noc*nsf het Lopend Vuur SEPTEMBER 2014
NOC*NSF zoekt
potentiële topsporters
op Talentdag
Talentherkenning. Het is een van de belangrijke punten in de Sportagenda
2016 van NOC*NSF. Hoe komen potentiële toptalenten ook daadwerkelijk bij de sport terecht die het best aansluit bij hun potentie? In dit kader
startte NOC*NSF onlangs de campagne ‘Ik wist niet dat ik het in me had’,
die jonge sporters tussen de twaalf en achttien jaar moet interesseren voor
de Talentdag op 2 november. Op die dag hoopt de sportkoepel talenten te
verwelkomen die voldoen aan een bepaald profiel en het daardoor in zich
hebben de top te bereiken .
>> NOC*NsF concludeerde de afgelopen jaren zowel in de praktijk als na
onderzoek dat het voor jonge talenten
bij een aantal sporten heel reëel is om
in de leeftijdscategorie twaalf tot achttien jaar nog over te stappen naar een
andere sport. “Wij willen op 2 november
de bonden helpen die ook buiten hun
eigen sport potentiële toptalenten kunnen vinden”, aldus Kayan Bool,
projectleider Topsport bij NOC*NsF.
Medailles winnen
“Er zijn best voorbeelden te noemen
van topsporters die op relatief late leeftijd de overstap naar een andere sport
hebben gemaakt, maar het
berust nog te veel op toeval”, legt
Bool uit. “Bij sporten als turnen en
voetballen moeten kinderen heel
jong beginnen om de top te kunnen
bereiken, maar dat geldt niet voor alle
sporten.” Met het woord ‘toptalenten’
bedoelt NOC*NsF alleen de extreem
getalenteerde kinderen. “Nederland
heeft een topsportambitie. Wij willen
bij de wereldtop horen en
dus medailles winnen. Medailles
worden veelal gewonnen door
extreme talenten die de absolute
wil hebben om de top te bereiken.”
Profielen
Om welke profielen gaat het in de
praktijk? “Eigenlijk is dat simpel”,
zegt Bool. “We zoeken kinderen die
sterk en lang zijn of lang gaan
worden, kinderen die heel snel of
explosief zijn en kinderen met een
groot uithoudingsvermogen. Het zijn
startvoorwaarden. Lang en sterk
zijn bijvoorbeeld voorwaarden voor
roeien en volleybal. Zonder die
voorwaarden is het vrijwel uitgesloten
dat iemand de top bereikt.”
LANG & STERK
SNEL & EXPLOSIEF
UITHOUDINGSVERMOGEN
PARALYMPISCH
OLYMPISCH
TALENT
HEB JIJ HET IN JE?
De Spelen zijn misschien wel dichterbij dan je denkt. Ben jij lang en sterk of
juist snel en explosief? Of beschik je over een enorm uithoudingsvermogen?
Meld je dan aan voor de NOC*NSF Talentdag op 2 november.
Ga naar ikwistnietdatikhetinmehad.nl
Coaches
NOC*NsF organiseerde in het kader
van deze campagne op 18 september
al een dag voor docenten Lichamelijke
Opvoeding. Zij krijgen als geen ander
veel jonge talenten onder ogen. De
sportkoepel wil nu echter ook andere
groepen aanspreken. “We willen zeker
ouders en de kinderen zelf bereiken,
maar ook in topsportprogramma's
zitten altijd mensen die maar een kleine
kans hebben om in die bewuste sport
de top te halen. Coaches moeten nooit
nalaten de optie van een andere sport
te opperen. Ook die jonge atleten zijn
welkom op de Talentdag.”
>> Meer info:
www.ikwistnietdatikhetinmehad.nl
Commissie
Evenementen
geïnstalleerd
De netwerkorganisatie ‘De kracht van sportevenementen’, die met een beetje goede wil de erfopvolger van de evenementenambitie van het Olympisch
Plan kan worden genoemd, heeft deze zomer verder
gestalte gekregen. De organisatie krijgt vorm, nu er
ook een onafhankelijke Commissie Evenementen is
geïnstalleerd.
>> In de ‘De kracht van sportevenementen’ zijn het ministerie van VWs,
NOC*NsF en de G5 – Amsterdam,
Den Haag, Rotterdam, utrecht en
Eindhoven – en sinds kort ook het
Nederlands Bureau voor Toerisme
& Congressen (NBTC) verenigd.
Het doel is om – steeds vijftien jaar
vooruitkijkend – in Nederland toonaangevende internationale sportevenementen te organiseren.
Nederland wil zich zo op de kaart
zetten als sportland en als gastvrije
handelsnatie. Belangrijke doelstelling
is het realiseren van zoveel mogelijk
maatschappelijke en economische
spin-off van deze evenementen.
Commissieleden
Er zijn nu vijf personen benoemd die
samen de Commissie Evenementen vormen. Deze commissie is één van de drie
onderdelen van de netwerkorganisatie,
die verder bestaat uit een directeurenoverleg en een werkorganisatie.
De door het directeurenoverleg
benoemde leden beschikken over
ruime ervaring op het gebied van sport,
evenementen, marketing, onderzoek en
cultuur, te weten: Harry Been (organisator EK 2000, bestuurslid NOC*NsF),
Johan Wakkie (organisator WK hockey
1998 en 2014, voormalig directeur
hockeybond), Maarten van Bottenburg
(hoogleraar sportontwikkeling aan
de universiteit utrecht), Marcel
Beerthuizen (expert op het gebied
van partnership marketing) en Tanja
Dik (managing director bij stage
Entertainment).
Beperkte omvang
De ambities van de nieuwe netwerkorganisatie zijn eind vorig jaar door de
Van links naar rechts: Marcel Beerthuizen, Johan Wakkie, Tanja Dik, Harry Been en Maarten van Bottenburg.
betrokken partijen geformuleerd. Ook
de organisatorische contouren zijn
nu vastgesteld. Er is een werkorganisatie, die wordt aangestuurd
door Marco Kooiman van NOC*NsF.
De besluiten worden genomen in
het acht zetels tellende directeurenoverleg. Het directeurenoverleg en de
Commissie Evenementen zullen qua
omvang beperkt blijven, om slagvaardig
te kunnen zijn, vertelt Kooiman. “Er
komt zeker geen nieuwe en opgetuigde
organisatie zoals Olympisch Vuur, maar
de partners leveren wel allemaal een
financiële en personele bijdrage aan
het samenwerkingsverband. De werkorganisatie staat wel open voor andere
relevante partijen om mee te denken en
vooral mee te doen. Kennisdeling rond
de organisatie van evenementen en
input omtrent promotie en communicatie
zijn bijvoorbeeld zeer welkom.”
Topevenementenkalender
De Commissie Evenementen is in het
leven geroepen om zwaarwegend advies
aan het directeurenoverleg te geven
over plaatsing van evenementen op
de topevenementenkalender – dat is
de toplaag van de ‘gewone’ sportevenementenkalender. De leden komen
maximaal vier keer per jaar bijeen en
worden gefaciliteerd door de werkorganisatie. Kooiman: “Naast het advies over
de inrichting van de topevenementenkalender gaan de leden van deze commissie hun tijd en expertise ook inzetten
voor advies aan de evenementenorganisaties die op de kalender staan, met als
doel dat de evenementen excellent worden georganiseerd en zoveel mogelijk
maatschappelijke impact hebben.”
>> Meer info:
[email protected]
HET LOPEND VuuR sEPTEMBER 2014 NOC*NsF 3
DE COACH Kees Rodenburg
Als technisch directeur van het Koninklijk
Nederlands Korfbalverbond is Kees Rodenburg
eindverantwoordelijk voor het nationale team.
Nederland is al jaren ongeslagen, maar: “Aan de top
blijven is moeilijker dan het lijkt.”
Naam:
Kees Rodenburg
Nationaliteit:
Nederlands
Beroep:
Technisch directeur Koninklijk
Nederlands Korfbalverbond
Leeftijd:
55 jaar
In dienst sinds:
2006
>> De laatste nederlaag van het
Nederlands team op een groot
toernooi dateert uit 1991. Met Jong
Oranje was dat nog langer geleden,
tot afgelopen zomer. De talenten
verloren van België. Rodenburg:
“Als je de beste bent, ligt alle druk
bij jou. Iedereen zit te wachten tot je
een keer verliest. Wij zijn de beste
als we ons normale niveau halen.
Dat moet je wel steeds waarmaken
en dat maakt het lastig.”
Om de voorsprong op het buitenland
te behouden, is er sinds een jaar
of zes wat veranderd in de topsportstructuur van het korfbal. Rodenburg
legt uit. “Vroeger trainden de toppers
voor negentig procent bij de clubs en
werd er voor tien procent getraind
met de nationale selecties. Nu is de
situatie naar fifty-fifty gegaan. Het
programma van de nationale ploeg
is naar een hoger niveau getild.
Zo blijven we nummer één.”
Aandachtspunt
Met circa 100.000 leden op de velden
en sterke competities op clubniveau
FOTO: KNKV
“Iedereen zit te
wachten tot je een
keer verliest”
Kees Rodenburg: “Het programma van de nationale
ploeg is naar een hoger niveau getild.”
maakt de bond zich geen zorgen over
de doorstroming van talent.
“Vergelijk het met Taiwan, daar
hanteren ze een high school-model.
Weinig talent in een hoogwaardig
programma. Dan kom je te kort op
het gebied van competitie.” Wel erkent
Rodenburg dat de overstap vanuit de
jeugdselecties naar Jong Oranje en
Oranje langzaam groter wordt.
“De bond zou ook in de jeugdselecties
meer moeten investeren, maar dat
is een ordinaire geldkwestie. Niettemin
is het een aandachtspunt.”
Portugal
Als dominant korfballand helpt
Nederland de internationale bond met
de ontwikkeling van de sport in de
rest van de wereld. “Dat blijven we
doen, totdat het moment is
aangebroken dat we ons gaan
afvragen: Is dit nou wel zo handig?
Maar zo ver zijn we nog niet, met uitzondering van België dan.” Als bondscoach van Portugal heeft Rodenburg de
sport daar in het verleden een impuls
proberen te geven. “Ik heb toen
sporters gezocht in het handbal,
volleybal en voetbal en ben intensief
gaan trainen. In een korte tijd kun je
dan een eind komen: we hebben
brons gehaald op het WK. Maar dat
was echt het absolute maximum.
Het gat naar goud en zilver kun je
pas dichten als het echt een grote
sport wordt. In Duitsland zie ik
daarvoor potentie. Het is een land
met een verenigingscultuur en
gezien de afstand is er veel
samenwerking met Nederland
mogelijk.”
Een must
Als technisch directeur van het
KNKV is Rodenburg ook betrokken
bij het programma Mastercoach van
NOC*NSF. “Ik draai al vanaf het
begin mee. Het is zo belangrijk dat
bondscoaches en technisch
directeuren zich blijven ontwikkelen.
Bovendien is het leuk en stimulerend
om met elkaar zo’n traject aan te
gaan. Je kunt je eigen teamsport
bijvoorbeeld toetsen aan een
individuele sport, of leren hoe de
structuur binnen andere sportbonden
in elkaar zit. Ik vind het voor elke
coach eigenlijk een must om hieraan
mee te doen. We kunnen onze kennis
delen en dat is een sterk punt
van Nederland als sportland.”
Geen vraag is te gek bij het
Vertrouwenspunt Sport
Het Vertrouwenspunt Sport is voor de zomer al officieel gelanceerd en is
inmiddels vol in bedrijf. Bij dit meldpunt kunnen sporters, begeleiders en
anderen terecht met vragen en meldingen van zaken die mogelijk in strijd
zijn met de regels en die de integriteit van de sporter of de sport aantasten.
>> Het Vertrouwenspunt is door
NOC*NSF en de sportbonden in het
leven geroepen. Het team bestaat uit
twaalf vertrouwenspersonen die na- en
meedenken over de meest uiteenlopende vragen die te maken hebben
met het gedrag van mensen binnen de
sport. “Sporters, maar ook trainers of
bestuurders, kunnen er bijvoorbeeld
terecht met vragen over ongewenst
gedrag of hoe het aangepakt kan
worden. Je kunt er ook terecht om
even met iemand te ‘sparren’ wanneer
je vragen of vermoedens hebt op het
4
gebied van doping of matchfixing”, legt
Maarten Borneman, coördinator van
het Vertrouwenspunt Sport uit.
In de knel
Borneman licht toe waar het initiatief
tot het oprichten van een vertrouwenspunt vandaan komt. “Sporters
spreken minder snel over hun zorgen,
hun twijfels of het feit dat ze in de knel
zitten. Dat is begrijpelijk, maar het kan
de sportieve prestaties lelijk in de weg
gaan staan en leiden tot het gevoel er
helemaal alleen voor te staan. Thema’s
noc*nsf het Lopend Vuur SEPTEMBER 2014
als pesten, discriminatie en andere
vormen van grensoverschrijdend
gedrag zijn onderwerpen die vaak als
‘lastig’ worden ervaren. Ook vermoedens van doping of machfixing zijn vaak
moeilijk om over te praten. Wij vinden
dat jammer. Jammer voor de sporter
– hij of zij zit er immers mee – maar
ook jammer voor de sport en sporters
in het algemeen. Is het niet zo dat sport
pas leuk is wanneer er op een eerlijke
manier gesport wordt en iedereen tot
zijn recht kan komen?”
Ook per mail
De gesprekken zijn vertrouwelijk, de
sporter, trainer, coach of het bestuurslid kan erop vertrouwen dat de inhoud
niet naar buiten komt. Hoe dat werkt,
legt de vertrouwenspersoon vooraf aan
ieder contact uit. Het contact is
overigens gratis. Ook wanneer
ouders of vrienden van sporters
zich zorgen maken over de gang van
zaken kunnen ze kosteloos contact
zoeken met Vertrouwenspunt Sport.
Borneman: “Omdat het soms niet
mogelijk is om over een vraag of een
beschuldiging te praten, is het ook
mogelijk om een kwestie per mail
aan te kaarten. Op onze site worden
de mogelijkheden daartoe uitgelegd.
Ook de mogelijkheid om anoniem een
vraag te stellen of om een melding
te doen, wordt op de site uitgelegd.”
>> Meer info:
www.vertrouwenspuntsport.nl
of 0900 202 55 90
Paralympische zeilploeg moet opnieuw
beginnen richting Rio 2016
Na Londen 2012 zag bondscoach Ronald van Vianen zijn
medaillewinnaars stoppen. Het gouden sonartrio en de
bronzen 2.4mR-zeiler Thierry schmitter zetten een punt
achter hun carrière. Voor het Paralympisch zeilen betekent dit dat er op weg naar Rio 2016 een nieuwe start
gemaakt moet worden.
>> Tijdens de wereldkampioenschappen, eind augustus in het Canadese
Halifax, wisten de verschillende
Nederlandse boten nog geen nominatie voor de Paralympische spelen
te behalen. “Dat doel hebben we niet
gehaald, dus dat is teleurstellend”,
zegt bondscoach Ronald van Vianen.
“In de skud18, een voor Nederland
nieuwe zeilklasse, kan ik niet verwachten dat ze meedoen om de hoogste plekken. Die teams zijn onervaren,
het kost tijd om tactisch en strategisch beter te varen. Ze gaven te
makkelijk goede posities weg.”
Niettemin werd de beste prestatie
neergezet door skud18-duo Jan-Rein
van Esseveld en Vera Voorbach. Zij
werden zevende. In dezelfde klasse
finishten Rolf schrama en sandra
Nap als tiende. Het lichtpuntje dat de
coach ziet, is dat deze zeilers gemotiveerder thuis zijn gekomen. “We gaan
ons de komende jaren focussen
op de skud18”, erkent hij. “We zijn
direct na Londen begonnen met een
talententeam, daar zullen we mee
bezig blijven, en wellicht komt daar
dan ook een nieuw team voor de
sonarklasse uit.”
uitdaging
Eén van de grootste uitdagingen die
de coach de komende jaren heeft, is
de financiën rond krijgen. “Onze zeilers zullen wedstrijden moeten varen
om ervaring op te doen met verschillende omstandigheden. Dat kost niet
alleen energie en inzet, maar ook
geld. Dat wordt een uitdaging.”
Van Vianen hoopt dat het zware
jaar 2014 iets goeds brengt voor de
komende jaren: “Halifax was een
enerverende week, met een harde
les”, zegt hij. “Maar ik blijf positief:
MARK HuIZINgA BLIKT TERug OP YOg NANJINg 2014
“Dit evenement had een Olympische uitstraling”
>> In Nanjing streden 3.800 atleten uit
201 landen anderhalve week lang om
de medailles op 222 onderdelen. Net
als vier jaar geleden in singapore werd
afgelopen zomer de basketbalvorm drie
tegen drie gespeeld. Ook hockey (vijf
tegen vijf), atletiek (8x100 meter estafette) en wielrennen (klassement van
vijf onderdelen) waren in Nanjing in een
ander jasje gegoten. Huizinga legt uit
dat de Jeugd Olympische spelen deels
als een proeftuin dienen, maar dat het
IOC ook voor deze vormen heeft gekozen om zo het totaal aantal deelnemers
te beperken. “Met Nederland waren we
onder meer actief in het basketbal en
het hockey en dat vond ik er erg leuk
uitzien. Het kleinere veld maakt beide
sporten nog attractiever.”
gemixte teams
De aanwezigheid van gemixte teams
vormt een ander kenmerk van de Jeugd
Olympische spelen. Zo won springruiter
Lisa Nooren goud met Team Europa en
bestond het winnende team van judoka
Lisa Müllenberg uit tieners van verschillende continenten. “Dit mixen van
landen en seksen is bedoeld om
FOTO: NOC*NsF
Jongstleden augustus vond in het
Chinese Nanjing de tweede editie
van de Jeugd Olympische Spelen
plaats. Oud-topjudoka Mark Huizinga
was als chef de mission verantwoordelijk voor de 41 Nederlandse
sporters in de leeftijd van vijftien tot
achttien jaar, die op twaalf
onderdelen een medaille wonnen.
sporters met elkaar in contact te brengen.
Dat geeft een leuke sfeer van verbroedering, maar deze onderdelen zijn eigenlijk
niet meer dan feestelijke bijnummers.
Ik ben blij met de medailles van de twee
Lisa’s, maar de gouden medaille van
Maaike de Waard op de 50 meter
rugslag sla ik een stukje hoger aan.”
Naast driemaal goud won Nederland
in Nanjing viermaal zilver en vijfmaal
brons. Omdat de Jeugd Olympische
spelen bedoeld zijn als opleidingsevenement is er geen medailleklassement
bijgehouden, maar Huizinga stelt vast
dat Nederland het met twaalf medailles in negen sporten uitmuntend heeft
gedaan. “Van de 41 Nederlandse
sporters zijn er 24 met een medaille
thuisgekomen. Dat is knap als je je
bedenkt dat ze het in Nanjing tegen de
wereldtop in hun leeftijdscategorie
hebben opgenomen.”
Voor herhaling vatbaar’
“De grootste winst van Nanjing is dat
onze talenten enorm veel ervaring
hebben opgedaan”, zo concludeert de
winnaar van Olympisch goud (2000)
en tweemaal Olympisch brons (1996
en 2004). “Op een groot podium
hebben ze leren winnen en verliezen.
Tijdens de spelen in Rio de Janeiro
(2016) of Tokio (2020) zal moeten
blijken of we Nederlandse medaillewinnaars gaan krijgen die aangeven
dat ze iets aan hun deelname aan de
Jeugd Olympische spelen hebben
gehad.”
Huizinga heeft naar eigen zeggen veel
geleerd van zijn rol als chef de mission tijdens dit evenement, dat “goed
georganiseerd was en een Olympische
uitstraling had”. “Ik vond het erg leuk
om te doen en wat mij betreft is het
voor herhaling vatbaar.”
na slechte tijden komen er goede
tijden. We blijven kijken naar 2016,
maar kijken ook al verder, naar 2020,
want je kunt niet verwachten dat we
in twee jaar tijd ineens medaillekandidaten hebben in alle klassen. Er zijn
veel nieuwe mensen die graag willen,
maar het kost tijd om die klaar te
stomen voor de top.”
Teleurstelling
In de 2.4mR-klasse was de prestatie van Barend Kol (vijftiende, red.)
teleurstellend. Vorig jaar werd hij
nog vijfde op de wereldkampioenschappen. Van Vianen oordeelt hard:
“Barend zal echt moeten veranderen.
Hij doet al jaren leuk mee op het
hoogste niveau, maar wint niet. Dat is
een mentale kwestie. Hij is beter dan
hij denkt. Daar moeten we aan gaan
werken.”
Seesing en De Nooijer
Ex-bmx’er Joyce seesing begeleidde
als Young Ambassador de Nederlandse
sporters tijdens het culturele en
educatieve programma dat hoort bij
een opleidingsevenement als de Jeugd
Olympische spelen. Oud-tophockeyer
Teun de Nooijer was in Nanjing
aanwezig om als Athlete Role Model
de aanwezige talenten te vertellen
over zijn weg naar de top.
Nederlandse medailles
goud
1. Lisa Müllenberg, judo, teamwedstrijd;
2. Lisa Nooren, hippische sport, intercontinentale teamwedstrijd springen;
3. Maaike de Waard, zwemmen,
50 meter rugslag.
Zilver
4. Odile van Aanholt, zeilen, Byte
CII-klasse;
5. Kyle stolk, zwemmen, 200 meter
vrije slag;
6. Basketbalsters drie tegen drie;
7. Hockeysters vijf tegen vijf.
Brons
8. Nabil Ennadiri, taekwondo,
klasse tot 63kg;
9. Mathys Goosen, zwemmen, 50 meter
vlinderslag;
10.Niek Kimman/Wiebe scholten,
wielrennen, teamwedstrijd;
11.Lars van someren, windsurfen,
BIC Techno-klasse;
12.Frank de Wit, judo, klasse tot 81kg.
HET LOPEND VuuR sEPTEMBER 2014 NOC*NsF 5
Update van de Dopingautoriteit
Een waarschuwing voor het pre-workoutsupplement
unstoppable, de Nederlandse reactie op de Dopinglijst
2015 en de implementatie van het Nationaal Dopingreglement 2015. Tijd voor een korte update…
>> Waarschuwing voor supplement
‘unstoppable’
De afgelopen maanden heeft de
Dopingautoriteit meerdere meldingen
ontvangen van sporters die serieuze
gezondheidsklachten kregen na
het gebruik van het pre-workout
supplement unstoppable (merk
Dedicated Nutrition). Nader
onderzoek heeft uitgewezen dat
het product twee dopinggeduide
stoffen bevat: nor-DMAA (niet
gedeclareerd op het label) en
higenamine (wel gedeclareerd).
De aard van de klachten is van dien
aard dat de zaak inmiddels ook bij
de Nederlandse Voedsel- en
Warenautoriteit (NVWA) is gemeld.
Het is vooral het niet-gedeclareerde
nor-DMAA dat kan leiden tot zware
bijwerkingen. Het stimulantium
is een afgeleide van het eerder uit
de markt gehaalde methylhexanamine
(DMAA) en staat onder andere
gedeclareerd onder de alternatieve
namen 2-amino-4-methyl-pentane
(AMP), 4-methylamylamine en
1,3 dimethylbutylamine. Alternatieve
namen voor de luchtwegverwijder
higamine zijn norcoclaurine (nor)
en demethylcoclaurine.
De Dopingautoriteit waarschuwt al
jaren voor de bewuste en onbewuste
verwerking van dopinggeduide
stoffen in voedingssupplementen en
raadt sporters die in aanmerking
(kunnen) komen voor dopingcontroles
aan om alleen NZVT-goedgekeurde
supplementen te nemen.
Vervoersbehoeften
topsporters gepeild
Nederlandse reactie op Dopinglijst 2015
Het Wereld Anti-Doping Agentschap
(WADA) stelt ieder jaar een nieuwe
dopinglijst samen. Alle belanghebbende partijen mogen in dit proces
reacties geven en opmerkingen
plaatsen. Namens Nederland wordt
er traditioneel één gezamenlijke
reactie geschreven.
De drie belangrijkste Nederlandse
adviezen zijn:
• plaatsdeschildklierhormonen
thyroxine (T4), tri-joodthyronine (T3),
evenals de aanverwante hormonen
TsH en TRH op de dopinglijst;
• haaldegroepS8–Cannabinoïden
(wiet, hasj, marihuana) van de
dopinglijst af;
• splitsdegroepS2–Peptide
Hormones, Growth Factors, Related
substances and Mimetics op. De
categorie is over de jaren te complex
en te divers geworden.
De definitieve versie van de Dopinglijst
2015 wordt uiterlijk 1 oktober 2014
door WADA gepubliceerd.
Nationaal Dopingreglement 2015
Per 1 januari treedt de herziene Wereld
Anti-Doping Code 2015 in werking.
Daaraan gekoppeld wordt in Nederland
het Nationaal Dopingreglement 2015
(NDR 2015) van kracht. Dit betekent dat
alle topsportbonden vóór die tijd het
NDR 2015 als Bondsreglement dienen
vast te stellen.
Om de uniformiteit van de procedures te garanderen en afwijkingen van
de Code te voorkomen, dienen alle
topsportbonden het NDR 2015 in zijn
geheel en ongewijzigd over te nemen.
De Dopingautoriteit zal samen met
NOC*NsF toezicht houden op de
vaststelling, implementatie en
inbedding van het NDR 2015.
@SvRouwendaal
Heel blij met m'n nieuwe auto! Hij rijdt
geweldig en trekt heel hard op haha!
#pon #nocnsf #Volkswagen #vroemvroem
Alle sporters met een A-, B- of HP-status in de
Olympische en Paralympische programma’s krijgen
binnenkort een e-mail van NOC*NsF en Volkswagen
met het verzoek mee te doen aan een online onderzoek.
De sportkoepel en haar Partner in sport willen toetsen
welke vervoersbehoeften deze topsporters hebben en hoe
ze de sponsoring door Volkswagen ervaren. Marie-Louise
Busscher, teammanager Brand Activation & Retail bij
Volkswagen, geeft tekst en uitleg.
>> De Volkswagen-importeur Pon is
sinds 1987 verbonden aan NOC*NsF
en daarmee is het een van de oudste
partners van de sportkoepel. sinds het
allereerste begin voorziet Volkswagen
in de mobiliteitsbehoefte van sporters door haar wagenpark beschikbaar te stellen. Momenteel rijden
er zo’n 115 topsporters en vijftien
bondscoaches rond in een NOC*NsFVolkswagen. De Volkswagen up! is de
standaardauto voor de Olympische
sporters, maar in overleg is een ander
type auto ook mogelijk.
Tot en met de Olympische spelen in Rio
de Janeiro onderstreept Volkswagen
de samenwerking met NOC*NsF door
het voeren van de slogan ‘Elke dag
supporter van Olympische sporters’.
Busscher: “Voor topsporters
6
draait het allemaal om de ultieme
prestatie op dat ene moment. Door
hun mobiliteitsbehoeften te vervullen
stelt Volkswagen ze in staat om zich
elke dag optimaal op dat moment
te kunnen voorbereiden.”
Onderzoek
Busscher legt uit dat Volkswagen
als Partner in sport graag zo veel
mogelijk sporters zo goed mogelijk
van dienst is. “Daarom is het belangrijk
om eens te checken in hoeverre
we in de vervoersbehoeften van de –
potentiële – Volkswagen-rijders
voorzien en hoe zij onze sponsoring
ervaren. De uitkomsten van het
onderzoek stellen ons wellicht
in staat om eventuele
verbeteringen te kunnen
doorvoeren.”
NOC*NsF HET LOPEND VuuR sEPTEMBER 2014
NOC*NsF en Volkswagen sturen
alle ruim 500 sporters met een
A-, B- of HP-status in de Olympische
en Paralympische programma’s
binnenkort een e-mail, waarin ze
worden geïnformeerd over het
onderzoek. “Vervolgens zal een
onafhankelijk onderzoeksbureau de
sporters per e-mail verzoeken om
online – en anoniem – een
vragenformulier in te vullen.”
Vragen?
Heb je vragen over dit onderzoek of
over de vervoersvoorzieningen van
NOC*NsF? Neem contact op met
Marti ten Kate (Athlete services):
[email protected]
Athlete Services
Het Ministerie van VWs, NOC*NsF
en haar Partners In sport bieden
topsporters – in aanvulling op de
ondersteuning door de sportbond,
bonds- en privésponsors – diverse
financiële en materiële voorzieningen
aan. Afhankelijk van de topsportstatus en het topsportprogramma van
de topsporter, kan van deze voorzieningen gebruik worden gemaakt.
Voorbeelden zijn de stipendium- en
kostenvergoedingsregeling, vervoersvoorzieningen, een zorg- en
arbeidsongeschiktheidsverzekering
en loopbaanbegeleiding. De voorzieningen worden vanuit Athlete
services gecoördineerd.
>> Meer info:
www.nocnsf.nl/athleteservices
“We kunnen echt een rol van betekenis spelen”
Tommy Mollet is sinds dit jaar de secretaris van de
Atletencommissie. Met vier nieuwe leden erbij draait de
commissie weer op volle kracht. De oud-taekwondoka
kijkt enthousiast naar de toekomst.
toegetreden als secretaris. Wat houdt
die functie in? Hij somt op: “Opstellen
van agendapunten, notulen maken,
actiepunten bijhouden en de kandidaten daaraan helpen herinneren. En
niet onbelangrijk: contact houden met
NOC*NsF. Ik ben een soort tussenpersoon, ik zorg voor de communicatie tussen de commissieleden en de
sportkoepel.”
Een van de nieuwe leden is Patrique
Dankers, Paralympisch bankdrukker.
Mollet: “super dat hij zich kandidaat
heeft gesteld. Niet alleen pakt hij dingen
snel op en neemt veel initiatieven, het is
ook prettig om iemand erbij te hebben
met een Paralympische achtergrond.”
Nieuw zijn verder voetbalster Leonne
stentler, roeier Joris Pijs en wielrenster
Vera Koedooder (zie kader). “Leonne
heeft een communicatieachtergrond,
dus zij neemt in die richting het voortouw. Wat betreft sociale media kan er
wat verbeterd worden.”
Normen en limieten
Maar wat kan de Atletencommissie
nou concreet betekenen voor alle
topsporters in Nederland? “Neem de
dopingproblematiek en matchfixing.
In dat kader zijn wij er om voorlichting
te geven, want niet iedereen weet hoe
je daar mee moet omgaan. Bovendien
zijn we bezig om sportbonden te helpen
om een eigen bondsatletencommissie
op te zetten, zodat bijvoorbeeld
problemen met normen en limieten
binnen de eigen bond ondervangen
kunnen worden. De Atletencommissie
komt één keer per maand bij elkaar en
ondertussen communiceren we veel
per e-mail. Voorzitter Chiel Warners
heeft namens de commissie een zetel
in het bestuur van NOC*NsF. Op die
FOTO: sPORTFOTOGRAFIE.NL
>> Mollet is tot de Atletencommissie
Tommy Mollet, zelf oud-taekwondoka, meent dat de Atletencommissie met de vier nieuwe leden erbij uit een
mooi gemêleerd gezelschap bestaat.
uitgeschreven. Kijk, een perfecte
verdeling tussen mannen en vrouwen,
zomer- en wintersporters, team en
individueel zou natuurlijk het beste
zijn. Dat lukt nooit helemaal maar
volgens mij hebben we het nu aardig voor
elkaar. Fijn, want we zijn er uiteraard
om alle sporters te vertegenwoordigen.”
manier kunnen we echt een rol van
betekenis spelen.”
Competenties
Met de vier nieuwe leden erbij is
de commissie echt een gemêleerd
gezelschap. Het zijn sporters uit
verschillende disciplines en met
uiteenlopende competenties.
“Daar is natuurlijk ook op gelet bij
de verkiezing, die na sochi is
>> Meer info:
[email protected]
WIELRENSTER VERA KOEDOODER:
“Mooi dat ik de sporters kan vertegenwoordigen”
ideeën. Ook kan de communicatie
tussen sporters en bonden vaak beter.
Als Atletencommissie hopen wij daar
een bijdrage aan te leveren. Ik ben een
sportliefhebber. Vanaf mijn jeugd heb
ik geschaatst, geskeelerd en atletiek gedaan op hoog niveau. Nu ben ik
professioneel wielrenster. Zodoende ken
ik veel mensen binnen de sportwereld
en het is mooi dat ik de sporters nu kan
vertegenwoordigen.”
FOTO: sPORTFOTOGRAFIE.NL
“Ik heb me kandidaat gesteld voor de
Atletencommissie omdat er altijd verbeterpunten te vinden zijn in de sport.
Ik ben bijvoorbeeld erg anti-doping en
vind het belangrijk dat het dopingbeleid
in Nederland goed geregeld is. Daar wil
ik over meedenken. En op het gebied van
talentontwikkeling heb ik wel een aantal
Vera Koedooder:
“Er zijn altijd verbeterpunten te vinden in de sport.”
VERVOLG PAGINA 2
Boccia is een specifieke gehandicaptensport, een balsport, een precisiesport.
Ook een sport waaraan we nog nooit
hebben deelgenomen op de spelen.
Dat heeft inmiddels een fulltime
programma, met vijf zeer enthousiaste
sporters, en dat moet leiden tot
succesvolle deelname in Rio.”
“In deze tijden van bezuinigingen hebben
ook de Paralympische programma’s
moeten inleveren”, vervolgt Cats. “Dat
wil je niet. Je wilt natuurlijk altijd meer
en beter, dat vraagt de sport ook. Maar
ondanks een aantal procenten minder,
kunnen we met creativiteit en door
kritisch naar de programma’s te kijken,
en door additionele middelen binnen
te halen, nog steeds met uitstekende
programma’s voor de dag komen.”
Commerciële waarde
Die additionele middelen komen van
nieuwe sponsoren. “Wat we in Londen
hebben gezien, is dat de Paralympische
beweging steeds meer commerciële
waarde krijgt. Daar zijn we in Nederland
ook over na gaan denken. Hoe kunnen
we het Paralympische team van
de bagagedrager van het grote
Olympisch team afhalen en in de
schijnwerpers zetten? Daar zijn we
volop mee bezig en we zien dat ook het
bedrijfsleven belangstelling heeft voor
het Paralympisch team. Langzamerhand
druppelen er dus bedrijven binnen
die zich echt willen richten op het
Paralympisch team. Dat is een geweldig
positieve ontwikkeling.”
Rio 2016 is over twee jaar, maar Cats is
er al volop mee bezig. “Ik ben er nu
een aantal keer geweest en heb gezien
dat Brazilië veel uitdagingen kent. We
weten allemaal dat de organisatie veel
moeite heeft om op schema te liggen.
Met Londen , naast de deur, kon er weinig fout gaan. Met Rio, een eind vliegen
van hier, kun je in de laatste maanden,
weken voor de spelen ontzettend veel
fout doen en dat is natuurlijk iets wat
we absoluut niet willen. Het brengt dus
zeker wel zijn eigen specifieke
problemen met zich mee.”
Helden
De afgelopen maanden waren er in
verschillende takken van Paralympische
sport grote toernooien waarop
Nederland goed voor de dag kwam.
“Ik kijk positief aan tegen de resultaten op die toernooien. Er is goed
gepresteerd, er zijn ook tal van nieuwe
mensen opgestaan, nieuwe medaillewinnaars. Namen die we vorig jaar
nog niet tegenkwamen, hebben zich
nu al gemeld op het mondiale podium.
Dat is belangrijk. Ik denk dat er een
heel mooie nieuwe generatie aan jonge
sporters aan het opstaan is. We hebben
bijvoorbeeld net de wereldkampioenschappen dressuur achter de rug. Daar
zien we Rixt van der Horst, een meisje
dat is opgenomen in een project bij
NOC*NsF, genaamd Rookies to Rio: een
klein groepje jonge sporters waarvan
wij verwachten dat zij zich doorontwikkelen tot de nieuwe rolmodellen van de
Paralympische sport. Dus ik raad iedereen aan vooral onze jonge Paralympische
sporters goed in de gaten te houden. Dat
worden onze helden in Rio.”
HET LOPEND VuuR sEPTEMBER 2014 NOC*NsF 7
agenda 2014
19 september-25 oktober: talentcampagne ‘Ik wist niet dat ik het in me had’ 3-10 oktober: Maurits Hendriks bezoekt het WK turnen, Nanning, China
14 oktober: jubileumbijeenkomst 25 jaar Dopingautoriteit, Papendal 27-29 oktober: voorbereidingsreis Rio 2016 met Partners in Sport, projectpartners en
mediapartners, Rio de Janeiro 2 november: NOC*NSF Talentdag voor twaalf- tot achttienjarigen, Amsterdam, Eindhoven, Heerenveen, Papendal
9-12 november: coachreis Rio 2016, Rio de Janeiro 16 december: NOC*NSF I NOS Sportgala, Amsterdam RAI
Het Talent Maaike de Waard
“Zwemmen is mijn leven”
>> “Nanjing was gaaf”, aldus de zeventienjarige De Waard. “Ik was al eens op
de Europese Jeugdkampioenschappen,
maar had nog nooit tegen de internationale wereldtop gezwommen. Het was
echt een Olympische ervaring.” Alle
indrukken brachten de uit Rozenburg
afkomstige zwemster echter niet van
haar stuk. In haar gouden race voerde
ze gedecideerd haar strijdplan uit. “Ik
boekte winst in de onderwaterfase,
daar ben ik goed in. Onder water ben
je sneller dan boven water, je mag
dan ook maar maximaal vijftien meter
onder water zwemmen. Ik kwam na
14,5 meter boven. Dat is een risico,
maar het pakte goed uit.”
Alleen maar zwemmen
De Waard was in haar vroege jeugd ook
een verdienstelijk turnster, maar koos
uiteindelijk voor zwemmen. “Zwemmen
was gewoon leuker. En nu is het mijn
leven. Iedereen om mij heen, het
team, de begeleiders, het zijn allemaal
vrienden. Voor andere vrienden heb
ik haast geen tijd, maar dat voelt niet
als een opoffering, dat is een geluk.”
Al op vijftienjarige leeftijd verhuisde
De Waard van haar ouderlijk huis naar
Eindhoven, dicht bij het Regionaal
Trainingscentrum. “Het is niet makkelijk om zo jong uit huis te gaan en zonder steun van mijn ouders had ik dat
ook nooit gered, maar het wende snel.”
De jonge zwemkampioene heeft bij
NOC*NSF de status van International
Talent, waardoor ze in Eindhoven naar
een zogenoemde Topsport Talent
School kan. “Ik krijg daar vrijstellingen
en een aangepast rooster, waardoor ik
optimaal kan trainen. Dat is mooi.”
Toekomst
De toekomst ziet er goed uit voor De
Waard, die volgend jaar gaat trainen
nieuws
TeamNL-app wint Sport App Award
De TeamNL-app van NOC*NSF heeft
bij de vierde editie van de Sport App
Awards van sportmarketingcommunity
Sportnext gewonnen in de categorie
Events. “Het was de enige app die je
tijdens de Olympische Spelen nodig
had, met complete informatie, een
samenbindende factor en een goede
campagne”, aldus het juryrapport
over de app van NOC*NSF, die werd
ingezet tijdens de Olympische en
Paralympische Winterspelen Sochi
2014. De Sport App Awards zijn een
initiatief van Sportnext. Met de jaarlijkse verkiezing beogen de initiatiefnemers de Nederlandse sportmarkt te
stimuleren en aan te moedigen meer
gebruik te maken van innovatieve
media in sportmarketingstrategieën
en -concepten.
FOTO: NOC*NSF
Ze had al enkele nationale titels en deelnames aan het EK
kortebaan achter haar nam staan, maar een gouden plak op de
Jeugd Olympische Spelen hield ze tot vorige maand niet voor
mogelijk. Zwemster Maaike de Waard reisde in augustus af
naar de JOS in het Chinese Nanjing in de hoop een ereplaats
te bemachtigen. Het werd goud op de 50 meter rugslag, haar
specialiteit. “Dit had ik niet zien aankomen.”
Maaike de Waard: "Ik nam een risico en het pakte goed uit."
op het Nationaal Trainingscentrum,
samen met onder anderen Olympisch
kampioene Ranomi Kromowidjojo.
“Ik ben heel benieuwd. Ik zie Ranomi
regelmatig en heb weleens wat
woorden met haar gewisseld, maar ik
heb haar nog nooit echt gesproken.”
Na Nanjing lijkt Rio 2016 een logisch
doel, maar De Waard is voorzichtig.
“Rio komt wel vroeg. Ik moet me dan
richten op de 100 meter rugslag, want
de 50 meter is niet Olympisch. Ik moet
mezelf nog echt verbeteren om me te
kwalificeren. Voorlopig wil ik vooral
plezier houden in zwemmen, dat blijft
het allerbelangrijkste.”
nieuws
Vrijwilligersprocedure Rio 2016 opgestart
De sollicitatieprocedure om vrijwilliger
te worden bij de Olympische of
Paralympische Spelen van Rio, in
augustus en september 2016, is
geopend. Vanaf heden tot 15 november
kan er gesolliciteerd worden naar
allerlei functies. Tijdens De Spelen
zullen 70.000 vrijwilligers actief zijn.
Er zijn verschillende soorten vrijwilligers nodig: bij de ceremonies, bij de
klantenservice, op medisch gebied,
operationeel, bij pers en communicatie,
protocol en vertalen, sporttechnisch, ICT
of transport. De reis moet zelf betaald
worden, net als het verblijf. Maak
je omgeving enthousiast om mee te
gaan. Alle info is te vinden op
www.rio2016.com/volunteers.