CV Roelof Doornbos Roelof Doornbos (Roel) Meerweg 271 9752

CV Roelof Doornbos
Roelof Doornbos (Roel)
Meerweg 271
9752 XM Haren Gn
e-mail: [email protected]
geb. 1 februari 1927 in Sappemeer
Einddiploma RHBS-B in 1944
Jaar gewerkt op de ouderlijke boerderij.
Studie Wis- en Natuurkunde aan de RUG, 1945, doctoraal examen in 1950.
Van 1947-1949 student-assistent bij Prof. Zernike.
Militaire dienst bij de zware luchtdoelartillerie 1951-1952.
Van 1952 tot 1956 was ik medewerker op de Statistische afdeling van het Mathematisch Centrum in
Amsterdam. De afdeling stond onder leiding van Prof. David van Dantzig. Ik was vooral
geïnteresseerd in de statistische consultatie, het terrein van Prof. Jan Hemelrijk. Zo heb ik mij
verdiept in waarnemingen op velerlei gebied: kikkervisjes, walvissen, ratten en vleermuizen, maar
ook scheepsschroeven en vlamstraling in hoogovens. Het laatste jaar kwam daar onderzoek bij over
uitschieters (afwijkende waarnemingen).
Van 1956 tot 1967 werkte ik bij Unilever in de Centrale Organisatie Afdeling, als hoofd van de sectie
Statistiek en Operations Research. Ik werkte veel samen met mijn Engelse collega M.J. (Mike)
Moroney, auteur van de bestseller "Facts from Figures".
In 1966 promotie aan de UvA op het proefschrift "Slippage Tests", promotor Prof.Dr. J.Hemelrijk.
Van 1967 tot 1989 hoogleraar aan de TU/e met als leeropdracht Toegepaste Statistiek.
Twee keer decaan van de faculteit W&I (1976-1977 en 1988-1989)
4 promovendi, ± 30 afstudeerders.
Nevenfuncties: adviseur Unilever, voorzitter Vereniging voor Statistiek, hoofdredacteur Statistica
Neerlandica, voorzitter Examencommissie Statistisch Analist, lid Afdeling Exacte Wetenschappen
ZWO, lid Universiteitsraad.
Rede, uitgesproken bij het aanvaarden van het ambt van hoogleraar op 11oktober 1968:
Waarneming, Wiskunde en Waarschijnlijkheid. Klik hier voor de volledige tekst.
Afscheidscollege "Terugblik op een Toevalspad", september 1989. Klik hier voor de volledige tekst.
Interesses: zeilen, taal, met name Gronings, literatuur (studie Taalwetenschap aan de OU, colleges
Amerikaanse literatuur aan de Universiteit Utrecht).