n '] •J ^ !/«»•-K' ' >„/„, ön -z-•>-•:(-, fk/c^ *é &(.bf>^>[ ff-iS fre^~*.^«,r4 „ -^t/^j, Gs /o^rtv u <^ ; o C/K f R U K S 1XTA.TER S T^LJ\T DIEJSrSO? VERKEERSKUNDE ONDERAFDELING Project Onderdeel Versie Auteur Datum INSTRUMENTATIE : : : : : Tunnelsignalering Detectie op beton 1.2 A. Versluis maart 1984 RIJKSWATERSTAAT l j i j ' Project : Tunnelsignalering Onderdeel : Detectie op beton D\/K / C:KE i Auteur : A. Versluis Datum : maart 1984 Versie : 1.2 Pagina : l INHOUDSOPGAVE l 2 3 4 5 pag. Doel van de metingen . . . . . . . . . . . . . . . . . 2 Meetmethode. . . '. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 Meetlocaties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4 Meetresultaten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6 Samenvatting en voorlopige conclusie . . . . . . . . . 25 RIJKSWATERSTAAT JD\7K/C2<EI . — ^ — — — -~ — • — _ -- — — — —.___. _ M __ .• — * ™ —. —, — ——.— ^ — ^ — — — — — «.• _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ • -. — .«._„.»____,„ _ _ _ _ _ _ _ _ „ . _ _ . . Project : Tunnelsignalering Onderdeel : Detectie op beton l Auteur : A. Versluis Datum : maart 1984 Versie : 1.2 Pacrina : 2 Doel van de metingen. Autosnelwegsignalering zal in de zeer nabije toekomst worden toegepast in diverse tunneltrace's. In alle tunnels zijn constructies aanwezig met betonwapening. De signalering maakt gebruik van detectielussen in het wegdek om voertuigen te kunnen detecteren. Deze detectielussen echter worden door het betonijzer beinvloed voor wat betreft de gevoeligheid; dit komt omdat een deel van het in de detectielus opgebouwde veld door het betonijzer wordt geabsorbeerd. De mate waarin de gevoeligheidsvermindering optreedt is slechts globaal bekend. Doel van de in dit rapport beschreven metingen zijn dan ook om de invloed van betonijzer op de detectie te kwantificeren; een en ander wordt credaan aan de hand van een aantal vergelijkende metingen op een tweetal meetlocaties en een drietal verschillende omstandigheden voor wat betreft de aanwezigheid van betonijzer. Echter voor een eindconclusie is dit rapport als zodanig niet bruikbaar, omdat de methode waarop de op de detectielus aangesloten detector met de aangeboden verstemming omgaat mede bepalend is voor de totale onnauwkeurigheid van de meetopstelling. Het is daarom gewenst dat een aanvulling op de gegevens van dit rapport komt betreffende de te gebruiken detectoren. Een aantal zaken die in de totstandkoming van de meetresultaten een rol hebben gespeeld zijn niet exact te omschrijven, zoals: de maaswijdte van de betonwapening de afstand van de betonwapening tot de onderzijde van de detectielus de mate waarin de diverse staven betonijzer met elkaar contact maken RIJKSWATERSTAAT DVK/CXEI - — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — -.— — - _ _ _ _ _ „ _ « _ » _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ Project : Tunnelsignalering Onderdeel : Detectie op beton 2 Auteur : A. Versluis Datum : maart 1984 Versie : 1.2 Pagina : 3 Meetmethode. De meetprincipes van de op dergelijke meetpunten toe te passen detectoren (Philips detector en DVK detector) berusten op frekwentiemeting. Het is om deze reden dat de meetopstelling slechts gebruik maakt van een lusoscillator, waarvan de frekwentie wordt bepaald door de zelfinductie van de detectielus en een hieraan parrallelgeschakelde capaciteit. Bij alle metingen is de lusfrekwentie op ongeveer 60 kHz afgeregeld voor het begin van de meting. Door de verstemming van de luszelfinductie zal de oscillatorfrekwentie mee veranderen; deze frekwentieverandering nu werd gemeten als functie van de positie van een voertuig boven de detectielus. Door met een tweetal verschillende soorten voertuigen te meten, een SIMCA 1100 en een VW-transporter, onder een drietal verschillende omstandigheden voor wat betreft de aanwezigheid van betonijzer kon een vergelijking worden gemaakt tussen de meetresultaten. Om aflezen van de frekwenties nauwkeuriger en sneller te laten verlopen is van de Philips lusoscillator de frekwentievermenigvuldiger uitgang gebruikt, die de lusfrekwentie met 20 vermenigvuldigt. De beide voor de meting gebruikte voertuigen, verder te noemen de SIMCA en de VW, waren voorzien van een op de bumper gemonteerde peilstaaf om een op het wegdek gefixeerd meetlint te kunnen aflezen. Per meting werden per voertuig twee meettabellen opgemaakt: een voor het inrijden van het voertuig in de detectielus een voor het uitrijden van het voertuig uit de detectielus Slechts een gedeelte van de verstemmingskromme werd gemeten en wel dat deel van de kromme dat interressant is voor wat betreft"het aanspreken en afvallen van de detector ( 0 - 3 % dL). Steeds werd op de primaire detectielus gemeten, terwijl de secundaire lus niet was aangesloten (open). 3 l l l l l R I JK S WATER STAAT Project : Tunnelsignalering Onderdeel : Detectie op beton 3 DVK / C>CE I Auteur : A. Versluis Datum : maart 1984 Versie : 1.2 Pagina : 4 Meetlocaties. Er werden metingen gedaan op de Brasserskade (rw 13, Den Haag-Rotterdam) en in de Beneluxtunnel. De metingen op de Brasserskade werden als referentie metingen gebruikt, omdat op de Brasserskade geen betonijzer in de verre omtrek van de detectielussen is te vinden. Op de Brasserskade werden op twee opeenvolgende dagen dezelfde metingen gedaan om eventuele grote verschillen in de meetresultaten te ontdekken, alvorens deze gegevens als referentie te gebruiken. In de Beneluxtunnel waren voor deze gelegenheid detectielussen geslepen in twee verschillende soorten wegdek: in asfalt in een met ijzer gewapende betonnen rijplaat Deze beide soorten wegdek zijn interressant omdat de detectielus in het asfalt ook invloed moet ondervinden van de onder het asfalt gelegen bodem van de tunnel die met ijzer is gewapend, terwijl de in de betonnen rijplaat gelegen lus als het ware 'in' het ijzer ligt. De opbouw van de beide soorten wegdek in de Beneluxtunnel was als volgt: Asfalt: Detectielus in asfalt op een diepte van 6 cm onder het weg dek oppervlak. Dikte van de asfaltlaag is ongeveer 11 cm. Onder het asfalt ligt een laag van 70 cm vulbeton, die niet is gewapend. Onder het vulbeton ligt de bodem van de tunnel, welke is gewapend. De wapening ligt ongeveer op een diepte van ongeveer 5 cm vanaf de bovenzijde van de bodem, zodat de afstand van het ijzer tot de lus wordt: 6 + 11 + 70 + 5 = 92 cm Beton: Detectielus in beton op een diepte van 6 cm onder het weg dek oppervlak. Het beton is gewapend; de wapening ligt op een diepte van ongeveer 6 cm vanaf de bovenzijde van het wegdek. Hieronder volgen de gegevens van de diverse lussen op de verschillende soorten wegdek. De luszelfinductie (L) en de lusweerstand (R) werden gemeten met een SIEMENS meetbrug bij een meetfrekwentie van 60 kHz, terwijl de kwaliteitsfactor (Q) van de lus uit deze gegevens werd berekend. In deze metingen zijn de lusfeeders meegemeten. J I^ I 1 R I JK S WATER STAAT DVK/C2CEI — —..— —. — — — — — —.—* — — .• — — — — — — — —• — — — — — .— —. — — — — — —.— — .— — —. — — __._.__»_ — —..— — — — _ _ . _ _ _ _ _ _ . _ _ _ „ _ _ _ _ _ _ . , Project : Tunnelsignalering Onderdeel : Detectie op beton Auteur : A. Versluis Datum : maart 1984 I locatie l L (uH) | R (Ohm)l Q | feeder (m) | l —————————————————————————————————————————————— l | Brasserskade l 133,8 | 1,445 | 34,90 | 10 | 1 Benelux asfalt | 135,2 | 2,008 | 25,38 i 15 l | Benelux beton l 97,6 | 3,230 | 11,39 l 8 l Versie : 1.2 Pagina : 5 RIJKSWATERSTAAT Project : Tunnelsignalering Onderdeel : Detectie op beton 4 D\7K/C>£EI Auteur : A. Versluis Datum : maart 1984 Versie : 1.2 Pagina : 6 Meetresultaten. De in de meettabellen volgt gedefinieerd: De lus inrijden: en in de grafieken gebruikte afstand (s) is als voertuig detectielussen 1.1 -s De lus uitrijden: detectielussen 1.1 1.2 4. C •u- +s voertuig -*• — De in de meettabellen gebruikte term 'vrij' wil zeggen dat de voertuigen minstens 3 meter van de detectielussen zijn verwijderd. De in de meettabellen en in de grafieken genoemde 'df' staat voor de absolute lusfrekwentieverandering ten opzichte van de rustfrekwentie aan het begin van de meting. De in de meettabellen en in de grafieken genoemde '-dL' staat voor de procentuele verandering van de luszelfinductie, gerelateerd aan de waarde aan het begin van de meting. De waarde is berekend volgens: -dL = 2 * ( df / rustfrekwentie ) * 100% RIJKSWATERSTAAT Project : Tunnelsignalering Onderdeel : Detectie op beton DVK/CIKEI Auteur : A. Versluis Datum : maart 1984 Versie Pagina Inrijden van VW op 27-2-84 op de Brasserskade, s (cm) f (kHz) df (Hz) vrij -100 -50 -25 -10 O 10 20 30 40 50 55 60 65 70 75 80 90 100 110 120 130 140 150 1207,00 1207,33 1207,50 1207,82 1208,12 1208,40 1208,76 1209,20 1209,87 1210,72 1211,88 1212,81 1213,72 1214,40 1215,35 1216,10 1217,11 1218,72 1220,11 1221,75 1223,90 1225,90 1227,92 1229,51 O 330 500 820 1120 1400 1760 2200 2870 3720 4880 5810 6720 7400 8350 9100 10110 11720 13110 14750 16900 18900 20920 22510 Maximale verstemming: "1234 kHz of -4,47 % dL, -dL (%) 0,00 0,05 0,08 0,14 0,19 0,23 0,29 0,36 0,48 0,62 0,81 0,96 1,11 l 23 l 38 1,51 l 68 l 94 2,17 2,44 2,80 3,13 3,47 3,73 1.2 7 R I JK S WATER STAAT Project : Tunnelsignalering Onderdeel : Detectie op beton D\7K/C>CEI Auteur : A. Versluis Datum : maart 1984 Versie Pagina Uitrijden van VW op 27-2-84 op de Brasserskade, s (cm) O 20 40 60 70 80 90 100 110 120 130 140 150 175 200 250 vrij f (kHz) df (Hz) 1230,70 1226,90 1221,98 1217,48 1216,06 1214,64 1213,38 1212,44 1211,55 1210,62 1209,98 1209,40 1208,95 1208,05 1207,55 1207,15 1207,03 23670 19870 14950 10450 9030 7610 6350 5410 4520 3590 2950 2370 1920 1020 520 120 O -dL (%) 3,92 3,29 2,48 1,73 l ,50 l .26 1,05 0,90 0,75 0,59 0,49 0,39 0,32 0,17 0,09 0,02 0,00 1.2 8 R I JK S WATER STAAT Project : Tunnelsignalering Onderdeel : Detectie op beton D\7K / OGE I Auteur : A. Versluis Datum : maart 1984 Versie Pagina Inrijden van VW op 28-2-84 op de Brasserskade, s (cm) f (kHz) df (Hz) vrij -100 -50 -25 -10 O 10 20 1207,24 1207,31 1207,60 1208,00 1208,32 1208,66 1209,00 1209,44 1210,01 1210,38 1210,88 1211,39 1212,00 1212,74 1213,58 1214,46 1215,33 1216,15 1217,03 1217,75 1218,56 1219,40 1220,04 1220,94 1221,70 1222,61 1223,51 1225,65 1229,14 O 70 360 760 1080 1420 1760 2200 2770 3140 3640 4150 4760 5500 6340 7220 8090 8910 9790 10510 11320 12160 12800 13700 14460 15370 16270 18410 2190f 30 35 40 45 50 55 60 65 70 75 80 85 90 95 100 105 110 115 120 130 150 ; -dL (%) 0,00 0,01 0,06 0,13 0,18 0,24 0,29 0,36 0,46 0,52 0,60 0,69 0,79 0,91 l ,05 l ,20 l .34 l .48 l .62 l,.74 1..88 2.,01 2,12 2,27 2,40 2,55 2 ,70 3 .05 3,63 1.2 9 R I JK S WATER STAAT Project : Tunnelsignalering Onderdeel : Detectie op beton D\7K / CIKEI Auteur : A. Versluis Datum : maart 1984 Versie Pagina Uitrijden van VW op 28-2-84 op de Brasserskade s (cm) f (kHz) df (Hz) -dL (%) O 20 40 60 80 90 100 110 120 130 140 150 175 200 250 vril 1230,77 1226,56 1222,01 1217,48 1214,41 1213,37 1212,41 1211,56 1210,61 1209,94 1209,38 1208,95 1208,08 1207,58 1207,29 1207,10 23530 19320 14770 10240 7170 6130 5170 4320 3370 2700 2140 1710 840 340 50 -140 3 90 3 20 2,45 1,70 1,19 1,02 0,86 0,72 0,56 0,45 0,35 0,28 0,14 0,06 0,01 -0,02 1.2 10 RIJKSWATERSTAAT Project : Tunnelsignalering Onderdeel : Detectie op beton D\7K / OCEI Auteur : A. Versluis Datum : maart 1984 Versie Pagina Inrijden van VW op 28-2-84 in de Beneluxtunnel op asfalt, s (cm) f (kHz) df (Hz) vrij -100 -50 -25 -10 O 10 20 30 1200,31 1200,43 1200,69 1201,04 1201,34 1201,60 1201,85 1202,16 1202,64 1202,93 1203,30 1203,72 1204,29 1204,90 1205,62 1206,37 1207,13 1207,91 1208,52 1209,19 1209,81 1210,39 1210,93 1212,22 1213,92 1218,70 O 80 340 690 990 1250 1500 1810 2290 2580 2950 3370 3940 4550 5270 6020 6780 7560 8170 8840 9460 10040 10580 11870 13570 18350 35 40 45 50 55 60 65 70 75 80 85 90 95 100 110 120 150 Maximale verstemming: 1225,8 kHz of -4,24 % dL, -dL (%) 0,00 0,01 0,06 0,11 0,16 0,21 0,25 0,30 0,39 0,43 0,49 0,56 0,66 0,76 0,88 1,00 1,13 l 26 l 36 1,47 l ,58 l,,67 l,,76 l,,98 2,26 3,06 1.2 11 G l RIJKSWATERSTAAT Project : Tunnelsignalering Onderdeel : Detectie op beton D\7K / C2CE I Auteur : A. Versluis Datum : maart 1984 Versie Pagina Uitrijden van VW op 28-2-84 in de Beneluxtunnel op asfalt, s (cm) O 10 20 30 40 50 60 70 80 90 100 110 120 130 140 150 175 200 250 vrij f (kHz) df (Hz) 1218,11 1216,85 1215,17 1213,40 1211,49 1209,70 1208,15 1206,84 1205,82 1204,95 1204,24 1203,67 1203,09 1202,56 1202,19 1201,86 1201,22 1200,82 1200,51 1200,43 17800 16540 14860 13090 11180 9390 7840 6530 5510 4640 3930 3360 2780 2250 1880 1550 910 510 200 120 -dL (%) 2,97 2,76 2,48 2,18 l ,86 l ,56 1,31 1,09 0,92 0,77 0,65 0,56 0,46 0,37 0,31 0,26 0,15 0,08 0,03 0,02 1.2 12 .G 1 J J J J J J J J I 3 ] -» R I J K S WATER S T AAT 3D\7K / CiXE I : Tunnel signalering Onderdeel : Detectie op beton Project Auteur : A. Versluis Versie : 1.2 Datum Pagina : 13 : maart 1984 Inrijden van VW op 28-2-84 in de Beneluxtunnel op beton. s (cm) f (kHz) vrij -100 1204,59 -50 -25 -10 0 10 20 30 35 40 45 50 55 60 65 70 75 80 85 90 95 100 110 120 130 140 150 160 170 180 1204,61 1204,63 1204,71 1204,79 1204,86 1204,90 1204,94 1205,02 1205,09 1205,15 1205,26 1205,36 1205,49 1205,66 1205,83 1206,02 1206,19 1206,33 1206,43 1206,48 1206,53 1206,58 1206,72 1207,15 1207,61 1208,07 1208,40 1208,59 1208,67 1208,67 df (Hz) 0 20 40 120 200 270 310 350 430 500 560 670 770 900 1070 1240 1430 1600 1740 1840 1890 1940 1990 2130 2560 3020 3480 3810 4000 4080 4080 Maximale verstemming: 1210,3 kHz of -0,95 % dL. -dL (%) 0,00 0,00 0,01 0,02 0,03 0,04 0,05 0,06 0,07 0,08 0,09 0,11 0,13 0,15 0,18 0,21 0,24 0,27 0,29 0,31 0,31 0,32 0,33 0,35 0,43 0,50 0,58 0,63 0,66 0,68 0,68 RIJKSWATERSTAAT Project : Tunnelsignalering Onderdeel : Detectie op beton DVK/CXEI Auteur : A. Versluis Datum : maart 1984 Uitrijden van VW op 28-2-84 in de Beneluxtunnel op beton, s (cm) f (kHz) O 10 20 30 40 50 60 70 80 90 100 110 120 130 140 150 175 200 250 vrij 1208,19 1207,90 1207,58 1207,06 1206,59 1206,16 1205,85 1205,66 1205,55 1205,41 1205,32 1205,17 1205,05 1204,97 1204,88 1204,78 1204,66 1204,59 1204,55 1204,55 df (Hz) 3600 3310 2990 2470 2000 1570 1260 1070 960 820 730 580 460 380 290 190 70 O -40 -40 -dL (%) 0,60 0,55 0,50 0,41 0,33 0,26 0,21 0,18 0,16 0,14 0,12 0,10 0,08 0,06 0,05 0,03 0,01 0,00 -0,01 -0,01 Versie Pagina 1.2 14 RIJKSWATERSTAAT Project : Tunnelsignalering Onderdeel : Detectie op beton DVK/CXEI Auteur : A. Versluis Datum : maart 1984 Versie Pagina Inrijden van SIMCA op 27-2-84 op de Brasserskade, l s (cm) f (kHz) df (Hz) l vrij -100 -50 -23 -9 O 10 20 30 40 50 55 60 65 70 75 80 85 90 95 100 110 120 150 1206,60 1206,93 1207,13 1207,44 1207,75 1208,05 1208,31 1208,68 1209,07 1209,89 1211,03 1211,76 1212,60 1213,31 1214,14 1215,24 1216,10 1217,04 1218,26 1219,23 1220,29 1222,55 1225,20 1231,95 O 330 530 840 1150 1450 1710 2080 2470 3290 4430 5160 6000 6710 7540 8640 9500 10440 11660 12630 13690 15950 18600 25350 Maximale verstemming: ""1240 kHz of -5,54 % dL. -dL (%) 0,00 0,05 0,09 0,14 0,19 0,24 0,28 0,34 0,41 0,55 0,73 0,86 0,99 1,11 1,25 1,43 1,57 1,73 1 93 2 09 2,27 2,64 3 08 4,20 1.2 15 RIJKSWATERSTAAT Project : Tunnelsignalering Onderdeel : Detectie op beton D\7K / C>CEI Auteur : A. Versluis Datum : maart 1984 Versie Pagina Uitrijden van SIMCA op 27-2-84 op de Brasserskade. s (cm) O 10 20 40 60 70 80 90 101 110 120 130 140 150 175 200 250 vrij f (kHz) df (Hz) 1226,88 1224,90 1222,94 1218,94 1215,42 1213,94 1212,28 1210,95 1209,92 1209,20 1208,59 1208,14 1207,88 1207,70 1207,40 1207,21 1207,07 1207,02 19860 17880 15920 11920 8400 6920 5260 3930 2900 2180 1570 1120 860 680 380 190 50 O -dL (%) 3,29 2,96 2,64 1,98 1,39 ,15 0,87 0,65 0,48 0,36 0,26 0,19 0,14 0,11 0,06 0,03 0,01 0,00 1.2 16 ,w R I JK S WATER STAAT Project : Tunnelsignalering Onderdeel : Detectie op beton DVK/C2CEI Auteur : A. Versluis Datum : maart 1984 Versie Pagina Inrijden van SIMCA op 28-2-84 op de Brasserskade, s (cm) vrij -100 -50 -25 -10 O 10 20 30 40 50 55 60 65 70 75 80 85 90 95 100 110 120 150 f (kHz) 1207,30 1207,50 1207,58 1207,96 1208,39 1208,67 1208,97 1209,30 1209,70 1210,43 1211,48 1212,23 1212,91 1213,84 1214,75 1215,73 1216,77 1217,62 1218,79 1219,86 1220,88 1223,13 1225,69 1232,39 df (Hz) O 200 280 660 1090 1370 1670 2000 2400 3130 4180 4930 5610 6540 7450 8430 9470 10320 11490 12560 13580 15830 18390 25090 -dL (%) 0,00 0,03 0,05 0,11 0,18 0,23 0,28 0,33 0,40 0,52 0,69 82 93 08 23 40 1,57 1,71 1,90 2,08 2,25 2,62 3,05 4,16 1.2 17 : R I JKSWATERSTAAT Project : Tunnelsignalering Onderdeel : Detectie op beton DVK/OÉEI Auteur : A. Versluis Datum : maart 1984 Versie Pagina Uitrijden van SIMCA op 28-2-84 op de Brasserskade. s (cm) f (kHz) df (Hz) O 10 20 30 40 50 60 70 80 90 100 110 120 130 140 150 175 200 250 vrij 1227,54 1225,54 1223,66 1221,64 1219,50 1217,70 1215,88 1214,28 1212,89 1211,72 1210,71 1209,82 1209,15 1208,71 1208,41 1208,20 1207,92 1207,66 1207,46 1207,42 20240 18240 16360 14340 12200 10400 8580 6980 5590 4420 3410 2520 1850 1410 1110 900 620 360 160 120 -dL (%) 3,35 3,02 2,71 2,38 2,02 1,72 1,42 1,16 0,93 0,73 0,56 0,42 0,31 0,23 0,18 0,15 0,10 0,06 0,03 0,02 1.2 18 ^ R I JKS WATERSTAAT Project : Tunnelsignalering Onderdeel : Detectie op beton DVK/OCEI Auteur : A. Versluis Datum : maart 1984 Versie Pagina Inrijden van SIMCA op 28-2-84 in de Beneluxtunnel op asfalt, s (cm) f (kHz) df (Hz) vrij -100 -50 1200,27 1200,32 1200,50 1200,80 1201,10 1201,38 1201,66 1201,92 1202,26 1202,51 1202,83 1203,25 1203,72 1204,34 1204,91 1205,58 1206,28 1207,16 1207,94 1208,82 1209,66 1210,45 1211,38 1212,28 1213,20 1214,35 1215,38 1216,38 1217,29 1219,14 1221,10 O 50 230 530 830 1110 1390 1650 1990 2240 2560 2980 3450 4070 4640 5310 6010 6890 7670 8550 9390 10180 11110 12010 12930 14080 15110 16110 17020 18870 20830 -25 -10 O 10 20 30 35 40 45 50 55 60 65 70 75 80 85 90 95 100 105 110 115 120 125 130 140 150 0,00 0,01 0,04 0,09 0,14 0,18 0,23 0,27 0,33 0,37 0,43 0,50 0,57 0,68 0,77 0,88 1,00 1,15 1,28 1,42 1,56 1,70 1,85 2,00 2,15 2,35 2,52 2,68 2,84 3,14 Jjif*'/. xi = 3,47 Maximale verstemming: 1227,8 kHz of -4,59 % dL. l f * i fL -dL (%) 1.2 19 R I JK S WATER STAAT Project : Tunnelsignalering Onderdeel : Detectie op beton DVK/CiXEI Auteur : A. Versluis Datum : maart 1984 Versie Pagina Uitrijden van SIMCA op 28-2-84 in de Beneluxtunnel op asfalt, s (cm) O 10 20 30 40 50 60 70 80 90 100 110 120 130 140 150 175 200 250 vrij f (kHz) df (Hz) -dL (%) 1216,46 1214,56 1212,85 1211,30 1209,67 1208,13 1206,83 1205,60 1204,42 1203,52 1202,63 1202,00 1201,58 1201,28 1201,07 1200,94 1200,73 1200,55 1200,39 1200,31 16190 14290 12580 11030 9400 7860 6560 5330 4150 3250 2360 1730 1310 1010 800 670 460 280 120 40 2,70 2,38 2,10 1,84 1,57 1,31 l,,09 O,,89 0,69 0,54 0,39 0,29 0,22 0,17 O .13 O,.11 0,08 0,05 0,02 0,01 1.2 20 R I JK S WATER STAAT — «— —— —» —— —— - » — — » » _ _ _ _ _ _ _ _ _ . ^ __ __ —— —— —— —— —— —— —— _,. —, _,_ __ m- n- Project : Tunnelsignalering Onderdeel : Detectie op beton D\7K/C>£EI -i» » ji - r— — ._ -n. - ._i.-_ Auteur : A. Versluis Datum : maart 1984 Versie : 1.2 Pagina : 21 Inrijden van SIMCA op 28-2-84 in de Beneluxtunnel op beton, s (cm) vrij -100 -50 -25 -10 O 10 20 30 35 40 45 50 55 60 65 70 75 80 85 90 95 100 110 120 130 140 150 f (kHz) 1204,66 1204,66 1204,66 1204,72 1204,80 1204,90 1204,97 1205,02 1205,10 1205,16 1205,24 1205,34 1205,46 1205,64 1205,75 1205,90 1206,13 1206,32 1206,48 1206,61 1206,71 1206,83 1206,98 1207,30 1207,68 1208,16 1208,73 1209,19 df (Hz) -dL (%) O O O 60 140 240 310 360 440 500 580 680 800 980 1090 1240 1470 1660 1820 1950 2050 2170 2320 2640 3020 3500 4070 4530 0,00 0,00 0,00 0,01 0,02 0,04 0,05 0,06 0,07 0,08 0,10 0,11 0,13 0,16 0,18 0,21 0,24 0,28 0,30 0,32 0,34 0,36 0,39 0,44 0,50 0,58 0,68 0,75 Maximale verstemming: 1210,8 kHz of -1,01 % dL. <n *j R I J K S WATER S T AAT ] Project : Tunnel signalering Onderdeel : Detectie op beton D\7K/ c>£Ei Auteur : A. Versluis Datum : maart 1984 Uitrijden van SIMCA op 28-2-84 in de Beneluxtunnel op beton, s (cm) f (kHz) O 10 20 30 40 50 60 70 80 90 100 110 120 130 140 150 175 200 250 vri j 1207,84 1207,44 1207,09 1206,73 1206,38 1206,06 1205,82 1205,52 1205,30 1205,15 1205,01 1204,89 1204,82 1204,77 1204,74 1204,70 1204,64 1204,63 1204,60 1204,59 df (Hz) 3180 2780 2430 2070 1720 1400 1160 860 640 490 350 230 160 110 80 40 -20 -30 -60 -70 -dL (%) 0,53 0,46 0,40 0,34 0,29 0,23 0,19 0,14 0,11 0,08 0,06 0,04 0,03 0,02 0,01 0,01 0,00 0,00 -0,01 -0,01 Versie : 1.2 Pagina : 22 RIJKSWATERSTAAT Project : Tunnelsignalering Onderdeel : Detectie op beton o DVK/CXEI Auteur : A. Versluis Datum : maart 1984 Versie : 1.2 Pagina : 23 ^ ^ S S i ifj w -j —i -g * 1 1* -s§-i§ -K W 3 <V ui £ m z < *• ^! 5< to « «5 «0 iP- £I *u V) to cV <U c t : j o s c*. i ; ! 3 i -^ ^^ l \ 1 'i 1 1 / ƒ 1 ———— !i \\ // _ v /* " -^ ^W""" \ \ ** . ^ ** . «^ * * ""^ """••-. •^•:>^ ^•^ "'-•- •• •«:' -x/- y/ / / // o .K^ ^ ,-. o 00 o vO § NK \ •a / \ ^\ •« \ \t 5 •• o •T 1 H ^ ' Is w 1 Is 9 • T U « ) 4 " o 4 u w > c f q T i : i n i q ^ ° § 3- <s X .••"' -^**^ O 1 V ^^ ."-•••-"" i l $! ^^:---.. ^^NX '•- , /.'-•-x/ .-• • \\\/// ^::..„,-- -^ y\ ^^^ 1 1 o \ •c- ^ A x// .• -••• \\ ^=.<^.«^*^.is.>'. ?*s>. -... s c3 1, RIJKSWATERSTAAT Project : Tunnelsignalering Onderdeel : Detectie op beton !4 O 01 < o DVK/OCEI Auteur : A. Versluis Datum : maart 1984 Versie : 1.2 Pagina : 24 o> d üï e i l .4 ^ f" °° «T V rf C» X - S o s o r [l trt '*^. ^•^^ \:: .**<* . l l l L # v^ -l u> —r e 3 3 *. 8 RIJKSWATERSTAAT Project : Tunnelsignalering Onderdeel : Detectie op beton D\7K / OGEI Auteur : A. Versluis Datum : maart 1984 Versië~~~ï~2 Pagina : 25 c: 5 Samenvatting en voorlopige conclusie. Uit de grafieken van hoofdstuk 4 blijkt dat de beide metingen op opeenvolgende dagen vrijwel identieke meetresultaten opleveren De metingen op het asfalt in de Beneluxtunnel geven 'een kleine verslechtering van de detectiegevoeligheid te zien; wanneer we echter de helling in het triggerpunt van 0,75 % dL bezien dan blijkt die nauwelijks te verschillen van die van de metingen op de Brasserskade. Hieronder is u,/D < dL. een overzicht gegeven van de diverse steilheden in het punt locatie l Brasserskade l Beneluxtunnel asfalt l Beneluxtunnel beton I J _ ,J | SIMCA j 1 1 1 VW 2,1 | 1,9 2,0 | 2,0 0,75 | | | 1 De steilheid van de verstemming in de Beneluxtunnel in asfalt is ook bij hogere percentages dan 0,75 ongeveer gelijk aan die op de Brasserskade; dit is van belang wanneer in de tunnel langere detectoraansluitkabels worden gebruikt. De maximum verstemming op de Brasserskade en in de Beneluxtunnel op asfalt zijn niet dramatisch verschillend; 5 % verschil bij de VW en 17 % verschil bij de SIMCA. ^ Echter in de Beneluxtunnel in beton verschillen de meetresultaten wel zeer van die van de Brasserskade. 5™maximum verstemming reduceert met 78 % voor de VW en met 81 % voor de * Het restant aan verstemming is zeer gering, terwijl uiteraard ook de steilheid van de verstemming ontoelaatbaar daalt: tot 0,75 % dL per meter in het triggerpunt van de detector (0,75 % dL) en 0,6 % dL per meter in het punt 0,25 % dL. (betondrempelnivo) ^i « -j J | J n J J l SIMCA. Samenvattend kunnen we voorlopig concluderen dat detecteren in de betonnen rijplaten met wapening zoals in de Beneluxtunnel niet tot de reeele mogelijkheden behoort, daar de nauwkeurigheid in de snelheidsmeting drastisch zal afnemen. Tevens zullen ongetwijfeld onoverkomelijke problemen met vrachtauto's ontstaan; denk bijvoorbeeld aan vrachtauto's met dissels, die een zeer geringe verstemming geven. De verzwakking van ongeveer een factor 5 door het betonijzer is zelfs voor de Philips detector teveel; deze rekent met een factor 3 ingeval van betonijzer. Bedenk hierbij dat de meting is uitgevoerd met een zeer korte feeder, die in de praktijk veel langer zal zijn, waardoor de restverstemming nog kleiner zal worden. In hoeverre de aanwezigheid van betonijzer in zijn totaliteit gevolgen heeft voor de meetnauwkeurigheid zal in een aanvulling op dit rapport tot uitdrukking moeten komen. R I JK S WATER STAAT Project : Tunnelsignalering Onderdeel : Detectie op beton DVK/OCEI Auteur : A. Versluis Datum : maart 1984 Versie : 1.2 Pagina : 26 Deze aanvullende rapporten zullen door de betrokkenen (Philips en DVK) moeten worden gemaakt, omdat de manier waarop met de van de lussen afkomstige verstemming wordt omgegaan, bepalend is voor de hieruit resulterende meetfout. Vooruitlopend op een definitieve conclusie, lijkt het gerechtvaardigd om te stellen dat het zinvol is om bij iedere tunnel waar lusdetectie moet worden toegepast, steeds opnieuw een proefmeting ( bijvoorbeeld met slechts l lus) te doen, om althans globaal te kunnen inschatten in welke mate het betonijzer de detectie-nauwkeurigheid zal beïnvloeden. Mogelijk volstaat het meten van de maximumverstemming van een 'bekend' voertuig al, om een ruwe schatting te kunnen maken. Meetrapport: Dit rapport is opgesteld door RWS DVK afd. CXEI Inlichtingen hierover zijn te krijgen bij de heer A.Veenman en K.Huttinga. Onderwerp: Gevoeligheids meting van detectielussen in de Heinenoordtunnel en de Schipholtunnel. Doel: Bepalen of de detectie t.b.v. het signalerings systeem _.".. b . v standaard RWS DVK lussen in de Heinenoordtunnel mogelijk is. Beschikbare gegevens: Meetmethodes: Opmerking: -Intensiteit rapporten van het signaleringssysteem wat operationeel is in de Schipholtunnel. -De afstand lus-betonijzer in de Schipholtunnel bedraagt ongeveer 12 cm. -De afstand wegoppervlak-betonijzer in de Heinenoordtunnel bedraagt ongeveer 15 cm. -Meetrapporten lusgevoeligheid in de Beneluxtunnel. -In de Heinenoordtunnel is gemeten .met een standaard lus op het asfalt. -In de Schipholtunnel is gebruik gemaakt van bestaande lussen in het wegdek. De verstemming is in alle gevallen aangebracht met een VW transporter. Om enig inzicht te verkrijgen in de juistheid van de detector snelheden is in de Schipholtunnel een vergelijkings neting uitgevoerd met een radar installatie. Het bleek dat alle snelheden redelijk goed waren. Wel is het nog onduidelijk waarom de philips detector in de stand beton ongeveer 10 Km/uur meer gaat^aj.wi jzen. dL (uH) dL (%) Situatie-Schipholtunnel met beton ijzer Oostbuis L (uH) L (uH) -auto + auto Km 7.300 4 1 9 4 116,5 121, 5 124,2 125,9 2,9 3.6 3.7 4,5 2,4 2,8 2,S 3,4 5 116,7 121,7 122,8 127,4 2,8 3 2,4 3,9 2.3 2.4 1,9 2,9 114 117 119 120 3,4 3 2 2,3 lus lus lus lus 1.1 1.2 4.1 4.2 119, 125, 127, 130, Km 7.150 lus lus lus lus 1.1 l.2 4.1 4.2 119. 124, 125, 131, lus lus lus lus 1.1 1.2 4.1 4.2 117, 4 120 121 122, 3 Km 6.996 7 2 3 2,9 2, 5 1,65 2,05 Situatie-Heinenoordtunnel dL (uH) dL 9,4 7,7 6 107 5,8 93,6 106,3 7,7 5,3 5,8 6,75 Zonder beton ijzer L (uH) -auto 121 L (uH) +auto 111,6 Tunnel met beton ijzer Richting noord-zuid Km 13.650 (inrit) Km 14.000 (midden) Km 14.300 (uitrit) 113 99,4 114 Richting zuid-noord Km 14.300 (inrit) Km 14.000 (midden) Km 14.060 (midden) Km 13.650 (uitrit) 112 107 98,4 96,2 103,6 96,5 113,4 106 5 2,2 7,1 7,4 (%] 4,46 2,23 6,89 6, 52 Vergelijk Scipholtunnel en Heinenoordtunnel: De twee ongevoeligstt punten zijn: -Heinenoordtunnel delta L - 2,23% -Schipholtunnel delta L = 1,65% Door de lussen in de Heinenoordtunnel in het wegdek aan te brengen zullen deze de gevoeligheid van de schiphol tunnel benaderen. Conclusie: Gezien het goed functioneren van de detectie in de Schipholtunnel a.d.v. snelheids- en intensiteits rapporten van het signaleringssysteem kunnen we stellen dat de detectie in de Heinenoordtunnel eveneens toegepast kan worden, mits de afstand lus-betonijzer niet minder wordt dan 12 cm. Mochten er toch vrachtauto's gemist worden door b.v. een plaatselijke concentratie van betonijzer of een te lange lus-toevoerkabel, dan bestaat de mogelijkheid om de philips detector in de 'stand beton' te zetten, waardoor een grotere gevoeligheid ontstaat. Brienenoordbrug: De situatie op de Brienenoordbrug is veel ongunstiger dan in tunnels. De brug is van massief staal en de afstand lus-brug zal ongeveer 3 cm bedragen. Detectie op de brug m.b.v. lussen is dus onmogelijk. Hiervoor zullen alternatieven gevonden moeten worden, of alleen detectie vlak voor de brug en vlak na de brug. WSMQ [Vuistregels bijzondere situaties bij lus i installatie] Aan: Van: Datum: Onderwerp: c. c: -l- R. C. van der Voort A. Veenman 26 april 1990 Criteria detectielussen. Belanghebbende. Afstand van de lussen tot de detectoren. De afstand O tot 100 meter valt binnen de specificaties van het signaleringssysteem. Volgens een rapport van dhr Stekelenburg van Philips is 150m toelaatbaar mits aan een aantal voorwaarden voldaan wordt. Deze voorwaarden staan in dat rapport. De afstand 100 tot 150m valt niet binnen de specificaties van het signaleringssysteem, maar wordt soms noodgedwongen toegepast. Het zal duidelijk zijn dat lange kabels in tunnels niet wenselijk is. -2- Betonijzer. Over betonijzer kan het volgende gezegd worden: Het is niet in het algemeen vast te stellen hoeveel betonijzer er onder de lus aanwezig mag zijn, of wat de afstand van het betonijzer tot de lus mag zijn. Door RWS [dhr A. Veenman] is voor de Heinenoordtunnel een specifiek onderzoek gedaan. Hiervoor zijn ook in de Schipholtunnel metingen verricht. Door deze metingen met elkaar te vergelijken bleek dat beide tunnels sterke overeenkomsten vertoonden. Hierover is een meetrapport verzonden aan de regionale directies met ons kenmerk CXEI 880362 28/01/88 code CE8307E. Alle tunnelmetingen wezen uit dat de lusverstemmingen gemiddeld de helft minder waren dan normaal. Dit laatste valt overigens buiten de specificaties van het signaleringssysteem. In genoemde tunnels worden meer auto' s gemist dan normaal, en de nauwkeurigheid in de snelheid is minder. Ook hierover is een rapport van de hand van dhr Stekelenburg verschenen. Uit alle rapporten blijkt dat er problemen ontstaan als de afstand van betonijzer tot lus kleiner wordt dan 20cm. Hierbij speelt de hoeveelheid betonijzer natuurlijk een grote rol. Vooral vrachtauto' s is een probleem. In de praktijk varieert de afstand lus-betonijzer van 6 tot 18 cm [dit blijkt uit alle rapporten]. Als vuistregel moet 15cm als minimum fafstand lus—betoniizerl aangehouden worden, echter een zeer hoge concentratie betoniizer kan problemen geven. Het zal duidelijk zijn dat de combinatie lange lustransmissiekabel en tunnels ontoelaatbaar is. Kortom: - Meet per locatie de afname van de lusverstemming. - Kijk op de tekening waar het minste betonijzer zit. -3- Asfalt. Eén extra laag asfalt van ongeveer 8 cm zal geen probleem opleveren voor de werking van het signaleringssysteem, geredeneerd vanuit de praktijkervaring met rijkswaterstaat apparatuur en gezien het feit dat de tunnelsituatie meer verslechtering geeft dan één laag asfalt. Meer asfalt is sterk af te raden daar er dan tunnelsituaties ontstaan. Ook bij deze noodoplossing worden de specificaties van het signaleringssysteem niet meer gehaald. -4- Stand beton van de Philips detector: De detector heeft een stand beton. In deze stand wordt de detector geacht twee maal zo gevoelig te zijn. Dit kan in laatste instantie in sommige situaties een oplossing bieden. -5- Het meten van de lusverstemming: o o o o o o o Meet de zei f inductie van een portable lus met en zonder auto. [bij 60kHz] Verstemming is (L - (L+auto)/L)xlOO% = procl. Doe dit ook op de gewenste locatie in de tunnel. Verstemming is (L - (L+auto)/L)xlOO% = proc2. Als proc2 x 2 > procl. is de locatie in de tunnel ' geschikt' . Als proc2 x 2 < procl. zal het signaleringssysteem gedeeltelijk of in het geheel niet functioneren, De portable lus moet direct op het asfalt liggen, Alle verstemmingen zijn gemeten met een VW transporter [afstand wegdek-bodem = 32cm]. -6- Conclusie: -a-b- asfalt: betonijzer: -c-d- Maximaal 8 cm extra. Afstand lus-betonijzer minimaal 15cm. Meet per locatie de lusverstemming. Dit moet minstens de helft zijn van een normale verstemming [zie punt 5]. transmissiekabel: Maximaal 150 meter [niet in tunnels]. In alle gevallen van a t/m c wordt niet meer aan de specificaties van het signaleringssysteem voldaan. Deze situaties worden noodgedwongen toegelaten. Het mag echter geen uitgangspunt zijn.
© Copyright 2024 ExpyDoc